OER Onderwijs- en examenregeling Kwalificatiedossier
Facilitair dienstverlener
Opleiding
Facilitair leidinggevende
Crebo
95750
Niveau
4
Startjaar
2015
Opleidingscluster
Facilitair Markendaalseweg 35, 4811 AK Breda
Adres uitvoeringlocatie
Geldigheid Deze OER is geldig voor de volgende opleiding:
Leerweg BOL
WSF1
Studieduur SBU
leerjaren
cohort
4800
3
2015
X
1.Wet StudieFinanciering, Volg je een BOL-opleiding, en ben je ouder dan 18 jaar dan kun je in aanmerking komen voor studiefinanciering. Kijk op http://duo.nl/particulieren
Vaststelling Plaats
Breda
Datum
1 juli 2015
Naam
Dhr. Van Veen, directeur Cingel College
1
Inhoudsopgave 1
Woord vooraf ................................................................................................................ 3
2
Leeswijzer ..................................................................................................................... 4
3
Je beroep ...................................................................................................................... 5
3.1
Je toekomstig beroep .................................................................................................... 5
3.2
Een vervolgopleiding ..................................................................................................... 5
4
Alles over de opleiding .................................................................................................. 7
4.1
Inleiding ........................................................................................................................ 7
4.2
Onderdelen van je opleiding .......................................................................................... 7
4.3
Beroepsgericht leren .................................................................................................. 10
4.4
Opbouw onderwijsprogramma..................................................................................... 11
4.5
De beroepspraktijkvorming (BPV) ............................................................................... 14
4.6
Onze afspraken: de onderwijsovereenkomst .............................................................. 16
5
Alles over de begeleiding ............................................................................................ 17
5.1
Studiebegeleiding bij het leren .................................................................................... 17
5.2
De zorgcoördinator, een extra steuntje in de rug ......................................................... 19
5.3
Begeleiding bij een handicap, stoornis of belemmering ............................................... 19
5.4
Verkeerde studiekeuze ............................................................................................... 20
5.5
Klachten ...................................................................................................................... 20
5.6
Help! Ik voel me bedreigd, geïntimideerd of gediscrimineerd ...................................... 20
6
Alles over de beoordeling ............................................................................................ 21
6.1
Voortgangsdossier beoordelen: kijken waar je staat .................................................... 21
6.2
De examens ................................................................................................................ 21
6.3
Herkansen................................................................................................................... 22
6.4
Wie beoordeelt? .......................................................................................................... 22
6.5
De rol van het examenbureau ..................................................................................... 22
6.6
Het diploma ................................................................................................................. 23
6.7
Vrijstellingen................................................................................................................ 23
6.8
Examenwerk inzien ..................................................................................................... 24
6.9
Bezwaar en beroep ..................................................................................................... 25
Bijlage 1
Het centraal examenreglement van ROC West-Brabant ......................................... 27
Bijlage 2
Verantwoording Onderwijsuren ............................................................................... 27
Bijlage 3
Examenplan ............................................................................................................ 28
Bijlage 4
Lijst met afkortingen ................................................................................................ 33 2
1 Woord vooraf Welkom op het Cingel College! Je hebt gekozen voor een opleiding in de branche van de gastvrijheid en vakmanschap. In dit Onderwijs Examen Regelement (OER) willen we je van tevoren informeren over het beroep en de opleiding die jij gaat volgen. Wij zijn trots op ons vak en onze school. Als Cingel College, willen wij jongeren een toekomst bieden. Daarom worden onze opleidingen in samenwerking met het bedrijfsleven ontwikkeld, hierdoor sta je als student vanaf de start van je opleiding, al met één been in de praktijk. Dit doen wij door je een deel van het onderwijs in de praktijk te laten volgen, maar ook door je vakspecialistische excursies aan te bieden en gastlessen van experts uit het werkveld te laten volgen. Cingel College is een kleinschalige school. Onze medewerkers kennen je bij naam. Door samen te werken met docenten, je medestudenten en het bedrijfsleven kun je gebruik maken van elkaars kwaliteiten. Zo kun je elkaar helpen om op een hoger niveau te komen. ‘Cingel College treedt de buitenwereld met passie en flair tegemoet, want we zijn ons bewust van onze kwaliteiten’. Veel succes en vooral veel plezier tijdens jouw opleiding!
André van Veen Directeur, Cingel College
3
2 Leeswijzer Inhoud OER Dit Onderwijs- en Examenreglement (OER) bevat alle informatie over je onderwijsprogramma, begeleiding en de manier waarop we je examineren. Er komen er vier hoofdvragen aan de orde: -
Hoofdstuk 3: Hoe ziet mijn beroep eruit? Hoofdstuk 4: Hoe ziet mijn opleiding eruit? Hoofdstuk 5: Hoe word ik begeleid? Hoofdstuk 6: Welke examens moet ik halen voor mijn diploma?
Overige (digitale) informatie Daarnaast zijn er nog veel meer schoolzaken waarover wij je graag informeren. Je kunt deze vinden op de portal voor studenten en op de website van het Cingel College (http://www.cingelcollege.nl/info-voor/huidige-studenten) Daar vind je bijvoorbeeld het deelnemersstatuut, verantwoordingsdocumenten, je rooster, maar ook de klachtenprocedure, notities met betrekking tot het gedrags- verzuimbeleid. In deze OER zal ook regelmatig naar deze documenten worden verwezen. Studiegids Cingel College Om ervoor te zorgen dat je de belangrijkste praktische informatie altijd bij de hand hebt, hebben we die voor je samengevat in een studiegids die je aan het begin van het schooljaar wordt uitgereikt. We hebben het dan over belangrijke adressen, toets- en examenperiodes, vakanties, lestijden e.d.
4
3 Je beroep 3.1
Je toekomstig beroep
Wat doet een Facilitair Leidinggevende? De Facilitaire dienstverlener is werkzaam binnen de facilitaire dienstverlening van instellingen en bedrijven. In de facilitaire dienstverlening worden ondersteunende diensten verleend. De werkzaamheden van een Facilitaire dienstverlener kunnen daarom zeer verscheiden zijn. Zo kan hij zich bijvoorbeeld bezighouden met het ontvangen en verwerken van inkomende post en goederen, het inrichten en gebruiksklaar maken van vergaderfaciliteiten, het verrichten van schoonmaakwerkzaamheden en voeding- en restauratieve taken, het beheren van afvalstromen en het verzorgen van transport. Hij maakt daarbij optimaal gebruik van beschikbare hulpmiddelen. Daarnaast onderhoudt de Facilitaire dienstverlener contacten met klanten om te kunnen voldoen aan specifieke wensen. Als Facilitaire dienstverlener werk je klant- en servicegericht, wat zich uit in een proactieve, meegaande, flexibele en meedenkende houding. Daarnaast dient de Facilitaire dienstverlener goed kunnen samen werken met verschillende collega’s en afdelingen. Naast het bovenstaande vervult de Facilitair leidinggevende een intermediaire rol tussen klanten en medewerkers en heeft hij een klant- en servicegerichte instelling. Het onderhouden van interne en externe contacten vormt een belangrijk onderdeel van het werk van een Facilitair leidinggevende. De Facilitair leidinggevende geeft leiding aan en coördineert werkzaamheden van medewerkers. Daarnaast houdt de Facilitair leidinggevende zich bezig met het begroten, beheren en bewaken van financiële stromen, het ontwikkelen van ideeën ter verbetering van werkmethoden en organisatie en het organiseren van evenementen. Als Facilitaire dienstverlener ben je inzetbaar in verschillende sectoren en functies. De Facilitaire dienstverlener kan bijvoorbeeld aan de slag in een ziekenhuis, een verzorgingshuis, een verpleeghuis, een hotel, een conferentieoord, een bedrijfskantine of –restaurant, een cateringbedrijf of in een schoonmaak- en onderhoudsbedrijf. Als Facilitaire dienstverlener voer je ondersteunende werkzaamheden uit. Zo houd je je bezig met het ontvangen en verwerken van inkomende post en goederen, het inrichten en gebruiksklaar maken van vergaderruimtes, het verrichten van schoonmaakwerkzaamheden en voedings- en restauratieve taken. Op het Cingel College leiden we je op tot Facilitair leidinggevende. Je kunt echter eventueel tussentijds uitstromen als Facilitair medewerker (niveau 2).
