“Ook ik heb recht op bescherming”
Analyse van Politiegeweld & Mensenrechten in Kingston, Jamaica
Merel Bleijerveld
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
“Ook ik heb recht op bescherming” Analyse van Politiegeweld & Mensenrechten in Kingston, Jamaica
Masterthesis
Merel Bleijerveld, 3534081
[email protected] Multiculturalisme in Vergelijkend Perspectief, Culturele Antropologie. Begeleidster Sofie Smeets Dyslectie Augustus 2013
Pagina | 2
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Abstract Kingston wordt geteisterd door geweld, zowel bendegeweld als politiegeweld. In de eerste tachtig dagen van 2013 zijn er 65 politie-incidenten geweest met een dodelijke afloop. De politieverklaringen geven in negentig procent van de incidenten blijk van een shootout. Dit houdt in dat er op de politie wordt geschoten en uit verdediging schiet zij terug. Verklaringen van slachtoffers zeggen het tegenovergestelde, de politie schoot zonder maar een woord te zeggen. Politiegeweld is een van de grootste mensenrechtenschendingen waar Jamaica mee te kampen heeft. Dit heeft mede te maken met de connecties tussen politiek en bendes en de politiek en politie. Ze zijn alle drie met elkaar verweven waardoor het erg ingewikkeld is. Jamaica heeft een politiek stelsel dat bestaat uit een tweepartijen democratie, de People National Party (PNP) en de Jamaica Labour Party (JLP). Deze twee partijen zijn verweven met verschillende bendes en iedere bende staat aan de kant van een van deze twee partijen. Aan de andere kant is de politiek gelieerd met deze bendes wat leidt tot bendeoorlogen. De politie daarentegen is in dienst van de staat wat het soms moeilijk maakt om op te treden in deze bendeoorlogen. Door deze verwevenheid leidt vooral de armere bevolking in de inner-cities onder het geweld. Slachtoffers worden nauwelijks opgevangen en rechtvaardigheid bestaat niet voor hen. Het juridisch systeem in Jamaica neemt veel tijd in beslag waardoor een slachtoffer vijf jaar later nog geen gerechtigheid heeft gekregen. Daarnaast worden vele zaken afgekapt omdat ooggetuigen en slachtoffers niet terecht durven te staan in de rechtbank uit angst voor de politie om zelf vermoord te worden. Het sociaal contract en “Rule of Law” zijn in dit proces belangrijke begrippen om een stabiele staat op te bouwen. In Jamaica moet hier nog hard aan gewerkt worden. Als tegenreactie op de falende rechtspraak en het politieke systeem zijn er NGO’s. Ondanks de NGO’s, die opkomen voor de slachtoffers en agenten proberen bij te scholen over mensenrechten, neemt het geweld nauwelijks af. In deze thesis wordt het politiegeweld in Kingston, Jamaica, belicht. Door middel van participerende observaties, informele gesprekken en interviews met slachtoffers en medewerkers van NGO’s wordt een analyse gemaakt van het politiegeweld in Jamaica en dan voornamelijk Kingston.
Pagina | 3
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Inhoudsopgave. Inleiding………………………………………………………………………………………… 5 Hoofdstuk 1. “Mi man was innocent”………………………………………………………… 10 1.1.
Kingston en het geweld……………………………………………………… 11
1.2.
Slachtoffers en het geweld…………………………………………………… 12 1.2.1. De politie en het geweld……..………………………………..……… 16
1.3.
“It is our subculture”………………………………………………………….. 17
1.4.
Conclusie……………………………………………………………………… 19
Hoofdstuk 2. Rechtspraak……………………………………………………………………
20
2.1.
“We want justice”……………………………………………………………… 21
2.2.
Het sociaal contract en “Rule of Law” in een rechtstaat…………………
2.3.
Conclusie……………………………………………………………………… 28
23
Hoofdstuk 3. Omgaan met een falend politiek systeem…………………………………… 29 3.1.
Connecties houden het geweld in stand…………………………………… 29 3.1.1. Straffeloosheid……………………………………………………….. 31
3.2.
Mensenrechten, een Westers perspectief?…………………………………. 33
3.3.
NGO’s als tegenreactie………………………………………………………. 35 3.3.1. “You need Human Rights to function”……………………………….
36
3.4.
Een blik in de toekomst………………………………………………………. 38
3.5.
Conclusie……………………………………………………………………… 41
Conclusie……………………………………………………………………………………….
42
Dankwoord…………………………………………………………………………………….
46
Referenties……………………………………………………………………………………… 48 Bijlage I. Achtergrond informatie informanten…………………………………………….
51
Bijlage II. Statistieken…………………………………………………………………………. 55 Bijlage III. Songtekst T.O.K……………………………………………………………..……… 58
Pagina | 4
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Inleiding “You know the violence of the police happens a lot, but when it happens to you – like what happened to me with my father – you realize it is real and it is happening every day.” M. Robinson junior – slachtoffer1
Tijdens mijn veldwerk bij Independent Commission of Investigation (INDECOM) werd ik meegenomen naar een postmortem onderzoek. Mede dit onderzoek wordt het lichaam officieel geïdentificeerd door de familie en wordt een autopsie gepleegd door de forensische dienst, zodat de officiële doodsoorzaak aan de familie verteld kan worden. Hier ontmoette ik onder andere M. Robinson junior2. Hij heeft zijn vader verloren als gevolg van politiegeweld. Zijn vader is neergeschoten door een ‘verkeerde identificatie’. Op donderdagochtend om vijf uur kwam de politie het huis van M. Robinson senior binnen en schoten hem neer zonder pardon. Er is niet gesproken met hem of naar zijn identiteitsbewijs gevraagd. De politie is daarna meteen weggegaan volgens de verklaringen van de buren. De verklaring van de politie is dat het om een Shootout3 ging, maar nergens is een wapen gevonden bij het slachtoffer. Ooggetuigen hebben gezien dat een agent witte handschoenen droeg tijdens het incident. Dit gebeurt vaker, zodat ze een wapen bij het slachtoffer kunnen plaatsen zonder enige afdrukken van de agent achter te laten. In de landelijke krant Jamaica Observer van 24 maart 2013 stond echter dat de politie een vrouw zag vluchten en dat Mr. Robinson senior een pistool op hen richtte, waardoor de politie actie ondernam en op hem schoot. Vreemd genoeg is er bij Mr. Robinson senior geen wapen gevonden, waardoor deze verklaring voor de familie als een grote leugen wordt beschouwd. Toen ik met de familie van M. Robinson senior het mortuarium inliep kwam een doordringende geur ons tegemoet. Deze geur is niet te beschrijven. Er lagen ongeveer twaalf lichamen in bodybags of onder bebloede lakens in een niet geheel gekoelde ruimte. De verloofde van M. Robinson senior leek tijdens het identificeren van het lichaam in shock te raken en zij begon te hyperventileren en te schreeuwen. Terwijl wij haar uit het mortuarium naar buiten begeleidden, viel zij languit op de grond, terwijl zij bleef huilen. Nadat mevrouw weer gekalmeerd was en medicatie had gekregen, kwam ze bij me zitten en vertelde zij dat de politie vijf dagen later terug gekomen was om de buurman neer te schieten. Dit keer hadden ze wel de ‘juiste’ man. “Mi man was innocent. Him got the wrong man. Mi man was good, a good Christian man.”4
Er
zijn tientallen gevallen zoals M. Robinson senior die op dit moment worden onderzocht door
INDECOM: een onafhankelijke commissie voor zaken waar de politie bij betrokken is. In de eerste tachtig dagen van het jaar 2013 zijn er al 65 mensen neergeschoten door de politie met een dodelijke afloop. In bijna alle zaken zegt de politie dat zij zich moest verdedigen omdat op haar geschoten werd. Dit komt overeen met wat Chevigny (1990) stelt. Chevigny stelt dat de overheid een verklaring geeft in de trant van de politie moest zich verdedigen in een shootout, terwijl ooggetuigen en pathologische staatsdocumenten anders melden (Chevigny 1990: 406). Dit lijkt in Jamaica ook te gebeuren. Alle namen zijn pseudoniemen om op deze manier de privacy van mijn informanten te waarborgen. Familie Robinson en later in de thesis familie Schue wilden geen gebruik maken van pseudoniemen. 2 In bijlage I is alle achtergrond informatie van informanten te vinden die ik tijdens mijn onderzoek gesproken heb of waarnaar ik verwijs in verklaringen uit onderzoeksrapporten verzameld bij INDECOM. 3 Shootout: Een persoon of partij begint te schieten waardoor de andere persoon of partij terug schiet. Het gevolg is een Shootout. 4 Dit citaat is in Jamaicaans Patois geschreven, een creoolse taal die Jamaicanen spreken. 1
Pagina | 5
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
De statistieken van politiegeweld in Jamaica worden allemaal genoteerd door factbooks zoals door de Central Intelligence Agency (CIA) en elke Jamaicaan heeft een mening over de politie en hoe het geweld in elkaar steekt. Maar deze meningen en verschillende situaties zijn nog niet wetenschappelijk onderzocht. Wel zijn soortgelijke onderzoeken gedaan in het Caribisch gebied, die ik gebruik om op sommige momenten mijn standpunt te ondersteunen. Desalniettemin over Jamaica is weinig kwalitatieve data te vinden. Wat voornamelijk naar voren komt - in boeken, artikelen en op internet – is dat Kingston zijn reputatie als stad niet mee heeft vanwege het hoge moordpercentage. Momenteel is het de stad met de meeste moorden ter wereld. Kingston staat zelfs boven Johannesburg, Zuid – Afrika (Amnesty International 2001). Het aanwezige politiegeweld staat in contrast met de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens die opgesteld is in 1948 en die door alle lidstaten van de Verenigde Naties (VN) is ondertekend5. Ondanks de Verklaring van de Rechten van de Mens vindt nog veel schending van deze rechten plaats die miljoenen mensen elk jaar weer raakt, zo ook in Kingston. De vraag echter is hoe burgers denken over de situatie van mensenrechten in hun land en welke factoren dergelijke overtuigingen vormen (Carlson & Listhaug 2007: 465). “Mensenrechten zijn er om mensen te beschermen over de hele wereld tegen de macht van de staat en moeten ervoor zorgen dat iedereen kan leven in menselijke waardigheid. De mensenrechten vormen de basis voor alle wetgeving en beleid van de overheid” (College voor de Rechten van de Mens, 2012). Maar wat gebeurt er als de mensen zich niet beschermd voelen? Op dit moment doet de Jamaicaanse overheid niks aan de wetgeving en het beleid als het gaat om geweld in het land. Hiermee wordt het sociaal contract ‘verbroken’ op symbolische wijze. Het sociaal contract is niet een contract dat letterlijk ondertekend wordt, maar kan gezien worden als ongeschreven wetten tussen de staat en zijn burgers dat onder andere inhoudt dat er geen geweld tegen elkaar wordt gebruikt. Hoe dan ook, het sociaal contract tussen de staat en zijn burgers in Jamaica lijkt niet te werken. Dit zorgt ervoor dat Jamaica als een rechtstaat een dunne “Rule of Law” heeft. Niet alleen sluit de staat zijn ogen voor het aanwezige geweld maar ook de bevolking heeft niet het gevoel dat zij beschermd wordt door de politie of de politiek. Doordat politieagenten vaak betrokken zijn bij schietincidenten met een dodelijke afloop van burgers die op de verkeerde plek en de verkeerde tijd aanwezig waren, heeft de bevolking het gevoel dat zij er alleen voor staat6. Dit zal gedurende deze thesis terug komen. Door voor mij schokkende nieuwsberichten en cijfers over het politiegeweld in Jamaica en mensenrechtenschending heb ik een kwalitatief onderzoek opgezet om het politiegeweld te analyseren en te kijken welke effecten deze vorm van geweld heeft op de samenleving. Gedurende mijn veldwerk in Kingston van februari tot en met mei 2013 ben ik erachter gekomen dat het politiegeweld veel dieper gaat dan het woord an sich. Cijfers over Jamaica zijn overal te vinden, maar percepties vanuit de bevolking zijn lastig te achterhalen. Percepties vanuit de bevolking zijn van belang (Carlson & Listhaug 2007) om te analyseren of het geweld onder de bevolking voor angst
5 6
http://www.ohchr.org/ (27 mei 2013). Data verzameld door informele gesprekken met slachtoffers van politiegeweld maar ook met niet-slachtoffers.
Pagina | 6
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
zorgt, maar ook of het geweld genormaliseerd is. Dit is een reden waarom ik mijn onderzoek heb gericht op de kant van de lokale bevolking zowel de slachtoffers als medewerkers van NGO’s die in aanraking komen met het geweld in Jamaica. Al snel ben ik er achter gekomen dat politiegeweld erg gecompliceerd is en dat politiegeweld en – misbruik verwikkeld is met de politiek en bendes. Ik vraag me dan ook af hoe het kan dat de politiek verschillende bendes steunt. Waarom lijkt het alsof zowel bende- als politiegeweld vooral de armere bevolking van het land raakt in de inner-cities? Bauman (2011) haakt hier op in met zijn boek ‘Collateral Damage in a New Global Age’, waarin hij stelt dat voornamelijk de onderklasse te kampen heeft met collateral damage. Collateral damage houdt onbedoelde schade in. Er wordt gesteld dat collateral damage onwillekeurig is en dat iedereen onbedoeld het slachtoffer kan worden. Is dit ook daadwerkelijk het geval? Is het politiegeweld in Kingston onwillekeurig of zit er meer achter wanneer er wordt ingezoomd op de slachtoffers? De angst voor de politie in de inner-cities is erg hoog, maar waar komt die angst vandaan? Het excessief geweld dat gebruikt wordt door de politie tegen de bevolking maakt dat de angst naar hen toe aanwezig blijft onder de bevolking en de politie de macht behoudt. Ik vraag me dan ook af hoe de bevolking dit geweld ziet. Is het in hun ogen genormaliseerd en zijn de onschuldige slachtoffers daadwerkelijk onschuldig? Het grote aantal slachtoffers vanwege het aanwezige (politie)geweld heeft gevolgen voor het land. Jamaica staat onder scherp toezicht van de VN. De reden hiervoor is dat volgens de VN de mensenrechten van Jamaicanen geschonden worden. In de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens staat dat iedereen gelijke kansen moet krijgen en dat de staat zijn bevolking hoort te beschermen. Een aandachtspunt als het gaat om de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens is dat de verklaring is opgesteld vanuit een westers perspectief volgens critici. Heeft dit gevolgen voor ontwikkelingslanden zoals Jamaica? Worden de westerse perspectieven op ontwikkelingslanden en zijn bevolking gedrukt? Tijdens mijn onderzoek heb ik geprobeerd achter de percepties op politiegeweld te komen en heb ik situaties in Kingston geobserveerd. Aan de hand van deze meningen en participerende observaties bij NGO’s als INDECOM en Jamaicans for Justice maar ook tijdens het dagelijks leven in Kingston probeer ik het politiegeweld te analyseren. Het onderzoek richt zich voornamelijk op wat er aan de hand is met betrekking tot politiegeweld, maar hier komen concepten als normalisering van geweld, verwevenheid tussen politiek, politie en bendes, rechtvaardigheid, het sociaal contract, “Rule of Law” en straffeloosheid bij kijken. Is het geweld volgens de lokale bevolking in Jamaica genormaliseerd? In hoeverre is er rechtvaardiging voor de slachtoffers? Op welke manier is de politiek verweven met bendes, maar ook hoe kan deze situatie veranderen; dit zijn allemaal vragen die tijdens mijn onderzoek aan de orde komen.
Pagina | 7
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Methodologie. Tijdens mijn veldwerk heb ik gebruik gemaakt van verschillende methodes. Participerende observatie was een van. De Walt & De Walt (2002) halen aan dat dit een methode is waar de onderzoeker deelneemt aan dagelijkse activiteiten, rituelen, interacties en evenementen van een groep mensen om iets te leren van hun routine en cultuur (De Walt & De Walt 2002; 1). Bij participerende observatie is het opbouwen van rapport een belangrijk en essentieel onderdeel. Rapport houdt een relatie in die gemarkeerd is door harmonie, overeenstemming, comfort en wederkerigheid (Ibid). Dit heb ik tot uiting laten komen door vaak aanwezig te zijn bij Jamaicans for Justice en INDECOM en door interesse te tonen in het werk dat zij doen. Bij Jamaicans for Justice heb ik als vrijwilligster gewerkt, waar ik het Universal Periodic Report (UPR-Report) heb geschreven. Hierdoor ben ik veel te weten gekomen over hoe mensenrechten in Jamaica er op dit moment voorstaan. Daarnaast heb ik bij INDECOM meegelopen. Dit ging om plaatsen delict, bemiddelingsgesprekken en post-mortem onderzoeken. Hier kon ik veel informele gesprekken voeren met zowel slachtoffers, omstanders als medewerkers van de organisatie. Uiteindelijk heb ik interviews gehouden met slachtoffers van politieincidenten. Alle slachtoffers die ik geïnterviewd heb, waren personen die een familielid verloren hadden aan politiegeweld. Ik heb mijn interviews laten aansluiten op de visie van Ingold (2011) en zijn werk ‘meshwork of storied knowledge’ (Ingold 2011; 168). Dit laat zien dat er geen start- of eindpunt is, maar dat het gaat om de capaciteit die men heeft om de verhalen te kunnen vertellen. Er zijn verschillende paden die men aflegt en voorziet van informatie. Juist hierdoor vind ik het belangrijk dat de geïnterviewden zelf het verhaal vertellen in mijn onderzoek. Dit heb ik getracht te bewerkstelligen door een open vraag te stellen zoals “What is your view on what happened when […]?”. Op deze manier heb ik geprobeerd los te komen van concepten en specifieke vragen en de informanten zelf het verhaal te laten vertellen op hun eigen manier. Ondanks dat Jamaicanen erg open zijn in het algemeen en dus ook over politiegeweld, moest ik in het begin mijn weg vinden. Wie vertel je wel waar je mee bezig bent en wie niet? De rol van onderzoeker was daarom soms lastig. Door het werken bij organisaties wordt de toegang al snel makkelijker, omdat slachtoffers graag hun verhaal doen in de hoop dat zij gerechtigheid krijgen voor wat hen is aangedaan. Hierdoor waren de slachtoffers erg open naar mij toe en wilden de meesten ook niet dat ik hun namen in pseudoniemen veranderde. Daarnaast moest ik voor mezelf op mijn eigen veiligheid letten aangezien mijn onderzoek een gevaarlijk en gevoelig onderwerp is. Binnen de psychologie is er het onderscheid tussen gevoelens en emoties, evenals de relatie tussen anxiety (angst) en fear (bang zijn) (Gabriel & Greve 2003: 601). Ik ben mij hier erg bewust van geweest tijdens mijn onderzoek. Mijn baas, Mr. Logan, zei op mijn eerste werkdag “danger is real but fear is a choice”. Hiermee maakte hij duidelijk dat plaatsen delict nooit zonder gevaar zijn, maar dat zowel de politie als INDECOM zorgen voor een zo veilig mogelijk situatie. Het gaat erom hoe je er zelf in staat. Ik heb nooit toegegeven aan gevoelens van angst. Zo is er de term “fear of crime” die gebruikt wordt om de individuele angst weer te geven om zelf het
Pagina | 8
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
slachtoffer van criminaliteit te worden (Gabriel & Greve 2003). Doordat ik warm onthaald ben bij INDECOM en alle collega’s bereid waren om met mij te praten, kon ik mijn gevoelens uiten en eventuele angst die ik had weghalen. Ik heb mij bij INDECOM ook nooit onveilig gevoeld doordat ik tijdens plaatsen delict een vest van de organisatie aanhad dat mij herkenbaar maakte. Bij andere gelegenheden stelde mijn supervisors mij aan iedereen voor, waardoor zij op de hoogte waren van wat ik deed. Tijdens interviews in de inner-cities regelde een goede vriend van mij altijd iemand, die in dezelfde wijk woonde om met mij mee te gaan. Op deze manier kon ik veilig deze wijken zijn en rondlopen. Vooruitblik. In het eerste hoofdstuk staan de slachtoffers van politiegeweld centraal. Er wordt een profielschets gemaakt van de familie Schue die een familielid verloren is. Er wordt een koppeling gemaakt met wat er op dit moment in Kingston aan de hand is. Het politiegeweld wordt geanalyseerd vanuit de ogen van de slachtoffers en er wordt ingegaan op normalisering van het geweld. In hoofdstuk 2 wordt dieper ingegaan op het rechtssysteem in Jamaica. Wat kan er gedaan worden aan het geweld, maar ook wat doet de bevolking zelf? Hoe kan het zijn dat slachtoffers zo lang moeten wachten op rechtsgang als dat al van toepassing is? Dit zijn vragen waarnaar gekeken wordt. Begrippen zoals het sociaal contract en “Rule of Law” komen aan bod. Wanneer deze geschonden worden, lijkt het geweld te verergeren. In het laatste hoofdstuk gaat het over het politieke systeem en waarom het niet lukt om het geweld terug te dringen. De staat wordt door de bevolking vaak beschuldigd van het hebben van connecties met bendes, waardoor de politiek, politie en bendes met elkaar verweven zijn. Het systeem lijkt vast te zitten waardoor er geen verbetering in de situatie zit. Straffeloosheid lijkt de regel te zijn wat niet ten goede komt ten aanzien van mensenrechten en deze worden dan ook vaak geschonden. In dit hoofdstuk wordt bovendien gekeken naar de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en hoe NGO’s tegenwicht geven aan het falende politieke systeem. Aan het einde van dit hoofdstuk zal ik in een korte paragraaf door middel van meningen van slachtoffers en NGO medewerkers kijken naar de toekomst. Afsluitend zal ik in de conclusie de belangrijkste bevindingen nog een keer benoemen.
