jaargang 35, nummer 3
juli 2009
HET BESTUUR VERTELT Dit wordt een bestuursstuk met zeer gemengde gevoelens. Ik maak vandaag mijn mailbox en vind twee berichten. Het eerste bericht is van Martin, of ik er nog aan denk om dit stukje te schrijven. Het tweede is van Astrid en brengt me op de hoogte van het overlijden van Paula. En dat komt toch wel even aan. De reacties op het prikbord gaven aan dat de meeste leden haar maar kort in de klub hebben meegemaakt. Té kort zelfs: door haar ziekte is ze weinig in de gelegenheid geweest om de leuke dingen van het rijden met MKDH mee te maken, en de meesten van ons hebben te weinig met haar op kunnen trekken om haar goed te leren kennen. Maar het is tekenend dat ze ondanks haar toen al slechte gezondheid nog een aantal keren haar gezicht heeft laten zien. Aan haar heeft het niet gelegen: ze was niet iemand die makkelijk op gaf. Sterkte voor haar familie en voor haar goede vrienden Harry en Renee, die dicht bij haar stonden. Er zijn ook nog andere dingen om over te schrijven. We hebben net het Hotelweekend “nieuwe stijl” achter de rug, met wat extra dagen en een verder weg gelegen bestemming, in dit geval Normandië. We moeten het met bestuur nog even evalueren, maar mijn indruk is dat het goed is bevallen. Doordat je met een grote groep meerdere dagen weggaat, heb je meer mogelijkheden om te doen wat je leuk vindt. Zelf heb ik wel iets met geschiedenis en ik schrik niet van een museumpje meer of minder. Een dagtocht langs de stranden van D-Day is me dan ook zeer goed bevallen, en een dagje door het heuvelachtige binnenland ging er ook wel in. Dit stuk van Normandië kende ik nog niet, het deed me af en toe zelfs weer aan de vertrouwde Eiffel denken, maar dan zonder de bordjes “Bikers Welkom”. Andere klubleden hebben in verschillende groepssamenstellingen andere tochten ondernomen, of juist niet en zijn aan het zwembad gaan liggen. En we blijven aktief: de BBQ in Deventer komt er weer aan, en op 29 augustus ga ik eens proberen of een aantal klubleden belangstelling heeft om het Indian-museum in Lemmer te bezoeken, houd het prikbord in de gaten. Dit kan dan mooi afgesloten worden met de klubavond die dan op het terras van de Bonte Haas wordt gehouden. En iedereen gaat natuurlijk ook zijn eigen vakanties houden, al dan niet per motor. Cees en Astrid hebben het intussen alweer over een reis naar de Himalaya, dus plannen zijn er genoeg. Ik raad iedereen aan om er weer een mooi en lang motorseizoen van te maken. Gerard Jellema (secretaris).
1
Verslag Japanreis deel 5 van Astrid en Cees. Vervolg op het verslag van Elektrooievaar 6- 2008.
Donderdag 7 juli.
Gereden 208 km.
Vandaag geen vaste rit op het programma want we slapen in hetzelfde huisje in het bos. Lekker uitgeslapen en om 09.00 uur ontbeten. Daarna gerelaxed in het bos en om 13.30 uur op de motor gestapt om naar het stuwmeer bij Toktogul te rijden en een kijkje te nemen. Ook hier is het weer onwaarschijnlijk mooi. Het geel van de zonnebloemen, daarna allerlei groenschakeringen, turkoois van het water van het meer en daarachter de bergen, die wel getekend lijken. Het lijkt wel een fantasiewereld waar we doorrijden. Ik zit vandaag bij Cees achterop en Leen rijdt op mijn motor. Petra zit bij Edi achterop. Het busje blijft achter bij het huisje. Onderweg weer gestopt voor onze dagelijkse thee, dit keer met watermeloen, heerlijk! Vervolgens gestopt bij het meer waar een aantal van ons heerlijk heeft gezwommen. Ik kreeg onverwacht last van mijn maar, het leek wel een galsteenaanval, en Cees en ik zijn eerder dan de anderen terug gereden. Van de wat snellere rit en daardoor de frisse wind in mijn gezicht knap ik gelukkig al weer aardig op. Henk was vandaag achtergebleven omdat hij al twee dagen last van zijn darmen had. Hij is inmiddels ook weer wat opgeknapt. Voor vannacht is er ook een yurt (grote ronde tent) afgehuurd. Nu ontstaat er een discussie wie daar vannacht gaan slapen. Er is plaats voor acht personen. Alleen Rob en Dafne besluiten dat te doen, de rest is te lui om hun matras van de kamer naar de yurt te verplaatsen. Om 19.30 zijn Petra, Leen, Cees en ik wat gaan drinken in het restaurant en een uurtje later kwam de rest voor het diner. Ik heb niet veel gegeten, het smaakte me niet. ‘s-Nachts ieder uur mijn bed uit geweest i.v.m. diarree, ook ik dus nu geveld, gebeurt bijna nooit. Vrijdag 8 juli.
