MONITEUR BELGISCH BELGE STAATSBLAD Publication conforme aux articles 472 à 478 de la loi-programme du 24 décembre 2002, modifiés par les articles 4 à 8 de la loi portant des dispositions diverses du 20 juillet 2005.
Publicatie overeenkomstig artikelen 472 tot 478 van de programmawet van 24 december 2002, gewijzigd door de artikelen 4 tot en met 8 van de wet houdende diverse bepalingen van 20 juli 2005.
Le Moniteur belge peut être consulté à l’adresse :
Dit Belgisch Staatsblad kan geconsulteerd worden op :
www.staatsblad.be
www.moniteur.be Direction du Moniteur belge, chaussée d’Anvers 53, 1000 Bruxelles - Directeur : Wilfried Verrezen
Bestuur van het Belgisch Staatsblad, Antwerpsesteenweg 53, 1000 Brussel - Directeur : Wilfried Verrezen
Numéro tél. gratuit : 0800-98 809
Gratis tel. nummer : 0800-98 809
N. 205
185e ANNEE
185e JAARGANG
LUNDI 10 AOUT 2015
MAANDAG 10 AUGUSTUS 2015
Le Moniteur belge du 7 août 2015 comporte trois éditions, qui portent les numéros 202, 203 et 204.
Het Belgisch Staatsblad van 7 augustus 2015 bevat drie uitgaven, met als volgnummers 202, 203 en 204.
SOMMAIRE
INHOUD
Lois, décrets, ordonnances et règlements
Wetten, decreten, ordonnanties en verordeningen
Service public fédéral Intérieur
Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken
27 MAI 2014. — Loi portant des dispositions diverses en matière de finances concernant des matières visées à l’article 77 de la Constitution. Traduction allemande d’extraits, p. 50798.
27 MEI 2014. — Wet houdende diverse bepalingen inzake financiën met betrekking tot aangelegenheden als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet. — Duitse vertaling van uittreksels, bl. 50798.
¨ ffentlicher Dienst Inneres Föderaler O 27. MAI 2014 — Gesetz zur Festlegung verschiedener Bestimmungen im Bereich Finanzen in Bezug auf Angelegenheiten, die in Artikel 77 der Verfassung erwähnt sind — Deutsche Übersetzung von Auszügen, S. 50798.
Service public fédéral Intérieur 16 JUILLET 2015. — Loi portant modification de la loi du 16 janvier 2013 portant diverses mesures relatives à la lutte contre la piraterie maritime, p. 50799. Agence fédérale pour la Sécurité de la Chaîne alimentaire 23 JUILLET 2015. — Arrêté ministériel modifiant l’arrêté ministériel du 29 mars 2013 relatif à la surveillance, aux contrôles phytosanitaires et aux mesures à prendre en ce qui concerne le matériel d’emballage en bois utilisé pour le transport de marchandises spécifiées en provenance de Chine, p. 50800.
Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken 16 JULI 2015. — Wet tot wijziging van de wet van 16 januari 2013 houdende diverse maatregelen betreffende de strijd tegen maritieme piraterij, bl. 50799. Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen 23 JULI 2015. — Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 29 maart 2013 betreffende het toezicht, de fytosanitaire controles en de te nemen maatregelen met betrekking tot het houten verpakkingsmateriaal dat gebruikt wordt voor het vervoer van specifieke goederen van oorsprong uit China, bl. 50800.
164 pages/bladzijden
50792
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
Agence fédérale pour la Sécurité de la Chaîne alimentaire 27 JUILLET 2015. — Décision de l’Agence fédérale pour la Sécurité de la Chaîne alimentaire portant agrément de laboratoires d’analyse dans le cadre de ses missions de contrôle, p. 50802.
Gouvernements de Communauté et de Région
Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen 27 JULI 2015. — Beslissing van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen tot erkenning van analyselaboratoria in samenhang met zijn controleopdrachten, bl. 50802.
Gemeenschaps- en Gewestregeringen Gemeinschafts- und Regionalregierungen
Communauté flamande
Vlaamse Gemeenschap
Autorité flamande
Vlaamse overheid
3 JUILLET 2015. — Décret introduisant le prélèvement kilométrique et annulant le prélèvement de l’Eurovignette et modifiant le Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013 en la matière, p. 50815.
Autorité flamande 20 MARS 2015. — Arrêté du Gouvernement flamand portant ajustement du décret-cadre et des arrêtés du Gouvernement flamand relatif au subventionnement des centres d’entreprises et des immeubles de transit, à la portefeuille PME, à la prime écologique, à l’aide écologique stratégique et à l’aide de transformation stratégique au règlement général d’exemption par catégorie, au règlement relatif aux aides de minimis, aux lignes directrices concernant l’environnement et aux lignes directrices concernant les aides au sauvetage et à la restructuration, p. 50830.
Autorité flamande 10 JUILLET 2015. — Arrêté du Gouvernement flamand fixant le règlement d’ordre intérieur des commissions foncières, visé à l’article 2.2.3, § 3, du décret du 28 mars 2014 relatif à la rénovation rurale, et créant la commission de programme, visée à l’article 3.2.1 du décret précité, p. 50836.
Autorité flamande 10 JUILLET 2015. — Arrêté du Gouvernement flamand modifiant l’article 66 et les articles 84 à 86 inclus de l’arrêté du Gouvernement flamand du 14 mai 2004 relatif à l’exploitation et aux tarifs de la VVM, p. 50839.
Autorité flamande 17 JUILLET 2015. — Arrêté du Gouvernement flamand modifiant l’arrêté relatif au Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013, en ce qui concerne l’introduction du système de prélèvement kilométrique, p. 50841.
3 JULI 2015. — Decreet tot invoering van de kilometerheffing en stopzetting van de heffing van het eurovignet en tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 in dat verband, bl. 50803.
Vlaamse overheid 20 MAART 2015. — Besluit van de Vlaamse Regering houdende de aanpassing van het kaderdecreet en de besluiten van de Vlaamse Regering bedrijvencentra en doorgangsgebouwen, kmo-portefeuille, ecologiepremie, strategische ecologiesteun en strategische transformatiesteun aan de algemene groepsvrijstellingsverordening, de de-minimisverordening, de richtsnoeren inzake milieu en de richtsnoeren inzake reddings- en herstructureringssteun, bl. 50827.
Vlaamse overheid 10 JULI 2015. — Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van het huishoudelijk reglement van de landcommissies, vermeld in artikel 2.2.3, § 3, van het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting, en tot oprichting van de programmacommissie, vermeld in artikel 3.2.1 van het voormelde decreet, bl. 50834.
Vlaamse overheid 10 JULI 2015. — Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van artikel 66 en artikel 84 tot en met 86 van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 mei 2004 betreffende de exploitatie en de tarieven van de VVM, bl. 50837.
Vlaamse overheid 17 JULI 2015. — Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit Vlaamse Codex Fiscaliteit van 20 december 2013, wat betreft de invoering van de kilometerheffing, bl. 50840.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
50793
Waals Gewest
Région wallonne
Wallonische Region ¨ ffentlicher Dienst der Wallonie O 23. JULI 2015 — Erlass der Wallonischen Regierung zur Beauftragung der SPAQuE (Öffentliche Gesellschaft für die Förderung der Umweltqualität) mit Sanierungsmaßnahmen auf dem Gelände ″Les Bas-Prés″ in Mons, S. 50845.
Waalse Overheidsdienst
Service public de Wallonie 23 JUILLET 2015. — Arrêté du Gouvernement wallon chargeant la SPAQuE de procéder à des mesures de réhabilitation sur le site « Les Bas-Prés » à Mons, p. 50842.
23 JULI 2015. — Besluit van de Waalse Regering waarbij de “SPAQuE”ermee belast wordt saneringsmaatregelen te nemen op de site “Les Bas-Prés” te Bergen, bl. 50847.
¨ ffentlicher Dienst der Wallonie O 23. JULI 2015 — Erlass der Wallonischen Regierung zur Genehmigung des gemeindlichen Programms für ländliche Entwicklung der Gemeinde Clavier, S. 50851.
Waalse Overheidsdienst
Service public de Wallonie 23 JUILLET 2015. — Arrêté du Gouvernement wallon approuvant le programme communal de développement rural de la commune de Clavier, p. 50851.
23 JULI 2015. — Besluit van de Waalse Regering tot goedkeuring van het gemeentelijke plattelandsontwikkelingsprogramma van de gemeente Clavier, bl. 50852.
¨ ffentlicher Dienst der Wallonie O 23. JULI 2015 — Erlass der Wallonischen Regierung zur Genehmigung des gemeindlichen Programms für ländliche Entwicklung der Gemeinde Somme-Leuze, S. 50853.
Waalse Overheidsdienst
Service public de Wallonie 23 JUILLET 2015. — Arrêté du Gouvernement wallon approuvant le programme communal de développement rural de la commune de Somme-Leuze, p. 50852.
23 JULI 2015. — Besluit van de Waalse Regering tot goedkeuring van het gemeentelijke plattelandsontwikkelingsprogramma van de gemeente Somme-Leuze, bl. 50854.
¨ ffentlicher Dienst der Wallonie O 23. JULI 2015 — Erlass der Wallonischen Regierung zur Genehmigung des gemeindlichen Programms für ländliche Entwicklung der Gemeinde Celles, S. 50855.
Service public de Wallonie 23 JUILLET 2015. — Arrêté du Gouvernement wallon approuvant le programme communal de développement rural de la commune de Celles, p. 50854.
Waalse Overheidsdienst 23 JULI 2015. — Besluit van de Waalse Regering tot goedkeuring van het gemeentelijke plattelandsontwikkelingsprogramma van de gemeente Celles, bl. 50855.
Région de Bruxelles-Capitale
Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Région de Bruxelles-Capitale
Brussels Hoofdstedelijk Gewest
16 JUILLET 2015. — Arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale relatif au stockage et à la manipulation des produits phytopharmaceutiques ainsi qu’à la gestion de leurs déchets par les utilisateurs professionnels, p. 50856.
Région de Bruxelles-Capitale 16 JUILLET 2015. — Arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale modifiant l’arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 17 décembre 2009 fixant la liste des activités à risque, p. 50861.
16 JULI 2015. — Besluit van de Brussels Hoofdstedelijke Regering betreffende de opslag en hantering van gewasbeschermingsmiddelen alsook het beheer van hun afval door professionele gebruikers, bl. 50856.
Brussels Hoofdstedelijk Gewest 16 JULI 2015. — Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 17 december 2009 tot vaststelling van de lijst van de risicoactiviteiten, bl. 50861.
50794
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Andere besluiten
Autres arrêtés
Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid
Service public fédéral Sécurité sociale Agence fédérale pour les Allocations familiales. — Personnel. — Arrêté royal portant renouvellement de l’attribution de la fonction de management d’administrateur général adjoint, p. 50878.
Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag. — Personeel. — Koninklijk besluit houdende hernieuwing van de toekenning van de managementfunctie van adjunct-administrateur-generaal, bl. 50878. Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid
Service public fédéral Sécurité sociale Office des régimes particuliers de sécurité sociale. — Comité de gestion de la Sécurité sociale d’outre-mer. — Démission et nomination d’un membre, p. 50878.
Dienst voor de Bijzondere Sociale Zekerheidsstelsels. — Beheerscomité van de Overzeese Sociale Zekerheid. — Ontslag en benoeming van een lid, bl. 50878. Federale Overheidsdienst Justitie
Service public fédéral Justice
DG EPI — Benoemingen, bl. 50878.
DG EPI — Nominations, p. 50878.
Federale Overheidsdienst Justitie
Service public fédéral Justice
Personeel. — Aanstelling, bl. 50879.
Personnel. — Désignation, p. 50879. Service public fédéral Economie, P.M.E., Classes moyennes et Energie 20 JUILLET 2015. — Arrêté royal portant démission et nomination d’un représentant auprès de la personne morale, visée à l’article 4, § 1er, de la loi du 1er avril 2007 relative à l’assurance contre les dommages causés par le terrorisme, p. 50879. Gouvernements de Communauté et de Région
Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie 20 JULI 2015. — Koninklijk besluit tot ontslag en benoeming van een vertegenwoordiger bij de rechtspersoon, bedoeld in artikel 4, § 1, van de wet van 1 april 2007 betreffende de verzekering tegen schade veroorzaakt door terrorisme, bl. 50879. Gemeenschaps- en Gewestregeringen
Gemeinschafts- und Regionalregierungen
Région wallonne
Waals Gewest Wallonische Region ¨ ffentlicher Dienst der Wallonie O
23. JULI 2015 — Erlass der Wallonischen Regierung zur Ernennung des Vorsitzenden, der effektiven und stellvertretenden Mitglieder sowie des Schriftführers der Kammer des Niederlassungsrats, die damit beauftragt wird, über die gegen in französischer oder deutscher Sprache gefasste Beschlüsse eingereichten Widersprüche zu erkennen, S. 50881.
Service public de Wallonie
Waalse Overheidsdienst
23 JUILLET 2015. — Arrêté du Gouvernement wallon portant nomination du président, des membres effectifs et suppléants ainsi que du greffier de la Chambre du Conseil d’Etablissement chargée de connaître des recours introduits contre les décisions rendues en langue française ou allemande, p. 50880.
23 JULI 2015. — Besluit van de Waalse Regering tot benoeming van de voorzitter, de gewone en plaatsvervangende leden, evenals van de griffier van de Kamer van de Vestigingsraad, belast met de behandeling van de beroepen, ingediend tegen de beslissingen uitgesproken in het Frans of het Duits, bl. 50882.
¨ ffentlicher Dienst der Wallonie O 23. JULI 2015 — Ministerialerlass zur Gewährung der Zulassung als Ausbildungszentrum für die Organisation der Lehrgänge und Prüfungen betreffend die Zertifizierung von PEB-Wohneinheiten, S. 50883.
Service public de Wallonie 23 JUILLET 2015. — Arrêté ministériel accordant l’agrément en qualité de centre de formation pour l’organisation des formations et examens relatifs à la certification d’unité PEB résidentielles, p. 50883.
Waalse Overheidsdienst 23 JULI 2015. — Ministerieel besluit tot toekenning van de erkenning als opleidingscentrum voor de organisatie van de opleidingen en examens betreffende de certificering van EPB-woongebouwen, bl. 50884.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
50795
¨ ffentlicher Dienst der Wallonie O Diplomatische Personalbewegungen, S. 50885.
Service public de Wallonie Mouvements diplomatiques, p. 50885.
Service public de Wallonie Direction générale opérationnelle Agriculture, Ressources naturelles et Environnement. — Office wallon des déchets. — Direction de la Politique des déchets. — Autorisation de transferts transfrontaliers de déchets BE 0003001350, p. 50886.
Service public de Wallonie Direction générale opérationnelle Agriculture, Ressources naturelles et Environnement. — Office wallon des déchets. — Direction de la Politique des déchets. — Autorisation de transferts transfrontaliers de déchets BE 0003001395, p. 50886.
Service public de Wallonie Direction générale opérationnelle Agriculture, Ressources naturelles et Environnement. — Office wallon des déchets. — Direction de la Politique des déchets. — Autorisation de transferts transfrontaliers de déchets BE 0003001487, p. 50887.
Service public de Wallonie Direction générale opérationnelle Agriculture, Ressources naturelles et Environnement. — Office wallon des déchets. — Direction de la Politique des déchets. — Autorisation de transferts transfrontaliers de déchets IT 018115, p. 50887.
Service public de Wallonie Direction générale opérationnelle Agriculture, Ressources naturelles et Environnement. — Office wallon des déchets. — Direction de la Politique des déchets. — Autorisation de transferts transfrontaliers de déchets NL 213316, p. 50888.
Service public de Wallonie Direction générale opérationnelle Agriculture, Ressources naturelles et Environnement. — Office wallon des déchets. — Direction de la Politique des déchets. — Autorisation de transferts transfrontaliers de déchets NL 643222, p. 50888.
Waalse Overheidsdienst Diplomatieke bewegingen, bl. 50885.
Service public de Wallonie Direction générale opérationnelle Agriculture, Ressources naturelles et Environnement. — Office wallon des déchets. — Direction de la Politique des déchets. — Autorisation de transferts transfrontaliers de déchets BE 0003001350, p. 50886.
Service public de Wallonie Direction générale opérationnelle Agriculture, Ressources naturelles et Environnement. — Office wallon des déchets. — Direction de la Politique des déchets. — Autorisation de transferts transfrontaliers de déchets BE 0003001395, p. 50886.
Service public de Wallonie Direction générale opérationnelle Agriculture, Ressources naturelles et Environnement. — Office wallon des déchets. — Direction de la Politique des déchets. — Autorisation de transferts transfrontaliers de déchets BE 0003001487, p. 50887.
Service public de Wallonie Direction générale opérationnelle Agriculture, Ressources naturelles et Environnement. — Office wallon des déchets. — Direction de la Politique des déchets. — Autorisation de transferts transfrontaliers de déchets IT 018115, p. 50887.
Service public de Wallonie Direction générale opérationnelle Agriculture, Ressources naturelles et Environnement. — Office wallon des déchets. — Direction de la Politique des déchets. — Autorisation de transferts transfrontaliers de déchets NL 213316, p. 50888.
Service public de Wallonie Direction générale opérationnelle Agriculture, Ressources naturelles et Environnement. — Office wallon des déchets. — Direction de la Politique des déchets. — Autorisation de transferts transfrontaliers de déchets NL 643222, p. 50888.
Région de Bruxelles-Capitale
Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Région de Bruxelles-Capitale
Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Fonctions supérieures, p. 50889.
Ministère de la Région de Bruxelles-Capitale Protection du patrimoine, p. 50891.
Hogere ambten, bl. 50889.
Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Bescherming van het erfgoed, bl. 50891.
50796
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Avis officiels
Chambres Federales Règlement de la Chambre des représentants. — Modification, p. 50892. SELOR. — Bureau de Sélection de l’Administration fédérale Sélection comparative de traducteurs-réviseurs (m/f) (niveau A1) francophones pour la Chancellerie du Premier Ministre (AFG15077), p. 50896. SELOR. — Bureau de Sélection de l’Administration fédérale Sélection comparative d’analists Data Mining (m/f) (niveau A2), néerlandophones, pour le SPF Sécurité sociale (ANG15087), p. 50896.
SELOR. — Bureau de Sélection de l’Administration fédérale Sélection comparative d’architecte (m/f) (niveau A), francophones, pour la Société du Logement de Bruxelles-Capitale (AFE15009), p. 50897.
Officiële berichten Federale Kamers Reglement van de Kamer van volksvertegenwoordigers. — Wijziging, bl. 50894. SELOR. — Selectiebureau van de Federale Overheid Vergelijkende selectie van Nederlandstalige vertalers-revisoren (m/v) (niveau A1) voor de Kanselarij van de Eerste Minister (AFG15077), bl. 50896. SELOR. — Selectiebureau van de Federale Overheid Vergelijkende selectie van Nederlandstalige analisten Data Mining (m/v) (niveau A2), voor de FOD Sociale Zekerheid (ANG15087), bl. 50896. SELOR. — Selectiebureau van de Federale Overheid Vergelijkende selectie van Franstalige architect (m/v) (niveau A), voor de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel (AFE15009), bl. 50897.
SELOR. — Bureau de Sélection de l’Administration fédérale
SELOR. — Selectiebureau van de Federale Overheid
Recrutement. — Résultats
Werving. — Uitslagen
Sélection comparative de conseillers en prévention - médecins du travail (classe A3), francophones, p. 50897. SELOR. — Bureau de Sélection de l’Administration fédérale Sélection comparative d’assistants administratifs néerlandophones, p. 50897. SELOR. — Bureau de Sélection de l’Administration fédérale Sélection comparative de médecin expert accidents médicaux, néerlandophones, p. 50897. SELOR. — Bureau de Sélection de l’Administration fédérale Sélection comparative de médecin expert en évaluation médicale, néerlandophones, p. 50898. SELOR. — Bureau de Sélection de l’Administration fédérale Sélection comparative de médecin financement des prestations médicales, néerlandophones, p. 50898. SELOR. — Bureau de Sélection de l’Administration fédérale Sélection comparative d’assistants (infirmiers) néerlandophones, p. 50898. Service public fédéral Emploi, Travail et Concertation sociale Liste des communes permettant l’application de l’arrêté royal du 15 juillet 1998 modifiant l’arrêté royal du 9 juin 1997 d’exécution de l’article 7, § 1er, alinéa 3, m, de l’arrêté-loi du 28 décembre 1944 concernant la sécurité sociale des travailleurs relatif aux programmes de transition professionnelle et de l’arrêté royal du 15 juillet 1998 modifiant les articles 78ter, 78sexies et 131quater de l’arrêté royal du 25 novembre 1991 portant réglementation du chômage, p. 50898.
Ve rg e l i j k e n d e selectie van preventieadviseur-arbeidsgeneesheren, bl. 50897.
Franstalige
SELOR. — Selectiebureau van de Federale Overheid Vergelijkende selectie van Nederlandstalig administratief assistent, bl. 50897. SELOR. — Selectiebureau van de Federale Overheid Vergelijkende selectie van Nederlandstalige arts expert medische ongevallen, bl. 50897. SELOR. — Selectiebureau van de Federale Overheid Vergelijkende selectie van Nederlandstalige arts expert medische evaluatie, bl. 50898. SELOR. — Selectiebureau van de Federale Overheid Vergelijkende selectie van Nederlandstalige arts Financiering Medische Verstrekkingen, bl. 50898. SELOR. — Selectiebureau van de Federale Overheid Ve rg e l i j k e n d e selectie van assistent-verpleegkundige, bl. 50898.
een
Nederlandstalige
Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg Lijst met gemeenten voor de toepassing van het koninklijk besluit van 15 juli 1998 tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 juni 1997 tot uitvoering van artikel 7, § 1, derde lid, m, van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders betreffende de doorstromingsprogramma’s en het koninklijk besluit van 15 juli 1998 tot wijziging van de artikelen 78ter, 78sexies en 131quater van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering, bl. 50898.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
50797
Federale Overheidsdienst Justitie
Service public fédéral Justice Loi du 15 mai 1987 relative aux noms et prénoms. — Publication, p. 50899.
Wet van 15 mei 1987 betreffende de namen en voornamen. — Bekendmaking, bl. 50899. Federale Overheidsdienst Justitie
Service public fédéral Justice Loi du 15 mai 1987 relative aux noms et prénoms. — Publication, p. 50900.
Wet van 15 mei 1987 betreffende de namen en voornamen. — Bekendmaking, bl. 50900. Federale Overheidsdienst Justitie
Service public fédéral Justice Loi du 15 mai 1987 relative aux noms et prénoms. — Publication, p. 50901.
Wet van 15 mei 1987 betreffende de namen en voornamen. — Bekendmaking, bl. 50901. Federale Overheidsdienst Justitie
Service public fédéral Justice Loi du 15 mai 1987 relative aux noms et prénoms. — Publication, p. 50901.
Wet van 15 mei 1987 betreffende de namen en voornamen. — Bekendmaking, bl. 50901. Federale Overheidsdienst Justitie
Service public fédéral Justice
Rechterlijke Macht, bl. 50902.
Pouvoir judiciaire, p. 50902.
Gemeenschaps- en Gewestregeringen
Gouvernements de Communauté et de Région
Gemeinschafts- und Regionalregierungen
Communauté française
Franse Gemeenschap
Ministère de la Communauté française
Ministère de la Communauté française
Appels à projets dans le cadre du décret du 13 mars 2009 relatif à la transmission de la mémoire des crimes de génocide, des crimes contre l’humanité, des crimes de guerre et des faits de résistance ou des mouvements ayant résisté aux régimes qui ont suscité ces crimes, p. 50902.
Appels à projets dans le cadre du décret du 13 mars 2009 relatif à la transmission de la mémoire des crimes de génocide, des crimes contre l’humanité, des crimes de guerre et des faits de résistance ou des mouvements ayant résisté aux régimes qui ont suscité ces crimes, p. 50902. Waals Gewest
Région wallonne
Wallonische Region
Service public de Wallonie Agrément des écoles de conduite de véhicules à moteur. — Avis, p. 50910.
Service public de Wallonie Agrément des écoles de conduite de véhicules à moteur. — Avis, p. 50910.
Région de Bruxelles-Capitale
Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Institut bruxellois pour la Gestion de l’Environnement
Brussels Instituut voor Milieubeheer
Mobilité intrarégionale. — Emploi vacant de conseiller adjoint (rang 11), au sein du Service juridique de Bruxelles-Propreté, p. 50911.
Les Publications légales et Avis divers Ils ne sont pas repris dans ce sommaire mais figurent aux pages 50913 à 50954.
Intraregionale mobiliteit Vacature van adjunct-adviseur (rang 11) bij de Juridische dienst van Net Brussel, bl. 50911.
De Wettelijke Bekendmakingen en Verschillende Berichten Deze worden niet opgenomen in deze inhoudsopgave en bevinden zich van bl. 50913 tot 50954.
50798
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR
FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN
[C − 2015/00411] 27 MAI 2014. — Loi portant des dispositions diverses en matière de finances concernant des matières visées à l’article 77 de la Constitution. — Traduction allemande d’extraits
[C − 2015/00411] 27 MEI 2014. — Wet houdende diverse bepalingen inzake financiën met betrekking tot aangelegenheden als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet. — Duitse vertaling van uittreksels
Le texte qui suit constitue la traduction en langue allemande des articles 1er, 4 et 5 de la loi du 27 mai 2014 portant des dispositions diverses en matière de finances concernant des matières visées à l’article 77 de la Constitution (Moniteur belge du 3 juillet 2014).
De hierna volgende tekst is de Duitse vertaling van de artikelen 1, 4 en 5 van de wet van 27 mei 2014 houdende diverse bepalingen inzake financiën met betrekking tot aangelegenheden als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet (Belgisch Staatsblad van 3 juli 2014).
Cette traduction a été établie par le Service central de traduction allemande à Malmedy.
Deze vertaling is opgemaakt door de Centrale dienst voor Duitse vertaling in Malmedy.
FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST INNERES [C − 2015/00411] 27. MAI 2014 — Gesetz zur Festlegung verschiedener Bestimmungen im Bereich Finanzen in Bezug auf Angelegenheiten, die in Artikel 77 der Verfassung erwähnt sind — Deutsche Übersetzung von Auszügen Der folgende Text ist die deutsche Übersetzung der Artikel 1, 4 und 5 des Gesetzes vom 27. Mai 2014 zur Festlegung verschiedener Bestimmungen im Bereich Finanzen in Bezug auf Angelegenheiten, die in Artikel 77 der Verfassung erwähnt sind. Diese Übersetzung ist von der Zentralen Dienststelle für Deutsche Übersetzungen in Malmedy erstellt worden.
FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST WIRTSCHAFT, KMB, MITTELSTAND UND ENERGIE, FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST INNERES, FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST JUSTIZ UND FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST FINANZEN 27. MAI 2014 — Gesetz zur Festlegung verschiedener Bestimmungen im Bereich Finanzen in Bezug auf Angelegenheiten, die in Artikel 77 der Verfassung erwähnt sind PHILIPPE, König der Belgier, Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruß! Die Kammern haben das Folgende angenommen und Wir sanktionieren es: KAPITEL 1 — Allgemeine Bestimmungen Artikel 1 - § 1 - Vorliegendes Gesetz regelt eine in Artikel 77 der Verfassung erwähnte Angelegenheit. § 2 - Vorliegendes Gesetz dient der Umsetzung der Artikel 4 Absatz 7, 56, 58, 68, 72, 143 und 144 der Richtlinie 2013/36/EU des Europäischen Parlaments und des Rates vom 26. Juni 2013 über den Zugang zur Tätigkeit von Kreditinstituten und die Beaufsichtigung von Kreditinstituten und Wertpapierfirmen, zur Änderung der Richtlinie 2002/87/EG und zur Aufhebung der Richtlinien 2006/48/EG und 2006/49/EG. (...) KAPITEL 3 — Abänderung der am 12. Januar 1973 koordinierten Gesetze über den Staatsrat Art. 4 - In Artikel 30 der am 12. Januar 1973 koordinierten Gesetze über den Staatsrat, zuletzt abgeändert durch den Königlichen Erlass vom 3. März 2011, wird ein § 2quater mit folgendem Wortlaut eingefügt: ″§ 2quater - Der König legt durch einen im Ministerrat beratenen Erlass, wenn nötig in Abweichung von § 1 und von den Artikeln 14, 17, 18, 21, 21bis und 90, die Regeln für das beschleunigte Verfahren fest, das auf die in Artikel 36/45 § 2 des Gesetzes vom 22. Februar 1998 zur Festlegung des Grundlagenstatuts der Belgischen Nationalbank erwähnten Beschwerden anwendbar ist. Insbesondere bestimmt Er die Frist, in der der Kläger zur Vermeidung des Verfalls die Beschwerde einreichen muss, die Fristen, in denen jede Partei ihren Schriftsatz übermitteln muss, und die Frist, in der der Staatsrat befinden muss. Er kann besondere Regeln für die Zusammensetzung der Kammern festlegen.″
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
50799
Art. 5 - Vorliegendes Kapitel tritt am Tag der Veröffentlichung des vorliegenden Gesetzes im Belgischen Staatsblatt in Kraft. (...) Wir fertigen das vorliegende Gesetz aus und ordnen an, dass es mit dem Staatssiegel versehen und durch das Belgische Staatsblatt veröffentlicht wird. Gegeben zu Brüssel, den 27. Mai 2014
PHILIPPE Von Königs wegen: Der Minister der Wirtschaft J. VANDE LANOTTE Die Ministerin des Innern Frau J. MILQUET Die Ministerin der Justiz Frau A. TURTELBOOM Der Minister der Finanzen K. GEENS Mit dem Staatssiegel versehen: Die Ministerin der Justiz Frau A. TURTELBOOM
* SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR
FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN
[C − 2015/00377] 16 JUILLET 2015. — Loi portant modification de la loi du 16 janvier 2013 portant diverses mesures relatives à la lutte contre la piraterie maritime (1)
[C − 2015/00377] 16 JULI 2015. — Wet tot wijziging van de wet van 16 januari 2013 houdende diverse maatregelen betreffende de strijd tegen maritieme piraterij (1)
PHILIPPE, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Les Chambres ont adopté et Nous sanctionnons ce qui suit:
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :
CHAPITRE 1er. — Disposition générale
HOOFDSTUK 1. — Algemene bepaling
Article 1 . La présente loi règle une matière visée à l’article 74 de la Constitution.
Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.
CHAPITRE 2. — Modifi cation de la loi du 16 janvier 2013 portant diverses mesures relatives à la lutte contre la piraterie maritime
HOOFDSTUK 2. — Wijziging van de wet van 16 januari 2013 houdende diverse maatregelen betreffende de strijd tegen maritieme piraterij
Art. 2. L’article 30 de la loi du 16 janvier 2013 portant diverses mesures relatives à la lutte contre la piraterie maritime est remplacé par ce qui suit:
Art. 2. Artikel 30 van de wet van 16 januari 2013 houdende diverse maatregelen betreffende de strijd tegen maritieme piraterij wordt vervangen als volgt :
“Art. 30. Le ministre qui a l’Interieur dans ses attributions et le ministre qui a le Transport Maritime dans ses attributions font, tous les cinq ans, rapport au Conseil des ministres sur l’application de la présente loi.”.
“Art. 30. De minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken en de minister bevoegd voor het Maritiem Vervoer brengen vijfjaarlijks verslag uit aan de Ministerraad over de toepassing van deze wet.”.
CHAPITRE 3. — Entrée en vigueur
HOOFDSTUK 3. — Inwerkingtreding
er
Art. 3. La présente loi produit ses effets le 28 juin 2015. Promulguons la présente loi, ordonnons qu’elle soit revêtue du sceau de l’Etat et publiée par le Moniteur belge. Donné à Bruxelles, le 16 juillet 2015.
Art. 3. Deze wet heeft uitwerking met ingang van 28 juni 2015. Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met ‘s Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt. Gegeven te Brussel, 16 juli 2015.
PHILIPPE
FILIP
Par le Roi :
Van Koningswege :
Le Ministre de Sécurité et de l’Intérieur, J. JAMBON
De Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, J. JAMBON
Scellé du sceau de l’Etat :
Met ’s Lands zegel gezegeld :
Le Ministre de la Justice, K. GEENS
De Minister van Justitie, K. GEENS
Note
Nota
(1) Session 2014-2015. Chambre des représentants Documents. — Projet de loi, 53-1999/001. — Amendements, 53-1999/002. — Rapport fait au nom de la commission, 53-1999/003. — Texte adopté par la commission, 53-1999/004. — Texte adopté en séance plénaire, 53-1999/005.
(1) Zitting 2014-20105. Kamer van volksvertegenwoordigers. Stukken. — Wetsontwerp, 54-1199/001. — Amendementen, 54-1199/002. — Verslag namens de commissie, 54-1199/003. — Tekst aangenomen door de commissie, 54-1199/004. — Tekst aangenomen in plenaire vergadering, 54-1199/005.
50800
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
AGENCE FEDERALE POUR LA SECURITE DE LA CHAINE ALIMENTAIRE
FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN
[C − 2015/18261]
[C − 2015/18261]
23 JUILLET 2015. — Arrêté ministériel modifiant l’arrêté ministériel du 29 mars 2013 relatif à la surveillance, aux contrôles phytosanitaires et aux mesures à prendre en ce qui concerne le matériel d’emballage en bois utilisé pour le transport de marchandises spécifiées en provenance de Chine
23 JULI 2015. — Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 29 maart 2013 betreffende het toezicht, de fytosanitaire controles en de te nemen maatregelen met betrekking tot het houten verpakkingsmateriaal dat gebruikt wordt voor het vervoer van specifieke goederen van oorsprong uit China
Le Ministre de l’Agriculture,
De Minister van Landbouw,
Vu la loi du 2 avril 1971 relative à la lutte contre les organismes nuisibles aux végétaux et aux produits végétaux, l’article 2, § 1er , 1, 5 et 8, modifié par l’arrêté royal du 22 février 2001, et §2, modifié par la loi du 27 décembre 2004;
Gelet op de wet van 2 april 1971 betreffende de bestrijding van voor planten en plantaardige producten schadelijke organismen, artikel 2, § 1, 1, 5 en 8, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 februari 2001, en § 2, gewijzigd bij de wet van 27 december 2004;
Vu l’arrêté royal du 10 août 2005 relatif à la lutte contre les organismes nuisibles aux végétaux et aux produits végétaux, l’article 6, remplacé par l’arrêté royal du 18 mai 2011, et l’article 23;
Gelet op het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 betreffende de bestrijding van voor planten en plantaardige producten schadelijke organismen, artikel 6, vervangen bij het koninklijk besluit van 18 mei 2011, en artikel 23;
Vu l’arrêté ministériel du 29 mars 2013 relatif à la surveillance, aux contrôles phytosanitaires et aux mesures à prendre en ce qui concerne le matériel d’emballage en bois utilisé pour le transport de marchandises spécifiées en provenance de Chine;
Gelet op het ministerieel besluit van 29 maart 2013 betreffende het toezicht, de fytosanitaire controles en de te nemen maatregelen met betrekking tot het houten verpakkingsmateriaal dat gebruikt wordt voor het vervoer van specifieke goederen van oorsprong uit China;
Vu l’arrêté ministériel du 30 avril 2015 modifiant l’arrêté ministériel du 29 mars 2013 relatif à la surveillance, aux contrôles phytosanitaires et aux mesures à prendre en ce qui concerne le matériel d’emballage en bois utilisé pour le transport de marchandises spécifiées en provenance de Chine;
Gelet op het ministerieel besluit van 30 april 2015 tot wijziging van het ministerieel besluit van 29 maart 2013 betreffende het toezicht, de fytosanitaire controles en de te nemen maatregelen met betrekking tot het houten verpakkingsmateriaal dat gebruikt wordt voor het vervoer van specifieke goederen van oorsprong uit China;
Vu les lois sur le Conseil d’Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, l’article 3, § 1er;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, artikel 3, § 1;
Vu l’urgence;
Gelet op de hoogdringendheid;
Considérant le fait que les mesures de contrôle renforcées visées au présent arrêté sont entrées en vigueur sur l’ensemble du territoire de l’Union européenne à partir du 1er avril 2015 et qu’il est, dès lors, indispensable que ces mêmes mesures soient appliquées sur le territoire national faute de quoi les opérateurs concernés pourraient réorienter les flux de marchandises spécifiées vers les points d’entrée frontaliers belges avec pour conséquence une augmentation proportionnelle des risques d’introduction d’organismes nuisibles en Belgique, Arrête :
Overwegende het feit dat versterkte controlemaatregelen bedoeld in onderhavig besluit in werking zijn getreden op het hele grondgebied van de Europese Unie vanaf 1 april 2015 en dat het derhalve noodzakelijk is dat dezelfde maatregelen worden toegepast op het nationale grondgebied zoniet kunnen de betrokken operatoren de stromen van specifieke goederen verleggen naar de Belgische grenspunten van binnenkomst met als gevolg een proportionele verhoging van risico’s op insleep van schadelijke organismen in België, Besluit :
Article 1er. Dans l’arrêté ministériel du 29 mars 2013 relatif à la surveillance, aux contrôles phytosanitaires et aux mesures à prendre en ce qui concerne le matériel d’emballage en bois utilisé pour le transport de marchandises spécifiées en provenance de Chine, l’annexe est remplacée par l’annexe jointe au présent arrêté.
Artikel 1. In het ministerieel besluit van 29 maart 2013 betreffende het toezicht, de fytosanitaire controles en de te nemen maatregelen met betrekking tot het houten verpakkingsmateriaal dat gebruikt wordt voor het vervoer van specifieke goederen van oorsprong uit China, wordt de bijlage vervangen door de bijlage die bij onderhavig besluit is gevoegd.
Art. 2. Dans l’article 5 du même arrêté, les mots « 1er avril 2015 » sont remplacés par les mots « 1er avril 2017 ».
Art. 2. In artikel 5 van hetzelfde besluit worden de woorden “1 april 2015” vervangen door de woorden “1 april 2017”.
Art. 3. L’arrêté ministériel du 30 avril 2015 modifiant l’arrêté ministériel du 29 mars 2013 relatif à la surveillance, aux contrôles phytosanitaires et aux mesures à prendre en ce qui concerne le matériel d’emballage en bois utilisé pour le transport de marchandises spécifiées en provenance de Chine est abrogé.
Art. 3. Het ministerieel besluit van 30 april 2015 tot wijziging van het ministerieel besluit van 29 maart 2013 betreffende het toezicht, de fytosanitaire controles en de te nemen maatregelen met betrekking tot het houten verpakkingsmateriaal dat gebruikt wordt voor het vervoer van specifieke goederen van oorsprong uit China wordt opgeheven.
Art. 4. Le présent arrêté produit ses effets le 30 mars 2015.
Art. 4. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 30 maart 2015.
Bruxelles, le 23 juillet 2015.
Brussel, 23 juli 2015.
W. BORSUS
W. BORSUS
50801
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Annexe de l’arrêté ministériel du 23 juillet 2015 modifiant l’arrêté ministériel du 29 mars 2013 relatif à lasurveillance, aux contrôles phytosanitaires et aux mesures à prendre en ce qui concerne le matériel d’emballage en bois utilisé pour le transport de marchandises spécifiées en provenance de Chine Annexe de l’arrêté ministériel du 29 mars 2013 relatif à la surveillance, aux contrôles phytosanitaires et aux mesures à prendre en ce qui concerne le matériel d’emballage en bois utilisé pour le transport de marchandises spécifiées en provenance de Chine MARCHANDISES SPÉCIFIÉES Code de la nomenclature combinée
Description
Fréquence des contrôles phytosanitaires (%)
2514 00 00
Ardoise, même dégrossie ou simplement débitée, par sciage ou autrement, en blocs ou en plaques de forme carrée ou rectangulaire
15
2515
Marbres, travertins, écaussines et autres pierres calcaires de taille ou de construction d’une densité apparente égale ou supérieure à 2,5, et albâtre, même dégrossis ou simplement débités, par sciage ou autrement, en blocs ou en plaques de forme carrée ou rectangulaire
15
2516
Granit, porphyre, basalte, grès et autres pierres de taille ou de construction, même dégrossis ou simplement débités, par sciage ou autrement, en blocs ou en plaques de forme carrée ou rectangulaire
15
6801 00 00
Pavés, bordures de trottoirs et dalles de pavage, en pierres naturelles (autres que l’ardoise)
15
6802
Pierres de taille ou de construction (autres que l’ardoise) travaillées et ouvrages en ces pierres, à l’exclusion de ceux du n° 6801; cubes, dés et articles similaires pour mosaïques, en pierres naturelles (y compris l’ardoise), même sur support; granulés, éclats et poudres de pierres naturelles (y compris l’ardoise), colorés artificiellement
15
6803 00
Ardoise naturelle travaillée et ouvrages en ardoise naturelle ou agglomérée (ardoisine)
15
6908
Carreaux et dalles de pavement ou de revêtement, vernissés ou émaillés, en céramique; cubes, dés et articles similaires pour mosaïques, vernissés ou émaillés, en céramique, même sur support
15
7210
Produits laminés plats, en fer ou en aciers non alliés, d’une largeur de 600 mm ou plus, laminés à chaud, non plaqués ni revêtus
15
Vu pour être annexé à l’arrêté ministériel du 29 mars 2013 relatif à la surveillance, aux contrôles phytosanitaires et aux mesures à prendre en ce qui concerne le matériel d’emballage en bois utilisé pour le transport de marchandises spécifiées en provenance de Chine Vu pour être annexé à l’arrêté ministériel du 23 juillet 2015 modifiant l’arrêté ministériel du 29 mars 2013 relatif à la surveillance, aux contrôles phytosanitaires et aux mesures à prendre en ce qui concerne le matériel d’emballage en bois utilisé pour le transport de marchandises spécifiées en provenance de Chine Le Ministre de l’Agriculture, W. BORSUS
Bijlage van het ministerieel besluit van 23 juli 2015 tot wijziging van het ministerieel besluit van 29 maart 2013 betreffende het toezicht, de fytosanitaire controles en de te nemen maatregelen met betrekking tot het houten verpakkingsmateriaal dat gebruikt wordt voor het vervoer van specifieke goederen van oorsprong uit China Bijlage van het ministerieel besluit van 29 maart 2013 betreffende het toezicht, de fytosanitaire controles en de te nemen maatregelen met betrekking tot het houten verpakkingsmateriaal dat gebruikt wordt voor het vervoer van specifieke goederen van oorsprong uit China SPECIFIEKE GOEDEREN Code van de gecombineerde nomenclatuur
Omschrijving
Frequentie van fytosanitaire controles (%)
2514 00 00
Leisteen, ook indien enkel kantrecht behouwen, dan wel in blokken of in platen van vierkante of rechthoekige vorm, verkregen door zagen, door splijten of op dergelijke wijze
15
2515
Marmer, travertijn, ecaussine en andere kalksteen voor de steenhouwerij of voor het bouwbedrijf, met een schijnbare dichtheid van 2,5 of meer, en albast, ook indien enkel kantrecht behouwen dan wel in blokken of in platen van vierkante of rechthoekige vorm, verkregen door zagen, door splijten of op dergelijke wijze
15
2516
Graniet, porfier, basalt, zandsteen en andere natuursteen voor de steenhouwerij of voor het bouwbedrijf, ook indien enkel kantrecht behouwen dan wel in blokken of in platen van vierkante of rechthoekige vorm, verkregen door zagen, door splijten of op dergelijke wijze
15
50802
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
Code van de gecombineerde nomenclatuur
Frequentie van fytosanitaire controles (%)
Omschrijving
6801 00 00
Stenen voor bestrating, alsmede plaveien en trottoirbanden, van natuursteen (andere dan leisteen)
15
6802
Werken van steen (andere dan leisteen), bewerkte steen daaronder begrepen, andere dan bedoeld bij post 6801; blokjes en dergelijke artikelen voor mozaïeken, van natuursteen (leisteen daaronder begrepen), ook indien op een drager; korrels, splinters (scherven) en poeder, van natuursteen (leisteen daaronder begrepen), kunstmatig gekleurd
15
6803 00
Werken van leisteen of van samengekit leigruis, bewerkte leisteen daaronder begrepen
15
6908
Plavuizen, vloer- en wandtegels, verglaasd of geglazuurd, van keramische stoffen; blokjes en dergelijke artikelen voor mozaïeken, verglaasd of geglazuurd, van keramische stoffen, ook indien op een drager
15
7210
Gewalste platte producten, van ijzer of van niet-gelegeerd staal, met een breedte van 600 mm of meer, geplateerd of bekleed
15
Gezien om gevoegd te worden bij het ministerieel besluit van 29 maart 2013 betreffende het toezicht, de fytosanitaire controles en de te nemen maatregelen met betrekking tot het houten verpakkingsmateriaal dat gebruikt wordt voor het vervoer van specifieke goederen van oorsprong uit China Gezien om gevoegd te worden bij het ministerieel besluit van 23 juli 2015 tot wijziging van het ministerieel besluit van 29 maart 2013 betreffende het toezicht, de fytosanitaire controles en de te nemen maatregelen met betrekking tot het houten verpakkingsmateriaal dat gebruikt wordt voor het vervoer van specifieke goederen van oorsprong uit China. De Minister van Landbouw, W. BORSUS
* AGENCE FEDERALE POUR LA SECURITE DE LA CHAINE ALIMENTAIRE
FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN
[C − 2015/18262]
[C − 2015/18262]
27 JUILLET 2015. — Décision de l’Agence fédérale pour la Sécurité de la Chaîne alimentaire portant agrément de laboratoires d’analyse dans le cadre de ses missions de contrôle
27 JULI 2015. — Beslissing van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen tot erkenning van analyselaboratoria in samenhang met zijn controleopdrachten
L’Agence fédérale pour la Sécurité de la Chaîne alimentaire,
Het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen,
Vu l’arrêté royal du 22 février 2001 organisant les contrôles effectués par l’Agence fédérale pour la Sécurité de la Chaîne alimentaire et modifiant diverses dispositions légales, notamment l’article 3, § 5;
Gelet op het koninklijk besluit van 22 februari 2001 houdende organisatie van de controles die worden verricht door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen en tot wijziging van diverse wettelijke bepalingen, inzonderheid op artikel 3, § 5;
Vu l’arrêté royal du 3 août 2012 relatif à l’agrément des laboratoires qui effectuent des analyses en rapport avec la sécurité de la chaîne alimentaire, notamment l’article 2, 2°;
Gelet op het koninklijk besluit van 3 augustus 2012 betreffende de erkenning van de laboratoria die analyses uitvoeren in verband met de veiligheid van de voedselketen, inzonderheid op artikel 2, 2°;
Vu l’arrêté royal du 31 janvier 2006 portant création du système BELAC d’accréditation des organismes d’évaluation de la conformité;
Gelet op het koninklijk besluit van 31 januari 2006 tot oprichting van het BELAC accreditatiesysteem van instellingen voor de conformiteitsbeoordeling;
Considérant que le laboratoire repris en annexe satisfait aux conditions fixées aux articles 4 et 5 de l’arrêté royal du 3 août 2012 précité;
Overwegende dat het in de bijlage vermelde laboratorium voldoet aan de voorwaarden die zijn vastgelegd in artikelen 4 en 5 van bovenvermeld koninklijk besluit van 3 augustus 2012;
Considérant que le laboratoire repris en annexe a obtenu une accréditation en application du système français d’accréditation « Cofrac » avec lequel le système belge d’accréditation BELAC a un accord de reconnaissance mutuelle,
Overwegende dat het in de bijlage vermelde laboratorium een accreditatie heeft verkregen bij toepassing van het Franse accreditatiesysteem “Cofrac” waarmee het Belgische accreditatiesysteem BELAC een akkoord van wederzijdse erkenning heeft,
Décide : Article 1er. Le laboratoire repris en annexe est agréé pour effectuer les analyses et les contre-analyses effectuées en exécution de l’arrêté royal du 22 février 2001 organisant les contrôles effectués par l’Agence fédérale pour la Sécurité de la Chaîne alimentaire et modifiant diverses dispositions légales et/ou en application de la loi du 15 juillet 1985 relative à l’utilisation de substances à effet hormonal, à effet antihormonal, à effet bêta-adrénergique ou à effet stimulateur de production chez les animaux conformément au champ d’application du certificat d’accréditation en vigueur au moment de l’analyse.
Beslist : Artikel 1. Het in de bijlage vermelde laboratorium wordt erkend voor het verrichten van de analyses en tegenanalyses ter uitvoering van het koninklijk besluit van 22 februari 2001 houdende organisatie van de controles die worden verricht door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen en tot wijziging van diverse wettelijke bepalingen en/of bij toepassing van de wet van 15 juli 1985 betreffende het gebruik bij dieren van stoffen met hormonale, anti-hormonale, beta-adrenergische of productie-stimulerende werking, in overeenstemming met de scope van het op het tijdstip van de analyse geldige accreditatiecertificaat.
50803
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD La liste des laboratoires agréés est publiée sur le site internet de l’Agence fédérale pour la Sécurité de la Chaîne alimentaire (www.afsca.be).
De lijst van erkende laboratoria wordt gepubliceerd op de website van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (www.favv.be).
Art. 2. L’agrément est valable à partir du 1er août 2015.
Art. 2. De erkenning is geldig vanaf 1 augustus 2015.
Bruxelles, le 27 juillet 2015.
Brussel, 27 juli 2015.
L’Administrateur délégué, H. DIRICKS
De gedelegeerd bestuurder, H. DIRICKS
ANNEXE
BIJLAGE
Laboratoire PHYTOCONTROL rue Philippe Maupas 180 30035 Nîmes France Certificat d’accréditation n° 1-1904 (COFRAC) Vu pour être annexé à la décision du 27 juillet 2015 de l’Agence fédérale pour la Sécurité de la Chaîne alimentaire portant agrément de laboratoires d’analyse dans le cadre de ses missions de contrôle.
Laboratoire PHYTOCONTROL rue Philippe Maupas 180 30035 Nîmes Frankrijk Accreditatiecertificaat nr. 1-1904 (COFRAC) Gezien om gevoegd te worden bij de beslissing van 27 juli 2015 van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen tot erkenning van analyselaboratoria in samenhang met zijn controleopdrachten. De gedelegeerd bestuurder, H. DIRICKS
L’Administrateur délégué, H. DIRICKS
GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN
VLAAMSE GEMEENSCHAP — COMMUNAUTE FLAMANDE VLAAMSE OVERHEID [C − 2015/35995] 3 JULI 2015. — Decreet tot invoering van de kilometerheffing en stopzetting van de heffing van het eurovignet en tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 in dat verband (1) Het Vlaams Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : Decreet tot invoering van de kilometerheffing en stopzetting van de heffing van het eurovignet en tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 in dat verband
HOOFDSTUK 1. — Inleidende bepalingen Artikel 1. Dit decreet regelt een gewestaangelegenheid. Art. 2. Dit decreet voorziet in : 1° de omzetting van richtlijn 1999/62/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 1999 betreffende het in rekening brengen van het gebruik van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan zware voertuigen; 2° de gedeeltelijke omzetting van richtlijn 2004/52/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer in de Gemeenschap. Art. 3. De definities, vermeld in artikel 1.1.0.0.2, eerste en vijfde lid, van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013, zijn van toepassing in dit decreet. In dit decreet wordt verstaan onder : 1° samenwerkingsakkoord van 31 januari 2014 : het samenwerkingsakkoord van 31 januari 2014 tussen het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de invoering van de kilometerheffing op het grondgebied van de drie gewesten en tot oprichting van een publiekrechtelijk vormgegeven Interregionaal Samenwerkingsverband Viapass onder de vorm van een gemeenschappelijke instelling zoals bedoeld in artikel 92bis, § 1, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen; 2° tolheffende instantie : het gewest in geval van de kilometerheffing als belasting op de niet-geconcedeerde wegen of de concessiehouder in geval van de kilometerheffing als concessietolgeld op de geconcedeerde wegen.
50804
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD HOOFDSTUK 2. — De kilometerheffing Afdeling 1. — Organieke omkadering Art. 4. § 1. Het is verboden om de diensten, vermeld in artikel 6, § 1, in het tolgebied van een tolheffende instantie te leveren zonder daarvoor vanwege de tolheffende instantie de toelating te hebben gekregen. § 2. De tolheffende instantie verleent, zonder onderscheid, de toelating, vermeld in paragraaf 1, aan de publiekrechtelijke of privaatrechtelijke dienstverleners die, wat de in België gevestigde dienstverleners betreft, zijn geregistreerd door Viapass conform artikel 19, § 3, 1°, van het samenwerkingsakkoord van 31 januari 2014, dan wel in een andere staat van de Europese Economische Ruimte zijn geregistreerd en met de tolheffende instantie een overeenkomst hebben gesloten die de algemene voorwaarden bevat, zoals die zijn beschreven in de tolgebiedverklaring met betrekking tot de wegen die behoren tot het tolgebied van de tolheffende instantie. De tolgebiedverklaring bevat in ieder geval de rechten en verplichtingen van de dienstverlener, vermeld in artikel 6, § 2 en § 3, artikel 7 tot en met 9, en artikel 3.3.1.0.11 en 3.3.1.0.13, § 4, van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013. In deze paragraaf wordt verstaan onder : 1° tolgebied : een deel van het wegennet met inbegrip van structuren zoals een tunnel, een brug of een veerboot, waarvoor door een tolheffende instantie kilometerheffing wordt geïnd of waarop kilometerheffing kan geïnd worden maar het tarief nul eurocent bedraagt; 2° tolgebiedverklaring : een verklaring waarmee een tolheffende instantie de algemene voorwaarden bepaalt, vermeld in artikel 5, tweede lid, van de beschikking 2009/750/EEG van de Commissie van 6 oktober 2009 tot definiëring van de Europese elektronische tolheffingsdienst en de bijhorende technische onderdelen, en waaraan de dienstverleners moeten voldoen om toegang tot het betrokken tolgebied te verkrijgen. Art. 5. De single service provider is ertoe verplicht om, zonder onderscheid, met elke houder van een voertuig die hem erom verzoekt, een dienstverleningsovereenkomst te sluiten. In het eerste lid wordt verstaan onder single service provider : de dienstverlener waarmee ter uitvoering van de overeenkomst betreffende de realisatie van een gezamenlijke opdracht, als vermeld in artikel 38 van de wet van 15 juni 2006 betreffende overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten, een DBFMO-overeenkomst wordt gesloten en die, onder zijn verantwoordelijkheid de vaste en mobiele handhavingsapparatuur ter beschikking stelt aan de gewesten die belast zijn met de handhaving van de kilometerheffing. Art. 6. § 1. De dienstverleningsovereenkomst moet minimaal de volgende diensten, die de dienstverlener verstrekt, omvatten : 1° de afgifte van een elektronische registratievoorziening die in het voertuig moet worden geplaatst, en die beantwoordt aan de vereisten van de regelgeving die van toepassing is, met inbegrip van de gebruiksaanwijzing ervan. De dienstverlener kan voor het gebruik van een elektronische registratievoorziening van de houder van het voertuig een waarborg vragen die in redelijke verhouding staat tot de kostprijs van de elektronische registratievoorziening; 2° het verzenden en ontvangen van een draadloos overgebracht signaal vanuit een daarvoor geschikte elektronische registratievoorziening, die alle gegevens bevat die vereist zijn voor het vaststellen van de verschuldigde kilometerheffing; 3° in voorkomend geval, de tijdige melding van het ontoereikend worden van het gegarandeerde betaalmiddel; 4° de verzending aan het Vlaamse Gewest van de aangifte, vermeld in artikel 9; 5° de storting van de kilometerheffing, verschuldigd door de houder van het voertuig, aan het Vlaamse Gewest; 6° de periodieke verzending, zo mogelijk op elektronische wijze, van het betalingsdocument met de bedragen die door de houder van het voertuig voor die periode zijn verschuldigd waarbij een onderscheid moet worden gemaakt tussen : a) het totaalbedrag van de kilometerheffing, het bedrag van de infrastructuurheffing en desgevallend het bedrag van de externekostenheffing; b) in voorkomend geval, de kosten van de diensten van de dienstverlener voor optionele aanvullende diensten die de dienstverlener heeft verstrekt. Deze kosten kunnen geen betrekking hebben op de diensten, vermeld onder punt 1° tot en met 5°; c)
in voorkomend geval, het saldo na aftrek van de met gegarandeerde betaalmiddelen betaalde bedragen.
7° de periodieke verzending, zo mogelijk op elektronische wijze, van een ontvangstbewijs met vermelding van het totaalbedrag van de kilometerheffing, het bedrag van de infrastructuurheffing en desgevallend het bedrag van de externekostenheffing. Het betalingsdocument, vermeld in het eerste lid, 6°, moet de volgende gegevens bevatten : 1° de wijze waarop de houder van het voertuig het betalingsdocument kan betwisten, alsook de termijn waarin dat moet gebeuren; 2° tenzij de houder van het voertuig anders beslist, ten minste het tijdstip en de plaats van de heffing, alsook de voor de houder van het voertuig relevante samenstelling van de heffing. Op verzoek van de houder van verschillende voertuigen, verzendt de dienstverlener één betalingsdocument voor alle betrokken voertuigen.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD § 2. De dienstverleningsovereenkomst moet ook de volgende vermeldingen bevatten : 1° de identiteit en de contactgegevens van de houder van het voertuig; 2° het kentekennummer van het voertuig in kwestie, alsook het maximaal toegestane totaalgewicht en de EURO-emissieklasse ervan; 3° de rechten en verplichtingen van de houder van het voertuig en de dienstverlener zoals opgelegd in artikel 5 tot en met 9 en artikel 3.3.1.0.11, 3.3.1.0.13 en 3.5.3.0.2, tweede lid, van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013; 4° de melding van de afgifte van de elektronische registratievoorziening met de bijbehorende gebruiksaanwijzing; 5° de ontvangstmelding van de voor de elektronische registratievoorziening gestorte waarborgsom; 6° de vermelding of een gegarandeerd betaalmiddel vereist is; 7° de wijze waarop om betaling wordt verzocht, conform de vereisten van paragraaf 1, eerste lid, 6°, en tweede lid; 8° de wijze waarop de dienstverlener door de houder van het voertuig verrichte onverschuldigde betalingen terugstort; 9° de wijze waarop de overeenkomst kan worden beëindigd. Voor de toepassing van het eerste lid, 2°, wordt, in geval van een samenstel van voertuigen, het kentekennummer van het motorvoertuig bedoeld. Art. 7. § 1. Binnen het kader van de dienstverleningsovereenkomst int de dienstverlener in naam en voor rekening van de tolheffende instantie de verschuldigde heffing bij de houder van het voertuig waarmee hij de overeenkomst is aangegaan. De dienstverlener reikt aan de houder van het voertuig een betalingsdocument uit van de bedragen die door de houder van het voertuig voor die periode zijn verschuldigd conform artikel 6, § 1, eerste lid, 6°. § 2. De dienstverlener stort de door de houder verschuldigde heffing aan de tolheffende instantie. Door het sluiten van de dienstverleningsovereenkomst en zolang die bestaat en de schorsing van de uitvoering ervan door de dienstverlener niet is meegedeeld aan de tolheffende instantie, kan de door de houder van het voertuig verschuldigde heffing waarop de overeenkomst betrekking heeft, alleen worden ingevorderd bij de dienstverlener voor zover het bedrag van de verschuldigde heffing per houder van het voertuig kan worden bepaald. Zonder afbreuk te doen aan de contractuele verplichtingen van de dienstverlener jegens de tolheffende instantie, is de verschuldigde heffing alleen invorderbaar bij de dienstverlener als het bedrag van de verschuldigde heffing per houder van het voertuig kan worden bepaald. Art. 8. Om de inning van de kilometerheffing te verzekeren, kan de dienstverlener in de dienstverleningsovereenkomst de houder van het voertuig de verplichting opleggen een gegarandeerd betaalmiddel ter beschikking te stellen. Art. 9. De dienstverlener doet dagelijks aangifte aan de tolheffende instantie door middel van een elektronisch databestand. De dagelijkse aangifteplicht geldt ook in die gevallen waarin voor een voertuig geen kilometers zijn geregistreerd. Art. 10. § 1. De bevoegde personeelsleden van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest en het Waalse Gewest worden gemachtigd om, namens en voor rekening van het Vlaamse Gewest, de overeenkomstig de bepalingen van titel 2, hoofdstuk 4, van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 opgelegde administratieve geldboete te innen naar aanleiding van een wegcontrole op het grondgebied van hun gewest. § 2. Wanneer bij de controle op de weg blijkt dat er in hoofde van de houder van het voertuig in kwestie niet-betaalde administratieve geldboeten bestaan voor een of meerdere van de andere gewesten, dan int het bevoegde personeelslid ook al die openstaande administratieve geldboeten. Het bedrag van de administratieve geldboeten dat betrekking heeft op overtredingen gepleegd in een ander gewest, wordt onverwijld en integraal doorgestort aan het gewest in kwestie. Afdeling 2. — Fiscale bepalingen in de Vlaamse Codex Fiscaliteit Art. 11. In artikel 1.1.0.0.2 van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013, gewijzigd bij het decreet van 19 december 2014 tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid wordt een punt 5°/1 ingevoegd, dat luidt als volgt : “5°/1 decreet Kilometerheffing : decreet van 3 juli 2015 tot invoering van de kilometerheffing en de stopzetting van de heffing van het eurovignet en tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit in dat verband;”; 2° in het eerste lid worden de punten 7°/1, 7°/2 en 7°/3 ingevoegd, die luiden als volgt : “7°/1 dienstverlener : elke door een tolheffende instantie, vermeld in artikel 4, tweede lid, 2°, van het decreet Kilometerheffing op haar tolgebied, vermeld in artikel 5, § 2, derde lid, 1°, van het decreet Kilometerheffing toegelaten juridische entiteit die een dienst aanbiedt van facturatie aan gebruikers, inning en afdracht aan de gewesten van de kilometerheffing op basis van gegevens die geregistreerd zijn door een elektronische registratievoorziening; 7°/2 dienstverleningsovereenkomst : de overeenkomst tussen de houder van een voertuig en een dienstverlener naar zijn keuze, die voorafgaand aan het gebruik van enige weg voor dat voertuig moet worden gesloten; 7°/3 elektronische registratievoorziening : de elektronische boordapparatuur bestemd voor de plaatsbepaling van het voertuig waarin de boordapparatuur is geplaatst, die, al dan niet met behulp van elektronische apparatuur op afstand, data uitwisselt om te komen tot de registratie van afgelegde kilometers, alsook tot de berekening van de kilometerheffing op die geregistreerde afstand;”;
50805
50806
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD 3° in het eerste lid wordt punt 10° vervangen door wat volgt : “10° eurovignet : de belasting die tot en met de inwerkingtreding van het decreet van 3 juli 2015 tot invoering van de kilometerheffing en de stopzetting van de heffing van het eurovignet en tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 in dat verband geheven werd overeenkomstig de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten en conform de toenmalige bepalingen van titel 2, hoofdstuk 4, van deze codex;”; 4° in het eerste lid wordt een punt 11°/1 ingevoegd, dat luidt als volgt : “11°/1 kilometerheffing : de belasting die geheven wordt conform de bepalingen van titel 2, hoofdstuk 4, van deze codex;”; 5° het vijfde lid wordt vervangen door wat volgt : “In titel 2, hoofdstuk 4, wordt verstaan onder : 1° EURO-emissieklasse : de klasse gedefinieerd op basis van de emissiegrenswaarden, vermeld in bijlage 0 van richtlijn 1999/62/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 1999 betreffende het in rekening brengen van het gebruik van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan zware vrachtvoertuigen; 2° gegarandeerde betaalmiddel : het betaalmiddel waarmee de dienstverlener, vermeld in artikel 1.1.0.0.2, eerste lid, 7°/1, de kilometerheffing en, in voorkomend geval, de aan de houder van het voertuig gefactureerde inningskosten op het eerste verzoek kan innen, zonder verdere toelating van de houder van het voertuig en zonder dat die de betaling die met het betaalmiddel is verricht, kan annuleren; 3° kilometer : elke kilometer, afgerond op het hogere of lagere duizendste, naargelang het cijfer van de tienduizendsten al of niet vijf bereikt; 4° niet-geconcedeerde weg : de weg of het gedeelte van de weg waarvan het beheer niet in concessie is gegeven; 5° Viapass : het publiekrechtelijk vormgegeven interregionaal samenwerkingsverband in de vorm van een gemeenschappelijke instelling als vermeld in artikel 92bis, § 1, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, vermeld in artikel 18 van het samenwerkingsakkoord van 31 januari 2014 tussen het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de invoering van de kilometerheffing op het grondgebied van de drie gewesten en tot oprichting van een publiekrechtelijk vormgegeven Interregionaal Samenwerkingsverband Viapass onder de vorm van een gemeenschappelijke instelling zoals bedoeld in artikel 92bis, § 1, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen; 6° voertuig : een motorvoertuig of een samenstel van voertuigen, bedoeld of gebruikt, al dan niet uitsluitend, voor het vervoer over de weg van goederen, waarvan het maximaal toegestane totaalgewicht meer dan 3,5 ton bedraagt; 7° weg : de landwegen en de aanhorigheden ervan.”. Art. 12. In artikel 2.2.4.0.1 van hetzelfde decreet wordt paragraaf 6 vervangen door wat volgt : “§ 6. Voor de motorvoertuigen of de samengestelde voertuigen, bestemd voor het vervoer van goederen, waarvan het maximaal toegestane totaalgewicht 3,5 ton overschrijdt, maar minder bedraagt dan 12 ton, bedraagt de belasting 0 euro. Voor de motorvoertuigen of de samengestelde voertuigen, bestemd voor het vervoer van goederen, waarvan het maximaal toegestane totaalgewicht 12 ton of meer bedraagt, wordt de belasting, afhankelijk van het aantal assen van het voertuig en de aard van de ophanging, berekend volgens de volgende bepalingen en tabellen : 1° voor de alleenrijdende motorvoertuigen is het in aanmerking te nemen maximaal toegestane totaalgewicht (MTT) voor de toepassing van onderstaande tabel het eigen maximaal toegestane totaalgewicht van het motorvoertuig; MOTORVOERTUIGEN aantal assen en MTT (in ton)
Gelijk aan of meer dan
minder dan
tarief (in euro/jaar) luchtvering of als gelijkwaardig erkende vering (*) van de aangedreven as(sen)
andere ophangsystemen van de aangedreven as(sen)
2 assen 12
13
0
31
13
14
31
86
14
15
86
121
121
274
31
54
15 3 assen 15
17
17
19
54
111
19
21
111
144
21
23
144
222
23
25
222
345
50807
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD aantal assen en MTT (in ton)
Gelijk aan of meer dan
minder dan
tarief (in euro/jaar) luchtvering of als gelijkwaardig erkende vering (*) van de aangedreven as(sen)
andere ophangsystemen van de aangedreven as(sen)
222
345
25 4 assen 23
25
144
146
25
27
146
228
27
29
228
362
29
31
31
362
537
362
537
(*) Als gelijkwaardig erkende vering volgens de definitie in bijlage II bij richtlijn 96/53/EG van de Raad van 25 juli 1996 houdende vaststelling, voor bepaalde aan het verkeer binnen de Gemeenschap deelnemende wegvoertuigen, van de in het nationale en internationale verkeer maximaal toegestane afmetingen, en van de in het internationale verkeer toegestane gewichten (PB L 235 van 17.9.1996, blz. 59).
2° voor de samengestelde voertuigen is het in aanmerking te nemen maximaal toegestane totaalgewicht (MTT) voor de toepassing van onderstaande tabel de som van het eigen maximaal toegestane totaalgewicht van de voertuigen die deel uitmaken van het samenstel. COMBINATIES (GELEDE VOERTUIGEN EN SAMENSTELLEN) aantal assen en MTT (in ton)
Gelijk aan of meer dan
minder dan
tarief (in euro/jaar) luchtvering of als gelijkwaardig erkende vering (*) van de aangedreven as(sen)
andere ophangsystemen van de aangedreven as(sen)
2 + 1 assen 12
14
0
0
14
16
0
0
16
18
0
14
18
20
14
32
20
22
32
75
22
23
75
97
23
25
97
175
175
307
25 2 + 2 assen 23
25
30
70
25
26
70
115
26
28
115
169
28
29
169
204
29
31
204
335
31
33
335
465
33
36
36
465
706
465
706
370
515
515
700
2 + 3 assen 36 38
38
50808
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD aantal assen en MTT (in ton)
Gelijk aan of meer dan
minder dan
tarief (in euro/jaar) luchtvering of als gelijkwaardig erkende vering (*) van de aangedreven as(sen)
andere ophangsystemen van de aangedreven as(sen)
3 + 2 assen 36
38
327
454
38
40
454
628
628
929
40 3 + 3 assen 36
38
186
225
38
40
225
336
336
535
40
(*) Als gelijkwaardig erkende vering volgens de definitie in bijlage II bij richtlijn 96/53/EG van de Raad van 25 juli 1996 houdende vaststelling, voor bepaalde aan het verkeer binnen de Gemeenschap deelnemende wegvoertuigen, van de in het nationale en internationale verkeer maximaal toegestane afmetingen, en van de in het internationale verkeer toegestane gewichten (PB L 235 van 17.9.1996, blz. 59). De bedragen, vermeld in de tabellen in het tweede lid, omvatten reeds de opdeciem, vermeld in artikel 2.2.4.0.5, § 2, eerste lid.”. Art. 13. In titel 2 van hetzelfde decreet wordt het opschrift van hoofdstuk 4 vervangen door wat volgt : “Hoofdstuk 4. — Kilometerheffing”. Art. 14. Artikel 2.4.1.0.1 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : “Art. 2.4.1.0.1. Er wordt een kilometerheffing geheven op het gebruik dat een voertuig maakt van een niet-geconcedeerde weg.”. Art. 15. Artikel 2.4.1.0.2 van hetzelfde decreet wordt opgeheven. Art. 16. Artikel 2.4.2.0.1 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : “Art. 2.4.2.0.1. § 1. De belastingplichtige is degene die houder is van het voertuig. De houder van het voertuig is degene, hetzij : 1° op naam van wie het kenteken van het voertuig is ingeschreven bij de overheid die belast is met de inschrijving van de voertuigen; 2° op naam van wie het kenteken van het voertuig is ingeschreven bij het buitenlands geldende equivalent van de overheid die belast is met de inschrijving van de voertuigen; 3° die het voertuig, waarvoor geen kenteken is ingeschreven bij de overheid die belast is met de inschrijving van de voertuigen of zijn equivalent in het buitenland, feitelijk ter beschikking heeft. Voor de toepassing van het eerste lid wordt, in geval van een samenstel van voertuigen, het kenteken van het motorvoertuig bedoeld. § 2. In afwijking van paragraaf 1, eerste lid, kan de houder van het voertuig, als het voertuig door de houder ervan bestendig of gewoonlijk ter beschikking is gesteld van een derde door verhuur, leasing of een andere overeenkomst, die derde na hun gezamenlijk akkoord, aanwijzen als de houder van het voertuig. De initiële houder van het voertuig blijft solidair aansprakelijk voor de goede uitvoering van de verplichtingen van de vermelde derde. De Vlaamse Regering kan de voorwaarden, beperkingen en nadere regels van deze mogelijkheid bepalen.”. Art. 17. Artikel 2.4.3.0.1 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : “Art. 2.4.3.0.1. De heffing wordt vastgesteld op basis van het aantal kilometers die door een voertuig worden afgelegd en die geregistreerd worden conform artikel 3.3.1.0.13.”. Art. 18. Artikel 2.4.4.0.1 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : “Art. 2.4.4.0.1. De heffing wordt vastgesteld met behulp van de volgende berekeningsformule : ∑ Tz x Kz, z waarbij : 1° Tz = het tarief, vermeld in artikel 2.4.4.0.2, dat van toepassing is in een bepaalde tariefzone voor kilometers afgelegd in een welbepaalde rijrichting, op een welbepaald moment, uitgedrukt in eurocent/kilometer en dat rekening houdt met de kost van onderhoud van de infrastructuur en met de externe kosten; 2° Kz = het aantal aan te rekenen kilometers, vermeld in artikel 2.4.4.0.3, dat afgelegd wordt in elk van de tariefzones; 3° z = de onderscheiden tariefzones, vermeld in artikel 1.1.0.0.2, vijfde lid, 5°. Gezien het tarief Tz kan variëren in de tijd en naargelang de rijrichting, zal Kz afzonderlijk worden berekend voor elke waarde van Tz die tijdens het gebruik van het betreffende wegsegment voorkomt.
50809
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Voor de toepassing van deze afdeling wordt verstaan onder tariefzone : een begrensd wegsegment met een vast begin- en eindpunt waarop bij gebruik in een welbepaalde rijrichting op elk moment een eenduidig bepaald en afstandsgerelateerd tarief Tz van toepassing is.”. Art. 19. Artikel 2.4.4.0.2 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : “Art. 2.4.4.0.2. De hoogte van het tarief Tz, vermeld in artikel 2.4.4.0.1, 1°, uitgedrukt in eurocent wordt als volgt bepaald : Tz = F x (Bt + a X A + b X G + c X En + d X Et + e X Ep + f X Ex), waarbij : 1° F = factor, die 1 is voor de wegen of wegsegmenten, vermeld in punt 3°, die limitatief opgesomd zijn in bijlage 2, en 0 voor alle andere wegen of wegsegmenten; 2° Bt = basistarief van de heffing, met waarde 11,3 eurocent; 3° A = variatie in functie van wegtype W met een tarief dat hoger is dan nul eurocent, gedifferentieerd volgens de volgende tabel : wegtype (W)
A
autosnelwegen en autosnelwegenringen
0
overige gewestwegen met een tarief hoger dan nul eurocent
0
gemeentewegen met een tarief hoger dan nul eurocent
0
De wegen of wegsegmenten die onder een van de wegtypes, vermeld in de bovenstaande tabel, vallen, worden limitatief opgesomd in bijlage 2; 4° G = variatie in functie van gewichtsklasse van het voertuig, gedifferentieerd volgens de volgende tabel : maximaal toegestane totaalgewicht maximaal toegestane totaalgewicht hoger dan 3,5 ton enlager dan 12 ton maximaal toegestane totaalgewicht hoger dan of gelijk aan 12 ton en niet hoger dan of gelijk aan 32 ton maximaal toegestane totaalgewicht hoger dan 32 ton 5° 6° 7° 8°
G - 5,0 0 0,4
En = variatie in functie van de hoogte van de EURO-emissieklasse, vermeld in artikel 1.1.0.0.2, vijfde lid, 1; Et = variatie in functie van de tijd; Ep = variatie in functie van de plaats; Ex = toeslag in functie van de door het voertuig veroorzaakte externe kosten, in functie van de hoogte van de EURO-emissieklasse, gedifferentieerd volgens de volgende tabel :
EURO-emissieklasse
Ex
EURO 5 of EEV of hoger
1,1
EURO 4
3.2
EURO 3
6,3
overige EURO-emissieklassen
8,3
Vanaf 1 januari 2018 wordt volgende tabel toegepast : EURO-emissieklasse
Ex
EURO 6 of hoger
1,1
EURO 5 of EEV
2,1
EURO 4
3.2
EURO 3
6,3
overige EURO-emissieklassen
8,3
9° a, b, c, d, e, en f = factoren die een invloed uitoefenen op het gewicht van respectievelijk A, G, En, Et, Ep en Ex, waarbij a = 1, b = 1, c = 0, d = 0, e = 0, en f = 1. De Vlaamse Regering wordt ertoe gemachtigd om de wegenlijst in bijlage 2, vermeld in het eerste lid, 1°, aan te passen aan : 1° naamswijzigingen van de erin opgenomen wegen; 2° wijzigingen van de categorisering van de erin opgenomen wegen. De bedragen, vermeld in het eerste lid, worden met ingang van 1 juli 2017 op 1 juli van elk jaar geïndexeerd met behulp van de coëfficiënt die wordt verkregen door het algemene indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk, voor de maand mei van het lopende jaar te delen door het algemene indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk voor de maand mei van het jaar 2016. Daarbij worden de volgende afrondingen toegepast : 1° de coëfficiënt wordt afgerond op het hogere of lagere tienduizendste naargelang het cijfer van de honderdduizendsten al of niet vijf bereikt; 2° na de toepassing van de coëfficiënt wordt het verkregen bedrag afgerond op de hogere of lagere eurocent naargelang het cijfer van het duizendste al of niet vijf bereikt. Als de factor F, vermeld in het eerste lid, 1°, gelijk is aan 1, mag het tarief nooit lager zijn dan nul eurocent.”.
50810
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 20. Aan titel 2, hoofdstuk 4, afdeling 4, van hetzelfde decreet wordt een artikel 2.4.4.0.3 toegevoegd, dat luidt als volgt : “Art. 2.4.4.0.3. Het aantal aan te rekenen kilometers Kz, vermeld in artikel 2.4.4.0.1, eerste lid, 2°, wordt bepaald volgens de volgende formule : Kz = KM x (100% - C) waarbij : 1° KM = het aantal geregistreerde kilometers in de betreffende tariefzone waar op dat ogenblik een tarief Tz van toepassing is, gedurende een bepaalde kalenderdag; 2° C = een correctiefactor ter compensatie van eventueel onnauwkeurige registratie, met waarde 1,5%.”. Art. 21. Aan titel 2, hoofdstuk 4, afdeling 4, van hetzelfde decreet wordt een artikel 2.4.4.0.4 toegevoegd, dat luidt als volgt : “Art. 2.4.4.0.4. Op de kilometerheffing mogen geen opcentiemen worden geheven.”. Art. 22. Artikel 2.4.5.0.1 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : “Art. 2.4.5.0.1. Voorbehouden voor toekomstig gebruik.”. Art. 23. Artikel 2.4.6.0.1 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : “Art. 2.4.6.0.1. § 1. Er wordt in een vrijstelling van de heffing voorzien voor de voertuigen die : 1° in het Waalse Gewest of het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest overeenkomstig de aldaar geldende bepalingen zijn vrijgesteld van de heffing; 2° uitsluitend gebruikt worden voor en door defensie, bescherming burgerbevolking, brandweer en politie en als zodanig uiterlijk herkenbaar zijn; 3° speciaal en uitsluitend voor medische doeleinden zijn uitgerust en als zodanig uiterlijk herkenbaar zijn; 4° de aard hebben van een landbouw-, tuinbouw- of bosbouwvoertuig, die slechts in beperkte mate worden gebruikt op de openbare weg in België en die uitsluitend worden gebruikt voor landbouw, tuinbouw, visteelt en bosbouwwerkzaamheden. § 2. De vrijstellingen, vermeld in paragraaf 1, 2° tot en met 4°, kunnen alleen worden toegekend als ze worden aangevraagd voor het begin van het belastbare tijdperk en zullen pas uitwerking hebben vanaf het belastbare tijdperk dat volgt op de toekenning van de vrijstelling. § 3. Als het adres, vermeld in de persoonsgegevens van de houder van het voertuig op het kentekenbewijs van het voertuig, zoals vastgesteld krachtens de wetgeving betreffende de inschrijving van voertuigen, gelegen is op het grondgebied van het Vlaamse Gewest, vraagt de houder van een voertuig als vermeld in paragraaf 1, 2° tot en met 4°, de betreffende vrijstelling aan bij de bevoegde entiteit van de Vlaamse administratie. Als het voertuig niet beschikt over een kentekenbewijs als vermeld in het eerste lid, vraagt de houder van een voertuig als vermeld in paragraaf 1, 2° tot en met 4°, van wie het domicilie of de maatschappelijke zetel gelegen is op het grondgebied van het Vlaamse Gewest, de betreffende vrijstelling aan bij de bevoegde entiteit van de Vlaamse administratie. De houder van een voertuig als vermeld in paragraaf 1, 2° tot en met 4°, dat niet in België moet zijn ingeschreven, dient de betreffende vrijstelling aan te vragen bij Viapass. § 4. De vrijstellingen vermeld in paragraaf 1 blijven gelden tot niet langer aan de voorwaarden van dit artikel is voldaan. § 5. De bevoegde entiteit van de Vlaamse administratie maakt onmiddellijk aan Viapass de voertuigen kenbaar die van een vrijstelling genieten ingevolge dit artikel.”. Art. 24. Artikel 2.4.7.0.1 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : “Art. 2.4.7.0.1. De heffing wordt geheven in overeenstemming met artikel 3.3.2.0.1, eerste lid, 10°, en tweede lid, 6°.”. Art. 25. Artikel 2.4.7.0.2 van hetzelfde decreet wordt opgeheven. Art. 26. Aan artikel 3.2.2.0.1 van hetzelfde decreet wordt een vierde lid toegevoegd, dat luidt als volgt : “De boetes die worden opgelegd ingevolge overtredingen van de regelgeving inzake de kilometerheffing kunnen door de bevoegde entiteit van de Vlaamse administratie worden geïnd zonder toepassing van het eerste lid.”. Art. 27. Aan titel 3, hoofdstuk 3, afdeling 1, van hetzelfde decreet wordt een artikel 3.3.1.0.11 toegevoegd, dat luidt als volgt : “Art. 3.3.1.0.11. § 1. Tenzij het voertuig is vrijgesteld van de kilometerheffing, moet de houder van een voertuig als vermeld in artikel 1.1.0.0.2, vijfde lid, 6°, voorafgaand aan het gebruik van elke weg, voor dat voertuig met een dienstverlener naar keuze een dienstverleningsovereenkomst sluiten. De houder van een voertuig die de dienstverlener verzoekt om een dienstverleningsovereenkomst te sluiten, moet aan de dienstverlener alle voertuigdocumenten voorleggen die nodig zijn om het kenteken van het voertuig in kwestie, het maximaal toegestane totaalgewicht en de EURO-emissieklasse vast te stellen. Bij gebreke aan afdoend bewijs van het maximaal toegestane totaalgewicht van het voertuig, wordt het voertuig geacht een maximaal toegestaan totaalgewicht van hoger dan 32 ton te hebben. Bij gebreke aan afdoend bewijs van de EURO-emissieklasse van het voertuig, wordt het voertuig geacht te behoren tot de categorie ‘overige EURO-emissieklassen’, vermeld in de tabellen, opgenomen in artikel 2.4.4.0.2, eerste lid, 5° en 7°. De vermoedens, vermeld in het derde en vierde lid, worden toegepast tot die met afdoend bewijs worden weerlegd. Dat bewijs heeft evenwel geen invloed op de heffingen die verschuldigd zijn voor kilometers die zijn afgelegd vóór de verificatie van de gegevens uit het voorgelegde bewijsstuk door de dienstverlener.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD § 2. De dienstverlener kan de uitvoering van de dienstverleningsovereenkomst alleen schorsen in die gevallen waarin de houder van het voertuig of, in voorkomend geval, de bestuurder : 1° niet voldoet aan zijn betalingsverplichtingen jegens de dienstverlener, zoals die in de dienstverleningsovereenkomst zijn bepaald; 2° in voorkomend geval, geen of een ontoereikend gegarandeerd betaalmiddel ter beschikking heeft gesteld; 3° gebruikmaakt van de elektronische registratievoorziening op een wijze die strijdig is met de gebruiksaanwijzing die door de dienstverlener ter beschikking is gesteld; 4° nalaat een defect aan de elektronische registratievoorziening te melden; 5° de instructies van de dienstverlener niet opvolgt met het oog op de vervanging of de herstelling van de defecte elektronische registratievoorziening. De dienstverlener brengt de houder van het voertuig en de bevoegde entiteit van de Vlaamse administratie onmiddellijk op de hoogte van de schorsing van de uitvoering van de dienstverleningsovereenkomst.”. Art. 28. Aan titel 3, hoofdstuk 3, afdeling 1, van hetzelfde decreet wordt een artikel 3.3.1.0.13 toegevoegd, dat luidt als volgt : “Art. 3.3.1.0.13. § 1. De registratie van afgelegde kilometers, die nodig is voor de berekening van de kilometerheffing, wordt gedaan met behulp van een elektronische registratievoorziening. § 2. Tenzij het voertuig is vrijgesteld van de kilometerheffing, moet de houder van het voertuig voorafgaand aan het gebruik van elke weg ervoor zorgen dat het voertuig is uitgerust met de elektronische registratievoorziening die aan hem ter beschikking gesteld is. Als de bestuurder niet de houder van het voertuig is, rust op hem dezelfde verplichting als vermeld in het eerste lid. § 3. De bestuurder ziet er tijdens elk gebruik van een weg op toe dat de elektronische registratievoorziening, volgens de gegevens die de mens-machine-interface aangeeft, de afstand die het voertuig aflegt registreert. In het eerste lid wordt verstaan onder mens-machine-interface : ieder onderdeel van de elektronische registratievoorziening waarmee de elektronische registratievoorziening en de gebruiker ervan met elkaar communiceren, met inbegrip van, in voorkomend geval, de toetsen en het beeldscherm. § 4. De houder van het voertuig stelt zich onmiddellijk in verbinding met de dienstverlener in de volgende gevallen : 1° als de elektronische registratievoorziening signaleert dat het voertuig niet meer voldoet aan de bij deze codex of de uitvoeringsbesluiten ervan bepaalde vereisten; 2° als elk signaal door de elektronische registratievoorziening ontbreekt; 3° als hij het signaal ontvangt dat het ter beschikking gestelde gegarandeerde betaalmiddel ontoereikend is geworden. Als de bestuurder niet de houder van het voertuig is, rust op hem dezelfde verplichting als vermeld in het eerste lid. De dienstverlener geeft, waar nodig, instructies aan de bestuurder van het voertuig, waarbij die laatste ertoe gehouden is die instructies na te leven. Voor de toepassing van dit artikel wordt verstaan onder elektronische registratievoorziening : de elektronische boordapparatuur bestemd voor de plaatsbepaling van het voertuig waarin de boordapparatuur is geplaatst, die, al dan niet met behulp van elektronische apparatuur op afstand, data uitwisselt om te komen tot de registratie van afgelegde kilometers, alsook tot de berekening van de kilometerheffing op die geregistreerde afstand. De Vlaamse Regering bepaalt de instructies, vermeld in het derde lid.”. Art. 29. In artikel 3.3.2.0.1 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 19 december 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° aan het eerste lid wordt een punt 10° toegevoegd, dat luidt als volgt : “10° de kilometerheffing het kalenderjaar waarin de belasting verschuldigd is. Het begint op de kalenderdag waarop de kilometers worden afgelegd op de niet-geconcedeerde weg.”; 2° aan het tweede lid wordt een punt 6° toegevoegd, dat luidt als volgt : “6° de kilometerheffing gelijk aan de kalenderdag waarop de kilometers worden afgelegd op de niet-geconcedeerde weg.”. Art. 30. Aan artikel 3.3.3.0.1, § 2, van hetzelfde decreet wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt : “Voor de kilometerheffing kan de belasting worden geheven gedurende vijf jaar vanaf de kalenderdag waarop de kilometers worden afgelegd op de niet-geconcedeerde weg.”. Art. 31. Aan artikel 3.5.3.0.2 van hetzelfde decreet wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt : “De belastingschuldige moet het bevoegde personeelslid onmiddellijk op de hoogte brengen als niet langer aan de voorwaarden van de vrijstelling is voldaan.”. Art. 32. In artikel 3.10.3.1.1, § 2, tweede lid, wordt tussen de zinsnede “het eurovignet,” en de zinsnede “de leegstandsheffing bedrijfsruimten” de zinsnede “de kilometerheffing,” ingevoegd. Art. 33. Aan artikel 3.10.4.5.1 van hetzelfde decreet worden een tweede en derde lid toegevoegd, die luiden als volgt : “In geval van niet-betaling door de houder van het voertuig, vermeld in artikel 2.4.2.0.1, § 1, is degene die het voertuig feitelijk ter beschikking heeft hoofdelijk gehouden tot betaling van de kilometerheffing, onder voorbehoud van verhaal tegen de houder van het voertuig. Voor de toepassing van het tweede lid wordt de bestuurder van het voertuig beschouwd als een persoon die het voertuig ter beschikking heeft.”.
