LESBRIEF Informatie VOOR DOCENTEN De lesbrief is te gebruiken voor het VMBO en de onderbouw van HAVO/VWO. De lesbrief is bedoeld om leerlingen kennis te laten maken mét en in te gaan óp de verschillende aspecten van het genre documentaire. U kunt deze lesbrief gebruiken na het kijken van een documentaire naar keuze. U kunt op verschillende manieren een documentaire bekijken met uw leerlingen. Via DVD, een uitzendinggemist op televisie, via www.zappechtgebeurd.nl/kijken of via Docschool Online op www.idfa.nl/docschool-online. Door u in te schrijven voor Docschool Online op www.idfa.nl/docschool-online heeft u toegang tot verschillende documentaires. Op de Docschool Online site kunt u zoeken op onderwijsniveau, thema en lengte. Om de documentaire te kunnen vertonen via Docschool Online heeft u toegang nodig tot het internet en moet u zich inloggen op de website. De opdrachten kunnen door uw leerlingen individueel worden gemaakt. De lesbrief bestaat uit algemene vragen over de documentaire. Daarnaast zijn er vragen waarbij leerlingen nadenken over een eigen documentaire. Deze opdrachten staan in een los kader. U kunt er voor kiezen om uw leerlingen alleen de algemene vragen te laten beantwoorden en de vragen in het kader of alleen de algemene vragen. Duur gehele lesbrief: exclusief documentaire ongeveer 60 minuten. Duur alleen algemene vragen: 20 minuten.
LEERDOELEN Deze lesbrief sluit aan op de Doorlopende Leerlijn Mediawijsheid en kruist daarbij de volgende vakgebieden: Kunstvakken 2: Beeldende vorming, Maatschappijleer I en II, Nederlands Kijk hier voor meer informatie over de Doorlopende Leerlijn Mediawijsheid.
Let op! Wanneer u het lesmateriaal uitprint vervalt de mogelijkheid om de directe links naar de webpagina’s te volgen.
Documentaire in de klas, waarom?
Het kijken van een documentaire in de klas levert altijd interessante gesprekken en discussies met de leerlingen op. Het is daarom een uitstekende manier om lastige en gevoelige onderwerpen aan te snijden. Daarnaast vormt het ook de ideale ingang om het genre documentaire te bespreken met de klas. Want het verhaal in de documentaire is wel echt gebeurd, maar van welke stijlmiddelen heeft de filmmaker gebruik gemaakt om zijn verhaal te vertellen? En hoe word je als kijker hierin gestuurd? De gesprekken over deze verschillende onderwerpen zullen uw leerlingen leren te reflecteren op zichzelf en de ander, hun blik verruimen en hen mediawijzer maken. Het vormt daarom de ideale manier om verschillende leerdoelen aan bod te laten komen. De thema’s die in documentaires worden aangesneden kunnen goed gebruikt worden bij verdieping van een thema of onderwerp in de klas. Het is inzetbaar bij verschillende vakken in het voortgezet onderwijs.
OPZET LESBRIEF
De lesbrief is verdeeld in korte hoofdstukken waar verschillende aspecten van een documentaire aan bod komen. Naast vragen over de documentaire die de leerlingen hebben gezien kunt u ervoor kiezen om leerlingen bij elk onderdeel te laten nadenken over een eigen documentaire (vragen in het kader). Aan het eind van de lesbrief hebben leerlingen een idee op papier over een eigen documentaire waarbij ze hebben nagedacht over het thema, de hoofdpersoon of -personen, de manier waarop ze hun verhaal willen vertellen (d.m.v. interviews, een voice-over of geen van beide) en welke muziek ze zouden willen gebruiken. De lesbrief wordt afgesloten met een slotopdracht.
Toelichting Slotopdracht
In de slotopdracht gaan uw leerlingen aan de slag met hun idee voor een eigen documentaire die ze door middel van het invullen van de vragen in het kader hebben bedacht. Voor de verdiepingsopdracht hebben uw leerlingen een fototoestel nodig, toegang tot het internet en/of magazines en kranten. Leerlingen maken een moodboard van hun documentaire idee door middel van eigen gemaakte foto’s, plaatjes op het internet en eventueel bijvoorbeeld een (kranten)artikel of plaatjes. Wanneer ze zelf foto’s gaan maken moet de mogelijkheid er zijn om de genomen foto’s op een computer te zetten. Door middel van minimaal 5 en maximaal 8 foto’s gaan leerlingen hun documentaire idee in beeld omzetten. U kunt als docent hierin goed sturen door ze opdrachten te geven wat er op de foto moet staan. Denk daarbij aan: - één foto van de hoofdpersoon of hoofdpersonen. - Eén of meerdere foto’s waarin het onderwerp van de documentaire goed naar voren komt. - Eén of meerdere foto’s van de plek waar de documentaire zich afspeelt. Het eindproduct is een moodboard van hun documentaire idee met daarop de titel van hun documentaire.
