Schoolplan ontwikkelpunten en beleid voor 2011-2015
Sweelinck College
Inhoudsopgave 1.
Vooraf
2.
Missie / Visie
3.
De schoolorganisatie 3.1. managementstructuur en functies 3.2. Organigram Sweelinck MAVO
4.
De onderwijsontwikkeling 4.1. lessentabel 4.2. Urennorm 4.3. LWOO 4.4 Maatschappelijk stage 4.5. Pedagogische strafregels 4.6. LOB 4.7. Projecten onderbouw/bovenbouw
5.
Communicatie 5.1. Intern 5.2. Ouderparticipatie 5.3. Leerlingenparticipatie
6.
Veiligheid
7.
Procedures/protocollen
8.
Formatie
9.
Financiën 9.1. leer-en hulpmiddelen en buitenschoolse activiteiten 9.2. sectiebudgetten
10.
Scholing
11.
Vensters voor Verantwoording
12.
SCHRAP
13
Bijlagen -
Indeling teams Organisatie lj 3 en 4 Organisatie lj 1 en 2 Periode overzicht Taken overzicht
Apart bijgevoegd
1 2a en 2b 3 4 5
Verbeteracties Informatie kwaliteistzorg taakbeleid schoolgids
2
3
Woord vooraf Hierbij ontvangt u het schoolplan voor het Sweelinck College, dé MAVO in Amsterdam Oud-Zuid. In samenwerking met de heer A. van der Hout, beleidsmedewerker van onze onderwijsgroep, hebben wij een SCHRAP (School Resultaat en Activiteiten Plan) geschreven. Dit Strategische schoolplan voldoet aan de door ZAAM gestelde kwaliteitseisen en is toegevoegd aan ons schoolplan. Het schoolplan is belangrijk voor onze organisatie en het onderwijs in onze school. De basis van het schoolplan is ons huidige onderwijs en hoe wij dit verder willen ontwikkelen. Maar ook: de processen, activiteiten, taken en de reeds bestaande en aangescherpte protocollen. Een werkdocument dat er voor moet zorgen dat onze schoolorganisatie transparanter wordt. De afgelopen twee jaren hebben wij geïnvesteerd in de kwaliteit van ons onderwijs door intensief overleg en scholing. Inhoudelijk wordt er van de organisatie steeds meer gevraagd door het toenemende aantal LWOO leerlingen. Het borgen van de kwaliteit van onze toetsen zal in dit schooljaar worden opgepakt door een studiemiddag met collega VMBO-T scholen College de Meer, Meridiaan College, Apollo School en Augustinus College. Wij hebben verder twee grote verbeteracties benoemd: “360 graden feedback” en “pedagogisch didactisch handelen” deze onderwerpen zijn nader uitgewerkt in het SCHRAP. De evaluatie gebeurt door leidinggevenden en betrokkenen die zich met het onderwerp bezighouden. Er is altijd verslaglegging. De gegevens die uit de evaluatie voortkomen, kunnen leiden tot bijstelling van de doelen, dan wel van het proces. Alle acties zijn gericht op verbetering van het onderwijs, alles wat wij doen heeft als uitgangspunt dat het onze leerlingen ten goede moet komen.
Met vriendelijke groet, namens het voltallige managementteam,
M.C. Uleman Directeur Sweelinck College
4
2.
Missie / Visie
Missie Ons onderwijs is gericht op het verwerven van kennis, inzicht en vaardigheden door gebruik te maken van verschillende didactische methoden. De studieresultaten komen het beste tot hun recht in een veilige stabiele omgeving, waarbij het behalen van een diploma of het verkrijgen van een goede aansluiting op het vervolgonderwijs, ons basis uitgangspunt is. Aandacht voor het zelfstandig leren, studeren en de sociale codes leren herkennen en die ook eigen maken. Hoe leert een leerling zich handhaven in de Nederlandse samenleving: Op weg naar een geaccepteerde en plezierige houding van Nederlanders en allochtonen in de werkzame maatschappij. Nadruk dus op de omgang met elkaar. Het is gericht op de vorming van zelfbewuste personen, die zowel zelfstandig als in groepsverband kunnen werken. Veiligheid, cultuur, kunst, humaniteit, levensbeschouwing, normen en waarden en omgaan met elkaar zijn speerpunt. Visie Het Sweelinck College is dé MAVO in Oud Zuid. Wij werken nauw samen met het Gerrit van der Veen College om leerlingen indien mogelijk voor te bereiden op de HAVO. Tegelijkertijd laten we leerlingen kennis maken met het beroepsonderwijs, zodat zij na het behalen van hun MAVO diploma, zonder veel problemen kunnen doorstromen. Leerlingen leren niet alleen van de docenten maar ook van elkaar. Daarnaast krijgt de zorg veel aandacht. Door de veranderende populatie is inmiddels gebleken, dat zorg steeds belangrijker wordt. Elk kind op het Sweelinck College wordt in leerjaar 1 getest op LWOO. Wij streven ernaar dat al onze leerlingen de maximale ondersteuning krijgen en achterstanden in de eerste twee leerjaren zo veel mogelijk zijn weggewerkt. Voor alle leerlingen geldt echter dat duidelijkheid, structuur en begeleiding van groot belang zijn. De consequentie daarvan is dat de pedagogische grondhouding door alle personeelsleden onderschreven moet worden. Hieronder verstaan we dat al het handelen binnen de school erop gericht is de positieve kanten van leerlingen te ontwikkelen en hen te leren omgaan met hun beperkingen. Een veilige leeromgeving is erg belangrijk. Om de veiligheid te verhogen mag niemand tijdens schooltijden het schoolterrein verlaten. Het Sweelinck is meer dan goed onderwijs in een veilige omgeving. Het Sweelinck streeft er naar dat zowel leerlingen als medewerkers elke dag veel plezier met elkaar hebben.
5
3.
Schoolorganisatie
De huidige schoolorganisatie is aangepast doordat we vanuit een onderbouw en bovenbouw team zijn gaan werken. Er wordt wekelijks vergaderd. Tijdens de vergaderingen worden lopende zaken en ontwikkelingen besproken en beleid voorbereid. Ook worden allerlei zaken geëvalueerd. De teamleider werkt nauw samen met een leerlingbegeleider die in dezelfde kamer werkzaam is. In de jaarplanner liggen alle vergaderingen voor het gehele schooljaar vast. Er zijn diverse vergaderstructuren opgezet volgens het principe: kort en nuttig vergaderen. De klassen-teams vergaderen elke week en een keer per 5 weken met z’n allen tegelijk (teamcentraal). Binnen de zorgstructuur (zorgcoördinator, leerlingbegeleiders en mentoren) wordt zowel intern als extern vergadert. Daarnaast is er een vast uur per week, waar de zorgcoördinator overlegt met de leerlingbegeleiders en zitten de leerlingbegeleiders iedere week met de mentoren om tafel. Het OOP wordt aangestuurd door de directeur. Er is één keer per 6 weken OOP overleg. Ook dit overleg, vindt net als alle andere vergaderingen, plaats op de dinsdag. Het OOP personeel is op het Sweelinck net zo belangrijk voor het Pedagogisch klimaat als het OP personeel. Met de locatieraad, ouderraad en de leerlingenraad is ongeveer één keer per twee maanden overleg. De uitgezette schooltaken worden reeds in mei middels het Sweelinck takenboek bekend gemaakt. De taken worden op het taak- inventarisatie formulier bevestigd aan de docent. Herziening van het takenboek vindt ieder voorjaar plaats en wordt in overleg met de LR vastgesteld. De schoolopbouw Leerjaar 1 is het aantal klassen 4 en zal mogelijk groeien naar 5. Er zijn 3 reguliere MAVO klassen en één HAVO-kansklas. De reguliere klassen hebben maximaal 22 leerlingen en de HAVO-kansklas 20. Het 2e leerjaar heeft 5 klassen (114 leerlingen) en bestaat voor 36 leerlingen uit zij-instromers, met een grote HAVO afstroom groep. Het 3e leerjaar telt 89 leerlingen en bestaat uit 4 klassen. In het 4e leerjaar zijn er vier klassen, met een totaal aantal leerlingen van 89. Het aantal leerlingen is dus gestegen van 322 leerlingen in 2008-2009 naar 372 in schooljaar 2009-2011.
Het Sweelinck heeft definitief de moeizame jaren achter zich gelaten en groeit de komende jaren gestaag door. 6
Het Sweelinck maakt zich ook sterk ten aanzien van zij-instromers. Daar waar een leerling een andere school heeft moeten verlaten, maakt het Sweelinck het vaak mogelijk om de schoolcarrière alsnog met succes af te ronden. Wij bieden deze nieuwe leerlingen de kans door extra aandacht en steun. In 2009-2011 zitten in klas 3 , 21 nieuwe leerlingen en in klas 4 zitten er 15. Ook doet de leerplichtambtenaar zelden tevergeefs een beroep op ons als het gaat om leerlingen die een 2e kans moeten hebben. Een van de speerpunten het komende schooljaar is het aantal aanmeldingen voor leerjaar 1. Het Sweelinck College heeft een goede naam opgebouwd bij diverse scholen met name als het gaat om de succesvolle zij-instroom in leerjaar 2, 3 en 4.
Het Sweelinck binnen de ZAAM Onderwijsgroep Bovenschools is er al veel veranderd. De ISA is per 01-01-2007 gefuseerd met ROCASA. Het voornaamste doel van deze fusie is de doorlopende leerlijnen beter vorm te kunnen geven. Wij vormen nu samen de ZAAM Onderwijsgroep. Het Sweelinck valt onder de groepsdirectie Zuid-Oost, waar tevens weer twee clusters in gevormd zijn. De groepsdirectie bestaat uit Bart van den Berg, Ellen Veenemans en Eddy Verrips De clusters bestaan uit: Cluster I: OZW, De Donge, Academie voor Psychiatrie Cluster II: ROC ASA, Vrolikstraat Cluster III: Sweelinck College, Apollo, College de Meer, Zuiderlicht en Augustinus College De samenwerking met het MBO binnen de ZAAM groep kan veel mogelijkheden voor onze leerlingen creëren. Het Sweelinck College is de enige categorale MAVO in Oud-Zuid en heeft daarom een unieke plaats binnen de groep. Leerlingen gaan wij meer informeren over het vervolgonderwijs, door projecten op te starten met en in het MBO. In leerjaar 3 zullen leerlingen hun sectorwerkstuk op locaties van het MBO en de HAVO gaan maken. De doorlopende leerlijn krijgt hierdoor meer vorm. Ook zullen er meerdere studiedagen binnen de groep Zuid Oost zijn om vakdocenten van VO en MBO met elkaar in contact te brengen.
7
3.1
Management Structuur & Functies
Groepsdirectie ZAAM Onderwijsgroep Zuid en Oost
Algehele leiding Personeelsbeleid algemeen Financiën
Locatiedirecteur
Algemene locatieleiding Personeelsbeleid Onderwijs Scholing Gebouw Deel FZ Taakbeleid Organisatie
Teamleider
Geeft leiding aan een team (onderbouw/bovenbouw). Draagt vestigingsbeleid uit. Heeft kennis van algemene en specifieke onderwijskundige problematiek en ontwikkelingen. Is verantwoordelijk voor het teambeleid. Verzorgt interne en externe communicatie, waaronder informatievoorziening. Draagt verantwoording af over de teamprestaties. Is lid van het management/staf.
3.2
Organigram Sweelinck MAVO
8
Locatiedirecteur
Decaan Zorgcoördinator
OOP
Teamleider Onderbouw
Teamleider Bovenbouw
Leerlingbegeleider Onderbouw
Leerlingbegeleider Bovenbouw
Mentoren Vakdocenten
Mentoren Vakdocenten
Cultuur:
4.
Open, warme en eerlijk communicatie Respect voor ieders mening Duidelijke regels en protocollen Transparantie Gedeelde verantwoordelijkheid
De onderwijsontwikkeling
De opbouw van de school en de (uitgebreide) schoolregels zijn te vinden in de schoolgids. 4.1. lessentabel In mei 2009 hebben wij de lessentabel aangepast. Zodoende hebben we ruimte gemaakt voor 2 keuzevakken in het eerste leerjaar, met de mogelijkheid deze keuzevakken uit te breiden naar de volgende leerjaren. De keuzevakken zijn Sportoriëntatie en Podiumkunsten. Leerlingen mogen zelf kiezen welk vak zij voor 2 lesuren willen volgen. Wij blijven het vak NASK 2 geven maar bieden het niet meer als eindexamenvak aan. In de 4de klas kunnen de leerlingen kiezen uit 3 sectoren: Zorg en Welzijn, Economie en Techniek.
