landbouw en natuurlijke omgeving dierhouderij en -verzorging productiedieren CSPE KB
2011
instructie voor de examinator In deze instructie vindt u richtlijnen en aandachtspunten bij de geheimhouding, de voorbereiding, de afname en de herkansing van het cspe. De paragrafen 1 tot en met 5 bevatten algemene informatie, die ook van toepassing is op cspe’s van andere vakken. Vakspecifieke informatie treft u aan in de overige paragrafen. De mededelingen over de cspe’s van 2011 (Septembermededeling op www.examenblad.nl) bevatten nadere informatie over dit cspe.
1 Geheimhouding cspe 1
2
3
4 5
6
Veel scholen hebben een protocol voor de afname van het cspe. In dit protocol staat dat de examinatoren tekenen voor de ontvangst van de examendocumenten van het cspe en verklaren alle zorgvuldigheid in acht te zullen nemen om te voorkomen dat de geheimhouding van de examendocumenten wordt geschonden. De examinator en de tweede examinator stellen in onderling overleg de score voor het centraal examen vast. In het protocol staat dat de eerste en tweede examinator verklaren dat zij de beoordeling in overeenstemming met het correctievoorschrift hebben verricht. Op www.vo-raad.nl en www.aocraad.nl staat een goed voorbeeld van een protocol. Alle examendocumenten (papier en digitaal) zijn geheim. Bewaar ze in een kluis op school. Neem ze niet mee naar huis. Voer de voorbereidingen van het examen uit in een ruimte waar geen leerlingen aanwezig zijn. Reik examendocumenten aan het begin van iedere zitting uit aan de kandidaten en neem ze na iedere zitting in. Tenzij anders vermeld in de instructie voor de examinator hebben kandidaten buiten de zittingen om geen inzage in de examendocumenten. Houd het correctievoorschrift en de instructie voor de examinator voor de kandidaten geheim. Examendocumenten zijn na afloop van de examenperiode pas openbaar. Hetzelfde geldt voor de producten die door de kandidaten in het kader van het cspe gemaakt worden. Deze kunnen pas na afloop van de examenperiode tentoongesteld of meegegeven worden. Pas eind juni is de examenperiode afgelopen (zie het examenrooster voor het tweede tijdvak op www.examenblad.nl). Tot die tijd kunnen er nog kandidaten geëxamineerd worden en is geheimhouding noodzakelijk. Eventuele foto- of filmopnamen van de afname mogen alleen gemaakt worden door bij de afname betrokken examenfunctionarissen die door de directeur zijn aangewezen. Tenzij een opname een onderdeel is van een praktische opdracht mogen ook kandidaten dus geen opnamen maken. Eventuele gemaakte opnamen mogen niet toegankelijk gemaakt worden zolang er (op andere scholen) nog kandidaten geëxamineerd kunnen worden. Tot eind juni is publicatie van cspemateriaal via bijvoorbeeld de website van de school of YouTube dus niet toegestaan.
PK-0941-b-11-1-i
1
lees verder ►►►
7
8
9
Van de minitoetsen zijn varianten aanwezig. Alle kandidaten die gelijktijdig aan onderdeel X werken, kunt u dezelfde variant laten maken, mits de kandidaten niet bij elkaar kunnen kijken. Kandidaten die later zijn ingeroosterd, geeft u een andere variant van de minitoets. Zo waarborgt u de geheimhouding. Op de laatste pagina van deze instructie voor de examinator staat vermeld welke informatie over de inhoud van het examen vooraf verstrekt mag worden aan de kandidaten. Meer inhoudelijke informatie geven is niet toegestaan. Deze pagina behandelt u als een examendocument (zie punt 2). U reikt een kopie van deze pagina uit in de laatste lesweek die aan de afname van het cspe voorafgaat. Dit examendocument is dus alleen ter inzage voor de kandidaten. Na inzage neemt u deze bladzijde weer in. Het is niet geoorloofd om de opdrachten van tevoren met de kandidaten te oefenen.
