Verkenning Next DLO VU Advies strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
Onderwijscentrum VU Amsterdam 26 november 2009
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
Status Versie
Auteur Opdrachtgever Datum
2
Definitief 2.1 Gerdien Jansen Jos Beishuizen 26 november 2009
Verspreiding
Versiehistorie
Versienummer
Datum
Auteur
1.0 1.1
21-09-2009 24-09-2009
Gerdien Jansen Gerdien Jansen
Opmerking
1.2
28-10-2009
Gerdien Jansen
1.3
02-11-2009
Gerdien Jansen
2.0
12-11-2009
Gerdien Jansen
2.1
25-11-2009
Gerdien Jansen
Verwerking opmerkingen Carmen Peters Verwerking opmerkingen vanuit stuurgroep, faculteiten, UC-IT, DSZ, UBVU, etc. Verwerking opmerkingen leden projectteam Verwerking opmerkingen stuurgroep Verwerking opmerkingen werkoverleg Lex Bouter
Een conceptversie van dit adviesrapport is per e-mail voorgelegd aan de studenten, docenten en facultaire bestuurders en de medewerkers en bestuurders van het UC-IT, DSZ en de UBVU die hebben deelgenomen aan de interviews en bijeenkomsten uit de eerste fase van het project Verkenning Next DLO VU (behoefteonderzoek en Blackboard evaluaties). Vervolgens is het adviesrapport besproken met de stuurgroep en met de rector van de VU, Lex Bouter. Alle reacties zijn in het advies verwerkt. Allen die een bijdrage hebben geleverd aan het project Verkenning Next DLO VU worden hierbij hartelijk bedankt voor hun inzet en enthousiasme.
Projectteam Advies Next DLO VU: Gerdien Jansen (coörd. en red.) Walter Daamen Alfred Hartoog Janneke van der Hulst Rob van Leeuwen Victor Maijer Linda Mebus Sanne Meeder
vrije Universiteit amsterdam
Adviseur ICT en Onderwijs, Onderwijscentrum VU Adviseur, YOU WE I adviseurs en ondernemers Adviseur ICT en Onderwijs, Onderwijscentrum VU Adviseur ICT en Onderwijs, Onderwijscentrum VU Adviseur ICT en Onderwijs, Onderwijscentrum VU Adviseur ICT en Onderwijs, Onderwijscentrum VU Adviseur ICT en Onderwijs, Onderwijscentrum VU Onderwijskundig adviseur, Onderwijscentrum VU
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
3
Samenvatting Om inspirerend en uitdagend onderwijs te kunnen bieden is een digitale leeromgeving (DLO) nodig die meegaat met de tijd. Daarom heeft het Onderwijscentrum VU in oktober 2008 het initiatief genomen voor een verkenning van de toekomstige DLO van de VU. In samenwerking met betrokkenen op facultair en centraal niveau, dat wil zeggen studenten, docenten, ondersteuners en bestuurders van faculteiten en medewerkers en bestuurders van het UC-IT, DSZ en de UBVU, heeft een uitgebreid onderzoek plaatsgevonden naar: • de behoeften ten aanzien van de toekomstige DLO van de VU; • het gebruik en de waardering van Blackboard (de cursuswebsites); • het gebruik en de waardering van het portfolio als didactisch instrument en het DPFsysteem van Blackboard; • vier systemen die een rol zouden kunnen spelen in de toekomstige DLO: Blackboard, de open source DLO Sakai, Sharepoint en Google Apps. Op basis van de resultaten van deze deelonderzoeken1 is een langetermijnvisie op de DLO ontwikkeld. In deze visie is de DLO geen monolithisch systeem, maar een samenspel van VU systemen en vrij beschikbare internettools. Op deze manier kan de VU zelf richting geven aan de ontwikkeling van de DLO. Ook kan de VU dan beter inspelen op de leefwereld van de studenten, de wensen van de docenten en de mogelijkheden die ICT nu en in de toekomst biedt. Blackboard voldoet voor de korte termijn, maar zal op middellange termijn door een ander systeem moeten worden vervangen. Het College van Bestuur wordt gevraagd om de in deze notitie gepresenteerde visie op de ontwikkeling van de DLO van de VU te ondersteunen en akkoord te gaan met het uitvoeren van het vervolgproject Pilots Next DO VU. Dit vervolgproject, waarin nauw zal worden samengewerkt met de faculteiten, het UC-IT, DSZ en de UBVU, duurt twee jaar en heeft tot doel om via het uitvoeren van pilots helderheid te krijgen over de concrete invulling van het nieuwe DLO landschap. Het gaat hierbij om een goed beargumenteerde keuze voor de systemen die deel zullen uitmaken van de toekomstige DLO en om een globaal implementatieplan. Bij de uitvoering van de pilots zal rekening worden gehouden met de invoering van het nieuwe studenteninformatiesysteem (SIS). Op basis van de resultaten van het vervolgproject zal eind 2011 verdere besluitvorming plaatsvinden. Het gebruik van Blackboard zal in de komende drie jaar worden gecontinueerd. In onze visie wordt het nieuwe DLO landschap (de Next DLO VU) gekenmerkt door duurzaamheid, flexibiliteit en openheid. Er is een eenvoudig te gebruiken basissysteem dat goede ondersteuning biedt bij de kernactiviteiten van het onderwijsleerproces en dat nauw is gekoppeld met de VU basisdiensten: de ICT basissystemen, het studenteninformatiesysteem en de UBVU-systemen. Het basissysteem biedt goede mogelijkheden voor flexibele integratie met VU onderwijsapplicaties en vrij beschikbare internetoplossingen, zodat digitale ondersteuning kan worden geboden aan een variëteit aan werkvormen. De DLO biedt toegang aan alle interne en externe betrokkenen bij het onderwijsleerproces. Een belangrijk aandachtspunt bij de realisatie van het nieuwe DLO landschap is de integratie tussen de deelsystemen van de DLO en de koppeling met de ICT basissystemen, het studenteninformatiesysteem en de systemen voor wetenschappelijke informatievoorziening. Hiermee wordt bewerkstelligd dat de Next DLO VU voor de docenten en studenten een overzichtelijke omgeving is waarin zij, ook als er sprake is van grote studentenaantallen, op een snelle en simpele manier precies die applicaties en tools kunnen vinden en gebruiken die zij nodig hebben. Voor het realiseren van systeemintegratie is de samenwerking van het Onderwijscentrum VU met het UC-IT, DSZ en de UBVU van essentieel belang. Het vervolgproject Pilots Next DLO VU omvat drie deelprojecten: 1
Zie de projectsite: www.intranet.vu.nl/nextdlovu.
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
4
1. Pilots basissysteem DLO. Het doel van deze pilots is om te bepalen welk systeem het meest geschikt is om het basisgebruik van de DLO te ondersteunen. Op basis van de resultaten van de pilots zal eind 2011 een gefundeerde keuze worden gemaakt voor een nieuw basissysteem voor de DLO. Blackboard is hiervoor niet geschikt. Het systeem is te star en gesloten en biedt voor de lange termijn geen perspectief. Het voorstel is daarom om het contract voor het Blackboard LCS (cursuswebsites) eind 2010 eenmalig met drie jaar te verlengen en daarna het gebruik van Blackboard stop te zetten. 2. Pilots ondersteuning variëteit aan werkvormen. Deze pilots richten zich op de digitale en didactische ondersteuning van diverse werkvormen. In samenspraak met de faculteiten zal worden vastgesteld welke behoefte aan ondersteuning het meest urgent is. De pilots zullen worden uitgevoerd in het kader van het programma Digitale Leerinfrastructuur, zodat de verdere ontwikkeling van het nieuwe DLO landschap op een zorgvuldige en gecontroleerde wijze plaatsvindt. 3. Selecteren en implementeren alternatieven voor Blackboard DPF. Gezien de ontevredenheid over het systeem en de hoge kosten wordt voorgesteld om het gebruik van het digitaal portfolio systeem van Blackboard eind 2010 eenmalig met een jaar te verlengen en het gebruik per 1 september 2011 te beëindigen. Op basis van een analyse de werkprocessen rond het portfoliogebruik en het uitvoeren van pilots zal het Onderwijscentrum VU samen met de opleidingen geschikte alternatieven selecteren. Vervolgens zullen de betrokken opleidingen worden ondersteund bij het implementeren van de alternatieven. Het vervolgproject zal worden bekostigd door het Onderwijscentrum VU vanuit het budget van het programma Digitale Leerinfrastructuur. Eind 2011 zal er bij de PCBV een aanvraag worden gedaan voor extra projectgelden ten behoeve van de implementatie van een nieuw basissysteem voor de DLO.
