Wösten juridisch advies Postbus 11721 2502 AS 's-Gravenhage
Aan:
wosten@ xs4all.nl banknr 707.140.307
Tel (070) 322 8859 Fax (070) 322 6655
Raad van State Afdeling Bestuursrechtspraak t.a.v. H. Wever Postbus 20019 2500 EA DEN HAAG
Betreft: toelichting beroepschrift Mijn kenmerk: N050/Ber.Hor Uw nummer: 201209498/1/A4 's-Gravenhage, 31 oktober 2012 Hoogedelgestrenge Heer/ Vrouwe, Namens M.E.J.M. Baggen e.a. is beroep ingesteld tegen het besluit van GS van Limburg, strekkend tot milieuvergunningverlening voor het bedrijf Heideveld Beheer BV (vergunninghouder). Deze inrichting is gelegen aan de Laagheide 9 te Grubbenvorst. Het beroep wordt als volgt toegelicht. Bekendmaking 1. Het ontwerpbesluit is medio november 2011 niet op de vereiste wijze bekend gemaakt. Het is niet gepubliceerd op een geschikte wijze. Niet zijn de omwonenden van de beoogde bedrijfslocatie op een afdoende wijze geïnformeerd over het voornemen tot vergunningverlening door GS. Weliswaar heeft het provinciebestuur het ontwerpbesluit bekend gemaakt in een lokale krant De Trompetter, editie Horst aan de Maas. Echter, die publicatie is niet gedaan in een editie die ook in de omgeving van de Witveldweg in Grubbenvorst wordt verspreid. Gezien de locatie van het bedrijfsinitiatief en het verspreidingsbereik van de krant waarin de ontwerpbeschikking is gepubliceerd is het besluit niet op de vereiste wijze gepubliceerd. Ter onderbouwing van de stelling dat een publicatie in de Trompetter van Horst aan de Maas niet voldoet om de omwonenden van de projectlocatie te bereiken, wordt verwezen naar de website van de betrokken krant, A en C Media: www.aencmedia.nl/regio/?ts=175. Een afbeelding van de betrokken webpagina treft u bijgaand aan. Met de webpagina wordt duidelijk dat De Trompetter, editie Horst aan de Maas niet wordt verspreid in Grubbenvorst, waar het beoogde bedrijf is vergund. Hiermee wordt bevestigd dat GS ondoelmatige uitvoering hebben gegeven aan de publicatieplicht van het ontwerpbesluit. De publicatie van het ontwerpbesluit op de website van de provincie kan dit bezwaar niet wegnemen. Hiervoor wordt verwezen naar ABRS uitspraak van 15 augustus 2012, zaaknr. 201105354/1/A4. Die uitspraak heeft betrekking op een eerder besluit van GS van Limburg.
1
2. Het besluitvoornemen is evenmin op de vereiste wijze bekend gemaakt in de nabij gelegen buurgemeente(n) in Duitsland. De inrichting heeft gevolgen voor de Duitse Natura 2000 zones. Het verspreidingsbereik van de ammoniakemissies reikt tot aan de direct over de grens gelegen Natura 2000 zone 'Krickenbecker Seen - Kl. De Witt-See, met onder meer de volgende natuurtypen:
Met de betrokken natuurwaarden is mede sprake van stikstofgevoelige natuurtypen. Gelet op de reeds bestaande overbelasting van die natuurwaarden met stikstof, dient een depositiewijziging als een potentieel significant negatief effect voor deze natuurwaarden te worden aangemerkt. Nu het provinciebestuur zich geen rekenschap heeft gegeven van de noodzaak om de Duitse overheid te informeren, althans voorbij is gegaan aan het vereiste ook de omwonenden van het betrokken Natura 2000 zone in de gelegenheid te stellen om op het ontwerpbesluit te kunnen reageren, is het besluit niet op de vereiste wijze bekend gemaakt. Ontwerpbesluit, ter inzage legging Met de verleende vergunning is rechtsonzeker wat is aangevraagd. Het is onduidelijk wat GS tot de aanvraag rekent, met als gevolg dat onduidelijk is wat wordt vergund. Dit brengt tevens mee dat onduidelijk is aan welke milieuprestaties het bedrijf is gebonden. Blijkens het dictum maakt de aanvraag van 30 september 2010, inclusief de aanvulling zoals opgenomen in het document van 15 oktober 2010 en 25 februari 2011, deel uit van de vergunning. Het is onduidelijk op welke stukken dit