INSPIRING
FLOORS
Paul Balcaen
50 JAAR BALTA
3
VOORGESCHIEDENIS
4
BALTA OPGERICHT OP 29 APRIL 1964 > STATUTEN
> ALGEMENE VERGADERING - BEHEERRAAD
6 8 9
THUISWEVERS
10
12
UITBOUW BALTA GROEP
NIEUWE EIGENAAR DOUGHTY HANSON
> UITBREIDING > POLYPROP-KARPETTEN > MARKETINGSTRATEGIE > TEXTIELPLAN > PAUL EN FILIP BALCAEN BEHIELDEN KMO MENTALITEIT > BALTEZEN > PARTNERSCHAP MET VAN DE WIELE > DIVERSIFICATIE EN GEOGRAFISCHE SPREIDING > OVERNAME-OVEREENKOMST > 2004-2014
BALTA GROUP ANNO 2014
12 16 20 21 23 26 28 31
34 35 36
40
DIRECTIECOMITÉ 44 EVENT 50 JAAR BALTA OP DE HIPPODROOM IN WAREGEM
45
MILESTONES IN DE 50 JAAR GESCHIEDENIS VAN BALTA
46
50 JAAR BALTA NV. BALTA bestaat dit jaar 50 jaar. Het werd officieel opgericht op 29 april 1964. De naamgeving staat voor “BALcaen TApijten”. Oprichter Paul Balcaen was al enkele jaren als ondernemer actief in de sector en met deze doorstart wilde hij zijn ambitie waarmaken om mee te spelen als grote speler. In de loop van de volgende decennia is Balta stelselmatig gegroeid tot een volwaardig verticaal geïntegreerde tapijtproducent.
In 1990 gaf Paul Balcaen de fakkel door aan zijn zoon Filip Balcaen, die op zijn beurt het bedrijf opstuwde tot de huidige wereldspeler. Gestart in 1964 met vijf personeelsleden groeide Balta uit tot een wereldvermaarde producent van tapijt- en vinyl vloerbekleding met ruim 3300 medewerkers en een omzet van 600 miljoen euro. In 2004 kwam het bedrijf in handen van Doughty Hanson, maar behield Filip Balcaen wel nog IVC. Balta is op vandaag de fabrikant, die het meest m² tapijt weeft en tuft in Europa.1
In voorbereiding van deze bijdrage hadden we gesprekken met Filip Balcaen, Eric Van Poucke, Lucien Dewinter, Geert Vanden Bossche, e.a. Filip Balcaen volgde in 1990 zijn vader en stichter Paul Balcaen op als bedrijfsleider. Eric Van Poucke was financieel directeur en was in Balta actief van 15 april 1971 tot eind januari 2010. Lucien Dewinter was algemeen directeur afdeling karpetten polypropyleen en Baltees van 1 november 1965 tot december 2006. Geert Vanden Bossche is marketing directeur en in Balta sedert 1 juni 1984.
1
3
kreukvrij los weefsel, heel geschikt voor dameskledij.4 De vlasnijverheid omvatte op haar hoogtepunt in Sint-Baafs-Vijve 125 bedrijven, tegen 1960 al teruggebracht tot 25. Veel ondernemingen schakelden over op andere beroepstakken, zoals textiel, met onder meer Breiwerkfabriek Lava (°1925) en Bavotex. In 1960 waren nog zes kunstmatige roterijen in werking.5 Een ander deel van de vroegere vlashandelaars stapte in de spaanderplatenindustrie, dat rechtstreeks verband houdt met afval van de vlasnijverheid.
VOORGESCHIEDENIS Zoals bij andere wereldvermaarde Wielsbeekse bedrijven ligt ook de voorgeschiedenis van Balta bij het vlas. We gaan daarvoor terug tot Gaston Balcaen (°Moen 5 april 1896, Sint-Baafs-Vijve 8 februari 1990), die samen met zijn schoonbroer een vlashandel had langs de Wakkensesteenweg in Sint-Baafs-Vijve. Hij was afkomstig uit Moen, maar kwam al in de jaren twintig naar Sint-Baafs-Vijve wegens de betere omstandigheden voor een vlashandel.2
In de jaren ’50 stortte de eens zo bloeiende vlasnijverheid echter als een kaartenhuisje ineen. Voor de familie Balcaen was de vlascrisis het sein om hun ondernemersactiviteit te verleggen naar de textielsector. In 1951 richtten Gaston en zoon Paul Balcaen Bavotex op met als werkterrein de fabricatie van stoffen voor de confectie van dameskleding. De firma produceerde hoofdzakelijk stoffen voor dameskleding op mechanische getouwen. Volgens getuigen was Gaston heel trots op zijn plat weefsel ‘sans plis’3,
Paul Balcaen (°Sint-Baafs-Vijve 20 augustus 1928 - † WortegemPetegem 25 februari 2007) had zijn focus al gericht op textiel en koos na zijn oude humaniora aan het college in Waregem resoluut voor een opleiding tot textielingenieur. Persoonlijk zag hij voor hemzelf geen toekomst in de fabricatie van plat weefsel, dat een tussenproduct is naar de confectie. Zijn vader en zuster volgden hem niet in zijn andere kijk op het familiebedrijf en bleven actief in Bavotex. Paul Balcaen6 volgde zijn roeping en richtte zijn eigen onderneming op. Uiteindelijk stapte
hij ook uit Bavotex om zich alleen te concentreren op de tapijtenbranche. Het was de ambitie van Paul Balcaen om een hoger gewaardeerd textielproduct en vooral een eindproduct te produceren, nl. afgepaste tapijten. Toen was dat nog een luxeproduct, dat alleen te verkopen was bij de “betere” klasse (dokters, notarissen, enzomeer). Die werden nog gemaakt in zijde (o.a. Lano) en wol (Prado, De Poortere) en dat was te duur voor de modale mens. Paul Balcaen zocht naar een andere grondstof met een lagere kostprijs, dat het mogelijk moest maken om afgepaste tapijten te produceren aan een aantrekkelijke prijs. Aanvankelijk was dat met poolgarens in jute of katoen. De oorsprong van het Balta-imperium ligt eigenlijk al in 1959, toen hij startte met zijn eigen bedrijf pvba Etablissementen Paul Balcaen. Als textielingenieur kon hij zijn professionele bagage ten volle waar maken. Hij kon aanvankelijk de familiale loods langs de Wakkenstraat (nr. 5) te SintBaafs-Vijve delen met Bavotex. Hij kocht drie tweedehands getouwen7 en stampte op eigen
In “Dit is West-Vlaanderen” onder Sint-Baafs-Vijve (uitgegeven in 1974 door drukkerij Flandria) wordt het bedrijf Bavotex vermeld. We maken wel voorbehoud voor de inhoud, omdat geen onderscheid is gemaakt met het bedrijf van Paul Balcaen en ook Balta hier niet is vermeld. Onder Bavotex pvba staat: “In 1951 door Gaston Balcaen samen met zoon Paul gesticht. Fabricatie programma hoofdzakelijk stoffen voor dameskleding. Verder tapijten (wol en mixte) genre “dubbelstuk”. 36 mechanische getouwen. Afzetgebied België en export. Bedrijfsgebouwen ca 3000 m². bedrijf neemt verder uitbreiding. 30 werknemers”. 5 Volgens inventaris onroerend erfgoed : https://inventaris.onroerenderfgoed.be/dibe/geheel/22145 6 Paul had fundamenteel andere interesses dan zijn vader. Zo was Paul bijvoorbeeld meer dan zijn vader een ondernemer en had hij ook een eerder a-politieke houding overgehouden aan het burgemeesterschap van zijn vader. 7 Uit de inventaris uit 1963 kunnen we opmaken dat dit Tonnar getouwen waren. 4
Gaston Balcaen schreef ook politieke geschiedenis als oorlogsburgemeester van Sint-Baafs-Vijve. In tegenstelling met veel collega’s in andere gemeenten heeft die delicate periode hem niet zwaar gebrandmerkt en kon hij na de oorlog zijn leven gewoon verder zetten in Sint-Baafs-Vijve. Hij wordt daar nog herinnerd als een goede burgervader, die in moeilijke omstandigheden de kaart trok van zijn dorpsmensen. … (info onderhoud Annie De Waele, 21 maart 2014). We melden ook een schaarse vermelding in het boek “oorlogsburgemeesters 40-45” van Nico Wouters, blz. 554. 3 Bedoeld is een stof dat geen plooien vertoont, soepel en heel geschikt voor kledij. Opgetekend uit mond van Annie De Waele. Zij was als verpleegster meermaals actief bij de familie Balcaen. Zij kocht soms de kreukvrije stoffen van Gaston Balcaen en was daar heel tevreden over. 2
4
5
kracht zijn bedrijf op gang en bracht de weefgetouwen ook technisch tot volle rendement. Hij deed alles zelf: de montage, de productie van jutetapijten en de verkoop voor een belangrijk deel op de Duitse markt. Paul Balcaen richtte zich onmiddellijk op het weven van dubbelstuk geweven tapijten. Zijn besluit heeft de regio geen windeieren gelegd en uiteindelijk is ook Roger De Clerck (°1924), die eerst zijn heil zocht bij meubelstoffen, Paul Balcaen vlug gevolgd naar de tapijtsector.