50811
50812
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 34. Artikel 3.13.2.0.1 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : “Art. 3.13.2.0.1. Voor de verkeersbelasting, de belasting op de inverkeerstelling, het eurovignet en de kilometerheffing houden de bevoegde personeelsleden toezicht op de naleving van de bepalingen van deze codex en de uitvoeringsbesluiten ervan met betrekking tot de voertuigen die zich op de openbare weg bevinden. Ze kunnen alle documenten die nuttig zijn voor de identificatie van het voertuig of vaartuig, van de bestuurder of houder doen voorleggen, alsook een ander document dat de betaling van de belasting bewijst. Ze zijn gemachtigd zonder enige bijstand de garages, de hangars en de berg- of aanmeerplaatsen te onderzoeken.”. Art. 35. In artikel 3.13.2.0.4 van hetzelfde decreet wordt paragraaf 1 vervangen door wat volgt : “§ 1. Als de niet-betaling van de verkeersbelasting, de belasting op de inverkeerstelling, het eurovignet of de kilometerheffing wordt vastgesteld op de openbare weg, moet de bestuurder van het voertuig dat aan een van die belastingen onderhevig is, de niet-betaalde belasting en de boete samen met de interesten en kosten op het ogenblik van de vaststelling van de overtreding betalen aan het bevoegde personeelslid, vermeld in artikel 3.13.2.0.3.”. Art. 36. In artikel 3.13.2.0.5 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het eerste lid wordt vervangen door wat volgt : “Als een overtreding van de bepalingen van deze codex met betrekking tot de verkeersbelasting, de belasting op de inverkeerstelling, het eurovignet of de kilometerheffing wordt geconstateerd, zal een proces-verbaal worden opgemaakt door het bevoegde personeelslid, vermeld in artikel 3.13.2.0.3. Het proces-verbaal vermeldt minstens de overtreding alsook de elementen die moeten toelaten de overtreder te identificeren.”; 2° er wordt een vierde lid toegevoegd, dat luidt als volgt : “Als de overtreder niet kan worden geïdentificeerd op de dag van de vaststelling van de overtreding begint de termijn van vijftien dagen, vermeld in het tweede lid, te lopen na de dag waarop het bevoegde personeelslid, vermeld in artikel 3.13.2.0.3, de overtreder met zekerheid kon identificeren.”. Art. 37. Artikel 3.15.3.0.11 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt : “Art. 3.15.3.0.11. Als de verkeersbelasting, de belasting op de inverkeerstelling of de kilometerheffing niet is betaald, kan de rechtbank de nummerplaat van het voertuig verbeurd verklaren en de teruggave ervan bevelen aan de overheid die belast is met de inschrijving van de voertuigen.”. Art. 38. Aan artikel 3.18.0.0.1, § 4, van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 19 december 2014, worden een tweede, een derde, een vierde en een vijfde lid toegevoegd, die luiden als volgt : ”Het eerste lid is niet van toepassing op de kilometerheffing. Voor de kilometerheffing kan slechts één administratieve geldboete van 1000 euro worden opgelegd voor het totaal van de administratieve inbreuken die gepleegd zijn met hetzelfde voertuig en vastgesteld zijn binnen hetzelfde ononderbroken tijdvak van drie uur vanaf de eerste vaststelling van de overtreding. Er wordt geen administratieve geldboete opgelegd voor iedere overtreding die werd begaan binnen een ononderbroken tijdvak van drie uren vanaf de vaststelling van een andere overtreding op de bepalingen van deze codex en de uitvoeringsbesluiten ervan of van de wetgeving van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest of het Waalse Gewest met betrekking tot de kilometerheffing, in zoverre de betrokken overtredingen werden begaan met hetzelfde voertuig en in zoverre een administratieve geldboete werd opgelegd voor de eerst begane overtreding. De administratieve geldboete, vermeld in het derde lid, wordt met ingang van 1 juli 2017 op 1 juli van elk jaar geïndexeerd met behulp van de coëfficiënt die wordt verkregen door het algemene indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk, voor de maand mei van het lopende jaar te delen door het algemene indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk voor de maand mei van het jaar 2016. Daarbij worden de volgende afrondingen toegepast : 1° de coëfficiënt wordt afgerond op het hogere of lagere tienduizendste naargelang het cijfer van de honderdduizendsten al of niet vijf bereikt; 2° na de toepassing van de coëfficiënt wordt het verkregen bedrag afgerond op de hogere of lagere euro naargelang het cijfer van het tiende al of niet vijf bereikt.”. Art. 39. Aan titel 5 van hetzelfde decreet wordt een artikel 5.0.0.0.12 toegevoegd, dat luidt als volgt : “Art. 5.0.0.0.12. Zodra de kilometerheffing, vermeld in artikel 1.1.0.0.2, eerste lid, 11°/1, geheven wordt, wordt voor de voertuigen die in België ingeschreven zijn of ingeschreven moeten zijn, op aanvraag van de belastingschuldige een evenredige teruggave van het eurovignet verleend voor de resterende dagen van de belastbare periode van het eurovignet. Op straffe van verval moet de aanvraag, vermeld in het eerste lid, uiterlijk drie maanden na de laatste dag van de belastbare periode van het eurovignet worden ingediend bij het bevoegde personeelslid.”.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 40. In hetzelfde decreet wordt het opschrift van de bijlage vervangen door wat volgt : “Bijlage 1. – Concordantietabellen”. Aan hetzelfde decreet wordt een bijlage 2 toegevoegd, die bij dit decreet is gevoegd. Art. 41. In de bijlage bij hetzelfde decreet worden in de concordantietabel 1, tabel 8, de volgende rijen geschrapt : Art. 2, eerste lid
Art. 2.4.1.0.1
Art. 2, tweede lid
Art. 1.1.0.0.4
Art. 2bis
Art. 2.4.1.0.2
Art. 2bis
Art. 2.4.4.0.2
Art. 3, eerste lid
Art. 2.4.1.0.1
Art. 3, tweede lid
Art. 1.1.0.0.2, vijfde lid
Art. 4
Art. 2.4.7.0.1
Art. 5
Art. 2.4.6.0.1
Art. 6, eerste lid
Art. 2.4.2.0.1
Art. 7
Art. 2.4.3.0.1
Art. 7
Art. 2.4.4.0.1
Art. 8, § 1
Art. 2.4.7.0.2
Art. 42. In de bijlage bij hetzelfde decreet worden in de concordantietabel 2, tabel 8, de volgende rijen geschrapt : Art. 1.1.0.0.2, vijfde lid
Art. 3, tweede lid
Art. 1.1.0.0.4
Art. 2, tweede lid
Art. 2.4.1.0.1
Art. 2, eerste lid
Art. 2.4.1.0.1
Art. 3, eerste lid
Art. 2.4.1.0.2
Art. 2bis
Art. 2.4.2.0.1
Art. 6, eerste lid
Art. 2.4.3.0.1
Art. 7
Art. 2.4.4.0.1
Art. 7
Art. 2.4.4.0.2
Art. 2bis
Art. 2.4.6.0.1
Art. 5
Art. 2.4.7.0.1
Art. 4
Art. 2.4.7.0.2
Art. 8, § 1 HOOFDSTUK 3. — Slotbepalingen
Art. 43. Het decreet van 28 juni 2013 houdende instemming met het samenwerkingsakkoord tussen het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende het Protocol dat op 20 oktober 2010 door de Regeringen van het Koninkrijk België, het Koninkrijk Denemarken, de Bondsrepubliek Duitsland, het Groothertogdom Luxemburg, het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk Zweden werd ondertekend tot wijziging van het Verdrag van 9 februari 1994 inzake de heffing van rechten voor het gebruik van bepaalde wegen door zware vrachtwagens, ter uitvoering van artikel 4, § 4, van de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten, wordt opgeheven. Art. 44. Dit decreet treedt in werking op een door de Vlaamse Regering vast te stellen datum en ten vroegste op 1 april 2016. Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt. Brussel, 3 juli 2015. De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Begroting, Financiën en Energie, A. TURTELBOOM De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding, L. HOMANS De Vlaamse minister van Mobiliteit, Openbare Werken, Vlaamse Rand, Toerisme en Dierenwelzijn, B. WEYTS De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, J. SCHAUVLIEGE
50813
50814
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Bijlage 1 bij het decreet van 3 juli 2015 tot invoering van de kilometerheffing en de stopzetting van de heffing van het eurovignet en tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit in dat verband Bijlage 2 bij de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 Bijlage 2 – De wegtypes, vermeld in artikel 2.4.4.0.2, 3° De wegen die onder een wegtype als vermeld in artikel 2.4.4.0.2, 3°, vallen zijn de volgende, voor zover ze zich situeren op het grondgebied van het Vlaamse Gewest : 1) Autosnelwegen, incl. bretelwegen, autosnelwegenringen en op- en afritten : Autosnelwegen : A1
E19
Brussel - Mechelen - Antwerpen - grens NL (Breda)
A2
E314
Leuven - Lummen - grens NL (Heerlen)
A3
E40
Brussel - Leuven - grens Wallonië (Luik)
A4
E411
Brussel - grens Wallonië (Namen)
A7
E19
Brussel (R0) - grens Wallonië (Bergen)
A8
E429
Halle (Ring om Halle incl. N203a) - grens Wallonië (Doornik)
A10
E40
Brussel - Gent - Brugge - Oostende
A11
E34
Antwerpen – Zelzate, tot en met de kruising met de R4-West Brussel - Boom - Antwerpen - grens NL (Bergen-op-Zoom)
A12 A13
E313
Antwerpen - Hasselt - grens Wallonië (Luik)
A14
E17
Antwerpen - Gent - Grens FR (Lille)
A17
E403
Brugge - Kortrijk - grens Wallonië (Doornik)
A18
E40
Jabbeke - Veurne - grens FR (Duinkerken) Kortrijk - Ieper
A19 E34
Antwerpen (Ranst) - grens NL (Eindhoven)
A25
E25
Luik (Wallonië) - Maastricht (Nl) thv Voeren (op- en afritten-complex N602)
A112
(N186)
Antwerpen / Jan de Voslei
A21
Brussel - Zaventem
A201
Autosnelwegringen R0
Ring om Brussel
R1
Ring om Antwerpen
R4
Ring om Gent, exclusief de R4-Oost tussen de kruising met de E34 en de kruising met de N70
R8
Ring om Kortrijk
2) Overige gewestwegen met een tarief hoger dan nul eurocent : N1
Brussel - Antwerpen - grens NL (Breda)
N2
Brussel - Hasselt - grens NL (Maastricht)
N3
Brussel - grens Wallonië (Luik)
N4
Brussel - grens Wallonië (Namen)
N5
Brussel - grens Wallonië (Charleroi)
N6
Brussel - grens Wallonië (Bergen)
N7
Halle - grens Wallonië (Doornik)
N8
Brussel - Ninove - Oudenaarde - Kortrijk - Ieper - Koksijde
N9
Brussel - Gent - Brugge - Oostende
N10
Mortsel -Diest
N20
Hasselt - grens Wallonië (Luik)
N31
(E403)
Brugge – Zeebrugge, excl. N31 Zeebrugge tot en met de kruising met de N348
N49
(E34)
Antwerpen - Zelzate - Maldegem - Knokke (Knokke-Heist), excl. N49 van Westkapelle tot aan de kruising met de R4- West
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD N50
Brugge - Ingelmunster - Kortrijk - grens Wallonië (Bergen)
N60
Gent - Oudenaarde - Ronse - grens Wallonië (Leuze)
N70
Gent - Antwerpen
N80
Hasselt - grens Wallonië (Namen)
N186
Antwerpen (Jan de Voslei)
Nota (1) Zitting 2014-2015 Stukken – Ontwerp van decreet : 370 – Nr. 1 – Amendementen : 370 – Nr. 2 en 3 – Verslag : 370 – Nr. 4 – Amendementen na verslag : 370 – Nr. 5 – Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 370 – Nr. 6 Handelingen - Bespreking en aanneming : Middagvergadering van 30 juni 2015.
TRADUCTION AUTORITE FLAMANDE [C − 2015/35995] 3 JUILLET 2015. — Décret introduisant le prélèvement kilométrique et annulant le prélèvement de l’Eurovignette et modifiant le Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013 en la matière (1) Le Parlement flamand a adopté et Nous, Gouvernement, sanctionnons ce qui suit : Décret introduisant le prélèvement kilométrique et annulant le prélèvement de l’Eurovignette et modifiant le Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013 en la matière CHAPITRE 1er. — Dispositions introductives Article 1er. Le présent décret règle une matière régionale. Art. 2. Le présent décret prévoit : 1° la transposition de la Directive 1999/62/CE du Parlement européen et du Conseil du 17 juin 1999 relative à la taxation des poids lourds pour l’utilisation de certaines infrastructures ; 2° la transposition partielle de la directive 2004/52/CE du Parlement européen et du Conseil du 29 avril 2004 concernant l’interopérabilité des systèmes de télépéage routier dans la Communauté. Art. 3. Les définitions, visées à l’article 1.1.0.0.2, alinéas premier et cinq du Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013, s’appliquent au présent décret. Dans le présent décret, il faut entendre par : 1° accord de coopération du 31 janvier 2014 : l’accord de coopération du 31 janvier 2014 entre la Région flamande, la Région wallonne et la Région de Bruxelles-Capitale relatif à l’introduction du système de prélèvement kilométrique sur le territoire des trois Régions et à la constitution d’un Partenariat interrégional de droit public Viapass sous forme d’une institution commune telle que visée à l’article 92bis, § 1er, de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles ; 2° percepteur de péage : la région dans le cas où le prélèvement kilométrique est perçu en tant qu’impôt sur les routes non concédées ou le concessionnaire dans le cas où le prélèvement kilométrique est perçu en tant que péage de concession sur les routes concédées. CHAPITRE 2. — Le prélèvement kilométrique Section 1re. — Encadrement organique Art. 4. § 1er. Il est interdit de fournir les services, visés à l’article 6, § 1er, dans le secteur à péage d’un percepteur de péage sans y avoir été autorisé par le percepteur de péage. § 2. Le percepteur de péage accorde, sans discrimination, l’autorisation, visée au paragraphe 1er, aux prestataires de service de droit public ou de droit privé qui, en ce qui concerne les prestataires de service établis en Belgique, ont été enregistrés par Viapass conformément à l’article 19, § 3, 1° de l’accord de coopération du 31 janvier 2014 ou qui ont été enregistrés dans un autre état de l’Espace économique européen et qui ont conclu avec le percepteur de péage un accord contenant les conditions générales, telles qu’elles ont été décrites dans la déclaration du secteur à péage relative aux routes ressortissant au secteur à péage du percepteur de péage. La déclaration du secteur à péage contient en tout cas les droits et obligations du prestataire de services, visés à l’article 6, § 2 et § 3, à l’article 7 à 9 inclus et à l’article 3.3.1.0.11 et 3.3.1.0.13, § 4 du Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013. Dans le présent paragraphe, on entend par : 1° secteur à péage : une partie du réseau routier, en ce compris des structures comme un tunnel, un pont ou un transbordeur, pour lesquels un percepteur de péage perçoit un prélèvement kilométrique ou pour lequel un prélèvement kilométrique peut être perçu, mais dont le tarif est de zéro centimes d’euro ; 2° déclaration du secteur à péage : déclaration par laquelle un percepteur de péage définit les conditions générales telles que visées à l’article 5, alinéa deux, de la Décision 2009/750/CE de la Commission du 6 octobre 2009 relative à la définition du service européen de télépéage et à ses aspects techniques et auxquelles les prestataires de services doivent satisfaire pour recevoir accès au secteur à péage concerné.
50815
50816
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 5. Le Single Service Provider est tenu de conclure un contrat de prestation de services avec tout détenteur d’un véhicule qui lui en fait la demande, sans discrimination. Dans le premier alinéa, on entend par single service provider : le prestataire de services avec qui, en exécution du contrat relatif à la réalisation d’un marché conjoint tel que visé à l’article 38 de loi du 15 juin 2006 relative aux marchés publics et à certains marchés de travaux, de fournitures et de services , un contrat DBFMO est conclu et qui, sous sa responsabilité, met à disposition des régions chargées du contrôle du système de prélèvement kilométrique les dispositifs de contrôle fixes et mobiles. Art. 6. § 1er. Le contrat de prestation de services doit au minimum reprendre les services suivants, fournis par le prestataire de services : 1° la mise à disposition d’un dispositif d’enregistrement électronique qui doit être installé dans le véhicule et qui répond aux exigences de la réglementation en vigueur, y compris de son mode d’emploi. Le prestataire de services peut, en échange de l’utilisation du dispositif d’enregistrement électronique, faire appel à une garantie du détenteur du véhicule, qui est raisonnablement proportionnelle au prix de revient du dispositif d’enregistrement électronique ; 2° la transmission et la réception d’un signal relayé sans fil à partir d’un dispositif d’enregistrement électronique approprié, qui comprend toutes les données nécessaires à l’établissement du prélèvement kilométrique dû ; 3° le cas échéant, la notification ponctuelle de l’insuffisance du moyen de paiement garanti ; 4° l’envoi à la Région flamande, de la déclaration visée à l’article 9 ; 5° le versement du prélèvement kilométrique, dont le détenteur du véhicule est redevable à l’égard de la Région flamande ; 6° l’envoi périodique, si possible par voie électronique, du document de paiement mentionnant les montants dont le détenteur du véhicule est redevable pour cette période, en faisant une distinction entre : a) le montant total du prélèvement kilométrique, le montant de la redevance d’infrastructure et, le cas échéant, le montant du prélèvement des coûts externes ; b) le cas échéant, les coûts des services du prestataire de services pour des services complémentaires optionnels que le prestataire de services a fournis. Ces coûts ne peuvent pas se rapporter aux services, visés sous les points 1° à 5° inclus ; c)
le cas échéant, le solde après déduction des montants payés au moyen des moyens de paiement garantis.
7° l’envoi périodique, si possible par voie électronique, d’un accusé de réception mentionnant le montant total du prélèvement kilométrique, le montant de la redevance d’infrastructure et, le cas échéant, le montant du prélèvement des coûts externes. Le document de paiement, visé à l’alinéa premier, 6°, doit comprendre les données suivantes : 1° le mode selon lequel le détenteur du véhicule peut contester le document de paiement, et le délai endéans lequel cette contestation doit avoir lieu ; 2° à moins que le détenteur du véhicule n’en décide autrement, au minimum la date et le lieu du prélèvement, de même que la ventilation du prélèvement, pour autant qu’elle soit pertinente pour le détenteur du véhicule. A la demande du détenteur de plusieurs véhicules, le prestataire de services envoie un seul document de paiement pour tous les véhicules concernés. § 2. Le contrat de prestation de services doit également comprendre les mentions suivantes : 1° l’identité et les données de contact du détenteur du véhicule ; 2° le numéro d’immatriculation du véhicule concerné, aussi bien que la masse maximale autorisée et sa classe d’émission EURO ; 3° les droits et les obligations du détenteur du véhicule et du prestataire de services, tels qu’imposés par les articles 5 à 9 inclus et par les articles 3.3.1.0.11, 3.3.1.0.13 et 3.5.3.0.2, alinéa deux du Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013 ; 4° la notification de la mise à disposition du dispositif d’enregistrement électronique, y compris de son mode d’emploi ; 5° l’accusé de réception de la caution qui a été versée pour le dispositif d’enregistrement électronique : 6° la mention relative à la nécessité ou non d’un moyen de paiement garanti ; 7° le mode d’invitation au paiement, conformément aux exigences du paragraphe 1er, alinéa premier, 6° et alinéa deux ; 8° le mode selon lequel le prestataire de services rembourse les paiements indus effectués par le détenteur du véhicule ; 9° le mode selon lequel le contrat peut être résilié. Pour l’application de l’alinéa premier, 2°, il y a lieu d’avoir égard, dans le cas d’un ensemble de véhicules articulés, au numéro d’immatriculation du véhicule à moteur.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 7. § 1er. Le prestataire de services recouvre le prélèvement dû auprès du détenteur du véhicule avec qui il a conclu le contrat au nom de et pour le compte du percepteur de péage dans le cadre du contrat de prestation de services. Le prestataire de services remet au détenteur du véhicule un document de paiement reprenant les montants dont le détenteur du véhicule est redevable pour cette période, conformément à l’article 6, § 1er, alinéa premier, 6°. § 2. Le prestataire de services verse le prélèvement dont le détenteur est redevable au bénéfice du percepteur de péage. Par la conclusion du contrat de prestation de services et aussi longtemps que celui-ci court et à moins que le prestataire de services n’ait notifié la suspension de sa mise en oeuvre au percepteur de péage, le prélèvement dont le détenteur du véhicule est redevable et qui fait l’objet du contrat, ne peut être perçu auprès du prestataire de services pour autant que le montant du prélèvement dû peut être défini par détenteur du véhicule. Sans préjudice des obligations contractuelles du prestataire de services à l’égard du percepteur de péage, le prélèvement dû n’est recouvrable auprès du prestataire de services que si le montant du prélèvement dû peut être défini par détenteur du véhicule. Art. 8. Afin d’assurer la perception du prélèvement kilométrique, le prestataire de services peut assujettir le détenteur du véhicule à l’obligation, reprise dans le contrat de prestation de services, de la mise à disposition d’un moyen de paiement garanti. Art. 9. Le prestataire de services effectue des notifications quotidiennes à l’égard du percepteur de péage au moyen d’un fichier électronique. L’obligation de notification quotidienne s’applique également dans ces cas où il n’y a aucun enregistrement de kilomètres pour un véhicule. Art. 10. § 1er. Les membres du personnel compétents de la Région de Bruxelles-Capitale et de la Région wallonne sont autorisés à recouvrer l’amende administrative imposée conformément aux dispositions du titre 2, chapitre 4 du Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013 à l’occasion d’un contrôle routier sur le territoire de leur région, au nom de et pour le compte de la Région flamande. § 2. Lorsqu’il s’avère au cours du contrôle routier qu’il existe des amendes administratives impayées dans le chef du détenteur du véhicule concerné dans une ou plusieurs des autres régions, le membre du personnel compétent recouvre également toutes ces amendes administratives impayées. Le montant des amendes administratives afférentes à des infractions perpétrées dans une autre région, est versé à la région concernée sans délai et dans son intégralité. Section 2. — Dispositions fiscales dans le Code flamand de la Fiscalité Art. 11. A l’article 1.1.0.0.2 du Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013, modifié par le décret du 19 décembre 2014 portant modification du Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013, les modifications suivantes sont apportées : 1° dans l’alinéa premier, il est inséré un point 5°/1, rédigé comme suit : ″5°/1 décret sur le prélèvement kilométrique : décret du 3 juillet 2015 introduisant le prélèvement kilométrique et annulant le prélèvement de l’Eurovignette et modifiant le Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013 en la matière ;″ ; 2° à l’alinéa premier sont ajoutés les points 7°/1, 7°/2 et 7°/3 ainsi rédigés : ″7°/1 prestataire de services : toute entité juridique admise par un percepteur de péage, visé à l’article 4, alinéa deux, 2° du décret sur le prélèvement kilométrique sur son secteur à péage, visé à l’article 5, § 2, alinéa trois, 1° du décret sur le prélèvement kilométrique, offrant un service de facturation à l’égard des usagers et de recouvrement et de versement du prélèvement kilométrique à l’égard des régions sur la base de données qui ont été enregistrées par un dispositif d’enregistrement électronique ; 7°/2 contrat de prestation de services : le contrat entre le détenteur d’un véhicule et un prestataire de services de son choix, qui doit être conclu pour ce véhicule préalablement à l’utilisation d’une route quelconque ; 7°/3 dispositif d’enregistrement électronique : l’équipement électronique embarqué destiné à localiser le véhicule dans lequel il se trouve et qui, avec ou sans l’aide d’un appareil électronique à distance, traite des données pour permettre l’enregistrement des kilomètres parcourus, ainsi que le calcul du prélèvement kilométrique sur la base de ces distances enregistrées ;″ ; 3° dans l’alinéa premier, le point 10° est remplacé par la disposition suivante : ″10° Eurovignette : la taxe prélevée juqu’à l’entrée en vigueur du décret du 3 juillet 2015 introduisant le prélèvement kilométrique et annulant le prélèvement de l’Eurovignette et modifiant le Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013 en la matière, conformément à la loi spéciale du 16 janvier 1989 relative au financement des Communautés et des Régions et conformément aux anciennes dispositions du titre 2, chapitre 4 de ce code ;″ ; 4° dans l’alinéa premier, il est inséré un point 11°/1, rédigé comme suit : ″11°/1 prélèvement kilométrique : la taxe qui est prélevée conformément aux dispositions du titre 2, chapitre 4, du présent Code ;″ ; 5° l’alinéa cinq est remplacé par la disposition suivante : ″Au titre 2, chapitre 4, on entend par : 1° classe d’émission EURO : la classe définie sur la base des valeurs limites d’émissions, visées à l’annexe 0 de la directive 1999/62/CE du Parlement européen et du Conseil, du 17 juin 1999, relative à la taxation des poids lourds pour l’utilisation de certaines infrastructures ; 2° moyen de paiement garanti : moyens de paiement par lesquels le prestataire de services, visé à l’article 1.1.0.0.2, alinéa premier, 7°/1, peut percevoir, à première demande, le prélèvement kilométrique et, le cas échéant, les frais de perception facturés au détenteur du véhicule, sans autre autorisation du détenteur du véhicule et sans que celui-ci ne puisse annuler le paiement qui a été effectué avec le moyen de paiement : 3° kilomètre : tout kilomètre, arrondi au millième supérieur ou inférieur selon que le chiffre des dix millièmes atteint ou non cinq ; 4° route non concédée : la route ou la partie de la route dont la gestion n’est donnée en concession ;
50817
50818
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD 5° Viapass : le partenariat interrégional de droit public sous la forme d’une institution commune, telle que visée à l’article 92bis, § 1er de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, visée à l’article 18 de l’accord de coopération du 31 janvier 2014 entre la Région flamande, la Région wallonne et la Région de Bruxelles-Capitale relatif à l’introduction du système de prélèvement kilométrique sur le territoire des trois Régions et à la constitution d’un Partenariat interrégional de droit public Viapass sous forme d’une institution commune telle que visée à l’article 92bis, § 1er, de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles ; 6° véhicule : un véhicule à moteur ou un ensemble de véhicules articulés prévu ou utilisé, soit partiellement, soit exclusivement, pour le transport par route de marchandises, et dont la masse maximale autorisée est de plus de 3,5 tonnes ; 7° route : les routes et leurs dépendances.″. Art. 12. A l’article 2.2.4.0.1 du même décret, le paragraphe 6 est remplacé par ce qui suit : « § 6. Pour les véhicules à moteur ou les ensembles de véhicules, destinés au transport de marchandises, dont la masse maximale autorisée est supérieure à 3,5 tonnes mais inférieure à 12 tonnes, la taxe est de 0 euros. Pour les véhicules à moteur ou les ensembles de véhicules, destinés au transport de marchandises, dont la masse maximale autorisée est de 12 tonnes ou plus, la taxe est calculée, en fonction du nombre d’essieux du véhicule et de la nature de la suspension, selon les dispositions et tableaux suivants : 1° pour les véhicules à moteur solos, la masse maximale autorisée (MMA) à prendre en compte pour l’application du tableau sous-mentionné est la propre masse maximale autorisée du véhicule à moteur ; VÉHICULES À MOTEUR nombre d’essieux et MMA (en tonnes)
égale à ou supérieur à
inférieure à
tarif (en euros/an) suspension pneumatique ou reconnue équivalente (*) de l’essieu/des essieux moteur(s)
autres systèmes de suspension de l’essieu/des essieux moteur(s)
2 essieux 12
13
0
13
14
31
86
14
15
86
121
121
274
31
54
15
31
3 essieux 15
17
17
19
54
111
19
21
111
144
21
23
144
222
23
25
25
222
345
222
345
4 essieux 23
25
144
146
25
27
146
228
27
29
228
362
29
31
362
537
362
537
31
(*) Suspension reconnue équivalente selon la définition dans l’annexe II à la directive 96/53/CE du Conseil du 25 juillet 1996 fixant, pour certains véhicules routiers circulant dans la Communauté les dimensions maximales autorisées en trafic national et international et les poids maximaux autorisés en trafic international (JO L 235 du 17.9.1996, p. 59) 2° pour les ensemble de véhicules, la masse maximale autorisée (MMA) à prendre en compte pour l’application du tableau sous-mentionné est la somme des propres masses maximales autorisées des véhicules qui font partie de l’ensemble.
50819
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD COMBINAISONS (VÉHICULES ARTICULÉS ET ENSEMBLES) nombre d’essieux et MMA (en tonnes)
égale à ou supérieur à
tarif (en euros/an) suspension pneumatique ou reconnue équivalente (*) de l’essieu/des essieux moteur(s)
inférieure à
autres systèmes de suspension de l’essieu/des essieux moteur(s)
2 essieux + 1 12
14
0
14
16
0
0
16
18
0
14
18
20
14
32
20
22
32
75
22
23
75
97
23
25
97
175
175
307
25
0
2 essieux + 2 23
25
30
70
25
26
70
115
26
28
115
169
28
29
169
204
29
31
204
335
31
33
335
465
33
36
465
706
465
706
370
515
515
700
36 2 essieux + 3 36
38
38 3 essieux + 2 36
38
327
454
38
40
454
628
628
929
40 3 essieux + 3 36
38
186
225
38
40
225
336
336
535
40
(*) Suspension reconnue équivalente selon la définition dans l’annexe II à la directive 96/53/CE du Conseil du 25 juillet 1996 fixant, pour certains véhicules routiers circulant dans la Communauté, les dimensions maximales autorisées en trafic national et international et les poids maximaux autorisés en trafic international (JO L 235 du 17.9.1996, p. 59). Dans les montants visés aux tableaux dans l’alinéa deux, sont déjà inclus le décime additionnel, visé à l’article 2.2.4.0.5, § 2, alinéa premier.”. Art. 13. Au titre 2 du même décret, l’intitulé du Chapitre 4 est remplacé par l’intitulé suivant : ″Chapitre 4. Prélèvement kilométrique″. Art. 14. L’article 2.4.1.0.1 du même décret est remplacé par la disposition suivante : ″Art. 2.4.1.0.1. Un prélèvement kilométrique est levé sur l’usage que fait un véhicule d’une route non concédée.″. Art. 15. L’article 2.4.1.0.2 du même décret est abrogé.
50820
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 16. L’article 2.4.2.0.1 du même décret est remplacé par la disposition suivante : ″Art. 2.4.2.0.1. § 1er. Le contribuable est la personne qui est le détenteur du véhicule. Le détenteur du véhicule est la personne, soit : 1° au nom de laquelle le véhicule a été immatriculé auprès de l’autorité chargée de l’immatriculation des véhicules ; 2° au nom de laquelle le véhicule a été immatriculé auprès de l’équivalent étranger de l’autorité chargée de l’immatriculation des véhicules ; 3° qui dispose dans les faits du véhicule pour lequel aucune immatriculation n’a été enregistrée auprès de l’autorité chargée de l’immatriculation des véhicules ou de son équivalent étranger. Pour l’application du premier alinéa, il y a lieu d’avoir égard, dans le cas d’un ensemble de véhicules articulés, à l’immatriculation du véhicule à moteur. § 2. Par dérogation au paragraphe 1er, premier alinéa, le détenteur du véhicule peut, lorsqu’il met le véhicule, de façon permanente ou habituelle, par location, leasing ou tout autre contrat, à la disposition d’un tiers, convenir avec ce dernier que celui-ci sera considéré comme détenteur du véhicule. Le détenteur originel du véhicule reste solidairement tenu à la bonne exécution des obligations du tiers susmentionné. Le Gouvernement flamand peut fixer les conditions, restrictions et modalités de cette possibilité.″. Art. 17. L’article 2.4.3.0.1 du même décret est remplacé par la disposition suivante : ″Art. 2.4.3.0.1. Le prélèvement est fixé sur la base du nombre de kilomètres parcourus et enregistrés par un véhicule conformément à l’article 3.3.1.0.13.″. Art. 18. L’article 2.4.4.0.1 du même décret est remplacé par la disposition suivante : ″Art. 2.4.4.0.1. Le prélèvement est établi en appliquant la formule de calcul suivante : ∑ Tz x Kz, z où : 1° Tz = le tarif, visé à l’article 2.4.4.0.2, applicable dans une zone tarifaire déterminée, pour les kilomètres parcourus, dans un sens bien déterminé, à un moment bien déterminé, exprimé en centimes d’euros par kilomètre, dans lequel le coût de l’entretien de l’infrastructure et les coûts externes sont compris ; 2° Kz = le nombre de kilomètres à prendre en compte, visé à l’article 2.4.4.0.3, parcourus dans chacune de ces zones tarifaires ; 3° z = les différentes zones tarifaires, définies à l’article 1.1.0.0.2, alinéa cinq, 5°. Vu qu’il est possible que le Tarif Tz varie dans le temps et par sens de circulation, Kz sera calculé séparément pour chaque valeur survenue de Tz pendant l’utilisation du segment de route en question. Pour l’application de la présente section, on entend par zone tarifaire : un segment de route limité avec un début et une fin fixes pour l’utilisation duquel dans un sens bien déterminé un tarif Tz déterminé de manière univoque et en rapport avec la distance parcourue est d’application.″. Art. 19. L’article 2.4.4.0.2 du même décret est remplacé par la disposition suivante : ″Art. 2.4.4.0.2. La hauteur du tarif Tz, visé à l’article 2.4.4.0.1, 1°, exprimé en centimes d’euros, est déterminée selon la formule suivante : Tz = F x (Bt + a X A + b X G + c X En + d X Et + e X Ep + f X Ex), où : 1° F = un facteur égal à 1 pour les routes ou segments de route, visés au point 3°, énumérés de façon limitative à l’annexe 2 et à l’annexe 0 pour toutes les autres routes ou segments de route ; 2° Bt = tarif de base du prélèvement, à valeur de 11,3 centimes d’euro ; 3° A = variation en fonction du type de route W à taux d’imposition supérieur à zéro centime, ventilé selon le tableau suivant : type de route (W)
A
autoroutes et rings autoroutiers
0
autres routes régionales à taux d’imposition supérieur à zéro centime
0
routes communales à taux d’imposition supérieur à zéro centime
0
Les routes ou segments de route qui sont repris sous un des types de route, visés au tableau sus-mentionné, sont énumérés de façon limitative à l’annexe 2 ; 4° G = variation en fonction de la catégorie de poids du véhicule, différenciée selon les catégories suivantes : masse maximale autorisée masse maximale autorisée supérieure à 3,5 tonnes et inférieure à 12 tonnes masse maximale autorisée supérieure ou égale à 12 tonnes et non pas supérieure à 32 tonnes ou égale à 32 tonnes masse maximale autorisée supérieure à 32 tonnes
G -5,0 0 0,4
5° En = variation en fonction de la classe d’émission EURO, visée à l’article 1.1.0.0.2, alinéa cinq, 1 ; 6° Et = variation en fonction du moment ; 7° Ep = variation en fonction du lieu ;
50821
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD 8° Ex = supplément dû en fonction des coûts externes, engendrés par le véhicule, en fonction de la hauteur de la classe d’émission EURO, différenciée selon le tableau suivant : Classe d’émission EURO
Ex
EURO 5 ou EEV ou supérieure
1,1
EURO 4
3.2
EURO 3
6,3
autres classes d’émission EURO
8,3
Le tableau suivant est appliqué à partir du 1 janvier 2018 : Classe d’émission EURO
Ex
EURO 6 ou supérieure
1,1
EURO 5 ou EEV
2,1
EURO 4
3.2
EURO 3
6,3
autres classes d’émission EURO
8,3
9° a, b, c, d, e et f = les facteurs qui influent sur le poids de A, G, En, Et, Ep et Ex, où a = 1, b = 1, c = 0, d = 0, e = 0, en f = 1. Le Gouvernement flamand est autorisé à ajuster la liste des routes de l’annexe 2, visée à l’alinéa premier, 1° : 1° aux changements de nom des routes y reprises ; 2° aux changements de catégorie des routes y reprises. Les montants, repris à l’alinéa premier, sont indexés à partir du 1 juillet 2017 au 1 juillet de chaque année au moyen du coefficient obtenu en divisant l’indice général des prix à la consommation du Royaume pour le mois de mai de l’année en cours par l’indice général des prix à la consommation du Royaume pour le mois de mai de l’année 2016. Dans ce contexte, les arrondissements suivants sont appliqués : 1° le coefficient est arrondi au dix millième supérieur ou inférieur selon que le chiffre des cent millièmes atteint ou non cinq ; 2° après l’application du coefficient, le montant obtenu est arrondi au centime d’euro supérieur ou inférieur selon que le chiffre des millièmes atteint ou non cinq. Dans le cas où le facteur F, visé à l’alinéa premier, 1°, vaut 1, le tarif ne peut jamais être inférieur à zéro centime d’euros.″. Art. 20. Au titre 2, chapitre 4, section 4, du même décret, il est ajouté un article 2.4.4.0.3, rédigé comme suit : ″Art. 2.4.4.0.3. Le nombre Kz de kilomètres à prendre en compte, visé à l’article 2.4.4.0.1, alinéa premier, 2°, est déterminé selon la formule suivante : Kz = KM x (100 % - C) où : 1° KM = le nombre de kilomètres enregistré au cours d’un jour calendrier donné dans la zone tarifaire concernée dans laquelle un tarif Tz s’applique à ce moment ; 2° C = facteur de correction appliqué pour compenser les imprécisions de l’enregistrement, d’une valeur de 1,5 %.″. Art. 21. Au titre 2, chapitre 4, section 4, du même décret, il est ajouté un article 2.4.4.0.4, rédigé comme suit : ″Art. 2.4.4.0.4. Des centimes additionnels ne peuvent pas être établis sur le prélèvement kilométrique.″. Art. 22. L’article 2.4.5.0.1 du même décret est remplacé par la disposition suivante : ″Art. 2.4.5.0.1. Réservé pour un usage futur.″ Art. 23. L’article 2.4.6.0.1 du même décret est remplacé par la disposition suivante : ″Art. 2.4.6.0.1. § 1er. Sont exonérés du prélèvement les véhicules : 1° qui sont exonérés du prélèvement en Région wallonne ou dans la Région de Bruxelles-Capitale conformément aux dispositions en vigueur dans ces régions ; 2° qui sont utilisés exclusivement pour et par la défense, la protection civile, les services d’incendie et de police, et sont reconnaissables en tant que tel ; 3° qui sont équipés spécialement et exclusivement à des fins médicales et sont reconnaissables en tant que tel ; 4° de type agricole, horticole ou forestier, qui ne sont utilisés que de manière limitée sur la voie publique en Belgique et qui sont exclusivement utilisés pour l’agriculture, l’horticulture, l’aquaculture et la sylviculture. § 2. Les exonérations, visées au paragraphe 1er, 2° à 4° inclus, ne peuvent être octroyées que si elles sont demandées avant le début de la période imposable et ne prendront effet à partir de la période imposable suivant l’octroi de l’exonération.
50822
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD § 3. Si l’adresse mentionnée dans les données personnelles du détenteur du véhicule sur le certificat d’immatriculation du véhicule, tel qu’établi en vertu de la législation relative à l’immatriculation des véhicules, est située sur le territoire de la Région flamande, le détenteur d’un véhicule, tel que visé au paragraphe 1er, 2° à 4° inclus, adresse sa demande d’exonération à l’entité compétente de l’administration flamande. Si le véhicule ne dispose pas d’un certificat d’immatriculation, tel que visé au premier alinéa, le détenteur d’un véhicule, tel que visé au paragraphe 1er, 2° à 4° inclus, dont le domicile ou le siège social est situé sur le territoire de la Région flamande, adresse sa demande d’exonération à l’entité compétente de l’administration flamande. Le détenteur d’un véhicule, tel que visé au paragraphe 1er, 2° à 4° inclus, qui ne doit pas être immatriculé en Belgique, adresse sa demande d’exonération à Viapass. § 4. Les exonérations visées au paragraphe 1er sont valides pour autant qu’il a été satisfait aux conditions du présent article. § 5. L’entité compétente de l’administration flamande notifie Viapass sans délai des véhicules qui bénéficient d’exonérations en application de cet article.″. Art. 24. L’article 2.4.7.0.1 du même décret est remplacé par la disposition suivante : ″Art. 2.4.7.0.1. Le prélèvement est établi conformément à l’article 3.3.2.0.1, alinéa premier, 10°, et alinéa deux, 6°.″. Art. 25. L’article 2.4.7.0.2 du même décret est abrogé. Art. 26. À l’article 3.2.2.0.1 du même décret, il est inséré un alinéa quatre, rédigé comme suit : ″Les amendes imposées à la suite d’infractions de la réglementation relative au prélèvement kilométrique peuvent être perçues par l’entité compétente de l’administration flamande sans application de l’alinéa premier.″. Art. 27. Au titre 3, chapitre 3, section 1ère, du même décret, il est ajouté un article 3.3.1.0.11, rédigé comme suit : ″Art. 3.3.1.0.11. § 1er. A moins que le véhicule ne soit exonéré du prélèvement kilométrique, le détenteur d’un véhicule, tel que visé à l’article 1.1.0.0.2, alinéa cinq, 6°, est tenu de conclure un contrat de prestation de services avec un prestataire de services de son choix pour ce véhicule, préalablement à l’utilisation de toute route. Le détenteur d’un véhicule sollicitant le prestataire de services de conclure un contrat de prestation de services, doit soumettre au prestataire de services tous les documents du véhicule nécessaires à constater l’immatriculation du véhicule concerné, la masse maximale autorisée et la classe d’émission EURO. A défaut d’une preuve probante de la masse maximale autorisée du véhicule, le véhicule est censé avoir une masse maximale autorisée supérieure à 32 tonnes. A défaut d’une preuve probante de la classe d’émission EURO du véhicule, le véhicule est censé ressortir à la catégorie ″autres classes d’émission EURO″, visées aux tableaux repris à l’article 2.4.4.0.2, alinéa premier, 5° et 7°. Les présomptions, visées aux alinéas trois et quatre, sont appliquées jusqu’à ce qu’elles peuvent être réfutées au moyen d’une preuve probante. Cette preuve n’influe toutefois pas sur les prélèvements dus pour des kilomètres parcourus avant la vérification des données du document justificatif produit par le prestataire de services. § 2. Le prestataire de services ne peut suspendre l’exécution du contrat de prestation de services que dans ces cas où le détenteur du véhicule ou, le cas écheant, le conducteur : 1° ne satisfait pas à ses obligations de paiement à l’égard du prestataire de services, telles que déterminées par le contrat de prestation de services : 2° le cas échéant, n’a pas mis à disposition de moyen de paiement garanti ou de moyen de paiement garanti suffisant ; 3° fait un usage du dispositif d’enregistrement électronique, qui est contraire au mode d’emploi mis à disposition par le prestataire de services ; 4° néglige de signaler un défaut au dispositif d’enregistrement électronique ; 5° ne suit pas les instructions du prestataire de services, en vue du remplacement ou de la réparation du dispositif d’enregistrement électronique défectueux. Le prestataire de services notifie le détenteur du véhicule et l’entité compétente de l’administration flamande de la suspension de l’exécution du contrat de prestation de services sans délai.″. Art. 28. Au titre 3, chapitre 3, section 1re, du même décret, il est ajouté un article 3.3.1.0.13, rédigé comme suit : ″Art. 3.3.1.0.13. § 1er. L’enregistrement des kilomètres parcourus, nécessaire au calcul du prélèvement kilométrique, est réalisé à l’aide d’un dispositif d’enregistrement électronique. § 2. A moins que le véhicule ne soit exonéré du prélèvement kilométrique, le détenteur du véhicule doit s’assurer que le véhicule est équipé du dispositif d’enregistrement électronique, mis à sa disposition, préalablement à l’utilisation de toute route. Si le conducteur n’est pas le détenteur du véhicule, il est assujetti à la même obligation, telle que visée à l’alinéa premier. § 3. A chaque utilisation d’une route le conducteur s’assure que le dispositif d’enregistrement électronique enregistre la distance que le véhicule parcourt sur la base des données indiquée par l’interface homme-machine. Dans le premier alinéa, il faut entendre par interface homme-machine : chaque composante du dispositif d’enregistrement électronique avec laquelle le dispositif d’enregistrement électronique et son usager peuvent communiquer l’un avec l’autre, y compris, le cas échéant, les touches et l’écran.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD § 4. Le détenteur du véhicule contacte le prestataire de services sans délai dans les cas suivants : 1° lorsque le dispositif d’enregistrement électronique signale que le véhicule ne satisfait plus aux exigences définies par le présent code ou ses arrêtés d’exécution ; 2° à défaut de tout signal par le dispositif d’enregistrement électronique ; 3° lorsqu’il reçoit le signal que le moyen de paiement mis à disposition n’est plus suffisant. Si le conducteur n’est pas le détenteur du véhicule, il est assujetti à la même obligation, telle que visée à l’alinéa premier. Le prestataire de services donne, si nécessaire, des instructions au conducteur du véhicule, qui est tenu d’observer ces instructions. Pour l’application du présent article, on entend par dispositif d’enregistrement électronique : l’équipement électronique embarqué destiné à localiser le véhicule dans lequel il se trouve et qui, avec ou sans l’aide d’un appareil électronique à distance, traite des données pour permettre l’enregistrement des kilomètres parcourus, ainsi que le calcul du prélèvement kilométrique sur la base de ces distances enregistrées. Le Gouvernement flamand définit les instructions, visées à l’alinéa trois.″. Art. 29. A l’article 3.3.2.0.1 du même décret, modifié par le décret du 19 décembre 2014, sont apportées les modifications suivantes : 1° l’alinéa premier est complété par un point 10°, rédigé comme suit : ″10° en ce qui concerne le prélèvement kilométrique, à l’année calendaire dans laquelle la taxe est due. Elle débute au jour calendaire auquel les kilomètres sont parcourus sur la route non concédée.″ ; 2° à l’alinéa deux, il est ajouté un point 6°, rédigé comme suit : ″6° égale, en ce qui concerne le prélèvement kilométrique au jour calendaire auquel les kilomètres sont parcourus sur la route non concédée.″. Art. 30. L’article 3.3.3.0.1, § 2 du même décret, est complété par un alinéa deux, rédigé comme suit : ″En ce qui concerne le prélèvement kilométrique, la taxe peut être perçue pendant cinq années à compter du jour calendaire auquel les kilomètres sont parcourus sur la route non concédée.″. Art. 31. A l’article 3.5.3.0.2 du même décret, il est ajouté un deuxième alinéa, ainsi rédigé : ″Le contribuable doit informer le membre du personnel compétent sans délai lorsqu’il n’est plus satisfait aux conditions de l’exonération.″. Art. 32. A l’article 3.10.3.1.1, § 2, alinéa deux, le membre de phrase ″le prélèvement kilométrique″ est inséré entre le membre de phrase ″l’Eurovignette″ et le membre de phrase ″la taxe sur les sites d’activité économique désaffectés″ Art. 33. L’article 3.10.4.5.1 du même décret, est complété par un alinéa deux et trois, rédigés comme suit : ″En cas de non-paiement par le détenteur du véhicule, visé à l’article 2.4.2.0.1, § 1, celui qui dispose dans les faits du véhicule est solidairement tenu au paiement du prélèvement kilométrique, sous réserve de son recours contre le détenteur du véhicule. Pour l’application de l’alinéa deux, le conducteur du véhicule est considéré comme une personne disposant dans les faits du véhicule.″. Art. 34. L’article 3.13.2.0.1 du même décret est remplacé par la disposition suivante : ″Art. 3.13.2.0.1. Pour la taxe de circulation, la taxe de mise en circulation, l’Eurovignette et le prélèvement kilométrique les membres du personnel compétents surveillent le respect des dispositions du présent code et de ses arrêtés d’exécution afférentes aux véhicules se trouvant sur la voie publique. Ils sont autorisés à demander que tous les documents jugés utiles à l’identification du véhicule ou du bateau, du conducteur ou du détenteur soient produits, aussi bien qu’un autre document, attestant du paiement de la taxe. Ils sont autorisés à enquêter sans aucune assistance dans les garages, hangars et les dépôts et les lieux d’accostage.″. Art. 35. A l’article 3.13.2.0.4 du même décret, le paragraphe 1er est remplacé par ce qui suit : ″§ 1er. Si le non-paiement de la taxe de circulation, de la taxe de mise en circulation, de l’Eurovignette ou du prélèvement kilométrique est constaté sur la voie publique, le conducteur du véhicule soumis à une de ces taxes, acquitte la taxe non payée et l’amende, ensemble avec les intérêts et frais, entre les mains du membre du personnel compétent, visé à l’article 3.13.2.0.3, au moment de la constatation de l’infraction.″. Art. 36. A l’article 3.13.2.0.5 du même décret sont apportées les modifications suivantes : 1° l’alinéa premier est remplacé par les dispositions suivantes : ″Si une infraction aux dispositions du présent code relatives à la taxe de circulation, à la taxe de mise en circulation, à l’Eurovignette ou au prélèvement kilométrique est constatée, un procès-verbal sera dressé par le membre du personnel compétent, cité dans l’article 3.13.2.0.3. Le procès-verbal mentionne au moins l’infraction, ainsi que les éléments qui doivent permettre l’identification du contrevenant.″ ; 2° il est ajouté un alinéa quatre, rédigé comme suit : ″Si le contrevenant ne peut pas être identifié au jour du constat de l’infraction, le délai de quinze jours, visé à l’alinéa deux, prend cours le jour après le jour auquel le membre du personnel compétent, visé à l’article 3.13.2.0.3, a pu identifier le contravenant avec certitude.″. Art. 37. L’article 3.15.3.0.11 du même décret est remplacé par la disposition suivante : ″Art. 3.15.3.0.11 Si la taxe de circulation, la taxe de mise en circulation ou le prélèvement kilométrique ne sont pas payés, le tribunal peut confisquer la plaque d’immatriculation du véhicule et en ordonner la remise à l’autorité chargée de l’immatriculation des véhicules.″.
50823
50824
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 38. A l’article 3.18.0.0.1, § 4 du même décret, modifié par le décret du 19 décembre 2014, sont ajoutés des alinéas deux, trois, quatre et cinq, rédigés comme suit : ″Le premier alinéa ne s’applique pas au prélèvement kilométrique. En ce qui concerne le prélèvement kilométrique, il ne peut être imposée qu’une seule amende administrative de 1000 euros pour le total des infractions administratives commises avec le même véhicule et constatées pendant une même période de temps ininterrompue de trois heures, qui commence à partir de la constatation de la première infraction. Aucune amende administrative n’est imposée pour les infractions commises pendant une période de temps ininterrompue de trois heures, qui commence à partir de la constatation d’une autre infraction aux dispositions du présent code et de ses arrêtés d’exécution ou de la législation de la Région de Bruxelles-Capitale ou de la Région wallonne relative au prélèvement kilométrique, à condition que les infractions concernées aient été commises avec le même véhicule et qu’une amende administrative ait été imposée pour la première infraction commise. L’amende administrative, reprise à l’alinéa trois, est indexée à partir du 1 juillet 2017 au 1 juillet de chaque année au moyen du coefficient obtenu en divisant l’indice général des prix à la consommation du Royaume pour le mois de mai de l’année en cours par l’indice général des prix à la consommation du Royaume pour le mois de mai de l’année 2016. Dans ce contexte, les arrondissements suivants sont appliqués : 1° le coefficient est arrondi au dix millième supérieur ou inférieur selon que le chiffre des cent millièmes atteint ou non cinq ; 2° après l’application du coefficient, le montant obtenu est arrondi à l’euro supérieur ou inférieur selon que le chiffre des dizaines atteint ou non cinq.″. Art. 39. Au titre 5 du même décret il est ajouté un article 5.0.0.0.12, rédigé comme suit : ″Art. 5.0.0.0.12. Dès que le prélèvement kilométrique, visé à l’article 1.1.0.0.2, alinéa premier, 11°/1, est perçu, il sera procédé à un remboursement de l’Eurovignette proportionnel aux jours restants de la période imposable de l’Eurovignette pour tous les véhicules qui sont ou devraient être immatriculés en Belgique, à la demande du contribuable. Sous peine de déchéance, la demande, visée à l’alinéa premier, doit être introduite auprès du membre du personnel compétent au plus tard trois mois après le dernier jour de la période imposable de l’Eurovignette. Art. 40. Dans le même décret, l’intitulé de l’annexe est remplacé par l’intitulé suivant : ″Annexe 1re. - Tableaux de concordance″. Il est ajouté au même décret une annexe 2 qui est jointe au présent décret. Art. 41. A l’annexe au même décret, les rangées suivantes sont supprimées dans le tableau de concordance 1, tableau 8 : Art. 2, alinéa premier
Art. 2.4.1.0.1
Art. 2, alinéa deux
Art. 1.1.0.0.4
Art. 2bis
Art. 2.4.1.0.2
Art. 2bis
Art. 2.4.4.0.2
Art. 3, alinéa premier
Art. 2.4.1.0.1
Art. 3, alinéa deux
Art. 1.1.0.0.2, alinéa cinq
Art. 4
Art. 2.4.7.0.1
Art. 5
Art. 2.4.6.0.1
Art. 6, alinéa premier
Art. 2.4.2.0.1
Art. 7
Art. 2.4.3.0.1
Art. 7
Art. 2.4.4.0.1 er
Art. 8, § 1
Art. 2.4.7.0.2
Art. 42. A l’annexe au même décret, les rangées suivantes sont supprimées dans le tableau de concordance 2, tableau 8 : Art. 1.1.0.0.2, alinéa cinq
Art. 3, alinéa deux
Art. 1.1.0.0.4
Art. 2, alinéa deux
Art. 2.4.1.0.1
Art. 2, alinéa premier
Art. 2.4.1.0.1
Art. 3, alinéa premier
Art. 2.4.1.0.2
Art. 2bis
Art. 2.4.2.0.1
Art. 6, alinéa premier
Art. 2.4.3.0.1
Art. 7
Art. 2.4.4.0.1
Art. 7
Art. 2.4.4.0.2
Art. 2bis
Art. 2.4.6.0.1
Art. 5
Art. 2.4.7.0.1
Art. 4
Art. 2.4.7.0.2
Art. 8, § 1er
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD CHAPITRE 3. — Dispositions finales Art. 43. Le décret du 28 juin 2013 portant assentiment à l’accord de coopération entre la Région flamande, la Région wallonne et la Région de Bruxelles-Capitale relatif au Protocol, signé le 20 octobre 2010 par les Gouvernements du Royaume de Belgique, du Royaume du Danemark, de la République fédérale d’Allemagne, du Grand-Duché de Luxembourg, du Royaume des Pays-Bas et du Royaume de Suède, modifiant l’Accord du 9 février 1994 relatif à la perception d’un droit d’usage pour l’utilisation de certaines routes par des véhicules utilitaires lourds, en exécution de l’article 4, § 4, de la loi spéciale du 16 janvier 1989 relative au financement des Communautés et des Régions, est abrogé. Art. 44. Le présent décret entre en vigueur à une date à fixer par le Gouvernement flamand, et au plus tôt le 1er avril 2014. Promulguons le présent décret, ordonnons qu’il soit publié au Moniteur belge. Bruxelles, le 3 juillet 2015. Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, G. BOURGEOIS La Ministre flamande du Budget, des Finances et de l’Energie, A. TURTELBOOM La Ministre flamande de l’Administration intérieure, de l’Intégration civique, du Logement, de l’Egalité des Chances et de la Lutte contre la Pauvreté, L. HOMANS Le Ministre flamand de la Mobilité, des Travaux publics, de la Périphérie flamande de Bruxelles, du Tourisme et du Bien-Être des Animaux, B. WEYTS La Ministre flamande de l’Environnement, de la Nature et l’Agriculture, J. SCHAUVLIEGE
Annexe 1re au décret du 3 juillet 2015 introduisant le prélèvement kilométrique et annulant le prélèvement de l’Eurovignette et modifiant le Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013 en la matière Annexe 2 au Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013 Annexe 2 - Les types de route, visés à l’article 2.4.4.0.2, 3° Les routes ressortissant à un type de route, tel que visé à l’article 2.4.4.0.2, 3°, sont les suivants, à condition qu’elles se situent sur le territoire de la Région flamande : 1) Autoroutes, y comprises les bretelles d’autoroutes, les rings autoroutiers et les entrées et sorties d’autoroutes : Autoroutes : A1
E19
Bruxelles - Malines - Anvers - frontière PB (Breda)
A2
E314
Louvain - Lummen - frontière PB (Heerlen)
A3
E40
Bruxelles - Louvain - frontière Wallonie (Liège)
A4
E411
Bruxelles - frontière Wallonie (Namur)
A7
E19
Bruxelles (R0) - frontière Wallonie (Mons)
A8
E429
Hal (Ring autour de Hal incl. N203a) - frontière Wallonie (Tournai)
A10
E40
Bruxelles - Gand- Bruges - Ostende
A11
E34
Anvers – Zelzate, jusqu’à l’intersection avec le R4- Ouest Bruxelles - Boom - Anvers - frontière PB (Bergen-op-Zoom)
A12 A13
E313
Anvers - Hasselt - frontière Wallonie (Liège)
A14
E17
Anvers - Gand - Frontière FR (Lille)
A17
E403
Bruges - Courtrai - frontière Wallonie (Tournai)
A18
E40
Jabbeke - Furnes - frontière FR (Dunkerque)
A19
Courtrai - Ypres
50825
50826
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD A21
E34
Anvers (Ranst) - frontière PB (Eindhoven)
A25
E25
Liège (Wallonie) - Maastricht (PB) à hauteur de Fourons (échangeur N602)
A112
(N186)
Anvers / Jan de Voslei Bruxelles - Zaventem
A201
Rings autoroutiers R0
Ring autour de Bruxelles
R1
Ring autour d’Anvers
R4
Ring autour de Gand, à l’exclusion du R4-Est entre l’intersection avec l’E34 et l’intersection avec la N70
R8
Ring autour de Courtrai
2) Autres routes régionales à taux d’imposition supérieur à zéro centime d’euro : N1
Bruxelles - Anvers - frontière PB (Breda)
N2
Bruxelles - Hasselt - frontière PB (Maastricht)
N3
Bruxelles - frontière Wallonie (Liège)
N4
Bruxelles - frontière Wallonie (Namur)
N5
Bruxelles - frontière Wallonie (Charleroi)
N6
Bruxelles - frontière Wallonie (Mons)
N7
Hal - frontière Wallonie (Tournai)
N8
Bruxelles - Ninove - Audenarde - Courtrai- Ypres- Coxyde
N9
Bruxelles - Gand - Bruges - Ostende
N10
Mortsel -Diest
N20
Hasselt - frontière Wallonie (Liège)
N31
(E403)
Bruges – Zeebruges, excl. N31 Zeebruges jusqu’à et y comprise l’intersection avec la N348
N49
(E34)
Anvers - Zelzate - Maldegem - Knokke (Knokke-Heist), excl. N49 de Westkapelle jusqu’à l’intersection avec le R4- Ouest
N50
Bruges - Ingelmunster - Courtrai - frontière Wallonie (Mons)
N60
Gand - Audenarde - Renaix- frontière Wallonie (Leuze)
N70
Gand - Anvers
N80
Hasselt - frontière Wallonie (Namur)
N186
Anvers (Jan de Voslei)
Note (1) Session 2014-2015 Documents – Projet de décret : 370 – N°. 1 – Amendements : 370 – Nos 2 et 3 – Rapport : 370 – N° 4 - Amendements après introduction du rapport : 370 – N° 5 – Texte adopté en séance plénière : 370 – N° 6 Annales – Discussion et adoption : Séance de l’après-midi du 30 juin 2015.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD VLAAMSE OVERHEID [C − 2015/35989] 20 MAART 2015. — Besluit van de Vlaamse Regering houdende de aanpassing van het kaderdecreet en de besluiten van de Vlaamse Regering bedrijvencentra en doorgangsgebouwen, kmo-portefeuille, ecologiepremie, strategische ecologiesteun en strategische transformatiesteun aan de algemene groepsvrijstellingsverordening, de de-minimisverordening, de richtsnoeren inzake milieu en de richtsnoeren inzake reddings- en herstructureringssteun De Vlaamse Regering, Gelet op verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun; Gelet op verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard; Gelet op de richtsnoeren staatssteun ten behoeve van milieubescherming en energie 2014-2020 van 28 juni 2014; Gelet op de richtsnoeren inzake reddings- en herstructureringssteun aan niet-financiële ondernemingen in moeilijkheden van 31 juli 2014; Gelet op het decreet van 16 maart 2012 betreffende het economisch ondersteuningsbeleid, artikel 10, artikel 14, eerste lid, artikel 22, 27 en 37 en artikel 38, eerste lid; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 11 mei 2007 houdende subsidiëring van bedrijvencentra en doorgangsgebouwen; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2008 tot toekenning van steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor ondernemerschapsbevorderende diensten; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 2010 tot toekenning van steun aan ondernemingen voor ecologie-investeringen in het Vlaamse Gewest; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 16 november 2012 tot toekenning van steun aan ondernemingen voor strategische ecologie-investeringen in het Vlaamse Gewest; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 19 juli 2013 tot toekenning van strategische transformatiesteun aan ondernemingen in het Vlaamse Gewest; Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 12 december 2014; Gelet op advies 57.048/1 van de Raad van State, gegeven op 3 maart 2015, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; Overwegende dat de verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun, de verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard, de richtsnoeren staatssteun ten behoeve van milieubescherming en energie 2014-2020 van 28 juni 2014 en de richtsnoeren voor reddings- en herstructureringssteun aan niet-financiële ondernemingen in moeilijkheden van 31 juli 2014 in werking zijn getreden en dat de Vlaamse economische ondersteuningsmaatregelen aangepast moeten worden aan die verordeningen en richtsnoeren; Op voorstel van de Vlaamse minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport; Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK 1. — Wijzigingen aan het decreet van 16 maart 2012 betreffende het economisch ondersteuningsbeleid. Artikel 1. In artikel 3 van het decreet van 16 maart 2012 betreffende het economisch ondersteuningsbeleid worden punt 7° tot en met 11° vervangen door wat volgt “7° regionale steunkaart: een kaart met gebieden die op sociaal-economisch gebied achtergebleven zijn en beantwoorden aan de voorwaarden, vermeld in de Europese richtsnoeren inzake regionale steunmaatregelen 2014 2020 (Publicatieblad van 23 juli 2013 C 209, blz. 1 - 45). Die gebieden zijn voor Vlaanderen vastgelegd in de regionale steunkaart van het Vlaamse Gewest, goedgekeurd door de Europese Commissie op 16 september 2014 en door de Vlaamse Regering op 21 november 2014 voor de periode van 1 juli 2014 tot en met 31 december 2020. Als de steunkaart wordt herzien door de Europese Commissie of de Vlaamse Regering, wordt de nieuwe steunkaart in aanmerking genomen; 8° algemene groepsvrijstellingsverordening: verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (Publicatieblad van 26 juni 2014, L 187, blz. 1 – 78), en de latere wijzigingen ervan; 9° de-minimisverordening: verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (Publicatieblad van 24 december 2014, L 352, blz. 1 - 8), en de latere wijzigingen ervan; 10° richtsnoeren inzake milieu: richtsnoeren staatssteun ten behoeve van milieubescherming en energie 2014-2020 (Publicatieblad van 28 juni 2014, C 200, blz. 1 - 55), en de latere wijzigingen ervan; 11° richtsnoeren inzake reddings- en herstructureringssteun: richtsnoeren inzake reddings- en herstructureringssteun aan niet-financiële ondernemingen in moeilijkheden (Publicatieblad van 31 juli 2014, C 249, blz. 1 - 28), en de latere wijzigingen ervan;”. Art. 2. Artikel 6 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt: “Art. 6. Voor kleine en middelgrote ondernemingen moet het project betrekking hebben op een initiële investering als vermeld in artikel 2, punt 49, artikel 14, punt 3 en artikel 17, punt 3, van de algemene groepsvrijstellingsverordening. Voor grote ondernemingen moet het project betrekking hebben op een initiële investering ten behoeve van een nieuwe economische activiteit als vermeld in artikel 2, punt 50 en 51, en artikel 14, punt 3, van de algemene groepsvrijstellingsverordening.”. Art. 3. In artikel 12, eerste lid, van hetzelfde decreet wordt de zinsnede “artikel 15, punt 2,” vervangen door de zinsnede “artikel 17, punt 6,”. Art. 4. In artikel 13 van hetzelfde decreet wordt de zinsnede “artikel 17” vervangen door de zinsnede “artikel 2, punt 101 tot en met 131,”.
50827
50828
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 5. In artikel 15 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 wordt de zinsnede “artikel 18, punt 4,” vervangen door de zinsnede “artikel 36, punt 6 tot en met 8,”; 2° in paragraaf 2, eerste lid, wordt de zinsnede “artikel 19, punt 5,” vervangen door de zinsnede “artikel 36, punt 6 tot en met 8,”; 3° in paragraaf 3, eerste lid, wordt de zinsnede “artikel 20, punt 3,” vervangen door de zinsnede “artikel 37, punt 4 en 5,”; 4° in paragraaf 4 wordt in punt 1° de zinsnede “artikel 21, punt 2 en 4,” vervangen door de zinsnede “artikel 38, punt 4 tot en met 6,”; 5° in paragraaf 4 wordt in punt 2° de zinsnede “artikel 22, punt 2,” vervangen door de zinsnede “artikel 40, punt 5 en 6,”; 6° in paragraaf 4 wordt in punt 3° de zinsnede “artikel 23, punt 2,” vervangen door de zinsnede “artikel 41, punt 7 tot en met 10,”. Art. 6. In artikel 19 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid wordt de zinsnede “artikel 26, punt 2, en artikel 27, punt 2,” vervangen door de zinsnede “artikel 18, punt 2, en artikel 19, punt 3,”; 2° in het tweede lid wordt de zinsnede “artikel 24, punt 2,” vervangen door de zinsnede “artikel 49, punt 3 en 4,”. Art. 7. Artikel 20 van hetzelfde decreet wordt opgeheven. Art. 8. In artikel 21 van hetzelfde decreet wordt de zinsnede “artikel 2, 18°, 19° en 20°,” vervangen door de zinsnede “artikel 2, punt 3, 4 en 99,”. Art. 9. In artikel 23, tweede lid, van hetzelfde decreet wordt de zinsnede “artikel 39, punt 4,” vervangen door de zinsnede “artikel 31, punt 2 en 3,”. Art. 10. In artikel 24 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht 1° de woorden “specifieke en algemene” worden opgeheven; 2° de zinsnede “artikel 39, punt 2,” wordt vervangen door de zinsnede “artikel 31, punt 4 en 5,”. Art. 11. In artikel 38 van hetzelfde decreet wordt het derde lid vervangen door wat volgt: “De Vlaamse Regering kan op voorwaarde van aanmelding of kennisgeving bij de Europese Commissie steun verlenen aan ondernemingen. Die steun is rechtstreeks gebaseerd op respectievelijk artikel 107 van het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie en de algemene groepsvrijstellingsverordening, als die steun niet ressorteert onder de categorieën van steun, vermeld in dit decreet.”. HOOFDSTUK 2. — Wijzigingen aan het besluit van de Vlaamse Regering van 11 mei 2007 houdende subsidiëring van bedrijvencentra en doorgangsgebouwen Art. 12. In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 11 mei 2007 houdende subsidiëring van bedrijvencentra en doorgangsgebouwen, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 30 januari 2009, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° punt 5° wordt vervangen door wat volgt: “5° decreet: het decreet van 16 maart 2012 betreffende het economisch ondersteuningsbeleid;”; 2° in punt 16° worden de woorden “decreet van 31 januari 2003” vervangen door de woorden “decreet van 16 maart 2012”. Art. 13. In hoofdstuk 1, van hetzelfde besluit, wordt een afdeling 3, die bestaat uit de artikelen 2/1 tot en met 2/2, ingevoegd, die luidt als volgt: “Afdeling 3. — Europese regelgeving Art. 2/1. Deze regelgeving valt onder de toepassing van verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (Publicatieblad van 26 juni 2014, L 187, blz. 1 – 78), en de latere wijzigingen ervan (“de algemene groepsvrijstellingsverordening”). Art. 2/2. De onderneming mag op de indieningsdatum van de steunaanvraag geen achterstallige schulden hebben bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, geen onderneming in moeilijkheden zijn als vermeld in artikel 2, punt 18, van de algemene groepsvrijstellingsverordening en geen procedure op basis van Europees of nationaal recht hebben lopen waarbij een toegekende steun wordt teruggevorderd.“. Art. 14. In artikel 14 van hetzelfde besluit wordt de zinsnede “Verordening (EG) nr. 364/2004 van de Commissie van 25 februari 2004 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 70/2001 van de Commissie wat betreft uitbreiding van het toepassingsgebied tot steun voor onderzoek en ontwikkeling” vervangen door de woorden “de algemene groepsvrijstellingsverordening”. Art. 15. In hetzelfde besluit wordt een artikel 28/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: “Art. 28/1. Er wordt geen subsidie uitbetaald aan ondernemingen die een procedure op basis van Europees of nationaal recht hebben lopen waarbij een toegekende steun wordt teruggevorderd.”. HOOFDSTUK 3. — Wijzigingen aan het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2008 tot toekenning van steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor ondernemerschapsbevorderende diensten Art. 16. Artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2008 tot toekenning van steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor ondernemerschapsbevorderende diensten, vervangen door het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013, wordt vervangen door wat volgt: “Art. 2. De grootte van de onderneming, bepaald in de definitie van kleine en middelgrote ondernemingen, vermeld in bijlage I van de verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard, wordt vastgesteld op basis van een verklaring op erewoord van de onderneming en op basis van de bepalingen van artikel 3 en 4.”.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 17. Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: “Art. 5. Deze regelgeving valt onder de toepassing van de de-minimissteun, vermeld in de verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (Publicatieblad van 24 december 2013, L 352, blz. 1 – 8), en de latere wijzigingen ervan.”. HOOFDSTUK 4. — Wijzigingen aan het besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 2010 tot toekenning van steun aan ondernemingen voor ecologie-investeringen in het Vlaamse Gewest Art. 18. In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 2010 tot toekenning van steun aan ondernemingen voor ecologie-investeringen in het Vlaamse Gewest, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 november 2012, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° punt 1°/1 wordt vervangen door wat volgt: “1°/1 algemene groepsvrijstellingsverordening: verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (Publicatieblad van 26 juni 2014, L 187, blz. 1 – 78), en de latere wijzigingen ervan;”; 2° in punt 10° wordt de zinsnede “artikel 17, punt 1,” vervangen door de zinsnede “artikel 2, punt 101,”; 3° in punt 16° wordt de zinsnede “artikel 17, punt 3,” vervangen door de zinsnede “artikel 2, punt 103,”. Art. 19. In artikel 6 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 november 2012, wordt het tweede lid vervangen door wat volgt: “De onderneming mag op de indieningsdatum van de steunaanvraag geen achterstallige schulden hebben bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, geen onderneming in moeilijkheden zijn als vermeld in artikel 2, punt 18, van de algemene groepsvrijstellingsverordening, en geen procedure op basis van Europees of nationaal recht hebben lopen waarbij een toegekende steun wordt teruggevorderd.”. Art. 20. Artikel 11 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 november 2012, wordt vervangen door wat volgt: “Art. 11. De toegekende steun moet een stimulerend effect hebben. Dat betekent dat de ecologie-investeringen op zijn vroegst mogen starten na de indieningsdatum van de steunaanvraag. De steun vervalt volledig als de ecologie-investeringen starten voor of op de indieningsdatum.”. Art. 21. In artikel 21 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 november 2012, wordt het derde lid opgeheven. Art. 22. In hetzelfde besluit wordt een artikel 24/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: “Art. 24/1. Er wordt geen subsidie uitbetaald aan ondernemingen die een procedure op basis van Europees of nationaal recht hebben lopen waarbij een toegekende steun wordt teruggevorderd.”. HOOFDSTUK 5. — Wijzigingen aan het besluit van de Vlaamse Regering van 16 november 2012 tot toekenning van steun aan ondernemingen voor strategische ecologie-investeringen in het Vlaamse Gewest Art. 23. In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 november 2012 tot toekenning van steun aan ondernemingen voor strategische ecologie-investeringen in het Vlaamse Gewest worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° punt 2° wordt vervangen door wat volgt: “2° algemene groepsvrijstellingsverordening: verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (Publicatieblad van 26 juni 2014, L 187, blz. 1 – 78), en de latere wijzigingen ervan;”; 2° in punt 6° wordt de zinsnede “artikel 17, punt 1,” vervangen door de zinsnede “artikel 2, punt 101,”; 3° in punt 14° wordt de zinsnede “artikel 17, punt 3,” vervangen door de zinsnede “artikel 2, punt 103,”. Art. 24. In artikel 7 van hetzelfde besluit wordt het tweede lid vervangen door wat volgt: “De onderneming mag op de indieningsdatum van de steunaanvraag geen achterstallige schulden hebben bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, geen onderneming in moeilijkheden zijn als vermeld in artikel 2, punt 18, van de algemene groepsvrijstellingsverordening, en geen procedure op basis van Europees of nationaal recht hebben lopen waarbij een toegekende steun wordt teruggevorderd.”. Art. 25. Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: “Art. 10. De toegekende steun moet een stimulerend effect hebben. Dat betekent dat de ecologie-investeringen op zijn vroegst mogen starten na de indieningsdatum van de steunaanvraag. De steun vervalt volledig als de ecologie-investeringen starten voor of op de indieningsdatum.”. Art. 26. In artikel 21 van hetzelfde besluit wordt het derde lid opgeheven. Art. 27. In hetzelfde besluit wordt een artikel 37/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: “Art. 37/1. Er wordt geen subsidie uitbetaald aan ondernemingen die een procedure op basis van Europees of nationaal recht hebben lopen waarbij een toegekende steun wordt teruggevorderd.”. HOOFDSTUK 6. — Wijzigingen aan het besluit van de Vlaamse Regering van 19 juli 2013 tot toekenning van strategische transformatiesteun aan ondernemingen in het Vlaamse Gewest Art. 28. In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 juli 2013 tot toekenning van strategische transformatiesteun aan ondernemingen in het Vlaamse Gewest wordt punt 3° vervangen door wat volgt: “3° algemene vrijstellingsverordening: verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (Publicatieblad van 26 juni 2014, L 187, blz. 1 – 78), en de latere wijzigingen ervan;”.
50829
50830
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 29. In artikel 5 van hetzelfde besluit wordt het tweede lid vervangen door wat volgt: “De onderneming mag op de indieningsdatum van de steunaanvraag geen achterstallige schulden hebben bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, geen onderneming in moeilijkheden zijn als vermeld in artikel 2, punt 18, van de algemene vrijstellingsverordening, en geen procedure op basis van Europees of nationaal recht hebben lopen waarbij een toegekende steun wordt teruggevorderd.”. Art. 30. In artikel 6 van hetzelfde besluit wordt de zinsnede “artikel 13, 2,” vervangen door de zinsnede “artikel 14, punt 5,”. Art. 31. Artikel 13 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: “Art. 13. De toegekende steun moet een stimulerend effect hebben. Dat betekent dat de opleidingen op zijn vroegst mogen starten op de indieningsdatum van de steunaanvraag. De steun vervalt volledig als de opleidingen starten voor de indieningsdatum.”. Art. 32. In artikel 25 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het eerste lid wordt vervangen door wat volgt: “Binnen de beschikbare begrotingskredieten kan steun worden verleend aan kleine en middelgrote ondernemingen in het Vlaamse Gewest voor initiële investeringen als vermeld in artikel 6, eerste lid, van het decreet van 16 maart 2012 die verband houden met het ingediende transformatieproject, onder de voorwaarden, vermeld in artikel 10 tot en met 12 van het decreet van 16 maart 2012 en dit besluit.”; 2° tussen het eerste en het tweede lid wordt een lid ingevoegd, dat luidt als volgt: “Binnen de beschikbare begrotingskredieten kan steun worden verleend aan grote ondernemingen in het Vlaamse Gewest voor initiële investeringen ten behoeve van een nieuwe economische activiteit als vermeld in artikel 6, tweede lid, van het decreet van 16 maart 2012. Die investeringen moeten gebeuren in de regionale steungebieden en moeten verband houden met het ingediende transformatieproject, onder de voorwaarden, vermeld in artikel 10 tot en met 12 van het decreet van 16 maart 2012 en dit besluit.”. Art. 33. Artikel 28 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: “Art. 28. De toegekende steun moet een stimulerend effect hebben. Dat betekent dat de investeringen op zijn vroegst mogen starten op de indieningsdatum van de steunaanvraag. De steun vervalt volledig als de investeringen starten voor de indieningsdatum.”. Art. 34. In hetzelfde besluit wordt een artikel 41/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: “Art. 41/1. Er wordt geen subsidie uitbetaald aan ondernemingen die een procedure op basis van Europees of nationaal recht hebben lopen waarbij een toegekende steun wordt teruggevorderd.”. Art. 35. In artikel 43 van hetzelfde besluit wordt in punt 2° de zinsnede “artikel 13, 2,” vervangen door de zinsnede “artikel 14, punt 5,”. HOOFDSTUK 7. — Slotbepalingen Art. 36. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2015. Artikel 32 heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2014. Art. 37. De Vlaamse minister, bevoegd voor de economie, is belast met de uitvoering van dit besluit. Brussel, 20 maart 2015. De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport, Ph. MUYTERS
TRADUCTION AUTORITE FLAMANDE [C − 2015/35989] 20 MARS 2015. — Arrêté du Gouvernement flamand portant ajustement du décret-cadre et des arrêtés du Gouvernement flamand relatif au subventionnement des centres d’entreprises et des immeubles de transit, à la portefeuille PME, à la prime écologique, à l’aide écologique stratégique et à l’aide de transformation stratégique au règlement général d’exemption par catégorie, au règlement relatif aux aides de minimis, aux lignes directrices concernant l’environnement et aux lignes directrices concernant les aides au sauvetage et à la restructuration Le Gouvernement flamand, Vu le Règlement (CE) n° 1407/2013 de la Commission du 18 décembre 2013 relatif à l’application des articles 107 et 108 du Traité sur le fonctionnement de l’Union européenne aux aides de minimis ; Vu le Règlement (CE) n° 651/2014 de la Commission du 17 juin 2014 déclarant certaines catégories d’aide compatibles avec le marché interne en application des articles 107 et 108 du Traité ; Vu les lignes directrices concernant les aides d’État à la protection de l’environnement et à l’énergie pour la période 2014-2020 du 28 juin 2014 ; Vu les lignes directrices concernant les aides au sauvetage et à la restructuration aux entreprises non financières en difficultés du 31 juillet 2014 ; Vu le décret du 16 mars 2012 relatif à la politique d’aide économique, notamment l’article 10, l’article 14, alinéa premier, les articles 22, 27 et 37 et l’article 38, alinéa premier ; Vu l’arrêté du Gouvernement flamand du 11 mai 2007 relatif au subventionnement des centres d’entreprises et des immeubles de transit ;
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Vu l’arrêté du Gouvernement flamand du 19 décembre 2008 portant octroi d’aides aux petites et moyennes entreprises pour des services promouvant l’entrepreneuriat ; Vu l’arrêté du Gouvernement flamand du 17 décembre 2010 portant octroi d’aides aux entreprises pour des investissements écologiques réalisés en Région flamande ; Vu l’arrêté du Gouvernement flamand du 16 novembre 2012 portant octroi d’aides aux entreprises pour des investissements écologiques stratégiques en Région flamande ; Vu l’arrêté du Gouvernement flamand du 19 juillet 2013 portant portant octroi d’aides stratégiques à la transformation aux entreprises établies en Région flamande ; Vu l’accord du Ministre flamand chargé du budget, donné le 12 décembre 2014 ; Vu l’avis 57 048/1 du Conseil d’Etat, donné le 3 mars 2015, en application de l’article 84, § 1er, alinéa premier, 2°, des lois sur le Conseil d’Etat, coordonnées le 12 janvier 1973 ; Considérant que le Règlement (UE) n° 1407/2013 de la Commission du 18 décembre 2013 relatif à l’application des articles 107 et 108 du Traité sur le fonctionnement de l’Union européenne aux aides de minimis, le Règlement (UE) n° 651/2014 de la Commission du 17 juin 2014 déclarant certaines catégories d’aides compatibles avec le marché intérieur en application des articles 107 et 108 du traité, que les lignes directrices concernant les aides d’État à la protection de l’environnement et à l’énergie pour la période 2014-2020 du 28 juin 2014 et les lignes directrices concernant les aides au sauvetage et à la restructuration aux entreprises non financières en difficultés du 31 juillet 2014 sont entrées en vigueur et que les mesures flamandes d’aide économique doivent être adaptées à ces règlements et lignes directrices ; Sur la proposition du Ministre flamand de l’Emploi, de l’Economie, de l’Innovation et des Sports ; Après délibération, Arrête : CHAPITRE 1er. — Modifications au décret du 16 mars 2012 relatif à la politique d’aide économique Article 1er. Dans l’article 3 du décret du 16 mars 2012 relatif à la politique d’aide économique, les points 7° à 11° inclus sont remplacés par la disposition suivante : « 7° carte d’aide régionale : une carte des zones qui ont un retard au niveau socio-économique et qui répondent aux conditions, visées dans les lignes directrices européenne concernant les aides à finalité régionale 2014 - 2020 (Journal officiel du 23 juillet 2013 C 209, p. 1 - 45). Ces zones sont fixées pour la Flandre sur la carte d’aide à finalité régionale de la Région flamande, approuvée par la Commission européenne le 16 septembre 2014 et par le Gouvernement flamand le 21 novembre 2014 pour la période du 1er juillet 2014 au 31 décembre 2020 inclus. Si la carte d’aide à finalité régionale fait l’objet d’une révision par la Commission européenne ou par le Gouvernement flamand, la nouvelle carte d’aide à finalité régionale sera prise en considération ; 8° règlement général d’exemption par catégorie : Règlement (CE) n° 651/2014 de la Commission du 17 juin 2014 déclarant certaines catégories d’aide compatibles avec le marché commun en application des articles 107 et 108 du Traité (Journal Officiel du 26 juin 2014, L 187, p. 1- 78), et ses modifications ultérieures ; 9° règlement de minimis : Règlement (CE) n° 1407/2013 de la Commission du 18 décembre 2013 relatif à l’application des articles 107 et 108 du Traité sur le fonctionnement de l’Union européenne relatif aux aides de minimis (Journal officiel du 24 décembre 2014, L 352, p. 1- 8), et ses modifications ultérieures ; 10° lignes directrices relatives à l’environnement : lignes directrices concernant les aides d’État à la protection de l’environnement et à l’énergie 2014-2020 (Journal officiel du 28 juin 2014, C 200, p. 1 - 55), et ses modifications ultérieures ; 11° lignes directrices concernant les aides au sauvetage et à la restructuration : lignes directrices concernant les aides au sauvetage et à la restructuration d’entreprises non financières en difficulté (Journal officiel du 31 juillet 2014, C 249, p. 1 - 28), et ses modifications ultérieures ; ». Art. 2. L’article 6 du même décret est remplacé par ce qui suit : « Art. 6. Pour les petites et moyennes entreprises le projet doit avoir trait à un investissement initial tel que visé à l’article 2, point 49, l’article 14, point 3 et l’article 17, point 3, du règlement général d’exemption par catégorie. Pour les grandes entreprises le projet doit avoir trait à un investissement initial pour une nouvelle activité économique telle que visée à l’article 2, points 50 et 51, et l’article 14, point 3, du règlement général d’exemption par catégorie. ». Art. 3. Dans l’article 12, alinéa premier, du même décret, le membre de phrase « l’article 15, point 2, » est remplacé par le membre de phrase « l’article 17, point 6, ». Art. 4. Dans l’article 13 du même décret, le membre de phrase « l’article 17 » est remplacé par le membre de phrase « l’article 2, points 101 à 131 inclus, ». Art. 5. A l’article 15 du même décret sont apportées les modifications suivantes : 1° au § 1er, le membre de phrase « l’article 18, point 4 » est remplacé par le membre de phrase « l’article 36, points 6 à 8 inclus » ; 2° au § 2, le membre de phrase « l’article 19, point 5 » est remplacé par le membre de phrase « l’article 36, points 6 à 8 inclus » ; 3° au § 3, alinéa premier, le membre de phrase « l’article 20, point 3 » est remplacé par le membre de phrase « l’article 37, points 4 et 5 » ; 4° au § 4, dans le point 1°, le membre de phrase « l’article 21, points 2 et 4 » est remplacé par le membre de phrase « l’article 38, points 4 à 6 inclus » ; 5° au § 4, dans le point 2°, le membre de phrase « l’article 22, point 2 » est remplacé par le membre de phrase « l’article 40, points 5 et 6 » ; 6° au § 4, dans le point 3°, le membre de phrase « l’article 23, point 2 » est remplacé par le membre de phrase « l’article 41, points 7 à 10 inclus » ; Art. 6. A l’article 19 du même décret sont apportées les modifications suivantes : 1° à l’alinéa premier, le membre de phrase « l’article 26, point 2, et l’article 27, point 2 » est remplacé par le membre de phrase « l’article 18, point 2 et l’article 19, point 3, » ;
50831
50832
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD 2° à l’alinéa deux, le membre de phrase « l’article 24, point 2 » est remplacé par le membre de phrase « l’article 49, points 3 et 4 » ; Art. 7. L’article 20 du même décret est abrogé. Art. 8. Dans l’article 21 du même décret, le membre de phrase « l’article 2, 18°, 19° et 20°, » est remplacé par le membre de phrase « l’article 2, points 3, 4 et 99, ». Art. 9. Dans l’article 23, alinéa deux, du même décret, le membre de phrase « l’article 39, point 4, » est remplacé par le membre de phrase « l’article 31, points 2 et 3, ». Art. 10. Dans l’article 24 du même décret sont apportées les modifications suivantes : 1° les mots « spécifiques et générales » sont abrogés ; 2° le membre de phrase « l’article 39, point 2, » est remplacé par le membre de phrase « l’article 31, points 4 et 5, ». Art. 11. A l’article 38 du même décret, l’alinéa trois est remplacé par la disposition suivante : « Le Gouvernement flamand peut, sous la condition de signalement ou notification à la Commission européenne, accorder une aide aux entreprises. Cette aide est directement basée sur respectivement l’article 107 du Traité sur le fonctionnement de l’Union européenne et le Règlement général d’exemption par catégorie, lorsque cette aide ne relève pas des catégories d’aide visées au présent décret. ». CHAPITRE 2. — Modifications à l’arrêté du Gouvernement flamand du 11 mai 2007 relatif au subventionnement des centres d’entreprises et des immeubles de transit Art. 12. A l’article 1er de l’arrêté du Gouvernement flamand du 11 mai 2007 relatif au subventionnement des centres d’entreprises et des immeubles de transit, modifié par l’arrêté du Gouvernement flamand du 30 janvier 2009, sont apportées les modifications suivantes : 1° le point 5° est remplacé par la disposition suivante : « 5° décret : le décret du 16 mars 2012 relatif à la politique d’aide économique ; » ; 2° dans le point 16°, les mots « décret du 31 janvier 2003 » sont remplacés par les mots « décret du 16 mars 2012 ». Art. 13. Dans le chapitre 1er du même arrêté, il est inséré une section 3, comprenant les articles 2/1 à 2/2 inclus, rédigée comme suit : « Section 3. — Réglementation européenne Art. 2/1. Cette réglementation relève de l’application du Règlement (CE) n° 651/2014 de la Commission du 17 juin 2014 déclarant certaines catégories d’aide compatibles avec le marché commun en application des articles 107 et 108 du Traité (Journal Officiel du 26 juin 2014, L 187, p. 1- 78), et ses modifications ultérieures (« le règlement général d’exemption par catégorie »). Art. 2/2. A la date d’introduction de la demande d’aide, l’entreprise ne peut avoir de dettes arriérées auprès de l’Office national de Sécurité sociale, ne peut être une entreprise en difficultés tel que visé à l’article 2, point 18, du règlement général d’exemption par catégorie et ne peut pas faire l’objet d’une procédure de droit européen ou national visant le recouvrement de l’aide octroyée. ». Art. 14. Dans l’article 14 du même arrêté le membre de phrase « Règlement (CE) n° 364/2004 de la Commission du 25 février 2004 modifiant le Règlement (CE) n° 70/2001 de la Commission en ce qui concerne l’extension de son champ d’application aux aides à la recherche et au développement » est remplacé par les mots « Règlement général d’exemption par catégorie ». Art. 15. Dans le même arrêté, il est inséré un article 28/1, rédigé comme suit : « Art. 28/1. Aucune subvention n’est versée aux entreprises faisant l’objet d’une procédure de droit européen ou national visant le recouvrement de l’aide octroyée. ». CHAPITRE 3. — Modifications à l’arrêté du Gouvernement flamand du 19 décembre 2008 portant octroi d’aides aux petites et moyennes entreprises pour des services promouvant l’entrepreneuriat Art. 16. L’article 2 de l’arrêté du Gouvernement flamand du 19 décembre 2008 portant octroi d’aides aux petites et moyennes entreprises pour des services promouvant l’entrepreneuriat, remplacé par l’arrêté du Gouvernement flamand du 26 avril 2013, est remplacé par la disposition suivante : « Art. 2. L’ampleur de l’entreprise, dont il est question dans la définition des petites et moyennes entreprises, visée à l’annexe Ire du Règlement (CE) n° 651/2014 de la Commission du 17 juin 2014 déclarant certaines catégories d’aide compatibles avec le marché commun en application des articles 107 et 108 du Traité, est fixée sur la base d’une déclaration sur l’honneur de l’entreprise et sur la base des articles 3 et 4. ». Art. 17. L’article 5 du même arrêté est remplacé par ce qui suit : « Art. 5. Ce règlement relève de l’application de l’aide de minimis, visée au Règlement (CE) n° 1407/2013 de la Commission du 18 décembre 2013 relatif à l’application des articles 107 et 108 du Traité sur le fonctionnement de l’Union européenne relatif aux aides de minimis (Journal officiel du 24 décembre 2013, L 352, p. 1- 8), et ses modifications ultérieures. ». CHAPITRE 4. — Modifications à l’arrêté du Gouvernement flamand du 17 décembre 2010 portant octroi d’aides aux entreprises pour des investissements écologiques réalisés en Région flamande Art. 18. A l’article 1er de l’arrêté du Gouvernement flamand du 17 décembre 2010 portant octroi d’aides aux entreprises pour des investissements écologiques réalisés en Région flamande, modifié par l’arrêté du Gouvernement flamand du 16 novembre 2012, sont apportées les modifications suivantes : 1° le point 1°/1 est remplacé par la disposition suivante : « 1°/1 Règlement général d’exemption par catégorie : le Règlement (CE) n° 651/2014 de la Commission du 17 juin 2014 déclarant certaines catégories d’aide compatibles avec le marché commun en application des articles 107 et 108 du Traité (Journal Officiel du 26 juin 2014, L 187, p. 1- 78), et ses les modifications ultérieures ; »; 2° au point 10°, le membre de phrase « l’article 17, point 1, » est remplacé par le membre de phrase « l’article 2, point 101, » ;
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD 3° au point 16°, le membre de phrase « l’article 17, point 3, » est remplacé par le membre de phrase « l’article 2, point 103, ». Art. 19. A l’article 6 du même arrêté, modifié par l’arrêté du Gouvernement flamand du vendredi 16 novembre 2012, le deuxième alinéa est remplacé par la disposition suivante : « A la date d’introduction de la demande d’aide, l’entreprise ne peut avoir de dettes arriérées auprès de l’Office national de Sécurité sociale, ne peut être une entreprise en difficultés tel que visé à l’article 2, point 18, du règlement général d’exemption par catégorie et ne peut pas faire l’objet d’une procédure de droit européen ou national visant le recouvrement de l’aide octroyée. ». Art. 20. L’article 11 du même arrêté, modifié par l’arrêté du Gouvernement flamand du 16 novembre 2012, est remplacé par ce qui suit : « Art. 11. L’aide octroyée doit avoir un effet stimulateur. Cela signifie que les investissements écologiques ne peuvent être entamés au plus tôt qu’après la date d’introduction de la demande d’aide. L’aide entière est annulée lorsque les investissements écologiques prennent cours avant ou à la date d’introduction. ». Art. 21. A l’article 21 du même arrêté, modifié par l’arrêté du Gouvernement flamand du 16 novembre 2012, l’alinéa trois est abrogé. Art. 22. Dans le même arrêté, il est inséré un article 24/1, rédigé comme suit : « Art. 24/1. Aucune subvention n’est versée aux entreprises faisant l’objet d’une procédure de droit européen ou national visant le recouvrement de l’aide octroyée. ». CHAPITRE 5. — Modifications à l’arrêté du Gouvernement flamand du 16 novembre 2012 portant octroi d’aides aux entreprises pour des investissements écologiques stratégiques en Région flamande Art. 23. A l’article 1er de l’arrêté du Gouvernement flamand du 16 novembre 2012 portant octroi d’aides aux entreprises pour des investissements écologiques stratégiques en Région flamande, sont apportées les modifications suivantes : 1° le point 2° est remplacé par la disposition suivante : « 2° règlement général d’exemption par catégorie : Règlement (CE) n° 651/2014 de la Commission du 17 juin 2014 déclarant certaines catégories d’aide compatibles avec le marché commun en application des articles 107 et 108 du Traité (Journal Officiel du 26 juin 2014, L 187, p. 1- 78), et ses modifications ultérieures ; » ; 2° au point 6°, le membre de phrase « l’article 17, point 1, » est remplacé par le membre de phrase « l’article 2, point 101, » ; 3° au point 14°, le membre de phrase « l’article 17, point 3, » est remplacé par le membre de phrase « l’article 2, point 103, ». Art. 24. Dans l’article 7 du même arrêté, l’alinéa deux est remplacé par la disposition suivante : « A la date d’introduction de la demande d’aide, l’entreprise ne peut avoir de dettes arriérées auprès de l’Office national de Sécurité sociale, ne peut être une entreprise en difficultés tel que visé à l’article 2, point 18, du règlement général d’exemption par catégorie et ne peut pas faire l’objet d’une procédure de droit européen ou national visant le recouvrement de l’aide octroyée. ». Art. 25. L’article 10 du même arrêté est remplacé par ce qui suit : « Art. 10. L’aide octroyée doit avoir un effet stimulateur. Cela signifie que les investissements écologiques ne peuvent être entamés au plus tôt qu’après la date d’introduction de la demande d’aide. L’aide entière est annulée lorsque les investissements écologiques prennent cours avant ou à la date d’introduction. ». Art. 26. Dans l’article 21 du même arrêté, le troisième alinéa est abrogé. Art. 27. Dans le même arrêté, il est inséré un article 37/1, rédigé comme suit : « Art. 37/1. Aucune subvention n’est versée aux entreprises faisant l’objet d’une procédure de droit européen ou national visant le recouvrement de l’aide octroyée. ». CHAPITRE 6. — Modifications à l’arrêté du Gouvernement flamand du 19 juillet 2013 portant portant octroi d’aides stratégiques à la transformation aux entreprises établies en Région flamande Art. 28. Dans l’article 1er de l’arrêté du Gouvernement flamand du 19 juillet 2013 portant octroi d’aides stratégiques à la transformation aux entreprises établies en Région flamande, le point 3° est remplacé par la disposition suivante : « 3° règlement général d’exemption par catégorie : Règlement (CE) n° 651/2014 de la Commission du 17 juin 2014 déclarant certaines catégories d’aide compatibles avec le marché commun en application des articles 107 et 108 du Traité (Journal Officiel du 26 juin 2014, L 187, p. 1- 78), et ses modifications ultérieures ; ». Art. 29. Dans l’article 5 du même arrêté, l’alinéa deux est remplacé par la disposition suivante : « A la date d’introduction de la demande d’aide, l’entreprise ne peut avoir de dettes arriérées auprès de l’Office national de Sécurité sociale, ne peut être une entreprise en difficultés tel que visé à l’article 2, point 18, du règlement général d’exemption par catégorie et ne peut pas faire l’objet d’une procédure de droit européen ou national visant le recouvrement de l’aide octroyée. ». Art. 30. Dans l’article 6 du même arrêté, le membre de phrase « l’article 13, 2, » est remplacé par le membre de phrase « l’article 14, point 5, ».