Gereden 262 km.
Om 08.00 uur afgesproken voor ontbijt. Om 09.00 uur op de motor voor de rit naar Bishkek. Vandaag zijn Petra en Leen 12 jaar getrouwd. Een paar kilometer vanaf het hotel heeft Hans gisteren een bijenhouderij gevonden. Eerst daar een kijkje nemen. Helaas is de eigenaar er niet, alleen 2 kleine kinderen en een grote hond. Dan maar weer verder. Vandaag 2 passen op het programma, waarvan de eerste, Tuz-Ashu op 3586 meter, erg mooi is. Maar de tweede, Kara-Balta, is schitterend. Mooie brede wegen, schitterende bochten en een uitzicht waar je alleen maar stilletjes van kan genieten. Onderweg veel yurt kampen. Deze mensen leven nomadisch. Na een tijdje pakken ze hun tenten, huisraad, paarden en koeien en verhuizen naar een volgende plek. We komen bijna allemaal zonder benzin te staan, maar gelukkig kunnen we in één van de kampen, van een bewoner, benzine in flessen kopen. Geen probleem dus. Na afscheid te hebben moeten nemen van het geweldige berglandschap rijden we de laatste 80 kilometer naar Bishkek. Was de temperatuur in de bergen aangenaam, nu is het weer dik boven de 40 graden. Bij een stop zo’n 30 kilometer voor de stad ga ik bijna van mijn stokje door de hitte. Leen biedt aan mijn
2
motor over te nemen, dus ik ga het laatste stukje in de bus. Het hotel ligt helaas een eind buiten het centrum maar heeft gelukkig wel een douche met warm water. We moeten bijna al meteen beslissen wat we vanavond willen eten, dan kan de keuken al vast beginnen. Het is nu 17.00 uur en we eten om 20.00 uur??? Het wordt 20.30 uur voor we gaan eten en ’t is weer prima. Nat het eten meteen naar, wordt een gewoonte! ‘s-Nachts brandt, recht tegenover onze kamer, een groepenkast volledig uit, dus geen stroom meer. We hebben er niets van gemerkt, gewoon doorheen geslapen. Zaterdag 9 juli.
Gereden = 257 km.
Na het ontbijt op weg naar de grens met Kazachstan. Het gaat steeds makkelijker, we doen er nu maar twee uur over. De weg naar Alma Ata is ook weer gedeeltelijk weg of in onderhoud. Dus vandaag goed asfalt, slecht asfalt en geen asfalt. Al snel moeten we het veld in en een grote plas door. Het geaarzel van een aantal van ons duurt me iets te lang. Ik doe het wel even, denk ik. Hup, het water in, en daarna porbeer ik te zwemmen. Onderuit gegaan in + 20 cm. water. Een flinke deuk voor mijn ego. Nadat de rest er (met hulp) wel droog door is gekomen gaan we weer verder. Bij de tankstop ziet Henk er niet goed uit. Hij heeft bij de grens een fles koude Fanta naar binnen gegoten en dat valt niet goed op zijn maag en darmen die nog maar net in orde zijn. Hij besluit de laatste 100 kilometer in de bus te gaan en Leen gaat rijden. Een stukje verder gaan we wat eten en drinken op een terras aan de weg. Terwijl we hier zitten steekt er een storm op en gaat het regenen. Alles waait van de tafeltjes en ook de tafeltjes zelf waaien bijna weg: “goede actie, Pearl”!. Terwijl het wat minder waait maar nog wel regent, gaan we op weg, denk ik. Het blijkt dat ik als enige ga rijden. Al gauw komen toch Cees, Piet en Leen achter me aan en gaan we samen verder. Piet is zo’n schat dat jij zo gaat rijden dat hij me een beetje uit de wind houdt. Opeens steekt er, met grote snelheid, een kudde schapen de weg over. Net als we bij ze zijn, zijn ze overgestoken en de schaapsherder staat met zijn duim omhoog en een grote grijns op zijn gezicht naar ons te kijken. Dan komen we in Alma Ata aan bij het hotel. Eindelijk een douche met een flinke straal en koud én warm water. ‘s-Avonds weer lekker buiten gegeten. Zondag 10 juli.