Vakken Ne
Klas 1
havokans
Klas 2
Klas 3
Klas 4
4
4
4
3
4
9
Fa Du En Gs Ak Wi Ma Nask1 Nask2 Bi Ec CKV Muziek/Drama/Theater Tekenen LO LV Keuzevak Nex ICT ML Huiswerk/steunles
2
3
3 2 2 4
3 2 2 4
2 3 3 2 2 3
3k 3k 3 2 2 4 2 2 1 2 2 1 1
4k 4k 4 4k 4k 4k 1 6k
3
3
1
1
1
1 2
1 2
1 1
1 1 2 2 1 1 2 3 0
2
2
1 1 2 3 2 2 1 2 1 2
1 1 2 3 2 2 0 2 1 2
Verplicht Keuze
34 2
34 2
36 0
32 3
14 17/19
Totaal
36
36
35
35
31/33
4k 4k
4.2. Urennorm In april 2007 zijn we begonnen met het digitaal bijhouden van de lesuitval. We kunnen per klas, cluster, docent, week en dag precies zien welke les uitgevallen is en welke les door wie ingevallen is. Onze gemiddelde lesuitval was in 2007-2008, 4,8 % en in 2008-2009 was dit 5,3 % waarvan het hoogste percentage was in leerjaar 3: 5,68% Veel lesuitval was er afgelopen jaar op het 6e en 7e lesuur. Er worden tussenuren op deze uren geplaatst zodat we inval docenten hebben. Wij zullen dit schooljaar nog beter moeten gaan presteren en hebben de volgende afspraken met elkaar gemaakt. In leerjaar 3 hebben we nog maar één toetsweek. We starten elke schooljaar op de eerste maandag al met een mentorles, waarbij alle leerlingen hun boekenpakket en rooster ontvangen. Alle scholing en vergaderingen worden op de dinsdagmiddag gepland. Vanaf het 8e lesuur worden er dan geen lessen ingeroosterd. Andere vergaderingen worden gepland en in het rooster gezet, zodat er geen lesuitval is. Ten tijden van rapportvergaderingen zal er met een verkort rooster gewerkt worden, zodat er een verdeelde lesuitval is.
10
Docenten, die lesuitval hebben door omstandigheden anders dan ziekte, proberen hun lessen op een ander tijdstip te geven. Lesuitval wordt geminimaliseerd door lesopvang collega’s (maximaal 10 uur per schooljaar), klassenassistenten en teamleiders.
4.3 LWOO De onderwijsachterstanden wegnemen kan het Sweelinck niet alleen door alle leerlingen aan het begin van leerjaar 1 te testen. Ons beleid is erop gericht dat wij de leerlingen tot het einde van hun schoolcarrière monitoren en begeleiden, met als doel het wegwerken van de achterstanden. Aan het begin van elk schooljaar toetsen wij de eerste klassen op leerachterstanden door middel van de zogeheten drempeltoets. Dit stelt de school in de gelegenheid om snel en doelgericht hulp te bieden aan de leerlingen die dit nodig blijken te hebben. Dit doen wij door vanaf het begin van het jaar steunlessen aan te bieden in Nederlands en wiskunde, later aangevuld door steunlessen vreemde talen en economie. Ook kunnen leerlingen al meteen aan het begin van het jaar naar huiswerkklas. Voor elke leerling met LWOO wordt een persoonlijk handelingsplan geschreven. Trainingen in het wegnemen van faalangst en Sociale Vaardigheden worden ingezet om te zorgen dat leerlingen beter in hun vel komen te zitten en hun toetsen zonder al te veel moeite kunnen maken. Elk jaar worden de resultaten en de handelingsplannen van de LWOO leerlingen geëvalueerd en wordt de ondersteuning en het handelingsplan waar nodig aangepast Op deze manier hoopt het Sweelinck College te bewerkstelligen dat leerlingen een zo groot mogelijke kans word geboden om hun schoolcarrière met succes en zonder achterstanden af te sluiten. 4.4. Maatschappelijk stage Leerjaar 2 Het 2e leerjaar doet dit jaar wederom een maatschappelijke stage. Het Sweelinck College heeft er voor gekozen om in leerjaar 2 deze stage grotendeels in de school te doen. Dat doen wij, met behulp van Codename Future, aan de hand van een maatschappelijke kwestie zoals bijvoorbeeld kindermishandeling of het milieu. De leerlingen gaan gedurende vier dagen met een thema aan de slag en krijgen de kans om hun ideeën tot werkelijkheid te maken. Ook de buurt wordt hier bij betrokken. Goed burgerschap is niet alleen het toepassen van onze normen en waarden, maar ook de manier waarop onze leerlingen omgaan met hun omgeving en de omgeving van de school. De ouders zullen ook betrokken worden bij het vormgeven van de stage, dit in samenspraak met de ouderraad. De teamleider onderbouw en de coördinator Maatschappelijke stage zijn samen verantwoordelijk voor de opzet, uitvoering en verantwoording. 11
Leerjaar 3 en 4 Op het Sweelinck College wordt er in klas 3 en klas 4 deelgenomen aan de maatschappelijke stage. Uitvoerend betekent dit SCHOOLWACHT zijn. De leerlingen worden ingezet om de prettige sfeer te handhaven en ongeregeldheden op te lossen. Onder leiding van dhr. Brunsveld doen zij de volgende taken: Observeren van het gedrag van medeleerlingen. Registreren van incidenten die ingaan tegen de schoolregels. Rapporteren van incidenten aan de team coördinator Corrigeren van leerlingen. Handhaven van de schoolregels. Wanneer zij dit onderdeel voldoende hebben afgerond ontvangen zij bij hun diploma ook het Certificaat: SCHOOLWACHT waarop de competenties waaraan zij gewerkt hebben, vermeld staan.
4.5 Pedagogische strafregels De schrijfstrafmethode
Wij vinden dat docenten en leerlingen respectvol met elkaar moeten omgaan, in en buiten de klassen. Er moet een prettige en rustige werksfeer heersen. Lesverstorend gedrag van een paar leerlingen heeft tot gevolg dat anderen zich niet kunnen concentreren en de instructies van een docent niet meer kunnen volgen. Hoe vaker een docent waarschuwen moet, des te vervelender de sfeer in de klas wordt. Is het daarentegen rustig, dan heeft de docent alle tijd om ook de minder opvallende leerlingen te helpen. Als de werkhouding van een klas in orde is, de lessen prettig verlopen, er niet teveel gepraat wordt en de boeken aanwezig zijn, kan een docent positief zijn over de klas, en over de individuele leerling, ook op de ouderavonden. Dat is veel prettiger dan alsmaar wanhopig zijn over bijvoorbeeld zoveel druktemakers, geklets, wangedrag, of over niet-aanwezige boeken en schriften. Ten behoeve van een positief werkklimaat werken we met de schrijfstrafmethode. Om lastige leerlingen te motiveren tot gewenst gedrag bestaan veel methoden, waaronder de schrijfstraf. Astrid Boon (orthopedagoge) is op scholen voor herinvoering van strafregels-nieuwe-stijl. Ze geeft de voorkeur aan lange epistels waarin leerlingen gewezen worden op hun overtreding en de consequenties daarvan, die worden afgesloten met een suggestie hoe het beter kan en bovendien thuis ondertekend moeten worden. Zonder dat het volwassenen veel tijd kost, leren leerlingen via deze straf ongewenst gedrag af en leren zij tegelijkertijd wat het alternatieve gedrag kan zijn.
Pubers vragen om tegenspel. Zeker als zij zichzelf en anderen door hun wangedrag benadelen. Op school leiden strenge maatregelen als verwijdering uit de klas en
12
schorsing lang niet altijd tot verbetering van dat gedrag. Gesprekken, ook met de ouders, leveren steeds vaker te weinig op. Het aantal schorsingen blijft toenemen. Er zijn leerlingen die, alle sancties en een begripvolle benadering ten spijt, hun leven niet beteren. Zij belanden op wachtlijsten voor hulpverlening of worden verwezen naar het speciaal onderwijs. Ontspoord gedrag wordt vaak toegeschreven aan maatschappelijke omstandigheden of een falende opvoeding. Maar daarmee is de school nog niet ontslagen van de zorg voor orde en veiligheid. Wat is er nodig om een prettig leerklimaat te scheppen? Hoe brengen we leerlingen de mores van de school bij? Methodiek van de schrijfstraf
* De leerling krijgt eerst een waarschuwing voor zijn/haar ongewenst gedrag * Wanneer de leerling de waarschuwing niet opvolgt, wordt de schrijfstraf uitgedeeld * De leerling blijft in de les, liefst dicht bij de docent * De docent legt een schrijfstraf op, die de leerling in zijn vrije tijd maakt * De leerling schrijft de regels een aantal keer over: de beschrijving van het gewraakte gedrag, waarom dat gedrag onwenselijk is voor hem/haar en voor anderen en ten slotte de helpende suggesties voor zijn gedrag in de toekomst * De ouders ondertekenen het geschrevene. 4.6. LOB Het Sweelinck College heeft samen met College de Meer van de Gemeente Amsterdam een subsidie ontvangen om LOB (Loopbaanleren) verder vorm te geven. Leerlingen moeten voorbereidt worden op wat ze in de maatschappij willen gaan doen. Samen met Thom de Vries wordt Peppels.nl ontwikkelt. Peppels.net leert jongeren hoe zij moeten kiezen, en maakt loopbaanoriëntatie relevant en aantrekkelijk. De focus ligt op het leren kiezen op basis van relevante ervaringen, en reflectie op en presentatie van die ervaringen. Een leerling werkt aan Peppels.net door middel van opdrachten die door de school worden uitgezet. Verslagen (tekst, foto’s, film) worden in de eigen digitale omgeving geplaatst en de leerling kan per opdracht aangeven of het publiek toegankelijk is of niet. Op die manier bouwt de leerling een profiel (of portfolio) op.
4.7. Projecten onderbouw/bovenbouw
13
Wij streven ernaar om onze leerlingen op meerdere vlakken te laten werken aan burgerschap en maatschappij. De diverse projecten zijn ontwikkelt vanuit leerjaren en vakken. Onderbouw Leerjaar 1 Poezie project. Wordt afgesloten met een Poezie-revue in het Rozentheater Actie Tegengif (anti-roken) Kunst en Cultuur week Anti-pestworkshops Project “Je kunt het zelf bedenken” van HALT Leerjaar 2 Anti-pest workshops Kunst en Cultuurweek Project WNF van Codename Future ( maatschappelijke stage) Kidswize Bovenbouw CKV carroussel. Een drie-daags programma waarbij de leerlingen van klas 3 kennismaken met allerlei culturele uitingen. De leerlingen doe met alles mee, en we kunnen deze vorm van project-onderwijs dan ook met recht WORKSHOPS noemen. De leerlingen maken kennis met de volgende disciplines: Dharbuka(noord afrikaanse percussie), DJ Mixen, Digeridoo, Rap/Hip hop, Theatersport (improvisatietheater á la De Lama’s), Zang/singer songwriter, Gitaar/ toetsen Meisjes in de techniek. Van elke school worden er 4 tot 6 meisjes uitgenodigd om 12 dagdelen mee doen aan dit project. Er is een voorlichtingsavond met de ouders en de wethouder onderwijs. De meisjes gaan 4 dagdelen les volgen op het ROC ( infratechniek, elketro, fijnmechanische techniek en ICT). Daarna gaan ze 4 dagdelen op excursie bij de bedrijven zelf. Ze krijgen een ‘rolmodellenbijeenkomst’ waarin de meisjes in de vorm van het speeddaten steeds in 3 minuten kennis maken en vragen mogen stellen aan een succesvolle dame die in de technische sector werkt. Daarna gaan ze een paar dagen ‘job-shadowing’ doen en zijn dus in totaal 16 dagdelen weg. Er zijn 18 meisjes uit klas 3 die dit project in eerste instantie erg leuk vinden. Na de 1ste ronde bleek dat in ieder geval 6 meisjes van het Sweelinck gaan deel nemen aan het project. En hier dus een bewuste keuze voor hebben gemaakt. Theater Roos Op 1 december 2009 gaan alle vierde klassen naar een theatervoorstelling 'Roos'. De voorstelling wordt georganiseerd door Bekijk't. www.bekijkt.nl Deze voorstelling gaat over een meisje dat leukemie heeft. Het is een voorstelling waar veel moderne technieken worden gebruikt, maar ook veel klassieke muziek. De medespelers zijn de leerlingen die in haar klas zitten. Onze leerlingen dus. Zonder leerlingen is er geen voorstelling.