Als Facilitair leidinggevende voer je taken op uitvoerend en leidinggevend gebied uit. Zo houd je je als Facilitair leidinggevende bezig met het organiseren en beheren van de inkoop en de voorraad, het opstellen van managementrapportages over het gebouwbeheer, het coördineren van schoonmaakactiviteiten, het samenstellen van het menu en het organiseren van evenementen. Wat verwachten we van een Facilitair leidinggevende? Als Facilitair leidinggevende verwachten we van jou een hoog niveau van hospitality. Daarmee bedoelen we het geheel van gedragingen, voorzieningen en uitstraling binnen een bedrijf om het verblijf van de in- en externe gasten te veraangenamen. Door de klant, de gast of de gebruiker als uitgangspunt te nemen wordt hen welgemeende aandacht gegeven, zowel in ontwerp van de werkomgeving als in het aanbod van facilitaire voorzieningen. Dat vraagt om een integrale benadering van de facilitaire dienstverlener. 5
De beroepshouding van de Facilitair leidinggevende typeren wij daarmee als dienstverlenend en servicegericht, wat zich uit in een proactieve, flexibele houding. Hij kan inspelen op de behoefte en verwachtingen van de interne en externe klant in een multiculturele samenleving, met daarbij passende omgangsvormen. Daarnaast heeft de Facilitair medewerker een actieve en initiatiefrijke houding. Hij kan schakelen tussen de verschillende werkomgevingen en werkzaamheden, heeft inzicht in zijn rol binnen het gehele proces en kan situationeel communiceren. Hij overziet de consequenties van zijn handelen op korte termijn. Daarnaast gaat hij/zij discreet met gevoelige informatie om en voert zijn werkzaamheden zorgvuldig uit. Voor het uitvoeren van bovengenoemde taken ben je als Facilitaire dienstverlener goed in het werken in een team en je bent in staat om werkprocessen en (je eigen) werkzaamheden goed te plannen. Je bent in staat om in een hoog tempo de opgedragen taken uit te voeren. Je bent stressbestendig en je bent bereid om je extra in te zetten als het druk is. Door het onderhouden van contacten met externe - en interne klanten is het belangrijk dat je over communicatieve- en sociale vaardigheden beschikt. Daarnaast zijn jouw communicatieve vaardigheden van belang om in teamverband te kunnen werken. De Facilitaire dienstverlener moet zich snel kunnen inleven in veranderende situaties en hier adequaat actie op ondernemen. Daarom is het noodzakelijk dat je een flexibele instelling hebt. Het is belangrijk dat je er plezier in hebt om steeds te werken aan het vergroten van je eigen vakbekwaamheid. Ook het verbeteren van je kennis en de verbetering of vernieuwing van diverse werkprocessen, het assortiment en de bereidingswijzen van dranken en gerechten vind jij een grote uitdaging. Je bent als Facilitair leidinggevende, naast bovengenoemde eigenschappen, ook iemand die altijd het overzicht heeft, die werk kan delegeren, controleren en corrigeren. Jij kunt mensen aansturen en hen uitleggen wat er van hen wordt verwacht. Ook plannen en organiseren is een kenmerk van jou als Facilitair leidinggevende. Tot slot: kenmerkend aan de taken van de Facilitaire dienstverlener is dat ze heel verschillend zijn en ook vaak tegelijkertijd worden uitgevoerd. Het is belangrijk dat je de taken en werkzaamheden zelfstandig en in teamverband kunt uitvoeren.
3.2 Een vervolgopleiding Tijdens je opleiding wordt er aandacht besteed aan loopbaanleren. Je kunt je opleiding vervolgen op een hoger niveau (MBO niveau 3 of 4 of een HBO studie). Je kunt je opleiding ook verbreden met een andere MBO opleiding.
6
4 Alles over de opleiding 4.1 Inleiding Vanuit de vooropleiding komt je op het MBO. Een diploma Basis Beroepgericht leerweg geeft toegang tot een MBO niveau 2 opleiding. Een diploma Kaderberoepsgerichte leerweg, Gemengde leerweg en Theoretische leerweg of een overgangsbewijs van 4 HAVO geeft toegang tot een MBO niveau 3 opleiding. Eerder genoemde 4 leerwegen geven in de meeste gevallen ook toegang tot een niveau 4 opleiding. Het kwalificatiedossier (KD) van de opleiding kun je vinden op de website KwalificatiesMBO.nl. Het is een overzicht met landelijke afspraken over wat de inhoud van je opleiding is. Je opleiding wordt daarbij verdeeld in: • Het beroepsgerichte deel • Loopbaan en Burgerschap • Nederlands en rekenen • Moderne Vreemde Talen
4.2
Onderdelen van je opleiding
Het beroepsgerichte deel Elk beroep heeft een aantal kerntaken; dit zijn de hoofdonderdelen van je beroep. We noemen ze ook wel: kenmerkende werkzaamheden van de beroepsbeoefenaar. Om ze overzichtelijk te maken zijn de kerntaken onderverdeeld in werkprocessen. Die beschrijven alle onderdelen die iemand als startende beroepsbeoefenaar in de beroepspraktijk moet kunnen uitvoeren. Een werkproces is zodoende een bundeling van beroepshandelingen; een werkproces heeft een begin en een eind en leidt tot een resultaat. Voor het goed uitvoeren van de werkprocessen heb je bepaalde competenties, eigenschappen nodig, die je laat zien in zichtbaar gedrag. Een uitgebreide beschrijving van de kerntaken, werkprocessen en prestatie-indicatoren is te vinden in het kwalificatiedossier van jouw opleiding (zie www.kwalificatiesmbo.nl). Hierna volgt een beknopt schema met de kerntaken en werkprocessen van jouw opleiding.
7
Overzicht van het kwalificatiedossier
Kerntaak Kerntaak 1: Voert facilitaire werkzaamheden uit
Kerntaak 2: Voert organisatiegebonden taken uit
Kerntaak 3: Geeft leiding en voert beheerstaken uit
Werkproces 1.1 Voert hospitality werkzaamheden uit
Niveau 4 X
1.3 Voert licht administratief werk uit 1.5 Onderhoudt de voorraad 1.6 Voert logistieke werkzaamheden uit 1.7 Signaleert onveilige situaties en verhelpt deze
X X X X
1.9 Beheert gebouwen en apparatuur 2.1 Onderhoudt het contact met interne en externe klanten en leveranciers
X
2.2 Beoordeelt offertes en leveringscontracten en stelt leveringscondities op 2.3 Signaleert klachten en verbeterpunten en handelt deze af 2.5 Neemt deel aan werkoverleg 3.1 Maakt een afdelingsplan
X
X
X X X
3.2 Maakt analyses voor begrotingen en doet voorstellen 3.3 Bewaakt budgetten 3.4 Plant en verdeelt werkzaamheden 3.5 Stuurt medewerkers aan 3.6 Begeleidt medewerkers 3.7 Voert formele gesprekken met medewerkers 3.8 Motiveert en stimuleert de samenwerking in het team
X X X X X X X
3.9 Bewaakt en evalueert processen en procedures op de werkvloer 3.10 Voert werkoverleg 3.11 Stelt rapportages op
X X X
8
Loopbaan en burgerschap Tijdens de opleiding werk je, naast de kerntaken voor het beroep, aan competenties die met je loopbaan te maken hebben. Deze loopbaancompetenties zijn te vinden op http://www.kwalificatiesmbo.nl/loopbaan-en-burgerschap.html. Hier zijn ook zgn. burgerschapscompetenties opgenomen. Loopbaan en burgerschap wordt op het Cingel College op de volgende manieren ingevuld: 1.