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
5
Inhoudsopgave 1. 1.1. 1.2. 1.3. 1.4. 2. 3. 3.1. 3.2. 3.3. 3.4. 4. 4.1. 4.2. 4.3. 5. 5.1. 5.2. 5.3. 5.4. 6.
Inleiding .................................................................................................................................6 Doelstelling rapport ............................................................................................................6 Context en aanleiding .........................................................................................................6 Werkwijze ..........................................................................................................................7 Leeswijzer ..........................................................................................................................8 Het gebruik van ICT in het onderwijsleerproces ...................................................................9 Resultaten van de deelonderzoeken .....................................................................................10 Behoeften Next DLO VU .................................................................................................10 Gebruik en waardering Blackboard LCS .........................................................................11 Gebruik en waardering digitaal portfolio / Blackboard DPF ...........................................12 Beschrijving systemen......................................................................................................13 Advies: naar een duurzaam, flexibel en open DLO landschap ............................................14 Visie op verdere ontwikkeling DLO VU .........................................................................14 Baten van het nieuwe DLO landschap .............................................................................15 De integratie van systemen...............................................................................................16 Vervolgproject: pilots Next DLO VU..................................................................................18 Deelproject 1: uitvoeren pilots basissysteem DLO ..........................................................18 Deelproject 2: uitvoeren pilots ondersteuning variëteit aan werkvormen ........................18 Deelproject 3: selectie en implementatie alternatieven Blackboard DPF ........................19 Samenwerking en afstemming met faculteiten en diensten .............................................19 Kosten vervolgproject ..........................................................................................................21
Bijlagen 1. Samenstelling stuurgroep 2. Belangrijkste eisen aan de Next DLO VU
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
6
1. Inleiding 1.1. Doelstelling rapport Dit rapport is het eindresultaat van het project Verkenning Next DLO VU. Het doel van het rapport is om het College van Bestuur te adviseren over de te kiezen strategie voor de ontwikkeling van de DLO voor het komende decennium. Het College van Bestuur wordt gevraagd om de in deze notitie gepresenteerde visie op de ontwikkeling van de DLO van de VU te ondersteunen en akkoord te gaan met het uitvoeren van het vervolgproject Pilots Next DO VU. Dit vervolgproject, waarin nauw zal worden samengewerkt met de faculteiten, het UC-IT, DSZ en de UBVU, duurt twee jaar en heeft tot doel om via het uitvoeren van pilots helderheid te krijgen over de concrete invulling van het nieuwe DLO landschap. Het gaat hierbij om een goed beargumenteerde keuze voor de systemen die deel zullen uitmaken van de toekomstige DLO en om een globaal implementatieplan. Bij de uitvoering van de pilots zal rekening worden gehouden met de invoering van het nieuwe studenteninformatiesysteem (SIS). Op basis van de resultaten van het vervolgproject zal eind 2011 verdere besluitvorming plaatsvinden. Het gebruik van Blackboard zal in de komende drie jaar worden gecontinueerd. In dit adviesrapport wordt op conceptueel niveau aangegeven welke richting de VU op zou moeten gaan met betrekking tot de ontwikkeling van de DLO. Het rapport bevat dus geen keuze voor één of meer systemen voor de toekomstige DLO. In het rapport wordt een brede definitie van de term ‘DLO’ gehanteerd: de DLO (digitale leeromgeving is het samenhangende geheel van ICT-tools voor de ondersteuning van de onderwijs- en leerprocessen van de VU. De DLO wordt bij de VU ook wel aangeduid met de term ‘digitale leerinfrastructuur’. 1.2. Context en aanleiding Het hart van de huidige DLO van de VU wordt gevormd door Blackboard. Met dit systeem kunnen docenten cursuswebsites maken voor de ondersteuning van hun vak. Een Blackboard cursus kan naast vakinformatie en studiemateriaal ook interactieve onderdelen bevatten, zoals discussiefora, opdrachten (al dan niet met plagiaatdetectie) en toetsen. Docenten beschikken over een tool voor het monitoren van het ingeleverde werk van de studenten. Studenten krijgen toegang tot de websites van de cursussen waar zij aan deelnemen en hebben een eigen ruimte om digitale portfolio’s aan te maken. Naast Blackboard wordt binnen de VU gebruik gemaakt van andere onderwijsapplicaties, zoals QMP voor digitaal tentamineren en eXamine voor online enquêteren. Blackboard is gekoppeld met het studenteninformatiesysteem (SIS) en het personeelsysteem, zodat studenten en docenten kunnen inloggen met hun VU-net-ID en de cursus- en inschrijvingsgegevens uit SIS automatisch in Blackboard beschikbaar komen. Blackboard speelt een essentiële rol in het onderwijs van de VU. Het systeem wordt door 22.000 studenten en 3.000 docenten in meer of minder mate gebruikt. De meeste studenten en docenten loggen - in de periode dat zij onderwijs volgen/geven - iedere dag of meerdere keren per week in. Blackboard is 24 uur per dag beschikbaar en wordt ook buiten de kantooruren intensief gebruikt. Het contract dat de VU voor Blackboard heeft afgesloten loopt eind 2010 af. Ruim voor die tijd moet een goed onderbouwde keuze gemaakt worden met de betrekking tot de continuering van het contract. De vraag die moet worden beantwoord is of Blackboard, zoals eerder gezegd het hart van de DLO, nog steeds voldoet en in de toekomst zal blijven voldoen aan de eisen die de VU aan een DLO stelt. Blackboard sluit vooral aan bij het traditionele onderwijsmodel, waarbij docenten en hun cursussen als uitgangspunt worden genomen. Het onderwijs van de VU
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
7
is in de afgelopen jaren gevarieerder geworden. Naast hoor- en werkcolleges worden werkvormen gehanteerd die studenten een actievere rol in het leerproces geven. Er zijn nieuwe systemen op de markt gekomen die een betere ondersteuning bieden voor meer studentgestuurde werkvormen, zoals samenwerken aan opdrachten en peerreview. Voorbeelden zijn Sakai, Moodle en Fronter. Daarnaast komen er via internet steeds meer, veelal gratis, tools beschikbaar die een rol kunnen spelen bij de ondersteuning van het onderwijsleerproces. Een probleem bij het gebruik van deze tools is, vooral bij grote groepen, dat voor de student nieuwe accounts moeten worden aangemaakt. Daarom is op initiatief van het Onderwijscentrum VU, systeemeigenaar van de Blackboard omgeving van de VU, in oktober 2008 het project Verkenning Next DLO VU van start gegaan. Het doel van dit project is het CvB te adviseren over de wijze waarop de DLO van de VU zich verder moet ontwikkelen opdat de onderwijsleerprocessen van de VU de komende 10 jaar optimaal met digitale middelen ondersteund kunnen worden. 1.3. Werkwijze Zoals in onderstaand schema te zien is kent het project Verkenning Next DLO VU een aantal deelonderzoeken.
Figuur 1: Opzet van het project Verkenning Next DLO VU
In de eerste fase van het project is onderzoek gedaan naar: • de behoeften ten aanzien van de toekomstige DLO van de VU (behoefteonderzoek); • het gebruik en de waardering van de Blackboard cursuswebsites (evaluatie Blackboard LCS); • het gebruik en de waardering van het portfolio als didactisch instrument en het DPFsysteem van Blackboard (evaluatie digitaal portfolio / Blackboard DPF); • vier systemen die een rol zouden kunnen spelen in de toekomstige DLO: Blackboard, de open source DLO Sakai, Sharepoint en Google Apps.