Gereden = 0 km.
Vandaag een rustdag, dus pas om 09.00 uur ontbijt. Een aantal heren gaan de bus opnieuw organiseren en de band van Piet nogmaals onder handen nemen. Lekker buiten op het terras zitten babbelen en bijkomen. Via internet in het hotel een mail naar huis gestuurd. Om ongeveer 13.30 uur zijn Petra en ik het geluier zat. We charteren Guus en de bus en gaan met zijn drieën naar de beroemde Medeo schaatsbaan. Lekker rondgelopen op de baan waar vroeger zoveel wereldrecords zijn gereden. Als we boven zijn zien we ook een aantal van onze groep met de motoren aan komen rijden, samen met Marot, een jongen van de plaatselijke motorclub, Silk offroad. Ze zien ons niet, dus het blijft lekker rustig. We gaan op een terrasje wat drinken en zin verbaasd over het grote aantal trouwauto’s dat naar de ijsbaan komt voor foto’s. Nog verbazingwekkender zijn de enorme limousines waar in getrouwd wordt, wel 5 of 6 deuren achter elkaar.
3
We rijden met de bus nog verder de berg op en hebben een schitterend uitzicht op de ijsbaan. Terug naar het hotel. Cees is weg en heeft de sleutel van de kamer meegenomen. Noodgedwongen maar weer op het terras gezeten en wat gedronken, wat is het leven toch vervelend!! ‘s-Avonds willen we met een paar man naar een chicken-house om wat te eten. Cees gaat even naar de kamer en komt vervolgens niet meer terug. Bij navraag blijkt dat het slot van onze kamerdeur kapot is en gerepareerd moet worden. Eten wordt dus iets later en gewoon in het hotel. Bijdrage van Astrid Jol.
(Wordt vervolgd)
Let Op!!!!!! Nieuwe politie videocamera’s Er worden video camera's geplaatst die niet meer met het oog of op de stinger te herkennen zijn. Op grond van de nieuwe wetgeving kunnen hierdoor nog meer overtreders van de maximum snelheid worden verbaliseerd. Ook het dicht op de voor ganger rijden en het rechts inhalen kun nen hiermee geregistreerd worden. Met deze videobeelden zullen overtreders nu nog zwaarder en sneller worden bestraft. ( D.W.Z. BINNEN 4 DAGEN EEN PROCESVERBAAL IN DE BUS.)
4
Met de motor door Zuid-Afrika en Namibië. In het voorjaar van 2008werden we onverwacht benaderd door Janneke en Marco. Een motorrijdend stel dat we hebben leren kennen tijdens onze reis door Zuid-India. Zij waren van plan om in september 2008 een reis te doen door Zuid-Afrika en Namibië. Of wij daar ook zin in hadden? We willen alle continenten met de motor doorcrossen en Afrika is nieuw voor ons, dus een volmondig JA!! Eerst meegeweest naar een voorlichtingsdag van de reisorganisatie: Touratrek in Arnhem. Daar kennis gemaakt met onze reisbegeleider Hans. Na de informatie van Hans en de foto’s en de filmpjes kregen we er steeds meer zin in. Eindelijk is het dan september en gaan we op weg naar Schiphol. Daar ontmoeten we Marco (Janneke is al in Zuid-Afrika voor familiebezoek) en Hans en Gerben. Gerben gaat mee als chauffeur van de volgauto. We vliegen eerst naar Londen. Daar staat een volgende reisgenoot te wachten en dat is een oude bekende van ons: Rob. Rob hebben we leren kennen in Cambodja. De andere twee deelnemers Paul en Bart (die kennen we beiden nog niet) zijn al in Kaapstad. Dan het vliegtuig in voor de lange vlucht naar Kaapstad. Op maandagochtend komen we aan in Kaapstad, het is 15 graden en het regent. Janneke wacht ons op op het vliegveld, ze is net zelf aangekomen met een vlucht uit Johannesburg. Met een taxi naar het hotel en daar wachten de anderen al op ons. We besluiten om vandaag Kaapstad te verkennen en doen