Voorwoord 3. 1 De school 7. 2 Onderwijs en mensbeeld 9. 3 Ordening van het onderwijs Leerlingontwikkeling en zorg 15

Schoolgids 2015 - 2016

Inhoudsopgave Voorwoord 3 1 De school 7 2 Onderwijs en mensbeeld 9 3 Ordening van het onderwijs 12 4 Leerlingontwikkeling en zorg 15 5 De leraren 21 6 De ouders 22 7 Schoolregels en protocollen 26 8 Regeling school- en vakantietijden 32 9 Kwaliteitszorg en resultaten 34 10 Namen en adressen 36 11 Schoollied 40

Voorwoord Dit is de schoolgids met jaarplanner van de Vrijeschool Vredehof voor schooljaar 2015-2016. Hij is geschreven om ouders en geïnteresseerden te informeren over wat de school aan kinderen en hun ouders te bieden heeft. We beschrijven kort de visie van waaruit de Vrijeschool Vredehof werkt en we geven veel praktische informatie. Ook de doelen van ons onderwijs zijn weergegeven. Voor verdieping in de antroposofie als levensfilosofie en onderwijsvorm verwijzen wij u naar onze website en een uitgebreide boekencollectie in onze ouderbibliotheek. Ouders ontvangen naast deze schoolgids (per mail) afzonderlijk een jaarkalender en een ouderbijdrageformulier. De schoolgids, achtergrondinformatie en de jaarplanner zijn ook vinden op onze website www.vsvredehof.nl. Wij wensen de kinderen, ouders, (vak-)leerkrachten en ondersteunend personeel een heel goed schooljaar toe. Namens het bestuur en het college, Ernstjan Cooiman Schoolleider

schoolgids vsv 2015 - 2016 | 5

1

De school

De Vrijeschool Vredehof is een schoolgemeenschap voor vier- tot dertienjarigen. De school is een Algemeen Bijzondere School. Algemeen betekent dat de school openstaat voor alle leerlingen, ongeacht hun culturele of levensbeschouwelijke achtergrond. Bijzonder houdt verband met de bestuursvorm: de school wordt bestuurd door een stichting. De school heeft vier kleuterklassen (4 tot 6 jaar) en zes onderbouwklassen (6 tot 13 jaar); totaal ongeveer 250 leerlingen. Er zijn ongeveer vijfentwintig medewerkers verbonden aan de school. Missie Op onze vrijescholen leren de kinderen hetzelfde als op iedere andere basisschool maar dan méér. De vrijescholen verzorgen hoogwaardig onderwijs gebaseerd op de antroposofie. Er wordt naar antwoorden gezocht op de ontwikkelingsvragen van elk individueel kind én de klas als groep. Kleuters en schoolkinderen hebben ieder hun eigen wereld waarin wij letterlijk en figuurlijk speelruimte bieden, kennis, vaardigheden en mogelijkheden aanreiken en het zoeken naar oplossingen nadrukkelijk stimuleren. Een breed onderwijspakket dat uitgaat van een evenwicht tussen cognitieve-, sociaal-emotionele- en motorische vaardigheden. Zo kan ieder kind vol vertrouwen met de verworven kennis en de ontwikkelde vaardigheden naar het vervolgonderwijs doorstromen. Visie De Vrijeschool: kwalitatief hoogwaardig onderwijs met meerwaarde. Naast het behalen van de kwalitatieve reguliere einddoelen gesteld vanuit de overheid, geven wij de leerlingen extra waarden mee die van belang zijn om je blijvend te willen en kunnen ontwikkelen. Elk kind wordt uitgedaagd zijn persoonlijkheid goed te ontplooien binnen een veilige omgeving. De Vrijeschool blijft zich ontwikkelen om aansluiting te houden op de huidige en toekomstige maatschappij, met respect voor de bestaande (antroposofische) waarden. Van belang zijn aspecten als: kennis, kunst, creativiteit, beweging, balans EQ en IQ, zorg voor onze aarde en ontwikkeling van de krachten van het kind om te kunnen worden wie je bent. Schoolleiding De schoolleider is verantwoordelijk voor de algemene en dagelijkse leiding van de school en is voor ouders het centrale aanspreekpunt. De schoolleiding is vier dagen aanwezig op school; op maandagochtend en van woensdag tot en met vrijdag. U kunt een afspraak maken via de administratie. Bestuur Het bestuur is formeel, vanuit de weten regelgeving, verantwoordelijk voor de instandhouding van de scholen en de realisatie van kwalitatief goed onderwijs. De school wordt bestuurd vanuit de Stichting Samenwerkende Vrijescholen Zuid-Holland (www.SVZH.nl). Deze samenwerking is eind 2011 gevormd vanuit een gezamenlijk gevoelde verantwoordelijkheid om het vrijeschoolonderwijs in de regio verder te ontwikkelen en krachtiger op de kaart te zetten. De Samenwerkende Vrijescholen Zuid-Holland bestaan uit acht basisscholen op antroposofische grondslag in Zuid-Holland. Elke school heeft zijn eigen profiel en ontwikkelt dat verder. De dagelijkse leiding van de school ligt bij de schoolleiding. Deze is verantwoordelijk

6 | schoolgids vsv 2015 - 2016


voor de eigen school en hoe leerkrachten en ouders daarin samenwerken. De bestuurder is Jeroen Gommers. Bij hem ligt het bevoegd gezag van de Stichting Samenwerkende Vrijescholen Zuid-Holland. De Samenwerkende Vrijescholen Zuid-Holland heeft een klein bestuursbureau voor de ondersteuning van personeelsbeleid, communicatie, onderwijs en financiën. Stichting Samenwerkende Vrije Scholen Zuid-Holland Postbus 4292, 3006 AG Rotterdam, 010-4528197 [email protected] www.svzh.nl Het managementteam staat onder leiding van de bestuurder en wordt samen met hem gevormd door de schoolleiders en de stafmedewerkers. Schoolleiders Willem Kamper - Leeuwenhartschool in Oud-Beijerland Ilona Vervloet - Dordtse Vrijeschool in Dordrecht Reinier Steinbuch (directeur a.i.) - Rudolf Steiner School in Rotterdam en Krimpen a/d IJssel Ernstjan Cooiman - Vrijeschool Vredehof en Vrijeschool Rotterdam - West in Rotterdam Nadia Demaret - Vrijeschool Widar in Delft Wilma Helena Diepstraten - Basisschool Wonnebald in Den Haag Stafmedewerkers Ariadne Jaski - personeel en organisatie Joke Rutgers - onderwijskwaliteit Majorein Gauw - pr, communicatie en marketing Anke Hindriks - financiën en beheer De bestuurder werkt in nauw overleg met de Raad van Toezicht aan expliciet voorwaardenscheppend en professioneel beleid voor de scholen binnen de stichting. De Raad van Toezicht bestaat uit: Robbert Mulder (voorzitter), Sjef Palmen, Albert Vlug, Marja Molenaar, Joost Broumels. Situering van de school De Vrije School Vredehof ligt in de wijk Kralingen en is goed bereikbaar met openbaar vervoer. Op enkele minuten lopen ligt metrostation Voorschoterlaan en er is een halte van tramlijn 7. Vlakbij de school ligt het Kralingse Bos, waar regelmatig buitenactiviteiten plaatsvinden.

2 Onderwijs en mensbeeld De Vrije School Vredehof verzorgt onderwijs vanuit een antroposofisch mensbeeld. In de pedagogische benadering van de kinderen stimuleren en begeleiden we een brede ontwikkeling van het denken, voelen en willen/doen. We zoeken naar antwoorden op de ontwikkelingsvragen van elk kind individueel en van de klassen als geheel. Het onderwijs- en leerstofaanbod in een vrijeschool wordt gehanteerd als ontwikkelingsmiddel. Dat betekent dat een leerkracht onderwerpen aan zal bieden waar de kinderen in hun ontwikkeling aan toe zijn. We gaan er van uit dat het enthousiasme en het begrijpen ontstaan wanneer, wat wordt aangeboden, aansluit bij de belevingswereld van een kind. Onze school voldoet aan de kerndoelen zoals deze zijn gesteld door het Ministerie van Onderwijs (www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/basisonderwijs/vakkenen-kerndoelen-basisonderwijs).

Ontwikkelingsfasen Vanuit het idee (antroposofisch mensbeeld) dat je de ontwikkeling van mensen in perioden van ongeveer zeven jaren kunt indelen, houden we vast aan de indeling van klassen; de kleuterklassen en de onderbouwklassen. Tot ongeveer de leeftijd van zeven jaar leren de kinderen de wereld kennen vanuit de nabije omgeving en leggen fysiek een basis voor hun ontwikkeling in het verdere leven. Het (na)doen en handelen staat daarin centraal. In de tweede ontwikkelingsfase richten kinderen zich meer en meer op de buitenwereld. Kinderen in de onderbouw vormen zich een eigen beeld van de wereld vanuit eigen ervaring en gevoelens. In de derde fase van de zeven jaren willen kinderen de wereld leren begrijpen en beredeneren. Dan ligt de nadruk meer op ontwikkeling van het denken. Karakteristieken van het onderwijs 1. Periodeonderwijs en vaklessen 2. Thematische vertelstof 3. Meervoudige didactiek 4. Meerdere jaren dezelfde leerkracht 1. Periodeonderwijs en vaklessen Periodeonderwijs is een vorm van modulair onderwijs waarin gedurende enkele weken achtereen, voor klas 1 t/m 6, in de eerste twee uur van de dag hetzelfde vak wordt aangeboden. Vakinhoudelijk en didactisch versterkt deze methode de bewuste en onbewuste verwerking van de leerstof. Als in een volgende periode, zoveel weken later, met de leerstof verder wordt gegaan, wordt het behandelde in de herinnering opgehaald en op die manier verankerd. In de kleuterklassen is het onderwijs verbonden met de seizoenen en de jaarfeesten. De dagen van de week hebben een vast ritme. De periodevakken in de onderbouw zijn: taal, rekenen en heemkunde/wereldoriëntatie. Vanaf klas 4 wordt het uitgebreid met de vakken geschiedenis, aardrijkskunde, biologie en natuurkunde. In de periodevakken wordt een verdieping gevonden die kan terugkomen in de vaklessen waarmee de rest van de schooldagen zijn ingedeeld. Vaklessen worden gegeven volgens een vast weekrooster.



