mijn energieboekje e i g r e n e r o o v Ik kom op
Deel 2
I k onderneem actie voor mijn planeet
I k ko m o p voor e n e rg i e
Is een pedagogisch dossier dat kinderen van 9 tot 14 jaar uitnodigt om het belang van energie te ontdekken en actie te ondernemen om onze planeet te beschermen.
Getest in 35 klassen, aangevuld met ideeën en raadgevingen van leerkrachten en begeleiders die deze klassen begeleidden, herlezen door inspecteurs van zowel het lager als het secundair onderwijs… dit dossier werd opgemaakt in samenwerking met vele partners. Een welgemeende dankjewel allemaal!
Dit project wordt mede gefinancierd door de Europese Unie (Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling) in het kader van het programma INTERREG IIIC
Auteurs: Roxane Keunings voor Leefmilieu Brussel / BIM, Fabrice Lesceu voor Coren, Leen Van Gijsel voor GREEN Belgium Illustraties: Benoit Lacroix Grafisch ontwerp: Marmelade Verantwoordelijke uitgevers: J.-P. Hannequart en E. Schamp - Gulledelle 100 - 1200 Brussel Wettelijk depot: D/5762/2005/7 Gedrukt met plantaardige inkt op gerecycleerd papier
Inleiding
Tijd
om
e t e i t ac ondernemen
In het eerste hoofdstuk heb je veel geleerd, en werd je bewustgemaakt van de energieproblemen. Maar nu heb je ongetwijfeld zin om daar ook iets concreets aan te doen! Genoeg theorie dus, nu is het tijd voor actie!
Doelstelling?
Minder
energie verbruiken in je school
Dat is mogelijk! Dankzij een project zoals jij op het punt staat er één op te starten, zijn scholen erin geslaagd om 20 % minder energie te verbruiken! En zonder grote uitgaven te doen, zoals het veranderen van de verwarmingsketel of het vervangen van de beglazing.
H oe ga je te werk? Hierna zie je een grafiek die je een en ander duidelijk moet maken!
Energieverbruik
Evolutie van het energieverbruik naar gelang van de gevoerde acties
beginsituatie
sensibiliseren
de houdingen veranderen
Gevoerde acties
technische acties
de beslissingsnemers overtuigen om te investeren
!
Het aanvankelijke energieverbruik, dat afhangt van het gedrag van de leerlingen maar ook van de technische uitrusting van de school, zal steeds meer dalen naargelang je acties onderneemt om: 1. de leerlingen en de leraren te sensibiliseren 2. hun nieuwe houdingen aan te leren 3. concrete technische oplossingen aan te brengen 4. de beslissingsnemers te overtuigen om te investeren om het verbruik te doen dalen Noem twee of drie voorbeelden van acties die je zou kunnen ondernemen om de leerlingen en de leraren te sensibiliseren?
...................................................................... ...................................................................... Nieuwe houdingen aannemen
...................................................................... ...................................................................... ...................................................................... ...................................................................... Technische oplossingen aanbrengen
...................................................................... ...................................................................... ...................................................................... De beslissingsnemers overtuigen
...................................................................... ...................................................................... ...................................................................... ...................................................................... ...................................................................... ...................................................................... ...................................................................... Algemene ideeën aanbrengen is vrij gemakkelijk. Moeilijker wordt het wanneer je met meer precieze ideeën voor de proppen moet komen zoals technische oplossingen of de beslissingsnemers overtuigen . En dat is normaal. Want voordat je met een grootse campagne van start gaat om minder energie te verbruiken, moet je de huidige situatie kennen. Welke slechte gewoontes zou je willen veranderen, welke technische oplossingen zijn aan je school aangepast, wie is verantwoordelijk voor het energiebeheer in je school, wie beslist over de investeringen? Pas nadat jullie op die vragen een antwoord hebben, kunnen jullie allemaal samen “brainstormen” op een echt actieplan. Ziehier het scenario dat wij voorstellen.
Ik onderneem actie voor mijn plan eet Ons aanvalsscenari o!
» Energie en onze school
7
Wat is de beginsitu atie? Stel, op basi s van de eco-test enquête in de loka energie, de len en het interv ie w met een verant de drie diagnose woordelijke, -instrumenten in zake energie in ju het individuele ge llie school op: drag op het vlak van energi het Energieplan va n
de actoren van de
e
de school
school en van de
energie
» Het actieplan in onze kla
s
33
Nu de situatie op het vlak van ener gie gekend is, ku samen de acties nnen jullie kiezen die jullie ga an uitvoeren om verbruik van julli het energiee klas te doen da len.
» Het actieplan in onze sch
ool: We worden energ ieambassadeurs
Na eerst zelf te he bben geoefend om jullie eigen verbru verminderen, he ik te bben jullie nu ge no eg ervaring om ee campagne in julli n echte e school op te ze tten. Actie! Hande mouwen! stel ee n uit de n Actieplan op en voer het uit.
47
» Onze balans Na dit hele projec t zijn jullie aan ee n pauze toe om sa overlopen wat go men te ed liep en wat be ter had gekund, grijpen naar wat en om terug te jullie motiveerde bij het begin van het project,…
55
!
Veel succes
q q \ UqY
R
_ \ \ c
Y Q q Q
R V T _ [R
6X \[aQRX URa ORYN[T cN[ R[R_TVR
NK FA?
9ZbZchZcZcZg\^Z :cZg\^Z^c]ZiYV\Za^_` hZaZkZc LVVgdbb^cYZgZcZg\^ZkZgWgj^`Zc4
P
L O J K gYZc iZcld N ZcbdZ adhh^c\ LZa`Zde K K @ Z^`i4 VVc\Zg @ = = >``dbdekddgZcZg\^Z N @ A @
6X XVR` R_c\\_ NPaVR aR \[QR_[RZR[
"A N K
6X \[QR_[RRZ NPaVR c\\_ ZVW[ ]YN[RRa hX]dda
:cZg\^Z^cdcoZ
YgV\^c\Zc ^cY^k^YjZaZ\Z VckVcYZhX]dda ]ZiZcZg\^Zea YZZcZg\^Z VcYZhX]ddaZc YZVXidgZck
Dch6Xi^ZeaV
ckddgZcZ
g\^Z hZch^W^a^hZgZc YZ\ZYgV\^c\ ZckZgVcYZgZc egV`i^hX]ZVX i^Zhj^ikdZgZc YZWZha^hh^c\c ZbZghdkZgij^\Zc iZ]VcYZaZc
DcoZWVaVc
h
KZgVcilddgYZa^_`Zj^i\ZkZgh/?#"E#=VccZfjVgiZc:#HX]Vbe"<jaaZYZaaZ&%%"&'%%7gjhhZa"
E n e rg i e
l o o h c s e z en on
1 De individuele gedragingen op het vlak van energie: de eco-test energie 8
a mijn goede en minder goede gewoontes bd e goede en minder goede gewoontes van de leerlingen van de school
11
2 Het energieplan van onze school: 15
enquête in de lokalen
3 De actoren van de school en de energie: interview met een verantwoordelijke
25
1
De individuele gedragingen
A
inzake energie Mijn goede en minder goede gewoontes
Gebruik de eco-test om de leerlingen van de andere klassen te ondervragen. maar eerst moet je die op jezelf uittesten! Deze vragenlijst zal je helpen je goede en slechte gewoontes op het vlak van energiegebruik te ontdekken. Het is niet de bedoeling de hoogste score te behalen, maar te ontdekken wat je zou kunnen verbeteren. Geef dus eerlijke antwoorden!
