Schets 3 – Pak de wapens! A. Doel 1. Betekenis benoemen. Laten zien dat waar de Geest gaat werken, satan ook werkt. Nehemia krijgt veel tegenstand. Maar het gebed blijft zijn beste wapen. De geestelijke wapenrusting is nodig in de strijd tegen satan. 2. Actualiteit aangeven. Satan heeft veel manieren om christenen tegen te werken. Bij de vervolgde kerk, maar ook bij ons. Door middel van deze schets willen we jongeren hiervan bewust maken. 3. Christus centraal stellen – de persoonlijke spits. Steeds er weer op wijzen dat Christus de satan heeft overwonnen.
B. Achtergrondinformatie Vijandelijke tegenwerking (Neh. 4) De herbouw van de stadsmuren is ter hand genomen. Nehemia betoont zich een bekwaam organisator. Door de samenwerking van velen verloopt het werk voorspoedig. Allen zijn bezield door hetzelfde doel: de tempeldienst veilig stellen en de bevolking van de stad beschermen. Maar in het hoofdstuk dat nu voor ons ligt, wordt de toestand heel wat grimmiger. Er zijn vijanden die bepaald niet gelukkig zijn met die activiteit van de Joden. Twee onverzoenlijke vijanden kwamen we al tegen (2:10), Sanballat en Tobia. En zij hebben besloten niet lijdelijk toe te zien. Zij spotten met de Joden. Dat het leger van Samaria genoemd wordt (vers 2), is een aanwijzing van de vastbeslotenheid waarmee zij het werk willen verhinderen. Tegenover deze hoon en spot stelt Nehemia het wapen van het gebed (vers 4-5). In dat gebed vraagt hij niet om vergeving, maar om vergelding. Toch is dit geen verkeerd gebed. Hij vraagt God om recht. Zij honen immers niet het volk, maar uiteindelijk God Zelf! Gelukkig wordt het volk niet ontmoedigd door de spot van de vijanden. Vers 6 deelt mee dat de muur al tot de halve hoogte verrezen is. Het geheim daarvan is: ‘Het hart des volks was om te werken’. De liefde maakt het werk licht. Maar de vijand geeft het niet op. Er wordt een coalitie gevormd, waar ook Israëls oude aartsvijanden, de Filistijnen (Asdod, vers 7) deel van uitmaken. Zij beramen in het geheim een overval op de bouwvakkers, met het doel ze van de muren af te jagen en hun werk te vernielen. En tegelijk nemen ze zich voor zoveel mogelijk Joden te doden (vers 11). Ondertussen vertoont zich een tweede vijand: verwarring en wanhoop in eigen gelederen (vers 10). Dit maakt de situatie pas echt gevaarlijk. Nu toont Nehemia zich een geestelijke leider en tegelijk een groot veldheer. Lees in vers 14 hoe hij het volk aanvuurt door ze te wijzen op de Heere, Die voor hen strijdt! Tegelijkertijd worden wachtposten uitgezet. Het werk mag niet worden gestaakt. Maatregelen worden genomen om aan een aanval van de vijand het hoofd te kunnen bieden. De bouwvakkers worden bewapend. In de ene hand het
bouwgereedschap, in de andere het oorlogswapen. Bouwen en strijden! Laat nu Sanballat maar komen! Een hoornblazer moet dicht bij Nehemia blijven. Hij moet alarm blazen als er gevaar dreigt. Op dat signaal moet iedereen naar het bedreigde punt snellen, om gezamenlijk de vijand te bestrijden. Nehemia en de zijnen geven het goede voorbeeld. Geen van de mannen komt uit de kleren. Dat betekent dat ze voortdurend voorbereid zijn in het geval er een aanval van de vijand komt (vers 23). Met de ene hand bouwen ze de muur, met de andere hand zijn ze gewapend. Jeruzalems inwoners bouwen en zijn tegelijk paraat voor de strijd. Zo kunnen de vijandige plannen van Sanballat niet doorgaan. Straks is de muur voltooid. Wie aan Gods Koninkrijk wil meebouwen, moet ook bereid zijn om te strijden. Er is veel verzet tegen Gods werk. Uiteindelijk is het steeds weer de strijd van het slangenzaad tegen het vrouwenzaad. Maar wie sterk is in de