Niks gedaan en toch gevangen... Kan dat zomaar?
Lesbrief voor de leerkracht Handleiding voor de leerkracht Leerlingenblad
“Een kind van acht stop je niet in een cel. Niet in Nederland. Dat is belachelijk.”
Voor groep 7 en 8 van het basisonderwijs en voor het eerste jaar van het voortgezet onderwijs.
N i k s g e d a a n e n t o c h g e v a n g e n . . . K a n d a t z o
Aanleiding Dinsdag 19 september 2006 werd Hui in de gevangenis gezet, samen met zijn moeder. Zijn moeder komt uit China, heeft in Nederland asiel gevraagd maar dat niet gekregen. Om te voorkomen dat zij zou vluchten en illegaal in het land zou blijven, is ze vastgezet in het detentiecentrum Zeist. Hui is bij haar. Hij is in Nederland geboren. Hij zat op een school in Amsterdam. Hij heeft niets misdaan. Nu zit hij in de gevangenis. Televisiepresentator Sipke Jan Bousema hoorde een reportage op de radio over Hui. Hij is kwaad dat Nederland de rechten van het kind zo bruut schendt. Hij maakt zich hard voor Hui en zijn lotgenoten. Het is onrechtvaardig om zo met kinderen om te gaan. Sipke Jan heeft in korte tijd een aantal acties ontketend om aandacht te vragen voor het lot van kinderen die in Nederland gevangen worden gehouden, zonder iets te hebben gedaan dat niet mag. Deze lesbrief is daar één van. Bedoeling Veel kinderen die het verhaal van Hui horen of lezen, zijn daarvan onder de indruk. Ze zijn verontwaardigd en boos. En ze begrijpen niet hoe het kan dat een kind zomaar wordt opgepakt. In deze lesbrief wordt dat uitgelegd. Dat vermindert de gevoelens van machteloosheid en onbegrip.
COLOFON
In de tweede plaats geeft deze lesbrief ook een manier aan om iets te doen voor kinderen als Hui. Leerkrachten die dat willen, kunnen hun kinderen een brief of mail naar de minister-president laten sturen. Zo kunnen kinderen stem geven aan hun verontwaardiging en hun hart luchten.
geschreven door Ron Benjamins
Maar deze lesbrief is niet in de eerste plaats een actiemiddel. Het is niet de bedoeling om kinderen op een emotionele manier in te schakelen om politieke doelen te bereiken. We vragen op een evenwichtige manier aandacht voor het feit dat de uitvoering van het vreemdelingenbeleid ertoe leidt dat Nederland de rechten van het kind schendt.
Deze lesbrief is een initiatief van Sipke Jan Bousema (AVRO) Sipke Jan is ambassadeur van Kids United, Unicef
mogelijk gemaakt door KlasseTV (www.klassetv.nl)
in overleg met Carla van Os (Defence for Children International Nederland) mede namens Amnesty International, Stichting INLIA, Kerkinactie, Stichting Alleenstaande Minderjarige Asielzoekers Humanitas (SAMAH), Stichting Kinderpostzegels Nederland, Raad van Kerken, Unicef Nederland en VluchtelingenWerk Nederland.
Achtergrond Asielzoekers en andere vreemdelingen die niet in Nederland mogen blijven, komen in zogenaamde vertrekcentra. Dat zijn open opvangcentra, van waaruit vluchtelingen hun terugkeer kunnen organiseren. Gezinnen hebben drie maanden de tijd om hun vertrek in zo'n centrum voor te bereiden, anderen vier weken. Als dat niet lukt, om wat voor reden ook, kunnen ze worden gedetineerd in een uitzetcentrum. Dat is dus geen verplichting. De Vreemdelingenpolitie maakt een afweging en neemt een besluit. Dat is anders dan bij een veroordeelde crimineel; die moet hoe dan ook de cel in. Uitzetcentra zien er uit en zijn bedoeld als gevangenis. De reden daarvoor is dat de regering wil voorkomen dat uitgeprocedeerde asielzoekers verdwijnen en illegaal in het land blijven. Het grenshospitium en het aanmeldcentrum in Schiphol zijn vergelijkbare detentiecentra. Daar verblijven mensen die het land (nog) niet in mogen, in de vertrekcentra zijn mensen die het land moeten verlaten. Als asielzoekers kinderen hebben, kunnen die met hun ouders in het detentiecentrum blijven. Ook voor hen geldt dan dat ze in de cel moeten slapen. Ouders kunnen er ook voor kiezen om afscheid te nemen van hun kind. De regering regelt dan dat kinderen in een pleeggezin worden opgenomen, als de ouders zelf geen opvanggezin weten. Maar veel ouders en kinderen ervaren dat niet als een reële mogelijkheid en willen – juist in zo'n spannende tijd - bij elkaar blijven.