2 Voorbereiding cspe 1
2 3 4 5
6
Het cspe kent de onderdelen A, B, C, …. Uw school bepaalt per onderdeel, hoeveel kandidaten gelijktijdig geëxamineerd worden. Paragraaf 6 bevat aanbevelingen hiervoor. Laat de opdrachten uitvoeren zoals ze in de examenopdrachten zijn gesteld. Het is niet toegestaan opdrachten aan te passen, te vervangen of over te slaan. Zorg ervoor dat de school voldoet aan de eisen op het gebied veiligheid, hygiëne en milieu. Controleer voor aanvang van het examen of per kandidaat alle benodigde materialen, grondstoffen, gereedschappen en/of hulpmiddelen aanwezig zijn. Cito heeft een helpdesk ingericht voor technische vragen over computergebruik in het cspe. Informatie over de bereikbaarheid van deze helpdesk kunt u vinden op http://ictexamenhelpdesk.cito.nl Met vakinhoudelijke vragen of opmerkingen over het cspe kunt u terecht bij de examenlijn van het College voor Examens (zie de Septembermededeling op www.examenblad.nl).
3 Afname cspe 1
2
3
4 5
Iedere kandidaat werkt individueel aan de opdrachten van het examen. Tenzij anders vermeld in de examendocumenten is overleg en samenwerking met anderen niet toegestaan. De opdrachten moeten in de aangegeven volgorde gemaakt worden. Om organisatorische redenen kan eventueel van de aangegeven volgorde worden afgeweken. Hulp aan kandidaten door de examinator of anderen tijdens het cspe is niet toegestaan, tenzij anders vermeld in het vakspecifieke deel van deze instructie of in het correctievoorschrift. Deel de kandidaten vooraf mee dat u hen tijdens het examen niet kunt helpen. Het is niet toegestaan om bij de beoordeling af te wijken van het correctievoorschrift. Stuur de WOLF-scores in van de eerste afname van de kandidaten, dus vóór een eventuele herkansing.
PK-0941-b-11-1-i
2
lees verder ►►►
4 Herkansing cspe 1 2
3
4
5
6
Herkansing kan pas plaatsvinden nadat het gehele cspe is afgelegd. Herkansen van het cspe betekent dat de kandidaat het cspe geheel, of onderdelen daarvan, opnieuw aflegt. Tijdens een eventuele herkansing demonstreert een kandidaat zijn kennis en vaardigheden door dezelfde praktische opdrachten van het cspe nogmaals uit te voeren. BB- en KB-kandidaten kunnen het cspe herkansen en daarnaast mogen zij het centraal examen van één algemeen vak herkansen. GL-kandidaten mogen slechts één centraal examen herkansen, dat wil zeggen óf het cspe GL óf het centraal examen van één algemeen vak. Met de herkansing van het cspe GL kan derhalve pas gestart worden als de uitslag van het eerste tijdvak is vastgesteld. De kandidaat maakt in de herkansing een andere variant van dezelfde minitoets dan tijdens de eerste afname. Van de onderdelen van het cspe, waarvan meer varianten voorhanden zijn, maakt de kandidaat eveneens een andere variant dan tijdens de eerste afname. Van de onderdelen, die in de herkansing worden afgelegd, komen alle scores in de plaats van de scores die de kandidaat tijdens de eerste afname heeft behaald. Wat niet mag, is dat per onderdeel de hoogste score wordt genomen. Van de onderdelen die niet worden herkanst, blijft de score staan. Het kan voorkomen dat een kandidaat, na een weinig succesvolle herkansing, achteraf meedeelt dat hij liever andere onderdelen had willen herkansen. Het verdient daarom aanbeveling dat de school voorafgaand aan de herkansing de keuze van de te herkansen onderdelen in overleg met de kandidaat en diens ouders/wettelijke vertegenwoordigers vastlegt in een overeenkomst.