Heere, zal nooit uit de strijd weglopen. Sociale hervorming (Neh. 5 - voor beter inzicht vervolg schetsen ) De arbeid aan de muren wordt onder leiding van Nehemia krachtig voortgezet. Tegen de samenzweerders zijn maatregelen genomen. Degenen die de moed hebben verloren, krijgen door het geloof van Nehemia nieuwe moed. In dit hoofdstuk dient zich een nieuwe moeilijkheid aan. Er ontstaat een groot geroep onder het volk en met name de vrouwen (vers 1) laten zich horen. Onder andere door het werk aan de muur zijn onder de armen problemen ontstaan. Is er al tijd en gelegenheid om het werk even te laten rusten, dan wordt het door de vijandelijkheden nog eens extra moeilijk om zelf voedsel buiten de stad te gaan halen. De rijken kunnen zich nog wel redden als er een aantal weken geen inkomsten zijn. Maar voor de armen ligt dit anders. Het zijn vooral de gezinnen met veel kinderen, die de dupe worden (vers 2). De vraag naar brood wordt steeds groter. Om aan geld te komen, kloppen de armen aan bij de rijken. Ze geven hun huis, akker en wijngaard als borg. Er bovenop komt de belastingdruk (vers 4). Helemaal schrijnend is het dat, om maar aan eten te komen, kinderen als slaaf verkocht worden (vers 5).Een noodkreet stijgt uit dit alles op. Zijn we daarom uit de ballingschap verlost? Je vraagt je af, of deze kwalijke praktijken pas begonnen waren, toen de herbouw van de muren en de poorten van de stad ter hand genomen werd. Tegenover deze sociale ellende neemt Nehemia de juiste maatregelen. Dit mag niet voortbestaan onder het volk van God. Hij spreekt erover met de edelen en het loopt, als zij niet luisteren, op een twistgesprek uit. De rijken staan schuldig en worden aangeklaagd vanwege de zelfzuchtige manier waarop ze winst willen maken uit de misère van hun broeders. Het blijkt dat een nieuw bestaan nog geen nieuw hart garandeert! Dan belegt Nehemia een grote vergadering tegen degenen, die schuldig staan. Hij houdt hun voor: Wij hebben zoveel moeite gedaan om onze broeders uit Babel vrij te kopen, en zullen wij er nu aan meedoen om van de nood van de armen te profiteren door ze als schuldslaven te kopen en te verkopen? Hij wijst ze vervolgens op de vreze des Heeren. Als er geen hervorming plaatsvindt, dan zal de Naam van God worden gelasterd onder de vijanden. Zijn voorstel is: doe allen als ik en scheld alle
schulden volkomen kwijt! Nu hij op de Heere wijst en op wat Hij van hen vraagt, worden de mensen geraakt in hun geweten. Ze gaan door de knieën: wij zullen het teruggeven en van hen niets zoeken (vers 12). Als de Heere door het Woord werkt en als Hij gehoorzaamd wordt, vindt men een antwoord op de vragen van de samenleving. Als God niet gehoorzaamd wordt, zullen onze wetten het kwaad niet kunnen verhelpen. Het hart van de mens moet eerst veranderd worden. Daarom moet de samenleving het Woord horen! Nehemia geeft zelf het goede voorbeeld. Anders dan zijn voorgangers deden (vers 15), buit hij zijn volk niet uit. Heerlijk klinkt het "amen" uit de mond van de gemeente (vers 13): wat een tegenstelling met het geroep van vers 1! Nu krijgt de Heere er de lof van! Ook nu mag in de persoon van Nehemia weer iets oplichten van Christus. Zowel waar het gaat over bewogenheid met mensen in hun materiële armoede, als waar het gaat over bewogenheid met mensen in hun geestelijke armoede. Christus was bewogen met melaatsen, blinden en kreupelen en Hij genas ze. Daarnaast wist Hij als geen ander: Hoe groot waren de schulden in Gods register? Het Evangelie predikt de boodschap van de volle kwijtschelding. Wie gelooft in Christus heeft een roeping ten opzichte van de materiële en sociale ellende in de