N i k s g e d a a n e n t o c h g e v a n g e n . . . K a n d a t z o
Deze gang van zaken is in tegenspraak met het Internationale Verdrag inzake de Rechten van het Kind. Nederland heeft dat verdrag ondertekend. Daarin staat dat kinderen niet gevangen mogen worden gezet; alleen als uiterste middel en dan voor de kortst mogelijke duur, maar daarvan is hier geen sprake. Omdat de minister de keuze heeft om vreemdelingen wel of niet te laten detineren, is er een alternatief voorhanden en is de gevangenneming van kinderen illegaal. In de rechten van het kind is verder opgenomen dat kinderen recht hebben op onderwijs, zo goed mogelijke gezondheidszorg en recreatie. Deze rechten kunnen niet worden gerealiseerd als kinderen vastzitten. Als kinderen op deze manier in 'vreemdelingenbewaring' worden gehouden, kan de advocaat daar bij de Nederlandse rechter bezwaar tegen maken. De rechter corrigeert dan soms de regering, omdat kinderrechten zwaarder wegen dan de mogelijkheid dat iemand vlucht en illegaal in Nederland blijft. Internationaal wordt kritiek geuit op het huidige Nederlandse beleid. De Raad van Europa heeft in januari 2006 Nederland opgeroepen te voorkomen dat kinderen gevangen worden gehouden. Ook de VNvluchtelingenorganisatie UNHCR heeft haar zorgen geuit over deze situatie. In Nederland pleiten de volgende organisaties er gezamenlijk voor om kinderen en ouders niet in vreemdelingenbewaring te zetten, niet te scheiden en de rechten te respecteren van kinderen die wachten op hun uitzetting: Amnesty International, Defence for Children International Nederland, Stichting INLIA, Kerkinactie, Stichting Alleenstaande Minderjarige Asielzoekers Humanitas (SAMAH), Stichting Kinderpostzegels Nederland, Raad van Kerken, Unicef Nederland en VluchtelingenWerk Nederland.
Foto: Ingang “Kamp Zeist”
N i k s g e d a a n e n t o c h g e v a n g e n . . . K a n d a t z o
Wat je nodig hebt:
De Les
1. Een kopie van het leerlingenmateriaal voor elke leerling.
Stap 1 Introductie Vertel in het kort wat Hui is overkomen. De moeder van Hui kwam als alleenstaande minderjarige asielzoeker achtenhalf jaar geleden hoogzwanger in Nederland aan. Hui is in Nederland geboren, is nu 8 jaar en is even Nederlands als zijn klasgenoten, maar dan zonder de benodigde papieren
2. Een computer met internetaansluiting voor wie de minister-president wil mailen.
Op dinsdag 19 september 2006 werd de grootste angst van Hui realiteit. Al een half jaar zat hij met zijn Chinese moeder in het vertrekcentrum Vught. Hij wist dat als zijn moeder daar hun terugkeer naar China niet zou kunnen regelen, zij dan misschien in de gevangenis terecht zouden komen. De moeder van Hui is naar de ambassade van China geweest om te vragen of ze terug naar China kan komen. Maar die zeggen dat ze haar en haar zoon niet kennen. De moeder heeft ook nooit een paspoort gehad omdat ze al jong wees was, en Hui is in Nederland geboren. Daarom lukt het de moeder van Hui niet om de terugkeer te regelen. De vreemdelingenpolitie denkt toch dat de moeder niet goed genoeg haar best doet om alles te regelen. Hui zit in detentiecentrum Zeist, een uitzetcentrum. Hij kan niet naar school. Hij mist zijn schoolvrienden en zij missen hem. Zijn klasgenoten van de Amsterdamse Olympiadeschool waar Hui tot februari van dit jaar op school zat, zijn verbijsterd over het slechte nieuws. Maak op het bord een web van de mensen en organisaties die hierbij betrokken zijn: Hui, zijn moeder, de regering, de school van Hui, de vrienden en vriendinnen van Hui. Ga voor elk van deze betrokkenen na wat zij zouden voelen en denken over de gebeurtenissen.