1. Je zit in de klas en hebt het warm. Wat doe je? a. Je opent de twee ramen. b. Je zet de verwarming af, indien mogelijk. c. Je trekt je trui uit.
2. D eze week is het jouw taak om het licht uit te doen voor je de klas uitgaat. Doe je dat… a. Enkel aan het einde van de dag? b. Elke keer als iedereen de klas uitgaat? c. Je houdt je er niet mee bezig of je vindt dat het licht mag aanblijven?
3. Wat staat er op de verwarmingstoestellen in de klas? a. Allerlei dingen, je plaatst er van alles op. b. Ze zitten verstopt in kasten. c. Er staat niks op.
4. H oe kom jij naar school? a. Je neemt het openbaar vervoer. b. Je komt te voet of met de fiets. c. Je ouders voeren je met de auto.
5. J e kijkt tv maar mama roept je om te eten… wat doe je? a. Je duwt enkel het rode knopje op de afstandsbediening in (tv in waakstand). b. Je duwt op de aan- / uitknop van de tv. c. Je laat de tv aanstaan.
6. J e zit aan tafel en wil net beginnen met je favoriete bezigheid. a. Steek je automatisch het licht aan, ook overdag? b. Steek je enkel de lamp boven de tafel aan als het donker is? c. Steek je vaak zo veel mogelijk lampen aan, zelfs als het nog licht genoeg is?
7. In de winter als je gaat slapen, dan 8. Om je te wassen ... a. Vul je een lekker groot bad. b. Neem je een lekker lange, hete douche. c. Neem je een snelle douche, net lang genoeg om schoon te zijn.
a. Zet je de verwarming enkele graden lager, doe je een dikke pyjama aan en kruip je onder een deken. b. Laat je de verwarming aanstaan omdat je schrik hebt om kou te krijgen.
9. A ls iedereen in de klas na twee uur les begint te roepen “Het ruikt hier muf!“ omdat de verse lucht bijna opgebruikt is, wat doe je dan? a. Het raam zeker niet opendoen zodat de warmte niet kan ontsnappen. b. H et raam een tijdje openzetten om te verluchten en indien mogelijk de verwarming afzetten. c. Het raam gedurende de hele dag op een kier laten staan om een heel klein beetje lucht binnen te laten.
10. A ls je een glas melk of frisdrank inschenkt uit een fles die in de koelkast staat ... a. Schenk je snel je glas in terwijl de deur van de koelkast nog open staat. b. Schenk je je glas vol terwijl de deur van de koelkast gesloten is. c. S chenk je je glas vol, zonder je te haasten, terwijl de deur van de koelkast blijft openstaan.
Je hebt tussen 10 en 16 punten: je maakt het jezelf gemakkelijk en maak je niet al te druk! Je verbruikt energie zonder erbij na te denken. Maar bekijk het van de positieve kant… je zult keuze genoeg hebben wanneer je een manier moet zoeken om je energiegebruik te doen dalen!
Klaar? Nu kun je jouw score berekenen Omcirkel je antwoord V 1: a=1 ; b=3 ; V 2: a=2 ; b=3 ; V 3: a=2 ; b=1 ; V 4: a=2 ; b=3 ; V 5: a=2 ; b=3 ; V 6: a=1 ; b=3 ; V 7: a=3 ; b=1 V 8: a=1 ; b=2 ; V 9: a=1 ; b=3 ; V 10: a=2 ; b=3 ;
c=2 c=1 c=3 c=1 c=1 c=1
Je hebt tussen 17 en 23 punten: dat is al beter! Maar misschien wist je niet dat sommige van je gedragingen tot energieverspilling leiden. Voortaan zul je weten wat je moet doen om juist te handelen! Je hebt tussen 24 en 30 punten: bravo, je bent je bewust van de milieuproblematiek en je weet hoe je zuinig moet omgaan met energie. Jij toont iedereen dat het mogelijk is te leven zonder energie te verspillen.
c=3 c=1 c=1
Tel alle punten bij elkaar op =
Mijn goede gewoontes (3 punten)
Herneem nu de lijst met 10 vragen en vervolledig de onderstaande tabel. Nu kun je bepalen welke gewoontes je kunt veranderen om je energieverbruik te doen dalen.
Mijn middelmatige gewoontes Mijn slechte gewoontes (2 punten) (1 punt)
...................................................................... ...................................................................... ...................................................................... ...................................................................... ...................................................................... ...................................................................... ...................................................................... ...................................................................... ...................................................................... 10
B D e goede en minder goede gewoontes
van de leerlingen van de school e gewoonten te goede en slecht je om kt aa m mogelijk ge gie heeft het je school De eco-test ener en voor de hele do e fd el tz he rom niet veranderen. Waa
s rekeningsrooster be e D g. ru te n resultate ren en te t en kom met de ui ek zo er nd juist te interprete o n p te lta su Trek o re de m rbeteren. het je mogelijk o l vooral moet ve hieronder maken o ho sc de p o drag men bepalen welk ge
Stap 1
Wie ondervragen?
Wat is het doel van de oefening? De gedragingen leren kennen die de meerderheid van de leerlingen op de school verkeerd doen. Zo kan je hen waarschuwen en een informatiecampagne opstarten rond concrete raadgevingen. Het is inderdaad nutteloos om een campagne te doen rond het thema “trek je trui uit als je warm hebt” als de meesten dat toch al doen. Het zou tijdverlies zijn! In het ideale geval worden dus alle leerlingen van de school ondervraagd… maar dat is te veel werk. Je gaat dus een “steekproef doen” op school.
D efinitie “steekproef”: Zoek in het woordenboek de betekenis van
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Wie maakt er deel uit van de steekproef die jouw klas doet? Aantal ondervraagde leerlingen:
. . . . . . . .
Onze steekproef:
1e
2e
3e
4e
5e
6e
Totaal
Meisjes Jongens Totaal Hoeveel leerlingen ga jij zelf ondervragen en wat zijn hun kenmerken (meisje/jongen, leerjaar)?
