iedereen heeft een taak

‘iedereen heeft een taak.’

handboek

examinering 2009-2010

PAGINA

Inhoudsopgave pagina 5 7 8 9

Voorwoord Akkoordverklaring branches Welke procedures zijn voor wie van belang? Welke procedures zijn voor welke toetsvormen van belang? HOOFDSTUK 1: EXAMENORGANISATIE Inleiding 1.1. Examenorganisatieschema Organisatieschema branche-examencommissie 1.2. Albeda centrale examencommissie 1.3. Branche-examencommissie 1.4. Sub-examencommissie 1.5. Examenbureau 1.6. Toetsconstructeurs 1.7. Vaststellingscommissie 1.8. Examenvoorlichter 1.9. Assessor 1.10. Beoordelaar 1.11. Observator 1.12. Acteur 1.13. Surveillant 1.14. Commissie van beroep voor de examens Bijlagen hoofdstuk 1 B1.1. Machtiging

11 12 13 14 15 17 19 20 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31

HOOFDSTUK 2: HET ONTWIKKELEN VAN TOETSINSTRUMENTEN Leeswijzer Stroomschema 2.1. Ontwikkelen Examenplan 2.2. Ontwikkelen toetsmatrijs 2.3. Ontwikkelen toets 2.4. Ontwikkelen Praktijkexamen (BPV) 2.5. Ontwikkelen Kwalificerend Portfolio 2.6. Ontwikkelen Proeve van bekwaamheid 2.7. Ontwikkelen competentie-ontwikkelingsinstrument 2.8. Ontwikkelen overige beoordelingsinstrumenten 2.9. Inkopen van beoordelingsinstrumenten Bijlagen hoofdstuk 2 B2.1. Controlelijst examenplan eindtermen B2.2. Controlelijst examenplan CGO B2.3. Controlelijst verantwoordingsdocument B2.4. Controlelijst kwaliteit schriftelijke toets B2.5. Controlelijst kwaliteit Praktijkexamen (BPV) B2.6. Controlelijst kwaliteit Kwalificerend Portfolio B2.7. Controlelijst kwaliteit Proeve van Bekwaamheid B2.8. Overzicht aandachtspunten inkoop van beoordelingsinstrumenten B2.9. Controlelijst toetsbundel voor competentiegerichte examens B2.10. Controlelijst toetsbundel voor eindtermgerichte examens

33 33 35 37 39 41 43 45 47 49 51 52 53 54 55 57 59 62 64 66 67

handboek examinering ALBEDA COLLEGE 2009 - 2010

PAGINA

HOOFDSTUK 3: AFNAME, BEOORDELING EN ARCHIVERING VAN beoordelingsINSTRUMENTEN 3.1. Examenvoorlichting 3.2. Plannen, bekendmaken examen en oproepen groepen deelnemers voor toetsen 3.3. Plannen, bekendmaken examen en oproepen deelnemers herkansing 3.4. Inschrijven en oproepen deelnemers voor examenonderdelen 3.5. Afnemen van schriftelijke toets 3.6. Beoordelen van schriftelijke toetsen 3.7. Afnemen en beoordelen van portfolio 3.8. Afnemen en beoordelen van praktijkexamen 3.9. Afnemen en beoordelen van Competentieontwikkeling 3.10. Afnemen en beoordelen van de Proeve van Bekwaamheid 3.11. Afnemen en beoordelen van overige beoordelingsinstrumenten 3.12. Vaststellen en bekendmaken van de uitslag van de examenonderdelen 3.13. Bezwaarprocedure 3.14. Certificeren en diplomeren

69 70 72 74 76 78 80 82 84 86 88 90 92 94

HOOFDSTUK 4: BIJZONDERE PROCEDURES 4.1. Vrijstellingen 4.2. Afwijkende examinering 4.3. Toelating examendeelnemer Bijlagen hoofdstuk 4 B4.1. Voorgeschreven format lijst van vrijstellingsgronden B4.2. Bepalingen OER/studiehandleiding over afwijkende wijze van examineren B4.3. Protocol Trajectbureau voor afwijkende toetsing in verband met dyslexie B4.4. Procedure vrijstelling en/of verzilvering EVC rapportage

97 99 101 103 104 105 106 107

HOOFDSTUK 5: EVALUATIEPROCEDURES 5.1. Productevaluatie 5.2. Procesevaluatie 5.3. Tevredenheidsonderzoek 5.4. Rapportage jaarlijkse zelfevaluatie 5.5. Jaarlijkse vaststelling Handboek Examinering

109 112 115 117 119

hoofdstuk 6: voorbeelden 6.1. Voorbeeld geheimhoudingsverklaring 6.2. Voorbeeld planningswijzer ontwikkeling beoordelingsinstrumenten 6.3. Voorbeeld protocolformulier afname examens 6.4. Voorbeeld instructie voor surveillanten 6.5. Voorbeeld voorblad envelop examens 6.6. Voorbeeld toetsvolgformulier 6.7. Voorbeeld evaluatieformulier schriftelijke toetsen 6.8. Voorbeeld aandachtspunten Kwalificerend Portfolio 6.9. Voorbeeld aandachtspunten praktijkexamen 6.10. Voorbeeld aandachtspunten Proeve van Bekwaamheid 6.11. Voorbeeld aandachtspunten competentie-ontwikkeling 6.12. Voorbeeldbrief afmelding examengelegenheid 6.13. Voorbeeldbrief indienen klacht 6.14. Voorbeeldbrief indienen beroep 6.15. Voorbeeldbrief afwijzing vrijstelling 6.16. Voorbeeld vrijstellingsbewijs 6.17. Voorbeeldbrief verzoek aangepast examen 6.18. Voorbeeldbrief toewijzing verzoek aangepast examen

122 123 124 125 126 127 128 129 130 131 132 133 134 135 136 137 138 139


PAGINA

6.19. 6.20. 6.21. 6.22. 6.23. 6.24. 6.25.

Voorbeeldbrief afwijzing verzoek aangepast examen Voorbeeld examenplan Voorbeeld examenplan CGO Voorbeeld planning ontwikkeling beoordelingsinstrument Voorbeeld examenplan eindtermen Voorbeeld toetsmatrijs eindtermen Voorbeeld verantwoordingsdocument

140 141 144 145 146 147 148

HOOFDSTUK 7: BRANCHESPECIFIEKE DEEL 7.1. Branche AKA 7.2. Branche Business Services 7.3. Branche Gezondheidszorg 7.4. Branche Handel & Commercie 7.5. Branche Horeca & Toerisme 7.6. Branche Lifestyle, Sport en Entertainment 7.7. Branche Secretarieel & Administratie 7.8. Branche Techniek 7.9. Branche Welzijn & Onderwijs 7.10. Branchespecifiek deel Trajectbureau

151 152 153 154 155 156 157 158 159 160

Bijlage 1 RICHTLIJNEN VOOR AANGEPASTE EXAMENS VOOR DEELNEMERS MET EEN HANDICAP Bijlage 2 vastgesteld examenreglement augustus 2008 Bijlage 3 reglement commissie van beroep voor de examens albeda college


PAGINA

voorwoord Een werkgroep, samengesteld uit docenten, teamleiders, examenleiders en beleidsadviseurs vanuit het Albeda College, heeft in de periode september 2002 tot januari 2003 een Handboek Examinering ontwikkeld. Uitgangspunt was dat het handboek bruikbaar moet zijn voor elk opleidingscluster van het Albeda College, met zoveel mogelijk uniforme afspraken en met behoud van - daar waar dit noodzakelijk is - opleidingsspecifieke afspraken. In het voorjaar van 2004 en 2005 is het handboek mede naar aanleiding van de procesaudit van KCE geevalueerd. In 2006 is het handboek met name aangepast aan de veranderde organisatiestructuur, waarbij het Albeda College van een divisiestructuur naar een brancheorganisatie is gegaan. Als gevolg van de komst van het competentiegerichte onderwijs is een aantal procedures, controlelijsten en formulieren uitgebreid. In het Handboek Examinering is nu sprake van een dubbeling te weten een procedure of formulier voor de kwalificaties met eindtermen en een procedure of formulier voor de nieuwe structuur. In 2007 is het handboek wederom geëvalueerd en zijn er verfijningen en verduidelijkingen aangebracht. Diverse procedures die gerelateerd zijn aan de examinering, worden op het intranet rondom het Handboek Examinering gepubliceerd. Het Handboek Examinering is in 2007 opgemaakt in de nieuwe huisstijl van het Albeda College. In 2008 is het handboek meer toegespitst op de zich verder ontwikkelende praktijk van het competentiegericht onderwijs. Hiertoe zijn er aanvullende rolbeschrijvingen toegevoegd, is de evc-procedure in plaats van een ‘bijzondere’ procedure te zijn, opgenomen binnen het reguliere exameninstrumentarium en is de terminologie in lijn gebracht met de gewenste onderwijspraktijk. Voor alle rollen en taken zoals beschreven in het Handboek Examinering, wordt uitgegaan van de deskundigheid van de betrokkenen zoals bedoeld in standaard drie van de Inspectie. Als voor een specifieke rol specifieke deskundigheid noodzakelijk is dan staat dit beschreven bij deze rol. Verder is de structuur van het handboek aangepast, voor zover het gaat om formats en voorbeelden: voorgeschreven formats zijn in de afzonderlijke hoofdstukken gebleven, alle voorbeelden zijn verhuisd naar de bijlage. Tenslotte zijn relevante algemene examendocumenten als het examenreglement, het reglement van de commissie van beroep voor de examens en de procedure waardepapieren integraal opgenomen, zodat ze ook automatisch deel gaan uitmaken van het evaluatieproces. Ook in 2009 is het handboek opnieuw geëvalueerd. Hierbij is geconstateerd dat bijlage 1, het handboek EVC, niet in het handboek examinering thuishoort gezien de duidelijke scheiding die er moet zijn tussen Onderwijs en EVC. Het handboek EVC zal in een ander gremium geëvalueerd worden en daarna apart gepubliceerd. In bijlage 1 zijn de ‘richtlijnen voor aangepaste examens voor deelnemers met een handicap’ opgenomen. Het handboek heeft verder een aantal kleine aanpassingen ondergaan n.a.v. opmerkingen van de betrokkenen bij examinering. Tevens zijn de ‘controlelijst toetsbundel competentiegerichte examinering’ en ‘controlelijst toetsbundel eindtermgerichte examinering’, van de Inspectie van het Onderwijs opgenomen in het handboek. Het Handboek Examinering Albeda College is gebaseerd op de volgende uitgangspunten: Informatief voor iedere examenfunctionaris; Iedere examenfunctionaris vormt een wezenlijke schakel in de examencyclus. In het Handboek Examinering zijn voor elke fase van de examencyclus processchema’s opgenomen, met daarin weergegeven de verschillende deeltaken en degenen die deze deeltaken uitvoeren. Op deze wijze is voor elke examenfunctionaris zichtbaar welk aandeel hij heeft en hoe zich dit verhoudt tot dat van anderen. In principe zou voor elke examenfunctionaris een ‘handboekje op maat’ te maken zijn, met daarin opgenomen de procedures die voor deze examenfunctionaris van belang zijn.


PAGINA

Hulpmiddel voor uitvoering van de taken; In het handboek is naast de procedures tevens een reeks aan instrumenten en formulieren toegevoegd. Geschikt voor verschillende beoordelingsinstrumenten; Om aan te sluiten bij competentiegericht opleiden en examineren zijn in het handboek procedures opgenomen voor verschillende beoordelingsinstrumenten. Niet alleen zijn afspraken rond schriftelijke klassikaal af te nemen toetsen vastgelegd, maar ook afspraken rond de beoordelingsinstrumenten voor de beroepspraktijkvorming, praktijkexamen, ingekochte beoordelingsinstrumenten en het kwalificerend portfolio. Na het voorwoord treft u een schema aan, waarin beschreven wordt welke procedures relevant zijn voor welke examenvorm. Congruent met wettelijke documenten; In het Algemeen deel van de Examenregeling, (onderdeel van de Onderwijs- en Examenregelingen) zijn eisen m.b.t. examinering opgenomen. In het Handboek Examinering Albeda College is het examenreglement integraal opgenomen. Vanwege de leesbaarheid is in het examenreglement de term ‘examinator’ gebruikt. Dit is geen functie, omschreven in dit examenhandboek, maar een verzamelnaam voor alle beschreven functionarissen die direct bij de afname van examens zijn betrokken. Volgens de standaarden van de Inspectie voor het Onderwijs. Het Handboek Examinering voldoet aan de standaarden van de Inspectie voor het Onderwijs (Toezichtkader BVE 2009). Opbouw van het handboek Het handboek bestaat uit zeven hoofdstukken en drie bijlagen: In hoofdstuk 1 wordt de examenorganisatie beschreven. De hoofdstukken 2 tot en met 5 bevatten de processchema’s, waarin per procedure processtappen zijn weergegeven, voorzien van een toelichting. In hoofdstuk 6 zijn hulpmiddelen opgenomen als beoordelingsinstrumenten, formulieren en voorbeeldbrieven. In hoofdstuk 7 wordt de globale invulling van de examenorganisatie van de branche beschreven. De Richtlijnen voor aangepaste examens voor deelnemers met een handicap kunt u vinden in bijlage 1. Het in juli 2008 vastgestelde examenreglement en het reglement Commissie van Beroep voor de Examens staan in bijlagen 2 en 3. Yvonne Verhulsdonk Beleidsadviseur Stafdienst Onderwijs Albeda College


PAGINA

Akkoordverklaring branches De onderstaande branche-examencommissies van het Albeda College verklaren zich akkoord met de hierna beschreven examenorganisatie en -procedures. Zij verplichten zich wijzigingen en aanvullingen jaarlijks met de andere branche-examencommissies af te stemmen, zodanig dat er één Handboek Examinering Albeda College blijft bestaan. Geldigheid Handboek Examinering versie 5.0 1 augustus 2009 - 1 augustus 2010 Jaarlijks – uiterlijk 30 juni – wordt het Handboek Examinering Albeda College, inclusief het branchespecifieke deel geactualiseerd voor het dan komende schooljaar en geaccordeerd door de voorzitters van de branche-examencommissies. Als onderdeel van de interne borg stellen voorzitters van de branche-examencommissie jaarlijks een exemplaar van de herziene versie ter beschikking aan het College van Bestuur.

Naam Branche Naam voorzitter branche- Handtekening examencommissie AKA

De heer J. de Jong

Business Services

De heer H. Klop

Gezondheidszorg

Mevrouw A.C.M. Romeijnders-van Tiggelen

Handel & Commercie

De heer J.L.M. Haenen

Horeca & Toerisme

De heer J.L.M. Haenen (directeur a.i.)

Lifestyle, Sport & Entertainment

Mevrouw G. Vink-van Vliet

Secretarieel & Administratie

De heer J. van der Vis

Techniek

De heer J.B. Boer

Welzijn & Onderwijs

Mevrouw M. Klapwijk

Trajectbureau

Mevrouw C. Kathmann


PAGINA

Welke procedures zijn voor wie van belang? Selectie naar functionaris A: Branche-examencommissie B: Sub-examencommissie C: Examenbureau D: Toetsconstructeur E: Vaststellingscommissie

F: Acteur G: Observator H: Assessor I: Beoordelaar J: Surveillant

K: Examenvoorlichter L: Commissie van beroep voor de examens

Functionarissen binnen de examenorganisatie C D E F G H I

A B Examenorganisatie Hfst 1 X X X X X X Ontwikkelen van beoordelingsinstrumenten 2.1 X X 2.2 X X X X X 2.3 X X X X X 2.4 X X X X X 2.5 X X X X X 2.6 X X X X X 2.7 X X X X X 2.8 X X X X X 2.9 X X X X 2.10 X X X X Afname, beoordeling en archivering van beoordelingsinstrumenten 3.1 X X 3.2 X X X 3.3 X X X 3.4 X X X 3.5 X X X 3.6 X X X X 3.7 X X X X 3.8 X X X X 3.9 X X X X 3.10 X X X X X 3.11 X X X X 3.12 X X X 3.13 X X X 3.14 X X X Bijzondere procedures 4.1 X X X 4.2 X X X 4.3 X X X Evaluatieprocedure 5.1 X X X X X X 5.2 X X X X X X 5.3 X X X 5.4 X Branchespecifieke deel Hfst 7 X X X X X X

J

K

L X

X

X

X

X

X

X

X

X X X X X

X X X X

X X X X X

X

X X X X X X X X X X X X X

X

X X X

X X

X X

X X

X

X

X

X

X

X

X

X

X

X X


PAGINA

Welke procedures zijn voor welke toetsvormen van belang? Afhankelijk van het gekozen beoordelingsinstrument zijn bij hoofdstukken 2, 3 en 4 verschillende procedures relevant. In onderstaand schema wordt aangegeven welke procedures van toepassing zijn bij welke examenvormen: A Schriftelijke toetsen (waarvan meerdere versies ontwikkeld worden) B Praktijkexamen (BPV) C Kwalificerend Portfolio D Proeve van Bekwaamheid E Competentiemeting F Inkoop van theorie- en/of praktijkexamens (met behoud van de eigen verantwoording van onderwijsinstelling voor het samenstellen van de toets, de beoordeling van de toets en/of het bepalen van de cesuur van de toets) G Inkoop van volledige schriftelijke beoordelingsinstrumenten (inclusief inkoop van de beoordeling en de cesuurbepaling) H Inkoop van volledige beoordelingsinstrumenten (inclusief beoordeling en cesuur) en inkoop van de dienst afname van examens

EXAMENVORMEN D E

A B C 2 Ontwikkelen van beoordelingsinstrumenten 2.2 X 2.3 X 2.4 X 2.5 X 2.6 X 2.7 X 2.8 2.9 2.10 3 Afname, beoordeling en archivering van beoordelingsinstrumenten 3.1 X X X X X 3.2 X X X 3.3 X X X 3.4 X X X X 3.5 X 3.6 X 3.7 X 3.8 X 3.9 X 3.10 X 3.11 X X X X 4 Bijzondere procedures 4.1 X

F

G

H

X

X

X X X X X X

X X X X

X X X X

X

X X

X


Hoofdstuk 1 - PAGINA 10

Hoofdstuk 1 Examenorganisatie



Inleiding In dit hoofdstuk komt de organisatie rondom examinering aan de orde. Het gaat dan vooral om de organisatiestructuur en de verdeling van taken en verantwoordelijkheden over de verschillende examenfunctionarissen. Hierbij staat, naast de verplichtingen vanuit de WEB, de zorg voor de bewaking en bevordering van de kwaliteit van de gehele examencyclus voorop. De diverse commissies treden op als afzonderlijke eenheden. De leden van deze commissies zijn derhalve niet persoonlijk aansprakelijk voor de besluiten die door de commissies worden genomen. In het branchespecifieke deel worden de voorzitters van de Branche-examencommissie, de Sub-examencommissie en de Toetsvaststellingscommissie met naam genoemd. Dit deel wordt jaarlijks aangevuld met een apart addendum ten behoeve van de procesaudit van de Inspectie voor het Onderwijs, voor wat betreft de personele invulling van de gehele examenorganisatie. In het examenreglement, dat samen met het examenprogramma is opgenomen in de OER/studiehandleiding, wordt gesproken van examinatoren. De examinator is géén functie die in de komende beschrijvingen terugkomt, maar een verzamelnaam voor die functies die direct betrokken zijn bij afname van examens. In het examenreglement is gekozen voor die benaming ter wille van de leesbaarheid. De branche Toeleiding voert crebo-trajecten uit in opdracht van het College van Bestuur. De regie en verantwoording voor de examinering ligt bij de branches voor het Beroepsonderwijs. College van Bestuur Binnen het Albeda College zijn de branchedirecties verantwoordelijk voor de uitvoering van het primaire proces: het onderwijs en de examinering. Zij leggen hierover verantwoording af aan het College van Bestuur. Voor examinering betekent dit onder meer dat de branchedirecteur jaarlijks een zelfevaluatie met betrekking tot de kwaliteit van examinering oplevert. In het kader van de interne borg is het College van Bestuur verantwoordelijk voor de beoordeling en accordering van deze zelfevaluaties. Het College van Bestuur is verantwoordelijk voor het vastleggen van de uitkomsten van de zelfevaluatie in een roc-breed openbaar te maken verslag.


Sub-examencommissie Toerisme

Sub-examencommissie Special Products

Sub-examencommissie Handel & Commercie

Sub-examencommissie Mobiliteit

Sub-examencommissie Bouw en Wonen

Branche-examencommissie Horeca & Toerisme

Sub-examencommissie Horeca & Voeding

Branche-examencommissie Secretarieel & Administratie

Sub-examencommissie Regulier

Branche-examencommissie Handel & Commercie

commissie van Beroep voor de examinering

Sub-examencommissie Metalelektro

Branche-examencommissie Techniek

Organisatieschema Albeda-Examenorganisatie

Sub-examencommissie Lifestyle

Sub-examencommissie Beveiliging

Sub-examencommissie ICT Academie

Sub-examencommissie Facilitaire Dienstverlening

Branche-examencommissie Business Services

Netwerk examinering

Sub-examencommissie MBO Dans & Muziek

Sub-examencommissie Theaterschool

Sub-examencommissie Sport

Branche-examencommissie Lifestyle, & Entertainment

ALbeda Examen Commissie

1.1. Examenorganisatieschema

Sub-examencommissie Welzijn & Onderwijs

Branche-examencommissie Welzijn & Onderwijs

Sub-examencommissie AKA

Branche-examencommissie AKA


Sub-examencommissie Gezonheidszorg

Branche-examencommissie Gezondheidszorg



Organisatieschema Branche-examencommissie 1.3 Brancheexamencommissie

1.4 Sub-examencommissie

1.5 Examenbureau

1.6 Toetsconstructeurs

1.7 Vaststellingscommissie

1.8 Examenvoorlichters

1.9 t/m 1.13 Examinatoren (assessor, beoordelaar, observator, acteur, surveillant)

1.14 Commissie van beroep voor de examens



1.2. Albeda centrale examencommissie Verantwoordelijkheden en bevoegdheden De Albeda centrale examencommissie is het hoogste gremium voor examinering binnen het Albeda College. College van Bestuur van het Albeda College benoemt de examencommissie ten minste vier maanden voor de aanvang van de examens. De Albeda centrale examencommissie is eindverantwoordelijk voor de borging van examenprocessen en procedures op instellingsniveau. Taken Borgen dat processen en procedures op instellingsniveau actueel en kwalitatief op orde zijn. In opdracht van het College van Bestuur evalueren en vaststellen van het Handboek Examinering. In opdracht van het College van Bestuur evalueren en bijstellen van het examenreglement en het reglement van de commissie van beroep voor examinering en deze ter vaststelling voorleggen aan het College van Bestuur. Het delegeren van de uitvoering van examenprocessen aan de branche-examencommissies. Gedragscodes voor geheimhouding en zorgvuldigheid De Albeda centrale examencommissie is eindverantwoordelijk voor alle aspecten rondom geheimhouding en zorgvuldigheid. Samenstelling Albeda centrale examencommissie Voorzitter - Voorzitter College van Bestuur Leden - Branchedirecteuren Competenties leden Albeda centrale examencommissie - Bekendheid met de kwalificatiestructuur; - Bekendheid met de eindtermendocumenten, de kwalificatiedossiers (is te lezen als kwalificatiedossiers inclusief de brondocumenten LLB en talen) en de OER/studiehandleiding; - Op de hoogte zijn van de wettelijke eisen met betrekking tot examinering en de standaarden van de Inspectie voor het Onderwijs, verder in dit Handboek aangeduid als “de Inspectie”; - Vaardigheden bezitten op het gebied van bewaking van examenprocedures.



1.3. Branche-examencommissie Verantwoordelijkheden en bevoegdheden De branche-examencommissie is verantwoordelijk voor het op een verantwoorde wijze doorlopen van de examenprocedures voor die opleidingen waarvoor zij is aangesteld door het College van Bestuur van het Albeda College (WEB artikel 7.4.5 en 7.4.6). De branche-examencommissie handelt vanuit het examenreglement en de examenregeling, zoals vastgesteld in de OER/studiehandleiding. De branche-examencommissie bewaakt het totale proces van de voorbereiding, de ontwikkeling, de vaststelling, de planning en afname, de beoordeling, de vaststelling van de uitslag en de evaluatie van de examens. De branche-examencommissie zorgt ervoor dat elke betrokkene in de examenorganisatie over voldoende competenties beschikt om zijn of haar taken adequaat uit te voeren. De branche-examencommissie kan de uitvoering van taken binnen dit examenproces delegeren aan de sub-examencommissies, waaruit mandatering voortvloeit. De branche-examencommissie is en blijft eindverantwoordelijk voor het totale examenproces van de branche. De branche-examencommissie legt verantwoording af binnen de Albeda Examen Commissie en aan het College van Bestuur. Taken De branche-examencommissie is eindverantwoordelijk voor de voorbereiding, de ontwikkeling, de vaststelling, de planning en de afname, de beoordeling en de uitslag, het bewaren en het beheren en de evaluatie van examens. De genoemde punten worden hieronder nader uitgewerkt. Voorbereiding - Zorgdragen voor het ontwikkelen van examenprocedures en het accorderen van deze procedures in het Handboek Examinering. - Zorgdragen voor uitvoering van de kwaliteitszorgcyclus met betrekking tot het totale examenproces en de examenproducten. - Vastleggen van de gedragscodes voor geheimhouding en zorgvuldigheid en het laten tekenen van de benodigde verklaringen. - Ontwikkelen van beleid op het gebied van examinering. - Deskundigheidsbevordering met betrekking tot examinering. Ontwikkeling - Gedelegeerd aan de sub-examencommissie. Vaststelling - Gedelegeerd aan de sub-examencommissie. Planning en afname - Gedelegeerd aan de sub-examencommissie. Beoordeling en uitslag - Gedelegeerd aan de sub-examencommissie. - Zorgdragen voor het valideren en ondertekenen van diploma’s en certificaten. Bewaren en beheren - Zorgdragen voor beleid op het terrein van het bewaren en beheren van examenbescheiden. Evaluatie - Actualiseren van het Handboek Examinering. - Meerdere malen per jaar evalueren van het proces en product van examinering van de branche. - Tijdig aanbrengen van verbeteringen op basis van de uitkomsten van de evaluatie. - Erop toezien dat de gedragscodes voor geheimhouding en zorgvuldigheid nageleefd worden.

Gedragscodes voor geheimhouding en zorgvuldigheid De branche-examencommissie is eindverantwoordelijk voor alle aspecten rondom geheimhouding en zorgvuldigheid.



Samenstelling branche-examencommissie Voorzitter: branchedirecteur. Leden: voorzitters van de sub-examencommissies beleidsmedewerker overige aangewezen leden (ter eigen invulling). Competenties leden branche-examencommissie - Bekendheid met de kwalificatiestructuur. - Bekendheid met de eindtermendocumenten, de kwalificatiedossiers (is te lezen als kwalificatiedossiers inclusief de brondocumenten LLB en talen) en de OER/studiehandleiding. - Op de hoogte zijn van de wettelijke eisen met betrekking tot examinering en de standaarden van de Inspectie voor het Onderwijs, verder in dit Handboek aangeduid als ‘de Inspectie’. - Vaardigheden bezitten op het gebied van bewaking van examenprocedures.



1.4. Sub-examencommissie Verantwoordelijkheden en bevoegdheden De sub-examencommissie is verantwoordelijk voor de uitvoering van de examenprocedures van het eigen opleidingscluster, waarvoor zij is aangesteld door de branche-examencommissie. De sub-examencommissie is verantwoordelijk voor het eigen opleidingscluster ten aanzien van het totale examenproces: van de voorbereiding, de ontwikkeling, de vaststelling, de planning en afname, de beoordeling en de vaststelling van de uitslag, archivering tot en met de evaluatie van de examens. Het examenbureau, de vaststellingscommissie, de toetsconstructeurs, de surveillanten en de beoordelaars ressorteren onder de sub-examencommissie. De sub-examencommissie handelt in overeenstemming met het examenreglement en de examenregeling, zoals vastgesteld in de OER/studiehandleiding. De sub-examencommissie legt verantwoording af aan de branche-examencommissie. Taken De sub-examencommissie is uitvoeringsverantwoordelijk voor: de voorbereiding, de ontwikkeling, de vaststelling, de planning en de afname, de beoordeling, de uitslag, de evaluatie en het beheer van de examens van het eigen opleidingscluster. Voorbereiding - Aanwijzen en instrueren van toetsconstructeurs, leden van de vaststellingscommissie, beoordelaars en surveillanten; - Afsluiten van het contract met een examenleverancier; - Benoemen van examenfunctionarissen (zie hoofdstuk 7: het branchespecifieke deel); - Vaststellen van examengelegenheden/herkansingen; - Verlenen van vrijstellingen en het nemen van beslissingen inzake afwijkende examinering en toelating examendeelnemers. Ontwikkeling - draagt zorg voor de uitvoering van het beleid op het gebied van deskundigheidsbevordering; - Ontwikkelen van conceptexamenplannen en concepttoetsmatrijzen (gedelegeerd aan de opleidingsteams); - Ontwikkelen van concept beoordelingsinstrumenten (gedelegeerd aan de toetsconstructeurs). Vaststelling - Vaststellen van examenplannen; - Vaststellen van toetsmatrijzen en beoordelingsinstrumenten (gedelegeerd aan de vaststellingscommissie). Planning en afname - Plannen van de afname van examens; - Inschrijven en oproepen van de deelnemers (gedelegeerd aan het examenbureau); - Afnemen van de examens (gedelegeerd aan het examenbureau en de surveillanten); - Aan individuele deelnemers toekennen van extra examentijd en/of aanpassingen bij afname van het examen. Beoordeling en uitslag - Nemen van maatregelen bij onregelmatigheden conform het ‘Algemeen Deel van de Examenregeling’ (onderdeel van de OER/studiehandleiding) en eventuele opleidingsspecifieke regels; - Oordelen over de geldigheid van overmachtsituaties; - Vaststellen van richtlijnen en geven van aanwijzingen aan beoordelaars met betrekking tot beoordeling en uitslag; - Vaststellen en bekendmaken van examenuitslagen per deelnemer; - Uitvoeren van bezwaarprocedures; - Ondertekenen van certificaten en diploma’s (gemandateerde bevoegdheid); - Uitreiken van certificaten en diploma’s in opdracht van de branche-examencommissie.