wereld. We zullen eenmaal verantwoording moeten afleggen van dat wat we met ons geld en goed hebben gedaan. Ook voor onze naaste in nood. Maar uiteindelijk zal de nood van deze wereld volmaakt z'n oplossing vinden als de Heere Jezus Zelf persoonlijk wederkomt, niet eerder. Dan zal het grote Amen, Halleluja! weerklinken, tot lof van God! Suggesties voor verdieping Bijbel: Neh. 5:1-13 Geloofsbelijdenis: H.C. zondag 48 en 52 Literatuur: Drs. P. Cammeraat – Leren en Leven deel 2 – Uitgeverij Kok, Kampen Ds. J.H. Velema – Biddend Bouwen – Uitgeverij Groen, Heerenveen Ds. C.G. Vreugdenhil – Nehemia, een man van gebed en volharding – Uitgeverij Boekhout, Scherpenisse (zie voor deze preken over Nehemia ook www.prekenweb.nl)
C. Suggesties voor de avondinvulling Alternatieve startopdrachten - Zoek een stukje uit de krant waarin men schrijft over spot en begin met dit artikel. - Begin met een voorbeeld van de vervolgde kerk en het leesstukje over de vervolgde kerk. - Neem metselgereedschap mee en een zwaard (kinderspeelgoed) of haal een afbeelding van internet en bespreek kort wat deze voorwerpen met vanavond te maken hebben. Tip: Omdat we in deze Handreiking het hele boek Nehemia willen behandelen, kunnen de te lezen Bijbelgedeelten voor een (jonge) groep wat lang zijn. Je kunt er als leidinggevende voor kiezen een
aantal verzen samen te vatten en de rest met elkaar te lezen, zodat de jongeren toch de hoofdlijn vasthouden. Het boek Nehemia is best lastig voor -16 jongeren. Om de geschiedenis dichtbij te brengen, doen we dat vanuit het perspectief van de zoon van Nehemia. Om duidelijk te maken dat dit een fantasiepersoon is, verwoorden we dat in schets 1: “John moet een inleiding schrijven voor de -16 over Nehemia. Ineens krijgt hij een super-idee! Als hij nu eens net doet of hij een zoon van Nehemia is…” Verwoord als leidinggevende richting je jongeren duidelijk dat de gebeurtenissen wáár zijn, maar dat de persoon Nathan ben Nehemia bedacht is. Niveau 1
Niveau 2
Bijbel Neh. 4
Bijbel Neh. 4
1. Noem een paar tegenstanders van Nehemia. 2. Wat staat er in vers 6 over het hart van het volk? 3. Hoe vaak zeiden de Joden dat de werkers terug moesten keren (vers 12)? 4. Welke wapens hadden de bouwers?
1. Waarmee bespot Tobia het volk? 2. Wat is de reactie van Nehemia hierop? 3. Hoe reageren de vijanden als ze horen dat het werk toch doorgaat? 4. Hoe bemoedigt Nehemia het volk? (vers 14)
Keuzevragen Keuzevragen 1, 2, Uitgescholden (pag. 17), 3, 7, Stellingen 3 2, Uitgescholden (pag. 17), 4, 5, 6, opdracht en 4 (pag. 19), Stellingen, 8 Overige verwerking Overige verwerking Maak in groepjes een globale tekenschets van 1) Maak in groepjes een globale schets van dit hoofdstuk en leg dit uit aan de groep. dit hoofdstuk en leg dit uit aan de groep Bijvoorbeeld: Bij vers 1-3 teken je in een paar (zie uitleg onder niveau 1). strepen een muur. Je schrijft er een S en een T bij en je legt uit dat Sanballat en Tobia bij de 2) Zoek in kranten naar voorbeelden van muur komen spotten. Vervolgens kun je spot met de dienst van de Heere. biddende handen tekenen. Dat zijn de verzen 4 en 5 waarin Nehemia bidt. Dan bijvoorbeeld een 3) Stel dat jij in de gevangenis zit vanwege leger om Jeruzalem om de samenzwering aan te je geloof. Schrijf een briefje aan iemand geven in vers 8. Je kunt elk groepje het hele in Nederland die heel makkelijk hoofdstuk laten doen, maar je kunt er ook voor kerkdiensten overslaat. kiezen om elk groepje maar een aantal verzen te laten doen. Groepje 1 vers 1-6, groepje 2 vers 712, enz. Er zijn geen ingewikkelde of mooie
tekeningen nodig! Wat strepen en letters is genoeg. Het gaat om de uitleg.