14
Klas 4A en 4C hebben hier, met zeer veel overgave, aan meegedaan. Het bleek dat een aantal leerlingen een groot acteertalent bezit! Het is een bijzondere workshop en een kans voor de leerlingen uit deze klassen om op een andere manier kennis te maken met theater, film en natuurlijk met het thema van de voorstelling. Alle 4de klassen gaan naar de voorstelling kijken. En we hopen dat een ieder een bijzondere, mooie en leerzame dag heeft. Gastlessen, Zowel oud-leerlingen als hoogwaardigheidsbekleders, zijn van harte welkom op het Sweelinck college. De oud-leerlingen vertellen graag over de opleiding die zij volgen maar Ahmed Marcouch kwam rond Bevrijdingsdag naar het Sweelinck College bezoeken om een gastles te verzorgen over ‘Bevrijdingsdag’. De leerlingen stonden stil bij Bevrijdingsdag en begrepen beter waarom deze dag zo belangrijk wordt gevonden. Aan de gastles namen twee klassen deel. De leerlingen werden tijdens de maatschappijleerlessen voorbereid op Ahmed’s komst en het thema van die dag. Sollicitatie training. De mentor geeft algemene geeft algemene informatie aan de klas over de sollicitatietraining. De leerlingen krijgen tijdens deze training namelijk de kans een sollicitatiebrief te schrijven maar ook echt te solliciteren naar de baan waarvoor zij de brief geschreven hebben. Dit gaat als volgt in zijn werk± De leerling zoekt een vacature, aansluitend bij interesse EN opleidingsniveau (VMBO-T) De leerling neemt deze vacature mee naar de les Nederlands. Er worden 4 lessen Nederlands aan besteed. Na de laatste les levert de leerling de brief in bij de mentor: De brieven worden opgestuurd en de leerlingen voeren daarna op school echt een sollicitatiegesprek. Zij krijgen commentaar op hun brief en hun gesprek en kunnen aan den lijve ondervinden hoe het is om onder een zekere spanning een goed gesprek te voeren. Kunstroute Oud Zuid Alle 3de klassen hebben in het kader van CKV de kunstroute Oud Zuid gelopen. Kunstenaar Michiel Romeyn en architect Roberto Meyer hebben in de Apollolaan en de Minervalaan een beeldenroute van moderne, naoorlogse en hedendaagse sculpturen samengesteld. De route is een initiatief van enkele buurtbewoners. De locatie is niet zomaar gekozen: de straten zijn onderdeel van het Plan Zuid van Berlage, de stadsuitbreiding van 1917. Volgens de initiatiefnemers passen de moderne beelden goed in het 'lommerrijke decor' van Amsterdam Zuid. De leerlingen hebben op een aardige en speelse manier kennisgemaakt met de beeldende kunst in de zijn meest concrete vorm.
Niets is heilig van klas 3 en 4!
15
Heilig?! Joden, Christendom, Islam is een lesprogramma van het Bijbels Museum en projectbureau Diversion, dat is ontwikkeld ter bevordering van de kennis over en tolerantie onder jongeren jegens verschillende religies. Het is een lesprogramma behorende bij de vaste tentoonstelling van het Bijbels Museum: De Tempelberg/Haram al-Sharif- Heilige plaats voor joden, christenen en moslims. De Tempelberg heeft in alle drie de religies een belangrijke plaats en het lesprogramma gaat hierop in met als doel niet alleen de verschillen uit te leggen, maar vooral ook stil te staan bij de overeenkomsten. Vandaag de dag speelt religie een belangrijke rol in het leven van jongeren, maar wat zij van elkaar weten is vaak gebaseerd op wederzijdse vooroordelen. Heilig?! kan bijdragen aan het vergroten van de feitelijke kennis onder uw leerlingen. Het is een project dat bestaat uit een gastles op school en verwerkingsopdrachten die na afloop in de klas worden gedaan. De gastles wordt gegeven door een duo van peer educators: studenten die enthousiast en gemotiveerd zijn om les te geven en een voorbeeldfunctie te vervullen. Doordat de leefwereld en het referentiekader van de peer educators dicht bij de leerlingen liggen, kan er een laagdrempelige sfeer ontstaan in de klas. Daarnaast hebben de peer educators een joodse, christelijke en islamitische achtergrond. Doordat zij samen voor de klas staan, zien de leerlingen dat je, ondanks een verschillende achtergrond, toch goed kan samenwerken! Ons doel is immers meer kennis over en acceptatie van elkaars geloof bevorderen.
5. Communicatie 5.1. Intern De communicatielijnen zijn het afgelopen jaar flink verbeterd. De teamindeling en vergaderstructuur biedt ruimte voor informatie uitwisselingen tussen het MT en de docenten. De communicatielijnen zijn korter geworden. De deuren van de kamer van de MT –leden staan altijd open. Het SW personeel is meer met de digitale communicatie gaan doen. Alle dringende informatie wordt direct aan de betrokkene op de mail gezet. Wekelijks ontvangen alle medewerkers de digitale Swinfo, waarin nogmaals belangrijke mededelingen, aanpassingen op de jaarplanner, personeel en leerlingen info op vermeld staat. De internetsite van het SW is in juli jongstleden helemaal aangepast aan het nieuwe beleid en geeft informatie over onze school. Leerlingen kijken ’s morgens altijd op het roosterprogramma. Ook de informatieschermen in de school zijn te lezen via de site. De VO-spiegel zal door middel van het uitzetten van enquêtes meer ingezet worden om inzicht te krijgen in wat ouders, leerlingen en collega’s ervaren. Afgelopen jaar hebben we onze medewerker met de taak VO spiegel geschoold.
De verworven inzichten zullen in 2007-2008 worden ingezet om de communicatie verder te verbeteren en transparanter te maken.
16
Een aantal zaken loopt goed en blijft gehandhaafd. WAT Jaarplanning
WANNEER Begin van het schooljaar Elke donderdag
WIE STUURT MT
Overleg MT
Elke maandag
MT
Overleg OOP
Een keer per maand 3 keer per maand
Locatie directeur
Swinfo
Klassenvergaderingen
Team Centraal
1 keer per maand Rapportvergaderingen 3 keer per jaar Ouderraad
1x per 6 wkn
Locatieraad
1 keer per maand
PR Vergadering
Vanaf september tot na de open dagen 2 keer per maand Elke dag naar gelang het aantal afwezigen Per kwartaal
Roosters dagelijks
Roosters periodiek
MT en MRS
TE BEREIKEN DOEL Zo hoog mogelijke participatie personeel Het snel verspreiden van actuele informatie en wijzigingen Stroomlijnen beleid en lopende zaken. Problemen bespreken en oplossen. Afspraken maken Afstemming werkzaamheden
Teamleider en leerlingbegeleider en mentoren
Afstemmen aanpak leerlingen, het maken van handelingsplannen en signaleren en bespreken van problemen MT Draagvlak creëren voor beleid. Evalueren beleid Teamleiders, Bespreken resultaten en leerlingbegeleiders eventuele hulp. Advies voor en mentoren overgang en eventueel ander onderwijs Locatie directeur Klankbord van ouders voor beleid school Voorzitter LR Advisering en het controleren van uitgezet beleid LM Werving leerlingen voor leerjaar 1
MT
Zo weinig mogelijk lesuitval, zo weinig mogelijk tussenuren
MT
Goede verdeling lessen,
5.2. Ouderparticipatie
17
Onze Ouderraad kent al een jarenlange traditie. Wij streven er naar om van alle leergroepen vertegenwoordigende ouders in de raad te hebben. Meedenken over het onderwijs en de opvoeding van de kinderen is uiteraard geen zaak van de school alleen. Het tijdig helpen onderkennen van probleemsituaties, het komen met nieuwe ideeën, het houden van thema-avonden, het deelnemen aan het overleg binnen de school, het meewerken aan buitenles activiteiten, projectweken, de mediatheek, kantine, allemaal zaken waarbij de Ouderraad een belangrijke rol kan vervullen. De Ouderraad komt gemiddeld vier keer per schooljaar bijeen. Ouders worden van harte uitgenodigd de vergaderingen bij te wonen. Voor informatie: Mw. J. Zeldenthuis en/of Mw. J. van der Heijden. 5.3. Leerlingenparticipatie Onze school kent een Leerlingenraad. Elk leerjaar heeft twee vertegenwoordigers in de leerlingenraad. De leerlingenraad geeft advies en denkt mee over relevante onderwerpen in de school. Ook mogen zij, na toestemming van de directie, activiteiten organiseren voor de school.
6. Veiligheid Wij willen dat alle leerlingen en medewerkers zich veilig op school voelen en hebben daarvoor een aantal maatregelen genomen. Het Sweelinck College heeft een veiligheidscoördinator die, ondanks dat het VIOS opgehouden is te bestaan, op regelmatige basis met de scholen in Zuid overleg heeft. Wij werken met een systeem waarbij de camera preventief werkt. De beelden worden alleen gebruikt om feitelijke misstanden terug te zien. We handhaven het besluit om leerlingen in de pauzes niet buiten de school te laten verblijven. De schoolwachten, zie ook hoofdstuk 4.4 Maatschappelijk stage, surveilleren met docenten mee tijdens de pauzes en zorgen voor meer rust en veiligheid in de pauzes. Het veiligheidsplan is als bijlage toegevoegd.
7. De procedures/protocollen. Er zijn afgelopen jaar veel procedures vastgelegd, waarbij waar nodig gekeken wordt naar de geldende ZAAM procedures. Het Sweelinck College heeft voor de docenten een overgangs- en examenreglementen boekje gemaakt (rode boekje). Hierdoor hebben alle docenten altijd de juiste informatie over vergaderingen, overgangsnormen etc. Docenten ontvangen aan begin van het schooljaar een informatieboekje waarin de een aantal procedures nogmaals vermeld staan. De meeste staan ook in de schoolgids. -
Procedure m.b.t. het uit de les verwijderen van leerlingen Procedure bij schorsing / verwijdering 18
-
Procedure te laat komen Procedure begeleiding nieuwe docenten Procedure intake Procedure ziekmelding personeel Procedure functioneringsgesprekken Procedures m.b.t. zoals ontruiming, pestgedrag e.d. Vergaderprotocol Zorgplan
Er zijn draaiboeken gemaakt voor: - Start van het schooljaar - Uitdelen van de boeken - Ouderavonden - Keuzebegeleiding - Disco - Open avonden - Laatste schoolweken - Kampen Er wordt gewerkt aan een verzameling van Sweelinck College procedures, deze verzameling gaat het protocollenboek heten. Hierin zal eenvoudig op te zoeken zijn hoe de regels m.b.t. diverse onderwerpen zijn. Van overgangsnormen tot kopietjes maken.
8.
De formatie
Elk jaar in mei jl. geven we een volledig takenboek uit waarin het personeel precies kan zien welke taken er voor het schooljaar 2009-2011 uitgezet zijn. Het takenboek wordt elk jaar door het MT opnieuw vastgesteld naar aanleiding van de evaluaties van de uitgezette taken. Middels een wensenformulier konden docenten hun wensen kenbaar maken. De locatieraad voorziet het takenboek van aanvullingen, welke besproken worden en waar mogelijk gehonoreerd worden door het MT. Het vastgestelde takenboek is als bijlage toegevoegd. Op basis van de prognose van het aantallen leerlingen, de uitgezette lessen en huidige docenten, wordt door het management gekeken waar eventuele vacatures ontstaan. De locatiedirecteur is verantwoordelijk voor het aanname beleid.
9.
Financiën
Eind september komen alle locatiedirecteuren bij elkaar om samen met de groepsdirectie de nieuwe begroting per 1 januari vast te stellen. Het Sweelinck College heeft de personele bezetting aangepast aan het aantal leerlingen. In alle leerjaren zitten LWOO geïndiceerde leerlingen. De (bijna) dubbele bekostiging zal worden ingezet in de uren van de leerlingbegeleiders, zorgcoördinator, extra steunlessen, BOF, RT en kleinere klassen. De REC gelden worden separaat per leerling bijgehouden door de zorgcoördinator.
19
9.1. leer-en hulpmiddelen en buitenschoolse activiteiten Overzicht financiën uit de tegemoetkoming buitenschoolse activiteiten en leer/ hulpmiddelen schooljaar 2009-2011: Inleiding: Alle kosten voor buitenschoolse activiteiten en leerhulpmiddelen worden op de scholen betaald vanuit de bijdrage van de ouders. Uitzondering zijn de zogenaamde derde geldstromen; via subsidies kunnen er soms extra gelden voor lesmateriaal en buitenschoolse activiteiten worden gecreëerd. De scholen stellen zelf de ouderbijdrage per leerjaar vast. Hoe hoog de bijdrage is, hangt af van de (onderwijskundige) activiteiten die er in een leerjaar plaatsvinden. Dit betekent dat elk schooljaar opnieuw bekeken moet worden welke uitgaven er voor het volgende schooljaar op het programma staan.