dat lopend, met de bus en met de taxi. De volgende ochtend gaan we eerst naar de BMW-dealer in Kaapstad, waar onze motoren al klaar staan. Ja, het is echt waar, Cees en ik hebben beiden op een BMW rondgereden. We hebben de ochtend gebruikt om de motoren te “passen” (voor mij stond een verlaagde klaar) en het papierwerk te regelen. Samen met de verhuurder de motor bekeken en werkelijk ieder klein puntje op demotor, zelfs dat wat je met het blote oog nauwelijks kunt zien, werd genoteerd. Toen ik vroeg of dat bij het inleveren net zo ging werd daar positief op gereageerd. Iedere beschadiging, hoe klein ook, komt ten laste van je eigen risico. Dat belooft veel goeds als je bedenkt dat we in Namibië voornamelijk onverharde wegen zullen tegenkomen. Op woensdag is het dan zover. We halen de motoren op en vertrekken meteen uit Kaapstad. Het begint al goed. Wij rijden de motoren zonder problemen uit de parkeergarage. Gerben
5
heeft achter de auto nog een aanhanger met een reservemotor. Als de auto langs de slagboom is gaat deze meteen naar beneden en komt bovenop de motor terecht. Meteen al schade en een uur oponthoud. Maar eindelijk kunnen we echt op pad. We verlaten Kaapstad en rijden via de hoofdweg naar de Piekenierskloof-pas. Vervolgens door het citrusdal naar onze bestemming voor die avond. Het landschap en de wegen in ZuidAfrika lijken erg veel op Europa, ik heb nog niet het idee dat ik in Afrika ben. De volgende dag rijden we naar de grens met Namibië. Het is een lange rechte weg en we komen bijna geen ander verkeer tegen. Dan zijn we aan de grens. Na de formaliteiten steken we deze over en we zijn in Namibië. Het is zondag en we willen in het eerstvolgende dorpje stoppen om geld te pinnen. Wat een pech, pinautomaten zat, maar er is een storing in het telefoonnet en dus kan er niet gepind worden. Dan maar naar onze lodge voor die nacht, daar zien we wel verder. We komen daar aan en Hans legt uit dat we nog geen Namibisch geld hebben. Achter de balie staat een grote, pikzwarte Namibiër, en deze antwoord in Duits: “ waarum nicht”. Nu merken we meteen dat Namibië een duitse kolonie is geweest. Namibië is een van de dunst bevolkte landen ter wereld. Het land is 20 x zo groot als Nederland terwijl er slechts 2 miljoen mensen wonen. Dat ervaar je vooral de wegen. In ongeveer 3 uur leggen we 300 kilometer af en als we 10 auto’s tegen komen is het veel. Onze route leidt over een eindeloze monotone vlakte van droog gras en hier en daar een kokerboom. De namen van de paar plaatsen die we tegenkomen doen erg Duits aan: Seeheim, Mariental en Maltahöhe, dat op een kale hoogvlakte ligt en het einddoel is van deze dag. Zo langzamerhand begin ik een echt Afrika-gevoel te krijgen. Van kale hoogvlaktes slingeren we vruchtbare dalen in. De asfaltwegen zijn op en we moeten nu het doen met gravelwegen. Dat was toch één van de attracties van deze reis? De eerste kilometers is het weer even wennen maar dan rijden we toch met een gangetje van zo’n 80 km. per uur over het gravel. De eerste struisvogels en springbokken kunnen we vanaf een afstandje bewonderen. We overnachten vaak in prachtige lodges, soms voorzien van een zwembad. Altijd is er een fantastisch uitzicht over de savannes. Eén van de hoogtepunten is een dagtocht naar de Sossusvlei. Dit is een gebied met rode zandduinen die tot 300 meter hoog kunnen zijn en die door de wind langzaam verplaatsen. Eén van de duinen kun je beklimmen, dat is erg zwaar omdat het zand mul en droog is.