50833
50834
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 31. L’article 13 du même arrêté est remplacé par ce qui suit : « Art. 13. L’aide octroyée doit avoir un effet stimulateur. Cela signifie que les formations ne peuvent être entamés au plus tôt qu’après la date d’introduction de la demande d’aide. L’aide entière est annulée lorsque les formations prennent cours avant la date d’introduction. ». Art. 32. Dans l’article 25 du même arrêté sont apportées les modifications suivantes : 1° l’alinéa premier est remplacé par la disposition suivante : « Dans les limites des crédits budgétaires disponibles, une aide peut être octroyée aux petites et moyennes entreprises en Région flamande pour des investissements initiaux tels que visés à l’article 6, alinéa premier, du décret du 16 mars 2012 relatifs aux projet de transformation introduit, aux conditions prévues aux articles 10 à 12 inclus du décret du 16 mars 2012 et du présent arrêté. »; 2° entre les premier et deuxième alinéas, il est inséré un alinéa ainsi rédigé : Dans les limites des crédits budgétaires disponibles, une aide peut être octroyée aux grandes entreprises en Région flamande pour des investissements initiaux relatifs à une nouvelle activité économique telle que visée à l’article 6, alinéa deux, du décret du 16 mars 2012. Ces investissements doivent avoir lieu dans les zones d’aide régionale et doivent porter sur le projet de transformation introduit, aux conditions prévues aux articles 10 à 12 inclus du décret du 16 mars 2012 et du présent arrêté. ». Art. 33. L’article 28 du même arrêté est remplacé par ce qui suit : « Art. 28. L’aide octroyée doit avoir un effet stimulateur. Cela signifie que les formations ne peuvent être entamés au plus tôt qu’après la date d’introduction de la demande d’aide. L’aide entière est annulée lorsque les investissements prennent cours avant la date d’introduction. ». Art. 34. Dans le même arrêté, il est inséré un article 41/1, rédigé comme suit : « Art. 41/1. Aucune subvention n’est versée aux entreprises faisant l’objet d’une procédure de droit européen ou national visant le recouvrement de l’aide octroyée. ». Art. 35. Dans l’article 43, dans le point 2°, du même arrêté, le membre de phrase « l’article 13, 2, » est remplacé par le membre de phrase « l’article 14, point 5, ». CHAPITRE 7. — Dispositions finales Art. 36. Le présent arrêté entre en vigueur le 1er janvier 2015. L’article 32 produit ses effets le 1er juillet 2014. Art. 37. Le Ministre flamand ayant l’économie dans ses attributions est chargé de l’exécution du présent arrêté. Bruxelles, le 20 mars 2015. Le Ministre président du Gouvernement flamand, G. BOURGEOIS Le Ministre flamand de l’Emploi, de l’Economie, de l’Innovation et des Sports, Ph. MUYTERS
* VLAAMSE OVERHEID [C − 2015/35990] 10 JULI 2015. — Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van het huishoudelijk reglement van de landcommissies, vermeld in artikel 2.2.3, § 3, van het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting, en tot oprichting van de programmacommissie, vermeld in artikel 3.2.1 van het voormelde decreet De Vlaamse Regering, Gelet op het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting, artikel 2.2.3, § 3, en artikel 3.2.1, eerste lid; Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 12 mei 2015; Gelet op advies 57.571/1 van de Raad van State, gegeven op 25 juni 2015, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; Op voorstel van de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw; Na beraadslaging, Besluit : Artikel 1. Het huishoudelijk reglement van de landcommissies, opgenomen in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd, wordt vastgesteld. Art. 2. De programmacommissie, vermeld in artikel 3.2.1 van het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting, wordt opgericht. Art. 3. De Vlaamse minister, bevoegd voor de landinrichting en het natuurbehoud, is belast met de uitvoering van dit besluit. Brussel, 10 juli 2015. De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, J. SCHAUVLIEGE
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Bijlage Huishoudelijk reglement van de landcommissies Artikel 1 De landcommissie vergadert telkens als dat vereist is voor uitvoering van de aan haar opgedragen opdrachten, vermeld in het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting (hierna het decreet van 28 maart 2014 genoemd), en het besluit van de Vlaamse Regering van 6 juni 2014 betreffende de landinrichting (hierna het besluit van 6 juni 2014 genoemd). De voorzitter belegt de vergaderingen en stelt de agenda vast. Als een meerderheid van de leden erom verzoekt, is de voorzitter ertoe gehouden om binnen dertig dagen na het verzoek de landcommissie bijeen te roepen en de agendapunten die in het verzoek tot bijeenroeping zijn opgegeven, op de agenda te plaatsen. Artikel 2 Behalve in geval van dringende noodzaak, die in de notulen van de vergadering moet worden verantwoord, worden de leden van de landcommissie ten minste acht dagen voor de dag van de vergadering door de voorzitter of de secretaris opgeroepen. De oproeping vermeldt de agenda. Artikel 3 Ieder lid dat de vergadering niet kan bijwonen, verzoekt zijn plaatsvervanger om hem op de vergadering te vervangen. Artikel 4 De voorzitter opent en sluit de vergaderingen, leidt de besprekingen en de stemopnemingen en handhaaft de orde tijdens de vergadering. Met behoud van de toepassing van artikel 1 en 2, deelt hij op het einde van de vergadering, voor zover dat mogelijk is, de dag, het uur, de plaats en de agenda van de eerstvolgende vergadering mee. De voorzitter let er in het bijzonder op dat de bepalingen van het decreet van 28 maart 2014, van het besluit van 6 juni 2014 en van dit reglement worden nageleefd. Als de voorzitter en de plaatsvervangende voorzitter afwezig of verhinderd zijn, wordt de vergadering voorgezeten door de oudste in jaren onder de aanwezige leden. Als die laatste verzoekt van die opdracht te worden ontheven, wijst de vergadering onder haar leden een ander lid aan dat de vergadering zal voorzitten. Artikel 5 De secretaris staat de voorzitter bij, brengt verslag uit over elk punt van de agenda en maakt de notulen van de vergadering op. Als de secretaris en de plaatsvervangende secretaris afwezig of verhinderd zijn, wordt het secretariaat van de vergadering waargenomen door een persoon die daartoe, eventueel buiten de leden van de landcommissie, dadelijk door de vergadering wordt aangewezen. Artikel 6 Behalve als de aanwezige leden eenparig vaststellen dat er een dringende noodzaak is, mag alleen worden beraadslaagd en beslist over de punten die op de agenda staan of die in de oproepingsbrief vermeld zijn. Artikel 7 Conform artikel 2.2.3, § 1, derde lid, van het decreet van 28 maart 2014 kan de landcommissie alleen geldig beslissen als de meerderheid van de stemgerechtigde leden aanwezig is. Bij afwezigheid van de meerderheid van de stemgerechtigde leden wordt de landcommissie opnieuw samengeroepen om bij meerderheid van de aanwezige stemgerechtigde leden te beslissen over dezelfde agendapunten. Conform artikel 2.2.3, § 1, tweede lid, van het decreet van 28 maart 2014 is, bij staking van stemmen, de stem van de voorzitter of de plaatsvervangende voorzitter beslissend. De secretaris en de plaatsvervangende secretaris van de landcommissie hebben geen stemrecht. De beslissingen worden bij meerderheid van stemmen van de aanwezige leden genomen. De landcommissie drukt haar wil uit door mondelinge stemming bij naamafroeping, of met opgeheven hand. Artikel 8 Telkens als daar reden toe bestaat, hoort de landcommissie ambtenaren van de Vlaamse Landmaatschappij over de taken waarmee die instelling voor de uitvoering van aan de landcommissie opgedragen opdrachten door het decreet van 28 maart 2014 of het besluit van 6 juni 2014 is belast. De landcommissie kan alle personen horen van wie ze het advies wil inwinnen. Artikel 9 Een lid of plaatsvervangend lid van de landcommissie mag geen beraadslaging bijwonen noch aan een stemming deelnemen over aangelegenheden waarbij het, ofwel persoonlijk, ofwel als zaakgelastigde, rechtstreeks belang heeft, of waarbij zijn echtgenoot of echtgenote dan wel bloed- of aanverwanten tot en met derde graad persoonlijk en rechtstreeks zijn betrokken. Voor de toepassing van dit artikel worden personen die wettelijk samenwonen, gelijkgesteld met echtgenoten. Artikel 10 Bij het begin van elke vergadering keurt de landcommissie de notulen van de vorige vergadering goed en worden die ter ondertekening voorgelegd aan de voorzitter en de secretaris van de vergadering. Bij hoogdringendheid die vastgesteld wordt door de commissie, worden de notulen onmiddellijk of per mail goedgekeurd. Artikel 11 De notulen worden in het archief van de landcommissie bewaard. Artikel 12 De secretaris bewaart het archief van de landcommissie. Artikel 13 De secretaris is belast met het dagelijkse beheer van de landcommissie. Artikel 14 Voor alles wat niet in het decreet van 28 maart 2014, in het besluit van 6 juni 2014 en in dit reglement is bepaald, past de landcommissie de gewone regels toe die gelden voor beraadslagende vergaderingen.
50835
50836
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2015 tot vaststelling van het huishoudelijk reglement van de landcommissies, vermeld in artikel 2.2.3, § 3, van het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting, en tot oprichting van de programmacommissie, vermeld in artikel 3.2.1 van het voormelde decreet. Brussel, 10 juli 2015. De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, J. SCHAUVLIEGE
TRADUCTION AUTORITE FLAMANDE [C − 2015/35990] 10 JUILLET 2015. — Arrêté du Gouvernement flamand fixant le règlement d’ordre intérieur des commissions foncières, visé à l’article 2.2.3, § 3, du décret du 28 mars 2014 relatif à la rénovation rurale, et créant la commission de programme, visée à l’article 3.2.1 du décret précité Le Gouvernement flamand, Vu le décret du 28 mars 2014 relatif à la rénovation rurale, notamment l’article 2.2.3, § 3, et l’article 3.2.1, alinéa premier ; Vu l’avis de l’Inspection des Finances, donné le 12 mai 2015 ; Vu l’avis 57.571/1 du Conseil d’État, donné le 25 juin 2015, en application de l’article 84, § 1er, alinéa premier, 2°, des lois sur le Conseil d’État, coordonnées le 12 janvier 1973 ; Sur la proposition de la Ministre flamande de l’Environnement, de la Nature et de l’Agriculture ; Après délibération, Arrête : Article 1er. Le règlement d’ordre intérieur des commissions foncières, repris dans l’annexe qui est jointe au présent arrêté, est fixé. Art. 2. La commission de programme, visée à l’article 3.2.1 du décret du 28 mars 2014 relatif à la rénovation rurale, est créée. Art. 3. La Ministre flamande ayant la rénovation rurale et la conservation de la nature dans ses attributions est chargée de l’exécution du présent arrêté. Bruxelles, le 10 juillet 2015. Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, G. BOURGEOIS La Ministre flamande de l’Environnement, de la Nature et de l’Agriculture, J. SCHAUVLIEGE
Annexe Règlement d’ordre intérieur des commissions foncières Article 1er La commission foncière se réunit chaque fois que les circonstances l’exigent en vue de l’exécution des missions qui lui sont confiées, visées au décret du 28 mars 2014 relatif à la rénovation rurale (dénommé ci-après le décret du 28 mars 2014), et à l’arrêté du Gouvernement flamand du 6 juin 2014 relatif à la rénovation rurale (dénommé ci-après l’arrêté du 6 juin 2014). Le président convoque les réunions et fixe l’ordre du jour. Lorsque la majorité des membres en font la demande, le président est tenu de convoquer la commission foncière dans les trente jours après la demande et d’inscrire à l’ordre du jour les points de l’ordre du jour indiqués dans la demande de convocation. Article 2 Sauf en cas de nécessité urgente, qui doit être justifiée dans le procès-verbal de la réunion, les membres de la commission foncière sont convoqués au moins huit jours avant le jour de la réunion par le président ou par le secrétaire. La convocation mentionne l’ordre du jour. Article 3 Chaque membre qui ne peut pas assister à la réunion demande à son suppléant de le remplacer lors de la réunion. Article 4 Le président ouvre et clôt les réunions, dirige les discussions et les prises de vote et maintient l’ordre lors de la réunion. Sans préjudice de l’application des articles 1er et 2, il communique à la fin de la réunion, dans la mesure du possible, le jour, l’heure, le lieu et l’ordre du jour de la prochaine réunion. Le président veille en particulier à ce que les dispositions du décret du 28 mars 2014, de l’arrêté du 6 juin 2014 et du présent règlement soient respectées. Lorsque le président et le président suppléant sont absents ou empêchés, la réunion est présidée par le doyen d’âge des membres présents. Lorsque ce dernier demande d’être relevé de cette mission, la réunion désigne parmi ses membres un autre membre qui présidera la réunion.
50837
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Article 5 Le secrétaire assiste le président, fait un rapport sur chaque point à l’ordre du jour et rédige le procès-verbal de la réunion. Lorsque le secrétaire et le secrétaire suppléant sont absents ou empêchés, le secrétariat de la réunion est assuré par une personne qui est immédiatement désignée à cet effet par la réunion, éventuellement hors des membres de la commission foncière. Article 6 Sauf lorsque les membres présents décident par unanimité qu’il est question de nécessité urgente, ils peuvent uniquement délibérer et décider de points inscrits à l’ordre du jour ou mentionnés dans la lettre de convocation. Article 7 Conformément à l’article 2.2.3, § 1er, alinéa trois, du décret du 28 mars 2014, la commission foncière peut uniquement décider valablement lorsque la majorité des membres ayant voix délibérative sont présents. En cas d’absence de la majorité des membres ayant voix délibérative, la commission foncière est reconvoquée afin de prendre une décision concernant les mêmes points à l’ordre du jour à la majorité des membres ayant voix délibérative présents. Conformément à l’article 2.2.3, § 1er, alinéa deux, du décret du 28 mars 2014, en cas de partage des voix, la voix du président ou du président suppléant est prépondérante. Le secrétaire et le secrétaire suppléant de la commission foncière n’ont pas de voix délibérative. Les décisions sont prises à la majorité des voix des membres présents. La commission foncière exprime sa volonté par vote à haute voix sur appel nominal ou par vote à main levée. Article 8 Chaque fois qu’il y a lieu, la commission foncière entend les fonctionnaires de la Vlaamse Landmaatschappij concernant les tâches dont cette institution est chargée pour l’exécution des missions dont la commission foncière est chargée en vertu du décret du 28 mars 2014 ou de l’arrêté du 6 juin 2014. La commission foncière peut entendre toutes les personnes desquelles elle souhaite obtenir l’avis. Article 9 Un membre ou un membre suppléant ne peut pas assister à une délibération ni participer à un vote concernant des affaires auxquels, soit personnellement, soit comme chargé d’affaires, il a un intérêt direct, ou impliquant personnellement et directement son conjoint/conjointe ou des parents/alliés jusqu’au troisième degré inclus. Pour l’application du présent article, les personnes qui cohabitent légalement sont assimilées à des conjoints. Article 10 Au début de chaque réunion, la commission foncière approuve le procès-verbal de la réunion précédente et le procès-verbal est ensuite soumis à la signature du président et du secrétaire de la réunion. Lorsqu’il est décidé par la commission qu’il est question d’urgence, le procès-verbal est approuvé immédiatement ou par e-mail. Article 11 Les procès-verbaux sont tenus dans les archives de la commission foncière. Article 12 Le secrétaire conserve les archives de la commission foncière. Article 13 Le secrétaire est chargé de la gestion quotidienne de la commission foncière. Article 14 En ce qui concerne tout ce qui n’a pas été fixé dans le décret du 28 mars 2014, dans l’arrêté du 6 juin 2014 et dans le présent règlement, la commission foncière applique les règles normales qui s’appliquent aux assemblées délibérantes. Vu pour être joint à l’arrêté du Gouvernement flamand du 10 juillet 2015 fixant le règlement d’ordre intérieur des commissions foncières, visé à l’article 2.2.3, § 3, du décret du 28 mars 2014 relatif à la rénovation rurale, et créant la commission de programme, visée à l’article 3.2.1 du décret précité. Bruxelles, le 10 juillet 2015. Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, G. BOURGEOIS La Ministre flamande de l’Environnement, de la Nature et de l’Agriculture, J. SCHAUVLIEGE
* VLAAMSE OVERHEID [C − 2015/36002] 10 JULI 2015. — Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van artikel 66 en artikel 84 tot en met 86 van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 mei 2004 betreffende de exploitatie en de tarieven van de VVM De Vlaamse Regering, Gelet op het decreet van 20 april 2001 betreffende de organisatie van het personenvervoer over de weg, artikel 15, artikel 16, vijfde lid, ingevoegd bij het decreet van 13 februari 2004, en artikel 66bis, ingevoegd bij het decreet van 13 februari 2004; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 14 mei 2004 betreffende de exploitatie en de tarieven van de VVM; Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 4 juni 2015; Gelet op advies nr. 57.396/3 van de Raad van State, gegeven op 6 juli 2015, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
50838
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Op voorstel van de Vlaamse minister van Mobiliteit, Openbare Werken, Vlaamse Rand, Toerisme en Dierenwelzijn; Na beraadslaging, Besluit : Artikel 1. In artikel 66 van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 mei 2004 betreffende de exploitatie en de tarieven van de VVM, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26 januari 2007 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 januari 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt de zinsnede “, of van een vervoerbewijs of bewijsstuk dat hem recht geeft op gratis vervoer” opgeheven; 2° in paragraaf 1 wordt het tweede tot en met het vierde lid opgeheven; 3° in artikel 1 worden een paragraaf § 1/1 en een paragraaf § 1/2 ingevoegd, die luiden als volgt : “§ 1/1. De reiziger valideert, zodra hij in het voertuig stapt, het geldige vervoerbewijs. § 1/2. De reiziger moet het gevalideerde vervoerbewijs tijdens de reis op elk moment kunnen tonen aan de personen die met de controle zijn belast. De reiziger moet op elk moment zijn identiteit kunnen bewijzen.”; 4° in paragraaf 2 wordt de zinsnede “, eerste lid” opgeheven. Art. 2. In artikel 84, § 1, derde lid, van hetzelfde besluit, wordt het woord “Als” vervangen door de woorden “Om het naleven van de bepalingen van dit besluit na te gaan of als”. Art. 3. In artikel 85 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26 januari 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de woorden “op voorstel van” worden vervangen door het woord “door”; 2° de woorden “ter goedkeuring aan de minister voorgelegd” worden vervangen door de zinnen “bepaald, waarbij het bedrag van deze toezichts- en administratiekosten niet hoger mag zijn dan de reële beheerskosten die voortvloeien uit de vaststelling en de afhandeling van de in die bepaling geviseerde inbreuken.”. Art. 4. In artikel 86 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26 januari 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt de zin “Gelijktijdig licht hij de dienst Centrale Controle hierover in.” vervangen door de zin “Hij licht daarover ook de dienst Administratieve Boetes in.”; 2° in paragraaf 1, derde lid, worden de woorden “aan de dienst Centrale Controle” vervangen door de woorden “schriftelijk of met een e-mail aan de dienst Administratieve Boetes”; 3° in paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden “Centrale Controle” vervangen door de woorden “Administratieve Boetes”; 4° in paragraaf 2, tweede lid, worden punt 1° en 2° vervangen door wat volgt : “1° bij een overtreding van artikel 64, artikel 66, § 1, artikel 66, § 2, en artikel 67 : 107 euro; 2°
bij een overtreding van artikel 65 en 68 : 250 euro.”;
5° in paragraaf 2, derde lid, worden punt 1° en 2° vervangen door wat volgt : “1° bij een overtreding van artikel 66, § 1/1, en § 1/2 : a) bij een tweede overtreding : 20 euro; b) bij een derde overtreding en bij elke volgende overtreding : 50 euro; 2°
bij een overtreding van artikel 64, artikel 66, § 1, artikel 66, § 2, en artikel 67 : a) bij een tweede overtreding : 294 euro; b) bij een derde overtreding en bij elke volgende overtreding : 400 euro;”;
6° aan paragraaf 2, derde lid, wordt een punt 3° toegevoegd, dat luidt als volgt : “3° bij een overtreding van artikel 65 en 68 : a) bij een tweede overtreding : 400 euro; b) bij een derde overtreding en bij elke volgende overtreding : 500 euro.”; 7° in paragraaf 4 worden de woorden “de leidinggevende van de exploitatie-entiteit” vervangen door de woorden “de teamleider van de dienst Administratieve Boetes”; 8° in paragraaf 5, eerste lid, worden de woorden “De directeur-generaal van de VVM” vervangen door de woorden “De manager Financiële Administratie”; 9° in paragraaf 5 wordt het tweede lid opgeheven. Art. 5. Dit besluit treedt in werking op 1 september 2015. Art. 6. De Vlaamse minister, bevoegd voor het mobiliteitsbeleid, de openbare werken en het vervoer, is belast met de uitvoering van dit besluit. Brussel, 10 juli 2015. De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Mobiliteit, Openbare Werken, Vlaamse Rand, Toerisme en Dierenwelzijn, B. WEYTS
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD TRADUCTION AUTORITE FLAMANDE [C − 2015/36002] 10 JUILLET 2015. — Arrêté du Gouvernement flamand modifiant l’article 66 et les articles 84 à 86 inclus de l’arrêté du Gouvernement flamand du 14 mai 2004 relatif à l’exploitation et aux tarifs de la VVM Le Gouvernement flamand, Vu le décret du 20 avril 2001 relatif à l’organisation du transport de personnes par la route, notamment les articles 15, 16, alinéa cinq, inséré par le décret du 13 février 2004, et l’article 66bis, inséré par le décret du 13 février 2004 ; Vu l’arrêté du Gouvernement flamand du 14 mai 2004 relatif à l’exploitation et aux tarifs de la VVM ; Vu l’accord de la Ministre flamande ayant le budget dans ses attributions, donné le 4 juin 2015 ; Vu l’avis n° 57.396/3 du Conseil d’État, donné le 6 juillet 2015, en application de l’article 84, § 1er, alinéa premier, 2°, des lois sur le Conseil d’État, coordonnées le 12 janvier 1973 ; Sur la proposition du Ministre flamand de la Mobilité, des Travaux publics, de la Périphérie flamande de Bruxelles, du Tourisme et du Bien-Être des Animaux ; Après délibération, Arrête : Article 1er. À l’article 66 de l’arrêté du Gouvernement flamand du 14 mai 2004 relatif à l’exploitation et aux tarifs de la VVM, remplacé par l’arrêté du Gouvernement flamand du 26 janvier 2007 et modifié par l’arrêté du Gouvernement flamand du 16 janvier 2015, les modifications suivantes sont apportées : 1° au paragraphe 1er, alinéa premier, le membre de phrase « , ou d’un titre de transport ou justificatif qui lui donne droit au transport gratuit » est abrogé ; 2° au paragraphe 1er, les alinéas deux à quatre inclus sont abrogés ; 3° il est inséré un paragraphe § 1/1 et un paragraphe § 1/2 dans l’article 1er, rédigés comme suit : « § 1/1. Dès qu’il monte dans le véhicule, le voyageur valide le titre de transport valable. § 1/2. Le voyageur doit pouvoir montrer le titre de transport validé à tout moment pendant le voyage aux personnes chargées du contrôle. Le voyageur doit pouvoir prouver son identité à tout moment. » ; 4° au paragraphe 2, le membre de phrase « , premier alinéa » est abrogé. Art. 2. A l’article 84, § 1er, alinéa trois, du même arrêté, les mots « Lorsqu’elles constatent » sont remplacés par les mots « Afin de contrôler l’observation des dispositions du présent arrêté ou lorsqu’elles constatent ». Art. 3. A l’article 85 du même arrêté, modifié par l’arrêté du Gouvernement flamand du 26 janvier 2007, sont apportées les modifications suivantes : 1° les mots « sur la proposition du » sont remplacés par les mots « par le » ; 2° les mots « soumis à l’approbation du ministre » sont remplacé par les mots « fixés, le montant de ces frais de contrôle et d’administration ne pouvant pas être supérieur aux frais de gestion réels découlant de la constatation et du règlement des infractions visées dans ladite disposition. ». Art. 4. A l’article 86 du même arrêté, modifié par l’arrêté du Gouvernement flamand du 26 janvier 2007, sont apportées les modifications suivantes : 1° au paragraphe 1er, alinéa premier, la phrase « Il en informe simultanément le service Contrôle central. » est remplacée par la phrase « Il en informe également le service Administratieve Boetes (amendes administratives. » ; 2° au paragraphe 1er, alinéa trois, les mots « au service de Contrôle central » sont remplacés par les mots « par écrit ou par courrier électronique au service Administratieve Boetes » ; 3° au paragraphe 2, alinéa premier, les mots « de Controle central » sont remplacés par les mots « Administratieve Boetes » ; 4° au paragraphe 2, alinéa deux, les points 1° et 2° sont remplacés par les dispositions suivantes : « 1° dans le cas d’une infraction aux articles 64, 66, § 1er, 66, § 2, et 67 : 107 euros ; 2°
dans le cas d’une infraction aux articles 65 et 68 : 250 euros. » ;
5° au paragraphe 2, alinéa trois, les points 1° et 2° sont remplacés par les dispositions suivantes : « 1° dans le cas d’une infraction à l’article 66, § 1/1 et § 1/2 : a) dans le cas d’une deuxième infraction : 20 euros ; b) dans le cas d’une troisième infraction et à chaque infraction suivante : 50 euros ; 2°
dans le cas d’une infraction aux articles 64, 66, § 1er, 66, § 2, et 67 : a) dans le cas d’une deuxième infraction : 294 euros ; b) dans le cas d’une troisième infraction et à chaque infraction suivante : 400 euros ; » ;
6° au paragraphe 2, alinéa trois, il est ajouté un point 3°, rédigé comme suit : « 3° dans le cas d’une infraction aux articles 65 et 68 : a) dans le cas d’une deuxième infraction : 400 euros ; b) dans le cas d’une troisième infraction et à chaque infraction suivante : 500 euros. » ; 7° au paragraphe 4, les mots « le responsable de l’entité d’exploitation » sont remplacés par les mots « le chef d’équipe du service Administratieve Boetes » ; 8° au paragraphe 5, alinéa premier, les mots « Le directeur genéral de la VVM » sont remplacés par les mots « Le manager Financiële Administratie » ;
50839
50840
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD 9° au paragraphe 5 l’alinéa deux est abrogé. Art. 5. Le présent arrêté entre en vigueur le 1er septembre 2015. Art. 6. Le Ministre flamand ayant la politique de la mobilité, les travaux publics et les transports dans ses attributions est chargé de l’exécution du présent arrêté. Bruxelles, le 10 juillet 2015. Le Ministre-Président du Gouvernement flamand G. BOURGEOIS Le Ministre flamand de la Mobilité, des Travaux publics, de la Périphérie flamande de Bruxelles, du Tourisme et du Bien-Être des Animaux, B. WEYTS
* VLAAMSE OVERHEID [C − 2015/35996] 17 JULI 2015. — Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit Vlaamse Codex Fiscaliteit van 20 december 2013, wat betreft de invoering van de kilometerheffing De Vlaamse Regering, Gelet op het samenwerkingsakkoord van 31 januari 2014 tussen het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de invoering van de kilometerheffing op het grondgebied van de drie Gewesten en tot oprichting van een publiekrechtelijk vormgegeven interregionaal Samenwerkingsverband Viapass onder de vorm van een gemeenschappelijke instelling zoals bedoeld in artikel 92bis, § 1, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd bij het samenwerkingsakkoord van 24 april 2015; Gelet op het decreet van 3 juli 2015 tot invoering van de kilometerheffing en stopzetting van de heffing van het eurovignet en tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 in dat verband, artikel 43; Gelet op de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013, artikel 2.4.2.0.1, § 2, tweede lid, ingevoegd bij het decreet van 10 juli 2015 , artikel 3.1.0.0.1, tweedelid, 1°, artikel 3.3.1.0.13, § 4, vijfde lid, ingevoegd bij het decreet van 10 juli 2015 , en artikel 3.4.3.0.1; Gelet op het besluit Vlaamse Codex Fiscaliteit van 20 december 2013; Gelet op het advies (nr. 292) van de Inspectie van Financiën van 15 juni 2015; Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de omstandigheid dat ingevolge de DBFMOovereenkomst met dienstverlener Satellic, die instaat voor de registratie van de verreden kilometers, berekening van de verschuldigde heffing en inning en doorstorting van de verschuldigde tolgelden, àlle gewestelijke regelgeving tot implementatie van de kilometerheffing uitvoerbaar moet zijn ten laatste op 1 juni 2015. Dit moet Satellic toelaten om in de loop van juni de laatste wijzigingen aan de software door te voeren en in juli te beginnen met het testen van de geprogrammeerde software. Hoewel Satellic zelf niet klaar was om de kilometerheffing operationeel te krijgen op 1 februari 2016, moet vertraging inzake het regelgevend kader zoveel mogelijk vermeden worden. Het schrijven in bijlage d.d. 26 maart 2015 uitgaande van Viapass verduidelijkt meer gedetailleerd de noodzaak van een snelle beschikbaarheid van het wetgevend kader voor het project kilometerheffing. Gelet op advies 57.763/3 van de Raad van State, gegeven op 3 juli 2015, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 3°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; Op voorstel van de Vlaamse minister van Begroting, Financiën en Energie, de Vlaamse minister van Mobiliteit, Openbare Werken, Vlaamse Rand, Toerisme en Dierenwelzijn en de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw; Na beraadslaging, Besluit : Artikel 1. Artikel 2.4.2.0.1 van het besluit Vlaamse Codex Fiscaliteit van 20 december 2013 wordt vervangen door wat volgt : “Art. 2.4.2.0.1. Als conform artikel 2.4.2.0.1, § 2, van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 een derde wordt aangewezen als houder van het voertuig, moet daarvan een schriftelijke verklaring worden voorgelegd aan de dienstverlener, vermeld in artikel 1.1.0.0.2, eerste lid, 7°/1, van dezelfde codex. De voormelde verklaring moet ondertekend zijn door de houder van het voertuig en door de derde die is aangewezen als houder van het voertuig.”. Art. 2. Aan titel 3, hoofdstuk 3, afdeling 1 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, wordt een artikel 3.3.1.0.4 toegevoegd, dat luidt als volgt : “Art. 3.3.1.0.4. De dienstverlener geeft, waar nodig, conform artikel 3.3.1.0.13, § 4, derde lid, van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013, instructies aan de bestuurder van het voertuig waarbij die laatste een van de twee volgende acties onderneemt : 1° hij begeeft zich binnen drie uur na die instructie naar een dienstverleningspunt naar keuze; 2° hij verschaft opnieuw een gegarandeerd betaalmiddel of laat het verschaffen door de houder van het voertuig.”. Art. 3. Artikel 3.4.3.0.1 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt : “Art. 3.4.3.0.1. De belastingen en toebehoren worden betaald op een van de volgende wijzen : 1° door storting of overschrijving op de rekening van de bevoegde entiteit van de Vlaamse administratie; 2° door een elektronische betaling met een debetkaart, verricht aan een betaalterminal in de kantoren van de bevoegde entiteit van de Vlaamse administratie die over een betaalterminal beschikken. In afwijking van het eerste lid moet de betaling van de niet-betaalde belasting en de boete samen met de interesten en kosten conform artikel 3.13.2.0.4, § 1, van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 op het ogenblik van de vaststelling van de overtreding worden betaald aan het bevoegde personeelslid door een elektronische betaling met een debetkaart.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD In het eerste en tweede lid wordt verstaan onder debetkaart : de door een financiële instelling uitgegeven plastic kaart die het, aan de hand van de gegevens op de chip, mogelijk maakt via elektronische weg een betalingsverrichting ten gunste van de bevoegde entiteit van de Vlaamse administratie uit te voeren. Het bevoegde personeelslid kan in bijzondere omstandigheden andere wijzen van betaling toestaan.”. Art. 4. De volgende regelgevende teksten treden in werking op 1 april 2016 : 1° het decreet van 3 juli 2015 tot invoering van de kilometerheffing en stopzetting van de heffing van het eurovignet en tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 in dat verband; 2° dit besluit. Art. 5. De Vlaamse minister, bevoegd voor financiën en begroting, de Vlaamse minister, bevoegd voor mobiliteit en openbare werken en de Vlaamse minister, bevoegd voor leefmilieu en natuur, zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit. Brussel, 17 juli 2015. De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Begroting, Financiën en Energie, A. TURTELBOOM De Vlaamse minister van Mobiliteit, Openbare Werken, Vlaamse Rand, Toerisme en Dierenwelzijn, B. WEYTS De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, J. SCHAUVLIEGE
TRADUCTION AUTORITE FLAMANDE [C − 2015/35996] 17 JUILLET 2015. — Arrêté du Gouvernement flamand modifiant l’arrêté relatif au Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013, en ce qui concerne l’introduction du système de prélèvement kilométrique Le Gouvernement flamand, Vu l’accord de coopération du 31 janvier 2014 entre la Région flamande, la Région wallonne et la Région de Bruxelles-Capitale relatif à l’introduction du système de prélèvement kilométrique sur le territoire des trois Régions et à la constitution d’un partenariat interrégional de droit public Viapass sous forme d’une institution commune telle que visée à l’article 92bis, § 1er, de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, modifié par l’accord de coopération du 24 avril 2015 ; Vu le décret du 3 juillet 2015 instaurant le système de prélèvement kilométrique et d’arrêt du prélèvement de l’eurovignette et modifiant le Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013 dans ce contexte, notamment l’article 43 ; Vu le Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013, notamment l’article 2.4.2.0.1, § 2, alinéa deux, inséré par le décret du 10 juillet 2015, l’article 3.1.0.0.1, alinéa deux, 1°, l’article 3.3.1.0.13, § 4, alinéa cinq, inséré par le décret du 10 juillet 2015, et l’article 3.4.3.0.1 ; Vu l’arrêté relatif au Code flamand de la Fiscalité du 20 décembre 2013 ; Vu l’avis (n° 292) de l’Inspection des Finances du 15 juin 2015 ; Vu la demande de traitement urgent, motivée par la circonstance qu’en conséquence de la convention DBFMO avec le prestataire de services Satellic, qui assure l’enregistrement des kilomètres parcourus, le calcul du prélèvement dû et la perception et le versement du péage dû, toutes les réglementations régionales portant la mise en œuvre du prélèvement kilométrique doivent être exécutables le 1er juin 2015 au plus tard. Cela doit permettre à Satellic d’apporter les dernières modifications au logiciel au cours du mois de juin et de commencer les tests du logiciel programmé en juillet. Bien que Satellic ne fût pas prêt à rendre le système de prélèvement kilométrique opérationnel le 1er février 2016, du retard au niveau du cadre réglementaire doit être évité autant que possible. Le courrier en annexe en date du 26 mars 2015 de la part de Viapass clarifie de manière plus détaillée le besoin d’avoir à disposition rapidement le cadre législatif concernant le projet du système de prélèvement kilométrique. Vu l’avis 57.763/3 du Conseil d’État, donné le 3 juillet 2015, en application de l’article 84, § 1er, alinéa premier, 3°, des lois sur le Conseil d’État, coordonnées le 12 janvier 1973 ; Sur la proposition de la Ministre flamande du Budget, des Finances et de l’Energie, du Ministre flamand de la Mobilité, des Travaux publics, de la Périphérie flamande de Bruxelles, du Tourisme et du Bien-Être des Animaux, et de la Ministre flamande de l’Environnement, de la Nature et de l’Agriculture ; Après délibération, Arrête : Article 1er. L’article 2.4.2.0.1 de l’arrêté relatif au Code flamand de la Fiscalité du 20 décembre 2013 est remplacé par ce qui suit : « Art. 2.4.2.0.1. Lorsque, conformément à l’article 2.4.2.0.1, § 2, du Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013, un tiers est désigné comme détenteur du véhicule, il faut en présenter une déclaration écrite au prestataire de services, visé à l’article 1.1.0.0.2, alinéa premier, 7°/1, du même Code. La déclaration précitée doit être signée par le détenteur du véhicule et par le tiers qui a été désigné comme détenteur du véhicule. ».
50841
50842
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 2. Le titre 3, chapitre 3, section 1re, du même arrêté, modifié par l’arrêté du Gouvernement flamand du 19 décembre 2014, est complété par un article 3.3.1.0.4, rédigé comme suit : « Art. 3.3.1.0.4. Le prestataire de services donne, au besoin, conformément à l’article 3.3.1.0.13, § 4, alinéa trois, du Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013, des instructions au conducteur du véhicule où ce dernier entreprend une des deux actions suivantes : 1° il se rend dans les trois heures après cette instruction à un point de service de son choix ; 2° il fournit de nouveau un moyen de paiement garanti ou le fait fournir par le détenteur du véhicule. ». Art. 3. L’article 3.4.3.0.1 du même arrêté est remplacé par ce qui suit : « Art. 3.4.3.0.1. Les impôts et accessoires sont payés d’une des manières suivantes : 1° par versement ou virement sur le compte de l’entité compétente de l’administration flamande ; 2° par un paiement électronique au moyen d’une carte de débit, effectué à un terminal de paiement dans les bureaux de l’entité compétente de l’administration flamande disposant d’un terminal de paiement. Par dérogation à l’alinéa premier, le paiement de l’impôt non payé et de l’amende avec les intérêts et frais conformément à l’article 3.13.2.0.4, § 1er, du Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013, doit être effectué au moment de la constatation de l’infraction au membre du personnel compétent par un paiement électronique au moyen d’une carte de débit. Dans les alinéas premier et deux, on entend par carte de débit : la carte en plastique émise par une institution financière qui, au moyen des données sur la puce, permet d’effectuer un paiement par voie électronique au profit de l’entité compétente de l’administration flamande. Le membre du personnel compétent peut autoriser d’autres modes de paiement dans des circonstances particulières. ». Art. 4. Les textes réglementaires suivants entrent en vigueur le 1er avril 2016 : 1° le décret du 3 juillet 2015 instaurant le système de prélèvement kilométrique et d’arrêt du prélèvement de l’eurovignette et modifiant le Code flamand de la Fiscalité du 13 décembre 2013 dans ce contexte ; 2° le présent arrêté. Art. 5. La Ministre flamande ayant les finances et le budget dans ses attributions, le Ministre flamand ayant la mobilité et les travaux publics dans ses attributions, et la Ministre flamande ayant l’environnement et la nature dans ses attributions sont chargés, chacun en ce qui le ou la concerne, de l’exécution du présent arrêté. Bruxelles, le 17 juillet 2015. Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, G. BOURGEOIS La Ministre flamande du Budget, des Finances et de l’Energie, A. TURTELBOOM Le Ministre flamand de la Mobilité, des Travaux publics, de la Périphérie flamande de Bruxelles, du Tourisme et du Bien-Être des Animaux, B. WEYTS La Ministre flamande de l’Environnement, de la Nature et de l’Agriculture, J. SCHAUVLIEGE
REGION WALLONNE — WALLONISCHE REGION — WAALS GEWEST SERVICE PUBLIC DE WALLONIE [C − 2015/27123] 23 JUILLET 2015. — Arrêté du Gouvernement wallon chargeant la SPAQuE de procéder à des mesures de réhabilitation sur le site « Les Bas-Prés » à Mons Le Gouvernement wallon, Vu le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets et notamment ses articles 39 et 43 ; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 22 juillet 2014 fixant la répartition des compétences entre les ministres et réglant la signature des actes du Gouvernement ; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 24 juillet 2014 portant règlement du fonctionnement du Gouvernement ; Vu la décision du Gouvernement wallon du 11 mars 1999 dans laquelle il définit les missions spécifiques de SPAQuE ; Vu le contrat de gestion signé entre le Gouvernement wallon et la SPAQuE en date du 13 juillet 2007, prorogé en date du 5 septembre 2013 ; Vu les décisions du Gouvernement wallon du 23 décembre 2010 et du 29 mars 2012 d’approuver la sélection du site « Les Bas Prés » dans le cadre du Plan Marshall 2.Vert ; Vu les différentes études menées sur le site par la SPAQuE ; Considérant que ces études ont mis en évidence la présence d’une contamination générale des remblais y compris les boues de dragage par des métaux lourds, des hydrocarbures aromatiques polycycliques (HAP), du benzène et des huiles minérales ; Considérant que ces contaminations ont un impact sur la qualité des sols naturels sous-jacents aux remblais ; Considérant que le site présente par conséquent un caractère gravement pollué, constituant un risque pour l’environnement et/ou la santé humaine et imposant d’intervenir prioritairement ;
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Considérant que le principe général de précaution impose d’intervenir dans les meilleurs délais afin d’éviter que ne perdurent les risques pour l’environnement et/ou la santé humaine ; Considérant que l’article 43, § 1er, du décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets impose au Gouvernement wallon, lorsque la présence de déchets risque de constituer une menace grave pour l’homme ou pour l’environnement, de prendre toute mesure utile pour prévenir le danger ou pour y remédier; Considérant que dès lors, conformément à l’article 43, § 1er, alinéa 3, du décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, le Gouvernement wallon entend charger la SPAQuE de procéder dans les meilleurs délais à la réhabilitation du site, Arrête : Article 1er. Le Gouvernement wallon charge la SPAQuE de procéder à la réalisation des mesures de réhabilitation sur le site « Les Bas-Prés » sur la commune de Mons, soit sur les parcelles reprises à l’intérieur du liseré rouge sur le plan de réhabilitation annexé au présent arrêté. Art. 2. Les travaux ont pour objet toutes les mesures de réhabilitation nécessaires en ce compris le réaménagement final du site. Les travaux seront exécutés en plusieurs phases successives suivant la nécessité de les réaliser ou non en fonction de l’amélioration environnementale du site. Ces travaux pourront notamment et non exclusivement comprendre : 1. l’installation de chantier en ce compris, si nécessaire, l’enlèvement des clôtures existantes ; 2. le bornage du site avec les propriétés voisines ; 3. le déboisement ; 4. le forage de puits de contrôle permettant de suivre l’évolution de l’impact environnemental du site consécutive aux travaux d’assainissement ; 5. l’aménagement d’un réseau de collecte des eaux de ruissellement ainsi que de tout ouvrage s’y rapportant ; 6. l’installation d’un système de pompage des eaux souterraines et leur traitement dans une station d’épuration à construire ou existante soit sur le site soit sur un site dont la réhabilitation a été confiée à SPAQE par arrêté du Gouvernement wallon ; 7. la collecte des gaz et leur gestion via une unité de traitement par incinération et/ou valorisation ; 8. la mise en place de toute autre installation utile à l’assainissement du site ; 9. le reprofilage du site afin que son aménagement soit conforme à l’impact paysager dans l’environnement et aux bons principes d’aménagement du territoire permettant sa bonne intégration dans son environnement bâti et non bâti ; 10. la constitution de cellules étanches afin d’assurer le confinement des matières ; 11. la démolition de toutes les structures enfouies et non enfouies ainsi que la gestion des débris de démolition dans des installations mobiles de tri et de concassage sur le site. Pour les autres résidus de démantèlement, non valorisables sur le site, une évacuation hors site de ceux-ci ; 12. l’évacuation ou le confinement des matériaux de remblais présents sur le site ainsi que toutes les terres sous-jacentes contaminées ; 13. le traitement des sols contaminés sur site (in site, on site) ou leur évacuation dans un centre de traitement extérieur, ou le cas échéant, dans un centre d’enfouissement technique, ou en vue d’une valorisation ; 14. la pose d’une clôture en vue de la protection des installations ; 15. la gestion des installations le temps nécessaire à assurer la fin définitive des nuisances environnementales potentielles. Art. 3. La SPAQuE peut faire appel à la police fédérale ou locale afin d’assurer aux tiers en charge des missions visées supra et à leurs sous-traitants l’accès au site visé à l’article 1er jusqu’à complète réhabilitation, y compris sa complète réintégration dans son environnement bâti et non bâti. Art. 4. Par application de l’article 43, § 4, du décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, le présent arrêté emporte permis d’environnement au sens de l’article 1er, 1°, du décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement et permis d’urbanisme au sens de l’article 84, § 1er, du Code wallon de l’Aménagement du Territoire, de l’Urbanisme et du Patrimoine et de l’Energie. Namur, le 23 juillet 2015. Le Ministre-Président, P. MAGNETTE Le Ministre de l’Environnement, de l’Aménagement du Territoire, de la Mobilité et des Transports, des Aéroports et du Bien-être animal, C. DI ANTONIO
Tableau d’emprises Mons - 6ème Division (Cuesmes) N°
Cadastre
Propriétaires
Son
N°
1
E
426A
SPW/DGO2/Direction des voies hydrauliques de Namur
2
E
466D
SPW/DGO2/Direction des voies hydrauliques de Namur
3
E
469A
Domaine de la Région wallonne/Direction générale des Autoroutes et Routes
4
E
473/2
SPW/DGO2/Direction des voies hydrauliques de Namur
5
E
473/3
Domaine de la Région wallonne/Direction générale des Autoroutes et Routes
50843
50844
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD N° 6
Cadastre
Propriétaires
Son
N°
E
474/2
Domaine de l’Etat/SPF Finances
Mons - 7ème Division (Ghlin) N°
Cadastre
Propriétaires
Son
N°
7
F
518E
SPW/DGO2/Direction des voies hydrauliques de Namur
8
F
518G
SPW/DGO2/Direction des voies hydrauliques de Namur
9
F
544A
SPW/DGO2/Direction des voies hydrauliques de Namur
10
F
545A
SPW/DGO2/Direction des voies hydrauliques de Namur
11
F
546A
SPW/DGO2/Direction des voies hydrauliques de Namur
12
F
547D
SPW/DGO2/Direction des voies hydrauliques de Namur
13
F
548A
SPW/DGO2/Direction des voies hydrauliques de Namur
14
F
549A
SPW/DGO2/Direction des voies hydrauliques de Namur
15
F
550A
SPW/DGO2/Direction des voies hydrauliques de Namur
16
F
551A
SPW/DGO2/Direction des voies hydrauliques de Namur
17
F
552
SPW/DGO2/Direction des voies hydrauliques de Namur
18
F
553
SPW/DGO2/Direction des voies hydrauliques de Namur
19
F
555C
SPW/DGO2/Direction des voies hydrauliques de Namur
20
F
557C
Demesse Hélène Marie, Demesse Maria Louiza, Pellizari Carlo, Pellizari Piero
21
F
558C
Domaine de l’IDEA
22
F
558D
Domaine de l’IDEA
23
F
590D
Domaine de la Fondation Jacques Laurent (bien géré par la Commission provinciale des Fondations Debou)
24
F
590E
Demesse Hélène Marie, Demesse Maria Louiza, Pellizari Carlo, Pellizari Piero
25
F
590K
Domaine de l’IDEA
26
F
590H
Domaine de l’IDEA
27
F
590M
Domaine de l’IDEA
28
F
590L
Domaine de l’IDEA
29
F
590P
Domaine de l’IDEA
30
F
590N
Domaine de l’IDEA
31
F
591C/2
Demesse Hélène Marie, Demesse Maria Louiza, Pellizari Carlo, Pellizari Piero
32
F
591D
Demesse Hélène Marie, Demesse Maria Louiza, Pellizari Carlo, Pellizari Piero
33
F
591E
Pacco Yolanda, Santilman Nicole, Verstreken Christine, Verstreken Brigitte
34
F
593A/2
Pacco Yolanda, Santilman Nicole, Verstreken Christine, Verstreken Brigitte
35
F
594
Bellet André
36
F
594/2
Bellet André
37
F
596A
Bellet André
38
F
597A
Bellet André
39
F
598A
Demesse Hélène Marie, Demesse Maria Louiza, Pellizari Carlo, Pellizari Piero
40
F
599C
Pacco Yolanda, Santilman Nicole, Verstreken Christine, Verstreken Brigitte
41
F
599D
Pacco Yolanda, Santilman Nicole, Verstreken Christine, Verstreken Brigitte
Vu pour être annexé à l’arrêté du Gouvernement wallon du 23 juillet 2015 chargeant la SPAQuE de procéder à des mesures de réhabilitation sur le site « Les Bas-Prés » à Mons. Namur, le 23 juillet 2015. Le Ministre-Président, P. MAGNETTE Le Ministre de l’Environnement, de l’Aménagement du Territoire, de la Mobilité et des Transports, des Aéroports et du Bien-être animal, C. DI ANTONIO
50845
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD ÜBERSETZUNG ÖFFENTLICHER DIENST DER WALLONIE [C − 2015/27123] 23. JULI 2015 — Erlass der Wallonischen Regierung zur Beauftragung der SPAQuE (Öffentliche Gesellschaft für die Förderung der Umweltqualität) mit Sanierungsmaßnahmen auf dem Gelände ″Les Bas-Prés″ in Mons Die Wallonische Regierung, Aufgrund des Dekrets vom 27. Juni 1996 über die Abfälle, insbesondere der Artikel 39 und 43; Aufgrund des Erlasses der Wallonischen Regierung vom 22. Juli 2014 zur Festlegung der Verteilung der Zuständigkeiten unter die Minister und zur Regelung der Unterzeichnung der Urkunden der Regierung; Aufgrund des Erlasses der Wallonischen Regierung vom 24. Juli 2014 zur Regelung der Arbeitsweise der Regierung; Aufgrund des Beschlusses der Wallonischen Regierung vom 11. März 1999, in dem sie die spezifischen Aufgaben der ″SPAQuE″ festlegt; Aufgrund des zwischen der Wallonischen Regierung und der SPAQuE am 13. Juli 2007 unterzeichneten und am 5. September 2013 verlängerten Dienstleistungsvertrags; Aufgrund der Beschlüsse der Wallonischen Regierung vom 23. Dezember 2010 und vom 29. März 2012 zur Genehmigung der Auswahl des Geländes ″Les Bas Prés″ im Rahmen des Marshallplans 2. Grün; Aufgrund der verschiedenen, von der « SPAQuE » auf dem Gelände durchgeführten Studien; In der Erwägung, dass durch diese Studien eine allgemeinen Verseuchung der Erdaufschüttungen einschließlich des Baggerguts durch Schwermetalle, aromatische Kohlenwasserstoffe (PAK), Benzol und Mineralöle nachgewiesen worden ist; In der Erwägung, dass diese Verseuchung Auswirkungen auf die Qualität des natürlichen Bodens unter den Erdaufschüttungen hat; In der Erwägung, dass das Gelände daher einen schwer verunreinigten Charakter aufweist, der eine Gefahr für die Umwelt und/oder die menschliche Gesundheit darstellt und ein vorrangiges Eingreifen erforderlich macht; In der Erwägung, dass durch den allgemeinen Grundsatz der Vorbeugung ein möglichst schnelles Eingreifen erforderlich gemacht wird, um zu vermeiden, dass die Gefahren für die Umwelt und/oder die menschliche Gesundheit anhalten; In der Erwägung, dass durch Artikel 43 § 1 des Dekrets vom 27. Juni 1996 über die Abfälle der Wallonischen Regierung auferlegt wird, jegliche zur Vorbeugung der Gefahr oder zu deren Behebung nützliche Maßnahme zu treffen, wenn das Vorhandensein von Abfällen eine schwerwiegende Gefahr für den Menschen oder die Umwelt darstellen kann; In der Erwägung demnach, dass die Wallonische Regierung somit in Übereinstimmung mit Artikel 43 § 1 Absatz 3 des Dekrets vom 27. Juni 1996 über die Abfälle vorhat, die SPAQuE damit zu beauftragen, die Sanierung des Geländes möglichst schnell vorzunehmen, Beschließt: Artikel 1 - Die Wallonische Regierung beauftragt die SPAQuE mit der Durchführung der Sanierungsmaßnahmen auf dem Gelände ″Les Bas-Prés″ der Gemeinde Mons, d.h. auf den Parzellen innerhalb der roten Umrandung auf dem dem vorliegenden Erlass beigefügten Sanierungsplan. Art. 2 - Die Arbeiten haben alle erforderlichen Sanierungsmaßnahmen, einschließlich der Endgestaltung des Geländes, zum Gegenstand. Die Arbeiten erfolgen in mehreren aufeinanderfolgenden Etappen je nach der Notwendigkeit ihrer Durchführung im Verhältnis zu der umweltbezogenen Verbesserung des Geländes. Diese Arbeiten können insbesondere, jedoch nicht ausschließlich Folgendes umfassen: 1. die Einrichtung einer Baustelle, erforderlichenfalls einschließlich des Entfernens der vorhandenen Umzäunungen; 2. die Abgrenzung des Geländes von den benachbarten Grundstücken; 3. die Abholzung; 4. die Bohrung von Kontrollschächten, durch die die Entwicklung der umweltbezogenen Auswirkungen der Sanierungsarbeiten auf das Gelände verfolgt werden kann; 5. die Einrichtung eines Netzes für die Sammlung des Niederschlagswassers, sowie eines jeden sich darauf beziehenden Bauwerks; 6. die Einrichtung eines Systems zum Pumpen des Grundwassers und dessen Behandlung in einer bereits vorhandenen oder zu bauenden Klärstation, und zwar entweder auf dem Gelände, oder auf einem Gelände, dessen Sanierung der „SPAQuE“ durch Erlass der Wallonischen Regierung anvertraut wurde; 7. die Sammlung der Gase und deren Behandlung in einer spezifischen Anlage zur Verbrennung und/oder Verwertung; 8. die Einrichtung jeglicher sonstigen, der Sanierung des Geländes zweckdienlichen Anlage; 9. die Neuprofilierung des Geländes, damit seine Gestaltung dem umweltbezogenen landschaftlichen Ausdruck und den Grundsätzen einer fachgerechten Raumordnung entspricht, wodurch seine angemessene Integration in die bebaute und unbebaute Umgebung ermöglicht wird; 10. die Einrichtung von Vakuumzellen, um die Einschließung der Stoffe zu sichern; 11. die Zerstörung aller vergrabenen und nicht vergrabenen Strukturen, sowie die Bewirtschaftung des Abbruchschutts in den mobilen Sortier- und Zerkleinerungsanlagen auf dem Gelände. Was die anderen Abbaurückstände betrifft, die auf dem Gelände nicht verwertbar sind, deren Abtransport aus dem Gelände; 12. den Abtransport oder die Einschließung des auf dem Gelände befindlichen Aufschüttungsmaterials, sowie der darunterliegenden verunreinigten Erde;
50846
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD 13. die Behandlung auf dem Gelände der verschmutzten Böden (in-site, on-site) oder deren Abtransport in ein auswärtiges Behandlungszentrum oder gegebenenfalls in ein technisches Vergrabungszentrum, oder zu deren Aufwertung; 14. das Anbringen einer Umzäunung zum Schutz der Anlagen; 15. die Bewirtschaftung der Anlagen bis zur endgültigen Beendung der möglichen Umweltbelästigungen. Art. 3 - Die SPAQuE kann an die föderale oder lokale Polizei appellieren, um den mit den oben erwähnten Maßnahmen beauftragten Drittpersonen und deren Nachunternehmern den Zugang zu dem in Artikel 1 erwähnten Gelände bis zu dessen vollständigen Sanierung, einschließlich seiner Wiedereinfügung in seine bebaute oder unbebaute Umgebung zu sichern. Art. 4 - In Anwendung des Artikels 43 § 4 des Dekrets vom 27. Juni 1996 über die Abfälle hat der vorliegende Erlass die Umweltgenehmigung im Sinne des Artikels 1 Ziffer 1° des Dekrets vom 11. März 1999 über die Umweltgenehmigung, sowie die Städtebaugenehmigung im Sinne des Artikels 84 § 1 des Wallonischen Gesetzbuches über die Raumordnung, den Städtebau, das Erbe und die Energie zur Folge. Namur, den 23. Juli 2015 Der Minister-Präsident P. MAGNETTE Der Minister für Umwelt, Raumordnung, Mobilität und Transportwesen, Flughäfen und Tierschutz C. DI ANTONIO
Tabelle der Landentnahmen Mons - Gemarkung 6 (Cuesmes) Nr.
Kataster
Eigentümer
Flur
Nr.
1
E
426A
ÖDW / OGD2 / Direktion der Wasserstraßen Namur
2
E
466D
ÖDW / OGD2 / Direktion der Wasserstraßen Namur
3
E
469A
Domäne der wallonischen Region / Generaldirektion der Autobahnen und Straßen
4
E
473/2
ÖDW / OGD2 / Direktion der Wasserstraßen Namur
5
E
473/3
Domäne der wallonischen Region / Generaldirektion der Autobahnen und Straßen
6
E
474/2
Staatliche Domäne / FÖD Finanzen
Mons - Gemarkung 7 (Ghlin) Nr.
Kataster
Eigentümer
Flur
Nr.
7
F
518E
ÖDW / OGD2 / Direktion der Wasserstraßen Namur
8
F
518G
ÖDW / OGD2 / Direktion der Wasserstraßen Namur
9
F
544A
ÖDW / OGD2 / Direktion der Wasserstraßen Namur
10
F
545A
ÖDW / OGD2 / Direktion der Wasserstraßen Namur
11
F
546A
ÖDW / OGD2 / Direktion der Wasserstraßen Namur
12
F
547D
ÖDW / OGD2 / Direktion der Wasserstraßen Namur
13
F
548A
ÖDW / OGD2 / Direktion der Wasserstraßen Namur
14
F
549A
ÖDW / OGD2 / Direktion der Wasserstraßen Namur
15
F
550A
ÖDW / OGD2 / Direktion der Wasserstraßen Namur
16
F
551A
ÖDW / OGD2 / Direktion der Wasserstraßen Namur
17
F
552
ÖDW / OGD2 / Direktion der Wasserstraßen Namur
18
F
553
ÖDW / OGD2 / Direktion der Wasserstraßen Namur
19
F
555C
ÖDW / OGD2 / Direktion der Wasserstraßen Namur
20
F
557C
Demesse Hélène Marie, Demesse Maria Louiza, Pellizari Carlo, Pellizari Piero
21
F
558C
Domäne von IDEA
22
F
558D
Domäne von IDEA
23
F
590D
Domäne der Stiftung Jacques Laurent (verwaltet durch die ″Commission provinciale des Fondations Debou″)
24
F
590E
Demesse Hélène Marie, Demesse Maria Louiza, Pellizari Carlo, Pellizari Piero
50847
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Nr.
Kataster
Eigentümer
Flur
Nr.
25
F
590K
Domäne von IDEA
26
F
590H
Domäne von IDEA
27
F
590M
Domäne von IDEA
28
F
590L
Domäne von IDEA
29
F
590P
Domäne von IDEA
30
F
590N
Domäne von IDEA
31
F
591C/2
Demesse Hélène Marie, Demesse Maria Louiza, Pellizari Carlo, Pellizari Piero
32
F
591D
Demesse Hélène Marie, Demesse Maria Louiza, Pellizari Carlo, Pellizari Piero
33
F
591E
Pacco Yolanda, Santilman Nicole, Verstreken Christine, Verstreken Brigitte
34
F
593A/2
Pacco Yolanda, Santilman Nicole, Verstreken Christine, Verstreken Brigitte
35
F
594
Bellet André
36
F
594/2
Bellet André
37
F
596A
Bellet André
38
F
597A
Bellet André
39
F
598A
Demesse Hélène Marie, Demesse Maria Louiza, Pellizari Carlo, Pellizari Piero
40
F
599C
Pacco Yolanda, Santilman Nicole, Verstreken Christine, Verstreken Brigitte
41
F
599D
Pacco Yolanda, Santilman Nicole, Verstreken Christine, Verstreken Brigitte
Gesehen, um dem Erlass der Wallonischen vom 23. Juli 2015 zur Beauftragung der SPAQuE (Öffentliche Gesellschaft für die Förderung der Umweltqualität) mit Sanierungsmaßnahmen auf dem Gelände ″Les Bas-Prés″ in Mons als Anlage beigefügt zu werden. Namur, den 23. Juli 2015 Der Minister-Präsident, P. MAGNETTE Der Minister für Umwelt, Raumordnung, Mobilität und Transportwesen, Flughäfen und Tierschutz, C. DI ANTONIO
VERTALING WAALSE OVERHEIDSDIENST [C − 2015/27123] 23 JULI 2015. — Besluit van de Waalse Regering waarbij de “SPAQuE” ermee belast wordt saneringsmaatregelen te nemen op de site “Les Bas-Prés” te Bergen De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 27 juni 1996 betreffende afvalstoffen, inzonderheid op de artikelen 39 en 43; Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 22 juli 2014 tot vastlegging van de verdeling van de ministeriële bevoegdheden en tot regeling van de ondertekening van haar akten; Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 24 juli 2014 tot regeling van de werking van de Waalse Regering; Gelet op de beslissing van de Waalse Regering van 11 maart 1999 waarbij de specifieke opdrachten van de “SPAQuE” worden bepaald; Gelet op het beheerscontract gesloten tussen de Waalse Regering en de “SPAQuE” op 13 juli 2007 en verlengd op 5 september 2013; Gelet op de beslissingen van de Waalse Regering van 23 december 2010 en 29 maart 2012 tot goedkeuring van de selectie van de site “Les Bas Prés” in het kader van het Marshall-Plan 2.groen; Gelet op de verschillende onderzoeken die de “SPAQuE” op de site heeft gevoerd; Overwegende dat deze onderzoeken gewezen hebben op een algemene verontreiniging van de ophogingen, baggerspecie inbegrepen, door zware metalen, polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK), benzeen en minerale oliën; Overwegende dat deze verontreinigingen een impact hebben op de kwaliteit van de natuurlijke gronden die onder de ophogingen liggen; Overwegende dat de site bijgevolg ernstig verontreinigd is en gevaar inhoudt voor het leefmilieu en/of de gezondheid van de mens, dat hij het voorwerp moet uitmaken van een voorkeursbehandeling; Overwegende dat het algemene voorzorgsbeginsel een spoedige tussenkomst oplegt om te voorkomen dat de risico’s voor het leefmilieu en/of de gezondheid van de mens aanhouden;
50848
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Overwegende dat de Waalse Regering krachtens artikel 43, § 1, van het decreet van 27 juni 1996 betreffende de afvalstoffen elke nuttige maatregel moet treffen om gevaar te voorkomen of te verhelpen als de aanwezigheid van afval wel eens een ernstige bedreiging voor de mens of het leefmilieu zou kunnen vormen; Overwegende dat de Waalse Regering overeenkomstig artikel 43, § 1, derde lid, van het decreet van 27 juni 1996 betreffende de afvalstoffen dan ook van plan is de « SPAQuE » te belasten met een spoedige sanering van de site, Besluit : Artikel 1. De Waalse Regering belast de “SPAQUE” met het nemen van saneringsmaatregelen op de locatie “Les Bas-Prés” op het grondgebied van de gemeente Bergen, namelijk op de percelen gelegen binnen de rode rand aangegeven op het bij dit besluit gevoegde saneringsplan. Art. 2. De werken worden uitgevoerd in het kader van de nodige saneringsmaatregelen, met inbegrip van de definitieve herinrichting van de site. Ze worden uitgevoerd in al dan niet opeenvolgende fases naar gelang van het ecologische herstel van de site. Deze werken omvatten o.a. en niet uitsluitend: 1. de werfinstallatie, waarbij de bestaande omheiningen desnoods verwijderd worden; 2. de afbakening van de site en van de naburige eigendommen; 3. de ontbossing; 4. het boren van controleputten om de evolutie van de milieueffecten van de site na de saneringswerken te kunnen nagaan; 5. de aanleg van een netwerk voor de opvang van afvloeiend water, alsmede van elk desbetreffend werk; 6. de installatie van een systeem om grondwater op te pompen en in de behandeling ervan in een bestaand of te bouwen zuiveringsstation, hetzij op de site, hetzij op een site waarvan het herstel bij besluit van de Waalse Regering aan de “SPAQuE” wordt toevertrouwd; 7. de opvang van gassen en het beheer ervan via een behandelingseenheid verbranding en/of valorisering; 8. de bouw van elke andere installatie die nuttig is voor de sanering van de site; 9. de herprofilering van de bedrijfsruimte, alsmede de inrichting ervan, rekening houdende met de gevolgen daarvan voor het landschap en het milieu en met de goede beginselen van inrichting van het grondgebied met het oog op de vlotte integratie ervan in de al dan niet bebouwde omgeving; 10. de bouw van dichte cellen die de afzondering van de stoffen moeten waarborgen; 11. de afbraak van alle al dan niet ingegraven structuren, alsook het beheer van afbraakafval in mobiele sorteeren puinbreekinstallaties op de site. de afvoer van de overige ontmantelingsafval die niet binnen de site gevaloriseerd kan worden; 12. de ontruiming of de afzondering van aanvullingsmaterialen die zich op de site bevinden, alsmede van alle verontreinigde onderliggende gronden; 13. de behandeling van de vervuilde grond in de bedrijfsruimte (in site, on site) of de afvoer ervan naar een extern behandelingscentrum, of desgevallend, naar een centrum voor technische ondergraving, of met het oog op een valorisatie; 14. het plaatsen van een omheining om de installaties te beschermen; 15. het beheer van de installaties gedurende de tijd die nodig is om een einde te maken aan potentiële milieuhinder. Art. 3. De ″SPAQuE″ kan een beroep doen op de federale of lokale politie om de met bovenbedoelde opdrachten belaste derden en hun onderaannemers toegang te verlenen tot de in artikel 1 bedoelde site zolang hij niet volledig gesaneerd is en weer geïntegreerd is in zijn al dan niet bebouwde omgeving. Art. 4. Bij toepassing van artikel 43, § 4, van het decreet van 27 juni 1996 betreffende de afvalstoffen geldt dit besluit als milieuvergunning in de zin van artikel 1, 1°, van het decreet van 11 maart 1999 betreffende de milieuvergunning en als stedenbouwkundige vergunning in de zin van artikel 84, § 1, van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, Erfgoed en Energie. Namen, 23 juli 2015. De Minister-President, P. MAGNETTE De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening, Mobiliteit, Vervoer, Luchthavens en Dierenwelzijn, C. DI ANTONIO
Tabel der innemingen Bergen - 6e Afdeling (Cuesmes) Nr.
Kadaster
Eigenaars
Afd
Nr.
1
E
426A
SPW/DGO2/Directie Waterwegen Namen
2
E
466D
SPW/DGO2/Directie Waterwegen Namen
3
E
469A
Domein van het Waalse Gewest/Directoraat-generaal Autosnelwegen en Wegen
4
E
473/2
SPW/DGO2/Directie Waterwegen Namen
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Nr.
Kadaster
Eigenaars
Afd
Nr.
5
E
473/3
Domein van het Waalse Gewest/Directoraat-generaal Autosnelwegen en Wegen
6
E
474/2
Staatsdomein/FOD Financiën
Bergen – 7e Afdeling (Ghlin) Nr.
Kadaster
Eigenaars
Afd
Nr.
7
F
518E
SPW/DGO2/Directie Waterwegen Namen
8
F
518G
SPW/DGO2/Directie Waterwegen Namen
9
F
544A
SPW/DGO2/Directie Waterwegen Namen
10
F
545A
SPW/DGO2/Directie Waterwegen Namen
11
F
546A
SPW/DGO2/Directie Waterwegen Namen
12
F
547D
SPW/DGO2/Directie Waterwegen Namen
13
F
548A
SPW/DGO2/Directie Waterwegen Namen
14
F
549A
SPW/DGO2/Directie Waterwegen Namen
15
F
550A
SPW/DGO2/Directie Waterwegen Namen
16
F
551A
SPW/DGO2/Directie Waterwegen Namen
17
F
552
SPW/DGO2/Directie Waterwegen Namen
18
F
553
SPW/DGO2/Directie Waterwegen Namen
19
F
555C
SPW/DGO2/Directie Waterwegen Namen
20
F
557C
Demesse Hélène Marie, Demesse Maria Louiza, Pellizari Carlo, Pellizari Piero
21
F
558C
Domein van IDEA
22
F
558D
Domein van IDEA
23
F
590D
Domein van de Jacques Laurent Stichting (goed dat wordt beheerd door de “Commission provinciale des Fondations Debou”)
24
F
590E
Demesse Hélène Marie, Demesse Maria Louiza, Pellizari Carlo, Pellizari Piero
25
F
590K
Domein van IDEA
26
F
590H
Domein van IDEA
27
F
590M
Domein van IDEA
28
F
590L
Domein van IDEA
29
F
590P
Domein van IDEA
30
F
590N
Domein van IDEA
31
F
591C/2
Demesse Hélène Marie, Demesse Maria Louiza, Pellizari Carlo, Pellizari Piero
32
F
591D
Demesse Hélène Marie, Demesse Maria Louiza, Pellizari Carlo, Pellizari Piero
33
F
591E
Pacco Yolanda, Santilman Nicole, Verstreken Christine, Verstreken Brigitte
34
F
591A/2
Pacco Yolanda, Santilman Nicole, Verstreken Christine, Verstreken Brigitte
35
F
594
Bellet André
36
F
594/2
Bellet André
37
F
596A
Bellet André
38
F
597A
Bellet André
39
F
598A
Demesse Hélène Marie, Demesse Maria Louiza, Pellizari Carlo, Pellizari Piero
40
F
599C
Pacco Yolanda, Santilman Nicole, Verstreken Christine, Verstreken Brigitte
41
F
599D
Pacco Yolanda, Santilman Nicole, Verstreken Christine, Verstreken Brigitte
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 23 juli 2015 waarbij de “SPAQuE” ermee belast wordt saneringsmaatregelen te nemen op de site “Les Bas-Prés” te Bergen. Namen, 23 juli 2015. De Minister-President, P. MAGNETTE De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening, Mobiliteit, Vervoer, Luchthavens en Dierenwelzijn, C. DI ANTONIO
50849
50850
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD SERVICE PUBLIC DE WALLONIE [2015/203646] 23 JUILLET 2015. — Arrêté du Gouvernement wallon approuvant le programme communal de développement rural de la commune de Clavier Le Gouvernement wallon, Vu la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, notamment l’article 1er, § 3; Vu le décret du 11 avril 2014 relatif au développement rural; Vu la délibération du conseil communal de Clavier du 19 janvier 2015 adoptant le projet de programme communal de développement rural; Vu l’avis de la Commission régionale d’Aménagement du Territoire du 26 mars 2015; Considérant que la commune de Clavier ne peut supporter seule le coût des acquisitions et travaux nécessaires; Sur proposition du Ministre de l’Agriculture, de la Nature, de la Ruralité, du Tourisme et des Infrastructures sportives, délégué à la Représentation à la Grande Région, Arrête : Article 1er. Le programme communal de développement rural de la commune de Clavier est approuvé pour une période de dix ans prenant cours à la date de signature du présent arrêté. Art. 2. Des subventions peuvent être accordées à la commune pour l’exécution de son opération de développement rural. Art. 3. Ces subventions sont accordées dans les limites des crédits budgétaires annuellement disponibles à cet effet et aux conditions fixées par voie de convention par le Ministre de la Ruralité. Art. 4. Le taux de subvention est fixé à maximum 80 % du coût des acquisitions et des travaux nécessaires à l’exécution de l’opération, frais accessoires compris. Art. 5. La commune est tenue de solliciter les subventions prévues en vertu des dispositions légales et réglementaires en vigueur. Art. 6. Le Ministre de l’Agriculture, de la Nature, de la Ruralité, du Tourisme et des Infrastructures sportives, délégué à la Représentation à la Grande Région est chargé de l’exécution du présent arrêté. Art. 7. Le présent arrêté entre en vigueur le jour de sa signature. Namur, le 23 juillet 2015. Le Ministre-Président, P. MAGNETTE Le Ministre de l’Agriculture, de la Nature, de la Ruralité, du Tourisme et des Infrastructures sportives, délégué à la Représentation à la Grande Région, R. COLLIN
ÜBERSETZUNG ÖFFENTLICHER DIENST DER WALLONIE [2015/203646] 23. JULI 2015 — Erlass der Wallonischen Regierung zur Genehmigung des gemeindlichen Programms für ländliche Entwicklung der Gemeinde Clavier Die Wallonische Regierung, Aufgrund des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen, insbesondere des Artikels 1 § 3; Aufgrund des Dekrets vom 11. April 2014 über die ländliche Entwicklung; Aufgrund des Beschlusses des Gemeinderates von Clavier vom 19. Januar 2015 zur Verabschiedung des Entwurfs des gemeindlichen Programms für ländliche Entwicklung; Aufgrund des Gutachtens des Regionalausschusses für Raumordnung vom 26. März 2015; In der Erwägung, dass die Gemeinde Clavier nicht in der Lage ist, die Kosten der notwendigen Anschaffungen und Arbeiten alleine zu tragen; Auf Vorschlag des Ministers für Landwirtschaft, Natur, ländliche Angelegenheiten, Tourismus und Sportinfrastrukturen, und Vertreter bei der Großregion, Beschließt: Artikel 1 - Das Programm für ländliche Entwicklung der Gemeinde Clavier wird am Tag der Unterzeichnung des vorliegenden Erlasses und für einen zehnjährigen Zeitraum genehmigt. Art. 2 - Der Gemeinde können Zuschüsse für die Durchführung ihrer Aktion zur ländlichen Entwicklung gewährt werden. Art. 3 - Diese Zuschüsse werden im Rahmen der jährlich zu diesem Zweck verfügbaren Haushaltsmittel und unter den vom Minister für ländliche Angelegenheiten durch Vereinbarung festgelegten Bedingungen gewährt. Art. 4 - Der Bezuschussungssatz wird auf höchstens 80% der für die Durchführung der Maßnahmen notwendigen Kosten der Anschaffungen und Arbeiten, einschließlich der Nebenkosten, festgesetzt. Art. 5 - Die gemäß den geltenden gesetzlichen und verordnungsrechtlichen Bestimmungen vorgesehenen Zuschüsse sind von der Gemeinde zu beantragen. Art. 6 - Der Minister für Landwirtschaft, Natur, ländliche Angelegenheiten, Tourismus und Sportinfrastrukturen, und Vertreter bei der Großregion wird mit der Durchführung des vorliegenden Erlasses beauftragt.
50851
50852
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 7 - Der vorliegende Erlass tritt am Tag seiner Unterzeichnung in Kraft. Namur, den 23. Juli 2015 Der Minister-Präsident P. MAGNETTE Der Minister für Landwirtschaft, Natur, ländliche Angelegenheiten, Tourismus und Sportinfrastrukturen, und Vertreter bei der Großregion R. COLLIN
VERTALING WAALSE OVERHEIDSDIENST [2015/203646] 23 JULI 2015. — Besluit van de Waalse Regering tot goedkeuring van het gemeentelijke plattelandsontwikkelingsprogramma van de gemeente Clavier De Waalse Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 1, § 3; Gelet op het decreet van 11 april 2014 betreffende de plattelandsontwikkeling; Gelet op de beraadslaging van de gemeenteraad van Clavier van 19 januari 2015 waarbij het gemeentelijke plattelandsontwikkelingsprogramma is goedgekeurd; Gelet op het advies van de ″Commission régionale d’Aménagement du Territoire″ (Gewestelijke commissie voor ruimtelijke ordening) van 26 maart 2015; Overwegende dat de gemeente Clavier de kosten van de nodige aankopen en werkzaamheden niet alleen kan dragen; Op de voordracht van de Minister van Landbouw, Natuur, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme en Sportinfrastructuren, afgevaardigde voor de Vertegenwoordiging bij de Grote Regio, Besluit : Artikel 1. Het gemeentelijke plattelandsontwikkelingsprogramma van de gemeente Clavier wordt voor een periode van tien jaar goedgekeurd ingaand te rekenen vanaf de datum van de ondertekening van dit besluit. Art. 2. Er kunnen toelagen aan de gemeente verleend worden voor de uitvoering van haar plattelandsontwikkelingsprogramma. Art. 3. Deze toelagen worden verleend binnen de perken van de daartoe jaarlijks beschikbare begrotingskredieten en onder de voorwaarden vastgelegd bij overeenkomst door de Minister van Landelijke Aangelegenheden. Art. 4. De toelagen bedragen hoogstens 80 % van de kosten van de aankopen en werkzaamheden die nodig zijn voor de uitvoering van het programma, bijkomende kosten inbegrepen. Art. 5. De gemeente vraagt de toelagen aan overeenkomstig de geldende wettelijke en regelgevende bepalingen. Art. 6. De Minister van Landbouw, Natuur, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme en Sportinfrastructuren, afgevaardigde voor de Vertegenwoordiging bij de Grote Regio is belast met de uitvoering van dit besluit. Art. 7. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het ondertekend wordt. Namen, 23 juli 2015. De Minister-President, P. MAGNETTE De Minister van Landbouw, Natuur, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme en Sportinfrastructuren, afgevaardigde voor de Vertegenwoordiging bij de Grote Regio, R. COLLIN
* SERVICE PUBLIC DE WALLONIE [2015/203647] 23 JUILLET 2015. — Arrêté du Gouvernement wallon approuvant le programme communal de développement rural de la commune de Somme-Leuze Le Gouvernement wallon, Vu la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, notamment l’article 1er, § 3; Vu le décret du 11 avril 2014 relatif au développement rural; Vu la délibération du conseil communal de Somme-Leuze du 24 février 2015 approuvant le programme communal de développement rural; Vu l’avis de la Commission régionale d’Aménagement du Territoire du 18 mai 2015; Considérant que la commune de Somme-Leuze ne peut supporter seule le coût des acquisitions et travaux nécessaires; Sur proposition du Ministre de l’Agriculture, de la Nature, de la Ruralité, du Tourisme et des Infrastructures sportives, délégué à la Représentation à la Grande Région, Arrête : Article 1er. Le programme communal de développement rural de la commune de Somme-Leuze est approuvé pour une période de dix ans prenant cours à la date de signature du présent arrêté.