Op 29 april 1964 heeft Paul Balcaen zijn bedrijf juridisch omgevormd en kreeg het de naam BALTA NV. De keuze voor een naamloze vennootschap drong zich op met het oog op de voordelen inzake continuïteit van de zaak, aansprakelijkheid, geldwerving en de fiscale aspecten. Met de naamgeving BALTA (BALcaen TApijten) bleef de familienaam nog enigszins bewaard. Die link is echter nergens vermeld in de documenten.
6. Mevr. Lydie DELOMBAERDE, gérante, echtgenote gemachtigd van de Heer John Lorrez, wonende met hem. 7. Mej. Anna VAN DEN EYNDE, zonder beroep, ongehuwd, wonende te Waregem, Holstraat
15. Op 29 april 1964 werden de overdrachten bij notaris Verschoore ondertekend door de aanwezigen Paul Balcaen en bediende John Lorrez, die volmachten hadden voor de andere comparanten.
BALTA OPGERICHT OP 29 APRIL 1964 Uit het stichtingsdocument8 blijkt dat Paul Balcaen al een ambitieuze toekomstvisie had voor zijn bedrijf. Op 29 april 1964 hebben zeven comparanten9 notaris André Verschoore uit Nieuwkerke aangezocht om de statuten op te maken van een Naamloze Vennootschap, die zij hebben opgericht. De oprichters waren: 1. Mr. Paul BALCAEN , nijveraar, wonende te Sint-Baafs-Vijve, Wakkensteenweg 5.
2. Mevr. Godelieve VAN DEN EYNDE, zonder beroep, echtgenote gemachtigd van de Heer Paul Balcaen, wonend met hem. 3. Mr. Réné BALCAEN, zonder beroep, wonende te Sint-BaafsVijve, Wakkensteenweg 3. 4. Mevr. Maria GEERAERT, zonder beroep, echtgenote gemachtigd van de Heer Réné Balcaen, wonende met hem. 5. Mr. John LORREZ, bediende, wonende te Waregem, O. Verschuerenstraat 5.
Notaris A. Verschoore, oprichting vennootschap Balta, 29 april 1964. Belgisch Staatsblad 16 mei 1964 blz 3957 Nr. 13349 Balta, naamloze vennootschap, te Sint-Baafs-Vijve, Steenweg op Wakken 5, Stichting 29 april 1964. 9 Een comparant is de persoon die voor een notaris of rechter verschijnt om iets te regelen of te verklaren. 8
6
3 7
STATUTEN I. - Benaming – Voorwerp – Duur:
Zetel
–
Artikel 1 : De vennootschap wordt opgericht onder de maatschappelijke benaming “BALTA”. Artikel 2 : De maatschappelijke zetel is gevestigd te Sint-Baafs-Vijve, Steenweg op Wakken, 5. Hij mag naar een andere plaats in België worden overgebracht door eenvoudige beslissing van de Beheerraad. De Vennootschap mag bij eenvoudige beslissing van de Beheerraad filialen, agentschappen of kantoren inrichten zowel in België als in het buitenland. Artikel 3 : De vennootschap heeft tot doel: • De bereiding, spinnen, weven. vervaardiging, verven, veredelen, appreteren, plastifieren, en het confectioneren van alle vezels, weefsels, textielproducten, vloerbedekkingen, muurbekledingen, en isolatieproducten, onder alle vormen in hoofd- en onderaanneming. • De aankoop, de verkoop, import, export, de bewerking en verwerking ervan, en van alle textielgrondstoffen. Het vervoer in binnen- en buitenland
8
voor eigen rekening en voor derden. • De aankoop, verkoop, vervaardiging van alle machines en getouwen, het ontwerpen en tekenen van dessins, de vervaardiging van kartons, alsmede alle industriële, handels- en financiële, roerende en onroerende verrichtingen, de vertegenwoordiging, de commissies, die zich rechtstreeks of onrechtstreeks bij het maatschappelijk doel of de uitbreiding ervan kunnen bevorderen. • De vennootschap is gerechtigd betreffende allerhande roerende en onroerende goederen, materieel en installaties, aankopen te doen, huurcelen af te sluiten, te bouwen, te kopen, te verkopen, of te ruilen, alsmede alle winkels en/of bijhuizen op te richten. • Zij mag door inbreng, versmelting, of op om het even welke andere wijze deel nemen aan ondernemingen, verenigingen of vennootschappen die een gelijksoortig doel nastreven. Artikel 4: De duur van de vennootschap is vastgesteld op dertig jaar te rekenen vanaf een januari 1964. Zij mag verbintenissen aangaan en bedingen voor een termijn die haar duur overtreft.
II. – Kapitaal – inbrengen aandelen Artikel 5 en 6.
Balcaen, Lydie Delombaerde en Anna Van den Eynde elk één aandeel opnamen.