Bedoeling: Leerlingen leren hoe het kan dat leeftijdsgenoten in Nederland worden vastgehouden, zonder dat zij iets gedaan hebben. Ze verkennen het beginsel van belangenafweging in beleid en wet; dat regels afwegingen zijn en ook veranderd kunnen worden. Kinderen krijgen de mogelijkheid om aan de minister-president te schrijven of te mailen wat zij daarvan vinden. De les: Voor groep 7 en 8 van het basisonderwijs en voor het eerste jaar van het voortgezet onderwijs.
Foto: Detentiecentrum Zeist
N i k s g e d a a n e n t o c h g e v a n g e n . . . K a n d a t z o
Het kán anders!
Stap 2 Leerlingenblad Lees samen het leerlingenblad. Daarop komen verschillende aspecten van wat Hui overkomen is aan de orde. Bespreek het blad samen en verhelder waar nodig wat er staat.
Stap 3 Bedenk een wet! Bespreek met de kinderen wat een goede regeling zou zijn, die ervoor zorgt dat: 1. de ouders en hun kinderen serieus gaan werken aan de terugkeer naar het thuisland als zij niet in Nederland mogen blijven 2. kinderen niet opgesloten hoeven worden, naar school kunnen gaan en vrij kunnen spelen. Brainstorm: Houd een brainstorm met kinderen. Laat ze met ideeën komen, ook als die niet uitvoerbaar zijn: 'We zitten met een probleem, we moeten dit beter regelen, dus alles wat we kunnen bedenken is welkom…' Houd in steekwoorden op het bord bij wat kinderen bedenken. Ga af en toe terug naar het netwerk van belanghebbenden uit Stap 1. Bedenk wat de verschillende betrokkenen (vriendjes, de regering, enzovoort) van de plannen zouden vinden.
Stap 4 Doe iets! Leg uit dat het vreemdelingenbeleid democratisch tot stand komt, dat mensen de leden van de Tweede Kamer kiezen en dat die mogen stemmen over nieuwe wetten. Als je iets wilt veranderen in de politiek, moet je in Den Haag zijn. Schrijf een brief of een mail aan de minister-president, waarin de groep uitlegt wat haar idee voor een nieuwe wet inhoudt en hoe die ervoor zorgt dat mensen niet illegaal worden en de rechten van het kind gerespecteerd worden. Schrijf een mail via het contactformulier op de website van het ministerie van Algemene Zaken. Dit formulier is speciaal bedoeld voor berichten aan de minister-president. Lees op de volgende pagina hoe je dit kunt doen!