Leerlijn Breinleren: Daarin komen aan de orde: Kennismaking met de school: de merkpijlers, Cingel afspraken, het verzuimbeleid, pestgedrag en rol studieloopbaanbegeleider. Kennismaken je opleiding: het onderwijsprogramma, les- en toetsplannen, het examenplan, je toekomstig beroep. Studievaardigheden: leren leren, formuleren van leerdoelen, plannen en organiseren van de studie, ontwikkeling van verantwoordelijkheid, reflectie op en verantwoording van leerprocessen, omgaan met tegenslagen. Functioneren als stagiair/werknemer in een organisatie Start loopbaanoriëntatie (gericht op vervolgonderwijs en/of werk)
2. Leerlijn Burgerschap De leerlijn burgerschap in het onderwijsprogramma is samengesteld uit vier thema’s: 1: De politiek-juridische dimensie 2: De economische dimensie 3: De sociaal-maatschappelijke dimensie 4: De dimensie vitaal burgerschap
3. SLB-gesprekken (studieloopbaan-) De SLB-gesprekken worden uitgebreid beschreven in hoofdstuk 5 (Alles over begeleiding), met name in paragraaf 5.1.
4. Leerlijn loopbaan oriëntatie De leerlijn loopbaan oriëntatie bestaat uit de volgende vijf onderdelen: Motievenreflectie Kwaliteitenreflectie Werkexploratie Loopbaansturing Netwerken
9
Nederlands, rekenen en Moderne Vreemde Talen (MVT) Naast de kerntaken van je toekomstige beroep en de eisen m.b.t. Loopbaan en Burgerschap, gelden er in je MBO- opleiding ook eisen met betrekking tot Nederlands, rekenen en afhankelijk van je opleiding ‘moderne vreemde talen’ (MVT). Nederlands betreft de onderdelen luisteren, lezen, gesprekken voeren, spreken en schrijven. Bij rekenen gaat het om de onderdelen getallen, verhoudingen, meten en meetkunde en verbanden. Er wordt gewerkt met het referentiekader van Meijerink die een opklimmende graad van moeilijkheid aangeven. (1F, 2F, 3F, 4F). Voor Engels en de overige MVT gaan we uit van de Europese richtlijnen: het niveau uit het Europees Referentiekader (ERK) dat past bij jouw opleiding. Dit betreft de onderdelen luisteren, lezen, gesprekken voeren, spreken en schrijven. De vaardigheid van de taakniveaus worden beschreven in graad van moeilijkheid (A1, A2, B1, B2, C1, C2). 4.3
Wat is beroepsgericht leren?
Uitgangspunten van het Cingel-opleidingsmodel Beroepsgericht onderwijs is een vorm van onderwijs die gebaseerd is op competentieontwikkeling: een combinatie van kennis, vaardigheden en beroepshouding die je nodig hebt om jouw beroep op de juiste manier te kunnen uitoefenen. Bij het Cingel College bieden we je daarom een opleiding aan met de volgende kenmerken: Praktijkgericht Je leren is gericht op wat je straks in de praktijk moet kunnen. Je maakt je de beroepsvaardigheden, houdingsaspecten en kennis eigen die nodig zijn om te kunnen handelen in de beroepssituatie. Dat doen we op allerlei manieren op school en daarnaast in de beroepspraktijkvorming (BPV = stage). Dit is de plaats bij uitstek om vaardigheden en houding te oefenen, in je ontwikkeling naar beginnend beroepsuitoefenaar. Branchekennis, brancheprojecten en branchevaardigheden De theorie op basis van je kerntaken krijg je in branchekennis lessen. Onder begeleiding werk je per periode aan een brancheproject. Je vaardigheden met houdingsaspecten oefen je tijdens de lessen branchevaardigheid. Reflectie en zelfsturing Daarmee bedoelen we dat je zowel tijdens de vaardigheidslessen als in de BPV je eigen leerdoelen gaat formuleren en gaat reflecteren op jouw leerproces. Dat betekent dat je jezelf leert af te vragen wat je volgende leerstap zal zijn; dat je een plan maakt hoe je dat gaat doen en dat je na de uitvoering van dat plan gaat bekijken hoe je het gedaan hebt. De SLB-er helpt jou hierbij. Werken aan je studieloopbaan betekent dus dat je met regelmaat terugblikt, je eigen ontwikkeling naloopt en conclusies trekt voor je verdere studieplanning en loopbaan. Ook na je opleiding, in je latere loopbaan, blijf je dat altijd doen. In je uiteindelijke opleiding zie je altijd de volgende onderdelen terugkomen: 1. Branchevakken – Kennis vakken, praktijkgerichte projecten, vaardigheidslessen, binnen- en buitenschoolse praktijk, BPV-opdrachten (tijdens je stage of werk). 2. Algemene vakken– Rekenen, talen, burgerschap, breinleren, lessen loopbaan oriëntatie. 3. Coaching en begeleiding– Persoonlijke studieloopbaanbegeleiding.
10
4.4
Opbouw onderwijsprogramma
Lessentabel
Facilitair leidinggevende
Leerjaar 1 Lescode
Vakinhoudelijk
1
Lescode
KT1
2
3 Lescode
KT1
4 KT1
Project opdracht
BP-F 1
1
BP-F 3
1
BP-F 5
1
Kennisleerlijn
BK-F 1
2
BK-F 3
2
BK-F 5
2
Vaardigheid leerlijn
BV-F 1
2
BV-F 3
2
BV-F 5
2
Project opdracht
BP-F 2
1
BP-F 4
1
BP-F 6
1
Kennisleerlijn
BK-F 2
2
BK-F 4
2
BK-F 6
2
Vaardigheid leerlijn
BV-F 2
2
BV-F 4
2
BV-F 6
Totaal vakinhoudelijk
2
10
10
10
ENG
2
2
2
Financiën
FIN
3
3
3
Marketing
MAR
1
1
1
Trends en innovatie
TRINNO
1
Recht
RECHT
Moderne vreemde taal Engels Economie
Overige Nederlands
NED
2
2
2
Rekenen
REK
3
2
2
Breinleren
BREIN
1
1
Theorie Topdesk
TOPD
2
FDA3 (service, catering en evenementen) Binnenschoolse praktijk Facilitaire
BKF
2
3
BSP-F
2
2
3 2
Stage aantal weken Subtotaal overige + taal
19
16
15
TOTAAL
29
26
25
9
11
Facilitair leidinggevende
Leerjaar 2 Lescode
Lescode
Vakinhoudelijk
6 Lescode
5 KT1+2
7
Project opdracht
BP-F 7
1
BP-F 9
1
Kennisleerlijn
BK-F 7
2
BK-F 9
2
Vaardigheid leerlijn
BV-F 7
2
BV-F 9
2
Project opdracht
BP-F 8
1
BP-F 10
1
Kennisleerlijn
BK-F 8
2
BK-F 10
2
Vaardigheid leerlijn
BV-F 8
2
BV-F 10
2
Totaal vakinhoudelijk
8
KT2
10
10
ENG
3
3
Financiën
MFA
3
3
Recht
RECHT
1
Nederlands
NED
2
2
Rekenen
REK
2
3
Burgerschap
LOBU
1
1
Binnenschoolse praktijk Facilitaire
BSP-F
2
2
Moderne vreemde taal Engels Economie
Overige
Stage aantal weken Subtotaal overige + taal
14
14
TOTAAL
24
24
10
Facilitair leidinggevende
10
Leerjaar 3 Lescode
9
10
11 Lescode
12
Vakinhoudelijk
KT3
Project opdracht
BP-F 13
1
AOPLAN
3
Kennisleerlijn
BK-F 13
2
AOPLAN
3
Vaardigheid leerlijn
BV-F 13
2
AOPLAN
3
Integrale opdracht
BP-F 14
1
Kennisleerlijn
BK-F 14
2
Vaardigheid leerlijn
BV-F 14
Totaal vakinhoudelijk
KT3
2 10
9
ENG
2
2
Financiën
FIN
4
Marketing
MARK
1
Nederlands
NED
2
Rekenen
REK
2
Interne Facilitaire Dienst
BSP
1
Loopbaan oriëntatie
LOBU
1
Moderne vreemde taal Engels Economie
Overige
Stage aantal weken Subtotaal overige + taal
2
9
13
9
4
12 TOTAAL
23
13
Toelichting Het schooljaar is verdeeld over 4 periode van ongeveer 10 weken. Aan het einde van elke periode is een toetsweek (uitzondering in het geval van een BPV- blokstage). Je ziet in het schema (lestabel) wanneer van welke kerntaak een werkproces uit het kwalificatiedossier op school behandeld wordt. Ook zie je in welke periode je BPV staat in gedeeld. Nederlands, Rekenen, Engels en MVT worden gedurende de hele opleiding aangeboden. Vrije ruimte Elk kwalificatiedossier biedt de school wat vrije ruimte die de school zelf in kan vullen. Afhankelijk van je opleiding en je persoonlijke voorkeuren wordt deze ruimte besteed aan: 1. excursies in binnen- of buitenland 2. deelname aan vakinhoudelijke wedstrijden in binnen- en buitenland 3. overige verplichte binnen- en buitenschoolse activiteiten 4. overige buitenschoolse activiteiten en vieringen.