nu feitelijk betrekking heeft. Hier wreekt zich dat niet een limitatieve lijst beschikbaar is welke stukken tot de vergunningaanvraag dient te worden gerekend. Te meer, nu een tweetal aanvraagformulieren met twee verschillende data en verschillende bijlagen circuleren. In de considerans wordt ook regelmatig naar stukken verwezen zonder dat daarbij ook titels van de stukken worden gegeven. Van de MER moet worden vastgesteld dat de digitaal gepubliceerde versie niet overeenkomt met de papieren versie. In de papieren versie is bijvoorbeeld het PRA rapport wel aan te treffen. In de digitale versie ontbreekt deze. In de digitale versie, zoals gepubliceerd op de website van de provincie, ontbreken eveneens de akoestische rapporten. In de papieren versie is uitsluitend een achterhaald akoestisch rapport van Arcadis van 2010 aan te treffen. Het is nu onduidelijk welke stukken tot de vergunning gerekend dienen te worden. Als zienswijze is het volgende ingebracht, waarop GS als volgt reageert.
2
Indien de door GS genoemde passage wordt nagelezen, dan blijkt alles behalve de vereiste duidelijkheid te worden geboden. Het gebrek aan duidelijkheid blijft met het definitieve besluit op vergunningaanvraag ongewijzigd bestaan. En, de stukken hebben niet allen op de vereiste wijze ter inzage gelegen. Ten minste de akoestische rapporten van G&O Consult zijn niet ter inzage gelegd. GS meent dit te kunnen tegenspreken. Dit wordt door GS gezegd, maar op geen enkele wijze aannemelijk gemaakt. Medio december is door ondergetekende uitzonderlijk veel moeite gedaan moeten worden om alsnog over de genoemde stukken te beschikken, die niet ter inzage hebben gelegen. Buiten behandeling laten zienswijzen Op pagina 118/119 van de considerans wordt een ingebrachte zienswijze genoemd, om deze vervolgens buiten behandeling te laten. Zie kader.
Op pagina 118 onder 9) erkent GS dat sprake is van een mestleiding tussen beide bedrijfslocaties. Dan kan GS niet één pagina verderop ontkennen dat sprake is van een mestleiding. En: met de aanvraag van Heideveld is wel degelijk sprake van te verwerken afvalstoffen, te weten in de breivoerkeuken. Ten onrechte is deze zienswijze buiten behandeling gelaten. Het besluit is in strijd met de Awb. Omvang en grens inrichting - Installatie-onderdeel 'beplanting' De overzichtstekening (blad 1/4) laat onduidelijkheid bestaan over de omvang van de inrichting. De tekening vermeldt op meerdere locatie, zowel binnen als buiten de aangegeven inrichtinggrenzen 'beplanting volgens BOM'. 'Beplanting volgens BOM' maakt kennelijk onderdeel van de aangevraagde inrichting. Althans, dit installatieonderdeel wordt zowel binnen alsook buiten de inrichtinggrenzen aangevraagd. Dit installatie-onderdeel maakt onderdeel uit van de aangevraagde inrichting. Het installatie-onderdeel dient immers om het negatieve effect van de bouwwerken op het landschap te mitigeren, wat betekent dat het als een milieumaatregel dient te worden aangemerkt. Nu een installatie-onderdeel buiten de grens van de beoogde inrichting is aangevraagd, is een vergunning verleend in strijd met het vergunningenstelstel van de WABO. De aanvraag is ten onrechte nietontvankelijk verklaard. - Omvang inrichting, stal Losbaan 44 Door de vergunningaanvrager wordt een varkensstal gedreven op de locatie Losbaan 44. Hemelsbreed ligt die stal op enkele tientallen meters van de aangevraagde inrichtinggrens. Dit stalgebouw is buiten de beoordeling gebleven van de aangevraagde inrichting. Nu dit stalgebouw onderdeel uitmaakt van de bestaande en beoogde inrichting, had dit bedrijfsonderdeel niet buiten de beoordeling van de vergunningaanvraag mogen zijn gelaten. Dit heeft als gevolg dat de milieugevolgen zijn onderschat, en daarmee ten onrechte niet representatief beoordeeld.