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
8
De rapporten van deze deelonderzoeken zijn te vinden op de projectsite op het VU intranet: http://intranet.vu.nl/nextdlovu. De faculteiten hebben in deze eerste fase van het project een belangrijke rol gespeeld. In het behoefteonderzoek is gesproken met bestuurders van een aantal faculteiten en zijn interviews en bijeenkomsten gehouden met docenten, studenten en ondersteuners. De projectgroep heeft samen met deze belanghebbenden in kaart gebracht hoe het onderwijs aan de VU er in het komend decennium uit zal zien en wat dit betekent voor de DLO. Bij de evaluatie van het Blackboard LCS (de cursuswebsites) is er een enquête uitgezet onder alle studenten en docenten van de VU. Daarnaast zijn er gesprekken gevoerd met docenten en ondersteuners. In het kader van de evaluatie van het Blackboard DPF (digitaal portfolio) zijn online enquêtes afgenomen onder studenten, portfoliobegeleiders en portfoliocoördinatoren. Ook zijn er gesprekken gevoerd met medewerkers en bestuurders van het Universitair Centrum IT (UC-IT), de dienst Studentenzaken ( DSZ) en de Universiteitsbibliotheek van de VU (UBVU). In de tweede fase van het project (de adviesfase) heeft de projectgroep, op basis van de resultaten van de deelonderzoeken, de belangrijkste eisen aan de Next DLO VU geïnventariseerd. Deze eisen hebben geleid tot de visie op de ontwikkeling van de DLO van de VU en het voorstel voor een vervolgproject die in het voorliggende adviesrapport worden gepresenteerd. Een conceptversie van het adviesrapport is per e-mail voorgelegd aan de studenten, docenten en facultaire bestuurders en de medewerkers en bestuurders van het UC-IT, DSZ en de UBVU die hebben deelgenomen aan de interviews en bijeenkomsten. Vervolgens is het adviesrapport besproken met de stuurgroep (voor de samenstelling van de stuurgroep: zie bijlage 1) en met de rector van de VU, Lex Bouter. Alle reacties zijn in het advies verwerkt. 1.4. Leeswijzer De DLO is, zoals hiervoor al is aangegeven, het samenhangende geheel van ICT-tools voor de ondersteuning van de onderwijs- en leerprocessen van de VU. In hoofdstuk 2 wordt beschreven welke rol ICT in het onderwijsleerproces kan spelen. Daarna volgt een korte schets van de resultaten van de deelonderzoeken (hoofdstuk 3). Deze onderzoeksresultaten vormen de basis voor de visie op de verdere ontwikkeling van de DLO van de VU die in hoofdstuk 4 wordt gepresenteerd. Daarbij wordt ook ingegaan op het vraagstuk van de systeemintegratie. Hoofdstuk 5 beschrijft de activiteiten die op korte en middellange termijn moeten worden ondernomen om de Next DLO VU verder vorm te geven en de consequenties voor het gebruik van Blackboard. Het adviesrapport eindigt met een overzicht van de kosten (hoofdstuk 6).
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
9
2. Het gebruik van ICT in het onderwijsleerproces ICT speelt een belangrijke rol in het onderwijsleerproces. Hierbij gaat het zowel om de informatievoorziening en communicatie als om de efficiëntie en de kwaliteit van het onderwijs. ICT is onmisbaar geworden in de informatievoorziening en communicatie in en rond het hoger onderwijs. Een deugdelijke informatievoorziening komt ten goede aan de organisatie en structurering van de onderwijsleerprocessen. Door slim gebruik te maken van ICT kan bij grote studentenaantallen een goede communicatie worden bewerkstelligd tussen docenten en studenten en tussen studenten onderling. Hiermee wordt de binding van studenten met de onderwijsinstelling vergroot. Ook kan ICT een rol spelen in verbetering van de efficiency van het onderwijs. ICT biedt mogelijkheden om het onderwijs efficiënter in te richten, zodat meer studenten aan het onderwijs kunnen deelnemen met hetzelfde aantal docenten. Voorbeelden zijn het digitaal afnemen van tentamens, het gebruik van web- en audiolectures (ook op mobiele apparaten, zoals de iPod) en het digitaal evalueren van het onderwijs. Daarnaast biedt ICT mogelijkheden om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren. ICT kan een variëteit aan werkvormen faciliteren, zoals oefentoetsen, online discussies, samenwerken aan opdrachten, peerreview, online brainstormen, stemmen via SMS en virtueel oefenen van vaardigheden. Op deze manier kan tegemoet worden gekomen aan de uiteenlopende behoeften van docenten en studenten. De inzet van deze werkvormen - naast de klassieke hooren werkcolleges - zorgt ervoor dat de studenten een actievere rol krijgen in het onderwijsleerproces. Hierdoor ondervinden de studenten meer uitdaging in hun studie en wordt hun motivatie om aan het onderwijs deel te nemen groter. Dit komt ten goede aan de studenttevredenheid. ICT tools worden vaak aanvullend op het face-to-face onderwijs ingezet. ICT is een hulpmiddel bij de ondersteuning van de onderwijsleerprocessen. ICT kan echter ook veranderingen op gang brengen: met gebruik van nieuwe ICT tools kunnen in het onderwijs nieuwe werkvormen worden ingezet. Het is de kunst om de docenten en studenten nu en in de toekomst een set aan up-to-date ICT-tools aan te bieden die het gebruik van de meest effectieve werkvormen op een efficiënte manier mogelijk maakt en om het gebruik van deze tools verder te verbreden en optimaliseren. Het gaat er uiteindelijk om dat docenten ook daadwerkelijk gebruik maken van de mogelijkheden die door ICT worden geboden. Daarom moeten de geboden ICT-tools begrijpelijk en simpel zijn. Ook dienen docenten op effectieve en efficiënte wijze ondersteund te worden. Meer interactie met de studenten kan voor docenten een stimulans zijn om in hun onderwijs van digitale middelen gebruik te maken.
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
10
3. Resultaten van de deelonderzoeken 3.1. Behoeften Next DLO VU Het behoefteonderzoek richtte zich op het ontwikkelen van een toekomstvisie op het VU onderwijs van 2018 en de behoeften die dit met zich meebrengt voor de DLO. Hiervoor zijn docenten, studenten, ondersteunend personeel en bestuurders uit de faculteiten geraadpleegd. Hieronder het verwachte toekomstbeeld. De digitalisering van het onderwijs zet de komende jaren door, maar het persoonlijk contact en directe interactie tussen docent en student blijven de kern van het onderwijs van de VU. De VU biedt studenten structuur en docentsturing blijft belangrijk. Voor het VU onderwijs zijn voor de komende 10 jaar de volgende ontwikkelingen van belang voor de DLO: • Toename studenteninitiatief. Er komt meer ruimte voor initiatief van studenten. Ook zullen de keuzevrijheid van studenten en de mobiliteit binnen het curriculum toenemen. • Variatie in de inrichting van het onderwijs en de invulling van de onderwijsvisie. De wijze waarop het onderwijs is ingericht is sterk afhankelijk van het soort opleiding, de omvang van de opleiding en de studiefase. Verdere invoering van de onderwijsvisie zal leiden tot het ontstaan van ‘communities’ waarin studenten in een interactieve setting van elkaar en van docenten leren. • Toenemende diversiteit. Er zijn steeds meer verschillende groepen studenten op de VU, zoals deeltijdstudenten en internationale studenten. Studenten zullen in de komende jaren vaker een andere achtergrond hebben. Het onderwijsaanbod moet hierop worden afgestemd. • Toenemende samenwerking met de buitenwereld. De buitenwereld zal vaker op de campus te vinden zijn. De afstand tussen universiteit en samenleving zal kleiner worden en er zullen nieuwe vormen van samenwerking ontstaan. Voorbeelden zijn de samenwerking met de Amsterdam Zuid-As en de UvA. Daarnaast speelt de sterke groei van het aantal studenten een rol. De verwachting is dat de VU in 2018 30.000 studenten telt. De financiering van het onderwijs blijft de komende jaren onder druk staan. Dit betekent dat er met minder middelen aan meer studenten onderwijs geboden moet worden. Op het gebied van ICT worden de volgende ontwikkelingen voorzien: • Toenemende beschikbaarheid internettools. Er komen steeds meer gratis internettools voor communicatie en samenwerking beschikbaar (social software). • Toenemende beschikbaarheid van open content. Vakinhoud (content) wordt steeds vaker via internet beschikbaar gesteld en is daarmee voor iedereen toegankelijk. • Verwachtingen van studenten. Studenten maken in toenemende mate gebruik van tools en content die via internet worden aangeboden en verwachten dat zij ook in hun studie van deze middelen gebruik kunnen maken. • Toenemend gebruik van mobiele apparaten. Er wordt in toenemende mate gebruik gemaakt van smartphones en andere mobiele apparaten. Hiermee worden studenten plaatsonafhankelijker. De verkenning van het toekomstige onderwijs en de verwachte ICT ontwikkelingen heeft geleid tot de volgende eisen met betrekking tot de Next DLO VU: • Duurzaamheid. De Next DLO VU moet een sterke basis hebben die breed in het onderwijs inzetbaar is en goed aansluit op de kern van het onderwijs van de VU. • Flexibiliteit. De Next DLO VU moet flexibel zijn om in te spelen op de ICT ontwikkelingen die elkaar in rap tempo opvolgen en aan de variëteit in behoeften van
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
11
docenten en studenten. Op den duur zal Next DLO VU een breed pakket aan werkvormen digitaal moeten ondersteunen. • Openheid. De Next DLO VU moet een open karakter hebben: gericht op betrokkenen van buiten de VU en op andere VU systemen en internettools. • Integreerbaarheid. De Next DLO VU moet goed worden geïntegreerd met het nieuwe studenteninformatiesysteem, de UBVU systemen en ICT basissystemen. 3.2. Gebruik en waardering Blackboard LCS De evaluatie van de Blackboard LCS heeft de volgende resultaten opgeleverd. Gebruik Blackboard wordt door 22.000 studenten en 3.000 docenten gebruikt.