50853
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 2. Des subventions peuvent être accordées à la commune pour l’exécution de son opération de développement rural. Art. 3. Ces subventions sont accordées dans les limites des crédits budgétaires annuellement disponibles à cet effet et aux conditions fixées par voie de convention par le Ministre de la Ruralité. Art. 4. Le taux de subvention est fixé à maximum 80 % du coût des acquisitions et des travaux nécessaires à l’exécution de l’opération, frais accessoires compris. Art. 5. La commune est tenue de solliciter les subventions prévues en vertu des dispositions légales et réglementaires en vigueur. Art. 6. Le Ministre de l’Agriculture, de la Nature, de la Ruralité, du Tourisme et des Infrastructures sportives, délégué à la Représentation à la Grande Région est chargé de l’exécution du présent arrêté. Art. 7. Le présent arrêté entre en vigueur le jour de sa signature. Namur, le 23 juillet 2015. Le Ministre-Président, P. MAGNETTE Le Ministre de l’Agriculture, de la Nature, de la Ruralité, du Tourisme et des Infrastructures sportives, délégué à la Représentation à la Grande Région, R. COLLIN
ÜBERSETZUNG ÖFFENTLICHER DIENST DER WALLONIE [2015/203647] 23. JULI 2015 — Erlass der Wallonischen Regierung zur Genehmigung des gemeindlichen Programms für ländliche Entwicklung der Gemeinde Somme-Leuze Die Wallonische Regierung, Aufgrund des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen, insbesondere des Artikels 1 § 3; Aufgrund des Dekrets vom 11. Juni 2014 über die ländliche Entwicklung; Aufgrund des Beschlusses des Gemeinderates von Somme-Leuze vom 24. Februar 2015 zur Genehmigung des gemeindlichen Plans für ländliche Entwicklung; Aufgrund des Gutachtens des Regionalausschusses für Raumordnung vom 18. Mai 2015; In der Erwägung, dass die Gemeinde Somme-Leuze nicht in der Lage ist, die Kosten der notwendigen Anschaffungen und Arbeiten alleine zu tragen; Auf Vorschlag des Ministers für Landwirtschaft, Natur, ländliche Angelegenheiten, Tourismus und Sportinfrastrukturen, und Vertreter bei der Großregion, Beschließt: Artikel 1 - Das Programm für ländliche Entwicklung der Gemeinde Somme-Leuze wird am Tag der Unterzeichnung des vorliegenden Erlasses und für einen zehnjährigen Zeitraum genehmigt. Art. 2 - Der Gemeinde können Zuschüsse für die Durchführung ihrer Aktion zur ländlichen Entwicklung gewährt werden. Art. 3 - Diese Zuschüsse werden im Rahmen der jährlich zu diesem Zweck verfügbaren Haushaltsmittel und unter den vom Minister für ländliche Angelegenheiten durch Vereinbarung festgelegten Bedingungen gewährt. Art. 4 - Der Bezuschussungssatz wird auf höchstens 80% der für die Durchführung der Maßnahmen notwendigen Kosten der Anschaffungen und Arbeiten, einschließlich der Nebenkosten, festgesetzt. Art. 5 - Die gemäß den geltenden gesetzlichen und verordnungsrechtlichen Bestimmungen vorgesehenen Zuschüsse sind von der Gemeinde zu beantragen. Art. 6 - Der Minister für Landwirtschaft, Natur, ländliche Angelegenheiten, Tourismus und Sportinfrastrukturen, und Vertreter bei der Großregion wird mit der Durchführung des vorliegenden Erlasses beauftragt. Art. 7 - Der vorliegende Erlass tritt am Tag seiner Unterzeichnung in Kraft. Namur, den 23. Juli 2015 Der Minister-Präsident P. MAGNETTE Der Minister für Landwirtschaft, Natur, ländliche Angelegenheiten, Tourismus und Sportinfrastrukturen, und Vertreter bei der Großregion, R. COLLIN
50854
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD VERTALING WAALSE OVERHEIDSDIENST [2015/203647] 23 JULI 2015. — Besluit van de Waalse Regering tot goedkeuring van het gemeentelijke plattelandsontwikkelingsprogramma van de gemeente Somme-Leuze De Waalse Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 1, § 3; Gelet op het decreet van 11 april 2014 betreffende de plattelandsontwikkeling; Gelet op de beraadslaging van de gemeenteraad van Ohey van 24 februari 2015 waarbij het gemeentelijke plattelandsontwikkelingsprogramma is goedgekeurd; Gelet op het advies van de ″Commission régionale d’Aménagement du Territoire″ (Gewestelijke commissie voor ruimtelijke ordening) van 18 mei 2015; Overwegende dat de gemeente Somme-Leuze de kosten van de nodige aankopen en werkzaamheden niet alleen kan dragen; Op de voordracht van de Minister van Landbouw, Natuur, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme en Sportinfrastructuren, afgevaardigde voor de Vertegenwoordiging bij de Grote Regio, Besluit : Artikel 1. Het gemeentelijke plattelandsontwikkelingsprogramma van de gemeente Somme-Leuze wordt goedgekeurd voor een periode van tien jaar, die ingaat op de datum van ondertekening van dit besluit. Art. 2. Er kunnen toelagen aan de gemeente verleend worden voor de uitvoering van haar plattelandsontwikkelingsprogramma. Art. 3. Deze toelagen worden verleend binnen de perken van de daartoe jaarlijks beschikbare begrotingskredieten en onder de voorwaarden vastgelegd bij overeenkomst door de Minister van Landelijke Aangelegenheden. Art. 4. De toelagen bedragen hoogstens 80 % van de kosten van de aankopen en werkzaamheden die nodig zijn voor de uitvoering van het programma, bijkomende kosten inbegrepen. Art. 5. De gemeente vraagt de toelagen aan overeenkomstig de geldende wettelijke en regelgevende bepalingen. Art. 6. De Minister van Landbouw, Natuur, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme en Sportinfrastructuren, afgevaardigde voor de Vertegenwoordiging bij de Grote Regio is belast met de uitvoering van dit besluit. Art. 7. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het ondertekend wordt. Namen, 23 juli 2015. De Minister-President, P. MAGNETTE De Minister van Landbouw, Natuur, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme en Sportinfrastructuren, afgevaardigde voor de Vertegenwoordiging bij de Grote Regio, R. COLLIN
* SERVICE PUBLIC DE WALLONIE [2015/203648] 23 JUILLET 2015. — Arrêté du Gouvernement wallon approuvant le programme communal de développement rural de la commune de Celles Le Gouvernement wallon, Vu la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, ’article 1er, § 3; Vu le décret du 11 avril 2014 relatif au développement rural; Vu la délibération du conseil communal de Celles du 25 février 2015 adoptant le projet de programme communal de développement rural; Vu l’avis de la Commission régionale d’Aménagement du Territoire du 18 mai 2015; Considérant que la commune de Celles ne peut supporter seule le coût des acquisitions et travaux nécessaires; Sur proposition du Ministre de l’Agriculture, de la Nature, de la Ruralité, du Tourisme et des Infrastructures sportives, délégué à la Représentation à la Grande Région, Arrête : Article 1er. Le programme communal de développement Rural de la commune de Celles est approuvé pour une période de dix ans prenant cours à la date de signature du présent arrêté. Art. 2. Des subventions peuvent être accordées à la commune pour l’exécution de son opération de développement rural. Art. 3. Ces subventions sont accordées dans les limites des crédits budgétaires annuellement disponibles à cet effet et aux conditions fixées par voie de convention par le Ministre de la Ruralité. Art. 4. Le taux de subvention est fixé à maximum 80 % du coût des acquisitions et des travaux nécessaires à l’exécution de l’opération, frais accessoires compris. Art. 5. La commune est tenue de solliciter les subventions prévues en vertu des dispositions légales et réglementaires en vigueur.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 6. Le Ministre de l’Agriculture, de la Nature, de la Ruralité, du Tourisme et des Infrastructures sportives, délégué à la Représentation à la Grande Région est chargé de l’exécution du présent arrêté. Art. 7. Le présent arrêté entre en vigueur le jour de sa signature. Namur, le 23 juillet 2015. Le Ministre-Président, P. MAGNETTE Le Ministre de l’Agriculture, de la Nature, de la Ruralité, du Tourisme et des Infrastructures sportives, délégué à la Représentation à la Grande Région, R. COLLIN
ÜBERSETZUNG ÖFFENTLICHER DIENST DER WALLONIE [2015/203648] 23. JULI 2015 — Erlass der Wallonischen Regierung zur Genehmigung des gemeindlichen Programms für ländliche Entwicklung der Gemeinde Celles Die Wallonische Regierung, Aufgrund des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen, Artikel 1 § 3; Aufgrund des Dekrets vom 11. Juni 2014 über die ländliche Entwicklung; Aufgrund des Beschlusses des Gemeinderates von Celles vom 25. Februar 2015 zur Verabschiedung des Entwurfs des gemeindlichen Programms für ländliche Entwicklung; Aufgrund des Gutachtens des Regionalausschusses für Raumordnung vom 18. Mai 2015; In der Erwägung, dass die Gemeinde Celles nicht in der Lage ist, die Kosten der notwendigen Anschaffungen und Arbeiten alleine zu tragen; Auf Vorschlag des Ministers für Landwirtschaft, Natur, ländliche Angelegenheiten, Tourismus und Sportinfrastrukturen, und Vertreter bei der Großregion, Beschließt: Artikel 1 - Das Programm für ländliche Entwicklung der Gemeinde Celles wird am Tag der Unterzeichnung des vorliegenden Erlasses und für einen zehnjährigen Zeitraum genehmigt. Art. 2 - Der Gemeinde können Zuschüsse für die Durchführung ihrer Aktion zur ländlichen Entwicklung gewährt werden. Art. 3 - Diese Zuschüsse werden im Rahmen der jährlich zu diesem Zweck verfügbaren Haushaltsmittel und unter den vom Minister für ländliche Angelegenheiten durch Vereinbarung festgelegten Bedingungen gewährt. Art. 4 - Der Bezuschussungssatz wird auf höchstens 80% der für die Durchführung der Maßnahmen notwendigen Kosten der Anschaffungen und Arbeiten, einschließlich der Nebenkosten, festgesetzt. Art. 5 - Die gemäß den geltenden gesetzlichen und verordnungsrechtlichen Bestimmungen vorgesehenen Zuschüsse sind von der Gemeinde zu beantragen. Art. 6 - Der Minister für Landwirtschaft, Natur, ländliche Angelegenheiten, Tourismus und Sportinfrastrukturen, und Vertreter bei der Großregion wird mit der Durchführung des vorliegenden Erlasses beauftragt. Art. 7 - Der vorliegende Erlass tritt am Tag seiner Unterzeichnung in Kraft. Namur, den 23. Juli 2015 Der Minister-Präsident P. MAGNETTE Der Minister für Landwirtschaft, Natur, ländliche Angelegenheiten, Tourismus und Sportinfrastrukturen, und Vertreter bei der Großregion R. COLLIN
VERTALING WAALSE OVERHEIDSDIENST [2015/203648] 23 JULI 2015. — Besluit van de Waalse Regering tot goedkeuring van het gemeentelijke plattelandsontwikkelingsprogramma van de gemeente Celles De Waalse Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 1, § 3; Gelet op het decreet van 11 april 2014 betreffende de plattelandsontwikkeling; Gelet op de beraadslaging van de gemeenteraad van Celles van 25 februari 2015 waarbij het gemeentelijke plattelandsontwikkelingsprogramma is goedgekeurd; Gelet op het advies van de ″Commission régionale d’Aménagement du Territoire″ (Gewestelijke commissie voor ruimtelijke ordening) van 18 mei 2015; Overwegende dat de gemeente Celles de kosten van de nodige aankopen en werkzaamheden niet alleen kan dragen;
50855
50856
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Op de voordracht van de Minister van Landbouw, Natuur, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme en Sportinfrastructuren, afgevaardigde voor de Vertegenwoordiging bij de Grote Regio, Besluit : Artikel 1. Het gemeentelijke plattelandsontwikkelingsprogramma van de gemeente Celles is goedgekeurd voor een periode van tien jaar, die ingaat op de datum van ondertekening van dit besluit. Art. 2. Er kunnen toelagen aan de gemeente verleend worden voor de uitvoering van haar plattelandsontwikkelingsprogramma. Art. 3. Deze toelagen worden verleend binnen de perken van de daartoe jaarlijks beschikbare begrotingskredieten en onder de voorwaarden vastgelegd bij overeenkomst door de Minister van Landelijke Aangelegenheden. Art. 4. De toelagen bedragen hoogstens 80 % van de kosten van de aankopen en werkzaamheden die nodig zijn voor de uitvoering van het programma, bijkomende kosten inbegrepen. Art. 5. De gemeente vraagt de toelagen aan overeenkomstig de geldende wettelijke en regelgevende bepalingen. Art. 6. De Minister van Landbouw, Natuur, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme en Sportinfrastructuren, afgevaardigde voor de Vertegenwoordiging bij de Grote Regio, is belast met de uitvoering van dit besluit. Art. 7. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het ondertekend wordt. Namen, 23 juli 2015. De Minister-President, P. MAGNETTE De Minister van Landbouw, Natuur, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme en Sportinfrastructuren, afgevaardigde voor de Vertegenwoordiging bij de Grote Regio, R. COLLIN
REGION DE BRUXELLES-CAPITALE — BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST REGION DE BRUXELLES-CAPITALE
BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST
[C − 2015/31494]
[C − 2015/31494]
16 JUILLET 2015. — Arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale relatif au stockage et à la manipulation des produits phytopharmaceutiques ainsi qu’à la gestion de leurs déchets par les utilisateurs professionnels
16 JULI 2015. — Besluit van de Brussels Hoofdstedelijke Regering betreffende de opslag en hantering van gewasbeschermingsmiddelen alsook het beheer van hun afval door professionele gebruikers
Le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale,
De Brusselse Hoofdstedelijke Regering,
Vu l’ordonnance du 5 juin 1997 relative aux permis d’environnement l’article 4, troisième paragraphe, modifié par les ordonnances du 19 juillet 2007 et du 3 avril 2014;
Gelet op de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen, artikel 4, derde lid, gewijzigd bij de ordonnanties van 19 juli 2007 en 3 april 2014;
Vu l’ordonnance du 20 juin 2013 relative à une utilisation des pesticides compatible avec le développement durable en Région de Bruxelles-Capitale, l’article 19;
Gelet op de ordonnantie van 20 juni 2013 betreffende een pesticidegebruik dat verenigbaar is met de duurzame ontwikkeling van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, artikel 19;
Vu l’arrêté du gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 4 mars 1999 fixant la liste des installations de classe IB, II, IC et III en exécution de l’article 4 de l’ordonnance du 5 juin 1997 relative aux permis d’environnement;
Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 4 maart 1999 tot vaststelling van de lijst van inrichtingen van klasse IB, II, IC en III met toepassing van artikel 4 van de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen;
Vu le « test genre », tel que requis par l’arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 24 avril 2014 portant exécution de l’ordonnance du 29 mars 2012 portant intégration de la dimension de genre dans les lignes politiques de la Région de Bruxelles-Capitale;
Gelet op de “gendertest”, zoals vereist door het Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende de uitvoering van de ordonnantie van 29 maart 2012 houdende de integratie van de genderdimensie in de beleidslijnen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;
Vu l’avis du Conseil de l’Environnement de la Région de BruxellesCapitale du 19 mars 2015;
Gelet op het advies van de Raad voor het Leefmilieu voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 19 maart 2015;
Vu l’avis du Conseil économique et social de la Région de BruxellesCapitale du 11 mars 2015;
Gelet op het advies van de Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 11 maart 2015;
Vu l’avis du Conseil supérieur bruxellois pour la conservation de la nature, réputé favorable en application de l’article 92, §3 de l’Ordonnance du 1er mars 2012 relative à la conservation de la nature;
Gelet op het advies van de Brusselse Hoge Raad voor Natuurbehoud, dat als gunstig wordt beschouwd overeenkomstig artikel 92, §3 van de Ordonnantie van 1 maart 2012 betreffende het natuurbehoud;
Vu l’avis du Conseil d’Etat 57.613/1, donné le 2 juillet 2015 en application de l’article 84, alinéa 1er, 2°, des lois sur le Conseil d’Etat; coordonnées le 12 janvier 1973;
Gelet op het advies 57.613/1 van de Raad van State, gegeven op 2 juli 2015, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Considérant l’article 13 de la Directive 2009/128/CE du Parlement européen et du Conseil du 21 octobre 2009 instaurant un cadre d’action communautaire pour parvenir à une utilisation des pesticides compatible avec le développement durable (ci-après « Directive 2009/128/CE »);
Overwegende artikel 13 van Richtlijn 2009/128/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van een kader voor communautaire actie ter verwezenlijking van een duurzaam gebruik van pesticiden (hierna ″Richtlijn 2009/128/EG″);
Considérant que le présent arrêté ne porte pas préjudice aux mesures de transposition de l’article 13 de la Directive 2009/128/CE qui ont également été adoptées par l’Etat fédéral;
Overwegende dat het huidige besluit geen afbreuk doet aan de overgangsmaatregelen van artikel 13 van Richtlijn 2009/128/EG die eveneens door de Federale Staat werden goedgekeurd;
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Considérant que l’article 2.1 de la Directive 2009/128/CE et l’article 2 de l’ordonnance du 20 juin 2013 limitent leur champ d’application aux pesticides qui sont des produits phytopharmaceutiques;
50857
Overwegende dat artikel 2.1 van Richtlijn 2009/128/EG en artikel 2 van de ordonnantie van 20 juni 2013 hun toepassingsgebied beperken tot pesticiden die gewasbeschermingsmiddelen zijn;
Sur la proposition de la Ministre de l’Environnement;
Op voordracht van de Minister van Leefmilieu,
Après délibération,
Na beraadslaging, Besluit :
Arrête : er
CHAPITRE 1 . — Définitions et champ d’application
HOOFDSTUK 1. — Definities en toepassingsgebied
Article 1er. § 1er. Dans le présent arrêté, outre les définitions de l’article 3 de l’ordonnance du 20 juin 2013 relative à une utilisation des pesticides compatible avec le développement durable en Région de Bruxelles-Capitale, on entend par:
Artikel 1. § 1. In voorliggend besluit wordt naast de definities van artikel 3 van de ordonnantie van 20 juni 2013 betreffende een pesticidegebruik dat verenigbaar is met de duurzame ontwikkeling van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, verstaan onder :
1°
« Institut » : l’Institut bruxellois pour la gestion de l’environnement créé par l’arrêté royal du 8 mars 1989 créant l’Institut Bruxellois pour la gestion de l’environnement;
1°
″Instituut″ : het Brussels Instituut voor Milieubeheer, opgericht bij het koninklijk besluit van 8 maart 1989 tot oprichting van het Brussels Instituut voor Milieubeheer;
2°
« agents chargés de la surveillance » : les personnes visées à l’article 3, § 1er, 8° du Code du 25 mars 1999 de l’inspection, la prévention, la constatation et la répression des infractions en matière d’environnement et de la responsabilité environnementale de l’ordonnance du 25 mars 1999 et les gardes forestiers visés aux articles 9 et 16 du Code d’instruction criminelle;
2°
″met het toezicht belaste personeelsleden″ : de personen bedoeld bij artikel 3, § 1, 8° van het Wetboek van 25 maart 1999 van inspectie, preventie, vaststelling en bestraffing van milieumisdrijven en milieuaansprakelijkheid van de ordonnantie van 25 maart 1999 en de boswachters bedoeld bij de artikelen 9 en 16 van het Wetboek van Strafvordering;
3°
« bouillie phytopharmaceutique » : liquide prêt à l’emploi destiné au traitement phytopharmaceutique, dans lequel sont dispersés ou solubilisés le ou les produit(s) à appliquer;
3°
″fytofarmaceutische pap″ : gebruiksklare vloeistof bestemd voor de fytofarmaceutische behandeling, waarin het/de te gebruiken product(en) verspreid of opgelost wordt(en);
4°
« cuve » : élément du matériel de pulvérisation des produits phytopharmaceutiques et de leurs adjuvants destiné à contenir la bouillie phytopharmaceutique;
4°
″tank″ : element van het verstuivingsmateriaal voor de gewasbeschermingsmiddelen en van hun toevoegingstoffen bestemd om de fytofarmaceutische pap te bevatten;
5°
« dispositif de rétention » : dispositif destiné à empêcher un écoulement ou une propagation des produits phytopharmaceutiques dans le sol, les eaux souterraines, les eaux de surface et les égouts, pouvant être l’encuvement, qui est à la fois imperméable, résistant aux pressions mécaniques générées par l’activité de l’utilisateur professionnel et stable chimiquement par rapport aux produits qu’il y manipule et stocke;
5°
″opvanginrichting″ : inrichting bestemd om een wegvloeiing of verspreiding van de gewasbeschermingsmiddelen in de grond, het grondwater, het oppervlaktewater en de riolering te voorkomen, die uit een inkuiping kan bestaan, die tegelijk ondoordringbaar, bestand tegen de mechanische druk van de activiteit van de professionele gebruiker en chemisch stabiel is ten opzichte van de producten die hij hanteert en opslaat;
6°
« épandage de produits phytopharmaceutiques » : toute forme d’application des produits phytopharmaceutiques;
6°
″toepassing van gewasbeschermingsmiddelen″ : elke vorm van toepassing van gewasbeschermingsmiddelen;
7°
« fiches de données de sécurité » : fiches de données de sécurité visées par l’article 31 du Règlement (CE) n° 1907/2006 du Parlement européen et du Conseil du 18 décembre 2006 concernant l’enregistrement, l’évaluation et l’autorisation des substances chimiques, ainsi que les restrictions applicables à ces substances (REACH), instituant une agence européenne des produits chimiques, modifiant la directive 1999/45/CE et abrogeant le règlement (CEE) n° 793/93 du Conseil et le règlement (CE) n° 1488/94 de la Commission ainsi que la directive 76/769/CEE du Conseil et les directives 91/155/CEE, 93/67/CEE, 93/105/CE et 2000/21/CE de la Commission;
7°
″veiligheidsinformatiebladen″ : veiligheidsinformatiebladen bedoeld bij artikel 31 van Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH), tot oprichting van een Europees Agentschap voor chemische stoffen, houdende wijziging van Richtlijn 1999/45/EG en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad en Verordening (EG) nr. 1488/94 van de Commissie alsmede Richtlijn 76/769/EEG van de Raad en de Richtlijnen 91/155/EEG, 93/67/EEG, 93/105/EG en 2000/21/EG van de Commissie;
8°
« fond de cuve » : la bouillie phytopharmaceutique restant dans la cuve du matériel de pulvérisation après application de cette bouillie;
8°
″tankbodem″ : de fytofarmaceutische pap die na gebruik in de tank van het verstuivingsmateriaal achterblijft;
9°
« imperméabilité » : capacité d’un matériau de ne pas pouvoir être traversé ou pénétré par un fluide, pouvant être attestée notamment par un coefficient dynamique de perméabilité vis-à-vis des produits phytopharmaceutiques inférieur à 2.10-9 cm.s-1;
9°
″ondoordringbaarheid″ : vermogen van een materiaal om niet door een vloeistof doortrokken of doordrongen te worden, iets wat met name bevestigd kan worden door een dynamische permeabiliteitscoëfficiënt ten opzichte van gewasbeschermingsmiddelen van minder dan 2.10-9 cm.s-1;
10° « manipulation de produits phytopharmaceutiques » : toute intervention sur les produits phytopharmaceutiques, leurs restes et leurs emballages, que cette intervention soit antérieure, concomitante ou postérieure à l’épandage des produits phytopharmaceutiques, consistant notamment dans le remplissage de la cuve, la dilution et le mélange des produits phytopharmaceutiques, le nettoyage et le rinçage du matériel de pulvérisation et des emballages, la préparation de la bouillie phytopharmaceutique et la récupération des restes de produits phytopharmaceutiques, à l’exclusion des opérations de stockage, d’épandage et d’élimination des produits phytopharmaceutiques;
10° ″hantering van gewasbeschermingsmiddelen″ : elke tussenkomst op gewasbeschermingsmiddelen, hun resten en hun verpakkingen, ongeacht of deze tussenkomst nu vóór, gelijktijdig met of na het sproeien van de gewasbeschermingsmiddelen plaatsvindt, bestaande met name uit het vullen van de tank, het verdunnen en mengen van de gewasbeschermingsmiddelen, het reinigen en spoelen van het verstuivingsmateriaal en de verpakkingen, het bereiden van de fytofarmaceutische pap en het recupereren van de gewasbeschermingsmiddelresten, met uitsluiting van de opslag, de toepassing en de verwijdering van de gewasbeschermingsmiddelen;
11°
11°
« ordonnance du 20 juin 2013 » : ordonnance du 20 juin 2013 relative à une utilisation des pesticides compatible avec le développement durable en Région de Bruxelles-Capitale;
″ordonnantie van 20 juni 2013″ : ordonnantie van 20 juni 2013 betreffende een pesticidegebruik dat verenigbaar is met de duurzame ontwikkeling van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;
50858
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
12° « stockage de produits phytopharmaceutiques » : tout dépôt de produits phytopharmaceutiques dans un lieu déterminé;
12° ″opslag van gewasbeschermingsmiddelen″ : elke bewaring van gewasbeschermingsmiddelen op een welbepaalde locatie;
13° « zone de stockage de produits phytopharmaceutiques » : local ou armoire visé(e) à l’article 27, §§ 1 et 2, de l’arrêté royal du 19 mars 2013 pour parvenir à une utilisation des produits phytopharmaceutiques et adjuvants compatible avec le développement durable;
13° ″opslagzone van gewasbeschermingsmiddelen″ : lokaal of kast bedoeld bij artikel 27, §§ 1 en 2 van het koninklijk besluit van 19 maart 2013 ter verwezenlijking van een duurzaam gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en toevoegingsstoffen;
§ 2. Les définitions fixées dans l’ordonnance du 14 juin 2012 relative aux déchets sont d’application dans le présent arrêté.
§ 2. De definities die in de ordonnantie van 14 juni 2012 betreffende afvalstoffen werden vastgelegd, zijn van toepassing op onderhavig besluit.
Art. 2. Le présent arrêté s’applique uniquement aux utilisateurs professionnels de produits phytopharmaceutiques.
Art. 2. Voorliggend besluit geldt uitsluitend voor professionele gebruikers van gewasbeschermingsmiddelen.
CHAPITRE 2. — Manipulation et stockage
HOOFDSTUK 2. — Hantering en opslag
re
Section 1 . — Dispositions générales
Afdeling 1. — Algemene bepalingen
Art. 3. L’utilisateur professionnel prend toutes les mesures, moyens ou dispositifs nécessaires afin de pouvoir, en cas de renversement, récupérer les produits phytopharmaceutiques, de même que les objets ou matières ayant servi à les récupérer, tels la sciure souillée et les chiffons.
Art. 3. De professionele gebruiker voorziet alle nodige maatregelen, middelen of inrichtingen om in geval van omkippen de gewasbeschermingsmiddelen, alsook de voorwerpen of materialen die hiertoe gebruikt werden, zoals doordrongen zaagsel of doeken, te kunnen recuperen.
Art. 4. L’utilisateur professionnel identifie les dangers potentiels liés aux substances dangereuses contenues dans les produits phytopharmaceutiques qu’il manipule et qu’il stocke, en particulier grâce aux fiches de données de sécurité.
Art. 4. De professionele gebruiker identificeert de potentiële gevaren in verband met de gevaarlijke stoffen die de door hem gehanteerde en opgeslagen gewasbeschermingsmiddelen bevatten, in het bijzonder aan de hand van de veiligheidsinformatiebladen.
L’utilisateur professionnel prend toutes les mesures nécessaires pour prévenir et combattre ces dangers rapidement et avec efficacité. Il avertit ses préposés, ou toute personne agissant pour son compte, des consignes d’exploitation mentionnées dans la notice d’utilisation du produit phytopharmaceutique et dans les fiches de données de sécurité.
De professionele gebruiker neemt alle nodige maatregelen om deze gevaren snel en doeltreffend te voorkomen en te bestrijden. Hij verwittigt zijn aangestelden, of eender welke persoon die voor zijn rekening handelt, van de exploitatie-instructies die in de gebruiksaanwijzing van het gewasbeschermingsmiddel en in de veiligheidsinformatiefiches vermeld worden.
L’utilisateur professionnel prend toutes les mesures nécessaires pour éviter un déversement accidentel de produits phytopharmaceutiques aboutissant dans les égouts publics, dans les eaux de surface ou pouvant conduire à une infiltration dans le sol ou dans les eaux souterraines.
De professionele gebruiker treft alle nodige maatregelen om een accidentele lozing van gewasbeschermingsmiddelen te voorkomen, die uiteindelijk in de openbare riolering of in oppervlaktewater zou belanden of die tot een infiltratie in de bodem of in het grondwater zou kunnen leiden.
Section 2. — Stockage
Afdeling 2. — Opslag
Art. 5. Le stockage de produits phytopharmaceutiques dans les zones sensibles à risques accrus visées à l’article 8 de l’ordonnance du 20 juin 2013 est interdit.
Art. 5. De opslag van gewasbeschermingsmiddelen in kwetsbare gebieden met een verhoogd risico, bedoeld bij artikel 8 van de ordonnantie van 20 juni 2013, is verboden.
Toutefois, lorsque l’épandage de produits phytopharmaceutiques est autorisé dans l’une de ces zones dans le respect des conditions prévues à l’article 9 de l’ordonnance du 20 juin 2013, le stockage est autorisé de plein droit sur cette zone pour la seule durée nécessaire à cet épandage, sauf lorsqu’il s’agit d’une zone de protection visée à l’article 8, § 1er, a), b) et c) de l’ordonnance du 20 juin 2013.
Wanneer de toepassing van gewasbeschermingsmiddelen echter toegestaan is in één van deze gebieden in naleving van de voorwaarden voorzien bij artikel 9 van de ordonnantie van 20 juni 2013, dan is de opslag van rechtswege in dit gebied toegestaan zij het uitsluitend voor de duur die nodig is voor deze toepassing, tenzij het om een beschermingsgebied bedoeld bij artikel 8, § 1, a), b) en c) van de ordonnantie van 20 juni 2013 gaat.
Art. 6. Tout récipient de produits phytopharmaceutiques liquides est stocké sur un dispositif de rétention dont la capacité est au moins égale à 100% du plus grand récipient qu’il contient et au moins égale au quart de la contenance totale de tous les récipients qu’il contient. S’il s’agit uniquement de produits en poudre ou en granulés, le sol est lisse pour permettre la récupération en cas de perte. Les produits liquides sont toujours stockés sous ou dans un autre compartiment que les produits solides.
Art. 6. Alle recipiënten van vloeibare gewasbeschermingsmiddelen worden opgeslagen op een opvanginrichting waarvan de capaciteit minstens 100 % bedraagt van het grootste recipiënt die de inrichting bevat en minstens gelijk is aan een kwart van de totale inhoud van alle recipiënten die de inrichting bevat. Als het uitsluitend om producten in poeder- of korrelvorm gaat, is de vloer glad om de producten bij verlies te kunnen recupereren. De vloeibare producten worden altijd opgeslagen onder of in een ander compartiment dan de vaste producten.
Art. 7. L’accès à la zone de stockage de produits phytopharmaceutiques des utilisateurs professionnels n’est autorisé qu’aux utilisateurs professionnels titulaires d’une phytolicence et aux autres personnes visées à l’article 27, § 3, de l’arrêté royal du 19 mars 2013 pour parvenir à une utilisation des produits phytopharmaceutiques et adjuvants compatible avec le développement durable.
Art. 7. Alleen professionele gebruikers die houder zijn van een fytolicentie en de andere gebruikers die bij artikel 27, § 3 van het koninklijk besluit van 19 maart 2013 ter verwezenlijking van een duurzaam gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en toevoegingsstoffen bedoeld worden, mogen toegang hebben tot de zone voor de opslag van gewasbeschermingsmiddelen.
Section 3. — Manipulation
Afdeling 3. — Hantering
Art. 8. Les opérations de manipulation de produits phytopharmaceutiques dans les zones sensibles à risques accrus visées à l’article 8 de l’ordonnance du 20 juin 2013 sont interdites.
Art. 8. Hanteringsverrichtingen van gewasbeschermingsmiddelen in kwetsbare gebieden met een verhoogd risico, bedoeld bij artikel 8 van de ordonnantie van 20 juni 2013, zijn verboden.
Toutefois, lorsque l’épandage de produits phytopharmaceutiques est autorisé dans l’une de ces zones dans le respect des conditions prévues à l’article 9 de l’ordonnance du 20 juin 2013, la manipulation de produits phytopharmaceutiques est autorisée de plein droit pour autant que cela soit strictement nécessaire et limité à la durée nécessaire à cet épandage, sauf lorsqu’il s’agit d’une zone de protection visée à l’article 8, § 1er, a), et b) de l’ordonnance du 20 juin 2013.
Wanneer de toepassing van gewasbeschermingsmiddelen echter is toegestaan in één van deze gebieden in naleving van de voorwaarden voorzien bij artikel 9 van de ordonnantie van 20 juni 2013, dan is de hantering van gewasbeschermingsmiddelen van rechtswege toegestaan, voor zover dit strikt noodzakelijk is en beperkt blijft tot de duur die nodig is voor deze toepassing, tenzij het om een beschermingsgebied bedoeld bij artikel 8, § 1, a) en b) van de ordonnantie van 20 juni 2013 gaat.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
50859
La manipulation en zone de protection de type III est autorisée pour autant que cela soit strictement nécessaire et limité à la période nécessaire à cet épandage moyennant une notification préalable à l’Institut.
Een hantering in een beschermingsgebied van type III is toegestaan, voor zover dit strikt noodzakelijk is en beperkt blijft tot de termijn die nodig is voor deze toepassing, mits een voorafgaande kennisgeving aan het Instituut.
Art. 9. Lors de toute opération de manipulation de produits phytopharmaceutiques, l’utilisateur professionnel prend les mesures nécessaires pour éviter le débordement de la cuve et utilise une cuve imperméable et stable chimiquement par rapport aux produits qu’il manipule.
Art. 9. Bij elke hanteringsverrichting van gewasbeschermingsmiddelen neemt de professionele gebruiker de maatregelen die nodig zijn om te voorkomen dat de tank overloopt en gebruikt hij een ondoordringbare tank die chemisch stabiel is ten opzichte van de producten die hij hanteert.
Art. 10. Toutes les opérations de manipulation de produits phytopharmaceutiques sont nécessairement effectuées soit sur des surfaces imperméables équipées d’un dispositif de rétention, soit sur un sol recouvert d’une végétation herbacée, soit sur un champ.
Art. 10. Alle hanteringsverrichtingen van gewasbeschermingsmiddelen moeten verricht worden op hetzij ondoordringbare oppervlakken die voorzien zijn van een opvanginrichting, hetzij op een bodem bedekt met een grasachtige vegetatie, hetzij op een akker.
Lorsque les opérations de manipulation de produits phytopharmaceutiques sont effectuées sur des surfaces imperméables, le dispositif de rétention implique que ces surfaces soient pourvues des pentes et des rebords nécessaires afin de récolter tous les liquides répandus accidentellement ou les eaux potentiellement polluées par ces produits sans que les liquides ne puissent s’échapper du système de récolte. Les liquides ainsi récoltés sont éliminés conformément à l’article 15.
Als de hanteringsverrichtingen van gewasbeschermingsmiddelen op ondoordringbare oppervlakken verricht worden, houdt de opvanginrichting in dat deze oppervlakken voorzien zijn van de nodige hellingen en randen om alle per ongeluk verspreide vloeistoffen of het mogelijkerwijs door deze producten vervuilde water te verzamelen, zonder dat de vloeistoffen uit de opvanginrichting kunnen weglopen. De aldus verzamelde vloeistoffen worden verwijderd in overeenstemming met artikel 15.
Art. 11. Sans préjudice de la législation relative à la protection des eaux de surface et des eaux souterraines contre la pollution, dans le cadre des opérations liées à la manipulation de produits phytopharmaceutiques comme le remplissage de la cuve, il est interdit de prélever directement de l’eau dans les cours d’eau, les étangs et dans toute eau de surface ou souterraine par un procédé reliant le point de prélèvement à la cuve ou à tout autre élément pouvant contenir des produits phytopharmaceutiques ou des restes de tels produits.
Art. 11. Onverminderd de wetgeving met betrekking tot de bescherming van het oppervlakte- en het grondwater tegen vervuiling, is het zowel in het kader van de verrichtingen met betrekking tot de hantering van gewasbeschermingsmiddelen als bij het vullen van de tank verboden om rechtstreeks water te winnen in een waterloop, een vijver of elk oppervlakte- of grondwater door middel van een procedé dat het winningspunt met de tank of eender welk ander element verbindt, dat gewasbeschermingsproducten of resten van dergelijke middelen kan bevatten.
L’utilisateur professionnel prend toutes les mesures nécessaires en vue d’empêcher le retour de l’eau de remplissage de la cuve vers le réseau de distribution d’eau ou toute autre source d’approvisionnement en eau.
De professionele gebruiker neemt alle nodige maatregelen om de terugkeer van het vulwater van de tank naar het waterdistributienet of elke andere watervoorzieningsbron te voorkomen.
Art. 12. Préalablement à la finalisation de la préparation d’une bouillie phytopharmaceutique, l’intérieur des emballages des produits phytopharmaceutiques est, avant leur élimination conformément à l’article 15 du présent arrêté, rincé trois fois avec de l’eau claire, de façon à ce que le liquide résultant du rinçage puisse aboutir dans la cuve. Le rinçage peut également être réalisé par le système de rinçage des bidons connectable à la citerne mobile d’origine.
Art. 12. Voorafgaand aan de voltooiing van de voorbereiding van de fytofarmaceutische pap, wordt de binnenkant van de verpakkingen van de gewasbeschermingsmiddelen, voorafgaand aan hun verwijdering in overeenstemming met artikel 15 van voorliggend besluit, drie keer met helder water gespoeld, zodat de uit de spoeling voortvloeiende vloeistof in de tank kan belanden. De spoeling kan ook verricht worden met behulp van het spoelingssysteem dat op de verplaatsbare tank kan worden aangesloten.
Art. 13. § 1er. Après épandage de la bouillie phytopharmaceutique, l’épandage du fond de cuve est autorisé aux conditions cumulatives suivantes :
Art. 13. § 1. Na toepassing van de fytofarmaceutische pap is de toepassing van de tankbodem toegestaan, indien de volgende cumulatieve voorwaarden vervuld zijn :
1°
le fond de cuve est dilué par rinçage en ajoutant dans la cuve du pulvérisateur un volume d’eau au moins égal à dix fois le volume de ce fond de cuve;
1°
de tankbodem is verdund door spoeling door in de tank van de verstuiver een watervolume toe te voegen dat minstens gelijk is aan tien keer het volume van deze tankbodem;
2°
l’épandage de ce fond de cuve dilué est réalisé, jusqu’au désamorçage du pulvérisateur, sur la parcelle ou la zone venant de faire l’objet de l’épandage de la bouillie phytopharmaceutique, en s’assurant que la dose totale appliquée au terme des passages successifs ne dépasse pas la dose maximale autorisée pour l’usage considéré, telle que spécifiée dans la notice d’utilisation du produit phytopharmaceutique.
2°
de toepassing van deze verdunde tankbodem wordt verricht, tot aan het afzetten van de verstuiver, op het perceel of het gebied dat juist het voorwerp heeft uitgemaakt van de toepassing van de fytofarmaceutische pap, waarbij men er zich van vergewist dat de toegepaste totale dosis op het einde van de opeenvolgende behandelingen de toegestane maximumdosis voor het desbetreffende gebruik niet overschrijdt, zoals gespecificeerd in de gebruiksaanwijzing van het gewasbeschermingsmiddel.
§ 2. Après épandage de la bouillie phytopharmaceutique, le fond de cuve peut également être réutilisé, sous la responsabilité de l’utilisateur professionnel, pour l’épandage d’autres produits compatibles, aux conditions cumulatives suivantes :
§ 2. Na toepassing van de fytofarmaceutische pap kan ook de tankbodem hergebruikt worden, op verantwoordelijkheid van de professionele gebruiker, voor de toepassing van andere verenigbare producten, indien de volgende cumulatieve voorwaarden vervuld zijn :
1°
la concentration en substance(s) active(s) dans le fond de cuve doit avoir été divisée au moins par 100 par rapport à celle de la bouillie phytopharmaceutique utilisée lors du premier épandage;
1°
de concentratie actieve stof(fen) in de oorspronkelijke tankbodem moet minstens door 100 zijn gedeeld in vergelijking tot die van de fytofarmaceutische pap die bij de eerste toepassing werd gebruikt;
2°
au moins un rinçage et un épandage doivent avoir été effectués dans les conditions précisées au paragraphe 1er.
2°
er moeten minstens een spoeling en een toepassing verricht zijn onder de bij paragraaf 1 vermelde voorwaarden.
50860
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
§ 3. Après épandage du fond de cuve conformément au paragraphe 1er, le fond de cuve résiduel, dont la concentration en substance(s) active(s) a été divisée au moins par 100, est épandu sur un sol recouvert d’une végétation herbacée ou sur un champ ou éliminé conformément à la réglementation en vigueur.
§ 3. Na toepassing van de tankbodem in overeenstemming met paragraaf 1, wordt de residuele tankbodem waarvan de concentratie actieve stof(fen) minstens door 100 werd gedeeld, toegepast op een bodem bedekt met een grasachtige vegetatie of een akker of verwijderd volgens de geldende reglementering.
Si le fond de cuve résiduel est épandu sur la parcelle ou la zone venant de faire l’objet de l’épandage du produit, l’utilisateur professionnel s’assure que la dose totale épandue au terme des passages successifs ne dépasse pas la dose maximale autorisée pour l’usage concerné, telle que spécifiée dans la notice d’utilisation du produit phytopharmaceutique.
Als de tankbodem wordt toegepast op het perceel of het gebied dat juist het voorwerp heeft uitgemaakt van de toepassing van de fytofarmaceutische pap, vergewist de professionele gebruiker er zich van dat de toegepaste totale dosis op het einde van de opeenvolgende behandelingen de toegestane maximumdosis voor het desbetreffende gebruik niet overschrijdt, zoals gespecificeerd in de gebruiksaanwijzing van het gewasbeschermingsmiddel.
Art. 14. En vue de son nettoyage, le matériel de pulvérisation des produits phytopharmaceutiques est entièrement rincé, après épandage et élimination du fond de cuve résiduel, en un lieu tel que visé à l’article 10, et ce, sans préjudice de l’application de l’article 8 du présent arrêté.
Art. 14. Voor de reiniging ervan wordt het verstuivingsmateriaal van de gewasbeschermingsmiddelen volledig gespoeld, na toepassing en verwijdering van de residuele tankbodem, op een plaats zoals bedoeld bij artikel 10 en dat onverminderd de toepassing van artikel 8 van onderhavig besluit.
Le liquide résultant de ce rinçage est éliminé conformément à l’article 15 du présent arrêté.
De uit deze spoeling voortvloeiende vloeistof wordt verwijderd in overeenstemming met artikel 15 van het huidige besluit.
CHAPITRE 3. — Elimination
HOOFDSTUK 3. — Verwijdering
Art. 15. Sont collectés, transportés et éliminés conformément à l’ordonnance du 14 juin 2012 relative aux déchets et de ses arrêtés d’exécution :
Art. 15. Worden verzameld, vervoerd en verwijderd in overeenstemming met de ordonnantie van 14 juni 2012 betreffende afvalstoffen en de uitvoeringsbesluiten ervan :
1°
les produits phytopharmaceutiques récupérés en cas de renversement et les objets ou matières ayant servi à les récupérer, conformément à l’article 3;
1°
de bij omkippen gerecupereerde gewasbeschermingsmiddelen en de voorwerpen of stoffen die voor de recuperatie ervan gebruikt werden, in overeenstemming met artikel 3;
2°
le liquide de rinçage qui n’est pas récupéré pour réaliser la bouillie phytopharmaceutique;
2°
de spoelvloeistof die niet gerecupereerd wordt voor het bereiden van de fytofarmaceutische pap;
3°
les liquides récupérés grâce au dispositif de rétention lors des opérations de manipulation de produits phytopharmaceutiques, conformément à l’article 10;
3°
de vloeistoffen die bij de hanteringsverrichtingen van de gewasbeschermingsproducten door de opvanginrichting gerecupereerd werden, in overeenstemming met artikel 10;
4°
les restes de bouillies phytopharmaceutiques, de fonds de cuve et les restes de produits phytopharmaceutiques qui ne sont pas ou plus utilisés ou épandus; et
4°
de resten van fytofarmaceutische pappen, tankbodems en de resten van gewasbeschermingsmiddelen die niet of niet meer gebruikt of toegepast worden; en
5°
les substances liquides ou solides ayant été en contact avec des produits phytopharmaceutiques ou issues de la récupération des fonds de cuves, bouillies ou eaux, et en particulier les emballages, dans le respect de l’accord de coopération du 4 novembre 2008 concernant la prévention et la gestion des déchets d’emballages.
5°
de vloeibare of vaste stoffen die in contact gekomen zijn met gewasbeschermingsmiddelen of die afkomstig zijn van de recuperatie van de tankbodems, de pappen of het water en in het bijzonder de verpakkingen, in naleving van het samenwerkingsakkoord van 4 november 2008 betreffende de preventie en het beheer van verpakkingsafval.
CHAPITRE 4. — Dispositions spécifiques en matière de contrôle
HOOFDSTUK 4. — Specifieke bepalingen inzake controle
Art. 16. L’utilisateur professionnel garde à la disposition des agents chargés de la surveillance :
Art. 16. De professionele gebruiker houdt het volgende ter beschikking van de personeelsleden belast met het toezicht :
—
les documents, en particulier les fiches de données de sécurité, nécessaires à l’identification des dangers liés aux substances dangereuses potentiellement contenues dans les produits phytopharmaceutiques qu’il manipule et qu’il stocke;
—
de documenten, in het bijzonder de veiligheidsinformatiebladen, die nodig zijn voor het identificeren van de gevaren die verband houden met de gevaarlijke stoffen die de door hem gehanteerde en opgeslagen gewasbeschermingsmiddelen mogelijkerwijs kunnen bevatten;
—
tout moyen de preuve et tout élément de nature à démontrer l’imperméabilité des surfaces et des dispositifs de rétention sur lesquels il effectue des opérations de manipulation de produits phytopharmaceutiques, lorsque celles-ci ne constituent pas un sol recouvert d’une végétation herbacée ou un champ, et l’imperméabilité de la ou des cuve(s) qu’il utilise; et
—
elk bewijsmiddel en elk element dat de ondoordringbaarheid van de oppervlakken en de opvanginrichtingen aantoont, waarop hij de hanteringsverrichtingen van gewasbeschermingsmiddelen uitvoert, wanneer deze geen bodem bedekt met een grasachtige vegetatie of akker vormen, en de ondoordringbaarheid van de tank(s) die hij gebruikt; en
—
le registre prévu à l’article 11 de l’ordonnance du 20 juin 2013.
—
het register voorzien bij artikel 11 van de ordonnantie van 20 juni 2013.
Art. 17. L’utilisateur professionnel qui constate un déversement accidentel de produits phytopharmaceutiques aboutissant dans les égouts publics, dans les eaux de surface ou pouvant conduire à une infiltration dans le sol ou dans les eaux souterraines, prend toutes les mesures nécessaires pour mettre fin à ce déversement et le signale immédiatement au fonctionnaire dirigeant de l’Institut.
Art. 17. De professionele gebruiker die een accidentele lozing van gewasbeschermingsmiddelen vaststelt, die uiteindelijk in de openbare riolering of in oppervlaktewater zou belanden of die tot een infiltratie in de bodem of in het grondwater zou kunnen leiden, treft alle nodige maatregelen om een einde te maken aan deze lozing en signaleert de lozing onmiddellijk aan de leidende ambtenaar van het Instituut.
50861
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD CHAPITRE 5. — Dispositions modificatives et finales
HOOFDSTUK 5. — Wijzigings- en slotbepalingen
re
Section 1 . — Dispositions modificatives
Afdeling 1. — Wijzigingsbepalingen
Art. 18. Dans l’annexe de l’arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 4 mars 1999 fixant la liste des installations de classe IB, IC, ID, II, et III en exécution de l’article 4 de l’ordonnance du 5 juin 1997 relative aux permis d’environnement, modifié en dernier lieu par l’arrêté du 3 avril 2014, les rubriques 112 et 113 sont remplacées comme suit:
Art. 18. In de bijlage bij het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 4 maart 1999 tot vaststelling van de ingedeelde inrichtingen van klasse IB, IC, ID, II, et III met toepassing van artikel 4 van de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen, laatst gewijzigd bij het besluit van 3 april 2014, worden de rubriek 112 en 113 vervangen als volgt :
112A Dépôts de produits phytopharmaceutiques (au sens de l’article 3, 4°, a, de l’ordonnance du 20 juin 2013 relative à une utilisation des pesticides compatible avec le développement durable en Région de Bruxelles-Capitale) dont la capacité totale est :
112A Opslagplaatsen van gewasbeschermingsmiddelen (in de zin van artikel 3, 4°, a, van de ordonnantie van 20 juni 2013 betreffende een pesticidegebruik dat verenigbaar is met de duurzame ontwikkeling van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest) met een totale capaciteit :
2 Produits phytopharmaceutiques (dépôt)
2 Gewasbeschermingsmiddelen (opslag)
— inférieure ou égale à 100 kg pour les produits phytopharmaceutiques à usage professionnel;
— kleiner dan of gelijk aan 100 kg voor gewasbeschermingsmiddelen voor professioneel gebruik;
— comprise entre 100 et 1000 kg pour les produits phytopharmaceutiques à usage non professionnel.
— tussen 100 en 1.000 kg voor gewasbeschermingsmiddelen voor niet-professioneel gebruik.
112B Dépôts de produits phytopharmaceutiques (au sens de l’article 3, 4°, a, de l’ordonnance du 20 juin 2013 relative à une utilisation des pesticides compatible avec le développement durable en Région de Bruxelles-Capitale) dont la capacité totale est :
112B Opslagplaatsen van gewasbeschermingsmiddelen (in de zin van artikel 3, 4°, a, van de ordonnantie van 20 juni 2013 betreffende een pesticidegebruik dat verenigbaar is met de duurzame ontwikkeling van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest) met een totale capaciteit :
1B
Produits phytopharmaceutiques (dépôt)
1B
Gewasbeschermingsmiddelen (opslag)
— supérieure à 100 kg pour les produits phytopharmaceutiques à usage professionnel;
— groter dan 100 kg voor gewasbeschermingsmiddelen voor professioneel gebruik;
— supérieure à 1000 kg pour les produits phytopharmaceutiques à usage non professionnel.
— groter dan 1.000 kg voor gewasbeschermingsmiddelen voor niet-professioneel gebruik.
113 Usines, ateliers pour la production, la formulation, le conditionnement de produits phytopharmaceutiques (au sens de l’article 3, 4°, a, de l’ordonnance du 20 juin 2013 relative à une utilisation des pesticides compatible avec le développement durable en Région de Bruxelles-Capitale)
113 Fabrieken, werkplaatsen voor de productie, het formuleren, het conditioneren van gewasbeschermingsmiddelen (in de zin van artikel 3, 4°, a, van de ordonnantie van 20 juni 2013 betreffende een pesticidegebruik dat verenigbaar is met de duurzame ontwikkeling van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest)
1B
Produits phytopharmaceutiques (production)
1B
Gewasbeschermingsmiddelen (productie)
Section 2. — Dispositions finales
Afdeling 2. — Slotbepalingen
Art. 19. Le Ministre qui a l’Environnement dans ses attribution est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Art. 19. De Minister die bevoegd is voor Leefmilieu, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Bruxelles, 16 juillet 2015.
Brussel, 16 juli 2015.
Pour le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale :
Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering :
Le Ministre-Président du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, R. VERVOORT
De minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, R. VERVOORT
La Ministre du Logement, de la Qualité de Vie, de l’Environnement et de l’Energie, Mme C. FREMAULT
De Minister van Huisvesting, Levenskwaliteit, Leefmilieu en Energie, Mevr. C. FREMAULT
* REGION DE BRUXELLES-CAPITALE
BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST
[C − 2015/31496]
[C − 2015/31496]
16 JUILLET 2015. — Arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale modifiant l’arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 17 décembre 2009 fixant la liste des activités à risque
16 JULI 2015. — Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 17 december 2009 tot vaststelling van de lijst van de risicoactiviteiten
Le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale,
De Brusselse Hoofdstedelijke Regering,
Vu le règlement (CE) n° 1272/2008 du Parlement européen et du Conseil du 16 décembre 2008 relatif à la classification, à l’étiquetage et à l’emballage des substances et des mélanges, modifiant et abrogeant les directives 67/548/CEE et 1999/45/CE et modifiant le règlement (CE) n° 1907/2006;
Gelet op de verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 inzake de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels tot wijziging en intrekking van de richtlijnen 67/548/EEG en 1999/45/EG en tot wijziging van verordening (EG) nr. 1907/2006;
Vu l’ordonnance du 5 mars 2009 relative à l’assainissement et à la gestion des sols pollués, l’article 3, 3 °;
Gelet op de ordonnantie van 5 maart 2009 betreffende de sanering en het beheer van verontreinigde bodems, artikel 3, 3°;
Vu l’arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 17 décembre 2009 fixant la liste des activités à risque;
Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 17 december 2009 tot vaststelling van de lijst van de risicoactiviteiten;
Vu l’avis du Conseil de l’Environnement donné le 4 mars 2014;
Gelet op het advies van de Raad voor het Leefmilieu, gegeven op 4 maart 2014;
50862
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
Vu l’avis du Conseil économique et social, donné le 10 mars 2014;
Gelet op het advies van de Economische en Sociale Raad, gegeven op 10 maart 2014;
Vu le test genre sur la situation respective des femmes et des hommes, comme défini par l’arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale portant exécution de l’ordonnance du 29 mars 2012 portant intégration de la dimension de genre dans les lignes politiques de la Région de Bruxelles-Capitale réalisé le 12 juin 2015;
Gezien de gendertest van de respectieve situatie van vrouwen en mannen, zoals bepaald in het Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende de uitvoering van de ordonnantie van 29 maart 2012 houdende de integratie van de genderdimensie in de beleidslijnen, uitgevoerd op 12 juni 2015;
Vu l’avis 57.615/1 du Conseil d’Etat, donné le 2 juillet 2015 en application de l’article 84, § 1er, alinéa 1er, 2°, des lois sur le Conseil d’Etat, coordonnées le 12 janvier 1973;
Gelet op advies 57.615/1 van de Raad van State, gegeven op 2 juli 2015, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Sur proposition de la Ministre de l’Environnement;
Op voordracht van de minister van Leefmilieu;
Après délibération,
Na beraadslaging,
Arrête : Article 1er. A l’article 2 de l’arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 17 décembre 2009 fixant la liste des activités à risque sont apportées les modifications suivantes : 1° le paragraphe 2 est remplacé par ce qui suit : « Les installations reprises en annexe du présent arrêté qui pendant toute leur durée d’exploitation ont été séparées du sol par au moins un niveau accessible (tel qu’un niveau de cave, parking ou étage) et qui, de plus, ne présentaient pas de possibilité de contact entre le sol et des substances susceptibles de causer une pollution du sol ou de l’eau souterraine, entre autres par l’évacuation de telles substances via des conduites en contact avec le sol, ne sont pas des activités à risque. » 2° un paragraphe 3 est ajouté, à savoir :
Besluit : Artikel 1. In artikel 2 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 17 december 2009 tot vaststelling van de lijst van de risicoactiviteiten worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° paragraaf 2 wordt vervangen als volgt : “De inrichtingen die in de bijlage bij dit besluit opgenomen zijn en die tijdens de hele duur van hun uitbating door minstens een toegankelijk niveau (zoals een kelder, parking of verdieping) van de grond gescheiden zijn of waren en die bovendien geen mogelijk contact vertoonden tussen de bodem en stoffen die een verontreiniging van de bodem of het grondwater zouden kunnen veroorzaken, onder andere door de afvoer van dergelijke stoffen via leidingen die in contact zijn met de bodem, worden niet als risicoactiviteiten beschouwd.” 2° een paragraaf 3 wordt toegevoegd, luidende :
«§ 3 S’il peut être démontré par le demandeur d’un permis d’environnement relatif à une installation que cette installation, bien que figurant à l’annexe du présent arrêté, ne fait et n’a pas fait usage de produits classés selon le règlement CLP (règlement (CE) n° 1272/2008 du Parlement européen et du Conseil du 16 décembre 2008 relatif à la classification, à l’étiquetage et à l’emballage des substances et des mélanges, modifiant et abrogeant les directives 67/548/CEE et 1999/45/CE et modifiant le règlement (CE) n° 1907/2006) comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou envers l’environnement autre que pour la couche d’ozone, ou que ces produits ne sont pas de nature à causer une pollution du sol ou des eaux souterraines, celle-ci ne doit pas être considérée comme une activité à risque.
Ҥ 3 Indien door de aanvrager van een milieuvergunning met betrekking tot een inrichting kan worden aangetoond dat die inrichting, hoewel ze in de bijlage bij dit besluit opgenomen is, geen gebruik maakt of gemaakt heeft van producten die volgens de CLP-verordening (verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 inzake de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels tot wijziging en intrekking van de richtlijnen 67/548/EEG en 1999/45/EG en tot wijziging van verordening (EG) nr. 1907/2006) ingedeeld zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag, of dat deze producten niet van dergelijke aard zijn dat ze een verontreiniging van de bodem of het grondwater kunnen veroorzaken, moet die inrichting niet als risicoactiviteit beschouwd worden.
Les éléments destinés à le démontrer sont présentés à l’autorité délivrante du permis qui statue dans le cadre de la procédure de délivrance. »
De hiertoe aangebrachte bewijselementen worden overgemaakt aan de vergunningverlenende overheid die beslist in het kader van de afleveringsprocedure.”
Art. 2. L’annexe du même arrêté est remplacée par l’annexe du présent arrêté.
Art. 2. De bijlage bij hetzelfde besluit wordt vervangen door de bijlage bij dit besluit.
Art. 3. Le ministre compétent pour l’environnement est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Art. 3. De minister bevoegd voor leefmilieu is belast met de uitvoering van dit besluit.
Bruxelles, le 16 juillet 2015.
Brussel, 16 juli 2015.
Pour le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale :
Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering :
Le Ministre-Président du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, R. VERVOORT
De Minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, R. VERVOORT
La Ministre du Logement, de la Qualité de Vie, de l’Environnement et de l’Energie, Mme C. FREMAULT
De Minister van Huisvesting, Levenskwaliteit, Leefmilieu en Energie, Mevr. C. FREMAULT
A
B
A
B
202
6
203
Installations destinées à la production ou au traitement des garnitures de friction contenant de l’amiante, avec une production supérieure à 50 t d’amiante/an.
Installations destinées à la production ou au traitement des garnitures de friction contenant de l’amiante, avec une production inférieure ou égale 50 t d’amiante/an
Installations destinées à la production de produits et objets contenant de l’amiante, à l’exception des garnitures de friction et des produits en amianteciment, avec une production de plus de 50 t d’amiante/an.
Installations destinées à la production de produits et objets contenant de l’amiante, à l’exception des garnitures de friction et des produits en amianteciment, avec une production inférieure ou égale à 50 t d’amiante/an
Inrichtingen voor de productie of de behandeling van asbesthoudende remvoeringen, met een productie hoger dan 50 t/jaar.
Inrichtingen voor de productie of de behandeling van asbesthoudende remvoeringen, met een productie lager dan of gelijk aan 50 t asbest/jaar
Inrichtingen voor de productie van asbesthoudende producten en voorwerpen, met uitzondering van remvoeringen en producten uit asbestcement, met een productie van meer dan 50 t/jaar.
Inrichtingen voor de productie van asbesthoudende producten en voorwerpen, met uitzondering van remvoeringen en producten uit asbestcement, met een productie kleiner dan of gelijk aan 50 t asbest/jaar
1A
1B
1A
1B
- Inrichtingen voor de winning van ruwe non-ferrometalen uit erts, ertsconcentraat of secundaire grondstoffen met metallurgische of elektrolytische processen met een capaciteit van meer dan 100.000 t/jaar ruwe non-ferrometalen
- Installations destinées à la production de métaux bruts non ferreux à partir de minerais, de concentrés de minerais ou de matières premières secondaires selon des procédés métallurgiques ou électro-lytiques et dont la capacité est supérieure à 100.000 t/an de métaux bruts non ferreux
5
- Geïntegreerde fabrieken voor de eer1A ste smeltingen en gietingen van staal, Liste deshoogovens activités à risque — Lijst van de risicoactiviteiten staalbedrijven,
Limitations
- Usines intégrées de première fusion de la fonte et de l’acier, usines sidérurgiques, hauts fourneaux
1B
Cl — Kl
200
Werkplaatsen voor het vervaardigen, de assemblage of het herstel van elektrische accumulatoren
Benamingen
Ateliers de fabrication, d’assemblage ou de réparation d’accumulateurs électriques
Dénomination
2
N° Rub — Rub Nr
ANNEXE — BIJLAGE
Beperkingen
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
50863
A
B
A
B
A
B
B
A
B
8
204
13
13
17
17
20
22
22
N° Rub — Rub Nr
b) groter dan 100 m3
a) kleiner dan of gelijk aan 100 m3
a) est inférieur ou égal à 100 m`
b) est supérieur à 100 m`
Opslagplaatsen voor niet tot de categorie van gevaarlijke afvalstoffen behorend slib met een inhoud :
- Houtdrenking
- Imprégnation du bois
Dépôts de boues n’appartenant pas à la catégorie des déchets dangereux dont le volume :
b) Kuipen voor het afbijten van meubelen of voorwerpen uit hout met een totale inhoud groter dan of gelijk aan 200 liter
b) - Bains de décapage de meubles ou d’objet en bois, d’une capacité totale supérieure ou égale à 200 litres
b) van meer dan 50 ton
a) van 5 tot en met 50 ton
a) de 5 à 50 tonnes
b) de plus de 50 tonnes
Opslagplaatsen voor bitumen, pek, teer, asfalt :
Dépôts de bitume, brai, goudron, asphalte :
b) groter dan 20 Kw
a) kleiner dan of gelijk aan 20kW
a) inférieure ou égale à 20 kW
b) supérieure à 20 kW
Werkplaatsen voor het plaatsen van hulpstukken voor voertuigen (open dak,beglazing, schokdempers, alarminstallaties,air-conditioning, hifi,..),werkplaatsen voor het onderhoud (olieverversing, afstellen van de motor,afstellen van de stuurgeometrie,vervangen van banden, schokdempers,...), voor het uittesten, het demonteren, het herstellen van motorvoertuigen, met een drijfkracht :
Inrichtingen voor de productie van asbestcement of producten die asbestcement bevatten, met een productie van 20.000 t/jaar afgewerkte producten per jaar of meer.
Inrichtingen voor de productie van asbestcement of producten die asbestcement bevatten, met een productie lager dan 20.000 t afgewerkte producten per jaar
Benamingen
Ateliers de placement d’accessoires (toits ouvrants, vitrage, amortisseurs, alarmes, air-conditionné, hi-fi,...) sur véhicules, ateliers d’entretien (vidangegraissage, réglage du moteur,réglage de la géométrie, remplacement de pneus, d’amortisseurs,..), d’essai, de démontage, de réparation de véhicules à moteurs, dont la force motrice est :
Installations destinées à la production d’amiante-ciment ou de produits contenant de l’amiante-ciment avec une production de 20.000 t de produits finis par an ou plus
Installations destinées à la production d’amiante-ciment ou de produits contenant de l’amiante-ciment avec une production de moins de 20.000 t de produits finis par an
Dénomination
1B
2
1B
1B
2
1B
2
1A
1B
Cl — Kl
Sont des activités à risque si les produits sont classés selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou envers l’environnement autre que pour la couche d’ozone*
Sont exclusivement considérés comme des activités à risque : les ateliers d’entretien, de démontage et de réparation de véhicules à moteur
Limitations
Zijn risicoactiviteiten als de producten volgens de CLP-verordening geklasseerd zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag*
Worden uitsluitend als risicoactiviteiten beschouwd : de werkplaatsen voor het onderhoud , voor het demonteren en voor het herstellen van motorvoertuigen
Beperkingen
50864 MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
B
A
B
B
210
37
37
38
Opslagplaatsen voor vaste brandstoffen met een voor opslag bestemde totaaloppervlakte : b) groter dan 2.000 m_
Dépôts de combustibles solides dont la surface totale destinée au stockage est :
b) de plus de 2.000 m_
b) groter dan 20 kW of die 7 of meer mensen tewerkstellen
a) tussen 2 tot en met 20 kW en die minder dan 7 mensen tewerkstellen
a) comprise entre 2 et 20 kW et qui occupent moins de 7 personnes
b) de plus de 20 kW ou qui occupent 7 personnes et plus
Inrichtingen voor de verwerking en mechanische omzetting van vaste brandstoffen, met een drijfkracht :
Cokesfabrieken, industriële inrichtingen voor het chemisch omzetten van vaste, niet in rubriek 39 bedoelde brandstoffen, meer dan 500 t/dag
Cokesfabrieken, industriële inrichtingen voor het chemisch omzetten van vaste, niet in rubriek 39 bedoelde brandstoffen,) tot en met 500 ton/dag
Installations pour le traitement et la transformation mécanique de combustibles solides avec une force motrice :
Cokeries, installations industrielles pour la transformation chimique des combustibles solides non visés à la rubrique 39, de plus de 500 t/j
Cokeries, installations industrielles pour la transformation chimique des combustibles solides non visés à la rubrique 39, jusqu’à 500 tonnes/jour
A
34
Inrichtingen voor het schoonmaken en herconditioneren van vaten, containers en tanken die gevaarlijke stoffen (in de zin van art. 723bis van het A.R.A.B.) hebben bevat
organische basischemicaliën, inorganische basischemicaliën, meststoffen met een fosfor, stikstof-of kaliumbase (enkelvoudige of samengestelde meststoffen), fytosanitaire en kiemdodende basisproducten, farmaceutische basisproducten aan de hand van een scheikundig of biologisch proces, springstoffen.
de produits chimiques organiques de base, de produits chimiques inorganiques de base, d’engrais à base de phosphore, d’azote ou de potassium (engrais simples ou composés), de produits de base phytosanitaires et de biocides, de produits pharmaceutiques de base selon un procédé chimique ou biologique, d’explosifs.
Installations pour le nettoyage et le reconditionnement de fûts, conteneurs et citernes ayant contenus des substances dangereuses (au sens de l’art 723bis du RGPT)
Geïntegreerde chemische inrichtingen, met name inrichtingen voor het vervaardigen op industriële schaal van stoffen door scheikundige transformatie, waar meerdere eenheden naast elkaar worden geplaatst en functioneel aan elkaar zijn gekoppeld, en die, in het bijzonder bestemd zijn voor de vervaardiging van :
Benamingen
Installations chimiques intégrées, à savoir les installations prévues pour la fabrication à l’échelle industrielle de substances par transformation chimique, où plusieurs unités sont juxtaposées et fonctionnellement liées entre elles et qui sont notamment destinées à la fabrication :
Dénomination
33
208
N° Rub — Rub Nr
1B
1B
2
1A
1B
1B
1A
Cl — Kl
Sont exclusivement considérés comme des activités à risque : les dépôts de charbon et de ses dérivés
Sont exclusivement considérés comme des activités à risque : les installations travaillant le charbon et ses dérivés
Sont des activités à risque si les substances visées sont classées selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou envers l’environnement autre que pour la couche d’ozone*
Limitations
Worden uitsluitend als risicoactiviteiten beschouwd : de opslagplaatsen van kolen en zijn derivaten
Worden uitsluitend als risicoactiviteiten beschouwd : inrichtingen die werken met kool en koolverbonden producten
Zijn risicoactiviteiten als de bedoelde substanties volgens de CLPverordening geklasseerd zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag*
Beperkingen
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
50865
Décharges de déchets non dangereux (à l’exclusion des terres non contaminées et des déchets de construction ou de démolition de bâtiments à caractère d’habitation ne contenant pas de matériaux putrescibles ou inflammables).
Installations fixes pour le déparasitage et la désinfection à l’aide de cyanures, d’acide cyanhydrique ou d’autres produits d’une toxicité équivalente
52
b) Ateliers ou équipements pour le traitement mécanique (broyage, déchiquetage, compactage, transbordement,...), physique (traitement par micro-onde, distillation,...) ou biologique de déchets dangereux
218
B
46
c) Dépôts de déchets dangereux (à l’exception des huiles résiduaires reprises en rubrique n° 80) d’une capacité de plus de 500 tonnes.
Vaste inrichtingen voor het verwijderen van parasieten en het ontsmetten met behulp van cyanide, cyaanzuur of andere producten met een gelijkwaardige giftigheid
Stortplaatsen voor ongevaarlijke afvalstoffen (met uitzondering van de nietverontreinigde gronden en van het bouw- en sloopafval van gebouwen bestemd voor de bewoning waarin zich geen bederfbare of ontvlambare materialen bevinden).
Fabrieken voor de verwijdering van afvalstoffen door scheikundige behandeling.
Stortplaatsen voor gevaarlijke afvalstoffen.
b) Werkplaatsen of uitrustingen voor de mechanische (vermalen, verscheuren, verkleinen, overslaan, ...), fysische (behandeling met micro-golven, distillatie, ...) of biologische behandeling van gevaarlijke afvalstoffen
c) Opslagplaatsen voor gevaarlijke afvalstoffen (met uitzondering van afvaloliën uit rubriek 80) met een capaciteit van meer dan 500 ton.
gevaarlijke afvalstoffen (met uitzondering van de afvalolie uit rubriek 80) met een capaciteit groter dan 500 kg tot en met 500 ton
dangereux (à l’exception des huiles résiduaires reprises en rubrique n° 80) d’une capacité de plus de 500 kg à 500 tonnes
Usines d’élimination de déchets par traitement chimique.
C
214
ongevaarlijke en niet-inerte afvalstoffen (niet-inerte afvalstoffen uit de industrie, uit de landbouw,...) met een voor opslag bestemde totaaloppervlakte groter dan 2.000 m2
Industriële inrichtingen voor het vergassen en vloeibaar maken van alle koolstofhoudende producten meer dan 500 t/dag.
Industriële inrichtingen voor het vergassen en vloeibaar maken van alle koolstofhoudende producten tot 500 t/dag
Benamingen
non dangereux autres qu’inertes (industriels non inertes, agricoles, ...) dont la surface totale destinée au stockage est supérieure à 2.000 m_
217
B
45
Installations industrielles de gazéification et de liquéfaction de tous produits carbonés de plus de 500 t/j.
Décharges de déchets dangereux.
B
211
Installations industrielles de gazéification et de liquéfaction de tous produits carbonés jusqu’à 500 t/j
Dénomination
215
A
39
N° Rub — Rub Nr
1B
1A
1A
1A
1B
1A
1B
1A
1B
Cl — Kl Ne sont pas considérées comme des activités à risque : les installations de gazéification de produits d’origine végétale
Limitations Worden niet als risicoactiviteiten beschouwd : de inrichtingen voor het vergassen van producten van plantaardige oorsprong
Beperkingen
50866 MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
78
B
226
Fabrication, fonte ou extraction des graisses, cires et autres matières grasses, savonneries
Installations fixes pour la production de gaz (à l’exception des cokeries) d’une capacité de plus de 1.000 Nm`/h.
Dépôts de fumier, lisier, engrais, y compris les engrais exclusivement chimiques : b) de plus de 50 tonnes
De productie, de smelting of de winning van vetten, was en andere vetstoffen, zeepziederijen
Vaste inrichtingen voor gasproductie (met uitzondering van cokesfabrieken) met een capaciteit hoger dan 1.000 Nm`/h.
Opslagplaatsen voor mest, gier, meststoffen, met inbegrip van uitsluitend chemische meststoffen :b) van meer dan 50 ton
1B
1A
1B
1B
- Opslagplaatsen voor springstoffen met een opslagen hoeveelheid hoger dan die welke sub a) staat vermeld
- Dépôts où les quantités stockées sont supérieures à celles reprises en a) Industriële smederijen, draadtrekkerijen, walserijen
1B
b) - Explosievenfabrieken (inrichtingen voor de productie, de behandeling of de bewerking van alle soorten springstoffen behalve de werkplaatsen bedoeld in rubriek 60 van het besluit van van 4 maart 1999 tot vaststelling van de ingedeelde inrichtingen van klasse IB, II en III, met toepassing van artikel 4 van de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen)
b) - Fabriques d’explosifs : (établissements qui ont pour objet la préparation, la manipulation ou la transformation de tout explosif autres que les ateliers visés à la rubrique 60 de l’arrêté du 4 mars 1999 fixant la liste des installations de classe IB, II et III en exécution de l’article 4 de l’ordonnance du 5 juin 1997 relative aux permis d’environnement)
B
B
59
1A
1B
2
Cl — Kl
c) van meer dan 30.000 inwonersequivalent
c) supérieure à 30.000 équivalentshabitants.
66
C
221
b) tussen 2.000 tot en met 30.000 inwonerequivalenten
a) lager dan 2.000 inwonersequivalenten
a) inférieure à 2.000 équivalentshabitants
b) entre 2.000 et 30.000 équivalentshabitants
afvalwaterzuiveringsstations met een capaciteit
stations d’épuration pour les eaux usées d’une capacité :
Forges industrielles, tréfileries, laminoirs
B
56
Septische putten, individuele zuiveringsinstallaties (of autonome zuivering) van meer dan 20 inwonersequivalenten en
Benamingen
Fosses septiques, système d’épuration individuel (ou assainissement autonome) de plus de 20 équivalentshabitants et
Dénomination
63
A
56
N° Rub — Rub Nr
Sont à risque exclusivement si le procédé utilise des solvants classés selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou l’environnement autre que pour la couche d’ozone*
Sont exclusivement considérées comme des activités à risque : les fabriques d’explosifs
Sont exclusivement considérées comme à risque les installations traitant des eaux industrielles contenant des substances classées selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou l’environnement autre que pour la couche d’ozone*
Limitations
Zijn uitsluitend risicohoudend als het gebruikte procedé gebruikmaakt van solventen die volgens de CLPverordening geklasseerd zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag*
Worden uitsluitend als risicoactiviteiten beschouwd : explosievenfabrieken
Worden uitsluitend beschouwd als risicohoudend de inrichtingen voor de behandeling van industrieel water dat substanties bevat die volgens de CLPverordening geklasseerd zijn als substanties die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag *
Beperkingen
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
50867
b) die meer dan 7 mensen tewerkstellen of die hetzij meer dan 1 kg gevaarlijke stoffen afvoeren per maand en per stof die voorkomt in lijst I van de bijlage bij richtlijn 76/464 van 4 mei 1976 van de Raad van de Europese Gemeenschappen, hetzij, zelfs per ongeluk, micro-organismen of organismen kunnen afvoeren die risico’s voor de gezondheid en het leefmilieu inhouden, zoals die door de Regering zijn aangegeven
b) comptant plus de 7 personnes ou qui soit évacuent plus de 1 kg de substances dangereuses par mois et par substances figurant dans la liste I de l’annexe à la directive 76/464 du 4 mai 1976 du Conseil des Communautés européennes, soit sont susceptibles d’évacuer même accidentellement des micro-organismes ou des organismes présentant des risques pour la santé et l’environnement et la santé humaine, désignés par le Gouvernement
B
85
Inrichtingen (laboratoria of productieeenheden) die biologisch of scheikundig werk van welke aard ook uitvoeren, in het bijzonder onderzoeken, experimenten, analyses, toepassingen of ontwikkeling van producten, kwaliteitscontrole van producten voor didactische of diagnostische doeleinden :
b) groter dan 20 kW of die 7 of meer mensen tewerkstellen
b) supérieure à 20 kW ou qui occupent 7 personnes et plus
Installations (laboratoires ou unités de production) exerçant une quelconque activité dans le domaine biologique ou chimique notamment aux fins de recherches, expériences, analyses, applications ou développement de produits, contrôles de qualité de produits notamment dans un but didactique ou diagnostique :
Drukkerijen en alle soorten drukwerk op papier, stof, metaal, synthetisch materiaal, met een drijfkracht :
Imprimeries et tous travaux d’impression sur papier, tissu, métal, matières synthétiques, lorsque la force motrice totale est :
B
82
b) groter dan 2.000 liter
b) supérieure à 2.000 litres
Inrichtingen voor de verwijdering, de regeneratie, de verwerking van afvaloliën met inbegrip door verbranding
Opslagplaatsen voor afvaloliën, met een capaciteit :
Dépôts d’huiles usagées d’une capacité :
Benamingen
Installations d’élimination, de régénération, de traitement d’huiles résiduaires y compris par combustion
B
Dénomination
81
80
N° Rub — Rub Nr
1B
1B
1B
1B
Cl — Kl
Considéré comme à risque seulement si l’évacuation correspond à un déversement via les eaux usées et si les substances dangereuses sont classées selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou envers l’environnement autre que pour la couche d’ozone*.
Sont à risque les installations utilisants des solvants classés selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou envers l’environnement autre que pour la couche d’ozone*
Limitations
Als risicohoudend beschouwd enkel als het afvoeren overeenkomt met het lozen in het afvalwater en als de gevaarlijke stoffen volgens de CLPverordening geklasseerd zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag*.
Worden uitsluitend als risicohoudend beschouwd de inrichtingen die gebruik maken van solventen die volgens de CLP-verordening geklasseerd zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag*
Beperkingen
50868 MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
A
B
97
97
b) van meer dan 100 liter
a) van 10 tot en met 100 liter
a) de 10 à 100 litres
b) de plus de 100 litres
Werkplaatsen voor de chemische of elektrochemische bewerking van metalen of metalen voorwerpen in kuipen met een totale inhoud :
Ateliers pour le traitement chimique ou électrochimique des métaux ou d’objets en métal dont les bains ont une contenance totale :
b) groter dan 20 kW
c) opslagplaatsen van meer dan 100.000 liter
b) supérieure à 20 kW
c) dépôts de plus de 100.000 litres
4°C
b) opslagplaatsen van meer dan 10.000 tot en met 100.000 liter
Werkplaatsen voor de synthese van kunststoffen, de vulcanisering van rubber, de productie van kunstvezels, met een totale drijfkracht :
b) dépôts de plus de 10.000 à 100.000 litres
4°B
4°. Opslagplaatsen voor zware stookolie, minerale of synthetische olie en voor gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt in een volgens de norm NBN 52017 gesloten recipiënt van meer dan 100°C :
c) opslagplaatsen voor meer dan 50.000 l
b) opslagplaatsen voor meer dan 10.000 l tot en met 50.000 l
Ateliers pour la synthèse de matières plastiques, la vulcanisation du caoutchouc, la fabrication de fibres synthétiques, dont la force motrice totale est :
4°. Dépôts de fuel lourd, huiles minérales ou synthétiques et liquides analogues ayant un point d’éclair déterminé en vase fermé d’après la norme NBN 52017 de plus de 100°C :
4°
B
c) dépôts de plus de 50.000 l
3°C
- opslagplaatsen van 3.000 tot en met 10.000 l in de andere gevallen
- dépôts de 3.000 à 10.000 l dans les autres cas
b) dépôts de plus de 10.000 à 50.000 l
a) - opslagplaatsen tot en met 10.000 liter bij ingegraven tank
a) - dépôts jusqu’à 10.000 l lorsque le réservoir est enfoui
3°B
3°. Opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen met een vlampunt hoger dan 55°C maar niet hoger dan 100°C :
3°. Dépôts de liquides inflammables dont le point d’éclair est supérieur à 55°C mais ne dépasse 100°C :
3°A
c) opslagplaatsen voor meer dan 10.000 l
c) dépôts de plus de 10.000 l
2°C
b) opslagplaatsen voor meer dan 500 l tot en met 10.000 l
b) opslagplaatsen voor meer dan 500 l
b) dépôts de plus de 500 l
b) dépôts de plus de 500 à 10.000 l
1°. Opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen met een vlampunt lager dan of gelijk aan 21°C :
Benamingen
1°.Dépôts de liquides inflammables dont le point d’éclair est inférieur ou égal à 21°C :
Dénomination
2°B
1°B
95
88
N° Rub — Rub Nr
1B
2
1B
1B
2
1B
2
3
1B
2
1B
Cl — Kl Sont exclusivement considérés comme des activités à risque : les dépôts de liquides inflammables qui sont classés selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou envers l’environnement autre que pour la couche d’ozone*. Ne sont pas considérés comme des activités à risque : les dépôts de liquides inflammables non enterrés qui concernent que des conditionnements individuels fermés de maximum 30 litres ou 30 kg qui ne sont pas utilisés en lien avec une autre installation classée de l’unité technique et géographique. Un dépôt de mazout jusqu’à 10.000 litres n’est pas une activité à risque, à moins qu’il ne soit destiné à alimenter des véhicules
Limitations Worden uitsluitend als risicoactiviteiten beschouwd : de opslag van ontvlambare vloeistoffen die volgens de CLP-verordening geklasseerd zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag*. Worden niet als risicoactiviteiten beschouwd : de niet-ondergrondse opslag van ontvlambare vloeistoffen die betrekking heeft op afgesloten individuele verpakkingen van maximum 30 liter of 30 kg die niet gebruikt worden in verband met een andere ingedeelde inrichting van de technische en geografische eenheid. Een mazoutopslag tot en met 10.000 liter is geen risicoactiveit, tenzij die voor de bevoorrading van voertuigen bestemd is.
Beperkingen
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
50869
Atelier de dégraissage des textiles (nettoyage à sec) à l’aide de solvants organiques
Ateliers pour la fabrication de papier ou de carton, ou d’objets en papier ou composés de carton ou pour le traitement de papier ou carton et dont la force motrice est : b) supérieure à 20 kW mais d’une capacité de production inférieure à 200 tonnes par jour pour les installations destinées à la fabrication de papier ou de carton
105
109
B
Installations destinées à la production de métaux bruts non ferreux à partir de minerais, de concentrés de minerais ou de matières premières secondaires selon des procédés métallurgiques ou électrolytiques et dont la capacité est inférieure ou égale à 100.000 t/an de métaux bruts non ferreux
b) groter dan 20 kW
b) est supérieure à 20 kW
Werkplaatsen voor de productie van papier of karton, of voor de productie van voorwerpen uit papier of karton of voor papier- of kartonbewerking met een drijfkracht : b) hoger dan 20 kW maar met een productiecapaciteit lager dan 200 ton per dag voor de inrichtingen bestemd voor de productie van papier of karton
Werkplaatsen voor textielontvetting (chemisch reinigen) met behulp van organische solventen
Inrichtingen voor de winning van ruwe non-ferrometalen uit erts, ertsconcentraat of secundaire grondstoffen met metallurgische of elektrolytische processen met een capaciteit van minder dan of gelijk aan 100.000 t/jaar ruwe non-ferrometalen
Werkplaatsen voor de productie en het gieten van metaal (met uitzondering van werkplaatsen met minder dan 3 mensen en horend bij juwelenzaken)
Werkplaatsen voor metaalbewerking waarbij de aard van de metalen niet wordt gewijzigd en zonder warmtebehandeling (slotenmakers, polijsten, vervaardiging van metalen voorwerpen, zandstralen of ontzanden,...), met een drijfkracht :
b) van meer dan 100 liter
Ateliers pour le travail des métaux n’entraînant pas de changement dans leur nature et sans traitement thermique (serrureries, polissage, fabrication d’objets métalliques, sablage ou désablage,...) et dont la force motrice :
103
B
101
b) de plus de 100 litres
a) van 10 tot en met 100 liter
a) de 10 à 100 litres
Ateliers pour la production et la fusion de métaux (à l’exclusion des ateliers comptant moins de 3 personnes et attenant aux bijouteries)
B
99
Het ontvetten van metalen of metalen voorwerpen in apparaten of kuipen met een totale inhoud :
Benamingen
Dégraissage de métaux ou d’objets en métal dans des appareils ou dans des cuves avec une contenance totale :
Dénomination
102
A
99
N° Rub — Rub Nr
1B
1B
1B
1B
1B
1B
2
Cl — Kl
Sont exclusivement considérés comme des activités à risque : les ateliers de fabrication de papier et carton
Sont exclusivement considérés comme à risque les installations où sont utilisés des solvants classés selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou envers l’environnement autre que pour la couche d’ozone*.
Ne sont pas considérés comme des activités à risque : les ateliers attenant aux bijouteries
Sont exclusivement considérés comme à risque les installations où sont utilisés des huiles de coupe classées selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou envers l’environnement autre que pour la couche d’ozone*.
Sont exclusivement considérés comme à risque les installations où sont utilisés des solvants classés selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou envers l’environnement autre que pour la couche d’ozone*.
Limitations
Worden uitsluitend als risicoactiviteiten beschouwd werkplaatsen voor de productie van papier of karton
Worden uitsluitend als risicohoudend beschouwd de inrichtingen die gebruik maken van solventen die volgens de CLP-verordening geklasseerd zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag*
Worden niet beschouwd als risicoactiviteiten : werkplaatsen horend bij juwelenzaken
Worden uitsluitend als risicohoudend beschouwd de inrichtingen waar gebruik wordt gemaakt van snijoliën die volgens de CLP-verordening geklasseerd zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag *.
Worden uitsluitend als risicohoudend beschouwd de inrichtingen die gebruik maken van solventen die volgens de CLP-verordening geklasseerd zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag*
Beperkingen
50870 MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
Usines, ateliers pour la production, la formulation, le conditionnement de pesticides au sens de l’A.R. du 28 février 1994
Installations de stockage de pétrole, de produits pétrochimiques ou de produits chimiques d’une capacité de 200.000 tonnes ou plus.
231
Opslagplaatsen voor petroleum, petrochemicaliën of chemicaliën met een opslagcapaciteit van 200.000 ton of meer.
Fabrieken, werkplaatsen voor de productie, het formuleren, het conditioneren van bestrijdings-middelen krachtens het K.B. van 28 februari 1994
- groter dan 1.000 kg voor bestrijdingsmiddelen van klasse B of voor nietingedeelde bestrijdingsmiddelen
- de plus de 1.000 kg pour les pesticides de la classe B ou pour les pesticides non classés
113
b) - groter dan 100 kg voor bestrijdingsmiddelen van klasse A
b) - de plus de 100 kg pour les pesticides de classe A
B
112
Opslagplaatsen voor bestrijdingsmiddelen (in de zin van het K.B. van 28 februari 1994) met een totale capaciteit :
- werkplaatsen voor de productie van voorwerpen op basis van paardenhaar, haren, veren, enz., met een drijfkracht hoger dan 20 kW
- Ateliers pour la production d’objets à base de crin, poils, plumes, etc., dont la force motrice est supérieure à 20 kW
Dépôts de pesticides (au sens de l’A.R. du 28 février 1994) dont la capacité totale est :
b) - Witlooierijen, looierijen en inrichtingen voor de bewerking van huiden,
b) - Mégisseries, tanneries et établissements pour le traitement des peaux
B
Inrichtingen voor het vervaardigen van papierbrij uit hout en andere vezelhoudende stoffen.
Werkplaatsen voor de productie van papier of karton, of voor de productie van voorwerpen uit papier of karton of voor papier- of kartonbewerking met een drijfkracht : Industriële inrichtingen voor het vervaardigen van papier, karton, met een productiecapaciteit hoger dan 200 ton per dag.
110
Ateliers pour la fabrication de papier ou de carton, ou d’objets en papier ou composés de carton ou pour le traitement de papier ou carton et dont la force motrice est : Installations industrielles destinées à la fabrication de papier, carton, d’une capacité de production supérieure à 200 tonnes par jour.
Benamingen
Installations pour la fabrication de pâte de papier à partir du bois ou d’autres matières fibreuses.
C
Dénomination
229
228
N° Rub — Rub Nr
1A
1B
1B
1B
1A
1A
Cl — Kl
Sont exclusivement considérés comme des activités à risque si les produits concernés sont classés selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou envers l’environnement autre que pour la couche d’ozone*
Sont exclusivement considérés comme des activités à risque : les dépôts de produits qui sont classés selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou envers l’environnement autre que pour la couche d’ozone*. Ne sont pas considérés comme des activités à risque : les dépôts non enterrés qui concernent que des conditionnements individuels fermés de maximum 30 litres ou 30 kg qui ne sont pas utilisés en lien avec une autre installation classée de l’unité technique et géographique.
Ne sont pas considérés comme des activités à risque : les ateliers pour la production d’objets à base de crin, poils, plumes, etc.
Sont exclusivement considérés comme des activités à risque : les ateliers de fabrication de papier et carton
Limitations
Worden uitsluitend als risicoactiviteiten beschouwd als de bedoelde producten volgens de CLP-verordening geklasseerd zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag*
Worden uitsluitend als risicoactiviteiten beschouwd : de opslag van producten die volgens de CLP-verordening geklasseerd zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag*. Worden niet als risicoactiviteiten beschouwd : de niet-ondergrondse opslagen die betrekking hebben op afgesloten individuele verpakkingen van maximum 30 liter of 30 kg die niet gebruikt worden in verband met een andere ingedeelde inrichting van de technische en geografische eenheid.
Worden niet beschouwd als risicoactiviteiten : werkplaatsen voor de productie van voorwerpen op basis van paardenhaar, haren, veren, enz.
Worden uitsluitend als risicoactiviteiten beschouwd werkplaatsen voor de productie van papier of karton
Beperkingen
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
50871
- groter dan 1.000 kg voor andere materialen of bereidingen met uitzondering van die welke sub d) staan vermeld
- de plus de 1.000 kg pour les autres à l’exception de celles reprises en d)
C
121
c) - groter dan 5.000 kg voor als ontvlambaar, schadelijk of irriterend beschouwde materialen of bereidingen met uitzondering van die welke sub d) staan vermeld
- tussen 300 kg en 1.000 kg voor andere materialen of bereidingen met uitzondering van die welke sub d) staan vermeld
- comprise entre 300 et 1.000 kg pour les autres à l’exception de celles reprises en d)
c) - de plus de 5.000 kg pour les substances ou préparations n’étant considérées que comme inflammables, nocives ou irritantes à l’exception de celles reprises en d)
b) - tussen 1.000 en 5.000 kg voor als ontvlambaar, schadelik of irriterend beschouwde materialen of bereidingen met uitzondering van die welke sub d) staan vermeld
b) - comprise entre 1.000 et 5.000 kg pour les substances ou préparations n’étant considérées que comme inflammables, nocives ou irritantes à l’exception de celles reprises en d)
B
121
Opslagplaatsen voor gevaarlijke stoffen of bereidingen (in de zin van artikel 723bis van het A.R.A.B.), die niet in een andere rubriek zijn opgenomen, met een capaciteit :
Benamingen
Dépôts de substances ou préparations dangereuses (au sens de l’article 723bis du R.G.P.T.) non repris sous une autre rubrique et dont la capacité est :
Dénomination
121
N° Rub — Rub Nr
1B
2
Cl — Kl
Sont exclusivement considérés comme des activités à risque : les dépôts de produits qui sont classés selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou envers l’environnement autre que pour la couche d’ozone*. Ne sont pas considérés comme des activités à risque : les dépôts de produits non enterrés qui concernent que des conditionnements individuels fermés de maximum 30 litres ou 30 kg qui ne sont pas utilisés en lien avec une autre installation classée de l’unité technique et géographique.
Limitations
Worden uitsluitend als risicoactiviteiten beschouwd : de opslag van producten die volgens de CLP-verordening geklasseerd zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag*. Worden niet als risicoactiviteiten beschouwd : de niet-ondergrondse opslagen die betrekking hebben op afgesloten individuele verpakkingen van maximum 30 liter of 30 kg die niet gebruikt worden in verband met een andere ingedeelde inrichting van de technische en geografische eenheid.
Beperkingen
50872 MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
121
N° Rub — Rub Nr
D
d) groter dan : - 100 kg arseentrioxide, arseen (III) zuur of de zouten daarvan - 10 kg poedervormige 4,4-methyleenbis (2-chlooraniline) en/of de zouten daarvan - 150 kg methylisocyanaat - 300 kg kooloxychloride (fosgeen) - 200 kg arseentrihydride (arsine) - 200 kg fosfortrihydride (fosfine) - 1 kg polychloordiben-zofuranen en polychloordibenzodioxinen (met inbegrip van TCDD, uitgedrukt in TCDDequivalent) - 1 kg van de volgende carcinogenen : 4-aminobifenyl en/of de zouten daarvan, benzidine en/of de zouten daarvan, di(chloormethyl)-ether, chloormethyleter en m e t h y l e t e r, dimethylcarbamoylchloride, dimethylnitrosamine, hexamethylfosforzuurtriamide 2-naftylamine en/of de zouten d a a r v a n e n 1 , 3 - p ro p a a n s u l t a n 4-nitrodifenyl - 10 kg poedervormige 4,4-methyleenbis (2-chlooraniline) en/of de zouten daarvan - 150 kg methylisocyanaat - 300 kg kooloxychloride (fosgeen) - 200 kg arseentrihydride (arsine) - 200 kg fosfortrihydride (fosfine) - 1 kg polychloordiben-zofuranen en polychloordibenzodioxinen (met inbegrip van TCDD, uitgedrukt in TCDDequivalent)
- 100 kg de trioxyde d’arsenic, acide (III) arsénieux ou ses sels
- 10 kg de 4,4-méthylène-bis (2-chloraniline) et/ou ses sels, sous forme pulvérulente
- 150 kg d’isocyanate de méthyle
- 300 kg de dichlorure de carbonyle (phosgène)
- 200 kg de trihydrure d’arsenic (arsine)
- 200 kg de trihydrure de phosphore (phosphine)
- 1 kg de polychloro-dibenzofuranes et polychloro-dibenzodioxines (y compris TCDD), calculées en équivalent TCDD
- 1 kg des carcinogènes suivants : 4-aminobiphényle et/ou ses sels, benzidine et/ou ses sels, oxyde de bis(chlorométhyle), oxyde de chlorométhyle et de méthyle, chlorure de diméthyl-carbamoyl, diméthylnitrosamine, triamide hexaméthylphosphorique, 2-naphtylamine et/ou ses sels et 1,3-propanesultone 4-nitrodiphényle
- 10 kg de 4,4-méthylène-bis (2-chloraniline) et/ou ses sels, sous forme pulvérulente
- 150 kg d’isocyanate de méthyle
- 300 kg de dichlorure de carbonyle (phosgène)
- 200 kg de trihydrure d’arsenic (arsine)
- 200 kg de trihydrure de phosphore (phosphine)
- 1 kg de polychloro-dibenzofuranes et polychloro-dibenzodioxines (y compris TCDD), calculées en équivalent TCDD
Benamingen
d) de plus de :
Dénomination 1B
Cl — Kl Limitations
Beperkingen
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
50873
B
B
126
128
N° Rub — Rub Nr
Ateliers pour la préparation industrielle, la formulation, l’emballage de produits pharmaceutique et dont la force motrice est : b) supérieure à 20 kW ou qui occupent 7 personnes et plus
Werkplaatsen voor de industriële productie, het formuleren, het verpakken van farmaceutische producten, met een drijfkracht : b) groter dan 20 kW of die 7 personen of meer tewerkstellen
Werkplaatsen voor de productie of het conditioneren van cosmetica, met een drijfkracht : b) groter dan 20 kW of die 7 personen of meer tewerkstellen
- 1 kg van de volgende carcinogenen : 4-aminobifenyl en/of de zouten daarvan, benzidine en/of de zouten daarvan, di(chloormethyl)-ether, chloormethyleter en m e t h y l e t e r, dimethylcarbamoylchloride, dimethylnitrosamine, hexamethylfosforzuurtriamide 2-naftylamine en/of de zouten daarvan en 1,3-propaansultan
- 1 kg des carcinogènes suivants : 4-aminobiphényle et/ou ses sels, benzidine et/ou ses sels, oxyde de bis(chlorométhyle), oxyde de chlorométhyle et de méthyle, chlorure de diméthyl-carbamoyl, diméthylnitrosamine, triamide hexaméthylphosphorique, 2-naphtylamine et/ou ses sels et 1,3-propanesultone 4-nitrodiphényle
Ateliers pour la préparation ou le conditionnement de produits cosmétiques, avec une force motrice : b) supérieure à 20 kW ou qui occupent 7 personnes ou plus
Benamingen
Dénomination
1B
1B
Cl — Kl
Sont exclusivement considérés comme des activités à risque : les installations avec force motrice supérieure à 20 kw utilisant des produits qui sont classés selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou envers l’environnement autre que pour la couche d’ozone*
Sont exclusivement considérés comme des activités à risque : les installations avec force motrice supérieure à 20 kw utilisant des produits qui sont classés selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou envers l’environnement autre que pour la couche d’ozone*
Limitations
Worden uitsluitend als risicoactiviteiten beschouwd : de werkplaatsen voor de productie van cosmetica, met een drijfkracht groter dan 20 kW en die producten die volgens de CLPverordening geklasseerd zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag*.
Worden uitsluitend als risicoactiviteiten beschouwd : de werkplaatsen voor de productie van cosmetica, met een drijfkracht groter dan 20 kW en die producten die volgens de CLPverordening geklasseerd zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag*.
Beperkingen
50874 MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
138
130
N° Rub — Rub Nr
- Niet in een andere rubriek vermelde inrichtingen voor het bewerken van materiaaloppervlakken, voorwerpen of producten met behulp van organische solventen, met name voor de aanmaak, het bedrukken, het bekleden, het ontvetten, het waterdichtmaken, het lijmen, het verven, het reinigen of impregneren, met een solventenverbruik van meer dan 150 kg per uur of meer dan 200 ton per jaar
- Installations non reprises à une autre rubrique destinés au traitement de surface de matières, d’objets ou de produits et ayant recours à l’utilisation de solvants organiques, notamment pour les opérations d’apprêt, d’impression, de couchage, de dégraissage, d’imperméabilisation, de collage, de peinture, de nettoyage ou d’imprégnation d’une capacité de consommation de solvant de plus de 150 kg par heure ou de plus de 200 tonnes par an
- menging
- de mixtion - Werkplaats voor mechanisch, pneumatisch of elektrostatisch aanbrengen van bedekkingsmiddelen
- solvatatie
- de solvatation
- Ateliers pour l’application mécanique, pneumatique ou électrostatique de revêtement
- distillatie - extractie
- synthese van fosforhoudende verbindingen
- de synthèse de composés phosphorés
- d’extraction
- nitratie en synthese van stikstofhoudende verbindingen
- de nitration et synthèse de composés azotés
- de distillation
- polymerisatie - ontzwaveling, synthese en omzetting van zwavelhoudende verbindingen
- de désulfuration, synthèse et transformation de composés sulfurés
- oxidatie
- de polymérisation
- hydrolyse
- d’hydrolyse
- d’oxydation
- hydrogenering
- d’hydrogénation
- dehydrogenering
- de déshydrogénation - verestering
- condensatie
- de condensation
- halogenering en fabricage van halogenen
- aminering met ammoniak
- d’amination à l’ammoniac
- d’halogénation et de fabrication d’halogènes
- alkylering
- d’alcoylation
- d’estérification
Niet in een andere rubriek vermelde industriële inrichtingen voor de productie, omzetting of verwerking van organische of anorganische chemische producten waarbij met name gebruik wordt gemaakt van :
Benamingen
Installations industrielles non reprises à d’autres rubriques, pour la production, la transformation ou le traitement de produits chimiques organiques ou inorganiques notamment au moyen des procédés :
Dénomination
1B
1B
Cl — Kl
Sont exclusivement considérés comme des activités à risque : les installations utilisant des produits qui sont classés selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou envers l’environnement autre que pour la couche d’ozone*, ne sont pas considérés comme des activités à risque : les ateliers utilisant uniquement des procédés d’application de revêtement à la bombe ou à la brosse
Sont exclusivement considérés comme à risque les installations où sont utilisés des produits classés selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou envers l’environnement autre que pour la couche d’ozone*.