De vaklessen zijn: - de vreemde talen, eerst Engels en eventueel Duits en/of Frans. De duur van de lessen varieert van 30 minuten in de lagere klassen tot 45 minuten in de hoge klassen; - de kunstzinnige vakken; tekenen, schilderen, boetseren, handwerken, toneel, muziek (zingen en blokfluiten), euritmie* en handvaardigheid en techniek vanaf de derde klas; - gymnastiek wordt gegeven vanaf de kleuterklas; - koorzang (45 min per week voor klas 3 t/m 6), - vanaf de vierde klas wordt tuinbouw in het voor- en het najaar gegeven, - klas 5 en 6 krijgen les in het gebruik van de computer, - wekelijks zijn er oefenuren voor lezen, spelling en rekenen. * Euritmie is een bewegingsles waarbij taal en muziek bezield, vanuit de nabootsing, in beweging worden omgezet. 2. De Bewegende Klas Ons uitgangspunt is dat bewegen het leren ondersteunt. Om de overgang van de kleuterklas (waar vrij bewegen en spelen de norm is) naar de eerste schoolklas soepeler te maken, gebruiken we de methode van de Bewegende Klas. De Bewegende Klas is ontwikkeld vanuit de gedachte dat ontwikkelings- en leerstoornissen ontstaan, doordat kinderen te weinig zinvol bewegen. Het ontwikkelen van de lichaamsgebonden zintuigen als een stabiel fundament, vormt een voorwaarde om goed te kunnen leren. In de kleuterklas gebeurt dat volop door het vormgegeven vrije spel. In de onderbouw wordt dit proces hiermee voortgezet. Om veel bewegen in de praktijk mogelijk te maken, is een grote vrije ruimte nodig. Kinderen zitten daarom niet op stoeltjes achter tafels, maar hebben een eigen zitkussen en delen een houten bank. Met deze banken zijn verschillende opstellingen te maken. De dag start met een parcours van hindernissen waarin de evenwichtszin en de tastzin worden gestimuleerd. In dit parcours oefenen de kinderen samenwerken en gericht bewegen. Vervolgens bepaalt de vorm en inhoud van de les de opstelling van het klaslokaal, een kring, een rij-opstelling of een groepsopstelling (zonne-opstelling). Bij alle drie de werkvormen blijven de kinderen de leerkracht van top tot teen zien. Meestal komen alle varianten voor in één periodeochtend waardoor de kinderen nooit lang in dezelfde houding zitten. Een bewegende klas maakt een vierkante klas rond; iedereen zit vooraan en kan elkaar zien en ervaren. Dit versterkt het groepsgevoel. De kinderen kijken niet alleen naar de leerkracht, maar ook naar de andere kinderen. De Bewegende Klas stimuleert bovendien de creativiteit van de leerkracht in het gebruik van nieuwe werkvormen. Ervaring leert dat in een Bewegende Klas meer rust heerst en dat de resultaten van de kinderen vergelijkbaar zijn als in een klas met een traditionele inrichting. Op de Vrijeschool Vredehof zijn de eerste en tweede klas een Bewegende Klas.

4. Meervoudige didactiek Vanuit het antroposofisch perspectief op onderwijs ontwikkelt de mens zich door te doen, te voelen en te denken. De leerstof wordt vanuit een veelzijdige context aangeboden. Hiermee worden de verschillende zintuigen en niveaus van beleving aangesproken. Het accent ligt op het klassikale en het auditieve onderwijs. Taalontwikkeling begint bij het luisteren naar verhalen. Kleuters horen verhalen, zingen veel liedjes en doen woordspelletjes om het gevoel voor taal te ontwikkelen. Het horen van verhalen blijft in de rest van de onderbouw uitgangspunt voor het aanbieden van de lesstof. In de verhalen en gedichten wordt een beroep gedaan op het gevoelsleven, het voorstellingsvermogen, het logisch denken en het opnemen van kennis met steeds verschillende accenten. Taal en rekenen wordt aan de hand van feiten aangeboden maar ook op een kunstzinnige manier door te tekenen, te zingen, te dichten, te bewegen en toneel te spelen. Dat geldt ook voor de andere (vak)lessen. 5. Meerdere jaren dezelfde leerkracht In de onderbouw (klas 1 t/m 6) heeft een klas in principe gedurende drie jaar dezelfde leerkracht. Wij kijken naar de situatie voor de klas en voor de leerkracht waardoor wij dit principe soepel hanteren. Leerkrachten groeien gedurende die drie jaar met een klas mee en vormen een belangrijke bron voor het sociale leren. Een leerkracht die over een langere periode intensief met kinderen werkt kan een langere ontwikkelingslijn zien. Hij kan de relevante veranderingen bij een kind opmerken en de begeleiding en leerstof daarop aanpassen. Overigens ontmoet het kind niet alleen de eigen leerkracht(en). Er komen tijdens de vaklessen ook andere leerkrachten voor de klas, namelijk vakleerkrachten of klassenleerkrachten van andere klassen.

3. Thematische vertelstof versterkt het leren en sluit aan bij de ontwikkeling Een groot deel van het onderwijsmateriaal wordt aangeboden aan de hand van vertellingen die verbonden zijn aan enerzijds de jaargetijden en anderzijds thema’s die aansluiten bij de belevingswereld en ontwikkelingsfase van de kinderen. In de kleuterafdeling worden de sprookjes verteld. In klas 1 staan de sprookjes ook nog centraal, in klas 2 de fabels en de heiligenlegenden, in klas 3 het oude testament als basis van veel wereldbeschouwelijke stromingen, in klas 4 staan de Germaanse mythologieën centraal als basis voor de Europese

ontwikkeling, in klas 5 de Griekse mythologieën en in klas 6 de Romeinse geschiedenis en de Middeleeuwen.



3

Ordening van het onderwijs

Leerlingaantallen De kleuters zitten in klassen met een verticale leeftijdsopbouw (4 - 7 jarigen) en de klassen in de onderbouw (klas 1 t/m 6) zijn groepen van leeftijdsgenoten. Na de onderbouw kan het vrijeschoolonderwijs vervolgd worden op het Rudolf Steiner College (middenbouw klas 7 - 8 en bovenbouw klas 9, 10, 11 en 12 ) of een andere vorm van onderwijs die bij het kind past. De kleuterklassen beginnen het schooljaar klein, ongeveer 20 kinderen. In de loop van het schooljaar stromen nieuwe kinderen in en worden de klassen groter, maximaal 32 kinderen. In de onderbouw streven we naar klassen met maximaal 28 leerlingen. Leerplan Vrije Scholen geven onderwijs op basis van een vrijeschoolleerplan. Het leerplan bestaat uit aanwijzingen voor het werken met kinderen in de kleuterleeftijd en voor het onderwijs van kinderen van 6 tot en met 18 jaar in de klassen 1 tot en met 12. Schoolplan In ons schoolplan voor 2015-2019 zijn de streefdoelen voor het schooljaar beschreven. Het schoolplan is te vinden op de website en er ligt een exemplaar ter inzage bij de ouderbibliotheek. Jaarfeesten Over het hele jaar verspreid worden jaarfeesten gevierd die verweven worden in ons onderwijs. Dit zijn hoogtepunten in het jaar. Wij noemen de belangrijkste: Michaëlsfeest op 29 september, Sint Maarten op 11 november, de Kersttijd, Pasen, Pinksteren en het Sint Jansfeest (midzomerfeest) op 24 juni. Door het vieren van de jaarfeesten wordt het verloop van het jaar en de seizoenen intens meebeleefd. Over de invulling en betekenis van deze jaarfeesten is verschillende literatuur in de ouderbibliotheek aanwezig. Voor de vieringen van jaarfeesten gaan we vaker de school uit, bijvoorbeeld naar het Kralingse Bos. Een enkel feest wordt buiten schooltijd gevierd, bijvoorbeeld de lampionoptocht op Sint Maarten voor de kleuters en klas 1, 2 en 3. Spreuken Iedere dag wordt geopend met een spreuk. Maaltijden worden begonnen met een eetspreuk om eerbied te wekken voor het dagelijkse brood. De tekst van de ochtendspreuk in klas 1 t/m 3 gaat over de natuur rondom het kind en vanaf klas 4 staat het kind ten opzichte van de wereld centraal.

Beschrijving van de schooldagen De kleuterafdeling De kleuters komen om 8.20 uur in de klas en mogen dan gaan tekenen. Als de ouders afscheid hebben genomen, begint het ochtendspel. In spelvorm worden de seizoenen beleefd. In de lente spelen ze van ontkiemende planten en bloeiende bloemen. In de herfst vallen de blaadjes en loeien de herfststormen. In het spel beleven de kinderen de ene keer letterlijk en dan weer figuurlijk basale en ambachtelijke handelingen van volwassenen om na te doen: samen


afwassen, broodbakken, werken op het veld, smeden van ijzer en verwerken van natuurlijke materialen. Na het ochtendspel begint het vrije spel. De kinderen kiezen het spel wat hen op dat moment het meeste boeit en kan bieden: kisten, planken en blokken om te bouwen, poppen om te verzorgen, kralen om te rijgen en verkleedkleren om rollen te spelen. Hier spelen grote en kleine kinderen samen en ieder heeft daarbij een eigen rol. De leerkracht stimuleert de kinderen waar nodig, stuurt bij en schept de voorwaarden voor gezond spel. Iedere dag heeft een eigen speciale activiteit: broodbakken, knutselen, schilderen, kleutergymnastiek en euritmie. Het leven in de kleuterklas is ritmisch opgebouwd met een vast dagen weekritme. Rond 11 uur eten de kinderen een boterham en drinken samen wat. De juf verzorgt dit samen met een aantal oudere kinderen. De 4-jarige kleuters gaan iedere dag tot 12.30 uur naar school, 5-jarige kleuters in hun laatste kleuterjaar blijven op dinsdag en donderdag ook ’s middags tot 14.45 uur op school. Zij lunchen eerst onder de hoede van een juf of een onderwijsassistente met zelf meegebrachte boterhammen en drinken. Daarna is er een vast programma dat meer afgestemd is op de grotere kinderen. Het zijn gerichte opdrachten en oefeningen met taken die af moeten voor de aankomende eersteklassers, zoals timmeren, een weefwerkje of borduren. De onderbouw In de eerste klas wordt de overgang gemaakt van vrij, spelend leren naar meer geleid, doelgericht leren. In alle klassen wordt dat wat is beleefd in verhaal, spel of activiteit, schriftelijk verwerkt. Het geleerde krijgt zijn weerslag in de periodeschriften en in kleine werkstukken. Aantal weken per klas/per vak

1

2

3

4

5

6

Taal

17

17

17

14

12

10

Rekenen/Wiskunde

14

14

14

12

11

12

Wereldoriëntatie

9

9

9

-

-

-

Geschiedenis

-

-

-

4

6

6

Aardrijkskunde

-

-

-

3

5

4

Biologie

-

-

-

5

6

4

-

2

-

-

40

40

40

40

Verkeer Totaal

40

40

n.b. Niet ieder schooljaar heeft 40 weken

Aanwezige functies - Schoolleider - Klassenleerkrachten - Vakleerkrachten voor handwerken, handenarbeid, gymnastiek, Engels, kunstzinnige vakken, ICT en euritmie - Intern begeleider - Remedial teacher - Onderwijsondersteunend personeel - Schoolmaatschappelijk werker


Schoolactiviteiten en extra voorzieningen In het schoolgebouw zijn de volgende voorzieningen beschikbaar: - Aula als gemeenschapsruimte - Handvaardigheidslokaal - Werkkamer voor intern begeleider - Werkkamer voor remedial teaching - ICT ruimte - Lerarenbibliotheek en leerlingenbibliotheek - Centrale hal met daarin een ouderbibliotheek - De kleuterafdeling en de begane grond zijn toegankelijk voor rolstoelen. - In de hal van de kleuterafdeling bevindt zich een invalidentoilet Kinderopvang Er is een naschoolse kinderopvang, die op basis van vrijeschoolpedagogie werkt (zie pag. 37). Tussenschoolse opvang/overblijven Alle klassen hebben een continu rooster. De kinderen die ‘s middags school hebben blijven over onder toezicht van een leerkracht. Activiteiten buiten het schoolgebouw Dit zijn activiteiten, die buiten het schoolgebouw plaatsvinden, zoals wandelen, spelletjes en de viering van jaarfeesten. De klassen gaan regelmatig wandelen in het Kralingse Bos. Uitstapjes De kleuterklassen gaan af en toe op stap. De klassen 3 t/m 6 maken een aantal malen per jaar uitstapjes die aansluiten bij het onderwijs. De onderwerpen zijn: ambachten, dierkunde, plantkunde, aardrijkskunde en geschiedenis. De uitstapjes zijn onder schooltijd. Er wordt van de ouders meestal een bijdrage in de kosten gevraagd. Werkweek Klas 5 gaat drie dagen op kamp. De kosten voor deze dagen zijn maximaal € 100,-. Klas 6 gaat vijf dagen op stap. De werkweek is een veelomvattend avontuur voor de kinderen. De kosten bedragen ongeveer € 200,-. De ouders betalen de kosten voor de kampen in klas 5 en 6 zelf.