Blackboard wordt vooral gebruikt voor informatievoorziening in en rond het onderwijs: het plaatsen van mededelingen, cursusinformatie en studiemateriaal (1). Docenten maken weinig gebruik van de andere functionaliteiten van Blackboard, zoals opdrachten, discussiefora, toetsen. Studenten en docenten maken buiten Blackboard om gebruik van gratis internettools of eigen websites (2). Het gebruik van Blackboard verschilt per faculteit.
Waardering + Docenten, studenten en ondersteuners zijn redelijk tevreden over Blackboard. Zij vinden Blackboard vooral een nuttig middel voor het organiseren van onderwijs. Docenten en studenten vinden Blackboard geen moeilijk programma.
Blackboard is minder geschikt voor studentgestuurde onderwijsvormen en vorming van communities (4).
Docenten en studenten waarderen het gebruik van Blackboard voor informatievoorziening rondom een cursus/vak. Blackboard is een betrouwbaar systeem en is redelijk goed te beheren (3).
Docenten vinden Blackboard inefficiënt en minder prettig in gebruik. Studenten vinden Blackboard qua layout verouderd en onoverzichtelijk (5). Blackboard biedt door zijn gerichtheid voor cursussen weinig mogelijkheden om vakken in samenhang aan te bieden (leerlijnen). Het is in Blackboard lastig voor de docent om sturende leerpaden aan te bieden (6). Blackboard kan niet goed worden gekoppeld met andere systemen (7). De mogelijkheden om Blackboard aan de wensen van de VU aan te passen zijn gering. Blackboard is in de afgelopen jaren nauwelijks vernieuwd/verbeterd (8). Blackboard Inc. luistert niet naar de wensen van de VU (9). Blackboard Inc. geeft weinig openheid over toekomstige ontwikkelingen.
Tabel 1: Gebruik en waardering van Blackboard LCS
Toelichting: (1) De functionaliteiten voor informatievoorziening (het plaatsen van mededelingen en vakinformatie) zijn standaard voor elk systeem dat het gebruik van cursuswebsites ondersteunt, zoals Sakai, Moodle en Fronter. (2) Voorbeelden van het gebruik van andere applicaties en tools door docenten en studenten van de VU zijn: QMP voor online tentamineren, Google Docs voor het delen en (gelijktijdig) bewerken van bestanden, wiki’s voor samen schrijven aan webpagina’s en SURFmedia of YouTube voor het delen van online video materiaal. Bij FEW wordt veelal gebruik gemaakt van eigen websites. Bij Geneeskunde wordt voor een aantal cursuswebsites gebruik gemaakt
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
12
van Fronter. (3) Het facultaire beheer van Blackboard is niet optimaal. Zo is het bijvoorbeeld niet mogelijk om te zien welke studenten welke opleiding(en) volgen. (4) Blackboard leent zich niet goed voor leervormen waarbij het initiatief (deels) door de student wordt genomen: studenten kunnen op eigen initiatief geen content aan de cursuswebsite toevoegen en geen tools inzetten (bv. een discussie starten). (5) De manier waarop in Blackboard iets gedaan moet worden is vaak omslachtig. De onoverzichtelijkheid van Blackboard wordt niet alleen veroorzaakt door het systeem. Ook de manier waarop docenten Blackboard gebruiken speelt hierbij een rol. (6) De basisstructuur van Blackboard is een website met los van elkaar staande onderdelen. Het is voor de docent niet goed mogelijk om samenhang aan te brengen in onderdelen van de cursuswebsite of om een studieroute aan te geven. Hierdoor is Blackboard niet zo geschikt voor zelfstudie. (7) Blackboard is een gesloten systeem en hanteert veelal een eigen interpretatie van technische standaarden. De koppeling die Blackboard Inc. heeft gemaakt tussen de cursuswebsites en het digitaal portfolio systeem functioneert niet naar behoren. Dit heeft bij de VU geleid tot dubbele accounts voor docenten. Het is Blackboard Inc. tot nu toe nog niet gelukt om een koppeling tot stand te brengen tussen Blackboard en het Studentenportal van de VU. (8) Blackboard Inc. doet zelf weinig aan het verbeteren van de bestaande functionaliteiten van het systeem. Een voorbeeld is het faciliteren van het gebruik van streaming video. Nieuwe functionaliteiten zijn veelal niet goed toepasbaar in het onderwijs van de VU. Nieuwe functionaliteiten van Blackboard komen vaak tot stand door het opkopen van applicaties van andere leveranciers die vervolgens in Blackboard.worden ingepast. Een voorbeeld hiervan is de nieuwe peerreview functie van Blackboard. Door een aantal functionele gebreken, zoals het niet kunnen werken met groepen studenten, is deze functionaliteit nagenoeg onbruikbaar. (9) Het duurt lang voor onhandigheden en fouten verholpen worden. Ook pogingen van de Nederlandse Blackboard Gebruikersgroep om Blackboard Inc. te bewegen tot het verbeteren van de functionaliteiten van Blackboard hebben tot nu toe nauwelijks iets opgeleverd. 3.3. Gebruik en waardering digitaal portfolio / Blackboard DPF De evaluatie van het portfolio als didactisch instrument en het digitaal portfoliosysteem van Blackboard leverde de volgende resultaten op. Gebruik
Waardering +
Het didactisch gebruik van het portfolio is nog in ontwikkeling. Bij de lerarenopleidingen is het portfolio het sterkst ingebed in het curriculum. Het digitaal portfolio wordt bij een beperkt aantal opleidingen ingezet (1). Blackboard DPF wordt het meest intensief gebruikt bij de lerarenopleidingen van de VU: de ULO van het Onderwijscentrum VU en de docentenopleiding van FBW (2).
Studenten, begeleiders en coördinatoren zijn niet tevreden over Blackboard DPF. Studenten vinden Blackboard DPF niet gebruikersvriendelijk. Onder studenten is de acceptatie van het didactisch instrument portfolio laag.
Het Blackboard DPF is de afgelopen jaren nauwelijks vernieuwd/verbeterd (3). Tabel 2: Gebruik en waardering van digitaal portfolio / Blackboard DPF
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
13
Toelichting: (1) De 10 opleidingen waarbij momenteel gebruik wordt gemaakt van het Blackboard portfolio zijn: Geneeskunde, Huisartsenopleiding VU, Natuurkunde & Sterrenkunde, Gezondheid & Leven, Medische Natuurwetenschappen, Environmental Resource Management, Geoscience of Basins and Lithosphere, Docentenopleiding Bewegingswetenschappen, Universitaire Lerarenopleiding Onderwijscentrum VU, Basisopleiding Universitair Docent Onderwijscentrum VU. Het gaat in het totaal om ongeveer 2000 studenten. (2) De lerarenopleidingen van het Onderwijscentrum VU en FBW zijn in totaal ruim 200 studenten het meest intensief van het systeem gebruik maken. Het VUmc heeft het grootste aantal gebruikers. (3) Het Blackboard DPF is sinds de laatste upgrade (naar versie 8) zelfs verslechterd. 3.4. Beschrijving systemen In het project is onderzoek gedaan naar vier systemen die een rol zouden kunnen spelen in de Next DLO VU: Blackboard, Sakai, Sharepoint en Google Apps. Bij de keuze van deze systemen is naar een zo groot mogelijke verscheidenheid gestreefd. In onderstaande tabel worden de vier systemen gepositioneerd. Systeem Blackboard
Leverancier Blackboard Inc.
