Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch beleidsplan Kinderdagverblijf ‘t Treintje

Pedagogisch beleidsplan

Kinderdagverblijf

Versie 4 7 september 2015

1


Inhoudsopgave Inhoudsopgave .................................................................................................... 2 Inleiding .............................................................................................................. 3 Doelstelling & visie kinderopvang .......................................................................... 4 Visie kinderen ...................................................................................................... 5 Pedagogisch beleid ............................................................................................... 6 Stamgroepen ....................................................................................................... 8 Pedagogisch medewerkers .................................................................................... 9 De dag .............................................................................................................. 12 Observeren ........................................................................................................ 16 Voedingsbeleid ................................................................................................... 17 Verschonen, toiletgang en zindelijk worden.......................................................... 20 Ziekte ................................................................................................................ 21 De ouders .......................................................................................................... 23 Veiligheid en Hygiëne ......................................................................................... 25 Plaatsing ............................................................................................................ 26 Slotwoord……………………………………………………………………………………………………….27


2


Inleiding Kinderdagverblijf ’t Treintje wil kwalitatief goede kinderopvang bieden. Dit betekent dat wij eisen stellen aan het pedagogisch beleid en de uitvoering daarvan. Tevens zijn wij gericht op verbetering van de pedagogische kwaliteit. Dit doen wij door kritisch te blijven kijken naar ons pedagogisch handelen. Wij evalueren het pedagogisch beleid en stellen het bij indien daar aanleiding toe is. Kinderdagverblijf ’t Treintje biedt opvang voor kinderen van 6 weken tot 4 jaar. Het beleidsplan geeft ouders/verzorgers inzicht in de werkwijze en het opvoedingsklimaat dat ’t Treintje biedt, opdat u uw kind(eren) in tevredenheid achter kunt laten. Het geeft pedagogisch medewerkers richting, inspiratie en houvast bij het pedagogisch handelen op de groep. Voor beiden is het een middel om de dagelijkse gang van zaken te toetsen en waar nodig bij te stellen om te komen tot een optimale kwaliteit van kinderopvang. En natuurlijk moet dit leiden tot een plek waar kinderen graag willen verblijven. Het pedagogisch beleidsplan is voor ouders/verzorgers in te zien op onze website.

Om de leesbaarheid te bevorderen wordt gesproken over - ‘t Treintje in plaats van kinderdagverblijf ’t Treintje - Ouders in plaats van ouders/verzorgers - Hij in plaats van hij/zij - Leidsters in plaats van pedagogisch medewerkers en stagiaires - Pedagogisch medewerkers als het alleen over pedagogisch medewerkers gaat en niet over stagiaires.


3


Doelstelling & visie kinderopvang Algemene doelstelling ’t Treintje streeft ernaar om kwalitatief goede en verantwoorde kinderopvang aan te bieden. Wij bieden ouders de mogelijkheid van zorg voor kinderen te combineren met werk, studie en ander activiteiten. Hierbij staat het kind centraal en stemmen wij onze visie zoveel mogelijk af op de thuissituatie, binnen de grenzen van ’t Treintje. Onze visie op kinderopvang ’t Treintje ziet zich als medeopvoeder naast de hoofdopvoeder de ouders. Vanuit deze gedachten worden kinderen begeleid in het opgroeien en gestimuleerd door de pedagogisch medewerkers in hun ontwikkeling. Veiligheid en vertrouwen zijn de basisbegrippen waar het de opvang betreft, net als samenwerking met de ouders, waardoor afstemming over de opvoeding van de kinderen optimaal kan plaatsvinden.


4


Visie kinderen Visie kinderen Het kind als individu en respect hebben voor kinderen staat centraal. Er heerst een pedagogisch klimaat waar ruimte voor groepsopvoeding en individuele ontplooiing aanwezig zijn. Buiten de dagelijkse verzorging stimuleert de omgeving kinderen om zich zowel lichamelijk, sociaal-emotioneel, creatief, taalvaardig en verstandelijk te ontwikkelen. Ook biedt het een klimaat waar kinderen zich bewust worden van maatschappelijk gangbare normen en waarden. Visie ontwikkeling van kinderen Kinderen worden geboren met een natuurlijke drang om zich te ontwikkelen. Elk kind ontwikkeld zich op eigen wijze, in zijn eigen tempo en naar eigen behoeften. Om zich optimaal te ontwikkelen tot een zelfstandig mens is het nodig dat een kind met vertrouwen de wereld tegemoet kan treden, zich veilig voelt om op onderzoek uit te gaan en de kans krijgt dingen uit te proberen. Spelen is plezier hebben, spelen is leren en bovenal genieten van het kind zijn. Stimulans en ondersteuning van kinderen onderling en volwassenen zijn hierbij basisvoorwaarden. Hierbij zijn de volgende uitgangspunten voor de kinderen van belang. - Zijn uniek en behoren gerespecteerd te worden; - Dienen gewaardeerd en geaccepteerd te worden zoals ze zijn; - Moeten op een positieve manier benaderd worden waardoor ze eigenwaarde opbouwen; - Zullen gestimuleerd en ondersteund worden in hun ontwikkeling, in de breedste zin van het woord; - Moeten de ruimte krijgen dingen uit te proberen, fouten te maken en nieuwe oplossingen te zoeken; - Zullen de mogelijkheid krijgen om zich als individueel mens, maar ook als iemand in een groep te ontwikkelen. Om de kinderen van meer dan één ruimte gebruik te laten maken, wordt er bij ’t Treintje gebruik gemaakt van het zogenaamde open deuren beleid. Dat betekent dat er in de praktijk gebruik kan worden gemaakt van meer ruimtes dan alleen de groepsruimte. Dit gebeurt altijd onder begeleiding van pedagogisch medewerkers.