13
4.5
De beroepspraktijkvorming (BPV)
Inleiding Een belangrijk onderdeel van de opleiding is de beroepspraktijkvorming (BPV). Onder beroepspraktijkvorming verstaat men de praktijkperiode die je doorbrengt in een leerbedrijf onder leiding van een praktijkopleider. Je kunt voor de BPV terecht bij bedrijven die door het landelijke kenniscentrum SBB erkend zijn als leerbedrijf. Bedrijven worden erkend per kerntaak. Dat betekent dat er waarborging is voor de kerntaken die je kunt uitvoeren en de begeleiding die je daarbij krijgt. De school begeleidt de BOL- studenten naar een erkend leerbedrijf. Het is de bedoeling dat je in je BPV- bedrijf, naast de dagelijkse werkzaamheden, aan dezelfde kerntaken werkt als op school. In een digitaal BPV-systeem houd jij, de school en het BPV bedrijf je persoonlijke voortgang van de ontwikkelingsgerichte onderdelen en de kwalificerende proeve van bekwaamheid bij. De organisatie op het BPV bedrijf Je praktijkopleider is je eerste aanspreekpunt bij vragen of problemen. Daarnaast is er een docent van school specifiek belast met de begeleiding van de studenten. Dit noemen we de BPV-docent. De BPV-docent begeleidt jou als student en bewaakt je ontwikkeling. Zij controleren de formulieren, stuurt indien nodig bij en maakt afspraken met jou en je praktijkopleider. Daarnaast zijn zij op school het aanspreekpunt m.b.t. BPV-aangelegenheden. Soorten BPV We maken een onderscheid in ontwikkelingsgerichte en kwalificerende BPV. Tijdens de ontwikkelingsgerichte BPV ga je als student eerst de kerntaak “oefenen”. Je maakt dan opdrachten uit het ontwikkelingsgericht BPV- systeem. Aan het einde van elke oefenperiode vult de praktijkopleider de ontwikkelingsgerichte beoordelingsgegevens in. Ze zijn een voorwaarde om deel te mogen nemen aan examens. Voorbeelden van deze documenten zijn: Een Go of No Go formulier ingevulde ontwikkelingsgerichte beoordelingslijst door de praktijkopleider urenregistratie van de BPV. De kwalificerende BPV Als je, per kerntaak, alle ontwikkelingsgerichte onderdelen hebt behaald, dan krijg je een ‘go’ voor het afleggen van de proeve van bekwaamheid voor die kerntaak. Er kunnen ook een aantal kerntaken tegelijkertijd geëxamineerd worden, maar ook dan telt de voorwaardelijkheid van de ‘go’. Je kunt de proeve beschouwen als praktijkexamen. Bij de afdelingen toerisme en facilitair vinden deze proeven hoofdzakelijk plaats op het BPV-adres. Dat noemen we dan de kwalificerende BPV. Bij de opleidingen horeca en Brood- en Banket vinden de proeven gedeeltelijk plaats in de schoolomgeving. Praktijkovereenkomst (POK) Voordat de BPV start, wordt er een praktijkovereenkomst afgesloten tussen jou als student (als je nog geen18 jaar bent, je ouders/verzorgers), de school en het leerbedrijf. In deze overeenkomst staan afspraken over de periode dat je BPV duurt en het aantal uren dat je in het bedrijf werkzaam bent.
14
BPV in het buitenland Binnen het Cingel College zijn er ook mogelijkheden om stage te lopen in het buitenland. Zo krijg je de kans om je internationaal te oriënteren. Door het ontwikkelen van de competenties in een andere leeromgeving dan in Nederland, krijg je nieuwe inzichten op theoretisch en praktisch gebied, zal je creatiever worden in het oplossen van problemen, leer je zelfstandiger te werken en beter samen te werken met buitenlandse personen en instellingen. Daarnaast biedt een buitenlandse BPV jou de mogelijkheid om je mondelinge en schriftelijke taalvaardigheid in het Engels, Frans, Duits of Spaans te vergroten. Het Cingel College organiseert voor studenten en hun ouders voorlichtingsavonden over de kansen en mogelijkheden van een internationale BPV. Let op! Stage naar het buitenland kan alleen in een leerjaar waarin geen kwalificerende stage plaats vindt. De aanvraag voor de subsidie van een internationale BPV vindt plaats door mevr. S. de Weerdt. De begeleiding en ontwikkelingsgerichte beoordeling in het buitenland worden uitgevoerd door een praktijkopleider van het bedrijf waar de BPV plaatsvindt. De BPV-docent en de praktijkopleider houden hierover contact. Voor meer informatie over alle BPV-aangelegenheden kun je terecht bij onze contactpersonen:
Mevrouw S. de Weerdt Toerisme en contactpersoon internationalisering
[email protected] Mevrouw K. van Boxtel Brood & Banket
[email protected] Dhr. L. Gelens Horeca
[email protected] Mevrouw M. van der Velden Facilitair
[email protected]
15
4.6
Onze afspraken: de onderwijsovereenkomst
Een onderwijsovereenkomst (OOK) is een contract. Dit contract is alleen geldig tussen jou (als je nog geen18 jaar bent, je ouders/verzorgers), en de school en is voorwaarde om een Cingelstudent te zijn. Je kunt deze vinden op de website van het Cingel College, http://www.cingelcollege.nl/info-voor/huidige-studenten In de OOK staan de rechten en plichten van jou en van de school. Als je eenmaal je handtekening hebt gezet, dan ben je verplicht om je aan de afspraken in de OOK te houden. De school moet zich natuurlijk ook aan de afspraken houden. Lees de OOK daarom goed door, vraag eventueel om uitleg voordat je deze ondertekent.
16
5 Alles over de begeleiding 5.1
Studiebegeleiding bij het leren
De SLB-er Het Cingel College wil jou zo goed mogelijk begeleiden op weg naar je diploma. Dat doen natuurlijk alle docenten waar je mee te maken krijgt. Daarnaast krijgt iedere student een studieloopbaanbegeleider (SLB-er) toegewezen; dat is meestal een docent waar je lessen van krijgt. Deze SLB-er begeleid je bij je leerproces en je studieloopbaan. Je voert met hem / haar een aantal gesprekken over je studievoortgang, je behaalde cijfers, je motivatie en beroepshouding, je toekomstplannen etc. Hiervan wordt verslag gemaakt in je voortgangsdossier. In dat voortgangsdossier worden ook al je studievorderingen (beoordelingen, cijfers) opgenomen. De SLB-er bewaakt deze registratie en bespreekt die met jou.