Typering Leeromgeving
Broncode Gesloten
Hosting Interne of externe hosting
Sakai
Wordt door een internationale community van deelnemende hoger onderwijs instellingen ontwikkeld en onderhouden. Microsoft
Omgeving voor leren en samenwerken.
Open
Interne of externe hosting
Sharepoint
Gereedschap Gesloten (middleware) waarmee websites voor samenwerking en communicatie kunnen worden ontwikkeld. Google Apps Google Verzameling van Gesloten internettools voor on-line samenwerking, waaronder Google Docs. Tabel 3: Positionering Blackboard, Sakai, Sharepoint, Google Apps
Interne of externe hosting
Opmerkingen Bij de VU wordt momenteel gebruik gemaakt van versie 8 van Blackboard. Begin 2010 komt een nieuwe versie van Sakai uit (versie 3).
De VU gebruikt Sharepoint als platform voor de Studentenportal.
Vrij beschikbaar via internet
Uit het onderzoek blijkt dat de systemen inderdaad erg van elkaar verschillen. Dit geldt zowel voor de producten zelf als voor de leveranciers. Op de rol die deze systemen zouden kunnen spelen in de toekomstige DLO van de VU wordt in hoofdstuk 5 ingegaan.
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
14
4. Advies: naar een duurzaam, flexibel en open DLO landschap 4.1. Visie op verdere ontwikkeling DLO VU Op basis van de resultaten van het behoefteonderzoek en van de Blackboard evaluaties zijn de belangrijkste onderwijskundige, technische en organisatorische eisen voor de Next DLO VU geïnventariseerd (zie bijlage 2). Daarbij gaat het naast duurzaamheid, flexibiliteit, openheid en integreerbaarheid om bijvoorbeeld gebruikersgemak, efficiëntie, betrouwbaarheid, schaalbaarheid en betaalbaarheid. Deze eisen hebben geleid tot onderstaande visie op de ontwikkeling van de DLO van 2000 tot 2018.
Figuur 2: Visie op de ontwikkeling van de DLO
Toelichting: In 2000 werd naast Blackboard ook een aantal andere vergelijkbare systemen gebruikt. Er bestond geen koppeling met de VU basisdiensten (de ICT basissystemen, het studenteninformatiesysteem en systemen voor wetenschappelijke informatievoorziening). In 2009 maken alle faculteiten gebruik van Blackboard. Blackboard is licht gekoppeld met de VU basisdiensten. Dat wil zeggen dat studenten en docenten inloggen met hun VU-net-ID en dat de cursus- en inschrijvingsgegevens uit SIS in Blackboard beschikbaar zijn. Naast Blackboard biedt de VU specifieke onderwijsapplicaties aan, zoals QMP voor digitaal toetsen en eXamine voor online enquêteren. Een aantal docenten en studenten maakt gebruik van vrij beschikbare internettools (zoals wiki’s voor samen schrijven aan webpagina’s en Google Docs voor het delen en gelijktijdig bewerken van bestanden). Deze applicaties en tools zijn niet aan de VU basisdiensten gekoppeld. In 2018 ziet het DLO landschap er anders uit. Er bestaat een klein en eenvoudig te gebruiken basissysteem dat ondersteuning biedt bij de kernactiviteiten van het onderwijsleerproces. Het DLO basissysteem beschikt over breed inzetbare functionaliteiten die vooral de organisatie van het onderwijsleerproces (de werkprocessen van docenten) ondersteunen. Voorbeelden zijn: het
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
15
plaatsen van mededelingen, vakinformatie en studiemateriaal, het indelen van studenten in (sub)groepen, het inleveren en beoordelen van opdrachten, het gebruik van eenvoudige toetsen en het monitoren van het ingeleverde werk van studenten. Het basissysteem biedt structuur en is voor alle docenten en studenten hét digitale vertrekpunt voor het onderwijsleerproces. Er is een sterke koppeling met de VU basisdiensten: de basis DLO is zonder opnieuw in te loggen vanuit de portal te bereiken en de gegevensuitwisseling tussen de systemen vindt op gestandaardiseerde wijze plaats. Om het basissysteem heen is er een conglomeraat aan onderwijsapplicaties en gratis internettools beschikbaar, die waar nodig in het onderwijs kunnen worden ingezet. Deze applicaties en tools bieden ondersteuning bij het gebruik van de variëteit aan specifieke werkvormen die op de VU gehanteerd worden. Docenten en studenten kunnen, afhankelijk van onder meer het vakgebied en de werkvorm, kiezen welke applicaties en tools zij in het onderwijsleerproces in willen zetten. Op deze manier kunnen de creatieve processen van onderwijzen en leren flexibel ondersteund worden. De applicaties en tools zijn idealiter licht met het DLO basissysteem gekoppeld: studenten en docenten kunnen inloggen met hun VU-net-ID en de (sub)groepsindelingen zijn bekend. Voor studenten en docenten is de Next DLO VU één overzichtelijke en herkenbare omgeving van waaruit zij op een snelle en simpele manier, ook als er sprake is van grote studentenaantallen, precies die informatie en tools kunnen vinden en gebruiken die zij nodig hebben voor het onderwijsleerproces. Voor het komende decennium wordt dus het volgende DLO landschap voorgesteld: • Er is een eenvoudig te gebruiken basissysteem dat goede ondersteuning biedt bij de kernactiviteiten van het onderwijsleerproces en dat nauw is gekoppeld met de VU basisdiensten. • Het basissysteem biedt goede mogelijkheden voor flexibele integratie met VU onderwijsapplicaties en vrij beschikbare internetoplossingen, zodat digitale ondersteuning kan worden geboden aan een variëteit aan werkvormen. • De DLO biedt toegang aan alle interne en externe betrokkenen bij het onderwijsleerproces. 4.2. Baten van het nieuwe DLO landschap Het nieuwe DLO landschap biedt de VU de volgende perspectieven: Zelf richting geven aan de ontwikkeling van de DLO Het nieuwe DLO landschap wordt niet meer gedomineerd door één systeem, maar bestaat uit een conglomeraat van systemen. Het basissysteem staat centraal en zal optimaal worden afgestemd op de generieke werkprocessen van de docenten. De onderwijssystemen en internettools kunnen flexibel in het onderwijs worden ingezet. Op deze manier kan worden voorzien in de toenemende variatie in de inrichting van het onderwijs. Beter inspelen op de leefwereld van de studenten Studenten hebben vaak een voorsprong als het gaat om het zich eigen maken en uitproberen van nieuwe mogelijkheden van ICT. Zij verwachten dat deze middelen een plaats krijgen in het onderwijs en dat zij, verplicht of op eigen initiatief, van eigentijdse ICT-tools gebruik kunnen maken. Beter en sneller inspelen op de wensen van docenten Veel docenten gebruiken de DLO nu alleen voor informatievoorziening en communicatie. Er zijn echter ook docenten die de nieuwe mogelijkheden van ICT willen inzetten in hun onderwijs. Het nieuwe DLO landschap biedt een ruime keuzemogelijkheid aan snel te gebruiken tools.