Limitations
Worden uitsluitend als risicohoudend beschouwd de inrichtingen die gebruik maken van producten die volgens de CLP-verordening geklasseerd zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag* Worden niet beschouwd als risicoactiviteiten : de werkplaatsen die uitsluitend bedekkingsmiddelen aanbrengen met spuitbus of penseel
Worden uitsluitend als risicohoudend beschouwd de inrichtingen die gebruik maken van producten die volgens de CLP-verordening geklasseerd zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag*
Beperkingen
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
50875
a) 3 tot en met 50 voertuigen
a) de 3 à 50 véhicules
B
A
B
151
154
154
b) voor meer dan 5.000 l
a) voor 500 tot en met 5.000 l
a) de 500 à 5.000 l
b) de plus de 5.000 l
Opslagplaatsen voor vernis of celluloseverven en andere soorten ontvlambare vernis of verven :
b) meer dan 50 voertuigen
Dépôts de vernis ou peintures cellulosiques et autres vernis ou peintures inflammables :
b) plus de 50 véhicules
Opslagplaatsen voor gebruikte voertuigen en afgedankte voertuigen, tentoonstellingsruimten voor gebruikte voertuigen (met uitzondering van al dan niet overdekte parkeerterreinen), met plaats voor :
Dépôts de véhicules usagés et hors d’usage, salles d’exposition de véhicules usagés, (à l’exclusion des parkings couverts ou non), comptant :
A
151
Werkplaatsen voor het voorbehandelen, afwerken of chemisch bewerken van textiel (bleken, merceriseren, verven, bedrukken, impregneren...)
Ateliers où l’on procède à la préparation, à l’achèvement ou au traitement chimique des textiles (blanchiment, mercerisation, teinture, impression, imprégnation, ...)
145
Werkplaatsen voor het thermisch bewerken van oppervlakken (met uitzondering van metalen) en werkplaatsen voor het aanbrengen van bedekkingsmiddelen door onderdompeling op houders van welke aard dan ook
Benamingen
Ateliers pour le traitement thermique des surfaces (à l’exception des métaux) et ateliers pour l’application de revêtement par immersion sur tout support
Dénomination
139
N° Rub — Rub Nr
1B
2
1B
2
1B
1B
Cl — Kl
Sont exclusivement considérés comme des activités à risque : les installations utilisant des produits qui sont classés selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou envers l’environnement autre que pour la couche d’ozone*. Ne sont pas considérés comme des activités à risque : les dépôts de produits non enterrés qui concernent que des conditionnements individuels fermés de maximum 30 litres ou 30 kg qui ne sont pas utilisés en lien avec une autre installation classée de l’unité technique et géographique.
Sont exclusivement considérés comme des activités à risque : les dépôts de véhicules techniquement hors d’usage
Sont exclusivement considérées comme des activités à risque : les installations utilisant des produits qui sont classés selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou envers l’environnement autre que pour la couche d’ozone*
Ne sont pas considérés comme des activités à risque : les ateliers pour le traitement thermique des surfaces. Sont exclusivement considérées comme des activités à risque : les installations utilisant des produits qui sont classés selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou envers l’environnement autre que pour la couche d’ozone*
Limitations
Worden uitsluitend als risicoactiviteiten beschouwd : de opslag van producten die volgens de CLP-verordening geklasseerd zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag*. Worden niet als risicoactiviteiten beschouwd : de niet-ondergrondse opslagen die betrekking hebben op afgesloten individuele verpakkingen van maximum 30 liter of 30 kg die niet gebruikt worden in verband met een andere ingedeelde inrichting van de technische en geografische eenheid.
Worden uitsluitend als risicoactiviteiten beschouwd : de opslagplaatsen voor technisch afgedankte voertuigen
Worden uitsluitend als risicohoudend beschouwd de inrichtingen die gebruik maken van producten die volgens de CLP-verordening geklasseerd zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag*.
Worden niet beschouwd als risicoactiviteiten : de werkplaatsen voor het thermisch bewerken van oppervlakken. Worden uitsluitend als risicohoudend beschouwd de inrichtingen die gebruik maken van producten die volgens de CLP-verordening geklasseerd zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag*.
Beperkingen
50876 MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
Depollutiecentrum voor afgedankte voertuigen
Glasblazerijen en kristalfabrieken, fabricage van spiegelglas, van glasvezels, glaswol, andere minerale vezels, enz.
b) groter dan 20 kW
1B
1B
1B
2
Cl — Kl
Sont exclusivement considérés comme des activités à risque : les installations utilisant des produits qui sont classés selon le règlement CLP comme présentant un risque ou un danger envers la santé autre que corrosif et irritant, ou envers l’environnement autre que pour la couche d’ozone*
Limitations
Worden uitsluitend als risicohoudend beschouwd de inrichtingen die gebruik maken van producten die volgens de CLP-verordening geklasseerd zijn als producten die een risico of een gevaar voor de gezondheid inhouden, anders dan corrosief en irriterend, of voor het leefmilieu, anders dan voor de ozonlaag*.
Beperkingen
*les mentions H suivantes sont concernées - volgende H-zinnen zijn betrokken : 300, 310, 330, 301, 311, 331, 340, 341, 350, 350i, 351, 360f, 360d, 370, 372, 334, 304, 361f, 361d, 371, 373, 302, 312, 332, 400, 410, 411, 412
Centre de dépollution de véhicules hors d’usage
161
b) supérieure à 20 kW
a) kleiner dan of gelijk aan 20 kW
a) inférieure ou égale à 20 kW
Verreries et cristalleries, fabrication des glaces, de fibres de verre, laine de verre, fibres minérales autres, etc.
B
155
Werkplaatsen voor de productie van vernis, lak, verf, drukinkt en/of pigmenten, met een drijfkracht :
Benamingen
Ateliers pour la production de vernis, laques, peintures, encres d’imprimerie et/ou pigment dont la force motrice est :
Dénomination
157
A
155
N° Rub — Rub Nr
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
50877
50878
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
Vu pour être annexé à l’arrêté du 16 juillet 2015 du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale modifiant l’arrêté du 17 décembre 2009 fixant la liste des activités à risque. Le Ministre-président du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, R. VERVOORT
Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van 16 juli 2015 van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het besluit van 17 december 2009 tot vaststelling van de lijst van de risicoactiviteiten.
La Ministre du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale chargée de l’Environnement, Mme C. FREMAULT
De minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering belast met Leefmilieu, Mevr. C. FREMAULT
De Minister-voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, R. VERVOORT
AUTRES ARRETES — ANDERE BESLUITEN SERVICE PUBLIC FEDERAL SECURITE SOCIALE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID
[2015/203720] Agence fédérale pour les Allocations familiales. — Personnel. — Arrêté royal portant renouvellement de l’attribution de la fonction de management d’administrateur général adjoint
[2015/203720] Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag. — Personeel. — Koninklijk besluit houdende hernieuwing van de toekenning van de managementfunctie van adjunct-administrateur-generaal
Par arrêté royal du 28 juni 2015, l’attribution de la fonction de management d’administrateur général adjoint auprès de l’Agence fédérale pour les Allocations familiales à Mme Anne OTTEVAERE, est renouvelée à partir du 1er juillet 2015, pour une période de six ans.
Bij koninklijk besluit van 28 juni 2015 wordt, met ingang van 1 juli 2015, de toekenning van de managementfunctie van adjunctadministrateur-generaal bij het Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag aan de Mevr. Anne OTTEVAERE, hernieuwd voor een periode van zes jaar. Het beroep van nietigverklaring van de voormelde akte met individuele strekking kan voor de afdeling administratie van de Raad van State worden gebracht binnen de zestig dagen na deze bekendmaking. Het verzoekschrift dient bij ter post aangetekende brief aan de Raad van State (adres: Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel) te worden toegezonden.
Le recours en annulation de l’acte précité à portée individuelle peut être soumis à la section d’administration du Conseil d’Etat endéans les soixante jours après cette publication. La requête doit être envoyée au Conseil d’Etat (adresse: rue de la Science 33, 1040 Bruxelles) sous pli recommandé à la poste.
* SERVICE PUBLIC FEDERAL SECURITE SOCIALE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID
[2015/203728] Office des régimes particuliers de sécurité sociale. — Comité de gestion de la Sécurité sociale d’outre-mer. — Démission et nomination d’un membre
[2015/203728] Dienst voor de Bijzondere Sociale Zekerheidsstelsels. — Beheerscomité van de Overzeese Sociale Zekerheid. — Ontslag en benoeming van een lid
Par arrêté royal du 12 juillet 2015 qui entre en vigueur le jour de la présente publication :
Bij koninklijk besluit van 12 juli 2015 dat in werking treedt op de dag van deze bekendmaking:
- démission honorable de son mandat de membre du Comité de gestion de la Sécurité sociale d’outre-mer, est accordée à Madame ADNET, Bernadette.
- wordt aan mevrouw ADNET, Bernadette eervol ontslag verleend uit haar mandaat van lid van het Beheerscomité van de Overzeese Sociale Zekerheid.
- Monsieur VAN DAMME, Ivo, est nommé en qualité de membre du Comité de gestion de la Sécurité sociale d’outre-mer, au titre de représentant des organisations représentatives des employeurs, en remplacement de Madame ADNET, Bernadette, dont il achèvera le mandat.
- wordt de heer VAN DAMME, Ivo benoemd tot lid van het Beheerscomité van de Overzeese Sociale Zekerheid, in hoedanigheid van vertegenwoordiger van de representatieve werkgeversorganisaties, ter vervanging van mevrouw ADNET, Bernadette, wier mandaat hij zal voleindigen.
* SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE [C − 2015/09387]
[C − 2015/09387] DG EPI — Nominations
DG EPI — Benoemingen
Par arrêté royal du 8 juillet 2015, Mme ENGELBORGHS Maïté, née le 13 juillet 1985 est nommée en qualité d’agent de l’Etat, dans la classe A1, au titre d’Attaché - Psychologue Expertise, au Service Public Fédéral Justice, services extérieurs de la Direction Générale EPI Etablissements Pénitentiaires, dans le cadre linguistique français, à partir du 1er mai 2015.
Bij koninklijk besluit van 8 juli 2015, wordt Mevr. ENGELBORGHS Maïté, geboren op 13 juli 1985, benoemd tot rijksambtenaar in de klasse A1, met de titel van Attache-psycholoog deskundige bij de Federale Overheidsdienst Justitie, buitendiensten van het Directoraatgeneraal EPI Penitentiaire Inrichtingen, in het Franstalig taalkader, met ingang van 1 mei 2015.
Conformément aux lois coordonnées sur le Conseil d’Etat, un recours peut être introduit endéans les soixante jours après cette publication. La requête doit être envoyée sous pli recommandé à la poste, au Conseil d’Etat, rue de la Science 33, à 1040 Bruxelles.
Overeenkomstig de gecoördineerde wetten op de Raad van State kan beroep worden ingediend binnen de zestig dagen na deze bekendmaking. Het verzoekschrift hiertoe dient bij ter post aangetekend brief aan de Raad van State, Wetenschapsstraat 33, te 1040 Brussel, te worden toegezonden.
50879
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE [C − 2015/09394]
[C − 2015/09394] Personnel. — Désignation
Personeel. — Aanstelling
Par arrêté ministériel du 17 juillet 2015, M. Hugues BRULIN est désigné en qualité de directeur d’encadrement de la Sûreté de l’Etat à partir du 1er septembre 2015 pour une durée de cinq ans.
Bij ministerieel besluit van 17 juli 2015 wordt de heer Hugues BRULIN aangewezen in de hoedanigheid van stafdirecteur van de Veiligheid van de Staat met ingang van 1 september 2015 voor de duur van vijf jaar.
Conformément aux lois coordonnées sur le Conseil d’Etat, un recours peut être introduit endéans les soixante jours après cette publication. La requête doit être envoyée, sous pli recommandé à la poste, au Conseil d’Etat, rue de la Science 33, 1040 Bruxelles.
Overeenkomstig de gecoördineerde wetten op de Raad Van State kan beroep worden ingediend binnen de zestig dagen na deze bekendmaking. Het verzoekschrift dient bij ter post aangetekende brief te worden toegezonden aan de Raad van State, Wetenschapsstraat 33, te 1040 Brussel.
* SERVICE PUBLIC FEDERAL ECONOMIE, P.M.E., CLASSES MOYENNES ET ENERGIE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE
[C − 2015/11304]
[C − 2015/11304]
20 JUILLET 2015. — Arrêté royal portant démission et nomination d’un représentant auprès de la personne morale, visée à l’article 4, § 1er, de la loi du 1er avril 2007 relative à l’assurance contre les dommages causés par le terrorisme
20 JULI 2015. — Koninklijk besluit tot ontslag en benoeming van een vertegenwoordiger bij de rechtspersoon, bedoeld in artikel 4, § 1, van de wet van 1 april 2007 betreffende de verzekering tegen schade veroorzaakt door terrorisme
PHILIPPE, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Vu la loi du 1er avril 2007 relative à l’assurance contre les dommages causés par le terrorisme, l’article 4, § 5;
Gelet op de wet van 1 april 2007 betreffende de verzekering tegen schade veroorzaakt door terrorisme, artikel 4, § 5;
Vu l’arrêté royal du 10 mars 2015 portant démission et nomination d’un représentant auprès de la personne morale, visée à l’article 4, § 1er, de la loi du 1er avril 2007 relative à l’assurance contre les dommages causés par le terrorisme;
Gelet op het koninklijk besluit van 10 maart 2015 tot ontslag en benoeming van een vertegenwoordiger bij de rechtspersoon, bedoeld in artikel 4, § 1, van de wet van 1 april 2007 betreffende de verzekering tegen schade veroorzaakt door terrorisme;
Sur la proposition du Ministre de l’Economie et des Consommateurs,
Op de voordracht van de Minister van Economie en Consumenten,
Nous avons arrêté et arrêtons :
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Article 1er. Démission honorable de sa fonction de représentant auprès de la personne morale, visée à l’article 4, § 1er, de la loi du 1er avril 2007 relative à l’assurance contre les dommages causés par le terrorisme, est accordée à Mme Leen DE CORT.
Artikel 1. Uit haar functie van vertegenwoordiger bij de rechtspersoon bedoeld in artikel 4, § 1, van de wet van 1 april 2007 betreffende de verzekering tegen schade veroorzaakt door terrorisme, wordt eervol ontslag verleend aan Mevr. Leen DE CORT.
Art. 2. Est nommée, sur proposition du ministre qui a l’Economie dans ses attributions, en tant que représentant auprès de la personne morale, visée à l’article 4, § 1er, de la loi du 1er avril 2007 relative à l’assurance contre les dommages causés par le terrorisme, Mme Véronique Eeckeleers.
Art. 2. Wordt, op voorstel van de minister bevoegd voor Economie, benoemd als vertegenwoordiger bij de rechtspersoon bedoeld in artikel 4, § 1, van de wet van 1 april 2007 betreffende de verzekering tegen schade veroorzaakt door terrorisme, Mevr. Véronique Eeckeleers.
Art. 3. Le ministre qui a l’Economie dans ses attributions est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Art. 3. De minister bevoegd voor Economie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Donné à Bruxelles, le 20 juillet 2015.
Gegeven te Brussel, 20 juli 2015.
PHILIPPE
FILIP
Par le Roi :
Van Koningswege :
Le Ministre de l’Economie et des Consommateurs, K. PEETERS
De Minister van Economie en Consumenten, K. PEETERS
50880
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN
REGION WALLONNE — WALLONISCHE REGION — WAALS GEWEST SERVICE PUBLIC DE WALLONIE [2015/203662] 23 JUILLET 2015. — Arrêté du Gouvernement wallon portant nomination du président, des membres effectifs et suppléants ainsi que du greffier de la Chambre du Conseil d’Etablissement chargée de connaître des recours introduits contre les décisions rendues en langue française ou allemande Le Gouvernement wallon, Vu la loi du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, l’article 6, § 1er, XI, 3, modifié par la loi spéciale du 6 janvier 2014; Vu la loi du 26 juin 2002 relative à l’instauration du Conseil d’Etablissement, les articles 2 et 3; Considérant que l’article 6, § 1er, XI, 3o, de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles a transféré la compétence en matière de conditions d’établissement aux Régions le 1er juillet 2014; Considérant que le protocole du 15 mai 2014, conclu entre l’Etat fédéral, la Région flamande, la Région wallonne, la Région de Bruxelles-Capitale, la Communauté flamande, la Communauté germanophone, la Commission communautaire française et la Commission communautaire commune, concernant le transfert de compétences relevant du SPF Economie, P.M.E., Classes moyennes et Energie, prévoit en son article 19, § 8, que les Régions traitent les recours introduits à partir du 1er janvier 2015 par les entreprises contre les refus décidés par les Guichets d’Entreprises en matière de capacités entrepreneuriales; Considérant qu’il importe dès à présent de nommer le président, les membres effectifs et suppléants ainsi que le greffier de la Chambre de recours de langue française du Conseil d’Etablissement et ce, afin de privilégier la continuité du service public et le respect des droits de défense; Considérant que des mesures provisoires doivent être prises d’urgence pour un traitement correct des recours introduits contre les refus d’inscription, de modification ou de radiation, visés à l’article 39 de la loi du 16 janvier 2003 portant création d’une Banque-Carrefour des Entreprises, modernisation du registre de commerce, création de guichets-entreprises agréés et portant diverses dispositions, ou contre les décisions du service du contrôle, visées à l’article 60 de la même loi, lorsque les demandeurs étaient censés ne pas satisfaire aux conditions prévues aux articles 4 ou 5 de la loi-programme du 10 février 1998 pour la promotion de l’entreprise indépendante; Sur proposition du Ministre de l’Economie; Après délibération, Arrête : Article 1er. Est nommé comme président effectif du Conseil d’Etablissement M. Heiner, Barth, conseiller à la cour du travail de Liège, et comme président suppléant Mme Nathalie Corman, premier substitut du procureur du Roi d’Eupen. Art. 2. Sont nommés au sein du Conseil d’Etablissement comme membres effectifs : - M. Alain-Michel Ylieff, directeur, fonctionnaire à la Direction générale opérationnelle Economie, Emploi et Recherche au sein du Service public de Wallonie; - Mme Amélie Bouche, juriste auprès de l’Union des Classes moyennes. Art. 3. Sont nommés au sein du Conseil d’Etablissement comme membres suppléants : - Mme Dominique Jamotton, attachée, fonctionnaire à la Direction générale opérationnelle Economie, Emploi et Recherche au sein du Service public de Wallonie; - M. Jonathan Lesceux, conseiller auprès de l’Union des Classes moyennes. Art. 4. Est nommé en qualité de greffier du Conseil d’Etablissement : - Mme Anne Parys, attachée, fonctionnaire à la Direction générale opérationnelle Economie, Emploi et Recherche au sein du Service public de Wallonie. Art. 5. La date d’échéance de ces mandats est la date d’entrée en vigueur du décret instaurant un organe consultatif ad hoc au sein du Conseil économique et social de Wallonie. Art. 6. Le présent arrêté entre en vigueur le jour de sa publication au Moniteur belge. Art. 7. Le Ministre de l’Economie est chargé de l’exécution du présent arrêté. Namur, le 23 juillet 2015. Le Ministre-Président, P. MAGNETTE Le Ministre de l’Economie, de l’Industrie de l’Innovation et du Numérique, J.-C. MARCOURT
50881
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD ÜBERSETZUNG ÖFFENTLICHER DIENST DER WALLONIE [2015/203662] 23. JULI 2015 — Erlass der Wallonischen Regierung zur Ernennung des Vorsitzenden, der effektiven und stellvertretenden Mitglieder sowie des Schriftführers der Kammer des Niederlassungsrats, die damit beauftragt wird, über die gegen in französischer oder deutscher Sprache gefasste Beschlüsse eingereichten Widersprüche zu erkennen Die Wallonische Regierung, Aufgrund des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen, abgeändert durch das Sondergesetz vom 6. Januar 2014; Aufgrund des Gesetzes vom 26. Juni 2002 zur Einrichtung des Niederlassungsrats, Artikel 2 und 3; In der Erwägung, dass die Zuständigkeit auf dem Gebiet der Niederlassungsbedingungen am 1. Juli 2014 durch Artikel 6 § 1 XI 3o des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen auf die Regionen übertragen worden ist; In der Erwägung, dass in Artikel 19 § 8 des am 15. Mai 2014 zwischen dem Föderalstaat, der Flämischen Region, der Wallonischen Region, der Region Brüssel-Hauptstadt, der Flämischen Gemeinschaft, der Deutschsprachigen Gemeinschaft, der Französischen Gemeinschaftskommission und der Gemeinsamen Gemeinschaftskommission abgeschlossenen Protokolls zur Übertragung von Zuständigkeiten des Föderalen Öffentlichen Dienstes Wirtschaft, K.M.B., Mittelstand und Energie vorgesehen wird, dass die ab dem 1. Januar 2015 von Unternehmen eingereichten Widersprüche gegen die von den Unternehmensschaltern gefassten ablehnenden Beschlüsse auf dem Gebiet der unternehmerischen Fähigkeiten von den Regionen bearbeitet werden; In der Erwägung, dass es folglich wichtig ist, sofort den Vorsitzenden, die effektiven und stellvertretenden Mitglieder sowie den Schriftführer der französischsprachigen Widerspruchskammer des Niederlassungsrats zu ernennen, um die Kontinuität des öffentlichen Dienstes und die Wahrung der Verteidigungsrechte vorrangig zu behandeln; In der Erwägung, dass dringend einstweilige Maßnahmen zu treffen sind, um eine ordnungsgemäße Bearbeitung der Widersprüche zu gewährleisten, die einerseits eingereicht wurden gegen eine Ablehnung der Eintragung, Änderung oder Streichung nach Artikel 39 des Gesetzes vom 16. Januar 2003 zur Schaffung einer zentralen Datenbank der Unternehmen, zur Modernisierung des Handelsregisters, zur Schaffung von anerkannten Unternehmensschaltern und zur Einführung verschiedener Bestimmungen oder andererseits gegen die Beschlüsse des Kontrollausschusses nach Artikel 60 des vorerwähnten Gesetzes, falls vorausgesetzt wurde, dass die Antragsteller die in den Artikeln 4 oder 5 des Programmgesetzes vom 10. Februar 1998 zur Förderung des selbstständigen Unternehmertums angeführten Bedingungen nicht zu erfüllen hatten; Auf Vorschlag des Ministers für Wirtschaft; Nach Beratung, Beschließt: Artikel 1 - Herr Heiner Barth, Gerichtsrat am Arbeitsgericht Lüttich wird zum effektiven Vorsitzenden des Niederlassungsrates ernannt und Frau Nathalie Corman, erste Staatsanwältin in Eupen, wird zur stellvertretenden Vorsitzenden ernannt. Art. 2 - Folgende Personen werden innerhalb des Niederlassungsrates zu effektiven Mitgliedern ernannt: - Herr Alain-Michel Ylieff, Direktor, Beamter der operativen Generaldirektion Wirtschaft, Beschäftigung und Forschung des Öffentlichen Dienstes der Wallonie; - Frau Amélie Bouche, Juristin bei der ″Union des Classes moyennes″ (Mittelstandsvereinigung). Art. 3 - Folgende Personen werden innerhalb des Niederlassungsrates zu stellvertretenden Mitgliedern ernannt: - Frau Dominique Jamotton, Attachée, Beamtin der operativen Generaldirektion Wirtschaft, Beschäftigung und Forschung des Öffentlichen Dienstes der Wallonie; - Herr Jonathan Lesceux, Berater bei der ″Union des Classes moyennes″ (Mittelstandsvereinigung). Art. 4 - Folgende Person wird als Schriftführerin des Niederlassungsrates ernannt: - Frau Anne Parys, Attachée, Beamtin der operativen Generaldirektion Wirtschaft, Beschäftigung und Forschung des Öffentlichen Dienstes der Wallonie. Art. 5 - Die Frist für den Ablauf dieser Mandate ist das Datum des Inkrafttretens des sachverständigen Beratungsorgans innerhalb des ″Conseil économique et social de Wallonie″ (Wirtschafts- und Sozialrat der wallonischen Region). Art. 6 - Der vorliegende Erlass tritt am Tage seiner Veröffentlichung im Belgischen Staatsblatt in Kraft. Art. 7 - Der Minister für Wirtschaft wird mit der Durchführung des vorliegenden Erlasses beauftragt. Namur, den 23. Juli 2015 Der Minister-Präsident P. MAGNETTE Der Minister für Wirtschaft, Industrie, Innovation und digitale Technologien J.-C. MARCOURT
50882
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD VERTALING WAALSE OVERHEIDSDIENST [2015/203662] 23 JULI 2015. — Besluit van de Waalse Regering tot benoeming van de voorzitter, de gewone en plaatsvervangende leden, evenals van de griffier van de Kamer van de Vestigingsraad, belast met de behandeling van de beroepen, ingediend tegen de beslissingen uitgesproken in het Frans of het Duits De Waalse Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 6, § 1, XI, 3, gewijzigd bij de bijzondere wet van 6 januari 2014; Gelet op de wet van 26 juni 2002 tot invoering van de Vestigingsraad, op de artikelen 2 en 3; Overwegende dat artikel 6, § 1, XI, 3o, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen de bevoegdheid inzake de vestigingsvoorwaarden op 1 juli 2014 aan de Gewesten heeft overgedragen; Overwegende dat het Protocol van 15 mei 2014 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Vlaamse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap, de Franse Gemeenschapscommissie en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, betreffende de overdracht van bevoegdheden die onder FOD Economie, K.M.O.’s, Middenstand, en Energie ressorteren in artikel 19, § 8, bepaalt dat de Gewesten de beroepen behandelen die vanaf 1 januari 2015 door de ondernemingen worden ingediend tegen de weigeringen die door de ondernemingsloketten worden genomen inzake ondernemingsvaardigheden; Overwegende dat de voorzitter, de gewone en plaatsvervangende leden, evenals de griffier van de Franstalige Kamer van Beroep van de Vestigingsraad heden benoemd dienen te worden om de continuïteit van de openbare dienstverlening en de naleving van de rechten van de verdediging te garanderen; Overwegende dat er dringend voorlopige maatregelen genomen dienen te worden voor een correcte behandeling van de beroepen ingediend tegen de weigeringen tot inschrijving, wijziging of schrapping bedoeld in artikel 39 van de wet van 16 januari 2003 tot oprichting van een Kruispuntbank van Ondernemingen, tot modernisering van het handelsregister, tot oprichting van erkende ondernemingsloketten en houdende diverse bepalingen of tegen de beslissingen van de controledienst bedoeld in artikel 60 van dezelfde wet, wanneer de aanvragers verondersteld waren niet te voldoen aan de voorwaarden van de artikelen 4 of 5 van de programmawet van 10 februari 1998 tot bevordering van het zelfstandig ondernemerschap; Op de voordracht van de Minister van Economie; Na beraadslaging, Besluit : Artikel 1. De heer Heiner Barth, raadsheer bij het Arbeidshof te Luik, wordt tot gewoon voorzitter benoemd, en Mevr. Nathalie Corman, eerste substituut van de Procureur des Konings in Eupen, tot plaatsvervangend voorzitster. Art. 2. Tot gewone leden in de vestigingsraad worden benoemd : - de heer Alain-Michel Ylieff, directeur, ambtenaar bij het Operationele directoraat-generaal Economie, Tewerkstelling en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst; - Mevr. Amélie Bouche, juriste bij de ″Union des Classes moyennes″. Art. 3. Tot plaatsvervangende leden in de vestigingsraad worden benoemd : - Mevr. Dominique Jamotton, attaché, ambtenaar bij het Operationele directoraat-generaal Economie, Tewerkstelling en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst; - de heer Jonathan Lesceux, consultant bij de ″Union des Classes moyennes″. Art. 4. Tot griffier van de vestigingsraad wordt benoemd : - Mevr. Anne Parys, attaché, ambtenaar bij het Operationele directoraat-generaal Economie, Tewerkstelling en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst. Art. 5. Als vervaldatum voor deze mandaten geldt de datum van inwerkingtreding van het decreet tot invoering van een ad hoc-adviesorgaan in de Sociaal-economische raad van Wallonië. Art. 6. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt wordt. Art. 7. De Minister van Economie is belast met de uitvoering van dit besluit. Namen, 23 juli 2015. De Minister-President, P. MAGNETTE De Minister van Economie, Industrie, Innovatie en Digitale Technologieën, J.-C. MARCOURT
50883
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD SERVICE PUBLIC DE WALLONIE [2015/203658] 23 JUILLET 2015. — Arrêté ministériel accordant l’agrément en qualité de centre de formation pour l’organisation des formations et examens relatifs à la certification d’unité PEB résidentielles Le Ministre des Pouvoirs locaux, de la Ville, du Logement et de l’Energie, Vu le décret du 28 novembre 2013 relatif à la performance énergétique des bâtiments, l’article 47; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 15 mai 2014 portant exécution du décret du 28 novembre 2013 relatif à la performance énergétique des bâtiments, les articles 74, 75 et 76; Considérant que les conditions requises en vertu du même arrêté sont rencontrées par les demandeurs; Considérant les demandes d’agrément en qualité de centre de formation pour la formation et examens relatifs à la certification d’unités PEB résidentielles, introduites conformément à l’article 75 de l’arrêté du Gouvernement wallon du 15 mai 2014 portant exécution du décret du 28 novembre 2013 relatif à la performance énergétique des bâtiments, Arrête : Article 1er. L’agrément en qualité de centre de formation pour l’organisation des formations et examens relatifs à la certification d’unités PEB résidentielles est octroyé aux centres de formation dont la liste figure à l’annexe du présent arrêté. Art. 2. Le présent arrêté entre en vigueur le jour de sa signature. Art. 3. L’annexe 1 fait partie intégrante du présent arrêté. Namur, le 23 juillet 2015. P. FURLAN
Annexe 1 : Liste des centres de formation auxquels l’agrément est octroyé
Numéro de l’agrément
Dénomination officielle du centre de formation
Personne responsable du centre Prénom
Adresse du siège social
Nom
Rue
No
Bte
Code postal
Localité
2015/001
Centre IFAPME Luxembourg
Jean-Michel
Morette
Rue de la Scierie
32
6800
Libramont
2015/002
Centre IFAPME Namur/Brabant wallon ASBL
Thierry
Devreux
Rue Saucin
66
5032
Les Isnes (Gembloux)
2015/003
Centre IFAPME Liège-Huy-Waremme ASBL
Jacques
Wilkin
Boulevard Sainte-Beuve
1
4000
Liège
2015/004
Centre IFAPME de Tournai Foclam ASBL
David
Corona
Rue Guillaume Charlier
132
7500
Tournai
2015/005
Centre IFAPME Dinant
Pierre
Almaer
Rue Fétis
61
5500
Bouvignes (Dinant)
2015/006
Centre IFAPME Mons-Borinage-Centre
Benoit
Decroly
Avenue du Tir
79
7000
Mons
2015/007
IFAPME Centre de formation de Verviers
Victor
Billen
Rue de Limbourg
37
4800
Verviers
2015/008
Centre IFAPME de Charleroi
Marisa
Pleytinckx
Chaussée de Lodelinsart
417
6060
Gilly
2015/009
Centre IFAPME Liège-Huy-Waremme
Jacques
Wilkin
Rue de Waremme
101
4530
Villers-le-Bouillet
2015/010
Eurologistics SPRL
Bernard
Magdalena
Victor Delrez
35
4845
Jalhay
2015/011
ZAWM Eupen
Thomas
Pankert
Vervierser Str.
73
4700
Eupen
A
ÜBERSETZUNG ÖFFENTLICHER DIENST DER WALLONIE [2015/203658] 23. JULI 2015 — Ministerialerlass zur Gewährung der Zulassung als Ausbildungszentrum für die Organisation der Lehrgänge und Prüfungen betreffend die Zertifizierung von PEB-Wohneinheiten Der Minister für lokale Behörden, Städte, Wohnungswesen und Energie,
Aufgrund des Dekrets vom 28. November 2013 über die Energieeffizienz von Gebäuden, Artikel 47; Aufgrund des Erlasses der Wallonischen Regierung vom 15. Mai 2014 zur Ausführung des Dekrets vom 28. November 2013 über die Energieeffizienz von Gebäuden, Artikel 74, 75 und 76; In der Erwägung, dass die kraft desselben Erlasses erforderlichen Bedingungen von den Antragstellern erfüllt werden;
50884
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD In Erwägung der gemäß Artikel 75 des Erlasses der Wallonischen Regierung vom 15. Mai 2014 zur Ausführung des Dekrets vom 28. November 2013 über die Energieeffizienz von Gebäuden eingereichten Anträge auf Gewährung der Zulassung als Ausbildungszentrum für die Organisation der Lehrgänge und Prüfungen betreffend die Zertifizierung von PEB-Wohneinheiten, Beschließt: Artikel 1 - Die Zulassung als Ausbildungszentrum für die Organisation der Lehrgänge und Prüfungen betreffend die Zertifizierung von PEB-Wohneinheiten wird den Ausbildungszentren gewährt, deren Liste in den Anhang 1 zum vorliegenden Erlass steht. Art. 2 - Der vorliegende Erlass tritt am Tage seiner Unterzeichnung in Kraft. Art. 3 - Die Anlage ist ein fester Bestandteil des vorliegenden Erlasses. Namur, den 23. Juli 2015 P. FURLAN
Anlage 1: Liste der Ausbildungszentren, denen die Zulassung gewährt wird
Nummer der Zulassung
Offizielle Bezeichnung des Ausbildungszentrums
Für das Zentrum verantwortliche Person Vorname
Anschrift des Gesellschaftssitzes
Name
Straße
Nr.
Bfk
Postleitzahl
Ortschaft
2015/001
Centre IFAPME Luxembourg
Jean-Michel
Morette
Rue de la Scierie
32
6800
Libramont
2015/002
Centre IFAPME Namur/Brabant wallon ASBL
Thierry
Devreux
Rue Saucin
66
5032
Les Isnes (Gembloux)
2015/003
Centre IFAPME Liège-Huy-Waremme ASBL
Jacques
Wilkin
Boulevard Sainte-Beuve
1
4000
Lüttich
2015/004
Centre IFAPME de Tournai Foclam ASBL
David
Corona
Rue Guillaume Charlier
132
7500
Tournai
2015/005
Centre IFAPME Dinant
Pierre
Almaer
Rue Fétis
61
5500
Bouvignes (Dinant)
2015/006
Centre IFAPME Mons-Borinage-Centre
Benoit
Decroly
Avenue du Tir
79
7000
Mons
2015/007
IFAPME Centre de formation de Verviers
Victor
Billen
Rue de Limbourg
37
4800
Verviers
2015/008
Centre IFAPME de Charleroi
Marisa
Pleytinckx
Chaussée de Lodelinsart
417
6060
Gilly
2015/009
Centre IFAPME Liège-Huy-Waremme
Jacques
Wilkin
Rue de Waremme
101
4530
Villers-le-Bouillet
2015/010
Eurologistics SPRL
Bernard
Magdalena
Victor Delrez
35
4845
Jalhay
2015/011
ZAWM Eupen
Thomas
Pankert
Vervierser Str.
73
4700
Eupen
A
VERTALING WAALSE OVERHEIDSDIENST [2015/203658] 23 JULI 2015. — Ministerieel besluit tot toekenning van de erkenning als opleidingscentrum voor de organisatie van de opleidingen en examens betreffende de certificering van EPB-woongebouwen De Minister van Plaatselijke Besturen, Stedenbeleid, Huisvesting en Energie, Gelet op het decreet van 28 november 2013 betreffende de energieprestatie van gebouwen, inzonderheid op artikel 47; Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 15 mei 2014 tot uitvoering van het decreet van 28 november 2013 betreffende de energieprestatie van gebouwen, op de artikelen 74, 75 en 76; Overwegende dat de aanvragers voldoen aan de krachtens hetzelfde besluit gestelde voorwaarden; Gelet op de erkenningsaanvragen als opleidingscentrumm voor de organisatie van de opleidingen en examens betreffende de certificering van EPB-woongebouwen, ingediend overeenkomstig artikel 75 van het besluit van de Waalse Regering van 15 mei 2014 tot uitvoering van het decreet van 28 november 2013 betreffende de energieprestatie van gebouwen, Besluit : Artikel 1. De erkenning als opleidingscentrum voor de organisatie van de opleidingen en examens betreffende de certificering van EPB-woongebouwen wordt verleend aan de opleidingscentra die voorkomen in de bijlage bij dit besluit. Art. 2. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het ondertekend wordt. Art. 3. De bijlage maakt noodzakelijk deel uit van dit besluit. Namen, 23 juli 2015. P. FURLAN
50885
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Bijlage 1. Lijst van de opleidingscentra die de erkenning toegekend krijgen Centrumverantwoordelijke
Adres van de maatschappelijke zetel
Nummer van de erkenning
Officiële benaming van het opleidingscentrum
2015/001
Centre IFAPME Luxembourg
Jean-Michel
Morette
Rue de la Scierie
32
6800
Libramont
2015/002
Centre IFAPME Namur/Brabant wallon ASBL
Thierry
Devreux
Rue Saucin
66
5032
Les Isnes (Gembloux)
2015/003
Centre IFAPME Liège-Huy-Waremme ASBL
Jacques
Wilkin
Boulevard Sainte-Beuve
1
4000
Luik
2015/004
Centre IFAPME de Tournai Foclam ASBL
David
Corona
Rue Guillaume Charlier
132
7500
Doornik
2015/005
Centre IFAPME Dinant
Pierre
Almaer
Rue Fétis
61
5500
Bouvignes (Dinant)
2015/006
Centre IFAPME Mons-Borinage-Centre
Benoit
Decroly
Avenue du Tir
79
7000
Bergen
2015/007
IFAPME centre de formation de Verviers
Victor
Billen
Rue de Limbourg
37
4800
Verviers
2015/008
Centre IFAPME de Charleroi
Marisa
Pleytinckx
Chaussée de Lodelinsart
417
6060
Gilly
2015/009
Centre IFAPME Liège-Huy-Waremme
Jacques
Wilkin
Rue de Waremme
101
4530
Villers-le-Bouillet
2015/010
Eurologistics SPRL
Bernard
Magdalena
Victor Delrez
35
4845
Jalhay
2015/011
ZAWM Eupen
Thomas
Pankert
Vervierser Str.
73
4700
Eupen
Voornaam
Naam
Straat
Nr.
Bus
A
Postcode
Plaats
* SERVICE PUBLIC DE WALLONIE [2015/203723] Mouvements diplomatiques Par arrêté du Gouvernement wallon du 9 juillet 2015 qui entre en vigueur le 1er septembre 2015 : - M. Eric Poppe est désigné en qualité de délégué Wallonie-Bruxelles à Bucarest; - M. Philippe Cantraine est désigné en qualité de délégué Wallonie-Bruxelles à Dakar; - Mme Anne Lange est désignée en qualité de déléguée Wallonie-Bruxelles à Hanoï; - M. Benoît Rutten est désigné en qualité de délégué Wallonie-Bruxelles à Québec; - M. Christian Saelens est désigné en qualité de délégué Wallonie-Bruxelles à Tunis.
ÜBERSETZUNG
ÖFFENTLICHER DIENST DER WALLONIE [2015/203723] Diplomatische Personalbewegungen Durch - wird - wird - wird - wird - wird
Erlass der Wallonischen Regierung vom 9. Juli 2015, der am 1. September 2015 in Kraft tritt: Herr Eric Poppe als Vertreter von ″Wallonie-Bruxelles″ in Bukarest ernannt; Herr Philippe Cantraine als Vertreter von ″Wallonie-Bruxelles″ in Dakar ernannt; Frau Anne Lange als Vertreterin von ″Wallonie-Bruxelles″ in Hanoi ernannt; Herr Benoît Rutten als Vertreter von ″Wallonie-Bruxelles″ in Quebec ernannt; Herr Christian Saelens als Vertreter von ″Wallonie-Bruxelles″ in Tunis ernannt;
VERTALING WAALSE OVERHEIDSDIENST [2015/203723] Diplomatieke bewegingen Bij besluit van de Waalse Regering van 9 juli 2015 dat op 1 september 2015 in werking treedt : - wordt de heer Eric Poppe aangewezen als afgevaardigde ″Wallonie-Bruxelles″ in Boekarest; - wordt de heer Philippe Cantraine aangewezen als afgevaardigde ″Wallonie-Bruxelles″ in Dakar; - wordt mevrouw Anne Lange aangewezen als afgevaardigde ″Wallonie-Bruxelles″ in Hanoi; - wordt de heer Benoît Rutten aangewezen als afgevaardigde ″Wallonie-Bruxelles″ in Quebec; - wordt de heer Christian Saelens aangewezen als afgevaardigde ″Wallonie-Bruxelles″ in Tunis.
50886
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD SERVICE PUBLIC DE WALLONIE [2015/203704] Direction générale opérationnelle Agriculture, Ressources naturelles et Environnement. — Office wallon des déchets. — Direction de la Politique des déchets. — Autorisation de transferts transfrontaliers de déchets BE 0003001350 L’autorité wallonne compétente en matière de transferts transfrontaliers de déchets, Vu le Règlement 1013/2006/CE du Parlement européen et du Conseil du 14 juin 2006 concernant les transferts de déchets; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 19 juillet 2007 concernant les transferts de déchets; Vu la demande d’autorisation de transferts transfrontaliers de déchets, introduite par le notifiant; Considérant que la demande a été déclarée complète et recevable; Considérant que les dispositions prévues par les législations précitées sont rencontrées par le demandeur, Décide : Article 1er. L’autorisation de transfert, BE 0003001350, de la Région wallonne vers la France, des déchets visés à l’article 2 est accordée. Art. 2. Les déchets visés respectent les caractéristiques suivantes : Nature des déchets : Code * : Quantité maximum prévue : Validité de l’autorisation : Notifiant : Centre de traitement :
Sciures imprégnées (mélange sciures de bois et déchets industriels spéciaux) 190209 5 000 tonnes 01/07/2015 au 30/06/2016 GEOCYCLE 7181 FELUY HOLCIM FRANCE, USINE DE LUMBRES 62380 LUMBRES
Namur, le 28 mai 2015. * Arrêté du Gouvernement wallon du 10 juillet 1997 établissant un catalogue des déchets tel que modifié.
* SERVICE PUBLIC DE WALLONIE [2015/203699] Direction générale opérationnelle Agriculture, Ressources naturelles et Environnement. — Office wallon des déchets. — Direction de la Politique des déchets. — Autorisation de transferts transfrontaliers de déchets BE 0003001395 L’autorité wallonne compétente en matière de transferts transfrontaliers de déchets, Vu le Règlement 1013/2006/CE du Parlement européen et du Conseil du 14 juin 2006 concernant les transferts de déchets; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 19 juillet 2007 concernant les transferts de déchets; Vu la demande d’autorisation de transferts transfrontaliers de déchets, introduite par le notifiant; Considérant que la demande a été déclarée complète et recevable; Considérant que les dispositions prévues par les législations précitées sont rencontrées par le demandeur, Décide : er
Article 1 . L’autorisation de transfert, BE 0003001395, de la Région wallonne vers la France, des déchets visés à l’article 2 est accordée. Art. 2. Les déchets visés respectent les caractéristiques suivantes : Nature des déchets : Code * : Quantité maximum prévue : Validité de l’autorisation : Notifiant : Centre de traitement :
Déchets amiantés, déchets souillés par amiante 170601 12 tonnes 30/03/2015 au 29/03/2016 SITA WALLONIE 4460 GRACE-HOLLOGNE INERTAM - COGETAL F-40110 MORCENX
Namur, le 22 mai 2015. * Arrêté du Gouvernement wallon du 10 juillet 1997 établissant un catalogue des déchets tel que modifié.
50887
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD SERVICE PUBLIC DE WALLONIE [2015/203703] Direction générale opérationnelle Agriculture, Ressources naturelles et Environnement. — Office wallon des déchets. — Direction de la Politique des déchets. — Autorisation de transferts transfrontaliers de déchets BE 0003001487 L’autorité wallonne compétente en matière de transferts transfrontaliers de déchets, Vu le Règlement 1013/2006/CE du Parlement européen et du Conseil du 14 juin 2006 concernant les transferts de déchets; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 19 juillet 2007 concernant les transferts de déchets; Vu la demande d’autorisation de transferts transfrontaliers de déchets, introduite par le notifiant; Considérant que la demande a été déclarée complète et recevable; Considérant que les dispositions prévues par les législations précitées sont rencontrées par le demandeur, Décide : Article 1er. L’autorisation de transfert, BE 0003001487, de la Région wallonne vers la France, des déchets visés à l’article 2 est accordée. Art. 2. Les déchets visés respectent les caractéristiques suivantes : Nature des déchets : Code * : Quantité maximum prévue : Validité de l’autorisation : Notifiant : Centre de traitement :
Résidus de broyage lourds 191006 14 000 tonnes 01/06/2015 au 31/05/2016 ECORE BELGIUM 6790 AUBANGE GDE METAUFER GROUPE ECORE 67150 ERSTEIN
Namur, le 28 mai 2015. * Arrêté du Gouvernement wallon du 10 juillet 1997 établissant un catalogue des déchets tel que modifié.
* SERVICE PUBLIC DE WALLONIE [2015/203702] Direction générale opérationnelle Agriculture, Ressources naturelles et Environnement. — Office wallon des déchets. — Direction de la Politique des déchets. — Autorisation de transferts transfrontaliers de déchets IT 018115 L’autorité wallonne compétente en matière de transferts transfrontaliers de déchets, Vu le Règlement 1013/2006/CE du Parlement européen et du Conseil du 14 juin 2006 concernant les transferts de déchets; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 19 juillet 2007 concernant les transferts de déchets; Vu la demande d’autorisation de transferts transfrontaliers de déchets, introduite par le notifiant; Considérant que la demande a été déclarée complète et recevable; Considérant que les dispositions prévues par les législations précitées sont rencontrées par le demandeur, Décide : er
Article 1 . L’autorisation de transfert, IT 018115, de l’Italie vers la Région wallonne, des déchets visés à l’article 2 est accordée. Art. 2. Les déchets visés respectent les caractéristiques suivantes : Nature des déchets : Code * : Quantité maximum prévue : Validité de l’autorisation : Notifiant : Centre de traitement :
Résidus de broyage légers issus de la ferraille 191003 1 000 tonnes 16/04/2015 au 15/04/2016 FERRAMENTA VILLA FRANCA ROTTAMI 37060 MOZZECANE COMET TRAITEMENTS 6200 CHATELET
Namur, le 28 mai 2015. * Arrêté du Gouvernement wallon du 10 juillet 1997 établissant un catalogue des déchets tel que modifié.
50888
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD SERVICE PUBLIC DE WALLONIE [2015/203701] Direction générale opérationnelle Agriculture, Ressources naturelles et Environnement. — Office wallon des déchets. — Direction de la Politique des déchets. — Autorisation de transferts transfrontaliers de déchets NL 213316 L’autorité wallonne compétente en matière de transferts transfrontaliers de déchets, Vu le Règlement 1013/2006/CE du Parlement européen et du Conseil du 14 juin 2006 concernant les transferts de déchets; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 19 juillet 2007 concernant les transferts de déchets; Vu la demande d’autorisation de transferts transfrontaliers de déchets, introduite par le notifiant; Considérant que la demande a été déclarée complète et recevable; Considérant que les dispositions prévues par les législations précitées sont rencontrées par le demandeur, Décide : Article 1er. L’autorisation de transfert, NL 213316, des Pays-Bas vers la Région wallonne, des déchets visés à l’article 2 est accordée. Art. 2. Les déchets visés respectent les caractéristiques suivantes : Nature des déchets : Code * : Quantité maximum prévue : Validité de l’autorisation : Notifiant : Centre de traitement :
Acides sulfuriques usagés (30 à 98 %) provenant de collecteurs, de l’industrie chimique,.. 060101 1 000 tonnes 01/06/2015 au 31/05/2016 BREDOX NL-6002 SM WEERT REVATECH 4480 ENGIS
Namur, le 28 mai 2015. * Arrêté du Gouvernement wallon du 10 juillet 1997 établissant un catalogue des déchets tel que modifié.
* SERVICE PUBLIC DE WALLONIE [2015/203700] Direction générale opérationnelle Agriculture, Ressources naturelles et Environnement. — Office wallon des déchets. — Direction de la Politique des déchets. — Autorisation de transferts transfrontaliers de déchets NL 643222 L’autorité wallonne compétente en matière de transferts transfrontaliers de déchets,
Vu le Règlement 1013/2006/CE du Parlement européen et du Conseil du 14 juin 2006 concernant les transferts de déchets; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 19 juillet 2007 concernant les transferts de déchets; Vu la demande d’autorisation de transferts transfrontaliers de déchets, introduite par le notifiant; Considérant que la demande a été déclarée complète et recevable; Considérant que les dispositions prévues par les législations précitées sont rencontrées par le demandeur, Décide : Article 1er. L’autorisation de transfert, NL 643222, des Pays-Bas vers la Région wallonne, des déchets visés à l’article 2 est accordée. Art. 2. Les déchets visés respectent les caractéristiques suivantes : Nature des déchets : Code * : Quantité maximum prévue : Validité de l’autorisation : Notifiant : Centre de traitement :
Sciure de bois 191207 10 000 tonnes 01/06/2015 au 31/05/2016 BAETSEN CONTAINERS 5504 RP VELDHOVEN RECYFUEL 4480 ENGIS
Namur, le 26 mai 2015. * Arrêté du Gouvernement wallon du 10 juillet 1997 établissant un catalogue des déchets tel que modifié.
50889
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
REGION DE BRUXELLES-CAPITALE — BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST REGION DE BRUXELLES-CAPITALE
BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST [C − 2015/31520]
[C − 2015/31520] Fonctions supérieures
Hogere ambten
Par décision du Conseil de Direction du 27 avril 2015, Mme AERTS, Cathleen, est désignée pour exercer la fonction supérieure de directrice à partir du 1er juin 2015.
Bij beslissing van de Directieraad van 27 april 2015, wordt Mevr. AERTS, Cathleen, aangewezen om het hoger ambt van directrice uit te oefenen met ingang vanaf 1 juni 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 27 avril 2015, Mme MAERTEN, Karolien, est désignée pour exercer la fonction supérieure de première attachée à partir du 1er juin 2015.
Bij beslissing van de Directieraad van 27 april 2015, wordt Mevr. MAERTEN, Karolien, aangewezen om het hoger ambt van eerste attaché uit te oefenen met ingang vanaf 1 juni 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 27 avril 2015, M. VAN ROY, Mark, est désigné pour exercer la fonction supérieure de premier attaché à partir du 1er juin 2015.
Bij beslissing van de Directieraad van 27 april 2015, wordt de heer VAN ROY, Mark, aangewezen om het hoger ambt van eerste attaché uit te oefenen met ingang vanaf 1 juni 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 26 mai 2015 l’exercice de la fonction supérieure d’adjointe principale de Mme BERGEY, Sophie, est prolongé à partir du 1er juillet 2015 au 31 décembre 2015 inclus.
Bij beslissing van de Directieraad van 26 mei 2015 wordt de uitoefening van het hoger ambt van eerste adjunct van Mevr. BERGEY, Sophie, verlengd vanaf 1 juli 2015 tot en met 31 december 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 26 mai 2015 l’exercice de la fonction supérieure d’ingénieur directeur de M. BROES, Alain, est prolongé à partir du 1er juillet 2015 au 31 décembre 2015 inclus.
Bij beslissing van de Directieraad van 26 mei 2015 wordt de uitoefening van het hoger ambt van ingenieur-directeur van de heer BROES, Alain, verlengd vanaf 1 juli 2015 tot en met 31 december 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 26 mai 2015 l’exercice de la fonction supérieure de directrice de Mme BURY, Fabienne, est prolongé à partir du 1er juillet 2015 au 31 décembre 2015 inclus.
Bij beslissing van de Directieraad van 26 mei 2015 wordt de uitoefening van het hoger ambt van directrice van Mevr. BURY, Fabienne, verlengd vanaf 1 juli 2015 tot en met 31 december 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 27 avril 2015 l’exercice de la fonction supérieure de première attachée de Mme BUYS, Els, est prolongé à partir du 1er juillet 2015 au 31 décembre 2015 inclus.
Bij beslissing van de Directieraad van 27 april 2015 wordt de uitoefening van het hoger ambt van eerste attaché van Mevr. BUYS, Els, verlengd vanaf 1 juli 2015 tot en met 31 december 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 26 mai 2015 l’exercice de la fonction supérieure d’assistant principal de M. CIESLAK, Philippe, est prolongé à partir du 1er juillet 2015 au 31 décembre 2015 inclus.
Bij beslissing van de Directieraad van 26 mei 2015 wordt de uitoefening van het hoger ambt van eerste assistent van de heer CIESLAK, Philippe, verlengd vanaf 1 juli 2015 tot en met 31 december 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 26 mai 2015 l’exercice de la fonction supérieure d’adjointe principale de Mme DAULIE, Fabienne, est prolongé à partir du 1er juillet 2015 au 31 décembre 2015 inclus.
Bij beslissing van de Directieraad van 26 mei 2015 wordt de uitoefening van het hoger ambt van eerste adjunct van Mevr. DAULIE, Fabienne, verlengd vanaf 1 juli 2015 tot en met 31 december 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 26 mai 2015 l’exercice de la fonction supérieure d’adjoint principal de M. FINN, André, est prolongé à partir du 1er juillet 2015 au 31 décembre 2015 inclus.
Bij beslissing van de Directieraad van 26 mei 2015 wordt de uitoefening van het hoger ambt van eerste adjunct van de heer FINN, André, verlengd vanaf 1 juli 2015 tot en met 31 december 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 26 mai 2015 l’exercice de la fonction supérieure d’adjointe principale de Mme FISSETTE, Danielle, est prolongé à partir du 1er juillet 2015 au 31 décembre 2015 inclus.
Bij beslissing van de Directieraad van 26 mei 2015 wordt de uitoefening van het hoger ambt van eerste adjunct van Mevr. FISSETTE, Danielle, verlengd vanaf 1 juli 2015 tot en met 31 december 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 26 mai 2015 l’exercice de la fonction supérieure de directrice de Mme GEETS, Ann, est prolongé à partir du 1er juillet 2015 au 31 décembre 2015 inclus.
Bij beslissing van de Directieraad van 26 mei 2015 wordt de uitoefening van het hoger ambt van directrice van Mevr. GEETS, Ann, verlengd vanaf 1 juli 2015 tot en met 31 december 2015.
50890
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
Par décision du Conseil de Direction du 26 mai 2015 l’exercice de la fonction supérieure d’assistante principale de Mme GYSENS, Martine, est prolongé à partir du 1er juillet 2015 au 31 décembre 2015 inclus.
Bij beslissing van de Directieraad van 26 mei 2015 wordt de uitoefening van het hoger ambt van eerste assistente van Mevr. GYSENS, Martine, verlengd vanaf 1 juli 2015 tot en met 31 december 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 26 mai 2015 l’exercice de la fonction supérieure de directrice de Mme LENNEBERG, Christine, est prolongé à partir du 1er juillet 2015 au 31 décembre 2015 inclus.
Bij beslissing van de Directieraad van 26 mei 2015 wordt de uitoefening van het hoger ambt van directrice van Mevr. LENNEBERG, Christine, verlengd vanaf 1 juli 2015 tot en met 31 december 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 26 mai 2015 l’exercice de la fonction supérieure d’assistant principal de M. MATAGNE, Jean-Marie, est prolongé à partir du 1er juillet 2015 au 31 décembre 2015 inclus.
Bij beslissing van de Directieraad van 26 mei 2015 wordt de uitoefening van het hoger ambt van eerste assistent van de heer MATAGNE, Jean-Marie, verlengd vanaf 1 juli 2015 tot en met 31 december 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 26 mai 2015 l’exercice de la fonction supérieure première attachée de Mme MURET, Muriel, est prolongé à partir du 1er juillet 2015 au 31 décembre 2015 inclus.
Bij beslissing van de Directieraad van 26 mei 2015 wordt de uitoefening van het hoger ambt van eerste attaché van Mevr. MURET, Muriel, verlengd vanaf 1 juli 2015 tot en met 31 december 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 27 avril 2015 l’exercice de la fonction supérieure de directeur de M. SEPULCHRE de SOLIÈRES, Jérôme, est prolongé à partir du 1er juillet 2015 au 31 décembre 2015 inclus.
Bij beslissing van de Directieraad van 27 april 2015 wordt de uitoefening van het hoger ambt van directeur van de heer SEPULCHRE de SOLIÈRES, Jérôme, verlengd vanaf 1 juli 2015 tot en met 31 december 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 27 avril 2015 l’exercice de la fonction supérieure de directrice de Mme STEVENS, Sophie, est prolongé à partir du 1er juillet 2015 au 31 décembre 2015 inclus.
Bij beslissing van de Directieraad van 27 april 2015 wordt de uitoefening van het hoger ambt van directrice van Mevr. STEVENS, Sophie, verlengd vanaf 1 juli 2015 tot en met 31 december 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 29 juin 2015, Mme HORTA, Geneviève, est désignée pour exercer la fonction supérieure de première ingénieure à partir du 1er juillet 2015.
Bij beslissing van de Directieraad van 29 juni 2015, wordt Mevr. HORTA, Geneviève, aangewezen om het hoger ambt van eerste ingenieur uit te oefenen met ingang vanaf 1 juli 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 29 juin 2015, M. LABARRE, Quentin, est désigné pour exercer la fonction supérieure de directeur à partir du 1er juillet 2015.
Bij beslissing van de Directieraad van 29 juni 2015, wordt de heer LABARRE, Quentin, aangewezen om het hoger ambt van directeur uit te oefenen met ingang vanaf 1 juli 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 7 juillet 2015, Mme CORNELIS, Evi, est désignée pour exercer la fonction supérieure de directrice à partir du 1er août 2015.
Bij beslissing van de Directieraad van 7 juli 2015, wordt Mevr. CORNELIS, Evi, aangewezen om het hoger ambt van directrice uit te oefenen met ingang vanaf 1 augustus 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 7 juillet 2015, Mme JOLY, Monique, est désignée pour exercer la fonction supérieure d’assistante principale à partir du 1er août 2015.
Bij beslissing van de Directieraad van 7 juli 2015, wordt Mevr. JOLY, Monique, aangewezen om het hoger ambt van eerste assistente uit te oefenen met ingang vanaf 1 augustus 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 7 juillet 2015, M. KHASSIME, Olivier, est désigné pour exercer la fonction supérieure de premier ingénieur à partir du 1er août 2015.
Bij beslissing van de Directieraad van 7 juli 2015, wordt de heer KHASSIME, Olivier, aangewezen om het hoger ambt van eerste ingenieur uit te oefenen met ingang vanaf 1 augustus 2015.
Par décision du Conseil de Direction du 7 juillet 2015, M. NIVARLET, Roch, est désigné pour exercer la fonction supérieure d’adjoint principal à partir du 1er août 2015.
Bij beslissing van de Directieraad van 7 juli 2015, wordt de heer NIVARLET, Roch, aangewezen om het hoger ambt van eerste adjunct uit te oefenen met ingang vanaf 1 augustus 2015.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Le recours en annulation des actes précités à portée individuelle peut être soumis à la section administrative du Conseil d’Etat endéans les soixante jours après cette publication. La requête doit être envoyée au Conseil d’Etat (rue de la Science 33, 1040 Bruxelles), sous pli recommandé à la poste. Ce délai est augmenté de trente jours en faveur des personnes demeurant dans un pays d’Europe qui n’est pas limitrophe de la Belgique et de nonante jours en faveur de celles qui demeurent hors d’Europe.
50891
Beroep tot nietigverklaring van de voormelde akten met individuele strekking kan voor de afdeling administratie van de Raad van State worden gebracht binnen zestig dagen na deze mededeling. Het verzoekschrift dient bij ter post aangetekende brief aan de Raad van State (Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel) te worden toegezonden. Deze termijn wordt met dertig dagen verlengd ten behoeve van de personen die hun woonplaats hebben in een Europees land dat niet aan België grenst en met negentig dagen ten behoeve van hen die hun woonplaats buiten Europa hebben.
* MINISTERE DE LA REGION DE BRUXELLES-CAPITALE
MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST
[C − 2015/31519]
[C − 2015/31519]
Protection du patrimoine
Bescherming van het erfgoed
Par arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 2 juillet 2015, est entamée la procédure de classement comme monument de la totalité de l’ancien hôtel Danckaert et d’une partie de son jardin, sise rue Meyerbeer 29-33 à Forest, en raison de son intérêt historique, artistique et esthétique. Le bien est connu au cadastre de Forest, division 3, section B, 4e feuille, parcelle 163T4 et une partie de la parcelle 163V4.
Bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 2 juli 2015, wordt ingesteld de procedure tot bescherming als monument van de totaliteit van het voormalige hotel Danckaert en een gedeelte van zijn tuin gelegen Meyerbeerstraat 29-33 te Vorst, wegens zijn historische, artistieke en esthetische waarde. Het goed is bekend ten kadaster van Vorst, afdeling 3, sectie B, blad 4, perceel nr 163T4 en een deel van het perceel 163V4.
50892
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
AVIS OFFICIELS — OFFICIELE BERICHTEN CHAMBRES FEDERALES [C − 2015/18266] Règlement de la Chambre des représentants. — Modification (1) Dans l’article 9 du Règlement de la Chambre des représentants, les modifications suivantes sont apportées : 1° dans le n° 1, il est inséré, entre l’alinéa 1er et l’alinéa 2, un alinéa rédigé comme suit : “Le Bureau peut déléguer au comité de gouvernance, aux conditions et pour les catégories de décisions qu’il détermine, son pouvoir de prendre des décisions en application des règles générales qu’il a fixées conformément à l’alinéa 1er.”; 2° dans le n° 1, dans l’actuel alinéa 2, qui devient l’alinéa 3, les mots “aux fonctionnaires généraux” sont remplacés par les mots “au comité de gouvernance ou aux fonctionnaires généraux”; 3° dans le n° 1, dans l’actuel alinéa 3, qui devient l’alinéa 4, les mots “aux alinéas 1er et 2” sont remplacés par les mots “aux alinéas 1er et 3” et les mots “La délégation d’une compétence aux fonctionnaires généraux en vertu de l’alinéa 2” sont remplacés par les mots “La délégation d’une compétence au comité de gouvernance en vertu des alinéas 2 ou 3, ou aux fonctionnaires généraux en vertu de l’alinéa 3,”; 4° dans le n° 2, les mots “Le comité de gouvernance est chargé” sont remplacés par les mots “Sans préjudice du n° 1, alinéas 2 à 4, le comité de gouvernance est chargé”; 5° le n° 2 est complété par un alinéa 4 rédigé comme suit : “Par dérogation à l’alinéa 3, les points au sujet desquels il n’y a pas d’unanimité au sein du comité de gouvernance sont, en cas d’application du n° 1, alinéas 2 et 3, soumis à la décision du Bureau.”. Note (1) Chambre des représentants (www.lachambre.be) : Documents : 54-1249 Compte rendu intégral : 23 juillet 2015.
CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE Avis. — Délégation de compétences du Bureau au Comité de gouvernance Le Bureau de la Chambre des représentants du 1er juillet 2015 a décidé de déléguer les compétences visées à l’annexe au Comité de gouvernance, après modification de l’article 9 du Règlement de la Chambre des représentants. L’article 9 du Règlement de la Chambre des représentants, tel que modifié le 23 juillet 2015, est rédigé comme suit : “1. Le Bureau a une compétence générale de gestion de la Chambre. Dans ce cadre, il arrête les statuts des membres, du personnel et des organes de la Chambre; il nomme et révoque les membres du personnel. Le Bureau peut déléguer au comité de gouvernance, aux conditions et pour les catégories de décisions qu’il détermine, son pouvoir de prendre des décisions en application des règles générales qu’il a fixées conformément à l’alinéa 1er. Aucune dépense ne peut être faite sans l’accord du Bureau. Celui-ci peut déléguer cette compétence au comité de gouvernance ou aux fonctionnaires généraux, aux conditions et pour les catégories de dépenses qu’il détermine. En ce qui concerne les matières visées aux alinéas 1er et 3, le Bureau représente la Chambre dans les actes extrajudiciaires, et il peut, aux conditions qu’il détermine, déléguer cette compétence à un ou plusieurs de ses membres ou aux fonctionnaires généraux. La délégation d’une compétence au comité de gouvernance en vertu des alinéas 2 ou 3, ou aux fonctionnaires généraux en vertu de l’alinéa 3, inclut également la représentation extrajudiciaire en ce qui concerne ces catégories de dépenses. Le Bureau délibère et statue selon les règles applicables aux délibérations de la Chambre. Toutefois, seuls les membres visés à l’article 3, n° 1, ainsi que les présidents des groupes politiques qui comptent au moins douze membres, visés à l’article 3, n° 2, b), ont droit de vote. Hormis l’urgence, le Bureau se réunit au cours de la dernière semaine de chaque mois, sauf pendant les vacances parlementaires. 2. Sans préjudice du n° 1, alinéas 2 à 4, le comité de gouvernance est chargé de la préparation des décisions du Bureau, en particulier en ce qui concerne le personnel, les bâtiments, le matériel et les dépenses de la Chambre, ainsi que du suivi de l’exécution de ces décisions. Le comité de gouvernance établit le projet de budget et le projet de comptes de la Chambre et les soumet à la commission de la Comptabilité. Le comité de gouvernance délibère et statue selon les règles applicables au Bureau en matière de quorum et de votes. Par dérogation à l’alinéa 3, les points au sujet desquels il n’y a pas d’unanimité au sein du comité de gouvernance sont, en cas d’application du n° 1, alinéas 2 et 3, soumis à la décision du Bureau.”.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Annexe Compétences Comité de gouvernance
Compétences Bureau
1. Dossiers relatifs aux membres (honoraires)
1. Dossiers relatifs aux membres (honoraires) Réglementation en matière d’octroi du titre honorifique. Réglementation en matière d’octroi d’indemnité de sortie et de départ. Réglementation en matière de déplacements. Octroi du titre honorifique si l’intéressé ne répond pas (entièrement) aux conditions. Octroi indemnité de départ (en cas de démission volontaire/force majeure). Statut des membres/avantages matériels.
Octroi du titre honorifique si l’intéressé répond aux conditions. Octroi de l’indemnité de sortie (s’il est répondu aux conditions). Déplacements (décision de principe déjà prise par la Conférence des Présidents). 2. Dossiers relatifs à la sécurité –
2. Dossiers relatifs à la sécurité Cette compétence reste entièrement du Bureau.
3. Marchés publics Marchés publics jusque S 207.000.
3. Marchés publics Marchés publics supérieurs à S 207.000.
4. Dépenses Toutes les dépenses courantes qui d’une part sont supérieures à la délégation au directeur général des services de la Questure (S 19.000 pour les dépenses ordinaires et S 25.000 pour dépenses dans le cadre de contrats) ou d’autre part dont le directeur général pense qu’une décision doit être prise par le Comité de gouvernance.
4. Dépenses Demandes de donations, cadeaux, organisation d’événements exceptionnels (événements qui ne sont pas organisés régulièrement, comme par exemple les journées portes-ouvertes).
5. Collaborateurs politiques et administratifs Remarque : tous les dossiers individuels sont uniquement soumis pour décision au Comité de gouvernance lorsque tout se passe selon les statuts en vigueur.
5. Collaborateurs politiques et administratifs Dossiers relatifs aux collaborateurs politiques et administratifs dans lesquels il est dérogé aux dispositions statutaires. Statuts des collaborateurs.
6. Collaboration avec d’autres assemblées
6. Collaboration avec d’autres assemblées Transfert de personnel du Sénat. Synergie. Comptes avec les autres parlements/contributions d’autres parlements.
7. Personnel Remarque : tous les dossiers individuels sont uniquement soumis pour décision au Comité de gouvernance lorsque et l’intéressé et la hiérarchie sont d’accord sur la proposition formulée. Organisation d’examens de recrutement (décision de principe, programme et jury d’examen). Composition de réserves de recrutement. Prolongation de durée de validité de réserves de recrutement. Octroi et prorogation de fonctions supérieures. Accès à une autre échelle barémique. Perspectives de carrière. Désignations temporaires. Promotions en carrière plane. Proposition de report d’une promotion en carrière plane. Mutations à l’essai. Mutations à titre définitif. Prestations réduites. Congé sans solde. Octroi titres honorifiques personnel. Pensions. Bonus de carrière. Bonus de pension.
7. Personnel Tous les dossiers au sujet desquels il y a désaccord entre l’intéressé et la hiérarchie sont traités par le Bureau.
8. Décisions relatives au fonctionnement des services Décisions qui n’ont aucun impact sur les membres ou sur la façon dont se déroulent les réunions.
8. Décisions relatives au fonctionnement des services Décisions qui ont un impact sur les membres ou sur la façon dont se déroulent les réunions.
9. Décisions relatives aux bâtiments Décisions relatives à l’entretien ordinaire des bâtiments.
9. Décisions relatives aux bâtiments Décisions relatives à l’affectation des espaces/parkings et bâtiments.
Restructuration des services. Modifications de cadre. Sanctions disciplinaires (selon les modalités du statut). Promotions hors carrière plane. Nominations à l’essai. Prolongation de la période d’essai. Fin d’une période d’essai. Nominations à titre définitif.
50893
50894
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD FEDERALE KAMERS [C − 2015/18266] Reglement van de Kamer van volksvertegenwoordigers. — Wijziging (1) In artikel 9 van het Reglement van de Kamer van volksvertegenwoordigers worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in nr. 1 wordt tussen het eerste en het tweede lid een lid ingevoegd, luidende : “Het Bureau kan, onder de voorwaarden en voor de categorieën van beslissingen die het bepaalt, zijn bevoegdheid om beslissingen te nemen met toepassing van de algemene regels die het overeenkomstig het eerste lid heeft vastgesteld, opdragen aan het bestuurscomité.”; 2° in nr. 1 worden in het vroegere tweede lid, dat het derde lid wordt, de woorden “aan de ambtenaren-generaal opdragen” vervangen door de woorden “opdragen aan het bestuurscomité of de ambtenaren-generaal”; 3° in nr. 1 worden in het vroegere derde lid, dat het vierde lid wordt, de woorden “in het eerste en het tweede lid” vervangen door de woorden “in het eerste en het derde lid” en worden de woorden “krachtens het tweede lid is opgedragen aan de ambtenaren-generaal” vervangen door de woorden “krachtens het tweede of het derde lid is opgedragen aan het bestuurscomité, of krachtens het derde lid aan de ambtenaren-generaal”; 4° in nr. 2, worden de woorden “Het bestuurscomité is belast” vervangen door de woorden “Onverminderd nr. 1, tweede tot vierde lid, is het bestuurscomité belast”; 5° nr. 2 wordt aangevuld met een vierde lid, luidende : “In afwijking van het derde lid worden, bij toepassing van nr. 1, tweede en derde lid, de punten waarover binnen het bestuurscomité geen eensgezindheid bestaat, ter beslissing voorgelegd aan het Bureau.”. Nota (1) Kamer van volksvertegenwoordigers (www.dekamer.be) : Stukken : 54-1249 Integraal verslag : 23 juli 2015.
BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS Bericht. — Delegatie van bevoegdheden van het Bureau aan het Bestuurscomité Het Bureau van de Kamer van volksvertegenwoordigers van 1 juli 2015 heeft beslist de in de bijlage vermelde bevoegdheden aan het Bestuurscomité te delegeren, na wijziging van artikel 9 van het Reglement van de Kamer van volksvertegenwoordigers. Artikel 9 van het Reglement van de Kamer van volksvertegenwoordigers, gewijzigd op 23 juli 2015, luidt als volgt : “1. Het Bureau heeft een algemene bevoegdheid inzake het bestuur van de Kamer. Binnen dat raam stelt het meer bepaald de statuten van de leden, het personeel en de organen van de Kamer vast; het benoemt en ontslaat het personeel. Het Bureau kan, onder de voorwaarden en voor de categorieën van beslissingen die het bepaalt, zijn bevoegdheid om beslissingen te nemen met toepassing van de algemene regels die het overeenkomstig het eerste lid heeft vastgesteld, opdragen aan het bestuurscomité. Zonder de toestemming van het Bureau kunnen geen uitgaven worden gedaan. Het kan die bevoegdheid, onder de voorwaarden en voor de uitgavencategorieën die het bepaalt, opdragen aan het bestuurscomité of de ambtenaren-generaal. Inzake de in het eerste en het derde lid bedoelde aangelegenheden vertegenwoordigt het Bureau de Kamer buiten rechte, en kan het, onder de voorwaarden die het bepaalt, die bevoegdheid opdragen aan een of meer van zijn leden of de ambtenaren-generaal. Ingeval een bevoegdheid krachtens het tweede of het derde lid is opgedragen aan het bestuurscomité, of krachtens het derde lid aan de ambtenaren-generaal, omvat ze mede de vertegenwoordiging buiten rechte inzake die uitgavencategorieën. Het Bureau beraadslaagt en besluit volgens de voor de beraadslaging van de Kamer vastgestelde regels. Stemgerechtigd zijn echter alleen de in artikel 3, nr. 1, bedoelde leden, evenals de in artikel 3, nr. 2, b), bedoelde voorzitters van de politieke fracties die ten minste twaalf leden tellen. Behalve in spoedeisende gevallen vergadert het Bureau de laatste week van elke maand, de vakantiemaanden uitgezonderd. 2. Onverminderd nr. 1, tweede tot vierde lid, is het bestuurscomité belast met de voorbereiding en het toezicht op de uitvoering van de beslissingen van het Bureau, inzonderheid wat betreft het personeel, de gebouwen, het materieel en de uitgaven van de Kamer. Het bestuurscomité stelt de ontwerpbegroting en de ontwerprekeningen van de Kamer op, en legt die voor aan de commissie voor de Comptabiliteit. Het bestuurscomité beraadslaagt en besluit volgens de regels inzake quorum en stemmingen die gelden voor het Bureau. In afwijking van het derde lid worden, bij toepassing van nr. 1, tweede en derde lid, de punten waarover binnen het bestuurscomité geen eensgezindheid bestaat, ter beslissing voorgelegd aan het Bureau.”.
50895
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Bijlage Bevoegdheden Bestuurscomité
Bevoegdheden Bureau
1. Dossiers m.b.t. de (ere)Leden
1. Dossiers m.b.t. de (ere)Leden Reglementering inzake toekenning eretitels. Reglementering inzake toekenning afscheids- en uittredingsvergoeding. Reglementering inzake zendingen. Toekenning eretitel indien betrokkene niet (volledig) voldoet aan de voorwaarden. Toekenning uittredingsvergoeding (bij vrijwillig ontslag/overmacht). Statuut van de Leden/materiële voordelen.
Toekenning eretitel indien betrokkene voldoet aan de voorwaarden. Toekenning afscheidsvergoeding (indien voldaan is aan de voorwaarden). Verplaatsingen (princiepsbeslissing reeds genomen door de Conferentie van Voorzitters). 2. Dossiers m.b.t. de veiligheid /
2. Dossiers m.b.t. de veiligheid Deze bevoegdheid blijft volledig bij het Bureau.
3. Overheidsopdrachten Overheidsopdrachten tot S 207.000.
3. Overheidsopdrachten Overheidsopdrachten boven S 207.000.
4. Uitgaven Alle courante uitgaven die enerzijds hoger zijn dan de delegatie aan de directeur-generaal van de Quaestuurdiensten (S 19.000 voor gewone uitgaven en S 25.000 voor uitgaven in het raam van contracten) of waarvan de directeur-generaal anderzijds van oordeel is dat er een beslissing door het Bestuurscomité moet worden genomen.
4. Uitgaven Verzoeken tot donaties, verlenen van geschenken, organisatie van uitzonderlijke evenementen (evenementen die niet met regelmaat -zoals bv. de openhuisdagworden georganiseerd).
5. Politieke en administratieve medewerkers Opmerking : voor alle individuele dossiers geldt dat zij enkel aan het Bestuurscomité ter beslissing worden voorgelegd wanneer alles gebeurt krachtens de geldende statuten.
5. Politieke en administratieve medewerkers Dossiers inzake politieke en administratieve medewerkers waarin wordt afgeweken van de statutaire bepalingen. Statuten van de medewerkers.
6. Samenwerking met andere assemblees
6. Samenwerking met andere assemblees Overheveling personeel Senaat. Synergie. Verrekeningen met andere parlementen/bijdragen van andere parlementen.
7. Personeel Opmerking : voor alle individuele dossiers geldt dat zij aan het Bestuurscomité ter beslissing worden voorgelegd wanneer én de betrokkene én de hiërarchie akkoord gaan met het geformuleerde voorstel. Organisatie van wervingsexamens (princiepsbeslissing, examenprogramma, examenjury). Samenstelling van wervingsreserves.
7. Personeel Alle dossiers waarover geen akkoord bestaat tussen de betrokkene en de hiërarchie worden door het Bureau behandeld.
Verlenging geldigheidsduur wervingsreserves. Toekenning en verlenging van hogere functies. Toegang tot een andere weddeschaal. Loopbaanperspectieven. Tijdelijke aanstellingen. Bevorderingen in de vlakke loopbaan. Voorstel tot uitstel van bevordering in de vlakke loopbaan. Overplaatsingen op proef. Overplaatsingen in vast verband. Deeltijdse prestaties. Verlof zonder wedde. Toekenning eretitels personeel. Oppensioenstellingen. Loopbaanbonussen. Pensioenbonussen.
Herstructurering van diensten. Kaderwijzigingen. Tuchtmaatregelen (volgens de bepalingen van het statuut). Benoemingen buiten de vlakke loopbaan. Benoemingen op proef. Verlenging van een proefperiode. Beëindiging van een proefperiode. Benoemingen in vast verband.
8. Beslissingen inzake de werking van de diensten Beslissingen die geen impact hebben op de leden of op de wijze waarop de vergaderingen doorgaan.
8. Beslissingen inzake de werking van de diensten Beslissingen die een impact hebben op de leden of op de wijze waarop de vergaderingen doorgaan.
9. Beslissingen inzake de gebouwen Beslissingen inzake het gewone onderhoud van de gebouwen.
9. Beslissingen inzake de gebouwen Beslissingen inzake de bestemming ruimtes/parkings en gebouwen.
van
50896
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
SELOR BUREAU DE SELECTION DE L’ADMINISTRATION FEDERALE
SELOR SELECTIEBUREAU VAN DE FEDERALE OVERHEID
[C − 2015/08011] Sélection comparative de traducteurs-réviseurs (m/f) (niveau A1) francophones pour la Chancellerie du Premier Ministre (AFG15077)
[C − 2015/08011] Vergelijkende selectie van Nederlandstalige vertalers-revisoren (m/v) (niveau A1) voor de Kanselarij van de Eerste Minister (AFG15077)
Une liste de 7 lauréats maximum, valable un an, sera établie après la sélection. Outre cette liste des lauréats, une liste spécifique des lauréats (qui reste valable 4 ans) présentant un handicap est établie.
Na de selectie wordt een lijst met maximum 7 geslaagden aangelegd, die één jaar geldig blijft. Naast deze lijst van geslaagden wordt een bijzondere lijst opgesteld (die 4 jaar geldig blijft) van de personen met een handicap die geslaagd zijn. Toelaatbaarheidsvereisten : 1. Vereiste diploma‘s op de uiterste inschrijvingsdatum : c Licentiaat/Master in vertalen en tolken c Licentiaat/Master in vertalen c Licentiaat/Master in tolken 2. Vereiste ervaring op de uiterste inschrijvingsdatum : minimum 2 jaar relevante professionele ervaring in een vertaler of tolkfunctie waarin vertaald/getolkt wordt van het Frans naar het Nederlands en het Nederlands naar het Frans. 3. Als u al federaal ambtenaar bent en nog niet werkt voor de rekruterende instelling, laadt u uw bewijs van benoeming op niveau A1 (niveau van de selectie) (benoemingsbesluit, uittreksel uit het Belgisch Staatsblad, bewijs van de werkgever, bevorderingsbesluit of bewijs van eedaflegging) op vóór de uiterste inschrijvingsdatum en vult u uw volledige professionele ervaring in, inclusief uw huidige job. Als dit bewijs van benoeming al werd opgeladen in uw online-CV, moet u dit niet opnieuw doen. Solliciteren kan tot 24 augustus via www.selor.be.
Conditions d’admissibilité : 1. Diplômes requis à la date limite d’inscription : c Licence/Master en traduction et interprétation c Licence/Master en traduction c Licence/Master en interprétation 2. Expérience requise à la date limite d’inscription : minimum 2 ans d’expérience professionnelle pertinente dans une fonction de traducteur ou interprète dans laquelle la traduction ou l’interprétation se faisait du français vers le néerlandais et du néerlandais vers le français. 3 Si vous êtes déjà fonctionnaire fédéral et vous ne travaillez pas pour l’organisme qui recrute , téléchargez une preuve de nomination de niveau A1 (niveau de la sélection)(arrêté de nomination, extrait du Moniteur belge, preuve de votre employeur, prestation de serment ou arreté d’accession) avant la date limite d’inscription et mentionnez l’historique complet de votre expérience professionnelle, emploi actuel inclus. Si vous avez déjà téléchargé votre preuve de nomination dans votre CV en ligne, inutile de répéter à nouveau cette opération. Vous pouvez poser votre candidature jusqu’au 24 août 2015 via www.selor.be. La description de fonction (reprenant le contenu de la fonction, la procédure de sélection,...) est disponible auprès de Selor via www.selor.be.
De gedetailleerde functiebeschrijving (jobinhoud, selectieprocedure, ...) kan u verkrijgen bij Selor via www.selor.be.
* SELOR BUREAU DE SELECTION DE L’ADMINISTRATION FEDERALE
SELOR SELECTIEBUREAU VAN DE FEDERALE OVERHEID
[2015/203777] Sélection comparative d’analists Data Mining (m/f) (niveau A2), néerlandophones, pour le SPF Sécurité sociale (ANG15087)
[2015/203777] Vergelijkende selectie van Nederlandstalige analisten Data Mining (m/v) (niveau A2), voor de FOD Sociale Zekerheid (ANG15087)
Une liste de dic lauréats maximum, valable un an, sera établie après la sélection. Outre cette liste des lauréats, une liste spécifique des lauréats (qui reste valable quatre ans) présentant un handicap est établie.
Na de selectie wordt een lijst met maximum tien geslaagden aangelegd, die één jaar geldig blijft. Naast deze lijst van geslaagden wordt een bijzondere lijst opgesteld (die vier jaar geldig blijft) van de personen met een handicap die geslaagd zijn. Toelaatbaarheidsvereisten : 1. Vereiste diploma’s op de uiterste inschrijvingsdatum : • diploma van licentiaat/master, arts, doctor, apotheker, geaggregeerde van het onderwijs, ingenieur, industrieel ingenieur, architect, meester (basisopleiding van 2 cycli), erkend en uitgereikt door de Belgische universiteiten en de instellingen voor hoger onderwijs van het lange type, voor zover de studies ten minste vier jaar hebben omvat, of door een door de Staat of een van de Gemeenschappen ingestelde examencommissies • getuigschrift uitgereikt aan de laureaten van de Koninklijke Militaire School en die gerechtigd zijn tot het voeren van de titel van burgerlijk ingenieur of van licentiaat/master 2. Vereiste ervaring op de uiterste inschrijvingsdatum : minimum twee jaar relevante professionele ervaring in het domein van datamining waarvan minstens één jaar het professionele gebruik van het programma SAS. 3. Als u al federaal ambtenaar bent en nog niet werkt voor de rekruterende instelling, laadt u uw bewijs van benoeming op niveau A (niveau van de selectie) (benoemingsbesluit, uittreksel uit het Belgisch Staatsblad, bewijs van de werkgever, bevorderingsbesluit of bewijs van eedaflegging) op vóór de uiterste inschrijvingsdatum en vult u uw volledige professionele ervaring in, inclusief uw huidige job. Als dit bewijs van benoeming al werd opgeladen in uw online-CV, moet u dit niet opnieuw doen. Solliciteren kan tot 24 augustus 2015 via www.selor.be
Conditions d’admissibilité : 1. Diplômes requis à la date limite d’inscription : • diplôme de licencié/master, docteur, pharmacien, agrégé, ingénieur, ingénieur industriel, architecte, maître (diplôme de base du 2e cycle) reconnus et délivrés par les universités belges et les établissements d’enseignement supérieur de type long, après au moins quatre ans d’études ou par un jury de l’Etat ou de l’une des Communautés. • certificats délivrés aux lauréats de l’Ecole royale militaire qui peuvent porter le titre d’ingénieur civil ou de licencié/master. 2. Expérience requise à la date limite d’inscription : minimum deux ans d’expérience professionnelle pertinente dans le domaine de data mining dont minimum un an d’utilisation du programme SAS. 3. Si vous êtes déjà fonctionnaire fédéral et vous ne travaillez pas pour l’organisme qui recrute, téléchargez une preuve de nomination de niveau A (niveau de la sélection) (arrêté de nomination, extrait du Moniteur belge, preuve de votre employeur, prestation de serment ou arrêté d’accession) avant la date limite d’inscription et mentionnez l’historique complet de votre expérience professionnelle, emploi actuel inclus. Si vous avez déjà téléchargé votre preuve de nomination dans votre CV en ligne, inutile de répéter à nouveau cette opération. Vous pouvez poser votre candidature jusqu’au 24 août 2015 via www.selor.be La description de fonction (reprenant le contenu de la fonction, la procédure de sélection,...) est disponible auprès du SELOR : www.selor.be
De gedetailleerde functiebeschrijving (jobinhoud, selectieprocedure,...) kan u verkrijgen bij SELOR via www.selor.be
50897
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD SELOR BUREAU DE SELECTION DE L’ADMINISTRATION FEDERALE
SELOR SELECTIEBUREAU VAN DE FEDERALE OVERHEID
[2015/203759] Sélection comparative d’architecte (m/f) (niveau A), francophones, pour la Société du Logement de Bruxelles-Capitale (AFE15009)
[2015/203759] Vergelijkende selectie van Franstalige architect (m/v) (niveau A), voor de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel (AFE15009)
Une liste de quinze lauréats maximum, valable un an, sera établie après la sélection. Conditions d’admissibilité : 1. Diplômes requis à la date limite d’inscription : Un des diplômes ou certificats suivants délivré par une Haute Ecole ou une Université belge obtenus en communication, information et communication, communication appliquée, publicité, écriture multimédia : . Diplôme d’architecte/master en architecture. . Diplôme d’ingénieur civil architecte/master ingénieur civil architecte. Téléchargez votre diplôme dans le CV en ligne de votre compte ’Mon Selor’ au moment de l’inscription. Faute de quoi, on ne tiendra pas compte de votre candidature. 2. Expérience requise à la date limite d’inscription : une expérience professionnelle pertinente de minimum cinq années en maîtrise d’ouvrage est requise. Vous pouvez poser votre candidature jusqu’au 24 août 2015 via www.selor.be La description de fonction (reprenant le contenu de la fonction, la procédure de sélection,...) est disponible auprès du SELOR : ligne info 0800-505 55 ou via www.selor.be
Na de selectie wordt een lijst met maximum vijftien geslaagden aangelegd, die één jaar geldig blijft. Toelaatbaarheidsvereisten : 1. Vereiste diploma’s op de uiterste inschrijvingsdatum : Eén van volgende diploma’s afgeleverd door een Belgische Hogeschool of universiteit behaald in een afdeling communicatie, informatie en communicatie, toegepaste communicatie, publiciteit of multimedia en communicatietechnologie : . Diploma van architect/master in de architectuur . Diploma van burgerlijk ingenieur-architect/master in de ingenieurswetenschappen : architectuur.
2. Vereiste ervaring op de uiterste inschrijvingsdatum : een relevante beroepservaring van minstens vijf jaar als opdrachtgever is vereist. Solliciteren kan tot 24 augustus 2015 via www.selor.be De gedetailleerde functiebeschrijving (jobinhoud, selectieprocedure,...) kan u verkrijgen bij SELOR via de infolijn 0800-505 54 of op www.selor.be
* SELOR BUREAU DE SELECTION DE L’ADMINISTRATION FEDERALE
SELOR SELECTIEBUREAU VAN DE FEDERALE OVERHEID
Recrutement. — Résultats
Werving. — Uitslagen
[C − 2015/08005] Sélection comparative de conseillers en prévention - médecins du travail (classe A3), francophones
[C − 2015/08005] Vergelijkende selectie van Franstalige preventieadviseur-arbeidsgeneesheren
La sélection comparative de conseillers en prévention - médecins du travail (m/f) (classe A3), francophones, pour le SPF Santé publique, Sécurité de la Chaîne alimentaire et Environnement (AFG15039), a été clôturée le 24 juillet 2015. Le nombre de lauréat s’élève à un. La liste de lauréats, sans classement, est envoyée par SELOR au Comité de direction du SPF Santé publique qui prend la décision finale.
De vergelijkende selectie van Franstalige preventieadviseurarbeidsgeneesheren (m/v) niveau A3, voor de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu (AFG15039), werd afgesloten op 24 juli 2015. Er is één geslaagde. De laureatenlijst, zonder klassement, wordt verstuurd naar het Directiecomité van de FOD Volksgezondheid, dat de eindbeslissing neemt.
* SELOR BUREAU DE SELECTION DE L’ADMINISTRATION FEDERALE
SELOR SELECTIEBUREAU VAN DE FEDERALE OVERHEID
[C − 2015/08006] Sélection comparative d’assistants administratifs néerlandophones
[C − 2015/08006] Vergelijkende selectie van Nederlandstalig administratief assistent
La sélection comparative d’assistants administratifs (m/f) (niveau C), néerlandophones pour le SPP Belspo (ANG15037) a été clôturée le 13 juillet 2015. Le nombre de lauréats s’élève à 12.
De vergelijkende selectie van Nederlandstalig administratief assistent (m/v) (niveau C) voor de POD Belspo en zijn Federale wetenschappelijke instellingen (ANG15037) werd afgesloten op 13 juli 2015. Er zijn 12 geslaagden.
* SELOR BUREAU DE SELECTION DE L’ADMINISTRATION FEDERALE
SELOR SELECTIEBUREAU VAN DE FEDERALE OVERHEID [C − 2015/08004]
[C − 2015/08004] Sélection comparative de médecin expert accidents médicaux, néerlandophones
Vergelijkende selectie van Nederlandstalige arts expert medische ongevallen
La sélection comparative de médecin expert accidents médicaux (m/f) (classe A2), néerlandophones, pour l’Institut National d’Assurance Maladie-Invalidité (ANG15039), a été clôturée le 15 juillet 2015.