Studieadvies Gedurende je opleiding krijg je minimaal twee keer per jaar advies hoe jij het beste verder kunt met je opleiding. Dit studieadvies is afhankelijk van je resultaten/voortgang, aanwezigheid en je houding op school en in het stagebedrijf. Het studieadvies delen we in drie kleuren in: groen, geel en rood. Groen: je krijgt een positief advies: je doet het prima. Geel: je krijgt een waarschuwing, omdat je studievoortgang niet verloopt zoals het zou moeten. Er volgt een gesprek met de studieloopbaanbegeleider. Rood: je krijgt een negatief advies als je onvoldoende voortgang laat zien en / of je aanwezigheid op school niet aan de wettelijke eisen voldoet. In dat geval word je in overleg met de studieloopbaanbegeleider, teamvoorzitter en zorgcoördinator uitgenodigd voor een gesprek waarbij de voortgang wordt besproken. De opgelopen achterstand moet volgens een plan van aanpak binnen een vastgestelde tijd worden ingehaald; dit tijdspad wordt tijdens dit gesprek schriftelijk vastgelegd. Indien nodig wordt de leerplichtambtenaar hiervan ook schriftelijk op de hoogte gebracht. Op de afgesproken tijd en datum worden de vorderingen besproken met de studieloopbaanbegeleider, teamvoorzitter en zorgcoördinator. Wanneer wordt voldaan aan de gemaakte afspraken kan de opleiding worden voortgezet. Bij het niet nakomen van deze afspraak kun je, of worden teruggeplaatst met een aangepast rooster om alsnog de achterstand in te halen of de school kan een bindend advies geven om naar een andere opleiding te gaan zoeken, al dan niet binnen het Cingel College. Bij het laatste word je doorverwezen naar het servicecentrum van ROC West-Brabant. Je voortgang Door middel van het voortgangsdossier wordt je voortgang per schooljaar bijgehouden en besproken tijdens de gesprekken met je studieloopbaanbegeleider. Als het volgens de gestelde eisen af is aan het einde van het betreffende schooljaar, dan krijg je een GO voor het nieuwe schooljaar. Dat betekent dus dat je aan alle voorwaarden hebt voldaan en aan het nieuwe schooljaar kunt beginnen. Aan deze voorwaarden moet ook voldaan zijn, voordat je een onderdeel kwalificerend mag gaan afsluiten. Je aanwezigheid op school Je aanwezigheid bij alle onderwijsactiviteiten is verplicht. Wij als school en jij als student moeten ons daarbij houden aan wettelijke regelingen, zoals die m.b.t. de leerplicht,
17
Kwalificatieplicht en studiefinanciering. Je bent leerplichtig totdat je 18 bent en kwalificatieplichtig als je ouder bent dan 18 en niet in het bezit bent van een MBO niveau 2-diploma of HAVOdiploma. Het personeel van Het Cingel College registreert de aanwezigheid volgens rooster in het systeem PARS. Pars is ons Presentie Absentie Registratie Systeem. . Als school zijn wij verplicht je afwezigheid door te geven aan de leerplichtambtenaar of aan de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). Daarnaast nemen we je aan- en afwezigheid mee in het studieadvies, als we het hebben over je studie- en beroepshouding en je lerenloopbaanontwikkelingen. Tenslotte komt je aan- en afwezigheid altijd ter sprake in de gesprekken met je studieloopbaanbegeleider. Voor ons is je aanwezigheid een belangrijk aspect van de juiste beroepshouding.
18
5.2
De zorgcoördinator, een extra steuntje in de rug
Als je een opleiding bij het Cingel College volgt, dan kies je een opleiding die bij je past en waarbij naast kennis, ook je persoonlijke ontwikkeling belangrijk is om het diploma te halen. Voor specifieke begeleiding op het gebied van faalangst, leerstoornissen, persoonlijke problemen, rouwverwerking, depressiviteit, studievaardigheden of het maken van een beroepskeuze kun je terecht bij de zorgcoördinator. De verwijzingen naar de zorgcoördinator lopen via de SLB-er. Bij sociaal-emotionele en psychische problemen kun je via de zorgcoördinator worden doorverwezen naar het schoolmaatschappelijk werk (SMW). Bij motivatie- of studiekeuzeproblematiek kun je worden doorverwezen naar het Service Centrum voor Studie en Beroep van het ROC West-Brabant. Daarnaast staat het je altijd vrij, bij zeer persoonlijke problemen die je liever niet weglegt bij je SLB-er, contact op te nemen met de vertrouwenspersoon van het Cingel College. Zorgcoördinator Cingel College Naam: Mevr. N. van Ginneken T. 076- 5306027 E.
[email protected] Vertrouwenspersoon Cingel College Naam: Mevr. N. van Ginneken T. 076- 5306027 E.
[email protected]
5.3
Begeleiding bij een handicap, stoornis of belemmering
Heb je een lichamelijke, zintuiglijke of psychische beperking, dan doen wij ons uiterste best om onze Cingel-opleidingen ook voor jou mogelijk te maken. In sommige gevallen wordt dat door de overheid ondersteund door een geldelijke bijdrage voor passend onderwijs. Na de aanmelding kijken we met jou, je ouders, de zorgcoördinator en eventueel de intern ambulant begeleider welke ondersteuning of voorzieningen je nodig hebt om je studie met succes te volgen. Ook kan je, in samenwerking met de BPV-docenten, geholpen worden bij het zoeken naar een passende stage of werkplek. Is er sprake van een traject in het passend onderwijs, neem dan contact op met onze zorgcoördinator. In het geval dat het Cingel College je geen passend onderwijs kan bieden, zoeken we met jou en je ouders een school waar je op je plaats bent een opleiding te volgen.
19
5.4 Wat als je verkeerd gekozen hebt? Mocht de opleiding om de een of andere reden niet goed bij je passen dan kan de zorgcoördinator je eventueel doorverwijzen naar het Servicecentrum voor Studie & Beroep. Dit centrum kan je helpen bij het vinden van een andere opleiding die beter bij je past. Aanvullende informatie is verkrijgbaar bij je SLB-er en de zorgcoördinator. 5.5 Klachten ROC West-Brabant heeft een klachtenregeling opgesteld. Deze regeling geldt voor alle (ouders van) studenten van de colleges, die onder het ROC West-Brabant vallen. Klachten kunnen gaan over bijvoorbeeld de begeleiding van studenten, toepassing van strafmaatregelen, beoordeling van studenten, de inrichting van de schoolorganisatie of ongewenste omgangsvormen, zoals seksuele intimidatie, discriminatie, agressie, geweld of pesten. De klachtenregeling is alléén van toepassing wanneer men met zijn klacht niet ergens anders terecht kan. De meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken binnen de school zal je natuurlijk in eerst instantie in goed overleg met de betrokkenen of met het management kunnen oplossen. Voor meer informatie over de klachtenregeling verwijzen we naar het deelnemersstatuut op de website van ons college http://www.cingelcollege.nl/info-voor/huidige-studenten en naar de regelingen van ROC West Brabant Regelingen en procedures : ROC West-Brabant 5.6 Help! Ik voel me bedreigd, geïntimideerd of gediscrimineerd Het kan voorkomen dat je als student op school of tijdens de stage (BPV) te maken krijgt met ongewenste intimiteiten en/of seksueel geweld. Vaak weet je dan niet wat je moet doen en met wie je hierover in vertrouwen kan praten. Voor deze situaties kun je terecht bij de vertrouwenspersoon. Onder ongewenste intimiteiten verstaan wij o.a. het maken van misplaatste, vernederende grappen, schunnige opmerkingen over uiterlijk of gedrag, of ongewenst lichamelijk contact. Bij seksueel geweld moet gedacht worden aan aanranding en verkrachting. Ook wanneer je er als student in je omgeving ziet dat er sprake is van seksuele intimidatie agressie, geweld, pesten, discriminatie of racisme, is het aan te raden om advies te vragen aan de vertrouwenspersoon. De vertrouwenspersoon is er voor studenten van het Cingel College. Deze luistert, neemt de klacht serieus, adviseert, begeleidt en verwijst eventueel door naar deskundige hulp. De vertrouwenspersoon heeft een zwijgplicht. Dit houdt in dat alles vertrouwelijk wordt behandeld en dat niets ondernomen wordt, zonder de uitdrukkelijke toestemming van degene die met de klacht komt. De vertrouwenspersoon van het Cingel College is mevrouw N. van Ginneken.