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
16
Gemakkelijker en beter inspelen op nieuwe ICT ontwikkelingen Als er een nieuwe veelbelovende onderwijsapplicatie of internettool beschikbaar komt kan deze, als de pilot succesvol is verlopen, aan het DLO landschap worden toegevoegd. Het proces van het selecteren, uitproberen en VU-breed implementeren van ICT-tools wordt door het Onderwijscentrum zoals altijd op een zorgvuldige en gecontroleerde manier uitgevoerd, zodat de VU grip blijft houden op de betrouwbaarheid van het nieuwe DLO landschap en de geboden functionaliteiten. 4.3. De integratie van systemen Een belangrijk aandachtspunt van het nieuwe DLO landschap is de systeemintegratie. Hierbij gaat het zowel om de koppeling met de VU basisdiensten als om de integratie tussen de deelsystemen van de Next DLO VU. De realisatie van goede en betrouwbare integratie van systemen is niet eenvoudig. De laatste jaren is er echter - met de totstandkoming van open standaarden voor de koppeling en uitwisseling van gegevens - veel vooruitgang geboekt. Voor het onderwijsdomein zijn de standaarden IMS Enterprise en QTI van belang. De betrokken systemen moeten dan ook aan deze standaarden voldoen. Om de samenhang tussen de systemen te waarborgen is het aan te bevelen om een gewenste domeinarchitectuur voor het onderwijs op te stellen. Hierin worden de verschillende onderdelen van de Next DLO VU in onderlinge samenhang beschreven en worden de raakvlakken met de andere VU systemen zichtbaar gemaakt. Integratie met de VU basisdiensten Voor de Next DLO VU is aansluiting met de ICT basissystemen cruciaal. Hierbij gaat het vooral om het eenmalig kunnen inloggen in de diverse systemen (identiteitsmanagement), de standaardisatie van de gegevensuitwisseling tussen de systemen (broker) en het creëren van een digitale toegangspoort voor studenten en docenten (portal). Een andere belangrijke koppeling is die tussen de Next DLO VU en het studenteninformatiesysteem (SIS). De processen in beide systemen moeten optimaal op elkaar worden afgestemd. Hieronder wordt de relatie tussen de DLO en het SIS globaal aangegeven.
Figuur 3: Relatie DLO-SIS
Toelichting: Het SIS ondersteunt de administratieve processen en is gericht op beheersing en controle. Het SIS voedt de DLO met accountgegevens, cursusgegevens en in- en uitschrijvingen voor cursussen en werkgroepen. De docent heeft deze gegevens nodig voor de communicatie en het monitoren van de voortgang in alle mogelijke (sub)groepen. De DLO ondersteunt de
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
17
onderwijsleerprocessen waarbij ruimte moet zijn voor creativiteit en flexibiliteit. De docent gebruikt de DLO ook voor de informele administratie van de cursus, zoals het aanmaken van adhoc samenwerkingsgroepjes (subgroepen). Aan het einde van de cursus kunnen de (deel)resultaten vanuit de DLO worden overgebracht naar het SIS. Daarnaast is er de koppeling tussen de Next DLO VU en de systemen voor wetenschappelijke informatievoorziening van de UBVU. Bij het ontsluiten van relevante digitale onderwijsmaterialen dient rekening te worden gehouden met beperkingen die verband houden met auteursrechten en privacyregels. Integratie met de onderwijsapplicaties en de internettools Het is de bedoeling dat de studenten en docenten in alle deelsystemen van het nieuwe DLO landschap kunnen inloggen met hun VU-net-ID en dat de (sub)groepsindelingen bekend zijn. Dit betekent dat de docent zich niet hoeft bezig te houden met het beheer van studentenaccounts en groepsindelingen. Dit is vooral van belang als het gaat om grote studentenaantallen. Per ICTtool moet bekeken worden hoe deze koppelingen het beste geregeld kan worden. Daarbij dient zoveel mogelijk gebruik te worden gemaakt van open standaarden.
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
18
5. Vervolgproject: pilots Next DLO VU Om het nieuwe DLO landschap concreet vorm te geven dient er een vervolgproject te worden opgestart dat bestaat uit drie deelprojecten. 5.1. Deelproject 1: uitvoeren pilots basissysteem DLO Om te bepalen welk systeem het meest geschikt is om te worden ingezet als basissysteem voor de nieuwe DLO dienen er in 2010 en 2011 pilots te worden uitgevoerd. Het doel is om eind 2011 te komen tot een gefundeerde keuze en een uitgewerkt implementatieplan. Voorafgaand aan de pilots zullen in samenwerking met de faculteiten en de betrokken diensten (UC-IT, DSZ en UBVU) de eisen aan het basissysteem van de DLO verder worden uitgewerkt. Daarna zullen twee systemen worden geselecteerd. Door middel van experimenten en pilots bij een aantal opleidingen, zal worden bepaald welk systeem het beste voldoet. Blackboard is niet geschikt om te worden ingezet als basissysteem voor de DLO. Het systeem vervult momenteel een essentiële rol in de informatievoorziening en communicatie in en rond het onderwijs van de VU, maar biedt voor de lange termijn geen perspectief. Blackboard wordt gekenmerkt door starheid en geslotenheid. Dit geldt zowel voor het product als voor het bedrijf. Blackboard kan daarom niet inspelen op een veranderende onderwijswereld. Ook zijn de vele extra functionaliteiten die Blackboard biedt vaak slecht bruikbaar in het onderwijs. Gezien de ervaringen van afgelopen jaren bestaat de verwachting dat Blackboard in de toekomst onvoldoende zal verbeteren en vernieuwen en dat het systeem steeds minder goed aan de eisen van de VU zal voldoen. Het onderwijs zal zich steeds meer moeten conformeren aan de wijze waarop Blackboard Inc. het systeem heeft vormgegeven en moet zich blijven schikken in onhandigheden en fouten die steeds maar niet verholpen worden. Er komt een moment dat de VU genoodzaakt is om Blackboard door een ander systeem te vervangen. Systemen die in aanmerking komen voor de pilots zijn de open source systemen Sakai (versie 3) en Moodle. Tevens kunnen de ervaringen van Geneeskunde met Fronter, een commercieel open source systeem, worden meegenomen. Sharepoint is minder geschikt als basissysteem voor de DLO, onder meer omdat het systeem gesloten is en slecht samenwerkt met producten die niet van Microsoft afkomstig zijn. Ondertussen zal het gebruik van het Blackboard LCS worden gecontinueerd. Het contract zal eind 2010 met drie jaar worden verlengd. Er zullen echter geen grootschalige investeringen meer worden gedaan in Blackboard. Bij het beschikbaar komen van nieuwe versies zal steeds opnieuw een kosten-baten analyse van de mogelijke upgrade worden gemaakt. Wel zal er worden gezocht naar manieren om het gebruik van Blackboard te verbeteren zonder dat daar veel inspanning mee gemoeid is. De resultaten van de Blackboard evaluatie zijn hierbij een belangrijke informatiebron. 5.2. Deelproject 2: uitvoeren pilots ondersteuning variëteit aan werkvormen In het behoefteonderzoek zijn meer dan 40 werkvormen geïdentificeerd waarvoor behoefte bestaat aan digitale ondersteuning. 2 Voorbeelden zijn: weblectures, samenwerken aan opdrachten/producten, peerreview, community vorming, online brainstormen en virtueel oefenen van vaardigheden. Hierbij dient te worden opgemerkt dat het om een momentopname gaat: vanwege veranderende behoeften en technische mogelijkheden zullen de accenten door de jaren heen verschuiven. Een behoefte die, als gevolg van de sterke toename van de studentenaantallen, steeds dringender wordt is de digitale ondersteuning van het onderwijs aan grote groepen studenten. Dit onderwerp zal dus speciale aandacht krijgen in dit deelproject. Een ander opkomend thema is het gebruik van iPod, iPhones en andere mobiele apparaten in het onderwijs. 2
Zie Resultaten behoefteonderzoek, Onderwijscentrum VU, 8 oktober 2009, pagina 22 (beschikbaar op VU intranet: www.intranet.vu.nl/nextdlovu).