Evaluatie - Meerdere malen per jaar evalueren van het proces en het product van examinering van het cluster van opleidingen; - Rapporteren van de evaluatie aan de branche-examencommissie; - Tijdig aanbrengen van verbeteringen op basis van de uitkomsten van de evaluatie (in afstemming met de branche-examencommissie); - Erop toezien dat de gedragscodes voor geheimhouding en zorgvuldigheid nageleefd worden; - Ontwikkelen van voorstellen voor beleid op het gebied van examinering. Bewaren en beheren van examenbescheiden - Zorgdragen voor het bewaren en beheren van alle examenbescheiden. Dagelijks bestuur sub-examencommissie De sub-examencommissie stelt waar nodig een dagelijks bestuur aan, dat tot taak heeft beslissingen te nemen in geval van: - Onregelmatigheden (bijvoorbeeld bij afname van examens); - Oordelen over geldigheid van overmachtsituaties en zonodig toekennen van extra examentijd; - Verlenen van vrijstellingen (o.a. op basis van ervaringscertificaten) en het nemen van beslissingen inzake afwijkende examinering en toelating examendeelnemers; - Afhandelen van bezwaarprocedures. Tijdens vergaderingen van de sub-examencommissie rapporteert het dagelijks bestuur over de activiteiten in de afgelopen periode. De samenstelling van het dagelijks bestuur wordt jaarlijks vastgelegd. Gedragscodes voor geheimhouding en zorgvuldigheid De sub-examencommissie is er verantwoordelijk voor dat: - kasten, ruimten en computerprogramma’s waarin examenbescheiden zijn opgeslagen niet toegankelijk zijn voor onbevoegden; - sleutels en wachtwoorden onbereikbaar zijn voor onbevoegden; - het vervoer van examens in het gebouw met zorgvuldigheid omkleed is; - bij het uitbesteden van drukwerk aan derden, afspraken worden gemaakt met de drukker, de postkamer, goederenvervoer en opslag over geheimhouding en zorgvuldigheid. Samenstelling sub-examencommissie Voorzitter: - verantwoordelijk onderwijsmanager voor het opleidingencluster. Leden: - opleidingsverantwoordelijken (onderwijsmanager en teamleiders) - vertegenwoordiger van de BPV-coördinatoren - vertegenwoordiger van het examenbureau - vertegenwoordiger van de opleidingsteams - medewerker kwaliteitszorg (waar van toepassing) - overige aangewezen leden (ter eigen invulling). Competenties leden sub-examencommissie - Bekendheid met de kwalificatiestructuur; - Bekendheid met de eindtermendocumenten, de kwalificatiedossiers en de OER/studiehandleiding; - Op de hoogte zijn van de wettelijke eisen met betrekking tot examinering en de standaarden van de Inspectie; - Vaardigheden bezitten op het gebied van bewaking van examenprocedures.



1.5. Examenbureau Verantwoordelijkheden en bevoegdheden Het examenbureau is, in opdracht van de sub-examencommissie, verantwoordelijk voor de logistieke uitvoering van examens. Het examenbureau is verantwoordelijk voor het op een verantwoorde wijze archiveren en beheren van beoordelingsinstrumenten. Het examenbureau heeft de bevoegdheid besluiten te nemen die het uitvoeren van zijn taken mogelijk maakt in afstemming op de examenregeling en het examenreglement, zoals vastgesteld is in de OER/studiehandleiding. Taken De wijze waarop de taken van het examenbureau zijn toebedeeld kan per branche verschillen (zie hoofdstuk 6). Het examenbureau voert conform de procedures in het Handboek Examinering onder andere de volgende taken uit: Planning en afname - Zorgdragen voor de uitvoering van de vastgestelde procedures op het gebied van vrijstellingen, afwijkende examinering en examendeelnemers. - Inschrijven, oproepen en indelen voor examendeelname. - Vermenigvuldigen, verspreiden, archiveren en beheren van beoordelingsinstrumenten. - Faciliteiten regelen voor de afname van examenonderdelen zoals de ruimten, surveillanten et cetera. Ontwikkeling - Beheren examenplan, toetsmatrijs en vastgestelde beoordelingsinstrumenten. Beoordeling en uitslag - Logistiek verwerken van gemaakte examenonderdelen, waaronder het ophalen en het distribueren ervan; - Protocolformulier afname examens doorlopen en gegevens bij de sub-examencommissie inleveren; - Uitvoering geven aan het inzagerecht; - Verwerken van resultaten ten behoeve van certificering en diplomering; - Registreren van certificaten en diploma’s. Bewaren en beheren van examenbescheiden - Bewaren, beheren en vernietigen van alle examenbescheiden. Gedragscodes voor geheimhouding en zorgvuldigheid - De medewerkers van het examenbureau tekenen een verklaring van geheimhouding; - De medewerkers van het examenbureau zorgen ervoor dat: - examens volgens codering bewaard worden in een (brandvrije) kast die op slot kan; - voorgedrukte diploma’s/certificaten bewaard worden in een kast die op slot kan; - één persoon, en een plaatsvervangend persoon, met de regie over het beheer van examendocumenten belast is; - het vervoer van examens met zorgvuldigheid omkleed is; - digitale opslag van examens gebeurt via sleutels en wachtwoorden. Samenstelling leden examenbureau Jaarlijks worden de leden van het examenbureau uiterlijk 1 september aangesteld. Competenties medewerkers examenbureau - Bekendheid hebben met de opleiding, de deelkwalificaties, de kwalificatiedossiers, kerntaken en competenties waarvoor werkzaamheden verricht worden; - Kunnen omgaan/bekend zijn met het cijferregistratiesysteem; - Basisvaardigheden hebben op het gebied van automatisering; - Beschikken over organisatorische vaardigheden.



1.6. Toetsconstructeurs Verantwoordelijkheden en bevoegdheden De toetsconstructeurs zijn verantwoordelijk voor het op een verantwoorde wijze opstellen van conceptbeoordelingsinstrumenten voor die deelkwalificatie(s) of onderdelen daarvan en de kerntaken en competenties van de kwalificaties, die hen zijn toegewezen. Dit houdt in, dat zij conceptbeoordelingsinstrumenten ontwikkelen volgens de richtlijnen, zoals die in het Handboek Examinering beschreven staan. Een conceptbeoordelingsinstrument bestaat in ieder geval uit de vragen/opdrachten voor de deelnemers, de beoordelingscriteria of het beoordelingsmodel, de scorings- en normeringvoorschriften (waaronder de conceptcesuur) en de instructie voor de deelnemers. De toetsconstructeurs zijn verantwoordelijk voor het op juiste wijze en op tijd aanleveren van conceptproducten aan de vaststellingscommissie. Het verdient aanbeveling te laten ontwikkelen door meerdere constructeurs, omdat samenwerking de kwaliteit van beoordelingsinstrumenten ten goede komt. De toetsconstructeurs mogen geen lid zijn van de vaststellingscommissie die door hem of haar gemaakte beoordelingsinstrumenten beoordeelt. Taken De toetsconstructeurs voeren de volgende taken uit: Ontwikkeling - Construeren van toetsvragen of -opdrachten volgens vastgestelde toetsmatrijs; - Construeren van overige beoordelingsinstrumenten inclusief verantwoordingsdocument; - Opstellen van het beoordelingsmodel/de beoordelingscriteria; - Opstellen van de scorings- en normeringsvoorschriften, waaronder de conceptcesuur; - Opstellen van de deelnemersinstructie; - Tijdig, volgens planning, aanleveren van concepten bij de vaststellingscommissie; - Verbeteren van concepten. Evaluatie - Op basis van evaluatiegegevens bijstellen van beoordelingsinstrumenten. Gedragscodes voor geheimhouding en zorgvuldigheid - De toetsconstructeur tekent een verklaring voor geheimhouding; - De toetsconstructeur zorgt ervoor dat: - sleutels en wachtwoorden toegepast worden bij digitale opslag van conceptexamens; - het vervoer van conceptexamens met zorgvuldigheid omkleed is; - kasten, ruimten en computerprogramma’s waarin examenbescheiden zijn opgeslagen niet toegankelijk zijn voor onbevoegden; - kopieën en examenstukken die niet meer nodig zijn vernietigd worden (papiervernietiger); - bij het kopiëren van concept beoordelingsinstrumenten maatregelen worden genomen, zodanig dat onbevoegden geen kennis kunnen nemen van dit materiaal. Er wordt onder andere op gelet dat er geen documenten achtergelaten worden; - volledige producten zo snel als mogelijk in een kluis en/of onder een wachtwoord (computer) bewaard worden. - Bij het neerleggen van de functie van toetsconstructeur draagt hij of zij het ontwikkeld materiaal af aan de subexamencommissie. De toetsconstructeurs Docenten en praktijkopleiders kunnen door hun direct leidinggevende worden aangewezen als toetsconstructeur.



Competenties toetsconstructeurs - Bekendheid/ervaring hebben met de doelgroep waar het beoordelingsinstrument wordt ingezet; - Kennis hebben van de inhoud en het niveau van de opleiding in het algemeen (eindtermen of de kerntaken en competenties en de OER/studiehandleiding) en het betreffende vakgebied in het bijzonder; - Vaardigheden hebben op het gebied van toetsconstructie of die competenties willen ontwikkelen met betrekking tot: - het kunnen werken met een toetsmatrijs; - het kunnen vertalen van eindtermen of kerntaken en competenties in relevante intems; - het beheersingsniveau van eindtermen of kerntaken en competenties kunnen vertalen in geschikte beoordelingsinstrumenten en dit kunnen vastleggen in een verantwoordingsdocument.



1.7. Vaststellingscommissie Verantwoordelijkheden en bevoegdheden De vaststellingscommissie is verantwoordelijk voor het op verantwoorde wijze vaststellen van de examenplannen, toetsmatrijzen, verantwoordingsdocumenten en de beoordelingsinstrumenten voor die opleidingen waarvoor zij is ingesteld. Dit houdt in, dat zij de concept examenplannen, concepttoetsmatrijzen, concept verantwoordingsdocumenten en conceptbeoordelingsinstrumenten van de constructeurs beoordeelt, becommentarieert en vaststelt. De vaststellingscommissie is bevoegd examendocumenten in de ontwikkelfase goed te keuren dan wel af te keuren. Het vaststellen van de beoordelingsinstrumenten is een gedelegeerde taak van de subexamen-commissie. Bij de voorbereiding van het vaststellen van de examenplannen, de toetsmatrijs, het verantwoordingsdocument en de beoordelingsinstrumenten kan de commissie advies inwinnen bij derden. De leden van de vaststellingscommissie en haar adviseur(s) mogen geen constructeur zijn van de door hem of haar te beoordelen beoordelingsinstrumenten. Taken De vaststellingscommissie voert de volgende taken uit: Ontwikkeling - Beoordelen, becommentariëren van examenplannen; - Beoordelen, becommentariëren en vaststellen van de toetsmatrijzen; - Beoordelen, becommentariëren en vaststellen van de beoordelingsinstrumenten; - Beoordelen, becommentariëren en vaststellen van de verantwoordingsdocumenten; - Terugmelden bevindingen aan: - de opleidingsteam(s) voor wat betreft het examenplan, verantwoordingsdocument en de toetsmatrijs; - de toetsconstructeurs voor wat betreft de beoordelingsinstrumenten; - Vaststellen van de voorlopige en definitieve cesuur; - Rapporteren over de beoordelingsinstrumenten via controlelijsten; Gedragscodes voor geheimhouding en zorgvuldigheid De leden van de vaststellingscommissie tekenen een verklaring van geheimhouding; - De vaststellingscommissie zorgt ervoor dat: - na het vaststellen van de versiekeuze, de vaststelling van dit besluit onder geheimhouding wordt bewaard; - sleutels en wachtwoorden onbereikbaar zijn voor onbevoegden; - kasten, ruimten en computerprogramma’s waarin examenbescheiden zijn opgeslagen, niet toegankelijk zijn voor derden; - kopieën, examenstukken die niet meer nodig zijn, vernietigd worden; - het toezenden van examens onder geheimhouding wordt gedaan. Samenstelling leden vaststellingscommissie - Toetsdeskundige leden uit opleidingsteams (teamleiders en docenten); - Praktijkopleider (eventueel); - Toetsdeskundige (eventueel). Competenties leden vaststellingscommissie - Bekendheid met de opleidingen (eindtermen en/of de kerntaken en competenties en de OER/studiehandleiding), waarvoor de vaststellingscommissie haar activiteiten uitvoert; - Op de hoogte zijn van de wettelijke eisen met betrekking tot toetsing en examinering; - Toetstechnische kennis en vaardigheden bezitten.



1.8. EXAMENVOORLICHTER Verantwoordelijkheden en bevoegdheden De examenvoorlichter is op aanwijzing van de sub-examencommissie verantwoordelijk voor een correcte voorlichting over de regels, die gelden ten aanzien van de examinering. De voorlichting is gericht op de deelnemers. Taken De voorlichter voert de volgende taken uit: - Geven van voorlichting aan de deelnemers over de regels ten aanzien van de examinering en de inhoud van de examenregeling; - Geeft op basis van zijn/haar ervaringen de sub-examencommissie jaarlijks advies ter verbetering van de procedures en de examenvoorlichting. De examenvoorlichter De examenvoorlichter kan een lid van het examenbureau of de sub-examencommissie zijn, maar ook teamleiders en docenten kunnen examenvoorlichter zijn. Competenties examenvoorlichter - Heeft kennis van de regels en procedures in de OER/studiehandleiding, de studiehandleiding en het Handboek Examinering; - Kan de taal van de procedures vertalen in voor de deelnemer begrijpelijke taal; - Kan op adequate wijze voorlichting geven.



1.9. ASSESSOR Verantwoordelijkheden en bevoegdheden De assessor is op aanwijzing van de sub-examencommissie verantwoordelijk voor een correcte waardering van bewijsstukken in relatie tot vooraf bepaalde competenties en/of criteria, waarbij niet altijd vooraf is bepaald wat het aantal en de aard van de bewijsstukken zijn. De assessor geeft objectief en onafhankelijk een oordeel over de bewijsstukken. Taken De assessor voert de volgende taken uit: - Waarderen van in een portfolio/examendossier vervatte bewijsstukken in relatie tot vooraf bepaalde competenties en/of criteria. - Informatie inwinnen bij kandidaat en eventueel derden om te borgen dat de bewijsstukken authentiek en van de kandidaat zelf zijn. - Opstellen van een rapportage waarin de assessor een uitspraak doet over de vraag of de kandidaat heeft aangetoond over de vooraf bepaalde competenties en/of criteria te beschikken in de context, beschreven in het kwalificatiedossier. In de rapportage verantwoordt de assessor het verband tussen de bewijsstukken, de competenties en de standaarden uit het kwalificatiedossier en licht de assessor de gebruikte systematiek toe. - Overdragen van de bewijsstukken en de rapportage met beoordeling aan het examenbureau. Gedragscodes voor geheimhouding en zorgvuldigheid - De assessor tekent een verklaring voor geheimhouding. - De assessor geeft voorafgaand aan of tijdens afname van het beoordelingsinstrument geen informatie aan de kandidaat, anders dan staat voorgeschreven. - De assessor geeft achteraf geen informatie aan de kandidaat of aan derden over de bewijsstukken van de kandidaat, anders dan staat voorgeschreven. - De assessor is niet betrokken geweest bij de begeleiding van de kandidaat. Competenties assessors - Deskundig zijn in het (onderdeel van het) vakgebied waarvoor het beoordelingsinstrument geldt, bekendheid met het kwalificatiedossier en het dossier Leren, Loopbaan en Burgerschap (LL&B). - Deskundig in het op waarde schatten van een grote variëteit aan bewijsstukken in relatie tot de competenties genoemd in het kwalificatiedossier. - Deskundig zijn in het rapporteren - Criteriumgerichte interviews kunnen afnemen (indien dit deel uitmaakt van de procedure). NB. Bij een assessor dient de deskundigheid aantoonbaar te zijn, bijvoorbeeld middels het overleggen van een certificaat. Deze rol kan worden vervuld door zowel mensen van de eigen organisatie als mensen van buiten de organisatie.



1.10. BEOORDELAAR Verantwoordelijkheden en bevoegdheden De beoordelaar is op aanwijzing van de sub-examencommissie verantwoordelijk voor een correcte beoordeling van de beoordelingsinstrumenten (WEB artikel 7.4.5, lid 3). Dit betreft zowel de beoordelingsinstrumenten die op school worden afgenomen, als beoordelingsinstrumenten die in de beroepspraktijkvorming (bpv) worden afgenomen. Taken De beoordelaar voert de volgende taken uit: - Beoordelen van de geleverde prestatie en/of getoonde verrichtingen aan de hand van de geldende beoordelingscriteria en scorings- en/of normeringvoorschriften (correctiemodel); - Overdragen van het beoordeelde materiaal (bewijsstukken) met de beoordelingsresultaten aan het examenbureau. Gedragscodes voor geheimhouding en zorgvuldigheid - De beoordelaar tekent een verklaring voor geheimhouding; - De beoordelaar zorgt ervoor dat: - het vervoer van examens met zorgvuldigheid omkleed is; - kasten, ruimten en computerprogramma’s waarin examenbescheiden zijn opgeslagen, niet toegankelijk zijn voor onbevoegden.

Competenties beoordelaars - Voorschriften uit het correctiemodel kunnen toepassen om tot een objectieve beoordeling te komen; - Bekendheid met de beroepseisen (eindtermen of de kerntaken en competenties en de OER/studiehandleiding), waarvoor de beoordelaar zijn/haar activiteiten uitvoert; - Op de hoogte zijn van de kwaliteitseisen die gelden voor beoordelingsinstrumenten; - Deskundig zijn in de toetsmaterie.



1.11. OBSERVATOR Verantwoordelijkheden en bevoegdheden De observator is op aanwijzing van de sub-examencommissie betrokken bij de realisatie van een zo realistisch mogelijke context bij afname van Proeven van Bekwaamheid of andere beoordelingsinstrumenten, waarbij de praktijk of een gesimuleerde werkelijkheid een rol speelt. Taken De observator voert de volgende taken uit: - Volgens een instructie observeren en waarderen van gedrag of getoonde vaardigheden in een (gesimuleerde) beroepssituatie; - Volgens een instructie input geven aan een beoordelaar in de vorm van een beschrijving en/of waardering van het waargenomen gedrag of de waargenomen vaardigheden.

Gedragscodes voor geheimhouding en zorgvuldigheid - De observator wordt geïnformeerd over de regels voor geheimhouding; - De observator geeft voorafgaand aan of tijdens afname van het beoordelingsinstrument geen informatie aan de kandidaat of aan derden over het vertoonde gedrag van de kandidaat, anders dan staat voorgeschreven; - De observator geeft achteraf geen informatie aan de kandidaat of aan derden over het vertoonde gedrag van de kandidaat, anders dan staat voorgeschreven. Competenties observators - Deskundig zijn in het (onderdeel van het) vakgebied waarvoor het beoordelingsinstrument geldt; - Op de hoogte zijn van de instructie en kwaliteitseisen die gelden voor het beoordelingsinstrument. NB. Deze rol kan worden vervuld door zowel mensen van de eigen organisatie als mensen van buiten.



1.12. ACTEUR Verantwoordelijkheden en bevoegdheden De acteur is op aanwijzing van de sub-examencommissie betrokken bij de realisatie van een zo realistisch mogelijke context bij afname van Proeven van Bekwaamheid of andere beoordelingsinstrumenten, waarbij een gesimuleerde werkelijkheid een rol speelt. Taken De acteur voert de volgende taken uit: - Volgens een instructie of script zo realistisch mogelijk mede vorm geven aan een beroepssituatie; - Indien de beschrijving van het beoordelingsinstrument dat vereist, input geven aan de beoordelaar over het effect van het getoonde gedrag van een kandidaat in de gegeven situatie. Gedragscodes voor geheimhouding en zorgvuldigheid - De acteur wordt geïnformeerd over de regels voor geheimhouding; - De acteur geeft voorafgaand aan of tijdens afname van het beoordelingsinstrument geen informatie aan de kandidaat, anders dan staat voorgeschreven; - De acteur geeft achteraf geen informatie aan de kandidaat of aan derden over het vertoonde gedrag van de kandidaat, anders dan staat voorgeschreven. Competenties acteurs - In staat om een personage op realistische wijze vorm te geven; - Bekendheid met de beroepssituatie die als context dient voor het beoordelingsinstrument en het gedrag daarbinnen; - Op de hoogte zijn van de instructies en kwaliteitseisen die gelden voor het beoordelingsinstrument; - Vergelijkbaar gedrag kunnen vertonen bij verschillende kandidaten tijdens afname van het beoordelingsinstrument. NB. Deze rol kan worden vervuld door zowel mensen van de eigen organisatie als mensen van buiten.



1.13. SURVEILLANT Verantwoordelijkheden en bevoegdheden De surveillant voert, in opdracht van de sub-examencommissie en op aanwijzing van het examenbureau, activiteiten uit die een correct verloop van de afname van examens garanderen. Taken De surveillant voert de volgende taken uit: - Toezicht houden op een rustig en ordelijk verloop van de afname van examens; - In kennis stellen van het examenbureau van voorkomende onregelmatigheden; - Registreren van aan- en afwezige deelnemers; - Invullen van protocolformulieren over het verloop van de examinering; - Uitvoeren van controle op het inleveren van examenmateriaal door kandidaten; - Laten paraferen van deelnemers bij inlevering van gemaakt werk; - Na afloop overdragen en aftekenen van het toetsmateriaal, inclusief het protocolformulier aan het examenbureau. Gedragscodes voor geheimhouding en zorgvuldigheid - De surveillant tekent een verklaring voor geheimhouding; - De surveillant zorgt ervoor dat: - na de afname van een examen, de examenbescheiden zonder inzage van onbevoegden worden aangeleverd op het examenbureau; - indien afgesproken, alle examenopgaven na afloop van het examen ingenomen worden; - hij tijdens het examen geen informatie verstrekt, anders dan staat voorgeschreven en geen handelingen verricht die de geheimhouding schaden. Competenties surveillant - Op de hoogte zijn van procedures met betrekking tot de afname van examens; - Toezicht kunnen houden op een ordentelijk verloop van de afname van examens.



1.14. COMMISSIE VAN BEROEP VOOR DE EXAMENS Verantwoordelijkheden en bevoegdheden De Commissie van Beroep voor de examens is verantwoordelijk voor het behandelen van het beroep dat door een deelnemer is ingesteld. De commissie is onafhankelijk en werkt met een eigen reglement (zie bijlage 3). De commissie wordt ingesteld door het College van Bestuur. Taken De Commissie van beroep voor de examens voert de volgende taken uit: - Behandelen Beroepschrift van een deelnemer; - Binnen tien werkdagen na indiening van het beroep een beslissing uitspreken; - De examencommissie op de hoogte stellen van het ingestelde beroep; - Bekendmaken van beslissingen aan belanghebbenden. Criteria voor aanstelling leden - Geen deel uitmaken van het bevoegd gezag van de onderwijsinstelling, een Kenniscentrum, van de inspectie of van één van de examencommissies van de onderwijsinstelling. - Benoembaar zijn voor een termijn van tenminste drie en ten hoogste vijf jaren. Zij zijn opnieuw benoembaar. - Niet betrokken zijn bij de beoordeling van deelnemers.



1. Bijlagen hoofdstuk 1



B1.1. Machtiging Rotterdam,

(datum)

De Branchedirecteur (naam branche ) in deze handelend namens het College van Bestuur van de Stichting voor Interconfessioneel Beroeps- en Algemeen Vormend Onderwijs en Volwasseneneducatie voor Rotterdam en omstreken, verleent hierbij aan

(naam functionaris),

(functie),

(functie in de examenorganisatie)

de bevoegdheid namens de Branchedirecteur diploma’s en certificaten van de opleidingen behorende bij opleidingscluster

(naam opleidingscluster) te ondertekenen,

ten bewijze dat een examen, dan wel een examenonderdeel, met goed gevolg is afgelegd. De Branchedirecteur informeert jaarlijks het College van Bestuur over de gemachtigden. Dit doet hij/zij bij voorkeur in de maand september, maar uiterlijk in de maand mei van het lopende cursusjaar een kopie van alle voor dat cursusjaar van kracht zijnde machtigingen te zenden aan de juridische afdeling van het Albeda College.

Namens het College van Bestuur voornoemd,

De heer/mevrouw

Branchedirecteur van

(naam Branchedirecteur)

(naam branche)

(handtekening)

(naam gemachtigde)

(handtekening)

De gemachtigde: De heer/mevrouw:



Hoofdstuk 2: Het ONTWIKKElen VAN BEOORDELINGSINSTRUMENTEN



Leeswijzer stroomschema’s actor plus uit te voeren activiteiten

beslismoment akkoord/niet akkoord

gegevens/informatie

einde van een proces

document/registratie

2.1. Ontwikkelen EXAMENplan In het examenplan wordt voor een opleiding (per leerweg, variant of uitstroomdifferentiatie) vastgelegd welke summatieve beoordelingsinstrumenten worden ingezet. Let op: voor een certificeerbare eenheid dient een apart examenplan te worden ontwikkeld. Uit het examenplan moet blijken of alle deelkwalificaties en eindtermen, respectievelijk alle kerntaken, werkprocessen en competenties door de beoordelingsinstrumenten gedekt worden. In de controlelijst examenplan eindtermen en de controlelijst examenplan CGO staan de eisen waaraan het examenplan moet voldoen. Het examenplan is vormvrij, in de bijlage zijn voorbeelden opgenomen.

Sub-examencommissie 1.Opdracht geven voor het ontwikkelen van een examenplan

Eindtermen document Kwalificatiedossier

Opleidingsteams

Conceptexamenplan

2. Opstellen conceptexamenplan

Sub-examencommissie 3. Beoordelen conceptexamenplan

Examenplan akkoord?

NEE

JA Sub-examencommissie 4. Vaststellen examenplan

Examenbureau 5. Administratieve verwerking

Examenplan

OER



Ontwikkelen examenplan Act. Nr. 1. 2. 3. 4. 5.

Wie Activiteit Sub-examencommissie Geven van opdracht aan opleidingsteams voor opstellen examenplan. Opleidingsteams Bestuderen eindtermendocument of kwalificatiedossier; Invullen examenplan (zie voorbeelden); Controleren examenplan met behulp van de ‘Controlelijst examenplan’; Verbeteren examenplan. Sub-examencommissie Bestuderen ingevuld voorgeschreven format examenplan; Beoordelen of examenplan voldoet aan gestelde eisen (zoals geformuleerd in ‘Controlelijst examenplan’); Aanbieden van examenplan aan opleidingsteam ter verbetering. Sub-examencommissie Vaststellen examenplan en opnemen in de OER/studiehandleiding. Examenbureau Archiveren examenplan; Kopiëren examenplan; Versiebeheer.

Hulpmiddelen: – Eindtermendocument – Kwalificatiedossier – In de bijlage is een voorbeeld opgenomen – Voorbeeld examenplan (CGO) – Controlelijst examenplan (CGO)



2.2. Ontwikkelen toetsmatrijs Als een beoordelingsinstrument wordt ingezet waarbij meerdere versies noodzakelijk zijn, dient vóór constructie een toetsmatrijs ontwikkeld te worden. De toetsmatrijs is het bouwplan, dat borgt dat verschillende versies van een toets van vergelijkbare inhoud en zwaarte zijn. Een toetsmatrijs legt het volgende vast: het aantal en de aard van de toetsitems, de relatie met de eindtermen respectievelijk werkprocessen en competenties die in het examenplan voor het betreffende beoordelingsinstrument zijn aangegeven en een weging met voorlopige cesuur. In de controlelijst toetsmatrijs eindtermen en de controlelijst toetsmatrijs CGO staan de eisen waaraan een toetsmatrijs moet voldoen. De toetsmatrijs is vormvrij, in de bijlage zijn voorbeelden opgenomen.

Sub-examencommissie 1.Opdracht geven voor het opstellen van een toetsmatrijs

Opleidingsteams

Examenplan

Concepttoetsmatrijs

2. Opstellen concepttoetsmatrijs

Vaststellingscommissie 3. Beoordelen concepttoetsmatrijs

Toetsmatrijs akkoord?

NEE

JA Vaststellingscommissie 4. Vaststellen toetsmatrijs

Examenbureau

Vastgestelde toetsmatrijs

5. Administratieve verwerking

actor plus uit te voeren activiteiten


gegevens/informatie





Ontwikkelen toetsmatrijs Act. Nr. 1. 2. 3. 4. 5.

Wie Activiteit Sub-examencommissie Geven van opdracht aan toetsconducteurs voor opstellen toetsmatrijs. Opleidingsteams Bestuderen examenplan; Schriftelijke toetsen: – bepalen aantal vragen of opdrachten; – bepalen voorlopige cesuur; – invullen toetsmatrijs met voorgeschreven format; – invullen toetsmatrijs met betrekking tot aandachtspunten; Verbeteren toetsmatrijs en aanleveren bij de vaststellingscommissie. Vaststellingscommissie Bekijken ingevuld voorgeschreven format toetsmatrijs; Beoordelen of toetsmatrijs voldoet aan gestelde eisen zoals geformuleerd in de verschillende controlelijsten; Aanbieden van toetsmatrijs aan opleidingsteam ter verbetering. Vaststellingscommissie Vaststellen toetsmatrijs. Examenbureau Archiveren vastgestelde toetsmatrijs; Kopiëren toetsmatrijs; Versiebeheer.

Hulpmiddelen: – Eindtermendocument – Kwalificatiedossier – Examenplan – Voorgeschreven format toetsmatrijs – Controlelijst toetsmatrijs



2.3. Ontwikkelen toets Een toets is een beoordelingsinstrument waarvan meerdere versies worden geconstrueerd. Constructie gebeurt op basis van een toetsmatrijs. Een toets kan schriftelijk of mondeling zijn. Een complete toets bestaat uit een voorblad, een instructie voor deelnemers, de vragen of opdrachten, een beoordelingsmodel, een scoringsvoorschrift en een cesuur. In de controlelijst kwaliteit toets staan de eisen waaraan een toets moet voldoen.

Sub-examencommissie 1.Opdracht geven voor het ontwikkelen van een toets

Toetsconstructeurs

Toetsmatrijs

Toetsitems + Deelnemersinstructie

2. Ontwikkelen concepttoets

Beoordelingsmodel

Vaststellingscommissie 3. Beoordelen concepttoets

Toetsinstrument akkoord?

NEE

Scorings- en normeringsvoorschriften + Cesuur

JA Vaststellingscommissie 4. Vaststellen toets

Examenbureau

Vastgestelde toets




gegevens/informatie





Ontwikkelen toets Act. Nr. 1. 2. 3.

4. 5.