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
11
Stap 2
De resultaten van jouw onderzoek
H oeveel leerlingen die je ondervraagd hebt, besparen energie? Hoeveel verspillen er energie? Bereken voor elke ondervraagde leerling de score door middel van het volgende rooster
V 1
a=1
b=3
c=2
V 6
a=1
b=3
V 2
a=2
b=3
c=1
V 7
a=3
b=1
V 3
a=2
b=1
c=3
V 8
a=1
b=2
c=3
V 4
a=2
b=3
c=1
V 9
a=1
b=3
c=1
V 5
a=2
b=3
c=1
V 10
a=2
b=3
c=1
c=1
Bereken het totale aantal punten= tussen 10 en 16 punten: de leerling “moet nog veel vooruitgang boeken”. tussen 17 en 23 punten: de leerling “kan beter doen”. tussen 24 en 30 punten: de leerling is “zuinig met energie”.
Van de
. . . . . leerlingen die je ondervraagd hebt, hoeveel...
moeten er nog veel vooruitgang boeken?
kunnen het beter doen?
zijn er zuinig met energie?
. . . . . Maak het totaal voor de leerlingen die je ondervraagd hebt: hoeveel hebben er op de eerste vraag “a” geantwoord, hoeveel “b” en hoeveel “c”? Doe dit voor alle vragen en vul het rooster hieronder aan.
Vragen
12
Antwoord a Antwoord b Antwoord c Vragen
V 1
V 6
V 2
V 7
V 3
V 8
V 4
V 9
V 5
V 10
Antwoord a Antwoord b Antwoord c
Stap 3
De resultaten van de school
Nu gaan jullie allemaal jullie resultaten samenvoegen.
1. Van de
. . . . . leerlingen die de klas ondervraagd heeft, hoeveel:
moeten er nog veel vooruitgang boeken?
kunnen het beter doen?
zijn er zuinig met energie?
In welke categorie zitten de meeste leerlingen? Welk gedrag hebben de leerlingen gemiddeld wat betreft hun energieverbruik?
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
2.Vervolledig de tabel hieronder door alle individuele resultaten op te tellen: hoeveel van de ondervraagde leerlingen hebben “a” geantwoord op de eerste vraag, hoeveel “b”, hoeveel “c”, enzovoort. Vervolgens kijk je welk antwoord het meeste voorkomt bij elke vraag? Met welk gedrag komt dat antwoord overeen? , of ? Noteer het juiste teken in de overeenkomstige kolom. Vragen
Antwoord a
V 1
a=
b=
c=
V 2
a=
b=
c=
V 3
a=
b=
c=
V 4
a=
b=
c=
V 5
a=
b=
c=
V 6
a=
b=
c=
V 7
a=
b=
V 8
a=
b=
c=
V 9
a=
b=
c=
V 10
a=
b=
c=
Antwoord b
Antwoord c
/
/
heeft net de goede en de minder goede gedragingen van de leerlingen van uw school op het vlak van U energie gedefinieerd. Dit zal u zeker van pas komen om een bewustmakingsactie te definiëren of om de leerlingen aan te sporen tot een gedragswijziging. Dit resultaat is dus belangrijk: neem een groot paneel en hang dit eerste energiediagnose-instrument voor uw school op in de klas.
13
De individuele gedragingen inzake energie De 5 beste gedragingen op mijn school zijn: 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
De 5 slechtste gedragingen op mijn school zijn: 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
14
2
Het Energieplan van onze school:
enquete in de lokalen Loont de moeite
Deuren open De verwarming die heel het weeken d aanstaat
de Het licht in de gang dat tijdens lessen blijft branden
Gebroken vensters Allerlei zaken op de radiatoren
... Dit zijn enkele voorbeelden van een slecht energiebeheer op school. Scholen die deze punten vastgesteld en veranderd hebben, hebben hun energiegebruik met 20 % zien dalen! En dat zonder grote uitgaven te moeten doen, zoals het vervangen van de verwarmingsketel of het plaatsen van dubbele beglazing.
Het loont dus echt wel de moeite je school eens onder de loep nemen… Er staat je dus een waar onderzoek in teamverband te wachten! 15
Mijn school onder de loep
1ste stap:
een vereenvoudigd plan van de school tekenen en een lijst opmaken van de verschillende types van lokalen van je school Een klas, eetzaal, turnzaal, lerarenkamer… Al deze ruimtes hebben een verschillende functie en zouden dus op een verschillende manier energie moeten gebruiken. Tip: vergeet de gangen niet... Lijst van de te bezoeken ruimtes:
.........................
.. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
.........................
.. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
.........................
.. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
.........................
.. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
.........................
.. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
.........................
.. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Op basis van die lijst maken jullie een vereenvoudigd plan van de school: dat plan moet alle verschillende lokalen vermelden die onderzocht zullen worden. Zorg ervoor dat jullie allemaal een eigen versie van het plan hebben en maak een exemplaar om op een bord in de klas op te hangen. Dat zal het Energieplan van jouw klas worden.
16
2de stap:
het onderzoekswerk over verschillende groepjes verdelen Van elk type ruimte moet je er één onderzoeken (het is dus niet nodig alle klaslokalen te gaan inspecteren). Spreek onderling af welke lokalen zullen worden bezocht en hoe de andere groepen de lokalen zullen verdelen die moeten worden gecontroleerd. Vorm groepjes van 2 tot 4 leerlingen.
Mijn school onder de loep: takenverdeling Nr. van de groep Bezochte ruimte
Nr. van de groep
Bezochte ruimte
3de stap:
de vragenlijst begrijpen Hierna vinden jullie de vragenlijst voor jullie onderzoek. Jullie gaan ze samen overlopen, zodat je alle technische woorden begrijpt.
4de stap:
de vragenlijst Het is zover! Elke groep vertrekt op avontuur. Vergeet zeker je vragenlijst, een potlood en je arendsoog niet, zodat je echt alles zal kunnen zien en noteren!!! Het onderzoek voeren jullie het best uit wanneer de lokalen leeg zijn…. Op die manier kunnen jullie enkele goede en slechte gewoontes ontdekken wanneer de leerlingen hun klaslokaal hebben verlaten.
5de stap:
de resultaten Terug in de klas. Elke groep moet een laatste werkje uitvoeren. Voor het eigen lokaal moet de laatste pagina van de enquête worden afgewerkt, namelijk: de energiebalans. Voor de 4 bestudeerde punten (verwarming, energielekken, verlichting en elektrische toestellen) moet een gekleurd klevertje worden toegekend: groen/oké, oranje/gemiddeld, rood/niet goed), met vermelding van de belangrijkste redenen voor de kleurkeuze. Vervolgens worden de resultaten aan de klas voorgesteld. Vul samen het Energieplan van de School aan door de kleurenklevertjes aan te brengen op alle weergegeven lokalen. Hang het plan vervolgens op naast de individuele gedragingen.