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
19
Het Onderwijscentrum VU zal samen met de faculteiten bepalen welke behoeften aan digitale en didactische ondersteuning het meest urgent zijn. Vervolgens zullen er pilots worden gedaan met onderwijsapplicaties of internettools die het beste aan de gestelde eisen voldoen. Een voorbeeld van in te zetten internettools zijn de tools die deel uitmaken van Google Apps, één van de vier onderzochte systemen. Deze tools maken het samenwerken aan documenten zeer eenvoudig. De pilots zullen worden uitgevoerd in het kader van het programma Digitale Leerinfrastructuur. Dat betekent dat hetecteren, uitproberen en VU-breed implementeren van de tools op gecontroleerde wijze plaatsvindt en dat er nauw wordt samengewerkt met het UC-IT. Ook worden in het kader van het programma Digitale Leerinfrastructuur werkzaamheden verricht om ervoor te zorgen dat de onderwijsapplicaties en internettools optimaal kunnen worden gebruikt, bijvoorbeeld door het aanbieden van handleidingen, cursussen, individuele ondersteuning en good practices. 5.3. Deelproject 3: selectie en implementatie alternatieven Blackboard DPF Zoals in paragraaf 3.3 is aangegeven blijkt uit de evaluatie van het digitaal portfolio en het digitaal portfolio systeem van Blackboard (Blackboard DPF) dat de studenten, begeleiders en coördinatoren ontevreden zijn over het systeem. Het digitaal portfolio systeem van Blackboard wordt slechts door een beperkt aantal opleidingen gebruikt. Gezien het gering aantal gebruikers zijn de kosten per student hoog. Daarom zal het gebruik van het Blackboard digitaal portfolio per 1 september 2011 worden beëindigd. Dit betekent dat de licentie, die eind 2010 eindigt, eenmalig met een jaar wordt verlengd. De opleidingen zullen door het Onderwijscentrum VU worden ondersteund bij het selecteren en in gebruik nemen van alternatieven. Het Onderwijscentrum VU is in september 2009 gestart met het analyseren van de werkprocessen rond het portfoliogebruik bij de diverse opleidingen en het selecteren van geschikte alternatieven. Vervolgens zullen er pilots worden uitgevoerd. Eind 2010 zal een adviesrapport worden opgeleverd met een gefundeerde keuze voor één of meer systemen. Het rapport zal ook een implementatieplan bevatten voor elke opleiding die gebruik maakt van het digitaal portfolio. 5.4. Samenwerking en afstemming met faculteiten en diensten Bij de drie deelprojecten die hierboven zijn geschreven is de samenwerking en afstemming met de faculteiten en de betrokken diensten (UC-IT, DSZ en UBVU) van essentieel belang. Het nieuwe DLO landschap moet optimaal aansluiten op de behoeften en de werkprocessen van de faculteiten. Tijdens de voorbereiding en de uitvoering van de pilots moet veel aandacht worden besteed aan de communicatie met de betrokken studenten, docenten en facultaire ondersteuners. De docenten die aan de pilots deelnemen moeten tijdig in het gebruik van de betreffende ICT-tools geschoold worden. De planning van de uit te voeren activiteiten moeten goed worden afgestemd met het UC-IT, zodat de benodigde capaciteit en expertise kan worden geleverd. Een belangrijk thema hierbij is, zoals in het vorige hoofdstuk al werd aangegeven, de systeemintegratie. Ook heeft de afstemming met het UC-IT betrekking op het beheer en het onderhoud van de systemen die deel uitmaken van het nieuwe DLO landschap. Het Onderwijscentrum VU en het UC-IT hebben in het kader van het programma Digitale Leerinfrastructuur al regelmatig overleg. Dit heeft er toe geleid dat het beheer en de ondersteuning van de huidige onderwijsapplicaties, zoals Blackboard en QMP, goed geregeld is. De samenwerking met DSZ heeft betrekking op de relatie van de Next DLO met het nieuwe studenteninformatiesysteem (het project Nieuw SIS). In de afgelopen maanden zijn over dit onderwerp al een aantal gesprekken gevoerd.
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
20
Bij de afstemming met de UBVU zal worden ingegaan op een aantal thema’s dat in het behoefteonderzoek naar voren is gekomen, zoals het beheer van digitale onderwijsmaterialen.
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
21
6. Kosten vervolgproject Hieronder een overzicht van de kosten van deelproject 1 (pilots basissysteem DLO) en deelproject 3 (selectie en implementatie van alternatieven voor Blackboard DPF) voor 2010. Bij de berekening van deze bedragen is uitgegaan van het gebruik van Sakai. Kosten deelproject 1 (pilots basissysteem DLO) voor 2010: Toelichting
1.Techniek
2. Functionele Inrichting
3. Onderwijskundige begeleiding
4.Evaluatie
1.1 Hardware 1.2 Technische inrichting 1.3 Technisch beheer 1.3 Koppelingen 1.3.1 LDAP 1.3.2 SIS 1.4 Applicatie beheer 2.1 Algemene functionele inrichting 2.2 Templates ontwikkelen 2.3 Functioneel beheer 3.1 Training docenten
Server of Cloud DB, Casco App
3.2 Advies/begeleiden fac. ondersteuners 3.3 Ontwikkelen support materiaal 4.1 Nul-meting 4.2 Tussentijdse meting 4.3 Eindmeting 4.4 Evaluatierapport 5.1 Projectleiding
5. Projectleiding TOTAAL Tabel 4: Kosten 2010 voor pilots basissysteem DLO
Kwantiteit (uren)
Tarief
Kosten 2010 in Euro’s 5.000 7.560
180
42
60
42
20 60 80 120
42 42 42 42
2.520 0 840 2.520 3.360 5.040
80
42
3.360
100 80
42 42
4.200 3.360
100
42
4.200
80
42
3.360
60 20 20 60 200 1.320
42 42 42 42 42
2.520 840 840 2.520 8.400 60.440
Kosten deelproject 3 (selectie en implementatie alternatieven Blackboard DPF) voor 2010: Toelichting
1.Techniek
2. Functionele Inrichting
1.1 Hardware 1.2 technische inrichting 1.3 Technisch beheer 1.4 Koppelingen 1.4.1 LDAP 1.5 Applicatie beheer 2.1 Algemene functionele inrichting
vrije Universiteit amsterdam
Server of Cloud DB, Casco App
Kwantiteit (uren)
Tarief
Kosten 2010 in Euro’s
80
42
5.000 3.360
40
42
1.680
20 60 60
42 42 42
840 2.520 2.520
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
Toelichting
60
42
Kosten 2010 in Euro’s 2.520
100 60 120
42 42 42
4.200 2.520 5.040
3.2 advies/begeleiden 100 fac. ondersteuners 4.Evaluatie 4.1 Nul-meting 40 4.2 Tussentijdse meting 15 4.3 Eindmeting 15 4.4 Evaluatierapport 60 5. Projectleiding 5.1 Projectleiding 150 5.2 Community 3 projectleden lidmaatschap TOTAAL TOTAAL 980 Tabel 5: Kosten 2010 voor selectie en implementatie alternatieven Blackboard DPF
42
4.200
42 42 42 42 42
1.680 630 630 2.520 6.300 6.000
3. Onderwijskundige begeleiding
2.2 Templates ontwikkelen 2.3 DPF inrichten 2.4 Functioneel beheer 3.1 Training docenten
Kwantiteit (uren)
200 docenten
Tarief
22
52.160
Deze kosten zijn inclusief de implementatie van de alternatieven bij de opleidingen die gebruik maken van het digitaal portfolio. De totale kosten voor deze twee deelprojecten voor 2010 zijn: Activiteit
Selectie en implementatie alternatieven Blackboard DPF Pilots Sakai 3 Pilots basissysteem DLO systeem Y Evaluatie/implementatierapport & kennisdisseminatie 10% Onvoorzien Totaal Tabel 6: Totale kosten 2010
Kosten 2010 in Euro’s 52.160 60.440 60.440 10.000 18.304 201.344
Voor 2011 zijn de kosten lager. Dan vervallen de licentiekosten voor Blackboard DPF (56.000 Euro). Voor deelproject 2 (pilots ondersteuning variëteit aan werkvormen) geldt dat de exacte behoefte van de faculteiten aan digitale en didactische ondersteuning nog moet worden vastgesteld. Daarom kan voor dit deelproject op dit moment nog geen goede schatting worden gemaakt van de kosten voor 2010 en 2011. Het Onderwijscentrum VU zal uitgaan van de beschikbare financiële ruimte en daarbinnen - samen met de faculteiten - bepalen welke activiteiten ondernomen zullen worden. De drie deelprojecten zullen worden bekostigd door het Onderwijscentrum VU vanuit het budget van het programma Digitale Leerinfrastructuur. Eind 2011 zal er bij de PCBV een aanvraag worden gedaan voor extra projectgelden ten behoeve van de implementatie van een nieuw basissysteem voor de DLO.