4 Leerlingontwikkeling en zorg Voor het volgen van de ontwikkeling van de leerlingen heeft de school een aantal instrumenten ontwikkeld en ingevoerd. Leerlingvolgsysteem De school heeft een leerlingvolgsysteem, waarin de ontwikkeling van de leerlingen wordt bijgehouden over de motorische en sociaal-emotionele ontwikkeling en de cognitieve vaardigheden lezen, spellen en rekenen. Het leerlingvolgsysteem bestaat uit een leerlingdossier, toetsen en andere signaleringsmethoden. Ouders hebben recht op inzage in het leerlingvolgsysteem van hun kind(eren). Leerlingdossier Elke leerkracht volgt voortdurend de ontwikkeling van de kinderen middels waarnemingen en toetsen. De notities en andere relevante informatie worden opgenomen in het leerlingendossier. Ook de aannameprocedure van het betreffende kind, de biografiegegevens, de gesprekken met de ouders of hulpverleners, verslagen, handelingsplannen, getuigschriften, etc. Alle gegevens over de leerling worden bewaard in dit leerlingdossier. Uiteraard hebben de ouders het recht op inzage. Huiswerk In klas 1 en 2 wordt er in principe geen huiswerk meegegeven aan de kinderen, in klas 3 en 4 gebeurt dat in de vorm van het afmaken van werk. In de klassen 5 en 6 wordt er huiswerk gegeven voor alle vakken als dit noodzakelijk is. Klassenbespreking Op gezette tijden vinden in de pedagogische vergadering klassenbesprekingen plaats. Een leerkracht bespreekt de leerlingen van zijn of haar klas en kan door collega’s gevoed en ondersteund worden in de begeleiding van de leerlingen. Kinderbespreking Wanneer de ontwikkeling of het gedrag van een leerling zorgen geeft, kan besloten worden om een kinderbespreking aan dit kind te wijden in de pedagogische vergadering. Ouders, leerkracht, schoolarts en eventueel hulpverleners van binnen en buiten de school worden hierbij betrokken. De kinderbespreking moet leiden tot een beeld van het kind waaruit de desbetreffende leerkracht steun kan putten om het kind beter te begeleiden. En indien nodig helderheid geven over eventueel extern in te roepen ondersteuning. De betreffende ouders worden door school benaderd en om toestemming gevraagd. Toetsen Jaarlijks worden bij alle leerlingen van klas 1 t/m 6 toetsen afgenomen op het gebied van rekenen en taal. De school gebruikt daarvoor de toetsen van Cito. Als eindtoets gebruiken wij de NIO toets en de IEP eindtoets. De toetsen die wij afnemen in de verschillende klassen zijn er op gericht de leerontwikkeling op het gebied van taal en rekenen in beeld te brengen. Daardoor ontstaat een goed beeld van elke leerling en krijgen we ook zicht op de prestaties van een afzonderlijke klas. In de getuigschriften, die uw kind voor de vakantie mee naar huis krijgt, vindt u de uitslagen van de toetsen van Cito terug. We brengen met deze Cito-toetsen het



ontwikkelingsbeeld van de kinderen nog beter in beeld. De uitslagen van de NIO toets en de IEP eindtoets zijn geaccepteerd bij de overgang naar ander onderwijs. Getuigschriften Jaarlijks maken klassenleerkrachten ter afsluiting van het schooljaar een getuigschrift voor de kinderen van klas 1 t/m 6. De vakleerkrachten leveren hier een bijdrage aan. In het getuigschrift beschrijven leerkrachten de ontwikkeling van het kind op cognitief, sociaal-emotioneel en motorisch gebied, de verhouding tot de leerstof en de leerresultaten. Dit deel is bestemd voor de ouders. Voor het kind wordt een verhaal of gedicht gemaakt als beeld waarin het kind zich kan herkennen en waaraan het zich kan ontwikkelen. Gesprek met de leerkracht Bij vragen over de ontwikkeling van een kind kunnen zowel de leerkracht als de ouders het initiatief nemen tot een gesprek. Het is mogelijk om gemiddeld 2 keer per jaar een tien minuten gesprek met de leerkracht hebben over de ontwikkeling van hun kind. Op 3 en 4 november 2015 en op 8 en 9 maart 2016 vinden er schoolbreed voor de ouders van kinderen van klas 1 t/m 6 tien minuten gesprekken plaats. Het zorgteam De zorg voor kinderen met een specifieke behoefte wordt vanuit het zorgteam begeleid en gecoördineerd. De leerkracht geeft vorm aan deze zorg met behulp van interne en/of externe hulp. De coördinatie van de zorg voor leerlingen met een specifieke behoefte is in handen van de intern begeleider. Zij is tevens voorzitter van het zorgteam. Het zorgteam bestaat uit een intern begeleider, remedial teacher, schoolmaatschappelijk werker, wijkverpleegster en een medewerker van PPO Rotterdam. De ouders van kinderen met een specifieke behoefte worden nadrukkelijk betrokken bij het proces. Het zorgteam bespreekt met de klassenleerkracht die leerlingen die vanwege hun specifieke behoefte op cognitief, sociaal-emotioneel en motorisch gebied extra zorg nodig hebben. Bij signalen die om extra zorg vragen, worden de ouders voor een gesprek uitgenodigd door de klassenleerkracht. Het inzetten van de zorg kan intern verzorgd worden door onderwijsassistent, remedial teacher, en/ of schoolmaatschappelijk werker. Bij structurele hulp kan, op advies van het zorgteam, ook externe hulp (o.a. euritmie-therapie, kunstzinnige therapie) gezocht worden. Dit in samenwerking/overleg met de ouders. Het zorgteam komt wekelijks bij elkaar om de voortgang van de kinderen te bespreken en eventueel de begeleiding bij te stellen. Remedial teaching De school heeft 2 dagen remedial teaching beschikbaar. Zoveel mogelijk kinderen worden binnen de school geholpen. De remedial teacher onderzoekt op advies van het zorgteam de door de leerkracht gesignaleerde problemen en sluit dit onderzoek af met een conclusie en advies. Dit advies wordt in het zorgteam, met de leerkracht en evt. met de ouders besproken. Er wordt een handelingsplan gemaakt en uitgevoerd. De kinderen die intensieve en structurele hulp nodig hebben, worden naar remedial teaching of andere vorm van hulp buiten de school verwezen.


Schoolmaatschappelijk werk De gemeente en deelgemeente stellen middelen beschikbaar voor 4 uur school-maatschappelijk werk per week. Wij kopen schoolmaatschappelijk werk in bij stichting Dock. Ouders en kinderen kunnen hiervan gebruik maken. Meestal wordt deze zorg aangeboden na overleg in het zorgteam of naar aanleiding van oudergesprekken met de leerkracht. Ouders kunnen zich met vragen ook rechtstreeks tot de schoolmaatschappelijk werker wenden (zie pag. 39). Passend Onderwijs Per 1 augustus 2014 is de zorgplicht ingevoerd. Dit betekent dat scholen ervoor moeten zorgen dat ieder kind, dat op hun school zit of dat zich bij hun school aanmeldt, een passende onderwijsplek krijgt binnen het samenwerkingsverband (dat is een samenwerking tussen schoolbesturen die de wettelijke taak van het Passend Onderwijs, samen met die scholen uitvoert. In Rotterdam is dit PPO Rotterdam (www.pporotterdam.nl). Zorgplicht Bij de uitvoering van de zorgplicht moet een schoolbestuur eerst kijken wat de school zelf kan doen. Het uitgangspunt is dat de school (schoolbestuur) waarop het kind zit of is aangemeld, eerst alle mogelijkheden onderzoekt om het kind op deze school passend onderwijs te bieden. Als de school waar het kind op zit of is aangemeld, echt geen passend onderwijsaanbod kan realiseren, dan heeft de school zogenaamde trajectplicht. Dat betekent dat de school dan zelf voor een nieuwe onderwijsplek voor dit kind moet zorgen. Bij het vinden van een goede school voor hun kind zijn ouder(s)/verzorger(s) uiteraard wel heel belangrijk. Ouder(s)/verzorger(s) met kinderen in de peuterleeftijd oriënteren zich op een nieuwe school. Soms gebeurt het ook dat een kind al op een basisschool zit, maar dat het voor het kind beter is als het naar een andere school gaat. Meestal gebeurt dit omdat de huidige school niet aan het kind kan bieden wat het nodig heeft. Het zoeken naar een nieuwe school kan ook het gevolg van een verhuizing zijn. Informatie voor de school Bij het zoeken naar een nieuwe/andere school is het belangrijk dat ouder(s)/verzorger(s) aan de school informatie geven over hun kind. Het bevoegd gezag van een school (het schoolbestuur) kan hier vanaf 1 augustus 2014 een formeel verzoek voor indienen bij ouder(s)/verzorger(s). Van hen wordt dan verwacht dat zij alle relevante informatie over hun kind aan de school overhandigen. Wil de school eventueel toch nader onderzoek laten doen door bijvoorbeeld een gedragswetenschapper, dan moeten de ouder(s)/verzorger(s) daar toestemming voor geven. Ook moeten ouder(s)/verzorger(s) aangeven op welke andere scholen zij hun kind eventueel hebben aangemeld. De school waar de leerling als eerste is aangemeld, is zorgplichtig. Het verzoek van het bevoegd gezag van een school aan ouder(s)/verzorger(s) om meer informatie te verstrekken, geldt voor ouder(s)/verzorger(s) met een kind dat extra ondersteuning nodig heeft. Zij kunnen dan samen met de school bepalen wat de extra onderwijsbehoeften van het kind zijn. Het is zeer belangrijk dat ouder(s)/verzorger(s) en school samen optrekken in het vinden van een passende school voor het kind. Zij kennen het kind beiden goed. Er is vaak veel informatie beschikbaar over een kind. Door in openheid informatie met elkaar te delen, is de kans het grootst dat een passende school voor het kind gevonden kan worden die aansluit bij de wensen van de ouder(s)/verzorger(s).