D. Antwoorden en suggesties Startvraag (pag. 15) Laat een foto van een vos zien of gebruik hiervoor de foto uit de schets. Vertel dat dit dier in het Bijbelgedeelte voorkomt. Vraag na het lezen van het Bijbelgedeelte wat de vos er mee te maken heeft. In vers 3 zegt Tobia: Als er maar een vos tegen de muur opspringt, brokkelt die al af. De foto van de vos kan dus gekoppeld worden aan de spot in dit hoofdstuk. Eventueel zou nog de link gelegd kunnen worden naar de sluwheid, waarmee de vijanden te werk gaan. Ze spotten met het werk en proberen het volk moedeloos te maken. Vragen 1. Hij wordt heel boos als hij hoort dat de Joden de muur opbouwen. Hij bespot de Joden, te midden van zijn volksgenoten en het leger van Samaria: ‘Wat doen deze amechtige (machteloze) Joden?’ Hij probeert hun werk belachelijk te maken. 2. Er wordt in de politiek en journalistiek regelmatig schamper gedaan over mensen die in God geloven of over christelijke standpunten. Denk ook aan een website als Geen Stijl. Laat de jongeren zelf nadenken over deze vraag en geef gelegenheid om op de vraag te reageren. Uitgescholden (pag. 17) De raad van opa is verstandig. Als we gepest worden omdat we de Heere Jezus willen volgen en dienen, kan het zien op Zijn lijden ons helpen. Een dienstknecht is niet meer dan zijn Heer. Zie ook 1 Petr. 4:14. Tegelijkertijd is het heel goed dat Erik naar de mentor is gegaan. “Je vijanden liefhebben” wil niet zeggen dat je altijd alles over je kant moet laten gaan. Vragen 3. Geef de jongeren gelegenheid om hierop te reageren. Vraag door: waarom vind je dat? 4.
Nehemia ziet dat zijn vijanden ook Gods vijanden zijn. Daarom roept hij of God recht wil verschaffen. Het is geen persoonlijke wraak. Hij gaat ook niet zelf wraak nemen, maar laat het aan God over. Dit is een belangrijk verschil met extremistische moslims die op grond van de Koran zelf wraak gaan nemen. Zie zondag 52 van de H.C.: De Heere regeert, Hij wil kracht geven in de geestelijke strijd. Hij is Zelf Koning. Vergelijk H.C. zondag 22 en N.G.B. artikel 37.
5.
Christenen in andere landen zien vaak heel goed in hoe het materialisme westerse christenen in beslag neemt. Geef gelegenheid voor persoonlijke reactie: hoe vind jij het dat vervolgde christenen voor ons bidden? Bid je zelf voor hen? Vergelijk H.C. zondag 43.
6.
a. Het volk moest bij Nehemia komen als ze de bazuin hoorden. b. Predikanten moeten op de bazuin van het Evangelie blazen. Ze moeten de mensen waarschuwen voor het gevaar dat dreigt van buitenaf, dat een eerste bekering en de dagelijkse bekering bemoeilijkt en in gevaar brengt.