III – Beheer en toezicht Artikel 7 tot en met 13.
beheerraad
IV – Algemene vergaderingen Artikel 14 tot en met 23. In de nieuwe vennootschap worden ingebracht het rollend materieel en toebehoorten, de machines, de voorraden, de grondstoffen, de afgewerkte producten, de producten in fabricatie alsmede de aangekochte goederen van de handelszaak van de vroegere Etablissementen Paul Balcaen te Sint-Baafs-Vijve.10 De totale inbreng in natura uit de vroegere onderneming werd verrekend voor 5.200.000 BEF, waarvoor Paul Balcaen en echtgenote Godelieve Van den Eynde elk 2.600 aandelen van 1000 BEF werden toegekend. Bijkomend kapitaal werd ingeschreven in geldspeciën tot een totaal van 7.000 aandelen. Paul Balcaen en Godelieve Van den Eynde namen hiervan nog elk 723 aandelen voor hun rekening. John Lorrez schreef in voor 350 aandelen, terwijl de overige aandeelhouders Maria Geeraert, René
ALGEMENE VERGADERING – ALGEMENE VERGADERING – BEHEERRAAD
Onmiddellijk na de oprichting besliste de algemene vergadering der aandeelhouders op 29 april 1964 “gelijkvormig de statuten met algemene stemmen volgende beslissingen genomen: 1. - Het aantal beheerders is voor de eerste maal bepaald op drie. 2. - Zijn benoemd als beheerders: 1. Mijnheer Paul Balcaen, 2. Mevrouw Godelieve Van den Eynde, 3. Mijnheer John Lorrez, en als commissaris Mijnheer André Watteyne, accountant wonende te Geluwe, Ieperstraat 17. Die uitdrukkelijk hun functies verklaren te aanvaarden. Onmiddellijk zijn de voornoemde Beheerders samen gekomen in beheerraad en met algemene stemmen hebben zij verkozen tot Voorzitter-Directeur Mijnheer Paul Balcaen, en tot Afgevaardigde-Beheerders Mevrouw Godelieve Van den Eynde en Mijnheer John Lorrez, die uitdrukkelijk verklaren te aanvaarden…
Uit artikel 6 van de statuten vernemen we dat het rollend materieel van de vennootschap Paul Balcaen bestond uit een personenwagen Mercedes 1962, autoradio 1963, personenwagen Citroën AZ 1963 en werd in rekening gebracht voor 133.047 BEF. De machines en materieel bestond voor 1.372.101 BEF uit ondermeer drie Tonnar getouwen, een Franfeuse Perkins, surjetteuses Mauser en Union, twee kachels, twee bobijnmolens, stoomketel, papmachine, rekenmachines Rheinmetall en addox 1300, schijfmachines, installatie voor drijfkracht report, … De grondstoffen en al dan niet afgewerkte producten werden in rekening gebracht voor 3.445.596 BEF en leeggoed voor 249.256 BEF. In totaal bedroeg de inbreng in natura 5.200.000 BEF. Het verslag van deze inbreng werd op bevelschrift van 13 april 1964 in opdracht van de voorzitter van de rechtbank van koophandel te Kortrijk uitgevoerd door bedrijfsrevisor André Watteyne. 10
9
THUISWEVERS De doorstart met de juridische omvorming naar NV Balta opende voor Paul Balcaen nieuwe perspectieven. Een belangrijke beslissing was op 1 november 1965 de stap naar thuiswevers of maakloonwerkers. De beslissing werd ingegeven door het feit van gebrek aan voldoende kapitaal en de ambitie om toch snel en volwaardig een antwoord te kunnen bieden op de grote marktvraag. De firma Balta zorgde voor de grondstof en de opdracht. De thuiswever investeerde in eigen getouw en werd betaald in stukloon per m². Begin 1971 waren er bij Balta reeds een 8-tal thuiswevers en dat aantal werd nog uitgebreid zodat op een bepaald ogenblik in de jaren ’80 er een piek werd bereikt van ca. 25 thuiswevers. Een van de grootste partners als
1969
10
thuiswever was de weverij Oestapis uit Oeselgem. Deze firma was ook de laatste thuiswever van Balta. Na een brand werd het contract ingevolge gewijzigde marktomstandigheden niet meer hernieuwd.
Dank zij het beroep doen op thuiswevers kon Balta een snelle groei verwezenlijken zonder zelf te moeten investeringen in een groter machinepark en extra vaste werknemers.
Men kon rekenen op goede ervaren en gemotiveerde thuiswevers om meerwaarde te realiseren. Thuiswevers waren technisch zeer bekwaam, sterk gemotiveerd en zeer flexibel. Het beroep doen op maakloonwerkers gaf de mogelijkheid om gemakkelijk te bufferen. Zodoende kon men naast de eigen Balta productie de wisselende elastische vraag beter plannen, de pieken opvangen of bij een vertraagde vraag de productie bij de thuiswevers remmen terwijl de eigen productie gewoon kon verder doorlopen. Een ander voordeel was dat bij de kostprijsbepaling kon gerekend worden met een concrete vaste kostprijs. Zonder de thuiswevers was de snelle groei van Balta praktisch niet mogelijk geweest. Mede dank zij het beroep doen op maakloonwerkers is Balta kunnen uitgroeien tot de
grootste wereldproducent van geweven dubbelstuk tapijten. De komst van een nieuwe generatie ultramoderne getouwen was de aanleiding om het systeem met thuiswevers af te bouwen. Het was niet meer rendabel om met een klein aantal getouwen te werken. Balta besliste omstreeks 1988 tot de bouw en uitbreiding van Balta Weaving in Sint-Eloois-Vijve en die situatie werd ook de doodsteek voor de werking met maakloonwerkers. Balta Weaving kon beschikken over een machinepark van 24 elektronische weefgetouwen, de grootste weefunit ter wereld. Met de Jacquard automatisatie werd de klassieke schietspoel geleiding vervangen door elektronische sturing en dit resulteerde in een groter rendement. Die nieuwe generatie moderne tapijtgetouwen lieten toe dat de
Balta Weaving - 1988
11
Hoofdkantoor Sint-Baafs-Vijve
wevers verschillende getouwen konden bedienen waardoor de kost van de thuiswevers niet meer kon concurreren met de eigen productie en dus niet meer rendeerde. Thuiswevers konden die dure investeringen niet aan wegens de zeer hoge kostprijs en het feit dat voor een
beter rendement ook best meerdere getouwen (minstens 3 à 4) moesten worden aangeschaft. Het onderbrengen van dergelijk machinepark vroeg bovendien om grotere werkplaatsen, temeer er gewerkt werd met grotere bobijnen en dus ook grotere bobijnrekken.
UITBOUW BALTA GROEP Bij het oprichten van NV Balta kende de onderneming nog enkel de productie van stuktapijten, waarvan de poolgarens bestonden uit: jutegarens, mixte/katoen en wolgarens. Naderhand volgde een afdeling afwerking van stuktapijten. Belangrijk schakelmoment was de verhuis in 1969 naar nieuwe gebouwen en de stelselmatige uitbreiding op de huidige locatie langs de Wakkensteenweg 2. In 1969 kon op verworven gronden van buren aan de overkant van toenmalige vestiging gestart worden met de huidige vestiging. Na 10 tot 15 uitbreidingen beslaat Balta daar momenteel een oppervlakte van zowat 30 ha. De realisatie gebeurde stelsel-
12
matig volgens de noodwendigheden en het ter beschikking komen van de gronden van verschillende eigenaars. We denken hier aan de gronden van de familie Vergotte, gebroeders Daniel, Arnold en Jan Planckaert, Michel Van de Putte, familie Lippens (hangaar), de vroegere melkfabriek, Jerome’s weide en eigendom Stefaan Heyerick.