Schoolondersteuningsprofielen Iedere school is wettelijk verplicht om een schoolondersteuningsprofiel te maken. Dit profiel beschrijft welke onderwijsondersteuning de school wel en niet kan bieden. Als ouder(s)/ verzorger(s) vermoeden dat hun kind extra ondersteuning nodig heeft, kunnen ze via het ondersteuningsprofiel alvast een beeld krijgen van wat een school kan bieden. Het uitgebreide schoolondersteuningsprofiel is in te zien op de website van de school en ligt ter inzage bij de directie van de school. Wanneer een kind wordt afgewezen op de school die de eerste keus is van de ouder(s)/ verzorger(s), worden zij schriftelijk op de hoogte gesteld van deze afwijzing, voorzien van de argumentatie. Wanneer ouder(s)/verzorger(s) het niet eens zijn met de beslissing van de school, zal er overleg plaatsvinden tussen hen en de school. De school kan in zo’n overleg aangeven welke andere school voor het kind is gevonden, die beter aansluit bij de onderwijsbehoeften van het kind. Wanneer ouder(s)/verzorger(s) niet akkoord gaan met de andere school die wordt voorgesteld, kunnen zij de afwijzing voor de school van hun voorkeur laten toetsen door een geschillencommissie. Het laten toetsen door de geschillencommissie kan echter alleen als er overleg is geweest tussen ouder(s)/ verzorger(s) en school én nadat er een andere school is gevonden voor het kind. Voor scholen voor speciaal (basis)onderwijs verloopt het aanmeldingstraject via het samenwerkingsverband waar de school toe behoort. Het samenwerkingsverband Passend Primair Onderwijs Rotterdam (PPO Rotterdam) geeft vanaf 1 augustus 2014 zogenaamde toelaatbaarheidsverklaringen af voor het sbo en so (cluster 3 en 4). Zonder deze verklaring kan een sbo- of so-school een leerling niet aannemen. Basisscholen of zorginstellingen kunnen een kind aanmelden bij de toelatingscommissie van het samenwerkingsverband. Ouder(s)/ verzorger(s) kunnen zelf geen toelaatbaarheidsverklaring aanvragen, maar kunnen voor vragen natuurlijk wel terecht bij het samenwerkingsverband (www.pporotterdam.nl). Samenwerkingsverband PPO Rotterdam hoopt met haar brede aanbod aan onderwijsvoorzieningen alle kinderen in Rotterdam passend onderwijs te kunnen bieden. Mochten ouder(s)/verzorger(s) het niet eens zijn met een beslissing van een school, dan kunnen zij bezwaar aantekenen bij het bevoegd gezag van de (eerste) school. Als er samen met school geen passende oplossing gevonden kan worden, kan het samenwerkingsverband ingeschakeld worden of kan aan de landelijke geschillencommissie toelating en verwijdering een oordeel gevraagd worden. Ouder(s)/verzorger(s) zijn natuurlijk altijd vrij om hun kind bij een andere school aan te melden, als ze niet tevreden zijn over de eerste school. Wanneer ouder(s)/ verzorger(s) hun kind op een andere school aanmelden, krijgt die school de zorgplicht. Ongeacht de afspraken die er over de uitvoering van de zorgplicht binnen een samenwerkingsverband worden gemaakt, is voor individuele schoolbesturen in alle sectoren de Wet Gelijke Behandeling op grond van Handicap of Chronische ziekte (WGBH/CZ) van kracht. Artikel 2 van deze wet bepaalt dat individuele schoolbesturen ertoe verplicht zijn doeltreffende aanpassingen te verrichten voor een leerling met een beperking (zoals bedoeld in de WGBH/CZ), tenzij deze een onevenredige belasting vormen voor de school. De WGBH/CZ is volgens het College voor de Rechten van de Mens (voormalige Commissie Gelijke Behandeling) niet van toepassing op de toelating en deelname aan het (v)so.


Wanneer geldt de zorgplicht niet? De zorgplicht en de trajectplicht gelden niet als de school of de groep waar het kind voor wordt aangemeld vol is. Voorwaarde is wel dat een school een duidelijke en consistent aannamebeleid heeft en in haar schoolondersteuningsprofiel aangeeft wanneer de school daadwerkelijk vol is. In deze gevallen verdient het de voorkeur als de school bij haar schoolbestuur en/of bij het samenwerkingsverband meldt dat zij geen onderwijsplek aan een kind kan bieden en dat er - zo nodig - toch ondersteuning aan ouders geboden wordt om een passende onderwijsplek voor hun kind te vinden. Ook geldt de zorgplicht niet wanneer ouder(s)/verzorger(s) de grondslag van de school weigeren te onderschrijven. Het gaat hier niet alleen om de religieuze grondslag of levensbeschouwelijke identiteit van de school, maar ook om de onderwijskundige grondslag. Tenslotte is de zorgplicht niet van toepassing bij aanmelding voor cluster 1 (visuele beperkingen) en cluster 2 instellingen (gehoor- en communicatieve beperkingen). Deze instellingen maken geen deel uit van samenwerkingsverbanden passend onderwijs en hebben een eigen toelatingsprocedure. Onderwijsconsulenten Met de inwerkingtreding van de wetswijziging Passend Onderwijs per 1 augustus 2014 kan ook een beroep worden gedaan op de onderwijsconsulent (www.onderwijsconsulenten.nl) wanneer er sprake is van plaatsingsproblematiek van een (leerplichtige) leerling met extra ondersteuningsbehoefte in primair of voortgezet onderwijs of wanneer ouder(s)/ verzorger(s) en/of school problemen ervaren met betrekking tot het handelingsdeel van het ontwikkelingsperspectief (OPP). Contactgegevens PPO Rotterdam Bezoekadres: Hillevliet 126-A, 3074 KD Rotterdam Postadres: Postbus 50529, 3007 JA Rotterdam [email protected] www.pporotterdam.nl Schoolondersteuningsprofiel Vrije School Vredehof

Zie voor ons gecomprimeerde SOP www.vsvredehof.nl of klik op de volgende link: Intern begeleider De intern begeleider is aanspreekpunt op het gebied van de zorg. Haar taken liggen op het coördinerende vlak. Zij onderhoudt het contact over het zorgkind met de leerkrachten, de ouders en de interne en externe begeleiders. De schoolarts De schoolarts onderzoekt op verzoek van het zorgteam en met instemming van de ouders een kind waarover vragen zijn. Hij is eventueel ook aanwezig bij de kinderbespreking. Overgang van kleuterklas naar klas 1 In de maanden voordat de oudste kleuters naar de eerste klas zullen gaan, onderzoekt de kleuterjuf door middel van het leerrijpheidsonderzoek of de kleuters voldoende ver zijn in hun totale ontwikkeling om naar de eerste klas te gaan. Daarbij wordt vooral gekeken naar


de ontwikkeling van de motoriek en wijze van spelen (in verband met de sociaal-emotionele ontwikkeling). Ook moeten voldoende basisvaardigheden aanwezig zijn voor het leren rekenen, schrijven en lezen, de zogenaamde leervoorwaarden. Mede op basis van het leerrijpheidsonderzoek besluit de school dat de kleuter wel of niet naar de eerste klas kan doorstromen. Alle ouders krijgen in een gesprek uitleg en toelichting op de uitslag van het onderzoek en hoe de school daarmee omgaat. Op 15 maart 2016 wordt een ouderavond gehouden rondom het thema leerrijpheid. Begeleiding naar het voortgezet onderwijs In de zesde klas worden de resultaten van de leerlingen geëvalueerd om te weten welk voortgezet onderwijs gevolgd kan gaan worden. De evaluatie wordt tijdig met de ouders besproken vóór de aanmeldingsdata van het voortgezet onderwijs. Het zoeken en vinden van de juiste school voor voortgezet onderwijs is de verantwoordelijkheid van de ouders. De school heeft hierbij alleen een adviserende rol. In het gesprek tussen de leerkracht van klas 6 en de ouders worden wensen en mogelijkheden over het vervolgonderwijs verkend. Het is mogelijk om de schoolloopbaan te vervolgen op de bovenbouw van de Vrijeschool. Rudolf Steiner College: Vrijeschool voor atheneum, havo en vmbo-tl Het Rudolf Steiner College is een vrijeschool voor voortgezet onderwijs: vwo, havo en vmbo-tl. Zoals te verwachten, gaat het op de vrijeschool om méér dan om het behalen van een diploma. Het streven is dat de leerlingen zich van hun idealen bewust worden en later hun eigen bijdrage kunnen leveren aan de samenleving. Hiervoor is het van belang dat de jonge mens eerst antwoorden vindt op vragen als: ‘Wie ben ik?’, ‘Wat kan ik?’, ‘Wat wil ik?’. Het onderwijs ondersteunt de leerling in zijn zoektocht naar de antwoorden op deze vragen. Voor een kleine groep leerlingen (circa 20) is er ambachtelijk onderwijs op vmbo-tl-niveau. Deze klas is bedoeld voor leerlingen die gebaat zijn bij een andere benadering: denken door doen. Op de website is veel verdere informatie te vinden: www.rudolfsteinercollege.nl.

5

De leraren

Naast de kinderen vormen de leerkrachten een belangrijke groep binnen de school. Zolang er voldoende leerkrachten zijn, is er niets aan de hand, maar als er bijvoorbeeld een griep door de school waart, vallen er gaten. Dit hoofdstuk gaat over vervanging, onderwijsassistenten, stagiaires en scholing. Wijze van vervanging Bij ziekte of afwezigheid van leerkrachten gelden de mogelijke maatregelen: - De lessen worden overgenomen door een vervanger. De school streeft ernaar steeds een aantal vervangers in reserve te hebben (één voor de kleuters en één voor de onderbouw). Omdat vervangers vaak een vaste baan zoeken, is er veel verloop en lukt het niet altijd om deze reserve te realiseren. Als er geen vervanging is, dan geldt: - bij de kleuters wordt aan de ouders gevraagd hun kinderen thuis te houden. Als dat niet kan, worden kinderen in één van de andere kleuterklassen opgevangen. - onderbouwleerlingen worden verdeeld over de andere klassen. In het uiterste geval vervallen er lessen. Ouders krijgen hiervan vooraf bericht en ‘noodopvang’ is altijd mogelijk. - Bij meerdere zieken hanteren we een ‘voorrangsregel’: bij vervangen gaat de laagste klas voor de hoogste klas; bij lesuitval is dat andersom. Begeleiding stagiaires De stagecoördinator maakt afspraken met eventuele stagiaires en/of de opleidings-instituten. In de vergadering van leerkrachten worden aanvragen voor stageplaatsen besproken en verdeeld. Stagiaires worden begeleid door de leerkracht. Scholing leraren Onderwijs vraagt permanente nascholing en ontwikkeling van pedagogische- en methodische inzichten. Sinds de oprichting van vrijescholen is dit een wezenlijk aspect van de bewaking van de kwaliteit van het onderwijs. De begeleidingsdienst voor vrije scholen (bvs schooladvies) speelt hierin een belangrijke rol. De nascholingsmogelijkheden binnen de vrijeschoolpedagogie en daarbuiten zijn groot. Er wordt wekelijks in de teamvergadering een studiegedeelte ingeruimd, leerkrachten kunnen een jaarlijkse zomercursus volgen en met iedere leerkracht worden persoonlijke scholingsafspraken gemaakt. Scholing gaat niet alleen over persoonlijke vaardigheden maar ook over de ontwikkeling van de school als geheel.