TOT SLOT IDFA is altijd benieuwd naar de manier waarop bovenstaande opdrachten in de klas zijn behandeld. Heeft u tips en/of aanvullingen voor andere docenten? Dan kunt u mailen naar
[email protected] Tip: Door middel van het inschrijfformulier voor Docschool Online op www.idfa.nl/educatie heeft u toegang tot vele documentaires en bijbehorend lesmateriaal. © IDFA 2014 | 020 6273329
2
Een documentaire is een film waarin het verhaal dat wordt verteld echt is gebeurd. In een documentaire zitten echte mensen die zichzelf zijn. De documentairemaker vertelt door beeld en geluid het verhaal van deze mensen. Een documentaire probeert je te laten zien en voelen hoe iets echt is.
voor de film
1
VRAGEN
Heb je wel eens een documentaire gezien? Vertel kort waar de documentaire over ging. Wie waren de hoofdpersonen? Wat gebeurde er?
Het onderwerp
Het onderwerp van een documentaire kan alles zijn zolang het te maken heeft met de werkelijkheid. Voorbeelden zijn natuurfilms, films over beroemdheden, verre vreemde volkeren. Maar documentaires kunnen ook gaan over onderwerpen dichtbij, bijvoorbeeld een kat of je buurjongen. De filmmaker wil je duidelijkheid geven over een bepaald onderwerp dat hem interesseert. Dat kan echt van alles zijn, zolang het maar gaat over iemand of iets dat echt bestaat. De filmmaker gaat op stap, stelt vragen aan mensen die bij het onderwerp betrokken zijn en filmt de gebeurtenissen die voor zijn eigen verhaal van belang zijn om te laten zien. De mening van de maker heeft een grote invloed op de documentaire. Hij bepaalt wat er in beeld komt en op welke manier. De plek van de camera, de vragen die gesteld worden, welke muziek er bij beelden komen, hoe snel of juist langzaam de beelden elkaar afwisselen, over alles wordt nagedacht. Documentairefilmmakers gebruiken al hun ideeën en creativiteit om de film te maken zoals zij die voor ogen hebben.
na de film
DOCENTEN
DOCUMENTAIRE IN BEELD
2
VRAGEN
Wat is het onderwerp van de documentaire die je in de klas hebt gekeken? Wie is/zijn de hoofdpersoon/hoofdpersonen? En wat vindt je van de hoofdpersoon/hoofdpersonen?
Waar zou jij iets over willen vertellen in de vorm van een documentaire? Welk onderwerp vind jij interessant? Denk aan dingen bij jou in de buurt, iets waar je je druk over maakt, waar je nieuwsgierig naar bent, een persoonlijk verhaal, etc.
3
Voor de documentaire maker is de keuze voor een hoofdpersoon of hoofdpersonen van groot belang. Het idee (het onderwerp) van de documentaire wordt door deze persoon of personen vormgegeven. Op welke manier de hoofdpersoon in beeld wordt gebracht en aan het woord komt ligt in handen van de maker. Als maker maak je bijvoorbeeld een keuze om de hoofdpersoon/ hoofdpersonen zelf te interviewen of het door iemand anders te laten doen die dichtbij de hoofdpersoon staat. Een andere mogelijkheid is om geen interview te hebben maar een voice-over, een vertelstem, te gebruiken die de situatie uitlegt. In sommige documentaires zeggen de beelden genoeg en wordt er zowel geen interview als geen voice-over gebruikt.
na de film
DOCENTEN
Voice-over of interview
3
VRAGEN
Maakt de documentairemaker van de documentaire die je hebt gezien gebruik van interviews, voice-over of geen van beide? Had jij een andere keuze gemaakt dan de regisseur? Waarom wel/niet?
Je hebt een onderwerp voor jouw documentaire opgeschreven. Wie zouden in deze documentaire de hoofdpersoon of hoofdpersonen zijn? Zou je de hoofdpersoon interviewen, een voice-over gebruiken of geen van beide? Leg je keuze uit.