De vergelijkende selectie van Nederlandstalige arts expert medische ongevallen (niveau A2) (m/v), voor het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (ANG15039), werd afgesloten op 15 juli 2015.
Le nombre de lauréats s’élève à huit.
Er zijn acht geslaagden.
50898
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
SELOR BUREAU DE SELECTION DE L’ADMINISTRATION FEDERALE
SELOR SELECTIEBUREAU VAN DE FEDERALE OVERHEID
[C − 2015/08003] Sélection comparative de médecin expert en évaluation médicale, néerlandophones
[C − 2015/08003] Vergelijkende selectie van Nederlandstalige arts expert medische evaluatie
La sélection comparative de médecin expert en évaluation médicale (m/f) (classe A2), néerlandophones, pour l’Institut National d’Assurance Maladie-Invalidité (ANG15041), a été clôturée le 17 juillet 2015. Le nombre de lauréats s’élève à trois.
De Nederlandstalige arts expert medische evaluatie (niveau A2) (m/v), voor het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (ANG15041), werd afgesloten op 17 juli 2015. Er zijn drie geslaagden.
* SELOR BUREAU DE SELECTION DE L’ADMINISTRATION FEDERALE
SELOR SELECTIEBUREAU VAN DE FEDERALE OVERHEID
[C − 2015/08002] Sélection comparative de médecin financement des prestations médicales, néerlandophones
[C − 2015/08002] Vergelijkende selectie van Nederlandstalige arts Financiering Medische Verstrekkingen
La sélection comparative de médecin financement des prestations médicales (m/f) (classe A2), néerlandophones, pour l’Institut National d’Assurance Maladie-Invalidité (ANG15042), a été clôturée le 15 juillet 2015. Le nombre de lauréats s’élève à cinq.
De vergelijkende selectie van Nederlandstalige arts Financiering Medische Verstrekkingen (niveau A2) (m/v), voor het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (ANG15042), werd afgesloten op 15 juli 2015. Er zijn vijf geslaagden.
* SELOR BUREAU DE SELECTION DE L’ADMINISTRATION FEDERALE
SELOR SELECTIEBUREAU VAN DE FEDERALE OVERHEID
[C − 2015/08007] Sélection comparative d’assistants (infirmiers) néerlandophones
[C − 2015/08007] Vergelijkende selectie van een Nederlandstalige assistent-verpleegkundige
Sélection comparative d’assistants (infirmiers) (m/f) (niveau B), néerlandophones pour la Commission communautaire commune de Bruxelles-Capitale (ANB15009) a été clôturée le 30 juillet 2015.
De vergelijkende selectie van een Nederlandstalige assistentverpleegkundige (m/v) (niveau B) voor de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel Hoofdstad (ANB15009) werd afgesloten op 30 juli 2015. Er zijn 2 geslaagden.
Le nombre de lauréats s’élève à 2.
* SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
[2015/203801] Liste des communes permettant l’application de l’arrêté royal du 15 juillet 1998 modifiant l’arrêté royal du 9 juin 1997 d’exécution de l’article 7, § 1er, alinéa 3, m, de l’arrêté-loi du 28 décembre 1944 concernant la sécurité sociale des travailleurs relatif aux programmes de transition professionnelle et de l’arrêté royal du 15 juillet 1998 modifiant les articles 78ter, 78sexies et 131quater de l’arrêté royal du 25 novembre 1991 portant réglementation du chômage
[2015/203801] Lijst met gemeenten voor de toepassing van het koninklijk besluit van 15 juli 1998 tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 juni 1997 tot uitvoering van artikel 7, § 1, derde lid, m, van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders betreffende de doorstromingsprogramma’s en het koninklijk besluit van 15 juli 1998 tot wijziging van de artikelen 78ter, 78sexies en 131quater van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering
Liste dressée par l’Office national de l’Emploi reprenant les communes dont le taux de chômage est au moins 20 % plus élevé que le taux de chômage moyen de la région. Liste valable du 1er septembre 2015 au 31 août 2016. Cette liste a été réalisée sur base des chiffres du chômage de juin 2015. Province d’Anvers : Antwerpen Baarle-Hertog Boom Mechelen Turnhout Willebroek Province du Brabant flamand : Province du Brabant wallon : Province de Flandre occidentale : Blankenberge Bredene De Haan De Panne Knokke-Heist Mesen
Lijst opgemaakt door de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening, met de gemeenten waar de werkloosheidsgraad minstens 20 % hoger ligt dan de gemiddelde werkloosheidsgraad in het gewest. Deze lijst is geldig van 1 september 2015 tot 31 augustus 2016. De lijst werd opgemaakt op basis van de werkloosheidscijfers van juni 2015. Provincie Antwerpen : Antwerpen Baarle-Hertog Boom Mechelen Turnhout Willebroek Provincie Vlaams-Brabant : Provincie Waals-Brabant : Provincie West-Vlaanderen : Blankenberge Bredene De Haan De Panne Knokke-Heist Mesen
50899
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Middelkerke Oostende Provincie Oost-Vlaanderen : Gent Ronse Sint-Niklaas Provincie Henegouwen : Bernissart Binche Boussu Chapelle-lez-Herlaimont Charlerloi Châtelet Colfontaine Dour Erquelinnes Farciennes Frameries Hensies La Louvière Manage Momignies Mons Morlanwelz Péruwelz Quaregnon Quiévrain Provincie Luik : Dison Herstal Huy Liège Saint-Nicolas Seraing Verviers Provincie Limburg : Dilsen-Stokkem Genk Hasselt Hamont-Achel Lanaken Leopoldsburg Maasmechelen Voeren Provincie Luxemburg : Provincie Namen : Couvin Dinant Hastière Viroinval Brussel : Brussel Sint-Jans-Molenbeek Sint-Gillis Sint-Joost-ten-Node Schaarbeek
Middelkerke Oostende Province de Flandre orientale : Gent Ronse Sint-Niklaas Province du Hainaut : Bernissart Binche Boussu Chapelle-lez-Herlaimont Charlerloi Châtelet Colfontaine Dour Erquelinnes Farciennes Frameries Hensies La Louvière Manage Momignies Mons Morlanwelz Péruwelz Quaregnon Quiévrain Province de Liège : Dison Herstal Huy Liège Saint-Nicolas Seraing Verviers Province du Limbourg : Dilsen-Stokkem Genk Hasselt Hamont-Achel Lanaken Leopoldsburg Maasmechelen Fourons Province du Luxembourg : Province de Namur : Couvin Dinant Hastière Viroinval Bruxelles : Bruxelles Molenbeek-Saint-Jean Saint-Gilles Saint-Josse-ten-Noode Schaerbeek
* SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE [C − 2015/09358]
FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE [C − 2015/09358]
Loi du 15 mai 1987 relative aux noms et prénoms. — Publication
Wet van 15 mei 1987 betreffende de namen en voornamen. — Bekendmaking
Par arrêté royal du 2 juillet 2015 Monsieur Ayari, Sammy, né à Bruges le 7 février 1994, y demeurant, a été autorisé, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de “Vanderispaillie” après l’expiration du délai de 60 jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 2 juli 2015 is machtiging verleend aan de heer Ayari, Sammy, geboren te Brugge op 7 februari 1994, er wonende, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, zijn geslachtsnaam in die van “Vanderispaillie” te veranderen, na afloop van 60 dagen te rekenen van deze bekendmaking.
50900
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
Par arrêté royal du 2 juillet 2015 le nommé Agnolo Bouma, Zion Marly, né à Malines le 20 juin 2012, y demeurant, a été autorisé, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de “Agnolo” après l’expiration du délai de 60 jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 2 juli 2015 is machtiging verleend aan de genaamde Agnolo Bouma, Zion Marly, geboren te Mechelen op 20 juni 2012, er wonende, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, zijn geslachtsnaam in die van “Agnolo” te veranderen, na afloop van 60 dagen te rekenen van deze bekendmaking.
Par arrêté royal du 2 juillet 2015 le nommé Diaz-Iglesias, Crístan, né à Genk le 11 septembre 2013, demeurant à Maasmechelen, a été autorisé, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de “Diaz” après l’expiration du délai de 60 jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 2 juli 2015 is machtiging verleend aan de genaamde Diaz-Iglesias, Crístan, geboren te Genk op 11 september 2013, wonende te Maasmechelen, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, zijn geslachtsnaam in die van “Diaz” te veranderen, na afloop van 60 dagen te rekenen van deze bekendmaking.
Par arrêté royal du 2 juillet 2015 le nommé N’Diaye, Edson Bachir Seydine, né à Alost le 5 juillet 2004; et
Bij koninklijk besluit van 2 juli 2015 is machtiging verleend aan de genaamde N’Diaye, Edson Bachir Seydine, geboren te Aalst op 5 juli 2004; en juffrouw N’Diaye, Muna Bineta Rafett, geboren te Aalst op 29 juni 2006, beiden wonende te Halle , om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, hun geslachtsnaam in die van “De Smet” te veranderen, na afloop van 60 dagen te rekenen van deze bekendmaking.
Mademoiselle N’Diaye, Muna Bineta Rafett, née à Alost le 29 juin 2006, tous deux demeurant à Hal, ont été autorisés, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à leur nom patronymique celui de “De Smet” après l’expiration du délai de 60 jours à compter de la présente insertion.
Par arrêté royal du 8 juillet 2015 Mademoiselle Kowalczyk, Joli, née à Furnes, le 11 mai 2008, demeurant à Zandhoven, a été autorisée, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de “Van Hooimissen” après l’expiration du délai de 60 jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 8 juli 2015 is machtiging verleend aan juffrouw Kowalczyk, Joli, geboren te Veurne op 11 mei 2008, wonende te Zandhoven, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, haar geslachtsnaam in die van “Van Hooimissen” te veranderen, na afloop van 60 dagen te rekenen van deze bekendmaking.
* SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE [C − 2015/09359] Loi du 15 mai 1987 relative aux noms et prénoms. — Publication
FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE [C − 2015/09359] Wet van 15 mei 1987 betreffende de namen en voornamen. — Bekendmaking
Par arrêté royal du 12 juillet 2015 Madame T’Syen, Imke, née à Herentals le 2 avril 1989, demeurant à Herenthout, a été autorisée, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de “Alen” après l’expiration du délai de 60 jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 12 juli 2015 is machtiging verleend aan mevrouw T’Syen, Imke, geboren te Herentals op 2 april 1989, wonende te Herenthout, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, haar geslachtsnaam in die van “Alen” te veranderen, na afloop van 60 dagen te rekenen van deze bekendmaking.
Par arrêté royal du 12 juillet 2015 Monsieur Van Vooren, Jeroen, né à Eeklo le 25 mai 1985, demeurant à Kaprijke, a été autorisé, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de “Geirnaert” après l’expiration du délai de 60 jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 12 juli 2015 is machtiging verleend aan de heer Van Vooren, Jeroen, geboren te Eeklo op 25 mei 1985, wonende te Kaprijke, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, zijn geslachtsnaam in die van “Geirnaert” te veranderen, na afloop van 60 dagen te rekenen van deze bekendmaking.
Par arrêté royal du 12 juillet 2015 Madame Eiya, Akhere, née à Ugboha (Nigeria) le 2 juillet 1972, demeurant à Bree, a été autorisée, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de “Ikuenobe” après l’expiration du délai de 60 jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 12 juli 2015 is machtiging verleend aan mevrouw Eiya, Akhere, geboren te Ugboha (Nigeria) op 2 juli 1972, wonende te Bree, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, haar geslachtsnaam in die van “Ikuenobe” te veranderen, na afloop van 60 dagen te rekenen van deze bekendmaking.
Par arrêté royal du 12 juillet 2015 Madame Makuntima, Antonieta Francisco Da Costa, née à Luanda (Angola) le 24 juin 1980, demeurant à Anvers, district Deurne, a été autorisée, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de “Da Costa Campos” après l’expiration du délai de 60 jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 12 juli 2015 is machtiging verleend aan mevrouw Makuntima, Antonieta Francisca Da Costa, geboren te Luanda (Angola) op 24 juni 1980, wonende te Antwerpen, district Deurne, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, haar geslachtsnaam in die van “Da Costa Campos” te veranderen, na afloop van 60 dagen te rekenen van deze bekendmaking.
Par arrêté royal du 12 juillet 2015 Madame Yavuz, Dursun, née à Gand le 6 décembre 1970, y demeurant, a été autorisée, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de “Dalli” après l’expiration du délai de 60 jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 12 juli 2015 is machtiging verleend aan mevrouw Yavuz, Dursun, geboren te Gent op 6 december 1970, er wonende, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, haar geslachtsnaam in die van “Dalli” te veranderen, na afloop van 60 dagen te rekenen van deze bekendmaking.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE [C − 2015/09360] Loi du 15 mai 1987 relative aux noms et prénoms. — Publication
50901
FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE [C − 2015/09360] Wet van 15 mei 1987 betreffende de namen en voornamen. — Bekendmaking
Par arrêté royal du 12 juillet 2015 Mademoiselle Graauwmans, Elisa, née à Ixelles le 23 juillet 2012, demeurant à Schaerbeek, a été autorisée, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de “Graauwmans Cartes” après l’expiration du délai de 60 jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 12 juli 2015 is machtiging verleend aan juffrouw Graauwmans, Elisa, geboren te Elsene op 23 juli 2012, wonende te Schaarbeek, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, haar geslachtsnaam in die van “Graauwmans Cartes” te veranderen, na afloop van 60 dagen te rekenen van deze bekendmaking.
Par arrêté royal du 12 juillet 2015 Madame Karaca, Feride, née à Gand le 8 février 1984, y demeurant, a été autorisée, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de “Saglam” après l’expiration du délai de 60 jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 12 juli 2015 is machtiging verleend aan mevrouw Karaca, Feride, geboren te Gent op 8 februari 1984, er wonende, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, haar geslachtsnaam in die van “Saglam” te veranderen, na afloop van 60 dagen te rekenen van deze bekendmaking.
Par arrêté royal du 12 juillet 2015 le nommé Van Schoors, Gael, né à Gand le 21 janvier 2014, y demeurant, a été autorisé, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de “Van Schoors Sánchez-Barahona” après l’expiration du délai de 60 jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 12 juli 2015 is machtiging verleend aan de genaamde Van Schoors, Gael, geboren te Gent op 21 januari 2014, er wonende, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, zijn geslachtsnaam in die van “Van Schoors Sánchez-Barahona” te veranderen, na afloop van 60 dagen te rekenen van deze bekendmaking.
Par arrêté royal du 12 juillet 2015 le nommé Gagorowska Bontridder, Sam, né à Hal le 26 novembre 2014, y demeurant, a été autorisé, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de “Gagorowski Bontridder” après l’expiration du délai de 60 jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 12 juli 2015 is machtiging verleend aan de genaamde Gagorowska Bontridder, Sam, geboren te Halle op 26 november 2014, er wonende, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, zijn geslachtsnaam in die van “Gagorowski Bontridder” te veranderen, na afloop van 60 dagen te rekenen van deze bekendmaking.
Par arrêté royal du 12 juillet 2015 Madame Elma, Ayse, née à Sint-Niklaas le 1er février 1992, demeurant à Anvers, district Wilrijk, a été autorisée, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de “Gül” après l’expiration du délai de 60 jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 12 juli 2015 is machtiging verleend aan mevrouw Elma, Ayse, geboren te Sint-Niklaas op 1 februari 1992, wonende te Antwerpen, district Wilrijk, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, haar geslachtsnaam in die van “Gül” te veranderen, na afloop van 60 dagen te rekenen van deze bekendmaking.
* SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE [C − 2015/09361] Loi du 15 mai 1987 relative aux noms et prénoms. — Publication
FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE [C − 2015/09361] Wet van 15 mei 1987 betreffende de namen en voornamen. — Bekendmaking
Par arrêté royal du 12 juillet 2015 Monsieur Versyp, Francis Rosa Raphaël, né à Kongolo (République démocratique du Congo) le 16 octobre 1957, demeurant à Blanes (Espagne), a été autorisé, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de “Ducaju” après l’expiration du délai de 60 jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 12 juli 2015 is machtiging verleend aan de heer Versyp, Francis Rosa Raphaël, geboren te Kongolo (Democratische Republiek Congo) op 16 oktober 1957, wonende te Blanes (Spanje), om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, zijn geslachtsnaam in die van “Ducaju” te veranderen, na afloop van 60 dagen te rekenen van deze bekendmaking.
Par arrêté royal du 12 juillet 2015 Madame Appeltans, Melina, née à Saint-Trond le 25 janvier 1992, demeurant à Gingelom, a été autorisée, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de “Delanghe” après l’expiration du délai de 60 jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 12 juli 2015 is machtiging verleend aan mevrouw Appeltans, Melina, geboren te Sint-Truiden op 25 januari 1992, wonende te Gingelom, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, haar geslachtsnaam in die van “Delanghe” te veranderen, na afloop van 60 dagen te rekenen van deze bekendmaking.
Par arrêté royal du 12 juillet 2015 Monsieur Ahmad, Jonas, né à Anvers le 25 avril 1983, demeurant à Olen, a été autorisé, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de “Meeus” après l’expiration du délai de 60 jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 12 juli 2015 is machtiging verleend aan de heer Ahmad, Jonas, geboren te Antwerpen op 25 april 1983, wonende te Olen, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, zijn geslachtsnaam in die van “Meeus” te veranderen, na afloop van 60 dagen te rekenen van deze bekendmaking.
50902
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
Par arrêté royal du 12 juillet 2015 Madame Kaya, Arzu Hasret, née à Anvers le 10 septembre 1996, demeurant à Ostende, a été autorisée, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de “Biçer” après l’expiration du délai de 60 jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 12 juli 2015 is machtiging verleend aan mevrouw Kaya, Arzu Hasret, geboren te Antwerpen op 10 september 1996, wonende te Oostende, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, haar geslachtsnaam in die van “Biçer” te veranderen, na afloop van 60 dagen te rekenen van deze bekendmaking.
Par arrêté royal du 12 juillet 2015 Monsieur Colda, Wim, né à Diest le 24 février 1988, demeurant à Louvain, a été autorisé, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de “Vandebosch” après l’expiration du délai de 60 jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 12 juli 2015 is machtiging verleend aan de heer Colda, Wim, geboren te Diest op 24 februari 1988, wonende te Leuven, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, zijn geslachtsnaam in die van “Vandebosch” te veranderen, na afloop van 60 dagen te rekenen van deze bekendmaking.
* FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE
SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE
[2015/203758]
[2015/203758] Rechterlijke Macht
Pouvoir judiciaire Cour d’appel de Gand
Hof van beroep te Gent
Par ordonnance du 7 julliet 2015, M. Van Remoortel, D., a été désigné, par le premier président de la cour d’appel de Gand, pour exercer, à partir du 1er août 2015, les fonctions de magistrat suppléant à cette cour, jusqu’à ce qu’il ait atteint l’âge de 70 ans.
Bij beschikking van 7 juli 2015 werd de heer Van Remoortel, D., door de eerste voorzitter van het hof van beroep te Gent, aangewezen om, vanaf 1 augustus 2015, het ambt van plaatsvervangend raadsheer bij dit hof uit te oefenen tot hij de leeftijd van 70 jaar heeft bereikt
Cour du travail d’Anvers
Arbeidshof te Antwerpen
Par ordonnance du 25 juin 2015, Mme Vercammen, C., conseiller émérite à la cour du travail d’Anvers, a été désignée par le premier président de la cour du travail d’Anvers, pour continuer à exercer, pour une période d’un an à partir du 29 août 2015, les fonctions de magistrat suppléant à cette cour.
Bij beschikking van 25 juni 2015 werd Mevr. Vercammen, C., emeritus raadsheer in het arbeidshof te Antwerpen, door de eerste voorzitter van het arbeidshof te Antwerpen aangewezen om, voor een termijn van één jaar vanaf 29 augustus 2015, het ambt van plaatsvervangend magistraat in dit hof te blijven uitoefenen.
Cour du travail de Bruxelles
Arbeidshof te Brussel
Par ordonnance du 27 juillet 2015 du premier président de la cour du travail de Bruxelles, la désignation de Mme Cappellini, L., conseiller à la cour du travail de Bruxelles, comme président de chambre à cette cour, est renouvelée pour une période de trois ans prenant cours le 2 septembre 2015.
Bij beschikking van 27 juli 2015 van de eerste voorzitter van het arbeidshof te Brussel, is de aanwijzing van Mevr. Cappellini, L., raadsheer in het arbeidshof te Brussel, tot kamervoorzitter in dit hof, hernieuwd voor een termijn van drie jaar met ingang van 2 september 2015.
GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN
COMMUNAUTE FRANÇAISE — FRANSE GEMEENSCHAP MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FRANÇAISE [C − 2015/29366] Appels à projets dans le cadre du décret du 13 mars 2009 relatif à la transmission de la mémoire des crimes de génocide, des crimes contre l’humanité, des crimes de guerre et des faits de résistance ou des mouvements ayant résisté aux régimes qui ont suscité ces crimes Dans le cadre du décret du 13 mars 2009 relatif à la transmission de la mémoire des crimes de génocide, des crimes contre l’humanité, des crimes de guerre et des faits de résistance ou des mouvements ayant résisté aux régimes qui ont suscité ces crimes, la Fédération Wallonie-Bruxelles lance : — un appel à projets visant à recueillir, à valoriser, à exploiter ou à préserver des témoignages; — un appel à projets visant à organiser des visites de lieux de mémoire et des séminaires à destination des enseignants; — un appel à projets en lien avec l’objet du décret à l’exclusion des projets visés par les deux appels à projets précités. La connaissance du passé constitue une pierre angulaire de la construction du futur. La transmission de la mémoire des génocides, des crimes contre l’humanité et des crimes de guerre est, en ce sens, indispensable. Il est primordial de fournir les outils aux générations futures pour qu’elles puissent décrypter le monde dans lequel elles vivent.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Face à la négation radicale de la dignité humaine, des hommes et des femmes ont par ailleurs posé des actes d’une très grande humanité et d’une parfaite abnégation. Ceux-ci méritent aussi d’être connus des jeunes générations. C’est pourquoi le Gouvernement de la Fédération Wallonie-Bruxelles a adopté un décret s’adressant plus particulièrement aux jeunes générations et organisant le financement des personnes morales et des projets qui visent à transmettre la mémoire des crimes de génocide, des crimes contre l’humanité et des crimes de guerre ainsi que la mémoire de la résistance. Dans le cadre du plan d’action développé par la Fédération Wallonie-Bruxelles pour lutter contre le radicalisme, il apparaît important qu’une place significative soit apportée au lien à établir entre passé et présent, en prenant en compte la dimension historique de phénomènes qui n’apparaissent pas ex-nihilo (ex. : l’antisémitisme). C’est pourquoi le Conseil de la transmission de la mémoire sera particulièrement attentif aux projets qui traiteront de la thématique « racines historiques de courants idéologiques et de mouvements débouchant sur des phénomènes de radicalisme susceptibles d’entraîner des crimes et violences de masse ».
APPEL A PROJETS VISANT A RECUEILLIR, A VALORISER, A EXPLOITER OU A PRESERVER DES TEMOIGNAGES : CAHIER DES CHARGES Dans le cadre du décret, la Fédération Wallonie-Bruxelles lance un appel à projets visant à recueillir, à valoriser, à exploiter ou à préserver des témoignages en lien avec l’objet du décret (article 15). Pour les développements, il est renvoyé au site de la Cellule de coordination pédagogique Démocratie ou barbarie et du Conseil de la transmission de la mémoire (www.decretmemoire.cfwb.be / www.democratieoubarbarie.cfwb.be) sur lequel sont consultables : — le décret du 13 mars 2009 relatif à la transmission de la mémoire des crimes de génocide, des crimes contre l’humanité, des crimes de guerre et des faits de résistance ou des mouvements ayant résisté aux régimes qui ont suscité ces crimes, ci après dénommé décret; — l’exposé des motifs et le commentaire des articles du décret. — l’arrêté du Gouvernement de la Communauté française du 29 septembre 2011 relatif à la procédure et aux critères de sélection des projets remis dans le cadre du décret du 13 mars 2009, relatif à la transmission de la mémoire des crimes de génocide, des crimes contre l’humanité, des crimes de guerre et des faits de résistance ou des mouvements ayant résisté aux régimes qui ont suscité ces crimes, ci-après dénommé arrêté. Les articles mentionnés ci-après sont ceux du décret du 13 mars 2009 ou de l’arrêté du Gouvernement du 29 septembre 2011. Dans le cadre du présent appel à projets, il faut entendre par : — Le Conseil : le Conseil de la transmission de la mémoire; — DOB : la Cellule de coordination pédagogique « Démocratie ou barbarie » au sein du Ministère de la Fédération Wallonie-Bruxelles. 1. Procédure de sélection des projets Seules les candidatures remises par des personnes morales sans but lucratif dont le siège se situe sur le territoire de la Fédération Wallonie-Bruxelles ou par des établissements scolaires organisés ou subventionnés par la Fédération Wallonie-Bruxelles sont recevables (Décret article 15§ 1 / Arrêté article 3§ 4). Les projets éligibles peuvent consister en : — la réalisation, l’exploitation et la valorisation de nouveaux témoignages; — la préservation, l’exploitation et la valorisation de témoignages existants. Le Conseil de la transmission de la mémoire sera particulièrement attentif aux projets qui traiteront de la thématique « racines historiques de courants idéologiques et de mouvements débouchant sur des phénomènes de radicalisme susceptibles d’entraîner des crimes et violences de masse ». Les candidats remettent un dossier à DOB qui en vérifie la recevabilité sans préjuger sur le fond. Un dossier est recevable : a) s’il est remis par une personne morale sans but lucratif dont le siège se situe sur le territoire de la Fédération Wallonie-Bruxelles ou par un établissement scolaire organisé ou subventionné par la Fédération WallonieBruxelles; b) s’il est remis dans les délais fixés dans l’appel à candidatures; c) si le document-type (voir 3. Eléments constitutifs du dossier de candidature) est rempli de manière complète. Les dossiers recevables sont traités sur le fond par DOB qui analyse leur adéquation avec les critères fixés aux articles 1 et 15 du décret et avec l’article 4§ 1er de l’arrêté (voir le point 3 Eléments constitutifs du dossier de candidature/Données relatives au projet du présent cahier des charges). La cellule DOB, d’initiative ou à la demande des candidats, si elle le juge nécessaire, peut rendre visite aux candidats pour mieux appréhender le dossier. Les membres du Conseil délibèrent sur la base des dossiers introduits par les candidats et des informations fournies par DOB. Le Président du Conseil présente chaque projet aux membres du Conseil. Ces derniers examinent les projets et donnent leur appréciation. Les projets sont classés en trois catégories « A »-« B » ou « C ». a) Catégorie A : projet accepté – considéré dans l’ensemble comme excellent et correspondant aux critères décrétaux et réglementaires. b) Catégorie B : projet recevable mais soumis à la discussion – considéré notamment comme non abouti, contenant des imprécisions ou des confusions, ne correspondant pas totalement aux critères décrétaux et réglementaires mais faisant preuve d’une démarche intéressante. c) Catégorie C : projet non retenu – considéré comme ne correspondant pas aux critères décrétaux et réglementaires, contenant des confusions, imprécisions et erreurs non admissibles. Le Conseil peut, s’il le juge nécessaire, entendre les candidats. Le Conseil peut inviter des tiers pour l’éclairer dans ses travaux et ses réflexions.
50903
50904
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Le Conseil remet au Gouvernement un avis motivé sur chaque candidature et une proposition de montant de subvention pour les projets qu’il propose de retenir. Dans son avis, le Conseil veille dans la mesure du possible à ce que l’ensemble des projets sélectionnés couvre les thématiques diverses et s’adresse à des publics diversifiés. Pour proposer le montant de la subvention, le Conseil tient compte de la qualité du projet, au regard des critères énumérés dans les articles 1 et 15 du décret et dans l’article 4§ 1 de l’arrêté. Sur la base de l’avis motivé du Conseil et à sa proposition de subvention, le Gouvernement sélectionne les projets et fixe le montant de subvention qui leur est alloué. DOB avertit les candidats non retenus par courrier. Les candidats non retenus peuvent introduire un recours en suspension et/ou en annulation devant le Conseil d’Etat (rue de la Science, 33 à 1040 Bruxelles) dans les 60 jours à dater du lendemain de l’envoi de la notification. La reconnaissance des projets par le Gouvernement interviendra au plus tard le 20 janvier 2016. Les projets acceptés doivent être clôturés au plus tard le 30 septembre 2016. 2. Subventions Pour autant que la somme des montants alloués aux projets sélectionnés par le Conseil atteigne 60.000 euros et dans la limite des crédits disponibles, un montant annuel minimal de 60.000 euros est consacré au financement de l’ensemble des projets visant au recueil de témoignages (Décret article 15 § 3). Le Ministre-Président et la Ministre en charge de l’Enseignement obligatoire déterminent, après avis du Conseil, le montant alloué à chaque projet sélectionné (article 15 § 1). La subvention accordée peut couvrir tout ou partie du budget prévu pour la réalisation du projet. Les subventions ne sont octroyées que si les opérateurs et projets ne bénéficient pas d’autres subventions octroyées pour la même mission ou pour la même action, soit par la Fédération Wallonie-Bruxelles, soit par d’autres pouvoirs publics (article 18). Dans le dossier introduit, le candidat doit indiquer les subventions/financements obtenus ou sollicités auprès d’autorités publiques (en dehors de la présente demande) pour la réalisation du projet ainsi que leur affectation et utilisation précises. 3. Eléments constitutifs du dossier de candidature Remarque : pour répondre au présent point 3, les candidats sont priés d’utiliser exclusivement le formulaire de candidature disponible sur le site de la Cellule DOB ou sur demande auprès de DOB. • Données relatives au candidat : — nom du candidat; — statut juridique; — adresse; — personne responsable/de contact; — projets éventuels, déjà réalisés, relatifs aux thématiques couvertes par le décret. • Données relatives au projet : 1. Nom du projet; 2. Objectif principal du projet; 3. Description du projet en 25 lignes maximum et adéquation de celui-ci avec les objectifs généraux du décret (article 1er); 4. Conformité du projet avec les critères suivants qui doivent permettre notamment de répondre à l’objet du décret, avec un souci de développement de la tolérance, du respect et de la citoyenneté, de garantir la qualité et la valeur des témoignages, la diversité des faits abordés et des publics ciblés et de garantir que l’exploitation du témoignage se fera dans le cadre d’un projet pédagogique (Décret article 15, § 1/Arrêté article 4, § 1er) : — poursuivre : soit un objectif pédagogique à l’intention des acteurs de l’éducation et/ou des jeunes, soit un objectif d’information et de sensibilisation à destination du public; — être mené en collaboration avec des personnes spécialistes du sujet traité et/ou en partenariat avec d’autres personnes morales et institutions; — être accompagné d’une mise en contexte historique; — lorsque le projet est proposé par un établissement scolaire, il doit en outre : être approuvé par le chef d’établissement, s’inscrire dans une approche de l’apprentissage par compétences telles que définies dans les référentiels de base, être mené dans une optique pluridisciplinaire et idéalement interdisciplinaire; — lorsque le projet est proposé par une personne morale sans but lucratif, il doit faire partie intégrante des axes d’actions de cette dernière. 5. Public(s) cible(s); 6. Calendrier et contenu des différentes étapes du projet : préparation- réalisation- exploitation. Les projets doivent être clôturés au plus tard le 30 septembre 2016; 7. Caractère innovant du projet; 8. Production(s) prévue(s) et support(s) envisagé(s); 9. Canaux de diffusion envisagés; 10. Critères objectifs permettant d’évaluer le projet et effets escomptés; 11. Suites envisagées/effets multiplicateurs supposés du projet. • Données relatives au budget Budget (recettes/dépenses) ventilé en rubriques/postes distinct(e)s couvrant les différents aspects de la réalisation du projet. Description précise de l’affectation et de l’utilisation de la subvention demandée dans le cadre du présent appel à projets. La subvention ne peut être octroyée que si le candidat ne bénéficie pas d’autres subventions octroyées pour la même rubrique ou le même poste, soit par la Fédération Wallonie-Bruxelles, soit par d’autres pouvoirs publics (article 18).
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Dans le dossier introduit, le candidat doit indiquer les subventions/ financements obtenus ou sollicités auprès d’autorités publiques (en dehors de la présente demande) pour la réalisation du projet ainsi que leur affectation et utilisation précises. 4. Modalités de candidature Cet appel à projets est ouvert du 17 août 2015 au 15 octobre 2015 (16 heures). Les formulaires de candidature sont disponibles sur le site de la Cellule de coordination pédagogique Démocratie ou barbarie et du Conseil de la transmission de la mémoire (www.decretmemoire.cfwb.be / www.democratieoubarbarie.cfwb.be ) ou sur demande auprès de la Cellule. Les formulaires de candidature complétés en traitement de texte doivent être adressés par courriel à l’adresse :
[email protected] Ils doivent également être adressés par courrier à l’adresse suivante : Cellule de coordination Démocratie ou barbarie Appel à projets Ministère de la Fédération Wallonie-Bruxelles Secrétariat général- Bureau 6E602 Boulevard Léopold II, 44 1080 Bruxelles Date limite d’envoi : 15 octobre 2015, à 16 heures. Pour davantage d’informations : Démocratie ou barbarie Philippe PLUMET Tel: 02-690.83.52 Courriel:
[email protected] Belen SANCHEZ LOPEZ Tel: 02-690 83 53 Courriel:
[email protected] Yves MONIN Tel : 02-690 83 54 Courriel :
[email protected]
APPEL A PROJETS VISANT A ORGANISER DES VISITES DE LIEUX DE MEMOIRE ET DES SEMINAIRES A DESTINATION DES ENSEIGNANTS : CAHIER DES CHARGES Dans le cadre du décret la Fédération Wallonie-Bruxelles lance un appel à projets visant à organiser des visites de lieux de mémoire et des séminaires à destination des enseignants, en lien avec l’objet du décret (article 16). Pour les développements, il est renvoyé au site de la Cellule de coordination pédagogique Démocratie ou barbarie et du Conseil de la transmission de la mémoire (www.decretmemoire.cfwb.be / www.democratieoubarbarie.cfwb.be) sur lequel sont consultables : — le décret du 13 mars 2009 relatif à la transmission de la mémoire des crimes de génocide, des crimes contre l’humanité, des crimes de guerre et des faits de résistance ou des mouvements ayant résisté aux régimes qui ont suscité ces crimes, ci-après dénommé le décret; — l’exposé des motifs et le commentaire des articles du décret. — l’arrêté du Gouvernement de la Communauté française du 29 septembre 2011 relatif à la procédure et aux critères de sélection des projets remis dans le cadre du décret du 13 mars 2009, relatif à la transmission de la mémoire des crimes de génocide, des crimes contre l’humanité, des crimes de guerre et des faits de résistance ou des mouvements ayant résisté aux régimes qui ont suscité ces crimes, ci-après dénommé l’arrêté. Les articles mentionnés ci-après sont ceux du décret du 13 mars 2009 ou de l’arrêté du Gouvernement du 29 septembre 2011. Dans le cadre du présent appel à projets, il faut entendre par : — Le Conseil : le Conseil de la transmission de la mémoire; — DOB : la Cellule de coordination pédagogique « Démocratie ou barbarie » au sein du Ministère de la Fédération Wallonie-Bruxelles. 1. Procédure de sélection des projets Seules les candidatures remises par des personnes morales sans but lucratif dont le siège se situe sur le territoire de la Fédération Wallonie-Bruxelles ou par des établissements scolaires organisés ou subventionnés par la Fédération Wallonie-Bruxelles sont recevables (Décret article 16§ 1 / Arrêté article 3§ 4). Les projets éligibles peuvent consister en : — des visites de lieux de mémoire; — l’organisation de séminaires à l’intention des enseignants. Le Conseil de la transmission de la mémoire sera particulièrement attentif aux projets qui traiteront de la thématique « racines historiques de courants idéologiques et de mouvements débouchant sur des phénomènes de radicalisme susceptibles d’entraîner des crimes et violences de masse ». Les candidats remettent un dossier à DOB qui en vérifie la recevabilité sans préjuger sur le fond. Un dossier est recevable : a) s’il est remis par une personne morale sans but lucratif dont le siège se situe sur le territoire de la Fédération Wallonie-Bruxelles ou par un établissement scolaire organisé ou subventionné par la Fédération WallonieBruxelles; b) s’il est remis dans les délais fixés dans l’appel à candidatures; c) si le document-type (voir 3. Eléments constitutifs du dossier de candidature) est rempli de manière complète.
50905
50906
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Les dossiers recevables sont traités sur le fond par DOB qui analyse leur adéquation avec les critères fixés aux articles 1 et 16 du décret et avec l’article 4§ 2 et 3 de l’arrêté (voir le point 3 Eléments constitutifs du dossier de candidature / Données relatives au projet du présent cahier des charges). DOB, d’initiative ou à la demande des candidats, si elle le juge nécessaire, peut rendre visite aux candidats pour mieux appréhender le dossier. Les membres du Conseil délibèrent sur la base des dossiers introduits par les candidats et des informations fournies par DOB. Le Président du Conseil présente chaque projet aux membres du Conseil. Ces derniers examinent les projets et donnent leur appréciation. Les projets sont classés en trois catégories « A »-« B » ou « C ». a) Catégorie A : projet accepté – considéré dans l’ensemble comme excellent et correspondant aux critères décrétaux et réglementaires. b) Catégorie B : projet recevable mais soumis à la discussion – considéré notamment comme non abouti, contenant des imprécisions ou des confusions, ne correspondant pas totalement aux critères décrétaux et réglementaires mais faisant preuve d’une démarche intéressante. c) Catégorie C : projet non retenu – considéré comme ne correspondant pas aux critères décrétaux et réglementaires, contenant des confusions, imprécisions et erreurs non admissibles. Le Conseil peut, s’il le juge nécessaire, entendre les candidats. Le Conseil peut inviter des tiers pour l’éclairer dans ses travaux et ses réflexions. Le Conseil remet au Gouvernement un avis motivé sur chaque candidature et une proposition de montant de subvention pour les projets qu’il propose de retenir. Dans son avis, le Conseil veille dans la mesure du possible à ce que l’ensemble des projets sélectionnés couvre les thématiques diverses et s’adresse à des publics diversifiés. Pour proposer le montant de la subvention, le Conseil tient compte de la qualité du projet, au regard des critères énumérés dans les articles 1 et 16 du décret et dans l’article 4§ 2 et 3 de l’arrêté. Sur la base de l’avis motivé du Conseil et à sa proposition de subvention, le Gouvernement sélectionne les projets et fixe le montant de subvention qui leur est alloué. DOB avertit les candidats non retenus par courrier. Les candidats non retenus peuvent introduire un recours en suspension et/ou en annulation devant le Conseil d’Etat (rue de la Science, 33 à 1040 Bruxelles) dans les 60 jours à dater du lendemain de l’envoi de la notification. NB. La reconnaissance des projets par le Gouvernement interviendra au plus tard le 20 janvier 2016. Les projets acceptés doivent être clôturés au plus tard le 30 septembre 2016. 2. Subventions Pour autant que la somme des montants alloués aux projets sélectionnés par le Conseil atteigne 60.000 euros et dans la limite des crédits disponibles, un montant annuel minimal de 60.000 euros est consacré au financement de l’ensemble des projets de visites de lieux de mémoire et des séminaires à destination des enseignants (article 16 § 2). Le Ministre-Président et la Ministre en charge de l’Enseignement obligatoire déterminent, après avis du Conseil, le montant alloué à chaque projet sélectionné (article 16 § 1). La subvention accordée peut couvrir tout ou une partie du budget prévu pour la réalisation du projet. Les subventions ne sont octroyées que si les opérateurs et projets ne bénéficient pas d’autres subventions octroyées pour la même mission ou pour la même action, soit par la Fédération Wallonie-Bruxelles, soit par d’autres pouvoirs publics (article 18). Dans le dossier introduit, le candidat doit indiquer les subventions/financements obtenus ou sollicités auprès d’autorités publiques (en dehors de la présente demande) pour la réalisation du projet ainsi que leur affectation et utilisation précises. 3. Eléments constitutifs du dossier de candidature Remarque : pour répondre au présent point 3, les candidats sont priés d’utiliser exclusivement le formulaire de candidature disponible sur le site de la Cellule DOB ou sur demande auprès de DOB. • Données relatives au candidat : — nom du candidat; — statut juridique; — adresse; — personne responsable/de contact; — projets éventuels, déjà réalisés, relatifs aux thématiques couvertes par le décret. • Données relatives au projet s’il s’agit de visites de lieux de mémoire: 1. Nom du projet; 2. Objectif principal du projet; 3. Description du projet en 25 lignes maximum et adéquation de celui-ci avec les objectifs généraux du décret (article 1er); 4. Conformité du projet avec les critères suivants qui doivent permettre notamment de répondre à l’objet du décret, avec un souci de développement de la tolérance, du respect et de la citoyenneté, de garantir la diversité des publics ciblés et de garantir qu’une préparation préalable à la visite, qu’une réflexion interactive durant la visite et qu’une exploitation après la visite seront effectuées (Décret article 16, § 1/Arrêté article 4, § 2) : — poursuivre : soit un objectif pédagogique à l’intention des acteurs de l’éducation et/ou des jeunes, soit un objectif d’information et de sensibilisation à destination du public; — être mené en collaboration avec des personnes spécialistes du sujet traité et/ou en partenariat avec d’autres personnes morales et institutions; — être accompagné d’une mise en contexte historique préalable à la visite; — faire l’objet d’une réflexion interactive durant la visite; — être suivi d’une exploitation pédagogique; — lorsque le projet est proposé par un établissement scolaire, il doit en outre : être approuvé par le chef d’établissement, s’inscrire dans une approche de l’apprentissage par compétences telles que définies dans les référentiels de base, être mené dans une optique pluridisciplinaire et idéalement interdisciplinaire;
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD — lorsque le projet est proposé par une personne morale sans but lucratif, il doit faire partie intégrante des axes d’actions de cette dernière. 5. Motifs du choix du/des lieu(x) visité(s); 6. Calendrier et contenu des différentes étapes du projet : préparation – réalisation – exploitation. Les projets doivent être clôturés au plus tard le 30 septembre 2016; 7. Support(s) et documents destinés à être utilisés et/ou remis aux participants dans le cadre du projet; 8. Public(s) cible(s); 9. Critères objectifs permettant d’évaluer le projet et effets escomptés; 10. Suites envisagées/effets multiplicateurs supposés du projet. • Données relatives au projet s’il s’agit d’organisation de séminaires à destination des enseignants. 1. Nom du projet; 2. Objectif principal du projet; 3. Description du projet en 25 lignes maximum et adéquation de celui-ci avec les objectifs généraux du décret (article 1er); 4. Conformité du projet avec les critères suivants qui doivent permettre notamment de répondre à l’objet du décret, avec un souci de développement de la tolérance, du respect et de la citoyenneté, de garantir la diversité des publics ciblés et de garantir qu’une préparation préalable au séminaire, qu’une réflexion interactive durant le séminaire et qu’une exploitation après le séminaire seront effectuées (Décret article 16, § 1/Arrêté article 4, § 3) : — poursuivre un objectif de formation à destination des enseignants en formation initiale et continue; — être mené en collaboration avec des personnes spécialistes du sujet traité et/ou en partenariat avec d’autres personnes morales et institutions; — lorsque le projet est proposé par un établissement scolaire, il doit en outre : être approuvé par le chef d’établissement, s’inscrire dans une approche de l’apprentissage par compétences telles que définies dans les référentiels de base, être mené dans une optique pluridisciplinaire et idéalement interdisciplinaire; — lorsque le projet est proposé par une personne morale sans but lucratif, il doit faire partie intégrante des axes d’actions de cette dernière. 5. Motiver le choix du thème pour le séminaire proposé. Préciser le caractère innovant du projet; 6. Programme, contenu du séminaire; 7. Calendrier et contenu des différentes étapes du projet: préparation – réalisation – exploitation. Les projets doivent être clôturés au plus tard le 30 septembre 2016; 8. Support(s) et documents destinés à être utilisés et/ou remis aux participants dans le cadre du projet; 9. Public(s) cible(s); 10. Critères objectifs permettant d’évaluer le projet et effets escomptés; 11. Suites envisagées/effets multiplicateurs supposés du projet. • Données relatives au budget : Budget (recettes/dépenses) ventilé en rubriques/postes distinct(e)s couvrant les différents aspects de la réalisation du projet. Description précise de l’affectation et de l’utilisation de la subvention demandée dans le cadre du présent appel à projets. La subvention ne peut être octroyée que si le candidat ne bénéficie pas d’autres subventions octroyées pour la même rubrique ou le même poste, soit par la Fédération Wallonie-Bruxelles, soit par d’autres pouvoirs publics (article 18). Dans le dossier introduit, le candidat doit indiquer les subventions/ financements obtenus ou sollicités auprès d’autorités publiques (en dehors de la présente demande) pour la réalisation du projet ainsi que leur affectation et utilisation précises. 4. Modalités de candidature Cet appel à projets est ouvert du 17 août au 15 octobre 2015 (16h). Les formulaires de candidature sont disponibles sur le site de la Cellule de coordination pédagogique Démocratie ou barbarie et du Conseil de la transmission de la mémoire (www.decretmemoire.cfwb.be / www.democratieoubarbarie.cfwb.be ) ou sur demande auprès de la Cellule. Les formulaires de candidature complétés en traitement de texte doivent être adressés par courriel à l’adresse :
[email protected] Ils doivent également être adressés par courrier à l’adresse suivante : Cellule de coordination Démocratie ou barbarie Appel à projets Ministère de la Fédération Wallonie-Bruxelles Secrétariat général- Bureau 6E602 Boulevard Léopold II, 44 1080 Bruxelles Date limite d’envoi : 15 octobre 2015, à 16 heures. Pour davantage d’informations : Démocratie ou barbarie Philippe PLUMET Tel: 02-690 83 52 Courriel:
[email protected]
50907
50908
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Belen SANCHEZ LOPEZ Tel: 02-690 83 53 Courriel:
[email protected] Yves MONIN Tel : 02-690 83 54 Courriel :
[email protected]
APPEL A PROJETS EN LIEN AVEC L’OBJET DU DECRET A L’EXCLUSION DES PROJETS VISES PAR LES ARTICLES 15 ET 16 DU DECRET : CAHIER DES CHARGES Dans le cadre du décret, la Fédération Wallonie-Bruxelles lance un appel à projets en lien avec l’objet du décret. Les projets visant à recueillir, à valoriser, à exploiter ou à préserver des témoignages en lien avec l’objet du décret et les projets visant à organiser des visites de lieux de mémoire et des séminaires à destination des enseignants, en lien avec l’objet du décret ne peuvent pas être remis dans le cadre du présent appel à projets (article 17). Pour les développements, il est renvoyé au site de la Cellule de coordination pédagogique Démocratie ou barbarie et du Conseil de la transmission de la mémoire (www.decretmemoire.cfwb.be / www.democratieoubarbarie.cfwb.be) sur lequel sont consultables : — le décret du 13 mars 2009 relatif à la transmission de la mémoire des crimes de génocide, des crimes contre l’humanité, des crimes de guerre et des faits de résistance ou des mouvements ayant résisté aux régimes qui ont suscité ces crimes, ci-après dénommé décret; — l’exposé des motifs et le commentaire des articles du décret. — l’arrêté du Gouvernement de la Communauté française du 29 septembre 2011 relatif à la procédure et aux critères de sélection des projets remis dans le cadre du décret du 13 mars 2009, relatif à la transmission de la mémoire des crimes de génocide, des crimes contre l’humanité, des crimes de guerre et des faits de résistance ou des mouvements ayant résisté aux régimes qui ont suscité ces crimes, ci-après dénommé arrêté. Les articles mentionnés ci-après sont ceux du décret du 13 mars 2009 ou de l’arrêté du Gouvernement du 29 septembre 2011. Dans le cadre du présent appel à projets, il faut entendre par : — Le Conseil : le Conseil de la transmission de la mémoire; — DOB : la Cellule de coordination pédagogique « Démocratie ou barbarie » au sein du Ministère de la Fédération Wallonie-Bruxelles. 1. Procédure de sélection des projets Seules les candidatures remises par des personnes morales sans but lucratif dont le siège se situe sur le territoire de la Fédération Wallonie-Bruxelles ou par des établissements scolaires organisés ou subventionnés par la Fédération Wallonie-Bruxelles sont recevables (Décret article 17, § 1/Arrêté art 3, § 4). Les projets éligibles doivent avoir un lien avec l’objet du décret et ne peuvent s’apparenter aux projets visés aux articles 15 (recueil de témoignages) et 16 (visites de lieux de mémoire et organisation de séminaires) du décret. Les projets éligibles peuvent revêtir des formes diverses : exposition, représentation théâtrale, production audio-visuelle, production écrite, activités de sensibilisation et d’information, etc. Le Conseil de la transmission de la mémoire sera particulièrement attentif aux projets qui traiteront de la thématique « racines historiques de courants idéologiques et de mouvements débouchant sur des phénomènes de radicalisme susceptibles d’entraîner des crimes et violences de masse ». Les candidats remettent un dossier à DOB qui en vérifie la recevabilité sans préjuger sur le fond. Un dossier est recevable : a) s’il est remis par une personne morale sans but lucratif dont le siège se situe sur le territoire de la Fédération Wallonie-Bruxelles ou par un établissement scolaire organisé ou subventionné par la Fédération WallonieBruxelles; b) s’il est remis dans les délais fixés dans l’appel à candidatures; c) si le document-type (voir 3. Eléments constitutifs du dossier de candidature) est rempli de manière complète. Les dossiers recevables sont traités sur le fond par DOB qui analyse leur adéquation avec les critères fixés aux articles 1 et 17 du décret et avec l’article 4§ 4 de l’arrêté (voir le point 3 Eléments constitutifs du dossier de candidature / Données relatives au projet du présent cahier des charges). DOB, d’initiative ou à la demande des candidats, si elle le juge nécessaire, peut rendre visite aux candidats pour mieux appréhender le dossier. Les membres du Conseil délibèrent sur la base des dossiers introduits par les candidats et des informations fournies par DOB. Le Président du Conseil présente chaque projet aux membres du Conseil. Ces derniers examinent les projets et donnent leur appréciation. Les projets sont classés en trois catégories « A »-« B » ou « C ». a) Catégorie A : projet accepté – considéré dans l’ensemble comme excellent et correspondant aux critères décrétaux et réglementaires. b) Catégorie B : projet recevable mais soumis à la discussion – considéré notamment comme non abouti, contenant des imprécisions ou des confusions, ne correspondant pas totalement aux critères décrétaux et réglementaires mais faisant preuve d’une démarche intéressante. c) Catégorie C : projet non retenu – considéré comme ne correspondant pas aux critères décrétaux et réglementaires, contenant des confusions, imprécisions et erreurs non admissibles. Le Conseil peut, s’il le juge nécessaire, entendre les candidats. Le Conseil peut inviter des tiers pour l’éclairer dans ses travaux et ses réflexions.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Le Conseil remet au Gouvernement un avis motivé sur chaque candidature et une proposition de montant de subvention pour les projets qu’il propose de retenir. Dans son avis, le Conseil veille dans la mesure du possible à ce que l’ensemble des projets sélectionnés couvre les thématiques diverses et s’adresse à des publics diversifiés. Pour proposer le montant de la subvention, le Conseil tient compte de la qualité du projet, au regard des critères énumérés dans les articles 1 et 17 du décret et dans l’article 4§ 4 de l’arrêté. Sur la base de l’avis motivé du Conseil et à sa proposition de subvention, le Gouvernement sélectionne les projets et fixe le montant de subvention qui leur est alloué. La Cellule de coordination pédagogique avertit les candidats non retenus par courrier. Les candidats non retenus peuvent introduire un recours en suspension et/ou en annulation devant le Conseil d’Etat (rue de la Science, 33 à 1040 Bruxelles) dans les 60 jours à dater du lendemain de l’envoi de la notification. NB. La reconnaissance des projets par le Gouvernement au plus tard le 20 janvier 2016. Les projets acceptés doivent être clôturés au plus tard le 30 septembre 2016. 2. Subventions Pour autant que la somme des montants alloués aux projets sélectionnés par le Conseil atteigne 30.000 euros et dans la limite des crédits disponibles, un montant annuel minimal de 30.000 euros est consacré au financement de l’ensemble des projets sélectionnés (article 17 § 2). Le Ministre-Président et la Ministre en charge de l’Enseignement obligatoire déterminent, après avis du Conseil, le montant alloué à chaque projet sélectionné (article 17 § 1). La subvention accordée peut couvrir tout ou une partie du budget prévu pour la réalisation du projet. Les subventions ne sont octroyées que si les opérateurs et projets ne bénéficient pas d’autres subventions octroyées pour la même mission ou pour la même action, soit par la Fédération Wallonie-Bruxelles, soit par d’autres pouvoirs publics (article 18). Dans le dossier introduit, le candidat doit indiquer les subventions/financements obtenus ou sollicités auprès d’autorités publiques (en dehors de la présente demande) pour la réalisation du projet ainsi que leur affectation et utilisation précises. 3. Eléments constitutifs du dossier de candidature Remarque : pour répondre au présent point 3, les candidats sont priés d’utiliser exclusivement le formulaire de candidature disponible sur le site de la Cellule DOB ou sur demande auprès de DOB. •
Données relatives au candidat: —
nom du candidat;
—
statut juridique;
—
adresse;
—
personne responsable/de contact;
—
projets éventuels, déjà réalisés, relatifs aux thématiques couvertes par le décret.
•
Données relatives au projet :
1.
Nom du projet;
2.
Objectif principal du projet;
3.
Description du projet en 25 lignes maximum et adéquation de celui-ci avec les objectifs généraux du décret (article 1er);
4.
Conformité du projet avec les critères suivants qui doivent permettre notamment de répondre à l’objet du décret, avec un souci de développement de la tolérance, du respect et de la citoyenneté, de garantir la diversité des publics ciblés et de vérifier l’intérêt pédagogique de l’activité (Décret article 17 § 1 / Arrêté article 4 § 4) : — poursuivre : soit un objectif pédagogique à l’intention des acteurs de l’éducation et/ou des jeunes, soit un objectif d’information et de sensibilisation à destination du public; — être mené en collaboration avec des personnes spécialistes du sujet traité et/ou en partenariat avec d’autres personnes morales et institutions; — être accompagné d’une mise en contexte historique; — lorsque le projet est proposé par un établissement scolaire, il doit en outre : être approuvé par le chef d’établissement, s’inscrire dans une approche de l’apprentissage par compétences telles que définies dans les référentiels de base, être mené dans une optique pluridisciplinaire et idéalement interdisciplinaire; — lorsque le projet est proposé par une personne morale sans but lucratif, il doit faire partie intégrante des axes d’actions de cette dernière. Les candidats devront plus particulièrement démontrer l’intérêt pédagogique du projet.
5.
Motifs du choix du thème abordé et de la forme retenue;
6.
Calendrier et contenu des différentes étapes du projet : préparation – réalisation – exploitation. Les projets doivent être clôturés au plus tard le 30 septembre 2016;
7.
Caractère innovant du projet;
8.
Support(s) et documents destinés à être utilisés et/ou remis aux participants dans le cadre du projet;
9.
Public(s) cible(s);
10. Critères objectifs permettant d’évaluer le projet et effets escomptés; 11. Suites envisagées/effets multiplicateurs supposés du projet.
50909
50910
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD • Données relatives au budget : Budget (recettes/dépenses) ventilé en rubriques/postes distinct(e)s couvrant les différents aspects de la réalisation du projet. Description précise de l’affectation et de l’utilisation de la subvention demandée dans le cadre du présent appel à projets. La subvention ne peut être octroyée que si le candidat ne bénéficie pas d’autres subventions octroyées pour la même rubrique ou le même poste, soit par la Fédération Wallonie-Bruxelles, soit par d’autres pouvoirs publics (article 18). Dans le dossier introduit, le candidat doit indiquer les subventions/ financements obtenus ou sollicités auprès d’autorités publiques (en dehors de la présente demande) pour la réalisation du projet ainsi que leur affectation et utilisation précises. 4. Modalités de candidature Cet appel à projets est ouvert du 17 août 2015 au 15 octobre 2015 à 16h. Les formulaires de candidature sont disponibles sur le site de la Cellule de coordination pédagogique Démocratie ou barbarie et du Conseil de la transmission de la mémoire (www.decretmemoire.cfwb.be / www.democratieoubarbarie.cfwb.be ) ou sur demande auprès de la Cellule. Les formulaires de candidature complétés en traitement de texte doivent être adressés par courriel à l’adresse :
[email protected] Ils doivent également être adressés par courrier à l’adresse suivante : Cellule de coordination Démocratie ou barbarie Appel à projets Ministère de la Fédération Wallonie-Bruxelles Secrétariat général- Bureau 6E602 Boulevard Léopold II, 44 1080 Bruxelles Date limite d’envoi : 15 octobre 2015, à 16 heures. Pour davantage d’informations : Démocratie ou barbarie Philippe PLUMET Tel: 02-690 83 52 Courriel:
[email protected] Belen SANCHEZ LOPEZ Tel: 02-690 83 53 Courriel:
[email protected] Yves MONIN Tel : 02-690 83 54 Courriel :
[email protected]
REGION WALLONNE — WALLONISCHE REGION — WAALS GEWEST SERVICE PUBLIC DE WALLONIE [2015/203716] Agrément des écoles de conduite de véhicules à moteur. — Avis Par application de l’arrêté royal du 11 mai 2004 relatif aux conditions d’agrément des écoles de conduite de véhicules à moteur, la directrice de la Direction générale opérationnelle Mobilité et Voies hydrauliques a modifié l’autorisation d’exploiter l’unité d’établissement et l’approbation du terrain d’entraînement ci-après : — Agrément de l’école de conduite Numéro d’agrément de l’école de conduite : 2538 Date de l’agrément : 20 avril 2007 Nom et adresse du siège social de l’école de conduite : AE IPAMS, Le Géronsart 1, à Nil-Saint-Vincent-Saint-Martin Dénomination commerciale de l’école de conduite : AE IPAMS Date de la modification : — Autorisations d’exploitation d’unité d’établissement pour l’auto-école Numéro de matricule de l’unité d’établissement : 2538 Date de l’autorisation d’exploiter l’unité d’établissement : 06 Adresse du local destiné à l’administration : rue de l’Ancien Bourg 14, à 1420 Braine-l’Alleud Adresse du local de cours : rue de l’Ancien Bourg 14, à 1420 Braine-l’Alleud Date de la modification : 16 juin 2015 — Catégorie d’enseignement autorisée par siège d’établissement pour l’auto-école Numéro de matricule de l’unité d’établissement : 2538-06 Numéro de matricule du terrain d’entraînement : T0061-T0281 Catégories d’enseignement autorisées : AM, A, A1, A2, B, BE Date de la modification : — Approbation de terrain d’entraînement pour l’auto-école Numéro de matricule du terrain d’entraînement : T00061-T0281 Date de l’approbation du terrain d’entraînement :
50911
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Adresse du terrain d’entraînement : Demi Lune, à 1435 Mont-Saint-Guibert et boulevard de France, à 1420 Braine-l’Alleud Catégories d’enseignement autorisées : AM, A, A1, A2, B, BE Date de la modification :
Par application de l’arrêté royal du 11 mai 2004 relatif aux conditions d’agrément des écoles de conduite de véhicules à moteur, la directrice de la Direction générale opérationnelle Mobilité et Voies hydrauliques a modifié l’autorisation d’exploiter l’unité d’établissement et l’approbation du terrain d’entraînement ci-après : — Agrément de l’école de conduite Numéro d’agrément de l’école de conduite : 2538 Date de l’agrément : 20 avril 2007 Nom et adresse du siège social de l’école de conduite : AE IPAMS, Le Géronsart 1, à Nil-Saint-Vincent-Saint-Martin Dénomination commerciale de l’école de conduite : AE IPAMS Date de la modification : — Autorisations d’exploitation d’unité d’établissement pour l’auto-école Numéro de matricule de l’unité d’établissement : 2538 Date de l’autorisation d’exploiter l’unité d’établissement : 07 Adresse du local destiné à l’administration : avenue Paul Pastur 179b, à 6032 Mont-sur-Marchienne Adresse du local de cours : avenue Paul Pastur 179b, à 6032 Mont-sur-Marchienne Date de la modification : 17 juillet 2015 — Catégorie d’enseignement autorisée par siège d’établissement pour l’auto-école Numéro de matricule de l’unité d’établissement : 2538-07 Numéro de matricule du terrain d’entraînement : T0061-T0281 Catégories d’enseignement autorisées : AM, A, A1, A2, B, BE Date de la modification : — Approbation de terrain d’entraînement pour l’auto-école Numéro de matricule du terrain d’entraînement : T00061-T0281 Date de l’approbation du terrain d’entraînement : Adresse du terrain d’entraînement : Demi Lune, à 1435 Mont-Saint-Guibert et boulevard de France, à 1420 Braine-l’Alleud Catégories d’enseignement autorisées : AM, A, A1, A2, B, BE Date de la modification :
REGION DE BRUXELLES-CAPITALE — BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST INSTITUT BRUXELLOIS POUR LA GESTION DE L’ENVIRONNEMENT
BRUSSELS INSTITUUT VOOR MILIEUBEHEER [C − 2015/31503]
[C − 2015/31503] Mobilité intrarégionale. — Emploi vacant de conseiller adjoint (rang 11), au sein du Service juridique de Bruxelles-Propreté
Intraregionale mobiliteit Vacature van adjunct-adviseur (rang 11) bij de Juridische dienst van Net Brussel
Cet avis est destiné aux agents des institutions suivantes :
Deze aankondiging is bestemd voor op de ambtenaren van :
1° du Service public régional de Bruxelles;
1° de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel;
2° des organismes d’intérêt public de la Région de BruxellesCapitale suivants, à savoir :
2° de volgende instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, met name :
a) organismes de catégorie A :
a) instellingen van categorie A :
• Centre d’Informatique pour la Région bruxelloise;
• Centrum voor Informatica voor het Brussels Gewest;
• Institut bruxellois pour la Gestion de l’Environnement;
• Brussels Instituut voor Milieubeheer;
• Service d’Incendie et d’Aide médicale urgente de la Région de Bruxelles-Capitale;
• Brusselse Hoofdstedelijke Dienst voor Brandweer en Dringende Medische Hulp;
• Institut d’encouragement de la Recherche scientifique et de l’Innovation de Bruxelles (Innoviris)
• Instituut ter bevordering van het Wetenschappelijk Onderzoek en de Innovatie van Brussel (Innoviris);
b) organismes de catégorie B :
b) instellingen van categorie B :
• Société du Logement de la Région bruxelloise;
• Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij;
• Office régional bruxellois de l’Emploi (Actiris);
• Brusselse Gewestelijke Dienst voor Arbeidsbemiddeling (Actiris);
• Société régionale du Port de Bruxelles
• Gewestelijke vennootschap van de Haven van Brussel;
3° du Conseil économique et social de la Région de BruxellesCapitale.
3° de Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
4° de la société anonyme de droit public « Agence du stationnement de la Région de Bruxelles-Capitale - Agence pour le stationnement ».
4° de naamloze vennootschap van publiek recht « Brussels Hoofdstedelijk Parkeeragentschap - Parkeeragentschap ».
50912
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
En séance du 16 juillet 2015, le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale a décidé de déclarer vacant à l’Agence régionale pour la Propreté, Bruxelles-Propreté, un emploi correspondant à un emploi statutaire de conseiller adjoint (h/f) (rang 11) au sein du Service Juridique. Cet emploi est pourvu par voie de mobilité intrarégionale et ce, en application de l’arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 27 mars 2014 fixant le régime de mobilité au sein de certaines institutions de la Région de Bruxelles-Capitale. INFORMATIONS PRATIQUES
In haar zitting van 16 juli 2015, heeft de Brusselse Hoofdstedelijke Regering beslist om een betrekking open te stellen bij het Gewestelijk Agentschap voor Netheid, Net Brussel, betreffende een statutaire betrekking van adjunct- adviseur (m/v) (rang 11) bij de Juridische dienst. Deze betrekking wordt ingevuld via intraregionale mobiliteit en dit, met toepassing van het Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 27 maart 2014 houdende regeling van de mobiliteit in sommige instellingen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. PRAKTISCHE INFORMATIE
La description de fonction relative à la vacance d’emploi peut être obtenue auprès de l’Agence régionale pour la Propreté, « BruxellesPropreté », Direction Générale, à l’adresse électronique suivante :
[email protected].
De functiebeschrijving met betrekking tot de vacature kan opgevraagd worden bij het Gewestelijk Agentschap voor Netheid, Net B ru s s e l , A l g e m e n e D i re c t i e , v i a v o l g e n d e - m a i l a d re s :
[email protected].
L’emploi de conseiller adjoint (rang 11) est ouvert aux agents qui remplissent les conditions suivantes à la date limite du dépôt des candidatures :
De betrekking van adjunct-adviseur (rang 11) is opengesteld aan de ambtenaren die aan de volgende voorwaarden voldoen op de uiterste indieningsdatum van de kandidaturen :
— être titulaire du grade de conseiller adjoint (rang 11) ou équivalent;
— titularis zijn van de graad van adjunct-adviseur (rang 11) of equivalent;
— avoir une ancienneté de grade de deux ans au moins ;
— een graadanciënniteit van minstens 2 jaar hebben;
— se trouver dans une position d’activité de service;
— in dienstactiviteit zijn;
— avoir au moins une mention équivalent à ″favorable″ au terme de leur évaluation;
— ten minste de vermelding “gunstig” gekregen hebben bij evaluatie;
Veuillez joindre à votre candidature les pièces justificatives officielles prouvant que vous répondez à ces conditions. En l’absence de ces documents, votre candidature sera considérée comme irrecevable.
Gelieve bij uw kandidatuur de officiële bewijsstukken toe te voegen die aantonen dat u aan deze voorwaarden voldoet. Indien deze documenten ontbreken, zal uw kandidatuur niet-ontvankelijk zijn.
Votre candidature doit être introduite dans un délai de 10 jours ouvrables. Ce délai commence à courir le jour qui suit la publication au Moniteur belge.
Uw kandidatuur moet ingediend worden binnen een termijn van 10 werkdagen. Deze termijn begint daags na de publicatie in het Belgisch Staatsblad.
Votre candidature officielle doit nous parvenir par lettre recommandée ou être déposée au siège central contre accusé de réception et être adressée à M. Jumeau, Directeur Général, Avenue de Broqueville 12, 1150 Bruxelles.
Uw officiële kandidatuur moet bij ons toekomen via aangetekend schrijven of neergelegd worden bij de administratieve zetel tegen ontvangstbewijs en is gericht aan de heer Jumeau, directeur-generaal, de Broquevillelaan 12, te 1150 Brussel.
Conformément au prescrit de l’arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-capitale du 29 octobre 2011 fixant le règlement du personnel de l’Agence régionale pour la propreté, Bruxelles-Propreté , la candidature doit être accompagnée d’un bref exposé des titres que le candidat estime pouvoir faire valoir pour occuper l’emploi.
Conform het Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 oktober 2011 houdende vaststelling van het reglement voor het personeel van Net Brussel, Gewestelijk Agentschap voor Netheid dient de kandidatuur een korte uiteenzetting te bevatten van de aanspraken die de kandidaat meent te kunnen doen gelden om naar de betrekking te dingen.
La candidature doit également être pourvue d’une lettre de motivation ainsi qu’un cv reprenant au moins votre nom, prénom, adresse privée et grade.
Bij de kandidatuur is tevens een motivatiebrief en een CV gevoegd met minstens de vermelding van naam, voornaam, privéadres en graad.
La sélection est organisée conformément aux dispositions relatives à la promotion par avancement de grade telle que prévue par l’arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-capitale du 29 octobre 2011 fixant le règlement du personnel de l’Agence régionale pour la propreté, Bruxelles-Propreté .
De selectie wordt georganiseerd conform de bepalingen voorzien voor een bevordering via verandering van graad zoals bepaald in het Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 oktober 2011 houdende vaststelling van het reglement voor het personeel van Net Brussel, Gewestelijk Agentschap voor Netheid.
Les personnes handicapées qui souhaitent une adaptation raisonnable pour introduire leur candidature sont priées de prendre contact avec Madame Poitevin, présidente de la commission diversité à l’adresse électronique
[email protected].
De personen met een handicap die wensen een aanvaarbare aanpassing te vragen voor het indienen van hun kandidatuur dienen contact op te nemen met Mevrouw Patricia Poitevin, voorzitster van de diversiteitscommissie via volgend e-mailadres :
[email protected].
Toute information complémentaire peut être obtenue auprès du Directeur des Ressources humaines, à l’adresse électronique
[email protected].
Bijkomende inlichtingen kunnen bij de Directeur van de dienst Personeelsbeleid aangevraagd worden via volgend e-mailadres :
[email protected].
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
50913
PUBLICATIONS LEGALES ET AVIS DIVERS WETTELIJKE BEKENDMAKINGEN EN VERSCHILLENDE BERICHTEN
Dématérialisation des titres au porteur Dematerialisering van de effecten aan toonder
Pour de plus amples informations, veuillez contacter Sofie Beernaert ou Piet Bevernage (03-897 92 35, e-mail :
[email protected]). (1)
Moniteur belge 31 décembre 2013.
(2)
La publication au Moniteur belge pourrait être subséquente en raison notamment des délais de publication. C’est pourquoi la date de la publication au Moniteur belge ne sera pas prise en compte pour calculer le délai d’un mois. (20411) Avis Publication prévue par l’article 11, § 1er de la loi du 14 décembre 2005 telle que modifiée par la loi du 21 décembre 2013 (1)
1. Identité de l’émetteur :
Bericht Bekendmaking voorzien door artikel 11, § 1 van de wet van 14 december 2005 zoals gewijzigd door de wet van 21 december 2013 (1)
1. Identiteit van de emittent :
Dénomination sociale : Ackermans & Van Haaren.
Firmanaam : Ackermans & Van Haaren.
Siège social : Begijnenvest 113, 2000 Anvers.
Maatschappelijke zetel : Begijnenvest 113, 2000 Antwerpen.
Numéro d’entreprise : 0404.616.494.
Ondernemingsnummer : 0404.616.494.
2. Données nécessaires à l’identification des titres mis en vente : Nature des titres : actions.
2. Gegevens vereist voor de identificatie van de effecten die te koop worden aangeboden : Aard van de effecten : aandelen.
Code ISIN ou tout autre code permettant leur identification : BE 0003.764.785.
ISIN-code of elke andere code aan de hand waarvan ze kunnen worden geïdentificeerd : BE 0003.764.785.
3. Nombre maximum de titres susceptibles d’être mis en vente : 3.572.
3. Maximumaantal effecten dat te koop kan worden aangeboden (bepaald op basis van de, onder de verantwoordelijkheid van de emittent, verrichte reconciliatie) : 3.572.
4. Marché sur lequel les ventes auront lieu : marché réglementé d’Euronext Brussels.
4. Markt op dewelke de verkopen zullen plaatsvinden : gereglementeerde markt van Euronext Brussels.
5. Date limite à laquelle les actions doivent être déposées : 10 septembre 2015.
5. De uiterste datum de aandelen dienen gedeponeerd te zijn : 10 september 2015.
6. Dépôt : Les titulaires des actions au porteur ou leurs ayants-droits doivent les déposer par leur institution financière. Veuillez contacter votre institution financière pour connaître la date limite, afin d’effectuer un dépôt dans le délai susmentionné.
6. Deponering : De houders van toonderaandelen of hun rechthebbenden dienen deze te deponeren via hun financiële instelling. Gelieve uw financiële instelling te contacteren om de uiterste datum te kennen voor een deponering binnen de hiervoor vermelde termijn.
Les ventes ne pourront débuter qu’au minimum un mois (et maximum trois mois) après la publication sur le site de l’entreprise de marché Euronext Brussels du présent avis (2) et en fonction du calendrier des jours de Bourse publié par Euronext Brussels.
De verkopen kunnen slechts aanvangen na het verstrijken van minimum één maand (en maximum drie maanden) na de bekendmaking van dit bericht (2) op de website van de marktonderneming Euronext Brussels en in functie van de door Euronext Brussels gepubliceerde kalender van de Beursdagen.
Article 11 de la loi du 14 décembre 2005, telle que modifiée par la loi du 21 décembre 2013 :
Artikel 11 van de wet van 14 december 2005 zoals gewijzigd door de wet van 21 december 2013 :
« § 1er. A partir du 1er janvier 2015, les titres admis à la négociation sur un marché réglementé et dont le titulaire ne s’est pas fait connaître au jour de la vente, sont vendus par l’émetteur sur un marché réglementé. Cette vente a lieu moyennant publication préalable au Moniteur belge et sur le site internet de l’entreprise de marché exploitant l’activité du marché réglementé sur lequel les titres seront vendus d’un avis contenant le texte du présent paragraphe et invitant le titulaire à faire valoir ses droits sur les titres. La vente ne peut intervenir qu’à l’expiration d’un délai d’un mois à compter de la publication de l’avis et est initiée dans les trois mois qui suivent ».
« § 1. Vanaf 1 januari 2015 worden de effecten die tot de verhandeling op een gereglementeerde markt wordt toegelaten en waarvan de rechthebbende zich niet heeft bekendgemaakt op de dag van de verkoop, door de emittent verkocht op een gereglementeerde markt. Deze verkoop heeft plaats mits voorafgaande bekendmaking in het Belgisch Staatsblad en op de website van de marktonderneming die de gereglementeerde markt exploiteert van waarop de effecten zullen verkocht worden, van een bericht dat de tekst van deze paragraaf bevat en waarin aan de rechthebbende wordt gevraagd zijn rechten op de effecten op te eisen. De verkoop kan pas geschieden na het verstrijken van de termijn van één maand na de bekendmaking van dit bericht, en wordt gestart binnen de drie daaropvolgende maanden ».
50914
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Sofie Beernaert of Piet Bevernage (03-897 92 35, e-mail :
[email protected]). (1)
Belgisch Staatsblad 31 december 2013.
(2)
De bekendmaking in het Belgisch Staatsblad kan echter later vallen, meer bepaald omwille van de termijnen van bekendmaking. Dit is de reden waarom de datum van publicatie niet in acht zal worden genomen om de termijn van één maand te berekenen. (20411)
Places vacantes Openstaande betrekkingen
Vredegerecht Sint-Truiden
Bij beschikking van 29 juni 2015, heeft de vrederechter van het kanton Sint-Truiden een gerechtelijke beschermingsmaatregel uitgesproken overeenkomstig de bepalingen van de wet van 17 maart 2013, tot hervorming van de regelingen inzake onbekwaamheid en tot instelling van een nieuwe beschermingsstatus; inzake : Mevr. Agata WIADEREK, geboren te Radomsko (Polen) op 1 augustus 1972, met rijksregisternummer 72.08.01-460.11, wonende te 3800 Sint-Truiden, Halmaalweg 2, en dit met betrekking tot het beheer van de goederen. Als bewindvoerster werd aangesteld : Meester Caroline KRIEKELS, advocaat te 3500 Hasselt, Guffenslaan 61. Voor eensluidend uittreksel : de griffier, (get.) HOUWAER, Diane. (74494)
Vredegerecht Zottegem Gemeente Knokke-Heist
Het Gemeentebestuur Knokke-Heist organiseert een aanwervingsexamen voor de functie van contractueel technisch medewerker openbaar domein. C1-C3 bij de afdeling stadsontwikkeling/openbaar domein. Interesse ? U kunt zich kandidaatstellen t.e.m. 20 augustus 2015 via e-mail naar :
[email protected] of via brief t.a.v. College van Burgemeester en Schepenen, Alfred Verweeplein 1, 8300 Knokke-Heist. Opgelet, vanaf 21 augustus 2015 worden voor deze vacature geen sollicitaties meer aanvaard. Meer info omtrent het opvragen van het examenprogramma en functiebeschrijving kan via Caroline Hubregtse, administratief medewerker werving en bevordering, tel 050-63 01 58 of via
[email protected] (19966)
Bij beschikking van 10 juni 2015, heeft de vrederechter van het kanton Zottegem-Herzele, zetel Herzele beschermingsmaatregelen uitgesproken met betrekking tot de goederen, overeenkomstig de bepalingen van de wet van 17 maart 2013, tot hervorming van de regelingen inzake onbekwaamheid en tot instelling van een nieuwe beschermingsstatus die strookt met de menselijke waardigheid, betreffende : Marcel LEUS, geboren te Vlierzele op 28 oktober 1936, wonende te 9520 Sint-Lievens-Houtem, Woonzorgcentrum « Ter Kimme », Kloosterstraat 3. Marie-Ann LEUS, wonende te 9620 Zottegem, Grotstraat 24, werd aangesteld als bewindvoerder over de goederen van de voornoemde beschermde persoon. Voor eensluidend uittreksel : de griffier, (get.) GEERTS, Nancy. (74495)
Vredegerecht Genk
Vervanging voorlopig bewindvoerder
Administrateurs provisoire
Burgerlijk Wetboek - artikel 488bis
Beschikkingen d.d. 22 juni 2015, en beschikking 29 juni 2015, verklaart COTZA, Antonella, wonende te 3550 Heusden-Zolder, Voetpad 41, aangewezen bij vonnis van de vrederechter vredegerecht Beringen op 14 mei 2014 (rolnummer 14A529-Rep.R. 2133/2014) tot voorlopig bewindvoerder over MONTIS, Carmela, geboren te PULA (Italië) op 18 juli 1937, wonende te 3600 GENK, Allardstraat 37, verblijvende « Rusthuis Toermalien », te 3600 GENK, Welzijnscampus 15 (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 2 juni 2014, blz. 42394 en onder nr. 67392), met ingang van 1 juli 2015 ontslagen van haar opdracht.
Vredegerecht Overijse-Zaventem
Voegt toe als nieuwe voorlopige bewindvoerder bij beschikking van 29 juni 2015 (rep.r.nr. 2228/2015) aan de voornoemde beschermde persoon MONTIS, Carmela :
Code civil - article 488bis
Voorlopig bewindvoerders
Bij beschikking van 12 december 2014 (A.R. 14B279 - Rep.R.nr. 1240/ 2014), heeft de vrederechter van het kanton OVERIJSE-ZAVENTEM, zetel OVERIJSE, beschermingsmaatregelen uitgesproken met betrekking tot de goederen, overeenkomstig de bepalingen van de wet van 17 maart 2013, tot hervorming van de regelingen inzake onbekwaamheid en tot instelling van een nieuwe beschermingsstatus die strookt met de menselijke waardigheid, betreffende : BERGER, Michel Willy, geboren te Elsene op 10 juli 1944, wonende en verblijvende in Residentie « Prince Leopold », te 3090 OVERIJSE, Sint-Jansbergdreef 16. Mr. BOYDENS, Edgar, advocaat, met kantoor te 1560 HOEILAART, C. Coppensstraat 13, werd aangesteld als bewindvoerder over de goederen van de voornoemde beschermde persoon. Voor eensluidend uittreksel : de afgevaardigd griffier, (get.) MANNAERTS, André. (74493)
HANSSEN, Kristien, advocaat, met burelen te 3600 GENK, Onderwijslaan 72, bus 11. De hoofdgriffier, (get.) Marie-Louise GROFFILS. (74496)
Vredegerecht Dendermonde-Hamme
Vervanging voorlopig bewindvoerder Bij beschikking van de vrederechter van het kanton DendermondeHamme, met zetel te Hamme d.d. 04.04.2013, werd mevrouw D’HOEY, Irrouchka, geboren te Dendermonde op 18 mei 1993, wonende te 9220 Hamme, Pieter Vermeirelaan 29, onder voorlopig bewind geplaatst. Mr. Charlotte De Belle, met kantoor te 9120 Haasdonk, Pastoor Verwilghenplein 14, bus 301, werd aangesteld als voorlopig bewindvoerder.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Bij beschikking van de vrederechter van het kanton DendermondeHamme, met zetel te Hamme, d.d. 25.06.2015, werd deze beschermingsmaatregel overeenkomstig de bepalingen van de wet van 17 maart 2013, tot hervorming van de regelingen inzake onbekwaamheid en tot instelling van een nieuwe beschermingsstatus die strookt met de menselijke waardigheid omgezet naar een bewindvoering over de goederen over voornoemde beschermde persoon en werd de aangestelde voorlopige bewindvoerder Mr. Charlotte De Belle, vervangen door Mr. Hilde DE MAESENEER, advocaat, met kantoor te 9100 Sint-Niklaas, Apostelstraat 29. Voor eensluidend uittreksel : de griffier, (get.) DEWITTE, Christophe. (74497)
50915
gedomicilieerd en verblijvende in het woon- en zorgcentrum « Hof ter Heyde », te 3460 BEKKEVOORT, Oude Leuvensebaan 97, en overleden te Bekkevoort op 8 maart 2015 (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 23 februari 2011, blz. 13186 en onder nr. 62135), ontslagen van zijn opdracht, gezien de beschermde persoon overleden is. Diest, 1 juli 2015. De waarnemend hoofdgriffier, (get.) Arnold COLLA. (74500)
Vredegerecht Diest
Opheffing voorlopig bewind Vredegerecht Antwerpen XII
Opheffing voorlopig bewind Bij beschikking van de vrederechter van het twaalfde kanton Antwerpen, verleend op 30 juni 2015, werd ingevolge het overlijden op 14 juni 2015, van : NAETS, Joseph Louis, uit de echt gescheiden, geboren te Herentals op 18 april 1939, ingeschreven te 2100 Deurne, Woonzorgcentrum Residentie « De Manevinke », Bisschoppenhoflaan 361-365, verblijvende te 2160 Wommelgem, Woonzorgcentrum « Sint-Jozef », Kruizemunt 15, een einde gesteld aan het mandaat van voorlopig bewindvoerder van :
Beschikking van de vrederechter van het kanton Diest d.d. 26 juni 2015, verklaren de heer VANLANGENDONCK, Emmanuel, geboren te Mechelen op 12 april 1966, wonende te 3190 BOORTMEERBEEK, Pontstraat 17, aangewezen bij vonnis verleend door de vrederechter van het kanton HEIST-OP-DEN-BERG op 25 maart 2014 (A.R. nr. : 14A188 - Rep.R. nr. : 1017/2014) tot voorlopig bewindvoerder over zijn moeder, mevrouw VERREYDT, Josephina Maria Antonia, geboren te Mechelen op 3 mei 1929, gedomicilieerd en verblijvende in het woon- en zorgcentrum « Huyze Honighsdries », te 3271 SCHERPENHEUVEL-ZICHEM, Prins de Merodelaan 1, en overleden te Scherpenheuvel-Zichem op 29 april 2015, ontslagen van zijn opdracht, gezien de beschermde persoon overleden is. Diest, 1 juli 2015. De waarnemend hoofdgriffier : (get.) COLLA, Arnold. (74501)
ANTHONIS, Luc, advocaat, kantoorhoudende te 2000 Antwerpen, Stoopstraat 1, 5e verd. (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad d.d. 17 september 2013, blz. 65937, nr. 72698).
Vredegerecht Diest
Voor eensluidend uittreksel : (get.) Richard BLENDEMAN, hoofdgriffier. (74498)
Opheffing voorlopig bewind
Vredegerecht Brugge IV
Opheffing voorlopig bewind Bij beschikking van 17 maart 2015, gewezen op verzoekschrift van 12 maart 2015, heeft de vrederechter over het 4de kanton Brugge beslist dat de beschermingsmaatregelen uitgesproken conform de wet van 17 maart 2013, tot hervorming van de regelingen inzake onbekwaamheid en tot instelling van een nieuwe beschermingsstatus die strookt met de menselijke waardigheid, betreffende : Erik BODDIN, geboren te Roeselare op 30 juni 1950, laatst wonende te 8020 Oostkamp, Vijverslaan 37, eindigen ingevolge het overlijden van de beschermde persoon op 16 november 2014. Meester DEKERSGIETER, Jan, advocaat te 8000 Brugge, « Tempelhof », aangewezen bij beschikking d.d. 9 maart 2005 (rolnummer 05A258 — Rep nr. 716/2005), wordt ontlast van zijn opdracht. Voor eensluidend uittreksel : de griffier, (get.) IMPENS, Nancy. (74499)
Vredegerecht Diest
Opheffing voorlopig bewind Beschikking van de vrederechter van het kanton Diest d.d. 26 juni 2015, verklaren meester VAN ATTENHOVEN, Koen, advocaat, met kantoor te 3270 SCHERPENHEUVEL-ZICHEM, Kloosterstraat 26, aangewezen bij beschikking verleend door de vrederechter van het kanton DIEST op 8 februari 2011 (A.R. nr. : 11A93 - Rep.R. nr. : 382/2011) tot voorlopig bewindvoerder over de heer RAEYMAEKERS, Georges Theodoor, geboren te Webbekom op 29 april 1931,
Beschikking van de vrederechter van het kanton Diest d.d. 26 juni 2015, verklaren meester LEJEUNE, Luc, advocaat, met kantoor gevestigd te 3400 LANDEN, Oscar Huysecomlaan 17, aangewezen bij beschikking verleend door de vrederechter van het kanton LANDENZOUTLEEUW, met zetel te ZOUTLEEUW op 24 september 2013 (A.R. nr. : 13A325 — Rep.R. nr. : 1223/2013) tot voorlopig bewindvoerder over mevrouw VERLAERS, Maria Antoinette Josephina, geboren te Geetbets op 24 december 1925, gedomicilieerd te 3450 GEETBETS, Glabbeekstraat 278, verblijvende in het woon- en zorgcentrum « Hof ter Heyde », te 3460 BEKKEVOORT, Oude Leuvensebaan 97, en overleden te Diest op 28 maart 2015 (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 3 oktober 2013, blz. 69325 en onder nr. 73652), ontslagen van zijn opdracht, gezien de beschermde persoon overleden is; Diest, 1 juli 2015. De waarnemend hoofdgriffier, (get.) Arnold COLLA. (74502)
Vredegerecht Diest
Opheffing voorlopig bewind Beschikking van de vrederechter van het kanton Diest d.d. 26 juni 2015, verklaren meester HUYSMANS, An, advocaat, met kantoor gevestigd te 3294 DIEST, Eikelenberg 55, aangewezen bij beschikking verleend door de vrederechter van het kanton DIEST op 6 mei 2014 (A.R. nr. : 14A369 — Rep.R. nr. : 949/2014) tot voorlopig bewindvoerder over de heer DE RYK, Josephus August, geboren te Tielt (Brabant) op 16 maart 1932, gedomicilieerd en verblijvende in het woon- en zorgcentrum « Huize Sint-Augustinus », te 3290 DIEST, Fabiolalaan z/n, en overleden te Diest op 4 april 2015 (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 26 mei 2014, blz. 41249 en onder nr. 67171), ontslagen van haar opdracht, gezien de beschermde persoon overleden is. Diest, 1 juli 2015. De waarnemend hoofdgriffier, (get.) Arnold COLLA. (74503)
50916
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Vredegerecht Diest
Vredegerecht Diest
Opheffing voorlopig bewind
Opheffing voorlopig bewind Beschikking van de vrederechter van het kanton Diest d.d. 26 juni 2015, verklaren meester VAN ATTENHOVEN, Koen, advocaat, met kantoor gevestigd te 3270 SCHERPENHEUVEL-ZICHEM, Kloosterstraat 26, aangewezen bij beschikking verleend door de vrederechter van het kanton DIEST op 15 juni 2009 (R.V. nr. : 09B142 - Rep.R. nr. : 1668/2009) tot voorlopig bewindvoerder over de heer BROOS, Robert Jozef, geboren te Bekkevoort op 18 januari 1960, gedomicilieerd en verblijvende te 3290 DIEST, Halve Maanplaats 8, en overleden te Diest op 28 januari 2015 (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 24 juni 2009, blz. 43591 en onder nr. 67222), ontslagen van zijn opdracht, gezien de beschermde persoon overleden is. Diest, 1 juli 2015. De waarnemend hoofdgriffier, (get.) Arnold COLLA. (74504)
Beschikking van de vrederechter van het kanton Diest, d.d. 26 juni 2015 : Verklaren Mr. VAN ATTENHOVEN, Koen, advocaat, met kantoor te 3270 SCHERPENHEUVEL-ZICHEM, Kloosterstraat 26, aangewezen bij beschikking verleend door de vrederechter van het kanton DIEST, op 13 juli 2012 (A.R. nr. : 12A839 - Rep.R. nr. : 1802/2012), tot voorlopig bewindvoerder over mevrouw VAN OSTADE, Maria Christina Josepha, geboren te Retie op 15 maart 1920, gedomicilieerd en verblijvende in het woon- en zorgcentrum O.L.V. Ster der Zee, te 3270 SCHERPENHEUVEL-ZICHEM, Rozenstraat 17, en overleden te Scherpenheuvel-Zichem op 15 januari 2015, (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 27 juli 2012, blz. 45192 en onder nr. 70072), ontslagen van zijn opdracht, gezien de beschermde persoon overleden is. Diest, 1 juli 2015. De waarnemend hoofdgriffier, (get.) Arnold, Colla. (74507)
Vredegerecht Diest Vredegerecht Gent I
Opheffing voorlopig bewind Opheffing voorlopig bewind Beschikking van de vrederechter van het kanton Diest d.d. 26 juni 2015, verklaren mevrouw DE CEUNYNCK, Godelieve Gabriëlle Gustave Ghislaine, geboren te Diest op 5 januari 1949, gepensioneerde, wonende te 3294 DIEST, Grasbos 87, aangewezen bij beschikking verleend door de vrederechter van het kanton DIEST op 23 oktober 2012 (A.R. nr. : 12A1072 - Rep.R. nr. : 2509/2012) tot voorlopig bewindvoerder over haar moeder, mevrouw VAN SOEST, Marie Jeanne Palmyre, geboren te Hasselt op 8 oktober 1915, gedomicilieerd te 3294 DIEST, Grasbos 42, verblijvende in het woon- en zorgcentrum Huyze Honighsdries te 3271 SCHERPENHEUVEL-ZICHEM, Prins de Merodelaan 1, en overleden te Scherpenheuvel-Zichem op 17 maart 2015 (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 5 november 2012, blz. 66514 en onder nr. 74136), ontslagen van haar opdracht, gezien de beschermde persoon overleden is. Diest, 1 juli 2015.