Pagina | 9
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Hoofdstuk 1. “Mi man was innocent 7”. Vrijdagochtend
zat ik in de taxi met mijn goede vriend, informant Alex, en een taxichauffeur die mij vaker
wegbracht naar interviews. Dit interview vond plaats in Mountain View, een inner-city van Kingston. Dit was geen veilige wijk van horen zeggen. Alex ging mee om Riot, een kennis van hem, op te halen. Zelf kon Alex niet mee naar mijn interview vanwege zijn veiligheid en dus had hij Riot gevraagd. Zo gingen we met zijn vieren naar het huis van familie Schue8, met wie ik een interview had. Vanuit de taxi zag ik allemaal huizen die half van steen waren en half van golfplaten. Sommige huizen waren afgebrokkeld, sommige hadden geen ramen en sommige miste een voordeur. Toen wij de straat kwamen inrijden van de familie Schue, kwam er een vriendelijke man van middelbare leeftijd op ons afrennen. Hij had duidelijk door dat we voor hem kwamen. Alex en de taxichauffeur zetten ons af en Riot en ik werden vriendelijk begroet door vader en zoon Schue in hun huis. We moesten een golfplaat opzij schuiven waardoor we de tuin binnen kwamen: een tuin van drie vierkante meter met voornamelijk afval en bakstenen. Via een trappetje kwamen we op de veranda, die niet veel groter dan de tuin was en aansloot op het huis. Het huis bestond uit twee kleine kamers waarin twee tweepersoonsbedden stonden en het had een keukentje en badkamer. Met vader Schue, zoon Shane Schue en Riot gingen we op de veranda zitten voor het interview. Vijf minuten later kwam dochter Mikala Schue er ook bij zitten. Het ging tenslotte over haar broer. Tijdens het interview sprak iedereen door elkaar heen, de een nog harder dan de ander, de televisie stond aan, vader Schue haalde documenten van zijn zoon erbij en door het praten in Patois begreep ik er soms niks van. Uiteindelijk vertelde Shane mij wat er gebeurd was. “Our brother was shot by the police while he was sleeping on the bed. I heard that someone entered the house and right after that I heard gunshots. I was in the other room hiding under the bed, otherwise they would have shot me too. I had to call my sister when I was still lying there that our brother was shot. My dad has been harassed by the police after they killed my brother. They came back to steal his money and the phone of my dad. Every day I live in fear because my brother was the wrong man. What if they come back? They wanted someone else who lives in the neighborhood. Kavorn, my brother who got killed, was in the youth commission to become a police officer and for two years he was the best man of his group. The police had the wrong man and did not even apologize. They say it was a Shootout and they cleared all the evidence. Our neighbours saw them with gloves. I was there, it was not a Shootout and our brother is never coming back.” Terwijl Shane het verhaal vertelt, begint Mikala te huilen en laat haar telefoon zien waar alle berichten nog in staan van Kavorn. “We never get him back, I only have this left of him.”
Schietincidenten
met een dodelijke afloop zijn aan de orde van de dag in Kingston. Zulke
schietincidenten komen het meeste voor in de inner-cities van Kingston waar de leefomstandigheden slecht zijn. Inner-cities zijn achterbuurten die door de gehele stad verspreid zijn, waar mensen wonen in huizen met golfplaatmuren en –daken en met weinig basisbehoeften zoals in Mountain View. Deze schietincidenten hebben vaak te maken met verkeerde timing en plaats waardoor onschuldige mensen het slachtoffer worden. In dit hoofdstuk staan de slachtoffers van politiegeweld centraal. Wie zijn de slachtoffers en waarom is dit hen overkomen? Om dit duidelijk te maken wil ik kort ingaan op de geschiedenis van Jamaica en Kingston als stad. Dit moet eerst begrepen worden om het geweld te analyseren.
7 8
Uitspraak van de verloofde van Mr. Robinson senior. Deze familie wilde ook niet anoniem blijven waardoor ik hun echte namen en achternaam gebruik.
Pagina | 10
Masterthesis Merel Bleijerveld
1.1.
“Ook ik heb recht op bescherming”
Kingston en het geweld
Jamaica is in 1655 in Britse handen gevallen en vervolgens 307 jaar gekolonialiseerd. Engeland heeft het eiland in die tijd omgevormd tot het centrum van slavenhandel (Black 1983) waarvan het eiland sinds 1838 is bevrijd. Jamaicanen hebben hard moeten vechten om los te komen van de slavernij waarmee veel geweld gepaard is gegaan. Jamaica is het slavencentrum geworden doordat het centraal lag tussen Noord-, Midden- en Zuid-Amerika, maar ook vanwege de oversteek vanuit Europa en Afrika. Jamaica is het derde grootste eiland van het Caribische gebied. Toentertijd het grootste eiland dat gekoloniseerd was door Engeland en nu het grootst Engelstalig sprekende land in de Caribische zee. Sinds 1962 is Jamaica onafhankelijk geworden van Engeland en is er een tweepartijen democratie gevormd (Chevigny 1990: 407). Tot op de dag van vandaag is Jamaica een van de armste landen in het Caribisch gebied maar behoort opmerkelijk genoeg tot de Gemenebest van Naties. Het UN Human Development rapport stelt dat in Jamaica 18,7 procent van de populatie van 2,8 miljoen onder de armoedegrens leeft (UNHD in Jamaicans for Justice 2012). De hoofdstad, Kingston, is de grootste stad van het eiland en is gelegen aan de zuidoost kant van Jamaica aan de kust9’10. Jamaica heeft in totaal 2,8 miljoen inwoners waarvan 580.000 inwoners in Kingston wonen (CIA, the World Factbook). Meer dan de helft van de bevolking van Jamaica woont in stedelijke gebieden, waarvan 43 procent in Kingston. Kingston heeft in vergelijking met het platteland de laagste armoedecijfers (UNICEF in Grey 2007: 5). De stad is opgedeeld in twee gebieden: downtown en uptown Kingston. Downtown heeft het imago van vergane glorie waar de meeste sloppenwijken gebouwd zijn, armoede heerst en bendegeweld zich afspeelt. Uptown is het moderne Kingston waar de universiteiten zich bevinden en het nieuwe zakencentrum11. De stad heeft een groeiende bevolking met beperkte toegang tot land en andere hulpbronnen. Dit leidt tot milieukwesties zoals het niet-duurzame gebruik van natuurlijke hulpbronnen. Kingston heeft zijn reputatie als stad niet mee, het staat bekend als een van de steden met de meeste moorden ter wereld. De stad staat zelfs boven Johannesburg, Zuid – Afrika (Amnesty International 2001). In de periode van 1998 tot en met 2005, slechts een periode van zeven jaar, zijn er 8.993 moorden gerapporteerd door de Jamaica Constabulary Force (JCF) ofwel de politie. Ongeveer 76 procent van deze moorden vond plaats in Kingston. In dezelfde periode werd er een toename van de totale misdaden gemeld aan de JCF (Grey 2007: 3). Figuur 2 en 3 in bijlage II laten zien dat er een gestage toename van gewelddadige misdrijven is zoals moorden, schietpartijen en seksuele delicten. Moorden zijn de laatste jaren zelfs verdriedubbeld. Hoewel ik kan suggereren dat dit te maken heeft met de aanwezige financiële crisis in Jamaica waardoor de bevolking nu nog minder betaald wordt en naar criminaliteit grijpt, zijn dit alleen maar vermoedens en is hier geen wetenschappelijk bewijs voor. Daarbij is het aantal moorden op burgers gepleegd door politie vele malen groter dan dat de politie http://www.un.int/jamaica/basic.htm (mei 2013) Zie bijlage II: Figuur 5 en 6, een kaart van Jamaica en Kingston. 11 Midden Amerika Landeninfo Jamaica. http://www.middenamerika.nl/jamaica/highlight/kingston/ (mei 2013) 9
10
Pagina | 11
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
vermoord wordt door burgers12. In 2008 is de noodsituatie uitgeroepen toen bleek dat een vijfde van alle moorden die gepleegd zijn dat jaar, door de politie zijn gepleegd. Niet alleen zijn de politiemoorden afgelopen jaren verergerd, maar het lijkt ook systematisch te zijn. De moorden hebben vaak betrekking op jonge mannen of jongens uit een lager sociaal-economische status, die geen gevaar vormen voor de politie (Jamaicans for Justice, 2012). Maar hoe komt het dat Kingston deze reputatie heeft gekregen en wanneer is al het geweld begonnen? Niet alleen door de politie maar ook door bendeoorlogen worden onschuldige slachtoffers gemaakt. Tijdens de bendeoorlogen in de inner-cities moet de politie optreden waardoor veelal onschuldige mensen de dupe worden van al het geweld. Mijn informant Andrew vertelde mij, dat voordat Jamaica onafhankelijk werd van Engeland, er geen geweld was in het land. Dit werd ook bevestigd bij INDECOM. Een reden hiervan is dat sinds de onafhankelijkheid met behulp van de CIA wapens naar Jamaica zijn gehaald om Minister President Michael Manley van de People’s National Party (PNP) uit de weg te ruimen. In hoofdstuk 3 zal ik hierover verder uitwijden. Toch zijn er meer oorzaken waarom politiegeweld in het Caribisch gebied nu zo’n probleem is. In multiraciale samenlevingen in het Caribisch gebied zijn de meeste slachtoffers degene met een donkere huidskleur. Hoewel Jamaica geen multiraciale samenleving is, suggereert het dat armoede van de slachtoffers net zo goed als hun afkomst (race) een bepalende eigenschap is voor het geweld en ook gezien kan worden als racisme (Chevigny 1990: 391). Zo kan politiegeweld dus als racisme gezien worden. Wie daadwerkelijk de slachtoffers zijn en waarom het hen overkomt, wil ik in de volgende paragraaf bespreken.
1.2.
Slachtoffers en het geweld.
Tijdens een werkdag bij INDECOM wachtend op een incident was ik met een van de onderzoekers, Mr. Douglas in gesprek over een incident wat hij op het moment onder handen had en waarover veel opschudding was geweest zowel door demonstranten als de media. “Drie vrouwen en vier mannen tussen de zestien en achttien jaar hadden een aantal mensen op het strand overvallen. Op de weg terug naar een buurtfeest zagen zij een politieauto. De agenten lieten de auto stoppen toen zij op de eindbestemming aankwamen. Terwijl de aangehouden auto een deur open deed, begon de politie meteen op hen te schieten volgens de slachtoffers en omstanders. De politie verklaarde echter dat uit de auto werd geschoten door twee inzittenden waardoor het zelfverdediging was. Over het meisje van zestien jaar werd gezegd dat zij naar de politie schoot. Dit meisje is omgekomen doordat zij in haar nek door een M16 van de politie is geraakt zittend op de achterbank. Dit toont aan dat zij hoogstwaarschijnlijk niet heeft kunnen schieten. Naast het omgekomen meisje zijn de andere inzittenden gewond geraakt, maar ook omstanders van het feest”, aldus Mr. Douglas. Volgens Mr. Douglas zitten de agenten fout. Zij hebben niet professioneel gehandeld, want er waren teveel omstanders aanwezig vanwege het feest dat gehouden werd. Dit heeft collateral damage veroorzaakt. Daarbij zegt hij “the law does not allow to fire on a car. Only engaged persons”. De politie had dus nooit hun wapens mogen vuren. Opmerkelijk aan deze zaak is dat nooit bewezen is dat iemand in de auto van de jongeren een wapen had. De politie heeft wel een wapen overhandigd waarvan gezegd wordt dat die van de jongeren was, maar ook dit is nooit bewezen. Mr. Douglas gaat weer verder met vertellen nadat hij een pauze heeft ingelast om na te denken. “Een van de jongens was geraakt in zijn nek en de politie vond een wapen naast zijn 12
Zie bijlage I: Figuur 1 tot en met 3.
Pagina | 12
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
hand. Ondanks dit feit heeft de politie hem niet gearresteerd. “That is very strange, don’t you think?” Ik knikte naar Mr. Douglas. “Uiteindelijk hebben alle jongeren zich vrijwillig aangegeven bij de politie. De familie van het overleden meisje vervolgt nu de staat.” Dit incident is een jaar geleden gebeurd maar Mr. Douglas is nog steeds bezig met het onderzoek. Er zijn veel betrokkenen, veel gewonden en verschillende verklaringen wat het erg gecompliceerd maakt. Na dit incident is een nationale ‘outcry’ geweest: een demonstratie, zo’n outcry komt steeds vaker voor in Jamaica wanneer vrouwen en kinderen bij een misdaad betrokken zijn.
Dit
incident is een typerend voorbeeld van veel voorkomende politie-incidenten in Jamaica met
slachtoffers als gevolg. In feite gebeuren veel van de politiemoorden gedurende gebruikelijke patrouilles - zoals hierboven beschreven staat - en vinden er veel standrechtelijke executies van verdachten plaats. De politie speelt in die gevallen zelf voor rechter met als gevolg onschuldige slachtoffers hetzij door middel van willekeurig afvuren dan wel door verkeerde identificatie (Chevigny 1990: 407) zoals Kavorn Schue. De verklaring die door de politie wordt gegeven – als ze er al een geeft – gaat altijd om een shootout. De andere partij begon altijd als eerste te schieten op de politie waardoor zij terug schoot. Daarbij krijgen de slachtoffers altijd de beschuldiging dat zij in bezit zijn/waren van illegale wapens. Opmerkelijk is dat dit vaak niet geval is en laten de verklaringen van de slachtoffers, ooggetuigen en het forensische onderzoek tegengestelde dingen zien. Helaas is een shootout ook de verklaring geweest bij Mr. Robinson senior terwijl ooggetuigen anders verklaarden. Door deze onrechtmatige incidenten zijn veel inwoners zoals ooggetuigen en betrokkenen bang voor de politie. Velen durven niet in de rechtbank te getuigen uit angst dat zij het volgende slachtoffer van de politie worden. De agent in kwestie gaat hierdoor vrijuit wat als consequentie heeft dat veel slachtoffers en nabestaanden geen genoegdoening krijgen. Maar wie zijn nu daadwerkelijk de meest voorkomende groep slachtoffers in Kingston? De meeste slachtoffers van criminaliteit en politiegeweld zijn jongens tussen de achttien - dertig jaar, vertelt mijn baas Mr. Logan van INDECOM. Zij leven in arme inner-cities van Kingston waar de werkeloosheid hoog is en de toegang tot basisvoorzieningen – water, elektriciteit en de veiligheid van huisvesting – vaak slecht zijn. De meeste wijken zijn al jaren verwaarloosd door de staat, waardoor het kleine koninkrijkjes voor bendeleiders zijn geworden. Deze koninkrijkjes waar bendeleiders heersen, worden ook wel gekenmerkt als "staten binnen een staat" (Jaffe 2011:73). Dit viel mij ook op toen ik bij de familie Schue was. De inner-cities zijn gebouwd met golfplaten en sommige huizen zijn half afgebroken of niet afgebouwd. Overal liggen hoopjes bakstenen of je ziet overwoekerde stukken grond tussen twee golfplaathuizen. Doordat de wijken verwaarloosd zijn en de inwoners weinig kansen hebben, is hun sociaal-economische status erg laag. De bendeleiders heersen binnen de kleine koninkrijkjes niet alleen over de gemeenschappen door het gebruik van geweld en de angst, maar zij hebben ook de toegang tot diensten die beschikbaar zijn. Bauman stelt dan ook dat angst kan zorgen voor macht (Bauman 2011) en dit is precies waar de bendeleiders - maar ook de politie – misbruik van maken. De politie vermoedt dat deze bendes handelen onder de bescherming van een van de politieke
Pagina | 13
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
partijen en tegen deze bendeoorlogen probeert de politie dan ook het hardst op te treden. Door de politieke connecties die bendes hebben, is het moeilijk om het geweld terug te dringen. Pogingen om de criminaliteit te beheersen gaan hand in hand met het gebruik van heavy-handed ‘crimefighting’; methodes
zoals
buitengerechtelijke executies,
doodsbedreiging,
mishandeling,
foltering en
mishandeling tijdens de ondervraging of detentie door veiligheidstroepen waaronder de politie (Jamaicans for Justice 2012). Hierdoor ontstaan veel slachtoffers of onschuldige mensen worden mishandeld.
Mr. Tatum werd door de politie gestopt met de auto omdat hij door rood was gereden volgens de politie. Mr. Tatum wist zeker dat hij niet door rood was gereden en gaf als antwoord dat hij een pastoor is en daarom niet zal liegen. De politie bleef volhouden en wilde zijn documenten zien. Mr. Tatum had zijn rijbewijs niet bij zich maar liet al zijn andere documenten zien. Ondanks dat hij zijn identiteitskaart aan de politie gaf, wilde de politie zijn paspoort zien. Veel Jamaicanen hebben echter geen paspoort. De politie werd hierdoor agressief en pakte Mr. Tatum bij de achterkant van zijn broekband, zijn handen werden op zijn rug geboeid en gooide hem op de achterbank van de politieauto. Nog voordat Mr. Tatum zijn hoofd en benen binnen de auto had, ramde de agent de deur dicht waardoor hij zijn neus brak. Eenmaal op het bureau moest Mr. Tatum een blaastest afleggen en als hij dat niet deed, dreigde de politie hem voor een jaar op te sluiten. Mr. Tatum moest tegen zijn wil in deze test afnemen. Dit voorbeeld laat zien dat de politie zijn macht misbruikt tegen onschuldige burgers. Mr. Tatum heeft na anderhalf jaar zijn aanklacht ingetrokken waardoor hij nooit genoegdoening heeft gekregen. Hij heeft zijn aanklacht ingetrokken omdat het zijn woord was tegen het woord van de politie en hij bij voorbaat al verloren had. Een oorzaak hiervan is dat ooggetuigen niet durven te getuigen in de rechtbank uit angst voor de politie, omdat zij haar macht zal misbruiken en zelfs wraak kan nemen. Dit komt in het volgende hoofdstuk verder aan bod. Machtsmisbruik kan zorgen voor collateral damage waar Bauman (2011) over spreekt. De term staat voor onbedoelde schade die wordt toegebracht tijdens een aanval die tegen iets of iemand anders is gericht. Collateral damage is onwillekeurig wat eigenlijk zegt dat iedereen onbedoeld het slachtoffer kan worden. Ondanks onbedoelde schade laat Bauman (2011) zien dat collateral damage niet onwillekeurig hoeft te zijn. Wat Bauman (2011) met onbedoelde schade eigenlijk zegt is dat het symbool staat voor een groep mensen die niet belangrijk genoeg is om mee te tellen in de samenleving. Deze groep mensen representateert vaak de onderklasse van een samenleving. Wanneer zij slachtoffer wordt van collateral damage – zoals de omstanders van het schietincident met de jongeren in de auto – en er door de staat niet naar deze groep mensen wordt omgekeken vindt er dehumanisering plaats. Dehumanisering houdt in dat je iemand onmenselijk maakt door sommigen als minder dan menselijk te beschouwen (McCann & Johnson 2011). Het gevolg hiervan is dat sommige mensen of groepen onzichtbaar worden binnen een samenleving. Deze vaak onschuldige en onzichtbare slachtoffers worden een ‘collateral victim’ genoemd. Hoe lager je in de samenleving staat, hoe groter de kans is om een collateral victim te worden wat laat zien dat de collateral damage niet willekeurig is (Bauman 2011). De slachtoffers die Pagina | 14
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
politieagenten maken, komen voornamelijk uit de inner-cities – de lagere sociale klasse – waar veel armoede heerst, werkeloosheid groeit en waar bendeoorlogen plaats vinden. Deze slachtoffers lijken daarom in mijn ogen niet willekeurig. Dit werd ook duidelijk tijdens een gesprek met onderzoeker Mr. Douglas van INDECOM. De rijkere en/of blanke bevolking van Jamaica heeft weinig te vrezen van de politie. Blank staat voor rijkdom, waardoor zij goed behandeld zullen worden. “People like you – someone who is not from here and white – or people in the high class will be well treated by the police but the lower class in the inner-cities suffer because of them”, aldus Mr. Douglas, terwijl wij in de auto zaten te wachten bij een plaats delict. De reden hiervoor is dat de lagere klasse geen kansen heeft in de maatschappij door gebrek aan educatie en gebrek aan financiële middelen, waardoor zij terug grijpen naar geweld en criminaliteit. Zij worden door de regering niet betrokken in de maatschappij en zijn het slachtoffer van de systematische politieke repressie. Het gaat hier om de meest kwetsbare burgers in een samenleving oftewel de onderklasse zoals Bauman stelt (Bauman 2011). Klinenberg (2002) haakt hierop in met zijn artikel ‘Bodies that don’t matter: death and dereliction in Chicago’. Aan de hand van een hittegolf die plaats heeft gevonden in Chicago laat Klinenberg (2002) zien dat de onderklasse vaak minder kansen heeft, waardoor zij het slachtoffer wordt. De getroffen slachtoffers tijdens de hittegolf waren voornamelijk mensen uit de werkende klasse, die onder de armoedegrens leefden. Zij hadden geen voorzieningen om verkoeling te zoeken, laat staan vervoer om de stad uit te gaan. Verrassend genoeg werden de gevolgen van de hittegolf door de regering afgedaan als dat de hele stad getroffen was zonder enig onderscheid te maken tussen groepen mensen. Toch vielen de meeste doden onder de armere bevolking en sociaal lagere klasse. De rijkere klassen hadden toegang tot voorzieningen om verkoeling te zoeken, hier was het aantal sterfgevallen aanzienlijk lager. (Klinenberg 2002). Klinenberg (2002) laat in zijn artikel de sociale structuren van een maatschappij zien aan de hand van een natuurramp door in te zoomen op wie de slachtoffers daadwerkelijk waren en waar het aan lag dat er verschil was tussen de arme en rijke bevolking qua sterfgevallen. De manier waarop sociale structuren onderzocht worden is interessant voor mij, als ik het betrek op het politiegeweld in Kingston. Politiegeweld is geen natuurramp, maar ik heb op een vergelijkbare manier de situatie proberen te analyseren door middel van de sociale status van de slachtoffers te achterhalen en uit te zoeken wie het meest worden geraakt door het geweld. Opmerkelijk genoeg is de armere bevolking in Kingston de dupe van het politiegeweld en niet de gehele bevolking. De rijkere klassen hebben bijna tot geen last van politiegeweld. In Chicago waren de slachtoffers van de hittegolf ook de lagere sociale klassen. Dit laat de kwetsbaarheid zien van sommige sociale groepen. De kwetsbaarste groep met betrekking tot politiegeweld zijn de inwoners van de inner-cities en daarvan is de politie zich bewust. Deze kwetsbare burgers worden het slachtoffer van collateral damage (Bauman 2011). En zoals al eerder genoemd zal de politie de elite niet zonder pardon aanvallen. Maar hoe komt het dat de politie zo is geworden? De mind-set van veel agenten is dat ze overal mee weg komen, waardoor straffeloosheid de regel wordt. Daarnaast wordt de politie beticht van corruptie. Tijdens mijn onderzoek heb ik mij niet begeven onder de politie in verband met mijn
Pagina | 15
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
veiligheid. Helaas heb ik hierdoor niemand van de politie gesproken. Toch wil ik in de volgende subparagraaf kort stil staan bij de politie an sich en hoe het komt dat zij wordt beticht van het plegen van moorden en corruptie.