Als docent kunt u klassikaal deze voorbeelden gebruiken om vragen te verduidelijken: - Anne Vliegt van Catherine van Campen (tijdscode: 09.22-10.05): Anne heeft Gilles de la Tourette en daarom volgt ze weerbaarheidstraining. Door de training begrijp je als kijker wat er aan de hand is. - Jongens zijn we van Thomas Kaan (tijdscode: 04.20 - 4.42): Door middel van een voice-over van de hoofdpersoon worden zijn vrienden voorgesteld. - De moeder van Jan van Anneloor van Heemstra (tijdcode: 02:15 – 04:24): Jan en zijn vrienden stellen aan elkaar vragen over de situatie waarin Jan nu leeft sinds zijn moeder in de gevangenis zit. - Hoe Nikita een paard Kreeg van Anneke de Lind van Wijngaarden (tijdcode: 03.25 – 04.18): Nikita wordt geïnterviewd door de documentairemaker.
4
In een documentaire is geluid belangrijk. Documentairemakers gebruiken geluid op twee manieren. Ten eerste hoor je in een documentaire geluid dat klopt bij de beelden die je ziet, bijvoorbeeld het geluid van een trein als er in beeld een trein rijdt. Ten tweede wordt geluid gebruikt om in te spelen op het gevoel van de kijker. Het toevoegen van muziek of het laten horen van iets wat je niet ziet maar dat je wel informatie geeft over iets. Het geluid van een ambulancesirene geeft je bijvoorbeeld informatie of een gevoel zonder dat je een ambulance hoeft te zien. Allerlei geluiden liggen opgeslagen in je geheugen die herinneringen losmaken waar een bepaald gevoel bij hoort. Denk maar eens aan het huilen van een kind, het geluid van de zee of piepende autobanden. Hetzelfde geldt voor muziek. Wanneer je bij beelden treurige muziek hoort moet de kijker dit een treurig gevoel geven. Bij spannende muziek of juist vrolijke muziek krijg je een ander gevoel. De filmmaker is in staat je emoties in een bepaalde richting te sturen door de muziekkeuze of een bepaald geluid.
na de film
DOCENTEN
Geluid
Titel
4 5 6
Vragen
Wordt er in de documentaire die je hebt gekeken gebruik gemaakt van muziek of geluidseffecten? Zo ja, wat voor soort muziek of geluidseffecten? Zo nee, waarom denk je dat de documentairemaker er voor heeft gekozen om geen geluidseffecten of muziek te gebruiken?
Kies uit de documentaire die je hebt gezien een scène die indruk op je heeft gemaakt door het gebruik van muziek of een geluidseffect. Welk gevoel gaf de muziek aan de scène mee?
Bedenk zelf een ander nummer bij het fragment. Welk gevoel geeft dit nummer aan je bij het kijken van de scène (wordt het in plaats van superspannend juist vrolijk of saai).
Je hebt een onderwerp gekozen voor een eigen documentaire en daarbij een hoofdpersoon gekozen en een keuze gemaakt voor een interview, voice-over of geen van beide. Wat voor soort gevoel wil je je eigen documentaire geven? Welke muziek of andere geluidseffecten zou je daarvoor gebruiken en waarom?
Voorbeelden die de docent kan gebruiken om vragen kracht bij te zetten: - Ik ben een meisje van Susan Koenen (tijdcode: 00.00 – 00.47): Deze documentaire begint met een zeer zwoel en liefelijk liedje die de kijker een ontspannen gevoel geven die interesse moet opwekken. - Delete van Janetta Ubbels (tijdcode: 05.02-05.25): Op de achtergrond van de beelden hoor je als kijker treurige muziek die je het gevoel geeft dat het niet een normaal reisje is van de zoon met zijn vader. - Boy Cheerleaders van James Newton (tijdcode: 20.43 – 21.46): De jonge cheerleaders gaan voor het eerst naar Londen en dat is aan de muziek te horen een spannende trip.
5
na de film
DOCENTEN
De titel van een documentaire moet de kijker enthousiast maken om daadwerkelijk de documentaire te gaan kijken. Daarnaast is de titel ook informatief. Het geeft de (potentiéle) kijker een idee waar de documentaire over gaat.
7 8
Vragen
Vind je de titel van de documentaire die je hebt gezien goed gekozen? Leg uit waarom wel/niet.
Verzin zelf een andere titel voor de documentaire.