Ingevolge het overlijden van de beschermde persoon op 16 mei 2015, eindigen de beschermingsmaatregelen uitgesproken conform de wet van 17 maart 2013, tot hervorming van de regelingen inzake onbekwaamheid en tot instelling van een nieuwe beschermingsstatus die strookt met de menselijke waardigheid, betreffende VAN dER STEENEN, Pauline, geboren te Gent op 20 juni 1933, laatst wonende te 9000 Gent, WZC De Refuge, Coupure 275, van rechtswege op de dag van het overlijden van de voornoemde beschermde persoon. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, (get.) Van Parijs, Nadine. (74508)
Vredegerecht Gent I
De waarnemend hoofdgriffier, (get.) Arnold COLLA. (74505)
Opheffing voorlopig bewind Ingevolge het overlijden van de beschermde persoon op 15 april 2015, eindigen de beschermingsmaatregelen uitgesproken conform de wet van 17 maart 2013, tot hervorming van de regelingen inzake onbekwaamheid en tot instelling van een nieuwe beschermingsstatus die strookt met de menselijke waardigheid, betreffende HELDERWEIRT, Yolande, geboren te Lessen op 24 juli 1943, laatst wonende te 9050 Gent, WZC De Vijvers, Walstraat 1, van rechtswege op de dag van het overlijden van de voornoemde beschermde persoon.
Vredegerecht Diest
Opheffing voorlopig bewind Beschikking van de vrederechter van het kanton Diest d.d. 26 juni 2015, verklaren meester VAN ATTENHOVEN, Koen, advocaat, met kantoor gevestigd te 3270 SCHERPENHEUVEL-ZICHEM, Kloosterstraat 26, aangewezen bij beschikking verleend door de vrederechter van het kanton DIEST op 26 juli 2012 (A.R. nr. : 12A892 - Rep.R. nr. : 1889/2012) tot voorlopig bewindvoerder over de heer HUYSMANS, Kristof Lambert, geboren te Diest op 16 januari 1974, gedomicilieerd en verblijvende te 3290 DIEST, Wolvenstraat 31/0001, en overleden te Diest op 11 december 2014 (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 9 augustus 2012, blz. 46554 en onder nr. 70506), ontslagen van zijn opdracht, gezien de beschermde persoon overleden is. Diest, 1 juli 2015. De waarnemend hoofdgriffier, (get.) Arnold COLLA. (74506)
Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, (get.) Van Parijs, Nadine. (74509)
Vredegerecht Vilvoorde
Opheffing voorlopig bewind Bij beschikking van de vrederechter van het kanton Vilvoorde, van 1 juli 2015, werd aan het mandaat van bewindvoerder van MICHIELS, Georges bewindvoerder over mevrouw GOOVAERTS, Joanna geboren te KAMPENHOUT op 24 november 1923, in leven laatst wonende te 1910 KAMPENHOUT, Kampenhoutsebaan 43, doch in leven laatst
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD verblijvende in « De Molenstee », te 1910 KAMPENHOUT, Gemeenteplein 1, ambthalve een einde gesteld ingevolge het overlijden van mevrouw GOOVAERTS, Joanna, voornoemd, op 19 mei 2015 te Vilvoorde. Vrij van griffierecht — art. 488bis, e § 1 B.W. En 28/2° W.Reg. Voor eensluidend uittreksel afgeleverd aan de heer Directeur van het Belgisch Staatsblad. De griffier, (get.) Eddy Rijdams. (74510)
Justice de paix d’Andenne
Conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, le juge de paix d’Andenne a confirmé, par ordonnance du 24 juin 2015, la désignation de Me Dominique Rasquin, avocat, dont les bureaux sont établis à 5000 Namur, rue Pépin 44, en qualité d’administrateur des biens de :
50917
Justice de paix d’Andenne
Par ordonnance du 30 juin 2015, le juge de paix d’Andenne a prononcé des mesures de protection de la personne et des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Mme Denise Victorine Ghislaine Moliteur, née à Vezin le 4 mai 1922, domiciliée à 5300 Vezin, rue du Portail 496, et résidant actuellement au centre de Soins « Sainte-Barbe », rue Emile Godfrind 101, à 5300 Seilles, Mme Julie Anne Groyne, domiciliée à 5300 Vezin, rue de Montigni 477B, a été désignée en qualité d’administrateur de la personne et des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Martine Grégoire. (74515)
Justice de paix d’Andenne
M. Ringo Thomas, né à Huy le 25 février 1982, domicilié et résidant à 5300 Andenne, rue Tramaka 155. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Martine Grégoire. (74511)
Justice de paix d’Andenne
Conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, le juge de paix d’Andenne a confirmé, par ordonnance du 24 juin 2015, la désignation de Me Jean Minne, avocat, dont le cabinet est établi à 5300 Andenne, rue Janson 11, en qualité d’administrateur des biens de : M. Jean-Michel Ghislain Guillaume, né à Bourseigne-Neuve le 24 février 1964, domicilié et résidant à 5300 Sclayn, rue Villette 409. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Martine Grégoire. (74512)
Justice de paix d’Andenne
Conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, le juge de paix d’Andenne a confirmé, par ordonnance du 24 juin 2015, la désignation de Me Jean Minne, avocat, dont le cabinet est établi à 5300 Andenne, rue Janson 11, en qualité d’administrateur des biens de : M. Laurent Corbusier, né à Namur le 29 février 1964, domicilié et résidant à 5300 Seilles, cité d’Atrive 73/11.
Conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, le juge de paix d’Andenne a confirmé, par ordonnance du 30 juin 2015, la désignation de Me Jean Minne, avocat, dont le cabinet est établi à 5300 Andenne, rue Janson 11, en qualité d’administrateur des biens de : M. Jean-Luc Vandeloise, né à Uccle le 28 avril 1961, domicilié et résidant à 5300 Bonneville, rue Rouvroy 288C. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Michelle Sabaux. (74516)
Justice de paix d’Andenne
Conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, le juge de paix d’Andenne a confirmé, par ordonnance du 24 juin 2015, la désignation de Me Dominique Rasquin, avocat, dont les bureaux sont établis à 5000 Namur, rue Pépin 44, en qualité d’administrateur des biens de : M. Johnny Thomas, né à Huy le 18 décembre 1972, domicilié à 5300 Andenne (section de Seilles), rue Tramaka 155, résidant rue de la Belle-Vue 11, à 4250 Geer. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Martine Grégoire. (74517)
Justice de paix d’Anderlecht II
Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Martine Grégoire. (74513)
Justice de paix d’Andenne
Conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, le juge de paix d’Andenne a confirmé, par ordonnance du 24 juin 2015, la désignation de Me Dominique Rasquin, avocat, dont les bureaux sont établis à 5000 Namur, rue Pépin 44, en qualité d’administrateur des biens de : Mme Josiane-Marie Denise Ghislaine Gossiaux, née à Namur le 26 novembre 1962, domiciliée à 5330 Sart-Bernard, rue Saint-Denys 80. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Martine Grégoire. (74514)
Par ordonnance du 30 juin 2015, sur requête déposée au greffe, en date du 5 juin 2015, le juge de paix d’Anderlecht II a prononcé des mesures de protection de la personne et des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Mme Françoise Louise Leplat, née à Liège le 3 juin 1928 (RN 28.06.03324.22), Les Jardins de la Mémoire, 1070 Anderlecht, route de Lennik 792. M. Martin De Mot, domicilié à 1050 Ixelles, avenue de la Forêt 21, bte 21, a été désigné en qualité d’administrateur de la personne et des biens de la personne protégée susdite. M. Denis De Mot, domicilié à 5340 Gesves, rue de Brionsart 30, a été désigné en qualité de personne de confiance de la personne protégée susdite.
50918
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
M. Antoine De Mot, domicilié à 1150 Woluwe-Saint-Pierre, clos Manuel 7, a été désigné en qualité de personne de confiance de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier assumé, (signé) Marie Van Humbeeck. (74518)
Justice de paix d’Anderlecht II
Suite à l’inscription d’office au rôle général des requêtes, par ordonnance du 2 juillet 2015, le juge de paix d’Anderlecht II a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Mme Jeannine Van Cutsem, née le 28 décembre 1953, domiciliée à 1080 Molenbeek-Saint-Jean, rue Ferdinand Elbers 20, home Arcadia. Me Klaas Rosseel, avocat, dont le cabinet est établi à 1050 Ixelles, rue de Livourne 45, a été désigné en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier délégué, (signé) Christine Chevalier. (74519)
Justice de paix d’Anderlecht II
Suite à l’inscription d’office au rôle général des requêtes, par ordonnance du 2 juillet 2015, le juge de paix d’Anderlecht II a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : M. Rudy Faveyst, né à Lessines le 4 février 1933, domicilié à 7860 Lessines, ASBL home « La Providence des Malades », rue de l’Hotellerie (L) 1. Me Françoise Quackels, avocat, dont les bureaux sont établis à 1050 Ixelles, avenue F.D. Roosevelt 143/21, a été désignée en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier délégué, (signé) Christine Chevalier. (74520)
Justice de paix d’Anderlecht II
Suite à l’inscription d’office au rôle général des requêtes, par ordonnance du 2 juillet 2015, le juge de paix d’Anderlecht II a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant :
M. Claude Gesquière, né à le 24 décembre 1958, domicilié à 1082 Berchem-Sainte-Agathe, avenue Josse Goffin 216, home Adagio. Me Klaas Rosseel, avocat, dont le cabinet est établi à 1050 Ixelles, rue de Livourne 45, a été désigné en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier en chef f.f., (signé) Christine Rottiers. (74522)
Justice de paix d’Anderlecht II
Suite à l’inscription d’office au rôle général des requêtes, par ordonnance du 2 juillet 2015, le juge de paix d’Anderlecht II a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : M. Albert Leyder, né le 28 juillet 1948, domicilié à 5060 Sambreville, rue Sainte-Barbe 106/2, résidant « Les Jardins de provence », boulevard Sylvain Dupuis 94, à 1070 Anderlecht. Me Pierre Grossi, avocat, dont les bureaux sont établis à 5100 Namur, rue de Dave 45, a été désigné en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier délégué, (signé) Christine Chevalier. (74523)
Justice de paix d’Anderlecht II
Suite à l’inscription d’office au rôle général des requêtes, par ordonnance du 2 juillet 2015, le juge de paix d’ Anderlecht II a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Mme Catherine Bernaerts, née le 3 octobre 1930, domiciliée à 1070 Anderlecht, « Les Jardins de Provence », boulevard Sylvain Dupuis 94. Mme Paule Van Den Bossche, avocat, dont les bureaux sont établis à 1180 Uccle, rue Xavier De Bue 11, a été désignée en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier délégué, (signé) Christine Chevalier. (74524)
M. Dominique Bourloo, né à Kindu Port Empain le 18 juillet 1957, domicilié au home « Adagio », à 1082 Berchem-Sainte-Agathe, rue Josse Goffin 216.
Justice de paix d’Anderlecht II
Me Pierre Grossi, avocat, dont les bureaux sont établis à 5100 Namur, rue de Dave 45, a été désigné en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier délégué, (signé) Christine Chevalier. (74521)
Par ordonnance du 22 juin 2015, le juge de paix d’Anderlecht II a prononcé des mesures de protection de la personne et des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Mme Sophie Vandevelde, née à Ixelles le 13 avril 1961, domiciliée à 1080 Molenbeek-Saint-Jean, rue de la Borne 57, résidant route de Lennik 808, hôpital Erasme, à 1070 Anderlecht.
Justice de paix d’Anderlecht II
Suite à l’inscription d’office au rôle général des requêtes, par ordonnance du 2 juillet 2015, le juge de paix d’Anderlecht Il a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant :
Mme Sandrine Hanon De Louvet, avocat, dont le bureau est établi à 1030 Schaerbeek, boulevard Lambermont 360, a été désignée en qualité d’administrateur de la personne et des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier assumé, (signé) Marie Van Humbeeck. (74525)
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Justice de paix d’Arlon-Messancy
Par ordonnance du 30 juin 2015 (rép. 1242/2015), le juge de paix d’Arlon-Messancy, siège d’Arlon, a prononcé des mesures de protection de la personne et des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : M. Yvon Joseph Ghislain Nitelet, né à Buzet le 19 mai 1934 (RN 34.05.19-105.74), divorcé, domicilié avenue Numa Ensch-Tesch 68, à 6700 Arlon. Me Ingrid Van Daele, avocate, dont les bureaux se trouvent rue des Martyrs 19, à 6700 Arlon, a été désignée en qualité d’administrateur de la personne et des biens de la personne protégée susdite. M. Jean-François Nitelet, domicilié rue Joliot-Curie 35, à 54135 Mexy (France), a été désigné en qualité de personne de confiance de la personne protégée susdite. Mme Ariane Nitelet, aide-familiale, domiciliée rue du 24 Août 28, à 6724 Houdemont, a été désignée en qualité de personne de confiance de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) N. Cop. (74526)
50919
Me Vincent Delforge, avocat à 6280 Gerpinnes, chaussée de Philippeville 15, a été désigné en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Nicole Kustermans. (74529)
Justice de paix de Binche
Par ordonnance du 2 juillet 2015, le juge de paix du canton de Binche a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Mme Andrée Mariette Elisabeth Lheureux, née à Haulchin le 3 avril 1929, domiciliée à 7120 Estinnes, home « Le Rouveroy », rue Roi Albert 40. M. Michel Dessart, électricien indépendant, domicilié à 7120 Estinnes, rue des Trieux 38/A, a été désigné en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Maryline George. (74530)
Justice de paix d’Ath-Lessines Justice de paix de Bruxelles I
Suite à la requête déposée au greffe le 5 juin 2015, par ordonnance du 29 juin 2015, le juge de paix du canton d’Ath-Lessines, siège d’Ath, a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Mme Josephina Paula Bellemans, née à Herfelingen le 24 janvier 1926, domiciliée à 7800 Ath, rue Jean Jaurès 7, et résidant esplanade, rue Jean Jaurès 7, à 7800 Ath. Me Laurie Roman, avocate, domiciliée à 7911 Frasnes-lez-Anvaing, rue Léon Desmottes 12, a été désignée en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier en chef f.f., (signé) Marie-Jeanne Marbaix. (74527)
Par ordonnance du 30 juin 2015, le juge de paix du premier canton de Bruxelles a prononcé des mesures de protections des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine concernant Mme Elisa Vangoorlaecken, née à MolenbeekSaint-Jean le 3 novembre 1927, domiciliée à 1000 Bruxelles, rue des Capucins 23A, résidence « Sainte-Gertrude ». M. Bruno Putzeys, avocat, dont les bureaux sont sis à 1180 Bruxelles, avenue Brugmann 311, a été désigné en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier délégué, (signé) Julien Fraipont. (74531)
Justice de paix de Bruxelles I Justice de paix de Beaumont-Chimay-Merbes-le-Château
Par ordonnance du 18 juin 2015, le juge de paix de BeaumontChimay-Merbes-le-Château, siège de Chimay a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Mme Nancy Lamouline, née à Châtelet le 18 avril 1972, domiciliée à 6461 Chimay, rue de la Scierie 5. Me Vincent Delforge, avocat à 6280 Gerpinnes, chaussée de Philippeville 15, a été désigné en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Nicole Kustermans. (74528)
Par ordonnance du 30 juin 2015, le juge de paix du premier canton de Bruxelles a prononcé des mesures de protections des biens et de la personne, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant M. Alfred Collins, né à Verviers le 19 juillet 1951, résidant actuellement à 1000 Bruxelles, rue des Alexiens 11, CHU Saint-Pierre, site César de Paepe. M. Bruno Putzeys, avocat, dont les bureaux sont sis à 1180 Bruxelles, avenue Brugmann 311, a été désigné en qualité d’administrateur de la personne et des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier délégué, (signé) Julien Fraipont. (74532)
Justice de paix de Charleroi I Justice de paix de Beaumont-Chimay-Merbes-le-Château
Par ordonnance du 18 juin 2015, le juge de paix de BeaumontChimay-Merbes-le-Château, siège de Chimay a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : M. Noël Marchal, né à Chimay le 31 décembre 1966, domicilié à 6461 Chimay, rue de la Scierie 5.
Par ordonnance du 10 juin 2015, suivant procès-verbal de saisine d’office dressé le même jour, le juge de paix du premier canton de Charleroi a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Mme Pakize Dincer, née à Samsun/Turquie le 1er janvier 1934, domiciliée et résidant à 6001 Charleroi (Marcinelle), rue des Damzelles 15.
50920
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
Me Virginie Bakolas, avocat, dont le cabinet est sis à 6000 Charleroi, boulevard Joseph II 18, a été confirmée en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Jacqueline Demarteau. (74533)
M. Jean François Ghislain Godart, né à Saint-Amand le 10 août 1927, domicilié à 6220 Fleurus, rue Bonsecours 56. Me Eléonore Westerlinck, domiciliée à 1348 Louvain-la-Neuve, rue de Saint-Ghislain 11, a été désignée en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Le greffier, (signé) Valérie Desart. (74537)
Justice de paix de Charleroi II
Par ordonnance du 24 juin 2015, sur requête déposée au greffe en date du 9 juin 2015, le juge de paix du deuxième canton de Charleroi a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : er
M. Robert Henri Vancrayenest, né à Charleroi le 1 décembre 1928, domicilié à 6061 Montignies-Sur-Sambre, rue Léopold 218, résidant résidence « Notre Foyer », rue Cambier Dupret 47, à 6001 Marcinelle. Me Anne-Sylvie de Brabant, avocat à 6000 Charleroi, rue Tumelaire 73, a été désignée en qualité d’Administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Corine Cerami. (74534)
Justice de paix de Charleroi II
Par ordonnance du 24 juin 2015, sur requête déposée au greffe en date du 9 juin 2015, le juge de paix du deuxième canton de Charleroi a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : M. Claude José Ghislain Vancrayenest, né à Charleroi le 16 janvier 1954, domicilié à 6061 Montignies-sur-Sambre, rue Léopold 218. Me Anne-Sylvie de Brabant, avocat à 6000 Charleroi, rue Tumelaire 73, a été désignée en qualité d’Administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Corine Cerami. (74535)
Justice de paix de Charleroi III
Par ordonnance du 10 juin 2015, le juge de paix du troisième canton de Charleroi a prononcé des mesures de protection de la personne et des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Mme Bernadette Marie Louise Arthurine Ghislaine Saint-Jean, née à Nivelles le 26 juillet 1950, domiciliée à 6210 Rèves, rue Revioux 62. Me Eléonore Westerlinck, domiciliée à 1348 Louvain-la-Neuve, rue de Saint-Ghislain 11, a été désignée en qualité d’administrateur de la personne et des biens de la personne protégée susdite. Le greffier, (signé) Valérie Desart. (74536)
Justice de paix de Charleroi III
Par ordonnance du 1er juin 2015, le juge de paix du Troisième Canton de Charleroi a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant :
Justice de paix de Charleroi IV
Par ordonnance du 26 juin 2015, le juge de paix de Charleroi IV a prononcé des mesures de protection de la personne et des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Mme Yvette Bardiaux, née à Forchies-la-Marche le 21 avril 1932 (RN 32.04.21-104.63), domiciliée à 6040 Charleroi, rue Paul Pastur 76. Me Christian Boudelet, avocat, dont le cabinet est sis à 6040 Charleroi, chaussée de Gilly 61-63, a été désigné en qualité d’administrateur de la personne et des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier en chef f.f., (signé) Véronique Milic. (74538)
Justice de paix de Charleroi IV
Par ordonnance du 26 juin 2015, le juge de paix de Charleroi IV a prononcé des mesures de protection de la personne et des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013, réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Madame Renée DUFOUR, née à Jumet le 30 juin 1926, registre national n° 26.06.30-108.65, domiciliée à 6040 Charleroi, rue Derbèque 5. Maître Christian BOUDELET, avocat, domicilié à 6040 Charleroi, chaussée de Gilly 61-63, a été désigné en qualité d’administrateur de la personne et des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier assumé, (signé) ROUYER, Claudine. (74539)
Justice de paix de Charleroi IV
Par ordonnance du 26 juin 2015, le juge de paix de Charleroi IV a prononcé des mesures de protection de la personne et des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013, réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Madame Yvette BARDIAUX, née à Forchies-la-Marche le 21 avril 1932, registre national n° 32.04.21-104.63, domiciliée à 6040 Charleroi, rue Paul Pastur 76. Maître Christian BOUDELET, avocat, dont le cabinet est sis à 6040 Charleroi, chaussée de Gilly 61-63, a été désigné en qualité d’administrateur de la personne et des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier assumé, (signé) ROUYER, Claudine. (74540)
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Justice de paix de Philippeville-Couvin
Par ordonnance du 1er juillet 2015, sur procès-verbal de saisine dressé le même jour, le juge de paix du canton de Philippeville-Couvin, siégeant à Couvin, a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013, réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Madame Bertha GEEROMS, née à Melle le 9 juin 1925, registre national n° 25.06.09-194.06, domiciliée à 5660 Couvin, Domaine « Les Rièzes et les Sarts », chaussée de l’Europe 124. Maître Pascal CORNET, avocat, dont le cabinet est établi à 6460 Chimay, rue du Château 2, a été désigné en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) DUSSENNE, Dominique. (74541)
50921
Monsieur Bernard Henri Ghislain MOREAU, domicilié à 5650 Walcourt, rue des Barrages 10, a été désigné en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) DUSSENNE, Dominique. (74544)
Justice de paix de Forest
Par ordonnance du 26 juin 2015 (rép. 2673/2015), le juge de paix du canton de Forest a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013, réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Madame Marie Virginie Van Noppen, née à Saint-Gaudens le 18 mai 1940, registre national n° 40.05.18-356.76, domiciliée au Home « NEW PHILIP », à 1190 Forest, avenue de Monte Carlo 178.
Justice de paix de Philippeville-Couvin
Maître David WALSH, avocat, dont le cabinet est établi à 1190 Forest, avenue du Roi 206, a été désigné en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) BERGER, Sabine. (74545)
Par ordonnance du 1er juillet 2015, sur procès-verbal de saisine d’office dressé le même jour, le juge de paix du canton de PhilippevilleCouvin, siège de Couvin, a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013, réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant :
Justice de paix de Fosses-la-Ville
Monsieur Yves DELERS, né à Watermael-Boitsfort le 31 mai 1959, registre national n° 59.05.31-223.24, domicilié à 5660 Couvin, Domaine « Les Rièzes et les Sarts », chaussée de l’Europe 124. Maître Pascal CORNET, avocat, dont le Cabinet est établi à 6460 Chimay, rue du Château 2, a été désigné en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) DUSSENNE, Dominique. (74542)
Justice de paix de Philippeville-Couvin
Par ordonnance du 1er juillet 2015, sur procès-verbal de saisine d’office dressé le même jour, le juge de paix du canton de PhilippevilleCouvin, siégeant à Couvin a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013, réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Madame Cathy CLAUS, née à Charleroi le 4 septembre 1979, domiciliée à 7110 La Louvière, rue C. Dereume 58, mais résidant « LE BRASIER - LES GOELANDS », rue de Gonrieux 27, à 5660 Couvin. Maître Pascal CORNET, avocat, dont le cabinet est établi à 6460 Chimay, rue du Château 2, a été désigné en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) DUSSENNE, Dominique. (74543)
Par ordonnance du 30 juin 2015, le juge de paix Fosses-la-Ville a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine concernant : Mme Geneviève Jeannine Dupont, née à Dinant le 29 novembre 1966 (RN 66.11.29-100.08), domiciliée à 5190 Jemeppe-sur-Sambre, rue du Haut Cortil 27B. Me Séverine Gillet, avocat à 5101 Namur, chaussée de Marche 496/11, a été désignée en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Axelle Devresse. (74546)
Justice de paix de Gembloux-Eghezée
Par ordonnance du 23 juin 2015, le juge de paix de GemblouxEghezée, siège d’Eghezée, a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : M. Daniel Eugène Jacques Ghislain Cantillon, né à Namur le 21 août 1948, domicilié à 5081 La Bruyère, rue des Bailleries 5. Me Françoise Brix, avocate, dont les bureaux sont établis à 5000 Namur, boulevard Isabelle Brunell 2/1, a été désignée en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Michel Lignon. (74547)
Justice de paix de Philippeville-Couvin Justice de paix de Gembloux-Eghezée
Par ordonnance du 26 juin 2015, sur procès-verbal de saisine dressé à la même date, le juge de paix du canton de Couvin-Philippeville, siège de Philippeville a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013, réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant :
Par ordonnance du 23 juin 2015, le juge de paix de GemblouxEghezée, siège de Eghezée a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant :
Madame Marie-Françoise Françoise Carmen Ghislaine MOREAU, née à Charleroi le 10 mars 1953, domiciliée à 5630 Cerfontaine, rue de Virelles 21.
M. Raymond Emile L. Buis, né à Thorembais-Saint-Trond le 30 octobre 1946, domicilié à 5310 Eghezée, Maison de Repos et de Soins « Les Jours Heureux », rue Marcel Hubert 2.
50922
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
Me Françoise Brix, avocate, dont les bureaux sont établis à 5000 Namur, boulevard Isabelle Brunell 2/1, a été désignée en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Michel Lignon. (74548)
Me Corinne Malgaud, avocat, ayant son cabinet à 1060 Bruxelles, chaussée de Charleroi 138, bte 3, a été désignée en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier délégué, (signé) Madeleine Cerulus. (74552)
Justice de paix de Huy II-Hannut Justice de paix d’Ixelles
Par ordonnance du 23 juin 2015, le juge de paix Huy II-Hannut, siège de Huy, a prononcé des mesures de protection de la personne et des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : M. Pierre Henri Dieudonné Joseph Paque, né le 14 février 1956, domicilié à 4470 Saint-Georges-sur-Meuse, rue Solovaz 15. Me Stéphanie Loziak, avocat à 4500 Huy, rue des Croisiers 15, a été désignée en qualité d’administrateur de la personne et des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier délégué, (signé) Christine Naômé. (74549)
Justice de paix de Huy II-Hannut
Par ordonnance du 23 juin 2015, le juge de paix Huy II-Hannut, siège de Huy, a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : M. Olivier Charlier, né le 11 juillet 1994, domicilié à 4500 Huy, rue du Vieux Pont 6/1. Me Anne-Cécile Noël, avocat à 4500 Huy, avenue Albert Ier 4, a été désignée en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier délégué, (signé) Christine Naômé. (74550)
Justice de paix de Huy II-Hannut
Par ordonnance du 23 juin 2015, le juge de paix Huy II-Hannut, siège de Huy, a prononcé des mesures de protection de la personne et des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Mme Anne Marie Joséphine Gilberte Ghislaine MATHELOT, née à Huy le 13 octobre 1947, domiciliée à 4520 Wanze, rue du Val-NotreDame 381. Me Martine Gaspar, avocate à 4500 Huy, chaussée de Liège 33, a été désignée en qualité d’administrateur de la personne et des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier délégué, (signé) Christine Naômé. (74551)
Justice de paix d’Ixelles
Par ordonnance du 26 juin 2015, le juge de paix du canton d’Ixelles a prononcé des mesures de protection de la personne et des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013 réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Mme Fiorella Serra, née à La Louvière le 20 janvier 1979 (RN 79.01.20064.32), domiciliée à 1050 Ixelles, rue Francart 24, bte 2.
Par ordonnance du 26 juin 2015, le juge de paix du canton d’Ixelles a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013, réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Madame Jeanne CLOTTE, née à Forest le 5 avril 1924, registre national n° 24.04.05-358.24, domiciliée à 1050 Ixelles, Résidence « Malibran », rue Malibran 39. Maître Corinne MALGAUD, avocat, ayant son cabinet à 1060 Bruxelles, chaussée de Charleroi 138, bte 3, a été désignée en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier délégué, (signé) CERULUS, Madeleine. (74553)
Justice de paix de Jette
Par ordonnance du 18 juin 2015, le juge de paix du canton de Jette a prononcé des mesures de protection de la personne et des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013, réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Monsieur Gökhan SEN, né à Bruxelles le 21 avril 1992, registre national n° 92.04.21-295.65, domicilié à 1081 Koekelberg, rue Antoine Court 7/0002. Monsieur Musli PEHLIVAN, domicilié à 1081 Koekelberg, rue Herkoliers 6, a été désigné en qualité d’administrateur de la personne et des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : VANDENBUSSCHE, Arnaud.
le
greffier
délégué,
(signé) (74554)
Justice de paix de Liège III
Suite à la requête du 11 juin 2015, déposée au greffe le 12 juin 2015, le juge de paix du troisième canton de Liège a prononcé une décision le 29 juin 2015, ordonnant « des mesures de protection de la personne et des biens », conformément à la loi du 17 mars 2013, réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Monsieur André CHANTRAINE, né le 5 juillet 1956, domicilié à 4000 Liège, place Saint-Jacques 13, résidant à la « CNDA », rue Emile Vandervelde 67, à 4000 Liège. Maître Tanguy KELECOM, avocat, dont le cabinet est sis à 4020 Liège, rue des Ecoliers 7, a été désigné en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) LALOYAUX, Damien. (74555)
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Justice de paix de Marche-en-Famenne-Durbuy
Par ordonnance du 23 juin 2015, le juge de paix du canton de MARCHE-EN-FAMENNE-DURBUY, siège de Durbuy, a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013, réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Madame Monique Marianne Françoise Ghislaine CAPITAINE, née à Malmedy le 19 mars 1978, registre national n° 78.03.19-200.16, domiciliée à 6940 Durbuy, Basse Commène 20/B, résidant « Hôpital du Petit Bourgogne », rue Professeur Mahaim 84, à 4000 Liège. Pour extrait conforme : le greffier en chef f.f., (signé) LERUTH, Corine. (74556)
50923
Monsieur Jacques VER ALLEMAN, domicilié à la Résidence « Rambouillet », à 59200 Tourcoing, rue Ma Campagne 171 C22, a été désigné en qualité d’administrateur de la personne et des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier délégué, (signé) HAERENS, Virginie. (74559)
Acceptation sous bénéfice d’inventaire Code civil - article 793
Aanvaarding onder voorrecht van boedelbeschrijving Burgerlijk Wetboek - artikel 793
Justice de paix de Mons
Par ordonnance du 19 juin 2015, le juge de paix Mons a prononcé des mesures de protection des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013, réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Monsieur Arsène NGADI, né à Nyarugenge (Rép. du Rwanda) le 20 septembre 1979, registre national n° 79.09.20-465.75, domicilié à 7033 Mons, rue des Prés Verts (C.) 12. Madame Valérie SAINT-GHISLAIN, avocat, dont le cabinet est sis à 7000 Mons, Rampe Saint-Waudru 12, a été désignée en qualité d’administrateur des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier en chef f.f., (signé) GALLEZ, Véronique. (74557)
Justice de paix de Mouscron
Par ordonnance du 25 juin 2015, le juge de paix du canton de Mouscron a prononcé des mesures de protection de la personne et des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013, réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Monsieur Jérome SAELENS, né à Mouscron le 17 janvier 1932, registre national n° 32.01.17-071-01, domicilié à 7700 Mouscron, chaussée de Lille 23. Maître Annick WAGNON, avocate, dont le cabinet est sis à 7700 Mouscron, rue des Villas 6, a été désignée en qualité d’administrateur de la personne et des biens de la personne protégée susdite. Pour extrait conforme : le greffier délégué, (signé) HAERENS, Virginie. (74558)
Aux termes d’une déclaration d’acceptation sous bénéfice d’inventaire d’une succession, faite devant le notaire Alain BEYENS, à Sambreville, le deux juin deux mille quinze, enregistrée au greffe du tribunal de première instance de Namur, sous le numéro d’ordre 15/301, il résulte que : Madame COLLIN, Melissa Christine Ghislaine, née à Sambreville le vingt-deux juin mil neuf cent quatre-vingts (numéro national 80.06.22-138.51), épouse de GONZALEZ Y RODRIGUEZ, Roberto Jesus Francis, domiciliée à 5080 LA BRUYÈRE (EMINES), rue Cahiet 8. Mademoiselle COLLIN, Mélanie Marianne Tina Ghyslaine, née à Sambreville le six septembre mil neuf cent quatre-vingt-trois (numéro national 83.09.06-234.34), célibataire, domiciliée à 5190 JEMEPPE-SURSAMBRE, rue Jules Doumont 9. Mademoiselle COLLIN, Amélie Muriel Michel Ghislaine, née à Montignies-sur-Sambre le treize février mil neuf cent quatre-vingt-six (numéro national 86.02.13-176.90), célibataire, domiciliée à 5190 JEMEPPE-SUR-SAMBRE, rue du Clair-Chêne 3. Ont déclaré accepter sous bénéfice d’inventaire la succession de Madame QUINAUX, Chantal Marguerite Marcelle Ghislaine, née à Soest (Allemagne) le trente mars mil neuf cent soixante-deux, divorcée, domiciliée à 5190 JEMEPPE-SUR-SAMBRE (MOUSTIER-SURSAMBRE), rue du Clair Chêne 3, décédée à Gournay-sur-Aronde (France) le vingt et un mai deux mille quinze. Pour extrait analytique conforme : Alain BEYENS, notaire. (19658)
Déclaration faite devant Maître MICHEL CORNELIS, notaire de résidence à Anderlecht. Adresse : avenue Clémenceau 88, 1070 Anderlecht. Identité de la déclarante : Mademoiselle PAESSENS, Andréa Natacha Julia, née à Anderlecht le 28 mars 1996, numéro national 96.03.28-344.77, célibataire et déclarant ne pas avoir fait une déclaration de cohabitation légale, domiciliée à 1070 Anderlecht, Plaine des Loisirs 35. Agissant en son nom personnel
Justice de paix de Mouscron
Par ordonnance du 18 juin 2015, le juge de paix du canton de Mouscron a prononcé des mesures de protection de la personne et des biens, conformément à la loi du 17 mars 2013, réformant les régimes d’incapacité et instaurant un nouveau statut de protection conforme à la dignité humaine, concernant : Madame Reine FOUTRY, née à Tourcoing le 21 janvier 1920, domiciliée à 59200 Tourcoing, quai du Halot 94, résidant à la « Seigneurie du Val », rue du Congo 52, à 7700 Mouscron.
et en qualité de mandataire de Madame PHILIP, Valérie Martine Solange, de nationalité française, née à Nice (France) le 18 mai 1969, numéro national 69.05.18-354.08, épouse de Monsieur PAESSENS, Alexandre Guy Albert, domiciliée à 1070 Anderlecht, boulevard Sylvain Dupuis 77 en vertu d’une procuration établie le 28 mai dernier; représentant légal, étant : la maman de Monsieur PAESSENS, Ludovic Noël Guy, né à Anderlecht le 2 mars 1998, numéro national 98.03.02-349.21, célibataire, et déclarant ne pas avoir fait une déclaration de cohabitation légale, domicilié à 1083 Ganshoren, avenue de la Réforme 76/b49; agissant en vertu d’une autorisation délivrée le 4 août 2014, par le juge de paix d’Anderlecht II.
50924
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD (numéro national 73.07.28.328-26), épouse de Monsieur MORDANT, Stéphane, domicilié à 5060 SAMBREVILLE (Tamines), rue du Chesselet 143.
Objet de la déclaration : Acceptation sous bénéfice d’inventaire d’une succession. A la succession de : Monsieur PAESSENS, Alexandre Guy Albert, né à Bruxelles le 14 février 1970, numéro national 70.02.14-249.39, époux de Madame PHILIP, Valérie, domicilié à 1070 Anderlecht, boulevard Sylvain Dupuis 77, et décédé sans testament à Anderlecht le 11 avril 2014.
Agissant : en son nom personnel. Objet de la déclaration : Acceptation sous bénéfice d’inventaire d’une succession.
Déclaration faite : le 7 juillet 2015. La déclarante, (signé) A. PAESSENS. (Signé) Michel CORNELIS, notaire. (19659)
A la succession de : Monsieur SCELFO, Antonio, né le 12 août 1948, à Villarosa (Italie), en son vivant domicilié à 8430 MIDDELKERKE, Alexandre Ponchonstraat 14, boîte 107, et décédé le 24 mai 2015, à Fosses-la-Ville. Déclaration faite : le 24 juin 2015.
Déclaration faite devant Maître Michel CORNELIS, notaire de résidence à Anderlecht.
La déclarante, (signé) Y. GATTINI. (Signé) Alain BEYENS, notaire. (19662)
Adresse : avenue Clémenceau 88, 1070 Anderlecht. Identité de la déclarante : Maître Catherine LIBOUTON, avocat, dont le cabinet est établi à 1050 Bruxelles, avenue Louise 391/7, en sa qualité d’administrateur de Monsieur CIULLA, Giovanni Arturo (NN 69.12.13-265.05), né à Bruxelles le 13 décembre 1969, célibataire, domicilié à Schaerbeek, rue de la Luzerne 7; agissant en vertu d’une autorisation délivrée le 3 mars 2015, par le juge de paix de Schaerbeek, premier canton. Objet de la déclaration : Acceptation sous bénéfice d’inventaire d’une succession. A la succession de : Madame TERRANOVA, Filippa, née à Riesi (Italie) le 19 janvier 1932, numéro national 32.01.19-222.81, veuve non remariée, domiciliée à 1000 Bruxelles, rue des Ursulines 6, et décédée sans testament à Bruxelles le 3 février 2015. Déclaration faite : le 10 juillet 2015. La déclarante, (signé) C. LIBOUTON. (Signé) Michel CORNELIS, notaire. (19660)
Déclaration faite devant Maître Alain BEYENS, notaire de résidence à Sambreville. Adresse : place Saint-Martin 13. E-mail :
[email protected] Identité du déclarant : Monsieur GATTINI, Claudio, né à Namur le 6 mai 1968 (numéro de registre national 68.05.06.009-13), célibataire, domicilié à 5060 SAMBREVILLE (Moignelée), rue de la Closière 12. Agissant : en son nom personnel. Objet de la déclaration :
Tribunal de première instance francophone de Bruxelles
Suivant acte (15-1370) passé au greffe du tribunal de première instance francophone de Bruxelles le quatorze juillet deux mille quinze, par : Madame Muriel Albina B. TANZI, domiciliée à L-7382 Helmdange (Luxembourg), rue Robert Schuman 9. En qualité de : mandataire en vertu d’une procuration sous seing privé ci-annexée, datée du 13 juillet 2015, et donnée par Monsieur Claude Pierre SCHMITZ, domicilié à L-7382 Helmdange (Luxembourg), rue Robert Schuman 9. Agissant avec Madame Muriel TANZI, en tant que parents et détenteurs de l’autorité parentale sur leurs enfants mineurs : - Martin SCHMITZ, - Laurent SCHMITZ. Autorisation : ordonnance du juge des tutelles, Françoise WAGENER, du tribunal de la jeunesse et des tutelles, du tribunal d’arrondissement de et à Luxembourg, datée du 18 mai 2015. Laquelle comparante a déclaré : ACCEPTER SOUS BENEFICE D’INVENTAIRE LA SUCCESSION DE : PIRAUX, Cécile Marie Emilienne Gh., née à Châtelet le 12 juillet 1929, en son vivant domiciliée à EVERE, avenue A. Vermeylen 58/B051, et décédée le 22 janvier 2015, à Bruxelles. Les créanciers et légataires sont invités à faire connaître leurs droits par avis recommandé adressé au domicile élu dans un délai de trois mois à compter de la date de la présente insertion à Maître Robert LANGHENDRIES, notaire, dont le cabinet est situé à 1180 Uccle, chaussée de Waterloo 1359K. Pour extrait conforme : le greffier délégué, (signé) Dominique FERON. (19663)
Acceptation sous bénéfice d’inventaire d’une succession. A la succession de : Monsieur SCELFO Antonio, né le 12 août 1948, à Villarosa (Italie), en son vivant domicilié à 8430 MIDDELKERKE, Alexandre Ponchonstraat 14, boîte 107, et décédé le 24 mai 2015, à Fosses-la-Ville. Déclaration faite : le 25 juin 2015. Le déclarant, (signé) C. GATTINI. (Signé) Alain BEYENS, notaire. (19661)
Déclaration faite devant Maître Alain BEYENS, notaire de résidence à Sambreville. Adresse : place Saint-Martin 13. E-mail :
[email protected] Identité de la déclarante : Madame GATTINI, Yolanda, née à Auvelais le 28 juillet 1973
Tribunal de première instance du Hainaut, division Charleroi
Suivant acte dressé au greffe civil du tribunal de première instance du Hainaut, division Charleroi, en date du 16/07/2015. Le 16/07/2015, comparaîssent, au greffe civil du tribunal de première instance du Hainaut, division Charleroi, et par-devant nous, Françoise DE VREESE, greffier : • Del Papa, Melissa, née le 04/10/1986, à Charleroi, domiciliée rue Mallavée 52, à 6001 Charleroi, agissant en son nom personnel. • Del Papa, Laetitia, née le 21/06/1982, à Charleroi, domiciliée rue du Chemin Vert 17, à 6001 Charleroi, agissant en son nom personnel. Lesquelles comparantes ont déclaré en langue française : ACCEPTER SOUS BENEFICE D’INVENTAIRE SEULEMENT LA SUCCESSION DE : DEL PAPA, Romano, né à Charleroi le 19 juillet 1958, de son vivant domicilié à MARCINELLE, rue Mallavée 52, et décédé le 29 mars 2015, à Lodelinsart.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Conformément aux prescriptions du dernier alinéa de l’article 793 du Code civil, les comparantes déclarent faire élection de domicile en l’étude de Maître Lebrun Olivier, dont le cabinet est sis à 6180 Courcelles, rue du 28 juin 17. Dont acte dressé à la demande formelle des comparantes, qu’après lecture faite, nous avons signé avec elles. Les créanciers et légataires sont invités à faire connaître leurs droits par avis recommandé adressé au domicile élu dans un délai de trois mois à compter de la date de la présente insertion. Le 16 juillet 2015. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Françoise DE VREESE. (19664) Tribunal de première instance du Hainaut, division Tournai
L’an deux mille quinze, le quinze juillet. Par-devant nous, Claudine Verschelden. Greffier au tribunal de première instance du Hainaut, division Tournai. A COMPARU : Maître Patricia BROTCORNE, avocat à 7500 Tournai, boulevard du Roi Albert 51, agissant en qualité de mandataire de : Maître Philippe DUTRIEU, avocat à 1060 Bruxelles, rue d’Irlande 70, agissant en qualité d’administrateur provisoire de LAMANT, BRUNO, né à Tournai le 16 janvier 1972, domicilié à 1030 Schaerbeek, « Foyer Aurore », rue Vondel 123. Désigné à cette fonction par ordonnance du 14 juillet 1999, et autorisé par ordonnance prononcée le 17 juin 2015, par Monsieur le juge de paix du premier canton d’Anderlecht. Laquelle comparante, agissant comme dit ci-dessus, a déclaré : ACCEPTER SOUS BENEFICE D’INVENTAIRE LA SUCCESSION DE : MAZZA, Noël, né à Péruwelz le 14 mars 1958, en son vivant domicilié à PERUWELZ, rue du Château 19/11, et décédé le 28 février 2015, à Péruwelz. Conformément aux prescriptions du dernier alinéa de l’article 793 du Code civil, la comparante déclare faire élection de domicile en l’étude de Maître Etienne CARLIER, notaire de résidence à 7600 Péruwelz, boulevard Léopold III 4. Les créanciers et légataires sont invités à faire connaître leurs droits par avis recommandé adressé au domicile élu dans un délai de trois mois à compter de la date de la présente insertion. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) VERSCHELDEN, Claudine. (19665) Tribunal de première instance de Liège, division Liège
L’an deux mille quinze, le quinze juillet. Au greffe du tribunal de première instance de Liège, division Liège. A COMPARU : MASSET, NATHALIE, avocat à 4020 Liège, boulevard Emile de Laveleye 64, agissant en qualité d’administrateur de la personne et des biens de : DOMBARD, RENE, né à Liège le 22 octobre 1947, domicilié à 4681 Hermalle-sous-Argenteau, rue du Passage d’Eau 6, et résidant à 4681 Hermalle-sous-Argenteau, rue J. Verkruyts 23. Désignée à cette fonction par ordonnance du juge de paix du canton d’Herstal et, à ce, autorisée par ordonnance du même juge de paix rendue, en date du 29 juin 2015, ordonnance produite en photocopie et qui restera annexée au présent acte. Laquelle comparante a déclaré, ès qualités : ACCEPTER SOUS BENEFICE D’INVENTAIRE LA SUCCESSION DE : FEILNER, Esther Lucienne, née à Herstal le 21 octobre 1946, de son vivant domiciliée à HERMALLE-SOUS-ARGENTEAU, rue du Passage d’Eau 6, et décédée le 24 mars 2015, à Oupeye. Conformément aux prescriptions du dernier alinéa de l’article 793 du Code civil, la comparante déclare faire élection de domicile en son étude, à 4020 Liège, boulevard Emile de Laveleye 64.
50925
Dont acte signé, lecture faite par la comparante et le greffier. Les créanciers et légataires sont invités à faire connaître leurs droits par avis recommandé au domicile élu dans les trois mois de la présente insertion. Le greffier chef de service, (signature illisible). (19666) Tribunal de première instance de Liège, division Liège
L’an deux mille quinze, le quinze juillet. Au greffe du tribunal de première instance de Liège, division Liège. A COMPARU : Maître HENQUET, Yves-Paul, avocat, rue Fabry 13, à 4000 LIEGE, agissant en qualité d’administrateur de la personne et des biens de : MERSCH, Denise, née le 14 août 1934, domiciliée rue Docteur Malpas 17, à 4041 VOTTEM. Désigné à cette fonction par ordonnance de Madame le juge de paix du canton d’Herstal, rendue, en date du 22 décembre 2014. Et à ce, autorisé par ordonnance dudit juge de paix, rendue, en date du 11 mai 2015. Ordonnances toutes deux produites en photocopie et qui resteront annexées au présent acte. Lequel comparant a déclaré, ès qualités : ACCEPTER SOUS BENEFICE D’INVENTAIRE LA SUCCESSION DE : DESEURE, Dirk Alfons Cornélius, né à Courtrai le 10 avril 1939, de son vivant domicilié à VOTTEM, rue Docteur Malpas 17, et décédé le 3 octobre 2014, à Liège. Conformément aux prescriptions du dernier alinéa de l’article 793 du Code civil, le comparant déclare faire élection de domicile en l’étude de Maître PREVINAIRE, Gérard, notaire, rue du Plope 184, à 4041 VOTTEM. Dont acte signé, lecture faite, par le comparant et le greffier. Les créanciers et légataires sont invités à faire connaître leurs droits par avis recommandé au domicile élu dans les trois mois de la présente insertion. Le greffier chef de service, (signature illisible). (19667) Tribunal de première instance de Liège, division Verviers
L’an deux mille quinze, le treize juillet, au greffe du tribunal de première instance de Liège séant à Verviers, a comparu : Maître Philippe MOLITOR, avocat à MALMEDY, rue Derrière la Vaulx 38. Agissant en qualité d’administrateur provisoire des biens du nommé DOMBRET, Heinrich, né le 12 mai 1941, domicilié à 4960 MALMEDY, rue Henri Bragard 14, résidant à MALMEDY, Maison de repos « Les Arcades », avenue de la Gare 18, frère du défunt; désigné à cette fonction par ordonnance de Monsieur le juge de paix du canton de Malmedy-Spa-Stavelot, siège de Malmedy, en date du 8 septembre 2011, laquelle restera ci-annexée; dûment autorisé aux fins de la présente par ordonnance de Monsieur le juge de paix du canton de Malmedy-Spa-Stavelot, en date du 18 juin 2015, laquelle restera ci-annexée, lequel comparant a déclaré, ES DITES QUALITES, ACCEPTER SOUS BENEFICE D’INVENTAIRE, la succession de Monsieur DOMBRET, Léon Joseph, né à Bellevaux (Ligneuville) le 15 mai 1944, en son vivant domicilié à 4970 STAVELOT, rue Traverse 10, et décédé à Stavelot le 5 février 2015. Dont acte signé, lecture faite par le comparant et le greffier, en attirant l’attention de l’administrateur provisoire qu’il doit faire publier lui-même l’acceptation sous bénéfice d’inventaire au Moniteur belge. Les légataires et créanciers éventuels sont invités à faire connaître leurs droits dans un délai de trois mois à compter de la présente insertion, par pli recommandé adressé au notaire Charles CRESPIN, rue Neuve 113, à 4970 STAVELOT. Le greffier chef de service, (signé) M. SOLHEID. (19668)
50926
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
Voor ons, Mr. Eric HIMPE, geassocieerd notaris, te Ieper, zijn op 23 april 2015 verschenen : 1. Mevrouw Hilda STUBBE, geboren te Ieper op 14 februari 1940, weduwe van de heer Jacques Gantois, wonende te 8900 Ieper, Aalmoezeniersstraat 20/C43. 2. Mevrouw Fransiska GANTOIS, geboren te Ieper op 23 juli 1963, echtgenote van de heer Hubert Eskens, wonende te 1502 Halle, Boslaan 56. 3. Mevrouw Véronique GANTOIS, geboren te Ieper op 11 februari 1966, echtgenote van de heer Dirk Develter, wonende te 9990 Maldegem, Torredreef 5. 4. de heer Fabrice GANTOIS, geboren te Ieper op 20 maart 1969, ongehuwd, wonende te 8980 Zonnebeke, Ryselbosstraat 5, die verklaard hebben onder voorrecht van boedelbeschrijving te aanvaarden de nalatenschap van de heer Jacques Camille Alois Cornelius GANTOIS, geboren te Ieper op 30 mei 1933, echtgenoot van mevrouw Hilda Stubbe, laatst wonende te 8900 Ieper, Aalmoezeniersstraat 20/C43, overleden te Ieper op 6 maart 2015. De schuldeisers en legatarissen worden verzocht hun rechten te doen kennen binnen de drie maanden te rekenen van de datum van de opneming van deze verklaring in het Belgisch Staatsblad, bij aangetekend bericht te sturen aan geassocieerd notaris Eric Himpe, te 8900 Ieper, Boterstraat 46. (19669)
Bij verklaring afgelegd ten overstaan van notaris Ilse Janssens, te Kontich, op 25 juni 2015, heeft mevrouw DE BOER, Nancy Annie Tonia, geboren op 24 mei 1968 te Antwerpen, wonende te 2050 Antwerpen, Aernout en Willemlaan 29, optredend in de hoedanigheid van moeder van de minderjarige VAN DORST, Rino, geboren op 20 januari 1998, wonende te 2050 Antwerpen, Aernout en Willemlaan 29, verklaard de nalatenschap van wijlen de heer VAN HAM, Albertus Maria Carolus, geboren op 2 mei 1923, in leven wonende te 2640 Mortsel, Bosstraat 14 en overleden op 9 maart 2015 te Antwerpen, te AANVAARDEN ONDER VOORRECHT VAN BOEDELBESCHRIJVING. Voor de verzoeker : (get.) Ilse Janssens, notaris. (19670)
Rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen
Bij akte, verleden ter griffie van de rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, op zestien juli tweeduizend vijftien, heeft VERHAUWAERT, JEANINE, geboren te Hemiksem op 27 juli 1951, wonende te 2830 Willebroek, Wilgenhof 5, verklaard onder voorrecht van boedelbeschrijving de nalatenschap te aanvaarden van wijlen VERHAUWAERT, Emiel René, geboren te Gavere op 31 oktober 1925, in leven laatst wonende te 2620 HEMIKSEM, Tulpenlaan 22, en overleden te Antwerpen district Wilrijk op 17 juni 2015. De schuldeisers en legatarissen worden verzocht binnen de drie maanden, te rekenen van de datum van opneming in het Belgisch Staatsblad , hun rechten bij aangetekend schrijven te doen kennen op het notariskantoor Hellemans & Claessens, Molendreef 20, bus 1, 2620 Hemiksem.
De schuldeisers en legatarissen worden verzocht, bij aangetekend bericht, hun rechten te doen kennen binnen de drie maanden, te rekenen van de datum van onderhavige opneming, gericht aan Mr. notaris VANNESTE, DIDIER, met standplaats te 1030 Brussel, Generaal Wahislaan 43. Brussel, 14 juli 2015. De afgevaardigd griffier, (get.) Tanguy VERSTRAETE. (19672)
Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent
Bij akte, verleden ter griffie van de rechtbank van eerste aanleg OostVlaanderen, afdeling Gent, op zestien juli tweeduizend vijftien, heeft Mr. Verbeest, Nadine, advocaat, met kantoor te 9051 Sint-DenijsWestrem, Drie Koningenstraat 3; handelend in haar hoedanigheid van voorlopig bewindvoerder, hiertoe aangesteld bij beschikking van de vrederechter van het derde kanton, d.d. 4 maart 2010, over DE MUYNCK, IRèNE, geboren te Sleidinge op 16 september 1940 en laatst wonende in het WZC Ter Caele, te 9940 Evergem, Hoeksken 29; verklaard onder voorrecht van boedelbeschrijving de nalatenschap te aanvaarden van wijlen DE MUYNCK, Madeleine Maria, geboren te Sleidinge op 7 februari 1937, in leven laatst wonende te 9940 EVERGEM, Hoeksken 29, en overleden te Evergem op 27 april 2015. De schuldeisers en legatarissen worden verzocht binnen de drie maanden, te rekenen van de datum van opneming in het Belgisch Staatsblad , hun rechten bij aangetekend schrijven te doen kennen op het kantoor van Mr. Verbeest, Nadine, te 9051 Sint-Denijs-Westrem, Drie Koningenstraat 3. Gent, 16 juli 2015. (Get.) Marjan D’hulster, griffier. (19673)
Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Brugge
Bij akte, verleden ter griffie van de rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Brugge, op zestien juli tweeduizend vijftien, heeft Mr. Van Den Berghe, Hanna, advocaat, met kantoor te 8000 Brugge, Gerard Davidstraat 46, bus 1, handelend in haar hoedanigheid van bewindvoerder over TIMMERMAN, Gilberte, geboren te Brugge op 24 februari 1925, wonende in het WZC Dunerose, 8420 De Haan, Koninklijke Baan 90, hiertoe aangesteld blijkens de ons vertoonde beslissing van de vrederechter van het tweede kanton Brugge van 7 november 2014, verklaard onder voorrecht van boedelbeschrijving de nalatenschap te aanvaarden van wijlen SCHOUTTEET, Maria Camilla, geboren te Brugge op 30 april 1933, in leven laatst wonende te 8730 Beernem, Akkerstraat 3, en overleden te Damme op 6 maart 2015. De schuldeisers en legatarissen worden verzocht binnen de drie maanden, te rekenen van de datum van opneming in het Belgisch Staatsblad , hun rechten bij aangetekend schrijven te doen kennen op haar voornoemd kantoor. Brugge, 16 juli 2015. De griffier, (get.) Katrien Candaele. (19674)
Antwerpen, 16 juli 2015. De afg. griffier, (get.) D. Naessens. (19671)
Renonciation aux successions Code civil - article 784
Nederlandstalige rechtbank van eerste aanleg Brussel
Verwerping nalatenschap Bij akte, nr. 15-415, verleden ter griffie van de Nederlandstalige rechtbank van eerste aanleg Brussel, op veertien juli tweeduizend vijftien, heeft mevrouw COLLIER, Anne Irène, wonende te 1930 Zaventem, Drossaard Van Ophemlaan 52. In hoedanigheid van : in eigen naam, verklaard de nalatenschap van Madeleine Antoinette Hortense COLLIER, geboren te Brussel op 7 januari 1925, in leven wonende te 1780 WEMMEL, Schoolstraat 32, bus 1, en overleden te Wemmel op 12 januari 2015, te aanvaarden onder voorrecht van boedelbeschrijving.
Burgerlijk Wetboek - artikel 784
Déclaration faite devant Maître Paul-Arthur COËME, notaire de résidence à Liège (Grivegnée), associé de la société civile ayant emprunté la forme d’une société privée à responsabilité limitée « PA COEME & CH WERA, notaires associés ».
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Identité du déclarant : Monsieur HOUBA, Christian Clément Joseph, né à Liège le 9 janvier 1953, inscrit au registre national sous le numéro 53.01.09349.16, époux de Madame HERIN, Nicole Alice Ghislaine, inscrit au registre national sous le numéro 53.01.09-349-16, domicilié à 78650 Beynes (France), avenue Charles de Gaulle 26, faisant élection de domicile en l’étude de Maître Paul-Arthur COËME, notaire à 4030 Liège, rue Haute Wez 170. Objet de la déclaration : renonciation A la succession de : Madame ROELS, Ivonna Idinia, veuve de Monsieur Joseph HOUBA, née à Lede le 12 novembre 1924, domiciliée à 4030 Liège, rue de l’Espoir 68, décédée à Liège le 4 juin 2015.
50927
CONFIRME le jugement du 9 avril 2015, lequel n’homologue pas le plan de réorganisation déposé le 13 mars 2015, par Monsieur DE VICO, Pasquale, né le 07/07/1961, à Longobucco (Italie), inscrit à la BanqueCarrefour des Entreprises sous le numéro 0825.319.451, domicilié Seestrasse 11 1/1, à 4750 BÜTGENBACH, exerçant son commerce sous la dénomination : « CASA BELLA ITALIA », ayant un siège d’exploitation, Seestrasse 11, à 4750 BÜTGENBACH, et sous la dénomination : « EISCAFE DOLCE VITA », un siège d’exploitation, Marktplatz 9, à 4750 BÜTGENBACH, pour restaurant-Snack, salon de glace... Pour extrait conforme : (signé) Danielle WETZELS, greffier. (19675)
Déclaration faite : le 27 juillet 2015, inscrite au greffe du tribunal de première instance de Liège le 28 juillet 2015, sous le n° 15-1119. (Signé) Paul-Arthur COËME/Christine WERA, notaire associé. (20236)
Handelsgericht Eupen
Berichtigung der Veröffentlichung Nr. 2015/17787 vom 16/07/2015 Déclarations faites devant le notaire Vincent STASSER, de Gouvy, rue d’Houffalize 41, en date des 22 juin, et 4 juillet 2015. Es soll heißen:
Identité des déclarants : 1. Madame CLAESSENS, Raphaëlle Maria, née à Bastogne le 22 mai 1965 (NN 65.05.22-196.59), domiciliée à 6670 Gouvy, Langlire 41C, agissant pour compte de sa fille, GROMMERCH, Noa, née à Saint-Vith le 10 décembre 2003 (NN 03.12.10-094.73), domiciliée à 6670 Gouvy, Langlire 41C (spécialement autorisée suivant ordonnance du juge de paix de Vielsaim, en date du 15 juin 2015). Fille du défunt. 2. Mademoiselle GROMMERCH, Chloé Marie Monique, née à Arlon le 15 juillet 1996 (NN 96.07.15-334.20), domiciliée à 6780 Messancy, avenue de Longwy 27, agissant en nom personnel. Fille du défunt.
Das Handelsgericht EUPEN durch Urteil vom 18. Juni 2015: BESTÄTIGT das Urteil vom 9. April 2015, welches den durch Herrn DE VICO, Pasquale, geboren am 07/07/1961 in Longobucco (Italien), eingetragen in der ZUD unter der Nummer 0825.319.451, wohnhaft Seestraße 11 1/1, in 4750 BÜTGENBACH, handelnd unter der Bezeichnung: «CASA BELLA ITALIA», mit einer Niederlassung Seestraße 11, in 4750 BÜTGENBACH, und unter der Bezeichnung « EISCAFE DOLCE VITA » mit einer Niederlassung Marktplatz 9, in 4750 BÜTGENBACH, Haupttätigkeit : Restaurant-Imbiss, Eiscafé,... am 13. März 2015, hinterlegten Reorganisationsplan NICHT HOMOLOGIERT.
Objet de la déclaration : Für gleichlautenden Auszug: (gez.) Danielle WETZELS, Greffier. (19675)
Acceptation sous bénéfice d’inventaire d’une succession. A la succession de : Monsieur GROMMERCH, Joël Henri Ghislain, né à Bastogne le 11 décembre 1968 (NN 68.12.11-177.35), En son vivant domicilié à 6670 Gouvy, Langlire 41C.
Rechtbank van koophandel Antwerpen, afdeling Turnhout
Décédé à Liège le 19 mai 2015. Conformément aux prescriptions de l’article 793 du Code civil, élection de domicile est faite en l’étude de Maître Vincent STASSER, notaire de résidence à 6670 Gouvy, rue d’Houffalize 41, où les créanciers et légataires sont invités à faire valoir leurs droits, par pli recommandé, dans les trois mois de la présente insertion. Le 13 juillet 2015. Vincent STASSER, notaire. (20237)
Bij vonnis van de vakantiekamer van de rechtbank van koophandel Antwerpen, afdeling Turnhout, van 15/07/2015, werd de procedure van gerechtelijke reorganisatie, inzake ROMBOUTS SIERBESTRATING BVBA, met vennootschapszetel te 2370 ARENDONK, HOGE MAUW 1420, met ondernemingsnummer : 0502.322.517, aard van de handel : WEGENWERKEN, GRONDWERKEN, procedure geopend op 14.04.2015, met aanstelling van de heer BOIY, JEF, als gedelegeerd rechter, beëindigd. De griffier, (get.) L. Peeters. (19676)
Réorganisation judiciaire Gerechtelijke reorganisatie
Tribunal de commerce d’Eupen
Avis rectificatif de la publication n° 2015/17787 du 16/07/2015 Il faut lire : Par jugement du 18 juin 2015, le tribunal de commerce d’Eupen :
Rechtbank van koophandel Gent, afdeling Brugge
Bij vonnis van 26/06/2015, homologeerde de rechtbank van koophandel Gent, afdeling Brugge, derde kamer, het reorganisatieplan zoals neergelegd door bvba Morrizzy, met maatschappelijke zetel te 8300 KNOKKE-HEIST, Zeedijk — Albertstrand 550, ingeschreven in de Kruispuntbank van ondernemingen onder nummer 0521.893.454 op de griffie van deze rechtbank en sluit de reorganisatieprocedure onder voorbehoud van de betwistingen die voortvloeien uit de uitvoering van het plan. Voor eensluidend verklaard uittreksel : de griffier, (get.) C. GEERS. (19677)
50928
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Rechtbank van koophandel Gent, afdeling Brugge
Bij vonnis van 26/06/2015, kende de rechtbank van koophandel Gent, afdeling Brugge, derde kamer in de procedure van gerechtelijke reorganisatie van nv O.J. Van Maele, met maatschappelijke zetel te 8700 Tielt, Bedevaartstraat 21, ingeschreven in de Kruispuntbank van ondernemingen onder nummer 0405.227.495, een verlenging van de opschorting toe tot 31/08/2015, om 23 u. 59 m. De heer Patrick Coulier, rechter in handelszaken in deze rechtbank, werd verder gelast als gedelegeerd rechter met de taken zoals bepaald in de Wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit van de ondernemingen.(
[email protected]) Voor eensluidend verklaard uittreksel : de griffier, (get.) C. GEERS. (19678)
Rechtbank van koophandel Gent, afdeling Veurne
Bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Gent, afdeling Veurne, uitgesproken in datum van 15 juli 2015, ingevolge artikel 23 van de Wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit van de ondernemingen, werd voor de heer Rudi MAES, geboren te Beveren op 7 november 1962, wonende en zijn handel uitbatende te 8670 Koksijde, Albert I-laan 109, bus 0201 (RR nr. 62.11.07-375.18), met ondernemingsnummer 0684.187.223, met als gekende handelsactiviteiten « begeleiding van transporten (gevaarlijke stoffen waaronder voornamelijk vuurwerk) zowel over de weg, per spoor en aan boord van schepen; alsmede het uitvoeren van de kwaliteitscontrole ADR op deze transporten », met als handelsbenaming « PRO-T-ECT ». de procedure van gerechtelijke reorganisatie geopend, eindigend op 30 september 2015.
Gedelegeerd rechter : de heer S. Blondeau, rechter in handelszaken bij de rechtbank van koophandel te Veurne. Plaats, dag en uur voor de stemming en de beslissing over het reorganisatieplan : woensdag, 23 september 2015, om 10 u. 30 m., in de Raadkamer van de rechtbank van koophandel te Veurne, Peter Benoitlaan 2, te 8630 Veurne (eerste verdieping). Voor eensluidend uittreksel : de afgev.-griffier, (get.) K. De Ruyter. (19679)
Rechtbank van koophandel Gent, afdeling Veurne
Bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Gent, afdeling Veurne, uitgesproken in datum van 15 juli 2015, ingevolge artikel 23 van de Wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit van de ondernemingen, werd voor De Besloten Vennootschap met Beperkte Aansprakelijkheid LEVAMIX, met maatschappelijke- en uitbatingszetel te 8600 Diksmuide (Woumen), Pollaertstraat 10, hiertoe ingeschreven in de Kruispuntbank van Ondernemingen onder het nummer 0871.875.194, met als gekende handelsactiviteiten « Kippenkwekerijen; groothandel in granen en zaden; groothandel in levend vee; groothandel in kunstmeststoffen en chemische producten voor de landbouw; detailhandel in vlees van wild en van gevogelte in gespecialiseerde winkels; kleinhandel in zaden, kunstmeststoffen, sproeistoffen; overige pluimveehouderijen; gemengd bedrijf ». Het reorganisatieplan, neergelegd ter griffie van de rechtbank van koophandel Gent, afdeling Veurne, in datum van 24 juni 2015, gehomologeerd en werd de procedure van gerechtelijke reorganisatie door een collectief akkoord gesloten. Voor eensluidend uittreksel : de afgev.-griffier, (get.) K. De Ruyter. (19680)
Infractions liées à l’état de faillite Misdrijven die verband houden met de staat van faillissement
Rechtbank van eerste aanleg Tongeren
Bij vonnis van 23 september 2014, uitspraak doende op tegenspraak, heeft de Rechtbank van Eerste Aanleg van het gerechtelijk arrondissement Tongeren, zitting houdende in correctionele zaken de genaamden, 1. ... 2. ... 3. 2462ex14 : Van Tienen Fredericus Johannes, geboren te Vlaardingen (NL) op 28 september 1943 en wonende te 4907 KJ Oosterhout, Batelaar 38 (NL). 4. ... 5. ... 6. ... 7. ... 8. 2467ex14 : Van Groot-Battave Johannes Petrus, geboren te Helmond (NL) op 25 september 1946 en wonende te 5705 JG Helmond, Spoorstraat 36 (NL). 9. ... 10. ... 11. ... 12. ... 13. ... 14. ... 15. ...