5 ICT-gebruik en DVD met bestanden 1
2 3
4
De digitale bestanden die nodig zijn voor het cspe, worden in maart op DVD aan de secretaris van het eindexamen van uw school gezonden. Een handleiding voor het ICT-gebruik bij het cspe wordt tegelijkertijd met de digitale bestanden aan uw examensecretaris gestuurd. In de handleiding staan onderstaande aandachtspunten voor ICT-gebruik. Overleg vooraf met de ICT-coördinator / systeembeheerder van uw school over de afname van de cspe-onderdelen waarbij de computer wordt gebruikt. Houd per groep één reservecomputer beschikbaar, en bij grotere groepen één reservecomputer per tien kandidaten. In de examenzaal dienen één of meer printers aanwezig te zijn. Het is in het belang van de kandidaat dat de systeembeheerder de back-upfunctionaliteiten zo instelt dat bij uitval van de computer zo weinig mogelijk examenwerk verloren gaat. Daarnaast wordt aanbevolen dat de examinator / surveillant tijdens de afname op de hoogte is van de locatie van de back-upbestanden.
PK-0941-b-11-1-i
3
lees verder ►►►
5
6
7
8
De digitale bestanden voor de praktische opdrachten dienen voor de kandidaten beschikbaar gemaakt te worden op diskettes, DVD’s, USB-memorysticks of op een veilige plaats op de centrale server. De kandidaten moeten een duidelijke instructie krijgen waar de bestanden te vinden zijn en waar de eigen bestanden opgeslagen moeten worden. Op de diskettes of memorysticks wordt de naam van de kandidaat en het kandidaatnummer vermeld. De opdracht is zo geformuleerd dat de kandidaat het door hem bewerkte bestand opslaat onder een andere eigen bestandsnaam. Dit maakt het mogelijk dat de kandidaat terugkeert naar het originele bestand, als er iets verkeerd mocht gaan. Wanneer er meer zittingen zijn waarbij de computer gebruikt wordt, gebruikt de kandidaat bij elke zitting in principe dezelfde diskette of memorystick. Wanneer een volgende zitting op een andere dag of dagdeel plaatsvindt, wordt de diskette of memorystick ingenomen. Laat de school de bestanden in een netwerkomgeving opslaan, dan zorgt men ervoor dat de toegang tot die bestanden buiten de examentijd geblokkeerd is. In een volgende zitting mag de kandidaat geen veranderingen aanbrengen in examenbestanden die in een eerdere zitting zijn gemaakt. Na elke opdracht of examenonderdeel maakt de kandidaat tijdens het examen een afdruk op papier die wordt ingeleverd, tenzij anders wordt aangegeven. Deze afdruk is een “beveiliging” tegen het later aanpassen van bestanden. Na afsluiting van het examenonderdeel worden afdrukken op papier niet meer in ontvangst genomen. Het toetsprogramma voor de digitale minitoetsen moet vooraf in overleg met de ICT-coördinator / systeembeheerder zijn geïnstalleerd en gecontroleerd.
6 Overzicht opdrachten ONDERDEEL A 1
minitoets
variant a, b, c en d
2
praktijkopdracht
ICT-gebruik: Internet Explorer (offline beschikbare website)
praktijkopdrachten
uitwerkbijlage
3-4
ONDERDEEL B 5-7
*
35 minuten
praktijkopdrachten
ONDERDEEL C 8-11
akg*
85 minuten
80 minuten
praktijkopdrachten
12
praktijkopdracht
13
minitoets
6 variant a, b, c en d
akg = aantal kandidaten gelijktijdig. Toetstechnisch advies over het aantal kandidaten dat bij deze praktijkopdracht gelijktijdig beoordeeld kan worden.