20
6 Alles over de beoordeling 6.1 Voortgangsdossier beoordelen: kijken waar je staat Inmiddels weet je uit hoofdstuk 4: welke kerntaken en werkprocessen er zijn aan welke kerntaken en werkprocessen je wanneer werkt welke overige vakken je krijgt wat de rol is van het voortgangsdossier Hier gaan we verder in op de uiteindelijke beoordeling, het examen. We leggen je uit: welke examens je moet doen wanneer je deze examens mag doen wat er in het examendossier komt wanneer je examendossier recht geeft op een diploma. Toetsen en examens In eerste instantie werk je aan je voortgangsdossier. We examineren je dan nog niet. Wel maak je voortgangstoetsen om te kijken hoe je studieproces vordert. Eigenlijk oefen je, zowel op school als in de BPV, totdat je klaar bent voor een examen. De branchedocenten bespreken je kerntaken en werkprocessen; de SLB-er houdt je studievoortgang bij; de docenten Nederlands, Engels, rekenen, burgerschap en breinleren informeren je over de bewijzen van hun vakgebied die je moet kunnen aantonen. Als je voortgangsdossier, per examenonderdeel, op orde is, krijg je een ‘go’ voor de echte examens. 6.2 De examens Het Cingel College heeft een examenplan, dat aangeeft wanneer welk examen gepland staat in je opleiding. Deze examenplanning is van toepassing als je het reguliere onderwijsprogramma volgt. Mocht je om wat voor reden dan ook sneller of trager gaan, dan wordt de examenplanning daaraan aangepast. Maatwerk noemen we dat. Voor jouw opleiding moet je de volgende examens afleggen: 1. Beroepsgerichte examens: Bij alle beroepsgerichte examens heb je te maken met Proeven van Bekwaamheid. Tijdens deze proeven worden de beroepsgerichte kerntaken met alle werkprocessen geëxamineerd. 2. Nederlands: Een centraal examen voor de onderdelen lezen en luisteren, en instellingsexamens voor de onderdelen gesprekken voeren, spreken en schrijven. 3. Engels: Instellingsexamens voor de onderdelen lezen, luisteren, gesprekken voeren, spreken, schrijven. 4. Rekenen: Een centraal examen met daarin de vaardigheden getallen, verhoudingen, meten en meetkunde en verbanden. 5. Moderne vreemde talen: Instellingsexamens voor de onderdelen lezen, luisteren, gesprekken voeren, spreken, schrijven.
21
6.
Loopbaan en burgerschap: Je docent breinleren beoordeelt de eindopdrachten. Je docent burgerschap beoordeelt de eindopdrachten. Je SLB-er beoordeelt je inzet bij de SLB-gesprekken. Als deze drie onderdelen op orde zijn, heb je aan je verplichtingen voldaan. Je hoeft geen afsluitend examen meer te doen. In het examenplan staat omschreven wat de eisen zijn per examenonderdeel. Voor alle examens geldt dat deelname verplicht is ook in het geval dat het behalen van het examen geen invloed heeft op het behalen van je diploma. 6.3 Herkansen Door goed te oefenen tijdens je opleiding en hiervan helder verslag te leggen in je voortgangsdossier kom je goed beslagen ten ijs bij je examens. Mocht het toch niet in één keer lukken, dan is er per examenonderdeel één herkansingsmogelijkheid. Als je een herkansing krijgt aangeboden, ben je verplicht om hier aan deel te nemen. Doe je dat niet, dan verspeel je je herkansing. 6.4 Wie beoordeelt? De personen die je tijdens je examens beoordelen noemen we: assessoren. Zij zijn de mensen die je examineren. Met een moeilijk woord: kwalificerend beoordelen: kijken of je in aanmerking komt voor je diploma. We moeten dat zo eerlijk, objectief mogelijk doen. Soms zijn deze mensen ook docent van het Cingel College (maar heb je er geen les van gehad bij dit examenonderdeel), soms zijn het docenten van een andere school, soms zijn het BPV-begeleiders of zijn het vertegenwoordigers uit de branche waarin je werkt. Bij Nederlands, in het bijzonder de vaardigheden luisteren en lezen, en rekenen worden je examens d.m.v. een computerprogramma afgenomen en nagekeken. Een assessor stelt vast welke beoordeling daarop volgt. 6.5
De rol van het examenbureau Het examenbureau nodigt je per mail uit voor alle examens die op school plaatsvinden. Het examenbureau biedt de examendossiers ter beoordeling aan assessoren en neemt deze na controle weer in ontvangst; Het examenbureau biedt de examendossiers, na controle door assessoren, aan de examencommissie ter vaststelling aan; Het examenbureau registreert de uitslagen van examens. Het examenbureau deelt, nadat de voorzitter van de examencommissie het examen heeft vastgesteld, de diplomabevestiging schriftelijk aan de studenten mee. Het examenbureau roept aangemelde kandidaten op voor herkansing. Het examenbureau verstuurt, namens de voorzitter van de examencommissie, een uitnodiging voor de diploma-uitreiking. Het examenbureau draagt zorg voor een juiste administratieve afhandeling van examens en diploma’s. Het examenbureau neemt vrijstellingen in behandeling en legt deze voor aan de examencommissie.
22
6.6 Het diploma Alle uitslagen van examens leggen we op het examenbureau van het Cingel College vast in je examendossier. Je ontvangt je diploma als:
alle beroepsgerichte praktijkexamens voldoende zijn afgesloten, alle werkprocessen moeten met voldoende of goed worden behaald. aan de inspanningsverplichting van loopbaan en burgerschap voldaan is. voor Nederlands, Engels en rekenen hebt voldaan aan de dan geldende wettelijke regels (Zie examenplan)
Als het examendossier volledig is en gecontroleerd door het Hoofd examenbureau, stuurt deze al je resultaten door naar de examencommissie van het Cingel College. De examencommissie moet je examendossier officieel vaststellen. Vervolgens ontvang je je felbegeerde diploma.