UITBREIDING Balta kon stelselmatig uitbreiden en werd de grootste werkgever van de regio. Bij de oprichting van NV Balta in 1964 waren er vijf personeelsleden. In 1970 bij de overgang naar de huidige locatie Wakkensteenweg 2 telde het bedrijf al
13
zowat 125 personeelsleden. Dat aantal steeg naar ongeveer 200 in 1975, 400 in 1980, 600 in 1985, 1600 in 1990, 2200 in 1995, 3040 in 2000, 3543 in 2005 en 3546 in 2007.11 De jubileumbrochure geeft 3367 personeelsleden aan voor 2013. De omzet groeide mee omgerekend naar onze huidige munteenheid euro van
1 miljoen in 1964 naar 7,5 miljoen in 1970, 20 miljoen euro in 1975, 45 miljoen (1980), 100 (1985), 230 (1990), 330 (1995), 489 (2000), 639 (2005), 728 (2006).12 In de brochure 2014 werden de cijfers gecorrigeerd zonder Ideco, Grantil, Exelto en de J.V. Trinterio (Spanolux – Balterio) naar 488 (2005), 604 (2010) en 586 (2013).
EVOLUTIE BRUTO OMZET 604
586
488 401 330 230 100 5
15
20
1964
1970
1975
45 1980
1985
1990
1995
2000
2005
2010
In 1969 werden er naast een nieuwe weverij, ook een aantal veredelingsafdelingen opgericht o.a. voor de afwerking stuktapijten, afdeling voor het scheren van de kettingbomen, een spinnerij en strengververij voor het spinnen en verven van wolgaren voor het weven van stuktapijten. Het bureelgedeelte dateert van 1970. In 1973/74 werd in Sint-BaafsVijve en in Tielt (ITC) gestart met het tuften van kamerbreed tapijt. De latexafdeling voor de onderlaag van het vasttapijt volgde in 1975/76 en de berbergarenspinnerij voor vasttapijt werd opgericht in 1976/77 en daarna volgde de stukver-
verij voor kamerbreed tapijt. Andere mijlpalen waren het extruderen van polypropyleen garens (1980/81), cablage en heatsetten van polypropyleen garens. In 2000 kwam de viltinstallatie voor kamerbreed tapijt en een jaar later de extrusie voor kettinggarens. In 1988/89 werd gestart met de uitbouw in de Wakkensteenweg 37 (op gronden van de hofstede Lauwers). Dat jaar werd er gestart met een nieuwe weverij Balta Weaving langs de Roterijstraat in Sint-ElooisVijve (goed zichtbaar vanaf de ring rond Waregem). In 1991/92 startte ook de uitbouw van de wol/heatset weverij in Avelgem.
2013
Geconsolideerde bruto omzet – excl. Ideco & Grantil – incl. Domo Floorcoverings vanaf november 2010 - excl. J.V. Trinterio en Exelto
In 1969 werd gestart met een nieuwbouw op de huidige locatie op aangekochte gronden aan de overkant van de Wakkensteenweg 2. Balta is daar in de loop der jaren uitgegroeid tot een volwaardig verticaal geïntegreerde tapijtproducent over het totale werkcircuit van grondstof tot afwerking. Objectief was volledige controle op het product vanaf de grondstof over het spinnen tot de
11 12
14 2
gedetailleerde afwerking. Dat betekent dat benevens het weven ook de veredeling, de ververij, en de finishing tot het werkterrein van het bedrijf werd gerekend. Dat gaf Balta een voorsprong inzake kostprijs en kwaliteit. De schaalgrootte was groter dan de meeste concurrenten. Er kwamen steeds nieuwe bedrijfsgebouwen voor bijkomende productieafdelingen.
Volgens interne grafiek 2.2. evolutie aantal personeelsleden. Volgens zelfde interne grafiek ‘evolutie van de Balta groep’ uit 2007.
Tuftmachine 3 ITC
Extrusie PP
POLYPROP-KARPETTEN Het succes van Balta was alles behalve vanzelfsprekend en is er slechts gekomen na een lange evolutie van dagdagelijkse inzet van alle Baltezen, een klare kijk op verbeteringen, geniale innovaties, kennis van de markt, grote investeringen, aandacht voor detail, meevallers,… Belangrijke mijlpaal in het succes van Balta was de start met de productie van afgepaste tapijten waarvan de pool bestond uit polypropyleen garens (PP BCF-garens)13. Het was een uniek vervangmiddel voor de jute en mixte/katoen poolgarens. Balta had hiermee in september 1973 de wereldprimeur. Paul Balcaen was niet blind
voor de gebreken van zijn product met poolgarens in jute of katoen en stond open voor mogelijke verbeteringen. Zijn eerste afgepaste tapijten in jute kenden het onoverkomelijk probleem van het gebrek aan veerkracht van de pool en de tapijten dus nogal vlug een platgetreden indruk nalieten. Bovendien was ook de kleurvastheid beperkt. Hij werkte ook met katoen uit restgarens en gerecupereerd katoenmateriaal. De pool hiervan stond aanvankelijk wel recht, maar ook dit product gaf geen volledige voldoening omdat de kwaliteit niet duurzaam bleek. De stichter van Balta zocht naar iets, dat een aanvaardbare
kwaliteit behield en tegelijk ook inzake prijs concurrentieel bleef. Op een beurs in Italië kwam hij voor het eerst in contact met de mogelijkheden van polypropyleen14, onder de productnaam Meraklon. De producent van Meraklon had de mogelijkheid om BCF polypropyleen als poolgaren voor het weven van afgepaste tapijten nog niet onder ogen genomen. Paul Balcaen zag daar wel toepassingen voor en de testen bevestigden zijn stoutste dromen. Het eindproduct deed denken aan uit wol geweven tapijten met analoge goede eigenschappen in kleurenvastheid, blijvend rechtstaande pool, maar had een veel goedkopere kostprijs.