17
l a a k lo n ij m k e o z r e Ik ond Maak een plan van je lokaal waar de ramen, deuren, lichtpunten, stopcontacten, verwarmingen, meubels,… op staan.
Plan van (het bezochte lokaal): . . Team: .. 18
.............................................
...............................................................
.....................................................................
1. Aandacht voor de verwarming
Wat is …?
En in jouw klaslokaal?
De ideale temperatuur De ideale temperatuur in een klas of een ruimte waar je blijft zitten is 20°C. In de gangen en de gymzaal is 16°C voldoende. In de eetzaal is de ideale temperatuur 16 tot 18°C. Als alle kinderen daar zijn voor het middagmaal… zal het snel warm worden!
Hoe warm is het?
Een thermostatische kraan
Zijn er thermostatische kranen op de verwarming?
Om de werking van iedere
verwarming autonoom te regelen. Op die manier kan de verwarming in een lokaal waar het koud is harder werken dan die in een lokaal waar het warmer is 20°C komt overeen met thermostaat 3 en 16°C met thermostaat 1.
Warmteconvectie Warme lucht is lichter en stijgt.
Dat zorgt ervoor dat de lucht in beweging is in de kamer. De warmte verspreidt zich zo tot in de kleinste hoekjes. Die circulatie van warme lucht heet convectie. Om de verwarming optimaal te laten werken, moeten de radiatoren onbedekt blijven zodat de warme lucht vrij kan circuleren. Er mag dus niets op de radiatoren blijven liggen en ze mogen niet achter kasten verborgen zijn. Zelfs stof vermindert de doeltreffendheid van een verwarming met enkele procenten!
De isolatie van de verwarmingsbuizen De verwarmingsbuizen vervoeren het warme water van radiator naar radiator. Wanneer die warm zijn, betekent dat dat er energie verloren gaat.
.....................................
Is er een thermometer in het lokaal? .....................................
.....................................
Hoeveel? .....................................
Zijn de, bestofte, radiatoren verstopt achter kasten, banken of voorwerpen? Staan er voorwerpen op de verwarming? ..................................... ..................................... ..................................... ..................................... ..................................... ..................................... ..................................... ..................................... .....................................
Zijn er verwarmingsbuizen zichtbaar? .....................................
Zijn die warm? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
19
2. Ik kijk uit voor energielekken: indien een lokaal goed geïsoleerd is, zal de energie om dat te verwarmen niet verspild worden. De jacht op energielekken in jouw lokaal is dus geopend. Isolatie zorgt ervoor dat een lokaal beschermd wordt tegen warmte, koude of lawaai, door middel van isolatiemiddelen die de doorstroming van (warme of koude) lucht of van lawaai tegenhouden.
Wat is …? Dubbele beglazing
En in jouw klaslokaal? Dubbele beglazing bestaat
uit met twee ruiten met een ruimte tussen Die twee vensterglazen, die gescheiden worden door lucht, isoleren beter en voorkomen energieverspilling.
De voegen van de ramen De voegen van de ramen zijn de favoriete plekken voor
energielekken. Je kan die het eenvoudigst opsporen met je handen. Als je op sommige plekken tocht voelt wanneer je met je handen over de voegen strijkt, heb je een lek gevonden!
Automatische sluiting van de deuren Dit is een automatisch
20
Hebben de ramen dubbele beglazing? ........................................ ........................................
Kijk de staat na van de voegen van de ramen. Zijn die nog in goede staat (niet gebarsten)? ........................................
Voel je luchtstromingen? ........................................
Waren de deuren gesloten wanneer je het lokaal betrad? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
sluitingsmechanisme dat de “verstrooidheid” van mensen tegengaat. Het wordt vooral geplaatst op plaatsen waar veel mensen voorbij komen: schoolpoort, gangen, etc…
Sluiten de deuren goed en gemakkelijk? Wrijven die niet te veel op de vloer?
Luchtstromingen Luchtstromingen verhogen de energieverspilling. Het is heel belangrijk voor de gezondheid om de lokalen waarin je leeft, regelmatig te verluchten. Een lokaal kan je het best verluchten door al de ramen en deuren gedurende een korte tijd wijd open te zetten. Een raam de hele tijd lichtjes open laten terwijl de verwarming blijft draaien, betekent energieverspilling.
Zijn er kapotte ramen, openingen, gaten waardoor de buitenlucht binnen kan?
........................................
Heeft het lokaal een deur die automatisch sluit? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
........................................
Staan er ramen open? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Zo ja, staat de verwarming tegelijkertijd aan? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
3. Aandacht voor de verlichting
Wat is …? Spaarlampen
En in jouw klaslokaal? Spaarlampen verbruikt 5 à 6
maal minder dan een normale lamp en gaat 10 maal langer mee. Omdat ze sneller verslijt wanneer ze heel vaak wordt aangezet, moet ze op plaatsen worden gebruikt waar die vrij Neonlampen en reflectoren lang kan blijven branden (niet het wc bijvoorbeeld) Er wordt minder energie ver-
Klassieke lampen
bruikt wanneer het licht in een lokaal gedoofd wordt dat verlicht wordt door neonlampen zodra men dat lokaal meer dan 3 minuten verlaat. Zo niet is het beter om die te laten branden, want neonlampen verbruiken “veel” wanneer ze aangezet worden
Lichtintensiteit Goed verlichten is nodig om goed te zien en pijn aan de ogen te vermijden. Maar je mag niet te veel of te weinig verlichten. Een reflector van een neonlamp is een metalen plaat die
achter de neonlamp wordt geplaatst om het licht naar het lokaal te weerkaatsen, zoals een spiegel. Deze versterkt eveneens de lichtintensiteit.
Welke soorten lampen vind je terug? Neonlampen, spaarlampen of klassieke lampen? Kan je het aantal verschillende lampen tellen? ........................................ ........................................ ........................................ ........................................
klassieke lampen Spaarlampen
Neonlampen
............... ............... ...............
Brandde het licht nog wanneer je het klaslokaal binnenkwam? . . . . . . . . . . . . . . . . Is de verlichting niet te sterk, of in tegendeel te zwak? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Zijn er reflectoren aanwezig achter de neonlampen? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Kan het licht nabij het raam uitgedaan worden terwijl de andere lampen toch kunnen blijven branden? . . . . . . . . . . . . . . . .
licht en kleuren Wit reflecteert (stuurt terug) meer licht dan donkere kleuren. Dankzij witte muren moet men dus minder verlichten.
Zorgt de kleur van de klasmuren voor een betere “verspreiding” van het licht? . . . . . . . .