5


Pedagogisch beleid Het pedagogisch beleid is gebaseerd op de vier pedagogische basisdoelen die in de wet kinderopvang beschreven zijn (prof. J.M.A Riksen-Walraven). Deze doelen zijn gericht op het geven aan kinderen van: 1. Een gevoel van emotionele veiligheid. 2. Gelegenheid tot het ontwikkelen van persoonlijke competenties. 3. Gelegenheid tot het ontwikkelen van sociale competenties. 4. De kans zich waarden en normen van de samenleving eigen te maken. Emotionele veiligheid De basis van al het handelen van de pedagogisch medewerkers is het bieden van een gevoel van veiligheid aan een kind. Hierbij is een vertrouwensrelatie met de pedagogisch medewerker onmisbaar. Vaste rituelen, ritme en regels zorgen ervoor dat kinderen zich zeker voelen. Vanuit een veilige basis durven en kunnen zij de wereld gaan ontdekken. Persoonlijk contact met de pedagogisch medewerkers, een vertrouwde omgeving en de aanwezigheid van bekende groepsgenootjes dragen bij tot het verkrijgen van een veilig gevoel. Kinderen zullen vanuit een veilig gevoel op allerlei ontwikkelingsgebieden zich meer ontwikkelen en de omgeving ontdekken. Persoonlijke competenties Wij willen kinderen helpen zichzelf te leren kennen, zelfstandig te worden en een positief zelfbeeld te krijgen. (persoonlijke competenties) Elk kind is uniek en waardevol. Wij accepteren kinderen zoals ze zijn en wij hebben vertrouwen in het vermogen van kinderen. Kinderen hebben vanaf de geboorte een innerlijke motivatie om te leren lopen, praten en contact te maken met anderen. Zij leren wat nodig is voor het leven. Kinderen leren binnen het eigen vermogen, tempo en op een geheel eigen wijze. Het eigen en unieke ontwikkelingstempo van het kind is voor ons maatgevend in de begeleiding van de kinderen. Kinderen worden in hun ontwikkeling gestimuleerd, zoals de lichamelijke ontwikkeling (bijv. Leren lopen), de verstandelijke ontwikkeling (bijv. Leren praten), en emotionele ontwikkeling (bijv. Leren opkomen voor zichzelf).


6


Sociale ontwikkeling Wij willen kinderen de ruimte bieden om sociale ervaringen op te doen, waardoor sociale vaardigheden verworven worden (sociale competentie). Elk kind krijgt individuele zorg en aandacht. Ook de groep heeft een belangrijke functie, want kinderen maken deel uit van de samenleving. Wij zien het kinderdagverblijf als een samenleving in het klein waar kinderen kunnen oefenen. Dit gaat letterlijk en figuurlijk met vallen en opstaan. Wij stellen kinderen in de gelegenheid de wereld om hen heen te ontdekken. Kinderen leren van en door elkaar, voor nu en later. Het kennismaken met volwassenen, en kinderen, het respecteren van anderen en het opkomen voor eigen belang zijn belangrijke toegevoegde waarden van het samenzijn in een groep. In de groep worden deze vaardigheden gestimuleerd door bijvoorbeeld elkaar te helpen, samen speelgoed op te ruimen en het vieren van feestelijke gebeurtenissen. Normen en Waarden Het eigen maken van normen en waarden is onderdeel van de morele ontwikkeling. Binnen en buiten de groep doen zich op dit gebied situaties voor waarvan veel leermomenten zijn (bijv. Pijn en verdrietige situaties, ruzie of een maatschappelijke gebeurtenis). Door de reacties van de pedagogisch medewerkers ervaren kinderen wat wel en niet goed is. Het eigen gedrag van de pedagogisch medewerkers heeft hierbij dus een belangrijke voorbeeldfunctie.


7


Stamgroepen ’t Treintje is ingedeeld in 3 stamgroepen. Twee horizontale groepen en één verticale groep. Beren De beren groep is een horizontale groep voor kindjes in de leeftijd van 0 tot 2 jaar. Per dag zijn er maximaal 9 kindjes aanwezig onder begeleiding van 2 pedagogisch medewerkers.

Apen De apen groep is een verticale groep voor kindjes in de leeftijd van 0 tot 4 jaar. Per dag zijn er maximaal 12 kindjes aanwezig onder begeleiding van 2 pedagogisch medewerkers.

Leeuwen De leeuwen groep is een horizontale groep voor kindjes in de leeftijd van 2 tot 4 jaar. Per dag zijn er maximaal 16 kindjes aanwezig onder begeleiding van 2 pedagogisch medewerkers.

De groepsgrootte per leeftijdsgroep is samengesteld conform de Beleidsregels kwaliteit kinderopvang. De verhouding van het aantal Pedagogisch medewerkers en het aantal feitelijk aanwezige kinderen (beroepskrachtkindratio) is ten minste: • Eén pedagogisch medewerker per 4 kinderen in de leeftijd van 0 tot 1 jaar • Eén pedagogisch medewerker per 5 kinderen in de leeftijd van 1 tot 2 jaar • Eén pedagogisch medewerker per 8 kinderen in de leeftijd van 2 tot 4 jaar


8


Pedagogisch medewerkers Iedere pedagogisch medewerker heeft haar eigen groep, buiten de invalkrachten. Alle pedagogisch medewerkers werkzaam bij ’t Treintje zijn in het bezit van een passende beroepskwalificatie, dit houdt in dat ze voldoen aan de opleidingseisen. Daarnaast zijn alle werkzame personen in het bezit van een verklaring omtrent gedrag. De Pedagogisch medewerkers worden jaarlijks op verschillende vlakken bijgeschoold. Invalkrachten Wij werken met vaste invalkrachten, die regelmatig werken zodat alle kindjes en ouders deze invalkrachten kennen. Ook alle invalkrachten zijn in het bezit van een passende beroepskwalificatie en een verklaring omtrent gedrag. Wanneer een invalkracht nog niet bekend is, zal zij naast een vaste pedagogisch medewerker de groep draaien, zodat er altijd een bekend gezicht voor de kinderen aanwezig zal zijn. Stagiaires Kinderdagverblijf ’t Treintje werkt o.a. met stagiaires van de opleiding SPW (Sociaal Pedagogisch Werker). Onze voorkeur gaat uit naar stagiaires die het hele jaar door stage lopen. Hierdoor is er een minimale verschuiving van verschillende gezichten. De stagiaires hebben een vaste groep waar ze stage lopen. Alle stagiaires zijn in het bezit van een verklaring omtrent gedrag. Huishoudelijk medewerker Om de veiligheid en hygiëne te waarborgen, werken wij met een vaste huishoudelijk medewerker. De huishoudelijk medewerker is tijdens openingstijden aanwezig. Zij zorgt voor de hygiëne van alle ruimten. Vierogenprincipe Het vierogenprincipe betekent dat altijd een volwassenen moet kunnen meekijken of meeluisteren bij een beroepskracht in de kinderopvang. De uitwerking van dit vier ogen principe is maatwerk. De invulling zal voor iedere organisatie anders zijn, passend bij het pedagogisch beleid. De invulling van het vierogenprincipe bij ’t Treintje is goed gekeurd door de oudercommissie. ‘t Treintje geeft de volgende invulling aan het vierogenprincipe. Algemeen Tijdens de openingstijden zullen er altijd minimaal twee pedagogisch medewerkers of een pedagogisch medewerker en een volwassene aanwezig zijn. Tijdens de start van de dag zullen de stamgroepen samengevoegd worden, totdat vrijwel alle pedagogisch medewerkers aanwezig zijn. Hierna zullen de stamgroepen naar hun eigen groep gaan. Ook aan het einde van de dag zullen de stamgroepen samengevoegd worden. ’t Treintje is zo opgebouwd dat er ramen zijn aan de gehele Versie 4 7 september 2015