PK-0941-b-11-1-i
4
lees verder ►►►
7 Vakspecifieke aanbevelingen met betrekking tot de organisatie Algemene aanbevelingen ICT Bij dit examen hoort het volgende bestand: bestand start_schapenrassen_kb.htm met map schapenrassen_kb
opdracht 2
Internet Explorer (offline beschikbare website) Op de dvd staan het bestand start_schapenrassen_kb.htm en de map schapenrassen_kb. De bestanden in de map en onderliggende mappen zijn een website over verschillende schapenrassen. Kopieer het bestand start_schapenrassen_kb.htm samen met de map schapenrassen_kb naar een map op de harde schijf of het netwerk. U kunt vervolgens een snelkoppeling (rechtermuisknop) maken van het bestand start_schapenrassen_kb.htm en de snelkoppeling verplaatsen naar het bureaublad van de computer. Wijzig de naam van deze snelkoppeling in: start_schapenrassen_kb.htm. Voor het goed functioneren van de website kan het noodzakelijk zijn actieve inhoud toe te staan en de eventuele pop-up-blokkering op te heffen. In de Handleiding Applicaties die op de dvd met digitale bestanden te vinden is, staat beschreven hoe u dit kunt (laten) doen. Aanbevelingen per onderdeel Onderdeel C Er wordt vanuit gegaan dat de opdrachten worden gedraaid op een bedrijf waar ooien met lammeren rondlopen. Per zes kandidaten is er een hok met daarin drie ooien nodig. De ooien zijn reeds geschoren zodat het gewicht geschat kan worden met het meten van de borstomvang. De rangorde van conditie is het best te bepalen als er verschil zichtbaar is tussen de schapen. Dit werkt het beste door schapen met een verschillend aantal lammeren bij elkaar te zetten. Ook kan er eventueel een jaarling zonder lammeren tussen gezet worden. De kandidaten gaan ieder afzonderlijk aan het werk. Het is aan te bevelen van tevoren de juiste gegevens met betrekking tot de gezondheidscontrole zelf te noteren. U kunt dan uw gegevens vergelijken met die van de kandidaten. Bij de opdracht klauwen bekappen werken de kandidaten in tweetallen samen. Ieder bekapt een voor- en achterpoot. De zithouding waarin het schaap wordt geplaatst mag op de manier zoals op school gebruikelijk is (bijvoorbeeld met autoband). Na het bijsnijden dienen de beide kandidaten het schaap een pil (krachtvoerbrokje) toe met behulp van een pillenschieter.
PK-0941-b-11-1-i
5
lees verder ►►►
8 Materialen, gereedschappen en hulpmiddelen Algemeen Voor eventuele ICT-benodigdheden zie paragraaf 7.
Overzicht per onderdeel Onderdeel C schaap verzorgen − drie ooien − een meetlint − een renet − een duimbeschermer − een (harde) borstel − eventueel een autoband − een pillenschieter − krachtvoerbrokjes − melkpoeder − een weegschaal − een emmer − een maatbeker − een garde − een lege fles − een trechter
PK-0941-b-11-1-i
6
lees verder ►►►
landbouw en natuurlijke omgeving dierhouderij en -verzorging productiedieren CSPE KB
2011
algemene informatie voor de kandidaat Wat ga je doen? Jij gaat stage lopen bij biologisch akkerbouwer Aart Appel. Hij wil op zijn bedrijf schapen gaan houden. Jij gaat hem daarbij helpen en met behulp van een website bepalen welk schapenras hij het beste kan nemen. Je berekent hoeveel schapen de akkerbouwer kan gaan houden in zijn lege kapschuur en je tekent de schuur in. Ook bereken je de voerbehoefte van de schapen. Vervolgens gaat de akkerbouwer op een basiscursus schapenhouderij en jij gaat mee. Je gaat dan de conditiescore van schapen bepalen, een gezondheidscontrole uitvoeren, klauwtjes bekappen en een pil (krachtvoerbrokje) schieten. Ook maak je kunstmelk aan. Vooraf en achteraf maak je een minitoets. Overzicht van de opdrachten Onderdeel A
Onderdeel B Onderdeel C
− − − − − − − − − − −
voorbereidende minitoets met vragen over de praktijkonderdelen het juiste ras bepalen het aantal schapen berekenen de schapenstal intekenen de voerbehoefte van schapen berekenen de conditie van schapen bepalen de gezondheid van een schaap controleren de klauwtjes bekappen een pil schieten kunstmelk aanmaken algemene minitoets met vragen over verschillende onderwerpen
Je wordt bij bepaalde opdrachten ook beoordeeld op beroepsvaardigheden zoals veilig werken en opruimen. Wanneer je deze informatie hebt gelezen, lever je het blad weer in bij je docent.
PK-0941-b-11-1-i PK-0941-b-11-1-i*
7
lees verder ►►► einde