Natuurlijk licht Natuurlijk licht heeft een ideale intensiteit. Bovendien is natuurlijk licht gratis.
Zijn er voorwerpen, meubelen of planten die de lichtinval hinderen? .......................................
21
4. Aandacht voor de elektrische apparaten
Wat is …?
En in jouw klaslokaal?
De waakstand Een apparaat staat in waakstand als het “onder stroom” blijft staan, zodat je het snel opnieuw kan aanzetten. Het toestel werkt niet maar blijft wel energie verbruiken. Om een toestel in waakstand te zetten, gebruik je een drukknopje. Er verschijnt dan een digitale horloge of er gaat een klein rood lampje branden..
Welke elektrische apparaten zijn er aanwezig in het klaslokaal? . . . . . . . . . . . . . ........................................ ........................................ ........................................ ........................................ ........................................
Staan er apparaten aan wanneer niemand ze gebruikt? ........................................
Verdeelstekkers met schakelaar Verdeelstekkers met schakelaar zorgen ervoor dat de stroom van elk toestel in waakstand volledig en makkelijk (in een keer) kan uitgezet worden.
Zijn de toestellen aangesloten op verdeelstekkers met schakelaar? ........................................ ........................................ ........................................ ........................................
Het “energie”-label A++, A+, A, B, C, D, E en F Dit is een label dat de energie-efficiëntie van het merendeel van de grote elektrische huishoudapparaten (koelkasten, diepvriezers, vaatwasmachines,..) verplicht moeten dragen. Ook lampen dragen dit label. A staat voor de meest energiezuinige apparaten en de letter F staat voor de minst energiezuinige apparaten
Zijn er apparaten geïnstalleerd met het label A, A+ of A++ “met een laag energieverbruik”? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Aanvullende verwarming op elektriciteit
Is er aanvullende verwarming op elektriciteit?
Aanvullende verwarming op elektriciteit is een categorie van verwarmingstoestellen die veel energie verbruikt en veel minder rendabel is dan centrale verwarming.
22
........................................ ........................................ ........................................
........................................ ........................................ ........................................
s n a l a b e i De energ n mijn lokaal va
Op het vlak van verwarming
!
algemene evaluatie: groen oranje rood
Omdat: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................
Op het vlak van isolatie
algemene evaluatie: groen oranje rood
Omdat: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................
Op het vlak van verlichting
algemene evaluatie: groen oranje rood
Omdat: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................
Op het vlak van elektrische toestellen
algemene evaluatie: groen oranje rood
Omdat: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................
23
l o o h c s e z n o n a v n Het Energiepla
24
3
De actoren van de school
en de energie
s verwarmd? ga of e li ko oo st met Wordt de school Wie is de klusjesman van de scho ol?
Zijn de schoolgebouwen recent?
Zijn er werkzaamheden gepland op korte termijn? Wie heeft wat geld vrij voor kleine investeringen? En voor grote invester ingen?
Bent u vertrouwd met de werking van de school? Er zijn namelijk tal van officiële en niet-officiële organen die een rol spelen in de werking van de school (directie, ouderverenigingen, inrichtende macht, schoolraad). Het zou nuttig zijn als u deze goed kent, om vast te stellen wie concreet kan handelen om het energieverbruik van de school te verminderen. 25
1ste stap:
opstellen van de lijst van de actoren van de school
Starten van een onderzoek om een zo volledig mogelijke lijst op stellen van de actoren van uw school, en definiëren van hun rol. (voldoende plaats laten voor de onderstaande lijst die moet worden ingevuld)
2de stap:
bepaal wie geïnterviewd zal worden Welke persoon kan technische vragen over het energiebeheer binnen de school beantwoorden, en wie kan u eveneens meer vertellen over de rol van deze verschillende groepen?
3de stap:
het interview Volg het stramien van het voorgestelde interview. Dit omvat twee delen: een deel over de technische vragen en een deel over de beslissingsbevoegdheid van de actoren van de school inzake energie..
4de stap:
de resultaten Stel, op basis van het interview, de technische balans van de school op, evenals het schema “de actoren van de school en de energie”. Hang deze documenten op naast het Energieplan en de Individuele gedragingen, en u krijgt de volledige energiebalans van uw school.
Bravo …. goed gewerkt 26
!
e k j i l e d r o o w t n a r e Ik praat met een v Te c h n is c h e v ra g e n
1. Aandacht voor de gebouwen
Wat is…?
En op school?
Bouwen en renovatie Bij bouw- of renovatiewerken kunnen nieuwe technieken voor energiebeheer worden geïnstalleerd. In oude gebouwen zijn er vaak meer technische aanpassingen nodig om het energieverbruik te laten dalen.
Wanneer zijn de schoolgebouwen gebouwd? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Als er renovatiewerken uitgevoerd zijn, wanneer vonden die plaats? . . . . . . . . . . . . Zijn er in de nabije toekomst renovatiewerken voorzien? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Zo ja, wat gaat er gebeuren en wanneer vinden ze plaats? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................ ........................................
Isolatie van het dak en de muren Om muren en daken te isole-
ren, wordt een laag materiaal geplaatst die de warmte-uitwisseling tussen binnen en buiten tegengaat.
Het onderhoud van de gebouwen
Zijn de muren geïsoleerd? . . . . . . . . . . . . . . Zijn het dak en de zoldervloer geïsoleerd? ................................
Wie staat in voor de dagelijkse klussen op school: gebroken ruit, vastgelopen kraan, deur die niet meer goed sluit, … ................................
2. Aandacht voor verlichting
Wat is…? Een “tijdschakelaar” voor verlichting Een tijdschakelaar schakelt het licht automatisch uit na een bepaalde tijd (over het algemeen enkele minuten), wat verspilling tegengaat. Meestal worden tijdschakelaars geplaatst in vertrekken waar men niet lang blijft (gang, hall,…)
En op school? Zijn er tijdschakelaars geïnstalleerd in vertrekken waar de leerlingen niet lang blijven (gangen, inkomhall, trappen,…)? ................................ Zijn er plaatsen die altijd verlicht blijven? ................................ Zijn er plaatsen die altijd verlicht moeten blijven? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................
27
3. Aandacht voor de verwarming
Wat is…? Een verwarmingsketel
En op school? Dit is de machine die gas of
stookolie verbrandt en zo het water opwarmt dat door de radiatoren circuleert.
Het onderhoud van de verwarmingsketel Zorgt ervoor dat de ketel schoon blijft. Men verwijdert de vuiligheden die de goede werking verhinderen. Dat verhoogt het rendement. Te grote verwarmingsketels Door de installatie van te grote verwarmingsketels gaat het verbruik te hoog liggen. Het is alsof je de motor van een vrachtwagen zou installeren in een gewone auto.