9


gangzijde, waardoor er volledige transparantie is van de groepen. Er wordt veelal gebruik gemaakt van boventallige inzet van pedagogisch medewerkers in opleiding. Daarnaast heerst er een open, professioneel werkklimaat onder de pedagogisch medewerkers en pedagogisch medewerkers in opleiding en is er onder alle groepen veel contact, zowel visueel als mondeling. Bouwkundig Er zijn een heel aantal bouwkundige voorzieningen getroffen. - In de groepsruimte zijn deuren met grote ramen aanwezig; dit zorgt voor transparantie. De medewerkers en leidinggevende hebben zicht op elkaar. - Het is een opdracht om al het glas transparant te houden en niet dicht te plakken met werkjes en mededelingen. - De groepsruimte is rondom voorzien van grote ramen, zodat er altijd van buiten naar binnen gekeken kan worden. - De groepsruimten zijn zo ingericht dat er hoekjes gecreëerd zijn, waarbij de medewerker de ruimte in zijn geheel kan overzien. - Alle slaapkamers hebben een babyfoon. Deze babyfoon is naast het controleren hoe het met de kinderen gaat, ook een controle voor de pedagogisch medewerker als ze op de slaapkamer is. - De slaapkamers zijn tevens voorzien van een raam. Wanneer een pedagogisch medewerker op de slaapkamer aanwezig is, kan een collega altijd even naar binnen kijken. - De toiletruimten van de peuters bevinden zich aan groepsruimten, de toiletdeuren zijn laag waardoor er zicht op de toiletgang is. - De verschoonruimte is aan de groep gelegen, waardoor er altijd zicht op is. Bezetting groepen Wij streven ernaar om 2 pedagogisch medewerkers op de groep te hebben, maar als er niet genoeg kinderen zijn, dan kunnen we van dit streven afwijken. Op momenten dat er één pedagogisch medewerker op de groep aanwezig is, kan er te allen tijden ook meegekeken worden via de ramen van de groepen. Er wordt aandacht besteed aan het hanteren van het vierogenprincipe. Tijdens uitstapjes Tijdens uitstapjes gaan pedagogisch medewerkers (of een pedagogisch medewerker en een volwassene) minimaal met zijn tweeën op pad met een groepje kinderen. Als pedagogisch medewerkers alleen met een groepje kinderen op pad gaan, dan is dit een vaste pedagogisch medewerker van ‘t Treintje en is dit in een omgeving waar voldoende sociale controle aanwezig is van andere mensen. Toezicht bij buiten spelen Doorgaans wordt er door meerdere groepen tegelijkertijd buiten gespeeld en zijn er minimaal twee pedagogisch medewerksters in de tuin aanwezig. In voorkomende situaties gebeurt het dat één pedagogisch medewerkster met een klein groepje kinderen buiten speelt. Om te voldoen aan het vierogenprincipe zal buiten spelen met een aantal kinderen voor een pedagogisch medewerk(st)er alleen, mogelijk zijn wanneer er direct toezicht is van een andere volwassene, bijvoorbeeld door het raam van de Berengroep via de open deur van de buitenspeelruimte. Versie 4 7 september 2015

10


Breng en haal momenten tijdens de 3 uurregeling Is de pedagogisch medewerker een half uur tot een uur alleen in de groep tot de 2e collega begint of de 1e collega naar huis gaat, is er een voortdurende inloop door ouders. Het onvoorspelbare karakter van de haal- en brengsituaties verkleint het risico dat iemand zich onbespied of niet gecontroleerd zou kunnen voelen. Middagpauze Tijdens de middagpauze komt het voor dat de pedagogisch medewerkers om de beurt tot maximaal een uur alleen op de groep zijn. Tijdens deze momenten zullen collega’s regelmatiger bij elkaar binnenlopen en zal er door de ramen naar binnen gekeken worden. Sociale controle De leidinggevende en collega’s komen regelmatig onaangekondigd binnen in de groepsruimten. Juist omdat dit ook niet op geplande momenten gebeurt en dus onvoorspelbaar is, draagt dit bij aan bij vierogenprincipe. Achterwachtregeling Tijdens onze openingstijden hebben wij een achterwachtregeling getroffen. De Wet Kinderopvang schrijft voor dat ieder kinderdagverblijf een achterwachtregeling moet hebben. Een achterwacht is een volwassen persoon die in geval van nood te allen tijden ingeschakeld kan worden en binnen 15 minuten op locatie kan zijn.


11


De dag Dagindeling Wij vinden het erg belangrijk dat kinderen regelmaat in hun dagindeling ervaren. Regelmaat geeft veiligheid en structuur aan kinderen. Daarom hanteert elke groep een vaste dagindeling. Deze dagindeling is afgestemd op de leeftijd van de kinderen en de thuissituatie. Brengen en ophalen Het brengen van uw kind kan op twee momenten op de dag en wel tussen 7.30 uur en uiterlijk 9.00 uur en tussen 12.45 en uiterlijk 13.15 uur. Het ophalen van uw kind kan ook op twee momenten op de dag en wel tussen 12.45 uur en uiterlijk 13.15 uur en tussen 16.30 uur en uiterlijk 18.00 uur. Deze brengen haaltijden zijn er om de rest van de dag zoveel mogelijk de rust te kunnen bewaren. Daarom vragen wij u zich te houden aan deze brengen haaltijden. Eerder of later brengen of ophalen Wanneer u door omstandigheden uw kind eerder of later wilt brengen of ophalen, dan horen wij dit graag van te voren, zodat we hier met de dagindeling rekening mee kunnen houden. Wij vragen u, er rekening mee te houden, dat we om 18.00 uur sluiten en de leidsters dan klaar zijn met werken. Bent u vertraagd door een file o.i.d., dan kan dat natuurlijk een keer gebeuren. Gebeurt dit vaker dan twee keer, dan wordt er een half uur opvang per kind in rekening gebracht. Ophalen door andere personen Wanneer uw kind door iemand anders dan vader of moeder opgehaald wordt, dan horen wij dit graag vooraf. Is er bij ons niets bekend over het ophalen van uw kind door iemand anders, dan zullen wij contact met u opnemen. Bij geen gehoor zullen wij uw kind niet meegeven totdat we hier zekerheid over hebben. Badge Om toegang te kunnen krijgen van ’t Treintje ontvangt u tijdens de intake een badge. Deze badge is persoonlijk en mag dus niet uitgeleend worden. Slapen en rusten Baby’s slapen wanneer zij behoefte hebben om te slapen. De peuters worden na de lunch naar bed gebracht. Tijdens het intake gesprek wordt er met de ouders een afspraak gemaakt over het slaapritme van hun baby of jonge peuter. Heeft een kind een andere slaapbehoefte zoals meer, minder of niet meer slapen dan wordt dit met de ouders besproken. De kinderen kunnen als ze moe zijn ook in een rustig hoekje met kussens uitrusten. Versie 4 7 september 2015