Je hebt nagedacht over een eigen documentaire. Je hebt een onderwerp, een hoofdpersoon of hoofdpersonen, je weet of je gebruik gaat maken van een voice-over, interviews of dat je geen van beide gaat gebruiken en welke muziek je zou willen gebruiken. Bedenk een passende titel voor de documentaire.
Slotopdracht (Moodboard)
Een documentaire idee begint op papier maar moet uiteindelijk in beeld worden omgezet. Maak van je documentaire idee een moodboard. Een moodboard is een groot stuk papier waar je door middel van foto’s, plaatjes en tekst aan een ander duidelijk probeert te maken wat je documentaire idee inhoudt. Je kan je moodboard op verschillende manieren vullen. Je Moodboard is minimaal gevuld met: - Eén foto/plaatje van je hoofdpersoon of hoofdpersonen; - Eén foto/plaatje waarop je onderwerp duidelijk wordt; - De titel van je documentaire; - Eén foto/plaatje van de plek waar je documentaire zich afspeelt; - Enkele steekwoorden die duidelijk maken aan anderen waar je documentaire over gaat.
TOT SLOT IDFA is altijd benieuwd naar de manier waarop bovenstaande opdrachten in de klas zijn behandeld. Heeft u tips en/of aanvullingen voor andere docenten? Dan kunt u mailen naar
[email protected] Tip: Door middel van het inschrijfformulier voor Docschool Online op www.idfa.nl/educatie heeft u toegang tot vele documentaires en bijbehorend lesmateriaal.
Deze lesbrief wordt mede mogelijk gemaakt door Dioraphte © IDFA 2014 020 6273329
6
Een documentaire is een film waarin het verhaal dat wordt verteld echt is gebeurd. In een documentaire zitten echte mensen die zichzelf zijn. De documentairemaker vertelt door beeld en geluid het verhaal van deze mensen. Een documentaire probeert je te laten zien en voelen hoe iets echt is.
voor de film
1
VRAGEN
Heb je wel eens een documentaire gezien? Vertel kort waar de documentaire over ging. Wie waren de hoofdpersonen? Wat gebeurde er?
Het onderwerp
Het onderwerp van een documentaire kan alles zijn zo lang het te maken heeft met de werkelijkheid. Voorbeelden zijn natuurfilms, films over beroemdheden, verre vreemde volkeren. Maar documentaires kunnen ook gaan over onderwerpen dichtbij bijvoorbeeld een kat of je buurjongen. De filmmaker wil je duidelijkheid geven over een bepaald onderwerp dat hem interesseert. Dat kan echt van alles zijn, zolang het maar gaat over iemand of iets dat echt bestaat. De filmmaker gaat op stap, stelt vragen aan mensen die bij het onderwerp betrokken zijn en filmt de gebeurtenissen die voor zijn eigen verhaal van belang zijn om te laten zien. De mening van de maker heeft een grote invloed op de documentaire. Hij bepaalt wat er in beeld komt en op welke manier. De plek van de camera, de vragen die gesteld worden, welke muziek er bij beelden komen, hoe snel of juist langzaam de beelden elkaar afwisselen, over alles wordt nagedacht. Documentairefilmmakers gebruiken al hun ideeën en creativiteit om de film te maken zoals zij die voor ogen hebben.
na de film
LEERLINGEN
documentaire IN BEELD
2
VRAGEN
Wat is het onderwerp van de documentaire die je in de klas hebt gekeken? Wie is/zijn de hoofdpersoon/hoofdpersonen? En wat vindt je van de hoofdpersoon/hoofdpersonen?
Waar zou jij iets over willen vertellen in de vorm van een documentaire? Welk onderwerp vind jij interessant? Denk aan dingen bij jou in de buurt, iets waar je je druk over maakt, waar je nieuwsgierig naar bent, een persoonlijk verhaal, etc.
7
Voor de documentaire maker is de keuze voor een hoofdpersoon of hoofdpersonen van groot belang. Het idee (het onderwerp) van de documentaire wordt door deze persoon of personen vorm gegeven. Op welke manier de hoofdpersoon in beeld wordt gebracht en aan het woord komt ligt in handen van de maker. Als maker maak je bijvoorbeeld een keuze om de hoofdpersoon/ hoofdpersonen zelf te interviewen of het door iemand anders te laten doen die dicht bij de hoofdpersoon staat. Een andere mogelijkheid is om geen interview te hebben maar een voice-over, een vertelstem, te gebruiken die de situatie uitlegt. In sommige documentaires zeggen de beelden genoeg en wordt er zowel geen interview als geen voice-over gebruikt.