6 De ouders We willen heldere informatie geven aan alle binnen de school betrokken ouders en leerkrachten. Samenwerking tussen ouders en leerkrachten is essentieel voor een goede ontwikkeling van de leerlingen. We gaan er van uit dat ouders en leerkrachten elkaar bevragen waar dat nodig is en elkaar actief op de hoogte houden van belangrijke gebeurtenissen en ontwikkelingen voor de leerlingen. Er worden regelmatig per klas ouderavonden georganiseerd rondom een thema dat aansluit bij het leerjaar of een jaarfeest. De betrokkenheid van ouders is groot omdat de school veel activiteiten organiseert waarbij een actieve bijdrage van de ouders nodig is.

Informatie aan ouders

Ouderavonden Iedere klas heeft drie tot vier keer per jaar een ouderavond. De kleuterklassen hebben vijf ouderavonden per jaar. Er wordt verteld over het werken met de kinderen: wat hebben we gedaan, hoe ging dat, wat waren de hoogtepunten. Het werk van de kinderen is te zien. Ervaringen van leerkracht en ouders worden uitgewisseld. Ook kan er worden gewerkt rondom een jaarfeest. Huisbezoek Kleuterleerkrachten komen in overleg met de ouders een keer thuis op bezoek. Gesprek Bij vragen over de ontwikkeling van een kind kunnen zowel de leerkracht als de ouders het initiatief nemen tot een gesprek. Het is mogelijk om gemiddeld 2 keer per jaar een tien minuten gesprek met de leerkracht hebben over de ontwikkeling van hun kind. Spreekuur Afspraken voor aanmelden van leerlingen of voor een gesprek met de schoolleider kunt u maken via de administratie. Afspraken met leerkrachten kunt u met hen persoonlijk maken. Getuigschriften Zoals in hoofdstuk 4 beschreven, wordt op iedere laatste schooldag een getuigschrift uitgereikt aan de leerlingen. Dit bevat een ‘beeld’ voor het kind en een beschrijving van de ontwikkeling en de vorderingen van het kind voor de ouders. Informatie gescheiden ouders Op de school rust een informatieplicht aan beide ouders die het ouderlijk gezag hebben. Onder informatie in deze wordt verstaan: alle relevante zaken betreffende de leerling en de schoolorganisatie zoals getuigschriften, nieuwsbrieven, voortgangsrapportages, de schoolgids en ouderavonden. Indien beide ouders het ouderlijk gezag hebben en de leerling woont bij één van de ouders dan wordt de informatie verstrekt aan de ouder bij wie de leerling in huis woont. Hierbij gaat de school ervan uit dat alle informatie welke door de school aan die ouder wordt verstrekt door die ouder aan de andere ouder wordt doorgegeven. Indien dit niet het geval is, dient de ouder die de informatie niet ontvangt op eigen initiatief contact op te nemen met de school en wordt in overleg bezien of andere afspraken ten aanzien van de informatievoorziening kunnen worden gemaakt.


Indien beide ouders het ouderlijk gezag hebben, er sprake is van co-ouderschap en de leerling woont beurtelings bij één van de ouders, zal alle informatie worden verstrekt aan de ouder wiens adresgegevens ten behoeve van de registratie van de leerling zijn gemeld. Ook in dit geval gaat de school ervan uit dat alle informatie welke door de school aan die ouder wordt verstrekt door die ouder aan de andere ouder wordt doorgegeven. Indien dit niet het geval is, dient de ouder die de informatie niet ontvangt op eigen initiatief contact op te nemen met de school en wordt in overleg bezien of andere afspraken ten aanzien van de informatievoorziening kunnen worden gemaakt. Indien één van de ouders het ouderlijk gezag heeft en de andere ouder is uit de ouderlijke macht ontzet, informeert de school slechts de ouder die met het ouderlijk gezag is belast. Op grond van de wet is de school echter verplicht om ook de ouder die niet belast is met de ouderlijke macht desgevraagd te informeren, tenzij de informatie niet op dezelfde manier ook wordt verschaft aan de ouder die wel met het ouderlijk gezag is belast, of als het belang van het kind zich tegen het verschaffen van de informatie verzet. Voorts is de school hiertoe niet verplicht indien dit blijkt uit enig rechtelijk vonnis. Het Schoolnieuws We geven wekelijks een Schoolnieuws uit met alle informatie over het reilen en zeilen van onze school. Dit wordt gepubliceerd op onze website www.vrijeschoolvredehof.nl. Via de website kunt u zich aanmelden met uw e-mail adres om het Schoolnieuws per mail te ontvangen. Facebook De school heeft een eigen Facebook pagina waar berichten uit de klassen, foto’s van jaarfeesten en komende activiteiten op geplaatst worden. Ouderbibliotheek Links in de hal van de school staat een roodbruine boekenkast die ingericht is als bibliotheek voor ouders. De bibliotheek bevat een mooie collectie boeken toegespitst op antroposofie, vrijeschoolonderwijs, jaarfeesten, opvoeden, kook- en knutselboeken en tijdschriften over onderwerpen waar je als ouder mee te maken hebt. In een gewone bibliotheek moet je lang zoeken; hier staan die boeken lekker bij elkaar. Boeken worden uitgeleend aan leden en het lidmaatschap kost € 2,50 per schooljaar. Je kunt de boeken één maand houden. De bibliotheek wordt beheerd door ouders. Iedere woensdagochtend is zij geopend.

Activiteiten

Schoolkrant Twee keer per jaar wordt een schoolkrant (Seizoener) samengesteld. In schooljaar 2015-2016 verschijnt de Seizoener rond Kerst en Sint Jan. Pelle tweedehands kledingverkoop Twee keer per jaar wordt er een tweedehands kledingverkoop georganiseerd. De opbrengst komt ten goede aan extra materialen voor de school of aan ouderactiviteiten. De eerste verkoop vindt plaats op 23 september 2015, de tweede verkoop op 13 april 2016.


Lentemarkt Ieder jaar organiseren leerlingen en ouders van klas 3 een Lentemarkt. De andere klassen verzorgen stands waar ten bate van de school hapjes en meestal handgemaakte voorwerpen verkocht kunnen worden. Er zijn vooral ook heel veel leuke spelletjes te doen. Dit schooljaar vindt de Lentemarkt plaats op zaterdag 4 juni 2016, van 11:00-15:00u.

Op 5 april 2005 is de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad geïnstalleerd. De leden van de GMR zijn afgevaardigden van de scholen. Per school zijn er twee leden afgevaardigd in de GMR. De GMR heeft advies- en/of instemmings-bevoegdheid bij beleidsbeslissingen op samenwerkingsniveau. Namens de ouders is lid: Niels Tilanus. Namens het lerarencollege is lid: Nicolette Scheuierman

Adventsbazaar Op zaterdag 21 november 2015 wordt er (van 11:00-15:00u) door een groep enthousiaste ouders een adventsbazaar georganiseerd. Hier kunt u van alles kopen voor de Sint- en adventstijd. Voor de kinderen worden er vele activiteiten georganiseerd. Ook is ook een boekenmarkt en wordt er tweedehands kleding verkocht.

Ouderbetrokkenheid

Klassenouders Iedere klas heeft twee of drie klassenouders die de leerkrachten ondersteunen bij het voorbereiden van de ouderavonden, de organisatie van de buitenschoolse activiteiten en schoolfeesten en die regelmatig met de leerkracht overleggen over de gang van zaken in de klas. Zij bevorderen het contact tussen ouders en leerkracht. Drie maal per schooljaar vindt er in het klassenouderoverleg overleg plaats tussen de schoolleider en de klassenouders. Luizencontroleurs Iedere klas heeft ouders als luizencontroleurs. Zie verder bij schoolregels en protocollen. De medezeggenschapsraad De medezeggenschapsraad (MR) is het centrale overlegplatform van leerkrachten en ouders. In principe kunnen alle aangelegenheden die de school betreffen besproken worden. Het bestuur stelt de medezeggenschapsraad tenminste tweemaal per jaar in de gelegenheid om over de algemene gang van zaken in de school te spreken en te adviseren. Daarnaast komt de medezeggenschapsraad bijeen naar eigen behoefte of op verzoek van bestuur, leerkrachten of ouders. De zittingsduur van de leden is 2 jaar en men kan eenmaal herkozen worden. De hoofdtaken van de MR zijn: - Standpunten kenbaar maken en voorstellen doen aan het bestuur over alle school aangelegenheden (met name inzake het schoolbeleid voor onderwijs, personeel, financiën, materiaal beheer en publiciteit). Het bestuur dient op voorstellen van de MR binnen drie maanden met redenen omkleed te reageren. Bij wet zijn de verschillende MR-bevoegdheden geregeld: initiatiefrecht (pro-actief standpunten kenbaar maken), informatierecht (het bestuur dient de MR tijdig over zaken te informeren), adviesrecht en instemmingsrecht (over belangrijke beleidswijzigingen). - Bevordering van openheid, openbaarheid en onderling overleg in de school. Namens de ouders zijn lid: Eric van Bekkum (secretaris) en Mirjam Hegger. Namens het lerarencollege zijn lid: José Housmans en Nelleke Vantilborgh (voorzitter). De voorzitter is bereikbaar via [email protected]. De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad Op alle scholen fungeert de medezeggenschapsraad als formeel inspraak- en adviesorgaan.



7

Schoolregels en protocollen

Aanmelding en toelating Heeft u belangstelling voor de vrijeschool en wilt u uw kind graag op de Vrije School Vredehof geplaatst zien, dan kunt u zich aanmelden voor een van de informatieochtenden/avonden. Op deze ochtenden/avonden vertellen wij wat u van onze school kunt verwachten en wat wij van u als ouder verwachten. Ook worden dan vooraanmeldformulieren verstrekt. Op het moment dat u dit formulier ingevuld bij de administratie inlevert, staat uw kind op de wachtlijst. De vrijeschool staat open voor alle leerlingen, ongeacht hun culturele of levensbeschouwelijke achtergrond. Er is een aantal voorrangsregels bij plaatsing. Broertjes en zusjes en kinderen van een andere vrijescholen door verhuizing hebben voorrang. Leerlingen worden toegelaten op volgorde van aanmelding bij de administratie. Toelating kleuters 4 jarigen Na de voorlichtingsbijeenkomst wordt u, in het schooljaar voorafgaand aan het jaar waarin uw kind vier jaar wordt, uitgenodigd voor een individueel aannamegesprek waar ook uw peuter bij aanwezig is. In april/mei hoort u of uw kind geplaatst is of op de wachtlijst blijft staan. Tussentijdse toelating kinderen onderbouw 6-12 jarigen Uw kind is aangemeld voor een klas in de onderbouw zodra wij het ingevulde aanmeldformulier hebben ontvangen. Daarna worden de volgende stappen genomen voordat een definitief besluit tot toelating kan worden genomen: - De aannamecoördinator neemt contact met u op om aan te geven of er plaats is voor uw kind in de betreffende klas. Is er op dat moment geen plaats dan kan uw kind op de wachtlijst geplaatst worden. - Indien er plaats is vragen wij u om de Intern Begeleider van de oude school contact met ons op te laten nemen. - Na dit contact nemen wij nogmaals contact met u op om met u te overleggen over de uitkomsten van dit overleg. - Hierna volgt een periode van onderzoek waarin het doel is te beoordelen of plaatsing in de betreffende klas zinvol is. Het observeren van uw kind is hierbij een onderdeel, ook kunnen wij een eigen onderzoekje door de Remedial Teacher laten doen. - Na deze onderzoeksperiode wordt besloten of uw kind toegelaten kan worden. - In klas 6 worden alleen kinderen toegelaten van andere vrijescholen.