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
50929
De 1ste tot en met de 10de : Inverdenkinggesteld van : De 11de tot en met de 15de : Verdacht van : Om de misdaad of het wanbedrijf uitgevoerd te hebben of om aan de uitvoering ervan rechtstreeks medegewerkt te hebben, door enige daad, tot de uitvoering zodanige hulp verleend te hebben dat zonder zijn bijstand het misdrijf niet kon gepleegd worden, om, door giften, beloften, bedreigingen, misbruik van gezag of van macht, misdadige kuiperijen of arglistigheden, dit misdrijf rechtstreeks uitgelokt te hebben, als dader of mededader zoals voorzien door artikel 66 van het Strafwetboek. Te Alken, Dilsen-Stokkem, Maaseik (Neeroeteren), bij samenhang te Brussel (Elsene), gerechtelijk arrondissement Brussel, bij samenhang te Mol en te Ravels, gerechtelijk arrondissement Turnhout, en/of bij samenhang elders in het Rijk : B. Deelname aan besluitvorming criminele organisatie De tweede, de derde, de vierde, de vijfde de zesde, de zevende, de achtste, de negende en de tiende : Terwijl hij wist dat zijn deelneming bijdroeg tot de oogmerken van de criminele organisatie, zoals bedoeld in artikel 324 bis van het Strafwetboek, te hebben deelgenomen aan het nemen van welke beslissing dan ook in het raam van de activiteiten van een criminele organisatie, zijnde een gestructureerde vereniging van meer dan twee personen die duurt in de tijd, met als oogmerk het in onderling overleg plegen van misdaden en wanbedrijven die strafbaar zijn met gevangenisstraf van drie jaar of een zwaardere straf, om direct of indirect vermogensvoordelen te verkrijgen, en waarvan het feitelijk oogmerk niet uitsluitend politiek, vakorganisatorisch, menslievend, levensbeschouwelijk of godsdienstig is of die niet uitsluitend elk ander rechtmatig oogmerk nastreeft, voor zover gepleegd voor 11 september 2005 terwijl hij wist dat zijn deelneming bijdroeg tot de oogmerken van de criminele organisatie, zoals bedoeld in artikel 324bis van het Strafwetboek, te hebben deelgenomen aan de voorbereiding of de uitvoering van enige geoorloofde activiteit van die criminele organisatie, zijnde een gestructureerde vereniging van meer dan twee personen die duurt in de tijd, met als oogmerk het in onderling overleg plegen van misdaden en wanbedrijven die strafbaar zijn met gevangenisstraf van drie jaar of een zwaardere straf, om direct of indirect vermogensvoordelen te verkrijgen, waarbij gebruik gemaakt wordt van intimidatie, bedreiging, geweld, listige kunstgrepen of corruptie, of waarbij commerciële of andere structuren worden aangewend om het plegen van de misdrijven te verbergen of te vergemakkelijken, en waarvan het feitelijk oogmerk niet uitsluitend politiek, vakorganisatorisch, menslievend, levensbeschouwelijk of godsdienstig is of die niet uitsluitend elk ander rechtmatig oogmerk nastreeft, te weten : B.2 De derde (Fredericus Van Tienen) : Meermaals, in meerdere malen op niet nader te bepalen data tussen 23.08.2006 (overname F&F Carlease) en 08.04.2013 (einde gebruik valse stukken) Het voorzien in fictieve facturatie/CMR documenten via strobedrijven, minstens F&F Carlease BVBA, eurotruck BV en eurotruck NL BV (of BV ZINO) B.7 De achtste (Johannes van Groot-Battave) Meermaals, in meerdere malen op niet nader te bepalen data tussen 01.01.2007 (facturen vanaf 2007) en 08.04.2013 (einde gebruik valse stukken) Het voorzien van valse facturen/CMR documenten namens de strofirma BV J&G Import-Export D.2 De eerste, de tweede en de derde Op 23.08.2006 voor wat betreft de valsheden, het gebruik voortdurende tot minstens 20.03.2013 door het laten opstellen en gebruiken van een authentieke akte voor notaris Hervé de Graef te Mol inzake ontslag van de zaakvoerders De Grood Daniele en Van Den Dorpel Hendrik en aanstelling van de zaakvoerder Van Tienen Fredericus, tot wijziging van de naam van de BVBA Happy Print naar BVBA F&F Carlease, tot wijziging van de maatschappelijke zetel van Mol, Boslaan 5 naar Rotem, Molenweg 6 en tot wijziging van het doel van de vennootschap terwijl het zaakvoerderschap en de maatschappelijke zetel fictief zijn en er geen reguliere activiteiten worden gevoerd met het bedrieglijk opzet te kunnen beschikken over een spookbedrijf, alzo te kunnen deelnemen aan een systeem van valse facturatie zonder enige verantwoordelijkheid te moeten dragen, tevens te kunnen ontsnappen aan verdere rechtsvervolging, kopie met verwijzing naar het van valsheid betichte stuk gevoegd zijnde aan stuk 22 farde I E. Valsheid in geschriften en gebruik Met bedrieglijk opzet of met het oogmerk om te schaden, valsheid in handels-, bank of private geschriften te hebben gepleegd, hetzij door valse handtekeningen, hetzij door namaking of vervalsing van geschriften of handtekeningen, hetzij door overeenkomsten, beschikkingen, verbintenissen of schuldbevrijdingen valselijk te hebben opgemaakt of door ze achteraf in de akten in te voegen, hetzij door toevoeging of vervalsing van bedingen, verklaringen of feiten die deze akten ten doel hadden op te nemen en vast te stellen, en met hetzelfde bedrieglijk opzet of met het oogmerk om te schaden gebruik gemaakt te hebben van de valse akte of van het valse stuk wetende dat het vervalst was namelijk : E.4 De eerste, de tweede en de derde Op 29.08.2006 voor wat betreft de valsheden, het gebruik voortdurende tot minstens 20.03.2013 door het opstellen of laten opstellen van het formulier tot publicatie van de wijziging van de zaakvoerder, naam, maatschappelijke zetel en doel voor de BVBA F&F Carlease waarbij de zaakvoerders De Grood Daniele en Van Den Dorpel Hendrik werden ontslaan en de zaakvoerder Van Tienen Fredericus werd aangesteld, de naam van de BVBA Happy Print naar BVBA F&F Carlease werd gewijzigd, de maatschappelijke zetel van Mol, Boslaan 5 naar Rotem, Molenweg 6 werd gewijzigd en het doel van de vennootschap werd gewijzigd terwijl de maatschappelijke zetel te Rotem fictief is en er geen reguliere activiteiten worden gevoerd met het bedrieglijk opzet te kunnen beschikken over een spookbedrijf, alzo te kunnen deelnemen aan een systeem van valse facturatie zonder enige verantwoordelijkheid te moeten dragen, tevens te kunnen ontsnappen aan verdere rechtsvervolging, tevens te kunnen ontsnappen aan verdere rechtsvervolging, het stuk als van valsheid beticht in kopie gevoegd zijnde aan stuk 22, farde I Voor wat betreft de fiscale valsheden F. Bij inbreuk op de artikel 73 en artikel 73bis eerste lid van het wetboek van de belasting over de toegevoegde waarden met bedrieglijk opzet of met het oogmerk om te schaden, de bepalingen van het wetboek of van de ter uitvoering ervan genomen besluiten te overtreden, in openbare geschriften, in handelsgeschriften of in private geschriften, valsheid te hebben gepleegd en/of met hetzelfde oogmerk van een zodanig vals geschrift gebruik te hebben gemaakt, te weten
50930
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
F.1 Op hierna omschreven data Door het opstellen en/of laten opstellen en gebruik van de hierna omschreven valse facturen waarbij vooreerst de aankoop van een Belgische leverancier door BVBA Truck Centrum Lommel of BVBA BF Verhuurwagens fictief wordt gefactureerd aan een Nederlandse strofirma en vervolgens fictief wordt doorgefactureerd aan BVBA Truck Centrum Lommel of BVBA BF Verhuurwagens met het bedrieglijk oogmerk het voorafbetalen van btw aan de Belgische leverancier te vermijden, te weten a) de eerste, de tweede, de derde en de vierde de hierna omschreven valse facturen inzake aankopen van NV Garage Kant via de strofirma BV eurotruck en/of BV eurotrucks NL, de stukken als van valsheid beticht in kopie gevoegd zijnde aan stuk 36, stuk 43, stuk 50, stuk 82 farde II/XIX en stuk 374, 403 en : 1. op 15.01.2007, factuur nummer 700054 van Garage Kant aan BV eurotruck tbv 7.000 euro 2. op 17.01.2007, factuur nummer 700052 van Garage Kant aan BV eurotruck tbv 12.000 euro 3. op 17.01.2007, factuur nummer 207006 van BV eurotrucks NL aan BVBA Truck Centrum Lommel tbv 23.000 euro 4. op 09.07.2008 van Garage Kant aan BV eurotruck tbv 7.500 euro 5. op 14.08.2008, factuur nummer 2008121 van BV eurotruck aan BVBA Truck Centrum Lommel tbv 9.500 euro 6. op 14.12.2007, de factuur nummer 2007631 ten bedrage van 19.500 euro vanwege eurotruck BV aan Truck Centrum Lommel BVBA 7. op 17.12.2007, de factuur nummer 2007632 ten bedrage van 31.000 euro vanwege eurotruck BV aan Truck Centrum Lommel BVBA 8. op 18.12.2007, de factuur nummer 2007633 ten bedrage van 11.500 euro vanwege eurotruck BV aan Truck Centrum Lommel BVBA 9. op 19.12.2007, de factuur nummer 2007634 ten bedrage van 5.500 euro vanwege eurotruck BV aan Truck Centrum Lommel BVBA 10. op 20.12.2007, de factuur nummer 2007638 ten bedrage van 19.500 euro vanwege eurotruck BV aan Truck Centrum Lommel BVBA 11. op 20.12.2007, de factuur nummer 2007639 ten bedrage van 3.000 euro vanwege eurotruck BV aan Truck Centrum Lommel BVBA 12. op 27.12.2007, de factuur nummer 2007643 ten bedrage van 24.000 euro vanwege eurotruck BV aan Truck Centrum Lommel BVBA 13. op 27.12.2007, de factuur nummer 2007645 ten bedrage van 19.500 euro vanwege eurotruck BV aan Truck Centrum Lommel BVBA 14. op 02.01.2008, de factuur nummer 2008101 ten bedrage van 128.000 euro vanwege eurotruck BV aan Truck Centrum Lommel BVBA 15. op 08.01.2008, de factuur nummer 2008106 ten bedrage van 10.750 euro vanwege eurotruck BV aan Truck Centrum Lommel BVBA 16. op 08.01.2008, de factuur nummer 2008107 ten bedrage van 12.000 euro vanwege eurotruck BV aan Truck Centrum Lommel BVBA 17. op 14.01.2008, de factuur nummer 2008112 ten bedrage van 73.000 euro vanwege eurotruck BV aan Truck Centrum Lommel BVBA 18. op 14.01.2008, de factuur nummer 2008116 ten bedrage van 45.000 euro vanwege eurotruck BV aan Truck Centrum Lommel BVBA 19. op 01.02.2008, de factuur nummer 2008121 ten bedrage van 17.000 euro vanwege eurotruck BV aan Truck Centrum Lommel BVBA 20. op 01.02.2008, de factuur nummer 2008121 ten bedrage van 24.000 euro vanwege eurotruck BV aan Truck Centrum Lommel BVBA 21. op 04.02.2008, de factuur nummer 2008122 ten bedrage van 46.000 euro vanwege eurotruck BV aan Truck Centrum Lommel BVBA 22. op 05.02.2008, de factuur nummer 2008123 ten bedrage van 110.000 euro vanwege eurotruck BV aan Truck Centrum Lommel BVBA 23. de facturen als vermeld sub OS4731/011, stuk 374520 farde IV/XIX, namelijk
Datum —
Factuur nummer — 207013
Bedrag Euro —
1
07/01/2007
27 000,00
2
07/01/2007
207039
46 000,00
3
11/01/2007
207005
19 500,00
4
Cf. nummer 3
5
13/01/2007
207004
34 000,00
6
18/01/2007
207012
10 500,00
7
25/01/2007
207015
132 500,00
8
30/01/2007
207017
23 500,00
9
31/01/2007
207019
10 750,00
10
12/02/2007
207025
15 000,00
11
14/02/2007
207033
8 500,00
12
15/02/2007
207027
51 000,00
13
20/02/2007
207030
5 500,00
14
21/02/2007
207031
33 000,00
15
23/02/2007
207035
27 500,00
16
23/02/2007
207034
23 750,00
17
23/02/2007
207038
7 500,00
18
05/03/2007
207045
41 000,00
19
12/03/2007
207061
39 000,00
20
12/03/2007
207047
13 000,00
21
12/03/2007
207063
11 000,00
22
14/03/2007
207053
14 500,00
23
15/03/2007
207054
14 000,00
50931
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD 24. de facturen als vermeld sub 5160/011, stuk 520 Datum —
Factuur nummer —
Bedrag Euro —
1
02/04/2007
2007402
23 500,00
2
02/04/2007
2007401
33 000,00
3
16/04/2007
2007407
12 000,00
4
17/04/2007
207405
14 250,00
5
17/04/2007
2007409
14 000,00
6
19/04/2007
2007410
3 750,00
7
20/04/2007
2007411
8 250,00
8
20/04/2007
2007412
10 500,00
9
20/04/2007
2007426
15 500,00
10
30/04/2007
2007414
59 000,00
11
07/05/2007
2007416
9 000,00
12
14/05/2007
2007419
17 500,00
13
15/05/2007
2007421
15 000,00
14
15/05/2007
2007420
15 000,00
15
21/05/2007
2007424
48 000,00
16
21/05/2007
2007423
16 000,00
17
22/05/2007
2007435
20 500,00
18
22/05/2007
2007436
21 000,00
19
29/05/2007
2007437
6 500,00
20
29/05/2007
2007438
29 000,00
21
30/05/2007
2007439
28 500,00
22
01/06/2007
2007443
35 750,00
23
01/06/2007
2007446
12 750,00
24
01/06/2007
2007444
32 000,00
25
01/06/2007
2007440
15 000,00
26
01/06/2007
2007441
15 000,00
27
06/06/2007
2007456
18 000,00
28
08/06/2007
2007457
23 000,00
29
08/06/2007
2007459
31 500,00
30
18/06/2007
2007465
40 000,00
31
25/06/2007
2007469
16 250,00
32
25/06/2007
2007471
11 250,00
33
26/06/2007
2007473
7 500,00
34
26/06/2007
2007474
12 500,00
35
26/06/2007
2007472
7 500,00
36
02/07/2007
2007477
13 750,00
37
02/07/2007
2007478
9 500,00
38
11/07/2007
2007484
15 750,00
39
12/07/2007
2007486
18 500,00
40
12/07/2007
2007489
31 500,00
41
17/07/2007
2007491
25 000,00
42
17/07/2007
2007494
25 000,00
43
17/07/2007
2007493
5 000,00
44
24/07/2007
2007498
32 000,00
45
25/07/2007
2007502
12 250,00
46
25/07/2007
2007500
35 000,00
47
01/08/2007
2007504
12 250,00
48
01/08/2007
2007505
1 500,00
49
02/08/2007
2007507
16 500,00
50932
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
50
13/08/2007
2007508
12 250,00
51
14/08/2007
2007509
14 000,00
52
16/08/2007
2007510
4 250,00
53
16/08/2007
2007511
14 000,00
54
22/08/2007
2007514
12 250,00
55
22/08/2007
2007513
12 000,00
56
22/08/2007
2007512
2 500,00
57
30/08/2007
2007517
15 500,00
58
30/08/2007
2007520
27 000,00
59
31/08/2007
2007167
45 000,00
60
31/08/2007
2007522
26 000,00
61
03/09/2007
2007186
10 000,00
62
03/09/2007
2007523
9 000,00
63
03/09/2007
2007524
37 500,00
64
04/09/2007
2007525
6 500,00
65
18/09/2007
2007536
26 000,00
66
27/09/2007
2007547
30 000,00
67
21/09/2007
2007537
3 500,00
68
25/09/2007
2007541
7 000,00
69
25/09/2007
2007539
17 750,00
70
25/09/2007
2007542
102 000,00
71
26/09/2007
2007545
93 500,00
72
26/09/2007
2007544
8 000,00
73
28/09/2007
2007550
8 300,00
74
02/10/2007
2007552
237 500,00
75
03/10/2007
2007554
2 500,00
76
03/10/2007
2007555
22 000,00
77
03/10/2007
2007556
34 000,00
78
09/10/2007
2007567
31 000,00
79
17/10/2007
2007572
59 000,00
80
19/10/2007
2007574
26 500,00
81
26/10/2007
2007577
73 000,00
82
31/10/2007
2007581
17 000,00
83
12/10/2007
2007570
86 000,00
84
01/11/2007
2007584
7 500,00
85
01/11/2007
2007582
23 500,00
86
08/11/2007
2007588
8 500,00
87
12/11/2007
2007590
88 000,00
88
13/11/2007
2007589
42 500,00
89
15/11/2007
2007595
9 500,00
90
16/11/2007
2007598
34 000,00
91
27/11/2007
2007603
64 000,00
92
30/11/2007
2007605
11 600,00
93
30/11/2007
2007618
11 500,00
94
30/11/2007
2007619
5 500,00
95
30/11/2007
2007621
102 000,00
96
30/11/2007
2007625
22 000,00
97
30/11/2007
2007626
38 500,00
98
16/08/2007
2007281
10 500,00
99
27/12/2007
2007644
30 500,00
100
Cf. nummer 6
101
Cf. nummer 7
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD 102
Cf. nummer 8
103
Cf. nummer 9
104
Cf. nummer 10
105
Cf. nummer 11
106
Cf. nummer 12
107
Cf. nummer 13
108
Cf. nummer 14
109
Cf. nummer 15
110
Cf. nummer 16
111
Cf. nummer 17
112
Cf. nummer 18
113
Cf. nummer 19
114
Cf. nummer 20
115
Cf. nummer 21
116
Cf. nummer 22
117
14/02/2008
2008127
14 500,00
118
18/02/2008
2008129
10 500,00
119
21/02/2008
2008131
3 800,00
120
28/02/2008
2008135
12 000,00
121
12/03/2008
2008139
3 250,00
122
12/03/2008
2008140
13 000,00
123
20/03/2008
2008143
21 000,00
124
20/03/2008
2008144
36 000,00
125
20/03/2008
2008146
40 000,00
126
04/04/2008
2008155
20 000,00
127
09/04/2008
2008157
14 250,00
128
10/04/2008
2008159
31 000,00
129
11/04/2008
2008160
29 000,00
130
Cf. nummer 5
131
14/04/2008
2008162
64 000,00
132
23/04/2008
2008167
9 500,00
133
20/05/2008
2008183
36 500,00
134
30/05/2008
2008182
31 000,00
135
23/06/2008
2008203
16 000,00
136
07/07/2008
2008212
31 500,00
137
10/07/2008
2008214
11 500,00
138
17/07/2008
2008225
2 700,00
139
01/08/2008
2008228
6 900,00
140
02/09/2008
2008243
17 000,00
141
16/09/2008
2008252
12 000,00
142
17/09/2008
2008252
22 000,00
143
24/09/2008
2008260
30 000,00
144
13/10/2008
2008265
17 000,00
145
28/10/2008
2008268
23 500,00
146
28/10/2008
2008266
20 000,00
147
29/10/2008
2008271
40 000,00
148
31/10/2008
2008273
20 000,00
149
26/11/2008
2008276
13 000,00
150
30/11/2008
2008278
5 000,00
151
19/02/2009
2009116
19 000,00
152
24/02/2009
20092118
10 00,00
50933
50934
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
F.2 Op hierna omschreven data : Door het opstellen en/of laten opstellen en gebruik van de hierna omschreven valse facturen en/of valse transportdocumenten inzake fictieve aankoop en verkoop van fictieve goederen waarbij de btw-schuld, ontstaan door verkoop van goederen op de Belgische markt door BVBA Truck Centrum Lommel of BVBA BF Verhuurwagens, wordt weggewerkt door aankoop van fictieve goederen in België van strobedrijven met fictieve voorafbetaling van btw, gevolgd door een fictieve verkoop aan Nederlandse strobedrijven zonder voorafbetalingen van btw, te weten a) wat betreft valse verkoopfacturen van fictieve goederen 1. de eerste, de tweede, de derde en de vierde de hierna omschreven valse verkoopfacturen (stuk 27 kaft II/XIX en 212, 258, 260 kaft III/XIX, stuk 403 kaft IV/XIX), opgesteld door de BVBA Truck Centrum Lommel en gericht aan BV eurotrucks NL, BV eurotruck en BV Van Schijndel Trading, de stukken als van valsheid beticht neergelegd zijnde onder OS 5795/011 en OS1278/12 en 1290/012, namelijk i) de facturen als omschreven sub OS5795/011 stuk 574 Datum —
Factuur nummer —
Bedrag Euro —
1
09/03/2007
2007-136
74 000,00
2
15/03/2007
2007-140
75 000,00
3
21/03/2007
2007-145
98 000,00
4
30/03/2007
2007-151
70 000,00
5
18/04/2007
2007-163
50 000,00
6
19/04/2007
2007-164
89 000,00
7
19/04/2007
2007-166
96 000,00
8
23/04/2007
2007-169
59 000,00
9
26/04/2007
2007-173
87 250,00
10
03/05/2007
2007-177
77 500,00
11
07/05/2007
2007-181
72 500,00
12
10/05/2007
2007-182
95 000,00
13
22/05/2007
2007-196
81 000,00
14
29/05/2007
2007-210
103 000,00
15
01/06/2007
2007-217
65 000,00
16
01/06/2007
2007-219
34 000,00
17
04/06/2007
2007-220
79 000,00
18
04/06/2007
2007-224
60 500,00
19
05/06/2007
2007-226
44 000,00
20
08/06/2007
2007-230
140 000,00
21
08/06/2007
2007-231
70 000,00
22
13/06/2007
2007-236
73 750,00
23
13/06/2007
2007-237
100 000,00
24
18/06/2007
2007-243
78 000,00
25
28/06/2007
2007-254
86 000,00
26
29/06/2007
2007-255
73 000,00
27
10/07/2007
2007-264
39 000,00
28
12/07/2007
2007-269
40 000,00
29
12/07/2007
2007-273
69 000,00
30
19/07/2007
2007-279
74 250,00
31
26/07/2007
2007-283
70 000,00
32
31/07/2007
2007-286
103 000,00
33
03/08/2007
2007-292
50 000,00
34
04/08/2007
2007-293
69 000,00
35
13/08/2007
2007-295
24 200,00
36
16/08/2007
2007-302
85 000,00
37
22/08/2007
2007-306
47 000,00
38
04/09/2007
2007-317
26 000,00
39
07/09/2007
2007-319
20 000,00
40
26/09/2007
2007-330
85 000,00
41
27/09/2007
2007-333
24 500,00
42
29/09/2007
2007-334
53 000,00
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD 43
09/10/2007
2007-341
30 000,00
44
10/10/2007
2007-344
40 000,00
45
18/10/2007
2007-351
75 000,00
46
22/10/2007
2007-353
32 000,00
47
25/10/2007
2007-354
53 750,00
48
29/10/2007
2007-359
63 000,00
49
30/10/2007
2007-361
53 750,00
50
01/11/2007
2007-363
51 000,00
51
05/11/2007
2007-367
18 000,00
52
07/11/2007
2007-368
55 000,00
53
07/11/2007
2007-368
55 000,00
54
08/11/2007
2007-370
12 000,00
55
13/11/2007
2007-377
35 000,00
56
16/11/2007
2007-383
58 000,00
57
19/11/2007
2007-384
39 000,00
58
04/12/2007
2007-399
28 000,00
59
07/12/2007
2007-401
12 500,00
60
10/12/2007
2007-409
115 000,00
61
10/12/2007
2007-409
115 000,00
62
13/12/2007
2007-412
48 000,00
63
14/12/2007
2007-416
39 500,00
64
17/12/2007
2007-417
44 500,00
65
19/12/2007
2007-423
250 000,00
66
27/12/2007
2007-425
175 000,00
67
28/12/2007
2007-430
65 000,00
68
31/12/2007
2007-432
115 000,00
69
31/12/2007
2007-433
21 500,00
70
31/12/2007
2007-434
54 000,00
71
08/01/2008
2008-009
77 000,00
72
10/01/2008
2008-011
52 500,00
73
15/01/2008
2008-014
77 500,00
74
18/01/2008
2008-015
90 000,00
75
25/01/2008
2008-024
72 500,00
76
29/01/2008
2008-028
77 000,00
77
04/02/2008
2008-030
70 000,00
78
04/02/2008
2008-030
70 000,00
79
04/02/2008
2008-030
70 000,00
80
06/02/2008
2008-034
35 000,00
81
06/02/2008
2008-034
35 000,00
82
07/02/2008
2008-035
53 000,00
83
07/02/2008
2008-035
53 000,00
84
08/02/2008
2008-036
22 000,00
85
08/02/2008
2008-036
20 500,00
86
12/02/2008
2008-038
51 000,00
87
13/02/2008
2008-040
80 000,00
88
13/02/2008
2008-040
80 000,00
89
15/02/2008
2008-043
12 500,00
90
18/02/2008
2008-045
50 000,00
91
19/02/2008
2008-046
48 600,00
92
22/02/2008
2008-047
10 000,00
93
28/02/2008
2008-052
12 500,00
94
03/03/2008
2008-062
47 500,00
50935
50936
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
95
05/03/2008
2008-065
44 000,00
96
10/03/2008
2008-066
43 250,00
97
11/03/2008
2008-069
64 000,00
98
12/03/2008
2008-072
62 500,00
99
17/03/2008
2008-076
21 500,00
100
21/03/2008
2008-083
73 000,00
101
25/03/2008
2008-084
68 500,00
102
27/03/2008
2008-085
17 000,00
103
27/03/2008
2008-086
16 250,00
104
04/04/2008
2008-088
43 000,00
105
08/04/2008
2008-093
27 000,00
106
09/04/2008
2008-094
11 500,00
107
10/04/2008
2008-095
85 000,00
108
10/04/2008
2008-095
85 000,00
109
10/04/2008
2008-095
85 000,00
110
14/04/2008
2008-099
17 000,00
111
18/04/2008
2008-101
16 750,00
112
19/04/2008
2008-103
50 000,00
113
28/04/2008
2008-107
3 600,00
114
08/05/2008
2008-122
28 000,00
115
15/05/2008
2008-123
33 000,00
116
16/05/2008
2008-125
13 000,00
117
20/05/2008
2008-128
99 500,00
118
19/06/2008
2008-142
150 000,00
119
03/07/2008
2008-146
30 500,00
120
07/07/2008
2008-149
20 000,00
121
10/07/2008
2008-152
50 000,00
122
15/07/2008
2008-153
19 000,00
123
05/08/2008
2008-163
7 750,00
124
05/08/2008
2008-164
56 000,00
125
05/08/2008
2008-164
56 000,00
126
08/08/2008
2008-166
13 850,00
127
14/08/2008
2008-167
7 250,00
128
14/08/2008
2008-168
4 500,00
129
27/08/2008
2008-173
97 500,00
130
27/08/2008
2008-173
97 500,00
131
28/08/2008
2008-185
89 300,00
132
29/08/2008
2008-186
97 000,00
133
05/09/2008
2008-189
23 500,00
134
05/09/2008
2008-190
38 000,00
135
05/09/2008
2008-191
45 000,00
136
10/09/2008
2008-193
27 000,00
137
12/09/2008
2008-196
45 000,00
138
24/09/2008
2008-207
2 500,00
139
25/09/2008
2008-208
85 000,00
140
27/10/2008
2008-222
17 500,00
141
29/10/2008
2008-228
72 500,00
142
30/10/2008
2008-231
58 000,00
143
31/10/2008
2008-237
91 000,00
144
31/10/2008
2008-237
91 000,00
145
22-02-2149
2008-237
91 000,00
146
21/11/2008
2008-247
105 000,00
50937
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD 147
21/11/2008
2008-247
105 000,00
148
25/11/2008
2008-248
50 000,00
149
17/12/2008
2008-256
30 000,00
150
17/12/2008
2008-261
38 000,00
151
02/02/2009
2009-018
45 000,00
152
02/02/2009
2009-018
45 000,00
153
03/02/2009
2009-019
61 000,00
154
03/02/2009
2009-019
61 000,00
155
19/02/2009
2009-032
27 000,00
156
19/02/2009
2009-032
27 000,00
157
17/09/2009
2009-202
405955,00
ii. de facturen als omschreven sub OS1287/012 stuk 630) Datum —
Factuur nummer —
Bedrag Euro —
1
08/01/07
2007-103
73 250,00
2
12/01/07
2007-106
55 000,00
3
17/01/07
2007-110
94 000,00
4
18/01/07
2007-112
61 500,00
5
30/01/07
2007-117
63 000,00
6
05/02/07
2007-121
19 300,00
7
09/02/07
2007-122
56 500,00
8
21/02/07
2007-128
128 250,00
9
23/02/07
2007-133
33 000,00
iii. de facturen als omschreven sub OS1290/012 stuk 646) Datum —
Factuur nummer —
Bedrag Euro —
1
04/06/10
2010-217
5 500,00
2
27/11/10
2010-308
67 000,00
3
28/04/10
2010-195
93 000,00
4
30/03/10
2010-165
80 000,00
5
13/04/10
2010-179
81 000,00
6
29/03/10
2010-157
81 000,00
7
26/02/10
2010-134
47 500,00
8
17/01/10
2010-111
120 000,00
9
27/06/07
2007-252
55 000,00
10
23/05/07
2007-206
97 000,00
11
15/05/07
2007-189
105 000,00
2. de eerste, de tweede en de achtste de hierna omschreven facturen, opgesteld door BVBA Truck Centrum Lommel, gericht aan J&G Import-Export BV, de stukken als van valsheid beticht neergelegd zijnde onder OS Staat 5068/2011, namelijk Datum —
Factuur nummer —
Bedrag Euro —
1
18/06/2008
2008-141
16 000,00
2
23/07/2008
2008-158
41 000,00
3
28/07/2008
2008-160
57 500,00
4
18/08/2008
2008-169
9 500,00
5
20/10/2008
2008-217
53 000,00
6
29/11/2008
2008-251
27 500,00
7
16/02/2009
2009-028
35 000,00
50938
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
8
06/03/2009
2009-060
12 500,00
9
11/03/2009
2009-061
27 500,00
10
20/04/2009
2009-090
20 000,00
11
22/04/2009
2009-115
125 000,00
12
15/05/2009
2009-099
73 000,00
13
20/05/2009
2009-104
64 000,00
14
29/05/2009
2009-110
72 000,00
15
4/06/2009
2009-123
20 000,00
16
9/06/2009
2009-125
84 000,00
17
12/06/2009
2009-130
34 500,00
18
18/06/2009
2009-146
60 000,00
19
24/06/2009
2009-147
26 000,00
20
10/08/2009
2009-173
52 000,00
21
21/08/2009
2009-180
26 000,00
22
21/08/2009
2009-181
27 000,00
23
31/08/2009
2009-184
42 000,00
24
11/09/2009
2009-190
109 000,00
25
14/09/2009
2009-193
117 500,00
26
16/09/2009
2009-200
65 000,00
27
18/09/2009
2009-206
90 000,00
28
26/09/2009
2009-212
0,00
F.3. op hierna omschreven data a) de eerste, de tweede, de derde, de vierde en de vijfde door het opstellen van de hierna omschreven valse transportdocumenten (stuk 27 kaft II/XIX en 212 kaft III/XIX en stuk 676, 694 en 703 kaft V/XIX), opgesteld door of ten gunste van de BVBA Truck Centrum Lommel terwijl er in werkelijkheid geen goederen werden getransporteerd met het bedrieglijk opzet de schijn op te houden dat er wel goederen werden verhandeld voor of door BVBA Truck Centrum Lommel om alzo onterecht btw te ontduiken middels het vermijden van voorafbetalingen en het creëren van een fictief btw-tegoed voor de BVBA Truck Centrum Lommel, de stukken als van valsheid beticht neergelegd zijnde onder OS 1439/012 en 1463/012 (694 en 703), namelijk 1. de stukken als omschreven sub OS 1439/012 stuk 694 Datum —
CMR NR —
Afzender —
Ontvanger —
Ex-nr —
1
09/10/07
nl426938
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
2
10/10/07
nl426922
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
3
18/10/07
nl992089
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
4
22/10/07
nl426921
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
5
29/10/07
b8326054
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
6
30/10/07
b8326055
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
7
20/10/08
nl331633
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
8
07/07/08
nl331694
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
9
28/02/08
nl426983
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
10
31/10/08
nl331627
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
11
25/11/08
nl331626
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
12
21/11/08
nl331657
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
13
17/12/08
nl331655
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
14
17/12/08
nl331656
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
15
19/02/09
nl348203
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
16
03/02/09
nl348201
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
17
02/02/09
nl348202
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
18
25/10/07
b8326053
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
19
05/09/08
nl331619
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
20
29/10/08
nl331651
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
21
30/10/08
nl331625
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
50939
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD 22
27/10/08
nl331650
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
23
29/06/09
nl348270
TCL BVBA
J&G IMPORT-EXPORT
3
24
09/06/09
nl348263
TCL BVBA
J&G IMPORT-EXPORT
1
25
09/06/09
nl348263
TCL BVBA
J&G IMPORT-EXPORT
3
26
20/05/09
nl348239
TCL BVBA
J&G IMPORT-EXPORT
1
27
20/05/09
nl348239
TCL BVBA
J&G IMPORT-EXPORT
3
28
29/05/09
nl348240
TCL BVBA
J&G IMPORT-EXPORT
1
29
29/05/09
nl348240
TCL BVBA
J&G IMPORT-EXPORT
3
30
15/05/09
nl348238
TCL BVBA
J&G IMPORT-EXPORT
1
31
15/05/09
nl348238
TCL BVBA
J&G IMPORT-EXPORT
3
32
03/07/09
nl348241
TCL BVBA
J&G IMPORT-EXPORT
1
33
03/07/09
nl348241
TCL BVBA
J&G IMPORT-EXPORT
3
34
29/06/09
nl348270
TCL BVBA
J&G IMPORT-EXPORT
1
35
02/07/09
nl348242
TCL BVBA
J&G IMPORT-EXPORT
1
36
02/07/09
nl348242
TCL BVBA
J&G IMPORT-EXPORT
3
37
31/12/07
nl426947
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
38
31/12/07
nl426948
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
39
31/12/07
nl426949
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
40
19/12/07
nl426959
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
41
17/12/07
nl426958
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
42
13/12/07
nl426955
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
43
28/12/07
nl426946
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
44
27/12/07
nl426945
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
45
07/12/07
nl426957
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
46
15/01/08
nl426963
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
47
29/01/08
nl426973
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
48
25/01/08
nl426974
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
49
18/01/08
nl426972
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
50
10/01/08
nl426961
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
51
08/01/08
nl426962
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
52
06/02/08
nl426971
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
53
08/02/08
nl426982
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
54
22/02/08
nl426981
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
55
19/02/08
nl426980
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
56
18/02/08
nl426979
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
57
15/02/08
nl426978
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
58
12/02/08
nl426977
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
59
08/02/08
nl426969
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
60
04/02/08
nl426975
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
61
13/02/08
nl426986
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
62
07/02/08
nl426985
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
63
25/03/08
nl331662
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
64
10/07/08
nl331692
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
65
27/03/08
nl426990
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
66
25/03/08
nl426991
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
67
21/03/08
nl426992
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
68
17/03/08
nl331664
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
69
12/03/08
nl331663
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
70
20/03/08
nl331658
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
71
03/03/08
nl331659
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
72
19/04/08
nl426996
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
73
18/04/08
nl331700
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
50940
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
74
14/04/08
nl331699
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
75
09/04/08
nl426994
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
76
08/04/08
nl426995
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
77
27/03/08
nl426988
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
78
11/03/08
nl331665
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
79
10/04/08
nl331679
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
80
04/04/08
nl426993
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
81
20/05/08
nl331666
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
82
16/05/08
nl331667
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
83
15/05/08
nl331660
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
84
08/05/08
nl331661
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
85
geen
nl331690
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
86
geen
nl331690
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
2
87
28/07/08
nl331601
TCL BVBA
J&G IMPORT-EXPORT
1
88
23/07/08
nl331688
TCL BVBA
J&G IMPORT-EXPORT
1
89
18/06/08
nl331696
TCL BVBA
J&G IMPORT-EXPORT
1
90
03/07/08
nl331695
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
91
27/08/08
nl331609
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
92
14/08/08
nl331618
TCL BVBA
geen
1
93
14/08/08
nl331617
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
94
08/08/08
nl331606
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
95
29/08/08
nl331629
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
96
05/08/08
nl331607
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
97
28/08/08
nl331620
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
98
27/09/07
nl426932
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
99
29/09/08
nl426936
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
100
13/11/07
nl426939
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
101
geen
nl426942
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
102
16/11/07
nl426943
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
103
05/11/07
nl426940
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
104
01/11/07
nl426941
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
105
10/12/07
nl426956
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
106
04/12/07
nl426954
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
107
16/02/09
nl348205
TCL BVBA
J&G IMPORT-EXPORT
1
108
26/07/09
nl348264
TCL BVBA
J&G IMPORT-EXPORT
1
109
26/07/09
nl348264
TCL BVBA
J&G IMPORT-EXPORT
3
110
24/09/08
nl331652
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
111
05/09/08
nl331622
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
1
112
08/06/07
nl426904
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
113
13/06/07
nl426902
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
114
13/06/07
nl426902
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
115
10/07/07
nl426924
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
116
10/07/07
nl426924
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
117
12/07/07
nl426927
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
118
12/07/07
nl426927
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
119
12/07/07
nl426928
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
120
12/07/07
nl426928
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
121
19/07/07
nl426926
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
122
19/07/07
nl426926
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
123
26/07/07
nl426925
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
124
26/07/07
nl426925
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
125
31/07/07
nl426929
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
50941
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD 126
31/07/07
nl426929
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
127
04/08/07
nl992094
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
kopie
128
04/08/07
nl992094
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
kopie
129
04/08/07
nl992095
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
kopie
130
04/08/07
nl992095
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
kopie
131
13/08/07
nl992091
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
kopie
132
13/08/07
nl992091
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
kopie
133
16/08/07
nl992093
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
kopie
134
16/08/07
nl992093
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
kopie
135
22/08/07
nl992092
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
kopie
136
22/08/07
nl992092
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
kopie
137
05/06/07
nl426908
GROEP BESY NV
EURO TRUCK BV
kopie
138
08/06/07
nl426906
GROEP BESY NV
EURO TRUCK BV
kopie
139
13/06/07
nl426905
GROEP BESY NV
EURO TRUCK BV
kopie
140
18/06/07
nl426903
GROEP BESY NV
EURO TRUCK BV
kopie
141
28/06/07
nl426901
GROEP BESY NV
EURO TRUCK BV
kopie
142
29/06/07
nl426915
GROEP BESY NV
EURO TRUCK BV
kopie
143
04/09/07
nl426930
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
kopie
144
04/09/07
nl426930
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
kopie
145
07/09/07
nl426931
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
kopie
146
18/09/07
nl426935
TCL BVBA
EURO TRUCK BV
kopie
147
08/06/07
nl426904
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
148
05/06/07
nl426907
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
149
05/06/07
nl426907
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
150
04/07/07
nl426909
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
151
04/07/07
nl426909
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
152
02/06/07
nl426910
F&F CARLEASE
EURO TRUCK BV
kopie
2. de stukken als omschreven sub OS 1463/012 stuk 703 Datum —
CMR NR —
Afzender —
Ontvanger —
Ex-nr —
1
geen
nl992090
TRUCK CENTRUM LOMMEL
EUROTRUCK BV
1
2
11/12/06
nl992031
TRUCK CENTRUM LOMMEL
BV euroTRUCKS NL
1
3
11/12/06
nl992031
TRUCK CENTRUM LOMMEL
BV euroTRUCKS NL
2
4
11/12/06
nl992031
TRUCK CENTRUM LOMMEL
BV euroTRUCKS NL
3
5
11/12/06
nl992031
TRUCK CENTRUM LOMMEL
BV euroTRUCKS NL
4
6
08/01/07
nl992059
TRUCK CENTRUM LOMMEL
BV euroTRUCKS NL
1
7
12/01/07
nl992060
TRUCK CENTRUM LOMMEL
BV euroTRUCKS NL
1
8
17/01/07
nl992061
TRUCK CENTRUM LOMMEL
BV euroTRUCKS NL
1
9
18/01/07
nl992063
TRUCK CENTRUM LOMMEL
BV euroTRUCKS NL
1
10
30/01/07
nl992062
TRUCK CENTRUM LOMMEL
BV euroTRUCKS NL
1
11
09/03/07
nl992051
TRUCK CENTRUM LOMMEL
EUROTRUCK BV
kopie
12
15/03/07
nl992050
TRUCK CENTRUM LOMMEL
EUROTRUCK BV
kopie
13
21/03/07
nl992049
TRUCK CENTRUM LOMMEL
EUROTRUCK BV
kopie
14
30/03/07
nl992048
TRUCK CENTRUM LOMMEL
EUROTRUCK BV
kopie
15
19/04/07
nl992074
TRUCK CENTRUM LOMMEL
EUROTRUCK BV
kopie
16
19/04/07
nl992073
TRUCK CENTRUM LOMMEL
EUROTRUCK BV
kopie
17
23/04/07
nl992072
TRUCK CENTRUM LOMMEL
EUROTRUCK BV
kopie
18
26/04/07
nl992071
TRUCK CENTRUM LOMMEL
EUROTRUCK BV
kopie
19
03/05/07
nl992075
TRUCK CENTRUM LOMMEL
EUROTRUCK BV
kopie
20
15/05/07
nl992032
TRUCK CENTRUM LOMMEL
EUROTRUCK BV
kopie
21
10/05/07
nl992086
TRUCK CENTRUM LOMMEL
EUROTRUCK BV
kopie
50942
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
22
22/05/07
nl992082
TRUCK CENTRUM LOMMEL
EUROTRUCK BV
kopie
23
29/05/07
nl992087
TRUCK CENTRUM LOMMEL
EUROTRUCK BV
kopie
24
11/03/09
nl348208
TRUCK CENTRUM LOMMEL
J&G IMPORT-EXPORT BV
1
25
11/03/09
nl348208
TRUCK CENTRUM LOMMEL
J&G IMPORT-EXPORT BV
2
26
06/03/09
nl348209
TRUCK CENTRUM LOMMEL
J&G IMPORT-EXPORT BV
1
27
06/03/09
nl348209
TRUCK CENTRUM LOMMEL
J&G IMPORT-EXPORT BV
2
28
12/09/08
nl331612
TRUCK CENTRUM LOMMEL
EUROTRUCK BV
1
29
12/09/08
nl331612
TRUCK CENTRUM LOMMEL
EUROTRUCK BV
2,3,4
30
05/09/08
nl331610
TRUCK CENTRUM LOMMEL
EUROTRUCK BV
1
31
05/09/08
nl331610
TRUCK CENTRUM LOMMEL
EUROTRUCK BV
2,3,4
32
10/09/08
nl331611
TRUCK CENTRUM LOMMEL
EUROTRUCK BV
1
33
10/09/08
nl331611
TRUCK CENTRUM LOMMEL
EUROTRUCK BV
2,3,4
34
17/01/07
nl992061
TRUCK CENTRUM LOMMEL
BV EUROTRUCKS NL
2,3,4
b) de eerste, de tweede, de derde, de vierde, de zevende en de negende c) door het opstellen van de hierna omschreven valse transportdocumenten (stuk 679 en 701 kaft V/XIX), opgesteld door of ten gunste van de BVBA BF Verhuurwagens terwijl er in werkelijkheid geen goederen werden getransporteerd met het bedrieglijk opzet de schijn op te houden dat er wel goederen werden verhandeld voor of door BVBA BF Verhuurwagens om alzo onterecht btw te ontduiken middels het vermijden van voorafbetalingen en het creëren van een fictief btw-tegoed voor de BVBA BF Verhuurwagens, de stukken als van valsheid beticht neergelegd zijnde onder OS 1462/012 en OS 1442/012, te weten 1. de stukken sub OS1462/2012 (stuk 701) Datum —
CMR NR —
Afzender —
Ontvanger —
Ex-nr —
1
geen
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
2
geen
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
3
geen
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
4
geen
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
5
geen
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
6
03/11/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
7
geen
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
8
11/08/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
9
16/09/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
10
18/09/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
11
03/08/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
12
geen
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
13
06/08/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
14
16/08/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
15
11/08/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
16
04/06/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3
17
04/06/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
4
18
24/06/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3
19
24/06/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
4
20
24/06/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3
21
24/06/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
4
22
24/06/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3
23
24/06/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
4
24
12/07/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3
25
12/07/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
4
26
12/07/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3
27
12/07/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
4
28
geen
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3
50943
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD 29
geen
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
4
30
15/07/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3
31
15/07/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
4
32
24/07/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3
33
24/07/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
4
34
28/04/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3
35
26/05/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
36
20/05/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
37
25/05/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
38
10/06/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
39
11/06/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
40
16/06/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
41
16/06/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
42
18/06/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
43
22/06/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
44
31/03/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3
45
31/03/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
4
46
16/03/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3
47
16/03/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
4
48
17/03/10
NL096040
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3
49
17/03/10
NL096040
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
4
50
17/03/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3
51
17/03/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
4
52
geen
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3
53
geen
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
4
54
geen
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3
55
geen
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
4
56
01/04/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
57
30/03/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
58
06/04/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
59
06/04/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
60
06/04/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
61
14/04/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
62
20/04/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
63
23/04/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
64
20/04/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
65
27/04/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
66
28/04/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
67
28/04/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
68
28/04/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
69
28/04/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
70
01/04/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
71
14/04/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
72
25/03/10
NL geen
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
2
73
10/02/10
NL096041
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3,4
74
09/02/10
NL096038
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3,4
75
05/02/10
NL096039
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3,4
76
14/01/10
NL096036
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3,4
77
14/01/10
NL096034
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3,4
78
02/02/10
NL096037
WEBO INTERNATIONAL
TRUCK CENTRUM LOMMEL
3,4
50944
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
2. de stukken sub OS1442 (stuk 679) Datum —
CMR NR —
Afzender —
Ontvanger —
Ex —
1
02/05/11
34896561
BF VERHUURWAGENS
S.C.HANSONS FORW,
1
2
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
3
04/04/11
34896526
BF VERHUURWAGENS
S.C.HANSONS FORW,
1
4
14/04/11
34896529
BF VERHUURWAGENS
S.C.HANSONS FORW,
1
5
20/04/11
34896569
BF VERHUURWAGENS
S.C.HANSONS FORW,
1
6
29/04/11
34896563
BF VERHUURWAGENS
S.C.HANSONS FORW,
1
7
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
8
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
9
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
10
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
11
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
12
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
13
09/03/11
34896552
BF VERHUURWAGENS
S.C.HANSONS FORW,
1
14
10/03/11
34896522
BF VERHUURWAGENS
S.C.HANSONS FORW,
1
15
23/03/11
34896564
BF VERHUURWAGENS
S.C.HANSONS FORW,
1
16
28/03/11
34896524
BF VERHUURWAGENS
S.C.HANSONS FORW,
1
17
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
18
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
19
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
20
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
21
04/02/11
34896520
BF VERHUURWAGENS
S.C.HANSONS FORW,
1
22
08/02/11
34896525
BF VERHUURWAGENS
S.C.HANSONS FORW,
4
23
08/02/11
34896525
BF VERHUURWAGENS
S.C.HANSONS FORW,
1
24
14/02/11
34896551
BF VERHUURWAGENS
S.C.HANSONS FORW,
1
25
27/02/11
34896523
BF VERHUURWAGENS
S.C.HANSONS FORW,
4
26
27/02/11
34896523
BF VERHUURWAGENS
S.C.HANSONS FORW,
1
27
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
28
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
29
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
30
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
31
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
32
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
33
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
34
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
35
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
36
x
NL 096021
BF VERHUURWAGENS
COMBI FRIDGE
1,2,3,4
37
x
NL 096022
BF VERHUURWAGENS
COMBI FRIDGE
1,2,3,4
38
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
39
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
40
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
41
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
42
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
43
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
44
x
NL
WEBO INTERNATIONAL
BF VERHUURWAGENS
2
G. Bij inbreuk op artikel 39-43, 45, 53 en 73 van het wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, met bedrieglijk opzet of met het oogmerk om te schaden, als belastingsplichtige en/of als mededader, op de belasting die hij verschuldigd is terzake van de door hem verrichtte leveringen en diensten, belasting in aftrek te hebben gebracht, hetzij over niet aan hem geleverde goederen, verleende diensten of van door hem ingevoerde goederen, of door hem verrichte intracommunautaire verwervingen van goederen, hetzij over wel aan hem geleverde goederen, verleende diensten of van door hem ingevoerde goederen of door hem verrichtte intracommunautaire verwervingen doch die niet gebruikt werden voor het verrichten van belastbare handelingen, van handelingen vrijgesteld van de belasting krachtens de artikelen 39-42of van handelingen in het buitenland waarvoor recht op aftrek zou ontstaan indien zij in het binnenland zouden plaatsvinden, namelijk
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
50945
G.1 de eerste, de tweede en de derde meermaals, in meerdere malen, op niet nader te bepalen data tussen 01.11.2006 en 01.10.2007 het creëren van een fictieve aftrek van in totaal 721.786 euro voor de BVBA Truck Centrum Lommel die maandelijks btw aangeeft, door het opstellen en/of laten opstellen van valse facturen voor een totaal van 3.437.075 euro basisbedrag + 721.786,00 euro aan btw, opgesteld door de BVBA F&F Carlease en gericht aan de BVBA Truck Centrum Lommel terwijl er in werkelijkheid geen echte goederen werden geleverd en er geen effectieve betalingen werden verricht (stuk 27 kaft II/XIX en 258 en 260 Kaft III/XIX en OS4620/011 cf. kwalificatie F.2.a.1) Veroordeelt tot : Verklaart beklaagde Van Tienen niet schuldig aan de tenlasteleggingen F.1.b.1-27 en F.2.a.1 en spreekt hem hiervan vrij; Verklaart beklaagde Van Tienen schuldig aan de tenlasteleggingen B.1 zoals heromschreven en beperkt door de rechtbank, D.2, E.4, F.1.a.1-24, F.2.b.1, F.3.a.1, F.3.a.2, F.3.b.1, F.3.b.2 en G.1 en veroordeelt hem voor de vermengde feiten tot een gevangenisstraf van 1 jaar en een fiscale geldboete van 500,00 euro. Legt aan beklaagde Van Tienen het verbod op om, persoonlijk of door een tussenpersoon, de functie van bestuurder, commissaris of zaakvoerder in een vennootschap op aandelen, een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid of een coöperatieve vennootschap, enige functie waarbij macht wordt verleend om een van die vennootschappen te verbinden, de functie van persoon belast met het bestuur van een vestiging in België, bedoeld in artikel 198, § 6 eerste lid, van de op 30.11.1935 gecoördineerde wetten op de handelsvennootschappen, of het beroep van effectenmakelaar of correspondent – effectenmakelaar uit te oefenen. Stellen de duur van voormelde verboden vast op 5 jaar Verklaart beklaagde Van Groot-Battave schuldig aan de tenlasteleggingen B.7 zoals heromschreven en beperkt door de rechtbank, F.1.b.1-27 en F.2.b.2 en veroordeelt hem voor de vermengde feiten tot een gevangenisstraf van 10 maanden en een fiscale geldboete van 250,00 euro; Legt aan beklaagde Van Groot-Battave het verbod op om, persoonlijk of door een tussenpersoon, de functie van bestuurder, commissaris of zaakvoerder in een vennootschap op aandelen, een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid of een coöperatieve vennootschap, enige functie waarbij macht wordt verleend om een van die vennootschappen te verbinden, de functie van persoon belast met het bestuur van een vestiging in België, bedoeld in artikel 198, § 6 eerste lid, van de op 30.11.1935 gecoördineerde wetten op de handelsvennootschappen, of het beroep van effectenmakelaar of correspondent – effectenmakelaar uit te oefenen. Stellen de duur van voormelde verboden vast op 3 jaar. Beveelt de doorhaling van de valse stukken omschreven onder de tenlasteleggingen D.2, E.4, F.1.a, F.1.b, F.1.c, F.2.a.1, F.2.a.2, F.2.a.3, F.2.a.4, F.2.b.1, F.2.b.2, F.2.b.3, F.2.b.4, F.2.b.5, F.2.b.6, F.3.a.1, F.3.a.2, F.3.b.1, F.3.b.2, F.4.a-l, F.5.a-g, G.1, G.2, G.3, G.4, G.5, G.6; Verklaart verbeurd : - lastens beklaagde Van Tienen op grond van de artikelen 42,3° en 43 bis SW een bedrag van 15.000,00 euro, zijnde het vermogensvoordeel bekomen uit de bewezen verklaarde tenlastelegging G.1; Beveelt de teruggave van het bedrag van 43.500,00 euro aan de vrijwillig tussenkomende partij BV New Car Discount. Beveelt dat onderhavige beslissing op kosten van de veroordeelden bij uittreksel zal worden bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad overeenkomstig artikel 490 Sw. Verplicht de beklaagden Van Tienen en Van Groot-Battave bij toepassing van artikel 29 van de Wet van 01.08.1985, gewijzigd bij de Wet van 22 april 2003, het K.B. van 19 december 2003, het K.B. van 31 oktober 2005 en de artikelen 2 en 3 van de wet van 28 december 2011, tot betaling van een bedrag van ieder 25 euro, vermeerderd met 50 opdeciemen en alzo gebracht op ieder 150,00 euro, bij wijze van bijdrage tot de financiering van het Bijzonder Fonds tot hulp aan de slachtoffers van opzettelijke gewelddaden, ingesteld bij artikel 28 van de Wet van 01.08.1985. Legt aan de beklaagden Van Tienen en Van Groot-Battave overeenkomstig artikel 91, tweede lid van het K.B. van 28.12.1950, houdende algemeen reglement op de gerechtskosten in strafzaken, een vergoeding op van ieder 51,20 euro. Verwijst de beklaagden Van Tienen en Van Groot-Battave samen met zes anderen tot 5 /9 van de kosten van de strafvordering, deze tot op heden in totaal berekend op 4855,82 euro en alzo gebracht 337,20 euro voor elk van de beklaagden Van Tienen, en Van Groot-Battave. Vooreensluidend uittreksel afgeleverd aan mevrouw de Procureur des Konings te Tongeren. Tongeren, 8 juni 2015. De hoofdgriffier, Y. Kielich. (20050)
Faillite Faillissement
Aux termes de l’article 185 du Code des sociétés est réputé liquidateur, Monsieur Tryfon VARVERIS, boulevard d’Avroy 3/26, à 4000 LIEGE. Le curateur : (signé) Me Jean-Luc LEMPEREUR. (19681)
Tribunal de commerce de Liège, division Marche-en-Famenne
Tribunal de commerce de Liège, division Liège
Par jugement du 30 juin 2015, le tribunal de commerce de Liège, division Liège, a déclaré close, par liquidation d’actif, la faillite, prononcée par jugement du même tribunal du 9 février 2012, de la SPRL VARTSEM BELGIUM, rue Saint-Adalbert 3, à 4000 LIEGE, B.C.E. n° 0899.990.150, a déclaré la société faillie dissoute, a prononcé la clôture immédiate de sa liquidation, et a déchargé de ses fonctions de curateur, Me Jean-Luc LEMPEREUR, avocat, quai Godefroid Kurth 12, à 4020 LIEGE.
En cause de : REMY, Olivier Louis Paul Ghislain, né à Liège le 24.07.1978, de nationalité belge, domicilié à 6690 Vielsalm, Fraiture 6/C, électricien, enregistré dans la Banque-Carrefour des Entreprises sous le numéro 0816.934.196, déclaré en faillite par jugement du tribunal de céans du 06 mars 2014, comparaissant en personne et assisté de son conseil, Maître Frédéric HUART, avocat à 6990 Hotton, Petite Rue de la Vallée 12. Après en avoir délibéré, le tribunal, statuant contradictoirement, sur rapport du juge-commissaire, et de l’avis conforme du Ministère public, et en premier ressort :
50946
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
Dit que le failli est excusable.
Tribunal de commerce de Liège, division Namur
Dit que le présent jugement sera, comme de droit, notifié au failli par les soins du greffier, et publié par extrait au Moniteur belge, à la diligence du requérant, conformément à l’article 80, de la loi du 8 août 1997, sur les faillites, et que le curateur veillera à déposer au dossier de la procédure les justificatifs de l’insertion. Déclare comme de droit le présent jugement exécutoire par provision.
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, par le tribunal de commerce de Liège, division Namur, ont été déclarées closes, par insuffisance d’actif, les opérations de la faillite de la SPRL CAP D’ISA, dont le siège social était sis à 5060 Falisolle, place du Centenaire 5, inscrite à la B.C.E. sous le n° 0865.817.545.
Pour copie certifiée conforme : le greffier, (signé) J.-M. COLLARD. (19682)
Cette faillite a été prononcée par jugement du tribunal de céans, en date du 29.04.2010. Ledit jugement donne décharge à Maître Patrick BUYSSE, avocat au barreau de Namur de son mandat de curateur, et considère Madame Isabelle WATHELET, rue Charles Heuze 67/2, à 5060 Auvelais, comme liquidateur. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19687)
Tribunal de commerce de Liège, division Namur
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, le tribunal de commerce de Liège, division Namur, a déclaré excusable Monsieur Dominique LOUIS, né à Namur le 08.11.1974, domicilié à 5380 Franc-Waret, Pré Saint-Martin 17, déclaré en faillite par jugement du 03.01.2013, faillite non clôturée. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19683)
Tribunal de commerce de Liège, division Namur
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, par le tribunal de commerce de Liège, division Namur, ont été déclarées closes, par liquidation, les opérations de la faillite de Monsieur Paul NOEL, domicilié à 5150 SOYE, rue Notre-Dame des Affligés 10, inscrit à la B.C.E. sous le n° 0689.225.679. Cette faillite a été prononcée par jugement du tribunal de céans, en date du 04.12.2003.
Tribunal de commerce de Liège, division Namur
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, le tribunal de commerce de Liège, division Namur, a déclaré excusable Monsieur HENROT, Jacques, né à Charleroi le 13.01.1972, domicilié à 5100 Wierde, rue des Platanes 85, inscrit à la B.C.E. sous le n° 0658.549.727, déclaré en faillite par jugement du 11.09.2014, faillite non clôturée.
Ledit jugement donne décharge à Maître Benoît BUCHET, avocat au barreau de Namur de son mandat de curateur, et dit n’y avoir lieu de prononcer l’excusabilité. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19688)
Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19684)
Tribunal de commerce de Liège, division Namur
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, le tribunal de commerce de Liège, division Namur, a déclaré excusable Monsieur DERUDDER, Gérard, domicilié à 5060 Tamines, rue du Presbytère 3, inscrit à la B.C.E. sous le n° 0663.336.379, déclaré en faillite par jugement du 26.12.2013, faillite non clôturée. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19685)
Tribunal de commerce de Liège, division Namur
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, par le tribunal de commerce de Liège, division Namur, ont été déclarées closes, par insuffisance d’actif, les opérations de la faillite de la SPRL PEDICONE — QUINART, dont le siège social était situé rue Léopold 21, à 5030 Gembloux, inscrite à la B.C.E. sous le n° 0473.613.287. Cette faillite a été prononcée par jugement du tribunal de céans, en date du 19.02.2015. Ledit jugement donne décharge à Maître Christophe HUBERT, avocat au barreau de Namur de son mandat de curateur, et considère Mme Noëlla CROES, rue des Saules 1B136 à 1450 Chastre, comme liquidateur. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19689)
Tribunal de commerce de Liège, division Namur Tribunal de commerce de Liège, division Namur
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, par le tribunal de commerce de Liège, division Namur, ont été déclarées closes, par liquidation, les opérations de la faillite de la SPRL H & C DISTRI, dont le siège social était sis à 5190 Ham-sur-Sambre, place de Ham 13/1, inscrite à la B.C.E. sous le n° 0866.674.511. Cette faillite a été prononcée par jugement du tribunal de céans, en date du 22.07.2010. Ledit jugement donne décharge à Maître Caroline CRAPPE, avocat au barreau de Namur de son mandat de curateur, et considère Madame HUBERT, Laetitia, place de Ham 13/1, à 5190 Ham-surSambre, comme liquidateur. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19686)
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, par le tribunal de commerce de Liège, division Namur, ont été déclarées closes, par faute d’actif, les opérations de la faillite de la SPRL OPTISTONE, dont le siège social était établi à 5060 Falisolle, rue Saint-Roch 116, inscrite à la B.C.E. sous le n° 0836.467.523. Cette faillite a été prononcée par jugement du tribunal de céans, en date du 20.11.2014. Ledit jugement donne décharge à Maître Christophe HUBERT, avocat au barreau de Namur de son mandat de curateur, et considère M. Eric ASSELBERGH, avenue de la Dame 73, à 5100 Jambes, comme liquidateur. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19690)
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
50947
Tribunal de commerce de Liège, division Namur
Tribunal de commerce de Liège, division Namur
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, par le tribunal de commerce de Liège, division Namur, ont été déclarées closes, par insuffisance d’actif, les opérations de la faillite de Madame HASTIR, Aurore, née le 06.10.1992, domiciliée à 5640 Mettet, rue de Pontaury 10, inscrite à la B.C.E. sous le n° 0542.372.134.
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, par le tribunal de commerce de Liège, division Namur, ont été déclarées closes, par faute d’actif, les opérations de la faillite de la SPRL OLYMPIA IMMO, dont le siège social était sis à 5190 SPY, rue de Soye 30/B.D., inscrite à la B.C.E. sous le n° 0867.875.925.
Cette faillite a été prononcée par jugement du tribunal de céans, en date du 20.11.2014.
Cette faillite a été prononcée par jugement du tribunal de céans, en date du 26.06.2014.
Ledit jugement donne décharge à Maître Murielle DELFORGE, avocat au barreau de Namur de son mandat de curateur, et dit y avoir lieu de prononcer l’excusabilité. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19691)
Ledit jugement donne décharge à Maître Marie-Thérèse DE NEVE, avocat au barreau de Namur de son mandat de curateur, et considère M. Salvatore CUTRONA, rue Sainte-Rita 90, à 5004 Bouge, comme liquidateur. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19695)
Tribunal de commerce de Liège, division Namur
Tribunal de commerce de Liège, division Namur
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, par le tribunal de commerce de Liège, division Namur, ont été déclarées closes, par insuffisance d’actif, les opérations de la faillite de Monsieur Alain GELINNE, domicilié à 5641 Furnaux, rue de Fenal 48, inscrit à la B.C.E. sous le n° 0835.248.489.
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, par le tribunal de commerce de Liège, division Namur, ont été déclarées closes, par faute d’actif, les opérations de la faillite de Monsieur ERNST, Vincent Gaston, né à Uccle le 29.03.1974, domicilié à 5140 Ligny, rue de la Ligne, inscrit à la B.C.E. sous le n° 0534.444.264.
Cette faillite a été prononcée par jugement du tribunal de céans, en date du 06.11.2014. Ledit jugement donne décharge à Maître Patrick BUYSSE, avocat au barreau de Namur de son mandat de curateur, et dit y avoir lieu de prononcer l’excusabilité. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19692)
Cette faillite a été prononcée par jugement du tribunal de céans, en date du 15.05.2014. Ledit jugement donne décharge à Maître Marielle SCHUMACKER, avocat au barreau de Namur de son mandat de curateur, et dit y avoir lieu de prononcer l’excusabilité. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19696)
Tribunal de commerce de Liège, division Namur Tribunal de commerce de Liège, division Namur
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, par le tribunal de commerce de Liège, division Namur, ont été déclarées closes, par liquidation, les opérations de la faillite de Monsieur CRISPIN, Guy Jacques, né le 13 mai 1952, à Kindu Port Empain (Congo), domicilié à 5380 Fernelmont, rue de Leuze 85, inscrit à la B.C.E. sous le n° 0657.454.419. Cette faillite a été prononcée par jugement du tribunal de céans, en date du 11.08.2014. Ledit jugement donne décharge à Maître Christophe HUBERT, avocat au barreau de Namur de son mandat de curateur, et dit y avoir lieu de prononcer l’excusabilité. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19693)
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, par le tribunal de commerce de Liège, division Namur, ont été déclarées closes, par insuffisance d’actif, les opérations de la faillite de la SPRL Entreprise Gilles ANTUNA, dont le siège social était sis à 5020 Flawinne, rue Henri Linchet 20, inscrite à la B.C.E. sous le n° 0469.259.868. Cette faillite a été prononcée par jugement du tribunal de céans, en date du 03.04.2014. Ledit jugement donne décharge à Maître Caroline CRAPPE, avocat au barreau de Namur de son mandat de curateur, et considère M. Hermenegildo ANTUNA Y FENTES, rue Henri Linchet 20, à 5020 Flawinne, comme liquidateur. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19697)
Tribunal de commerce de Liège, division Namur Tribunal de commerce de Liège, division Namur
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, par le tribunal de commerce de Liège, division Namur, ont été déclarées closes, par insuffisance d’actif, les opérations de la faillite de Madame DELTENRE, Vinciane, née à Namur le 25.02.1973, domiciliée à 5000 Namur, rue Sergent Vrithoff 53, inscrite à la B.C.E. sous le n° 0847.631.728. Cette faillite a été prononcée par jugement du tribunal de céans, en date du 24.07.2014. Ledit jugement donne décharge à Maître Bénédicte HUMBLET, avocat au barreau de Namur de son mandat de curateur, et dit y avoir lieu de prononcer l’excusabilité. Pour extrait conforme, Le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19694)
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, par le tribunal de commerce de Liège, Division Namur, ont été déclarées closes, par liquidation, les opérations de la faillite de Monsieur COLLIGNON, Emmanuel Christian Vincent Ghislain, né à Namur le 10.10.1971, domicilié à 5537 Anhée, rue de la Molignée 4, bte 7, inscrit à la B.C.E. sous le n° 0876.774.783. Cette faillite a été prononcée par jugement du tribunal de céans, en date du 20.03.2014. Ledit jugement donne décharge à Maître Karl STEINIER, avocat au barreau de Namur de son mandat de curateur. L’excusabilité du failli a été prononcée par jugement du tribunal de céans, en date du 12 février 2015. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19698)
50948
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Tribunal de commerce de Liège, division Namur
Tribunal de commerce de Liège, division Namur
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, par le tribunal de commerce de Liège, division Namur, ont été déclarées closes, par insuffisance d’actif, les opérations de la faillite de Monsieur DANHIEZ, Gatien, né à Bruxelles le 20.4.1986, domicilié à 5500 Dinant, rue Caussin 78, inscrit à la B.C.E. sous le n° 0534.934.511.
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, par le tribunal de commerce de Liège, division Namur, ont été déclarées closes, par liquidation, les opérations de la faillite de la SPRL ACHAT PARTENAIRE BELGIUM, dont le siège social était sis rue de Fosses 106, à 5060 Arsimont, inscrite à la B.C.E. sous le n° 0886.177.053.
Cette faillite a été prononcée par jugement du tribunal de céans, en date du 06.03.2014. Ledit jugement donne décharge à Maître Th. BOUVIER, avocat au barreau de Namur de son mandat de curateur, et dit y avoir lieu de prononcer l’excusabilité. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19699)
Cette faillite a été prononcée par jugement du tribunal de céans, en date du 22.03.2012. Ledit jugement donne décharge à Maître Anne-Catherine GEUBELLE, avocat au barreau de Namur de son mandat de curateur, et considère M. Denis ROMAN MORENO, rue F. Peissel 58, à 69300 CALUIRE, comme liquidateur. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19703)
Tribunal de commerce de Liège, division Namur Tribunal de commerce de Liège, division Namur
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, par le tribunal de commerce de Liège, division Namur, ont été déclarées closes, par liquidation, les opérations de la faillite de la SPRL J.F.A. CASSART, dont le siège social était sis à 5100 Jambes, avenue du Bourg. Jean Materne 89, inscrite à la B.C.E. sous le n° 0462.598.740. Cette faillite a été prononcée par jugement du tribunal de céans, en date du 27.02.2014. Ledit jugement donne décharge à Maître Marielle SCHUMACKER, avocat au barreau de Namur de son mandat de curateur, et considère Mme Marie HERRERO MONTEIRO, rue des Houblonnières 2, à 5000 Namur, comme liquidateur. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19700)
Le tribunal de commerce de Liège, division Namur, a prononcé le 9 juillet 2015, la clôture sommaire des opérations de la faillite de la SPRL MSTECH INFORMATIQUE, dont le siège social était sis à 5030 Gembloux, place de l’Orneau 9, inscrite à la B.C.E. sous le n° 0897.785.874. Cette faillite a été prononcée par jugement du tribunal de céans, en date du 25.11.2010. Ledit jugement donne décharge à Maître François ETIENNE, avocat au barreau de Namur de son mandat de curateur, et considère M. Grégory BEAUMONT, place de l’Orneau 9, à 5030 Gembloux, comme liquidateur. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19704)
Tribunal de commerce de Liège, division Namur
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, par le tribunal de commerce de Liège, division Namur, ont été déclarées closes, par faute d’actif, les opérations de la faillite de la SCRIS INTERNATIONAL CONSULTING SERVICES, dont le siège social était sis à 5000 Namur, rue J. Hamoir 27, inscrite à la B.C.E. sous le n° 0824.914.922. Cette faillite a été prononcée par jugement du tribunal de céans, en date du 17.10.2013.
Rechtbank van koophandel Antwerpen, afdeling Antwerpen
Faillissement : de heer Raymond DE MARBAIX, wonende te 2610 Wilrijk, Doornstraat 246, bus 18; verschijnt in persoon -
Ledit jugement donne décharge à Maître Bernard THEYS, avocat au barreau de Namur de son mandat de curateur et considère M. UYSAL, Oktay, rue J. Hamoir 25, à 5000 Namur (dernier domicile connu), comme liquidateur. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19701)
en wordt vertegenwoordigd door Mr. L Jacobs, advocaat, kantoorhoudende te 2630 Aartselaar, Populierenlaan 41.
Tribunal de commerce de Liège, division Namur
Bij verzoekschrift neergelegd ter griffie op 17 februari 2015 vraagt de heer Raymond De Marbaix dat de rechtbank in overeenstemming met artikel 80, vijfde lid Faill.W. uitspraak zou doen over de verschoonbaarheid.
Par jugement prononcé le 9 juillet 2015, par le tribunal de commerce de Liège, division Namur, ont été déclarées closes, par faute d’actif, les opérations de la faillite de Madame BOUSSOT, Audrey, né à Marseille le 10.08.1980, anciennement domiciliée à 5030 Gembloux, Grand Rue 72, actuellement domiciliée à 5000 Namur, avenue de la Pairelle 66, inscrite à la B.C.E. sous le n° 0831.563.281. Cette faillite a été prononcée par jugement du tribunal de céans, en date du 22.11.2012. Ledit jugement donne décharge à Maître Christophe HUBERT, avocat au barreau de Namur de son mandat de curateur, et dit n’y avoir lieu de prononcer l’excusabilité. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) A.-P. DEHANT. (19702)
De heer Raymond De Marbaix werd op bekentenis failliet verklaard door vonnis van de rechtbank van koophandel Antwerpen, d.d. 31 juli 2014 en Mr P. Hechtermans, advocaat, te Antwerpen, met kantoor te 2018 Antwerpen, Justitiestraat 25, bus 5, werd aangesteld als curator.
Op de zitting van 12 mei 2015 is verschenen : de heer Raymond De Marbaix, vertegenwoordigd door Mr. L. Jacobs. Mr P. Hechtermans, qq. De zaak werd behandeld op de zitting van 12 mei 2015 en de rechtbank aanhoorde het verslag van de heer L. Michiels, in vervanging van de heer L. Goossens, rechter in handelszaken, rechter-commissaris van dit faillissement, over de omstandigheden van het faillissement. Er lag een positief advies voor van de’ rechter-commissaris en er waren geen gewichtige omstandigheden voorhanden die de verschoonbaarheid in de weg zouden staan.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Het Openbaar Ministerie, in de persoon van substituut procureur des Konings, Mevrouw M. Lootens, had een eensluidend mondeling advies uitgebracht, waarna aan de overige partijen de mogelijkheid tot repliek is geboden, waarna de zaak in beraad werd genomen. Tijdens de beraadslaging merkte de rechtbank op dat de schuldeisers niet werden opgeroepen. Gezien het tussenvonnis van 26 mei 2015. De curator heeft de schuldeisers en de gefailleerde bijeengeroepen op de vergadering van 9 juni 2015 en dit in overeenstemming met artikel 79 Faill.W.
50949
Rechtbank van koophandel Antwerpen, afdeling Mechelen
Bij vonnis, d.d. 15 juli 2015, van de rechtbank van koophandel Antwerpen, afdeling Mechelen, werd gesloten verklaard wegens ontoereikend actief, het faillissement van de heer DECOSTER, Filip, wonende te 2800 Mechelen, voorheen Dobbelhuizen 9 en thans Populierendreef 33, met ondernemingsnummer 0515.925.677 en werd de gefailleerde verschoonbaar verklaard. Voor eensluidend uittreksel : de griffier, (get.) H. Berghmans. (19708)
Op de vergadering van de schuldeisers is er niemand verschenen zodat de heer De Marbaix verschoonbaar kan worden verklaard. Rechtbank van koophandel Antwerpen, afdeling Mechelen
BESLISSING Om alle redenen die hierboven werden weergegeven : Met naleving van de Wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken, Na erover te hebben beraadslaagd, komt de rechtbank tot volgende beslissing : verklaart de heer Raymond De Marbaix verschoonbaar. Beveelt dat dit vonnis bij uittreksel zal worden bekend gemaakt in het Belgisch Staatsblad. Aldus gewezen door de 22° kamer van de rechtbank van koophandel ANTWERPEN, afdeling ANTWERPEN, samengesteld uit :
Bij vonnis, d.d. 15 juli 2015, van de rechtbank van koophandel Antwerpen, afdeling Mechelen, werd gesloten verklaard wegens ontoereikend actief, het faillissement van de BVBA BALBIKES, met maatschappelijke zetel te 2500 Lier, Mechelsesteenweg 258, met ondernemingsnummer 0812.005.113 en werd gezegd dat als vereffenaar wordt beschouwd : de heer BAL, Guy, wonende te 2500 Lier, Predikherenlaan 85, doch aldaar van ambtswege afgevoerd, d.d. 29.09.2014. Voor eensluidend uittreksel : de griffier, (get.) H. Berghmans. (19709)
T. Coeckelbergh, Rechter, voorzitter van de 22° kamer; H. Tubax, rechter in handelszaken;
Rechtbank van koophandel Antwerpen, afdeling Mechelen
L. Michiels, Rechter in handelszaken; B. Franck, griffier, en uitgesproken in openbare zitting van diezelfde kamer op dinsdag 30/06/2015, door T. Coeckelbergh, rechter, bijgestaan door B. Franck, griffier. (Get.) B. Franck, griffier. (19705)
Bij vonnis, d.d. 15 juli 2015, van de rechtbank van koophandel Antwerpen, afdeling Mechelen, werd gesloten verklaard wegens ontoereikend actief, het faillissement van de BVBA HERBER PARTNERS, met maatschappelijke zetel te 2800 Mechelen, Nekkerspoelstraat 55, met ondernemingsnummer 0460.344.479 en werd gezegd dat als vereffenaar wordt beschouwd : de heer DEWITTE, Christian, wonende te 2540 Hove, Vredestraat 121. Voor eensluidend uittreksel : de griffier, (get.) H. Berghmans. (19710)
Rechtbank van koophandel Antwerpen, afdeling Mechelen Rechtbank van koophandel Antwerpen, afdeling Mechelen
Bij vonnis, d.d. 15 juli 2015, van de rechtbank van koophandel Antwerpen, afdeling Mechelen, werd gesloten verklaard wegens ontoereikend actief, het faillissement van de BVBA AFSPANNING DE ROOS, met maatschappelijke zetel te 2880 Bornem, Rijksweg 55A, met ondernemingsnummer 0894.269.724 en werd gezegd dat als vereffenaar wordt beschouwd : de heer LECLUSE, Patrick, wonende te 3150 Haacht, Moorter 11. Voor eensluidend uittreksel : de griffier, (get.) H. Berghmans. (19706)
Bij vonnis, d.d. 15 juli 2015, van de rechtbank van koophandel Antwerpen, afdeling Mechelen, werd gesloten verklaard ingevolge vereffening, het faillissement van de NV STAMFORD POWER BELGIUM, met maatschappelijke zetel te 2800 Mechelen, Mollestraat Unit E2, met ondernemingsnummer 0415.619.858 en werd gezegd dat als vereffenaar wordt beschouwd : de heer SMETS, Frans, wonende te 8300 Knokke-Heist, Zeedijk-Knokke, 682/0061. Voor eensluidend uittreksel : de griffier, (get.) H. Berghmans. (19711)
Rechtbank van koophandel Antwerpen, afdeling Mechelen
Bij vonnis, d.d. 15 juli 2015, van de rechtbank van koophandel Antwerpen, afdeling Mechelen, werd gesloten verklaard wegens ontoereikend actief, het faillissement van de BVBA SERHAN ANADOLU, met maatschappelijke zetel te 2830 Willebroek, August Van Landeghemstraat 81, met ondernemingsnummer 0831.640.485 en werd gezegd dat als vereffenaars worden beschouwd : mevrouw CORREMANS, Nancy, wonende te 2830 Willebroek, Ringlaan 102, mevrouw OZDEMIR, Kader, wonende te 2830 Willebroek, Kloosterstraat 16 en mevrouw OZDEMIR, Ciydem, wonende te 3550 Heusden-Zolder, G. Gezellelaan 131.
Rechtbank van koophandel Antwerpen, afdeling Mechelen
Bij vonnis, d.d. 15 juli 2015, van de rechtbank van koophandel Antwerpen, afdeling Mechelen, werd gesloten verklaard ingevolge vereffening, het faillissement van de NV STAMFORD POWER INTERNATIONAL, met maatschappelijke zetel te 2800 Mechelen, Mollestraat Unit E2, met ondernemingsnummer 0415.852.955 en werd gezegd dat als vereffenaar wordt beschouwd : de heer SMETS, Frans, wonende te 8300 Knokke-Heist, Zeedijk-Knokke, 682/0061. Voor eensluidend uittreksel : de griffier, (get.) H. Berghmans.
Voor eensluidend uittreksel : de griffier, (get.) H. Berghmans. (19707)
(19712)
50950
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Rechtbank van koophandel Gent, afdeling Oudenaarde
Opening van het faillissement, op aangifte (bekentenis) (art. 11 FW), van : CNOCKAERT PASCAL, ADOLPHE HULLEBROECKSTRAAT 30, 9600 RONSE. Geboortedatum en -plaats : 20 december 1963 RONSE.
Le contrat modificatif comporte l’adjonction d’une société accessoire au régime principal de séparation de biens et l’apport, à concurrence de deux tiers, à ladite société accessoire d’un immeuble appartenant en propre à Monsieur FLORENT, Xavier. Le 13 juillet 2015. Pour extrait conforme : (signé) Véronique DOLPIRE, notaire. (19714)
Referentie : 2145. Datum faillissement : 5 augustus 2015. Handelsactiviteit : Vervaardiging van metalen constructiewerken Ondernemingsnummer : 0822.988.184 Curator : Mr RUBBENS Maud, GLORIEUXLAAN 144, 9600 RONSE. Voorlopige datum van staking van betaling : 04/08/2015 Datum neerlegging van de schuldvorderingen : binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitspraak van het vonnis, ter griffie van de rechtbank van koophandel te Gent, afdeling Oudenaarde, Bekstraat 14, 9700 Oudenaarde. Datum voor de neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van schuldvorderingen : 30 september 2015. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (zoals o.m. de personen die zich borg hebben gesteld) kunnen hiervan een verklaring ter griffie neerleggen (art. 72bis en 72ter Fail.W.). Voor eensluidend uittreksel : I. Verheyen, griffier 2015/106945
Régime matrimonial
Uit een akte van wijziging van huwelijkscontract, verleden voor geassocieerd notaris Hilde Verholen, te Willebroek, op 2 juli 2015, dragende volgende registratievermelding : « Geregistreerd op het registratiekantoor MECHELEN-AA op zeven juli tweeduizend vijftien (07-07-2015) Register 5. Boek 00000. Blad 0000. Vak 0013958 » tussen de echtgenoten, de heer VERSTREPEN, Mauritius Franciscus Josephus, geboren te Breendonk op 5 april 1930, nationaal nummer 30.04.05343.68, en zijn echtgenote, mevrouw GOOVAERTS, Louisa Joanna Maria, geboren te Mechelen op 20 augustus 1931, nationaal nummer 31.08.20-340.58, samenwonende te 2811 Mechelen (Leest), Grote Heide 15, blijkt dat : de echtgenoten Verstrepen-Goovaerts gehuwd zijn voor de ambtenaar van de burgerlijke stand te Mechelen op 21 november 1953. onroerende goederen werden ingebracht in het gemeenschappelijk vermogen; en dat er wijzigingen werden aangebracht zonder dat de aard van het stelsel werd gewijzigd. Opgemaakt en getekend door geassocieerd notaris Hilde Verholen, te Willebroek, 31 juli 2015. Voor ontledend uittreksel : (get.) Hilde Verholen, geassocieerd notaris. (19715)
Code civil - article 1396
Huwelijksvermogensstelsel
Burgerlijk Wetboek - artikel 1396
Aux termes de leur contrat modificatif, reçu par Maître Roland STIERS, en date du 13 juillet 2015, Monsieur AISSATI, Rachid, né à Liège le 7 décembre 1983, numéro national 83.12.07-191.68, domicilié à 4020 Liège, rue Large-Voie 27, et son épouse, en secondes noces, Madame SLIMANI, Rajaâ, née à Liège le 21 avril 1992, numéro national 92.04.21-148.08, domiciliée à 4030 Liège (Grivegnée), rue de la Chartreuse 30. Mariés à Liège le 12 juin 2015, sous le régime légal belge à défaut de contrat de mariage. Ont modifié leur régime matrimonial comme suit : Le contrat modificatif comporte l’adoption du régime de la séparation des biens pure et simple. Pour extrait analytique conforme : (signé) Roland STIERS, notaire. (19713)
D’un acte reçu par Maître Véronique DOLPIRE, notaire à Dinant, le vingt-quatre juin deux mille quinze, en cours d’enregistrement, il résulte que : Monsieur FLORENT, Xavier Vincent André Marie Ghislain, né à Dinant le premier août mille neuf cent septante-huit, inscrit au registre national sous le numéro 78.08.01-325.78, et son épouse, Madame PATERNOTTE, Sandrine Thérèse Marie Ghislaine, née à Namur le dix-neuf novembre mille neuf cent quatre-vingts, inscrite au registre national sous le numéro 80.11.19-208.09, domiciliés ensemble à Namur, rue du Progrès (NR) 13, époux qui déclarent s’être mariés à Namur le premier septembre deux mille douze, sous le régime de la séparation de biens pure et simple suivant contrat de mariage dressé le vingt-sept juillet deux mille douze, par le notaire soussigné, ont modifié leur régime matrimonial.
Er blijkt uit een akte verleden voor Mr. Bart VAN DE KEERE, geassocieerd notaris in de burgerlijke vennootschap onder de vorm van een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Wylleman - Van de Keere-Van Maelzaeke, geassocieerde notarissen, met zetel te Evergem-Sleidinge, Sleidinge-dorp 102, op 14 juli 2015 tussen de heer DE VILDER, René Ferdinand, geboren te Evergem op 5 december 1939, met rijksregisternummer 39.12.05-251.17, en zijn echtgenote, mevrouw COLOMBEEN, Raphaella Margriet Omer, geboren te Evergem op 28 februari 1940, met rijksregisternummer 40.02.28-310.92, samenwonende te 9940 Evergem, Belzele Dorp 9. Dat zij gehuwd zijn voor de ambtenaar van de burgerlijke stand der gemeente Evergem, op 5 september 1962, onder het wettelijk stelsel bij ontstentenis aan voorafgaand huwelijkscontract. Dat zij thans hun huwelijksvermogensstelsel minnelijk hebben gewijzigd, doch niet wat het stelsel betreft, door inbreng door de echtgenote van een onroerend goed in het gemeenschappelijk vermogen en door toevoeging van een keuzebeding. Voor beredeneerd uittreksel, opgemaakt te Evergem (Sleidinge), 14 juli 2015 (Get.) Bart Van de Keere, geassocieerd notaris. (19716)
Uit een akte verleden voor Jan EEKHAUT, geassocieerd notaris, te Puurs, op 27 april 2015, dragende de melding : « geregistreerd tien bladen, geen verz. te Brugge op 04/05/2015, Deel 0. Blad 0. Vak 7755. Ontvangen : vijftig euro (S 50,00). De eerstaanwezend Inspecteur (get.) De Ontvanger », blijkt dat de heer DE LOORE, Marnix Oscar Ernest, geboren te Gent op 9 juli 1953, met rijksregisternummer 53.07.09-061.55, en zijn echtgenote, mevrouw LEJEUNE, Marleen Clara Maria, geboren te Zottegem op 17 april 1951, met rijksregisternummer 51.04.17-242.56, samenwonende te 9070 Destelbergen (Heusden), Muizendries 4. Gehuwd onder het stelsel van zuivere scheiding van goederen, bij akte verleden voor notaris Maurice Charles Chevalier, te Sint-MariaLierde op 6 september 1975, zonder wijziging tot op heden. Gebruik hebben gemaakt van de mogelijkheid hen verschaft bij artikel 1394 van het Burgerlijk Wetboek, hun voormeld huwelijkscontract te wijzigen, doch met behoud van het tussen hen bestaand stelsel.
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Krachtens voormelde wijzigende akte werd een beperkt gemeenschappelijk vermogen gecreëerd. In het beperkt gemeenschappelijk vermogen werden door de heer De Loore Marnix en mevrouw Lejeune Marleen onroerende goederen ingebracht. Voor beredeneerd uittreksel : (get.) Jan EEKHAUT, geassocieerd notaris. (19717)
Uit een akte verleden voor Peter VERHAEGEN, geassocieerd notaris, te Puurs, op 13 mei 2015, dragende de melding : « geregistreerd elf bladen, geen verz. te Mechelen op 03/06/2015, Deel 0. Blad 0. Vak 10772. Ontvangen : vijftig euro (S 50,00). De eerstaanwezend inspecteur (get.) De Ontvanger », blijkt dat de heer VERCAUTEREN, Werner Alfons Margaretha, geboren te Bornem op 2 juni 1963, met rijksregisternummer 63.06.02-257.78, en zijn echtgenote, mevrouw BEYENS, Jannick Carine Cyrille, geboren te Nieuwpoort op 13 maart 1966, met rijksregisternummer 66.03.13-384.51, samenwonende te 2880 Bornem, Kloosterstraat 175, bus 1. Gehuwd onder het stelsel van scheiding van goederen, bij akte verleden voor notaris Harry Maeyens, te Bornem, op 9 maart 1988, zonder wijziging tot op heden. Gebruik hebben gemaakt van de mogelijkheid hen verschaft bij artikel 1394 van het Burgerlijk Wetboek, hun voormeld huwelijkscontract te wijzigen, doch met behoud van het tussen hen bestaand stelsel. Krachtens voormelde wijzigende akte werd een beperkt gemeenschappelijk vermogen gecreëerd. In het beperkt gemeenschappelijk vermogen werden door de heer Vercauteren, Werner en mevrouw Beyens, Jannick, onroerende goederen ingebracht. En werd de keuzeclausule toegevoegd. Voor beredeneerd uittreksel : (get.) Jan EEKHAUT, geassocieerd notaris. (19718)
Bij akte verleden voor notaris Bernard Denys, te Avelgem, de tien maart twee duizend en tien, hebben de echtgenoten, heer WALCARIUS, Hans Jozef Georges, geboren te Avelgem de tien juni negentien honderd vier en zestig, en zijn echtgenote, mevrouw BEYAERT, Els-Laura-Fanny, geboren te Avelgem de negen maart negentien honderd achtenzestig, samenwonende te 8580 Avelgem, Leopoldstraat 12, bij toepassing van artikel 1394 Burgerlijk Wetboek een wijziging aangebracht aan hun huwelijksstelsel waarbij het wettelijk stelsel der gemeenschap werd behouden, doch uitgebreid met de inbreng van een persoonlijk onroerend goed in de gemeenschap door de heer Walcarius, Hans. Voor de partijen : (get.) Bernard Denys, notaris. (19719)
Bij akte, verleden voor Mr. Yves Tuerlinckx, notaris, met standplaats te Bilzen, op 23 juni 2015, afschrift van akte repertorium nummer 2015/254 neergelegd op het eerste registratiekantoor Hasselt I op 6 juli 2015. Nog geen registratierelaas ontvangen op 15 juli 2015, hebben de echtgenoten, de heer HAMAEKERS, Wim en mevrouw VAN REETH, Kristien, beide wonende te 3590 Diepenbeek, Poststraat 33, een wijziging van hun huwelijksvermogensstelsel bedongen. (Get.) Yves Tuerlinckx, notaris. (19720)
Uittreksel uit de akte houdende wijziging huwelijksvoorwaarden die werd verleden voor ondergetekende Mr. Pierre VAN MOFFAERT, notaris, te Sint-Martens-Latem, op 15 juli 2015. Met betrekking tot de echtgenoten : 1. De heer DECRAEMER, Peter Marcel Johan, geboren te Gent op 9 maart 1965, wonende en gehuisvest te 9820 Merelbeke, Land van Rodelaan 29, en zijn echtgenote, 2. Mevrouw DEWAELE, An Erika Johanna, geboren te Gent op 3 januari 1968, wonende en gehuisvest te 9820 Merelbeke, Land van Rodelaan 29.
50951
Opgemaakt in uitvoering van artikel 1395 paragraaf 2 van het Burgerlijk Wetboek, om te worden overgemaakt aan de bevoegde ambtenaar van de burgerlijke stand en/of de notaris die de minuut van het gewijzigde huwelijkscontract onder zich houdt. Er blijkt uit deze akte : 1. dat zij gehuwd zijn voor de ambtenaar van de Burgerlijke stand van de Stad Gent, op 20 juni 1992 onder de bepalingen van het wettelijk stelsel ingevolge huwelijkscontract verleden voor notaris Sylvère Butin, destijds te Zwijnaarde (thans Gent) op 11 juni 1992; 2. dat zij hun huwelijksvoorwaarden gewijzigd hebben door inbreng van een onroerend goed in de bestaande huwgemeenschap, zonder vereffening van het vorig huwelijksvermogensstelsel. Voor Analytisch Uittreksel : (get.) Pierre VAN MOFFAERT, notaris. (19721)
Bij akte verleden voor notaris Jean-Luc SNYERS, te Alken, op 23 december 2014, hebben de heer CROES, Geert Gerard, geboren te Hasselt op vijfentwintig april negentienhonderd tachtig, nationaalnummer 80.04.25-007.78, en zijn echtgenote, mevrouw AKGOZ, Bahar, geboren te Neerpelt op negentien januari negentienhonderd tweeëntachtig, nationaalnummer 82.01.19-062.30, wonende te 3500 Hasselt, Sint-Martinusplein 4/C/11, een wijziging aan hun huwelijksstelsel doorgevoerd, met inbreng van een onroerend goed in de gemeenschap. Alken, 13 juli 2015. (Get.) Jean-Luc Snyers, notaris. (19722)
Bij akte verleden voor notaris Anne-Sophie Willems, te Zwalm, op 29 juni 2015, werd een akte wijziging huwelijksvermogensstelsel verleden. Ingevolge deze akte hebben de echtgenoten de heer WAEGEMAN, Waldo Eric Marc Maria, geboren te Opbrakel op 16 maart 1939, en zijn echtgenote, mevrouw BRACKENIER, Nelly Marie Louise, geboren te Balegem op 4 november 1939, beide wonende te 9860 Oosterzele, Molenstraat 38, verklaard gehuwd te willen blijven onder het wettelijk stelsel en dat de wijziging slaat op een keuzebeding met betrekking tot de huwelijksgemeenschap, de inbreng van eigen onroerende goederen door de vrouw en de afschaffing van de giften tussen echtgenoten. (Get.) Anne-Sophie Willems, notaris. (19723)
Bij akte verleden door Eric De Bie, geassocieerd notaris, te Antwerpen (Ekeren), op 13 juli 2015, hebben de heer VAN HOOYDONK, Stefaan Alexander Karel, geboren te Deurne (Antwerpen) op 2 december 1967 en mevrouw PELETIER, Jeltje Catharina, geboren te Hattem (Nederland) op 17 september 1966, samenwonende te Wijnegem, Molendreef 2, gehuwd te Shanghai (China) op 17 mei 2003 zonder huwelijkscontract, volgende wijziging aangebracht aan hun huwelijksvermogensstelsel : rechtskeuze Belgisch recht + inbreng van onroerende goederen in het gemeenschappelijk vermogen + toevoeging keuzebeding. (Get.) Eric De Bie, geassocieerd notaris. (19724)
Uit een akte verleden voor notaris Johan VAN CAENEGEM, te Kruishoutem, op 19 juni 2015, dragende de melding : « Geregistreerd op het registratiekantoor GENT II-AA op 26-06-2015, bladen : 9; verzendingen : 0. Register 5. Vak 13719. Ontvangen : vijftig euro (S 50,00). De Ontvanger », blijkt dat de heer VERMEULEN, Hendrik Jozef Amand, geboren te Gent op 19 maart 1953, rijksregister nummer 53.03.19-031.48, en zijn echtgenote, mevrouw WAUTERS, Lutgard Marie Camiel, geboren te Zottegem op 23 juli 1959, rijksregisternummer 59.07.23474.27, samenwonende te 9620 Zottegem, Romeins Plein 14. Gehuwd te Gent op 23 november 1985 onder het wettelijke stelsel der gemeenschap blijkens huwelijkscontract verleden voor notaris Stefaan De Wolf, alsdan te Kruishoutem, op 18 november 1985, niet gewijzigd aldus verklaard.
50952
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
Gebruik hebben gemaakt van de mogelijkheid hen verschaft bij artikel 1394 van het Burgerlijk Wetboek, om hun voormeld huwelijksvermogensstelsel te wijzigen. Die wijziging niet de vereffening van het vorig stelsel of een dadelijke verandering van de samenstelling van de vermogens tot gevolg heeft, behoudens de inbreng in het gemeenschappelijk vermogen door de heer Hendrik Vermeulen van onroerend goed dat hem persoonlijk toebehoorde. Voor beredeneerd uittreksel : (get.) Johan Van Caenegem, notaris. (19725)
Uittreksel uit akte wijziging huwelijkscontract, verleden op 25 april 2014, voor notaris Mieke STEYAERT, te Gent, tussen de heer MATTHYS, Luc Marcel Suzanne Marie, geboren te Drongen op 10 februari 1948, nationaal nummer 48.02.10-389.42, en zijn echtgenote, mevrouw BONNE, Christine Emma Achiel Juliana, geboren te Gent op 5 december 1954, nationaal nummer 54.12.05-376.13, samen wonende te 9031 Gent (Drongen), Bosstraat 9. Gehuwd onder het wettelijk stelsel blijkens huwelijkscontract verleden voor notaris Jean-Pierre Leirens te Gent op 13 oktober 1982. Krachtens voormelde akte wijziging huwelijkscontract, de dato 25 april 2014, werd door de heer Luc MATTHYS, een onroerend goed in de gemeenschap gebracht, en toevoeging van een keuzebeding.
Bij akte verleden voor Jean FLEMINGS, geassocieerd notaris, te Lommel, op 15 juli 2015, hebben de heer Imants, Henri Louis, geboren te Lommel op 12 juli 1949, en zijn echtgenote, mevrouw Poets, Simonne Maria Victoria, geboren te Lommel op 2 december 1950, samen wonende te 3920 Lommel, Stevensvennen 89, een wijziging aan hun huwelijksvermogensstelsel aangebracht. Deze wijziging voorziet in de inbreng door beiden echtgenoten van eigen goederen in het gemeenschappelijk vermogen. Voor de verzoekers : (get.) Jean Flemings, notaris. (19730)
Het blijkt uit een akte verleden voor mij, Mr. Jan Verreth, notaris, te Lier, op 6 juli 2015, dat de heer VERRIJDT, Florent, geboren te SintKatelijne-Waver op 24 december 1929, rijksregisternummer 29.12.24089.78, en zijn echtgenote, mevrouw NEYENS, Aline Elisabeth, geboren te Sint-Truiden op 1 april 1935, rijksregisternummer 35.04.01-084.67, samenwonende te 2820 Bonheiden, Oude straat 24, gehuwd zijn voor de ambtenaar van de burgerlijke stand te Tienen op 22 mei 1954, onder het wettelijk stelsel bij gebrek aan huwelijkscontract, niet gewijzigd tot op heden, thans wijzigingen hebben aangebracht aan hun huwelijksvermogensstelsel door inbreng van een onroerend goed door de heer Verrijdt, Florent. Voor ontledend uittreksel : (get.) Jan Verreth, notaris. (19731)
Gent, 15 juli 2015. Voor beredeneerd uittreksel : (get.) Mieke STEYAERT, notaris. (19726)
Uittreksel uit akte wijziging huwelijksvermogensstelsel, verleden op 27 mei 2013, voor notaris Mieke STEYAERT, te Gent, tussen de heer DE VRIESE, Kevin, geboren te Lokeren op 17 april 1985, nationaal nummer 85.04.17-289.44, en zijn echtgenote, mevrouw MEESEN, Charlotte Lydia Jozef, geboren te Dendermonde op 27 september 1983, nationaal nummer 83.09.27-172.48, samenwonende te 9240 Zele, Kouterstraat 68. Gehuwd onder het wettelijk stelsel, bij gebrek aan een huwelijkscontract. Krachtens voormelde akte wijziging huwelijksvermogensstelsel, de dato 27 mei 2013, werd door de heer Kevin DE VRIESE en mevrouw Charlotte MEESEN, een onroerend goed in de gemeenschap gebracht en een keuzebeding toegevoegd aan hun stelsel. Gent, 15 juli 2015. Voor beredeneerd uittreksel : (get.) Mieke STEYAERT, notaris. (19727)
Bij akte verleden door notaris Erik Houben, te Antwerpen (Hoboken), op 18 juni 2015, hebben de heer AZZAOUI, Halid, geboren te Antwerpen op 26 februari 1977, wonende te 2610 Antwerpen (Wilrijk), Laarstraat 78, en zijn echtgenote, mevrouw FARES, Halima, geboren te Oujda op 31 juli 1987, wonende te 2610 Antwerpen (Wilrijk), Kruishofstraat 273, gehuwd onder het wettelijk stelsel bij ontstentenis van huwelijkscontract, volgende wijziging aangebracht aan hun huwelijksvermogensstelsel WIJZIGING HUWELIJKSVERMOGENSSTELSEL - ONTBINDING HUIDIG STELSEL - VASTSTELLING NIEUW HUWELIJKSVERMOGENSSTELSEL (SCHEIDING VAN GOEDEREN) - VEREFFENING EN VERDELING VAN HET ONTBONDEN GEMEENSCHAPPELIJK VERMOGEN MET TOEBEDING VAN EEN ONROEREND GOED AAN EEN DER ECHTGENOTEN. (Get.) Erik Houben, notaris. (19728)
Bij akte verleden voor Mr. Stéphane VANDER EECKEN, geassocieerd notaris, te Gent, op 13 juli 2015, hebben de heer VAN WAEYENBERG, Randy, en zijn echtgenote, mevrouw DENOLF, Sofie Cecile Ignace, samenwonende te 9870 Zulte, Tuinwijk 34, hun huwelijksvoorwaarden gewijzigd. Voor de echtgenoten : (get.) St. VANDER EECKEN, geassocieerd notaris. (19729)
In een akte verleden voor mij, FRANCIS VLEGELS, notaris, te Ingelmunster, op zes juli tweeduizend en vijftien, dewelke akte eerstdaags ter registratie wordt aangeboden, hebben de heer VANDEPUTTE, Bram Giovanni Roger Joris, en zijn echtgenote, mevrouw DEBAL, Julie Stephanie Sophie Lucia Rosa Michela, samenwonende te 8870 Izegem, Molenhoekstraat 16, gehuwd te Izegem op 5 april 2014 onder het beheer van de wettelijke gemeenschap, bij gebrek aan huwelijkscontract, hun huwelijksvermogensvoorwaarden minnelijk gewijzigd, zonder dat deze wijziging de vereffening van het stelsel doch wel de dadelijke verandering van de samenstelling van de vermogens tot gevolg heeft, door het inbrengen van de volle eigendom van een onroerend goed in de huwgemeenschap door de heer Bram Vandeputte, voornoemd. Opgemaakt en getekend te Ingelmunster op vijftien juli tweeduizend en vijftien. (Get.) FRANCIS VLEGELS, notaris. (19732)
Uit een akte verleden voor ondergetekende, Mr. Bart VAN DER MEERSCH, notaris, te Bree, op 6 juli 2015, thans neergelegd ter registratie op 9 juli, en tot op heden nog geen registratierelaas ontvangen, inhoudende wijziging van het huwelijksvermogensstelsel tussen de BRULEZ, Vital Adriaan Arno, geboren te Bree op 1 april 1972 (rijksregister nummer 72.04.01-119.33), en zijn echtgenote, mevrouw KEIJERS, Nancy, geboren te Würselen (Duitsland) op 9 oktober 1973 (rijksregister nummer 73.10.09-088.81), samenwonende te 3960 Bree, Veeweidestraat 73, gehuwd voor de ambtenaar van de burgerlijke stand te Bree op 26 mei 2001, blijkt dat zij verlangen de op hen toepasselijke vermogensregeling te wijzigen, overeenkomstig artikel 1394 van het Burgerlijk Wetboek, door een inbreng door voornoemde heer Brulez, Vital, en voornoemde mevrouw Keijers, Nancy in de huwelijksgemeenschap van een eigen onroerend goed, en door toevoeging van een keuzebeding betreffende de verdeling van het gemeenschappelijk vermogen en een contractuele erfstelling; dat zij verklaard hebben geen gebruik te willen maken van de bij toepassing van artikel 1394, paragraaf 2 van het Burgerlijk Wetboek bepaalde mogelijkheid om een boedelbeschrijving op te maken. Zij waren aanvankelijk gehuwd onder het wettelijk stelsel bij ontstentenis van een huwelijkscontract en dit huwelijksvermogensstelsel tot op heden niet gewijzigd hebben; dat zij geen handelaar zijn, en geen ondernemingsnummer hebben. VOOR ANALYTISCH MEERSCH, notaris.
UITTREKSEL :
(get.)
Bart
VAN
DER
(19733)
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD Uit een akte verleden voor het ambt van notaris Vicky Duymelinck, te Beveren, op zeven juli tweeduizend vijftien, ter registratie neergelegd, blijkt dat de heer STEVENS, Alfons Emmanuël Nathalis, geboren te Vrasene op achttien april negentienhonderd drieënveertig, rijksregisternummer 43.04.18-325.66, en zijn echtgenote, mevrouw DUPON, Nicole Alberta, geboren te Vrasene op tien november negentienhonderd vijfenveertig, rijksregisternummer 45.11.10-310.24, wonende te 9120 Beveren (Vrasene), Puchelstraat 45, gehuwd zijn voor de ambtenaar van de burgerlijke stand te Vrasene op negen december negentienhonderd zevenenzestig onder het wettelijk stelsel bij ontstentenis aan voorafgaand geschreven huwelijkscontract, de op hen toepasselijke vermogensregeling te hebben gewijzigd met behoud van het stelsel met inbreng door de beide echtgenoten van eigen goederen in het gemeenschappelijk vermogen Voor ontledend uittreksel : (get.) Vicky Duymelinck, notaris. (19734)
50953
Uit een akte houdende minnelijke wijziging van huwelijksvermogensstelsel, opgemaakt door ons, notaris, Steven PODEVYN, te 1785 Merchtem, Spiegellaan 27, op 11 juni 2015, « Geregistreerd acht bladen, geen verzendingen, te Asse-AA, op 16 juni 2015, Register OBA 5, Boek 000 Blad 000, Vak 6231. Ontvangen registratierechten : vijftig euro (50,00 euro). De Ontvanger »; Blijkt dat : 1. de heer VAN DEN BOSSCHE, Wilfried August Maria, geboren te Merchtem, op 17 februari 1959, en zijn echtgenote, 2. mevrouw BUYENS, Beatrijs Maria Lucia, geboren te Merchtem, op 20 december 1958, samenwonende te 1785 Merchtem, Nieuwstraat 5, hun huwelijksstelsel minnelijk gewijzigd hebben. VOOR GELIJKLUIDEND UITTREKSEL, afgeleverd in toepassing van artikel 1395, § 2, Burgerlijk Wetboek. Op 16 juli 2015. (Get.) Steven PODEVYN, notaris.
Bij akte verleden voor notaris Bénédicte Strobbe, te Waregem, op 9 juli 2015, hebben de heer VANHERREWEGHE, Marc Willy, geboren te Waregem op 6 november 1955 (identiteitskaartnummer 591-2779384-48, nationaal nummer 55.11.06-301.72), en zijn echtgenote, mevrouw VERSTRAETE, Christine Francine Marguerite, geboren te Waregem op 13 mei 1962 (identiteitskaartnummer 591-8396606-97, nationaal nummer 62.05.13-322.43), samenwonende te 8790 Waregem, Felix De Ruyckstraat 1. Gehuwd te Waregem op 16 december 2011 onder het stelsel van de scheiding van goederen met toegevoegde gemeenschap van aanwinsten ingevolge huwelijkscontract verleden voor notaris Bénédicte Strobbe, te Waregem op 12 december 2011, stelsel ongewijzigd tot op heden, hun huwelijksvoorwaarden gewijzigd in die zin dat de echtgenoten een eigen onroerend goed hebben ingebracht in het gemeenschappelijk vermogen. Waregem, 9 juli 2015.
(19738)
Voor notaris Mieke STEYAERT, te Gent, werd op 13 juni 2012, een akte verleden houdende wijziging van het huwelijkscontract tussen de heer INGELS, Brecht Andrea Albert, geboren te Gent op 18 september 1985, nationaal nummer 85.09.18-101.43, en zijn echtgenote, mevrouw LAUWAERT, Karen Blanche Marcel, geboren te Gent op 18 november 1987, nationaal nummer 87.11.18-282.15, samenwonende te 9041 Gent (Oostakker), Gentstraat 204E. Gehuwd te Gent op 16 december 2011 onder het wettelijk stelsel bij ontstentenis van huwelijkscontract, niet gehandhaafd of ongewijzigd sindsdien. Krachtens voormelde wijzigende akte werd door de heer INGELS, Brecht, een onroerend goed in de gemeenschap gebracht en een keuzebeding toegevoegd aan hun stelsel. Gent, 15 juli 2015.
Voor de echtgenoten Marc Vanherreweghe-Verstraete, Christine : (get.) Bénédicte Strobbe, notaris, te Waregem. (19735)
Bij akte verleden voor notaris Stefaan Buylaert, te Torhout, op 15 juli 2015, hebben de heer MAERTENS, Philippe Wilfried André Lieven, geboren te Roeselare op 30 mei 1982, en zijn echtgenote, mevrouw DEBRUYNE, Evi Noëlla Marinka, geboren te Roeselare op 6 augustus 1982, samenwonende te 8850 Ardooie, Groenboomgaardstraat 21, gehuwd onder het stelsel van scheiding van goederen blijkens huwelijkscontract verleden voor notaris Stefaan Buylaert, te Torhout, op 19 maart 2009 een wijziging aan hun huwelijksvermogensstelsel aangebracht inhoudende de toevoeging van een beperkt gemeenschappelijk vermogen met de inbreng door mevrouw Debruyne, Evi, van een onroerend goed evenals de toebedeling van de beperkte gemeenschap. Namens de echtgenoten Philippe Maertens-Debruyne, Evi : (get.) Stefaan Buylaert, notaris, te Torhout. (19736)
Bij akte verleden voor notaris Guy Verlinden, te Heusden, op 15 juli 2015, hebben de echtgenoten, de heer SCHULPE, Dirk Victor, en zijn echtgenote, mevrouw CUYVERS, Marleen Hubertine, beiden wonende te 3582 Beringen, Valentijnstraat 10, welke gehuwd waren onder het wettelijk stelsel, bij gebreke aan een akte houdende vaststelling van huwelijksvermogensstelsel, hun huwelijksvermogensstelsel gewijzigd. Deze wijziging houdt in dat voornoemde echtgenoten het wettelijk stelsel behouden, maar waarbij onder meer het onroerend goed gelegen te Beringen, Sint-Valentinusstraat 10, door de heer Cuyvers ingebracht wordt in de huwelijksgemeenschap, samen met de bijhorende hypothecaire schulden (volledig terugbetaald). (Get.) Guy Verlinden, notaris, te Heusden. (19737)
Voor beredeneerd uittreksel : (get.) Mieke STEYAERT, notaris. (19739)
Bij akte verleden voor notaris Peter Verstraete, met standplaats te Roeselare, op 13 juli 2015, neergelegd ter registratie, hebben de heer BAERT, Filip, en zijn echtgenote, mevrouw DELSUPEHE, Kathelijne, samenwonende te 8800 Roeselare (Rumbeke), Kwadestraat 16, hun huwelijksvermogensstelsel minnelijk gewijzigd. (Get.) Peter Verstraete, notaris. (19740)
Succession vacante Onbeheerde nalatenschap
Tribunal de première instance de Liège, division Liège
Par décision prononcée le 29/6/2015, par le tribunal de première instance de Liège (RQ 15/1124/B), Maître Dominique JABON, avocat, juge suppléant, dont le cabinet est établi à 4041 Vottem, rue de Liège 53, a été désignée en qualité de curateur à la succession réputée vacante de : KPATTA, Yangbanzi Véronique, née à Yakoma (Congo belge), en 1930, domiciliée à 4000 Liège, rue des Genêts 36, et décédée à Liège le 31/01/2015.
50954
MONITEUR BELGE — 10.08.2015 — BELGISCH STAATSBLAD
Les héritiers et les créanciers de la succession sont priés d’adresser leur déclaration de créance au curateur, dans les trois mois à compter de la publication de cet avis. (Signé) Dominique JABON, avocat. (19741)
van wijlen de heer Jean-Pierre Verhaeghe, geboren te Wervik op 15 april 1956 en in leven laatst wonende te 8940 Wervik, Oude Beselarestraat 97, bus 1 en overleden te Menen op 30 mei 2014. Ieper, 14 juli 2015. (Get.) N. VANDENBROUCKE, geassumeerd griffier. (19744)
Tribunal de première instance de Liège, division Liège
Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Ieper
Par décision prononcée le 29/06/2015, par le tribunal de première instance de Liège (RQ 15/1150/B), MaItre Dominique JABON, avocat, juge suppléant, dont le cabinet est établi à 4041 Vottem, rue de Liège 53, a été désignée en qualité d’administrateur provisoire à la succession réputée vacante de :
Bij op verzoekschrift en in raadkamer gewezen beschikking van 14 juli 2015, door de derde kamer van de familierechtbank van de rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Ieper, werd Mr. Tina Houtman, advocaat, te 8900 Ieper, Lombaardstraat 26, benoemd als curator over de onbeheerde nalatenschap van wijlen de heer Patrick Boudringhien, geboren te Oudenaarde op 5 april 1957 en in leven laatst wonende te 8840 Staden, Handzamestraat 17 en overleden te Roeselare op 23 januari 2009. Ieper, 14 juli 2015. (Get.) N. VANDENBROUCKE, geassumeerd griffier. (19745)
POZO, Andres, né à Genk le 04/03/1964, domicilié à 4040 Herstal, avenue Louis de Brouckère 13/11, et décédé à Herstal le 20/04/2015. Les héritiers et les créanciers de la succession sont priés d’adresser leur déclaration de créance au curateur, dans les trois mois à compter de la publication de cet avis. (Signé) Dominique JABON, avocat. (19742)
Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Ieper
Bij op verzoekschrift en in raadkamer gewezen beschikking van 14 juli 2015, door de derde kamer van de familierechtbank van de rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Ieper, werd Mr. Christine Onraet, advocaat, te 8900 Ieper, Bloemenstraat 1 GLVA, benoemd als curator over de onbeheerde nalatenschap van wijlen de heer Marc Fiey, geboren te Ieper op 24 mei 1948 en in leven laatst wonende te 8970 Poperinge, Veurnestraat 28C en overleden te Ieper op 3 juni 2014.
Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Ieper
Bij op verzoekschrift en in raadkamer gewezen beschikking van 14 juli 2015, door de derde kamer van de familierechtbank van de rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Ieper, werd Mr. Christine Onraet, advocaat, te 8900 Ieper, Bloemenstraat 1 GLVA, benoemd als curator over de onbeheerde nalatenschap van wijlen de heer Guido Cappoen, geboren te Wervik op 2 juni 1949 en in leven laatst wonende te 8500 Kortrijk, Aalbeeksesteenweg 7 en overleden te Kortrijk op 10 oktober 2011. Ieper, 14 juli 2015. (Get.) N. VANDENBROUCKE, geassumeerd griffier. (19746)
Ieper, 14 juli 2015. Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Ieper
(Get.) N. VANDENBROUCKE, geassumeerd griffier. (19743)
Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Ieper
Bij op verzoekschrift en in raadkamer gewezen beschikking van 14 juli 2015 door de derde kamer van de Familierechtbank van de rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Ieper, werd Mr. Sophie Gruwez, advocaat, te 8906 Elverdinge, Steentjemolenstraat 45, benoemd als curator over de onbeheerde nalatenschap
Bij op verzoekschrift en in raadkamer gewezen beschikking van 14 juli 2015, door de derde kamer van de Familierechtbank van de rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Ieper, werd Mr. Sabine Wullus, advocaat, te 8900 Ieper, Rijselstraat 140, benoemd als curator over de onbeheerde nalatenschap van mevrouw RoseAimée Bossuyt, geboren te Wervik op 16 januari 1956 en in leven laatst wonende te 8940 Wervik, G. Gezellestraat 21A en overleden te Wervik op 3 juli 2012. Ieper, 14 juli 2015. (Get.) N. VANDENBROUCKE, geassumeerd griffier. (19747)
Moniteur belge, chaussée d’Anvers 53, 1000 Bruxelles. − Belgisch Staatsblad, Antwerpsesteenweg 53, 1000 Brussel. Directeur : Wilfried VERREZEN