KUSTWACHT VOOR HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN IN HET CARIBISCH GEBIED
JAARVERSLAG 2012
Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch Gebied
Jaarverslag 2012
Managementsamenvatting
In 2012 is de Kustwacht van het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch Gebied erin geslaagd om de meeste plannen zoals opgenomen in het Jaarplan 2012 te realiseren en de geplande operationele doelstellingen nagenoeg volledig te verwezenlijken. Met name in het personele en materiële domein heeft de Kustwacht net als in 2011 knelpunten ondervonden en tegenslagen moeten incasseren, maar door de grote inzet van het personeel is het operationele product intact gebleven. Dankzij het concept van informatie gestuurd optreden (IGO), dat rust op de drie pijlers van solide informatie uitwisseling van en tussen vliegende en varende Kustwachteenheden (mede gevoed door ketenpartners en internationale partners), gerichte keuzes bij de inzet van materieel en meer (internationale) samenwerking, bleef de Kustwacht in staat haar capaciteiten efficiënt en gericht in te zetten. In het operationele domein heeft de Kustwacht de geplande vaardagen en vlieguren vrijwel volledig gerealiseerd. Internationale samenwerking vormde een belangrijke component in de activiteiten van de Kustwacht op het gebied van drugsbestrijding. De Kustwacht leverde onder meer een waardevolle bijdrage aan de operatie Martillo, waarin drugsvangsten van 2000 kg en 840 kg werden genoteerd. Met internationale partners werden ook SAR oefeningen uitgevoerd. Aan Curaçao en Sint Eustatius werd in augustus en oktober ondersteuning geleverd in het kader van de bestrijding van (grootschalige) olieverontreiniging. De personele vulling is in 2012 Kustwachtbreed als een knelpunt ervaren. Vooral bij de steunpunten op Aruba en Sint Maarten waren er tekorten bij het executieve personeel, waardoor de bezettingsgraad en het operationele product in toenemende mate onder druk kwamen te staan. Deze tekorten zijn met interne maatregelen opgevangen, maar voor een structurele verbetering blijft het noodzakelijk dat er meer kandidaten geworven en aangesteld worden op Sint Maarten en Aruba. Met betrekking tot de Formatiebrief heeft nog geen besluitvorming plaatsgevonden. Eind 2012 is echter voor de steunpunten op Aruba en Sint Maarten een pilot gestart met het decentraal beleggen van een aantal voorheen centraal georganiseerde taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden. In het materiële domein slaagde de Kustwacht erin om het gehele jaar te voldoen aan de norm voor instandhouding en materiële gereedheid van de Superrhibs. Bij de Cutters stond de materiële gereedheid het gehele jaar onder druk, maar konden de gevolgen voor de inzetbaarheid worden geminimaliseerd. De Kustwacht nam in augustus 2012 conform planning vijf nieuwe kleine vaartuigen in gebruik. De levering van de bijboten voor de Cutters is door de leverancier uitgesteld naar 2013. De materiële gereedheid van de Dash-8 en de AS-355 voldeed het gehele jaar aan de norm. In oktober 2012 nam de Kustwacht ook twee nieuwe AW 139 helikopters in gebruik. Binnen de exploitatie is in 2012 op enkele posten meer gerealiseerd dan begroot. Vooral de negatieve koersontwikkeling van de Euro ten opzichte van de Nafl. was hier debet aan. De realisatie op de investeringen en de luchtverkenning is onder meer achtergebleven door de vertraging met de introductie van de nieuwe helikopters en de vertraging bij de levering van de nieuwe bijboten voor de cutters. De Kustwacht heeft een goedkeurende accountantsverklaring ontvangen voor het financieel beheer in 2012.
pagina 1
Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch Gebied
Jaarverslag 2012
Inhoudsopgave
MANAGEMENTSAMENVATTING ......................................................................................................... 1 1. ALGEMEEN ............................................................................................................................. 3 1.1. Inleiding ............................................................................................................................... 3 1.2. Missie, taken en prioriteiten ................................................................................................. 3 1.3. Verdeelsleutel inzet beschikbare middelen Kustwacht ....................................................... 3 1.4. Informatievoorziening .......................................................................................................... 4 1.5. Samenwerking ..................................................................................................................... 4 1.6. Ontwikkelingen in 2012 (met een doorkijk naar 2013) ........................................................ 6 2. DOELSTELLINGEN EN RESULTATEN ............................................................................................ 7 2.1. Inleiding ............................................................................................................................... 7 2.2. Algemeen overzicht van resultaten per taakgebied ............................................................ 7 2.3. Operaties ........................................................................................................................... 10 2.4. Personeel ........................................................................................................................... 11 2.5. Materieel ............................................................................................................................ 12 3. FINANCIËLE VERANTWOORDING ................................................................................................ 14 3.1. Algemeen ........................................................................................................................... 14 3.2. Financieel jaarverslag ........................................................................................................ 14 3.3. Financiering ....................................................................................................................... 16 AFKORTINGEN
........................................................................................................................... 17
pagina 2
Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch Gebied
Jaarverslag 2012
1. Algemeen 1.1. Inleiding Met dit Jaarverslag legt de Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch gebied (hierna: de Kustwacht) op grond van de Rijkswet Kustwacht verantwoording af aan de Rijksministerraad. Dit gebeurt door tussenkomst van de Minister van Defensie, mede namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Hoofdstuk 1 zet de missie, taken en prioriteiten, alsmede de globale verdeling van de beschikbare capaciteiten van de Kustwacht uiteen. Ook de informatievoorziening van en voor de Kustwacht, (internationale) samenwerking en ontwikkelingen die de verslagperiode overstijgen komen in dit hoofdstuk aan bod. In hoofdstuk 2 worden de resultaten van 2012 afgezet tegen de doelstellingen uit het Jaarplan 2012 in de domeinen Operaties, Personeel en Materieel. Hoofdstuk 3 bevat de financiële verantwoording voor 2012.
1.2. Missie, taken en prioriteiten 1.2.1. Missie De algemene missie van de Kustwacht luidt: “Het leveren van een maritieme bijdrage aan het voorkomen, vaststellen van en optreden tegen ongewenst gedrag en bij noodsituaties, teneinde de gemeenschap, zowel nationaal als internationaal, en de leden der gemeenschap te beschermen tegen aantasting van de rechtsorde en tegen de daaruit voortvloeiende gevaren dan wel bedreigingen voor de veiligheid en de persoonlijke levenssfeer”.
1.2.2 Taken De Kustwacht voert deze algemene missie uit door middel van algemene (preventieve) patrouilles en gerichte (repressieve) acties. Preventieve patrouilles zijn gericht op het stelselmatig observeren en controleren van vaargedrag en dragen bij aan de zichtbaarheid van de Kustwacht. Repressieve acties kenmerken zich door informatie gestuurd optreden, in samenspraak of in nauwe samenwerking met andere (internationale) diensten, gericht op daadwerkelijke overtredingen en/of misdrijven. In beide vormen is sprake van de elementen presentie, waarnemen, voorkomen, vaststellen en optreden bij noodsituaties en ongewenst gedrag. De inzet van de Kustwachtmiddelen (d.w.z. de organieke varende en vliegende eenheden, alsmede de door Defensie ter beschikking gestelde eenheden) is gericht op opsporing, toezicht en dienstverlening. De capaciteit van de Kustwacht wordt over de verschillende taakgebieden verdeeld, met inachtneming van: a. de justitiële prioriteiten in de uitvoering van de kustwachttaken, zoals vastgesteld door de Ministers van (Veiligheid en) Justitie van de Landen in het Justitieel beleidsplan; b. de verantwoordelijkheid voor een 24-uurs dekking van het Search and Rescue (SAR) verantwoordelijkheidsgebied van de Kustwacht, dat een groot deel van de Caribische Zee beslaat; c. de beleidsaccenten van de bij de Kustwacht betrokken departementen van de 4 landen.