20
Inkomsten via de ouders van de leerlingen in schooljaar 2008-2009
Specificatie schoolbijdrage Sweelinck College Specificatie
Leerjaar 1 Leerjaar 2
leerjaar 3
Leerjaar 4
Deel A : Borg boeken bedrag borg boeken is in de groep vastgesteld
75
75
75
75
135
115
125
75
Activiteitendag
3
3
3
3
Beroepenorientatie
x
x
7
7
Vieringen (identiteit)
5
5
5
5
Sportdag
10
10
10
10
Sportactiviteiten overig
5
5
5
5
Schoolfeesten
6
6
6
4
Examenfeest
x
x
x
15
Overig
5
5
5
5
3
3
3
3
172
152
169
132
bedrag vrijwillige bijdrage is in de groep vastgesteld
40
40
40
40
Totaal
287
267
284
247
Deel B: BSA: werkweek:
Overig: verzekeringen (geen aansprakelijkheid)
Totaal BSA: (maximaal 200 euro) Deel C: Vrijwillige ouderbijdrage
Eventuele extra kosten kluishuur incl. schoolpas
25
Schoolfotograaf
12
buitenlandse reis leerjaar 3 contant
85
U kunt in de eerste schoolweek aangeven of u een kluis wilt huren. U ontvangt de schoolfoto's thuis, waarna u kunt beslissen de foto’s te kopen
21
Sweelinck College
Opmerkingen m.b.t. uitgave van de gelden voor buitenschoolse activiteiten (BSA): 1. De inkomsten voor de buitenschoolse activiteiten komen uit de bijdrage van de ouders van onze leerlingen (deel B). 2. De teams krijgen de geïnde gelden voor buitenschoolse activiteiten. Hiervan is €5 bestemd voor klassenactiviteiten van de mentor. 3. Er is vastgesteld waar de gelden aan worden besteedt (zie schema). 4. De medewerker van de financiële administratie houdt de post voor buitenschoolse activiteiten bij en rapporteert maandelijks aan teamleiders. 5. Er moeten schoolbreed voldoende buitenschoolse activiteiten worden georganiseerd. 6. In schooljaar 2011-2011 worden de kosten aan buitenschoolse activiteiten voor het daaropvolgende schooljaar geïnventariseerd. Als collega’s dus extra buitenschoolse activiteiten willen organiseren (bijvoorbeeld een dagexcursie of een werkweek) dan dienen zij dit dus tijdig door te geven aan het management. De extra kosten die hierdoor ontstaan, kunnen dan worden meegenomen in de vaststelling van de ouderbijdrage voor het nieuwe schooljaar. Budgetten schooljaar 2009-2011: Algemeen: In schooljaar 2009-2011 krijgen docenten op SW met vier budgetten te maken. Allereerst gaan wij werken met vakgroepbudgetten, waaruit de kosten die verbonden zijn aan de lessen (zoals leermiddelen en overig lesmateriaal) moeten worden bekostigd. Het scholingsbudget is voor beiden team beschikbaar en zal niet worden gesplitst. Elk team blijft (zoals voorheen) ook een budget behouden voor buitenschoolse activiteiten. Scholingsgelden, teambudgetten en budgetten voor buitenschoolse activiteiten: Scholingsbudgetten en teambudgetten worden betaald vanuit het ministerie (3%). De teams moeten zelf gaan vaststellen hoe deze budgetten worden uitgegeven. We gaan dit schooljaar 2009-2011 nog met een gezamenlijk SW budget werken. De budgetten voor buitenschoolse activiteiten worden bekostigd vanuit de bijdrage van de ouders van de leerlingen voor buitenschoolse activiteiten (deel 2). De teamleider draagt de verantwoordelijkheid over deze budgetten. De teams moeten zelf gaan vaststellen hoe deze budgetten worden uitgegeven. De teams krijgen maandelijks een rapportage van de gemaakte kosten uit deze budgetten.
22
Sweelinck College
Budgetten vakgroepen: De vakgroepbudgetten worden bekostigd vanuit ouderbijdrage voor de leeren hulpmiddelen (deel 1). Er zijn geen aparte vakgroepbudgetten voor de onderbouw en voor de bovenbouw. De budgetten zijn bestemd voor kleine materiele zaken die nodig zijn voor het lesgeven, zoals: methoden voor docenten, lesmateriaal, video’s/ dvd’s, etc. Voor algemene leermiddelen zoals atlassen en woordenboeken is er nog een post algemene leermiddelen, die door de directie wordt beheerd. Grotere uitgaven voor in het klaslokaal, zoals audioapparatuur, instrumenten, kasten, kapstokken en plantenbakken worden betaald uit de post klein inventaris. Aanvragen voor algemene leermiddelen en inventaris dienen voor 1 december van het nieuwe schooljaar bij de directie te worden gedaan. In de bovenbouw draagt het vakgroephoofd de verantwoordelijkheid over het vakgroepbudget. In de onderbouw zullen leergebiedvoorzitters aangesteld worden die de verantwoordelijkheid over het vakgroepbudget zullen dragen. Aan het einde van een schooljaar 2009-2011 krijgt elke vakgroep een financiële afrekening. Het saldo wordt niet meegenomen naar het volgende schooljaar, tenzij er anders is afgesproken met de directie. Uitgangspunten m.b.t. de verdeling van de vakgroepbudgetten: Er wordt onderscheid gemaakt tussen de “ grotere” vakken, waarbij het veelal gaat om meer uren in de lessentabel en dus meer docenten en “ kleinere vakken. De “grotere” vakken krijgen veelal een wat hoger budget. Er wordt onderscheid gemaakt tussen praktische vakken die veel materieel aan moeten schaffen als lesmateriaal en meer theoretische vakken waarbij dit soort uitgaven niet nodig zijn. Een derde van de totale inkomsten voor leerhulpmiddelen wordt ingezet in de vakgroepbudgetten. De rest is bestemd voor software, kopieerkosten en een algemene post voor leerhulpmiddelen.
23
Sweelinck College
9.2 Sectiebudgetten Vakgroep:
Budget:
Rek.nr.
Nederlands
750
4556
Engels
300
4535
Frans
300
4536
Duits
300
4532
Aardrijkskunde
300
4521
Geschiedenis
300
4539
Maatschappijleer
300
4553
Economie
400
4533
Wiskunde
400
4562
Biologie
400
4525
CKV landskoffers
350
4530
CKV tekenen
500
4559
Muziek
250
4551
Techniek
500
4567
Scheikunde
400
4558
Natuurkunde
400
4555
Lichamelijke Opvoeding
750
4546
250
4546
3000
4520
LO- sportoriëntatie LV Algemeen Huiswerkbegeleiding
100
Steunlessen
100
Mediatheek
100
4570
50
4557
Remedial teaching
Buitenschoolse activiteiten Vakgroep: Budget:
Reknr.
Klassenuitje lj.1
4651
Klassenuitje lj.2
4651
Klassenuitje lj.3
4651
Klassenuitje lj.4
4651
Kamp lj.1
4652
Kamp lj.2
4653
Kamp lj.3
4653
Kamp lj.4
4653
Buitenles sportactiviteit
1500
4658
Buitenles examen
500
4659
Buitenles vieringen
500
4663
24
Buitenles feesten
3500
4664
Sweelinck College
25
Sweelinck College
10. Scholing Plannen voor 2009-2011
Er zal verdere professionalisering van de teams plaats vinden met betrekking tot het werken in teams. De afgelopen jaren hebben we gewerkt aan de organisatiestructuur en functiebouwwerk. Ook hebben we de kwaliteit van ons onderwijsaanbod verbeterd. We richten ons dit jaar op ons pedagogisch en didactisch handelen in de klas. Op maandag 26 oktober hebben we een studiedag. Het tweede interne speerpunt is het invoeren van de 360 graden feedback scan, welke onderdeel kan uitmaken van de FOG gesprekken. Binnen de groep Zuid Oost zal er nadere kennismaking plaatsvinden tussen de secties van het VO en MBO. Ook zal er gekeken worden naar de inhoud van het programma van eisen en wederzijds uitwisselingen van ervaringen. Met name digitaal lesmateriaal en de reken- en taallessen zullen hierbij belicht worden. Er is samenwerking gezocht met alle VMBO-T scholen binnen Amsterdam omdat door de kleinschaligheid van deze scholen de kwaliteit van toetsen niet goed te waarborgen is. Vakdocenten worden verder in de gelegenheid gesteld bijeenkomsten bij te wonen die informatie geven over de vernieuwingen op hun vakgebied(en). Ook de schoolleiding zal zich verder professionaliseren. De beide teamleiders zullen ook dit jaar weer diverse MD modules volgen.
Scholing schooljaar 2009/2011 Training 1.teambuilding + speerpunt 1 Pedagogisch handelen - studiedag na herfstvakantie 2. 3. 4. 5.
Boon – pedagogisch straffen Meesterschap nascholing AK Kennis overdracht Groep ZO
6 HRM 360 graden (speerpunt 2) 7. Mike Zermelo roosteren 7 kwaliteit toetsen TL
Voor wie Door wie Team onderbouw/team bovenbouw
Kosten 2009 2.000,-
Alle docenten BES+SLI POC OP+OOP
1.500,Geen 400,groep
allen Mike Mulder OP
Astrid Boon UVA/VU Zelf + groep ZO allen Zelf + collega scholen
Geen 1.500,Geen
Ook de schoolleiding zal zich verder professionaliseren. De teamleiders zullen twee modules van het MD traject (NSO) volgen, welke door de afdeling HRM van ZAAM wordt aangeboden.
26
Sweelinck College
11. Vensters voor Verantwoording Is een methodiek om als sector Voorgezet Onderwijs de schoolprestaties valide, betrouwbaar en vergelijkbaar in beeld te brengen. In het project Vensters voor Verantwoording zijn met inbreng van alle belangrijke partijen twintig indicatoren vormgegeven: tien centrale en tien decentrale indicatoren. Betrokken zijn behalve bestuurders, schoolleiders, administrateurs ook de inspectie, het CFI en adviesbureaus. Het project wordt ondersteund door het ministerie van OCW. Deze indicatoren worden voor elke school voor voortgezet onderwijs in Nederland verzameld en eenvormig online gezet, waarmee de school een platform heeft zichzelf ( horizontaal) te verantwoorden. Het Sweelinck is vanaf september 2009 een van Pilot scholen binnen ZAAM die actief deelneemt aan dit initiatief. Indicatorenset De verantwoording wordt gegeven vanuit een 20 tal indicatoren. Daarvan worden 11 indicatoren centraal gevoed ( vanuit gegevens Cfi en onderwijsinspectie) . Het betreft: Instroom, slaagpercentage, gemiddeld examencijfer, cohort rendement, ongediplomeerd schoolverlaten, kenmerken leerlingen ( lgf, leerplusarrangement, lwoo), marktaandeel/werkgebied, personeel ( gem. leeftijd, leeftijdsopbouw, ziekteverzuim, financiën; solvabiliteit, rentabiliteit, weerstandsvermogen, budget per leerling, overhead. De andere indicatoren worden door het bestuur en de scholen gevuld. Deze zgn. decentrale indicatoren Het gaat dan om documenten als schoolplan en zorgplan, tevredenheid ouders, leerlingen, toeleverende en afnemende scholen, schoolklimaat en veiligheid. Tenslotte zijn er indicatoren over lesuitval, onderwijstijd, scholingsuitgaven, schoolkostenmonitor. De directie en de roostermakers nemen deel aan de werkgroep. Het resultaat zal op de internetsite van het Sweelinck in januari 2011 te zien zijn.
27
Sweelinck College
12. SCHRAP
Strategisch Schoolplan Sweelinck Vooraf Het management van Sweelinck wil zich, meer dan voorheen, met de systematische ontwikkeling van de kwaliteit van de locatie bezighouden. Niet alleen wordt door ZAAM waarvan Sweelinck deel uit maakt en de onderwijsinspectie veel belang gehecht aan kwaliteitszorg, maar ook binnen het Sweelinck is er behoefte aan het planmatig verder ontwikkelen van de school. De eerste stap in het traject dat moet leiden tot systematische aanpak van de kwaliteit werd gevormd door het analyseren van de beginsituatie op basis van beleidsuitgangspunten van de onderwijsinspectie, ZAAM en de school. De managers is daarbij gevraagd een vragen- en inventarisatielijst in te vullen. Op basis van de zo verzamelde informatie en documenten van de school is een beginsituatiebeschrijving gemaakt. Deze beschrijving is in het managementteam besproken. Dat heeft er toe geleid dat het management enkele actieplannen heeft opgesteld gericht op de verdere kwaliteitsontwikkeling van de school. In de eerste plaats is er een `beleidscyclus’ uitgewerkt, die moet waarborgen dat resultaten van de inspanningen in de school systematisch worden verzameld en geïnterpreteerd. Op basis daarvan kan dan verdere actie volgen. In de tweede plaats heeft het management een tweetal projecten ter verbetering van de kwaliteit van het onderwijs en personeel gestart op het gebied van de effectiviteit van het lesgeven en het gerichte gebruik van functionerings- en ontwikkelinggesprekken (FOG) in de personeelsontwikkeling. In het Strategisch Schoolplan komt een achttal thema’s aan de orde. Per thema wordt aangegeven welke beleidsintenties de school heeft, hoe het management de huidige situatie beoordeelt en de voorgenomen acties in de kalenderjaren 2009 en 2011. De thema’s zijn: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Wettelijke vereisten en officiële documenten Resultaten Kwaliteit Onderwijs Begeleiding en Zorg Organisatie Gebouw Schoolomgeving
Het is de bedoeling dat door de hele beschrijving heen de leerling `zichtbaar’ blijft.