1.2.1. De politie en het geweld
Een van mijn sleutelinformanten Rohan vertelde mij dat mensen die zich bij de politie aanmelden om agent te worden vaak uit de lagere klassen komen van de samenleving en in armoede leven. Door politieagent te worden krijgen ze macht - of ieder geval dat denken ze te krijgen – en dus ook aanzien. Het risico hiervan is dat zij hun macht misbruiken en onschuldige burgers het slachtoffer hiervan laten worden. Het machtmisbruik van de politie heeft mede te maken door de opleiding die de agenten volgen en de financiële middelen die tot hun beschikking staan. De politie in Jamaica heeft een tekort aan arbeidskrachten, opleiding, voertuigen en andere hulpmiddelen. Er is een gebrek aan financiële
middelen
en
management.
Responstijden,
onderzoekstechnieken,
arrestaties
en
veroordelingen van verdachten zijn onder de internationale norm. De JCF wordt beschouwd als onderbetaald, slecht opgeleid en corrupt (Jamaicans for Justice 2012 & OSAC: Bureau of Diplomatic Security13). Tijdens mijn werk bij Jamaicans for Justice trok een krantenartikel mijn aandacht: ‘Police officer comes clean’. Dit sluit aan op de slechte opleiding die politieagenten krijgen. "I enlisted in the Jamaica Constabulary Force in the 1980s, and from as early as training school, we were taught to adhere to the esprit de corps code, where no matter what a member of our training squad did we were not expected to pass information on to our superiors. We were actually told that they did not like persons that gave them information on others… Any member of a squad that decided to stand up for discipline and refused to support the breaking of the rules would be isolated... We were told that the things we are taught in training would not always correspond with the occurrences in the real world. Therefore, the simulation exercises became irrelevant and were just done to enhance our chances of getting better pass marks in our exams…I have been a part of a number of these 'shootouts', and have had to corroborate the lies, knowing innocent lives were taken. On other occasions, firearms are found, not handed over, but instead kept as 'sweetie’guns given to unarmed victims in police shootings. After one of these fatal shootings, a disagreement with my superior officer saw me being placed back in uniform. Shortly after, I was temporarily assigned to the traffic department.” Police Officer, Jamaica Sunday Gleaner, 24 December 2006
Wat dit artikel laat zien en wat Lee & Thompson (2004) stellen, is dat politieagenten met hun werk niet primair gericht zijn op handhaving van de wet (Lee & Thompson 2004: 382). Agenten plaatsen zich door zulke “shootouts” boven de wet mede doordat zij ook moeten zwijgen van hun superieuren. 13
https://www.osac.gov/ (21 mei 2013)
Pagina | 16
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Dit leidt tot straffeloosheid, maar ook tot corruptie binnen de politie wat ervoor zorgt dat de politie betrokken raakt bij criminele activiteiten. Deze corruptie is mede ontstaan doordat agenten onderbetaald worden. Een voorbeeld hiervan is dat politieagenten makkelijk om te kopen zijn waardoor geen boete wordt uitgeschreven bij verkeersovertredingen en men niet mee naar het politiebureau hoeft te komen. Zo vertelde Mr. Preston van Victim Support Unit – onderdeel van het Ministerie van Justice - dat wanneer een agent ‘off duty’ is, hij wel mensen mag arresteren. Ze hebben namelijk altijd ‘dienst’. In de tijd dat politieagenten niet officieel aan het werk zijn, plannen zij vaak illegale handelingen – zoals overvallen of moorden - met andere agenten, met bendes of met gevangenen. Agenten hebben altijd toegang tot een vuurwapen. De consequentie hiervan is dat inwoners vaak onverschillig zijn tegenover politieautoriteit wat bijdraagt aan een gevoel van wetteloosheid. De algemene perceptie is dat de meerderheid van slachtoffers van misdrijven geen aangifte doen tegen de politie uit angst voor represailles door de politie, de overtuiging dat de politie corrupt is of het gevoel dat er niets gebeurt met de aangifte14. Het is belangrijk om kort de spotlight op de politie te zetten wat bijdraagt aan de analyse van politiegeweld. Politieagenten staan onder druk en werken onder slechte omstandigheden. Jammer genoeg misbruiken agenten hun macht wat angst veroorzaakt onder de bevolking. Mede door die angst doet men geen aangifte, maar ook door het omkopen van politieagenten kan het zijn dat het geweld genormaliseerd is. In de volgende paragraaf zal normalisering van geweld centraal staan.
1.3.
“It is our subculture”
“Did you see that? What I took from my desk?” vroeg mijn baas Mr. Logan bij INDECOM toen ik bij hem in zijn kantoor zat. Mij was niks opgevallen, dus ik had geen idee waarover Mr. Logan het had. Het ging om zijn wapen. Op het moment dat hij mij zijn wapen liet zien, kreeg ik het lichtelijk benauwd en zweethanden. Ik had nog nooit een wapen van dichtbij gezien behalve wapens die politieagenten bij zich dragen. Mr. Logan haalde de kogels uit zijn wapen en liet mij het wapen van nog dichterbij zien. Hij legde uit dat hij een vergunning voor dit wapen heeft, omdat hij bij guncourt heeft gewerkt met zaken zoals drugs en bendes. Hij moest zich toentertijd kunnen beschermen. Er zijn meer mensen met wapens zonder vergunning dan met vergunning. De oorzaak daarvan is dat bendes wapens verhuren zodat anderen ‘even iemand kunnen uitschakelen’, legde Mr. Logan uit. Diezelfde avond toen ik naar vrienden ging, was ik nog redelijk onder de indruk van het wapen. Ik heb aan mijn vrienden gevraagd of zij ook wapens hebben en hoe zij daar naar kijken. De meeste hielden hun mond dicht en keken ongemakkelijk naar de grond of van mij weg. Het antwoord dat ik kreeg, was dat daar niet openlijk over wordt gepraat. Uiteindelijk vertelde iedereen mij om beurten dat ze wel een wapen in huis hadden. “For us it is very normal to have a gun at home. Just for protection, you never know what might happen”, vertelde Alex.
Het
lijkt alsof gesteld kan worden dat geweld in Jamaica - en dan voornamelijk in Kingston -
genormaliseerd is. Het hebben van een wapen is voor Jamaicanen normaal om in huis te hebben. Ieder huishouden heeft er een volgens horen zeggen, waardoor een conflict in mijn ogen al snel uit de hand kan lopen. Daarbij verhuren bendeleden wapens aan anderen wat geweld in de hand werkt. Een 14
Data verzameld uit interviews met slachtoffers.
Pagina | 17
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
burenruzie of diefstal kan al genoeg zijn in de inner-cities om iemand te willen vermoorden, aldus Riot. Uit verschillende interviews met zowel slachtoffers als NGO medewerkers komt naar voren dat het bij de Jamaicaanse cultuur hoort. “Violence is what we have to deal with every day. You hear about it on the news, you read about it in the newspaper and you hear gunshots sometimes”, zei Peter – die in zijn ogen onterecht was meegenomen voor rijden onder invloed - tijdens een interview. In tegenstelling tot het normaal vinden van het hebben van een wapen, wordt er niet openlijk over gepraat dat iemand een wapen heeft. Dit staat haaks op de normalisering van geweld die ik stel. Ondanks het niet openlijk over praten – ook vanwege mijn rol als onderzoeker maar daarnaast als vrouw en niet – Jamaicaanse – gaan Jamaicanen er vanuit dat iedereen zich beschermt tegen het geweld, vandaar dat ik blijf spreken over normalisering van geweld. Naast het hebben van een wapen zijn meerdere ontwikkelingen die bijdragen aan normalisering. “Drugs”, zegt Riot. Dankzij de drugshandel zijn inwoners van de inner-cities in staat om zichzelf te beschermen door middel van methodes zoals omkoping, bijdragen aan corruptie in de gemeenschappen en in de rechtshandhaving. Door het handelen in drugs verdienen bendes veel geld. Landen zoals de VS en het Verenigd Koninkrijk importeren marihuana vanuit Jamaica volgens Mr. Preston en Andrew. Deze ontwikkelingen – zoals drugs - bieden een context voor het ontstaan van de huidige subcultuur van geweld in Jamaica, de acceptatie en normalisatie (Caribbean Coalition for Development & Reduction of Armed Violence 2008: 2). In een gesprek met Alex werd mij de relatie tussen drugs en het huidige geweld duidelijk. Voor de inwoners van inner-cities is dit dagelijks aan de orde: “I grew up in Spanish Town, a small city next to Kingston with the highest number of crime in Jamaica. Drugs provides money. That is what everyone thinks in the inner-cities at least. The sad thing is, money makes people greedy and drugs makes you want to use more drugs. Since drugs is mostly sold in the inner-cities by gang members, it can be dangerous to go there. What happens is that when you piss off a gang member, he will shoot you. Drugs addicts wanting more and more, but they do not have money so they will steal money to get drugs what causes more crime. If they cannot pay the price by a certain gang, they will try another gang. What happens then, the different gangs are going to fight each other because of ‘stealing’ customers. For us – Jamaicans this is what we hear and see every day if it comes to violence in the inner-cities.” Ondanks dat het bij de cultuur hoort volgens vele geïnterviewden wil dat niet zeggen dat het wordt geaccepteerd door de bevolking en niet iedereen is van mening, dat het genormaliseerd is. “Niemand wil het geweld”, zeggen de medewerkers van INDECOM. Ondanks de verschillende meningen vind ik het opvallend dat er een verschil is tussen geïnterviewden uit downtown en uptown Kingston. De geluiden dat het niet genormaliseerd is, komen voornamelijk uit de kant van uptown Kingston bewoners en mensen die hoger opgeleid zijn zoals de medewerkers van INDECOM, maar ook Pagina | 18
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
universitaire studenten. Het geweld zit diep in het politieke systeem van Jamaica, maar niet in de mensen zelf (Andrew, Medewerkers van INDECOM & Peter). In hoofdstuk 3 zal ik uitgebreid het politieke systeem bespreken. In tegenstelling tot uptown bewoners zien downtown Kingston bewoners het geweld wel als iets dat genormaliseerd is. In downtown wordt volgens de slachtoffers niet goed nagedacht over het gebruik van geweld of het veranderen van de situatie. Bewoners leven hier onder slechte sociaal-economische omstandigheden en zij hebben vaak geen geld om te gaan studeren. Daarbij komen de hoge werkeloosheidcijfers, waardoor vaak geen andere uitweg wordt gezien dan meegaan in de criminaliteit die je om je heen ziet (Familie Schue, Riot & David). Dit komt overeen met wat Johnson (2005) stelt: doordat de inner-cities worden beschermd en bewoond door bendeleiders en misdadigers, is sprake van normalisering van geweld binnen een scala van maatschappelijke domeinen in Jamaica. De werkende armen, de self-employed armen en de werklozen nemen hun toevlucht tot gewelddadige criminaliteit als de enige passende reactie op marginaliteit (Johnson 2005: 587). “You have to accept the violence” – David, slachtoffer. Normalisering van geweld zorgt waarschijnlijk dat het aanwezige geweld niet minder wordt, omdat inwoners van Jamaica het zien als ‘iets’ dat bij hun cultuur hoort. Het is daarom van belang om het geweld te plaatsen binnen de Jamaicaanse samenleving en het niet als een los aspect te beschouwen. Een belangrijk aspect van normalisering van geweld vanuit de bevolking gezien – dus ook met betrekking tot politiegeweld – is dat het bekeken moet worden in de context van Jamaica zonder dat het wordt veroordeeld vanuit bijvoorbeeld een cultuur waar weinig tot geen geweld plaats vindt.
1.4.
Conclusie
In dit hoofdstuk is duidelijk naar voren gekomen dat in Jamaica en dan voornamelijk Kingston enorm veel (politie)geweld voorkomt. De slachtoffers zijn kwetsbare groepen die voornamelijk uit de innercities komen. Het gevolg van het politiegeweld in de inner-cities is het ontstaan van collateral damage. Hoewel het lijkt alsof de slachtoffers toevallig bij het geweld betrokken raken, komt bij nadere beschouwing naar voren dat het om een specifieke, en dus niet willekeurige groep slachtoffers gaat: de arme bewoners van de inner-cities. Hierdoor kan gesproken worden van dehumanisering van de inwoners van deze wijken. Agenten gaan vrijuit en straffeloosheid lijkt de regel. Het geweld is een groot probleem en een van de grootste mensenrechtenschendingen waarmee het land te kampen heeft. Daarbij komt dat het geweld door de meerderheid van de bevolking wordt geaccepteerd en gezien wordt als hun subcultuur. Door de hoeveelheid moorden die per jaar gepleegd worden, lijkt het geweld genormaliseerd. In het volgende hoofdstuk wil ik hier verder naar kijken door middel van rechtspraak, het sociaal contract tussen de staat en zijn burgers en “Rule of Law”.
Pagina | 19
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Hoofdstuk 2. Rechtspraak. “Between 2000 and 2009, 27 children were shot dead by the Jamaica Constabulary Force and 2000 Jamaicans were killed. Only one police officer was convicted of murder. The high number of police shootings of civilians and the lack of clarification and accountability in many cases have contributed to a situation of impunity that undermines the credibility of the police and the confidence of the public.” Inter-American Commission on Human Rights Report 2008, Uit de documentaire Victims Voices van Jamaicans for Justice.
Deze uitspraak uit het Human Rights Report van de Inter-American Commission laat de ernst van het probleem in Jamaica zien en de consequentie ervan: het hoge aantal doden door politiegeweld draagt bij aan een situatie van straffeloosheid wat ook de geloofwaardigheid ondermijnt van de politie en het vertrouwen van de inwoners van Jamaica schaadt in de politie. Mede doordat er nooit duidelijkheid ontstaat over wat er is gebeurd, verliest de staat het vertrouwen van de burgers, maar ook omdat geen verantwoordelijkheid wordt genomen door zowel de politie als de staat. Hierbij komend tonen verschillende NGO’s aan dat er ernstige problemen zijn geweest en nog steeds zijn met de mensenrechten in een aantal gebieden van Jamaica. Deze problemen worden veroorzaakt door onwettige moordpartijen die worden gepleegd door leden van de veiligheidstroepen, misbruik van gedetineerden en gevangenen door de politie en gevangenisbewakers, slechte gevangenissen, gevangenisomstandigheden, straffeloosheid door politie, een overbelast rechtssysteem, frequente vertragingen in rechtszaken, geweld en discriminatie tegen vrouwen, mensenhandel en geweld tegen personen op grond van verdenking van of bekende seksuele geaardheid (Jamaicans For Justice, 2012). Door de slechte omstandigheden op het gebied van mensenrechten, voornamelijk politiegeweld, is Jamaica in 2010 erg slecht beoordeeld door de VN. Het gevolg hiervan is dat Jamaica elk jaar het Universal Periodic Report (UPR-report) moet inleveren bij de VN totdat de situatie is verbeterd. Het UPR-report bestaat uit 151 rechten waaraan een land zich moet houden indien relevant. Bij ieder recht wordt beoordeeld of het land zich er aan houdt en wat er eventueel aan gedaan wordt om de situatie te verbeteren. Normaliter wordt dit rapport elke viereneenhalf jaar door elk land geschreven, maar Jamaica moet de situatie op het gebied van mensenrechten verbeteren en daardoor jaarlijks het rapport afleveren. Door deze slechte beoordeling van de VN is INDECOM ontstaan. In dit hoofdstuk wil ik het rechtssysteem in Jamaica uiteen zetten. Concepten die hierbij horen zijn de rechtstaat, sociaal contract, “Rule of Law” en geweldsmonopolie. Slachtoffers moeten vaak jaren wachten voordat hun zaak voor de rechtbank komt. Slachtoffers willen gerechtigheid, maar waarom duurt zoiets zo lang? Ik zal beginnen wat slachtoffers zelf doen zoals demonstreren, wanneer er dodelijke incidenten plaats vinden door politiegeweld.
Pagina | 20
Masterthesis Merel Bleijerveld
2.1.
“Ook ik heb recht op bescherming”
“We want justice” “A lie the police a tell pon them youth dem. They were law abiding Christian men and police killed them. Wi nah stop protest until we get some answers. Wi not going stop until we hear from the top people dem in authority. We want some answers now, we will not stop until we get justice!15” zei Gay Hall tegen Jamaica Observer16. Gay Hall is een moeder van acht kinderen die
aan het protesteren was samen met boze inwoners van Kingston, toen drie inwoners door de politie werden gedood. Wanneer inwoners van Jamaica onterecht – in de ogen van slachtoffers en inwoners om het leven zijn gekomen door de politie wordt er vaak geprotesteerd. Dit heeft als reden dat de inwoners van inner-cities zich niet gehoord voelen door de staat. Wanneer iemand omgekomen is door politiegeweld, gaan alle bewoners van die wijk waar het gebeurd is de straat op om te demonstreren zoals op de foto hierboven. Het gebeurt ook dat inwoners de straten barricaderen zodat de politie niet meer de wijk in kan rijden, vertelde M. Robinson junior. “Dit is ook gebeurd toen mijn vader onterecht is omgekomen”, vertelde hij. Een reden voor deze demonstraties is dat bewoners uit de inner-cities zich machteloos en vervreemd voelen in de interactie met de staat. Daarbij komt dat zij weinig capaciteit hebben om te pleiten voor hun rechten. De beperkende factor tot effectief optreden is het gebrek aan politieke en maatschappelijke wil van de kant van invloedrijke mensen om de problemen te begrijpen en een mogelijke oplossing te bieden. Het probleem wordt verergerd door de onzichtbaarheid van de slachtoffers en hun families – dehumanisering - in de samenleving (Riot, Andrew en Paul – informanten). Terwijl de meerderheid van de slachtoffers van politiemoorden jonge mannen zijn uit sociaal-economisch achtergebleven gemeenschappen, is de meerderheid die op zoek gaat naar gerechtigheid vrouw. Deze vrouwen, moeders, zussen en echtgenoten van overledenen weigeren te accepteren dat de personen die hun geliefde hebben neergeschoten vrijuit gaan. De dood van hun familieleden wordt door de staat, die op een comfortabele afstand zit van het geweld, te vaak gezien als collateral damage van de ‘oorlog tegen criminaliteit’ in Jamaica. Deze vrouwen zetten hun leven op het spel in hun zoektocht naar gerechtigheid (Jamaicans for justice, “Victims Voices” 2012).