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
23
Bijlage 1. Samenstelling stuurgroep Aan de stuurgroep van het project Verkenning Next DLO VU namen deel: • Prof.dr. J.J. (Jos) Beishuizen, hoogleraar/directeur Onderwijscentrum VU (opdrachtgever); • Prof. dr. H.J. (Henk) Groenewegen, programmaleider BA VUmc (seniorgebruiker); • Dr. P. (Peter) Kerkhof, portefeuille onderwijs Faculteit Sociale Wetenschappen (seniorgebruiker); • Drs. C.M.J. (Carmen) Peters, hoofd afdeling Hoger Onderwijs Onderwijscentrum VU (seniorleverancier).
vrije Universiteit amsterdam
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
24
Bijlage 2. Belangrijkste eisen aan de Next DLO VU Op basis van de resultaten van het behoefteonderzoek en de Blackboard evaluaties (cursuswebsites en digitaal portfolio) zijn voor de toekomstige DLO van de VU de volgende eisen geïnventariseerd:
ONDERWIJSKUNDIG Centrale plek voor studenten en docenten Eenvoudig in gebruik
Prettig en efficiënt om mee te werken Efficiënte ondersteuning van de kernactiviteiten van het onderwijs
Geschikt voor verschillende onderwijsvormen
Ondersteuning van een variatie aan werkvormen Ondersteuning bij de begeleiding en beoordeling van studenten (portfolio)
Flexibel kunnen aanbieden van content (vakinhoud) Goede mogelijkheden voor het beheer van content Beschikbaarheid van content
Toegankelijk voor alle interne en externe doelgroepen Efficiënte ondersteuning van het werken in (sub)groepen, ook bij grote studentenaantallen
vrije Universiteit amsterdam
TOELICHTING Eén overzichtelijke en herkenbare omgeving die toegang biedt tot alle voor het onderwijsleerproces benodigde informatie en functionaliteiten. Intuïtief, snel te leren, weinig ondersteuning nodig, makkelijk om tekst, afbeeldingen, video, interactieve content (bv. serious gaming, interactieve feedback) en formules toe te voegen. Weinig klikken, aantrekkelijk, moderne lay-out, aanpasbaar aan de wensen van studenten en docenten, duidelijke vormgeving van cursus- en projectsites. Ondersteuning van de generieke workflow van docenten. Bv. plaatsen van mededelingen (ook naar e-mail of via RSS), vakinformatie en studiemateriaal (ook meerdere bestanden snel uploaden), opnemen van links naar externe bronnen, indelen van studenten in (sub)groepen, inleveren en beoordelen van opdrachten (inclusief plagiaatdetectie), gebruik van eenvoudige toetsen, administratie/monitoring van ingeleverde opdrachten, feedback en cijfers/resultaten. Ondersteuning van zowel klassieke onderwijsvormen, waarin docenten en hun cursussen centraal staan, als sterker studentgeoriënteerde onderwijsvormen, zoals samenwerken leren, onderzoekend leren (community of learners) en projectonderwijs. Ook ondersteuning van vakoverstijgend onderwijs (bv. leerlijnen). Bv. samenwerken aan opdrachten/producten, peerreview, community vorming en online brainstormen. Zie onder meer de inventarisatie van werkvormen in het rapport Resultaten behoefteonderzoek. Bv. toevoegen documenten, aanmaken persoonlijke webpagina, toegang geven aan derden, geven van feedback, printen (delen van) portfolio, downloaden portfolio, overzichtelijk bijhouden portfolio, beoordelen ontwikkeling student, zoekfunctie. Content kan flexibel aan de webpagina worden toegevoegd (niet alleen folders en items onder elkaar), zodat bv. de logica van het leerproces in de presentatie van de content kan worden weergegeven. Bv. afscherming van content (rollen), hergebruik van content, versiebeheer, vergelijken documenten, traceren bijdragen individuele gebruikers. De content kan binnen het systeem bewaard blijven of (buiten het systeem om) langs andere wegen ontsloten worden (bv. in verband met leven lang leren, accreditatie, visitatie) Bv. VU-docenten, VU-studenten, gastdocenten, studenten/medewerkers andere HO instellingen, internationale studenten, alumni, medewerkers bedrijfsleven. Studenten kunnen zichzelf inschrijven voor (sub)groepen (met inachtneming van maximum groepsgrootte). Per (sub)groep kunnen benodigde functionaliteiten bepaald worden. De vastgelegde (sub)groepsindelingen zijn in alle onderdelen van de DLO beschikbaar en te gebruiken.
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam
Adviesrapport strategische ontwikkeling digitale leeromgeving VU
TECHNISCH Betrouwbaar Optimale integratie
Gebruik van open standaarden Geschikt voor elk device en elke browser
Veilig in gebruik Single sign on (SSO)
ORGANISATORISCH Schaalbaarheid
Betaalbaarheid
Aanpasbare branding Beheersbaarheid Goede ondersteuning van de leverancier Transparantie van het softwareontwikkelingproces Invloed op ontwikkeling product Brede en actieve gebruikersgemeenschap Aansluiting bij informatiearchitectuur VU Duurzaamheid
Flexibiliteit Implementeerbaarheid
Hybride architectuur Control of your own destiny
vrije Universiteit amsterdam
25
TOELICHTING Beschikbaar (7x24 uur), stabiel/robuust (moet gewoon werken, geen fouten) en snel (ook bij toename aantal gebruikers). Goede koppelingsmogelijkheden met andere VU-systemen (bv. ICT basissystemen, studenteninformatiesysteem, systemen voor wetenschappelijke informatievoorziening) en met vrij beschikbare internettools. Toegang tot alle onderdelen van de DLO via het VU-net-ID. Groepsindelingen (bv. inschrijvingen voor cursussen, werkgroepen, subgroepen en tentamens) zijn in alle onderdelen van de DLO beschikbaar. Koppeling vóór in het in gebruik nemen van de applicatie/tool. Ook goede mogelijkheden voor ontkoppeling (duidelijke exit-strategie). Voldoet aan standaarden voor koppeling en gegevensuitwisseling voor het onderwijsdomein (bv. IMS enterprise, QTI) en gangbare webtechnologieën. Met elke gangbaar apparaat (netbook, smartphone, etc.) en elke gangbare browser (Firefox, IE, Safari, Chrome, etc.) zonder verlies aan functionaliteiten te gebruiken. Bv. veilige data, beschermd tegen misbruik, waarborg privacy. Koppeling met SSO-systeem VU, zodat na één keer inloggen gebruik kan worden gemaakt van alle onderdelen van de DLO. TOELICHTING In brede zin, bv. schaalbare techniek (bv. bij verdubbeling aantal gebruikers moet verdubbeling van de technische infrastructuur voldoende zijn), schaalbare support, schaalbare licentie. Kosten per gebruiker zijn beperkt en blijven beperkt bij groei aantal gebruikers (bv. als aantal gebruikers met 20% toeneemt mogen de kosten per gebruiker niet met meer dan 20% toenemen). Mogelijkheden voor presentatie als VU-omgeving (VU-logo etc.) Bv. voorspelbaarheid van benodigd aantal fte’s voor technisch beheer, applicatiebeheer en functioneel beheer. Goede en snelle afhandeling van problemen en wensen. Afspraken zijn vastgelegd in SLA. Openheid van de leverancier over de ontwikkeling van de software. De VU heeft invloed op aanpassingen en verbeteringen van het product. De leverancier neemt de wensen van de VU serieus. Goede mogelijkheden voor het delen van kennis. Primair in Nederland, secundair in Europa en Noord Amerika. Past in de informatiearchitectuur van de VU. Levert een bijdrage aan de kwaliteit van het onderwijs (visie gedreven) en aan de organisatie van het onderwijs (efficiency gedreven). Deelsysteem kan voor langere tijd bestaan in de informatiearchitectuur. Aanpasbaarheid aan nieuwe ICT ontwikkelingen. Deelsystemen kunnen relatief eenvoudig gekoppeld en ontkoppeld worden. Bv. goede voorspelbaarheid van de benodigde fte’s voor implementatie en configuratie, beperkte inspanning nodig, beheersbare risico’s, beschikbaarheid van voldoende resources en kennis. Gebruik van zowel eigen (VU) applicaties als IT oplossingen die vrij op internet beschikbaar zijn (tools uit de “cloud”). De VU heeft invloed op de ontwikkeling van de DLO of het ontwikkelpad van de DLO past bij het gewenste ontwikkelpad van de VU.
© 2009 Vrije Universiteit, Amsterdam