28
Sweelinck College
Kader 1. Wettelijke vereisten en officiële stukken
29
Sweelinck College KADER 1. WETTELIJKE VEREISTEN en OFFICIELE DOCUMENTEN
STAND VAN ZAKEN
De school beschikt over de wettelijke documenten en officiële documenten De school houdt zich aan de wettelijke eisen Kaders: >overheid Wetgeving Waarderingskader inspectie De school beschikt over de wettelijk vereiste documenten. Schoolgids en PTA voldoen aan de wettelijke eisen. De overige documenten zijn in ZAAM verband vastgesteld. De school beschikt over: o Schoolgids o Plan van Toetsing en Afsluiting (PTA) o Examenreglement o Klachtenregeling, geschillen en bezwaren o Medezeggenschapsregeling o Taakbeleid o Leerlingstatuut o RIE (Risico-inventarisatie en –evaluatie) o Personeelsdossiers conform wet BIO. o Zorgplan De school houdt zich ook aan de wettelijke eisen, dat blijkt uit de volgende gegevens/documenten: o Geplande en gerealiseerde onderwijstijd o Lessentabel o Taakformulieren
BEOOGD RESULTAAT
Prestatie-indicatoren (SMART) -de school beschikt over de vereiste wettelijke documenten en zorgt er voor dat deze steeds actueel zijn. -de school houdt zich aan de wettelijke eisen en organiseert de controle daarop systematisch
30
KADER 1. Wettelijke Vereisten de school beschikt over de vereiste wettelijke documenten en zorgt er voor dat deze steeds actueel zijn.
de school houdt zich aan de wettelijke eisen en organiseert de controle daarop systematisch
HOE korte termijn 2009
Sweelinck College HOE langere term 2011
HOE aanpak Wie, aanpak, planning in de tijd Verwijzing naar documenten
-er is een lijst met wettelijk vereiste documenten waarover de school behoort te beschikken -er is en lijst met officiële documenten waarover de school wil beschikken
-de directie draagt er zorg voor dat de documenten beschikbaar volgens de officiële vereisten. Medewerkers kunnen worden ingeschakeld bij de ontwikkeling en evaluatie.
Directie met inzet medewerkers
-per document is aangegeven of het actueel is, hoe de evaluatie plaatsvindt, wanneer het vernieuwd behoort te worden, welke procedure van inspraak en vaststelling wordt gevolgd -er wordt een controleplan wettelijke vereisten opgesteld.
-het onderwerp `wettelijke vereisten’ maakt deel uit van de jaaragenda. -de directie zorgt dat het controleplan wordt samengesteld en uitgevoerd.
Directie
Lijst met documenten (Digitale) map documenten
Jaaragenda
31
Sweelinck College
Kader 2. Resultaten
32
Sweelinck College KADER 2.
De leerlingen behalen resultaten naar hun mogelijkheden.
RESULTATEN
Er zijn gegevens beschikbaar die inzicht geven in de in-, door- en uitstroom van leerlingen en de mate waarin de school er in slaagt leerlingen succesvol te begeleiden. Er zijn gegevens beschikbaar die inzicht geven in de absentie van leerlingen. De beschikbare gegevens zijn tijdig beschikbaar bij de functionarissen die ermee kunnen handelen. Op basis van de beschikbare gegevens vinden gerichte interventies plaats. Kaders: >overheid Wetgeving Waarderingskader inspectie >CvB Strategienota 2007-2012 >groep -Beleidsplan
STAND VAN ZAKEN
BEOOGD RESULTAAT
-Er is weinig sprake van doubleren en veel leerlingen verlaten de school met een diploma. -Er is onvoldoende inzicht in de vervolgopleidingen die leerlingen kiezen en het succes dat ze daar behalen. Er is behoefte aan extra informatie over oud-leerlingen. -Er is in onvoldoende mate bekend welke competenties leerlingen succesvol maken in het vervolgonderwijs. -De CE-examens worden iets minder goed gemaakt dan het SE, toch is het slagingspercentage conform de verwachtingen. -Iedere leerling wordt zo gevolgd dat tijdig kan worden ingegrepen als zich problemen voordoen. -Ieder cohort leerlingen wordt gevolgd. Daarbij wordt tenminste vastgelegd wat het resultaat van de groep is op basis van punten als VSV, examen- en CE-resultaten. -Leerlingen worden na vertrek gevolgd. Aan de gegevens worden zo nodig consequenties voor het onderwijs verbonden Een management informatie systeem dat er toe leidt dat zowel direct wordt gereageerd op mogelijke problemen als beleidsmatig op structurele problemen. Dit zowel ten aanzien van individuele leerlingen als leerlingcohorten: >>instroom: voorlichting, aanmelding/inschrijving, zij-instroom >>doorstroom: absentie, toetsresultaten/vertraging, jaarovergang, overgang OB-BB >>uitstroom: gediplomeerd/ongediplomeerd, vervolgonderwijs -Rapportage worden worden daar besproken waar er interventies aan verbonden kunnen worden. De rapportage is tijdig beschikbaar bij de functionarissen die ermee moeten handelen.
33
Sweelinck College Resultaten
2009
2011
Wie, aanpak, planning in de tijd Verwijzing naar documenten
-Iedere leerling wordt zo gevolgd dat tijdig kan worden ingegrepen als zich problemen voordoen. -Ieder cohort leerlingen wordt gevolgd. Daarbij wordt tenminste vastgelegd wat het resultaat van de groep is op basis van punten als VSV, examen- en CEresultaten. Een management informatie systeem (MIS) dat er toe leidt dat zowel direct wordt gereageerd op mogelijke problemen als beleidsmatig op structurele problemen. Dit zowel ten aanzien van individuele leerlingen als leerlingcohorten: >>instroom: voorlichting, aanmelding/inschrijving, zij-instroom >>doorstroom: absentie, toetsresultaten/vertraging, jaarovergang, overgang OB-BB >>uitstroom: gediplomeerd/ongediplomeerd, vervolgonderwijs
Invoering informatiecyclus Sweelinck.
Invoering informatiecyclus Sweelinck. Evalueren informatiecyclus en zonodig bijstellen
Het managementteam is verantwoordelijk voor de invoering. Voor aanpak, planning en uitvoerenden zie BIJLAGE 1.
MIS functioneert zoals in de informatiecyclus aangegeven
MIS functioneert zoals in de informatiecyclus aangegeven
Het managementteam is verantwoordelijk voor de invoering. Voor aanpak, planning en uitvoerenden zie BIJLAGE 1.
-Rapportage worden worden daar besproken waar er interventies aan verbonden kunnen worden. De rapportage is tijdig beschikbaar bij de functionarissen die ermee moeten handelen.
34
Sweelinck College
Kader 3. Kwaliteit
35
Sweelinck College KADER 3. KWALITEITSZORG
De school zorgt systematisch voor verbetering kwaliteit Voorwaarden voor kwaliteitszorg zijn in orde Er is een werkend kwaliteitssysteem
Kaders: >overheid Wetgeving Waarderingskader inspectie
>CvB Strategienota 2007-2012
>groep -Beleidsplan -Meerjaren onderwijsplan -SFP
-Projecten STAND VAN ZAKEN
BEOOGD RESULTAAT
-Begin 2007 heeft er een wijziging van het management plaatsgevonden. In eerste instantie moest er veel aandacht worden besteed aan de afronding van de verhuizing en aan het op orde krijgen van de organisatie. Vanaf begin 2009 heeft het management zich gericht op versterking van de kwaliteitszorg, die tot dan toe te fragmentarisch was. Na een aantal gesprekken is er een uitgebreide schoolanalyse (gebaseerd op de inspectienormen) uitgevoerd die inzicht gaf in de uitgangspunten voor verdere ontwikkeling van de school en de stand van zaken. -Het Schoolplan 2007-2008 is aan een ingrijpende herziening toe nu de school weer op orde is en er behoefte is aan een meer beleidsmatige aanpak van de ontwikkeling. Prestatie-indicatoren (SMART) -Er wordt inzichtelijk gerapporteerd aan belanghebbenden over de gerealiseerde kwaliteit van het onderwijs de school beschikt over een SchRAP dat aansluit op de uitgangspunten voor verdere ontwikkeling -er is een adequaat MIS -kwaliteit en opbrengsten worden systematisch geëvalueerd -er wordt in de school gewerkt met een vaste kwaliteitscyclus (PDCA) -er wordt systematisch aan kwaliteitsverbetering gewerkt -kwaliteitszorg `leeft’ bij management, teams en medewerker wat blijkt uit vergaderagenda’s en -verslagen en VSV, verbeteren onderwijs, deskundigheidsbevordering, rol in de schoolomgeving
36
Sweelinck College
37
Sweelinck College Resultaten
2009
2011
Wie, aanpak, planning in de tijd Verwijzing naar documenten
Er wordt inzichtelijk gerapporteerd aan belanghebbenden over de gerealiseerde kwaliteit van het onderwijs de school beschikt over een SchRAP dat aansluit op de uitgangspunten voor verdere ontwikkeling -er is een adequaat MIS -kwaliteit en opbrengsten worden systematisch geëvalueerd -er wordt in de school gewerkt met een vaste kwaliteitscyclus (PDCA) -kwaliteitszorg `leeft’ bij management, teams en medewerker wat blijkt uit vergaderagenda’s en -verslagen en VSV, verbeteren onderwijs, deskundigheidsbevordering, rol in de schoolomgeving
Schoolgids
Schoolgids
Management
MIS functioneert zoals in de informatiecyclus aangegeven
MIS functioneert zoals in de informatiecyclus aangegeven
Het managementteam is verantwoordelijk voor de invoering. Voor aanpak, planning en uitvoerenden zie BIJLAGE 1.
Verzamelen relevante informatie, waar nodig bijsturen
Verzamelen relevante informatie, waar nodig bijsturen
38
Sweelinck College
Kader 4. Onderwijs
39
Sweelinck College KADER 4. ONDERWIJS
leerstofaanbod: het leerstofaanbod is gericht op de brede ontwikkeling van leerlingen en de voorbereiding op vervolgonderwijs of arbeidsmarkt. tijd: de leerlingen krijgen voldoende tijd om zich het leerstofaanbod eigen te maken. Voor de school betekent dat, dat er op wordt gelet dat de leerlingen in voldoende mate aanwezig zijn en dat de dagindeling is effectief en efficiënt. pedagogisch handelen: het pedagogisch handelen van leraren leidt tot een veilige en ondersteunende leeromgeving. didactisch handelen: het didactisch handelen van leraren ondersteunt het leren van de leerlingen actieve en zelfstandige rol leerlingen: de leerlingen spelen een actieve en zelfstandige rol binnen onderwijsactiviteiten.