Vertaling van het citaat: “De politie vertelt leugens aan de jeugd. De mannen waren trouwe Christenen, maar de politie doodden hen. Wij stoppen niet met protesteren totdat we antwoorden krijgen. We stoppen niet voordat we iets horen van topmensen met autoriteit. We willen nu antwoorden, we zullen niet stoppen voordat we gerechtigheid krijgen.” 16 Foto en interview in Patois uit de krant Jamaica Observer van 19 maart 2013. 15
Pagina | 21
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Ondanks dat veel slachtoffers overlijden vanwege verkeerde identificatie, wil dat niet zeggen dat alle slachtoffers onschuldig zijn. Daarom wil ik kort stil staan bij de rol van de daders en slachtoffers. De politie die betrokken is bij schietincidenten wordt automatisch als dader gezien in de ogen van de slachtoffers. Toch raakt de politie niet altijd zonder reden verzeild in schietincidenten, vertelt Mr. Preston. De slachtoffers – die voornamelijk uit de inner-cities komen – zijn vaak bendeleden of hebben een criminele achtergrond van inbraken, afpersing of zelfs moord op hun geweten. Ongeacht dat zij niet zonder pardon neergeschoten mogen worden door de politie maar recht hebben op een eerlijk proces door eerst gearresteerd te worden en hun uitspraak af te wachten, zijn zij niet geheel onschuldig. Opvallend hieraan is dat wanneer iemand wordt neergeschoten door de politie gezien wordt als een held. “A lot of times they are not so innocent as everyone thinks. There has to be a reason that police are looking for them and off course, I cannot deny the police is sometimes wrong but... I am not saying they need to be shot death but it is also not the right thing to say that he or she was completely innocent” aldus Mr. Preston van Victim Support Unit tijdens een interview. Wat ik opmerkelijk vind is hoe daders als onschuldige slachtoffers en zelfs als helden worden beschouwd, nadat zij zijn omgebracht door de politie. Wat diegene ook gedaan heeft, het gezegde lijkt op te gaan wanneer hij of zij om het leven komt: “over de doden niets dan goed”. Vanuit het familieoogpunt gezien is dit ook logisch. Niemand mag worden neergeschoten, ongeacht wat de achtergrond van die persoon is. Daarnaast vraag ik me af hoe het kan zijn dat het lijkt alsof de vrouwen die op zoek zijn naar gerechtigheid niet bijgestaan worden in hun zoektocht. Faalt het rechtssysteem of spelen andere factoren een rol? Waarom worden daders niet opgepakt door de politie en bestraft vanuit de rechtspraak in plaats van dat de politie slachtoffers maakt zonder rechtsgang? In mijn ogen worden daders nu automatisch slachtoffers. In een gesprek met informant Paul vertelt hij mij dat de politie uit de gewoonte moet stappen om eerst mensen te arresteren en dan pas een onderzoek te starten. Op deze manier zitten sommige mensen maanden vast zonder enige aanklacht. Daarbij komt dat Jamaicanen de politie niet vertrouwen vanwege de slechte institutionele structuur van het rechtssysteem dat gezien wordt als corrupt. Mr. Mark – een medewerker van INDECOM - stelde mij tijdens een interview terecht de volgende vragen: “If a court of law is not necessarily a court of justice, then where do we turn? If you are shot death in front of a worldwide audience and no one is held responsible, what else is left? If you can be killed with impunity, then which of us is safe? It is one thing to expect to be shot dead by criminals and not receive justice, but what of members of an institution sworn to protect and serve us?” Iedereen die slachtoffer is geworden wilt gerechtigheid, al helemaal wanneer je het slachtoffer bent geworden door politie die gezworen heeft om ons te beschermen. Daarbij vertelt Mr. Mark dat in Jamaica schijnbaar een wet voor de armen en de achtergestelde bevolking is en een andere wet voor de rijke en invloedrijke bevolking. De rijke en invloedrijke bevolking kan letterlijk wegkomen met Pagina | 22
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
moord en doodslag. “Dit kan niet anders dan ernstige gevolgen hebben voor ons rechtssysteem”, legt Mr. Mark mij uit. Dit werd mij ook duidelijk toen ik met Rohan in gesprek was over politiegeweld:
Terwijl Rohan - mijn goede vriend en informant - mij had opgehaald van een interview, raakten we in de auto in gesprek over politiegeweld. Tenslotte wist Rohan waar ik mijn onderzoek over deed en hij wilde maar al te graag hier aan bijdragen, want “it is time for change”, aldus Rohan. Ik vroeg aan Rohan of hij verschil ziet als het gaat om waar je vandaan komt en welke huidskleur je hebt. Ik had zulke opmerkingen namelijk vaker om mij heen gehoord. Rohan hoefde hier geen seconde over na te denken en schreeuwde “YES DEFINATELY!”. Zo paste hij op gebouwen voor zijn werk toen op keer een groep jongens – blanke jongens – op het erf kwamen. Hij wilde de jongens wegsturen omdat het privégrond was en Rohan hield ze daarom in de gaten. Terwijl hij de jongens wegstuurde, reed een politieauto langs die ‘off duty’ was en de agenten begonnen te schreeuwen tegen hem. “I looked like someone who did not belong on the property, is what they said to me. I tried to explain to the officers that I worked there but they called me a thief and started to beat me up and one of the officers hit me with the back of his gun on my head. The group of people who I wanted to get rid of, they just walked away.” Doordat de agenten ‘off duty’ waren, kon Rohan geen registratienummer op de uniformen van de agenten zien en doordat hij op zijn hoofd was geraakt, lukte het hem niet om het nummerbord te onthouden. Wanneer Rohan met zijn baas aangifte wilde doen, was volgens andere agenten geen politieauto in de buurt geweest waar Rohan aan het werk was. Dus mocht hij geen aangifte doen. “I am from an inner-city and they do not care what happens to me. If I was white what is the same for ‘people with money’, than they would have taken me seriously. That is what you see all the time. Money is the answer to get well treated by anyone unfortunately”, aldus Rohan. “Without a semblance of justice then our society will crumble” is een citaat uit een interview in de Jamaica Observer dat overeenkomsten heeft met het vignet hierboven. Rohan mag geen aangifte doen omdat er geen politieauto in de buurt was en het incident dus niet waar kan zijn in de ogen van de politie. Als gevolg dat als steeds meer personen hun straf ontlopen, steeds meer personen vertrouwen op methoden zonder rechtsgang om wraak te nemen en eigen rechter te spelen (Informanten en onderzoekers van INDECOM Paul, Mr. Mark & Andrew). Ik vraag me af hoe het kan dat personen zoals agenten hun straf ontlopen en hoe het kan dat slachtoffers zo lang moeten wachten op gerechtigheid omdat ze het na jaren opgeven. In de volgende paragraaf zal ik de focus leggen op de rechtstaat dat Jamaica is. In een rechtstaat gaat iedere burger een sociaal contract aan met de staat. Ik wil ingaan op het sociaal contract dat niet lijkt te werken in Jamaica, maar ook wat “Rule of Law” inhoudt.
2.2.
Het sociaal contract en “Rule of Law” in een rechtstaat
“Each citizen is subject to the “rule of law”, which means that the law of the land is supreme and that all people are equal before the law” Government of Jamaica.
Iedere burger in Jamaica is onderworpen aan de rechtstaat. De wet gaat boven alles en iedere burger is daarin gelijk. Dit zou moeten betekenen dat ongeacht de functie die een burger uitoefent, de wet Pagina | 23
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
gevolgd moet worden, dus ook door politieagenten. Behorend tot een rechtstaat is het sociaal contract dat de burger met de staat aangaat en vice versa. Het sociaal contract is geen letterlijk contract dat ondertekend wordt, maar het is een symbolisch contract, de zogenaamde ongeschreven wetten dat burgers met de staat hebben en andersom. De operationalisering van het sociaal contract in studies die zijn uitgevoerd door onder andere Hobbes, Locke en Rousseau (in Erckel 2009) centreert zich rond het idee dat de staat een monopolie heeft, gebaseerd op het legitiem gebruik van geweld om zijn burgers te beschermen. Bovendien betalen burgers belasting en in ruil daarvoor zal de staat reageren op de behoeften van de burgers in de vorm van sociale diensten (Erckel 2009). Deze sociale diensten dragen bij aan de ontplooiing van burgers door in hen te investeren en hen te ondersteunen in tijden van nood17. Het is dus belangrijk om het sociaal contract symbolisch te zien en het is belangrijk dat zowel staat als burgers zich eraan houden. Een sociaal contract houdt dus in dat personen voornamelijk geleid worden door eigen belang, maar dat ze uiteindelijk moreel handelen om het maximale uit hun eigen belang te halen. Deze morele normen worden bepaald door de maximalisatie van gezamenlijk belang. Met de staat ga je het contract aan van het land waar je woont en stem je in met overheidsgezag. Het sociaal contract stelt dat iedereen gemotiveerd is om de moraal te aanvaarden, ten eerste omdat we kwetsbaar zijn voor de plundering van anderen, en ten tweede omdat we allemaal kunnen profiteren van samenwerking met anderen. Wat het voordeel hiervan zou moeten zijn, is dat we anderen respecteren. Op deze manier worden mensen niet meer gemotiveerd door eigen belang, maar eerder door een verbintenis om in het openbaar de normen van moraliteit te rechtvaardigen (Stanford Encyclopedia of Philosophy 2012). Vertrouwen is de sleutel tot het sociaal contract. Wanneer er vertrouwen is tussen burgers en de staat, is het meer waarschijnlijk dat zij de “Rule of Law” opvolgen in plaats van voor hun eigen bescherming te zorgen door alternatieve oplossingen. Als een bepaalde mate van vertrouwen binnen de samenleving is, zal de staat worden gelegitimeerd om het gebruik van geweld te centraliseren om zo doende voor bescherming te zorgen (Erckel 2009). Burgers van Jamaica missen het vertrouwen in de staat waardoor inwoners afhankelijk worden van privébeveiliging en zich keren tot bendeleiders voor bescherming. Bendeleiders nemen de macht over van de politiek in hun eigen wijk. Tevens valt elk vertrouwen in de politie weg door alle onrechtmatige schietincidenten (Jaffe 2012: 184). Uit interviews en informele gesprekken met mijn informanten wordt beweerd dat veelal van het belastinggeld niet naar het land zelf gaat zoals investeren in politieopleidingen, maar naar het salaris van politici. Als dit daadwerkelijk het geval is maakt de staat van Jamaica in mijn ogen een fout. Zoals ik al eerder heb aangetoond lijden de inwoners van een inner-city meer onder de politie dan de inwoners up-town. In het interview met de familie Schue kwam naar voren dat het geweld in de inner-cities meer aanwezig is dan uptown en dat zij het vertrouwen in de staat zijn verloren na het overlijden van hun zoon en broer en zo nodig zelf voor bescherming zorgen. De staat beschermt de
17
http://www.hetsociaalcontract.nl/studies/het_sociaal_contract (12 juni 2013).
Pagina | 24
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
politie als het gaat om incidenten met een dodelijke afloop in plaats van op te komen voor de slachtoffers.
Nadat mij duidelijk was geworden wat die ochtend gebeurd was met Kavorn Schue, het omgekomen familielid, was ik benieuwd wat de verklaring van de politie was. Ik vroeg dit aan Shane, de broer van Kavorn, aangezien hij in huis was toen het gebeurde. Op de kleine, rumoerige veranda vertelde hij mij het volgende: “They said nothing, no apology, nothing. The only thing they said that it was a Shootout and that Kavorn started shooting at them. He was not alone according to the police, he was with a group and the police had to defend themselves. For us that is really unbelievable since it was five o’clock in the morning and we were all sleeping. Even the government supported this statement. The only thing they added was that they said it was a wrong identity and that Kavorn is a victim of that but the police reacted to the shooting. They regret that Kavorn was killed since he was about to become a police officer himself, but what can they say? I was in the house when they shot him, they did not ask him anything. They did not even spoke to each other.” Terwijl hij mij het verhaal vertelde, schudde hij constant met zijn hoofd en zag ik de woede bij hem terug komen. Niet alleen woede, maar ook verdriet: verdriet dat voortkwam uit machteloosheid, vertelde hij mij toen ik zijn emoties zag. Wat ik niet begreep, was dat ik bij INDECOM had gehoord dat er kogels waren gevonden. “There is evidence”, vertelde Shane. “The bullet was found during the post-mortem examination in his body and in the ballistic report it says of who the bullet was since every gun is registered. The sad thing is that everyone denies it. The bullet is apparently not from the person the gun is, so they say... Hereby comes that the police cannot say anything because that will be seen as betray. What pisses me off the most is that the police is spotted with white gloves to clear the evidence. This happens often in cases like this. Sometimes they even place a gun in the hands of the victim so they can say “see they pointed the gun at us”. Thereby comes that police officers have a number on their uniform, but they can take off the number so no one can recognize them and no one can report the number. The police plans these kind of shootings. They take justice in their own hands. Kavorn did nothing wrong but he got punished. Our whole family got punished, for what? No one gives us an answer. We just have to wait until INDECOM has done the investigation. Until then, we get no justice, if we are already going to get justice in the end.” Op het eind vertelde Shane mij dat hij elke dag in angst leeft. Sinds hij onder het bed lag in de kamer ernaast, is hij ervan overtuigd dat de politie hem ook had neer geschoten als ze hem hadden gezien. “I am afraid they will come back for me or my other brother. The state only protect their own, not us”, aldus Shane. Dit vignet laat zien dat naast het gevoel dat ze niet beschermd worden door de staat, de staat zich ook niet houdt aan het sociaal contract. Wat opmerkelijk hieraan is, is dat de staat ofwel de natie geweldsmonopolie verleent aan de overheid om het recht te handhaven18. Bij politiegeweld is alleen het probleem dat de verleende geweldsmonopolie om het recht te handhaven niet wordt uitgevoerd. Geweldsmonopolie bestaat uit meer dan uitsluitend geweld. Het gaat namelijk niet alleen om geweld, maar ook om rechten: het recht op geweld. Wanneer wordt afgezien van het gebruik van geweld door burgers en dat recht wordt afgestaan aan de staat, ontstaat een monopolie. De staat kan een geweldsorganisatie opbouwen, maar voor geweldsmonopolie is zij echter afhankelijk van de erkenning van dat recht door de bevolking. Voor deze rechtsmonopolie zijn twee componenten nodig: de bereidheid van de bevolking om zich van geweld te onthouden en de toekenning van het recht op geweld aan de overheid. Het rechtsmonopolie en de geweldsorganisatie komen in verschillende instituties van de overheid terecht. Aan de ene kant heb je de overheid en aan de andere kant de politie. De politie wordt geacht te handelen vanuit hun rol en niet vanuit persoonlijke motieven 18
http://www.hetsociaalcontract.nl/studies/het_sociaal_contract (12 juni 2013).
Pagina | 25
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
(Terwindt 2004: 7). Wanneer dit wordt toegepast op Jamaica, handelt de politie nu juist vaak uit persoonlijke motieven en nemen zij het recht in eigen hand door onrechtmatige schietincidenten. In plaats dat in deze gevallen de overheid opkomt voor de getroffen burgers, staan zij in de huidige situatie achter de politie. Hierdoor zijn de burgers het vertrouwen in de staat verloren en – zoals is aangehaald in paragraaf 2.1. – zoeken zij methoden buiten de rechtsgang om om wraak te nemen zoals demonstraties en het neerschieten van daders. De bevolking schuwt geen geweld. Het vertrouwen van de bevolking in Jamaica wordt keer op keer geschaad mede doordat geweldsmonopolie van de staat gebaseerd is op gehoorzaamheid en legitimiteit. Gehoorzaamheid en legitimiteit treden alleen op wanneer de staat zich aan zijn verplichtingen houdt. De staat moet zich dan ook verantwoordelijk stellen voor overtredingen binnen de samenleving en dus effectief optreden tegen het geweld dat de politie – vaak – onterecht gebruikt (Terwindt 2004: 10-11). In Jamaica is dit niet het geval en een consequentie hiervan is, omdat de staat geen verantwoordelijkheid neemt, het idee dat er straffeloosheid heerst. De politie gaat vrijuit wanneer zij de wet overtreedt en vervolgens verliezen de burgers het vertrouwen. Beide partijen, zowel de staat als zijn burgers, houden zich niet aan de wet door onwetmatig geweld te gebruiken. De “Rule of Law” – wetshandhaving - in Jamaica kan hierdoor ‘dun’ genoemd worden (Cheesman 2009). Dit houdt in dat er sprake van een rechtstaat is, maar dat de wetten nog worden vastgesteld en afgedwongen in plaats dat de overheid zich bezig houdt met de inhoud (Ibid: 599). Hierdoor worden wetten gemakkelijk overtreden door beide partijen: de staat en zijn bevolking.
Twee
politieagenten hadden samen met een gevangene een overval gepland. De agenten hadden hem nodig
omdat hij bekend was met het plegen van inbraken. Daarbij hadden de agenten hem beloofd dat ze hem vrij zouden laten met zijn deel van de opbrengst, zodat hij niet terug naar de gevangenis hoefde. Tijdens de overval hadden de agenten voorbereid dat de gevangene de buit zou pakken en dat ze hem daarna zouden neerschieten en zelf met de buit weg zouden gaan. Toen de gevangene precies had gedaan wat de agenten tegen hem hadden gezegd, schoten ze hem negen keer neer en lieten hem voor ‘dood’ liggen. De agenten gingen er vandoor met de buit. Helaas voor de agenten was de gevangene niet dood en is hij op een fiets naar het ziekenhuis gereden. Op weg naar het ziekenhuis passeerde de gevangene de twee agenten waardoor de agenten het idee hadden dat ze een geest zagen en gingen snel achter hem aan naar het ziekenhuis. De gevangene had echter een andere naam opgegeven in het ziekenhuis waardoor de agenten hem niet konden vinden. De gewonde gevangene heeft bij INDECOM een aanklacht ingediend tegen deze agenten en de rechtszaak loopt sinds april 201019. Bovenstaand incident laat zien dat zowel de gevangene als de politie zich boven de wet plaatsen, maar de politie is een uitvoerder van de staat en zijn wetten. Beide partijen houden zich niet aan het sociaal contract en “Rule of Law”. “Rule of Law” wordt door Hobbes (in Dawson 2013: 314) omschreven als een noodzaak van een sterke staat, zodat een sociale orde wordt bewerkstelligd waar het leven ‘eenzaam, arm, smerig en kort’ zou zijn in een oorlog van ‘een ieder tegen allen’. Verschillende auteurs zoals Dam (2006), North (1990), Kaufmann, Kraay & Zoido-Lobato (1999) en
19
Verklaring verkregen bij INDECOM.
Pagina | 26
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Fukuyama (2011) zijn het eens dat er een belangrijk verband is tussen “Rule of Law” en de ontwikkeling in een land. Er wordt gesuggereerd dat “Rule of Law” niet alleen gelinkt wordt aan de economische ontwikkeling, maar ook aan de menselijke ontwikkeling, armoedebestrijding en de versterking van een democratie (Dawson 2013: 314). Dit is van belang voor Jamaica aangezien deze punten verbeterd moeten worden. De “Rule of Law” is onderdeel van de rechtstaat en houdt in dat ook een overheid zich aan de wet moet houden. Een rechtstaat zoals ook Jamaica is een staat waar de macht gereguleerd en beperkt wordt door het recht wat inhoudt dat de bevolking beschermd wordt tegen de macht van de staat door wetten. Het staat in tegenstelling tot het idee dat de heerser – in dit geval de overheid – boven de wet staat (Tamanaha 2004: 9). Door het heftige geweld in het land door zowel bendes en politie, trek ik de “Rule of Law” in twijfel als het gaat om Jamaica. Ik baseer dit op het feit dat het lijkt alsof de politie zichzelf boven de wet plaatst door onrechtmatige schietincidenten uit te voeren. Gray (2003 in Johnson 2005) plaatst Jamaicanen – vooral uit de inner-cities - binnen een stedelijke subcultuur, die wordt gekenmerkt door een gevoel van raciale en klasse deprivatie (Johnson 2005: 586). Overleven is de levensstijl in inner-cities van Kingston volgens mijn informanten Riot en Andrew en het is daarom volgens Gray (2003) logisch om toevlucht te nemen tot criminaliteit en talrijke vormen van onwettigheden zoals overvallen, afpersing, drugssmokkel en geweld. Dit wil niet zeggen dat de informele relaties gebaseerd op vertrouwen niet kunnen fungeren als een belangrijke factor bij het handhaven van sociale stabiliteit. Als de informele sector echter gevestigd is in de Derde Wereld zullen de negatieve normen worden uitvergroot en worden geconcentreerd, zoals ook in Jamaica gebeurt. Hierdoor wordt de autoriteit van de staat openlijk ontweken en uitgedaagd, wat het onvermogen van de rechtstaat en dus de “Rule of Law” laat zien (Johnson 2005: 586). Wat je ziet gebeuren door het onvermogen van Jamaica als rechtstaat is, waar de inner-cities geregeerd worden door bendeleiders – zoals in paragraaf 1.1. naar voren is gekomen, – het een zorgvuldig maar onstabiele samenleving is. In deze versterkte politieke zone waar de politie een staatsautoriteit is, wordt de politie minachtend bekeken door de inwoners terwijl een alternatieve regering en structuren buiten de rechtsgang om “Rule of Law” vervangen (Johnson 2005: 586-587). Wat leidt tot een overname door de bendes in de inner-cities. Deze paragraaf laat zien dat het sociaal contract en “Rule of Law” twee belangrijke concepten zijn als het gaat om het begrijpen van het (politie)geweld. Wanneer er een stabiele “Rule of Law” is, zal zwaarder worden opgetreden tegen overtreders van de wet dus ook tegen de politie. Daarbij als zowel de staat als de bevolking zich weerhoudt van geweld tegen en naar elkaar en de burgers hun vertrouwen in de staat terugkrijgen als het gaat om bescherming, zou Jamaica zich kunnen ontwikkelen tot een stabieler en rechtvaardiger land. Wat uiteindelijk zal leiden tot minder (politie)geweld en minder bendeleiders en bendegeweld zoals in de huidige situatie.