7.
a. Satan werkt vooral daar waar de Heere aan het werk is. Hij wil het werk van God verstoren. b. Geef gelegenheid voor een persoonlijke reactie. Heb je last van satan? Of merk je eigenlijk niets van hem? Dan zou het kunnen zijn dat hij geen werk aan je heeft, omdat je toch wel in zijn koninkrijk blijft. Hier wordt wel eens het beeld van kapers gebruikt: schepen die ondiep in het water liggen, vallen ze niet aan, want daar is geen kostbare vracht aan boord. Alleen schepen die diep in het water liggen, zijn de moeite waard. Stel de persoonlijke vraag: zijn we doelwit van satans pijlen omdat we de Heere Jezus kennen en volgen, of laat hij ons met rust omdat we geen innerlijke band met de Heere Jezus hebben? c. Ook dit is een persoonlijke vraag. Probeer het concreet te maken. Als je gedachten bijv. worden afgeleid bij het Bijbellezen, kun je vooraf speciaal bidden of je gedachten erbij mogen blijven. Het gebed is heel belangrijk. Alleen door de kracht van God kan satans macht verbroken worden, ook in je eigen leven. d. In Efeze 6 worden de verschillende onderdelen van de geestelijke wapenrusting genoemd. Allereerst ‘de lendenen omgord hebbende met de waarheid’. Dit wijst op het belang van oprechtheid. En op het grote belang van de juistheid van de geloofsinhoud, de leer. Dit wijst dus uiteindelijk op Christus, Die de Waarheid is. Maar het betekent tegelijkertijd dat wij ook zelf waarachtig en eerlijk moeten zijn. Het borstwapen van de gerechtigheid betekent, dat van ons wordt gevraagd dat we doen wat recht is in Gods ogen. De voeten geschoeid hebben met de bereidheid van het Evangelie des vredes, wijst op de roeping van een ieder die gelooft om het Evangelie van de vrede met God door Christus te laten horen. Het schild van het geloof wijst op het vertrouwen op God door Jezus Christus. De helm van de zaligheid wijst op de hoop op de eeuwige zaligheid. Het zwaard van de Geest is Gods Woord. Tot slot wordt het gebed genoemd. De geestelijke wapenrusting kan alleen nuttig zijn, wanneer die biddend wordt aangedaan en biddend wordt gebruikt.
Opdracht (pag. 19) Pijl van spot hoort bij vers 3, pijl van samenzwering bij vers 8 en pijl van moedeloosheid en onverschilligheid bij vers 10.
Stellingen www.lcj.nl/verwerkingmin16 www.hhjo.nl/verwerkingmin16 a. b. c. d.
Nee, al vanaf het ontstaan van de wereld wordt er gespot. Je moet geen reden geven tot spot. Probeer oprecht en duidelijk te zijn. Ook zij zullen zich eens moeten verantwoorden. Geloven is altijd onmogelijk, maar als de Heere geloof geeft, maakt het niet uit waar je woont. Er zijn argumenten voor en tegen te noemen.
Vraag 8. a. De arme mensen werken ook elke dag aan de muur, maar dat betekent dat ze geen inkomsten hebben. Bovendien kunnen ze door de vijandelijke dreiging de stad niet uit om zelf voedsel te halen. Ze hebben daarom niet genoeg eten voor hun kinderen. Om aan eten te komen, moeten ze zelfs hun kinderen als slaven verkopen. b. Dan probeerden de Joden met elkaar zo’n slaaf vrij te kopen. c. ‘Alzo schudde God uit allen man, die dit woord niet zal bevestigen, uit zijn huis en uit zijn arbeid, en hij zij alzo uitgeschud en ledig’ (Neh. 5:13). Dit houdt in dat God de mensen mag straffen die niet meehelpen aan deze sociale hervorming. Het gaat immers om Zijn Naam, die niet gelasterd mag worden. d. Nog 52 dagen (Neh. 6:15).
E. Extra voorbereiding - Neem voor de startopdracht evt. een plaat van een vos mee. - Als je gebruik maakt van de alternatieve startopdrachten of de overige verwerkingen (zie schema C), neem dan de benodigde materialen mee.