Kaders: >overheid Wetgeving Waarderingskader inspectie
>CvB Strategienota 2007-2012 Altijd in Beweging Kenmerkendocument
>groep -Beleidsplan -Meerjaren onderwijsplan -Projecten
STAND VAN ZAKEN
Leerstofaanbod -er wordt volgens de wettelijke normen gewerkt. -er wordt op diverse manieren aandacht besteed aan de gewone lesstof niet allen met methodes, maar ook door speciale onderwerpen in projectvorm te behandelen. Naast projecten zijn er de SOVA- en BOF-trainingen De leerlingen van klas 3 gaan naar het buitenland. Er is veel aandacht voor maatschappelijke thema’s. -het leerstofaanbod mag nog vernieuwender zijn. Nog niet alle docenten houden de ontwikkelingen in hun vakgebied voldoende bij. -de leerstof sluit van de afzonderlijke leerjaren sluit vrij goed aan. De aansluiting OB-BB vraagt nog wel om extra aandacht. -dit schooljaar is er extra aandacht voor de ontwikkeling van LOB -de school heeft veel aandacht voor leerlingen met een leerachterstand. Het is van groot belang dat de lesstof en de manier van lesgeven daarop worden aangepast. De school is al erg goed op weg met de benodigde aanpassingen met o.a. steunlessen, huiswerkklas, LWOO-indicaties, etc. Voor leerlingen met LWOO en een
40
Sweelinck College rugzakje is de school in staat leerlingen te steunen. Maar ook de andere leerlingen hebben baat bij een veilige leeromgeving. De prestaties van een leerling gaan zichtbaar omgaan als de leeromgeving positief is. - er is taal- en dyslexiebeleid dat vorm krijgt in extra lessen Nederlands, testen etc. Tijd - er wordt volgens de wettelijke normen gewerkt, er heeft controle van de lessentabel plaatsgevonden. -de structurele lesuitval is klein. Vervanging wordt snel geregeld, mede omdat voor iedere docent een `invaluur’ is ingeroosterd. -het ongeoorloofde verzuim is beperkt, waar nodig wordt nagebeld en zo nodig een LAS-melding gedaan. -voor leerlingen die dat nodig hebben zijn er steunlessen Pedagogisch handelen -er is nog meer aandacht nodig voor het pedagogisch handelen. De wijze waarop leerlingen benaderd worden, maakt dat leerlingen ook nu als weten dat ze serieus worden genomen en met respect voor elkaar onderling en voor de leerlingen afzonderlijk worden behandeld. De uitstraling is: positief en inlevend maar wel strikt. -in het kader van het pedagogisch handelen is de school begin 2009 begonnen met pedagogisch straffen. Leerlingen die bij herhaling vervelend zijn worden niet de klas uitgestuurd maar krijgen een strafregel. Deze strafregel benoemt het foute gedrag en de consequenties hiervan maar ook hoe het in het vervolg anders zou kunnen. Leerlingen schrijven in eigen tijd en moeten de regels laten ondertekenen door hun ouders die hierdoor ook meteen op de hoogte zijn van het gedrag van hun kind. Didactisch handelen, actieve en zelfstandige rol van leerlingen -het didactisch handelen vraagt veel aandacht. Het is vooral belangrijk dat elke docent, ongeacht het vak, rekening houdt met de didactische ideeën schoolbreed. Zo kunnen leerlingen de stof beter in zich op nemen en raken zij minder in de war (bijvoorbeeld dat bepaalde overkoepelende begrippen dezelfde betekenis hebben). Om dit te bewerkstelligen moeten er schoolbreed duidelijke afspraken gemaakt worden. Er zijn wel afspraken, maar niet elke docent houdt zich eraan. -In de OB wordt gewerkt aan de kerndoelen basisvorming. Het onderwijs wordt in de vorm van vakken (Nederlands, Engels, wiskunde, tekenen, muziek, gymnastiek, …..) verzorgd. ……. De sectorkeuze wordt begeleid tijdens de `keuzebegeleiding’ …. Stageachtige lessen maken deel uit van de keuzevoorbereiding. -Vanaf komend jaar kunnen de brugklassers kiezen uit verschillende vakken, te weten toneel, sport of dans. De vakken staan gewoon op het rooster en zijn dus verplicht. -in de BB … wordt de keuze voor de HAVO of een MBO-opleiding voorbereid. In jaar 4 geeft de decaan informatie over vervolgopleidingen. Er vinden individuele gesprekken plaats die uiteindelijk tot een keuze voor een vervolgopleiding leiden. -de mogelijkheden om leerlingen actief en zelfstandig te laten werken worden nog niet voldoende benut. Dar verwijst naar de didactische vaardigheid van de onderwijsgevenden
41
BEOOGD RESULTAAT
Sweelinck College Prestatie-indicatoren (SMART) Leerstofaanbod: -Lessentabellen, PTA, werkwijzers en beleidsplannen kloppen met de wettelijke vereisten. -De vernieuwing is gericht op brede algemene ontwikkeling van leerlingen ten aanzien van maatschappelijke thema’s. Dat blijkt uit lessentabellen, PTA, werkwijzers en beleidsplannen. -De aansluiting binnen het leerstofaanbod bestaat zowel binnen OB als BB en tussen OB-BB wat betreft vakinhoud, didactiek, begeleiding en competentiegesprekken. - De klassikale aanpak wordt verder doorbroken en de ontwikkeling van de individuele leerling wordt nauwgezet gevolgd. Zo kan is er een leerstofaanbod voor taalzwakke leerlingen. - De ICT-mogelijkheden worden bij elke les gebruikt. Tijd -Uit de jaarplanning, de lessentabel en de realisatie van het rooster blijkt dat de onderwijstijd in overeenstemming is met de regelgeving. -Uit de resultaten van de leerlingen blijkt dat de beschikbare onderwijstijd volstaat. -De onderwijstijd wordt efficiënt gebruikt. -Er wordt gericht gebruik gemaakt van de mogelijkheden de onderwijstijd in te zetten op basis van individuele behoeften van leerlingen. Pedagogisch handelen -In de onderwijsteams wordt met elkaar over pedagogisch handelen gesproken zodat men zich meer bewust van het effect van het eigen handelen blijft. -De ontwikkeling van het zelfvertrouwen van leerlingen wordt verder vormgegeven. Binnen teams vormt dit een gespreksthema bij de verdere ontwikkeling van programma’s. Didactisch handelen, actieve rol van leerlingen -De docenten geven leerlingen zicht op doel, nut en samenhang van lesactiviteiten. -Leerlingen worden tot nadenken gestimuleerd. Dat blijkt uit het gebruikte programma en de lesmaterialen. -Er wordt inhoudelijk feedback gegeven en leerlingen hebben inzicht in hun leerproces. Dat blijkt uit het lesmateriaal, uit het gebruik van competentiegesprekken, de reacties van het vervolgonderwijs. -Personeel wordt geschoold wat betreft taalgebruik en het aansluiten bij de achtergrond van de leerlingen en het aansluiten bij ontwikkelingsverschillen. - Er is in de school veel aandacht voor activerende werkvormen waarbij leerlingen reflecteren op hun eigen leerproces. -Leerlingen kunnen nog meer verantwoordelijk voor de organisatie van hun eigen leerproces (passend bij hun ontwikkelingsniveau) krijgen. Er is een begin gemaakt om leerlingen doelmatig te leren samenwerken. - Om de motivatie en het leerrendement te vergroten is het belangrijk dat leerlingen een actieve en zelfstandige rol vervullen.
42
Sweelinck College 2011
Resultaten
2009
Wie, aanpak, planning in de tijd Verwijzing naar documenten
Leerstofaanbod: -Lessentabellen, PTA, werkwijzers en beleidsplannen kloppen met de wettelijke vereisten. -De vernieuwing van het onderwijsaanbod is gericht op brede algemene ontwikkeling van leerlingen ten aanzien van maatschappelijke thema’s. Dat blijkt uit lessentabellen, PTA, werkwijzers en beleidsplannen. -De aansluiting binnen het leerstofaanbod bestaat zowel binnen OB als BB en tussen OB-BB wat betreft vakinhoud, didactiek, begeleiding en competentiegesprekken. - De klassikale aanpak wordt verder doorbroken en de ontwikkeling van de individuele leerling wordt nauwgezet gevolgd. Zo kan is er een leerstofaanbod voor taalzwakke leerlingen. - De ICT-mogelijkheden worden bij elke les gebruikt. Tijd -Uit de jaarplanning, de lessentabel en de realisatie van het rooster blijkt dat de onderwijstijd in overeenstemming is met de regelgeving. -Uit de resultaten van de leerlingen blijkt dat de beschikbare onderwijstijd volstaat. -De onderwijstijd wordt efficiënt gebruikt. -Er wordt gericht gebruik gemaakt van de mogelijkheden de onderwijstijd in te zetten op basis van individuele behoeften van leerlingen. Pedagogisch handelen -In de onderwijsteams wordt met elkaar over pedagogisch handelen gesproken zodat men zich meer bewust van het effect van het eigen handelen blijft. -De ontwikkeling van het zelfvertrouwen van leerlingen wordt verder vormgegeven. Binnen teams vormt dit een gespreksthema bij de verdere
Er vonden regelmatig controles plaats van lessentabellen etc.
Er vonden regelmatig controles plaats van lessentabellen etc.
Teamleiders
In de teams en secties worden de beoogde resultaten besproken en betrokken bij de verdere vormgeving van het onderwijs.
In de teams en secties worden de beoogde resultaten besproken en betrokken bij de verdere vormgeving van het onderwijs.
Teamleiders
Er vonden regelmatig controles plaats van jaarplanning etc.
Er vonden regelmatig controles plaats van jaarplanning etc.
Teamleiders
In de teams en secties worden de beoogde resultaten besproken en betrokken bij de verdere vormgeving van het onderwijs.
In de teams en secties worden de beoogde resultaten besproken en betrokken bij de verdere vormgeving van het onderwijs.
Teamleiders
In de teams en secties worden de beoogde resultaten besproken en betrokken bij de verdere vormgeving van het onderwijs.
In de teams en secties worden de beoogde resultaten besproken en betrokken bij de verdere vormgeving van het onderwijs.
Teamleiders
43
Sweelinck College ontwikkeling van programma’s. Didactisch handelen, actieve rol van leerlingen -De docenten geven leerlingen zicht op doel, nut en samenhang van lesactiviteiten. -Leerlingen worden tot nadenken gestimuleerd. Dat blijkt uit het gebruikte programma en de lesmaterialen. -Er wordt inhoudelijk feedback gegeven en leerlingen hebben inzicht in hun leerproces. Dat blijkt uit het lesmateriaal, uit het gebruik van competentiegesprekken, de reacties van het vervolgonderwijs. -Personeel wordt geschoold wat betreft taalgebruik en het aansluiten bij de achtergrond van de leerlingen en het aansluiten bij ontwikkelingsverschillen. - Er is in de school veel aandacht voor activerende werkvormen waarbij leerlingen reflecteren op hun eigen leerproces. -Leerlingen kunnen nog meer verantwoordelijk voor de organisatie van hun eigen leerproces (passend bij hun ontwikkelingsniveau) krijgen. Er is een begin gemaakt om leerlingen doelmatig te leren samenwerken. - Om de motivatie en het leerrendement te vergroten is het belangrijk dat leerlingen een actieve en zelfstandige rol vervullen.
Start van Verbeteractie `Effectieve docenten, meer aandacht voor vakdidactiek’
Verder met Verbeteractie `Effectieve docenten, meer aandacht voor vakdidactiek’
Projectleider in afstemming met het MT. Zie projectplanning. Bijlage 2.
44
Sweelinck College
Kader 5. Begeleiding en Zorg
45
Sweelinck College KADER 5. BEGELEIDING EN ZORG
Schoolklimaat: De school biedt leerlingen, ouders en personeelsleden een respectvolle en veilige omgeving. In de school kan dat blijken uit zaken als schoolregels, medezeggenschap, (leerlingraad, groepsraad, teamvergaderingen, …), waardering voor de school en gevoel van veiligheid (leerlingenquête, medewerkerstevredenheidsonderzoek) Begeleiding: de begeleiding is erop gericht dat de leerlingen zich naar hun mogelijkheden ontwikkelen. Passende Zorg: de leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften krijgen passende zorg. In de school kan dit blijken uit elementen als zorgplan, procedure aanmelding en plaatsing, het volgen van leerlingen en de uitstroom, de aanpak van de keuzeproblematiek (beroepsrichting, niveau, vervolgopleiding), zorg in de eerste, de tweede en de derde lijn, welke informatie wordt hoe vastgelegd en wie doet er wat wanneer mee.
STAND VAN ZAKEN
schoolklimaat -de school legt veel nadruk op sociale veiligheid, betrokkenheid en inzet van leerlingen en medewerkers als basis voor het leren én voor het welbevinden. Dat vraagt om stabiliteit, duidelijkheid, warmte, eerlijkheid en openheid. -leerlingen, ouders en personeel worden bij het wel en wee van de school betrokken zowel in de vorm van individuele contacten als meer structureel in de vorm van informatie (schoolkrant), voorlichting en bespreking (ouderavond, leerlingenraad) en waardering (bij extra inzet etc.). -er is een veiligheidsbeleid met bijbehorend protocol - het personeel en de ouders zijn betrokken bij de school, maar er worden nog mogelijkheden onbenut gelaten. Begeleiding en zorg -de school heeft een systeem van leerlingbegeleiding en –zorg. Centraal staat de mentor, een docent met een speciale taak voor de leerlingen van een klas: bijhouden studieresultaten, persoonlijke ontwikkeling, sociaal functioneren en welbevinden. De mentor is ook het aanspreekpunt voor de ouders. -de begeleiding van de leerling gericht op doorlopende ontwikkeling van zijn loopbaan is essentieel voor de school. Het logboek waarin de begeleidingsgegevens per leerlingen worden vastgelegd is daarbij een belangrijk middel. -de ontwikkelingen en prestaties van leerlingen worden nog niet in voldoende mate gevolgd. -afdelingsleiders en mentoren kunnen ondersteuning vragen en krijgen van de zorgcoördinator, die deskundig is op het gebied van leerlingbegeleiding. -leerlingen die professionele hulp nodig hebben worden door de zorgcoördinator aangemeld bij het zorgadviesteam (ZAT), waarin externe deskundigen advies kunnen geven of een leerling onder hun hoede kunnen nemen. De externe deskundigen zijn: leerplichtambtenaar, schoolarts, medewerker bureau jeugdzorg. -de school zet zwaar in op de zorgbehoefte van de leerlingen. Door systematisch op LWOO te testen en de zorg aan te passen aan de behoefte van de leerlingen neemt de zorgbreedte die de school aankan toe. Het zorgteam vervult een cruciale rol.