12


Spelen en activiteiten Vrij spel Binnen Per leeftijd en per situatie wordt er gekeken naar de kinderen of ze vrij kunnen/willen spelen of dat het nodig is dat ze een activiteit aangeboden krijgen. Er wordt voldoende variatie gebracht in de activiteiten en vrij spelen. Buiten Iedere dag wordt er minimaal één keer naar buiten gegaan. Dit kan buiten spelen in de buitenspeelplaats zijn of wandelen door het dorp. Tijdens het buitenspelen wordt er gekeken naar de kinderen of ze vrij kunnen/willen spelen of dat het nodig is, dat ze een activiteit aangeboden krijgen. Deze activiteit wordt afgestemd op de leeftijd en situatie van de groep. Tijdens het wandelen geldt de volgende pedagogisch medewerker- kind ratio. Aan de hand mogen maximaal 2 kindjes per pedagogisch medewerker of stagiaire. In de buggy mogen 1 of maximaal 4 kindjes per pedagogisch medewerker of stagiaire. Bij de buggy mag 1 kindje aan de hand mee. In de bolderkar gaan maximaal 6 kindjes per pedagogisch medewerker mee. Een collega die achter blijft, houdt maximaal 6 kinderen in een verticale groep over of 8 kindjes in de leeftijd van 2 tot 4 jaar. Activiteiten In het dagritme zijn een aantal vaste activiteiten opgenomen zoals liedjes zingen in de kring en samen eten. Wanneer de kinderen de leeftijd hebben bereikt dat ze hieraan mee kunnen doen, zullen ze hierbij betrokken worden. Minimaal een keer per dag worden er knutsel activiteiten aangeboden. Wij vinden dat kinderen moeten doen wat ze willen als het om activiteiten gaat zoals knutselen. Wel zullen we ze stimuleren mee te doen aan de activiteiten. Tijdens deze activiteiten worden verschillende materialen en spelletjes gebruikt. Wanneer het regent of wanneer de pedagogisch medewerkers de kinderen een andere ruimte aan willen bieden kunnen ze met de kinderen naar de binnenspeelruimte gaan. In de binnenspeelruimte zijn voor alle kinderen andere prikkelingen dan in de groepen van de kinderen. In de binnenspeelruimte is speelgoed aanwezig wat vooral de grove motoriek stimuleert. Voor- en vroegschoolse educatie Voor- en vroegschoolse educatie (VVE) is erop gericht ontwikkelingsachterstanden bij kinderen te voorkomen of te verminderen door middel van educatieve programma’s. Wij maken gebruik van het programma Uk&Puk. Uk&Puk is een gecertificeerd programma voor kinderen van 0 tot 4 jaar en voldoet aan de eisen van de Wet OKE. Uk&Puk werkt met thema’s die aansluiten bij de belevingswereld van het jonge kind. Het uitgangspunt is dat kinderen leren door te spelen.


13


Hierbij worden de ontwikkelingsgebieden spraak- en taalontwikkeling, sociaalemotionele ontwikkeling, zintuiglijke ontwikkeling en rekenprikkels gestimuleerd. Kinderen die bijna naar groep 1 van de basisschool gaan, word het overgangsthema ‘Wielewoelewool ik ga naar school’ aangeboden. Stimulering door pedagogisch medewerkers De pedagogisch medewerkers bied ieder kind veiligheid en vertrouwen. Naast de dagelijkse verzorging, stimuleert en begeleid de pedagogisch medewerker ieder kind op alle verschillende ontwikkelingsgebieden. Er word ingespeeld op wat ieder kind individueel en in groepsverband nodig heeft. Corrigeren en belonen De kinderen worden binnen ’t Treintje op een positieve wijze benaderd en zo wordt door middel van de positieve aandacht het gewenste gedrag gestimuleerd. Wanneer een kind negatief gedrag vertoont, wordt gekeken naar het individuele kind en nagegaan waarom een kind dit gedrag vertoont. (bijv. Niet lekker in zijn vel zitten, verveling, verandering thuissituatie, onzekerheid, ontwikkelingsproblematiek). De pedagogisch medewerkers kunnen op deze manier wellicht de oorzaak van het gedrag wegnemen of hier rekening mee houden. Wanneer een kind na een waarschuwing nog negatief gedrag blijft vertonen, zal de pedagogisch medewerker een kind op ooghoogte (gehurkt) op rustige, duidelijke wijze aanspreken en het kind daarbij ook aankijken. Bij herhaling van het negatieve gedrag kan het kind zonodig voor een korte duur op een bepaalde plek neergezet worden om even uit de negatieve situatie gehaald te worden. Er word zo kort mogelijk aandacht besteed aan het negatieve gedrag en het kind wordt eventueel afgeleid om herhaling van het negatieve gedrag te voorkomen. Tegelijkertijd wordt positief gedrag (complimenten) gestimuleerd. Wij vinden het belangrijk om ouders terugkoppeling te geven over het gedrag van het kind. Open deuren beleid We hanteren bij ’t Treintje het open deuren beleid. Dit betekent dat een paar keer in de week de deuren van de groepen open gezet worden. Er worden dan op verschillende plaatsen in het dagverblijf activiteiten aangeboden. De kinderen kunnen zelf kiezen aan welke activiteit ze deel willen nemen. Tussendoor kunnen ze veranderen van activiteiten, wanneer ze dit zelf willen. Zo kunnen de kinderen de wereld om hen heen in het kinderdagverblijf breder verkennen. Deze activiteiten zijn allemaal onder begeleiding van de pedagogisch medewerkers. Tijdens het open deuren beleid wordt rekening gehouden met de baby’s. Zij worden samen opgevangen in een andere ruimte dan de activiteiten. Het contact met de pedagogisch medewerker is dan heel intensief, doordat zij de aandacht niet hoeven te delen met de oudere kindjes.