1.2.3. Prioriteitstelling Op grond van het Justitieel Beleidsplan 2010-2013 lagen de (justitiële) prioriteiten in 2012 bij: a. de bestrijding van grensoverschrijdende drugstransporten van of naar de (ei)landen van het Koninkrijk in het Caribisch gebied; b. de opsporing van vuurwapens en illegale immigratie; c. de bestrijding van mensenhandel en mensensmokkel en daaraan gerelateerde criminele activiteiten.
1.3. Verdeelsleutel inzet beschikbare middelen Kustwacht De Kustwacht beschikt voor de uitvoering van haar taken over eigen organieke middelen en een moderne infrastructuur. Voor de operationele inzet staan de varende en vliegende eenheden centraal. In 2012 betrof de varende capaciteit drie (3) Cutters, elk voorzien van een bijboot, twaalf (12) Superrhibs en sinds augustus vijf (5) Boston Whalers van de Justice klasse, alsmede 92 vaardagen van het stationsschip van de Koninklijke Marine.
pagina 3
Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch Gebied
Jaarverslag 2012
De vliegende capaciteit omvatte in 2012 1900 vlieguren voor de Kustwacht (en 300 uur ten behoeve van CZMCARIB/CTG4.4) met twee DASH-8 maritieme patrouillevliegtuigen, 700 vlieguren met een AS-355 helikopter (tot 12 oktober) en twee AW-139 helikopters (vanaf 15 oktober) en 290 vlieguren van de boordhelikopter van het stationsschip. Het walradarsysteem van de Kustwacht op de Benedenwindse eilanden ondersteunt de inzet van de varende en vliegende eenheden. De verdeelsleutel voor de inzet van de beschikbare kustwachtmiddelen was in 2012 conform het Jaarplan 80/20 . Dit betekent dat op jaarbasis bij 80% procent van de inzet het accent ligt op de prioritaire opsporingstaken (zie subparagraaf 1.2.3.) en bij 20% op de overige (toezichthoudende en dienstverlenende) taken: (het toezicht op de maritieme grenzen, het douanetoezicht, het toezicht op visserij, het (maritieme) milieu en de scheepvaart, Search and Rescue (SAR), ondersteuning aan ketenpartners, hulpverlening en rampenbestrijding. Overigens geldt bij de toepassing van deze verdeelsleutel dat SAR meldingen altijd voorrang hebben. Conform het Jaarplan zijn voor de varende en vliegende eenheden vaar- en vliegnormen vastgesteld op basis van de personele, materiële en budgettaire kaders.
1.4. Informatievoorziening In het Lange Termijn Plan (LTP) 2009-2018 voor de Kustwacht is het concept van Informatie Gestuurd Optreden (IGO) als fundament onder de doorontwikkeling van de Kustwacht gelegd. IGO betekent voor de Kustwacht dat een efficiënte inzet van middelen plaats vindt op basis van gerichte keuzes en alle beschikbare informatie. Deze informatie is dus van groot belang en wordt verkregen door het inwinnen, verrijken en analyseren van informatie van eigen eenheden, open bronnen en partnerdiensten en is gericht op het maritieme domein. Onder leiding van de Hoofdofficier van Justitie van Aruba, is in 2012 begonnen met het opstellen van een verbeterplan dat er toe moet leiden dat het Justitieel Beleidsplan nader geconcretiseerd wordt en de diensten van de Landen, waaronder de Kustwacht, op een meer effectieve en efficiënte wijze kunnen worden ingezet binnen de beschikbare middelen en financiële kaders. Onderdeel hiervan betreft het centraliseren van informatie die -ten behoeve van de justitiële keten- wordt aangeleverd. vanuit de rechtshandhavingorganisaties. Naar verwachting zal dit plan in 2013 worden afgerond. Effectieve uitvoering van IGO vereist adequaat informatie management. De vervanging van het huidige bedrijfsprocessensysteem door een nieuw systeem (ACTPOL) maakt deel uit van deze ontwikkeling. In 2012 is het vervanging- en verwervingstraject voor ACTPOL voortgezet in nauwe samenwerking met de ICT-dienst van Defensie. De Kustwacht zal vanaf 2013 met de projectmatige invoering van ACTPOL beginnen. Het ACTPOL systeem verbetert de gegevensverwerking door de Kustwacht en vergemakkelijkt de uitwisseling van gegevens met andere partners.
1.5. Samenwerking De Kustwacht is een schakel in de (maritieme) rechtshandhavingketen van het Caribisch deel van het Koninkrijk. Samenwerking met andere partners in de keten, zowel lokale partners als regionale en internationale partners, is essentieel voor het succesvol optreden van de Kustwacht.
1.5.1. Samenwerking binnen het Koninkrijk De samenwerking tussen de Kustwacht en andere lokale partners is binnen het Koninkrijk per land op beleidsmatig niveau georganiseerd in het “Vierhoeksoverleg”. Aan dit overleg nemen de hoofden van politie, douane en Kustwacht deel onder voorzitterschap van de procureur-generaal van het betreffende Land. Het overleg omvat de uitwisseling van informatie, afstemming van operationele zaken en nadere uitwerking van de prioriteitstelling bij de opsporing van het betreffende land. Daarnaast heeft op operationeel niveau regulier overleg plaatsgevonden tussen het Openbaar Ministerie van diverse landen, de maritieme steunpunten en de Kustwachtstaf. In 2012 heeft een inventarisatie plaatsgevonden naar de onderzoeksbehoeften bij de verschillende landen ten aanzien van de Kustwacht. Een van de conclusies was dat de samenwerking en samenhang binnen de justitiële keten in de Landen verbeterd dient te worden. Zoals onder 1.4 aangegeven is in 2012 besloten dat onder leiding van de Hoofdofficier van Justitie van Aruba een verbeterplan zal worden opgesteld dat er toe moet leiden dat het Justitieel Beleidsplan nader geconcretiseerd wordt en de diensten van de Landen, waaronder de Kustwacht, op een meer effectieve en efficiënte wijze kunnen worden ingezet binnen de beschikbare middelen en financiële kaders. Ten slotte hebben de steunpunten zowel regulier als ad-hoc overleg gevoerd met de ketenpartners in de landen en worden vanaf de steunpunten diverse gezamenlijke acties uitgevoerd.
pagina 4
Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch Gebied
Jaarverslag 2012
1.5.2. Internationale samenwerking a)
Bilaterale samenwerking met de VS
In het kader van maritieme drugsbestrijding werkt de Kustwacht samen met de Joint Interagency Task Force South (JIATFS). Deze samenwerking had net als in de voorgaande jaren in 2012 betrekking op de uitvoering van operaties, informatie- en kennisuitwisseling en opleidingen. De uitwisseling van informatie en de operationele samenwerking vond primair plaats via CZMCARIB in zijn functie van Commander Task Group 4.4 (CTG 4.4). Ten behoeve van de SAR taken bij de Bovenwinden vond samenwerking plaats met de Amerikaanse en de Franse kustwacht. Bij de Bovenwinden grenst het SAR verantwoordelijkheidsgebied van het Koninkrijk aan het verantwoordelijkheidsgebied van de VS (Puerto Rico) en die van de Franse Caribische eilanden (JRCC Fort De France te Martinique).