Protocollen

Luizenprotocol Iedere klas heeft één of meerdere ouders als luizencontroleurs. Deze ouders controleren de kinderen van hun klas op de aanwezigheid van hoofdluis. Dit gebeurt zo snel mogelijk na iedere vakantie en nadat een ouder gemeld heeft dat een kind luizen heeft. Ouders van kinderen met luizen wordt verzocht hun kind direct op te halen om thuis te behandelen. Kinderen met neten krijgen een briefje mee naar huis en dienen ook behandeld te worden. Iedere ouder die bij zijn/ haar kind luis constateert moet dat zo snel mogelijk aan de leerkracht melden.


Anti-agressie protocol De school onderschrijft het anti-agressie protocol, zoals dat door de FOKOR is opgesteld en op school ter inzage ligt. De daaruit voortvloeiende gedragscode wordt door alle scholen voor primair onderwijs opgenomen in de schoolgids. Letterlijke tekst: Ouders* en medewerkers die de school betreden, onderschrijven de volgende gedragscode: - Ouders en medewerkers tonen respect voor elkaar. - Ouders en medewerkers hanteren fatsoenlijk taalgebruik. - Ouders en medewerkers treden niet agressief op. - Wanneer er een conflict is, werken ouders en medewerkers mee aan het zoeken naar en het vinden van een oplossing. * Met ouders worden ook verzorgers, familieleden en andere opvoeders bedoeld.

Pestprotocol Er is samen met een aantal leerlingen een pestprotocol opgesteld. Dit protocol is goedgekeurd door de MR. Een exemplaar ligt ter inzage bij de ouderbibliotheek. Verwijderingsprocedure Als een kind gedrag vertoont dat onacceptabel is en het lesproces in de klas verstoort, zal de leerkracht dit kind (korte tijd) naar de gang sturen. Aan het einde van de les heeft de leerkracht een gesprek met de leerling en komen zij hopelijk tot overeenstemming. De leerling moet het gemiste werk inhalen. Naar de gang sturen is een noodmaatregel, deze maatregel kan echter meerdere malen toegepast worden. Indien er geen verbetering optreedt in het gedrag van de leerling, stuurt de leerkracht de leerling met wat werk voor een dag naar een andere klas. Hij brengt de schoolleider en de ouders hiervan op de hoogte. Naar het inzicht van de leerkracht kan hij deze stap meerdere malen herhalen. Hij maakt een verslag van het gebeurde dat in het leerling-dossier wordt bewaard. Mocht er na deze maatregelen nog niet voldoende resultaat zijn, dan volgt er per aangetekende brief een officiële waarschuwing. Bij de tweede waarschuwing volgt een schorsing van drie dagen. De leerling krijgt hierbij huiswerk mee dat bij zijn terugkeer af moet zijn. De school (bevoegd gezag) mag een leerling maximaal 1 week schorsen, dit moet gemeld worden bij de onderwijsinspectie en de leerplichtambtenaar. Wanneer het gedrag van de leerling (of van zijn ouders/verzorgers), ondanks eerdere gedragsafspraken en een laatste waarschuwing, niet verbetert, kan het schoolbestuur, afhankelijk van de overige omstandigheden, tot verwijdering overgaan. Een licht vergrijp kan door herhaling uitgroeien tot ernstig wangedrag. Er kan pas tot daadwerkelijk verwijderen overgegaan worden als er een ontvangende school gevonden is (resultaatverplichting). Ouders/verzorgers hebben de gelegenheid om binnen zes weken bezwaar te maken bij de Geschillencommissie Passend Onderwijs www.onderwijsgeschillen.nl. Klachtenprocedure en klachtenregeling Klagen mag, maar wel via de juiste weg. Onvrede kan altijd voorkomen en dient altijd eerst besproken te worden met direct betrokkenen. Het is hierbij van belang dat er op een vooraf bepaald moment, op respectvolle wijze met elkaar gecommuniceerd wordt. Het tijdig bespreekbaar maken van onvrede voorkomt escalatie. We vinden het wenselijk dat mensen elkaar kunnen en durven aanspreken. Een belangrijk uitgangspunt is hierbij dat we met elkaar spreken en niet over elkaar. Het kan echter wel eens voorkomen dat de onvrede blijft en u er niet


uit komt met de direct betrokkene. U heeft een klacht. Er zijn verschillende soorten klachten: a. klachten van organisatorische aard b. klachten van onderwijskundige aard c. klachten over veiligheid of intimidatie Klachten van organisatorische aard horen bij de schoolleider. Klachten van onderwijskundige- of pedagogische aard horen in eerste instantie bij de leerkracht. Indien u er samen niet uitkomt, dan kunt u samen de schoolleider in het vraagstuk betrekken. Klachten over schoolveiligheid of intimidatie kunt u kenbaar maken bij de schoolcontactpersoon of de externe vertrouwenspersoon. De schoolcontactpersoon of de externe vertrouwenspersoon kunnen u begeleiden in de klachtroute. Zij zullen niet bemiddelen, maar naast u gaan staan en volgen of het proces van de klacht goed verloopt. Iedere school heeft een schoolcontactpersoon, ook kinderen kunnen daar terecht. Wanneer een klacht in behandeling wordt genomen zal de bestuurder betrokkenen horen en passende maatregelen nemen. Indien u ontevreden bent over de afhandeling van de klacht kunt u terecht bij de landelijke klachtencommissie. Klachten willen we graag voorkomen. Als er een klacht is, willen we er graag samen sterker uit komen. Op www.svzh.nl en op www.vsvredehof.nl vindt u de volledige Klachtenregeling SVZH. Schoolcontactpersoon is: José Housmans Externe Vertrouwenspersoon CED groep: Dhr. Ed Olijkanen, Mw. Dorine Gerritsma, 010-4071599. Meldcode Huiselijk Geweld en kindermishandeling Na een lang voortraject is per 1 juli 2013 de Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling wettelijk verplicht. De meldcode beschrijft in 5 stappen wat bijvoorbeeld een huisarts, leerkracht, verpleegkundige, begeleider in de kinderopvang, of hulpverlener moet doen bij vermoedens van kindermishandeling. De meldcode is gebaseerd op 5 stappen: 1. in kaart brengen van signalen. 2. overleggen met een collega en eventueel raadplegen van het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) of het Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG). 3. gesprek met de cliënt. 4. afwegen van het geweld of de kindermishandeling. 5. beslissen: hulp organiseren of melden.

verzekering van betrokkene geen dekking biedt (bijvoorbeeld door eigen risico). Materiële schade zoals een kapotte bril of fiets, valt niet onder de dekking. De aansprakelijkheidsverzekering biedt de medewerkers van de school en de mensen die voor de school actief zijn, dus bestuursleden, personeel en vrijwilligers, dekking tegen schadeclaims ten gevolge van onrechtmatig handelen. Wij attenderen u in dat verband op twee aspecten, die vaak aanleiding zijn tot misverstand. Ten eerste is de school dan wel het schoolbestuur niet zonder meer aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. De school heeft pas een schadevergoedingsplicht wanneer er sprake is van een verwijtbare fout. De school, of zij die voor de school optreden, moeten dus te kort zijn geschoten in hun rechtsplicht. Het is mogelijk dat er schade wordt geleden, zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid. Bijvoorbeeld omdat er tijdens de gymnastiekles een bal tegen een bril komt. Die schade valt niet onder de aansprakelijkheidsverzekering, en wordt dan ook niet door de school vergoed. Ten tweede is de school niet aansprakelijk voor schade door onrechtmatig gedrag van leerlingen. Leerlingen - of, als zij jonger zijn dan 14 jaar, hun ouders - zijn primair zelf verantwoordelijk voor hun doen en laten. Een leerling die tijdens de schooluren of tijdens andere door de school georganiseerde activiteiten door onrechtmatig handelen schade veroorzaakt, is daar dus in de eerste plaats zelf (of de ouders) verantwoordelijk voor. Het is dus van belang dat ouders/verzorgers zelf een particuliere aansprakelijkheidsverzekering hebben afgesloten. Het verzekeringsbedrag is verrekend in de ouderbijdrage. De polisvoorwaarden zijn bij de administratie in te zien. Persoonsregistratie Onze school is vanaf 1 februari 2006 wettelijk verplicht het Burgerservicenummer (BSN) van de leerlingen in de administratie op te nemen. Voor alle andere doeleinden (statistische gegevens en bekostiging van de school door de overheid) worden alleen gegevens die niet tot de persoon herleidbaar zijn gebruikt. Verder mag het nummer worden gebruikt in contacten met de leerplichtambtenaar van de gemeente. Internet Ook op onze school maken de kinderen de komende jaren steeds meer gebruik van communicatiemiddelen als internet en e-mail. De school biedt de leerlingen een zo veilig mogelijke internet en e-mailomgeving. Er wordt gewerkt met gerichte zoekopdrachten. Chatten staan we op school niet toe.

Als Vrijeschool Vredehof werken we vanaf augustus 2013 ook volgens deze meldcode. De aandacht functionaris van de meldcode bij ons op school is Miryam Hupkes. Vanaf stap 2 zal zij worden betrokken bij eventuele trajecten. Uiteraard altijd in nauw overleg en na afstemming met de school. De uitgebreide meldcode huislijk geweld is in 2014 opnieuw vastgesteld en beschikbaar op www.svzh.nl of in de ouderbibliotheek.

Publicaties en foto’s Er worden op school foto’s en filmpjes gemaakt tijdens activiteiten en evenementen, die onder andere op onze website worden gepubliceerd, waardoor u ook kunt meegenieten. Er worden geen namen vermeld. U kunt bezwaar maken tegen het plaatsen van een foto of filmpje van uw kind door dit aan te geven bij de directie: [email protected].

Ongevallenverzekering/aansprakelijkheid De school heeft een verzekeringspakket bestaande uit een ongevallenverzekering en een aansprakelijkheidsverzekering. Op grond van de ongevallenverzekering zijn alle betrokkenen bij schoolactiviteiten (leerlingen, personeel en vrijwilligers) verzekerd. De verzekering geeft recht op een (beperkte) uitkering indien een ongeval tot blijvende invaliditeit leidt. Ook zijn de geneeskundige en tandheelkundige kosten gedeeltelijk mee verzekerd, voor zover de eigen

Schoolregels Het naleven van de school- en gedragsregels is de verantwoordelijkheid van de gehele schoolgemeenschap.