3
Pijl: de door de aanvrager gedreven varkensstal Cirkel: de bestaande inrichting van de vergunningaanvrager
Geur - Verspreidingsberekening niet representatief De inrichting voldoet niet aan de te stellen wettelijke eisen. De genoemde coördinaten van de woningen, de uittreesnelheid van de luchtwassers en de gemiddelde gebouwhoogte zijn niet representatief. Dit maakt de uitgevoerde geurberekening niet representatief. De wettelijke grenswaarden voor geurhinder worden overschreden. Verwezen wordt naar het adviesmemo van De Roever Milieuadvisering, welke u bijgaand aantreft (BIJLAGE). - Losbaan 42 en 44 Daarnaast is de beoordeling onvolledig. In de directe nabijheid zijn een tweetal woningen gelegen die niet of onjuist zijn beoordeeld. Dit betreft de woningen Losbaan 42 en 44. GS stelt met juistheid dat op het perceel Losbaan 44 zich een varkensstal bevind. GS noemt daarbij ten onrechte niet dat dit stalgebouw onderdeel uitmaakt van de bedrijfsvoering van Heideveld Beheer BV, de vergunningaanvrager. Lokaal is algemeen bekend dat Heideveld Beheer BV de varkensstal exploiteert. De stal vormt technisch, functioneel en organisatorisch een geheel met de naast gelegen bedrijfslocatie aan de Laagheide. De omgevingseffecten van de betrokken stal had in de beoordeling moeten zijn betrokken. Losbaan 44 omvat tevens een woning. De bewoner van het perceel Losbaan 44 heeft geen beroepsmatige binding met Heideveld. GS toont zich geheel onbekend met het gegeven dat de Losbaan 44 mede een woning omvat. Dit maakt dat de gerubeoordeling niet met de vereiste zorgvuldigheid is beoordeeld. GS is van oordeel dat de woning Losbaan 42 dient te worden aangemerkt als bedrijfswoning bij de varkensstal Losbaan 44. Op grond van het voorgaande kan dit niet met succes staande worden gehouden. De bewoners hebben geen relatie met de varkensstal Losbaan 44. Mitsdien kan de woning niet worden aangemerkt als bedrijfswoning bij deze stal. De te verwachten geurhinder staat aan vergunningverlening in de weg. - Voorschrift 10.1 Het voorschrift 10.1 noemt als voorwaarde voor een geuronderzoek een 'gevalideerd klachtenpatroon'. Met het begrip 'gevalideerd' wordt een willekeurig criterium gesteld, nu op geen enkele wijze inzichtelijk is gemaakt wat hier onder dient te worden verstaan. Blijkens het woordenboek gelden als synoniemen 'geldig', 'bekrachtigd' of 'goedgekeurd'. Hiermee komen rechtzoekenden geen stap verder. Niet is duidelijk door wie 4
laat staan op grond waarvan het klachtenpatroon geldig zal worden verklaard, zal worden goedgekeurd of bekrachtigd. Het voorschrift is verregaand rechtsonzeker. Dit klemt te meer, nu in een situatie van geuroverlast geen onduidelijkheid mag bestaan over het optreden van het bevoegde gezag.
- Onderzoek naar het geurverwijderingsrendement In de voorschriften ontbreekt ten onrechte een verplichting tot onderzoek naar het geurverwijderingsrendement. De systeemvereisten van het aangevraagde stalsysteem stelt dit wel verplicht. Verwezen wordt naar het betrokken leaflet BWL 2009.12.