b)
Het Regionaal Maritiem Verdrag (verdrag van San José)
Dit verdrag is in 2010 in werking getreden voor het Koninkrijk. Het verdrag bevordert de samenwerking tussen de Kustwacht en haar internationale partners op het gebied van internationale maritieme drugsbestrijding en verruimt het operatiegebied en de bevoegdheden van de Kustwacht. De Kustwacht heeft het afgelopen jaar één keer gebruik gemaakt van de bepalingen uit dit verdrag tijdens een concrete operatie. Dit betrof een verzoek om bij de Bovenwinden in Franse wateren te opereren. Bij de Bovenwindse eilanden grenzen de Franse territoriale wateren aan die van het Koninkrijk.
c)
Bilaterale samenwerking met Frankrijk
De Kustwacht heeft in 2012 intensief samengewerkt met Frankrijk, vooral rondom de Bovenwindse eilanden. Deze samenwerking heeft zowel betrekking op de rechtshandhavingstaken als op maritieme dienstverlening. De inwerkingtreding van het Verdrag van San José heeft aan de bilaterale samenwerking met Franse partnerdiensten een impuls gegeven. Daarnaast zijn in 2012 diverse Search and Rescue (SAR) acties uitgevoerd in het SAR verantwoordelijkheidsgebied van Frankrijk op basis van nauw contact tussen het Rescue and Coördination Centre (RCC) van de Kustwacht en het Joint Rescue and Coördination Centre (JRCC) Fort de France te Martinique. Tot slot is een operationele samenwerkingsovereenkomst met Frankrijk opgesteld, waarbij een stap wordt gemaakt om op een meer eenvoudiger wijze varende en vliegende surveillances in en boven elkaars territoriale wateren nabij de Bovenwinden, uit te voeren. De ondertekening is in 2012 vertraagd vanwege additionele Franse departementale afstemming. Naar verwachting zal de overeenkomst begin 2013 worden ondertekend.
d)
Bilaterale samenwerking met Venezuela, Colombia en de Dominicaanse Republiek
Met Venezuela bestaat sinds 1997 een bilaterale samenwerkingsovereenkomst op het gebied van SAR. In het kader van deze overeenkomst wordt jaarlijks een SAR-oefening gehouden. De voor 2012 geplande oefening Open Eyes is uitgevoerd in de Venezolaanse- en Curaçaose territoriale wateren (TTW). De uitgevoerde oefeningen lijken een grote bijdrage te hebben geleverd aan de groeiende samenwerking en informatie uitwisseling tussen beide Kustwachten op het gebied van SAR. De Kustwacht maakt voor de uitvoering van haar taken met regelmaat gebruik van internationaal luchtruim binnen de Flight Information Region (FIR) van Maiquetia (Venezuela). In 2011 hebben het Koninkrijk en Venezuela vastgesteld dat er internationaalrechtelijk geen verplichting bestaat tot het vragen van toestemming voor het gebruik van de FIR. De Kustwacht stelt Venezuela vanuit internationale verplichtingen (veiligheidsgronden) wel vooraf in kennis van het gebruik van de FIR. In 2012 is toegang tot de FIR drie keer geweigerd. De reden van deze weigeringen is naar alle waarschijnlijkheid miscommunicatie tussen de civiele en de militaire Air Traffic Control (ATC) in Venezuela. In totaal zijn er binnen de KWCARIB in 2012 zeven incidenten geregistreerd. Dankzij rechtstreeks contact tussen het operatiecentrum van de Kustwacht en het luchtverdedigingcommando van Venezuela kon echter in vier gevallen de vlucht binnen het Maiquetia FIR alsnog doorgang vinden en was er uiteindelijk geen sprake van een weigering. De bilaterale samenwerking met Colombia had in 2012 zowel betrekking op maritieme drugsbestrijding als op SAR-activiteiten. De samenwerking betrof vooral de uitwisseling van informatie. In het kader van de bilaterale samenwerkingsovereenkomst met de Dominicaanse Republiek op het gebied van SAR heeft de Kustwacht in 2012 conform de planning de jaarlijkse bilaterale SAR-oefening “Vigilant Eyes” gehouden. De oefening is uitgevoerd nabij de Dominicaanse Republiek. pagina 5
Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch Gebied
Jaarverslag 2012
Op basis van het eerder genoemde verdrag van San José is deze oefening uitgebreid met gezamenlijke counterdrugs patrouilles en onderlinge operationele informatie-uitwisseling met betrekking tot drugsbestrijdingoperaties.
1.6. Ontwikkelingen in 2012 (met een doorkijk naar 2013) a. In augustus 2012 is de nieuwe kleine varende capaciteit aan de Kustwacht geleverd bestaande uit vijf vaartuigen van het type Boston Whaler. Met de levering van deze eenheden is een belangrijk onderdeel van het LTP gerealiseerd dat de Kustwacht onder meer in staat stelt te opereren in de ondiepe baaien, havens en wateren vlak onder de kust van zowel Aruba, Bonaire, Curaçao als Sint Maarten. Op elk van deze (ei)landen is een van deze eenheden gestationeerd. De vijfde is gebruikt als reserve eenheid en voor opleidingsdoeleinden. b. Het werkplekonderzoek RCC is in het najaar afgerond. De fysieke aanpassing van het RCC, voornamelijk gelegen in een betere opstelling van de apparatuur heeft in 2012 nog niet aangevangen. Deze aanpassing zal in 2013 starten en afgerond worden. c. In de tweede helft van 2012 is conform planning de nieuwe walradarsoftware getest. De resultaten zijn zeer bevredigend en worden gezien als een substantiële verbetering. Begin 2013 zal worden overgegaan tot verwerving van deze nieuwe software. d. Het project Verbeterde Informatie Uitwisseling (VIU) maakt onderdeel uit van de in de LTP beschreven verbetering van het situatiebeeld. Dit project vordert voorspoedig. De aanbestedingsprocedure is gereed en de order is gegund aan het Franse bedrijf ATOS. De eerste verkennende gesprekken zijn gevoerd en het project zal naar verwachting gerealiseerd worden in 2013. Het project voorziet voornamelijk in het verbeteren van de mogelijkheden (beeld)informatie uit te wisselen tussen de vliegende eenheden en het RCC. e. De dependance op Bonaire is operationeel. Deze dependance is niet permanent bezet, maar dient als uitvalsbasis tijdens de presentieperiodes van de Kustwacht op Bonaire. Er is wel permanent een Boston Whaler aanwezig, die tijdens de periodes dat er geen kustwachtpersoneel op het eiland is, beschermd wordt gestald. Hiermee is een belangrijk onderdeel van het LTP gerealiseerd. De dependance bevond zich in 2012 op de tijdelijke locatie bij de politie. De verhuizing naar de permanente locatie in het voormalige douanekantoor zal in de loop van 2013 plaatsvinden. f. Op 12 oktober 2012 vloog de AS-355 haar laatste vlucht in dienst van de Kustwacht. Vanaf 15 oktober 2012 is de nieuwe provider, het Britse bedrijf FB Heliservices, gestart met het uitvoeren van operationele vluchten met de nieuwe AW-139. Deze helikopter is onder meer voorzien van kwalitatief betere sensoren dan de AS-355 waaronder o.a. de Forward Looking Infrared (FLIR), waardoor het waarnemend vermogen sterk is toegenomen. Als gevolg van vertraging in het proces van registratie en toezicht is het operationeel potentieel van de helikopters in de laatste maanden van 2012 niet volledig benut. Naar verwachting zal het volledige proces van registratie en toezicht in de eerste helft van 2013 afgerond zijn. g. In december 2012 deed zich een licht ongeval voor met één van de AW-139 helikopters waarbij zich geen persoonlijke ongevallen hebben voorgedaan. In 2012 is het technische onderzoek en de reparatie van deze helikopter gestart. Gedurende deze tijd was slechts over één AW-139 de beschikking.