46
Sweelinck College Prestatie-indicatoren (SMART) BEOOGD RESULTAAT
Schoolklimaat -De school biedt leerlingen, ouders en personeelsleden een respectvolle en veilige omgeving. Dat blijkt uit de betrokkenheid van verschillende groepen en tijdens allerlei activiteiten die de school organiseert. -Leerlingen, personeel en ouders ervaren de schoolleiding als ondersteunend en stimulerend voor de sfeer op school. De afdelingsleiders worden door de leerling als leiding gezien en zij kunnen hun rol ook vervullen. -De school heeft een goed inzicht in beleving sociale veiligheid door leerlingen en personeel en in incidenten die zich op dit gebied voordoen. -De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op voorkomen en afhandelen van incidenten in en om school. Dat blijkt uit procedures en onderlinge afspraken, schoolregels, het protocol veiligheid, ARBO-beleid, pestprotocol, incidentenprotocol, pestworkshops, training sociale vaardigheid. Begeleiding -De begeleiding moet er op gericht zijn dat de leerlingen zich naar hun mogelijkheden ontwikkelen. -Er behoort een werkend samenhangend systeem voor het volgen van prestaties en ontwikkeling van leerlingen te zijn. -De school gebruikt informatie van scholen en instellingen waar de leerlingen vandaan komen beperkt bij de begeleiding. De informatie is er in leerlingdossiers, Magister etc. Door deze informatie te gebruiken worden betere handelingsplannen gemaakt. -De school begeleidt leerlingen en ouders bij keuzes tijdens de schoolloopbaan en bij keuze vervolgopleiding, arbeidsmarkt via PSO en in de mentoruren. Passende Zorg -Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften behoren passende zorg te krijgen. -De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben. -Op basis van analyse van verzamelde gegevens bepaalt de school de aard van zorg die de leerling nodig heeft. -De school voert de zorg planmatig uit en gaat het effect van de zorg na. Daarbij werken leraren en de zorgfunctionarissen effectief samen. -De school betrekt de ouders bij de zorg voor hun kind. De mentor onderhoudt de directe contacten met de ouders. Er zou nog wel meer aandacht kunnen zijn voor verzuim. De school zoekt samenwerking ketenpartners waar noodzakelijke interventies de eigen kerntaak overschrijden.
47
Resultaten
2009
Schoolklimaat -De school biedt leerlingen, ouders en personeelsleden een respectvolle en veilige omgeving. -Leerlingen, personeel en ouders ervaren de schoolleiding als ondersteunend en stimulerend voor de sfeer op school. De afdelingsleiders worden door de leerling als leiding gezien en zij kunnen hun rol ook vervullen. -De school heeft een goed inzicht in beleving sociale veiligheid door leerlingen en personeel en in incidenten die zich op dit gebied voordoen. -De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op voorkomen en afhandelen van incidenten in en om school. Dat blijkt uit procedures en onderlinge afspraken, schoolregels, het protocol veiligheid, ARBO-beleid, pestprotocol, incidentenprotocol, pestworkshops, training sociale vaardigheid. Begeleiding -De begeleiding moet er op gericht zijn dat de leerlingen zich naar hun mogelijkheden ontwikkelen. -Er behoort een werkend samenhangend systeem voor het volgen van prestaties en ontwikkeling van leerlingen te zijn. -De school gebruikt informatie van scholen en instellingen waar de leerlingen vandaan komen bij de begeleiding en het samenstellen van handelingsplannen. -De school begeleidt leerlingen en ouders bij keuzes tijdens de schoolloopbaan en bij keuze vervolgopleiding in de vorm van LOB.
Voortgaan op de ingeslagen weg.
Sweelinck College 2011 Tevredenheidsonderzoek ouders en leerlingen.
Wie, aanpak, planning in de tijd Verwijzing naar documenten management
Evalueren veiligheidsbeleid
48
Sweelinck College Passende Zorg -Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften behoren passende zorg te krijgen. -De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben. -Op basis van analyse van verzamelde gegevens bepaalt de school de aard van zorg die de leerling nodig heeft. -De school voert de zorg planmatig uit en gaat het effect van de zorg na. Daarbij werken leraren en de zorgfunctionarissen effectief samen. -De school betrekt de ouders bij de zorg voor hun kind. De mentor onderhoudt de directe contacten met de ouders. Er zou nog wel meer aandacht kunnen zijn voor verzuim. De school zoekt samenwerking ketenpartners waar noodzakelijke interventies de eigen kerntaak overschrijden
49
Sweelinck College
Kader 6. Organisatie en Gebouw
50
Sweelinck College KADER 6.
de interne organisatie is zo ingericht dat de school effectief en efficiënt te werk gaat met de beschikbare tijd en middelen
ORGANISATIE en GEBOUW
het management geeft effectief en efficiënt leiding aan de organisatie met uitzondering van de locatiedirecteur heeft ieder personeelslid een direct leidinggevende binnen de school die met hem/haar werk- en functioneringsgesprekken voert de school heeft een duidelijke plaats binnen de ZAAM organisatie (groep ZO en geheel ZAAM) en maakt optimaal gebruik van de mogelijkheden van deze organisatie de organisatie besteed systematisch aandacht aan de zorg voor het personeel. Dit blijkt uit elementen als: taakbeleid incl. functieprofielen, strategische formatieplanning, personeelsontwikkeling en scholing, werving- en selectiebeleid, verzuimbeleid, Arbo-beleid, procedure voor functionerings- en beoordelingsgesprekken, competentieoverzicht personeel, persoonlijke ontwikkelplannen personeelsleden (POP), procedure voor werving en selectie, verzuimprotocol, risico-inventarisatie en –evaluatie, Arbo-jaarplan, RIE. de interne communicatie is effectief en efficiënt geregeld.
Personeelsbeleid o o o o o o o
personeelsleden onderwijs zijn toegerust voor hun onderwijstaken: professioneel op pedagogisch en didactisch gebied, professioneel in het vak waarin les wordt gegeven personeelsleden onderwijs vervullen de overeengekomen onderwijstaken naar behoren personeelsleden onderwijs voeren de overeengekomen extra taken naar behoren personeelsleden onderwijs maken volwaardig deel uit van het team, de teamvergadering, de afdeling en de afdelingsvergadering personeelsleden zonder onderwijstaak zijn toegerust voor hu taak en kunnen die professioneel uitvoeren personeelsleden zonder onderwijstaak maken volwaardig deel uit van de voor hen bestemde overleggen de school heft scholingsmogelijkheden voor groepen en individuele personeelsleden, deze scholingsmogelijkheden sluiten aan bij besprekingen in teams en/of functioneringsgesprekken
Gebouw o o o
het gebouw is representatief en aantrekkelijk voor leerlingen en ouders personeel voelt zich prettig in het gebouw het gebouw past bij de onderwijskundige aanpak van de school.
Schoolomgeving o o o
kennis van de omgeving contacten in de omgeving communicatie
51
Sweelinck College STAND VAN ZAKEN
Sweelinck is een van de elf vestigingen van de ZAAM Onderwijsgroep Beroepsonderwijs Amsterdam Zuid en Oost. Binnen de onderwijsgroep valt de school onder één van de groepsdirecteuren. De school werkt binnen kaders van de Groep en wordt op een aantal terreinen ondersteunt. De verantwoordelijk groepsdirecteur bewaakt samen met de locatiedirecteur de voortgang. De school heeft met de groep te maken wat betreft: o onderwijs: uitgangspunten van de groep, innovatieprojecten o financiën: begroting binnen de groepsbegroting, ondersteuning en controle door de P&C-medewerkers van de groep o personeel: uitgangspunten van de groep, ondersteuning HRM-adviseurs en P-medewerker o marketing en communicatie: ondersteuning M&C-medewerker. Interne Organisatie De school kent twee afdelingen met ieder een eigen afdelingsleider: o Onderbouw: Gina Bruijne o Bovenbouw: Martine Uleman De afdelingen hebben hun eigen team, dat wekelijks overlegt. Verder zijn er sectievergaderingen. De afdelingsleider is een van de teamleden met speciale taken en verantwoordelijkheden, verbinding met directie, verantwoordelijkheid voor personeel en leerlingen.. Directie: locatiedirecteur Judith Zeldenthuis: algemene leiding Ondersteuning: administratie, conciërge Personeelsbeleid o gesprekkencyclus: nulmeting, doelstellingen, functionering, waardering o taakomschrijvingen: alle taken naast de lesgevende taken o terugkeergesprek na ziekte met een directielid Communicatie o website o reclame-uitingen in verband met werving Medezeggenschap -leerlingenraad, -ouderraad, ouderavonden -locatieraad Gebouw -gebouw is op dit moment in orde. Schoolomgeving -Er zijn contacten met de buurtregisseur. -Contacten met het stadsdeelbestuur. -Er zijn diverse contacten met bedrijven en instellingen in het kader van stages.
52
Sweelinck College Prestatie-indicatoren (SMART) BEOOGD RESULTAAT
Interne organisatie (Jaar)beleidsagenda agenda voor de verschillende overlegvormen Personeelsbeleid taakbeleid incl. functieprofielen. procedure voor functionerings- en beoordelingsgesprekken, competentieoverzicht personeel, persoonlijke ontwikkelplannen personeelsleden (POP), procedure voor werving en selectie, verzuimprotocol, risico-inventarisatie en –evaluatie, strategische formatieplanning, personeelsontwikkeling en scholing, werving- en selectiebeleid, verzuimbeleid Arbo-beleid, Arbo-jaarplan, RIE. de scholingsmogelijkheden sluiten aan bij besprekingen in teams en/of functioneringsgesprekken Communicatie -…. Medezeggenschap -… Gebouw -…. Schoolomgeving -…
53
Sweelinck College 2011
Resultaten
2009
Interne organisatie (Jaar)beleidsagenda agenda voor de verschillende overlegvormen
Invoering informatiecyclus Sweelinck.
Invoering informatiecyclus Sweelinck. Evalueren informatiecyclus en zonodig bijstellen
Personeelsbeleid taakbeleid incl. functieprofielen. procedure voor functionerings- en beoordelingsgesprekken, competentieoverzicht personeel, persoonlijke ontwikkelplannen personeelsleden (POP), procedure voor werving en selectie, verzuimprotocol, risico-inventarisatie en –evaluatie,
Start van Verbeteractie `Beter gebruik FOG met 230 graden feedback’, meer aandacht voor vakdidactiek’
Verder met Verbeteractie `Beter gebruik FOG met 230 graden feedback’, meer aandacht voor vakdidactiek’
Wie, aanpak, planning in de tijd Verwijzing naar documenten Het managementteam is verantwoordelijk voor de invoering. Voor aanpak, planning en uitvoerenden zie BIJLAGE 1. Projectleider in afstemming met het MT. Zie projectplanning. Bijlage 3.
strategische formatieplanning, personeelsontwikkeling en scholing, werving- en selectiebeleid, verzuimbeleid Arbo-beleid, Arbo-jaarplan, RIE. de scholingsmogelijkheden sluiten aan bij besprekingen in teams en/of functioneringsgesprekken Communicatie -…. Medezeggenschap -… Gebouw -…. Schoolomgeving -…
54
Sweelinck College Passende Zorg -Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften behoren passende zorg te krijgen. -De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben. -Op basis van analyse van verzamelde gegevens bepaalt de school de aard van zorg die de leerling nodig heeft. -De school voert de zorg planmatig uit en gaat het effect van de zorg na. Daarbij werken leraren en de zorgfunctionarissen effectief samen. -De school betrekt de ouders bij de zorg voor hun kind. De mentor onderhoudt de directe contacten met de ouders. Er zou nog wel meer aandacht kunnen zijn voor verzuim. De school zoekt samenwerking ketenpartners waar noodzakelijke interventies de eigen kerntaak overschrijden
55
Bijlage 1 Indeling teams en mentoren 2009-2011 Hieronder de indeling van de teams voor het komend jaar. Afhankelijk van de klassen die je les geeft ben je ingedeeld bij ULE of bij BRN. Dit houdt concreet in dat de lesbezoeken en voortgangsgesprekken door je teamleider worden gedaan. Ook dit jaar zullen er geen onderbouw en bovenbouw vergaderingen meer zijn. De vergaderingen zijn of per leerjaar of met het hele team. In de leerjaarvergaderingen worden klassen en leerlingen besproken, handelingsplannen vastgesteld en een duidelijke koers uitgestippeld. Het centrale teamoverleg ( Team Centraal) is er vooral om organisatorische zaken te bespreken. Team onderbouw
Team bovenbouw
Elsa Aarsen (mentor 1D) Yasemin Akar Jette Asin Ali Azani Jean-Paul van Bemmel (mentor 1A) Ineke van Heerde ( mentor 2D) Nicolette Bunnik (mentor 1C) Zenobia Gemerts Marlies Koorn Saviena Rodjan (mentor 2A) Marianne Horneman Karin Tamis (mentor 2C) Trix de Jong Mariska Pocorni ( mentor 1B) Frank Veldhuizen( mentor 2B ) Edna Waterberg (mentor 2E ) Hortence Doest
Robin Austen ( mentor 4A) Imane Bentaher Jasper Besuijen (mentor 3A) Fatima el Kabir Annemieke Marees ( mentor 3D) Mike Mulder Marcel Peijs (mentor 4D) Arnold Schellens Erwin Slieker (mentor 3B) Sebastian Steinprinz Mark van der Valk (mentor 3C) Joke Veldhuizen Gijs Boeijen (mentor 4B) Joqui van der Heijden Carlies Rombouts (mentor 4C) ***Edna Waterberg (mentor 2E)
*** mentor onderbouw maar leidinggevende ULE.
Sweelinck College
Bijlage 2a Organisatie klas 3 Geen PTA-weken in klas 3.