14


Uitstapjes. Door het jaar heen worden er verschillende activiteiten georganiseerd waar ook de ouders bij betrokken worden. Hierbij wordt gedacht aan: - Paasuitstapje - Zomerfeest - Babyzwemmen/Snoezelweek - Kabouterbos - Sintviering - Kerstviering Deze activiteiten worden kenbaar gemaakt via de nieuwsbrief en een aparte brief waarin alle benodigde informatie staat beschreven. Voor grotere uitstapjes vragen wij via de brieven toestemming of uw kind met ons mee mag en of u zelf ook meegaat. Bij grotere uitstapjes geldt altijd 2 kindjes per pedagogisch medewerker of stagiaire. De kinderen worden dan vervoerd in veilige auto’s met goedgekeurde stoeltjes en gordels. Wanneer er een groter uitstapje plaatsvindt, zullen ouders extra moeten tekenen voor toestemming.


15


Observeren ‘Zo doe ik’, ‘zo praat ik’ en ‘zo beweeg ik’ is de observatiemethode die wij gebruiken. De methode is ontwikkelingsvolgend en -stimulerend. Mede door deze observatie kunnen we “problemen” in de ontwikkeling vroegtijdig signaleren. De pedagogisch medewerkers hebben trainingen gevolgd op het gebied van observeren en communiceren zodat zij op een verantwoorde manier de zorgbehoefte van kinderen in kaart kunnen brengen en hierover in gesprek gaan met ouders. De pedagogisch medewerkers worden hierbij ondersteund door begeleidingsgesprekken met de leidinggevende. Elk ontwikkelingsgebied heeft een eigen digitale observatielijst. Uw kind krijgt drie observatielijsten, ‘zo doe ik’, ‘zo praat ik’ en ‘zo beweeg ik’. De observatielijsten blijven tot het einde van de opvang bij ’t Treintje. De observaties zullen met uw kind meegaan naar eventueel de volgende groep. Wanneer uw kindje naar de basisschool gaat, wordt er door de leidsters toestemming gevraagd aan u of de observatielijsten doorgegeven mogen worden aan de basisschool. Na toestemming van u worden de lijsten overgedragen aan de nieuwe juf of meester van uw kindje. Wanneer u geen toestemming geeft ontvangt alleen u het observatieverslag. Observatiemomenten De observatiemethode is voor de leeftijd van 5 maanden tot 44 maanden. Tot de 2 jaar wordt uw kind om de 5 maanden geobserveerd en vanaf 2 jaar om de zes maanden. Dit, omdat er qua ontwikkeling erg veel gebeurt in de eerste twee levensjaren en wij samen met u de ontwikkeling zo goed kunnen volgen. Ieder kind dat van baby tot 4 jaar bij ’t Treintje is zal dus 8 keer geobserveerd worden. Uw kind krijgt een vaste pedagogisch medewerker die uw kindje observeert. Wanneer uw kindje overgaat naar een andere groep, wordt er een overdrachtsgesprek gepland met de pedagogisch medewerkers, waarbij alle gegevens, schema’s, het karakter en de ontwikkeling besproken worden met de pedagogisch medewerker van de nieuwe groep. Betrekken ouders Wanneer uw kindje geobserveerd wordt, wordt dit bij u aangegeven. Hierbij zal de leidster vragen of u interesse heeft in een observatiegesprek. In dit gesprek worden de geobserveerde ontwikkelingen besproken en wordt er gekeken of er verschillen zijn met thuis. Er worden eventueel afspraken gemaakt over hoe uw kind gestimuleerd kan worden of extra prikkels aangeboden gaat krijgen, zodat hier thuis en bij ’t Treintje één lijn in zit. Indien nodig zullen we met u bespreken of er verdere stappen gemaakt moeten worden naar zorginstanties, die hierbij verdere ondersteuning kunnen bieden. Naast de ontwikkelingsgebieden wordt uw kindje in het algemeen ook even besproken en horen wij graag van u of er puntjes zijn waar u tegen aan loopt, of dat u tevreden bent. Versie 4 7 september 2015

16


Voedingsbeleid Een gezonde voeding is voor jonge kinderen erg belangrijk. Daarom hebben wij geprobeerd om een zo gezond mogelijk voedingsbeleid op te stellen. Bederfelijke voedingsmiddelen die u zelf meeneemt naar ’t Treintje mogen niet langer dan 30 minuten buiten de koelkast verblijven. Flesvoeding Ieder kind heeft altijd zijn eigen fles. Voor kinderen onder de 6 maanden geld voor iedere voeding een schone fles. De flessen worden van thuis uit meegenomen en wij vragen eenvoudig te reinigen flessen te gebruiken. Na ieder gebruik worden de flessen omgespoeld met heet water. Flessen van ’t Treintje worden na ieder gebruik in de vaatwasser schoongemaakt. De schone flessen worden geheel afgedroogd of op hun kop, op een flessen afdruiprek bewaard. Moedermelk De gekolfde moedermelk moet gekoeld vervoerd worden naar ’t Treintje. Bij ’t Treintje kunt u de moedermelk in de koelkast van de groep zetten. Iedere fles moet gelabeld zijn met naam van uw kind en de datum waarop de melk afgekolfd is. Wanneer u de moedermelk bij ons in de vriezer bewaart, dient deze ook voorzien te zijn van naam en kolfdatum. Poedermelk Door de vele verschillende flesvoedingen kunnen wij deze niet verzorgen en dient u deze dus zelf mee te nemen. Graag de poeder in bakjes per fles afgemeten meenemen naar ’t Treintje. Fruitmaaltijd Op één of meerdere bordjes (dit ligt aan het aantal kinderen op een groep) liggen stukjes fruit en groenten, deze bordjes worden om de beurt door geschoven naar het volgende kind. De kinderen worden gestimuleerd het bordje zelf door te schuiven naar het volgende kind. Ook krijgt ieder kind een fles/tuitbeker/beker met drinken, het ligt aan de leeftijd en de wensen van de ouder of het kind, water, thee, roosvice of ranja krijgt. Dit verschilt dus per kind. Wij stimuleren de kinderen uit een gewone beker te drinken vanaf 8 maanden. Broodmaaltijd Voor kinderen, die voor 8.00 uur gebracht worden, bieden wij de mogelijkheid om ’s morgens bij ’t Treintje te kunnen ontbijten. U dient dan wel zelf het ontbijt incl. drinken mee te nemen. Om één lijn te houden in de regels tijdens een broodmaaltijd, vragen wij u om minimaal één boterham met hartig beleg en evt. nog een boterham met zoet beleg of een ontbijtkoek mee te geven. Versie 4 7 september 2015