Pagina | 27
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
2.3. Conclusie
In
dit hoofdstuk is de rechtspraak in Jamaica belicht. De inwoners van inner-cities – waar het
merendeel van het (politie)geweld voorkomt – voelen zich niet gehoord door de staat. Doordat er veel onrechtmatige schietincidenten zijn met de politie, demonstreren de inwoners van Jamaica na een schietincident. Een reden voor deze demonstraties is dat de inwoners weinig capaciteit hebben om te pleiten voor hun rechten, waardoor zij zich machteloos en vervreemd voelen in de interactie met de staat. Bij nader inzien is de lijn tussen dader en slachtoffer soms moeilijk te achterhalen, aangezien criminelen die omkomen door schietincidenten met politie, gezien worden als helden en dus slachtoffers zijn. Ongeacht de status van dader of slachtoffer verliezen burgers het vertrouwen op bescherming die de staat hen hoort te bieden. Het sociaal contract dat de staat symbolisch aangaat met zijn burgers en vice versa door het betalen van belasting lijkt niet te werken, maar ook “Rule of Law” is nog niet optimaal. Door het (politie)geweld dat zich afspeelt in Kingston, plaatsen zowel de politie – in dienst van de staat – als burgers zich boven de wet. Jamaica is bezig een stabiele democratie aan het opbouwen wat mogelijk is als de “Rule of Law” verder wordt uitgewerkt. In hoofdstuk 3 zal ik verder ingaan op het politieke systeem. De connectie tussen de politiek, de bendes en de politie wil ik laten zien en wat de gevolgen van deze verwevenheid zijn. Er komt vanuit de politiek nog geen verandering als het gaat om politiegeweld en onwettigheid. Straffeloosheid lijkt daarbij de regel. Ongeacht dat er nog geen veranderingen plaats vinden vanuit de politiek, zijn er tegengeluiden als het gaat om politiegeweld door NGO’s.
Pagina | 28
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Hoofdstuk 3. Omgaan met een falend politiek systeem Toen ik met Riot bij de familie Schue in Mountain View het interview had afgerond, besloten we om terug te lopen naar de plek waar we Riot hadden opgehaald. Hierdoor kon ik de wijk zien en met Riot napraten, aangezien dit incident overal in de krant had gestaan en de inwoners van Kingston op de hoogte waren van Kavorn Schue. Wanneer wij terug lopen en langs winkeltjes en barretjes – ook gemaakt van golfplaten maar geverfd in vrolijke kleuren – kijkt iedereen naar ons. Ik voel de ogen branden en soms krijg ik de kriebels. Toch voel ik me veilig omdat Riot iedereen kent. Ondertussen vertelt Riot mij dat deze wijk een onzichtbare grens heeft. Deze grens betekent dat de wijk is opgedeeld in de twee politieke partijen die in Jamaica zijn. Wanneer wij over die grens heen lopen, kijk ik om mij heen. Ik zie geen verschil tussen de twee helften en alles ziet er aan beide kanten hetzelfde uit. Toch vertelt Riot dat tijdens verkiezingtijd vaak ‘oorlogen’ uitbreken, waardoor de twee groepen elkaar aanvallen. Ook is men verplicht om te stemmen op de politieke partij die in zijn gedeelte van de wijk heerst.
Politiek lijkt een grote rol te spelen in het geweld in de inner-cities. Bendes staan voor een partij en worden gesteund door de politieke partij waar zij voor staan. Deze connecties tussen politiek en bendes kunnen het geweld in de hand werken waardoor het niet afneemt. In dit hoofdstuk wil ik inzoomen op het politieke systeem en uiteenzetten waarom het niet lukt om het politiegeweld te verminderen. Doordat het niet lukt, noem ik het een falend politiek systeem. Wat het lastig maakt, is de verwevenheid van de politiek, politie en bendes. Hoe is deze connectie ontstaan en hoe is het geweld in Kingston überhaupt zo heftig geworden? Dit zijn vragen die naar voren komen in dit hoofdstuk. Straffeloosheid is een concept dat hierbij aan de orde komt, omdat het lijkt alsof dit de regel is in Jamaica als het gaat om het aanwezige en heftige geweld. Ongeacht dat het de politiek niet lukt om het geweld terug te dringen, blijft het politiegeweld een groot probleem als het gaat om mensenrechtenschending. Mensenrechten kunnen als een westerse perceptie gezien worden die op ontwikkelingslanden wordt gedrukt. Jamaica is een ontwikkelingsland en ik wil kort stil staan bij de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens en hoe hier tegenaan gekeken wordt door NGO medewerkers. Daarna ga ik in op twee NGO’s – Jamaicans for Justice en INDECOM – die tegenwicht geven aan de politiek, maar ook hoe zij tegen de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens aankijken. Hoe wordt dit op lokaal niveau ingebed als dit al wordt gedaan? Zij proberen met hun programma’s slachtoffers bij te staan op juridisch gebied met de lange wachttijden maar ook zij lopen aan tegen problemen. Als laatste wil ik kort stil staan hoe inwoners van Jamaica de toekomst zien. Wat moet gedaan worden om het geweld terug te dringen en zien zij dit gebeuren in de komende jaren? De meeste inwoners voelen zich machteloos als het gaat om verandering.
3.1.
Connecties houden het geweld in stand
Mrs. Fuller, 102 jaar oud, vertelde tijdens een interview aan de krant dat vroeger geen criminaliteit bestond, geen muren en alarmsystemen om elk huis in Kingston. “Horrendous crimes committed recently Pagina | 29
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
were unheard of then” (Jamaican Observer, 201320). Maar hoe komt het dat Jamaica en dan voornamelijk Kingston zo gewelddadig is geworden? Sinds de onafhankelijkheid in 1962 moest een Jamaicaans politiek stelsel worden ontwikkeld met als resultaat een tweepartijen democratie met aan de ene kant de People’s National Party (PNP) en aan de andere kant Jamaica Labour Party (JLP). Vanaf de onafhankelijkheid zijn de politieke partijen met elkaar gaan strijden. Strijden op een manier dat oorlogen uitbraken tussen de aanhangers van de twee partijen, vertelde Andrew. Mr. Landson van INDECOM bevestigde dit en vulde aan dat politici wapens naar Jamaica hebben gehaald met hulp van de Verenigde Staten (VS) en de CIA. Michael Manley, de leider van de PNP en in de jaren 1960/1970 Minister President, wilde Jamaica na de onafhankelijkheid socialistisch maken wat de VS niet wilden aangezien in de regio Cuba al communistisch was. De VS wilden een kapitalistisch Jamaica. De angst van de VS waren communistische invloeden sinds het uitbreken van de Koude Oorlog, waardoor zij zich begonnen te bemoeien met landen om hen heen dus ook met Jamaica. Op deze manier hoopten de VS dat socialistische partijen omver werden geworpen. Toen Cuba in handen viel van Fidel Castro werd de angst voor het communisme nog groter (Stojanovic 2010). Geleid door deze angst gingen de VS de JLP bijstaan, de oppositie van de PNP. De VS gaven in samenwerking met de CIA wapens aan de JLP om op deze manier Michael Manley te liquideren. Om zichzelf te verdedigen had de PNP ook wapens ‘nodig’. Vanaf dit moment is Jamaica gewelddadig geworden waardoor inwoners zich gedwongen voelden – en nog steeds voelen - om zich te beschermen door middel van alarmsystemen, muren om hun huizen en individueel wapenbezit. Mr. Smith, een onderzoeker van INDECOM die daarvoor bij Police Public Complaints Centre (PPCC)21 werkte, vertelde mij in een interview dat in 1980 bijna een burgeroorlog was uitgebroken in Jamaica door de politieke ontevredenheid waar Dons (bendeleiders) de kans aangrepen om de inner-cities over te nemen in de jaren 1990. Bendeleiders regeren sindsdien deze wijken. Het gevolg van bendes is dat veel turf oorlogen22 ontstaan. Dit heeft als consequentie dat de politie moet optreden in deze oorlogen waardoor veel onschuldige mensen komen om het leven. Dit komt volgens Mr. Smith omdat Jamaica een “slechte samenleving” heeft. Dit vult hij aan met het gegeven dat voor elk ‘vermoord’ iemand wraak wordt genomen om iemand anders om het leven te brengen. De politiek doet hier niets aan en sluit zijn ogen en de bendeleiders weten dit. “The program our political party has now, is not working. Bureaucracy causes crime to rise. It creates corruption. Politics cause these wars because they ask for protection and provide gangs with guns”, aldus Mr. Smith. De connectie die bestaat tussen politiek en bendes lijkt het falen van het politieke systeem weer te geven. De verstrengeling van machtsstructuren van bendeleiders met het formele politieke systeem en de staatsbureaucratie echter suggereert dat verder gedacht moet worden dan "parallelle staten" die zich bezighouden met het concurreren van elkaar. Integendeel, de twee systemen – het politieke systeem en bendeleiders – werken samen. Bendeleiders Krantenartikel in Jamaican Observer, de landelijke krant. Interview met Beatrice Fuller, 24 Maart 2013. PPCC was het onderzoeksbureau van politiegeweld voor INDECOM. 22 Turf oorlogen zijn oorlogen die gevoerd worden over een stuk grond. 20 21
Pagina | 30
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
blijven functioneren als belangrijke inner-city gatekeepers, niet alleen voor politici, maar ook voor overheidsinstellingen en bureaucraten. Diverse Kamerleden en ambtenaren (alsook ondernemers en NGO medewerkers) spreken over de pragmatische noodzaak en zelfs de efficiëntie van het werken met bendeleiders (Jaffe 2011: 74). Mr. Smith vertelt dat veel bedrijven investeren in Jamaica om zo wijken op te knappen. Zonder deze connecties is het onmogelijk voor politici of ondernemers om de inner-cities in te komen. Omgekeerd, bendeleiders rekenen op politici en staatsbureaucratieën voor de contracten met de overheid dat in een aanzienlijk deel van hun inkomen voorziet (Jaffe 2011: 74). Het gevolg hiervan is dat deze verwevenheid in stand wordt gehouden van beide kanten. Politici en overheidsactoren hebben bendes nodig om publieke goederen alsmede particulieren belangen veilig te stellen waarvoor zij in ruil hun ogen sluiten voor het geweld. De bendeleiders gebruiken politici en ambtenaren op hun beurt voor dezelfde doeleinden (Jaffe 2011). Door deze zelfde gebeurtenis – de politieke oorlogen in de jaren 1960 tot 1980 – en de connecties van de politiek met bendes zijn tot op de dag van vandaag nog steeds bendeoorlogen rondom verkiezingstijd, die veroorzaakt worden door bendeleiders die een politieke partij steunen. Daarnaast steunt de politiek deze bendeleiders wat leidt tot straffe- en wetteloosheid. Wanneer de politiek de constitutie aanpast, kan dit veranderen maar in plaats daarvan sluit zij haar ogen wat zorgt voor verdeeldheid in de inner-cities. Elke wijk heeft een onzichtbare grens zoals in Mountain View uit het voorbeeld hierboven, waarvan PNP aan de ene kant heerst en JLP aan de andere kant van de grens. Alle bewoners van de wijk zijn op de hoogte van deze onzichtbare grens, vertelde Riot. Ongeacht of je achter de partij staat die in jouw woonwijk heerst, dwingt de heersende bende om daarop te stemmen. Door deze verdeeldheid in wijken maar ook de verwevenheid van bendes en politiek lijkt straffeloosheid de regel te zijn in Jamaica. In de volgende subparagraaf wil ik stil staan bij wat straffeloosheid inhoudt. Jamaica is naar mijns inziens nog bezig met de overgangsperiode sinds de onafhankelijkheid in 1962 en het land is bezig met het opbouwen van een stabiele democratische staat, wat zij op dit moment al beweren te zijn. Zoals in vorige hoofdstukken naar voren is gekomen, lijkt het alsof de politie een vrijbrief van de staat heeft gekregen om geweld te gebruiken tegen verdachten, die nog niet schuldig verklaard zijn, waardoor straffeloosheid de regel is geworden.
3.1.1. Straffeloosheid “A lack of professionalism and training of judges leads to the pattern of impunity for police officers suspected of committing extra-judicial killings of civilians. Unprofessional and inexperienced judges are an integral part of the flawed justice system that allows the Jamaican police to carry out killings with impunity.” Patterns of Impunity, Jamaicans for Justice.
Zoals ik al vaker naar voren heb laten komen, is straffeloosheid een groot probleem in Jamaica. Het citaat laat zien dat een gebrek aan professionalisme en opleiding van rechters tot het patroon van straffeloosheid leidt door politieagenten die verdacht worden van het plegen van buitengerechtelijke Pagina | 31
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
executies van burgers. Onprofessioneel en onervaren rechters zijn een integraal onderdeel van het gebrekkige rechtssysteem, dat het mogelijk maakt dat politieagenten ongestraft kunnen moorden. Dit staat in schreel contrast tot de “Rule of Law”: de staat en de politie hebben een verplichting om het internationale recht te respecteren en het recht op leven te beschermen. De Jamaica Constabulary Force moet voldoen aan de internationale normen. In hun betrokkenheid van dodelijk geweld echter, nemen een aantal politieagenten in Jamaica regelmatig een loop met deze normen, alsmede de nationale regelgeving (Jamaicans for Justice 2008: 27). Straffeloosheid van de politie wordt hierdoor regel: in de afgelopen tien jaar, is slechts een veroordeling van een politieagent geweest voor moord in 200623, en zit een politieagent vast na het onrechtmatig doodschieten van een zwangere vrouw. De agenten gaan vrijuit. Waar de staat de bevolking juist hoort te beschermen tegen geweld en criminaliteit draagt de staat samen met de politie hier juist aan bij. In mijn ogen faalt de staat om geen verantwoording te nemen naar zijn burgers. Er wordt excessief geweld gebruikt door de politie, omdat ze er van uit gaat dat zij ongestraft zal blijven. Dit leidt tot een toename van het geweld en de straffeloosheid. Maar hoe heeft het zover kunnen komen dat straffeloosheid heerst? Door de InterAmerican Commission is een patroon geïdentificeerd in Jamaica als het gaat om een onevenredig groot aantal moorden, die wordt geassocieerd met de veiligheidstroepen van de staat waaronder de politie, maar dat zeer weinig vervolgingen zijn ondernomen met betrekking tot deze moorden. De Commissie merkte op, dat dit patroon een perceptie is in Jamaica waardoor de politie boven de wet is komen te staan. Met de uitkomst dat het nadelige gevolgen heeft voor de vertrouwensrelatie die hoort te bestaan tussen de bevolking en de krachten die verantwoordelijk zijn om hen te beschermen (Jamaicans for Justice 2008: 9). Dit is al in meerdere voorbeelden naar voren gekomen. Vanuit Amnesty International worden deze buitengerechtelijke executies gezien als onwettig of opzettelijk doden dat wordt uitgevoerd in opdracht van de overheid of dat de overheid hieraan medeplichtig is (Ibid: 10). Daarnaast draagt slecht onderzoek bij aan straffeloosheid. Dit komt doordat de politie op de plaats delict met het bewijs heeft geknoeid waardoor het niet meer duidelijk te onderzoeken is. Daarbij hebben de twee grote partijen – PNP en JLP - tot op zekere hoogte relaties met een aantal van hun kiesdistricten bekend als ‘inner-city politiek’, zoals naar voren kwam in de vorige paragraaf. Inner-city politiek is een vorm van politiek cliëntelisme waar politici overheidsmiddelen gebruiken om stemmen te beveiligen en als tegenprestatie leveren zij materiële voordelen zoals huisvesting of werkgelegenheid in de inner-cities (Jaffe 2012: 187 – 188). Opmerkelijk is dat door deze verbondenheid van politiek en bendes het ook straffe- en wetteloosheid in de hand werkt. Veel schietincidenten vinden plaats door politieke onenigheid vooral tijdens verkiezingstijd. De politie moet vaak optreden in politieke bendeoorlogen waardoor veel onschuldige slachtoffers vallen. Ook hiervoor sluit de politiek zijn ogen met shootouts als reden en ‘dit hoort nu eenmaal bij verkiezingen’. Niemand wordt voor deze gewelddadige oorlogen opgepakt en gestraft (Jamaicans for Justice 2012). In Jamaica is deze verbondenheid van politiek met bendes een groot probleem dat bijdraagt aan straffeloosheid.
23
Data verkregen door participerende observaties en informele gesprekken bij INDECOM.
Pagina | 32
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Daarnaast schendt straffeloosheid mensenrechten. Dit is zeker van toepassing op Jamaica. Mensenrechten zijn “het recht op leven” en dit geldt ook voor de inwoners van Jamaica. In de volgende paragraaf wil ik stil staan bij de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. Deze rechten worden vaak beticht van een westers perspectief. Ik vraag me af of dit ook het geval is in Jamaica. Met hulp van NGO’s – Jamaicans for Justice en INDECOM - wordt hiernaar gekeken. Zoals ook al eerder naar voren is gekomen, hebben burgers in de getroffen gemeenschappen weinig capaciteit om te pleiten voor hun rechten. Gelukkig zijn er NGO’s die deze mensen bijstaan tijdens het proces om gerechtigheid te verkrijgen. Ik zal het werk laten zien van Jamaicans for Justice en INDECOM in hun strijd om politiegeweld te verminderen in Jamaica.
3.2.
Mensenrechten, een Westers perspectief?
“Mensenrechten zijn er om mensen te beschermen over de hele wereld, tegen de macht van de staat en moeten zorgen dat iedereen kan leven in menselijke waardigheid. De mensenrechten vormen de basis voor alle wetgeving en beleid van de overheid.” College voor de Rechten van de Mens (2012).
“Mensenrechten zijn lege hulzen, zijn illusies, zijn dagdromen, zijn mooie woorden en niets meer dan dat als er geen toezicht is op de naleving van die rechten van de mens.” Flinterman (1999: 123 & 125).
Hierboven staan twee verschillende uitspraken die betrekking hebben op mensenrechten. Het zijn uitspraken die laten zien wat mensenrechten zijn, maar ook de kritiek op deze rechten en het westerse perspectief daarop. Ik wil hiermee duidelijk maken dat hoewel iedereen recht heeft op leven met daaraan verbonden rechten, er ook de andere kant is: de kant van kritiek op de manier hoe deze mensenrechten zijn opgesteld. In mijn onderzoek heb ik geprobeerd om erachter te komen hoe NGO’s naar mensenrechten kijken en of zij het inderdaad een westerse manier van kijken vinden. Sinds 1948 is het bouwwerk van normen en standaarden zoals beschreven in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens door de internationale gemeenschap van de VN tot stand gebracht (Flinterman 1999: 116 – 117). Mensenrechten an sich zijn een ruim begrip waaronder dertig verschillende rechten vallen. De mensenrechten die voor mijn onderzoek van belang zijn en waar ik tijdens mijn onderzoek voornamelijk naar gekeken heb, zijn de volgende rechten:
Niemand zal onderworpen worden aan folteringen, noch aan een wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing.
We zijn allemaal beschermd door de wet, een ieder heeft hier recht op.
Niemand zal onderworpen worden aan willekeurige arrestatie, detentie of verbanning.
Een ieder heeft in volle gelijkheid recht op een eerlijk proces.
Pagina | 33
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Je bent onschuldig, tenzij schuldig bewezen24.