Wie Activiteit Sub-examencommissie Geven van opdracht aan toetsconstructeurs voor ontwikkelen van beoordelingsinstrumenten. Toetsconstructeurs Bestuderen toetsmatrijs; Ontwikkelen (of kiezen) toetsitems; Checken toetsitems via controlelijst; Samenstellen volledige beoordelingsinstrument; Bepalen beoordelingsmodel; Bepalen cesuur (grens onvoldoende/voldoende); Bepalen scorings- en normeringsvoorschrift; Controleren of alles voldoet aan de gestelde eisen, zoals geformuleerd in ‘Controlelijst kwaliteit schriftelijke toetsen’; Verbeteren toets. Vaststellingscommissie Bekijken toets (items), deelnemersinstructie, beoordelingsmodel en scorings- en normeringsvoorschriften; Beoordelen of alles voldoet aan gestelde eisen, zoals geformuleerd in ‘Controlelijst kwaliteit schriftelijke toetsen’; Aanbieden van toets aan toetsconstructeurs ter verbetering. In plaats van het zelf beoordelen van de toets kan de vaststellingscommissie ervoor kiezen deze taak te delegeren aan één of meerdere adviseurs. De adviseurs mogen geen aandeel hebben geleverd in de toetsontwikkeling. De competenties van deze adviseurs dienen gelijkwaardig te zijn aan die van de leden van de vaststellingscommissie. Indien de toets volgens de adviseur(s) voldoet aan de gestelde eisen, zoals geformuleerd in ‘Controlelijst kwaliteit schriftelijke toetsen’, geven zij een positief advies aan de vaststellingscommissie. Vaststellingscommissie Vaststellen toets; De toets moet minimaal 10 werkdagen voor toetsafname vastgesteld zijn. Examenbureau Archiveren vastgestelde toets; Versiebeheer.

Hulpmiddelen: – Voorgeschreven format Toetsmatrijs schriftelijke toetsen – Controlelijst kwaliteit schriftelijke toetsen



2.4. Ontwikkelen PraktijkEXAMEN (BPV) Een praktijkexamen is in principe bedoeld voor afname in de BPV. Eventueel kan het ook in een gesimuleerde omgeving plaatsvinden. Veelal wordt een praktijkexamen slechts ontwikkeld in één versie, zodat er geen toetsmatrijs nodig is. In een verantwoordingsdocument dient te worden aangegeven wat de relatie is van de beoordelingscriteria met de eindtermen, respectievelijk werkprocessen en competenties die in het examenplan voor het betreffende beoordelingsinstrument zijn aangegeven. Verder geeft een verantwoordingsdocument aan welke examenfunctionarissen bij afname betrokken zijn. Een compleet praktijkexamen bestaat uit een voorblad, een instructie voor deelnemers, een instructie voor observatoren en beoordelaars, beoordelingscriteria, een scoringsvoorschrift met cesuur en het verantwoordingsdocument. In de controlelijst kwaliteit praktijkexamen staan de eisen waaraan een toets moet voldoen. Sub-examencommissie 1.Opdracht geven voor het ontwikkelen van een praktijkexamen

Toetsconstructeurs

Examenplan

Opdrachten + Deelnemersinstructie

2. Ontwikkelen conceptexamen

Vaststellingscommissie

Beoordelingscriteria + Cesuur

3. Beoordelen conceptexamen

NEE

Toets akkoord?

Verantwoordingsdocument

JA Vaststellingscommissie 4. Vaststellen examen

Examenbureau

Vastgesteld beoordelingsinstrument




gegevens/informatie





Ontwikkelen Praktijkexamen Act. Nr. 1. 2. 3.

4. 5.

Wie Activiteit Sub-examencommissie Geven van opdracht aan toetsconstructeurs voor ontwikkelen van praktijkexamen. Toetsconstructeurs Bestuderen examenplan; Ontwikkelen opdrachten; Samenstellen volledig beoordelingsinstrument; Bepalen beoordelingscriteria; Bepalen cesuur (grens onvoldoende/voldoende); Schrijven deelnemersinstructie en beoordelaarsinstructie; Samenstellen verantwoordingsdocument; Controleren of alles voldoet aan de gestelde eisen, zoals geformuleerd in ‘Controlelijst kwaliteit praktijkexamens’; Verbeteren beoordelingsinstrument. Vaststellingscommissie Bekijken opdracht, deelnemersinstructie en beoordelingscriteria; Beoordelen of alles voldoet aan gestelde eisen, zoals geformuleerd in ‘Controlelijst kwaliteit praktijkexamens’; Aanbieden van beoordelingsinstrument aan toetsconstructeurs ter verbetering. In plaats van het zelf beoordelen van het praktijkexamen kan de vaststellingscommissie ervoor kiezen deze taak te delegeren aan één of meerdere adviseurs. De adviseurs mogen geen aandeel hebben geleverd in de ontwikkeling. De competenties van deze adviseurs dienen gelijkwaardig te zijn aan die van de leden van de vaststellingscommissie. Indien de praktijkexamen volgens de adviseur(s) voldoet aan de gestelde eisen, zoals geformuleerd in ‘Controlelijst kwaliteit praktijkexamens’, geven zij een positief advies aan de vaststellingscommissie. Vaststellingscommissie Vaststellen examen; Het praktijkexamen moet minimaal tien werkdagen voor examenafname vastgesteld zijn. Examenbureau Archiveren vastgestelde examen; Versiebeheer.

Hulpmiddelen: – Controlelijst verantwoordingsdocument praktijkexamen – Controlelijst kwaliteit praktijkexamen



2.5. Ontwikkelen Kwalificerend Portfolio Een kwalificerend portfolio is een summatief beoordelingsinstrument, waarbij het verzamelen van bewijs door een deelnemer het uitgangspunt is. Een kwalificerend portfolio wordt slechts ontwikkeld in één versie, zodat er geen toetsmatrijs nodig is. In een verantwoordingsdocument dient de relatie te worden aangegeven van de te leveren bewijsstukken en beoordelingscriteria, met de werkprocessen en competenties die in het examenplan voor het betreffende beoordelingsinstrument zijn aangegeven. Verder geeft een verantwoordingsdocument aan welke examenfunctionarissen bij afname betrokken zijn. Een compleet kwalificerend portfolio bestaat uit een voorblad, een instructie voor deelnemers, een instructie voor observatoren en beoordelaars, beoordelingscriteria, een scoringsvoorschrift met cesuur en het verantwoordingsdocument. In de controlelijst kwaliteit kwalificerend portfolio staan de eisen waaraan een kwalificerend portfolio moet voldoen. Sub-examencommissie 1.Opdracht geven voor het ontwikkelen van beoordelingscriteria

Constructeur Examenplan

Deelnemersinstructie

2.Ontwikkelen conceptbeoordelingscriteria en deelnemersinstructie



3. Beoordelen conceptbeoordelingscriteria en deelnemersinstructie

Beoordelingscriteria en instructie akkoord?

NEE


JA Vaststellingscommissie 4. Vaststellen beoordelingscriteria en deelnemersinstructie

Examenbureau

Vastgesteld beoordelingsprotocol




gegevens/informatie





Ontwikkelen Kwalificerend Portfolio Act. Nr. 1. 2. 3.

4. 5.

Wie Activiteit Sub-examencommissie Geven van opdracht aan toetsconstructeurs voor ontwikkelen van beoordelingscriteria en deelnemersinstructie. Toetsconstructeurs Bestuderen toetsmatrijs; Bepalen beoordelingscriteria; Bepalen cesuur (grens onvoldoende/voldoende); Schrijven van deelnemersinstructie en beoordelaarinstructies; Controleren of alles voldoet aan de gestelde eisen, zoals geformuleerd in ‘Controlelijst kwaliteit kwalificerend portfolio’; Verbeteren beoordelingscriteria. Vaststellingscommissie Bekijken deelnemersinstructie en beoordelingscriteria; Beoordelen of alles voldoet aan gestelde eisen, zoals geformuleerd in ‘Controlelijst kwaliteit kwalificerend portfolio’; Aanbieden van beoordelingscriteria en/of deelnemersinstructie aan toetsconstructeurs ter verbetering. In plaats van het zelf beoordelen van het protocol kan de vaststellingscommissie ervoor kiezen deze taak te delegeren aan één of meerdere adviseurs. De adviseurs mogen geen aandeel hebben geleverd in de ontwikkeling van de criteria. De competenties van deze adviseurs dienen gelijkwaardig te zijn aan die van de leden van de vaststellingscommissie. Indien het protocol volgens de adviseur(s) voldoet aan de gestelde eisen, zoals geformuleerd in ‘Controlelijst kwaliteit kwalificerend portfolio’, geven zij een positief advies aan de vaststellingscommissie. Vaststellingscommissie Vaststellen beoordelingscriteria en deelnemersinstructie. Examenbureau Archiveren vastgestelde beoordelingscriteria en deelnemersinstructie Versiebeheer.

Hulpmiddelen: – Controlelijst verantwoordingsdocument kwalificerend portfolio – Controlelijst kwaliteit kwalificerend portfolio



2.6. Ontwikkelen Proeve van bekwaamheid Een proeve van bekwaamheid is een summatief beoordelingsinstrument, waarbij een zo realistisch mogelijke, integrale uitvoering van (delen van) kerntaken, beschreven in termen van waarneembaar gedrag, het uitgangspunt is. Dit kan binnen de context van de BPV of het ROC. Een proeve van bekwaamheid wordt slechts ontwikkeld in één versie, zodat er geen toetsmatrijs nodig is. In een verantwoordingsdocument dient te worden aangegeven wat de relatie is van het te vertonen gedrag en beoordelingscriteria, met de werkprocessen en competenties die in het examenplan voor het betreffende beoordelingsinstrument zijn aangegeven. Verder geeft een verantwoordingsdocument aan welke examenfunctionarissen bij afname betrokken zijn. Een complete proeve van bekwaamheid bestaat uit een voorblad, een instructie voor deelnemers, een instructie voor observatoren, acteurs en beoordelaars, beoordelingscriteria, een scoringsvoorschrift met cesuur en het verantwoordingsdocument. In de controlelijst kwaliteit van bekwaamheid staan de eisen waaraan een proeve van bekwaamheid moet voldoen.

Sub-examencommissie 1.Opdracht geven voor het ontwikkelen van de Proeve van Bekwaamheid

Toetsconstructeurs Examenplan

Opdrachten + Deelnemersinstructie

2. Ontwikkelen opdracht(en) met beoordelingscriteria



3. Beoordelen concept Proeve van Bekwaamheid

Proeve van Bekwaamheid akkoord?

NEE


JA Vaststellingscommissie 4. Vaststellen Proeve van Bekwaamheid Vastgestelde Proeve van Bekwaamheid Examenbureau 5. Administratieve verwerking

actor plus uit te voeren activiteiten gegevens/informatie document/registratie beslismoment akkoord/niet akkoord einde van een proces



Ontwikkelen Proeve van Bekwaamheid Act. Nr. 1. 2. 3.

4. 5.

Wie Activiteit Sub-examencommissie Geven van opdracht aan toetsconstructeurs voor ontwikkelen van de Proeve van Bekwaamheid Toetsconstructeurs Bestuderen examenplan; Ontwikkelen opdrachten; Samenstellen volledige Proeve van Bekwaamheid; Bepalen beoordelingscriteria; Bepalen cesuur (grens onvoldoende/voldoende); Schrijven deelnemersinstructie en beoordelaarinstructies; Samenstellen verantwoordingsdocument; Controleren of alles voldoet aan de gestelde eisen, zoals geformuleerd in ‘Controlelijst kwaliteit Proeve van Bekwaamheid‘; Verbeteren van de Proeve van Bekwaamheid. Vaststellingscommissie Bekijken opdracht(en), deelnemersinstructie en beoordelingscriteria; Beoordelen of alles voldoet aan gestelde eisen, zoals geformuleerd in ‘Controlelijst kwaliteit Proeve van Bekwaamheid’; Aanbieden van de Proeve van Bekwaamheid aan toetsconstructeurs ter verbetering.

Vaststellingscommissie Examenbureau

In plaats van het zelf beoordelen van de Proeve kan de vaststellingscommissie ervoor kiezen deze taak te delegeren aan één of meerdere adviseurs. De adviseurs mogen geen aandeel hebben geleverd in de ontwikkeling van de Proeve van Bekwaamheid. De competenties van deze adviseurs dienen gelijkwaardig te zijn aan die van de leden van de vaststellingscommissie. Indien de Proeve volgens de adviseur(s) voldoet aan de gestelde eisen, zoals geformuleerd in ‘Controlelijst kwaliteit Proeve van Bekwaamheid’, geven zij een positief advies aan de vaststellingscommissie. Vaststellen Proeve van Bekwaamheid; De Proeve moet minimaal 20 werkdagen voor toetsafname vastgesteld zijn. Archiveren vastgestelde Proeve van Bekwaamheid; Versiebeheer.

Hulpmiddelen: – Controlelijst verantwoordingsdocument Proeve van Bekwaamheid – Controlelijst kwaliteit Proeve van Bekwaamheid



2.7. Ontwikkelen competentie ontwikkelingsinstrument Een meetinstrument competentie-ontwikkeling is een summatief beoordelingsinstrument, waarbij het meten van competenties binnen de uitvoering van (delen van) kerntaken het uitgangspunt is. Dit kan binnen de context van de BPV of het ROC. Een meetinstrument competentie-ontwikkeling wordt slechts ontwikkeld in één versie, zodat er geen toetsmatrijs nodig is. In een verantwoordingsdocument dient te worden aangegeven wat de relatie is van de beoordelingscriteria, met de werkprocessen en competenties die in het examenplan voor het betreffende beoordelingsinstrument zijn aangegeven. Verder geeft een verantwoordingsdocument aan welke examenfunctionarissen bij afname betrokken zijn. Een compleet meetinstrument competentie-ontwikkeling bestaat uit een voorblad, een instructie voor deelnemers, een instructie voor observatoren en beoordelaars, beoordelingscriteria, een scoringsvoorschrift met cesuur en het verantwoordingsdocument. In de controlelijst kwaliteit competentie-ontwikkeling staan de eisen waaraan een meetinstrument competentie-ontwikkeling moet voldoen. Sub-examencommissie 1.Opdracht geven voor het ontwikkelen van meetinstrument Competentieontwikkeling

Toetsconstructeurs

Examenplan

Deelnemersinstructie

2. Ontwikkelen beoordelingscriteria



3. Beoordelen concept meetinstrument

Meetinstrument Competentieontwikkeling akkoord?

NEE


JA Vaststellingscommissie 4. Vaststellen meetinstrument Competentie-ontwikkeling

Vastgesteld Meetinstrument Competentieontwikkeling





Ontwikkelen competentie-ontwikkelingsinstrument Act. Nr. 1. 2. 3.

4. 5.

Wie Activiteit Sub-examencommissie Geven van opdracht aan toetsconstructeurs voor ontwikkelen van Meetinstrument Competentie-ontwikkeling. Toetsconstructeurs Bestuderen examenplan; Bepalen beoordelingscriteria; Bepalen cesuur (grens onvoldoende/voldoende); Schrijven deelnemersinstructie en beoordelaarinstructies; Controleren of alles voldoet aan de gestelde eisen, zoals geformuleerd in ‘Controlelijst kwaliteit Meetinstrument Competentie-ontwikkeling‘; Verbeteren Meetinstrument Competentie-ontwikkeling. Vaststellingscommissie Bekijken deelnemersinstructie en beoordelingscriteria; Beoordelen of alles voldoet aan gestelde eisen, zoals geformuleerd in ‘Controlelijst kwaliteit Meetinstrument Competentie-ontwikkeling‘; Aanbieden van Meetinstrument Competentie-ontwikkeling aan toetsconstructeurs ter verbetering.


In plaats van het zelf beoordelen van het Meetinstrument kan de vaststellingscommissie ervoor kiezen deze taak te delegeren aan één of meerdere adviseurs. De adviseurs mogen geen aandeel hebben geleverd in de ontwikkeling van het Meetinstrument. De competenties van deze adviseurs dienen gelijkwaardig te zijn aan die van de leden van de vaststellingscommissie. Indien het Meetinstrument volgens de adviseur(s) voldoet aan de gestelde eisen, zoals geformuleerd in ‘Controlelijst kwaliteit Meetinstrument Competentie-ontwikkeling’, geven zij een positief advies aan de vaststellingscommissie. Vaststellen Meetinstrument Competentie-ontwikkeling; Het Meetinstrument moet minimaal 20 werkdagen voor afname vastgesteld zijn. Archiveren vastgesteld Meetinstrument Competentie-ontwikkeling; Versiebeheer.

Hulpmiddelen: – Controlelijst verantwoordingsdocument Meetinstrument Competentie-ontwikkeling – Controlelijst kwaliteit Meetinstrument Competentie-ontwikkeling



2.8. Ontwikkelen overige BEOORDELINGSinstrumenten Sub-examencommissie 1.Opdracht geven voor het ontwikkelen van een beoordelingsinstrument

toetsinstrumentconstructeurs

Examenplan

Opdrachten en deelnemersinstructie

2. Ontwikkelen conceptbeoordelingsinstrument


Beoordelingsmodel

3. Beoordelen conceptbeoordelingsinstrument

Beoordelingsinstrument akkoord?

JA

NEE

Scorings- en normeringsvoorschriften

Verantwoordingsinstrument Vaststellingscommissie 4. Vaststellen beoordelingsinstrument


Vastgestelde beoordelingsinstrument




Ontwikkelen overige beoordelingsinstrumenten Act. Nr. 1. 2. 3.

4. 5.

Wie Activiteit Sub-examencommissie Geven van opdracht aan toetsconstructeurs voor ontwikkelen van beoordelingsinstrument. Toetsconstructeurs Bestuderen examenplan; Ontwikkelen toetsopdrachten; Bepalen beoordelingsmodel; Bepalen cesuur (grens onvoldoende/voldoende); Bepalen scorings- en normeringsvoorschrift; Schrijven deelnemersinstructie en beoordelaarsinstructie; Samenstellen verantwoordingsdocument Maken beoordelingsformulier; Controleren of alles voldoet aan de gestelde eisen, zoals geformuleerd in ‘Controlelijst kwaliteit ‘ Verbeteren beoordelingsinstrument. Vaststellingscommissie Bekijken opdrachten, deelnemersinstructie, beoordelingsmodel en scorings- en normeringsvoorschriften; Beoordelen of alles voldoet aan gestelde eisen in ‘Controlelijst kwaliteit; Aanbieden beoordelingsinstrument aan toetsconstructeurs ter verbetering.


In plaats van het zelf beoordelen van het beoordelingsinstrument kan de vaststellingscommissie ervoor kiezen deze taak te delegeren aan één of meerdere adviseurs. De adviseurs mogen geen aandeel hebben geleverd in de toetsontwikkeling. De competenties van deze adviseurs dienen gelijkwaardig te zijn aan die van de leden van de vaststellingscommissie. Indien het beoordelingsinstrument volgens de adviseurs voldoet aan de gestelde eisen, zoals geformuleerd in ‘Controlelijst kwaliteit’, geven zij een positief advies aan de vaststellingscommissie. Vaststellen beoordelingsinstrument; Het beoordelingsinstrument moet minimaal 10 werkdagen voor de toetsafname worden vastgesteld. Archiveren beoordelingsinstrument; Versiebeheer.

Hulpmiddelen – Examenplan – Controlelijst kwaliteit



2.9. Inkopen van beoordelingsinstrumenten Sub-examencommissie 1. Contract sluiten met examenleverancier

Examenbureau 2. Ontvangen van beoordelingsinstrument van examenleverancier

Sub-examencommissie 3. Opdracht geven tot het beoordelen van ingekocht examenplan, toetsmatrijs en beoordelingsinstrumenten

Vaststellingscommissie 4. Beoordelen en vaststellen van ingekochte beoordelingsinstrumenten





Inkopen van beoordelingsinstrumenten Act. Nr. 1.

2.

3. 4. 5.

Wie Activiteit Sub-examencommissie Sluiten van een contract met examenleverancier over te leveren beoordelingsinstrumenten. De inkoop kan complete beoordelingsinstrumenten betreffen, inclusief beoordeling dan wel exclusief beoordeling. Het kan ook inkoop van alleen toetsitems omvatten. (hulpmiddel: Overzicht aandachtspunten inkoop van beoordelingsinstrumenten). Examenbureau Ontvangen van beoordelingsinstrumenten en eventueel examenplannen van de examenleverancier. Bij door de Inspectie goedgekeurde complete beoordelingsinstrumenten, voorzien van deelnemersinstructie, verplicht op te volgen beoordelingsmodel, normeringsvoorschrift (inclusief cesuur) de onderwijsinstelling is verantwoordelijk of kwaliteit van de examens aan de standaarden van de Inspectie voldoet. Het examenbureau legt de beoordelingsintrumenten ter beoordeling voor aan de sub-examencommissie. Sub-examencommissie Opdracht geven tot het beoordelen van ingekochte beoordelingsinstrumenten. Vaststellingscommissie Bekijken beoordelingsinstrument(items), deelnemersinstructie, beoordelingsmodel en scorings- en normeringsvoorschriften; Beoordelen of alles voldoet aan gestelde eisen, zoals geformuleerd in ‘Controlelijst beoordelingsinstrument kwaliteit schriftelijke beoordelingsinstrumenten’ en/of ‘Controlelijst beoordelingsinstrumentkwaliteit bpv-beoordeling’; Vaststellen beoordelingsinstrument. Examenbureau Archiveren vastgestelde beoordelingsinstrument; Versiebeheer.

Hulpmiddelen – Overzicht aandachtspunten inkoop van beoordelingsinstrumenten – Deelkwalificatie- en toetsmatrijzen – Controlelijst toetsmatrijs schriftelijke beoordelingsinstrumenten – Controlelijst kwaliteit schriftelijke beoordelingsinstrumenten – Controlelijst kwaliteit bpv-beoordeling



2. Bijlagen hoofdstuk 2



B2.1. Controlelijst examenplan eindtermen Deelkwalificatie Opleiding

Controlelijst examenplan Worden naam en crebocode en cohort van deelkwalificatie en opleiding vermeld? Worden de leerweg(en) van de opleiding genoemd? Worden alle beoordelingsinstrumenten met naam of nummer vermeld? Is de weging opgenomen in het examenplan? Komt de inhoud van het examenplan overeen met de informatie zoals opgenomen in de OER/studiehandleiding? Is 100% van de eindtermen van de deelkwalificatie in het examenplan opgenomen? Zijn alle eindtermen inclusief taxonomiecode goed overgenomen uit het eindtermendocument? Is tenminste 75% van de eindtermen van de deelkwalificatie gekoppeld aan een beoordelingsinstrument? Is de toewijzing aan de bpv van de geselecteerde eindtermen realistisch? Past de examenvorm bij de taxonomiecode?

cohort crebo-code

Ja Nee Opmerkingen

1

Het lid van de sub-examencommissie geeft namens de sub-examencommissie een akkoord door middel van het invullen van het onderstaande: Naam: Datum:

Handtekening:

1 Binnen kaders van de Inspectie standaard 4.



B2.2. Controlelijst Examenplan CGO Kerntaak Kwalificatie Uitstroomdifferentiatie Controlelijst examenplan CGO Worden naam en crebonummer en cohort van kwalificatie en/of de uitstroomdifferentiatie vermeld? Worden de leerweg(en) van de opleiding genoemd? Worden alle beoordelingsinstrumenten met naam of nummer vermeld? Is de weging opgenomen in het examenplan? Komt de inhoud van het examenplan overeen met de informatie zoals opgenomen in de OER/studiehandleiding? Is 100% van de werkprocessen gekoppeld aan een beoordelingsinstrument? Zijn alle competenties goed overgenomen uit het kwalificatiedossier? Is 100% van de prestatie-indicatoren van de kerntaak gekoppeld aan een beoordelingsinstrument? Worden in de beoordelingscriteria kennisaspecten, vaardigheden en houdingsaspecten benoemd? Zijn alle werkprocessen opgenomen in het examenplan? Is 100% van de werkprocessen en de competenties gekoppeld aan een beoordelingsinstrument? Past de toetsvorm bij de prestatie-indicatoren ? Past de toetsvorm bij de kerntaak? Past de toetsvorm bij de competenties? Past de toetsvorm bij de uitstroomeisen van de kerntaak? Zijn alle vereisten, die gelden naast het kwalificatiedossier, verwerkt in het examenplan (Taal niveau 4, Rekenen, MVT en Brondocument)?

cohort crebonummer

Ja

Nee

Opmerkingen

Het lid van de sub-examencommissie geeft namens de sub-examencommissie een akkoord door middel van het invullen van het onderstaande: Naam: Datum:

Handtekening:



B2.3. Controlelijst verantwoordingsdocument Beoordelingsinstrument Code Opleiding Uitstroomdifferentiatie

Controlelijst verantwoordingsdocument Worden naam en crebonummer en cohort van de opleiding vermeld? Word(en) de leerweg(en) van de opleiding genoemd? Worden de naam en het nummer van het beoordelingsinstrument genoemd? Corresponderen de kerntaken, werkprocessen en competenties met die in het examenplan? Zijn alle, volgens het examenplan aan het beoordelingsinstrument gekoppelde kerntaken, werkprocessen en competenties gekoppeld aan onderdelen/items? Past elk onderdeel/item van het beoordelingsinstrument bij het niveau van de kwalificatie/uitstroomeisen? Worden alle onderdelen/items voorzien van beoordelingscriteria? Zijn de beoordelingscriteria voorzien van een scorevoorschrift? Is er een (voorlopige) cesuur opgenomen in het beoordelingsmodel? Is de cesuur zodanig dat voor de gedekte kerntaken, werkprocessen en competenties voldoende is behaald? Is er borging dat de deelnemer individueel wordt beoordeeld?

cohort crebonummer

Ja Nee Opmerkingen



B2.4. Controlelijst kwaliteit schriftelijke toets Kwalificatie, leerweg(en) Deelkwalificatie of Kerntaak Cohort Naam en code Toetsversie

Volledigheid Is de toetsmatrijs aanwezig? Worden opleiding, leerweg(en) en deelkwalificatie genoemd? Worden toetsnaam en nummer genoemd? Is duidelijk welke hulpmiddelen zijn toegestaan? Zijn de toetsvragen/opdrachten aanwezig? Is de instructie voor deelnemers aanwezig? Is het beoordelingsmodel aanwezig? Zijn het scoringsvoorschrift en de cesuur aanwezig? Zijn alle vragen genummerd? Zijn alle punten eenduidig toegekend? Zijn de toetsbladen genummerd? Is het voor de deelnemer duidelijk waar de toets eindigt?

Ja Nee Nog toevoegen

Validiteit (de TOETS dekt de inhoud en het niveau van de eindtermen of kerntaak en competenties adequaat af) Zijn de toetsvragen/-opdrachten afgestemd op de inhoud van de beoogde eindtermen of beoordelingscriteria? Sluiten de toetsvragen/-opdrachten aan bij het vereiste taxonomieniveau of niveau van de kwalificatie?

Ja Nee Opmerkingen

Betrouwbaarheid (de beoordeling levert zoveel mogelijk ‘ware’ informatie op, met zo min mogelijk meetfouten) Algemeen Zijn de vragen/opdrachten maar op één manier te interpreteren? Is de toets voorzien van objectieve beoordelingscriteria? Is de toets voorzien van duidelijke scoringsvoorschriften? Is de toets voorzien van een duidelijke normering, waaronder cesuur?

Ja Nee Opmerkingen



Toets met meerkeuzevragen Voldoende betrouwbaarheid van de meerkeuzevragen: – bevat het item een vraag, opdracht of uitspraak? – staat alle benodigde informatie in de vraag? – wordt er geen mening van de deelnemer gevraagd? – is er maar één antwoord goed? – sluit elk antwoord logisch aan op de vraag? – zijn antwoorden alfabetisch of numeriek geordend? – kan het toetsitem niet geraden worden door een leek? – zijn de antwoorden zo kort mogelijk? – zijn de antwoorden gebaseerd op vaak gemaakte fouten? – zijn er geen antwoorden met ‘alleen’, ’nooit’ en ‘altijd’? – zijn de antwoorden even lang en even moeilijk? – springen antwoorden er niet uit door bijvoorbeeld lengte? – kunnen de antwoorden afzonderlijk begrepen worden? – wordt er niet hetzelfde gezegd in antwoorden? – spreken antwoorden elkaar niet tegen? Toets met open vragen Voldoende betrouwbaarheid van open vragen: – is de vraag zo specifiek mogelijk gesteld? – zijn de vragen duidelijk? – is aangegeven hoe lang het antwoord mag zijn? – is aangegeven hoeveel redenen gegeven moeten worden?

Ja Nee Opmerkingen

Transparantie (de toets is overzichtelijk en toegankelijk voor deelnemers) Is de toets voorzien van een toetsvoorbladen heldere aanwijzingen voor de deelnemer? Is de toets overzichtelijk van opzet (lay-out)? Is de toets helder wat betreft taalgebruik (passend bij doelgroep)? Geeft de toets voldoende informatie over de te behalen scores?

Ja Nee Opmerkingen

Het lid van de vaststellingscommissie geeft namens de vaststellingscommissie een akkoord d.m.v. het invullen van het onderstaande: Naam: Datum:

Handtekening:



B2.5. Controlelijst kwaliteit Praktijkexamen (BPV) Kwalificatie, leerweg(en) Deelkwalificatie of Kerntaak Naam en code Cohort

Volledigheid Is het verantwoordingsdocument aanwezig? Worden opleiding, leerweg(en) en deelkwalificatie of kerntaak genoemd? Worden naam en code genoemd? Is de opdracht aanwezig? Is de instructie voor deelnemers aanwezig? Is de instructie voor beoordelaars aanwezig? Zijn de beoordelingscriteria aanwezig? Zijn het scoringsvoorschrift en de cesuur aanwezig? Is het beoordelingsformulier (schriftelijke verantwoording resultaat van de beoordeling, ter invulling door beoordelaar) aanwezig? Is aangegeven welke rol het leerbedrijf heeft bij de beoordeling? Is aangegeven welke rol het roc heeft bij de beoordeling? Is aangegeven welke functionarissen van het roc invulling geven aan deze rol en op welke wijze?


Validiteit (HET BEOORDELINGSINSTRUMENT dekt de inhoud en het niveau van de eindtermen of de kerntaak en competenties adequaat af) Vormt de opdracht een goede afspiegeling van de beoogde eindtermen of beoordelingscriteria? Sluit de opdracht aan bij het vereiste taxonomieniveau of niveau van de kwalificatie?

Ja Nee Opmerkingen

Betrouwbaarheid (wijze van beoordelen levert zoveel mogelijk ‘ware’ informatie op) Bevat het instrument elementen als: meer beoordelingsmomenten, meer werksettings, meer beoordelaars (waaronder deelnemer zelf)? Is het instrument voorzien van objectieve en eenduidige beoordelingscriteria? Is het instrument voorzien van een heldere instructie aan beoordelaars? Is het instrument voorzien van duidelijke scoringsvoorschriften? Is het instrument voorzien van een duidelijke normering en cesuur? Is in de instructie aan de beoordelaars opgenomen op welke wijze de beoordelaar de beoordeling van de deelnemer schriftelijk verantwoordt en onderbouwt? Wordt in de beoordeling gezorgd voor een individuele beoordeling van de deelnemer?