17


Geen pindakaas i.v.m. een ernstige allergie van een van de pedagogisch medewerkers. Uw kind krijgt dan eerst de boterham met hartig beleg en daarna evt. de boterham met zoet beleg of een ontbijtkoek. Om 8.30 uur ronden wij het ontbijten af omdat dit anders te dicht op het fruitmoment komt en de kinderen hierna geen fruit meer lusten. Voor de middagmaaltijd smeren wij op dat moment met de kinderen de boterhammen. Op iedere boterham wordt eerst boter gesmeerd, hierna wordt de kinderen twee soorten hartig beleg voorgehouden waar ze uit kunnen kiezen. Voor de tweede of derde boterham mag ook zoet beleg voorgehouden worden. mits het kind zoet beleg mag van de ouder. Er wordt maximaal één boterham met zoet beleg gegeten. Er wordt met de ouder overlegd hoeveel boterhammen een kind mag eten en of hij zoet beleg mag of niet. De kinderen, die gewone melk drinken, krijgen een beker/tuitbeker/fles aangeboden met melk. Per kind wordt er gekeken waaruit het kind de melk drinkt. Ieder kind drinkt minimaal één beker melk, de kinderen die meer willen krijgen meer. Er wordt op gelet dat de kinderen niet te veel drinken en daardoor geen brood meer lusten. De kinderen die nog een flesje melk krijgen, drinken deze op schoot. Veiligheid en lichaamscontact is erg belangrijk tijdens het drinken van de fles. De kinderen worden gestimuleerd het geen ze gekozen hebben op te eten en te drinken, lukt dit niet, dan wordt er een afspraak gemaakt met het kind dat ze nog één stuk ervan opeten en daarna is hij klaar. Heeft uw kind een afwijkend dieet of mag hij een bepaald product niet hebben, dan horen wij dit graag en zullen we in overleg bekijken wat de mogelijke alternatieven zijn. Wij bieden geen smeerleverworst aan i.v.m. de grote hoeveelheid vitamine A. Ook bieden wij geen pindakaas en vragen wij u ook geen boterham met pindakaas mee te geven als ontbijt. Dit i.v.m. een ernstige pinda-allergie van een pedagogisch medewerker. Tussendoortje Per dag wordt er bekeken wat het tussendoortje is. Er wordt gezorgd voor voldoende variatie: crackers, koekjes, ontbijtkoek, vla, yoghurt of soepstengels. Ook krijgt ieder kind een fles/tuitbeker/beker met drinken; het ligt aan de leeftijd en de wensen van de ouder of het kind water, thee, of ranja krijgt. Dit kan dus per kind verschillen. Groente Kinderen tot 1 jaar krijgen vanuit ’t Treintje groentepotjes. Hierna mogen ze nog bij ’t Treintje eten, maar moet u de groentehap zelf meenemen. Wanneer u wilt dat uw kind verse groente eet, dan dient u deze ook zelf mee te nemen.


18


Bij de opvang zijn de volgende voedingsmiddelen inbegrepen: - Water, thee, ranja en halfvolle melk - Verschillende soorten vers fruit - Verschillende soorten groenten (komkommer, tomaat en wortel) - Potjes fruit 4 en 6 maanden - Potjes groente 4, 6 en 8 maanden - Brood (lichtbruin) - Boter, smeerkaas, sandwichspread, gewone kaas en verschillende soorten plakjes worst - Appelstroop, jam, vruchtenhagel, chocolade vlokken/hagel, honing - Biscuit, liga, crackers, ontbijtkoek, rijstewafels, soepstengels, yoghurt en vla (als tussendoortje) Feesten en trakteren Bij een verjaardag mag een kind een traktatie uitdelen. We hebben hiervoor de afspraak dat de traktatie gezond en op de leeftijd gericht moet zijn. De pedagogisch medewerkers kunnen de ouders adviseren in gezonde en leuke traktaties. De pedagogisch medewerkers vieren samen met een kind de verjaardag. In overleg met de ouders en pedagogisch medewerkers kijken we welke dag de verjaardag gevierd word. De pedagogisch medewerkers zorgen voor een feestmuts en een feeststoel. De kinderen mogen trakteren op de groep, niet alle traktaties zijn echter geschikt om uitgedeeld te worden. Deze zullen de pedagogisch medewerkers dan in de mandjes leggen van de kinderen, zodat ze de traktatie aan het einde van de dag mee naar huis kunnen nemen. Er wordt gezongen door de pedagogisch medewerkers en de andere kindjes, de jarige mag een klein cadeautje uitzoeken. voedingsmiddelen inkopen, bereiden en bewaren De voedingsmiddelen worden wekelijks besteld bij een vaste leverancier. Er wordt vers brood geleverd door de bakker. De voedingsmiddelen worden iedere dag gecheckt op de datum. Wanneer het product aan de datum is, wordt het weggegooid. Borstvoeding mag maximaal 1 keer opgewarmd worden en andere flesvoedingen maximaal 2 keer. Na 1 uur worden ze weggegooid.


19


Verschonen, toiletgang en zindelijk worden Kinderdagverblijf ’t Treintje verstrekt de luiers voor de kinderen. Kinderen die een luier dragen worden sowieso op vaste tijden verschoond. Deze tijden zijn voor en na het slapen voor kinderen die twee keer per dag of vaker slapen, voor kinderen die één keer per dag of minder slapen worden na ieder tafelmoment verschoond. Buiten deze standaard verschoonmomenten worden de kinderen regelmatig gecontroleerd op een vieze luier en zo nodig tussendoor verschoond. Aan het einde van de dag vindt er ook nog een verschoonronde plaats. Peuters zien hoe andere kinderen met de zindelijkheidstraining bezig zijn en worden daardoor gestimuleerd. Wanneer ouders thuis starten met de zindelijkheidstraining en een kind eraan toe is, kan dit bij ’t Treintje voortgezet worden. Kinderen die aangeven zelf te willen plassen krijgen hiervoor de ruimte. Kinderen die met zindelijkheidstraining bezig zijn worden vaker gestimuleerd om naar de wc te gaan. Wanneer een kind alleen op een potje plast dienen ouders zelf een potje mee te nemen van thuis. De zindelijke kinderen gaan met een pedagogisch medewerker na ieder tafelmoment naar het toilet. Tussendoor kunnen de kinderen dit altijd zelf aangeven en word er gehoor aan gegeven. Na het plassen worden altijd de handjes gewassen.