Ondanks dat Universele Mensenrechten over de gehele wereld ingebed zijn en deze zo goed mogelijk nagestreefd worden, wordt vaak gezegd dat de Universele Verklaring van de VN in 1948 gezien moet worden als een verklaring van westerse ideeën geïnspireerd op Joods-Christelijk ideeën over de waardigheid van de mens (Flinterman: 123), waaronder ook de bovenstaande rechten. Zomeren (1999) noemt dit de ‘westerse hypocrisie’, omdat het kan worden opgevat als ‘wat goed is voor ons, is ook goed voor anderen, onze rechten zijn universele rechten en goed voor iedereen’, maar dit hoeft niet het geval te zijn volgens Zomeren (1999: 157-158). In 1948 was de omvang van de VN nog gering. Hierdoor kan “de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens niet gezien worden als een reflectie van de belangrijkste waarden in alle godsdiensten en culturen van deze wereld”, aldus Flinterman (1999: 123). Daarnaast worden de voormalige koloniën – dus ook Jamaica – gezien als ‘onderontwikkeld’ ten opzichte van de ex-overheersers: het Westen. Zij zijn toentertijd als slaven gebruikt door de meesters uit het Westen (Zomeren 1999: 158). Zijn Universele Mensenrechten dan toch een doekje voor het bloeden voor het verleden, een ‘gesublimeerd sorry’ zoals Zomeren het noemt (Ibid: 160)? Met de komst van mondialisering waar goederen, kapitaal en mensen de hele wereld over gaan (Bauman 2011), zijn de mensenrechten die opgesteld zijn in 1948 ook verspreid op mondiaal niveau. Ik stel hierdoor dat de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens gezien kan worden als engaged universals waarover Tsing (2005) schrijft. Engaged universals houden in dat ‘iets’ als mondiaal gezien wordt, wat een gezamenlijk doel heeft en waaraan gewerkt wordt. Toch moet rekening gehouden worden met diversiteit op lokaal niveau. In dit geval is de universal de Universele Verklaring van Mensenrechten (Tsing 2005). Ik ben van mening dat engaged universals zoals mensenrechten gezien moeten worden als een dialoog, waarin het globale het lokale beïnvloedt en vice versa. Mensenrechten worden ingebed in de Derde Wereld op een andere manier dan in het Westen en beide werelden beïnvloeden deze rechten op hun eigen manier. De codificatie van de normen van de mensenrechten wordt zowel door sommige schrijvers als Flinterman (1999) en Zomeren (1999), als door regeringen geïnterpreteerd als mensenrechten gebaseerd op de westerse cultuur. Dit impliceert dat deze rechten niet toe te passen zijn op een samenleving wiens cultuur niet-westers is. Ondanks de opvattingen van Flinterman (1999) en Zomeren (1999) bestaat zoiets als de Aziatische opvatting zoals de schrijvers Donnelly (1993), Trear (1991) en Ghai (1994) laten zien. Mensenrechten evolueren als gevolg van industrialisering en moeten worden uitgelegd in de context van de situatie. Mensenrechten worden daarom geconceptualiseerd op een manier die zich aanpast aan de situatie, het denken en de praktijken van de volkeren in een niet-westers land (Hurights Osaka 1996). Dit sluit aan op de engaged universals van Tsing (2005) en staat haaks op de argumentaties van Flinterman (1999) en Zomeren (1999). Het laat zien dat
24
Bron: College voor de rechten van de Mens & Mensenrechten. (7 juni 2013) Pagina | 34
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
mensenrechten lokaal ingebed kunnen worden en dat verder gekeken moet worden dan ‘westerse hypocrisie’. Wanneer ik inzoom op het Caribisch gebied waaronder Jamaica valt bevatten Caribische grondwetten gedetailleerde documenten en sluiten nauw aan bij het Europees Verdrag voor de mensenrechten en de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (Helfer 2002). Bevordering van de mensenrechten wordt ook gestimuleerd door binnenlandse NGO’s - zoals Jamaicans for Justice - en een systeem van de ombudsmannen, dat individuele klachten binnen krijgt over misbruik van de overheid. De regio’s zetten zich in voor de bescherming van mensenrechten en beperken het niet tot de huiselijke kring. Nieuwe onafhankelijke Caribische regeringen ondersteunen de internationale instellingen, waaronder die met betrekking tot de mensenrechten (Helfer 2002: 1846). Ondanks dat de grondwetten mensenrechten bevatten, worden problemen met en zorgen over mensenrechten vaak niet gemeld. De geringe omvang van de bevolking van het Caribisch gebied zou een van de redenen kunnen zijn. Daarnaast is de zwakte van overheden die niet genoeg kennis hebben van mensenrechten of het niet als prioriteit zien (Commenwealth Human Rights Initiative). Jamaica heeft te kampen met een staat, die niets tot weinig doet tegen het politiegeweld. In de volgende paragraaf wil ik laten zien dat er NGO’s zijn die het gat proberen te dichten tussen de staat en zijn bevolking als het gaat om mensenrechten(schending) en een tegenreactie zijn op de falende politiek en het rechtssysteem. Daarnaast wil ik laten zien dat de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens omarmd wordt door de NGO’s in Jamaica en het niet alleen een Westers idee vinden.
3.3.
NGO’s als tegenreactie
NGO’s proberen naast het bijstaan van slachtoffers in rechtszaken normalisering van geweld deels tegen te gaan. Er wordt geprobeerd om de bevolking te laten inzien dat het anders kan. Conflicten hoeven niet met geweld opgelost te worden. Jamaicans for Justice probeert daadwerkelijk voor verandering te zorgen in politieke, sociale en economische systemen in Jamaica. Naast organisaties zoals Jamaicans for Justice die voor verandering willen zorgen en slachtoffers helpen, is – zoals al eerder naar voren is gekomen - een andere organisatie INDECOM die alles onderzoekt waar de politie bij betrokken is. Zij voeren het onderzoek uit voordat het naar de rechtbank gaat. Daarnaast mag elke burger naar INDECOM komen als zij een klacht hebben over de politie en daar iets tegen willen doen. Dit is vaak een klacht over machtsmisbruik door de politie als de meest voorkomende klacht bij INDECOM na schietincidenten. Sommige slachtoffers geven het na een aantal jaar op, omdat het teveel geld kost, maar ook teveel leed veroorzaakt om het steeds opnieuw te herleven. Er zijn meerdere redenen dat slachtoffers na een aantal jaar hun aanklacht terugtrekken of er mee stoppen. Vanuit NGO’s gezien is het grootste probleem ‘tijd’. Zo kwam ik erachter bij Jamaicans for Justice dat het onderzoek zelf anderhalf jaar in beslag neemt om alle details van het incident op een rij te krijgen. Daarna moet het op de lijst komen van de rechtbank wat zestien maanden duurt. Wanneer de zaak op de lijst staat, duurt het nog twee Pagina | 35
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
maanden om de zaak rond te krijgen en de supreme court review duurt twintig maanden. Nadat de zaak is voor gekomen, maar nog steeds geen uitspraak is, wordt een tweede onderzoek ingediend en deze duurt ook weer veertien maanden. Al met al zijn slachtoffers zonder enige uitspraak al zes jaar verder met alleen het onderzoek naar hun zaak. Een andere reden naast de tijdsinspanning is dat alleen politieagenten komen opdagen als getuigen en dat burgers niet durven te komen, waardoor maar een kant van het verhaal bekeken wordt. Als gevolg van dit alles worden de agenten in kwestie vrijgesproken. In de volgende subparagraaf zal ik de rol van de twee NGO’s neerzetten in hun strijd tegen politiegeweld en hoe zij tegen de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens aankijken.
3.3.1.
“You need Human Rights to function”25
Terwijl ik aan het praten ben met Mr. Douglas, gaat om 10:20 uur de telefoon bij de baas van onze afdeling. “Onze afdeling” beslaat de regio Kingston en St. Andrews. Terwijl ik op de werkplek blijf zitten met Mr. Douglas roept Mrs. Miller, mijn supervisor, over het muurtje - waarmee haar werkplek met de werkplek van Mr. Douglas wordt gescheiden - “Merel, I think this might be it! Your First crime scene. Let’s hear the details!”. Het hele team keek heel blij naar me, omdat ik al anderhalve week op kantoor zat zonder dat er iets gebeurde. Het ging inderdaad om een plaats delict: multiple gunshots. Het hele team begon onrustig heen en weer te lopen en taken te verdelen, iedereen schreef dingen op, iemand ging een geel vest voor me halen waarop INDECOM stond, zodat ik herkenbaar was op de plaats delict en ik moest rustig op mijn stoel blijven zitten. Na een uur hadden we genoeg informatie en ging ik met Mr. Douglas en forensisch onderzoekster Mrs. Brown naar het plaats delict. Spannend vond ik het zeker, want ik wist niet wat er ging gebeuren, het was tenslotte ook nog op klaarlichte dag gebeurd. Eenmaal in de wijk aangekomen hoefden we niet te zoeken. Er reden twee politieauto’s voor ons, de straat was afgezet en er stonden vijf agenten voor het lint. In de straat zelf stonden twee politiebussen waarin agenten zaten. Mr. Douglas legde mij alles uit terwijl, we naar het huis liepen. Daar stonden twee detectives op ons te wachten. We moesten achter hen aanlopen om geen bewijs te verliezen. Zenuwachtig probeerde ik precies in dezelfde voetstappen te lopen als Mr. Douglas om zo geen bewijs te verpesten. Na een uur rond gekeken te hebben terwijl Mrs. Brown overal foto’s van maakte, gingen we naar het politiebureau. Daar werden foto’s gemaakt van het vuurwapen waarmee het slachtoffer is omgekomen. De agent die geschoten heeft, is vanaf dat moment ook overal bij. Er wordt naast INDECOM ook onderzoek gedaan door de politie zelf. In het politiebureau zaten we met elf personen naar het wapen te kijken. Het was erg warm en gelukkig duurde het maar een half uur. Hierna moesten we nog naar het mortuarium waar het lichaam getoond zou worden. Mr. Douglas maakte zich erg zorgen over mij, omdat hij niet wist hoe het lichaam er aan toe was. Het lichaam werd binnen gereden in een warme ruimte met een ventilator aan het plafond. Door INDECOM werden foto’s gemaakt van de kogelgaten, handafdrukken gemaakt en het lichaam werd in een bodybag gedaan. Deze bodybags moeten zelf worden meegenomen door INDECOM en worden afgeplakt zodat niemand aan het lichaam mag komen. Tijdens het onderzoek komt Mr. Douglas steeds bij me staan om alles uit te leggen, maar ook om te kijken of het goed met me gaat. “Look, all the bullets went in on the left side of the body. You know what that mean? That is the crucial part of our body. Police officers are trained to aim at that side so the bullets will be fatal”.
INDECOM is opgezet in 2010 nadat Jamaica van de VN een slechte beoordeling heeft gekregen als het gaat om mensenrechten, en dan voornamelijk om het hoge aantal politie-incidenten en het niet goed 25
De titel is een uitspraak van Mrs. Miller, mijn supervisor bij INDECOM.
Pagina | 36
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
afhandelen hiervan. Incidenten zoals hierboven beschreven zijn voor de onderzoekers een dagelijkse taak op het werk. Wanneer een schietincident met politie plaats vindt, worden zij automatisch ingelicht en zijn de onderzoekers van INDECOM verplicht om binnen vier uur op de plaats delict te zijn. Vanaf dat moment proberen zij alle informatie te verkrijgen over wat gebeurd is en of het rechtmatig is wat de politie heeft gedaan. INDECOM streeft naar gerechtigheid en de medewerkers zullen geen kant kiezen, maar nemen van elke partij een verklaring af. Onderzoekers gaan naar elk detail op zoek om op die manier een zaak rond te krijgen. Hierdoor kan het soms twee jaar duren voordat een zaak naar de rechtbank gaat. Onder de druk van de VN moet de politie verplicht reageren op INDECOM. Doet de agent in kwestie dit niet, riskeert hij een boete van drie miljoen Jamaicaanse dollar (ruim 22.000,- euro) of een gevangenisstraf. Als wordt gekeken naar de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens maakt INDECOM hier gebruik van. Zij hebben eigen overzichten (charts) gemaakt, die hiervan afgeleid zijn. Hierop zijn de rechten van de mens aangepast op Jamaica, waardoor ze beter toepasbaar zijn om mee te werken oftewel ze zijn lokaal ingebed. Wat mij opvalt is dat het overeen komt met de engaged universals van Tsing (2005), het mondiale dat de universele verklaring is, wordt door INDECOM geaccepteerd en op lokaal niveau geïntegreerd. Dit geldt ook voor Jamaicans for Justice. De rechten, die opgesteld zijn vanuit de VN hebben zij geïmplementeerd in hun overzichten (charts) en in hun informatiebrochures. Jamaicans for Justice is een specifieke mensenrechtenorganisatie die naast het bijstaan van slachtoffers ook
aandacht
vraagt
op
zowel
nationaal
als
internationaal
gebied.
Voor
de
slechte
mensenrechtensituatie vraagt zij die aandacht door persberichten te versturen en het creëren van bewustzijn onder de bevolking wat mensenrechten inhouden en wat gedaan kan worden om deze te verbeteren. Door bewustwording te creëren ontstaan percepties over mensenrechten onder de bevolking. Ik ben van mening dat percepties ook bepaald worden door de politieke realiteit binnen een land. Burgers van repressieve landen hebben waarschijnlijk een negatievere perceptie dan burgers van landen met een gunstigere mensenrechtensituatie (Carlson & Listhaug 2007: 468). Percepties zijn om twee redenen van belang. Als eerste reden zijn percepties van belang voor het creëren van motieven, zodat burgers deel nemen aan politieke acties om mensenrechten in hun land te verbeteren. Een betreurenswaardige mensenrechtensituatie kan gevoelens van onvrede onder de bevolking laten toenemen, wat bijdraagt aan een gebrek aan of een afnemende steun voor de bestaande regering en haar
beleid
ten
aanzien
van
mensenrechten.
Ten
tweede
hoe
burgers
denken
over
mensenrechtenkwesties kan als middel worden gebruikt om in het grotere debat over de mate waarin de waarden van mensenrechten universeel of relatief zijn te evalueren. Door het vergelijken van de percepties van burgers met die van deskundigen kunnen de condities waarin de maatregelen van mensenrechten samenhangen worden geanalyseerd (Carlson & Listhaug 2007: 468). Over Jamaica kan gezegd worden dat een gebrek aan steun van de bevolking is voor de bestaande regering en zijn beleid, zeker op het gebied van politiegeweld. Doordat op dit gebied een gat ontstaat tussen de staat
Pagina | 37
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
en zijn burgers probeert Jamaicans for Justice dit gat kleiner te maken door het geven van mensenrechtentraining op middelbare scholen, politieafdelingen en in de inner-cities. Ondanks dat door NGO’s veel wordt gedaan aan bijscholen van kennis over mensenrechten aan de bevolking van Jamaica, kleeft een Westers perspectief aan de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens zoals al eerder is aangehaald. Jamaicans for Justice is het echter niet eens dat het hier om een Westers perspectief gaat, want zij stelt dat de manier waarop een regering haar eigen burgers behandelt een kwestie is van legitiem internationaal belang en niet alleen een binnenlandse aangelegenheid (Jamaicans for Justice 2013). Dit wil zeggen dat dankzij de Universele Verklaring de rechten van de mensen in Jamaica beschermd worden en de mensen een beter leven kunnen leiden volgens Mrs. Gomes26. Hetzelfde geldt voor INDECOM, de rechten van de mens zijn erg belangrijk en worden omarmd door de bevolking. “Human rights are the right to life! To function, you need human rights”, aldus Mrs. Miller. Deze mensenrechten zijn voor zowel slachtoffers als voor politieagenten van belang. Wat bij INDECOM sterk naar voren komt door verschillende medewerkers is dat je op zoek moet gaan naar een balans. Alle medewerkers van INDECOM werken aan zaken waarbij de politie betrokken is en dan voornamelijk vanwege dodelijke incidenten, maar er moet ook naar de kant van de politie gekeken worden. De politie zet hun eigen leven op het spel om de bevolking te beschermen en daarvoor werken zij onder slechte omstandigheden. Dit valt ook onder mensenrechtenschending. De politiekantoren zijn niet in goede staat en het salaris dat de agenten verdienen is erg laag. Ondanks dat de meeste agenten hard werken zijn er ook agenten die uit zijn op atrocities. De agenten die daarop uit zijn, overtreden de wet en spelen voor eigen rechter. Daarnaast maakt zeker vijftig procent misbruik van zijn macht als agent waardoor collateral damage ontstaat volgens Mr. Douglas. Er kan gezegd worden dat NGO’s als een waakhond functioneren op het gebied van mensenrechten, maar ondanks dat moet in Jamaica nog een hoop gebeuren als het gaat om de rechtspraak, het politieke systeem en de straffeloosheid, die heerst. Veel inwoners hebben een mening als het gaat om verandering. In de volgende paragraaf wil ik deze meningen van slachtoffers en medewerkers van NGO’s laten horen als het gaat om de toekomst. Wat moet Jamaica veranderen zodat het politiegeweld zal verminderen?
3.4.
Een blik in de toekomst
“We need political change. Now they speak to aggressively to us what makes us aggressive.” Mr. Preston, Victims Support Unit. “Until we do not have a good government, we will keep having these problems, including police violence. The government and police need to respect the Rule of Law.” Mr. Smith, INDECOM. 26
Mevr. Gomes is de executive director bij Jamaicans for Justice.
Pagina | 38
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Deze twee uitspraken laten zien dat voornamelijk de politiek moet veranderen. De politiek sluit zijn ogen voor het geweld en hierdoor blijft het geweld in Kingston doorgaan, waaronder het politiegeweld. Opmerkelijk is dat geen van alle geïnterviewden en informanten weten hoe verandering moet optreden, maar ze wijzen allen naar de politiek. “Jamaica needs at least fifteen to twenty years to change. There need to be a political change, there need to be adjustments in the constitution, it needs to be different because politicians are closing their eyes for all the violence and the Dons know that. As long as the constitution is not changing, Jamaica will not change” aldus Mr. Landson, een onderzoeker bij INDECOM. Opvallend is dat veel Jamaicanen in de rol van slachtoffer gaan zitten. Slachtofferschap ontstaat wanneer slachtoffers niet kunnen begrijpen waarom zij het slachtoffer zijn, al zijn zij zich zeer bewust van de identiteit van de personen die het geweld gebruiken (Hoffman & Graham 2006: 513). Jamaicanen weten dat het geweld ontstaan is door de verwevenheid van bendes en de politiek, maar ze voelen zich vaak machteloos vanwege het feit dat het vaak gaat om onwillekeurig geweld in de inner-cities. Slachtofferschap is een psychologische overtuiging van zichzelf machteloos voelen en waar het ontbreekt aan macht om de situatie te overwinnen (Bag 2009). Dit kwam ook tot uiting bij David, hij is een slachtoffer van machtsmisbruik door politie: “I can do nothing on my own. Until we do not have a good government, we will keep having these problems, including police violence. The government and police need to respect the Rule of Law”. Doordat niemand weet hoe verandering plaats moet vinden, plaats ik hen onder de rol van passief slachtofferschap. Hierbij gaan slachtoffers, maar ook inwoners die nooit eerder in aanraking met geweld zijn geweest, geloven dat het geweld om hen heen tragisch maar onvermijdelijk is. Hun ongeluk wordt geneutraliseerd en er wordt geloofd dat het hun lot is (Bag 2009). “It is just the way it is and we have to accept the violence, it is a part of our culture”, zei Andrew. Opmerkelijk is dat passief slachtofferschap de hulp inroept van externe instanties zodat de staat gestraft kan worden voor het geweld (Bag 2009). Dit is van toepassing op Jamaica waar verschillende organisaties zoals Jamaicans for Justice en INDECOM bestaan die slachtoffers bijstaan, maar ook de ogen proberen te openen van de politiek. Het gevolg hiervan is dat slachtoffers maar ook inwoners de schuld bij de politiek neerleggen en niet wordt overgegaan naar het zoeken van een oplossing. Niemand gaat bij zichzelf te rade wat hij zelf kan doen om de situatie te veranderen. Naast kritiek op de politiek is er ook kritiek op het educatiesysteem. Er moet een educatiesysteem worden gecreëerd volgens Mr. Smit zodat elk kind verplicht is om te leren. “Er is geen leerplicht zoals jullie dat in Europa kennen”, vult Mevr. Miller aan, mijn supervisor bij INDECOM. Met een educatiesysteem ontwikkel je het land door aan een (betere) toekomst te werken, maar dat is nog niet de mindset van Jamaicanen. Ondanks de kritieken op het onderwijs wordt hard gewerkt aan het onderwijs op dit moment, maar het wordt nog te weinig gestimuleerd door de overheid. Dit heeft ook te maken met de hoge werkeloosheid. De hoogopgeleiden gaan veelal naar het buitenland, omdat ze in Jamaica geen baan kunnen vinden wat het op dit moment niet aantrekkelijk maakt om te gaan studeren. “No work, means no money in the eyes of poor people. So why should they invest money they do not have in their self? There is no safety net in Jamaica so no job really means no money. It is easier then to find your Pagina | 39
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
path in crime…”, legde Mr. Smit mij uit. Daarnaast investeren veel internationale en lokale bedrijven in Jamaica om zo wijken op te knappen in de hoop dat het geweld afneemt. Toch blijft de hoge werkeloosheid bestaan omdat veel inwoners niet zijn opgeleid en dit leidt weer tot het niet kunnen vinden van een baan. Studeren lijkt hierdoor nog niet voor iedereen een optie in Jamaica. Wat volgens velen al veranderd is en wat heeft bijgedragen aan minder agressiviteit, voornamelijk onder de jeugd, is de muziek. Jamaica is een land dat bekend staat om zijn muziek en dan voornamelijk reggae en dancehall. Voorheen werd in muziek teveel gezongen met scheldwoorden over demonen, slechte gebeurtenissen, diefstal en criminaliteit dat zorgde dat kinderen dit mee gingen zingen. Nu mogen radiostations zulke muziek niet meer draaien en gaat de muziek alleen nog over de realiteit, vrede en het verbeteren van de mensheid. Hierdoor ontstaan veel positieve geluiden en heeft de bevolking door dat iets moet veranderen, aldus mijn informanten Andrew en Alex. Ook Mr. Preston vertelde mij dat de gewelddadige muziek van de radio’s verbannen is. Daarnaast worden veel nummers gedraaid om bewustzijn te creëren en de realiteit in Jamaica te laten horen in de hoop dat er internationale steun komt. Zo is een lokale muziekgroep T.O.K. die veelal over de realiteit zingt. Een voorbeeld hiervan is het lied “When you cry”. Hurry up and come back Was the last thing she said to her son The day his life was taken She didn't know he wouldn't come back He died from the bullet of a gun And now her little boy is gone27 Dit couplet is een voorbeeld van wat zich in inner-cities afspeelt. Wat ik opvallend vond tijdens elk gesprek over de toekomst is dat de schuld bij anderen wordt gelegd en niet naar zichzelf wordt gekeken. Machteloosheid kan hier een onderliggende reden van zijn, niemand weet wat tegen het geweld gedaan kan worden. ‘Het geweld is er nou eenmaal’, zeggen inwoners van Jamaica, volgens Mr. Mark. Slachtoffers maar ook daders leggen de schuld neer bij grote structuren, politieke en staatsstructuren waardoor zij er niks aan kunnen doen. Zij accepteren de samenleving zoals die op dit moment is en dat is een samenleving vol geweld. Ondanks dat nog weinig verandering optreedt, is een groot deel van de bevolking zich bewust dat er iets gedaan moet worden om het geweld te laten afnemen. De bewustwording lijkt aanwezig te zijn wat de eerste stap in de goede richting lijkt te zijn.