Balta was de eerste tapijtproducent in de wereld die stuktapijten produceerde met deze Polypyleen BCF (Bulk Continuous Filament) garens. Hij had met de enige garenproducent (Neofil Italië) een wereldexclusiviteit gedurende tien jaren bedongen voor de afname van het product Meraklon en kon dus een voorsprong behouden op zijn concurrenten.15 Er waren wel de gebruikelijke moeilijkheden om tot een vlotte productie te komen. Aanvankelijk had Paul Balcaen het probleem dat hij niet de gepaste getouwen had. Daarom stelde hij eerst voor aan Van Neder Waregem om afgepaste tapijten met polypropyleen te weven voor hem,
Polypropyleen (PP) was een uitvinding van chemicus Guillio Natta, die mogelijkheden schiep om door een verbeterd proces van polymerisatie goedkoop industriële kunststoffen te produceren. Eerst waren dat nog polypropyleen folies (geproduceerd in 1957 bij Montecatini), maar na verloop ook monofil in PP en BCF Multi filament PP (onder naam Meraklon in 1969). Prof. Guillio Natta kreeg voor zijn uitvinding al in 1963 de Nobelprijs voor scheikunde. 15 Uiteindelijk zou ook Beaulieu aan het product geraken via alternatieve leverancier Philips Oil Corporation en een Canadese licentie. Neofil (Montedison/Montecatini) had voor de meeste Europese en wereldlanden een patent genomen op het product, maar Canada was daar niet bij. 14
Door middel van extrusie wordt een vloeibare substantie (hier polypropyleen) omgevormd tot eindeloos lange garens (BCF), die naargelang de behoefte door middel van verscheidene processen nog kunnen veredeld worden (twisten, twijnen, thermofixeren, enz). De afgewerkte garens worden hoofdzakelijk gebruikt bij de productie van getuft en geweven tapijt. 13
16 2
17
Avelgem - 1994
maar daar gingen ze niet op in, zodat hij zelf de investering deed en ook werkte met zijn thuiswevers. Balta verkocht de polypropyleenkarpetten vooral onder het merk Samira. Het werd een beslissende stap in de successtory van Balta. Balta werd de grootste producent in de wereld van PP tapijt. Geen enkel merk is zoveel verkocht als Samira. Het werd een megasucces voor Balta. Het goedkope merk stond voor veel productie en lage verkoopprijs
18
met pool in BCF PP. Deze kwaliteit werd veel verkocht in het Oostblok, in het Midden Oosten en in het Verre Oosten. BCF PP tapijten werden geproduceerd in de afdeling Waregem met Lucien Dewinter als Algemeen Directeur Polypropylene. In 1992 werd de karpetdivisie opgedeeld in 2 delen. Het goedkopere product Samira werd verder geproduceerd in Waregem en Sint-Baafs-Vijve onder leiding van Lucien Dewinter en in Avelgem werd
een nieuwe fabriek gebouwd voor de productie van wol en heatset karpetten (betere segment) en dit onder leiding van Marc Dessein. Een volgende diversificatiestap was de techniek om sisal-look tapijten te produceren. Dit gebeurde in 1998. Balta ontwikkelde hiervoor 3 kleuren PP toon op toon in één draad met een natuurlook van sisal maar veel beter te verweven en minder duur. Sisal look tapijt werd in de markt gebracht onder merk naam ‘Natura’. Deze moderne
design tapijten kennen veel vraag voor indoor en outdoor karpetten o.a. in USA en Europa. In 2003 produceerde Balta de eerste tapijten met zachte lussen pool, flat weave en gesneden pool en in 2005 ontwikkelde Balta een grote diversiteit aan heatset PP garens voor Shaggy rugs of lang pool tapijt tot 7cm poolhoogte. Recent dit jaar kwam daar nog de Kelim innovatie bij, waarbij de kunst van handgeknoopte nomadentapijten technisch werd geïmiteerd voor polypropyleen.
19
MARKETINGSTRATEGIE Achter het succes van Balta stak een doordacht beleid van de ondernemers Paul Balcaen en later zoon Filip Balcaen. We hadden het al over het streven om een volledig verticaal geïntegreerde tapijtproducent te worden met controle vanaf de grondstof tot gedetailleerde afwerking. Dank zij de uitbreidingen van de vestiging kon die controle vanaf 1969 worden gerealiseerd door benevens het weven ook de veredeling, de ververij, en de finishing in eigen beheer te kunnen uitvoeren. Dat gaf Balta een voorsprong inzake kostprijs en kwaliteit. Begin de jaren ’90 werd het originele logo vervangen door het gekende blauwe vierkant met
de baseline ‘Home of Decoration’. Die slagzin komt eigenlijk uit een tijd waarbij Balta actief was in meerdere complementaire productcategorieën. Naast kamerbreed tapijt, karpetten, laminaat, vinyl had Balta ook twee bedrijven van muurbekleding (behang). Dit paste perfect onder die slogan.
Na het groot verlof van 2012 werd de baseline door marketing verantwoordelijke Geert Vanden Bossche omgetoverd naar ‘Inspiring Floors’. Deze klinkende slagzin staat voor Innovatie, het creatieve als fundament van het succes, uiteraard in combinatie met de core-activiteit ‘Flooring’.
Nadat IVC bij de verkoop uit de Balta Group werd gehouden en nadat de behangbedrijven (Ideco en Grantil) en de laminaatpoot Balterio werden verkocht, bleef alleen de textielvloerbekleding over. Vandaar dat beslist werd om uit te zien naar een nieuwe baseline. Balta was de shirtsponsor van SV Waregem tijdens het seizoen 1975-1976. Het werd een goed seizoen voor SV Waregem met de vijfde plaats in de eindstand.
Alles is gericht op een professionele, klantvriendelijke aanpak waardoor Balta zich kan profileren als de betrouwbaarste partner. Een unieke marktgerichte creativiteit, een sterk doorgedreven verticale integratie en ‘opera-tionele uitmuntendheid’ op elk niveau, vormen de voornaamste krachtlijnen van de strategie. Een duurzame ontwikkeling van alle activiteiten is belangrijk voor Balta. De installatie van zonnepanelen, een van de grootste projecten in de Benelux, voor de productie van groene elektriciteit is een voorbeeld van deze ambitie.16
TEXTIELPLAN
Balta is nooit een consumentenmerk geweest en dit wordt ook niet nagestreefd. In de markt zijn de producten wel gekend onder een aantal merken zoals Berclon®, Line A®, Imprel®, StainSafe®, Ultratex®,e.a. die staan voor een collectie of voor specifieke producteigenschappen.
Een andere belangrijke mijlpaal was het Textielplan.17 De toekomst voor de textielsector in het algemeen en evengoed voor de tapijtsector zag er heel onzeker uit. Daarbij kon het Textielplan redding brengen, maar dan moest zwaar worden geïnvesteerd zowel door inbreng van eigen middelen (kapitaal) en het uitvoeren van belangrijke investeringen.
Persmededeling n.a.v. viering 50 jaar Balta. Het werd in augustus 1980 door toenmalig minister van economie Willy Claes gelanceerd als een “vijfjarenplan voor textiel en confectie”. Dit werd in 1982 door de Belgische regering op de sporen gezet. In de tweede helft van de jaren 1970 kreeg de sector rake klappen. Mede door het textielplan, dat zorgde voor nieuwe investeringen in de sector, volgde een periode van voorzichtig herstel in de jaren 1980. Mark Eyskens als minister van Economische zaken, maakte van het Textielplan een groot succes. Hij volgde op 17 december 1981 Claes op als Minister van Economische Zaken in de regering Martens V en bleef dat tot 28 november 1985, wanneer hij werd opgevolgd door Philippe Maystadt. Voordien was Eyskens op 22 oktober 1980 minister van Financiën geworden tot 6 april 1981, wanneer hij tot december eerste minister was. 16 17
Balta sponsort SV Waregem
20
21
Bedrijfsleider Paul Balcaen stond begin de jaren tachtig, bij de totstandkoming en de opstart van het Textielplan, voor een dilemma of hij hieraan al dan niet zou deelnemen. Het financieel luik van het Textielplan steunde op het KB van 23 maart 1982 dat de Nationale maatschappij voor Herstructurering van de Nationale Sectoren (NMNS) de mogelijkheid gaf preferente aandelen zonder stemrecht te onderschrijven van textielbedrijven. Dit onderdeel voorzag dat de bedrijven de niet stemgerechtigde overheidsaandelen vanaf het zesde jaar konden wederinkopen in jaarlijkse schijven van 10 procent voor zover de beschikbare reserves dit toelieten. De niet ingekochte aandelen zouden stemgerechtigd worden vanaf het 16de jaar. De bedrijven die deelnamen, hadden contractueel de mogelijkheid op elk moment de “non voting shares“ vervroegd in te kopen. Paul Balcaen was vooral beducht voor het feit dat de aandelen vanaf het 16de jaar bij een niet terugkoop automatisch stemgerechtigd zouden zijn, waardoor de staat mede
zeggingsschap zou hebben in zijn bedrijf. Uiteindelijk heeft het advies van Roger Parmentier18 , de toenmalige CEO van Bekaert Textiel, Paul Balcaen over de streep getrokken. Dhr. Parmentier zei woordelijk: “Paul, ik ga niet zeggen wat U moet doen. Maar ik ga zeggen wat ik ga doen. Paul, ik ga hierin mee. Ik laat dit niet liggen, maar ga er wel voor zorgen dat wij het kunnen terugbetalen mocht de staat medezeggenschap zou willen hebben in ons bedrijf. Met andere woorden zorg voor voldoende reserves om de aandelen terug te kopen, voor het geval de wetgeving mocht veranderen, om dan te verhinderen dat u als bedrijfsleider de controle zou verliezen over uw bedrijf.” De fondsen uit het textielplan lieten toe om zwaar te investeren op twee niveaus: • verbetering van de kapitaalstructuur. • non-voting-shares systeem: aandelen invoeren zonder stemrecht en terugkopen van aandelen 1/10de per jaar vanaf het 6de jaar.