LEERLINGEN
na de film
LEERLINGEN
Voice-over of interview
3
VRAGEN
Maakt de documentairemaker van de documentaire die je hebt gezien gebruik van interviews, voice-over of geen van beide? Had jij een andere keuze gemaakt dan de regisseur? Waarom wel/niet?
Je hebt een onderwerp voor jouw documentaire op geschreven. Wie zou in deze documentaire de hoofdpersoon of hoofdpersonen zijn? Zou je de hoofdpersoon interviewen, een voice-over gebruiken of geen van beide? Leg je keuze uit.
Geluid
In een documentaire is geluid belangrijk. Documentairemakers gebruiken geluid op twee manieren. Ten eerste hoor je in een documentaire geluid dat klopt bij de beelden die je ziet, bijvoorbeeld het geluid van een trein als er in beeld een trein rijdt. Ten tweede wordt geluid gebruikt om in te spelen op het gevoel van de kijker. Het toevoegen van muziek of het laten horen van iets wat je niet ziet maar dat je wel informatie geeft over iets. Het geluid van een ambulancesirene geeft je bijvoorbeeld informatie of een gevoel zonder dat je een ambulance hoeft te zien. Allerlei geluiden liggen opgeslagen in je geheugen die herinneringen losmaken waar een bepaald gevoel bij hoort. Denk maar eens aan het huilen van een kind, het geluid van de zee of piepende autobanden. Hetzelfde geldt voor muziek. Wanneer je bij beelden treurige muziek hoort moet de kijker dit een treurig gevoel geven. Bij spannende muziek of juist vrolijke muziek krijg je een ander gevoel. De filmmaker is in staat je emoties in een bepaalde richting te sturen door de muziekkeuze of een bepaald geluid.
8
na de film
4 5 6
Vragen
Wordt er in de documentaire die je hebt gekeken gebruik gemaakt van muziek of geluidseffecten? Zo ja, wat voor soort muziek of geluidseffecten? Zo nee, waarom denk je dat de documentairemaker er voor heeft gekozen om geen geluidseffecten of muziek te gebruiken?
Kies uit de documentaire die je hebt gezien een scène die indruk op je heeft gemaakt door het gebruik van muziek of een geluidseffect. Welk gevoel gaf de muziek aan de scène mee?
Bedenk zelf een ander nummer bij het fragment. Welk gevoel geeft dit nummer aan je bij het kijken van de scène (wordt het in plaats van super spannend juist vrolijk of saai).
Je hebt een onderwerp gekozen voor een eigen documentaire en daarbij een hoofdpersoon gekozen en een keuze gemaakt voor een interview, voice-over of geen van beide. Wat voor soort gevoel wil je je eigen documentaire geven? Welke muziek of andere geluidseffecten zou je daarvoor gebruiken en waarom?
De titel van een documentaire moet de kijker enthousiast maken om daadwerkelijk de documentaire te gaan kijken. Daarnaast is de titel ook informatief. Het geeft de (potentiéle) kijker een idee waar de documentaire over gaat.
na de film
LEERLINGEN
Titel
7 8
Vragen
Vind je de titel van de documentaire die je hebt gezien goed gekozen? Leg uit waarom wel/niet.
Verzin zelf een andere titel voor de documentaire.
9
LEERLINGEN
Je hebt nagedacht over een eigen documentaire. Je hebt een onderwerp, een hoofdpersoon of hoofdpersonen, je weet of je gebruik gaat maken van een voice-over, interviews of dat je geen van beide gaat gebruiken en welke muziek je zou willen gebruiken. Bedenk een passende titel voor de documentaire.
Slotopdracht (Moodboard)
Een documentaire idee begint op papier maar moet uiteindelijk in beeld worden omgezet. Maak van je documentaire idee een moodboard. Een moodboard is een groot stuk papier waar je door middel van foto’s, plaatjes en tekst aan een ander duidelijk probeert te maken wat je documentaire idee inhoudt. Je kan je moodboard op verschillende manieren vullen. Je Moodboard is minimaal gevuld met: - Eén foto/plaatje van je hoofdpersoon of hoofdpersonen; - Eén foto/plaatje waarop je onderwerp duidelijk wordt; - De titel van je documentaire; - Eén foto/plaatje van de plek waar je documentaire zich afspeelt; - Enkele steekwoorden die duidelijk maken aan anderen waar je documentaire over gaat.
10