Ja Nee Opmerkingen



Efficiëntie (wijze van beoordelen verschaft relevante Ja Nee Opmerkingen informatie in zo kort mogelijke tijd) Is de bpv-beoordeling eenvoudig en overzichtelijk opgezet, met overzichtelijke scorings- en wegingsmethoden? Is de meest efficiënte oplossing gekozen (of kan de beoordeling goedkoper, eenvoudiger of inzichtelijker, zonder dat de kwaliteit in het geding komt)? Transparantie (deelnemer is geïnformeerd over de wijze van beoordelen) Zijn opdracht en instructie voor deelnemers inzichtelijk wat betreft de procedures en de wijze van beoordelen? Is de informatie over procedures en wijze van beoordelen coherent met info in OER/studiehandleiding en Onderwijsovereenkomst? Zijn opdracht en instructie voor deelnemers helder wat betreft taalgebruik (afgestemd op de doelgroep) en lay-out? Wordt de beoordeling inzichtelijk gemaakt en samen met de deelnemer geëvalueerd?

Ja Nee Opmerkingen

Het lid van de vaststellingscommissie geeft namens de vaststellingscommissie een akkoord door middel van het invullen van het onderstaande: Naam: Datum:

Handtekening:



B2.6. Controlelijst kwaliteit Kwalificerend Portfolio Kwalificatie, leerweg(en) Deelkwalificatie of Kerntaak Naam en code Cohort

Volledigheid Is het verantwoordingsdocument aanwezig? Worden opleiding, leerweg(en) en deelkwalificatie of kerntaak genoemd? Worden naam en code genoemd? Is de instructie voor deelnemers aanwezig? Is de instructie voor beoordelaars aanwezig? Is aangegeven welke competenties en welke werkprocessen worden beoordeeld? Zijn de beoordelingscriteria aanwezig? Zijn het scoringsvoorschrift en de cesuur aanwezig? Is het beoordelingsformulier (schriftelijke verantwoording resultaat van de beoordeling, ter invulling door beoordelaar) aanwezig? Is aangegeven welke rol het leerbedrijf heeft bij de beoordeling? Is aangegeven welke rol het roc heeft bij de beoordeling? Is aangegeven welke functionarissen van het roc invulling geven aan deze rol en op welke wijze?


Validiteit (HET BEOORDELINGSINSTRUMENT dekt de inhoud en het niveau van de kerntaak en competenties adequaat af) Vormt het portfolio een goede afspiegeling van de beoogde beoordelingscriteria? Worden in het beoordelingsinstrument kennisaspecten beoordeeld? Worden in het beoordelingsinstrument vaardigheden beoordeeld? Worden in het beoordelingsinstrument houdingsaspecten beoordeeld? Sluit het portfolio aan bij het niveau van de kwalificatie?

Ja Nee Opmerkingen

Betrouwbaarheid (wijze van beoordelen levert zoveel mogelijk ‘ware’ informatie op) Bevat het portfolio elementen als: meer beoordelingsmomenten, meer werksettings, meer beoordelaars (waaronder deelnemer zelf)? Is een scheiding opgenomen tussen begeleider en beoordelaar/assessor? Is opgenomen aan welke competenties de functionarissen die bij de portfolio/beoordeling zijn betrokken moeten voldoen? Is het portfolio voorzien van objectieve en eenduidige beoordelingscriteria? Is het portfolio voorzien van een heldere instructie aan beoordelaars? Is het portfolio voorzien van een duidelijke normering en cesuur?

Ja Nee Opmerkingen



Betrouwbaarheid (wijze van beoordelen levert zoveel Ja Nee Opmerkingen mogelijk ‘ware’ informatie op) Is in de instructie aan de beoordelaars opgenomen op welke wijze de beoordelaar de beoordeling van de deelnemer schriftelijk verantwoordt en onderbouwt? Wordt in de beoordeling gezorgd voor een individuele beoordeling van de deelnemer? Efficiëntie (wijze van beoordelen verschaft relevante informatie in zo kort mogelijke tijd) Is beoordeling eenvoudig en overzichtelijk opgezet, met overzichtelijke scorings- en wegingsmethoden? Is de meest efficiënte oplossing gekozen (of kan de beoordeling goedkoper, eenvoudiger of inzichtelijker, zonder dat de kwaliteit in het geding komt)?

Ja Nee Opmerkingen

Transparantie (deelnemer is geïnformeerd over de wijze van beoordelen) Zijn het portfolio en instructie voor deelnemers inzichtelijk wat betreft de procedures en de wijze van beoordelen? Is de informatie over procedures en wijze van beoordelen coherent met info in OER/studiehandleiding en Onderwijsovereenkomst? Zijn het portfolio en instructie voor deelnemers helder wat betreft taalgebruik (afgestemd op de doelgroep) en lay-out? Wordt de beoordeling inzichtelijk gemaakt en samen met de deelnemer geëvalueerd? Is de deelnemer in staat zelf relevante bewijsstukken aan te leveren voor de beoordeling?

Ja Nee Opmerkingen

Kwaliteitscriteria portfolio-assessment Authenticiteit: Zijn eisen met betrekking tot authenticiteit van de bewijsstukken nader uitgewerkt? (Bewijsstuk is accurate weergave van de ervaring en deskundigheid van de betreffende deelnemer, anders gezegd: is dit echt door de deelnemer gedaan en niet door een ander?) Relevantie Zijn eisen met betrekking tot relevantie van de bewijsstukken nader uitgewerkt? (de mate waarin het bewijsmateriaal inzicht geeft in de competentie die nodig is in de beroepssituatie) Actualiteit Zijn eisen met betrekking tot. de actualiteit nader uitgewerkt? (Tijd die verstreken is tussen de ervaring met de bedoelde competenties en het heden)

Ja Nee Opmerkingen



Kwaliteitscriteria portfolio-assessment Kwantiteit Zijn eisen met betrekking tot kwantiteit nader uitgewerkt? (omvang van de ervaring in maanden/jaren en in de intensiteit daarvan, dagelijks, wekelijks, driemaandelijks) Variatie in contexten Zijn eisen met betrekking tot variatie in contexten nader uitgewerkt? (Verschillende situaties waarin ervaring is opgedaan, hetgeen iets kan zeggen over de mogelijke transfer van kennis, vaardigheden en attitudes naar nieuwe of andere situaties)

Ja Nee Opmerkingen


Handtekening:



B2.7. Controlelijst kwaliteit Proeve van Bekwaamheid Kwalificatie, leerweg(en) Deelkwalificatie of Kerntaak Naam en code Cohort

Volledigheid Is het verantwoordingsdocument aanwezig? Worden opleiding, leerweg(en) en deelkwalificatie of kerntaakgenoemd? Worden naam en code genoemd? Is de opdracht aanwezig? Is de instructie voor deelnemers aanwezig? Is de instructie voor beoordelaars aanwezig? Is aangegeven welke competenties en werkprocessen worden beoordeeld? Zijn de beoordelingscriteria aanwezig? Zijn het scoringsvoorschrift en de cesuur aanwezig? Is het beoordelingsformulier (schriftelijke verantwoording resultaat van de beoordeling, ter invulling door beoordelaar) aanwezig? Is aangegeven welke rol het leerbedrijf heeft bij de beoordeling? Is aangegeven welke rol het roc heeft bij de beoordeling? Is aangegeven welke functionarissen van het roc invulling geven aan deze rol en op welke wijze?


Validiteit (HET BEOORDELINGSINSTRUMENT dekt de inhoud en het niveau van de kerntaak en competenties adequaat af) Vormt de opdracht een goede afspiegeling van de beoogde eindtermen of beoordelingscriteria? Worden in het beoordelingsinstrument kennisaspecten beoordeeld? Worden in het beoordelingsinstrument vaardigheden beoordeeld? Worden in het beoordelingsinstrument houdingsaspecten beoordeeld? Sluit de toetsopdracht aan bij het vereiste taxonomieniveau of niveau van de kwalificatie?

Ja Nee

Betrouwbaarheid (wijze van beoordelen levert zoveel mogelijk ‘ware’ informatie op) Bevat de proeve elementen als: meer beoordelingsmomenten, meer werksettings, meer beoordelaars (waaronder deelnemer zelf)? Is de proeve voorzien van objectieve en eenduidige beoordelingscriteria? Is de proeve voorzien van een heldere instructie aan beoordelaars? Is de proeve voorzien van duidelijke scoringsvoorschriften?

Ja Nee Opmerkingen

Opmerkingen



Betrouwbaarheid (wijze van beoordelen levert zoveel Ja Nee Opmerkingen mogelijk ‘ware’ informatie op) Is de proeve voorzien van een duidelijke normering en cesuur? Is in de instructie aan de beoordelaars opgenomen op welke wijze de beoordelaar de beoordeling van de deelnemer schriftelijk verantwoordt en onderbouwt? Wordt in de beoordeling gezorgd voor een individuele beoordeling van de deelnemer? Efficiëntie (wijze van beoordelen verschaft relevante Ja Nee Opmerkingen informatie in zo kort mogelijke tijd) Is de proeve eenvoudig en overzichtelijk opgezet, met overzichtelijke scorings- en wegingsmethoden? Is de meest efficiënte oplossing gekozen (of kan de beoordeling goedkoper, eenvoudiger of inzichtelijker, zonder dat de kwaliteit in het geding komt)? Transparantie (deelnemer is geïnformeerd over de wijze van beoordelen) Zijn opdracht en instructie voor deelnemers inzichtelijk wat betreft de procedures en de wijze van beoordelen? Is de informatie over procedures en wijze van beoordelen coherent met info in OER/studiehandleiding en Onderwijsovereenkomst? Zijn opdracht en instructie voor deelnemers helder wat betreft taalgebruik (afgestemd op de doelgroep) en lay-out? Wordt de beoordeling inzichtelijk gemaakt en samen met de deelnemer geëvalueerd?

Ja Nee Opmerkingen


Handtekening:



B2.8. Overzicht aandachtspunten inkoop van beoordelingsinstrumenten Producten leverancier van examenproducten en -diensten Welke producten worden door de leverancier geleverd: Alleen toetsitems (meerkeuze-/ open vragen waaruit meerdere toetsen zijn samen te stellen); Volledige beoordelingsinstrumenten (meerkeuze-/ open vragen); Volledige beoordelingsinstrumenten inclusief/exclusief verplicht op te volgen beoordelingsinstructie; Praktijkopdrachten; Bpv-beoordelingsinstrumenten; Etcetera. Reikwijdte van de leveranties Voor welke opleidingen kan de leverancier producten leveren? Welke kwalificaties of uitstroomdifferentiaties? Welke deelkwalificaties of kwalificaties en/of kerntaken ? Welke onderdelen van deelkwalificaties? Hoeveel versies van de toetsen zijn beschikbaar (in verband met flexibele toetsmomenten, herkansingen e.d.). Beschikbaarheid van examenplannen en toetsmatrijzen Worden bijbehorende examenplannen en toetsmatrijzen meegeleverd (zodat de onderwijsinstelling kan beoordelen of de keuzes die de leverancier heeft gemaakt in de examenplannen en toetsmatrijzen passen bij de eisen van de onderwijsinstelling)? Aanlevering aan onderwijsinstelling Volgens welke procedure worden de producten aan de onderwijsinstelling geleverd? Past dit bij de werkwijze van de onderwijsinstelling? Aanspreekpunt bij problemen Op welke wijze is contact mogelijk indien er problemen zijn (zowel inhoudelijke problemen met kwaliteit van de beoordelingsinstrumenten als proces van aanlevering)? Inzien van gemaakte beoordelingsinstrumenten Kunnen deelnemers hun gemaakte werk inzien? Zo nee, op welke andere manier kunnen deelnemers inzicht krijgen in de wijze waarop de beoordeling tot stand is gekomen? Financiën Wat is het tarief en op welke wijze worden de kosten berekend? Evaluatie Welke ingangs- en einddatum worden in het contract gehanteerd? Welke afspraken zijn er over (tussentijdse) evaluatie van het contract? Verwerken van de bevindingen van de onderwijsinstelling In hoeverre is de examenleverancier bereid en in staat om de beoordelingsinstrumenten bij te stellen naar aanleiding van de bevindingen van de instelling ten aanzien van de kwaliteit?



Goedkeuring door de Inspectie voor het Onderwijs Is de leverancier door de Inspectie goedgekeurd? (Indien dit niet het geval is betekent dit dat alle ingekochte beoordelingsinstrumenten vooraf gaand aan afname moeten worden vastgesteld in de vaststellingscommissies.) Heeft de leverancier een voorlopige goedkeuring verkregen? Welke producten betreft dit? De andere producten moeten worden vastgesteld in de vaststellingscommissie. Indien de examenleverancier is voorzien van een goedkeurende verklaring van de Inspectie; waarop is de goedkeuring van toepassing? Op volledige beoordelingsinstrumenten plus beoordelingsmodellen, normeringvoorschriften en vastgestelde cesuur? Of op onderdelen hiervan? Indien de normeringvoorschriften en cesuur de verantwoordelijkheid van het roc blijven, zullen vaststellingscommissies op deze terreinen actief moeten blijven.


Bijlage 8 - PAGINA 66

B2.9. Controlelijst toetsbundel voor competentiegerichte examens Naam onderwijsinstelling*:

Brinnummer*:

Naam exameneenheid/locatie/afdeling*:

Naam contactpersoon*:

Kwalificatie (CREBO)*:

Uitstroomdifferentiatie (CREBO)*:

Naam toetsbundel*: Geef aan welke versie van het kwalificatiedossier (maand- jaar) gebruikt is*: Ontwikkeld in consortium*: ja/nee Zo ja, naam consortium: * =altijd invullen Documenten c.q. producten aanwezig

Ja

Nee Naam van het document dat de informatie bevat.

Een document waaruit het toegepaste examenmodel blijkt.

Een overzicht waarin de verdeling van de competenties en kerntaken over de toets(en) is weergegeven.

Een overzicht waarin PER TOETS / EXAMENVORM de relatie tussen de competenties/kerntaken en de toets opdrachten gedetailleerd is weergegeven.

Een document waaruit de weging van de verschillende toetsen binnen de uitstroomdifferentiatie blijkt.

Een instructie over de afnamecondities.

Een deelnemerinstructie waaruit blijkt wat de kandidaat kan verwachten, welke hulpmiddelen gebruikt mogen worden, waarop beoordeeld wordt en hoe het oordeel tot stand komt.

Per toets, portfolio, praktijkopdracht, panelgesprek, proeve van bekwaamheid, assessment dient 1 deelnemerversie aanwezig te zijn. Check tevens of het nummer van de uitstroomdifferentiatie in het (de) document(en) is vermeld.

Per toets dient een antwoorden/of beoordelingsmodel en/of observatielijst en scoringslijst aanwezig te zijn. Check tevens of het nummer van de uitstroomdifferentiatie in het (de) document(en) is vermeld.

Een document waaruit de normering en de cesuur blijkt.

Een instructie voor de beoordelaar.



B2.10. Controlelijst toetsbundel voor eindtermgerichte examens Naam onderwijsinstelling*:

Brinnummer*:

Naam exameneenheid/locatie/afdeling*:

Naam contactpersoon*:

Kwalificatie (CREBO)*:

Uitstroomdifferentiatie (CREBO)*:

Naam toetsbundel*:

Geef aan welke versie van het eindtermendocument (maand-jaar/KS2000+/Groene Standaard) gebruikt is*::

Ontwikkeld in consortium*: ja/nee Zo ja, naam consortium: * =altijd invullen Documenten c.q. producten aanwezig Een overzicht waarin de verdeling van de eindterm(en) over de toets(en) is weergegeven.

Ja

Nee Naam van het document dat de informatie bevat.

Een verantwoording van eindtermen die niet getoetst worden.

Een overzicht waarin PER TOETS/EXAMENVORM de relatie tussen de eindtermen en de toetsopdrachten gedetailleerd is weergegeven.

Een document waaruit de weging van de verschillende toetsen binnen de deelkwalificatie blijkt.

Een instructie over de afnamecondities zoals inrichting examenruimte, toegestane hulpmiddelen en dergelijke.

Per toets dient 1 deelnemersversie aanwezig te zijn. Check tevens of crebonummer van de deelkwalificatie in het (de) document(en) is vermeld. Een instructie voor de beoordelaar.

Per toets dient een antwoorden/of beoordelingsmodel en/of observatielijst en scoringslijst aanwezig te zijn. Check tevens of crebonummer van de deelkwalificatie in het (de) document(en) is vermeld. Een document waaruit de normering en de cesuur blijkt.



Hoofdstuk 3: Afname, beoordeling en archivering van beoordelingsinstrumenten



3.1. Examenvoorlichting OER Handboek Examinering Studiehandleiding

Handboek Examinering Studiehandleiding Examenrooster

Examenvoorlichters 1. Voorlichting geven over examens (globaal)

Examenvoorlichters 2. Voorlichting geven over examinering (specifiek)

actor plus uit te voeren activiteiten gegevens/informatie einde van een proces

Examenvoorlichting Act. Nr.

Wie Activiteit

1. 2.

Examenvoorlichters Examenvoorlichters

Voorlichting geven aan deelnemers over de inhoud en de inrichting van de examinering. De deelnemer kan zich hierdoor tijdig een goed beeld vormen over de inhoud en inrichting van het examen. Voorlichting geven aan deelnemers over regels tijdens de eerst komende examenperiode.

Hulpmiddelen: – OER – Handboek Examinering – Studiehandleiding



3.2. Plannen, bekendmaken examen en oproepen groepen deelnemers voor toetsen Met name bij kennis- of vaardigheidsgerichte toetsen zal het voorkomen dat deze op vastgestelde tijdstippen worden aangeboden aan groepen deelnemers die in hetzelfde cohort een gestandaardiseerd deel van een opleiding volgen. Omdat deze examenonderdelen samenhangen met een standaard-curriculum, zal de inplanning van de toetsmomenten in de regel aan het begin van een cursusjaar plaatsvinden en aan de deelnemers bekend gemaakt worden. Het specifieke rooster (dag, uur, plaats) zal pas relatief kort voor afname bekend kunnen zijn, waarbij twee weken de norm zijn. Aangezien de toets rechtstreeks samenhangt met een door het gehele cohort gevolgd curriculum, is elke deelnemer van de betreffende opleiding voor het betreffende cohort automatisch ingeschreven voor de eerste aanbieding van de toetsen.

Opleidingsteams

Conceptplanning

1. Plannen Examenmomenten

Sub-examencommissie

OER/ studiehandleiding

Vastgestelde examenplanning

2. Vaststellen examenplanning

Examenplanning akkoord?

NEE

JA Examenbureau 3. Opstellen examenrooster

Examenrooster

Examenvoorlichter 4. Geven van voorlichting over tijdstip en de procedure van examinering




Plannen, bekendmaken, examen en oproepen groepen deelnemers Act. Nr.

Wie Activiteit

1.

Opleidingsteams

2. 3.

Sub-examencommissie Examenbureau

4.

Examenvoorlichter

Bepalen van elk beoordelingsinstrument wanneer of in welke periode dit wordt afgenomen; Plannen wanneer examenonderdelen worden afgenomen en wie deelnemen aan de examenonderdelen; Plannen in welke periode individueel afgenomen examenonderdelen in ieder geval moeten plaatsvinden. Bestuderen van de examenplanning; Vaststellen van de examenplanning. Maken van een examenrooster voor toetsen op roc (welk bexamenonderdeel, tijdstip, tijdsduur, lokaal, surveillant). Bekendmaken examenrooster aan opleidingsteam en examenvoorlichters. Oproepen van deelnemers voor de eerste examengelegenheid door het persoonlijk overhandigen van het examenrooster aan de deelnemers. Ophangen van het examenrooster op het mededelingenbord. Voorlichten van de deelnemers over de procedures rondom examinering (de oproep, de afname, de legitimatieplicht, de beoordeling, vaststelling van het resultaat en de regeling Klacht en beroep). Deelnemers, die verhinderd zijn, moeten zich schriftelijk afmelden bij de sub-examencommissie (zie Voorbeeldbrief afmelding eerste examengelegenheid).

Hulpmiddelen: – Voorbeeldbrief Afmelding eerste examengelegenheid



3.3. Plannen, bekendmaken EXAMEN en oproepen deelnemers herkansing Examenbureau 1. Inschrijven deelnemers voor herkansing van een examenonderdeel

Examenbureau 2. Vaststellen aantal deelnemers voor herkansing van het examenonderdeel

Overzichtslijst deelnemers aan de herkansing

Examenbureau 3. Oproepen van deelnemers aan de herkansing van het examenonderdeel




Plannen, bekendmaken examen en oproepen deelnemers herkansing Act. Nr.

Wie Activiteit

1.

Examenbureau

2.

Examenbureau

3.

Examenbureau

Verzamelen inschrijvingen en afmeldingen. Inschrijven deelnemers voor de herkansing van een examenonderdeel. Vaststellen deelnemers aan de herkansing; Maken deelnemerslijst voor herkansing. Oproepen van deelnemers voor de herkansing. Meedelen dat deelnemers zich moeten kunnen legitimeren tijdens de afname. Bekendmaken van het herkansingsexamenrooster via mededelingenbord aan de deelnemers, opleidingsteams en surveillanten.



3.4. Inschrijven en oproepen deelnemers voor individuele EXAMENONDERDELEN Vooral, maar niet uitsluitend, in competentiegerichte opleidingen zal het voorkomen dat een deelnemer niet op vooraf ingeplande momenten geëxamineerd wordt, maar op het moment dat hij “er aan toe” is, afhankelijk van het bereikte competentieniveau en/of voorwaardelijk gestelde activiteiten. In dat geval kan een deelnemer zich slechts (laten) inschrijven zodra hij aangetoond heeft aan de voorwaarden te voldoen. Overigens betekent dit niet automatisch dat een deelnemer individueel geëxamineerd wordt, dit kan ook groepsgewijs. Docent/praktijkopleider 1. Bijhouden van administratie ten aanzien van voorwaarden voor deelname aan examen

Docent/praktijkopleider 2. Bepalen of de deelnemer aan de voorwaarden voldoet

Docent/praktijkopleider

NEE Akkoord?

3. Overleg met deelnemer over aanvullende of alternatieve activiteiten

JA Docent/praktijkopleider 4. Met de deelnemer tijd en plaats afspreken voor het examen




Inschrijven en oproepen deelnemers voor individuele examenonderdelen2

2

Act. Nr.

Wie Activiteit

1.

docent, praktijkopleider en/of studieloopbaanbegeleider

2. 3. 4.

docent, praktijkopleider en/of studieloopbaanbegeleider docent, praktijkopleider en/of studieloopbaanbegeleider docent, praktijkopleider en/of studieloopbaanbegeleider

Deelnemer informeren over de voorwaarden waaraan hij/zij moet voldoen voor deelname aan examens. Bijhouden of de deelnemer voldoet aan de voorwaarden voor deelname aan examens. Bepalen of de deelnemer aan de voorwaarden voldoet (eventueel voorafgegaan door een zelfbeoordeling door de deelnemer). Overleggen over aanvullende of alternatieve activiteiten/voorwaarden. Met de deelnemer tijd en plaats afspreken van het examen. Meedelen dat de deelnemer zich moet kunnen legitimeren tijdens de beoordelingsinstrumentafname. Bewaken dat de deelnemer deze afspraak op schrift heeft.

Bij individuele examenonderdelen gaat het erom dat het tijdstip van het examenonderdeel door individuele deelnemer en beoordelaar wordt bepaald. Bijvoorbeeld examenvormen als praktijkexamens, computer-based toetsen, mondelingen en dergelijke.



3.5. Afnemen van een schriftelijke toets Overzichtslijst examendeelnemers

Examenbureau 1. Gereedmaken van de toets en kopiëren en verspreiden van de toets

Toetsinstrument+ presentielijst deelnemers

Protocolformulier + Instructie surveillant

Surveillant 2. Afhalen toets bij examenbureau

Surveillant 3. Afnemen van toetsen

Toets + Ingevulde antwoordbladen Surveillant 4. Inleveren van de toets bij examenbureau

Ingevuld Protocolformulier

Ingevulde presentielijst

Examenbureau 5. Innemen van toetsen




Afnemen van schriftelijke toets Act. Nr.

Wie Activiteit

1.

Examenbureau

2.

Surveillant

3.

Surveillant

4. 5.

Surveillant Examenbureau

Klaarleggen van het juiste aantal toetsen (inclusief voorblad envelop examens); het protocolformulier afname examens, de instructie voor de surveillanten; Kopiëren en verspreiden van de toets. Afhalen van de toets bij het examenbureau; Tekenen voor ontvangst van de toetsen bij examenbureau. Controleren aanwezigheid en identiteit van deelnemers; Geven van instructie aan de deelnemers (o.a. regels); Invullen van het protocolformulier afname examens. Toezien op een ordelijk verloop van de afname; Innemen van alle toetsen en ingevulde antwoordbladen. Inleveren van toetsen, ingevulde antwoordbladen, ingevuld protocolformulier. Innemen van al het toetsmateriaal; Bewaren van toetsmateriaal op een veilige plek; Het verlenen van inzagerecht.

Hulpmiddelen – Voorblad envelop examens – Protocolformulier afname examens – Instructie voor surveillanten – Algemeen Deel Examenregeling m.b.t. afname van examens



3.6. Beoordelen van schriftelijke toetsen Examenbureau

Toetsinstrument, Toetswerk, Normeringsvoorschriften en Beoordelingsprotocol

1. Voorbereiding van de beoordeling

Beoordelaar 2. Beoordeling gemaakte toetsen

NEE

Aanpassing beoordeling nodig?

JA Beoordelaar 3. Doorgeven aanmerkingen aan vaststellingscommissie


Rapportage bijgestelde beoordeling

4. Beoordelen noodzaak bijstelling

Vaststellingscommissie 5. Vaststellen definitieve beoordeling

Beoordelaar 6. (bij bijgestelde beoordeling doorvoeren van correcties). Inleveren beoordeelde beoordelingsinstrumenten bij examen-bureau

Cijferlijst

Examenbureau 7. Innemen toets, beoordeeld toetswerk en cijferlijst

Toetsdocumenten




Beoordelen van schriftelijke toetsen Act. Nr.

Wie Activiteit

1.

Examenbureau

2.

Beoordelaar

3.

Beoordelaar

4.


5.


6.

Beoordelaar

7.

Examenbureau

Klaarleggen van de toets, het toetswerk, de scorings- en normeringsvoorschriften/beoordelingsprotocol3 en cesuur. Afhalen van de benodigdheden bij het examenbureau. Beoordelen van de toets aan de hand van scorings- en normeringsvoorschriften/beoordelingsprotocol en cesuur4. Tekenen voor ontvangst op het toetsvolgformulier. Indien de beoordelaar aanpassing van de beoordeling noodzakelijk vindt, geeft hij de aanmerkingen over de toets(onderdelen) door aan de vaststellingscommissie5. Bestuderen van de aanmerkingen van de beoordelaars; Beoordelen noodzaak bijstelling scorings- en normeringsvoorschriften/beoordelingsprotocol en cesuur. Indien bijstelling: - schrijven rapportage voor sub-examencommissie waarin de bijstelling verantwoord wordt. - zorgdragen dat de bijstellingen tevens worden verwerkt ten behoeve van eventueel toekomstig gebruik van de toets. Bepalen van definitieve scorings- en normeringsvoorschriften/beoordelingsprotocol en definitieve cesuur. Indien geen noodzaak tot bijstelling, zullen voorlopige beoordelingsprotocol en cesuur worden vastgesteld als definitieve scorings- en normeringsvoorschriften. Doorvoeren van eventuele correcties vanwege bijstellingsbeoordeling. Bepalen van de cijfers van de deelnemers. Maken van een cijferlijst. Binnen tien werkdagen na afname van het beoordelingsinstrument het gecorrigeerde werk met cijferlijst inleveren bij het examenbureau. Innemen van de toets, het gemaakte werk en de cijferlijst. - Bewaren van toetsmateriaal op een veilige plek. - Het verlenen van inzagerecht

Hulpmiddel: – Voorbeeld Evaluatieformulier beoordelingsinstrument voor beoordelaars 3

Bij schriftelijke toetsen als meerkeuze- en open vragen wordt gesproken over scorings- en normeringsvoorschriften, bij schriftelijke toetsen als verslagen, scripties of werkstukken wordt eerder gesproken over beoordelingsprotocollen.

Met inachtneming van artikel 3 van het deelnemersstatuut: Indien de omstandigheden waaronder een (deel)toetsinstrument wordt afgenomen, de leerling bij het maken van het toetsinstrument hebben belemmerd, wordt daartoe bij de beoordeling van dit toetsinstrument rekening gehouden.

4

5

Wanneer sprake is van ingekochte toetsen, inclusief inkoop van beoordelingsvoorschriften en cesuurbepaling, zullen de beoordelaars conform de afspraken van inkoop moeten handelen. Dit zou bijvoorbeeld kunnen betekenen dat bij deze procedure de stappen 4 en 5 overgeslagen worden.



3.7. Afnemen en beoordelen van portfolio De systematiek van het kwalificerend portfolio is gericht op het verzamelen van bewijs waarmee de deelnemer aantoont te voldoen aan de kerntaken, competenties en beheersingscriteria. Het aantal en de aard van de bewijsstukken kan van tevoren vastgelegd zijn. In dat geval zal in de regel voor elk bewijsstuk vastgelegd zijn aan welke criteria het moet voldoen en passeert het een beoordelaar voordat het wordt opgenomen in het portfolio. Het kan ook zijn dat het niet is vastgelegd wat de aard en het aantal bewijzen moet zijn, de begeleider van de deelnemer zal dan een voorlopige inschatting moeten maken of het bewijs relevant en dekkend is. Een combinatie van het bovenstaande is ook mogelijk. Zodra het portfolio compleet is, volgt het formele beoordelingsmoment door het portfolio voor te leggen aan een assessor. Deze toetst de bewijzen op onder andere authenticiteit, relevantie en niveau, vervat zijn bevindingen in een rapportage waarin hij zijn oordeel en een verantwoording daarvan geeft. Deelnemer

Kwalificerend Portfolio

1. Gereed maken kwalificerend portfolio

Examenbureau 2. Plannen van de beoordeling

Beoordelaars 3. Check op volledigheid portfolio

Akkoord?

NEE

JA Beoordelaars

Criterialijst

4. Check op basis van criteria

Akkoord?

NEE

JA assessor 5. Opstellen van bevindingen en voorlopige beoordeling

Rapport van bevindingen

Sub-examencommissie

actor plus uit te voeren activiteiten gegevens/informatie document/registratie

6. Vaststellen eindbeoordeling

Examenbureau 7. Innemen te archiveren materiaal

beslismoment akkoord/niet akkoord einde van een proces



Afnemen en beoordelen van portfolio Act. Nr.

Wie Activiteit

1.

Deelnemer

2.

Examenbureau

3. 4.

Begeleider Begeleider

5. 6. 7.