20


Ziekte Wanneer is een kind ziek? U als ouder en iedere directe leidster van uw kind, weet hoe uw kind normaal gezien is. Is uw kind totaal anders; hangerig, spuugt hij, eet en/of drinkt hij niet (meer), dan is uw kind echt ziek. Is uw kind wat hangerig, rustiger dan normaal, maar speelt nog lekker en heeft geen één op één aandacht nodig, dan mag uw kind naar ’t Treintje komen. Uw kind ziek melden Wanneer u twijfelt, of u wilt uw kind ziekmelden horen wij dit graag voor 9.00 uur ’s morgens. Dit i.v.m. de dagindeling en voorkomen dat wij om 9.15 uur moeten gaan bellen of uw kind deze dag nog komt. Bij twijfel zullen wij met u overleggen en kijken we wat voor uw kind het beste is. Wat als uw kind niet lekker of ziek wordt op ‘t Treintje? Wanneer uw kind ziek wordt op ’t Treintje of als uw kind niet helemaal lekker is, dan wordt er bekeken wat er precies aan de hand is. De uitstraling wordt bekeken, het doen en laten van uw kind en met de hand of mond word gevoeld of uw kind warm aanvoelt. Voelt hij warm aan, dan wordt uw kind getemperatuurd. Nadat het beeld duidelijk is, wordt er contact opgenomen met één van de ouders. Tijdens dit telefoongesprek wordt duidelijk aangegeven, dat uw kind niet helemaal lekker is. En dat er gebeld wordt voor overleg met u. Is uw kind echt ziek en heeft uw kind één op één aandacht nodig, dan wordt u verzocht uw kind op te komen halen. Wanneer uw kind opgehaald moet worden, vragen wij u dit binnen 1,5 uur te doen. Besmettelijke ziektes Bij verschillende besmettelijke ziektes mag uw kind geen gebruik maken van de opvang. De besmettelijke ziekten waarmee uw kind niet naar ’t Treintje mag komen zijn: - Diarree met bloed (wanneer 1/3 van de kindjes van ’t Treintje last hebben van diarree (zonder bloed) zal ieder kind na drie diarreebroeken opgehaald moeten worden i.v.m. de blijvende besmetting) - Krentenbaard (uw kind mag naar ’t Treintje komen indien de krentenbaard afgeplakt kan worden of ingedroogd is.) - Tuberculose (TBC), Heeft uw kind open tbc mag hij niet naar ’t Treintje komen, bij gesloten tbc is dit niet het geval. Uw kind mag naar ’t Treintje komen wanneer hij één van onderstaande besmettelijke ziekten heeft en hier niet ziek van is: - Griep - Hand- , voet- en mondziekte - Vijfde ziekte - Zesde ziekte Versie 4 7 september 2015

21


- Waterpokken In geval van andere besmettelijke ziekten en bij twijfel overleggen wij hier graag over met u. Raadplegen GGD In geval van ziekte, wordt u verzocht de leidster hierover te informeren. Indien nodig zal Jolijn, in geval van meerdere kindjes met een besmettelijke ziekte, contact opnemen met de GGD. Op locatie zal informatie over de besmettelijke ziekte te vinden zijn, zodat u hier alert op kunt zijn bij uw kind. Hoofdluis Om de maand worden alle kindjes gecontroleerd op hoofdluis door de leidsters van de groep. Mocht uw kind besmet zijn met hoofdluis, dan dient uw kind direct opgehaald te worden en is hij na behandeling van de hoofdluis weer welkom. Medicijngebruik Wanneer uw kindje medicatie nodig heeft en wij deze tijdens de opvang bij ’t Treintje toe moeten dienen, volgen wij hiervoor de regels vanuit de GGD. Deze regels zijn als volgt: - Pijnstillers en/of koortsverlagende middelen zoals zetpillen e.d. dienen wij alleen met een schriftelijk doktersadvies toe. - Medicijnen moeten door ouder, altijd aangeleverd worden in de originele verpakking inclusief bijsluiter; - Medicijnen moeten altijd eerst thuis toegediend worden, dit i.v.m. mogelijk optredende bijwerkingen; - De houdbaarheidsdatum dient altijd in de gaten gehouden te worden, ook door ouder; - Voor toediening van het medicijn door een pedagogisch medewerker dient een medicijnverklaring ingevuld te zijn; Hierop vermeldt u de gegevens van uw kind, het medicijn, de dosering en wie het medicijn toe mag dienen; - Aan het einde van iedere dag dat uw kind medicatie krijgt, ontvangt u een schriftelijk evaluatieformulier van de leidster, waarop het tijdstip en de naam van degene die het medicijn heeft toegediend staat beschreven. Dit alles is om verkeerde dosering e.d. te voorkomen.


22


De ouders Ouders/verzorgers De band met u, is voor ons erg belangrijk. Voor een kind is structuur en regelmaat erg belangrijk. Wij streven er daarom naar om samen met u op één lijn te zitten. Ieder brengen haalmoment zullen wij dan ook een overdracht gesprekje hebben, waar we de dingetjes van die dag en eventuele bijzonderheden bespreken. Ook is er altijd de mogelijkheid om een afspraak te maken, mocht u er even voor willen gaan zitten. Bitcare Wij maken gebruik van een softwareprogramma. Met dit programma regelen wij alles omtrent de planning en gegevens van jullie kind. Deze planning, gegevens en activiteiten van de dag kunt u als ouder ook volgen via een app op uw smartphone. Tijdens het intakegesprek krijgt u hier meer uitleg over. De oudercommissie De oudercommissie van ‘t Treintje behartigt de belangen met betrekking tot de opvang van uw kind/kinderen en vertegenwoordigt de ouders. Bij opvang van kinderen draait het immers niet alleen om het kind maar ook om de wensen van de ouders. De oudercommissie bestaat uit ouders die op vrijwillige basis een bijdrage leveren aan het beleid dat bij ‘t Treintje gevoerd wordt, door adviezen te geven. Zo adviseert de oudercommissie bijvoorbeeld over de kwaliteit van de opvoeding, veiligheid, gezondheid, openingstijden, spelen ontwikkelingsactiviteiten, de klachtenregeling en de prijzen van de kinderopvang. Verder geeft de oudercommissie ondersteuning bij het organiseren en/of uitvoeren van bijzondere gelegenheden, daar waar gewenst en op verzoek van de leidsters/eigenaresse van het kinderdagverblijf. Hieronder valt bijvoorbeeld een themafeest en de Dag van de Leidsters. Daarnaast beheert de oudercommissie een kleine kas. Deze kas wordt gebruikt om namens de ouders een cadeautje te geven in geval van een verjaardag, jubileum of andere bijzondere gebeurtenissen m.b.t. de leidsters. Een jaarlijks terugkomende belangrijke gebeurtenis is de Dag van de Leidsters. De oudercommissie probeert hier elk jaar een leuke invulling aan te geven, middels een cadeau voor het kinderdagverblijf en een inbreng van de kinderen.