Roger Parmentier was van 1982 tot 1985 voorzitter van Febeltex (Federatie van de Belgische Textielnijverheid). Hij heeft zich jaren ingezet in de verschillende besturen van de patronale textielorganisatie, was voorzitter van COmitextil en ondervoorzitter van het ITCB. In die hoedanigheid nam hij op 10 mei 1983 deel aan de delegatie die op audiëntie was bij koning Boudewijn om het opzet en de inhoud van het Textielplan toe te lichten. (info Victor-Hugo De Grijse, Textiel – 50 jaar ondernemen voor een toekomst, DF Leuven 2007).
Balta kon tweemaal genieten van een kapitaalinjectie (wat overeen kwam met een soort renteloze lening). Het gaf een boost aan de ontwikkeling van het bedrijf. Balta heeft zijn verplichtingen telkens zeer correct terugbetaald (wat niet van alle deelnemende textielbedrijven kon gezegd worden, daar het Textielplan later verwaterde wegens politiek getouwtrek waardoor het principe “back the winner“ later niet altijd gerespecteerd werd en goede contacten met bepaalde politici belangrijk werden). Het dossier Balta was het derde dossier dat ingediend werd en gezien de belangrijkheid van het dossier, het eerste dossier dat moest beslist worden binnen de ministerraad. Daarbij kon Balta ook putten uit het Commercieel Dienstenluik, dat de mogelijkheid gaf de promotie en commercialisatie van Balta verder sterk uit te bouwen. Niet iedere bedrijfsleider uit de regio was een voorstander van de modaliteiten van het textielplan. Zo waren Marc Santens van de firma Santens en Albert Tuytens van Concordia Textiles
eerder afkerig voor de maatregel. Zoals eerder al duidelijk was Roger Parmentier van Bekaert Textiles wel voorstander en deze kon ook Paul Balcaen overtuigen om aan het Textielplan deel te nemen. Dank zij het textielplan19 is Balta sterk gegroeid en ontwikkeld, wat ook duidelijk blijkt uit de grafieken van de omzetcijfers en het aantal personeelsleden. Tussen 1985 en 1990 steeg de omzet van 100 naar 230 miljoen euro, het aantal personeelsleden van 600 naar 1600. Dergelijke bloei heeft Balta de mogelijkheid geboden om de “non voting shares“ correct terug te betalen.
PAUL EN FILIP BALCAEN BEHIELDEN KMO MENTALITEIT De grote sterkte van Balta en de familie Balcaen was dat ze zich lieten omringen door zeer goede medewerkers. Men was zeer veeleisend, maar de personeelsinzet en de motivering waren zeer groot dankzij een goede verloning en ondersteuning. Zelfs wanneer de tewerkstelling sterk gestegen was bleef de KMO spirit behouden en bleef het management familiaal geïnspireerd. Het personeel werd
18
22
De heropleving van de textielnijverheid is voor een belangrijk deel te danken aan het textielplan, maar moet tegelijk ook worden toegemeten aan de algemene maatregelen van de regering Martens V met het oog op het herstel van de competiviteit van het bedrijfsleven zoals devaluatie, loonmatiging, beperkte indexatie en fiscale maatregelen. 19
23
gekneed tot goede “Baltezen”. De directie met vader Paul Balcaen en later Filip Balcaen, waren echte voortrekkers en gaven daarbij zelf het voorbeeld. Ze waren als goede huisvaders doorgaans als eersten op het bedrijf aanwezig en bleven daar actief tot laat in de avond. Bij een rondgang in het bedrijf gingen ze ook om met de mensen op de werkvloer en toonden zich ook betrokken en luisterbereid. Ze maakten geregeld een praatje met de werknemers op de werkvloer, die ze waardeerden voor wat zij presteerden en hun erkentelijkheid lieten blijken. Regelmatig waren ze niet verlegen voor een schouderklopje met de woorden: “ ik reken op u, doe zo voort ” of “Hoe gaat het hier, wat kan beter, hoe is het met de familie, enz.“ Bij Balta zorgde men ervoor dat de KMO-mentaliteit behouden bleef door de opdeling in verschillende divisies met aan de leiding figuren die vielen onder de noemer van ‘managers met
veel gezond boerenverstand’. Paul Balcaen liet zich wel eens ontvallen dat er voor een bedrijfsleider drie manieren waren die konden leiden naar het failliet: • zich inlaten met kansspelen (o.a.casino, spelen op de paarderennen enz…) • de drank en zich inlaten met de vrouwen • Burgerlijke Ingenieurs aannemen in uw bedrijf.
een omzet van 4 miljard Belgische Frank. Twintig jaar later bij de verkoop aan het Britse buyoutfonds Doughty Hanson was het bedrijf gegroeid naar 3700 medewerkers en een omzet van 28 miljard BEF (700 miljoen Euro). In 1990 had de overdracht plaats waarbij zijn zoon Filip Balcaen aan het roer kwam. Paul Balcaen zette een stap opzij en Filip Balcaen werd algemeen directeur. Deze overdracht verliep uitstekend en de overgang is zonder problemen verlopen.
Dit was een gezegde dat hij wist te vertellen in de zeventiger jaren, maar Filip Balcaen is er later in geslaagd Balta sterk te professionaliseren door goed opgeleide en pragmatische ingenieurs aan te trekken. Een ander gezegde van vader Paul Balcaen was: “U bent beter met een slechte overeenkomst dan met een goed proces; een rechter is als een dronkaard – wanneer een dronkaard op de straat loopt weet u niet of hij links of rechts gaat lopen; wel dit is net hetzelfde met een rechter; men is nooit zeker van de uitspraak van een rechter “.
Filip Balcaen Filip Balcaen, zoon van stichter Paul Balcaen, kwam in 1984 in het bedrijf na het behalen van zijn MBA20 in Amerika. “Het was een fantastische kans en een zeer interessante ervaring om vanaf het lagere niveau alles in de verscheidene afdelingen te kunnen leren” verklaarde hij daarover eens in Dalton Magazine.21 In 1984 bestond Balta 20 jaar en telde 500 medewerkers die stonden voor
Filip Balcaen had zich al goed ingewerkt. Het blijft voor de insiders, die het karakter van vader Paul Balcaen kenden, een raadsel hoe deze dag op dag afstand deed van zijn bedrijf en zonder zichtbare strubbelingen alle verantwoordelijkheid overdroeg aan zijn zoon Filip Balcaen. Hij kwam wel nog eens langs, maar mengde zich niet meer in de debatten. Misschien gaf hij wel nog advies aan zijn zoon, maar daar was zelfs bij de dichtste medewerkers niets van te merken.