Nieuwe kleine varende capaciteit
pagina 6
Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch Gebied
Jaarverslag 2012
2. Doelstellingen en resultaten 2.1. Inleiding In dit hoofdstuk komen de resultaten van de Kustwacht in 2012 aan bod. Deze resultaten worden steeds gekoppeld aan de doelstellingen van het Jaarplan 2012. Paragraaf 2.2. bevat een algemeen overzicht van de resultaten op alle taakgebieden van de Kustwacht. Paragraaf 2.3. zet de resultaten in het operationele domein uiteen. Paragraaf 2.4. en 2.5. bevatten de resultaten in respectievelijk het personele en materiële domein.
2.2. Algemeen overzicht van resultaten per taakgebied Deze paragraaf bevat de totaalresultaten van de Kustwacht op het gebied van opsporing, toezicht en dienstverlening. Tabel 1 omvat het totaalresultaat van preventief en repressief optreden voor alle kustwachttaken. De resultaten uit Tabel 1 op het gebied van de toezichthoudende taken (scheepvaart, visserij, milieu) zijn in Tabel 2 uitgesplitst in resultaten per steunpunt c.q. eenheid. In Tabel 3 wordt het aantal uitgevoerde controles (preventief optreden) getoond en toegelicht.
2.2.1. Resultaten opsporing, toezicht en SAR In 2012 heeft de Kustwacht de onderstaande resultaten behaald. (Tabel 1) Opsporingsresultaten 2012 Steunpunt St. Maarten (inclusief Saba en Sint Eustatius)
Totaal resultaat
812,51 kg cocaïne en 40,5 kg marihuana, bij 8 acties (2011: 827 kg, 2010: 274 kg, 2009: 1172 kg, 2008: 2072 kg).
Taakgebied
Steunpunt Aruba
Steunpunt Curaçao (inclusief Bonaire)
Drugsbestrijding operaties
422,5 kg 3 acties
255 kg 3 acties
175,5 kg 2 acties
Vuurwapens en munitie
0
2
3
5 vuurwapens met bijbehorende munitie onderschept (2011: 8, 2010:1, 2009: 5, 2008: 2).
Illegale immigratie [aantal illegalen]
20
7
17
44 illegalen (2011: 27, 2010: 0, 2009: 52, 2008:10)
Scheepvaart toezicht [aantal PV’s]
103
155
137
402 overtredingen (inclusief 7 PV’s van WIGS) waarbij PV is opgemaakt (2011: 282, 2010: 237, 2009: 156, 2008: 127)
Milieudelicten [aantal PV’s]
1
0
3
4 overtredingen waarbij PV is opgemaakt (2011: 4, 2010: 9, 2009: 2, 2008: 0)
Illegale visserij [aantal PV’s]
26
8
3
37 overtredingen waarbij PV is opgemaakt (2011: 51, 2010: 51, 2009: 18, 2008: 20)
Search and Rescue (SAR)
88 acties en in totaal 7 personen in veiligheid gebracht
119 acties en in totaal 16 personen in veiligheid gebracht
30 acties en in totaal 17 personen in veiligheid gebracht
263 keer in actie gekomen en in totaal 49 personen in veiligheid gebracht (inclusief 26 acties en 9 personen in veiligheid met enkel ondersteuning van het RCC en vliegende eenheden KW) (2011: 192 keer in actie gekomen en in totaal 77 personen in veiligheid gebracht; 2010: 173 keer in actie gekomen en in totaal 94 personen in veiligheid gebracht.
1
Exclusief 2840 kg cocaïne tijdens de operatie Martillo, waar de Kustwacht een belangrijke bijdrage aan heeft geleverd (zie volgende paragraaf). pagina 7
Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch Gebied
Jaarverslag 2012
Toelichting Drugsbestrijdingoperaties, vuurwapens en munitie In 2012 heeft de Kustwacht in totaal acht drugstransporten onderschept en daarbij 853 kg verdovende middelen aangetroffen. Dit resultaat komt redelijk overeen met de drugsvangsten in 2011 (ter vergelijking: in 2011 werd bij twaalf acties 827 kg drugs onderschept). Daarnaast heeft de Kustwacht een belangrijke bijdrage geleverd (Dash-8) aan de internationale drugsbestrijdingoperatie Martillo, waarbij onder verantwoordelijkheid van CTG 4.4 twee drugstransporten van totaal ongeveer 2840 kg cocaïne door de Amerikaanse Kustwacht zijn onderschept. Het algemene beeld van inbeslagnames van hoeveelheden drugs over de afgelopen jaren blijft grillig. De tendens is dat de laatste jaren vooral kleinere partijen drugs worden aangetroffen en dat bij de smokkel meer lokale, kleinere vaartuigen worden gebruikt. De kleinere partijen duiden op risicospreiding door de smokkelaars. Daarnaast constateert de Kustwacht dat nog maar weinig zogenaamde Go Fast vaartuigen met drugs worden onderschept. Deze afname bevestigt de trend die ook in de voorgaande jaren gesignaleerd is en lijkt mede het resultaat van de preventieve werking van een zichtbare Kustwacht. In 2012 zijn vijf illegale vuurwapens aangetroffen. In 2011 waren dat er acht, in 2010 één. In alle gevallen zijn de verdachten overgedragen aan de lokale autoriteiten. Grensbewaking en douanetoezicht / illegale immigratie De Kustwacht heeft in 2012 44 illegalen aangehouden. In voorgaande jaren was sprake van een wisselend beeld: zo werden in 2011 27 illegalen aangehouden en in 2010 geen illegalen. Een mogelijke verklaring voor de stijgende tendens is de verscherping van het toezicht en toename van het aantal gerealiseerde controles op de illegaliteit. De Kustwacht draagt aangehouden illegalen over aan de immigratiediensten van het betrokken land (Aruba, Curaçao, Sint Maarten of Nederland). Deze diensten stellen vervolgens onderzoek in of de illegale immigratie verband houdt met mensenhandel of -smokkel. Scheepvaarttoezicht In 2012 heeft de Kustwacht 402 processen-verbaal uitgeschreven voor overtredingen van scheepvaartvoorschriften. Dat is meer dan in voorgaande jaren (2011: 282, 2010: 237, 2009: 156, 2008: 127). Sinds de introductie van de prestatie-indicator “controles” in 2010 heeft de Kustwacht meer controles uitgevoerd. Hierdoor is een nadrukkelijke stijging van het aantal processen-verbaal zichtbaar. De komende jaren moeten uitwijzen of deze controles ook leiden tot een permanente gedragsverandering bij het varende publiek. Het grootste deel van de overtredingen betrof administratieve onvolkomenheden, zoals het niet kunnen tonen van de benodigde vaardocumenten en vergunningen. Daarnaast is opgetreden tegen overtredingen als het varen onder invloed, te snel of roekeloos varen en het hierbij in gevaar brengen van andere vaartuigen of watersporters. Dit vindt in hoofdzaak plaats nabij de drukbezochte toeristische plaatsen van de eilanden. Milieutoezicht De Kustwacht besteedt tijdens haar patrouilles ook nadrukkelijk aandacht aan vervuiling van zee, kust en stranden. Geconstateerd wordt dat illegale lozingen overwegend plaatsvinden vanaf schepen. In 2012 heeft de Kustwacht vier gevallen van verontreiniging van het oppervlaktewater gesignaleerd en is proces verbaal opgemaakt. In 2012 heeft de Kustwacht een prominente rol gespeeld bij het detecteren en in kaart brengen van de omvang van de olieverontreiniging ten gevolge van de olielekkage bij Bullenbaai op Curaçao en een olieverontreiniging bij St. Eustatius. Visserijtoezicht De Kustwacht heeft in 2012 in totaal 37 overtreders van de visserijvoorschriften geverbaliseerd. Dat is een lichte daling van het aantal overtredingen ten opzichte van voorgaande jaren (2011: 51, 2010: 51, 2009: 18, 2008: 20). Het merendeel van de overtredingen betrof illegale speervisserij. Search and Rescue, rampenbestrijding De Kustwacht heeft in 2012 in totaal 357 SAR meldingen ontvangen. Dit is een lichte stijging ten opzichte van voorgaande jaren (ter vergelijking 2011: 310, 2010: 242, 2009: 242 en 2008: 251). In 263 gevallen is opvolging van de melding door het Redding en Coördinatie Centrum (RCC) van de