27
In bijlage II: het gehele nummer van T.O.K. “When You Cry”. Pagina | 40
Masterthesis Merel Bleijerveld
3.5.
“Ook ik heb recht op bescherming”
Conclusie
In dit hoofdstuk is de verwevenheid van politiek, bendes en politie naar voren gekomen.
De twee
politieke partijen worden gesteund door verschillende bendes wat bendeoorlogen veroorzaakt, voornamelijk rondom verkiezingstijd. Doordat de politiek zijn ogen sluit voor het bendegeweld waar de politie in betrokken raakt, hebben bendeleiders vrij spel en regeren zij wijken in Kingston. Sinds de onafhankelijkheid in 1962 is Jamaica een gewelddadig land geworden dankzij de bemoeienis van de VS. De VS waren bang dat Minister President Michael Manley van de PNP een socialistisch Jamaica ging maken terwijl de VS een kapitalistisch Jamaica wilde. Daarbij waren de VS bang voor communistische invloeden zoals in Cuba. In samenwerking met de CIA leverden de VS wapens aan de oppositie partij JLP in Jamaica. Vanaf dat moment zijn inwoners van Jamaica zich gaan beschermen tegen het geweld door middel van wapens en alarmsystemen. De connectie die bestaat tussen politiek en bendes, lijkt het falen van het politieke systeem weer te geven. Er moet echter verder gedacht worden dan “parallelle staten” die concurreren met elkaar. In tegendeel de twee systemen – de politiek en bendes – werken samen. Bendeleiders zijn belangrijke gatekeepers in inner-cities voor zowel politici als overheidsinstellingen en bureaucraten. Gevolgen van deze verwevenheid is straffeloosheid. Agenten maar ook bendeleiders worden zelden opgepakt en gestraft waardoor een patroon ontstaat onder Jamaicanen dat de politie boven de wet komt te staan en dat zorgt weer voor een slechte vertrouwensrelatie tussen de bevolking en de krachten die hen horen te beschermen. Door dit aanhoudende geweld worden de mensenrechten van Jamaicanen geschonden. Op de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens is veel kritiek dat het een westers perspectief zou zijn. Jamaicans for Justice en INDECOM zijn het hier echter niet mee eens. Zij omarmen de mensenrechten en hebben deze lokaal ingebed. Het laat overeenkomsten zien met de engaged universals van Tsing (2005). De NGO’s proberen het gat te dichten tussen de staat en zijn bevolking als het gaat om mensenrechten(schending) en zijn een tegenreactie op het falende politieke en rechtssysteem. Ondanks dat NGO’s de bevolking bij staan om gerechtigheid te krijgen, gaan slachtoffers en inwoners in de slachtofferrol zitten. Ze voelen zich machteloos en geloven dat het geweld om hen heen tragisch maar onvermijdelijk is, het is hun lot. De schuld wordt neergelegd bij grotere structuren waaraan zij niks kunnen doen. Ondanks dat er nog geen concrete oplossing is en verandering optreedt, lijkt bewustwording wel aanwezig te zijn. De eerste stap in de goede richting.
Pagina | 41
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Conclusie Kingston
wordt geteisterd door geweld, zowel bendegeweld als politiegeweld. Schietincidenten
komen het meeste voor in de inner-cities van Kingston waar de leefomstandigheden slecht zijn en de inwoners een laag sociaal-economische status hebben. Om het geweld te analyseren heb ik eerst naar de geschiedenis gekeken. Jamaica is in 1655 in Britse handen gevallen en 307 jaar gekoloniseerd geweest. Engeland heeft toen het eiland omgevormd tot het centrum van slavenhandel (Black 1983). Jamaicanen hebben hard moeten vechten om los te komen van de slavernij waarmee veel geweld gepaard ging en waardoor nu gezegd wordt dat agressiviteit in de natuur van Jamaicanen zit. Sinds 1962 is Jamaica onafhankelijk geworden van Engeland, wel in Gemenebest Naties, en is er een tweepartijen democratie gevormd (Chevigny 1990: 407). Sinds deze onafhankelijkheid is Jamaica gewelddadig geworden. De bemoeienis van de VS heeft ervoor gezorgd in samenwerking met de CIA dat wapens naar het land zijn gehaald. De reden hiervoor was dat de VS bang waren dat Minister President Michael Manley van de PNP een socialistisch Jamaica ging vormen, terwijl de VS een kapitalistisch land wilden. Daarbij waren de VS bang voor communistische invloeden zoals in Cuba al het geval was. Hierdoor zijn de VS de oppositiepartij JLP gaan helpen om Michael Manley uit de weg te ruimen. Vanaf dat moment zijn inwoners van Jamaica zich gaan beschermen tegen het geweld door middel van wapens en alarmsystemen. De hoofdstad Kingston is opgedeeld in downtown Kingston – vergane glorie met de meeste sloppenwijken - en uptown Kingston – waar universiteiten en het nieuwe zakencentrum zich bevinden. In de periode van 1998 tot en met 2005 zijn er 8.993 moorden gerapporteerd door de Jamaicaanse politie waarvan 76 procent in Kingston hebben plaats gevonden. Dit heeft geleid tot de reputatie van een stad met de meeste moorden ter wereld (Amnesty International 2001). Oorzaken hiervan zijn naast politiegeweld ook bendeoorlogen in de inner-cities rondom verkiezingstijd. Bendes steunen namelijk een van de twee politieke partijen. Daarnaast kan politiegeweld als racisme gezien worden. In multiraciale samenlevingen in het Caribisch gebied zijn de meeste slachtoffers degene met een donkere huidskleur. Hoewel Jamaica geen multiraciale samenleving is, suggereert het dat armoede van de slachtoffers net zo goed als hun afkomst (race) een bepalende eigenschap is voor het geweld en ook gezien kan worden als racisme (Chevigny 1990: 391). Racisme of niet het geweld neemt niet af. In feite gebeuren veel van de politiemoorden gedurende gebruikelijke patrouilles en vinden er veel standrechtelijke executies van verdachten plaats. De politie speelt in die gevallen zelf voor rechter met onschuldige slachtoffers als gevolg hetzij door middel van willekeurig afvuren dan wel door verkeerde identificering (Chevigny 1990: 407). De verklaring die gegeven wordt door de politie en de staat is in de meeste gevallen zelfverdediging in verband met een Shootout. Hoewel ooggetuigen en forensisch onderzoek tegenovergestelde feiten laten zien, gaat de politie vrijuit. Inwoners zijn bang voor de politie en haar represailles. Daarnaast komen de slachtoffers bijna altijd uit inner-cities waar de woonomstandigheden moeilijk zijn. De meeste wijken zijn al jaren
Pagina | 42
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
verwaarloosd door de staat, waardoor het kleine koninkrijkjes voor bendeleiders zijn geworden oftewel “staten binnen een staat”(Jaffe 2011: 73). Een oorzaak dat ooggetuigen niet durven te getuigen in de rechtbank komt door angst voor de politie en machtsmisbruik. Machtsmisbruik kan zorgen voor collateral damage (Bauman 2011). Hoewel het lijkt alsof de slachtoffers toevallig bij het geweld betrokken raken, komt bij nadere beschouwing naar voren dat het om een specifieke en dus niet willekeurige groep slachtoffers gaat: de arme bewoners van de inner-cities. Hierdoor kan gesproken worden over dehumanisering van de inwoners van deze wijken (McCann & Johnson 2011). Zij staan symbool voor een groep mensen die niet belangrijk genoeg zijn om mee te tellen in de samenleving. De kwetsbare groep met betrekking tot politiegeweld zijn de inwoners van de inner-cities en daarvan is de politie zich bewust. Dit heeft er toe geleid dat de politie beticht wordt van corruptie. Deze kwetsbare burgers zijn het slachtoffer van collateral damage (Bauman 2011). Opmerkelijk genoeg kijkt niemand hiervan op. Er kan gesteld worden dat het geweld in Jamaica genormaliseerd is. Het is een subcultuur van Jamaica. Ondanks dat het bij de cultuur hoort, wil dat niet zeggen dat het wordt geaccepteerd door de bevolking. “Niemand wil het geweld”, zeggen de medewerkers van INDECOM. Opvallend is dat er verschil is tussen downtown en uptown Kingston. Zoals duidelijk geworden is, komen de geluiden dat het niet genormaliseerd is vanuit uptown Kingston en hoger opgeleiden. Het geweld zit diep in het politieke systeem van Jamaica maar niet in de mensen zelf. Downtown Kingston bewoners zien het anders. Doordat de inner-cities worden beschermd en bewoond door bendeleiders en criminele misdadigers, is er sprake van normalisering van geweld in een scala van maatschappelijke domeinen in Jamaica. De werkende armen, de self-employed armen en de werklozen nemen hun toevlucht tot gewelddadige criminaliteit als de enige passende reactie op marginaliteit (Johnson 2005: 587). Waar dehumanisering plaats vindt, vindt ook het gevoel van machteloosheid plaats. De inwoners van inner-cities voelen zich niet gehoord door de staat. Doordat er veel onrechtmatige schietincidenten zijn met de politie vinden demonstraties plaats. Een reden voor deze demonstraties is dat de inwoners weinig capaciteit hebben om te pleiten voor hun rechten, waardoor zij zich machteloos en vervreemd voelen in de interactie met de staat en gerechtigheid zoeken bij hogere structuren zoals NGO’s. Machteloosheid zorgt ook voor het gevoel dat slachtoffers van politiegeweld automatisch onschuldig worden gezien door de omgeving. Wanneer er wordt ingezoomd op de slachtoffers moet er verder gekeken worden dan ‘een onschuldig slachtoffer’. De lijn tussen dader en slachtoffer is soms moeilijk te achterhalen aangezien criminelen die omkomen door politiegeweld, gezien worden als helden en daders nu automatisch het slachtoffer worden. Ongeacht de status van dader of slachtoffer verliezen burgers het vertrouwen op bescherming, die de staat hen hoort te bieden, waardoor er gezocht wordt naar buitengerechtelijke methoden om wraak te nemen en genoegdoening te krijgen. Dit is het gevolg van het feit dat velen hun straf ontlopen. Als Jamaica voor verandering wil zorgen, moet het land een stabiele staat ontwikkelen waar straffeloosheid niet de regel zou moeten zijn. Concepten zoals het sociaal contract en “Rule of Law”
Pagina | 43
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
zijn hierin belangrijk. De operationalisering van het sociaal contract centreert zich rond het idee dat de staat een monopolie heeft gebaseerd op het legitiem gebruik van geweld om zijn burgers te beschermen (Hobbes, Locke en Rousseau in Erckel 2009). Bovendien betalen burgers belasting en in ruil daarvoor zal de staat reageren op de behoeften van de burgers in de vorm van sociale diensten. Vertrouwen is de sleutel tot het sociaal contract. Als er een bepaalde mate van vertrouwen binnen de samenleving is, zal de staat worden gelegitimeerd om het gebruik van geweld te centraliseren om zodoende voor bescherming te zorgen (Erckel 2009) en zullen burgers de “Rule of Law” eerder opvolgen. Helaas missen burgers van Jamaica het vertrouwen, waardoor inwoners afhankelijk worden van privébeveiliging en zich keren tot bendeleiders voor bescherming met als gevolg dat bendeleiders de macht overnemen van de politiek in hun eigen wijk (Jaffe 2012: 184). Opmerkelijk hieraan is dat beide partijen zich niet aan de wet houden waardoor de “Rule of Law” ‘dun’ genoemd kan worden (Cheesman 2009). Dit houdt in dat er sprake is van een rechtstaat, maar dat de wetten nog worden vastgesteld en afgedwongen in plaats van dat de overheid zich bezig houdt met de inhoud (Ibid: 599). In Jamaica lijkt dit het geval te zijn. Verschillende auteurs zoals Dam (2006), North (1990), Kaufmann, Kraay & Zoido-Lobato (1999) en Fukuyama (2011) zijn het erover eens dat er een belangrijk verband bestaat tussen “Rule of Law” en de ontwikkeling in een land. Er wordt gesuggereerd dat “Rule of Law” niet alleen gelinkt wordt aan de economische ontwikkeling maar ook aan de menselijke ontwikkeling, armoedebestrijding en de versterking van een democratie (Dawson 2013: 314). Wanneer de staat een stabiele democratie wil opbouwen, is het duidelijk dat de “Rule of Law” een belangrijk onderdeel is. Op dit moment trek ik de “Rule of Law” in twijfel gebaseerd op het feit dat de politie zich boven de wet plaatst door onrechtmatige schietincidenten uit te voeren. Een gevolg van een dunne “Rule of Law” is dat overleven de levensstijl is in Kingston en inwoners daarom hun toevlucht nemen tot criminaliteit (Gray 2003). Als de informele sector echter gevestigd is in de Derde Wereld zullen de negatieve normen daarvan worden uitvergroot en worden zichtbaar in geconcentreerde vormen, zoals ook in Jamaica gebeurt. Hierdoor wordt de autoriteit van de staat openlijk ontweken en uitgedaagd, wat het onvermogen van de rechtstaat en dus de “Rule of Law” laat zien (Johnson 2005: 586). Wat je nu ziet gebeuren door het onvermogen van Jamaica als rechtstaat, is een overname door bendeleiders in inner-cities. Dit onvermogen laat ook zien dat het politieke systeem faalt en hiertegen niet optreedt. De politiek heeft namelijk banden met bendes. Deze connecties laten zien dat deze twee systemen van politiek en bendes samenwerken. Bendeleiders zijn belangrijke gatekeepers in innercities voor zowel politici als overheidsinstellingen en bureaucraten waardoor er verder gedacht moet worden dan “parallelle staten” (Jaffe 2011: 74). Ongeacht dat de politiek bendes nodig heeft en vice versa zorgt het voor bendeoorlogen in de inner-cities en daarmee onschuldige slachtoffers. Daarbij zorgt deze verwevenheid met elkaar voor straffeloosheid wat weer leidt tot een slechte vertrouwensrelatie tussen de staat en zijn bevolking. Agenten maar ook bendeleiders worden zelden gestraft voor hetgeen zij doen waardoor beiden boven de wet komen te staan. Dit heeft nadelige
Pagina | 44
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
gevolgen voor het sociaal contract en “Rule of Law”. Een ander gevolg van straffeloosheid is dat Jamaica kampt met mensenrechtenschending. Slachtoffers wachten jaren op gerechtigheid en genoegdoening als zij het al krijgen. NGO’s proberen daarom het gat te dichten tussen de staat en zijn bevolking als het gaat om mensenrechten(schending) en zijn een tegenreactie op het falende politieke en rechtssysteem. Door bewustwording te creëren – wat NGO’s proberen – ontstaan percepties over mensenrechten onder de bevolking (Carlson & Listhaug 2007: 468). Dit is van belang zodat burgers deel nemen aan politieke acties om mensenrechten in hun land te verbeteren (Ibid). Aangezien de politiek de mensenrechten niet verbetert, nemen NGO’s die taak op zich. Ondanks dat NGO’s de bevolking bij staan om gerechtigheid te krijgen, voelen zij zich machteloos en gaan inwoners in de slachtofferrol zitten. Zij geloven dat het geweld om hen heen tragisch maar onvermijdelijk is, het is hun lot. De schuld wordt neergelegd bij grotere structuren waaraan zij niks kunnen doen en verandering lijkt hierdoor nog ver weg. Concluderend lijkt Jamaica in een vicieuze cirkel te zitten als het gaat om het huidige geweld. Politiek, politie en bendes hebben een ingewikkelde relatie. De politiek houdt de bendes in stand met hun oorlogen wat ervoor zorgt dat de politie harder moet optreden met als gevolg dat vele (onschuldige) slachtoffers ontstaan. NGO’s doen hun best als het gaat om betere mensenrechten te creëren en het gat te dichten van het politieke systeem dat zorgt voor een dunne “Rule of Law”. Dankzij de hulp van NGO’s is de bevolking van Jamaica zich bewust dat er verandering moet optreden willen zij een minder gewelddadige samenleving opbouwen. Het probleem is alleen dat niemand weet hoe zij dit moeten bewerkstelligen. Zij nemen een slachtofferpositie in en men kijkt elkaar aan als het gaat om het hebben van schuld. “Since our independence we have the quote ‘Jamaica Land we Love’ and every Jamaican does but this country needs at least fifteen to twenty years to change. If the politics do not change their constitution, there will be no change and the violence will continue.” Mr. Landson, onderzoeker bij INDECOM.
Pagina | 45
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Dankwoord Aan heel wat mensen heb ik het uitvoeren van dit onderzoek te danken om mijn masterstudie te kunnen afronden. In dit stuk wil ik daar graag bij stil staan.
Sofie Smeets, mijn begeleidster. Zonder haar feedback en steun zowel in Nederland als in Kingston had ik deze scriptie niet tot een mooi eind kunnen brengen. Wanneer ik dacht dat het allemaal niet meer ging lukken - wat ik een aantal keren heb gedacht - gaf zij mij de juiste tips waardoor ik het vanuit een ander perspectief kon benaderen. Daarbij gaf zij altijd actief feedback op mijn geschreven stukken en had zij veel begrip voor mijn dyslectie dat het schrijven mij soms bemoeilijkte.
Jamaicans for Justice. Dankzij mijn vrijwilligerswerk heb ik veel geleerd over mensenrechten in Jamaica. Ook ben ik dankzij hen in contact gekomen met INDECOM en ik heb slachtoffers kunnen interviewen die hulp krijgen bij Jamaicans for Justice. INDECOM. Mijn baas en mijn supervisor hebben mij met open armen ontvangen. Zonder hen en het hele team van Kingston had ik nooit bij situaties kunnen zijn die een grote rol in mijn onderzoek hebben gespeeld. Zij hebben mij meegenomen naar plaatsen delict, post-mortem onderzoeken, bemiddelingsgesprekken en ik mocht de dossiers van lopende onderzoeken lezen. Dankzij INDECOM heb ik veel data kunnen verzamelen en alle medewerkers hebben mij erg gesteund in mijn onderzoek! Alle geïnterviewden en informanten. Zonder de openhartigheid van zowel slachtoffers als medewerkers van NGO’s had ik nooit zoveel informatie kunnen verzamelen. De bereidheid en openhartigheid van voornamelijk slachtoffers hebben mij geraakt en ik zal hun interviews niet snel vergeten.
Alex. Hij heeft mij vaak geholpen tijdens interviews in downtown Kingston zodat ik daar veilig heen kon en rondlopen met bijvoorbeeld Riot.
Nina Stegeman. Ik vertrok met een studiegenoot en kwam thuis met een vriendin. Tijdens onze tijd in Kingston hebben wij elkaar veel kunnen steunen en ons hart kunnen luchten over het verloop van onderzoek. Nina heeft mij geholpen met het verwerken van plaats delicten en post-mortum onderzoeken. Daarnaast hebben wij veel momenten van geluk kunnen delen in een soms wat heftige stad. Al met al hebben wij samen een fantastische tijd gehad in Jamaica.