Assessor Sub-examencommissie Examenbureau

Gereedmaken van kwalificerend portfolio in overleg met coach/begeleider Plannen van het beoordelingsmoment van het kwalificerend portfolio Controle van het portfolio op de volledigheid Controle van het portfolio op basis van de kwaliteitseisen Assessor bestudeert bewijs, wint informatie in en schat het bewijs op waarde. De deelnemer licht de inhoud van het portfolio eventueel toe in een gesprek en/of een presentatie. Opstellen van rapport van bevindingen, waarin de relatie met de betreffende kerntaken en competenties uit het kwalificatiedossier wordt gelegd en het geven van een voorlopige beoordeling. Vaststellen van de eindbeoordeling Innemen van al het te archiveren materiaal. Bewaren van het materiaal op een veilige plek en het verlenen van inzagerecht.

Hulpmiddelen – Voorbeeld aandachtspunten kwalificerend portfolio



3.8. Afnemen en beoordelen van PRAKTIJKEXAMEN Opdracht deelnemer

Beoordelaar 1.Voorbereiden van de afname

Beoordelingsinstructie Beoordelaar 2. Beoordelen van de uitvoering opdracht door de deelnemer

Praktijkbegeleider BPV/ docent 3. Inleveren van bewijsstukken en het beoordelingsformulier bij examen-bureau

Ingevuld beoordelingsformulier + bewijsstukken

Examenbureau 4. Registreren en archiveren




Afnemen en beoordelen van praktijkexamen

6

Act. Nr.

Wie Activiteit

1.

Beoordelaar

2.

Observator Beoordelaar

3.

Praktijkbegeleider / BPV / docent

4.

Examenbureau

Voorbereiden ruimte waar wordt beoordeeld. Lezen opdracht en instructies voor beoordeling. Controleren of alle benodigde materiaal en hulpmiddelen aanwezig zijn. Controleren van de identiteit van de deelnemer. Beoordelen van de examendeelnemer conform de beoordelingsinstructie door de praktijkopleider. In het eindgesprek wordt door de praktijkbegeleider of bpv / docent de validiteit van de beoordeling vastgesteld in samenspraak met deelnemer en praktijkopleider. De eindbeoordeling wordt vastgesteld. Invullen en tekenen beoordelingsformulier door deelnemer, praktijkopleider en praktijkbegeleider. Inleveren beoordelingsformulier en de eventuele bewijsstukken6 bij het examenbureau. Evalueren beoordeling met examendeelnemer. Innemen beoordelingsformulier en bewijsstukken en registreren beoordelingsresultaat. Bewaren van beoordeling en bewijsstukken op een veilige plek. Het verlenen van inzagerecht.

De bewijsstukken kunnen bestaan uit protocollen, controlelijsten, verslagen en geluids- of beeldopnamen.



3.9. Afnemen en beoordelen van Competentieontwikkeling Beoordelaar

Beoordelingsinstrumentdeelnemer

1.Voorbereiden van de beoordeling

Beoordelingsinstructie

Beoordelaar 2. Beoordelen van de uitvoering opdracht door de deelnemer

Beoordelaar 3. Inleveren van bewijsstukken en het beoordelingsformulier bij examenbureaus






Afnemen en beoordelen van competentieontwikkeling Act. Nr.

Wie Activiteit

1.

Beoordelaar

2.

Beoordelaar

3.

Beoordelaar

4.

Examenbureau

Voorbereiden ruimte waar wordt beoordeeld. Lezen opdracht en instructies voor beoordeling. Instrueren acteurs en waarnemers. Controleren of alle benodigde materiaal en hulpmiddelen aanwezig zijn. Controleren van de identiteit van de deelnemer. Meerdere keren beoordelen van de examendeelnemer conform de beoordelingsinstructie. Vaststellen eindbeoordeling competentiemeting. Invullen en tekenen beoordelingsformulier door deelnemer en beoordelaars. Inleveren beoordelingsformulier en de eventuele bewijsstukken bij het examenbureau. Innemen beoordelingsformulier en bewijsstukken en registreren beoordelingsresultaat. Bewaren van materiaal op een veilige plek. Het verlenen van inzagerecht.



3.10. Afnemen en beoordelen van Proeve van Bekwaamheid Beoordelaar

Opdracht voor de Proeve van Bekwaamheid

1.Voorbereiden van de afname


Beoordelaar 2. Beoordelen van de uitvoering Proeve door de deelnemer







Afnemen en beoordelen van Proeve van Bekwaamheid

7

Act. Nr.

Wie Activiteit

1.

Beoordelaar

2.

Beoordelaar

3.

Beoordelaar

4.

Examenbureau

Voorbereiden ruimte waar wordt beoordeeld. Lezen opdracht voor de Proeve en instructies voor beoordeling. Controleren of alle benodigde materiaal en hulpmiddelen aanwezig zijn. Controleren van de identiteit van de deelnemer. Beoordelen van de examendeelnemer conform de beoordelingsinstructie. Vaststellen eindbeoordeling. Invullen en tekenen beoordelingsformulier door deelnemer en beoordelaars. Inleveren beoordelingsformulier en de eventuele bewijsstukken7 bij het examenbureau. Evalueren beoordeling met examendeelnemer. Innemen beoordelingsformulier en bewijsstukken en registreren beoordelingsresultaat. Het verlenen van inzagerecht.




3.11. Afnemen en beoordelen van overige beoordelingsinstrumenten Beoordelaar

Beoordelingsinstrument-opdracht deelnemer

1.Voorbereiden van de afname


Beoordelaar 2. Beoordelen van de uitvoering opdracht door de deelnemer







Afnemen en beoordelen van overige beoordelingsinstrumenten (simulatietoetsen, mondelinge examens)

8

Act. Nr.

Wie Activiteit

1.

Beoordelaar

2.

Beoordelaar

3.

Beoordelaar

4.

Examenbureau

Voorbereiden ruimte waar wordt beoordeeld. Lezen opdracht en instructies voor beoordeling. Controleren of alle benodigde materiaal en hulpmiddelen aanwezig zijn. Controleren van de identiteit van de deelnemer. Beoordelen van de examendeelnemer conform de beoordelingsinstructie. Vaststellen eindbeoordeling. Invullen en tekenen beoordelingsformulier door deelnemer en beoordelaars. Inleveren beoordelingsformulier en de eventuele bewijsstukken8 bij het examenbureau. Evalueren beoordeling met examendeelnemer. Innemen beoordelingsformulier en bewijsstukken en registreren beoordelingsresultaat. Het verlenen van inzagerecht.




3.12 Vaststellen en bekendmaken van de uitslag van de EXAMENONDERDELEN Cijferlijsten en Resultatenlijsten op basis van definitieve cesuur

Examenbureau 1. Verwerken resultaatlijsten en cijferlijsten en uitdraaien resultaatoverzichten

Beoordelaar(s)

Gecorrigeerde resultaatoverzichten

2. Controleren resultaatoverzicht

NEE

Resultaten goed verwerkt?

JA Subexamencommisie 3. Stelt de uitslagen vast

Vastgestelde resultaatoverzichten

Examenbureau 4. Bekendmaken van de uitslagen aan deelnemers




Vaststellen en bekendmaken van de uitslag van de examenonderdelen

9

Act. Nr.

Wie Activiteit

1.

Examenbureau

2. 3.

Beoordelaar Sub-examencommissie

4.

Examenbureau

Invoeren van cijferlijsten en resultaatlijsten in geautomatiseerd systeem. Uitprinten resultaatoverzichten voor controle door beoordelaar. Invoeren van wijzigingen in cijfers na controle. Vastgestelde cijferlijst doorgeven aan examenbureau. Vaststellen van de cijferlijst als uitslag van het examenonderdeel9. Uiterlijk binnen vijftien werkdagen na afname van de examenonderdelen10 de uitslag schriftelijk bekendmaken aan deelnemers en opleidingsteams.

Zie ook Algemeen Deel OER/studiehandleiding, Artikel 1.10 Uitslagregels lid 1 Per deelkwalificatie wordt door de examen-commissie vastgesteld of een kandidaat daarvoor geslaagd is of niet.

De eindwaardering voor een deelkwalificatie wordt weergegeven in een heel cijfer.

lid 2 Een kandidaat heeft een deelkwalificatie met goed gevolg afgerond, indien de eindbeoordeling afgerond een 6 of hoger is,

mits voldaan is aan de overige voorwaarden.

lid 4 Deelcijfers van deelkwalificaties worden vastgesteld op één decimaal. Eindcijfers van deelkwalificaties worden vastgesteld op een

10

geheel getal. Bij afronding worden breuken van een half of meer naar boven afgerond en breuken van minder dan een half naar

beneden.

Zie de Onderwijs- en Examenregeling , bijlage C.3 Nadere bepalingen toetsinstrumentafname.



3.13 bezwaarprocedure Examendeelnemer 1. Klacht over examinering

Examendeelnemer 2. Klacht bespreken met betrokken examenfunctionaris

JA

Klachtafhandeling akkoord?

nee Examendeelnemer 3. Indienen klacht bij subexamencommissie

NEE

Klachtafhandeling akkoord?

Examendeelnemer 4. In beroep gaan

JA Beroep toegekend?

NEE

JA Sub-examencommissie 5. Wijzigen eerder genomen beslissing




Bezwaarprocedure Act. Nr.

Wie Activiteit

1. 2.

Examendeelnemer Examendeelnemer

3.

Examendeelnemer

4. 5.

Examendeelnemer Sub-examencommissie

Heeft een klacht over de examinering.11 Bespreekt de klacht met de betrokken examenfunctionaris(sen). Dient binnen tien werkdagen een schriftelijke klacht in bij de sub-examencommissie. De termijn vangt aan op de dag na de dag waarop de beslissing bekend is gemaakt. De sub-examencommissie beslist binnen tien werkdagen na de datum van het dagstempel van de klachtenafhandeling. Van deze beslissing wordt de deelnemer schriftelijk op de hoogte gesteld. Schriftelijk in beroep gaan bij de Commissie van Beroep voor de Examens. De termijn voor het indienen van een beroepsschrift bedraagt tien werkdagen na de dag waarop de beslissing bekend is gemaakt. De Commissie beslist zo mogelijk binnen vijftien werkdagen na de indiening van het beroep. De Commissie kan de termijn eenmaal verlengen met een maximum van tien werkdagen. Wijzigen van de aanvankelijke beslissing, indien succesvol op een klacht of op een beroep is besloten.

Hulpmiddel: - Voorbeeldbrief indienen klacht 11

Examinering wordt hierbij opgevat als ‘het door het bevoegd gezag uitoefenen van de bevoegdheden met betrekking tot beslissingen omtrent de inhoud en het niveau van examens van een beroepsopleiding, dan wel van de afzonderlijke leerwegen, in relatie tot de eindtermen, procedures en voorwaarden waaronder examens worden afgenomen, alsmede de bevoegdheid de uitslag van het examen vast te stellen.



3.14. Certificeren en diplomeren Sub-examencommissie 1. Datum en plaats van de diplomering vaststellen en organiseren

Examenbureau 2. Maken certificaten en diploma’s

Sub-examencommissie 3. Tekenen van certificaten en diploma’s

Examenbureau 4. Archiveren certificaten en diploma’s

Sub-examencommissie 5. Uitreiken certificaten en diploma’s




Certificeren en diplomeren

12

Act. Nr.

Wie Activiteit

1.

Sub-examencommissie

2.

Examenbureau

3.

Sub-examencommissie

4.

Examenbureau

5.

Sub-examencommissie

Vaststellen plaats, datum en tijdstip van diplomering. De deelnemer heeft recht op uitreiking van het diploma uiterlijk 20 werkdagen na de vaststelling van de uitslag van het laatste examen. Bepalen welke deelnemers recht hebben op een certificaat of diploma. Een certificaat wordt in principe alleen verstrekt als een deelnemer voortijdig de opleiding verlaat en een certificeerbare eenheid heeft afgerond of als voor het civiel effect een specifiek certificaat naast het diploma nodig is. Aan de hand van de OER/studiehandleiding controleren of de deelnemer voldoet aan alle voorwaarden voor diplomering c.q. uitreiking van het certificaat. Maken van certificaten en diploma’s12 (inclusief cijferlijsten). De voorzitter van de sub-examencommissie tekent de certificaten en/of diploma’s (gemandateerde bevoegdheid van de branche-examencommissie). Zorgt er voor dat een tweede handtekening (gemandateerd namens het College van Bestuur en/of de branchedirecteur) op het document komt. Archiveren van certificaten en diploma’s op papier (kopieën) en in een bestand. De bewaartermijn voor diploma’s en certificaten is 10 jaar. Uitreiken van certificaten en diploma’s. Deze activiteit kan ook aan andere functionarissen worden gedelegeerd.

Er is voor het maken, tekenen en kopieren van diploma’s en certificaten een besluit van het CvB in juli 2006 van kracht geworden.



Hoofdstuk 4: Bijzondere procedures



4.1. Vrijstellingen Deelnemer 1. Aanvraag vrijstelling of Ervaringscertificaat

Beoordelaar

Sub-examencommissie

2.1. Uitvoering/beoordeling conform vrijstellings- en ervaringscertificaat en opstellen advies aan sub-examencommissie

2. Beoordeling vrijstelling aanvraag

Toekenning?

NEE

Brief van afwijzing

JA Examenbureau 3. Registreren en archiveren

Vrijstellingsbewijs




Vrijstellingen Act. Nr.

Wie Activiteit

1.

Deelnemer

2.

Sub-examencommissie

3.

Examenbureau

Bij aanvragen vrijstelling: Invullen aanvraagformulier voor het verkrijgen van een vrijstelling of een ervaringscertificaat en met de nodige bewijsstukken inleveren bij het examenbureau. Vrijstelling: Beoordelen of een deelnemer wel/niet in aanmerking komt voor een vrijstelling. De beoordeling vindt plaats op basis van de ‘lijst vrijstellingsgronden’ (opgesteld door de sub-examencommissie). Wanneer de ‘lijst van vrijstellingsgronden’ onvoldoende richtlijnen geeft voor de beoordeling, kan de sub-examencommissie besluiten advies in te winnen of nader onderzoek te (laten) doen. Ook kan de sub-examencommissie besluiten de deelnemer op te roepen voor een gesprek, waarin toelichting wordt gevraagd op het vrijstellingsverzoek. Bij honorering van de vrijstelling zorgt de sub-examencommissie ervoor dat de ‘lijst van vrijstellingsgronden’ geactualiseerd wordt. Verzenden brief van vrijstelling c.q. afwijzing. Registreren vrijstellingsbewijs. Er voor zorgen dat het vrijstellingsbewijs in het leerling-dossier wordt opgenomen.

Hulpmiddelen: – Voorbeeldbrief afwijzing aanvraag vrijstelling – Voorbeeld Vrijstellingsbewijs – Voorgeschreven format lijst van vrijstellingsgronden



4.2. Afwijkende EXAMINERING KANDIDAAT 1. Verzoek tot aanpassing examen

Sub-examencommissie

Trajectbureau Studie Handicap

2. Beoordeling verzoek aanpassing examen

2. Beoordeling verzoek aanpassing examen

Akkoord?

NEE

Brief van afwijzing

JA Brief van toewijzing

Examenbureau 3. Organiseren aangepast examen




Afwijkende examinering Act. Nr.

Wie Activiteit

1.

Examendeelnemer

2.

Sub-examencommissie

2.1.

Trajectbureau

3

Examenbureau

Indienen van een schriftelijk verzoek bij de subexamencommissie tot het aanpassen van het examen op grond van een handicap of beperking. Het is van belang dat docenten, begeleiders, managers of andere betrokkenen, die voor een bepaalde examendeelnemer een verandering in de standaard-examinering nodig vinden, de examendeelnemer erop attent maken dat deze een verzoek tot aanpassing kan indienen. De examendeelnemer moet reeds in het bezit zijn van een geldige verklaring Beoordelen van het verzoek tot aanpassing. Hiertoe laat de sub-examencommissie zich adviseren door het Trajectbureau. Bij een negatief besluit een brief van afwijzing sturen. Bij een positief besluit een brief van toewijzing. De examendeelnemer krijgt binnen krijgt binnen tien werkdagen na verzoek, bericht Het onderdeel van het Trajectbureau genaamd Studie en Handicap, beoordeelt met gebruikmaking van eigen expertise en van expertise van derden, zoals artsen en psychologen, de handicap of functiebeperking van de kandidaat. Studie en Handicap geeft vervolgens een advies. Dit advies bestaat uit een beoordeling van de handicap of functiebeperking en een voorstel tot verandering in de standaard-examinering. Hierbij valt te denken aan examentijdverlenging, maar ook aan bijzondere hulpmiddelen, zoals een groot computerscherm, examens in braille, inzet doventolk en dergelijke. Ervoor zorgdragen dat de toegewezen aanpassing ook daadwerkelijk wordt uitgevoerd. Alle betrokken examenfunctionarissen op de hoogte van de

Hulpmiddelen: – Voorbeeldbrief Verzoek aangepast examen – Voorbeeldbrief Afwijzing afwijkende examinering – Voorbeeldbrief Toewijzing afwijkende examinering – Bepalingen OER/studiehandleiding met betrekking tot afwijkende examinering – Protocol Trajectbureau voor afwijkende examinering in verband met Dyslexie



4.3. Toelating examendeelnemer examendeelnemer

Registratie examen deelnemer

1. Verzoek tot deelname examen

Sub-examencommissie 2. Beoordeling toelating examen

Akkoord?

NEE

Brief verdere procedure

JA Examenbureau 3. Aanmelding voor examen




Toelating examendeelnemer Act. Nr.

Wie Activiteit

1.

Examendeelnemer

2.

Sub-examencommissie

3.

Examenbureau

Indienen schriftelijk verzoek bij de subexamencommissie om deel te mogen nemen aan een examen. Op basis van toegestuurde rapporten, cijferlijsten, voortgangsrapportage en dergelijke bekijken of de potentiële examendeelnemer kan worden toegelaten tot een examen. Bij negatieve beslissing archiveren dossier afgewezen examendeelnemer. Bij een positief besluit de examendeelnemer op de hoogte brengen van de verdere procedure. Bijvoorbeeld: - tijd en datum van de afname; meenemen legitimatiebewijs en brief van positief besluit van de sub-examencommissie bij afname van examenonderdelen; - wijze van betaling voor deelname aan examenonderdelen. Archiveren dossier examendeelnemer.



Bijlagen hoofdstuk 4



B4.1. Voorgeschreven format lijst van vrijstellingsgronden Lijst van vrijstellingsgronden kwalificatie: crebonummer:



B4.2. Bepalingen OER/studiehandleiding over afwijkende wijze van examineren In de Onderwijs- en Examenregeling zijn in bijlage C.3 de volgende bepalingen over een afwijkende wijze van examineren opgenomen: Afwijkende wijze van ex amineren

1.

De examencommissie kan toestaan dat een gehandicapte kandidaat het examen geheel of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van die kandidaat. In dat geval bepaalt de examencommissie de wijze waarop het examen zal worden afgelegd. De commissie doet hiervan zo spoedig mogelijk mededeling aan het bevoegd gezag, in deze vertegenwoordigd door de branchedirectie.

2.

Tenzij sprake is van een objectief waarneembare lichamelijke handicap, geldt ten aanzien van de in het eerste lid bedoelde aangepaste wijze van examineren dat: er een deskundigenverklaring is die door een terzake deskundige psycholoog of orthopedagoog is opgesteld, de aanpassing kan bestaan uit een verlenging van de duur van het desbetreffende examenonderdeel met ten hoogste 25%, en een andere aanpassing slechts kan worden toegestaan, voorzover daartoe in de onder a genoemde deskundigenverklaring ten aanzien van betrokkene een voorstel wordt gedaan, dan wel indien de aanpassing aantoonbaar aansluit bij de begeleidingsadviezen, vermeld in de deskundigenverklaring.

a. b. c.

De examencommissie kan in verband met onvoldoende beheersing van de Nederlandse taal afwijken van de bepalingen in deze Onderwijs- en examenregeling met betrekking tot de duur en vorm. Voor deze afwijking kan een kandidaat in aanmerking komen die met inbegrip van het schooljaar waarin hij het (deel)beoordelingsinstrument aflegt, ten hoogste zes jaren onderwijs in Nederland heeft gevolgd en voor wie het Nederlands niet de moedertaal is. De in de eerste volzin bedoelde afwijking kan betrekking hebben op: Het vak Nederlandse taal en letterkunde; Het vak Nederlandse taal; Enig ander vak waarbij het gebruik van de Nederlandse taal van overwegende betekenis is. De in het derde lid bedoelde afwijking bestaat slechts uit een verlenging van de duur van het desbetreffende beoordelingsinstrument met ten hoogste 25% en het verlenen van toestemming tot het gebruik van een verklarend woordenboek der Nederlandse taal. Van elke afwijking op grond van het derde lid wordt mededeling gedaan aan het bevoegd gezag, in deze vertegenwoordigd door de branchedirectie.



B4.3. Protocol trajectbureau voor afwijkende toetsing in verband met dyslexie Docenten en begeleiders die het vermoeden hebben dat er sprake is van dyslexie bij een deelnemer kunnen deze deelnemer aanmelden bij het Testteam van het Trajectbureau voor een dyslexie- onderzoek. Via het Testteam wordt de cursist uitgenodigd voor een screeningsonderzoek, aan de hand waarvan kan worden vastgesteld of er mogelijk sprake is van dyslexie. Het screeningsonderzoek Het screeningsonderzoek bestaat uit een aantal tests welke groepsgewijs worden afgenomen en een aantal individueel af te nemen tests. Indien uit dit onderzoek blijkt dat er vermoedelijk geen sprake is van dyslexie, wordt er met de deelnemer besproken of er een vervolgonderzoek zal plaatsvinden. In dit onderzoek zal de deelnemer getest worden op capaciteiten, faalangst en motivatie. De testresultaten De testresultaten worden met de deelnemer besproken door een medewerker van het Testteam. Indien de test uitwijst dat er mogelijk sprake is van dyslexie zal er in overleg met de deelnemer een schoolverklaring opgesteld worden. Met de opleiding en eventueel een trajectbegeleider Studie en Handicap zal vervolgens besproken worden welke aanpassingen nodig zijn. Schoolverklaring Door middel van de schoolverklaring wordt de opleiding verzocht maatregelen te treffen bij het afnemen van toetsen. Hierbij kan men onder meer denken aan: extra tijd, grote letters, mondelinge afname. In overleg met de inspectie kan deze schoolverklaring soms ook gebruikt worden voor examentijdverlenging bij officiële examens. Verder worden er als bijlage aanbevelingen voor begeleiding bij dyslexie bij de schoolverklaring gevoegd. De schoolverklaring is alleen geldig binnen het Albeda College. Meer informatie: Trajectbureau Testteam 010 290 11 42 of 010 290 11 54 [email protected]



B4.4. Procedure vrijstelling en/of verzilvering Ervaringscertificaat Act. Nr.

Wie Activiteit

1.

Aspirant-deelnemer

2.

Trajectbureau

3.

Trajectbureau

4.

Trajectbureau

5.

Subexamencommissie

6.

Subexamencommissie

7.

Subexamencommissie

8.

Branche

De aspirant-deelnemer meldt zich met het Ervaringscertificaat van een Erkende Aanbieder (zie EVC-register) aan bij het Trajectbureau van het Albeda College. Het Trajectbureau beoordeelt binnen 10 werkdagen of, en naar welke beroepsbranche de aspirantdeelnemer verwezen wordt. Het Trajectbureau begeleidt de aspirant-deelnemer bij het opstellen van een brief of het invullen van een formulier, waarbij de vraag van de aspirantdeelnemer wordt geconcretiseerd tot (delen van) een crebonummer. Het Trajectbureau stuurt de ingevulde formulieren plus een kopie van het Ervaringscertificaat naar de subexamencommissie van de betreffende branche. De subexamencommissie neemt de aanvraag in behandeling en beoordeelt welke kerntaken/ werkprocessen/competenties voor het gewenste crebo (of deel daarvan) nog geëxamineerd dienen te worden. De subexamencommissie informeert bij de onderwijsteams of voor de nog te examineren kerntaken/werkprocessen/competenties maatwerk geleverd kan worden. De subexamencommissie deelt haar beslissing binnen 10 werkdagen na ontvangst van de aanvraag aan de aspirant-deelnemer mede. De beslissing kan vormen hebben: 1. het Ervaringscertificaat kan direct verzilverd worden tot een diploma; 2. de aspirant-deelnemer kan geplaatst worden in een maatwerktraject (BOL, deeltijd BOL, BBL of één of meerdere examens); 3. de aspirant-deelnemer wordt niet geplaatst in een maatwerktraject of er kan geen maatwerk geleverd worden. Inschrijving aspirant-deelnemer: 1. bij directe verzilvering als examendeelnemer; 2. bij maatwerk als BOL, deeltijd BOL, BBL deelnemer); 3. bij afwijzing eventueel als regulier deelnemer.



Hoofdstuk 5: Evaluatieprocedures



5.1. Productevaluatie Verbeteracties zoals geformuleerd in laatste zelfevaluatieverslag

Branche-examencommissie 1. Opdracht geven tot productevaluatie en bepalen omvang steekproef

Examenbureau 2. Aanleveren toetsgegevens

Sub-examencommissie

Bevindingen productevaluatie

3. (laten) Uitvoeren van de evaluatie

Sub-examencommissie

Rapportage t.b.v. zelfevaluatie

4. Verbeteracties opstellen en opstellen rapportage ten behoeve van zelfevaluatie

Verbetering nodig?

JA

Toets-constructeurs

Vaststellingscie

4.1. beoordelingsinstrumenten aanpassen

4.2 vaststellen aangepaste beoordelingsinstrumenten

Geëvalueerde instrumenten

Aangepaste instrumentenversie

NEE Examenbureau 5. Administratieve verwerking




Productevaluatie Act. Nr.

Wie Activiteit

1.

Branche-examencommissie

Opdracht geven tot de productevaluatie. Vraagstelling van de evaluatie bepalen. Input kan zijn de eventuele verbeteracties met betrekking tot de kwaliteit van de beoordelingsinstrumenten, zoals geformuleerd in de laatste zelfevaluatie. Centrale vraag kan zijn of de gevolgde werkwijze bij de in eigen huis ontwikkelde beoordelingsinstrumenten inderdaad leidt tot goede kwaliteit. De evaluatie kan ook breder opgevat worden; passen de huidige beoordelingsinstrumenten bij doelgroep en onderwijsconcept(en) van de instelling? Ook bij ingekochte beoordelingsinstrumenten is een productevaluatie van belang. Bij door de Inspectie goedgekeurde examenleveranciers gaat het erom steekproefsgewijs te evalueren op de standaarden van de Inspectie en eigen eisen van de instelling (gezien doelgroep en onderwijsconcept van de instelling).

2.

Examenbureau

3.

Sub-examencommissie

Wijze van evaluatie en omvang van de steekproef bepalen. Er zijn verschillende mogelijkheden denkbaar: 1. Statistische data-analyse (met behulp van Beoordelingsinstrumentresultaten van alle examendeelnemers, evaluatiegegevens uit deelnemer evaluatieformulieren etc.): gemiddelde score, standaarddeviatie, toetsscore per deelnemer en deelkwalificatie, p-waarde, a-waarde, discriminerend vermogen, etcetera. 2. Kwalitatieve data-analyse (met behulp van de controlelijsten kwaliteit): een second opinion over de kwaliteit. Aanleveren van de beoordelingsinstrumenten en bijbehorende instructies, scorings- en normeringsvoorschriften, resultaten en/of andere gewenste gegevens. Uitvoeren van de evaluatie. De sub-examencommissie kan dit zelf doen of uitbesteden. De subexamencommissie kan ervoor kiezen om bij de uitvoering deskundigen uit het werkveld en/of onafhankelijke deskundigen te betrekken.



Productevaluatie Act. Nr.

Wie Activiteit

4.

Sub-examencommissie

5.

Examenbureau

Op basis van de rapportage van de productevaluatie nagaan of de beoordelingsinstrumenten verbeterd dienen te worden. Schrijven van een rapportage ten behoeve van de jaarlijkse zelfevaluatie door de brancheexamencommissie, met conclusies en eventuele verbeteracties. Bij in eigen huis ontwikkelde INSTRUMENTEN zijn stappen 4.1 ‘beoordelingsinstrumenten aanpassen’ en 4.2 ‘vaststellen aangepaste beoordelingsinstrumenten’ van toepassing. Andere verbeteracties zouden de deskundigheidsbevordering van de toetsconstructeurs kunnen betreffen. Bij ingekochte beoordelingsinstrumenten vervallen stappen 4.1 en 4.2, de sub-examencommissie gebruikt de verbeterpunten als input voor de contractafsluiting met de examenleverancier. Archiveren van aangepaste beoordelingsinstrumenten.



5.2. Procesevaluatie Verbeteracties zoals geformuleerd in laatste zelfevaluatieverslag Implementatieplan

Branche-examencommissie 1. Initiëren procesevaluatie

Examenfunctionarissen

Evaluatieverslagen

2. Opleveren evaluatie van procedures

Sub-examencommissie

Voorstel bijstelling Handboek Examinering

3. Analyseren van de evaluatieverslagen.

Procedures akkoord?

NEE

Subexamen-commissie 3.1 Aanbevelingen formuleren voor aanpassen Hand-boek Examinering

Sub-examencommissie 4. Aanbevelingen formuleren voor verbeteracties

Sub-examencommissie 5.Opstellen rapportage ten behoeve van zelfevaluatie

Rapportage ten behoeve van zelfevaluatie




Procesevaluatie Act. Nr.

Wie Activiteit

1.


2.

Examenfunctionarissen

Examenfunctionarissen benoemen die verantwoordelijk zijn voor de evaluatie van de procedures van het Handboek Examinering. Bepalen op welke punten examenfunctionarissen informatie moeten opleveren ten behoeve van de interne borg (voortvloeiend uit standaarden van de Inspectie en uit voorgenomen verbeteracties, zoals geformuleerd in de jaarlijkse zelfevaluatie). Data vaststellen waarop de examenfunctionarissen de evaluaties moeten opleveren. Uitvoering van de schriftelijke en/of mondelinge evaluatie. Hierbij kunnen documenten worden geanalyseerd en/of mensen bevraagd. Schrijven van een rapport van bevindingen. De volgende commissies presenteren jaarlijks op basis van documentanalyse hun bevindingen: • Vaststellingscommissie Evaluatie planning ontwikkeling ( met ingevuld formulier B2.8) Evaluatie kwaliteit toetsen ( moeilijkheidsgraad, dekkingsgraad en toetstechnische kwaliteit) met ingevulde formulieren B2.3, B2.4 en B3.6 • Examenbureau Steekproef uit verstrekte diploma’s en certificaten nemen en controleren op: - juiste namen van de deelkwalificaties - cijfers/beoordelingen in overeenstemming met de voorwaarden in de OER/studiehandleiding • Sub-examencommissie Analyse van binnengekomen klachten Evaluatie van de gerealiseerde activiteiten met betrekking tot betrokkenheid van het beroepenveld • Commissie van Beroep voor de examens Analyse van binnengekomen beroepsschriften

3.