pagina 8
Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch Gebied
Jaarverslag 2012
Kustwacht noodzakelijk gebleken, waarbij, veelal samen met partners, daadwerkelijk assistentie is verleend. Daarbij zijn in totaal 49 mensen gered (2011: 77, 2010: 94, 2009: 86). De Kustwacht werkt op SAR gebied nauw samen met de civiele reddingsorganisaties Citizens Rescue Organisation Curaçao (CITRO), Search and Rescue Foundation Aruba (SARFA) en de Sea Rescue Foundation te Sint Maarten (SRF). 2.2.2. Resultaten per steunpunt c.q. eenheid De totaalresultaten op de taakgebieden uit Tabel 1 (o.a. scheepvaart, visserij en milieu) in aantallen processen-verbaal worden hieronder uitgesplitst naar de resultaten per steunpunt met varende eenheden (Aruba, Curaçao en Sint Maarten) en het stationsschip (Tabel 2). Processen-verbaal 2012 Uitvoering taken per eenheid
Scheepvaart
Visserij
Milieu
Totaal
Steunpunt Aruba
103
26
1
130
Steunpunt Curaçao
155
8
0
163
Steunpunt Sint Maarten
137
3
3
143
7
0
0
7
402
37
4
443
Stationsschip Totaal aantal PV’s
Toelichting Het steunpunt Curaçao maakte de meeste processen-verbaal op. Het merendeel daarvan betrof overtredingen van scheepvaartvoorschriften. Dit geldt voor alle nautische steunpunten. Het steunpunt Aruba maakte tevens een behoorlijk aantal processen-verbaal op voor overtreding van de visserijvoorschriften. Dit is het gevolg van de al in 2010 geconstateerde stijging van het aantal gevallen van illegale visserij door Venezolaanse vissers en een groot aantal overtredingen van speervisserij en het illegaal vissen met fuiken.
Prestatie-indicatoren In het Jaarplan 2012 zijn in het kader van de effectiviteitmeting voor de Kustwacht op basis van ervaringsgegevens aanvullende normen opgesteld voor kwantificering van de resultaten van de Kustwacht. Deze normen zijn in eerste instantie vooral gericht op het meten van de operationele inzet en worden uitgedrukt in het aantal door de Kustwacht uit te voeren controles per eenheid. Dit is gebaseerd op ervaringsgegevens uit 2010. De controles betreffen zowel de preventieve controles op handhavinggebied als controles in het kader van opsporingstaken. Parallel aan de controles op het water is er door de maritieme steunpunten ook op het land (langs de kuststrook) gepatrouilleerd in samenwerking met de ketenpartners. In 2012 zijn in totaal 314 landpatrouille uren gerealiseerd door de maritieme steunpunten waarbij met name duikscholen en botenverhuurbedrijven zijn bezocht en voorlichting is gegeven over het gebruik van de diverse veiligheidsmiddelen. Deze patrouilles worden uitgevoerd door personeel dat op dat moment niet is ingedeeld op een varende eenheid van de Kustwacht. Deze controles maken geen deel uit van de Prestatie-indicatoren en zijn derhalve niet opgenomen in onderstaande tabel. De resultaten over 2012 zijn opgenomen in onderstaande tabel (Tabel 3) Controles 2012 Eenheid
Norm Jaarplan
%Resultaten/ Norm 2012
Totaal 2012
Panter (Aruba)
120
116
97%
Jaguar (Curaçao)
120
121
101%
Poema (Sint Maarten)
120
120
100%
Totaal cutters
360 controles
357 controles
99%
Lichte vaartuigen Aruba
800
776
97%
Lichte vaartuigen Curaçao
800
901
113%
Lichte vaartuigen Sint Maarten
800
834
104%
Totaal Lichte vaartuigen
2.400 controles
2.511 controles
105%
WIGS boardingteam
150
185
123%
SAR
pagina 9
Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch Gebied
Jaarverslag 2012
Norm Jaarplan % opvolgen SAR melding
Gerealiseerd
100%
100%
Toelichting Het totaal aantal gerealiseerde controles door de Cutters in 2012 voldoet vrijwel aan de jaarnorm (gerealiseerd 357 controles, jaarnorm 360 controles). De cijfers tonen ten opzichte van 2011 (gerealiseerd 365 controles) een stabiel beeld. Het totaal aantal gerealiseerde controles in 2012 van de lichte vaartuigen ligt enigszins boven de jaarnorm (gerealiseerd 2511 controles, jaarnorm 2400 controles). Ook het boardingteam aan boord van het stationsschip heeft boven de norm gerealiseerd (zie voor verdere toelichting paragraaf 2.3).
2.3. Operaties Deze paragraaf bevat de resultaten van en de toelichting op de inzet van de varende en vliegende eenheden van de Kustwacht (Tabel 4 t/m 7) en de inzet van Defensiemiddelen (Tabel 8 en 9). De resultaten zijn gekoppeld aan de normstelling in het Jaarplan 2012. Tabel 4 omvat het totaalresultaat voor de inzet van de Cutters en Tabel 5 betreft het resultaat voor de lichte vaartuigen (Superrhibs en kleine vaartuigen). Tabel 6 heeft betrekking op de inzet van de DASH-8 patrouillevliegtuigen en Tabel 7 op de resultaten van de AS 355 en AW-139 helikopters. Tabel 8 en 9 geven respectievelijk inzicht in de inzet van het stationsschip en van de boordhelikopter. Voor de inzet van het walradarsysteem, dat de operaties van de varende en vliegende eenheden ondersteunt, is geen norm gesteld anders dan dat het systeem contractueel een uptime moet hebben van 95%; hieraan is ook in 2012 voldaan.
Varende eenheden van de Kustwacht (Tabel 4 en 5) Vaardagen cutters 2012 Norm Jaarplan
Gerealiseerd
Panter (Aruba)
120
114,5
95%
Jaguar (Curaçao)
120
122
104%
Poema (Sint-Maarten)
120
120,5
100%
Totaal cutters
360
357
99%
Norm Jaarplan
Gerealiseerd
%Resultaten/norm
Steunpunt Aruba
2500
2348
94%
Steunpunt Curaçao
2500
2715
109%
Steunpunt Sint-Maarten
2500
2518
101%
Totaal lichte vaartuigen
7500
7581
101%
Eenheid
%Resultaten/norm
Vaaruren lichte vaartuigen 2012 Eenheid
Toelichting Aan de gestelde normen voor 2012 is nagenoeg voldaan. De geplande vaardagen voor de Cutters zijn voor 99% gerealiseerd. Dat is meer dan 2011 (87%) en 2010 (97%). De onderrealisatie van de Panter is veroorzaakt door het uitlopen van gepland onderhoud. Met de lichte vaartuigen zijn in 2012 7581 vaaruren gemaakt. Dat is een kleine overschrijding van de jaardoelstelling voor 2012. Het aantal gerealiseerde vaaruren van de lichte vaartuigen komt nagenoeg overeen met 2011 (7592 gerealiseerde vaaruren). Vooral het Steunpunt Sint Maarten heeft in het laatste kwartaal van 2012 een grote inhaalslag gemaakt voor wat betreft vaaruren en uitgevoerde controles. De belangrijkste redenen hiervoor waren een tijdelijke personele ondersteuning vanuit Curaçao en een eenmalige overschrijding van het toegestane aantal overuren, in combinatie met goed weer, ondanks het orkaanseizoen.