Master of Business Administration (afkorting: MBA) is een speciaal master, bedoeld voor mensen met een bachelor- of masterdiploma en minstens enkele jaren werkervaring. MBA is een beroepsgerichte bedrijfskundige en bedrijfseconomische studie. Anders dan bij gewone masters zijn MBA-opleidingen sterk praktijkgericht. Een MBA wordt niet altijd met een scriptie afgesloten, maar daartegenover staat dikwijls wel een zekere inspanning die gedurende het programma geleverd wordt in de vorm van werkstukken en casestudies. 21 Jamie Jones, Dalton Magazine nov dex 2009 p 17-21: “IVC investing $70 million in area while creating 115 jobs”. (“It was a fantastic opportunity to enter the lower level where I have been able to learn everything in several departments and it was a very interesting experience,” he said.) 20
24
25
Onder Filip Balcaen koos Balta in een vroege fase voor professionalisering. Filip Balcaen stond voor professioneel en kordaat management. Balta groeide uit tot de grootste speler in vloerbekleding, via een concept van homedecoratie waarbij zowel karpetten, kamerbreed tapijt, muurbehang, vinyl als laminaat (Balterio) aangeboden wordt. De tapijtgroep Balta werd uitgebouwd tot de grootste van West-Europa en was in 2004 wereldwijd de nummer vijf.22 De groep werd de grootste privéwerkgever in West-Vlaanderen met circa 3.400 werknemers en 3.700 wereldwijd. De omzet steeg van 230 naar 700 miljoen euro. Het motto van de Balta Group bleef ‘nooit op je lauweren rusten’. Als het moeilijk ging, zei Filip Balcaen altijd: “We moeten nieuwe en andere dingen doen, afstand nemen van de concurrentie. Dat is de spirit van een familiebedrijf.” Door een gedreven management en een nooit aflatende drang naar vernieuwing bereikten ze een zeldzaam hoog niveau. Dagelijks wordt er verder gezocht naar kwaliteit- en productieverbetering. Een sterk doorgedreven verticale integratie, een strikt
22 23
26
kwaliteitsbeleid en een unieke, marktgerichte creatie vormen de voornaamste krachtlijnen van hun strategie.
BALTEZEN23 Paul en Filip Balcaen wisten zich te omringen met gemotiveerd personeel, de zgn. BALTEZEN. Baltezen zijn werknemers van Balta die zich volledig kunnen associëren met de bedrijfsfilosofie van hard werken, gedrevenheid, no nonsens en een voorbeeld zijn voor alle anderen binnen het bedrijf. Baltezen zijn per definitie loyaal aan het bedrijf en aan de familie Balcaen, die trouwens zelf steeds het voorbeeld gaven. Het zijn zeer gemotiveerde medewerkers met een positieve instelling, die zich praktisch volledig vereenzelvigen met het bedrijf Balta en alles in het werk stellen om van HUN firma een blijvend en toekomstgericht succes te maken. Baltezen trekken aan één zeel en zouden als het ware door het vuur gaan voor hun bedrijf, de andere werknemers en de leiding van Balta. Niets is hen teveel om de doelstellingen die door de directie werden vooropgesteld te
De Standaard, Pascal Dendooven, Balta jaagt siddering door tapijtsector, 16 maart 2004. Met dank voor informatie aan Lucien Dewinter, Eric Van Poucke en Geert Vanden Bossche.
helpen bereiken, zelfs al werd soms bijna het onmogelijke gevraagd. “Niet gaan“ stond gewoonlijk niet in hun woordenboek – dit was een uitdrukking die men praktisch niet kende. Alle neuzen stonden in dezelfde richting. Uitgangspunt is het leveren van hoge kwaliteit volgens afspraak met de KLANT die altijd op de eerste plaats komt, en die dit “engagement” ook weet naar waarde te schatten. De echt enthousiaste medewerkers (van topmanagement tot de uitvoerder op de werkplaats) vinden de benaming Baltees een “eretitel” die respect en waardering afdwingt. De werknemers bij Balta24 hebben ook faam verworven in regio en de sector. De werkgevers in de regio wisten dat een tewerkstelling bij Balta van 10 jaar een echte referentie was. Iemand die 10 jaar bij Balta had gewerkt en op zoek was naar ander werk, kreeg met die referentie in de regio blindelings het vertrouwen van een nieuwe werkgever. Op de jaarlijkse beurs Domotex in Hannover kon je erop vertrouwen dat alle Baltezen, zoals gevraagd, stipt om 8u30 op de stand aanwezig waren, gedrild als een marinecorps. Baltezen kregen ook veel
24
vertrouwen en verantwoordelijkheid van de Balcaens. Het is de drijvende ploeg die het bedrijf mee heeft grootgebracht. Als een project normaal 3 maanden duurde, deden de Baltezen dit in 6 weken. Baltezen zijn fier op het bedrijf Balta en dragen dit dan ook uit. Balta was niet toevallig het eerste bedrijf in de streek, dat zonder veel problemen de overbrugging met weekendploegen introduceerde. Op een bepaald ogenblik was het groot nieuws in de media dat Siemens in Koolskamp een nieuw systeem van werkgelegenheid zou starten, nl de weekendploegen. Maar op dat ogenblik was Balta reeds 3 à 4 jaar zonder veel ruchtbaarheid gestart met dit systeem. Een ander voorbeeld van de ingesteldheid van de Baltezen was dat Balta weinig of geen problemen had met de vakbonden en nooit stakingen gekend heeft. Was er een staking in de textielsector, dan zei Paul of Filip Balcaen tegen de leden van de ondernemingsraad dat zij best een dag verlof zouden nemen, wat ook gebeurde terwijl de rest van de werknemers gewoon kwam werken. Balta was ook het eerste bedrijf in de streek dat tijdens het
In onze woordkeuze spreken we hier bewust niet over Baltezen, omdat echte Baltezen nooit het schip verlaten.
27
verlof zorgde voor permanentie. Als internationaal bedrijf vond vader Paul Balcaen dat “het niet kunnen was“ om gedurende drie weken volledig te sluiten tijdens het verlof. Er werd voor gezorgd dat bepaalde afdelingen vroeger of later in verlof gingen dan de anderen. De verzending was permanent bemand en dagelijks vertrokken ladingen tapijten of vasttapijt naar “all over the World“. Paul Balcaen wist aan te brengen naar de werknemers toe dat: “als de anderen slapen wij moeten wakker blijven en een permanente service moeten verlenen aan onze afnemers“. De klant was niet gediend met een antwoordapparaat dat wist te vertellen dat het bedrijf drie weken gesloten was. Dit heeft Balta en haar medewerkers dan ook geen windeieren gelegd. Dit systeem kreeg later, na jaren, navolging bij de andere bedrijven uit de streek. We vonden nog volgende definitie van ‘Baltezen’ bij gewezen CEO Herman Paridaens25: “Mannen die er tegenaan gingen, Spartaans bijna en altijd hard werkend. Soms te weinig tijd om bij een bakje koffie eens informeel bij te praten. Ik zou het bijna een sekte durven
noemen. Alle directiecomités waren bloedernstig, steeds to the point en efficiënt. De ultieme betrachting werd ook duidelijk geformuleerd: hoe kunnen we beter worden en hoe kunnen we het resultaat van de groep opkrikken?”