Algemene omgangsregels 1. We helpen elkaar 2. We zijn te vertrouwen 3. Niemand doet zielig 4. Niemand speelt de baas 5. Niemand lacht uit

Afspraken

Plein - De leerlingen van klas 1 t/m 6 wachten voor schooltijd op het schoolplein. - De leerkrachten halen de kinderen van klas 1 t/m 6 buiten op. Om 8:25 uur lopen zij met de kinderen naar binnen. De lessen beginnen om 8:30 uur. - De leerlingen eten tijdens de pauzes niet op het plein. - Op het plein loop je naast je fiets. - De zandbak is alleen voor kinderen die bouwen en graven. Op dinsdag en donderdag komen tijdens de tweede pauze alleen de kinderen van klas 1, 2 en 3 in de zandbak. - Er is een weekrooster (hangt in het schuurtje op het achterplein en bij de administratie), waarop staat welke klas de schommels mag gebruiken. - Het kleuterterras is alleen voor kleuters. - Het gebruik van de mobiele telefoons door leerlingen is onder schooltijd alleen toegestaan met instemming van de leerkracht. Tussen het betreden en verlaten van het schoolgebouw staan de telefoons verder uit. - Ballen die op het dak van de kleuters of in de tuin van de buren belanden, mogen alleen op vrijdagmiddag na schooltijd worden teruggevraagd. - Tijdens de pauze mogen de leerlingen niet zonder toestemming het schoolplein verlaten. - Een half uur na schooltijd heeft iedereen het plein verlaten. De ouders van de kleuterklassen en klas 1 en 2 hebben op korte dagen het plein verlaten om 12:45 uur. - Kinderen t/m klas 2 mogen niet zonder begeleiding voor en na schooltijd op het plein zijn. - Tijdens de pauze speel je op het plein en niet in de tuin. - We vragen ouders dringend om op de speelplaats op hun kinderen te wachten, zodat de leerkrachten de lessen zo rustig mogelijk kunnen beginnen en afsluiten. Voor de eerste klas wordt, in overleg met de klassenleerkracht, bekeken of in de eerste weken van deze regel afgeweken kan worden. - De kleuters worden bij de klas opgehaald.

Vrijwillige Ouderbijdrage Elke basisschool in Nederland ontvangt van de overheid een bijdrage. Uit deze bijdrage kunnen we het grootste deel van onze reguliere kosten dekken. Denk daarbij aan: salariskosten voor de leerkrachten, kosten voor de huisvesting en kosten voor leermiddelen. Maar we staan ook voor kosten die voortkomen uit het feit dat we onderwijs volgens de vrijeschoolpedagogiek aanbieden. Daarbij gaat het om onder andere het bekostigen van speciale vakleerkrachten en onderwijsmaterialen, die wat meer kosten dan een gewone basisschool. Daarvoor ontvangen wij elk jaar een vrijwillige ouderbijdrage. Vrijwillig, maar niet vrijblijvend We gaan ervan uit dat ouders en verzorgers bewust voor onze school kiezen. Bij aanvang van het schooljaar wordt de ouders gevraagd om op een ouderbijdrageformulier aan te geven hoe hoog deze vrijwillige bijdrage voor het komende schooljaar is. Deze bijdrage hangt af van wat ouders/verzorgers kunnen en willen bijdragen. In de loop van het schooljaar ontvangen de ouders/verzorgers periodiek betalingsoverzichten om de bijdrage over te maken. Van kinderen die tijdens een lopend schooljaar instromen, wordt de hoogte van de ouderbijdrage naar rato bijgesteld. Inzage van de bestedingen is openbaar en wordt ieder jaar vermeld in het jaarverslag. De Medezeggenschapsraad stemt jaarlijks in met de bestemming van de ouderbijdragen.

Schoolgebouw - Het gebruik van elektronisch speelgoed (mp3 spelers, Ipod, Gameboy, etc.) is niet toegestaan. - Wij dragen in de klas geen hoofdbedekking. - We lopen en spreken rustig in het schoolgebouw. - Het is belangrijk dat de kinderen op tijd op school zijn. Leerlingen die te laat komen halen de tijd aan het einde van de dag in. Ook de kleuters behoren op tijd in de klas te zijn, opdat de leerkracht in rust kan beginnen. Structurele laatkomers worden gemeld bij de leerplichtambtenaar. - Honden zijn om veiligheid- en gezondheidsredenen in het gebouw en op de speelplaats niet toegestaan. - Op de speelplaats mag niet worden gerookt.



8 Regeling school- en vakantietijden Schooltijden Bij het aannamegesprek worden de lestijden van de jongste kleuters met u besproken. De afspraken worden schriftelijk vastgelegd. De schooldeur gaat voor de kleuters open om 8.20 uur. Klas 1 t/m 6 worden buiten opgehaald door de leerkracht. Kleuterafdeling

klas 1 en 2

klas 3 t/m 6

ma, wo en vr di en do

8.30 – 12.30 uur 8.30 – 14.45 uur

ma, wo, en vr di en do

8.30 – 12.30 uur 8.30 – 14.45 uur

ma, di, do en vr wo

8.30 – 14.45 uur 8.30 – 12.30 uur

Vakanties De eerstgenoemde dag is steeds de eerste vakantiedag, de laatstgenoemde datum is de laatste vakantiedag. In het schooljaar 2015-2016 gelden de volgende vakantiedata: Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Pasen Meivakantie Pinksteren Zomervakantie

17 tot en met 25 oktober 2015 19 december 2015 tot en met 3 januari 2016 20 tot en met 28 februari 2016 25 tot en met 28 maart 2016 23 april tot en met 8 mei 2016 14 tot en met 16 mei 2016 9 juli tot en met 21 augustus 2016

Naast de vakanties zijn er de volgende vrije dagen of uren: Eerste schooldag Michaëlsfeest Studiedag Sinterklaas Kerstviering Carnaval Studiedag Studiedag Sint Jan Laatste schooldag

24 augustus 2015, les tot 10.30 uur, de kleuters zijn vrij! 29 september 2015, les tot 12.30 uur 16 oktober 2015, alle kinderen hele dag vrij 4 december 2015, les tot 12.30 uur 18 december 2015, les tot 12.30 uur 5 februari 2016, les tot 12.30 uur 19 februari 2016, alle kinderen hele dag vrij 14 maart 2016, alle kinderen hele dag vrij 24 juni 2016, les tot 12:30 uur 8 juli 2016, les tot 10.30 uur, de jongste kleuters zijn vrij!


Schoolbenodigdheden kleuters - euritmieschoenen* en gymschoenen klas 1 t/m 6 - euritmieschoenen* - gymschoenen en gymkleding - schrijfpotloden - kleurpotloden (12 stuks) van goede kwaliteit tevens vanaf klas 3 - een vulpen (wordt via school aangeschaft) - puntenslijper - een stevig etui - een fluit (wordt via school aangeschaft) klas 6 - een passer en een geodriehoek * bij de administratie te koop. Vanaf klas 3 moet u verder rekening houden met kosten voor excursies en hebben de leerlingen een schooltas en een stevige map nodig, waarin zij hun werk en boeken veilig kunnen vervoeren. Verlof - Afwezigheid bij ziekte dient u dit telefonisch te melden bij de administratie voor 9.00 uur.

De school is wettelijk verplicht om bij de afdeling leerplicht van de gemeente te melden als kinderen lessen verzuimen. Indien uw kind om andere redenen gedeeltelijk afwezig moet zijn, bijvoorbeeld doktersbezoek, dient u dat ruim van tevoren schriftelijk te melden. Wij vragen u dringend om de afspraken zoveel mogelijk buiten schooltijd te maken. - Extra verlof. Het is wettelijk niet toegestaan leerlingen extra vrij te geven voor vakantie buiten de schoolvakanties om, b.v. om op vakantie te gaan, eerder te vertrekken om de grote drukte van de vakantie uittochten voor te zijn of om een bezoek aan het land van herkomst te brengen. De enige uitzondering doet zich voor als één van de ouders wegens zijn of haar beroep niet in de schoolvakanties met het gezin op vakantie kan gaan (volgens een te tonen werkgeversverklaring), uitgezonderd de eerste en laatste twee weken van een schooljaar. - Gewichtige omstandigheden. Ouders kunnen ook om andere redenen dan vakantie wensen dat hun kinderen extra vrij van school krijgen. De reden heeft dan bijna altijd betrekking op persoonlijke of familieomstandigheden: een trouwerij, een ernstige ziekte of sterfgeval in de familie. Voor deze ‘andere gewichtige omstandigheden’ mag een leerling per schooljaar maximaal tien dagen vrijaf krijgen. Alle verzoeken om extra verlof moeten minimaal tien dagen van tevoren schriftelijk aan de schoolleiding worden gericht. U kunt daarvoor een formulier aanvragen bij de administratie. Het formulier is ook te vinden op de website. Uiteraard is dit bij sterfgevallen meestal niet mogelijk. n.b. Mocht u deze regels niet in acht nemen, dan zijn wij vanuit de wet Leerplicht verplicht om dit als ongeoorloofd verzuim aan de leerplichtambtenaar te melden. Kinderen die te laat op school komen registreren wij ook. Veelvuldig te laat komen wordt behandeld als ongeoorloofd schoolverzuim.


9 Kwaliteitszorg en resultaten De voornaamste activiteit ter verbetering van het onderwijs is de voortdurende studie en scholing van de leerkrachten, zoals op andere plaatsen in deze gids is aangegeven. Op basis van het vrijeschoolleerplan 2015-2019 geeft de leerkracht vorm aan het onderwijs en met iedere leerkracht worden individueel scholingsafspraken gemaakt. Instrumenten voor kwaliteitszorg Op schoolniveau wordt gewerkt met een leerlingvolgsysteem. Hiervoor is het nodig om per vak concrete doelen te formuleren. Per klas is er aandacht voor het voorkomen en/of bijwerken van leerachterstanden, met name bij de vakken taal, lezen en rekenen. Er gaat veel aandacht naar de individuele leerling om te achterhalen waarom een eventuele stagnatie in het leren optreedt. Het zoeken naar vormen van differentiatie naar niveau is in het hele basisonderwijs een onderwerp waarover veel onderzocht en geleerd wordt. Beschikbare vormen en instrumenten zijn onder andere: zelfstandig werken, in overleg met de intern begeleider extra hulp door de remedial teacher of via de preventief ambulante begeleiding vanuit PPO Rotterdam en van de Regionale Expertise Centra (REC). Het doel hierbij is om de ontwikkeling van het kind te waarborgen. De schoolbegeleidingsdienst biedt coaching voor leerkrachten en doet pedagogische onderzoeken bij leerlingen als dat nodig is. Relatie met de omgeving De school onderhoudt contacten met een aantal instellingen in de omgeving. Deels gebeurt dit in de vorm van structureel overleg, deels ad hoc. Het gaat om onder meer: - Samenwerking van de neutraal bijzondere scholen in Rotterdam en Kralingen. - Overleg met de andere vrijescholen in Rotterdam en omgeving. - PPO Rotterdam. - De Begeleidingsdienst voor Vrije Scholen. - Lidmaatschap van de Vereniging van vrijescholen. - Begeleiding van stagiaires van de Vrijeschool Pabo, aanvragen van andere Pabo’s en van verschillende Regionale Onderwijs Centra (ROC) om een stageplaats worden waar mogelijk gehonoreerd. - Samenwerking met instellingen waar kinderen in behandeling zijn, zoals de Jeugdgezondheids dienst van het BAVO-RNO, GGD en de Regionale Expertise Centra (REC) - Het Centrum voor jeugd en gezin (CJG). Het CJG bij u in de buurt is dé plek waar ouders/ verzorgers, kinderen, jongeren en professionals terecht kunnen met vragen over gezondheid, opvoeden en opgroeien. Er werken jeugdartsen, jeugdverpleegkundigen, gezinscoaches, pedagogen en andere deskundigen.