Hoeveel verwarmingsketels zijn er in de school? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Op welke brandstof werken ze: gas of stookolie? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Zijn ze in de loop van vorig jaar onderhouden? ........................................
Zijn de verwarmingsketels te krachtig? ........................................
Een reguleringsprogramma (thermostaat) Dit is een toestel dat de
centrale verwarming automatisch beheert, de ideale temperatuur regelt of de ver warming uitschakelt als het niet nodig is te verwarmen.
Het “sas” om binnen te komen Dit is een systeem met twee deuren die elkaar opvolgen. Dit zorgt ervoor dat de kou niet binnen kan in het gebouw.
Is er een thermostaat aangesloten op de verwarming van de school? . . . . . . . . . . . . . De verwarming wordt uitgeschakeld om . . . . . . . u. . . . . . . . en aangestoken om . . . . . . . u. . . . . . . . . Komen die uren overeen met de uren en periodes wanneer er iemand op school aanwezig is? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Zijn er zulke sassen aan de ingang van de school? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Zijn er op sommige plaatsen automatische sluitsystemen aan de deuren, meer bepaald aan de ingang of op plaatsen waar veel mensen langskomen? . . . . . . . . ........................................
28
D e a c to re n v a n d e school
Van al de groepen die de school omkaderen: Wie kan beslissen om het reglement van de school te veranderen om energiebewuste houdingen
aan te leren (bijvoorbeeld een verlichtingsbelasting in elk klaslokaal, te voet naar het zwembad gaan in plaats de bus te nemen, …)?
Wie kan beslissen over kleine investeringen zoals de aankoop van spaarlampen, de installatie van
tijdschakelaars in de gangen, thermostatische kranen, de regeling van een verwarmingsketel…?
Wie kan beslissen over grotere investeringen zoals de installatie van zonnepanelen, het vervangen
van sommige beglazingen, de aanpassing van de verwarmingsketels, …?
29
! s n a l a b he c s i n h c e T
Op het vlak van gebouwen
algemene evaluatie: groen oranje rood
omdat: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................
Op het vlak van verlichting
algemene evaluatie: groen oranje rood
omdat: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................
Op het vlak van verwarming algemene evaluatie: groen oranje rood omdat: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................
30
van de energie en ol ho sc de n va n re to ac Balans: De Laten we nu eens alles op een rijtje zetten. Door gebruik te maken van de kleurencode en een schema wordt de situatie duidelijk! In het midden: onze school en energie Daarrond vakjes die de groepen voorstellen die de school omkaderen. Verbind elke groep met het middenpunt door een pijl in de kleur van het type van beslissing dat die groep kan nemen: Roze: schoolreglement/gedragsveranderingen Groen: kleine investeringen/technische acties Blauw: grote investeringen/de beslissingsnemers overtuigen Het spreekt voor zich dat vanuit eenzelfde groep meerdere pijlen kunnen vertrekken. Noteer dat allemaal mooi op een bord dat jullie naast het vereenvoudigde schoolplan ophangen
Onze school en energie
31
32
: s a l k e z n o n a v n a l p e i t c A t e H
d n a b r e v s a l k handelen in
1 S ensibiliseren: onze raadgevingen voor een rationeel energiegebruik
35
2 D e gedragingen veranderen: mijn persoonlijk engagement en ons energiecharter
3 Een technische actie
39
42
4 De beslissingsnemers overtuigen
43
5 Ons actieplan evalueren
44
33
Energiev erbruik
Evolutie naar gela van het energiev e ng van d e gevoer rbruik de acties
beginsitu atie
sensibilis eren
de houd ingen verande ren
Gevoerd e acties
technisch e acties
de beslissin gsnemers overtuig en om investere te n
Herinner jij je nog de 4 belangrijke punten om minder energie te verbruiken: sensibiliseren, de gedragingen veranderen, technische acties, en de beslissingsnemers.
energieverbruik t he op n te or st te Alvorens jullie van jullie school, moeten jullie oefenen in jullie klas.
Want alvorens aan de anderen te vragen om een inspanning te leveren,
moeten jullie zelf een inspanning doen!
34
1
Sensibiliseren: onze raadgevingen voor een rationeel
energiegebruik Om jullie kameraden te sensibiliseren om minder energie te verbruiken, moeten jullie hun praktische en concrete raadgevingen verstrekken. Maak samen een lijst op van al de raadgevingen die jullie kunnen geven om energieverspilling te vermijden. Daarvoor kunnen jullie inspiratie vinden in de vragen van de eco-test Energie of het uittreksel van de strip die hierna volgt.
Olivier staat op. Wat een energiebom!
Bron: “L’énergie de notre planète bleue“ ORCADE, CRDP du Poitou-Charentes. 35
De energiebewuste gedragingen: raadgevingen om energieverspilling te vermijden
Je zou nu de definitie van REG moeten kunnen vinden: Rationeel EnergieGebruik:
36
gen die jou t 10 raadgevin to 5 e d n e g in hele project gedrag we tijdens het n rgiebewuste e lle n e zu e n d e g it u klas en gevin Kies arter van de n. Deze raad ch ke et lij h st or jk vo ri g t, n het bela engagemen el belangrijk . je persoonlijk eze stap is he or D . vo n : e n g e in ik rl ru e b le ge andere overleggen. unicatie met denken en te te a n d voor de comm oe g maal de tijd om Neem dus alle
Er zijn tal van energiebewuste houdingen, hoe maak je een keuze?
a De raadgevingen moeten je rechtstreeks aanbelangen. Een deksel op een kookpot plaatsen is voor jou minder belangrijk dan de televisie uitzetten wanneer je niet meer kijkt. a We moeten een goed evenwicht vinden tussen de raadgevingen voor thuis en voor in de klas. Het is niet de bedoeling dat je je op school perfect gaat gedragen maar thuis niet (of andersom)!
a Je moet de voorkeur geven aan de raadgevingen die doorgaans weinig worden opgevolgd. Het is niet nodig om aan iedereen te vragen om het licht uit te doen als dat meestal ook gebeurt. Keer daarom terug naar het schoolrapport en naar de resultaten van de eco-test energie.
a We moeten raadgevingen kiezen met een zo groot mogelijke impact. We hebben
geleerd dat het lichtverbruik thuis lang niet zo hoog is als op school. Een “lichtbesparingsactie“ op school is dus interessanter dan thuis.
De conclusies va n het eerste deel kunnen je misschi Thuis: de verwar en helpen: ming is de groots te energievreter, elektrische huisho gevolgd door udtoestellen en de productie van war Op school: de ve m water. rwarming verbruik t 84% van de en verlichting 13%. ergie en de Gemiddeld verbru ikt een gezin even veel energie om verplaatsen als om zich te zich te verwarmen .