Ammoniak In de voorschriften ontbreekt een verplichting tot onderzoek naar het ammoniakverwijderingsrendement. Geluid Met betrekking tot de akoestische beoordeling worden de volgende gebreken aangevoerd. - De woning Losbaan 44 is ten onrechte in de beoordeling buiten beschouwing gelaten. Nu deze woning op zeer korte afstand van de beoogde inrichting is gelegen, en daarmee deze woning geldt als een maatgevende woning, had deze woning in de beoordeling niet buiten beschouwing mogen zijn gelaten. - In de 2nd opinion van De Roever Milieuadvisering worden een negental tekortkomingen in het vergunningbesluit aangewezen. Kortheidshalve wordt naar de adviesmemo verwezen (BIJLAGE). Beoordeling gezondheidrisico's Als zienswijze is ingebracht dat - kort gezegd - onvoldoende rekening is gehouden met de gezondheidrisico's vanwege de beoogde bedrijfsactiviteiten. In het bijzonder is daarbij gewezen op de risico's van zoönosen. En, de verspreiding van zoönosen kan niet geheel los worden gezien van de overige 5
milieu effecten, zoals de emissies van fijnstof en geur. Daarbij is gewezen op het advies van de GGD om binnen een afstand van 250 meter van woningen van derden geen nieuwe stallen op te richten. Op minder dan 250 meter van de beoogde nieuwe stallen zijn woningen van derden gelegen. Deze zienswijzen is door meerdere partijen ingebracht. GS geeft als reacties op de ingebrachte zienswijzen geen deugdelijke weerlegging. Enkel de conclusie is consequent: de zienswijzen op dit onderdeel worden steevast terzijde geschoven. Nadat de ontwerpbeschikking eind 2011 ter inzage is gelegd, heeft de GGD Limburg een onderzoek afgerond naar de gezondheidrisico's vanwege het NGB-initiatief. Die rapport van april 2012 wordt bijgevoegd. Het GGD-rapport bevat belangrijke informatie. Niet enkel vanwege hetgeen wordt geschreven, maar juist ook vanwege hetgeen niet wordt gezegd. De GGD spreekt zich uitsluitend uit over de risico's vanwege biologische agentia voor wat betreft de woonkernen. De GGD laat de risico's voor de direct omwonenden van de bedrijfslocaties echter onbesproken. GS beroept zich bij de weerlegging van de zienswijzen op de uitkomsten van het rapport (reactie op zienswijzen, pag. 90). Gegeven het feit dat GS het gezondheidrisico's als ter zake doende erkent, en zich in de motivering van het besluit beroept op het GGD-onderzoek, moet aan de weerlegging van GS ook de eis worden gesteld dat de beoordeling zich niet beperkt tot uitsluitend de bewoners van woonkernen. Het kan niet zo zijn dat de mensen die niet in woonkernen wonen zonder enige bescherming wordt gelaten. Nu GS wel tot een standpunt komt met betrekking tot de gezondheidrisico's voor bewoners van woonkernen, maar nalaat ook tot een beoordeling te komen voor bewoners direct rondom de projectlocaties, kan niet gesteld worden dat het besluit op dit onderdeel met de vereiste zorgvuldigheid tot stand is gekomen. Overigens wordt nog opgemerkt dat het GGD-onderzoek tot de conclusie leidt dat het beoogde bedrijf ten koste gaat van de leefkwaliteit. De milieugezondheidskwaliteit met betrekking tot geur wordt bij meerdere omwonenden als onvoldoende gekwalificeerd (GGD, pag. 11). De milieukwaliteit voor wat betreft fijnstof wordt als matig aangemerkt (GGD, pag. 14). Gegeven het feit dat de fijnstofemissies zullen toenemen, adviseert de GGD die emissies zoveel mogelijk te beperken. Aan deze twee conclusies van de GGD verbindt GS ten onrechte geen gevolgen voor de vergunningbesluitvorming. Voorschriften luchtwasser De voorschriften met betrekking tot de luchtwassers laten een onaanvaardbare milieubelasting toe. Dit geldt gedurende zowel het inregelen alsook het reinigen van de filterpakketten. Er is geen grondslag om een periode van 2 maanden toe te laten voor het inregelen van de luchtwasser nadat de dieren zijn geplaatst. Nu het chemische luchtwassers betreffen, bestaat geen aanleiding niet te eisen dat de luchtwassers functioneren voorafgaand aan het plaatsen van de dieren. Evenmin kan worden aanvaard dat gedurende 36 uur luchtwassers buiten werking kunnen zijn voor het reinigen van de filters. De eis dient te worden gesteld dat de filterpakketten klaar staan, zodat het een kwestie is van vervangen van de filters, in plaats van het wegnemen, reinigen en terugzetten van dezelfde filter. Waterwetvergunning Blijkens de considerans is een Waterwetvergunning verleend. Die vergunning is kennelijk in strijd met de geldende wettelijke bepalingen niet gelijktijdig met de voorliggende vergunning aangevraagd. Dit heeft als gevolg dat niet de vereiste afstemming en coördinatie heeft plaats gevonden. De betrokken Waterwetwetvergunning is kennelijk enkel afgegeven voor het onttrekken voor grondwater, en niet ook voor de overige vergunningplichtige handelingen. De gevolgen voor de waterbelangen zijn niet op de vereiste wijze beoordeeld.