In het jaar dat de kinderen 9 worden, krijgen zij een herhaling van de vaccinaties DTP en BMR. Bovendien krijgen meisjes in het jaar dat ze 12 jaar worden een oproep van het CJG om zich te laten vaccineren tegen baarmoederhalskanker. Deze HPV-vaccinatie wordt drie keer gegeven. De inentingen zijn gratis en niet verplicht. Contact Bij vragen over de ontwikkeling of opvoeding van uw kind, kunt u bij de jeugdverpleegkundige terecht. De jeugdverpleegkundige van de Vrije School Vredehof is Liesbeth van Beek. Zij is te bereiken via CJG Kralingen-Crooswijk, Crooswijksestraat 115, telefoon 010 - 4 44 46 08. Kijk voor meer informatie op www.cjgrijnmond.nl of bel met de Opvoedlijn 010 - 2 01 01 10. Resultaten ‘Hoe geef je de resultaten van het onderwijs weer? Is dat meetbaar? Zo ja, hoe meet je dan?’

Vrijescholen hebben zich ten opzichte van testen en toetsen altijd terughoudend opgesteld. De school neemt vanaf schooljaar 2015-2016 de verplichte eindtoets af. De kinderen worden tweemaal per jaar getoetst volgens het leerlingvolgsysteem van CITO, waardoor de kinderen in hun schoolloopbaan goed gevolgd worden. Deze toets gegevens worden vanaf klas 1 in het getuigschrift vermeld. Wij zijn van mening dat de werkelijke kwaliteit van het onderwijs in zaken zit die je niet zomaar kunt meten of kunt opschrijven. Je kunt het resultaat van het onderwijs als volgt benoemen: - De leerling kan voor hem of haar passend (vervolg) onderwijs volgen. - De leerling heeft een basis gekregen waarop hij of zij zich als mens goed kan ontwikkelen, waarmee hij of zij opgroeit tot een zelfstandig denkend en creatief mens en het leven op een voor hem of haar zinvolle wijze kan leven. Om een beeld te geven van de doorstroommogelijkheden van onze leerlingen geven we een overzicht van de schoolniveaus waar de 21 leerlingen van het afgelopen schooljaar (2014-2015) naar zijn doorgestroomd: VMBO-BBL 1 VMBO-KB 3 VMBO-TL 7 HAVO 7 VWO 3

Op school In de kleuterklas krijgen alle (5 jarige) kinderen een gezondheidsonderzoek op school of op de CJG-locatie. De groei, ogen en oren worden gecontroleerd. Met de jeugdverpleeg-kundige of arts bespreekt u de ontwikkelingen en de gezondheid van uw kind. In klas 5 krijgen kinderen een groepsvoorlichting in de klas, over een actueel onderwerp over gezondheid en opgroeien. Daarnaast neemt de jeugdverpleegkundige of -arts deel aan de overleggen van het Zorg- en Adviesteam (ZAT) op school, waar zij de ontwikkeling bespreekt van de kinderen die extra ondersteuning nodig hebben.



Extern

10 Namen en adressen

Stichting Vrije Kinderopvang Rotterdam Vredehofweg 32A, 3062 EP Rotterdam 010 - 212 20 33

Intern

Namen van het personeel schoolleider

Dhr. Ernstjan Cooiman, [email protected] Telefonisch bereikbaar via de administratie.

administratie

Dhr. Michiel Gommers, [email protected]

kleuterleidsters K1 kleuterleidsters K2 kleuterleidsters K3 kleuterleidsters K4

Mw. Rianne Ottens, Mw. Ellen Bakker Mw. Margot Tinhout, Mw. Marleen Koopmans Mw. José Housmans, Mw. Caroline van Geenen Mw. Aster Boekhout, Mw. Marleen Koopmans

Het Peuterhuis Halve dag opvang Vredehofweg 32A, 3062 EP Rotterdam, 010 - 452 28 50 Bereikbaar tussen 7.30 - 8.00 uur en 12.30 – 13.00 uur. Er zijn vier peutergroepen voor kinderen van 2 t/m 4 jaar. De peuters komen twee of drie keer per week van 8.00 t/m 12.30 uur. De dagindeling verloopt volgens een vast ritme, waarin tijd is om te spelen, ook buiten, met elkaar te eten, te zingen, te tekenen en naar een verhaal te luisteren. De seizoenen en jaarfeesten worden aansluitend op de belevingswereld van een peuter gevierd en er worden regelmatig ouderavonden georganiseerd. Voor meer informatie en een kennismakingsgesprek kunt u bellen naar het Peuterhuis.

klassenleerkrachten klas 1 klassenleerkrachten klas 2 klassenleerkracht klas 3 klassenleerkrachten klas 4 klassenleerkrachten klas 5 klassenleerkrachten klas 6

Mw. Tineke de Vries, Mw. Marleen Koopmans (Mw. Meike Veenstra) Mw. Femke Bouwer, Mw. Marleen Koopmans (Mw. Meike Veenstra) Mw. Laurien Boers Mw. Mirjam Heymann, Mw. Nelleke Vantilborgh Mw. Eveline Reedeker, Mw. Nelleke Vantilborgh Mw. Silke de Gruijl, Mw. Vera Berntsen

De Toverfluit Naschoolse opvang Vredehofweg 30, 3062 EP Rotterdam, 010 - 212 20 33 Voor werkende en studerende ouders bestaat de mogelijkheid hun kind, in de leeftijd van 4 tot 13 jaar, na schooltijd en in de schoolvakanties te laten opvangen in de Toverfluit. De openingstijden van de naschoolse opvang zijn aangepast aan de schooltijden van de Vrije School Vredehof, dagelijks van 12.30 t/m 18.00 uur. De opvang vindt plaats in een huiselijke sfeer en biedt plaats aan maximaal 30 kinderen. Nadere informatie kunt u verkrijgen bij de leidsters, u kunt bellen bij voorkeur tussen 13.00 en 13.30 uur of tussen 17.30 en 18.00 uur.

vakleerkracht euritmie kleuters vakleerkracht euritmie onderbouw vakleerkracht gymnastiek vakleerkracht en leraarondersteuner

Mw. Marleen Matthijsen Mw. Lisa Dunker Dhr. Gijs van der Stel Mw. Liz Verhoeckx

Adressen regioscholen

intern begeleider remedial teacher muziekbegeleiding euritmie schoolmaatschappelijk werkster

Mw. Miryam Hupkes Mw. Nicolette Scheuierman Mw. Annie Vermeulen, Mw. Monique Melis-Rijnberg Mw. Leni Laban

Bestuur Samenwerkende Vrije Scholen Zuid-Holland Postbus 4292, 3006 AG Rotterdam, 010 - 4526519 [email protected]

Vrijeschool Rotterdam-West Velsenluststraat 7-9, 3021 AW Rotterdam, 010-4526519 [email protected] Rudolf Steinerschool Rotterdam Michelangelostraat 375, 3066 NL Rotterdam, 010 - 455 76 70 [email protected] Rudolf Steinerschool Krimpen aan den IJssel Memlingstraat 2, 2923 XS Krimpen a/d IJssel, 0180 - 51 97 76 [email protected] Dordtse Vrijeschool Dubbelmondestraat 1, 3312 NB Dordrecht, 078 - 614 01 06 [email protected] Leeuwenhartschool Jasmijnstraat 6, 3261 BK Oud-Beijerland, 0186 - 61 21 42 [email protected]



Vrijeschool Widar De Meesterstraat 2, 2613 XB Delft, 015 - 213 03 30 [email protected] Basisschool Wonnebald Mozartlaan 189, 2555 JK Den Haag, 070 - 325 48 18 [email protected] Rudolf Steiner College Vondelweg 87-89, 3031 PT Rotterdam, 010-413 41 58 [email protected] Open Dag Rudolf Steiner College De open dag van de bovenbouw is op 30 januari 2016, waarvoor leerlingen en ouders van de vrijeschool persoonlijk uitgenodigd worden. Leerkrachten van het Rudolf Steiner College komen graag op ouderavonden van klas 5 of 6 om meer te vertellen over het voortgezet vrijeschoolonderwijs. Adressen van de vrijeschoolbeweging Wij vermelden hier naam en adres van de belangrijkste instellingen in de vrijeschoolbeweging. Bij twee, voor ouders relevante, verenigingen staat een korte toelichting. Bij de ouderbibliotheek is meer informatie beschikbaar. Daar is ook een lijst met namen en adressen van vrijescholen in Nederland en de rest van de wereld te verkrijgen.

Andere onderwerpen, die in de belangstelling liggen, worden in de VOK cahiers belicht; de vereniging kent 56 plaatselijke afdelingen, die lezingen en cursussen organiseren voor ouders van vrijescholen en andere belangstellenden. Het lidmaatschap kost € 42,- per jaar. U ontvangt dan vier maal per jaar het tijdschrift VOK, u steunt dan de realisatie van de activiteiten van de vereniging, u mag gratis adverteren in het tijdschrift en u heeft gratis toegang tot de landelijke themadagen. GGD-Jeugdgezondheidszorg Crooswijkseweg 32, 3034 HL Rotterdam, 010 - 414 18 16 of 010 - 280 98 84 Schoolmaatschappelijk werk Stichting Dock Pijperstraat 37, 3034 BG Rotterdam, 010 - 411 80 65 of 06 - 18 78 02 74 [email protected] Spreekuur: Iedere dinsdag van 8.30 tot 9.30 uur op school en verder volgens afspraak. VBS Landelijke Klachtencommissie voor het algemeen bijzonder onderwijs Postbus 95572, 2509 CN Den Haag, 070 - 331 52 52 Ambtelijk secretaris Mevr. mr S.M.M. (Sheila) Meijer [email protected]

Vereniging van vrijescholen Diederichslaan 25, 3971 PA Driebergen, 0343 - 53 60 60 [email protected], www.vrijescholen.nl De vereniging van vrijescholen is een vereniging waarbij alle door de vrijeschoolbeweging erkende scholen zijn aangesloten. Begeleidingsdienst voor vrijescholen Vondellaan 50, 3521 GH Utrecht, 030 - 281 96 56 [email protected], www.bvs-schooladvies.nl Vrijeschool Pabo Hogeschool Leiden, Zernikedreef 11, 2330 CK Leiden, 071 - 518 88 00 [email protected], www.vrijeschoolpabo.nl Vereniging voor Vrije Opvoedkunst Molenvliet 442, 3076 CM Rotterdam, 010 842 58 05 (voicemail inspreken) [email protected], www.vrijeopvoedkunst.nl Een vereniging waar iedereen persoonlijk lid van kan worden. Doelstelling van de vereniging is: het verwezenlijken van de pedagogische en de sociaalpedagogische impuls van Rudolf Steiner. Activiteiten zijn onder andere: - Uitgave van het blad Vrije Opvoedkunst (VOK). - Het organiseren van landelijke themadagen, cursussen en conferenties. - Het uitgeven van voordrachten die tijdens themadagen gehouden worden.


uitgave: VSV Rotterdam, september 2015




Vrije School Vredehof Vredehofweg 30 3062 EP Rotterdam 010 - 452 65 19

Voorwoord 3. 1 De school 7. 2 Onderwijs en mensbeeld 9. 3 Ordening van het onderwijs Leerlingontwikkeling en zorg 15

Recommend Documents