Nog een laatste tip voor je eraan begint ... Deze 10 raadgevingen ga je verkondigen, uithangen, tekenen, zingen ... Let er dus op dat ... elke raadgeving duidelijk is: iemand die nog nooit van energie heeft gehoord, moet het meteen begrijpen. je leuke formules vindt: op de vingers worden getikt is niet altijd leuk. Maar met de nodige humor en veel fantasie wordt het veel gemakkelijker aanvaard!
a a
10 raadgevingen rond Nu weten jullie alles! Aan jullie nu om de rationeel energiegebruik te vinden!
37
n e g n i v e g ad ik u r b e g e i Onze ra rg e n e l e e on i t a r d n o r
38
2
De gedragingen veranderen:
mijn verbinteniscontract en ons energiecharter ssing e: de besli p p ta e via te h n verplic l te maken e e e ie c it z ffi o e ti g c in je esliss n de a manier kan ibiliseren e en je voor om die b ie s d n e p s O t e . h s stell llie kla Tussen doen. Wij rter van ju a te h c ts ie eranderen. ie rg v e m g n o E ra t d n e e e h g m ne n je ct en e praktijk e teniscontra d in r a rb a e n v n n e e e tapp orie overs van de the
_T R[R kq
VR
_
j^a^c\# ]ikZgk cZg\^Z# g\ikddgajX od clZZ gWgj^`Z Zg^c\ZcZc cY c!###kZ ga^X]iZ `a^bVVikZgV kZ iZ b YZ # cZcd W^_idi eaVVihZ [ZXi!YgVV\i codj^i\Zeji !iZkZg Z[ `Z lVgbZc]ZiWgdZ^`Vh aZlZgZaYgV `i hiZkZg ]Z Dbdc Wgj^`kZghiZg ZcdkZgYZ 9VikZg cZg\^ZWgdcc Dd`YZZ
Het energiecharter
VQ [R_TVR g\[QUR R[ ZRa R T [gR TR a R[ \ \Z`]_V[ R R # [ # # YN ## QR ] ###### [QR_`
Haal je mooiste pen boven en vul samen het energiecharter in. Vanop zijn plaatsje aan de muur zal het je het hele schooljaar lang herinneren aan de positieve houdingen ten opzichte van energie.
/#
9Z`aVh
######
###
# # # # # #
hX]dda/
"
##### #### / # # # # # ###### ccZbZc ## ###### ojaaZcVV ###### ###### ###### Y^ZlZ ###### # # Zh # # # ci # #### # # # # dd # # # #### Z\Zl #### ##### ###### Zc^Zjl ###### ### ###### ###### ###### ###### ###### # 9^ io^_cY # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # ### #### #### #### ##### ###### ###### ###### ###### ###### ## ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### # ###### # # # # # # # # # #### # # # # # # # # # # # # # ### #### ##### ##### ##### ###### ### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # ### #### #### #### #### ###### ###### ###### ###### ###### ## ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### # ###### # # # # # # # # # #### # # # # # # # # # # # # # ### #### ##### ##### ##### ###### ### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # ### #### #### #### #### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### # # # # # # # # # #### # # # # # # # # # # # # # # ### #### #### ##### ##### ###### ### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # ### ##### #### #### ##### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### #### ###### # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # ###### ## ### #### ##### ###### #### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ## ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### # ###### ###### ###### ###### ###### ###### # # # # # # # # # ###### # # # # # # # # # # # # ##### ##### ##### #### ###### # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # ###### ##### ###### ###### ###### # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # ## ### ##### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### ###### #### ###### ###### # # ###### # #
YeVe^Zg ZXnXaZZg ide\Zg
R N
:#HX]Vb jVgiZc
YNaR[ d
=VccZf
C\\_
Zgh/?#"E# Zj^i\Zk ddgYZa^_` KZgVcil
V
_ aR N U P
##
18/09/06
indd 2
ie-FR-NL.
rte-énerg
IBGE-Cha
11:22:35
Je persoonlijk engagement Kies uit de 10 raadgevingen één enkele raadgeving en maak een officiële belofte die gedurende 1 week op te volgen. Natuurlijk kies je een positieve actie die je op dit moment nog niet toepast! Vul het eerste deel van het engagementscontract in en vul het andere deel (verso) in de loop van de komende week in. Het zal een week lang je dagboek zijn.
39
t! c a r e t i n g o r tsc ene
n e m der e n i g m a Eng ruik b r e v Ik
Ik ,.. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . klas: . . . . . . . . . . . . school: . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . wil de manier waarop ik energie gebruik veranderen omdat:
..................................................... .....................................................
..................................................... ..................................................... Daarom heb ik besloten dat ik gedurende één week, van . . . . . . . tot . . . . . . . , op een rationele manier energie zal gebruiken door de volgende positieve houding aan te nemen:
.....................................................
..................................................... ..................................................... ..................................................... Ik zal deze gedraging niet alleen op school toepassen, maar ook thuis en overal waar ik naartoe ga. Zo toon ik iedereen dat het mogelijk is minder energie te gebruiken. Handtekening leerling
................. 40
Handtekening leerkracht
..................
Mijn
e n e rg i e dagboek
Dit doe ik deze week om mijn belofte na te komen:
.....................................................
..................................................... ..................................................... ..................................................... ..................................................... ..................................................... ..................................................... ..................................................... ..................................................... ..................................................... ..................................................... ..................................................... ..................................................... ..................................................... ..................................................... ..................................................... .....................................................
41
3
Een technische
actie
Onderwerp jullie klaslokaal aan een nauwkeurig onderzoek om te kijken wat jullie praktisch kunnen doen om het energierendement te verbeteren. Iets op het vlak van de verlichting, de verwarming of meer iets in de richting van de elektrische apparaten of moeten jullie iets wijzigen aan de manier waarop jullie zich verplaatsen?
kom in actie. Denk daar allemaal samen over na en
Noteer hieronder de technische actie die jullie willen ondernemen:
42
4
De beslissingsnemers
overtuigen
stop ling verspil
Jullie willen iets doen op het niveau van jullie klas maar daarvoor hebben jullie centen nodig (de muren moeten opnieuw in het wit worden geverfd, de neonlampen moeten worden vervangen door kleinere neonlampen, de radiatoren moeten worden uitgerust met thermostatische kranen?) Of jullie willen een carpool organiseren maar daarvoor moeten jullie de goedkeuring van de ouders hebben. Noteer hieronder jullie actie “beslissingsnemer” en preciseer de doelstelling daarvan, de betrokken beslissingsnemer en wat jullie aan hem willen vragen (gebruik daarvoor jullie bord “Wie neemt de beslissingen?”):
43
5
Evaluatie
Jullie hebben zopas een Actieplan in 4 stappen gerealiseerd. Nu kunnen jullie dat voltooien en de acties evalueren die werden uitgevoerd.