6
Conclusie Mede gelet op enerzijds de gebreken in de bekendmaking van het ontwerpbesluit wordt u verzocht het besluit buiten zitting te vernietigen. Hoogachtend,
Mr. V. Wösten Bijlagen: - bekendmaking ontwerpbesluit en verspreidingsbereik lokale edities 'Trompetter' - De Roever 2nd opinion d.d. 18 oktober 2012 - GGD Limburg-Noord, gezondheidkundige risicobeoordeling Nieuw Gemengd Bedrijf te Horst; april 2012
7
E3 JOURNAAL DETROMPETTER/
30 november201I
OntwerpWet milieubeheervergunning BeheerB.V.te Grubbenvorst GoedB.V.en Heideveld KuijpersOnroerend Statenvan Limburgmakenbekend,dat op 30 september2010bii henis binnengekomen Gedeputeerde ingevolge de WetMilieuvooreenoprichtingsvergunning GoedB.Vte Milheeze van KuijpersOnroerend 1) eenaanvraag beheer(nr.10/26185). (incl.slachterij)met in totaliteit 1.059.840 De aanvraagheeft betrekkingop de oprichtingvan een pluimveehouderij vleeskuikenéen 74.448oudeidierenen een Bio EnergieCentrale(BEC)voor de be- en verwerkingvan mest en (afval) stoffenbinnenhet ConceptNieuwGemengdBedrilÍ(NGB). 35, 5971NSte Grubbenvorst. De inrichtingis gelegenaande Witveldweg ingevolgede Wet Milieubeheer 2) een aanvraagvan HeideveldBeheerB.V.te Grubbenvorstvoor een revisievergunning (nr.10/26186). (inclusiefbrijvoer-keuken) met in be aanvraagheeft betrekkingop de uitbreidingvan een bestaandevarkenshouderij en guste-en dragendezeugen,45dek-beren,720 opÍokzeugen totaliteit10.836biggen,600 kraamzeugen,2.436 binnenhet ConceptNieuwGemengdBedrijf(NGB). 20.580vleesvarkens 9, 5971PEte Grubbenvorst' De inrichtingis gelegenaande Laagheide (1 en 2) vastgesteld. Statenhebbenop 15 november201t het ontwerpbesluit Gedeputeerde Inzage en overigevan belangzijnde stukken(1 en 2) liggenter inzagevan De aànvraag,het MER, het ontwerpbesluit Limburglaan 10 te Maastricht 23 november20l1 tot en met 3 ianuari2012in de bibliotheekvanhet Gouvernement, van Horstaan de Maasop de geuur en in het gemeentehuis uur en van 13.00-16.30 op werkdagenvan 08.30-12.00 plaatsen tijden. bruikelijke Zienswijzen Eeniederkan van 23 november2011tot en met 3 januaíi2012over het ontwerpbesluit(1 en 2) schrifteliikof mondeling zienswijzenkenbaarmaken bij GedeputeerdeStaten, Postbus 5700, 6202 MA Maastricht,onder vermeldingvan het kenmerk. verzoekenwij u een weet
provincie limburg @
OP MEDEDELINGEN KIJKVOORALLE PROVINCIALE WWW.LIMBURG.NUBEKENDMAKINGEN
8