23


Nieuwsbrief Iedere twee maanden komt er een nieuwsbrief uit op onze website. In deze nieuwsbrief staan de laatste nieuwtjes en veranderingen binnen ’t Treintje, informatie vanuit de oudercommissie. De thema’s die zijn geweest en die zullen komen, wist je datjes en leuke prietpraat van de kindjes, verjaardagen van kindjes en leidsters, festiviteiten en activiteiten van de afgelopen en komende periode. Website Op onze website staan de algemene gegevens, het team, de tarieven, de openingstijden het pedagogisch beleidsplan e.d. beschreven. Na inschrijving bij ’t Treintje ontvangt u een inlogcode en wachtwoord waarmee u kunt inloggen op de website. In het ingelogde gedeelte staat het gastenboek waar u een leuk idee, of verhaaltje achter kunt laten ook vindt u er vele foto’s die door de dagen heen gemaakt worden bij ’t Treintje en de contactgegevens van de oudercommissie. De foto’s kunt u zelf van de website halen. Klachtenreglement Ons streven is natuurlijk een kwalitatief goede, stimulerende, speelvolle en gezellige opvang te bieden voor uw kind en een goede verstandhouding met de ouders. Ondanks alle inspanningen kan het voorkomen dat iets niet volgens uw idee of wens verloopt. U kunt hiermee met een gerust hart terecht bij de pedagogisch medewerkers of Jolijn. Zij zullen allemaal professioneel omgaan met de kritiek en er alles aan doen om uw idee en/of wens op een juiste manier af te handelen. Wanneer u er met de pedagogisch medewerker en Jolijn niet uit komt -waar we natuurlijk niet vanuit gaan- is ’t Treintje aangesloten bij SKK, een externe klachtencommissie in de kinderopvang.


24


Veiligheid en Hygiëne Risico-inventarisatie en evaluatie (RI&E) Ieder jaar worden alle risico’s op het gebied van veiligheid, gezondheid, hygiëne, brandveiligheid en Arbo opnieuw geïnventariseerd en geëvalueerd. Wanneer hier te nemen stappen uit voortkomen zullen die z.s.m. toegepast en doorgevoerd worden om een zo veilig en gezond mogelijke opvang te kunnen bieden. Hierover wordt u op de hoogte gehouden via de nieuwsbrief. Brandactieplan en ontruimingsplan Op locatie is er een brandactieplan en ontruimingsplan. Deze hangen zichtbaar op een centrale plek. Het plan is bekend bij degenen die werkzaam zijn bij ’t Treintje. Er vindt minimaal eenmaal per jaar een ontruimingsoefening plaats. Op basis van deze oefening vindt een evaluatie en (indien nodig) bijstelling van het actieplan plaats. Bedrijfshulpverlening Op locatie is er ieder dagdeel minimaal 1 pedagogisch medewerker aanwezig die in het bezit is van een diploma bedrijfshulpverlener (BHV-er). BHV-ers hebben de leiding tijdens een ontruiming of op het moment dat er iemand onwel word, totdat er gediplomeerde hulp aanwezig is. Er vindt minimaal 2 maal per jaar een BHV vergadering plaats. Tijdens deze vergadering worden alle regels en veranderingen besproken. Elk jaar gaan de BHV-ers op herhalingscursus zodat zij op de hoogte blijven van de ontwikkelingen die er op dit gebied zijn. Inspectie GGD Ieder jaar wordt ’t Treintje geïnspecteerd door de GGD. Tijdens deze inspectie worden er vele punten uit de “Wet kinderopvang” bij ’t Treintje bekeken en getoetst. Na iedere inspectie wordt er door de GGD een inspectierapport opgemaakt. Dit rapport hangt bij de brievenbus van de oudercommissie bij ‘t Treintje en is altijd in te zien.


25


Plaatsing Rondleiding Wanneer (aanstaande) ouders vóór inschrijving meer wil weten over ’t Treintje en niet onbelangrijk willen nagaan of ze het juiste gevoel hebben bij ’t Treintje word er een rondleiding gepland. Tijdens de rondleiding worden alle groepen en ruimtes getoond en worden de visie, de dagstructuur en alle bijhorende zaken verteld. Inschrijven Wanneer ouders na de rondleiding de opvang vast willen leggen kan het kindje aangemeld worden via de website of bij ’t Treintje zelf. Ouders ontvangen dan de plaatsingsovereenkomst met alle bijbehorende informatie. Wanneer de plaatsingsovereenkomst door beide partijen ondertekend is word de opvang vast gelegd. Bij ’t Treintje geld een minimale afname van 2 dagdelen, de dagdelen die afgenomen worden dienen vaste dagdelen te zijn. Intakegesprek Ongeveer een maand voor de start van de opvang wordt er contact met u opgenomen voor het maken van een afspraak voor het intakegesprek. In dit gesprek wordt alles besproken over uw kind, zodat tijdens de opvang alles duidelijk is voor ons. Wij kunnen dan zoveel mogelijk het ritme en de handelingen van thuis overnemen, zodat uw kind zich zo snel mogelijk helemaal thuis voelt bij ’t Treintje. Wennen Tijdens het intakegesprek kunnen er 2 datums afgesproken worden om te wennen. Het wennen is maximaal 2 x 3 uur voordat de opvang van start gaat. Wanneer het kind komt wennen, mogen de ouders wat langer blijven. Na maximaal 3 uur moet het kindje weer opgehaald worden. De pedagogisch medewerker zal de ouder uitgebreid te woord staan over de afgelopen 3 uur. Deze wenperiode geeft ook de ouders de gelegenheid vertrouwd te raken met de opvang van hun kind. Er zullen maximaal twee kinderen op hetzelfde moment op dezelfde groep komen wennen zodat de rust gewaarborgd blijft. Nieuwe groep Voordat uw kind overgaat naar de nieuwe groep zullen de ‘oude’ en ‘nieuwe’ pedagogisch medewerker een overdrachtsgesprek voeren waarin alle gegevens, bijzonderheden en verdere informatie zullen worden besproken. Voordat uw kind definitief overgaat naar een andere groep, zullen er wenmomenten plaatsvinden op de nieuwe groep van uw kind. Uw kind zal dan minimaal 2 dagdelen spelen op de nieuwe groep, indien nodig samen met de eigen leidster. Versie 4 7 september 2015

26


Slotwoord Wij van kdv ’t Treintje willen u hartelijk danken voor het lezen van het pedagogisch beleidsplan. Wij hopen dat wij u een duidelijk beeld hebben kunnen geven van onze visie. Heeft u vragen en/of opmerkingen staan wij altijd open voor feedback. We hopen u en uw kindje te mogen ontvangen voor fijne, mooie leerzame en speelvolle momenten. Warme groet, Team KDV ’t Treintje.


27

Pedagogisch beleidsplan

Recommend Documents