Vliegende eenheden van de Kustwacht (Tabel 6 en 7) Vlieguren DASH-8 Luchtverkenningcapaciteit 2012 Eenheid
Norm Jaarplan
Gerealiseerd
%Resultaten/norm
DASH-8
1900
1902
100%
Vlieguren AS-355 en AW-139 helikopter 2012
pagina 10
Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch Gebied
Eenheid
Jaarverslag 2012
Norm Jaarplan
Gerealiseerd
%Resultaten/norm
700
685
99%
AS-355 en AW-139 helikopter
Toelichting De geplande vlieguren voor de DASH-8 patrouillevliegtuigen zijn net als in 2010 en 2011 volledig gerealiseerd ondanks de personele tekorten bij het Kustwachtpersoneel van het steunpunt Hato. Deze tekorten zijn opgevangen door tijdelijke ondersteuning van defensiepersoneel. De DASH-8 vliegtuigen zijn gedurende het jaar probleemloos ingezet en zijn nog immer een effectief middel voor de inzet op alle taakgebieden van de Kustwacht. Ondanks de introductieproblemen van de AW-139 helikopter, is de jaarnormering van 700 vlieguren nagenoeg gehaald. Op 12 oktober 2012 vloog de AS-355 helikopter haar laatste vlucht in dienst van de Kustwacht. Vanaf 15 oktober 2012 is FBH gestart met het uitvoeren van operationele vluchten met de nieuwe AW-139 helikopter in dienst van de Kustwacht. Er zijn in 2012 met de nieuwe AW-139 helikopter 217 vlieguren gerealiseerd.
Inzet Defensiemiddelen (Tabel 8 en 9) Vaardagen stationsschip 2012 Eenheid
Norm Jaarplan
Gerealiseerd
%Resultaten/norm
92
108,5
104%
Norm Jaarplan
Gerealiseerd
%Resultaten/norm
290
241
83%
Stationsschip Vlieguren Lynx en Alouette III helikopter 2012 Eenheid Lynx en Alouette III helikopter
Toelichting In 2012 hebben achtereenvolgens Hr. Ms. Amsterdam, Hr. Ms. Tromp en Hr. Ms. Van Amstel als stationsschip Kustwachttaken uitgevoerd. De vaardagen zijn iets boven de jaardoelstelling gerealiseerd. Alle stationsschepen krijgen gedurende de inzet voor de Kustwacht een Kustwacht boardingteam aan boord. Dit team wordt bij toerbeurt geleverd door één van de drie maritieme steunpunten. Dit is van essentieel belang omdat het lokale boardingteam veel ervaring en kennis van het gebied met zich meeneemt. De inzetbaarheid van de Lynx boordhelikopter stond in 2012 door technische problemen onder druk. Door materiële problemen van de Lynx in het eerste kwartaal van 2012 is de jaarnorm (290 vlieguren) uiteindelijk niet gehaald. Met de komst van de Belgische Alouette III helikopter vanaf juni 2012 is de achterstand in vlieguren niet meer ingelopen. De Lynx en Alouette III helikopters aan boord van de verschillende stationsschepen hebben 83% van de geplande vlieguren gerealiseerd. Dat is minder dan in 2010 (91%).
2.4. Personeel 2.4.1. Formatieontwikkeling Kustwacht (inclusief werving) De Kustwacht telt 242 formatieplaatsen (inclusief de directeur Kustwacht(DKW)). Op 31 december 2012 had de Kustwacht een bezettingsgraad van 83% (exclusief personeel in de initiële kustwachtopleiding). Dit percentage komt overeen met 2011. Kustwachtbreed en met name bij het steunpunt Sint Maarten zijn onverminderd tekorten aan executief personeel. Er zijn diverse alternatieven ontplooid om de operationele consequenties te beperken. De steunpunten van Aruba, Curaçao en het RCC hebben naar vermogen tijdelijk personele versterking aan het steunpunt Sint Maarten geleverd. Hiernaast zijn tijdelijk meer overuren gemaakt dan initieel verwacht. Vanaf augustus 2012 is het maritiem steunpunt Aruba, in de vorm van een stage, ondersteund door personeel van de Arubaanse Militie. De stage van het Arumil personeel is naar grote tevredenheid verlopen. Tijdens de Presidiumvergadering in oktober 2012 hebben de Presidiumleden ingestemd om eind 2012 een pilot op de maritieme steunpunten op Aruba en Sint Maarten te starten. In deze pilot is een aantal voorheen centraal belegde taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden decentraal belegd bij het steunpunt. De pilot is gebaseerd op aanbevelingen van de Werkgroep Evaluatie Formatiebrief 2005 (WEF) die onder meer zijn uitgewerkt in de concept Formatiebrief 2012. Aangezien hierover nog geen pagina 11
Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch Gebied
Jaarverslag 2012
besluitvorming heeft plaatsgevonden, terwijl Aruba en Sint Maarten voornoemd aspect van decentralisatie naar de steunpunten graag doorgevoerd zouden willen zien, is door het Presidium in 2012 besloten om op de steunpunten van Aruba en Sint Maarten een pilot te starten. Na een jaar volgt een evaluatie.
2.4.2. Scholing In juni 2012 zijn op Curaçao 13 cursisten van de Kustwacht Vak Opleiding (KVO) beëdigd tot Buitengewoon Agent van Politie. Zij zijn in juli 2012 begonnen aan de praktijkstage die 12 maanden zal duren. De lichting KVO 2012-2013 is in september 2012 met 22 matrozen gestart (5 cursisten voor Aruba, 6 cursisten voor Curaçao en 11 voor Sint Maarten). Daarvan zijn 21 cursisten geslaagd voor de eerste periode van de mentale en fysieke vorming. De opleiding wordt in juni 2014 afgerond. In november 2012 is de werving gestart voor de KVO 2013-2014. Dit alles moet ertoe leiden dat het personeelstekort afneemt.
2.4.3. Organisatorische betrokkenheid van het personeel Integriteit Er hebben zich geen integriteitvoorvallen voorgedaan in 2012. Rechtspositionele ontwikkelingen Het wegwerken van achterstanden in de vaststelling van de aanstellingsbesluiten voor het Kustwachtpersoneel blijft een aandachtspunt voor de landen. In 2012 is echter verbetering zichtbaar. Met de besluiten/beschikkingen wordt onder andere de aanstelling van de kustwachtambtenaar bekrachtigd. Het uitblijven van duidelijkheid hierover zorgt nog steeds voor onrust en onzekerheid bij het kustwachtpersoneel. Medezeggenschap In 2012 heeft een evaluatie plaatsgevonden van de Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR). De uitwerking hiervan is gestart in 2012 en deze wordt in 2013 aan de Kustwacht en het presidium van de Kustwachtcommissie gepresenteerd.