6.7
Vrijstellingen
Wanneer is er sprake van vrijstelling? Bij een vrijstelling gaat het om het erkennen en waarderen van eerder verworven competenties en kwalificaties op basis van een officieel erkend document. Het vrijstellingenbeleid van het Cingel College staat uitgebreid beschreven in het Kwaliteitshandboek Examinering. Hoe kom je aan een vrijstelling? Direct aan het begin van je opleiding informeer je bij degene die jouw intake verzorgd heeft of bij je SLB-er, of je in aanmerking zou kunnen komen voor een vrijstelling. Vul voor de aanvraag van een vrijstelling het formulier “aanvragen vrijstelling” in. Dit is verkrijgbaar bij het examenbureau. Vervolgens lever je de aanvraag in bij het examenbureau. Dit moet gebeuren binnen 1 maand na de start van je opleiding. Als je een vrijstelling krijgt, dan ga je een apart opleidingstraject in en dan moet er een ook een apart plaatsingsbesluit gemaakt worden. Daarop staat dan welke afspraken zijn gemaakt over het vervullen van andere onderwijsactiviteiten. Een vrijstelling krijg je alleen op basis van een officieel erkend document De examencommissie beoordeelt of er sprake is van vrijstelling op basis van: een diploma een officieel certificaat (d.w.z. dat is voldaan aan de eisen van een certificeerbare eenheid) een officiële schoolverklaring waarin is vastgelegd welke werkprocessen kwalificerend zijn afgerond (de kandidaat kan dan gevraagd worden bewijsmateriaal te overleggen) een ervaringscertificaat. Gaat de examencommissie akkoord, dan krijg je daarvan officieel bericht. Met dit bericht ga je direct naar je SLB-er en maakt met hem/haar afspraken over je onderwijsprogramma. Die leggen jullie vast in een plaatsingsbesluit, dat binnen drie weken na het akkoord terug moet zijn bij de examencommissie. Komt het plaatsingsbesluit niet binnen 3 weken terug bij de examencommissie, dan gaat die ervan uit, dat je er samen met je SLB-er voor hebt gekozen de lessen gewoon te blijven volgen, ter voorbereiding op het examen. Een aantal mogelijke vrijstellingen Als het gaat om één of meerdere kerntaken van de beroepsopleiding: Bij het verlenen van deze vrijstellingen gaan we uit van het kwalificatiedossier van de opleiding waarvoor vrijstelling wordt gevraagd. Het gaat dus om examenonderdelen. Er kan alleen vrijstelling worden verleend voor een of meer volledige kerntaken. Een VMBO-diploma geeft binnen het Beroepsgericht Onderwijs geen recht op vrijstellingen. 23
Als het gaat om Nederlands en rekenen: Elk van deze onderdelen kent een landelijk centraal examen. Een vrijstelling voor dat landelijke eindexamen en de daarbij behorende schoolexamens mogen we je slechts in uitzonderingsgevallen verlenen, namelijk als het tijdstip van je examenuitslag valt binnen de wettelijke vrijstellingstermijn van 2 jaar en het juiste niveau behaald hebt. Je kunt wel vrijgesteld worden van de lessen, nadat je net als alle andere studenten een instaptoets hebt afgelegd. De lessen die vrij vallen, worden opgevuld met andere lessen of opdrachten gerelateerd aan kerntaken of generieke vakken. Om aan het eind van je opleiding geen risico te lopen, moet je er zelf voor zorgen, dat je niveau op peil blijft. Als het gaat om Engels generiek bij de niveau 4 opleiding: Een vrijstelling voor de instellingsexamens mogen we je slechts in uitzonderingsgevallen verlenen, namelijk als het tijdstip van je examenuitslag valt binnen de wettelijke vrijstellingstermijn van 2 jaar en het juiste ERK-niveau behaald hebt. Als het gaat om Loopbaan en Burgerschap: Omdat je verplicht bent groei en ontwikkeling op deze gebieden aan te tonen in de loop van je opleiding, kunnen we je geen vrijstelling geven voor deze onderdelen. Reeds behaalde onderdelen van Burgerschap kunnen wel mee genomen worden als je een andere opleiding binnen het Cingel College gaat volgen. De SLB-gesprekken blijven een onderdeel vormen van de opleiding Als het gaat om ontwikkelingsgerichte onderdelen van je opleiding: Een vrijstelling heeft altijd te maken met examenonderdelen. Het kan echter ook voorkomen, dat je kunt aantonen dat je ontwikkelingsgericht (formatief, diagnostisch, qua voortgang) al bepaalde werkprocessen hebt afgerond binnen een andere, soortgelijke opleiding. Bijvoorbeeld als je tussentijds bent overgestapt van de ene naar de andere MBO-opleiding. Het gaat dan niet om een vrijstelling, maar je SLB-er houdt daar wel rekening mee bij je instroom en je onderwijsprogramma. Hij stelt dan samen met jou een maatwerktraject op. De verplichting om deel te nemen aan de examens van de betreffende werkprocessen blijf je echter houden. 6.8 Examenwerk inzien Alle examenproducten worden, voor zover mogelijk, tot zes maanden na de einduitslag van het examen bewaard bij het Examenbureau. Resultaten worden digitaal vastgelegd in het deelnemer-volgsysteem. De landelijke examens Nederlands en rekenen zijn niet in te zien.
24
6.9
Bezwaar en beroep
Binnen het Cingel College is een examencommissie benoemd. Deze is verantwoordelijk voor het goede verloop van de examens. Examencommissie Cingel College Voorzitter Secretaris Plaatsvervangend voorzitter/-secretaris Afdelingsvertegenwoordigers
Vertegenwoordigers beroepenveld / extern vertegenwoordiger
Dhr. A. van Veen Dhr. S. de Beer Dhr. J. den Hollander Dhr. B. Barten Mevr. A. Koch Dhr. S. de Lange bij gelegenheid
Adres secretaris van de examencommissie Postadres: Markendaalseweg 35 4811 KA Breda Telefoon.
076-5306000
E-mail
[email protected]
De Commissie van Beroep Allereerst kun je met klachten over (beoordelingen van) examens terecht bij de examencommissie van het Cingel College. Ben je het niet eens met de beslissing van de examencommissie dan kun je beroep aantekenen bij de Commissie van Beroep. Dit is een onafhankelijke commissie, die een beslissing zal nemen over het door jou aangetekende beroep. Samenstelling van de Commissie van Beroep Examens
Voorzitter commissie van beroep
De heer P. van Hooff
Plv. voorzitter commissie van beroep
Mevrouw A.M. van Doorn
Lid commissie van beroep
De heer P. Philipse
Lid commissie van beroep
De heer J.A. Saenen
Plv. lid commissie van beroep
De heer P.H.M. Hector
Plv. lid commissie van beroep
De heer A.J.M. van Eil
Adres commissie van beroep inzake examens:
Postadres:
ROC West Brabant, Commissie van Beroep Postbus 699 4870 AR Etten-Leur
25
Kwaliteitshandboek examinering De examens vinden plaats volgens de procedures en protocollen die in het, door de directie vastgestelde, Kwaliteitshandboek Examinering worden beschreven. Dit handboek is in te zien op aanvraag bij het hoofd van het Examenbureau van het Cingel College. De Inspectie Met ingang van november 2007 bewaakt de Inspectie van het Onderwijs de kwaliteit van de examinering binnen het MBO. Elk jaar neemt de Inspectie een steekproef uit het totale opleidingsaanbod van het ROC. De Inspectie onderzoekt: a. Of het onderwijs voldoet aan landelijk vastgestelde inspectiestandaarden; b. Hoe de school de examens heeft georganiseerd; c. De kwaliteit van de examens, die worden afgenomen. Daarnaast neemt het Cingel College deel aan interne controles op het gebied van onderwijs en examinering. Beoordelaars met kennis van zaken vanuit andere instituten binnen het ROC West-Brabant komen twee keer per jaar kijken of de kwaliteit op orde is en adviseren over mogelijke verbeteringen.