De organisaties achter 'Geen kind in de cel' hebben de politiek gewezen op goede alternatieven. Ouders en kinderen kunnen in open centra blijven waar ze begeleid wor-den bij hun terugkeer. Dat kan samengaan met een meldplicht. Er zijn projecten in Nederland waarin individuele trajectbegeleiding wordt toegepast waarin gekeken wordt wat de mensen precies nodig zouden hebben om wél terug te kunnen keren. Zie ook het document 'Waar dan wel?' op
Schrijf een mail via het contactformulier op de website van het ministerie van Algemene Zaken. Dit formulier is speciaal bedoeld voor berichten aan de minister-president. Ga naar: http://www.minaz.nl/minister-president/vragen/index.html en scroll naar beneden voor het formulier. Of stuur een brief naar: De minister-president Ministerie van Algemene Zaken Postbus 20001 2500 EA Den Haag Ook de organisaties van de actie 'Geen kind in de cel' horen zijn benieuwd naar de ideeën van kinderen. Stuur een kopie van de brief naar: Geen kind in de cel p/a Postbus 75297 1070 AG Amsterdam Of stuur een kaartje naar kinderen die nu gevangen worden gehouden! De vrijwilligersorganisatie Kaarten voor Kinderen zamelt kaarten in voor kinderen die in vreemdelingenbewaring zitten. De vrijwilligers zorgen ervoor dat de kaarten verspreid worden onder de kinderen in de verschillende centra. Zet een wens of maak een tekening op de kaart en stuur hem naar: Kaarten voor Kinderen Postbus 1206 9701 BE Groningen Tip 1 Op asielzoekerscholen wordt heel vaak afscheid genomen van kinderen. Over die ervaringen is een boekje geschreven, 'Nou… dag maar weer'. Er staan tips in over hoe je het best afscheid kunt nemen en kinderen daarin goed kunt begeleiden. De tips zijn ook waardevol voor reguliere scholen, die te maken hebben deze vormen van afscheid. Nou… dag maar weer. Afscheid nemen van asielzoekerskinderen in de klas. J. Baan, Utrecht – Pharos 2005. ISBN 90 759 55 55 3 Te bestellen voor 8 Euro via
[email protected] Tip 2 Lees meer over de rechten van het kind en vreemdelingenbewaring op: www.geenkindindecel.nl www.kinderrechten.nl
CHRIJ
N i k s g e d a a n e n t o c h g e v a n g e n . . . K a n d a t z o
Laat van je horen!
N i k s g e d a a n e n t o c h g e v a n g e n . . . K a n d a t z o
Leerlingenblad
Niks gedaan en toch gevangen… kan dat zomaar? Op dinsdag 19 september 2006 gebeurde iets, waar Hui al maandenlang bang voor was. Hij werd gevangen genomen, samen met zijn moeder. Hij zit steeds urenlang opgesloten in een cel en mag overdag alleen naar een zaaltje waar een tv en paar spelletjes staan. Alsof hij een misdadiger is. Maar dat is hij niet. Hui heeft niets verkeerds gedaan. En toch zit hij in de gevangenis, in Nederland. Echt waar. Hui is geboren in Nederland, maar zijn moeder komt uit China. Ze was in verwachting van Hui toen ze hier kwam. Ze wilde graag in Nederland blijven, omdat het in China niet goed met haar ging. Ze vroeg asiel in Nederland. Soms mogen mensen in Nederland blijven, maar veel mensen ook niet. Niet iedereen kan zomaar in Nederland komen wonen. Het kan alleen als het in hun eigen land echt levensgevaarlijk is. Het was niet zo duidelijk of de moeder van Hui kon blijven. Misschien wel, misschien niet. Er moest veel worden uitgezocht en dat duurde lang. Ondertussen werd Hui geboren. Ze gingen wonen in Amsterdam.
Hoe is het in zo'n gevangenis? De meeste kinderen vinden het vreselijk in de gevangenis. Yousef is 14 jaar en heeft ongeveer twee weken in de gevangenis gezeten. Dit heeft hij erover geschreven: 'De kamer is ongeveer 2 bij 4 meter en daar staat een bed en er hangt een kast en er is een douche met alleen warm water. En de wc is van ijzer, dat zit ook niet zo lekker en is ook niet zo diep. En de matrassen zijn heel erg hard, alsof je op hout ligt en het laken is van een soort papier. Dat ligt ook niet zo lekker. En we konden daar ook alleen maar tafeltennissen en met de voetbaltafel spelen, damborden, schaken. Verder waren er geen andere spelletjes om te doen. Je kon niet naar buiten. Wel naar een heel klein pleintje, waar niks stond. Met allemaal hekken er omheen en dat plein was 5 bij 5 meter. Je kon op de afdeling nergens heen, want het was een heel groot gebouw. Met allemaal deuren met een camera er voor. Die deuren moesten dan automatisch open gaan. Er moest een agent in die balie op een knopje drukken en dan gingen die deuren open. Overal waar je heen ging waren er deuren.’