2.4.4. Prestatie-indicatoren Op personeelsgebied zijn in het Jaarplan 2012 vier prestatie indicatoren benoemd. De resultaatgemiddelden over 2012 zijn opgenomen in onderstaande tabel 10. Deze voldoen alle aan de gestelde jaarnorm. Dit zijn gemiddelde percentages voor de Kustwacht als geheel; de percentages per steunpunt kunnen hiervan afwijken. Personele prestatie-indicatoren Norm Jaarplan
Gerealiseerd
Verzuim personeel
5%
3,7%
Opleidingsrendement
80%
88%
Personele gereedheid
80%
94%
Personele bezettingsgraad
80%
83%
2.5. Materieel Varend materieel Cutters Het in de vaart houden van de Cutters heeft in 2012 onverminderd veel onderhoudscapaciteit gevergd. Alle Cutters hebben regulier groot onderhoud ondergaan. De Cutter Jaguar heeft haar groot onderhoud ondergaan op de scheepswerf Cotecmar te Cartagena in Columbia. De ervaringen met deze scheepswerf zijn positief. Tijdens het groot onderhoud van de Panter is gestart met de vervanging van de scheepsomroepinstallatie. Bijboten De geplande levering van de bijboten voor het einde van 2012 is niet gerealiseerd. De vertraging is het gevolg van een mogelijk faillissement van de leverancier. Deze vertraging is opgevangen doordat Defensie bereid is om de tijdelijk beschikbaar gestelde bijboten, langer beschikbaar te stellen.
pagina 12
Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch Gebied
Jaarverslag 2012
Super-RHIB’s In 2012 zijn de laatste oude motoren vervangen door nieuwe. Alle 12 Super-RHIB’s zijn tijdens het groot onderhoud voorzien van nieuwe motoren en sterndrives en een nieuw radarsysteem. Het oude radarsysteem aan boord van de Super-RHIB’s was niet meer onderhoudbaar door het ontbreken van onderdelen. In 2012 is voor twee Super-RHIB’s in Nederland een dekreparatie uitgevoerd. Gedurende het gehele jaar was het aantal operationeel inzetbare Super-RHIB’s ten minste zes (twee per steunpunt). Kleine varende capaciteit De vijf eenheden van de in augustus 2012 geleverde kleine varende capaciteit, zijn nadat de acceptatietesten naar tevredenheid afgerond waren, in oktober 2012 bij alle Steunpunten in bedrijf gesteld. De Curaçaose olympiër Churandy Martina heeft in het bijzijn van de media in september 2012 de nieuwe Boston Whaler Justice voor het steunpunt Curaçao gedoopt. Vliegend materieel DASH-8 patrouillevliegtuigen Provincial Airlines Limited (PAL) heeft in 2012 conform het contract zorg gedragen voor een permanente beschikbaarheid van minimaal één DASH-8 vliegtuig. De vliegtuigen zijn gestationeerd op het Kustwachtsteunpunt Hato. PAL beschikt over een eigen onderhoudssysteem met eigen onderhoudspersoneel. De materiële gereedheid van de DASH-8 patrouillevliegtuigen was goed. AS-355 en AW-139 helikopter Heli Holland heeft tot 12 oktober 2012 conform het contract zorg gedragen voor de beschikbaarheid van een AS-355 helikopter. Heli Holland beschikte over een eigen onderhoudssysteem en eigen onderhoudspersoneel. De materiële gereedheid van de AS-355 was goed. Vanaf 15 oktober 2012 is FB Heliservices gestart met het uitvoeren van operationele vluchten met de nieuwe AW-139 helikopter in dienst van de Kustwacht. Ook FB Heliservices beschikt over een eigen onderhoudssysteem en eigen onderhoudspersoneel. Infrastructuur (vastgoed) De infrastructurele projecten in 2012 betreffen achtereenvolgens: Verbetering van de botenliften De werkzaamheden voor het uitbreiden van de overkappingen op de nautische steunpunten Aruba en Sint Maarten zijn begin 2012 afgerond. Op Curaçao en Sint Maarten zijn de motoren van de botenliften aangepast zodat de stijg- en daalsnelheid is verdubbeld. Dit verbetert de reactietijd voor de inzet van de Superrhibs. Het steunpunt Aruba beschikt al sinds 2010 over liften met deze snellere motoren. Hangaar voor de nieuwe helikopters In 2011 heeft Defensie een bouwvergunning gekregen voor de nieuwe helikopterhangaar op Hato en zijn de bouwwerkzaamheden gestart. Na de vergunningverlening is discussie ontstaan tussen de luchthavenautoriteit/vliegveiligheidautoriteit CAP, de verlener van de bouwvergunning (DROV) en de Dienst Vastgoed Defensie (DVD) over de hoogte van de hangaar en het effect daarvan op het vrije zicht vanuit de verkeersleidingtoren op de taxibaan. De hangaarconstructie moest daarom worden aangepast om zo een vrij zicht van de verkeerstoren op de taxibaan te garanderen. Dit vergde een extra investering en leverde een vertraging op in de bouw. Hierdoor is de nieuwe hangaar in 2012 niet volledig operationeel opgeleverd. Dependance Bonaire Dit project maakt onderdeel uit van het LTP. Er is een semipermanente dependance voor de Kustwacht op het politiebureau van Bonaire ingericht.
pagina 13
Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch Gebied
Jaarverslag 2012
3. Financiële verantwoording 3.1. Algemeen In augustus 2009 heeft de Rijksministerraad het LTP goedgekeurd. Het LTP vormt de komende jaren een basiselement voor de jaarplannen van de Kustwacht. De exploitatie is in 2012 op een enkele onderdelen hoger dan gepland. De realisatie op investeringen en op de luchtverkenningcapaciteit is achtergebleven. Details worden verder weergegeven in de volgende paragraaf.
3.2. Financieel jaarverslag In deze paragraaf staat de financiële verantwoording van de Kustwacht over 2012 centraal. Na een algemeen deel volgt een toelichting op de belangrijkste mutaties in de begroting over het jaar 2012. Vervolgens komt de begrotingsrealisatie aan de orde, uitgesplitst per artikelonderdeel. Hierbij worden de belangrijkste verschillen tussen begroting en realisatie nader toegelicht. Alle vermelde bedragen zijn in duizenden euro’s.