Hidde Middelweerd. Samen zijn wij aan de master begonnen en toevallig genoeg werden wij in elke groep samen ingedeeld. Wij hebben de voorbereidingen, de zenuwen van het weggaan, de ups en downs tijdens het onderzoek, het schrijven van de thesis met frustraties en hoogtepunten daarvan Pagina | 46
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
kunnen delen. Wij hebben deze periode samen gedeeld ongeacht dat we aan de andere kant van de wereld zaten. Door het blijvende contact heb ik veel steun kunnen vinden bij Hidde, maar we hebben ook de mooiste momenten kunnen delen. Dit heeft de master een stuk makkelijk gemaakt en zeker leuker.
Anke Hylkema. Mijn basisschoolvriendinnetje die naast haar fulltime baan, mijn scriptie wilde nakijken op het gebied van taal.
Mijn familie. Mijn broer wil ik bedanken voor het geven van goede tips tijdens mijn studie. Dyslectie is iets wat wij delen en waarin hij mij ook begrijpt. Dit is van grote steun geweest tijdens sommige periodes. Mijn ouders wil ik als laatste het meest bedanken. Voor het nakijken van al mijn geschreven stukken maar vooral voor het altijd klaar staan voor me en mij steunen in alles wat ik doe ongeacht of ze het er mee eens zijn of niet. Zij hebben mij de mogelijkheid gegeven om na twee andere studies alsnog culturele antropologie te gaan studeren zowel bachelor als master wat echt mijn passie is. Zonder hen had ik dit niet kunnen bereiken. Daarnaast wil ik ze alle drie bedanken voor het langskomen waarin blijkt dat zij er altijd voor me zullen zijn waar ik ook heen ga. Als laatste ben ik dankbaar dat de Universiteit Utrecht mij de mogelijkheid heeft gegeven om als antropoloog in spé onderzoek te kunnen doen in het buitenland. Dit is een ervaring waar ik altijd met veel plezier en als een leermoment op terug zal kijken. Merel Bleijerveld
Pagina | 47
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Referenties Amnesty International 2001 Jamaica: Killings and Violence by Police: How Many More Victims? Bag, Amartya 2009 Psychology and Politics of Victimhood: A Case Study of Dalits in India. KIIT Law School, KIIT University. PP. 1 -20. Bauman Zygmunt. 2011 Collateral Damage: Social Inequalities in a Global Age. Polity Press Berg, E van den., Boerefijn, I. & Weerdenburg, E. (red.) et al. 1999 's Lands wijs, 's lands eer? Universaliteit van mensenrechten Publisher: Studium Generale Universiteit Utrecht – Prestige Flinterman, C., De rechten van de mens in de toekomst: Een blijvend ideaal of daadwerkelijke erkenning en toepassing? Pag. 115 – 131. Zomeren, M. van., Westerse hypocrisie. Pag. 156 – 159. Carlson, M. & Listhaug, O. 2007 Citizens' Perceptions of Human Rights Practices: An Analysis of 55 Countries. Journal of peace research, Volume: 44 Issue: 4 (July 2007), pp: 465-483 Cheesman, N. 2009 Thin Rule of Law or Un-Rule of Law in Myanmar? Pacific Affairs: Volume 82, No. 4 , Winter 2009/2010 Chevigny, Paul G. 1990 Police Deadly Force as Social Control: Jamaica, Argentina and Brazil. Criminal Law Forum. 1990 – Springer. Vol. 1, No. 3. Pp. 389 – 425. Dawson, Andrew 2013 The Social Determinants of the Rule of Law: A Comparison of Jamaica and Barbados. World Development. Vol. 45, pp. 314–324, 2013 De Walt & De Walt. 2002 Participant observation: a guide for fieldworkers. Altamira Press,U.S. Erckel, S. 2009 Classical Social Contract Theory. The Classical Social Contract Theories of Hobbes, Locke and Rousseau Compared. GRIN verslag OHG. Gabriel & Greve. 2003 The Psychology of Fear of Crime. Conceptual and Methodological Perspectives. British Journal of Criminology. (2003) 43, 600 - 614. Grey, S. 2007 Trends in Urban Crime and Violence in Kingston, Jamaica. Enhancing Urban Safety and Security: Global Report on Human Settlements 2007. Pp. 1 - 19. Helfer, L. 2002 ‘Overlegalizing Human Rights: International Relations Theory and the Commonwealth Caribbean Backlash Against Human Rights Regimes’, Public Law and Legal Studies Research Paper Series, Paper No. 06-05, pp: 1831 – 1911).
Pagina | 48
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Hoffman,J & Graham, P. 2006 Introduction to Political Theory. Pearson Education Ingold, T. 2011 Being Alive: Essays on Movement, Knowledge and Description. London & New York: Routledge. Jaffe, R.K. 2011 Notes on the State of Chronic. New West Indian Guide pp. 69-76 2012 Criminal dons and extralegal security privatization in downtown Kingston, Jamaica. Singapore Journal of Tropical Geography 33 (2012) 184–197 Jamaicans for Justice 2008 Killing Impunity: Fatal Police Shootings and Extra-Judical Executions in Jamaica: 2005-2007. 2011 Patterns of Impunity. A Report on Jamaica’s Investigation and Prosecution of Deaths at the Hands of Agents of the State. 2012 Justice Report 2012. 2012 Documentaire “Vicitims Voices”. Johnson, Hume N. 2005 Incivility: The Politics of ‘People on the Margins’ in Jamaica. Political Studies: 2005 VOL 53, 579–597 Klinenberg, E. 2001 Bodies that don’t matter: death and dereliction in Chicago. Body Society. Vol. 7, No. 2-3, September 2001. Pp. 121-136 Lee, James Daniel & Thompson, Brain L. 2004 Who Cares If Police Become Violent? Explaining Approval of Police Use of Force Using a National Sample. Sociological Inquiry, Volume: 74 Issue: 3 (August 1, 2004), pp: p381, 30p McCann, V. & Johnson, R. 2011 Psychologie. Een inleiding. Pearson Benelux B.V. Mendez, Juan E. & Mariezcurrena, J. 2000 Human Rights in Latin America and the Caribbean: a Regional Perspective. Human Development Report 2000. Human Rights and Human Development. Stojanovic, Svetozar. 2010 Collapse of communism, crisis of capitalism, and the state of humanity. Philosophy Social Criticism 2010, 36(8) 903–916. Tamanaha, Brian Z. 2004 On the Rule of Law. Cambridge University Press. Terwindt, C. 2004 De uitdaging van het geweldsmonopolie: Strafrecht in tijden van conflict. Universiteit Utrecht, Willem Pompe Instituut. 2004. Tsing, A. L. 2005 Friction: An Ethnography of Global Connection. Princeton: Princeton University Press.
Pagina | 49
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Internetpagina’s Caribbean Coalition for Development & Reduction of Armed Violence 2008 Violent Crime and National Security in Jamaica: an Overview, Jamaica: Background and Context. http://www.cdrav.org/upload/gun_crime_paper_safi09.pdf CIA: The World Factbook https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/geos/jm.html College voor de Rechten van de Mens 2012 http://www.mensenrechten.nl/wat-zijn-mensenrechten/wat-zijn-mensenrechten. Commenwealth Human Rights Initiative. http://www.humanrightsinitiative.org/index.php?option=com_content&view=article&id=166&Itemi d=184. (Juni 2013). General Information On Jamaica - BASIC FACTS http://www.un.int/jamaica/basic.htm. (Juni 2013). Government of Jamaica http://www.jis.gov.jm/pdf/GovernmentOfJamaica.pdf Het Sociaal Contract http://www.hetsociaalcontract.nl/studies/het_sociaal_contract
Hurights Osaka 1996 Culture and Human Rights: For Better or for Worse. FOCUS March 1996 Volume 3, AsianPacific Human Rights Information center. http://www.hurights.or.jp/archives/focus/section2/1996/03/culture-and-human-rights-for-betteror-for-worse.html Landenweb. 2011 Jamaica. http://www.landenweb.net/jamaica/, augustus 2011. (Juni 2013). OSAC: Bureau of Diplomatic Security 2013 https://www.osac.gov/Pages/ContentReportDetails.aspx?cid=12216. United Nations Human Rights. Office of the High Commissioner for Human Rights 2013 http://www.ohchr.org/ Stanford Encyclopedia of Philosophy. 2012 http://plato.stanford.edu/entries/contractarianism/
Pagina | 50
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Bijlage I. Achtergrond informative informanten
Familie Robinson. Tijdens het post-mortem onderzoek heb ik de familie ontmoet. De familie bestond uit de zoon, de verloofde en de broer van de omgekomen Mr. Robinson senior. Mr. Robinson is omgekomen tijdens een politie shooting door verkeerde identiteit. Hij was pas 44 jaar oud en verloofd sinds een jaar. Een paar dagen later is de politie terug gekomen voor zijn buurman. De vriendin van de zoon, Mr. Robinson junior zou in dezelfde maand een kind krijgen die hij nu naar zijn vader gaat vernoemen. De broer van het omgekomen slachtoffer woont in het huis naast Mr. Robinson senior en was thuis in de ochtend dat hij werd neergeschoten. Allen zijn zij in diepe rouw en dragen zij buttons van Mr. Robinson senior op hun kleding om blijk te geven dat hij onterecht is omgekomen.
Alex. Alex heb ik ontmoet naast mijn werk via vrienden. Hij is opgegroeid in Spanish Town, stad met de hoogste criminaliteit cijfers. Alex is uiteindelijk verhuisd naar Kingston met zijn ouders en twee zussen. Zijn vader is politieagent waardoor hij in sommige wijken niet veilig kan rond lopen voor zijn gevoel omdat zijn vader daar actief werkt. Alex heeft mij meerdere malen geholpen met data verzamelen maar ook letterlijk op weg geholpen naar het houden van interviews. Hij zorgde ervoor dat iemand met mij meeging die uit diezelfde wijk kwam waar ik mijn interview had, maar hij hielp mij ook met het vertalen van Patois.
Riot. Riot was een ex-bendelid uit Mountain View. Hij is eruit gestapt omdat hij een vrouw en kind kreeg. Op dit moment zoekt hij werk en helpt hij in de garage van een vriend. Hij is een keer met mij meegegaan naar een interview. Dankzij hem kon ik veilig door de wijk lopen omdat hij een bekend gezicht is.
Familie Schue. Familie Schue bestaat uit de vader die zijn zoon is verloren door een politie shooting. Daarnaast heeft hij nog twee zonen en een dochter. Zijn zoon, Kavorn, zat bij de jeugdpolitie en was twee jaar op rij de beste leerling van Mountain View. Op een ochtend werd Kavorn Schue neergeschoten terwijl hij lag te slapen. Zijn andere zoon, Shane Schue, was op dat moment in de kamer ernaast en heeft zich verstopt onder zijn bed. Mikala Schue, de dochter, was na het incident de eerste die Kavorn vond en Shane hielp onder het bed uit te komen. In de weken daarna is vader Schue bedreigd door de politie en is zijn telefoon en geld afgepakt. De familie hoopt nog steeds op gerechtigheid voor wat hen is aangedaan. Elke dag leven zij in angst dat de politie terugkomt.
Pagina | 51
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Andrew. Een goede vriend en informant die aan de Universiteit van de West Indies geneeskunde studeert waar ik tijdens mijn onderzoek woonde. Andrew is een echte Rasta en volgt het Rastafarisme. Hij gelooft in een betere wereld en heeft zich verdiept in de geschiedenis van Jamaica en de huidige situatie waarin hij elke dag leeft.
Mr. Douglas. Mr. Douglas werkt bij INDECOM als een onderzoeker. Hij heeft rechten gestudeerd. Hij heeft mij meegenomen naar crime scènes en gezorgd dat ik mij veilig en op mijn gemak voelde. Op de scènes legde hij alle handelingen en gebeurtenissen uit zodat ik goed wist wat zich had afgespeeld, maar ook wat er nu aan de gang was; alle procedures. Mr. Douglas werkt sinds de oprichting van INDECOM bij het bedrijf. Op het moment heeft hij 43 lopende onderzoeken van zowel politie shootings als politiemisbruik.
Mr. Logan. De baas van het regio team Kingston/St. Andrews bij INDECOM. Mr. Logan nam mij vaak apart in zijn kantoor om te praten over gebeurtenissen die plaats gevonden hebben. Daarbij liet hij mij dossiers lezen. Op een middag liet hij mij zijn wapen zien dat hij overal mee naartoe neemt. Voordat hij bij INDECOM ging werken heeft hij achttien jaar als advocaat gewerkt bij guncourt. Hier kwamen zaken voor wat te maken had met drugs, bendes en shootings.
Mr. Tatum. Mr. Tatum is pastoor die het slachtoffer is geworden van machtsmisbruik door de politie. Hij is in zijn ogen onterecht aangehouden voor het door rood rijden op een kruispunt. Mr. Tatum is op gewelddadige wijze aangesproken en mishandeld door de politie waardoor hij zijn neus brak bij het instappen van de politieauto. Op het bureau werd meneer gedwongen om een blaastest af te nemen, maar zou hij weigeren, volgt opsluiting. Mr. Tatum is een rechtszaak begonnen tegen de agenten maar heeft het uiteindelijk na een jaar opgegeven. Dit heeft hij gedaan, omdat het zijn woorde tegen dat van de politie zou zijn en dat is op voorhand een verloren zaak.
Rohan. Rohan is taxichauffeur en een informant doordat hij mij vaak wegbracht. Zelf is Rohan het slachtoffer geworden van mishandeling door de politie. Hij werd niet geloofd toen hij aangifte wilde doen tegen twee agenten die hem in elkaar geslagen hadden. Rohan werd met de achterkant van een politiepistool op het hoofd geslagen waarbij hij een hersenschudding opliep. Dit incident is gebeurd toen hij aan het werk was. Hij was toentertijd privébeveiliger en pastte op een huis. Terwijl hij een groep jongeren in de gaten hield die op het erf hingen, reed de politie langs. In plaats dat de politie hem hielp, werd hij door de politie mishandeld. De reden hiervoor was zijn donkere huidskleur volgens Rohan.
Pagina | 52
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Mr. Preston. De regio coördinator van Victim Support Unit. Dit valt onder het ministerie van Justice en ik mocht hem interviewen over zowel zijn werk als over de slachtoffers die binnen komen voor hulp.
Peter. Peter is een van de slachtoffers van machtsmisbruik door politie. Hij werd meegenomen door de politie voor rijden onder invloed. Op het moment van aanhouding hadden de agenten geen blaastest bij zich waardoor hij gedwongen werd achter hen aan te rijden. Opmerkelijk was dat hij onder invloed zou zijn maar nog wel in zijn auto naar het politiebureau moest rijden. Als Peter dit zou weigeren, zouden ze hem hardhandig meenemen. Op het bureau bleek hij binnen de marges te zitten en de agenten hadden hem dus zonder reden bedreigd.
Paul. Paul is het slachtoffer geworden van onterecht vast zitten voor illegaal drugs- en wapenbezit. De politie had hem opgepakt zonder enig onderzoek en pas na een week kreeg Paul een advocaat toegewezen. Na maanden is hij vrijgesproken en had de politie de verkeerde verdachte opgepakt. Paul wacht na zijn vrijlating – een jaar geleden - nog steeds op excuus van de politie en de staat maar hij is blij dat hij nog leeft.
David. David was samen met zijn verloofde naar een huis gaan kijken dat de koop stond. Om twee uur ’s middags hadden zij afgesproken met hun makelaar, maar zij waren iets te vroeg. Terwijl David met zijn verloofde stond te wachten, werden ze beroofd van hun telefoons en de portemonnee van David. Hij is achter de dieven aangerend en kon zijn telefoon terug pakken. Toen hij zijn telefoon weer in handen had, moest hij hard wegrennen, omdat de overvallers achter hem aankwamen. Uiteindelijk is hij bij iemand het erf opgerend om hulp te vragen. De eigenaar kwam naar buiten en schoot David zonder iets te vragen in zijn schouder. David is er zeker van dat de man hem heeft horen roepen om hulp! “Pas toen ik neergeschoten was kwam er hulp en nu wilt hij aangifte doen tegen mij voor huisvredebreuk.” De eigenaar van het huis, waar David naar binnen rende, bleek een politieagent te zijn. David doet een aanklacht bij INDECOM en de zaak loopt nu nog.
Mr. Mark. Werkzaam bij het regio team Kingston/St. Andrew van INDECOM. Mr. Mark nam mij mee naar postmortem onderzoeken waardoor ik families ontmoette van overledenen als gevolg van politie shootings. Mr. Mark werkt al sinds de oprichting bij INDECOM.
Pagina | 53
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Mr. Smith. Mr. Smith werkte voor INDECOM bij Police Public Complaints Centre. Hier heeft hij tien jaar gewerkt als een van de twaalf onderzoekers verspreid over het hele land. Bij INDECOM werkt hij voor het regio team St. Catherine, de regio naast Kingston. Mr. Smith heeft al jarenlang ervaring als het gaat om zaken waar de politie bij betrokken is.
Mrs. Miller. Door Mr. Logan werd ik toegewezen aan Mrs. Miller. Zij was mijn supervisor en maakte de beslissing of ik naar post-mortem onderzoeken kon gaan, maar ook wat ik mocht doen op kantoor. Mrs. Miller werkt op dit moment aan 38 lopende zaken met oorzaken van politiemisbruik en politie shootings. Daarnaast voert zij ook nog bemiddelingsgesprekken. Dit kan gaan bijvoorbeeld om een scheiding van een agent, die zijn vrouw heeft mishandeld.
Mrs. Brown. De forensische onderzoekster van het regio team Kingston/St. Andrew. Mrs. Brown ging mee naar plaatsen delict om bewijs te verzamelen en maakte overal foto’s van. Daarnaast is zij ook degene die het lichaam onderzoekt op afdrukken. Hieruit kan zij afleiden of het slachtoffer een wapen vast hield en er mee heeft geschoten. Bij post-mortem onderzoeken voert Mrs. Brown autopsies uit en kijkt of kogels zijn achtergebleven in het lichaam om te identificeren.
Mrs. Gomes. Executive director bij Jamaicans for Justice.
Mr. Landson. Onderzoeker bij het region team Kingston/St. Andrews bij INDECOM. Mr. Landson is advocaat en werkt sinds de oprichting in 2010 bij INDECOM.
Pagina | 54
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Bijlage II: Statistieken
Figuur 1. Police and Civilian Deadly Force. Table 1: Civilians shot and killed by police 1981 - 2000 2000 140
1999 151
1998 145
1990 148
1989 162
1988 181
1997 149 1987 205
1996 148 1986 178
1995 132 1985 210
1994 125
1993 129
1984 354
1983 196
1992 145
1991 178
Table 2 Police officers killed by civilians 1990 - 2000 2000 11
1999 8
1998 14
1997 13
1996 10
1995 4
1994 6
1993 10
1992 11
1991 10
1990 11
Bron: Amnesty International Full Report. http://jamaica-gleaner.com/pages/amnesty/full/
Figuur 2. Jamaica’s Murder Rate per 100,000: 1990 – 2005.
Bron: Police Statistics Division, Jamaica Constabulary Force. (Grey 2007: Trends in Urban Crime and Violence in Kingston, Jamaica).
Pagina | 55
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Figuur 3. Total Crime for Jamaica: 1990 – 2005.
Bron: Police Statistics Division, Jamaica Constabulary Force. (Grey 2007: Trends in Urban Crime and Violence in Kingston, Jamaica).
Figuur 4. Total Crime by Police Divisions: 1996 – 2005.
Bron: Police Statistics Division, Jamaica Constabulary Force. (Grey 2007: Trends in Urban Crime and Violence in Kingston, Jamaica).
Pagina | 56
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Figuur 5. Landkaart Jamaica.
Bron: https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/maps/maptemplate_jm.html
Figuur 6. Kaart van Kingston waar mijn onderzoek voornamelijk heeft plaatsgevonden.
Bron: https://maps.google.nl/
Pagina | 57
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
Bijlage II. Songtekst T.O.K.
INTRO One set of footprints inna di sand And you a grumble and a screw A sey it shoulda be two Remember one thing mi yute A Father God have the plan So when you see one set of footprints God a carry you VERSE Hurry up and come back Was the last thing she said to her son The day his life was taken She didn't know he wouldn't come back He died from the bullet of a gun And now her little boy is gone CHORUS INTRO She said HELP ME Lord HELP ME And she looked up to the sky And she heard a voice reply CHORUS: When you cry I cry I cry along with you When you smile I smile I smile along with you (repeat) VERSE Another baby left homeless Abandoned when he was two So the street side kids at the shopping mall Was the family he knew It's not easy being homeless Sometimes you have to do what you have to do And he didn't have a mom or dad To help him get threw CHORUS INTRO He said Pagina | 58
Masterthesis Merel Bleijerveld
“Ook ik heb recht op bescherming”
HELP ME FATHER HELP ME And he looked up to the sky And he heard a voice reply CHORUS: When you cry I cry I cry along with you When you smile I smile I smile along with you (repeat) VERSE It was early Sunday morning Mi get up and watch the news Mi hear she Friday inna Seaview dem kill a yute Then mamma tell me seh her church sister Jaquline Just loose her brother over Seaview Gardens When she tell me Jah Jah know it mash mi up Naah go tell no lie But you know man a thuggy So you naw go see me cry Everyday and everynight she still ask the Father Why her brother had to die She heard a voice reply
Pagina | 59