Toetsen tellen als volgt: SO 1x REP 2x Er komen 3 periode cijfers en 1 eindcijfer op de cijferlijst te staan. Rond de herfst wordt er een tussenrapport bekend gemaakt. De verhouding is: 1:1:1 het gemiddelde is het eindcijfer klas 3 dat meegenomen wordt naar PTA 1 in klas 4. Bijzondere cijfers worden als volgt gegeven: 1.0 voor niet ingehaald. 1.1 voor spieken. 1.2 laagste cijfer dat gehaald kan worden. Docenten stellen de leerlingen is staat gemiste toetsen in te halen. Alle toetsen worden bewaard. De lesstof en de daarbij behorende repetities en SO’s worden vermeld in het PTAboekje klas 3. Herkansingen zijn er niet in klas 3 In principe gelden de volgende regels per PTA-periode: Voor een 1uurs vak: 1 repetitie en 1 SO Voor een 2 uurs vak: 2 repetities en 2 SO’s Voor een 3/4 uurs vak: 3 repetities en 3 SO’s
1 PTA-toets 1 PTA-toets 1 PTA-toets
Op 1 dag mogen er nooit meer dan 2 overhoringen zijn. Dus 1 SO en 1 repetitie of 2 SO’s. Geen 2 repetities op een dag. Wellicht ten overvloede: een SO behelst significant minder te leren lesstof dan een repetitie! In een week niet meer dan 3 repetities. In de PTA week mag een leerling maximaal 2 toetsen per dag maken. Overgangsrichtlijnen: 5 = -1 4 = -2 3 = -3 2 = -4 1 = -5
Over zonder discussie bij Discussie bij: Blijven zitten bij: Ander onderwijs bij:
-1,-2,-3,-4,-5,-6 -7. -8, -9, -10, -11. -12, -13,-14,-15 etc.
Minimum voorwaarden waaraan een pakket moet voldoen: De cijfers in het vakkenpakket zijn minimaal 5,5. ECHTER minimaal 4.0 voor Engels mag (niet wenselijk). OF minimaal 5.0 voor een ander vak mag (niet wenselijk). NB ER MAG MAAR 1 ONVOLDOENDE in het PAKKET voorkomen. Zsj schoolplan 2011
57
Sweelinck College Bijlage 2b Organisatie klas 4 PTA KLAS 4 2009-2011 Er zijn 3 PTA weken in klas 4. PTA I (eindcijfer uit klas 3) PTA II PTAIII en PTA IV Toetsen tellen als volgt: SO 1x REP 2x Toets in de PTA week 3X Er komen 4 cijfers op de cijferlijst te staan. Rond de herfst wordt er een tussenrapport bekend gemaakt. De verhouding is: 1:1:1:1 het gemiddelde is de helft van het eindexamencijfer, het SE (Schoolexamencijfer). Het cijfer dat bij het CE (Centraal Examen) wordt behaald, is de andere helft. Het eindexamencijfer is SE+CE gedeeld door 2, de cijfers worden vanaf ..,5 afgerond naar boven. In principe gelden de volgende regels per PTA-periode: Voor een 1uurs vak: 1 repetitie en 1 SO Voor een 2 uurs vak: 2 repetities en 2 SO’s Voor een 3/4 uurs vak: 3 repetities en 3 SO’s
1 PTA-toets 1 PTA-toets 1 PTA-toets
Op 1 dag mogen er nooit meer dan 2 overhoringen zijn. Dus 1 SO en 1 repetitie of 2 SO’s. Geen 2 repetities op een dag. Wellicht ten overvloede: een SO behelst significant minder te leren lesstof dan een repetitie! In een week niet meer dan 3 repetities. In de PTA week mag een leerling maximaal 2 toetsen per dag maken. Bijzondere cijfers worden als volgt gegeven: 2.0 voor niet ingehaald. 1.1 voor spieken. 1.2 laagste cijfer dat gehaald kan worden. Docenten stellen de leerlingen is staat gemiste toetsen in te halen. Alle toetsen worden bewaard. De lesstof en de daarbij behorende repetities en SO’s, alsmede een aanduiding van het tijdstip worden vermeld in het PTA-boekje klas 4. Leerlingen krijgen aan het eind van leerjaar 4 de mogelijkheid om 4 herkansingen te doen. De leerlingen mogen dan uit alle 4 de cijfer-periodes een herkansing maken. Wanneer het cijfer uit de 3de klas (het cijfer bij PTA I) aanleiding tot een herkansing geeft, zorgt de docent voor een aangepaste PTA-toets. Er mag per vak maar 1 herkansing gedaan worden. Slagen: Alles voldoende, Alles voldoende en een 5 Alles voldoende maar tweemaal 5, waartegenover een 7 moet staan. Alles voldoende maar eenmaal 4, waartegenover een 7 moet staan. NB Leerlingen mogen 1 herexamen doen. Zsj schoolplan 2011 58
Sweelinck College
bijlage 3 Organisatie klas 1 en 2 Het schooljaar is verdeeld in drie periodes. Zie het periode overzicht 2009-2011. De rapporten worden voor de kerst, Paas- en zomervakantie aan de leerlingen/ouders uitgedeeld. Voor de rapportvergaderingen moeten alle vakdocenten hun cijfers in Magister hebben ingevoerd. Voor de exacte data zie jaarplanner. De berekening van het eindrapport is 1:2:2. Bij het Kerst- en het Paasrapport worden de ouders op school uitgenodigd. Zodoende kunnen problemen vroegtijdig gesignaleerd en aangepakt. Tussentijds houden de mentoren de cijfers van hun leerlingen in de gaten en informeren indien nodig de ouders, de leerling begeleider en/of de teamleider. Van de vakdocenten wordt verwacht dat ze de behaalde cijfers meteen na het corrigeren invoeren in Magister zodat de cijfers actueel blijven. Toetsen tellen als volgt: SO 1x REP 2x In principe gelden de volgende regels per periode: Voor een 1uurs vak: 1 repetitie en 1 SO Voor een 2 uurs vak: 2 repetities en 2 SO’s Voor een 3/4 uurs vak: 3 repetities en 3 SO’s Op 1 dag mogen er nooit meer dan 2 overhoringen zijn. Dus 1 SO en 1 repetitie of 2 SO’s. Geen 2 repetities op een dag. Wellicht ten overvloede: een SO behelst significant minder te leren lesstof dan een repetitie! In een week niet meer dan 3 repetities. Er komen 3 periode cijfers en 1 eindcijfer op de cijferlijst te staan. Rond de herfst wordt er een tussenrapport bekend gemaakt. Bijzondere cijfers worden als volgt gegeven: 3.0 voor niet ingehaald. 1.1 voor spieken. 1.2 laagste cijfer dat gehaald kan worden. Docenten stellen de leerlingen is staat gemiste toetsen in te halen. Alle toetsen worden bewaard. Zsj schoolplan 2011
59
Sweelinck College Bijlage 4
Perioden Schooljaar 2009-2011 week
maandag
periode vrije dagen
leerjaar 1, 2, periode 3 1 1 I.1
leerjaar 4
35
24-08-09
36 37 38 39 40 41 42 43
31-08-09 07-09-09 14-09-09 21-09-09 28-09-09 05-10-09 12-10-09 19-10-09
44 45 46
26-10-09 02-11-09 09-11-09
47 48 49
16-11-09 23-11-09 30-11-09
verg. en uitd. PTA II
50
07-12-09
rapport 1
51 52 53 1 2 3 4 5 6
14-12-09 21-12-09 28-12-09 04-01-10 11-01-10 18-01-10 25-01-10 01-02-10 08-02-10
7 8 9 10 11
15-02-10 22-02-10 01-03-10 08-03-10 15-03-10
12
22-03-10
13 14 15 16
29-03-10 05-04-10 12-04-10 19-04-10
17 18 19
26-04-10 03-05-10 10-05-10
20
17-05-10
CE
21 22
24-05-10 31-05-10
CE
23 24 25 26
07-06-10 14-06-10 21-06-10
repetitieweek
normering CE I herexamens
28-06-10
repetitieweek
normering CE II
05-07-10
eindweek
12--7-10
zomervak
27 28-
Zsj schoolplan 2011
start school
II
tussenrapportage herfstvakantie PTA II III 2
2 I.2
vergaderen 1
kerstvakantie kerstvakantie
PTA III IV verg. en uitd. PTA III voorjaarsvakantie
3
vergaderen 2
3 I.3
rapport 2
PTA IV herkansingen CE OEFENEN meivakantie CE oefenen
PTA IV eind SE + hemelvaart
feest
vergaderen en uitdelen rapp 3
CE OEFENEN
diplomauitreiking
60
Sweelinck College Bijlage 5 Takenoverzicht
Competentie
Taak
Docent
Buitenschoolse act.
Organisatie schoolfeest
Buitenschoolse act.
Organisatie schoolfeest
Buitenschoolse act.
Organisatie schoolkampen
Buitenschoolse act.
Organisatie schoolkampen
HOR
Buitenschoolse act.
Vieringen
AAR
Directie
Afdelingsleider ob
BRN
Directie
Afdelingsleider bb/examen secretaris
ULE/ULE
Leerlingparticipatie
Leerlingenraad
BOY
Leerlingparticipatie
Schoolkrant
BES
Onderwijs & llbeg.
Coördinator havo kans-klas
AAR
Onderwijs & llbeg.
Coördinator LWOO ob/bb
BRN/ULE
Onderwijs & llbeg.
Coördinator maatsch. Stage
ROM
Onderwijs & llbeg.
Decaan
VEL
Onderwijs & llbeg.
Examensecretariaat
ULE
Onderwijs & llbeg.
Examensecretariaat
ROO
Onderwijs & llbeg.
Faalangsttraining
AAR
Onderwijs & llbeg.
Leerlingbegeleider bb
STP
Onderwijs & llbeg.
Leerlingbegeleider ob
HOR
Onderwijs & llbeg.
Mentor bb
ELK
Onderwijs & llbeg.
Mentor bb
BES
Onderwijs & llbeg.
Mentor bb
VLK
Onderwijs & llbeg.
Mentor bb
ROO
Onderwijs & llbeg.
Mentor bb
SLI
Onderwijs & llbeg.
Mentor bb
AUS
Onderwijs & llbeg.
Mentor bb plus
MRS
Onderwijs & llbeg.
Mentor ob
BEM
Onderwijs & llbeg.
Mentor ob
JAN
Onderwijs & llbeg.
Mentor ob
ROM
Onderwijs & llbeg.
Mentor ob
VEH
Onderwijs & llbeg.
Mentor ob
BOY
Onderwijs & llbeg.
Mentor ob
AAR
Onderwijs & llbeg.
Mentor ob
BUN
Onderwijs & llbeg.
Mentor ob
POC
Onderwijs & llbeg.
Mentor ob
HAZ
Onderwijs & llbeg.
Ontwikkeling sportprogramma
COM
Onderwijs & llbeg.
Vertrouwenspersoon
AAR
Onderwijs & llbeg.
Vertrouwenspersoon
BEM
Onderwijs & llbeg.
Zorgcoödinator
MRS
Overig
BHV
BRU
Overig
BHV
BOY
Overig
BHV
JGV
Zsj schoolplan 2011
MLD
61
Sweelinck College Overig
BHV
JOH
Overig
BHV
AAR
Overig
Coördinator boeken
HEY
Overig
Cultuurcie
JNT
Overig
Cultuurcie
KOO
Overig
Dagrooster
MLD
Overig
Hoofd BHV
AAR
Overig
VO spiegel
VEH
Overig
Website
MLD
Pers. & organisatie
Activiteiten personeel
HEY
Pers. & organisatie
Coach docenten
JNT
Pers. & organisatie
Coördinator veiligheid & arbo
HEY
Pers. & organisatie
Sectiehoofd
ELK
Pers. & organisatie
Sectiehoofd
WBG
Pers. & organisatie
Sectiehoofd
ASI
Pers. & organisatie
Sectiehoofd
BES
Pers. & organisatie
Sectiehoofd
MLD
Pers. & organisatie
Sectiehoofd
VLK
Pers. & organisatie
Sectiehoofd
ROO
Pers. & organisatie
Sectiehoofd
SLI
Pers. & organisatie
Sectiehoofd
KOO
Pers. & organisatie
Sectiehoofd
AUS
Pers. & organisatie
Sectiehoofd
BOY
Pers. & organisatie
Sectiehoofd
AAR
Pers. & organisatie
Taalcoördinator
JAN
PR & ouders
Coördinator PR
BRN
PR & ouders
Ouderraad
HEY
PR & ouders
PR
MRS
PR & ouders
Redactie Schoolgids
MRS
PR & ouders
Swinfo + nieuws ouders
MRS
Zsj schoolplan 2011
62