Sub-examencommissie

In de rapportages worden eventueel aanbevelingen gedaan voor bijstelling van het examenproces en/of de instrumenten Evaluatiegegevens analyseren en nagaan waar de verbeteractiviteiten zich op dienen te richten: - bijstelling van de procedures en/of de instrumenten in het Handboek Examinering; - betere bewaking dat actoren in de examen organisatie werken volgens de procedures.



Procesevaluatie Act. Nr.

Wie Activiteit

4.

Sub-examencommissie

5. 6.

Sub-examencommissie Sub-examencommissie

Formuleren van voorstellen voor bijstelling van het Handboek Examinering. Formuleren van voorstellen voor verbeteracties met betrekking tot het werken volgens de procedures, zoals geformuleerd in het Handboek. Schrijven van een rapportage ten behoeve van de jaarlijkse zelfevaluatie door de brancheexamencommissie; met conclusies ten aanzien van de procesevaluatie en de voorgenomen verbeteracties.



5.3. Tevredenheidsonderzoek Branche-examencommissie 1.Opdracht geven tot tevredenheidsonderzoek belanghebbenden

Sub-examencommissie 2. Bepalen steekproef

Sub-examencommissie

Bevindingen tevredenheidsonderzoek

3. (laten) Uitvoeren van tevredenheidsonderzoek

Sub-examencommissie 4. Bevindingen analyseren

JA

Akkoord?

NEE Sub-examencommissie 5. Aanbevelingen formuleren met betrekking tot verbeteracties

Sub-examencommissie 6. Opstellen rapportage ten behoeve van zelfevaluatie

Rapportage ten behoeve van zelfevaluatie




Tevredenheidsonderzoek Act. Nr.

Wie Activiteit

1.


2.

Sub-examencommissie

3.

Sub-examencommissie

4.

Sub-examencommissie

5. 6.

Sub-examencommissie Sub-examencommisse

Opdracht geven tot tevredenheidsonderzoek belanghebbenden. Bepalen welke belanghebbenden worden onderzocht: - deelnemers (algemeen? specifieke groepen?), - beroepenveld (breed? specifieke delen?) Bepalen centrale onderzoeksvragen, zo concreet mogelijk, volgens de SMART werkwijze. (laten) Uitvoeren van het tevredenheidsonderzoek en opstellen bevindingen. Bevindingen analyseren op consequenties voor examinering. Aanbevelingen formuleren met betrekking tot verbeteracties. Opstellen rapportage ten behoeve van de zelfevaluatie met daarin opgenomen de bevindingen en de voorgestelde verbeteracties.

Hulpmiddel: – Voorbeeld vragenlijst tevredenheidsonderzoek deelnemers



5.4. Rapportage jaarlijkse zelfevaluatie Rapportages sub-examencies: -Productevaluatie -Procesevaluatie -Tevredenheidsonderzoek

Branche-examencommissie 1. Beoordelen rapportages subexamencommissie

Branche-examencommissie 2. Formuleren definitieve verbeteracties

Branche-examencommissie 3. Opstellen zelfevaluatieverslag

College van Bestuur Accorderen zelfevaluatieverslag branche-examencommissie en accorderen Albeda-breed openbaar te maken zelfevaluatieverslag

Zelfevaluatieverslag brancheexamencommissie

Albeda-breed zelfevaluatieverslag

Implementatieplan Branche-examencommissie 5. Geformuleerde verbeteracties implementeren




Rapportage jaarlijkse zelfevaluatie Act. Nr.

Wie Activiteit

1.


2. 3.

Branche-examencommissie Branche-examencommissie

4.

College van Bestuur

5.


Beoordelen rapportages sub-examencommissies: - productevaluaties; - procesevaluaties; - tevredenheidsonderzoeken. Formuleren definitieve verbeteracties. Uitkomsten van stap 1 en 2 vastleggen in een branchebreed zelfevaluatieverslag. Accorderen zelfevaluatieverslagen van brancheexamencommissies. Opstellen en accorderen van het Albeda-breed en openbaar te maken zelfevaluatieverslag (op basis van zelfevaluaties van de branches). De in de zelfevaluatie van de brancheexamencommissie geformuleerde verbeteracties implementeren. Hierbij aangeven welke verantwoordelijkheden de sub-examencommissies hebben in de implementatie.



5.5. Jaarlijkse vaststelling Handboek Examinering Voorstellen voor bijstellingen Handboek Examinering

Door CvB vastgestelde reglementen

Albeda-examencommissie 1. Initiëren vaststelling Handboek

Procedures akkoord?

NEE

Projectgroep Handboek 2. Aanpassen Handboek Examinering

JA Branche-examencommissie 3. Vaststellen Handboek Examinering

Vastgesteld Handboek Examinering




Jaarlijkse vaststelling Handboek Examinering Act. Nr.

Wie Activiteit

1.

Albeda-examencommissie

2.

Projectgroep Handboek

3.


Initiëren vaststelling Handboek Examinering Albeda College, bepalen wie zitting neemt in de projectgroep Handboek Examinering en hoe deze communiceert met branche-examencommissie en sub-examencommissies. De projectgroep Handboek Examinering wordt ingesteld door het College van Bestuur en de branchedirecteuren van de branches. Taken van de projectgroep Handboek Examinering: - bewaken van de consistentie van het Handboek; - bewaken dat het Handboek voldoet aan standaarden van de Inspectie. Samenstelling: vertegenwoordigers van de branches onder voorzitterschap van de adviseur kwaliteitszorg examinering van het College van Bestuur. Stappen: - verzamelen van alle voorstellen tot bijstelling Handboek afkomstig van de branche examencommissies; - verzoek aan CvB tot vaststelling examenreglement en reglement commissie van beroep; - bijstellen Handboek: onderbrengen bijstellingen in Albeda-breed deel en/of branchespecifiek deel. - aanbieden herziene versie aan branche-examencommissies. Vaststellen Handboek Examinering, op 1 juni voorafgaand aan het cursusjaar waarvoor het Handboek van toepassing is.



Hoofdstuk 6: voorbeelden



6.1. Voorbeeld Geheimhoudingsverklaring Invulling examenorganisatie Hierbij verklaart ondergetekende bekend te zijn met artikel H-32 en H-33 uit de CAO Bve en artikel 2.10 van de Examenregeling Algemeen Deel (onderdeel van de OER/studiehandleiding) over geheimhouding: Artikel H-32 CAO Bve

Zowel de werkgever als de werknemer neemt met betrekking tot hetgeen in of uit hoofde van zijn functie vertrouwelijk te zijner kennis komt de geheimhouding in acht die in het maatschappelijk verkeer betamelijk is. Artikel H-33 CAO Bve

De in artikel H-32 genoemde verplichting geldt ook na afloop van de arbeidsovereenkomst. Artikel 2.10 Geheimhouding OER Albeda College

Eenieder die betrokken is bij de uitvoering van de examinering en daarbij de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijk karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden, en voor wie niet reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift terzake van die gegevens een geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding daarvan, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem/haar tot bekendmaking verplicht of uit zijn taak bij de uitvoering van de examinering tot bekendmaking voortvloeit.

Datum: Naam: Functie(s) in examenorganisatie: Handtekening:



6.2. Voorbeeld Planningswijzer ontwikkeling beoordelingsinstrumenten STAP ACTIE

Aantal werkdagen voor afname

1

De sub-examencommissie geeft opdracht voor het ontwikkelen van een examenplan.

100

2

Het opleidingsteam stelt het examenplan op.

95

3

Het opleidingsteam levert het conceptexamenplan aan bij de vaststellingscommissie.

85

4

De vaststellingscommissie bespreekt het examenplan. Het examenplan moet worden verbeterd. Het examenplan wordt vastgesteld.

80

5

De sub-examencommissie geeft opdracht voor het opstellen van een toetsmatrijs. (stap 5 t/m 8 alleen als van een beoordelingsinstrument meerdere versies ontwikkeld moeten worden)

70

6

Het opleidingsteam stelt de toetsmatrijzen samen.

65

7

Het opleidingsteam levert de toetsmatrijs aan bij de vaststellingscommissie.

55

8

De vaststellingscommissie bespreekt de toetsmatrijs. De toetsmatrijs moet worden verbeterd. De toetsmatrijs wordt vastgesteld.

50

9

De sub-examencommissie geeft opdracht voor het ontwikkelen van een beoordelingsinstrument.

45

10

De toetsconstructeurs stellen het beoordelingsinstrument samen, inclusief verantwoordingsdocument (niet als er een toetsmatrijs is).

40

11

De toetsconstructeurs leveren het concept-instrument, inclusief verantwoordingsdocument aan bij de vaststellingscommissie.

25

12

De vaststellingscommissie bespreekt het concept. Het concept moet worden verbeterd. Het beoordelingsinstrument wordt vastgesteld.

20

13

Het beoordelingsinstrument is ter beschikking van het examenbureau.

10

14

Het beoordelingsinstrument wordt verspreid door het examenbureau.

5

15

Het beoordelingsinstrument wordt afgenomen.

0



6.3. Voorbeeld protocolformulier afname examens Cohort: Deelkwalificatie (naam en nr.):

Kwalificatie / uitstroomdifferentiatie (naam en nr.):

Klas:

Examenonderdeel (naam en code):

Datum:

Tijdstip:

Examenlocatie:

Deelnemerslijst Presentie Te laat 1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

11

12

13

14

15

aantal Tijdstip paraaf ingeleverde vertrek surveillant vellen

of

opmerkingen

Kolom Opmerkingen: ‘ziek gemeld’ of ‘niet toelaatbaar’ of ‘extra examentijd’ Namen laatkomers plus reden te laat:

Bijzonderheden (onregelmatigheden, eventuele opmerkingen over de afname):

Bijzonderheden met betrekking tot de toets:

Tijd inleveren werk/afronden opdracht eerste deelnemer: Tijd inleveren werk/afronden opdracht laatste deelnemer:

Naam surveillant 1

Handtekening:

Naam surveillant 2

Handtekening:



6.4. Voorbeeld instructie voor surveillanten Voor aanvang - haal het examenmateriaal op bij het examenbureau; - wees ruim op tijd aanwezig op de examenlocatie; - zorg voor een adequate inrichting van het lokaal; - controleer of het examenmateriaal volledig aanwezig is; - jassen en tassen voor in de zaal/het lokaal laten neerzetten of neerleggen; - mobiele telefoons zijn verboden en kunnen eventueel in bewaring worden gegeven; - stel bij elke deelnemer de identiteit vast. Vraag een legitimatiebewijs als u de deelnemer - niet kent; - noteer op het protocolformulier welke deelnemers aanwezig zijn; - noteer op het protocolformulier de namen van de afwezige deelnemers. Tijdens toetsafname - vertel de deelnemers wat de maximaal beschikbare tijd is; - deel eerst de antwoordvellen uit en vraag deze te voorzien van naam en klas; - deel dan de toets uit en vraag de deelnemers de aanwijzingen op het voorblad goed te lezen; - eventuele laatkomers kunnen tot vijftien minuten na aanvangstijd toegelaten worden tot het examen. - laat bij grootschalige examens de laatkomers buiten de examenruimte opvangen door een surveillant en/of iemand van de beveiliging en laat deze laatkomers op één moment binnen (uiterlijk vijftien minuten na aanvangstijdstip)*; - noteer op het protocolformulier de namen van de laatkomers; - zie toe op rust en orde; - zie toe dat alleen toegestane hulpmiddelen worden gebruikt en dat deze voldoen aan de - toegestane specificaties; - bij spieken wordt het werk ingenomen, de deelnemer uit de examenzaal verwijderd en het voorval gemeld aan het examenbureau; - noteer onregelmatigheden en eventuele opmerkingen over de afname op het protocolformulier; - deelnemers mogen een half uur na aanvang van het examen de examenlocatie niet verlaten; - meldt vijf minuten voor het einde van de afname dat de deelnemers nog vijf - minuten hebben; - laatkomers krijgen geen extra tijd en dienen het examen uiterlijk op het aangegeven eindtijdstip in te leveren. Aan het einde - noteer op het protocolformulier het tijdstip van inleveren van de eerste en laatste deelnemer; - controleer of de deelnemers met het antwoordvel ook de toetsopdrachten inleveren; - laat de deelnemer de deelnemerslijst paraferen of doe dit zelf als de deelnemer de toets heeft ingeleverd; - deelnemers mogen als ze klaar zijn (na een half uur) rustig het lokaal verlaten. Na - - -

afloop vul het protocolformulier volledig in en onderteken het; doe de antwoordvellen op alfabetische volgorde in de enveloppe; lever de envelop met antwoordvellen, de toetsen en het protocolformulier persoonlijk in bij het examenbureau.

* Deze regel zou ingesteld kunnen worden bij afname van examens in grote groepen (ter bewaking van de rust). Dit moet dan vooraf schriftelijk gecommuniceerd zijn met de deelnemers (in oproepbrief of examenrooster).



6.5. Voorbeeld voorblad envelop examens OPLEIDINGSCLUSTER:

Toets o Herkansing o

Ex amenweek Ex amenperiode

Klas/Groep: Toetscode:

Aantal deelnemers:

Toetsnaam:

Surveillanten:

Datum examen:

Tijdstip: van:

Wie levert aan:

tot:

Vorm: o schriftelijk o praktisch Locatie: Examenruimte: Deze envelop met de toets(en) direct na afname afgeven bij het examenbureau.

GEGEVENS: Toets maken op:

o gelinieerd A4 o gelinieerd dubbel A4 o ruitjes 1 cm o millimeterpapier o antwoordenblad meerkeuzevragen o blanco (klad) o overig, nl. ………….

TOEGESTANE HULPMIDDELEN : Audiovisuele hulpmiddelen : Opmerkingen :


surveillant

Lokaal Naam

Klas surveillant

Paraaf ex bureau Beoordelaar

ex bureau

Paraaf


beoordelaar

Paraaf Naam Datum paraaf Datum

Afgifte Retour Afgifte Retour

Examenonderdeel Afname Beoordelen

Opleidingscluster: Naam en code beoordelingsinstrument: Examendatum: Tijd van: tot:

6.6. Voorbeeld toetsvolgformulier



6.7. Voorbeeld Evaluatieformulier Schriftelijke toetsen (in te vullen door een beoordelaar en voor te leggen aan de vaststellingscommissie) Kwalificatie, crebonummer, leerweg(en) Deelkwalificatie of Kwalificatie Naam en code Cohort Afnamedatum Naam beoordelaar Locatie beoordelaar Ja Nee Opmerking(en) I Inhoudelijke kwaliteit toetsinstrument De moeilijkheidsgraad van het toetsinstrument komt overeen met het opleidingsniveau. Het toetsinstrument sluit aan op de eindtermen. De tijdsduur van de toets is afgestemd op de moeilijkheidsgraad van de toets en het opleidingsniveau. De informatie bij de vragen is kort en bondig en voor de deelnemers goed te begrijpen. II Kwaliteit beoordelingsmodel en Scoringsvoorschrift Het beoordelingsmodel bij de open vragen is eenduidig toe te passen. De antwoorden in het beoordelingsmodel zijn voldoende en correct uitgewerkt. In het scoringsvoorschrift is adequaat aangegeven bij welk antwoord het maximum aantal te behalen scorepunten en bij welk antwoord een gedeelte behaald kan worden. De meerkeuzevragen bevatten maar één correct antwoord. De afleiders bij de meerkeuzevragen zijn plausibel. Is er een item waarbij een specifieke afleider sterk scoort, zo ja, welke? De normering van de vragen is reëel. III Technische kwaliteit toets (lay-out, taalgebruik) De lay-out van het toetsinstrument is duidelijk en overzichtelijk. Het taalgebruik in het toetsinstrument is adequaat; het sluit aan op het niveau van de deelnemer. De toets bevat duidelijke formuleringen en/of duidelijk taalgebruik, waarbij rekening gehouden wordt met verschillende culturele achtergronden. De toets bevat correct Nederlands. De vragen zijn onafhankelijk van elkaar geformuleerd. Per vraag wordt naar één onderwerp gevraagd. Verdere op- / aanmerkingen / suggesties / reacties:



6.8. Voorbeeld Aandachtspunten Kwalificerend Portfolio Kwalificatie, crebonummer, leerweg(en) Deelkwalificatie / Kerntaak Toetsinstrumentcode Cohort Beoordelingsdatum Naam beoordelaars Locatie beoordelaars I Inhoudelijke eisen portfolio Persoonlijke gegevens – gegevens deelnemer – opleidingsgegevens – gegevens begeleiders – inhoudsopgave Persoonlijk actieplan – opleidingsinhoud ( module /kerntaak) – leeropdracht – uitvoeringsplan – eigen mogelijkheden en moeilijkheden Resultaten – eindproducten – beoordelingsdocumenten – evaluatieverslagen – reflectieverslagen II Kwaliteitseisen portfolio Benodigde bewijzen aanwezig Bewijzen relevant Bewijzen authentiek Bewijzen actueel Bewijzen valide Getekend Eindoordeel beoordelaars aanwezig



6.9. Voorbeeld Aandachtspunten praktijkexamen Kwalificatie, crebonummer, leerweg(en) Deelkwalificatie / Kerntaak Toetscode Cohort Beoordelingsdatum Naam beoordelaars Locatie beoordelaars I Inhoudelijke eisen praktijkexamen Persoonlijke gegevens – gegevens deelnemer – opleidingsgegevens – gegevens praktijkbedrijf – gegevens begeleiders Resultaten – beoordelingsdocumenten – evaluatieverslagen – reflectieverslagen II Kwaliteitseisen portfolio Benodigde bewijzen aanwezig Bewijzen relevant Bewijzen authentiek Bewijzen actueel Bewijzen valide Eindbeoordeling getekend door 3 partijen



6.10. Voorbeeld Aandachtspunten Proeve van bekwaamheid Kwalificatie, crebonummer, leerweg(en) Deelkwalificatie / Kerntaak Code Cohort Beoordelingsdatum Naam beoordelaars Locatie beoordelaars I Inhoudelijke eisen Proeve van Bekwaamheid Persoonlijke gegevens – gegevens deelnemer – opleidingsgegevens – gegevens begeleiders – inhoudsopgave Resultaten – eindproducten – beoordelingsdocumenten – evaluatieverslagen – reflectieverslagen II Kwaliteitseisen Proeve van Bekwaamheid Benodigde bewijzen aanwezig Bewijzen relevant Bewijzen authentiek Bewijzen actueel Bewijzen valide Eindbeoordeling getekend



6.11. Voorbeeld Aandachtspunten Competentie-ontwikkeling Kwalificatie, crebonummer, leerweg(en) Deelkwalificatie / Kerntaak Code Cohort Beoordelingsdatum Naam beoordelaars Locatie beoordelaars I Inhoudelijke eisen Competentie-ontwikkeling Persoonlijke gegevens – gegevens deelnemer – opleidingsgegevens – gegevens begeleiders – inhoudsopgave Resultaten – beoordelingsdocumenten – evaluatieverslagen – reflectieverslagen II Kwalitseisen Competentie-ontwikkeling Benodigde bewijzen aanwezig Bewijzen relevant Bewijzen authentiek Bewijzen actueel Bewijzen valide Tussentijdse metingen getekend Eindbeoordeling getekend



6.12. Voorbeeldbrief Afmelding examengelegenheid Albeda College t.a.v. de voorzitter van de sub-examencommissie van de opleiding ……..(naam van je opleiding vermelden), Postbus 9451 3007 AL Rotterdam,

(woonplaats, datum vermelden)

Geachte mijnheer/mevrouw,

Hierbij meld ik mij af voor de examengelegenheid van het volgende examenonderdeel: - naam en opleiding of kwalificatie - naam deelkwalificatie of kerntaak - titel examen Hiervoor heb ik de volgende reden(en): .. .. ..

Met vriendelijke groet, naam deelnemer ingeschreven in de opleiding locatie: klas: adres deelnemer postcode en plaats telefoonnummer

... ... ... ... ... ... ...



6.13. Voorbeeldbrief indienen klacht Albeda College t.a.v. de voorzitter van de sub-examencommissie van de opleiding…….. (naam van je opleiding vermelden), Postbus 9451 3007 AL Rotterdam,



Hierbij dien ik bij de sub-examencommissie van de opleiding…… (naam van je opleiding vermelden) een klacht in met betrekking tot de examinering. Het gaat om het volgende: De klacht beschrijven. Denk hierbij aan: - Datum gebeurtenis; - Omschrijving gebeurtenis; - Namen van de personen die erbij waren betrokken - Waarover je ontevreden bent - Welke actie je reeds hebt ondernomen om met de betrokkenen in gesprek hierover te komen Ik verneem graag uw reactie op mijn klacht. Met vriendelijke groet, naam deelnemer ingeschreven in de opleiding locatie: klas: adres deelnemer postcode en plaats telefoonnummer

... ... ... ... ... ... ...



6.14. Voorbeeldbrief Indienen beroep Albeda College Commissie van Beroep voor de Examens Postbus 9451 3007 AL Rotterdam,



Hierbij dien ik bij de Commissie van Beroep voor de Examens een beroep in. Het gaat om het volgende: Het beroep beschrijven. Denk hierbij aan: - Datum gebeurtenis; - Omschrijving gebeurtenis; - Namen van de personen die erbij waren betrokken - Waarover je ontevreden bent - Welke actie je reeds hebt ondernomen om met de betrokkenen in gesprek hierover te komen - Welke uitspraak de sub-examencommissie heeft gedaan over je klacht. Ik verneem graag uw reactie op mijn beroep. Met vriendelijke groet, naam deelnemer ingeschreven in de opleiding locatie: klas: adres deelnemer postcode en plaats telefoonnummer

... ... ... ... ... ... ...



6.15. Voorbeeldbrief Afwijzing vrijstelling Rotterdam, …………

Opleiding Locatie: Betreft: afwijzing vrijstelling

Beste …………. , Tijdens de sub-examencommissievergadering van ……….. jongstleden is jouw aanvraag voor vrijstelling van examenonderdeel ……….. behandeld. De sub-examencommissie heeft besloten je geen vrijstelling te verlenen voor het examenonderdeel ……………. . De reden daarvoor is ……………………………….. . Vertrouwende je hiermee voldoende geïnformeerd te hebben, met vriendelijke groet,

Namens de sub-examencommissie.

Naam:

Handtekening

Het Albeda College kent voor beslissingen van de examencommissie een Regeling Klacht en beroep. Zie hiervoor de Onderwijs- en Examenregeling, hoofdstuk 3.5 van het Algemeen Deel van de Examenregeling.



6.16. Voorbeeld Vrijstellingsbewijs Op grond van het verzoek van de deelnemer en het positief advies van de sub-examencommissie .......................

wordt aan …………………………………

geboren …………………..

te ………………….

vrijstelling verleend voor de hieronder genoemde (delen van) examenonderdelen in de opleiding …………………..

code naam examenonderdeel

naam deelkwalificatie

……

….…………………....

..….………………….....

Rotterdam, …………………………………………..

Namens de sub-examencommissie

Naam :

Handtekening :

Doorhalingen of wijzigingen maken dit formulier ongeldig



6.17. Voorbeeldbrief Verzoek aangepast examen Albeda College t.a.v. de voorzitter van de sub-examencommissie van de opleiding ………………….(naam van je opleiding vermelden), Postbus 9451 3007 AL Rotterdam,



Hierbij dien ik bij de sub-examencommissie van de opleiding …….. (naam van je opleiding vermelden) een verzoek in tot een aangepast examen. Het betreft de volgende examens: - naam opleiding - naam (namen) deelkwalificaties - titel examen(s) (deze informatie kun je vinden in de Examenregeling van de OER/studiehandleiding van deze opleiding)

Ik acht een aanpassing van het examen noodzakelijk omdat: (hier de aard van de handicap of functiebeperking vermelden)

Met vriendelijke groet, naam deelnemer ingeschreven in de opleiding locatie: klas: adres deelnemer postcode en plaats telefoonnummer

... ... ... ... ... ... ...



6.18. Voorbeeldbrief Toewijzing verzoek aangepast examen Naam deelnemer Adres Postcode en woonplaats

Plaats, datum Ref.: Betreft: toewijzing verzoek aangepast examen

Beste, (naam deelnemer) De sub-examencommissie ................. gaat akkoord met je verzoek voor een aangepast examen. Het examen zal als volgt aangepast worden: …………………… .

Het examenbureau …………………….. zal voor de uitvoering van de aanpassing zorgdragen. Wij vertrouwen erop je hiermee voldoende te hebben geïnformeerd en wensen je veel succes met je examen.

Rotterdam, …………………………………………..


Naam :

Handtekening :



6.19. Voorbeeldbrief Afwijzing verzoek aangepast examen Naam deelnemer Adres Postcode en woonplaats

Plaats, datum Ref.: Betreft: afwijzing aangepast examen

Beste, (naam deelnemer) De sub-examencommissie ........................... gaat niet akkoord met je verzoek tot aanpassing van je examen. De reden hiervoor is …………………………… . Wij vertrouwen erop je hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.


Naam :

Handtekening :

Het Albeda College kent voor beslissingen van de examencommissie een regeling Klacht en beroep. Zie hiervoor de Onderwijs- en Examenregeling (OER), hoofdstuk 3.5 van het Algemeen Deel van de Examenregeling.


3. Zet de performance/ het product neer.

2. Bereidt de performance voor.

1. Onderhoudt en organiseert zijn eigen werkterrein.

Kerntaak:

I,K,L,S,U P

3.2 Voert de performance uit. I, K, L, S, U 3.3 Evalueert de performance/het product. P

E,K,S,T

2.3 Oefent de performance. E, K, S, T

L

K

2.2 Bestudeert en memoreert schriftelijk materiaal. K,Q

3.1 Bereidt zich op de uitvoeringslocatie voor op de performance. K, L

K,O,T

2.1 Zet ideeën, concepten en scripts om in de performance. E, K, O, T

P

P

1.8 Onderhoudt vakkennis en vaardigheden. P P

D,I,K,R

Q,R

1.6 Maakt en organiseert kleine podiumpresentaties. O, Q, R

X

P

P

N,T

N

H, K, W,X


I,K,L,S,U

K,L

E,K,S,T

K,Q

E,K,O,T

O,Q,R

J

X

Persoonsprofiel

X (alleen H)

Workshop Eindpresentatie Rollenspel

1.7 Verzorgt workshops. D, I, K, R

E,L

J

1.5 Werkt mee aan publiciteit en aan promotionele activiteiten. E,L

1.4 Informeert naar overheidsregels en vraagt fondsen en subsidies aan. N,T

1.3 Voert (financieel) administratieve werkzaamheden uit. J

1.2 Verwerft opdrachten. H, K, N, W , X

1.1 Legt en onderhoudt contacten G, H

Werkproces / competenties DVD project

6.20. Voorbeeld examenplan


C1 C1 B2 B2 B2

Luisteren

Lezen

Gesprekken voeren

Spreken

Schrijven

B2 B1 B1 B1 B1

Luisteren

Lezen

Gesprekken voeren

Spreken

Schrijven X

X

X

X

X

DVD project

DVD project

Handtekening

Workshop

X

X

X

Workshop

Eindpresentatie

X

X

Eindpresentatie

X

X

X

Rollenspel

X

X

X

Rollenspel

Persoonsprofiel

X

Persoonsprofiel


NB Let op dat de staatssecretaris ervan uitgaat dat voor de talen drie van de vijf vaardigheden voldoende moeten zijn. Dit impliceert dat er een aparte beoordeling gegeven wordt voor elke taalvaardigheid afzonderlijk!

Naam

Zijn alle competenties en werkprocessen aan een beoordelingsinstrument gekoppeld? Ja / Nee Zo niet, wat zijn hiervoor de redenen? Vastgesteld door de vaststellingscommissie op ,,,,

Niveau

Vaardigheden:

TALEN: ENGELS

Niveau

Vaardigheden:

TALEN: NEDERLANDS

6.20. Voorbeeld examenplan (VERVOLG)



6.20. Voorbeeld examenplan stap 2

NAAM OPLEIDING: NAAM INSTELLING

CREBO OPLEIDING: AFDELING/SECTOR

COHORT:

LEERWEG:

Naam toets

kerntaak

werkproces

competenties

toetsvorm

Periode Afname

intern/extern

weging

Figuur 4: Voorbeeld format examenplan

Het examenplan heeft dus alleen betrekking op de kwalificerende beoordeling. Diagnostische en/of ontwikkelingsgerichte toetsen worden hierin niet opgenomen. Het is aan te bevelen om hiervoor een apart toetsplan op te stellen. De plaats van het examenplan in het proces van de constructie van examens kan als volgt geschematiseerd worden:

Kwalificatiedossier

Examenplan

Visie/Kaders

Constructie examen

Het examenplan heeft een tweeledige functie:

I. UITGANGSPUNT/START VOOR DE CONSTRUCTIE De invulling van het examenplan in gebasseert op het kwalificatiedossier; deze beschrijft immers de inhoud, competenties en kennis en vaardigheden voor het beroep of beroepengroep waarop de beoordeling gebaseerd wordt. Daarnaast is de invulling van het examenplan afhankelijk van de wijze waarop het roc/sector/opleiding de beoordeling wil vormgeven: de visie van competentiegericht beoordelen. Het examenplan geeft, zoals gezegd, een overzicht van alle examens.


Competenties

Prestatie-indicatoren ROC

Naam:

Vastgesteld door / namens de subexamencommissie:

Wat zijn hiervan de redenen?

Handtekening:

Datum vaststelling:

naam en code


bpv Beoordelingsinstrument

Welke competenties of prestatie-indicatoren zijn niet aan een beoordelingsinstrument gekoppeld?

Werkprocessen

Kerntaak

Kwalificatie Uitstroomdifferentiatie

6.21. voorbeeld examenplan CGO


INSTRUMENT + code afname

beoordelings-

d.d.

d.d.

verwerking,

d.d.

instrument

administratieve beoordelings-


toetsmatrijs ontwikkelopdracht vaststelling

verwerking, d.d. klaar, d.d.

administratieve

Crebocode ( deelkwalificatie): Crebonummer (kwalificatie):

Leerweg(en):

Datum:

d.d. INSTRUMENT d.d.

d.d.

toetsmatrijs,

van

ontwikkelopdracht vaststelling

Deelkwalificatie of Kerntaak en Competenties:

BEOORDELINGS-

Cohort:

Kwalificatie:

Naam periode

Opleidingscluster:

6.22. voorbeeld Planning ONTWIKKELING BEOORDELINGSINSTRUMENT



6.23. voorbeeld examenplan Eindtermen DEELKWALIFICATIE + Basis beoordelingsinstrumenten OPLEIDING + beoordelingsinstrumenten CREBOCODE 267389 CREBOCODE BAKKER 12488 Aantal eindtermen 5 BOL/BBL BOL Aantal beoordelings- 4 (Zie uitsplitsing) Cohort instrumenten BEOORDELINGSINSTRUMENT WEGING EN/OF NUMMER TB1 Beoordelingsinstrumentbasis 1 1 TB2 Beoordelingsinstrumentbasis 2 1 TV1 Beoordelingsinstrumentvaardigheden 1 2 TV2 Beoordelingsinstrumentvaardigheden 2 2 Eindterm Beschrijving Taxonomie- ROC BPV Toetsnummer Toetsvorm -nr eindterm code en/of naam 1 De leerling kent het begrip B X TB1 Schriftelijke toets toetsmatrijs 2 De leerling kan vragen maken P X TV1 Praktijktoets 3 De leerling weet wat cesuur F X TB1 Schriftelijke toets betekent

Welke eindtermen zijn niet aan een toets gekoppeld? (maximaal 24% van het totaal aantal eindtermen van de deelkwalificatie)

Wat zijn hiervan de redenen?