3.2.1. Algemeen De uitgaven over 2012 worden toegelicht aan de hand van de volgende uitgavenposten: Lokaal personeel: ten laste van dit onderdeel komen de salarissen, de sociale lasten, het werkgeversdeel van de pensioenbijdrage en ziektekosten, overwerk en de verschillende toelagen voor het lokaal Kustwachtpersoneel in dienst van de Caribische landen van het Koninkrijk. Defensiepersoneel: ten laste van dit onderdeel komen de salarissen, sociale lasten, overwerk en toelagen voor onregelmatige dienst van Defensiepersoneel. Overige personele exploitatie: ten laste van dit onderdeel komen personele uitgaven anders dan salarissen van zowel lokaal personeel als Defensiepersoneel. Deze uitgaven zijn in sterke mate afhankelijk van de personeelssterkte en de planning van activiteiten. Het gaat hierbij onder meer over kosten voor opleidingen en dienstreizen. Materiële exploitatie: bij dit artikelonderdeel zijn alle materiële uitgaven ondergebracht. Investeringen: onder deze uitgavenpost vallen projecten voor de nieuwbouw van infrastructuur en aanschaf dan wel vervanging van groot materieel. Inzet Defensiemiddelen: onder deze uitgavenpost worden de personele en materiële exploitatiekosten inzichtelijk gemaakt die samenhangen met de inzet van door het ministerie van Defensie beschikbaar gestelde operationele eenheden (het stationsschip met bijbehorende boordhelikopter) en die onderdeel uitmaken van de Defensiebegroting.3.2.2. Begroting en realisatie 2012 Onderstaande tabel 11 geeft de realisatie weer van de Kustwacht over het jaar 2012. BEGROTINGSREALISATIE 2012 KWCARIB Uitgaven (in € x 1000)
Begroting
Realisatie
Verschil
%
Exploitatie Lokaal personeel
7.266
7.189
-77
98,9
Defensiepersoneel
3.846
4.334
+488
112,7
Overige personele exploitatie
2.250
2.974
+724
132,1
Materiële exploitatie
5.476
6.025
+549
110,0
18.839
20.522
+1.683
108,9
Luchtverkenning
15.034
13.598
-1.436
90,4
Totaal exploitatie
33.873
34.120
+247
100,7
2.798
873
-1.925
31,2
36.671
34.993
-1.678
95,4
Subtotaal exploitatie Luchtverkenning
Investeringen Investeringen Totaal (excl. Defensiemiddelen)
pagina 14
Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch Gebied
Jaarverslag 2012
Inzet Defensiemiddelen Inzet Totaal Kustwacht
3.101
3.071
-30
99,0
39.772
38.064
-1.708
95,7
De Audit Dienst Defensie heeft in december 2012 een controle uitgevoerd over het afgelopen boekjaar dat liep van december 2011 tot en met november 2012 en een goedkeurende accountantsverklaring afgegeven. Toelichting Begrotingen Realisatie 2012 Hieronder wordt ingegaan op de belangrijkste verschillen tussen het budget 2012 en de daadwerkelijke realisatie per peildatum 30 november 20122. Een belangrijke factor hierbij is het verloop van de koers van de Antilliaanse/Arubaanse gulden ten opzichte van de Euro, die gemiddeld € 0,43237 bedroeg tijdens het boekjaar. Het budget is geraamd tegen de koers van € 0,38957 in augustus 2011. De negatieve koerswijziging heeft met name binnen de exploitatie geleid tot een overrealisatie. Echter, wegens achterblijvende investeringen is in totaal minder gerealiseerd dan gepland. Realisatie Exploitatie Lokaal personeel: er is minder uitgegeven aan salarissen van het personeel door een lagere gemiddelde bezetting en door het niet tijdig ontvangen van de inningopdracht van de maand november 2012 van Curaçao. Door de ongunstige koers van de Antilliaanse/Arubaanse gulden ten opzichte van de euro heeft dit slechts tot een zeer beperkte onderrealisatie geleid. Defensiepersoneel: de salarismaanden december 2011 tot en met november 2012 zijn volledig verwerkt in de realisatie van dit onderdeel. De overrealisatie wordt veroorzaakt door het tijdelijk aanstellen van vier extra Defensiemedewerkers ten behoeve van de introductie van de nieuwe helikoptercapaciteit en door koersverschillen die doorwerken in het salaris van het uitgezonden defensiepersoneel. In 2012 is besloten dat dit Defensiepersoneel vanaf 2013 geen onderdeel meer zal uitmaken van deze begroting, maar deel uitmaakt van de jaarlijkse bijdrage van Defensie. Overige personele exploitatie: de realisatie van de overige personele exploitatie is hoger dan begroot. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door de genoemde negatieve koersontwikkeling van de euro ten opzichte van de Nafl. Tevens wordt de overrealisatie veroorzaakt door een eenmalige ongeplande uitgave voor nieuwe uniformen voor kustwachtpersoneel en extra uitgaven voor de inhuur van personeel, dat in afwachting van een formeel landsbesluit (Curaçao en Sint Maarten) al wel werkzaamheden voor de Kustwacht verricht. Materiële exploitatie: het budget voor materiële exploitatie is volledig gerealiseerd. Binnen dit artikelonderdeel is sprake van een relatief beperkte overrealisatie door de ontwikkeling van de koers van de Antilliaanse/Arubaanse gulden ten opzichte van de euro aangezien deze uitgaven grotendeels in Euro’s worden geraamd. Realisatie Investeringen Op de investeringsbegroting voor 2012 is fors minder gerealiseerd dan gepland. De belangrijkste redenen hiervoor zijn de vertraging op de levering van de bijboten voor de Cutters en vertragingen bij verschillende andere verwervingsprocessen, zoals de vervanging van het Bedrijfsprocessensysteem door ACTPOL, het project VIU en de vervanging van het VHF communicatienetwerk. De verwachting is dat deze vertraging in 2013 kan worden ingelopen. Realisatie Luchtverkenningcapaciteit (LVC) In 2012 is op dit onderdeel enigszins onder de verwachting gerealiseerd. Reden hiervoor is de vertraagde introductie van de nieuwe Helikopterluchtverkenningcapaciteit. Realisatie Inzet Defensiemiddelen Bij de inzet defensiemiddelen zijn dertien vierwekelijkse periodes ten laste van het begrotingsjaar 2011 gebracht. De realisatie van het aantal vaardagen is conform planning. Door technische problemen is de realisatie van vlieguren met de boordhelikopter van het stationsschip achtergebleven, waardoor voor de inzet defensiemiddelen als geheel sprake is van geringe onderrealisatie.
2
Het financiële jaar voor de Kustwacht wordt per deze datum afgesloten. pagina 15
Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch Gebied
Jaarverslag 2012
3.3. Financiering De instandhouding van de Kustwacht is, conform de Rijkswet Kustwacht, een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de landen. De begroting van de Kustwacht wordt gefinancierd door de deelnemende landen met inachtneming van een door zorg van het ministerie van BZK vastgestelde verdeelsleutel. Op basis van afspraken uit het verleden zijn van de verdeelsleutel uitgezonderd de kosten die verband houden met luchtverkenningcapaciteit, de Inzet Defensiemiddelen (die onderdeel uitmaken van de begroting van Defensie) en de nog niet afgeronde investeringen uit het vorige LTP. Op basis van de daadwerkelijke realisatie over 2012 is in onderstaande tabel 12 het bedrag voor de verdeelsleutel berekend. Het ministerie van BZK draagt zorg voor verrekening. In tabel 13 is het aandeel per land via deze verdeelsleutel zichtbaar gemaakt in percentages en totaalbedragen. Tabel 12 OPBOUW FINANCIERING 2012 Kustwacht Uitgaven (in € x 1000) Lokaal personeel Defensiepersoneel Overige personele exploitatie Materiële exploitatie
Gerealiseerd 7.189 4.334 2.974
Minus
Verdeelsleutel
6.025
Exploitatie integraal minus: Lokaal personeel LVC/Hato Defensiepersoneel LVC/Hato Overige personele exploitatie LVC/Hato
20.522 473 1.944 17
Materiële exploitatie LVC/Hato
199
Subtotaal Hato buiten verdeelsleutel
2.633
Totaal exploitatie verdeelsleutel Investeringen integraal minus:
17.889 873
Investeringen vorige LTP
369
Subtotaal Inv. Buiten verdeelsleutel
369
Totaal investeringen verdeelsleutel
504
Totaal via verdeelsleutel
18.393
Tabel 13 Land Nederland Aruba Curaçao Sint-Maarten Totaal
% verdeelsleutel 69 % 11 % 16 % 4% 100 %
Bedrag in k€ 12.691 2.023 2.943 736 18.393
pagina 16
Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch Gebied
Jaarverslag 2012
Afkortingen
ACTPOL
ACTS (bedrijfsnaam) Politie-informatiesysteem
ATC
Air Traffic Control
BPS
Bedrijfsbeheerssysteem
CITRO
Citizens Rescue Organisation Curaçao
DMO
Defensie Materieel Organisatie
IGO
Informatie Gestuurd Optreden
JRCC
Joint Rescue and Coördination Centre
KVO
Kustwacht Vakopleiding
LVC
Luchtverkenningcapaciteit
LTP
Lange Termijnplan 2009 – 2018
MLA
Militaire Luchtvaart Autoriteit
MR
Medezeggenschapsraad
PAL
Provincial Airlines Limited
PI
Prestatie-indicator
PV
Proces Verbaal
RCC
Rescue and Coördination Centre
SAR
Search and Rescue
SARFA
Search and Rescue Foundation Aruba
SRF
Sea Rescue Foundation Sint Maarten
pagina 17