26
Bijlage 1
Het centraal examenreglement van ROC West-Brabant
Het centraal examenreglement van ROC West-Brabant is te vinden op de portal. Bijlage 2
Verantwoording Onderwijsuren NAAM OPLEIDING
Facilitair leidinggevende
1 2 3
4
A
B
C D E F
Periode Begeleide uren per week à 60 min Lesweken per periode Begeleide uren per periode (1x2) per leerjaar Overige klokuren begeleid onderwijs (werkweken, examens, etc). Totaal onderwijstijd in school in klokuren (3+4) Klokuren BPV (in bedrijf) Totaal klokuren begeleide onderwijstijd (A+B) Zelfstudie-uren TOTAAL SBU per leerjaar
LEERJAAR 1 3
4
totaal
NIVEAU
LEERWEG
VARIANT
2015
4
BOL
Regulier
29
26
9
9
9
9
36
9
9
9
9
36
9
9
9
9
36
261
234
0
225
720
216
0
216
0
432
207
0
0
117
324
5
5
24
4
24
0
0
720
432
380
380
125
125
125
TOTALE OPLEIDINGSDUUR
500
1600
1
2
23
380
1100 125
totaal
LEERJAAR 3 3
2
380
2
LEERJAAR 2 3
1
25
1
COHORT
380
1192 102
102
102
102
408
126,5
totaal
95750 1
2
LEERJAAR 4 3
4
totaal
13
380
760
4
CREBO
126,5
126,5
126,5
1600
0 0
0
0
0
0
10
0
334
0
760
0
1094
0
506
0
0
0
0
0
1600
4800
De groene en geel gearceerde cellen zijn geblokkeerd. Opleidingsduur: 1-jarige opleiding = 1600 uur 2-jarige opleiding = 3200 uur 3-jarige opleiding = 4800 uur 4-jarige opldeing = 6400 uur Het totale aantal uren school en BPV moet je aanpassen aan de verplichtingen uit FoV, met de juiste verdeling van schooluren en BPV uren, de rest is dan zelfstudie uren Zelfstudie-uren = D = E - C Je moet dan het aantal uren verdelen over het aantal periodes in dat schooljaar.
27
Bijlage 3
Examenplan
Naam opleiding
Niveau
Leerweg
Cohort Startdatu m
Studiejaar diplomering
Facilitair leidinggevende
4
BOL
2015
2018
1-8-2015
Kwal. dossie r 2015
Kwalificati Vaststellingsdatum e eisen examenplan L&B 2015
BEROEPSGERICHT
KERNTAKEN EN WERKPROCESSEN Mondelin Voert facilitaire KT1 Voert facilitaire g werkzaamheden uit werkzaamheden uit 6 2 weken X Schriftelij k Praktijk 1.1 Voert hospitality werkzaamheden uit
Aantaln gelegemheden
Plaats afname School
Period Duur e examen afnam e
Beoordelaar school
Kerntaken/ werkprocessen
Beroeps praktijk
CCFKT1
Titel examen
Beoordelaar beroepspraktijk
Examencode Vorm
X
X
2
Weging Resultaa examen t o-vs g of cijfers
1
o-v-g
1.2 Bereidt en distribueert eenvoudige gerechten en huishoudelijke dranken
28
1.3 Voert licht administratief werk uit 1.5 Onderhoudt de voorraad 1.6 Voert logistieke werkzaamheden uit 1.7 Signaleert onveilige situaties en verhelpt deze 1.9 Beheert gebouwen en apparatuur
CCFKT2
Mondelin Voert KT2 Voert g organisatiegebonde organisatiegebonde Schriftelij n taken uit n taken uit k Praktijk 2.1 Onderhoudt het contact met interne en externe klanten en leveranciers
8
2 weken
X
X
X
2
1
o-v-g
2.2 Beoordeelt offertes en leveringscontracten en stelt leveringscondities op 2.3 Signaleert klachten en verbeterpunten en handelt deze af 2.5 Neemt deel aan werkoverleg 29
CCFKT3
Mondelin Geeft leiding en KT3 Geeft leiding g voert beheerstaken en voert Schriftelij uit beheerstaken uit k 3.1 Maakt een afdelingsplan
12
10 weken
X
X
2
1
o-v-g
X
2
1
o-v-g
3.2 Maakt analyses voor begrotingen en doet voorstellen
X
2
1
o-v-g
3.3 Bewaakt budgetten
X
2
1
o-v-g
3.4 Plant en verdeelt werkzaamheden
X
2
1
o-v-g
3.5 Stuurt medewerkers aan
X
2
1
o-v-g
3.6 Begeleidt medewerkers
X
2
1
o-v-g
2
1
o-v-g
X
2
1
o-v-g
X
2
1
o-v-g
X
2
1
o-v-g
3.7 Voert formele gesprekken met medewerkers 3.8 Motiveert en stimuleert de samenwerking in het team 3.9 Bewaakt en evalueert processen en procedures op de werkvloer 3.10 Voert werkoverleg
X
30
3.11 Stelt rapportages op CCENGGS B1
BEROEPSGERICHTE EISEN TAAL Mondelin Gesprekken voeren WP 2.1 - 2.3 g
Examencode
Vorm
CCNEDLL CCNEDGS CCNEDSP CCNEDSC
Schriftelijk Mondeling Mondeling Schriftelijk
CCREK Schriftelijk
CCENGLL CCENGGS CCENGSP CCENGSC
X
Schriftelijk Mondeling Mondeling Schriftelijk
Vaardigheid
Niveau Periode examen afname NEDERLANDS Lezen en Luisteren 3F 10 Gesprekken voeren 3F Spreken 3F Schrijven 3F REKENEN Getallen, Verhoudingen, Meten en 3F 11 meetkunde, Verbanden ENGELS Lezen en Luisteren B1 8 Gesprekken voeren A2 Spreken A2 Schrijven A2 11
Duur examen
X
X
Aantal beoordelaars
1
o-v-g
2
1
cijfers
Aantal Weging Resultaat gelegenh examens cijfers
CITO
2 2 2 2
50% 16,6% 16,6% 16,6%
cijfer cijfers cijfers cijfers
CITO
2
100%
cijfer
CITO
2 2 2 2
50% 16,6% 16,6% 16,6%
cijfer cijfer cijfer cijfer
60 min
90 min 15 min 10 min 20 min
2
31
LOOPBAAN EN BURGERSCHAP Om je diploma te kunnen behalen, moet je voldoen aan de kwalificatieeisen voor Loopbaan en Burgerschap. Dit betekent dat alle 9 onderdelen met een voldaan afgesloten moeten zijn. Onderdeel Onderwerp Naam kwalificerende Periode Weging Resultaat opdracht Loopbaan
Capaciteitenreflectie Motievenreflectie Werkexploratie Loopbaansturing Netwerken
Breinleren Breinleren Breinleren Loopbaan oriëntatie Loopbaan oriëntatie
1e leerjaar 1e leerjaar 1e leerjaar 3e leerjaar 3e leerjaar
20% 20% 20% 20% 20%
niet voldaan / voldaan niet voldaan / voldaan niet voldaan / voldaan niet voldaan / voldaan niet voldaan / voldaan
Burgerschap Politiek juridische dimensie Economische dimensie Sociaal maatschappelijke dimensie Vitaal burgerschap dimensie
Politiek Consument Maatschappij Vitaal burgerschap
2e leerjaar 2e leerjaar 2e leerjaar 2e leerjaar
25% 25% 25% 25%
niet voldaan / voldaan niet voldaan / voldaan niet voldaan / voldaan niet voldaan / voldaan
Aanvullende informatie Aantal examenmomenten (1-ste, 2-de, … , mogelijkheid tot herkansen)
Alle examenonderdelen kunnen 1 x herkanst worden. Slaag-/zakbeslissing
Berekening van eindbeoordeling
De regels van betreffende de slaag- /zakbeslissing zijn per cohort op te vragen bij het examenbureau.
32
Bijlage 4
Lijst met afkortingen
BBL
Beroepsbegeleidende leerweg
BOL
Beroepsopleidende leerweg
BPV
Beroepspraktijkvorming
COE
Centraal Ontwikkelde Examens
DUO
Dienst Uitvoering Onderwijs
ERK
Europees Referentie Kader
EVC
Erkennen van Verworven Competenties
KD
Kwalificatiedossier
LGF
Leerling Gebonden Financiering
MVT
Moderne Vreemde Taal
OER
Onderwijs- en examenregelement
OOK
Onderwijsovereenkomst
POK
Praktijkovereenkomst
ROC
Regionaal Opleidingscentrum
SBU
Studie belastinguren
SLB
Studieloopbaanbegeleider
SMW
Schoolmaatschappelijk werk
TOP
Transparante Onderwijs Programmering
33
WEB
Wet Educatie en Beroepsonderwijs
WSF
Wet Studie Financiering
34