6
Gerben probeerde nog met een soort van sleetje naar beneden te glijden, maar daar leende het zand zich niet echt voor. Onderweg zien we nu ook spiesbokken en gemsbokken.Naarmate we verder de kloof in rijden wordt deze steeds nauwer en komen de duinen links en rechts steeds dichterbij. Na 60 km. is de kloof op zijn smalst en stuiten we op de Namib woestijn. Dit is een 100 km. brede en 1300 km. lange strook zandwoestijn die langs de Atlantische kust ligt. Dit gedeelte van onze dag in de Sossusvlei doen we met een 4-wheel drive auto met een zeer vrolijke gids. De volgende dag weer shawl voor je gezicht en door het stof over gravelwegen door een werkelijk schitterend landschap. In de verte zien we kuddes bokken en zelfs een kudde zebra’s. Als wij aan komen rijden, besluiten ze net de weg over te steken. Iedereen zit op de motor, allen Hans heeft, tijdens het motorrijden, een filmcamera in zijn handen en probeert dit te filmen. Dit is een beetje gelukt. In Aus hebben we een rustdag. Hans heeft hier wel een adembenemend onderkomen gevonden. We verblijven twee nachten in in een rotswand gebouwd huisje met een prachtig uitzicht over de savanne. De huisjes liggen 7 kilometer van het hoofdgebouw en de weg erheen is een ruige, onverharde weg met veel los zand. De meesten van ons laten de motoren bij het hoofdgebouw staan. Alleen Hans, Rob en Cees doen stoer en gaan op de motor. We rijden met het busje achter ze en zien ze alle kanten op glijden in het mulle zand. De eerste avond eten we in het hoofdgebouw en de tweede avond hebben we een braai bij onze huisjes. De temperatuur daalt ’s-avonds naar zo’n 4 graden en er staat een behoorlijke wind. Veel rode wijn drinken, dan krijg je het vanzelf weer warmer, is het advies. Dat werkt een beetje, maar na de braai zoekt tocht iedereen snel de beschutting van zijn huisje op. Onze tijd in Namibië zit er bijna op, we rijden over de laatste gravelwegen weer richting Zuid-Afrika. Bij Noordoewer steken we grens over. We rijden langs de Oranjerivier en het landschap wordt al maar weer groener. We gaan nu door een schitterend mooi wijngebied. Het wordt ook eens tijd dat we de toerist uithangen, we besluiten een struisvogelfarm te bezoeken. Hier krijgen we heel veel informatie over deze vogels en een aantal van ons proberen ze te berijden. Jongens, het is geen motorfiets!! Zo langzamerhand komen we aan de zuidkust van Zuid-Afrika en dan moeten we een keus maken. Of we gaan naar het zuidelijkste punt of we gaan naar Hermanus, walvissen kijken. Dan besluiten we de groep in tweeën te splitsen. Cees, Rob, Bart en Gerben gaan naar het zuidelijkste puntje en de rest wil toch wel graag naar de walvissen. We hebben veel geluk. De zee is behoorlijk rustig en dan komen de walvissen behoorlijk dicht aan de kust. We hebben er aardig wat gezien.
7
Dan wordt het tijd om weer richting Kaapstad te gaan. Het plan van Hans is om via de Tafelberg Kaapstad in te rijden, maar door het minder goede weer is dat niet mogelijk. We moeten dus om de Tafelberg heen. Het is al aardig laat in de middag als we bij de BMWdealer arriveren. Deze loopt al onze motoren grondig na en gelukkig, aan mijn 650 GS kan hij geen schade ontdekken, dus geen inhouding van eigen risico. Niet iedereen heef zoveel geluk. Rob, Bart, Marco en Hans krijgen wel een rekening. Rob, omdat hij een spatbord verloren is, Bart omdat hij in Namibië gevallen is en een behoorlijke deuk in zijn velg heeft. En tijdens een van de laatste dagen zijn Hans en Marco ongelukkig met elkaar in botsing gekomen, waardoor beiden schade aan de motoren hebben opgelopen. We hebben nog een dag in Kaapstad en die gebruiken om de nodige souvenirs in te kopen en nog van de stad te genieten. Dan wordt het tijd voor het vliegveld en we gaan weer richting Amsterdam. Bijdrage van Astrid Jol.
Belangrijke telefoonnummers: Astrid: Martin: Gerard: Dita: Jan:
030-6991797 071-5223950 06-24439556 06-44164039 06-29100276
E-mail: Postadres:
[email protected] Postbus 816 2501 CV Den Haag
In deze Elektrooievaar een speciale bijdrage van: Astrid Jol (2x)
8
Oproep!!!!!!!!!!!!!! Wie van de Normandie gangers gaat zijn prachtige herinneringen op papier zetten en toevertrouwen aan de redactie van de Elektrooievaar? De Elektrooievaar is afhankelijk van JULLIE bijdragen. Word een held zoals Astrid Jol deze editie!!! Schrijf anders een leuk verhaal over je eigen vakantie of motortoertocht.
INZENDINGEN NAAR:
[email protected]
9