Sensibiliseren
de klas Onze raadgevingen in REG Vooropgestelde actie: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Verwachte resultaten: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . wijzen op energiebewuste houdingen
Doelgroep: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
........................................................................................................
uitgevoerd op
/
/
Planning: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Evaluatie: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................
De houdingen veranderen
de leerling en de klas persoonlijk en collectief engageren Vooropgestelde actie: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Verwachte resultaten: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . concrete gedragsveranderingen
Doelgroep: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
........................................................................................................
van de week van
/
/
tot
/
/
Planning: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Evaluatie: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Is . . . . . het . . . . . . .moeilijk . . . . . . . . . . . . . . .om . . . . .de . . . . .gekozen . . . . . . . . . . . . .raadgeving . . . . . . . . . . . . . . . . . . op . . . . . te . . . . . volgen? .......................... ........................................................................................................
Zal . . . . . . .je . . . . die . . . . . . .blijven . . . . . . . . . . . . opvolgen? .......................................................................... ........................................................................................................
Wil . . . . . . .jij . . . . . .je . . . . .inzetten . . . . . . . . . . . . . .om . . . . een . . . . . . .nieuwe . . . . . . . . . . .raadgeving . . . . . . . . . . . . . . . . .op . . . . .te . . . . volgen? ........................ ........................................................................................................
44
onze klas r o o v e i g r e n En Het Actiepla
Technische acties
de klas
Doelgroep: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Vooropgestelde actie: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Verwachte resultaten: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................................ Planning: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Evaluatie: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................
De houdingen veranderen Doelgroep: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Vooropgestelde actie: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Verwachte resultaten: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................................ Planning: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Evaluatie: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................
45
46
hool: c s e z n o n a eau v v i n t e h p o n Het Actiepla
r u e d a s s a b m a e i g r e n e d r o w
1 Waarom?
48
2 Ons actieplan
49
3 Wij ondernemen actie
52
4 Balans en vooruitzichten
52
47
1
Waarom
Je weet dat alle kleine gebaren samen een grote verbetering kunnen betekenen op het vlak van rationeel energiegebruik. Jouw persoonlijk engagement wordt bij het persoonlijke engagement van alle leerlingen van je klas gevoegd. En wat als...
l o o h c s e j n a v ingen l r e e l e l l a . . . zouden meedoen?
... je ouders zouden meedoen? ... de andere scholen van je gemeente zouden meedoe n?
... als, als, als...
!
Zou dat niet fantastisch zijn
En als je er nog steeds zin in hebt, kan je klas een nieuwe uitdaging aangaan: energieambassadeur worden voor de andere leerlingen, de leerkrachten, de directie, en waarom niet voor je ouders en andere volwassenen uit je omgeving.
48
2
actieplan
Ons
Het actieplan kennen jullie, want jullie hebben het gebruikt voor jullie klas. Nu is het aan jullie om het in te vullen met veau van
jullie school.
jullie ideeën om op te treden op het ni-
De instructies zijn dezelfde: een actie voor elk van de 4 doelstellingen.
Het actieplan - gebruiksaanwijzing Voor elk van de doelstellingen:
1ste stap:
bepalen naar wie de boodschap zal worden uitgedragen. De andere leerlingen? Van de basisschool, de kleuterschool of de middelbare school? Volwassenen, je ouders, de buren, de leerkrachten? Je gaat dus een “doelgroep“ bepalen. Afhankelijk van die groep zul je verschillende acties voeren en verschillende boodschappen uitdragen!
2de stap:
je boodschappen bepalen. Welke boodschappen wil je uitdragen naar je doelgroep? Wil je de 10 raadgevingen van je charter promoten of wil je liever één bepaalde positieve actie in de kijker zetten? Wil je een van de besluiten uit het energierapport van de school overbrengen om te kunnen handelen rond één concreet punt?
3de stap:
“brainstormen”. Laat je hersenen op volle krachten werken en bedenk duizend en één ideeën om je boodschap op een ludieke manier over te brengen op de doelgroep. Alle ideeën zijn welkom: film, theater, expo, mascotte, wetenschappelijke proeven, liedjes, affiches, radio...
4de stap:
een actieplan bepalen Het is nu tijd om je actieplan te bepalen. We gaan onze ideeën omzetten in de praktijk… denk dus goed na. Welke ideeën vond je het leukst ? Hoeveel tijd heb je nodig om ze te verwezenlijken ? Welke impact zullen ze hebben wat de sensibilisatie en het energieverbruik betreft... ? Maak verstandige keuzes en vervolledig je “actieplan voor het milieu“.
49
ol o h c s e z n o n i n a l p e i t c a Het Sensibiliseren Doelgroep: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Vooropgestelde actie: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Verwachte resultaten: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................................ Planning: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Evaluatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................
De houdingen veranderen Doelgroep: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Vooropgestelde actie: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Verwachte resultaten: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................................ Planning: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Evaluatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................
50
Technische acties Doelgroep: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Vooropgestelde actie: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Verwachte resultaten: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................................ Planning: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Evaluatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................
De beslissingsnemers overtuigen Doelgroep: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Vooropgestelde actie: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Verwachte resultaten: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................................ Planning: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Evaluatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................ ........................................................................................................
51
3
Wij
ondernemen
actie
Tijd om de mouwen op te stropen en onze goede ideeën in de praktijk om te zetten. En vergeet niet dat hoe meer plezier je eraan beleeft, hoe meer je er je ziel insteekt en hoe eenvoudiger het is de boodschap over te brengen op de doelgroep. Veel succes dus met de uitvoering van je actieplan!
4
Balans en vooruitzichten Herneem je oorspron kelijke actieplan en overloop het samen goed verlopen? Wat . Wat is er is er daarentegen he lemaal niet goed ge impact van je acties gaan? Kan je de meten, bepalen hoev eel mensen je hebt of hoeveel energie ge sensibiliseerd je hebt uitgespaard? Vul het evaluatiege deelte in met verm elding van de posi gatieve punten va tieve en nen jullie project.
52
De positieve punten:
De negatieve punten:
53
54
s n a l a B On z e
55
Proficiat!
Dit is het einde van het energiedossier. zeggen dat je het be Dat wil dus lang van energie he bt ontdekt, maar oo hebt ondernomen k dat je actie en geprobeerd hebt de dingen te verand eren. Wat zal je van dit pr oject onthouden? Wa t zijn je mooiste he Wat is je het meest rinneringen? bijgebleven? Heb je nieuwe gewoontes Was het moeilijk je aa ngenomen? eigen gewoontes te veranderen of ande tuigen? ren te over-
Neem de tijd om je all es te herinneren en sc hrijf een klein tekstje:
Er was eens een energieproject
56
57