Datum vaststelling: Vastgesteld door namens de vaststellingscommissie:

Naam:

Handtekening:


Basis beoordelingsinstrumenten maken 267389 5 531123/01 70 punten = 5,5

Opleiding + crebocode BOL/BBL Cohort

Toetsen bakker, 12488 BOL

De leerling kent het begrip toetsmatrijs

Handtekening:

Naam:

Datum vaststelling:

Namens de vaststellingscommissie:

1 Totaal B

Open

1 25


120

2

Eindterm-nr Beschrijving eindterm Taxonomiecode Type vraag of Opdracht Aantal Vragen/opdrachten Maximaal te behalen punten

Deelkwalificatie + crebocode Aantal eindtermen BEOORDELINGSINSTRUMENTCODE (VOORLOPIGE) CESUUR

6.24. voorbeeld toetsmatrijs Eindtermen


EXAMENOPDRACHT KERNTAAK 1 KERNTAAK 2 KERNTAAK 3

Optreden

3.2 Voert de performance uit

De danser laat zien dat hij muzikaal is (tempo, ritme, accentuatie en dynamiek).

S

De danser stelt zich flexibel op zodat hij op onverwachte situaties kan inspelen, waardoor dit zo min mogelijk ten koste gaat van de performance.

U


Als ondersteuning van de performance maakt de danser optimaal gebruik van licht, ruimte, decor en props.

L

De danser zet zijn artistieke vaardigheden zo in dat hij de techniek ontstijgt.

De danser heeft een juiste uitstraling/ expressiviteit.

De danser laat zien dat hij de benodigde danstechnieken beheerst.

De danser laat zien dat hij een juiste lichaamscoördinatie heeft.

De danser heeft een juiste energiebeheersing (spanning/ontspanning; rust/kracht).

LLB/ TALEN BEOORDELINGCRITERIA

I

K

werkproces: comp: werkproces: comp: werkproces: comp:

2.1 Product

6.25. Voorbeeld verantwoordingsdocument EINDPRESENTATIE DANSVOORSTELLING


EXAMENOPDRACHT KERNTAAK 1 KERNTAAK 2 KERNTAAK 3

S+K

E

T

De danser bewaakt de kwaliteit van de uitvoering van zijn dans en biedt continuïteit.

De danser maakt de choreografie zijn eigen.

De danser is open en aanspreekbaar t.a.v. verbeterpunten van de choreograaf.

De danser overlegt met choreograaf of de choreografie uit de verf komt.

De danser volgt instructies op van de choreograaf.

De danser staat voorbereid in de repetities.

De danser komt op tijd.


50% van de criteria of meer goed en minimaal 60% voldoende of goed.

Weging Bepalen beoordeling Voldoende Goed

2.3 Oefent de performance

LLB/ TALEN BEOORDELINGCRITERIA

8 productcriteria 2x 16x aantal beoordeleraars (8) 60% van de criteria of meer 7 procescriteria 1x 7x aantal beoordeleraars (6) voldoende

Criteria

Repeteren

werkproces: comp: werkproces: comp: werkproces: comp:

2.2 proces

6.25. Voorbeeld verantwoordingsdocument EINDPRESENTATIE DANSVOORSTELLING



Hoofdstuk 7: Branchespecifieke deel



7.1. Branche AKA Invulling examenorganisatie Branche-examencommissie: Voorzitter: J. de Jong

Sub-examencommissies: 1.1 Sub-examencommissie AKA Voorzitter: I. van Gool 1.2 Voorzitter:

(lid DB)

Beleidsmedewerker

Toetsvaststellingscommissie AKA E. van der Wilk



7.2. Branche Business Services Invulling examenorganisatie Branche-examencommissie: Voorzitter H. Klop Secretaris: A. Visser Leden: G. Kreuninger E. Botter Sub-examencommissies 1.1 Sub- examencommissie Facilitaire Voorzitter E. Botter Secretaris: M. Schaatsbergen Leden: A. Rook W. van Bussel Extern lid: Vacature

Branchedirecteur Beleidsmedewerker onderwijs&kwaliteit Onderwijsmanager (voorzitter SEC ICT) Onderwijsmanager (voorzitter SEC’s FD en Beveiliging)

dienstverlening Onderwijsmanager Teamleider Docent Docent

1.2 Vaststellingscommissie Facilitaire dienstverlening Voorzitter M. Schaatsbergen Teamleider Leden: E. van Bruxvoort Docent B. van der Schans Docent W. Gilbert Docent 2.1 Sub- examencommissie ICT academie Voorzitter: G. Kreuninger Onderwijsmanager Secretaris: R. van der Kraan Examenleider Leden: J. Bakker Teamleider B. Keemink Teamleider M. van den Beedijk Teamleider J. van der Staaij Adviseur ICT J. Dieleman Docent J. de Prenter Docent B. Sondagh Docent Externe leden: W. Verboom Nemesys M. van de Pers Peak IT 2.2 Vaststellingscommissie LL&B ICT Voorzitter: R. van der Kraan Leden: A. Karaca C. Bot A. Baba

academie Examenleider Docent Docent Docent

3.1 Sub- examencommissie Beveiliging Voorzitter: E. Botter Secretaris: K. Grandia Leden: N. van der Zwan C. Kramer G. van Veldhoven

Onderwijsmanager Teamleider Teamleider Hellevoetsluis Teamleider Maasluis Teamleider Ridderkerk

3.2 Sub- examencommissie Beveiliging Voorzitter: K. Grandia Teamleider Lid N. van der Zwan Teamleider



7.3. Branche Gezondheidszorg Invulling examenorganisatie Branche-examencommissie: Voorzitter: A.C.M. Romeijnders - van Tiggelen Secretaris: dhr. W. van Gent leden: mevr. J. A. van Bostelen - Both mevr. J. den Butter mevr. F. Kurvers Sub-examencommissies: Sub-examencommissie Gezondheidszorg voorzitter mevr. J. A. van Bostelen - Both leden mevr. L. van den Engel mevr. A. Dassen mevr. A. Bervoets mevr. A. Wouters mevr. F. Nieuwenhuizen mevr. P. Capellen mevr. M. Galjema mevr. B. Laukens 1 vacature Vaststellingscommissie Gezondheidszorg Voorzitter mevr. A. Bervoets leden mevr. A. Wouters mevr. F. Nieuwenhuizen mevr. P. Capellen mevr. M. Galjema mevr. B. Laukens 1 vacature

branchedirecteur stafmedewerker beleidsondersteuning onderwijsmanager, tevens voorzitter Subexamencommissie hoofd Vlietland Academie, Vlietlandziekenhuis manager Opleidingen Stichting Laurens

onderwijsmanager onderwijsmanager onderwijsmanager teamleider teamleider teamleider teamleider teamleider teamleider

teamleider teamleider teamleider teamleider teamleider teamleider



7.4. Branche Handel & Commercie Invulling examenorganisatie Branche-examencommissie: Voorzitter: J. Haenen Leden: Y. Eijkenaar A. van Nieuwamerongen G. van den Akker R. Ufkes

Branchedirecteur (lid DB) Onderwijsmanager Onderwijsmanager Onderwijsmanager Beleidsmedewerker

Sub-examencommissies: Voorzitter: Y. Eijkenaar Vice Voorz.: A. van Nieuwamerongen Leden: G. van den Akker R. Ufkes G. Derksen

Onderwijsmanager (lid DB) Onderwijsmanager Onderwijsmanager Beleidsmedewerker Adviseur examinering / adviserend lid TVC

Toetsvaststellingscommissie Handel Voorzitter: C. Hermans Leden: C. de Groot W. Schrooten H. Mom T. de Lege G. Derksen

Adviseur examinering / adviserend lid TVC



7.5. Branche Horeca & Toerisme Invulling examenorganisatie Branche-examencommissie Horeca & Toerisme: J.L.M. Haenen : voorzitter M. Klomp : lid R. Stobbe : lid T. Terlouw : lid K. van Velzen : lid namens het bedrijfsleven P. Peters : lid namens het bedrijfsleven Sub-examencommissies: Sub examencommissie Toerisme T. Terlouw : voorzitter G. Eling : lid A. Wartna : lid Vaststellingscommissie Toerisme G. Veltman : voorzitter L. van Dijk : lid Sub examencommissie Horeca & Voeding M. Klomp : voorzitter H. Baart : lid J. Baurichter : lid E. van Dam : lid R. Keizerwaard : lid H. Koppenhagen : lid B. Nieuwesteeg : lid B. van der Graaff : lid namens het bedrijfsleven T. van Koppen : lid namens het bedrijfsleven Vaststellingscommissie Voeding B. Nieuwesteeg : voorzitter T. Speelman : lid



7.6. Branche Lifestyle, Sport & Entertainment Invulling examenorganisatie Branche-examencommissie: Voorzitter: G. Vink - van Vliet Sub-examencommissies: Sub-examencommissie Lifestyle Voorzitter: A. Hagoort

Branchedirecteur (lid DB)

Onderwijsmanager

Vaststellingscommissie UV Voorzitter: I. van Bers

Lid examenbureau

Vaststellingscommissie Mode Voorzitter: G. van Kok

Lid examenbureau

2.1 Voorzitter:

Sub-examencommissie Sport B.M.J. van de Giessen

Onderwijsmanager

2.2 Voorzitter:

Vaststellingscommissie Sport B.M.J. van de Giessen

Onderwijsmanager

2.1 Voorzitter:

Sub-examencommissie Theaterschool L. Lemaire

Directeur Jeugdtheater Hofplein

2.2 Voorzitter:

Sub-examencommissie Dans/Muziek B. Suèr

Projectmanager Entertainment

3.2 Voorzitter:

Vaststellingscommissie Entertainment J. van ’t Hof

Beleidsmedewerker Onderwijs en Kwaliteit



7.7. Branche Secretarieel & Administratie Invulling examenorganisatie Branche-examencommissie: Voorzitter: J. van der Vis Leden: A. de Leeuw R.W. Moesman H.M. Hoff G.J. van de Mast M. Kamsteeg Vacante functie

Branchedirecteur (lid DB) Onderwijsmanager Onderwijsmanager Onderwijsmanager Onderwijsmanager Beleidsmedewerker

Sub-examencommissies: 1.1 Sub-examencommissie Regulier Voorzitter: H.M. Hoff Secretaris: M. Kamsteeg Leden: N. Burman G.J. van de Mast

Onderwijsmanager (lid DB) Beleidsmedewerker Docent, lid Onderwijsmanager

1.2 Vaststellingscommissie Regulier Voorzitter: N. Burman Docent Leden: J. Stegeman Docent J. Hoogendoorn Docent Vacante functie 1.3 Sub-examencommissie Special Products Voorzitter: R.W. Moesman Onderwijsmanager (lid DB) Secretaris: J. Berrenstein Onderwijsassistent, Leden: I. van Riel Teamleider H. Janssen Teamleider 1.4 Vaststellingscommissie Special Products Voorzitter: I. van Riel Teamleider Leden: H. Janssen Teamleider J. van Velzen Instructeur M. Pijl Docent



7.8. Branche Techniek Invulling examenorganisatie Branche-examencommissie: Voorzitter: J.B. Boer Branchedirecteur Sub-examencommissies: 1.1 Sub-examencommissie Elektrotechniek Voorzitter: R. J. Oranje Onderwijsmanager 1.2 Voorzitter:

Vaststellingscommissie Elektrotechniek R. J. Oranje Onderwijsmanager

2.1 Voorzitter:

Sub-examencommissie Metaaltechniek en Technodesign E. Hogerheijde Onderwijsmanager

2.2 Voorzitter:

Vaststellingscommissie Metaaltechniek en Technodesign E. Hogerheijde Onderwijsmanager

3.1 Voorzitter:

Sub-examencommissie Mobiliteit A. Reyngoudt Onderwijsmanager

3.2 Voorzitter:

Vaststellingscommissie Mobiliteit A. Reyngoudt Onderwijsmanager

3.1 Sub-examencommissie Bouw en Wonen Voorzitter a.i. A. Reyngoudt Onderwijsmanager 3.2 Vaststellingscommissie Bouw en Wonen Voorzitter a.i. A. Reyngoudt Onderwijsmanager



7.9. Branche welzijn & onderwijs Invulling examenorganisatie Branche-examencommissie: Voorzitter: M. Klapwijk Branchedirecteur (lid DB) Secretaris: J.G. Nieuwenhuizen (Onderwijsmanager) Leden: Beleidsmedewerker Examinering Hoofd Examenbureau Sub-examencommissie: 1.1 Sub-examencommissie Welzijn & Onderwijs Voorzitter : J.G. Nieuwenhuizen (Onderwijsmanager) Leden: Alle onderwijsmanagers en teamleiders uit de branche Beleidsmedewerker Examinering Onderwijskundig medewerker en Hoofd Examenbureau Dagelijks bestuur: J.G. Nieuwenhuizen Hoofd examenbureau 1.2 Vaststellingscommissie Welzijn & Onderwijs Voorzitter: J.G. Nieuwenhuizen (Onderwijsmanager) Leden: Alle onderwijsmanagers en teamleiders van de branche Welzijn & Onderwijs De branche Welzijn & Onderwijs gebruikt de procedures uit het handboek. Het examenbureau, zoals dit binnen de branche gehanteerd wordt, omvat de volgende medewerkers: - De medewerkers van het centrale examenbureau. - Een teamleider c.q. examenleider vanuit ieder onderwijsteam.



7.10. Branchespecifiek deel Trajectbureau Carla Kathmann:

directeur Trajectbureau

Attie Braafhart:

orthopedagoog

Team van studie en handicap: Tineke Melis, Carolien Verboom, Coby Goeijenbier.



bijlage 1: RICHTLIJNEN VOOR AANGEPASTE EXAMENS VOOR DEELNEMERS MET EEN HANDICAP


RICHTLIJNEN VOOR AANGEPASTE EXAMENS VOOR DEELNEMERS MET EEN HANDICAP

1. Inleiding 2. Uitgangspunten 3. Richtlijnen 3.1 Aanpassingen in het algemeen 3.2 Handicap en chronische ziekte 3.3 Leerstoornissen 3.4 Examen- en toetsvrees

1. Inleiding Het opstellen van richtlijnen met betrekking tot aangepaste examens voor deelnemers met een handicap vloeit voort uit artikel 7.4.8h van de WEB betreffende de onderwijsen examenregeling. ‘De onderwijsen examenregeling (…) omvat ten minste: de wijze waarop de toetsen en het examen of onderdelen daarvan worden afgenomen, daaronder begrepen de wijze waarop gehandicapte deelnemers in voorkomende gevallen in de gelegenheid worden gesteld de toetsen en het examen of onderdelen daarvan af te leggen.’ In bijlage C.3 van de onderwijsen examenregeling (OER) van het Albeda College wordt verwezen naar richtlijnen ten aanzien van aangepaste examens voor deelnemers met een handicap. In deze bijlage worden de richtlijnen beschreven die het Albeda College hanteert met betrekking tot aangepaste examens voor deelnemers met een handicap.

2. Uitgangspunten Het Albeda College hanteert de volgende uitgangspunten ten aanzien van aangepaste examinering voor deelnemers met een handicap: 1. Opleidingen stellen op verantwoorde wijze vast of een deelnemer met een handicap over de in de eindtermen aangegeven kennis en vaardigheden beschikt . 2. Aanpassingen mogen er niet toe leiden dat het eindresultaat van de opleiding voor een deelnemer met een handicap van minder waarde is dan voor iemand zonder handicap. 3. Zolang de aanpassingen voor onderwijs en examens niet strijdig zijn met de eindtermen en/of competenties is er voldoende ruimte voor eventuele aanpassingen. 4. De examinering is voor alle deelnemers gelijkwaardig, maar behoeft niet op gelijke wijze plaats te vinden. 5. In de onderwijsovereenkomst kunnen afspraken worden vastgelegd met betrekking tot hulpmiddelen, aanpassingen en begeleiding in relatie met het te volgen onderwijs, waaronder de beroepspraktijkvorming en de examinering. De gemaakte afspraken met de deelnemer zijn dan in principe geldig gedurende de hele opleiding. 6. Gegeven de grote variatie aan handicaps en de verschillen tussen opleidingen, is het niet doenlijk een vast stramien voor het bepalen van wel of niet toelaatbare aanpassingen te ontwerpen. Aanpassingen zijn altijd maatwerk en verschillen per deelnemer met een handicap. De verantwoordelijkheid voor het toekennen van aanpassingen ligt bij de subexamencommissie van de opleiding 7. De WEB schrijft niet voor dat aanpassingen van examens voor beroepsopleidingen moeten worden gemeld bij de inspectie van het onderwijs. Voor de VAVO moet wel een melding van een ‘afwijkende wijze van examinering’ worden gedaan bij de inspectie van het onderwijs. Bij het bepalen van mogelijke aanpassingen bij examinering van een deelnemer met een handicap, zijn voor de examencommissie onderstaande richtlijnen uitgangspunt. Dit is geen uitputtende opsomming en aanvullingen zijn altijd mogelijk. Voor het nader bepalen van de mogelijkheden met betrekking tot aangepaste examinering kan advies worden ingewonnen bij specialisten van het trajectbureau voor cursisten van het Albeda College.


3. RICHTLIJNEN De richtlijnen ten aanzien van aangepaste examinering zijn gerubriceerd naar: 3.1 Aanpassingen in het algemeen 3.2 Handicap en chronische ziekte 3.3 Leerstoornissen 3.4 Examen- en toetsvrees

3.1 Aanpassingen in het algemeen In deze paragraaf zijn een aantal mogelijke aanpassingen in kernwoorden aangegeven. Het bepalen van aanpassingen geldt voor zowel het binnenschools leren als het buitenschools leren (waaronder de beroepspraktijkvorming). AANPASSINGEN IN HET ALGEMEEN Toetstijdverlenging Gebruik van speciale hulpmiddelen (bv. leesloep, doventolk) Aanpassing van examendocumenten (bv. braille, grootletterdruk, diskette, geluidsdragers) Aanpassing van de examenlocatie (bv. aparte ruimte gebruiken, verandering van de inrichting) Aanpassing van de wijze van examineren (bv. schriftelijk i.p.v. mondeling; of vice versa) Aanpassing van het examenmoment (bv. minder toetsen op één dag, ander tijdstip) Computeraanpassingen (apparatuur en programmatuur) Rekening houden met de Bereikbaarheid, Toegankelijkheid en Bruikbaarheid (BTB) van de examenlocatie (denk aan deelnemers in een rolstoel, akoestiek gebouw, lichtinval, e.d.) Extra zorg m.b.t. tijdig informeren over toetsen, duidelijke mededelingen bij wijzigingen, duidelijkheid in structuur en aanpak in het algemeen Assistentie bij Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen (ADL-assistentie) (bv. voor toiletgebruik, klaarleggen en gebruik materiaal) Het spreiden van de beroepspraktijkvorming (BPV) over een langere periode (b.v. minder uren BPV per dag of minder dagen BPV per week en dan spreiden over een langere periode) De BPV-periodes anders indelen gedurende de opleidingstijd

3.2 Handicap en chronische ziekte In deze paragraaf zijn een aantal mogelijke aanpassingen opgenomen van de meest voorkomende handicaps binnen het Albeda College. Het uitgangspunt voor het toekennen van mogelijke aanpassingen is, dat de deelnemer door middel van een verklaring van een deskundige kan aantonen dat er sprake is van een handicap. Adviezen van een deskundige worden (daar waar mogelijk) opgevolgd. VISUEEL Blind Slechtziend Kleurenblind

Toetsopgaven op diskette aanleveren voor omzetting m.b.v. brailleleesregel op de computer Rekening houden met omgevingsgeluiden Mondeling toetsen i.p.v. schriftelijk Toetstijdverlenging Toetsopgaven aanleveren in grootletterdruk Toetsopgaven op diskette aanleveren en toets op de computer maken Mondeling toetsen i.p.v. schriftelijk Gebruik maken van een leesloep Rekening houden met lichtinval in toetsruimte (wijziging verlichting) Toetstijdverlenging Nummercodering voor kleuren (bv. rood = 1, blauw = 2, enz.)


AUDITIEF Doof Slechthorend

Gebruik maken van een doventolk/audiotolk Schriftelijk toetsen i.p.v. mondeling Toetstijdverlenging Gebruik maken van solo-apparatuur Gebruik maken van doventolk/audiotolk Schriftelijk toetsen i.p.v. mondeling Toetstijdverlenging

De onderstaande opsomming (categorie: motorisch, chronische ziekte en overigen) is lang niet volledig en dient te worden gezien als voorbeelden uit deze categorieën. Er valt ook niet altijd precies aan te geven welke aanpassing noodzakelijk is. Het betreft altijd maatwerk en gebruik daar waar mogelijk is het advies en de richtlijn die door een specialist, behandelaar en/of deskundige wordt gegeven!

MOTORISCH (bv. bij lopen, staan, bewegen, fijne motoriek, rugklachten, e.d.) Stoornis arm- / handfunctie Toets maken op de computer, toetstijdverlenging Stoornis beenfunctie Aanpassing van de examenlocatie (bv. bij deelnemers in een rolstoel), andere toetsopstelling bij praktijkopdrachten Rugklachten Aangepast meubilair Enz., enz. Enz., enz. (het betreft altijd maatwerk) Let op: dit zijn zeer beknopte voorbeelden Zie ook de tabel ‘Aanpassingen in het algemeen’

CHRONISCHE ZIEKTE (bv. astma, nieraandoening, diabetes, stofwisselingsziekte, MS, ME, allergie, enz.) Aandoening luchtwegen Goede luchtconditie toetsruimte Nieraandoening Ander toetsmoment i.v.m. dialyseren Diabetes Tijdens toetsen eten en/of drinken toestaan Chronische vermoeidheid (b.v. bij ME, MS, whiplash) Minder toetsen op één dag, aangepaste BPV-uren, rustruimte ter beschikking stellen, Enz., enz. Enz., enz. (het betreft altijd maatwerk!) Let op: dit zijn zeer beknopte voorbeelden Zie ook de tabel ‘Aanpassingen in het algemeen’

OVERIGEN Autisme Epilepsie Aangeboren hersenletsel/ADHD/ADD Niet aangeboren hersenletsel Psychische problemen (in behandeling (geweest)) Moeilijk lerend (MLK, LOM) Spraak- en taalproblemen Enz., enz. Let op: dit zijn zeer beknopte voorbeelden

Persoonlijke (toets)instructie Prikkelarme omgeving Zie tevens aandachtspunten bij examen- en toetsvrees Prikkelarme omgeving, deelnemer vooraan in het lokaal laten zitten, zie tevens aandachtspunten bij leerstoornissen Prikkelarme omgeving, zie tevens aandachtspunten bij leerstoornissen Nader te bepalen (het betreft altijd maatwerk) Nader te bepalen (het betreft altijd maatwerk) Toetstijdverlenging bij mondeling toetsen bij b.v. (extreem) stotteren Enz., enz. (het betreft altijd maatwerk!) Zie ook de tabel ‘Aanpassingen in het algemeen’


3.3 Leerstoornissen In deze paragraaf zijn mogelijke aanpassingen opgenomen van de twee meest voorkomende leerstoornissen: dyslexie en dyscalculie. Het uitgangspunt voor het toekennen van mogelijke aanpassingen bij deze leerstoornissen is, dat er via de weg van de onderkennende diagnostiek deelonderzoeken zijn afgenomen bij de deelnemer waarin symptomen van leerstoornissen beschreven worden. Voortkomend uit de diagnose kan een advies volgen voor het nemen van bepaalde maatregelen met betrekking tot examinering. DYSLEXIE Toetstijdverlenging van 30% - 50% Toetsopgaven in grootletterdruk Toetsopgaven op cassettebandje (de zgn. leesmeemethode) Gebruik van tekstverwerker (met spellingcontrole) Spellingfouten niet meerekenen Gebruikmaken van oplossingsschema’s/steunkaarten door de vakdocent verstrekt Mondeling i.p.v. schriftelijk (evt. mondelinge herkansing) Lay-out in lettertype (punt 12) ‘Times New Roman’ of Arial (geschikte lettertypes voor dyslectici) Mondelinge toelichting na het schriftelijk examen (recht op nabespreking) Aanpassing van het examenmoment (niet twee toetsen op één dag, geen toetsdagen direct op elkaar volgend) Aparte ruimte gebruiken (evt. opgaven voorlezen in een apart lokaal)(evt. “take home” toetsen) Bij voorkeur geen multiple choice vragen Stimulerende houding surveillant; erkenning van de leerstoornis Andere maatregelen, samenhangend met de specifieke vorm van dyslexie, zoals vastgelegd in het onderzoeksverslag of maatregelen die zijn vermeld in een psychodiagnostisch onderzoeksverslag van de cursist

DYSCALCULIE Toetstijdverlenging van 30% - 50% Opgaven in verzorgde lay-out Lay-out in lettertype (punt 12) ‘Times New Roman’ Opgaven op cassetteband Gebruikmaken van oplossingsschema’s/steunkaarten door de vakdocent verstrekt Mondelinge toelichting na het schriftelijk examen (recht op nabespreking) Aanpassing van het examenmoment (niet twee toetsen op één dag, geen toetsdagen direct op elkaar volgend) Stimulerende houding surveillant; erkenning van de leerstoornis Andere maatregelen, samenhangend met de specifieke vorm van dyscalculie, zoals vastgelegd in het onderzoeksverslag of maatregelen die zijn vermeld in een psychodiagnostisch onderzoeksverslag van de cursist ANDERE LEERSTOORNISSEN Maatregelen, samenhangend met de specifieke vorm van de leerstoornis


3.4 Examen- en toetsvrees In deze paragraaf zijn de mogelijke aanpassingen opgenomen voor deelnemers met examen- en toetsvrees. Het uitgangspunt voor het toekennen van mogelijke aanpassingen bij examen- en toetsvrees is, dat de deelnemer door middel van een verklaring van een psycho-diagnostisch geschoolde psycholoog, orthopedagoog of een daartoe binnen het Albeda College bevoegde functionaris, kan aantonen dat de diagnose examen- en toetsvrees is gesteld. Voortkomend uit de diagnose kan een advies volgen voor het nemen van bepaalde maatregelen met betrekking tot examinering. EXAMEN- EN TOETSVREES Toetstijdverlenging Deelnemer mag de toets in een aparte ruimte maken Deelnemer mag een koptelefoon gebruiken met een rustgevend muziekje Er is een speciale surveillant om de deelnemer (evt. ook vooraf) gerust te stellen Een toets in delen afnemen en niet in één keer Aanpassing van het examenmoment (niet twee toetsen op één dag, geen toetsdagen direct op elkaar volgend) Daar waar handicap staat, kan indien van toepassing tevens chronische ziekte, leerstoornis of examen- en toetsvrees worden gelezen.


bijlage 2: examenreglement augustus 2008 Dit reglement vervangt alle voorgaande versies.

Examenreglement Albeda College augustus 2008


EXAMENREGLEMENT INHOUDSOPGAVE

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

1.1 1.2 1.3 1.4

Begripsbepalingen De indeling van het examen en de toepassing van dit reglement De inhoud en vorm van het examen De toelating tot het examen

Hoofdstuk 2

Regeling van het examen

2.1 2.2 2.3 2.4 2.5

De organisatie van het examen Het examenprogramma De examinatoren Het toezicht op de examens Geheimhouding

Hoofdstuk 3

De afname van het examen

3.1 3.2

Procedure rond het examen De gang van zaken tijdens het examen

4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6

Vaststelling van het examenresultaat Vrijstellingen Uitslag Diploma, certificaat, beoordelingslijst Herkansing examens Bewaren en inzage van beoordelingen en processen verbaal

8

9

Hoofdstuk 4 Uitslag, herkansing, diplomering

3

10

Hoofdstuk 5 Onregelmatigheden

11

Hoofdstuk 6

5.1 Onregelmatigheden 5.2 Klachten over het examen 5.3 Recht van Beroep 5.4 De samenstelling van de Commissie van Beroep voor de examens Overige bepalingen

13

6.1 6.2 6.3 6.4

afwijkende wijze van examinering onvoorziene omstandigheden informeren kandidaten inwerkingtreding



Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen 1.1 Begripsbepalingen

In dit Examenreglement wordt verstaan onder: Assessor

De assessor is op aanwijzing van de sub-examencommissie verantwoordelijk voor het beoordelen van door een kandidaat aangedragen bewijs in relatie tot kerntaken en competenties uit een kwalificatiedossier. Het kan gaan om kandidaten die een MBO-opleiding volgen of om kandidaten die via de erkenning van verworven competenties (EVC) voor diplomering in aanmerking willen komen.

Beoordelaar

De beoordelaar is op aanwijzing van de sub-examencommissie verantwoordelijk voor een correcte beoordeling van een examen of examenonderdeel op basis van een vastgesteld beoordelings- en normeringsmodel.

Beoordelingsinstrument

Een beoordelingsinstrument vormt de afsluiting van een examenonderdeel of examen.

Beroep

Protest tegen een beslissing op een bezwaar. Het protest is gericht tot een instantie die onafhankelijk is van degene die de beslissing heeft genomen i.c. de Commissie van Beroep voor de examens.

BPV / beroepspraktijkvorming

Onderdeel van het onderwijs dat plaatsvindt in de praktijk van het beroep.

Beroepspraktijkvormings-overeenkomst

De overeenkomst die de onderwijsinstelling, de kandidaat en het bedrijf dat de beroepspraktijkvorming verzorgt, met elkaar afsluiten. Bij de beroepsbegeleidende leerweg (BBL) is ook het KBB partij in de overeenkomst.


De commissie is verantwoordelijk voor het op verantwoorde wijze doorlopen van de examenprocedures voor die opleidingen waarvoor zij is aangesteld door het College van Bestuur. De commissie bewaakt het totale proces van de voorbereiding, de ontwikkeling, de vaststelling, de planning en afname, de beoordeling, de vaststelling van de uitslag en diplomering en de evaluatie van de examens.

Cesuur

De grens tussen de hoogste score waaraan een onvoldoende wordt toegekend en de laagste score waaraan een voldoende wordt toegekend.