Waarom wil de regering dit? Sommige mensen die naar Nederland komen, vragen of ze in ons land mogen blijven wonen. Veel van die mensen krijgen 'nee' te horen. Ze zouden het in Nederland wel beter krijgen, maar in hun eigen land kunnen ze toch ook leven, vindt de regering. Als die mensen hebben gehoord dat ze niet mogen blijven, willen ze misschien stiekem in Nederland wonen. Illegaal, heet dat. Voor de zekerheid stopt de regering ze dan in de gevangenis. Als er kinderen bij zijn, gaan die mee in de gevangenis. Het hoeft niet, ze mogen ook naar een pleeggezin. Maar de meeste ouders en kinderen willen bij elkaar blijven.
Wat zijn de Rechten van het kind? Bijna alle landen hebben met elkaar afgesproken dat ze altijd goed met kinderen zullen omgaan. Bijvoorbeeld dat kinderen altijd recht hebben op onderwijs. Dat ze altijd recht hebben op dokters die hen helpen. Dat kinderen altijd vrij moeten kunnen spelen. Als kinderen gevangen zitten, kan dat allemaal niet. Daarom is het in strijd met de rechten van het kind. Het is erg als een land iets doet dat tegen de kinderrechten is. Bijna alle landen op de wereld hebben samen afgesproken dat ze zich aan de kinderrechten houden. Nederland ook!
Hui leerde net als iedereen Nederlands spreken en schrijven. Hui ging naar school en maakte vriendjes. Hij werd een gewone Nederlandse jongen met spleetoogjes. Maar hij wist niet zeker of hij wel mocht blijven… In februari 2006 werd het duidelijk: de regering vond dat het voor de moeder van Hui niet meer zo gevaarlijk was in China en dat ze terug kon, met Hui. Ze gingen naar een speciaal centrum in Vught, waar ze moesten regelen dat ze teruggaan naar China. Maar dat was niet zo eenvoudig. Er moesten veel formulieren ingevuld worden en dat ging niet goed. Hui en zijn moeder mogen niet in Nederland blijven, maar van China mogen ze ook nog niet terug.
N i k s g e d a a n e n t o c h g e v a n g e n . . . K a n d a t z o
De Nederlandse regering is bang dat Hui en zijn moeder vluchten en stiekem in Nederland blijven wonen. Het gebeurt ook wel dat mensen dat doen. Maar gemakkelijk is dat niet. Want hoe moet je dan aan eten, geld of aan een dak boven je hoofd komen? Voor de zekerheid sluit de regering Hui en zijn moeder op in een gevangenis. Hui zit in de gevangenis. En hij heeft niks fout gedaan. Dat is verschrikkelijk. En het mag ook niet. Ieder kind heeft rechten. Dat zijn de rechten van het kind. Die staan in het Internationale Verdrag voor de Rechten van het Kind. Dat Verdrag is gemaakt door Verenigde Naties, eigenlijk dus door alle landen van de wereld samen. Zij hebben afgesproken hoe ze met hun kinderen om zullen gaan. En wat hun rechten zijn. En daarin staat dat je niet zomaar gevangen mag worden gehouden. Toch gebeurt het, in Nederland. Er zijn meer kinderen zoals Hui. Ze zitten in Nederlandse gevangenissen en wachten af hoe het verder moet met ze. Elke nacht dat ze in de cel slapen vinden ze vreselijk.
Wie kan hier iets aan doen? De regels van de regering zijn nu zo, dat kinderen toch in de gevangenis komen, ook al mag dat niet volgens het Verdrag van de Rechten van het Kind. Als dat gebeurt, kan de rechter zeggen dat het zo niet gaat, dat de regering fout zit en het kind vrij moet. Zo gaat het ook vaak. Het zou beter zijn als de regels van de regering veranderen en dat de regering kinderen niet meer gevangen zet. Dat is een zaak van de politiek. De regering, de Tweede Kamer en de Eerste Kamer moeten dan een nieuwe regeling maken.
Foto: Van links naar rechts vriendinnetje Tao, Hui, en zijn moeder Xiu Chen