Certificaat

Een wettelijk document waarmee is vastgelegd dat de bezitter een of meer deelkwalificaties of certificeerbare eenheden heeft behaald. Het College van Bestuur is het bevoegd gezag als bedoeld in de Wet Educatie en Beroepsonderwijs. Het College van Bestuur bestuurt de stichting en is belast met de taken en bevoegdheden die volgens de wet tot het bestuur behoren e.e.a. zoals is neergelegd in de gewijzigde statuten van het Albeda College van 28 december 2006.

College van Bestuur



Commissie van Beroep voor de examens

De Commissie die het beroep behandelt dat door een kandidaat is ingesteld. De Commissie van Beroep is een onafhankelijke commissie die werkt met een eigen reglement.

Competentie

Een geheel van vaardigheden, (beroeps)houding en kennis.

Deelkwalificatie

Een combinatie van eindtermen, vastgesteld voor een bepaalde beroepsopleiding, die in het licht van de uitoefening van het beroep waarop de opleiding is gericht een zelfstandige betekenis heeft. Elke deelkwalificatie wordt afgesloten met een toets, eventueel bestaande uit een aantal deeltoetsen. Zie artikel 7.2.3. WEB

Deelnemer

Een deelnemer is een persoon die zich met het oog op het gebruik van de onderwijsvoorzieningen laat inschrijven bij een onderwijsinstelling.

Diploma

Een wettelijk document waarmee is vastgelegd dat de bezitter een kwalificatie heeft behaald.

Eindtermen

Eindtermen zijn omschreven kwaliteiten op het gebied van kennis, inzicht, vaardigheden en in voorkomende gevallen beroepshoudingen, waarover degene die de opleiding voltooit, dient te beschikken. Eindtermen hebben betrekking op het maatschappelijk en beroepsmatig functioneren en hebben in voorkomende gevallen betekenis voor de doorstroming naar vervolgonderwijs. Deze eindtermen geven niet aan op welke wijze de opleidingen tot het behalen van de eindtermen moeten leiden en evenmin hoe de kandidaat tot dat resultaat komt. Zie artikel 7.1.3. WEB

Eindtermendocument

Het voorstel van het landelijk orgaan beroepsonderwijs aan de minister op basis waarvan de eindtermen van een opleiding door de minister worden vastgesteld. Zie artikel 7.2.4. WEB

Examen

Onderzoek naar competenties of eindtermen die de kandidaat bij het afsluiten van een leertraject moet beheersen.

Examenonderdeel

Een onderdeel- van het examen.

Examenprogramma

Alle gegevens over de inhoud en de organisa-tie van de examens, vastgelegd in de Onderwijs- en Examenregeling.

Examenreglement

Tot de Onderwijs- en Examenregeling (OER/studiehandleiding) behorend document waarin de procedures en regels van de examinering zijn vastgelegd.

Examinator

Degene(n) die belast is (zijn) met het afnemen en beoordelen van het examen. Wordt aangewezen door de sub-examencommissie.

Examendeelnemer

Iemand die zich alleen inschrijft bij het ROC om examen te doen en geen opleiding volgt, voorheen extraneus. Hij/zij heeft daartoe een overeenkomst afgesloten met het Albeda College.



Formatieve toets

Een toets die niet meetelt voor het diploma. De toets heeft als doel het leren te sturen. De uitslag van de toets geeft een indicatie van het niveau van (competentie)ontwikkeling van de kandidaat.

Handboek Examinering

Een door het CvB vastgesteld Handboek dat de regels, functies en procedures vermeldt die in het Albeda College gelden voor de organisatie en uitvoering van de examens.

Herkansing

De mogelijkheden om opnieuw geëxamineerd te worden.

Kandidaat

Degene- die aan één of meer examenonderdelen deel-neemt op grond van de afgesloten onderwijsovereenkomst of de examenovereenkomst.

KBB

Kenniscentrum Beroepsonderwijs Bedrijfsleven. Per bedrijfstak of groep van bedrijfstakken is er een KBB. De taken van de KBB’s zijn: bijdragen aan het ontwikkelen en onderhouden van een landelijke kwalificatiestructuur voor het beroepsonderwijs; bijdragen aan de bevordering van de kwaliteit en beschikbaarheid van de plaatsen waar de BPV wordt verzorgd.

Klacht

Uiting van het gevoel benadeeld te zijn bij (een deel van) het examen. Klachten worden binnen de daartoe gestelde termijn schriftelijk ingediend bij de sub-examencommissie.

Kwalificatie

Een combinatie van deelkwalificaties, beschreven in een eindtermendocument, óf een uitstroomdifferentiatie, beschreven in een kwalificatiedossier, waarvoor een diploma kan worden afgegeven.

Kwalificatieniveau

Een aanduiding van het niveau van beroepsuitoefening, gebaseerd op mate van verantwoordelijkheid, complexiteit en transfervaardigheden dat bij gediplomeerde afsluiting van de opleiding is bereikt: - niveau 1 : assistentenopleiding - niveau 2 : basisberoepsopleiding - niveau 3 : vakopleiding - niveau 4 : middenkaderopleiding of specialistenopleiding

Kwalificatieprofiel

Beschrijving van de startpositie van de beginnende beroepsbeoefenaar. Met andere woorden wat van een gediplomeerde onderwijsdeelnemer mag worden verwacht als beginnend beroepsbeoefenaar, als lid van de maatschappij en als starter in een volgende opleiding.

Leerweg

De wet onderscheidt twee leerwegen die tot eenzelfde kwalificatie leiden: - de BeroepsBegeleidende Leerweg (BBL), waarbij het praktijkdeel 60 % of meer van de studieduur omvat; - de BeroepsOpleidende Leerweg (BOL), waarbij het praktijkdeel minimaal 20% en minder dan 60% van de studieduur omvat.

OER

Onderwijs- en Examenregeling. Het document waarin de belangrijkste kenmerken van de opleiding worden vastgelegd. In de Onderwijsregeling wordt de inhoud van het onderwijs en de studie-duur vastgelegd. In de Examenregeling de inhoud en de vorm van de examinering.



Onvoldoende

De bepaling van de voorwaarden voor het behalen van een examen wordt vermeld in de OER/studiehandleiding. Dit kan per branche verschillen met inachtneming van de wettelijke bepalingen.

Proces verbaal

Schriftelijke weergave van de gang van zaken bij de uitvoering van een examenonderdeel of examen.

SBU

Studie Belastings Uren. De norm voor een volledig studiejaar is 1600 SBU’s.

Studiehandleiding

Een document waarin in het kader van de zorgplicht, onder andere het examenplan en de gang van zaken rondom examinering staan vermeld volgens een centraal vastgesteld format.

Studiejaar

Een normatief studiejaar bestaat uit veertig weken van elk veertig klokuren, waaronder begrepen de beroepspraktijkvorming.

Studielast

De studielast van elke opleiding wordt uitgedrukt in normatieve studiejaren. De normatieve studielast is de studielast die een deelnemer gemiddeld geacht wordt nodig te hebben om de opleiding te voltooien. De feitelijke situatie zal van persoon tot persoon kunnen verschillen. De studielast van de beroepsopleidingen bedraagt: - assistentenopleiding : 1/2 tot 1 jaar; - basisberoepsopleiding : 1 tot 3 jaar; - vakopleiding : 2 tot 4 jaar; - middenkaderopleiding : 3 tot 4 jaar; - specialistenopleiding : 1 tot 2 jaar.

Sub-examencommissie

De sub-examencommissie is verantwoordelijk voor de uitvoering van de examenprocedures van het eigen opleidingencluster waarvoor zij is aangesteld door de branche-examencommissie.

Summatieve toets

Een andere term voor examenonderdeel. Een toets die meetelt voor het diploma. Beoordeling die aan het einde van een leerperiode plaatsvindt. Sturing van het leren is niet meer mogelijk. Het gaat om een eindoordeel.

Surveillant

Iemand die bij de afname van toetsen toezicht houdt.

Toezicht

De minister houdt toezicht op het onderwijs. Dat toezicht wordt uitgevoerd door de inspectie van het onderwijs.

Uitstroomdifferentiatie

Het gedeelte van een kwalificatieprofiel waarin de kerntaken en competenties zijn vastgelegd die vereist zijn voor de uitoefening van een bepaald beroep in het gekozen domein. Bij het voldoende afleggen van het hiervoor in de OER/studiehandleiding vastgelegd examen wordt hiervoor een diploma behaald.

Voldoende

Tenminste het cijfer 5,5 (niet afgerond, 5,49 is onvoldoende) of tenminste de waardering “voldoende”.



1.2 De indeling van het ex amen en de toepassing van dit reglement

1. Dit examenreglement is van toepassing op de examinering van elke kwalificatie die het Albeda College verzorgt. 2. Het examen van elke opleiding/uitstroomdifferentiatie bestaat uit summatieve toetsen, die worden afgenomen voor het behalen van het diploma van die kwalificatie. 1.3 De inhoud en vorm van het ex amen

1. De inhoud en de vorm van een examen zijn per kwalificatie in de Onderwijs- en Examenregeling omschreven in het examenprogramma. 1.4 De toelating tot het ex amen

1. De deelnemers aan het onderwijs van het Albeda College krijgen de gelegenheid een examen af te leggen. Hiervoor gelden de regels uit dit reglement en het examenprogramma. 2. Een deelnemer kan vragen om te worden geëxamineerd mits het examenprogramma dat toelaat. Hij moet dan bij de sub-examencommissie aantonen dat hij voldoende is voorbereid om met succes dat examen te doorlopen. 3. In voorkomende gevallen kan in de OER/studiehandleiding of de onderwijsovereenkomst bepaald zijn dat de kandidaat een percentage van de lessen moet hebben gevolgd alvorens te kunnen deelnemen aan een toets, dan wel dat aan voorwaarden anderszins is voldaan. 4. Degene die uitsluitend tot de examenvoorzieningen wenst te worden toegelaten, kan zich als examendeelnemer in laten schrijven. Aan die inschrijving zijn de volgende voorwaarden verbonden: - betaling van een daarvoor vastgestelde vergoeding. - een door de sub-examencommissie afgegeven verklaring op basis van een EVC-rapportage; - of eerder verworven vrijstellingen of certificaten welke door de sub-examencommissie zijn goedgekeurd.



Hoofdstuk 2 Regeling van het examen 2.1 De organisatie van het ex amen

1. De examens waarop dit reglement van toepassing is, worden onder verantwoordelijkheid van het College van Bestuur afgenomen. 2. Het College van Bestuur stelt jaarlijks vóór 1 oktober de branche- en de sub-examencommissies vast. 3. De sub-examencommissie ziet toe op de uitvoering van het vastgestelde examenprogramma. 4. De voorzitter van de sub-examencommissie is verantwoordelijk voor de uitvoering van het examenprogramma van de opleiding/uitstroomdifferentiatie. 2.2 Het ex amenprogramma

1. Het College van Bestuur stelt het examenprogramma van een kwalificatie vast voor 1 mei van elk kalenderjaar*. 2. Het examenprogramma omvat: a. Een beschrijving van de vorm en inhoud van de examens. b. De procedure voor de aanmelding voor deelname aan de examens. c. De wijze van afnemen. d. De wijze van beoordelen. e. De criteria waaraan voldaan moet zijn wil een diploma of certificaat kan worden afgegeven. f. De herexamenregeling. 3. Het vastgestelde examenprogramma is beschreven in de OER/studiehandleiding. *deze datum kan voor experimenten op een later tijdstip liggen krachtens het bepaalde binnen de experimenteerregeling. 2.3 De ex aminatoren

Als examinator kunnen optreden: - bij de kwalificatie/uitstroomdifferentiatie betrokken medewerkers, die bij voorkeur niet de begeleider van de kandidaat zijn - (externe) deskundigen Examinatoren vervullen een rol bij afname en beoordeling van examenonderdelen en examens volgens de functiebeschrijvingen in het Handboek Examinering. 2.4 Het toezicht op de ex amens

Het toezicht op de examens namens de Minister van OCW wordt uitgeoefend door de Inspectie van het Onderwijs. 2.5 Geheimhouding

Iedereen die betrokken is bij de uitvoering van dit Examenreglement en daarbij de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij/zij zou moeten begrijpen dat het vertrouwelijke gegevens zijn, is verplicht tot geheimhouding daarvan.



Hoofdstuk 3 De afname van het examen 3.1 Procedure rond het ex amen

1. De subexamencommissie biedt ook examendeelnemers de gelegenheid zich in te schrijven voor deelname. 2. Als een kandidaat verhinderd is aan een onderdeel van de examinering deel te nemen, moet hij/zij dit zo spoedig mogelijk schriftelijk afzeggen en de reden melden bij de examinator. 3. Als de reden van verhindering door de examinator ongeldig wordt verklaard, meldt hij dat schriftelijk aan de subexamencommissie en aan de kandidaat. De kandidaat heeft dan geen automatisch recht op een extra herkansing, dit is ter beoordeling van de subexamencommissie. 3.2 De gang van zaken tijdens het ex amen

1. Indien toezicht bij de afname van een examen nodig is, dan wordt dat toezicht geregeld door de sub-examencommissie. 2. Van het verloop van de examens, binnen of buiten- de school, maakt de examinator procesverbaal op. Van de uitvoering van de opdrachten kunnen beeld- of geluidopname worden gemaakt.



Hoofdstuk 4 Uitslag, herkansing, diplomering 4.1 Vaststelling van het ex amenresulta at

1. 2. 3.

De uitslag van een examen(onderdeel) bestaat uit een cijfer of de kwalificatie ‘onvoldoende’, ‘voldoende’ (‘goed’). De sub-examencommissie/examinator stelt voor elk examen(onderdeel) de uitslag vast binnen tien werkdagen na de afname. De beroepspraktijkvorming maakt deel uit van het examen. Het eindresultaat van de examinering kan pas worden vastge-steld als het resultaat van deze beroepspraktijkvor-ming bekend is.

4.2 Vrijstellingen

1. Een verzoek om vrijstelling wordt ingediend bij de voorzitter van de sub-examencommissie. 2. De sub-examencommissie kan een kandidaat vrijstelling verlenen voor een examen(onderdeel), met inachtneming van de vrijstellingsregeling, zoals die in de Onderwijs- en examenregeling is opgenomen (zie bijlage C7). 3. Indien de vrijstelling wordt verleend, verstrekt de sub-examencommissie de verzoeker een bewijs van vrijstelling. 4.3 Uitslag

1. De sub-examencommissie stelt de uitslag vast. 2. De kandidaat hoort binnen 15 werkdagen na de afname van het examen de uitslag van de sub-examencommissie. 4.4 Diploma, certifica at en resultatenoverzicht

1. De kandidaat is geslaagd indien: alle voor het diploma vereiste examens zodanig zijn beoordeeld dat de kandidaat voldoet aan de vereisten van het examenprogramma of dat er een vrijstelling daarvoor is verleend, dit is inclusief de vereisten die voor de beroepspraktijkvorming gelden. 2. Aan de kandidaat die geslaagd is wordt een diploma of certificaat uitgereikt. 3. Aan iedere kandidaat die een examen heeft afgelegd, wordt een resultatenoverzicht uitgereikt. Op het resultatenoverzicht worden tenminste de door de kandidaat gerealiseerde deelkwalificaties of kerntaken vermeld. 4. Een kandidaat die voor één of meer deelkwalificaties of certificeerbare eenheden, zoals vermeld in de OER/ studiehandleiding, een voldoende heeft behaald, heeft recht op een certificaat. Dit certificaat wordt uitgereikt bij het verlaten van de opleiding. 4.5 Herk ansing ex amens

1. Herkansing is mogelijk als het binnen de geldende regeling van de OER/studiehandleiding valt. 2. De regels voor herkansing staan in het examenprogramma en de geldende regeling voor de betreffende opleiding/ uitstroomdifferentiatie. 4.6 Bewaren en inzage van beoordelingen en processen verba al

1. Toetsen, beoordelingen en processen verbaal worden gedurende zes maanden na afname ter inzage voor de kandidaat bewaard is.



Hoofdstuk 5 Onregelmatigheden 5.1 Onregelmatigheden

1. Een examenfunctionaris die vaststelt dat er sprake is van onregelmatigheden is verplicht dit zo spoedig mogelijk schriftelijk te rapporteren aan de voorzitter van de sub-examencommissie. 2. Indien een kandidaat zich aan een onregelmatigheid schuldig maakt of heeft gemaakt, kan de sub-examencommissie maatregelen nemen. 3. De maatregelen kunnen zijn: a. Bepalen dat de kandidaat geen diploma krijgt en eerst een hernieuwd examen moet doen in de door de subexamencommissie aan te wijzen onderdelen. b. Verbieden van deelname of verdere deelname aan het examen. 4. Alvorens maatregelen te nemen, hoort de sub-examencommissie de kandidaat. De kandidaat kan zich door een door hem aan te wijzen meerderjarige persoon laten bijstaan. De sub-examencommissie deelt zijn beslissing mee aan de kandidaat, als het kan mondeling en in ieder geval schriftelijk. In de schriftelijke mededeling wordt ook gewezen op de mogelijkheid voor de kandidaat om in beroep te gaan. Als de kandidaat minderjarig is gaat de schriftelijke mededeling ook naar de ouders of wettelijk vertegenwoordigers. 5. Als de kandidaat het niet eens is met deze beslissing kan hij in beroep gaan bij de Commissie van Beroep voor de examens. 5.2 Klachten over het ex amen

1. a. Een kandidaat, die rechtstreeks in zijn/haar belang is getroffen door handelingen of besluiten van een examinator of sub-examencommissie, heeft het recht een klacht in te dienen binnen vijf werkdagen na de bekendmaking van de vastgestelde uitslag. b. De klacht bedoeld in lid a dient schriftelijk en met redenen omkleed te worden ingediend bij de sub-examencommissie die de beslissing genomen heeft. c. De sub-examencommissie bevestigt schriftelijk de ontvangst van de klacht. d. Degene(n) die heeft beslist voorziet de schriftelijk ingediende klacht van een dagstempel en beslist binnen tien werkdagen na de datum van het dagstempel of de aanvankelijke beslissing wordt herzien of niet, en zo ja op welke wijze. e. Van het besluit op de klacht en de aard van de voorzieningen worden de betrokkenen schriftelijk op de hoogte gesteld. Het besluit is met redenen omkleed. 2

De klacht houdt in: - naam en adres van de indiener - datum van indiening - omschrijving van de maatregel of be-slis-sing waartegen de klacht wordt ingediend. (kopie meesturen indien beschikbaar) - de gronden van de klacht



5.3 Recht van Beroep

1. Als de kandidaat het niet eens is met de uitspraak van de sub-examencommissie kan hij beroep aantekenen bij de Commissie van Beroep voor de examens. Hij stuurt het beroepschrift aan het College van Bestuur. Het College van Bestuur voorziet het beroepsschrift van een dagstempel en stuurt het meteen naar de Commissie van Beroep voor de examens. De dagstempel toont de datum waarop het beroep is ingediend en is bepalend voor de termijn van tien werkdagen vermeld in lid 3 hieronder. 2. Het beroepsschrift houdt in: - naam en adres van de indiener - datum van indiening - omschrijving van de maatregel of beslissing waartegen beroep wordt ingediend - de gronden van het beroep 3. De termijn voor het indienen van een beroepsschrift bedraagt tien werkdagen. De termijn begint op de dag die volgt op de dag waarop de maatregel of beslissing is bekend gemaakt. 4. De Commissie behandelt het beroep volgens het reglement Commissie van Beroep voor de examens. De Commissie stelt de branche- en sub-examencommissie op de hoogte van het ingestelde beroep. 5. De Commissie van Beroep behandelt het beroep binnen tien werkdagen na ontvangst van het beroepschrift, tenzij zij deze termijn heeft verlengd met ten hoogste tien werkdagen. 6. De uitspraak van de Commissie is bindend voor alle betrokkenen. 5.4 De samenstelling van de Commissie van Beroep voor de Ex amens

1. De Commissie van Beroep voor de Examens wordt samengesteld door het College van Bestuur. 2. Tot lid van de Commissie van Beroep kunnen niet worden benoemd personen die bij het geschil zijn betrokken dan wel daarbij direct of indirect een persoonlijk belang hebben. 3. De Commissie van Beroep wijst uit haar midden een voorzitter en secretaris aan. Indien er naar de mening van de Commissie van Beroep aanleiding bestaat, op grond van zwaarwegende redenen, de samenstelling te wijzigen, worden door de Commissie plaatsvervangers benoemd.



Hoofdstuk 6 Overige bepalingen 6.1 Afwijkende wijze van ex aminering

Voor kandidaten met een aantoonbare handicap of een specifiek tekort kan de sub-examencommissie toestaan dat een examen(onderdeel) in een afwijkende vorm wordt afgenomen. Het aangepaste examen moet voldoen aan de technische eisen. 6.2 Onvoorziene omstandigheden

In gevallen waarin dit Examenreglement niet voorziet en waarover onmiddellijke beslissing noodzakelijk is, beslist het College van Bestuur. Het College van Bestuur deelt haar beslissing binnen tien werkdagen mede aan de betrokkenen en aan de Inspectie. 6.3 Informeren k andidaten

Het Examenreglement en het examenprogramma zijn opgenomen in de OER/studiehandleiding. 6.4 Inwerkingtreding

Dit Examenreglement treedt in werking met ingang van 1 augustus 2008.



bijlage 3: REGLEMENT COMMISSIE VAN BEROEP VOOR DE EXAMENS Albeda college

reglement commissie van beroep voor de examens


Artikelen Reglement commissie van beroep voor de examens: Artikel 1: Begrippen 3 Artikel 2 : Bevoegdheid

4

Artikel 3 : Samenstelling commissie

4

Artikel 4 : Beroepschrift

4

Artikel 5 : Behandeling

5

Artikel 6 : Besluitvorming

5

Artikel 7 : Uitspraak

5

Artikel 8 : Vernietiging

6

Artikel 9 : Voorlopige voorziening

6

Artikel 10 : Herziening

6

Artikel 11 :

6

Wijziging en aanvulling reglement

Artikel 12 : Slotbepaling

6



Reglement voor de Commissie van Beroep van het Albeda College, ingesteld op grond van de Wet Educatie Beroepsonderwijs ALGEMEEN Artikel 1 : Begrippen

- Bevoegd gezag

Het College van Bestuur van het Albeda College.

- Beroep

Protest tegen een beslissing, gericht tot een instantie die onafhankelijk is van degene die een beslissing heeft genomen i.c. Commissie van Beroep voor de Examens.

- Branchedirecteur

De schoolleiding over een branche van het Albeda College.

- College van Bestuur

Het bevoegd gezag als bedoeld in de Wet Educatie en Beroepsonderwijs. Het College van Bestuur bestuurt de stichting en is belast met de taken en bevoegdheden die volgens de wet tot het bestuur heboren. Een en ander zoals is vastgelegd in de statuten van het Albeda College d.d. 28 december 2006.

- Commissie

De Commissie van Beroep voor de Examens als bedoeld in de Wet Educatie Beroepsonderwijs, Hoofdstuk 7, Titel 5.

- Deelnemer

In de Web wordt niet gesproken over leerlingen of studenten maar ook deelnemers. Een persoon die zich met het oog op het gebruik van de onderwijsen examenvoorzieningen laat inschrijven bij de onderwijsinstelling.

- Examen

Onderzoek naar competenties die een deelnemer bij het afsluiten van een leertraject moet beheersen.

- Kandidaat

Degene die aan een of meer examenonderdelen deelneemt op grond van de afgesloten onderwijsovereenkomst of de examenovereenkomst.

- Reglement

Het reglement van de Commissie van Beroep voor de Examens.

- Sub-examencommissie

De sub-examencommissie is verantwoordelijk voor de uitvoering van de examenprocedures voor het eigen opleidingencluster waarvoor zij is aangesteld door de branche- examencommissie.

- WEB

Wet Educatie Beroepsonderwijs.



Artikel 2 : Bevoegdheid

- 1 De commissie is bevoegd kennis te nemen van een door een kandidaat ingesteld beroep dat zich richt tegen een met betrekking tot de kandidaat genomen beslissing van een tot het Albeda College behorende examencommissie of van een der examinatoren. - 2 De commissie is bevoegd kennis te nemen van alle bescheiden die van belang zijn voor de beoordeling van het geschil waarvoor zij bevoegd is. - 3 Indien de commissie zich ambtshalve onbevoegd verklaart, stelt zij de kandidaat hiervan onverwijld schriftelijk op de hoogte. Artikel 3 : Samenstelling commissie

-1 De commissie van beroep voor de Examens wordt samengesteld door het College van bestuur. Deze wijst ook plaatsvervangers aan. - 2 De Commissie van Beroep wijst uit haar midden een voorzitter en secretaris aan. - 3 Indien er naar de mening van de Commissie van Beroep aanleiding bestaat op grond van zwaarwegende redenen de samenstelling te wijzigen worden de plaatsvervangers aangewezen. Artikel 4 : Beroepschrift

- 1 De kandidaat dient binnen tien werkdagen na de uitspraak van de sub-examencommissie schriftelijk beroep aan te tekenen bij het College van Bestuur. Deze termijn begint op de dag die volgt op de dag waarop de maatregel of beslissing is bekend gemaakt. - 2 Het College van Bestuur voorziet het beroepschrift van een dagstempel en stuurt het onmiddellijk naar de Commissie van Beroep van de Examens. Het dagstempel toont de datum waarop het beroep is ingediend en is bepalend voor de termijn van 10 werkdagen zoals genoemd in artikel 5 hieronder. - 3 Het beroepschrift houdt in: - naam en adres van de indiener; - datum van indiening; - omschrijving van de maatregel of beslissing waartegen beroep wordt ingediend; - de gronden van het beroep; - bij het beroepschrift wordt zo mogelijk een kopie van de beslissing waarop het beroep betrekking heeft, overgelegd.



Artikel 5 : Behandeling

- 1 De commissie behandelt het beroep zo spoedig mogelijk, maar in ieder geval binnen tien werkdagen na ontvangst van het beroepsschrift tenzij zij het termijn heeft verlengd met nog eens ten hoogste tien werkdagen. - 2 De commissie stelt, indien zij zulks nodig acht, een onderzoek in alvorens te beslissen. Zij stelt, wanneer dit wenselijk of noodzakelijk wordt geacht, bij haar beslissing vast op welke wijze de kandidaat alsnog in de gelegenheid zal worden gesteld het examen geheel of gedeeltelijk af te leggen. - 3 De commissie kan al dan niet op verzoek getuigen of deskundigen horen. - 4 Alvorens tot een uitspraak te komen hoort de commissie in ieder geval: - de voorzitter van de sub- examencommissie; - de kandidaat; - indien nodig de betrokken examinator(en). - 5 De kandidaat kan zich gedurende het onderzoek van de commissie, indien zulks noodzakelijk wordt geacht, door een door hem aan te wijzen meerderjarige persoon laten bijstaan. - 6 De voorzitter van de sub-examencommissie en indien noodzakelijk de examinatoren verstrekken aan de commissie de inlichtingen die zij voor de uitvoering van haar taak nodig oordeelt. Artikel 6 : Besluitvorming

- 1 Besluiten worden genomen met gewone meerderheid van stemmen, voor zover mogelijk in een voltallige vergadering. - 2 Nemen niet meer dan 2 personen aan de besluitvorming deel, dan kunnen besluiten slechts worden genomen met eenparigheid van stemmen. Artikel 7 : Uitspra ak

- 1 De commissie kan het bij haar ingesteld beroep: - Niet –ontvankelijk verklaren; - Ongegrond verklaren; - Gegrond verklaren; - 2 De commissie deelt haar beslissing schriftelijk mee aan de kandidaat en degene(n) tegen wiens beslissing het beroep zich richt, zo mogelijk mondeling en in ieder geval schriftelijk. Tevens maakt de commissie haar beslissing bekend aan de ouders, voogd(en) of verzorgers van de kandidaat indien deze minderjarig is. Tevens maakt de commissie haar beslissing bekend aan het bevoegd gezag. - 3 De schriftelijke bekendmaking van de uitspraak vindt plaats binnen tien werkdagen na ontvangst van het beroepschrift, tenzij zij deze termijn heeft verlengd met ten hoogste tien werkdagen. - 4 In haar schriftelijke uitspraak motiveert de commissie haar beslissing. Tevens stelt zij vast op welke wijze de kandidaat alsnog in de gelegenheid zal worden gesteld het examen geheel, gedeeltelijk dan wel opnieuw af te leggen. - 5 De uitspraak van de commissie is voor alle betrokkenen bindend.



Artikel 8 : Vernietiging

- 1 Indien de commissie het bij haar ingesteld beroep gegrond acht, vernietigt zij de beslissing waartegen beroep is ingesteld geheel of gedeeltelijk. In afwijking van artikel 7: 25 van de Algemene Wet Bestuursrecht is de commissie niet bevoegd, in de plaats van het geheel of gedeeltelijk vernietigde besluit, een nieuw besluit te nemen. - 2 De commissie kan bepalen dat het examen of enig onderdeel daarvan opnieuw wordt afgenomen onder door de commissie te stellen voorwaarden. - 3 De sub-examencommissie waarvan de beslissing is vernietigd, voorziet voor zover nodig opnieuw in de zaak met inachtneming van de uitspraak van de commissie. De commissie kan daarvoor in haar uitspraak een termijn stellen. Artikel 9 : Voorlopige voorziening

In zaken waarin het belang van de klager een onmiddellijke voorziening vordert, kan deze in een met redenen omkleed verzoekschrift, in afwachting van de uitspraak van de Commissie van Beroep voor de Examens aan de voorzitter van de commissie een voorlopige voorziening vragen. De voorzitter beslist op dat verzoek na de voorzitter van de betreffende examencommissie te hebben gehoord. Artikel 10 : Herziening

Herziening van een uitspraak van de commissie, kan op verzoek van elk van beide partijen plaatsvinden, op grond van nader gebleken feiten of omstandigheden, die indien deze eerder bekend waren geweest, tot een andere uitspraak zouden hebben kunnen leiden. Artikel 11 : Wijziging en a anvulling reglement

- 1 Het reglement kan met inachtneming van de bepalingen van de betreffende wet en/of regelgeving door het College van Bestuur worden gewijzigd en aangevuld. - 2 Het College van Bestuur legt een voorstel tot wijziging en/of aanvulling van het reglement voor advies voor aan de commissie. Artikel 12 : Slotbepaling

In alle gevallen waarin dit reglement niet voorziet beslist het College van Bestuur, de commissie gehoord hebbende. Aldus opgemaakt en vastgesteld te Rotterdam d.d. juni 2008

Contactgegevens Commissie van Beroep voor de examens van het Albeda College, t.a.v. mw. J. Geurtsen of mw. Y. Verhulsdonk, postbus 9451, 3007 AL Rotterdam


iedereen heeft een taak

Recommend Documents