PARTNERSCHAP MET VAN DE WIELE26 Balta heeft een goede partner gehad aan getouwenconstructeur Van De Wiele. Er bestond een goede wisselwerking tussen de constructeur en de fabrikant. In totaal leverde Van De Wiele zowat 200 getouwen aan Balta. Van 1964 tot 1975 waren dat getouwen van het type AL 1, een schietspoel getouw voor tapijten van 3 meter en later ook 4 meter breedte. Deze getouwen hadden een snelheid van 45 tot max. 50 toeren per minuut. Deze AL 1 dubbelstuk getouwen werkten nog met schietspoelen voor het inbrengen van de inslag. Dit veroorzaakt redelijk rendementsverlies door stilstanden, alleen al omdat de bobijn in de schietspoel leeg loopt. Een wever kan met schietspoelgetouwen slechts één machine bedienen.
PARIDAENS Herman, It’s all in the Family, Roulartabooks, 2008, blz. 35. Herman Paridaens was actief bij Balta van 1988 tot 2006 en vanaf 2004 CEO en gedelegeerd betuurder. 26 Met dank aan Gilbert Moulin, vertegenwoordiger sedert eind vorig jaar op rust bij Vandewiele. 25
28
29 Modern dubbelstuk weefgetouw
Paul Balcaen spoorde fabrikant Van De Wiele regelmatig aan om het rendement op te drijven door te zoeken naar een systeem om de snelheid van het weven te kunnen opdrijven, de stilstanden te beperken en de wever de mogelijkheid te bieden om meerdere getouwen te bedienen. Van De Wiele ontwikkelde daarvoor zijn eerste grijperweefmachine, de Carpetmatic ALL 60. Het was een spoelloos weefgetouw waarbij de inslag door een gever- en een nemergrijper werd ingebracht. Dit grijper inbrengsysteem wordt door de wevers als ‘koffiemolen’ benoemd. De snelheid ging naar minimum 65 toeren/min en rendement steeg ook naar 85 à 90 pct. Een wever bediende 3 tot 4 ALL60 tapijtweefmachines ipv een AL1. Het eerste ALL60 grijpergetouw werd bij Balta in 1975 geleverd. De techniek voor het weven van dubbelstuk tapijten op de enkelgrijper weefmachines resulteerde in twee tapijten: een bovenstuk en een onderstuk met de vlottende pooldraden die geen kleur moeten maken. Dit onderstuk werd door de wever het “schartstuk” genoemd dat na het weven afgekrabd werd.
30
Een volgend stadium waren weefmachines met de techniek van de dubbelgrijper zoals de CRM72, die geen “schartstukken” meer produceerden. De pooldraden die geen kleur moeten maken worden in het tapijt ingebonden door de Piletronic, de elektronische Jacquard machine. De eerste CRM 72 dubbelgrijper weefmachines werden in 1992 geïnstalleerd bij Balta. De CRM72 weeft in 4 meter breedte met 2x120 toeren/minuut en is uitgerust met Piletronic elektronische Jacquard machines. Dit betekende opnieuw een grote ontwikkeling voor meer productie en meer flexibiliteit voor het weven van verschillende tapijt designs. De dubbelgrijper techniek en hogere snelheid resulteerde in minder loonkost per tapijt. Een belangrijke innovatie, die kan toegemeten worden aan de goede samenwerking tussen Balta en Van De Wiele, was zeker de techniek om Sisal-look tapijten te produceren. Dit gebeurde in 1998 met de 3 grijper tapijtweefmachine voor Sisal Look Carpet. Het was terug een wereldprimeur. Balta ontwikkelde hiervoor 3 kleuren PP toon op toon in 1 draad met een
natuurlook van sisal, maar veel beter te verweven en minder duur. Sisal look tapijt werd in de markt gebracht onder merknaam ‘Natura’. Deze moderne design tapijten kennen veel vraag voor indoor en outdoor gebruik o.a. in USA en Europa. In 2002 werden op de Universal Cut Loop UCL83 weefmachines, de eerste tapijten met zachte lussen pool, flat weave en gesneden pool bij Balta opgestart. In 2003 vroeg Filip Balcaen aan Charles Baudouin, CEO Van De Wiele, om een getouw te ontwikkelen voor het weven van hoogpolige, dikke tapijten, die moesten kunnen concurreren met de handgeknoopte tapijten uit Azië. Daar tegenover engageerde hij zich om als eerste, 10 machines af te nemen. Dit werd een reuze succes en hierdoor kon Balta tussen 2005 en 2012 doorgroeien tot wereldleider in Shaggy rugs. Om hogere productiviteit te bekomen is Balta in 2011 ook van 4m breedte naar 5m breedte machines overgegaan. Balta koos voor 4.80 m breedte Sisal Look weefmachines. Recent, in 2014, kwam daar nog de Kelim innovatie bij, waarbij de kunst van handgeknoopte nomadentapijten
technisch werd geïmiteerd voor polypropyleen.
DIVERSIFICATIE EN GEOGRAFISCHE SPREIDING Balta bleef niet bij één product en één locatie, maar ging voor diversificatie en geografische spreiding.
In 1977 werd Ideco (Imperial Decoration Company) vanuit ITC opgericht, waarmee Balta zijn intrede deed in branche van de muurbekleding. Het bedrijf is sedert 1991 gevestigd in het industriepark te Tielt. Daar is in de Kanegemstraat ook ITC gevestigd met een tufting afdeling en productie van bedrukt polyamide kamerbreed vasttapijt. De huidige CEO, Hendrik Deruyck, was één van de pioniers van ITC (1976). Tesamen met Willy Desmet, Albert Geeraert (IDECO) en Leon Belflamme werd ITC na een moeilijke start sterk uitgebouwd. In Waregem werd in 1988 Balta Weaving gevestigd. In 1992 werd ook in Avelgem een Balta site opgericht.
31
1999 overgebracht naar Uşak in Turkije als Balta Orient. Dat jaar werd ook Grantil overgenomen, dat vinyl en behangpapier produceert in Châlons-en-Champagne in Frankrijk. In Avelgem is ook IVC (International Vinyl Company) gevestigd, dat eveneens vanuit ITC werd opgericht in 1997 en dat door Filip Balcaen in 2004 uit de verkoop aan de Londense investeringsmaatschappij werd gehouden. Van bij de oprichting was het doel om snel uit te groeien tot een onafhankelijke wereldspeler in de markt van de vinyl vloerbedekking, met producten voor residentieel en contractgebruik. Filip Balcaen is daarin ook buitengewoon geslaagd.
Met de vestiging van Balterio, een joint venture met de Spano Group, in de Wakkenstraat 37 werd in 2001 gediversifieerd naar de productie van laminaatvloeren met kliksysteem. De wolspinnerij, gestart in 1969, werd in
Balta Far East, Balta Orient Tekstil in Turkije, Grantil France, Latere deelnemingen in 2001 in Trinterio , Spanolux en Balterio, dit ter uitbreiding van het assortiment vloerbekleding naar laminaat (harde vloeren) … In 2002 werd in Dalton Balta US opgericht, dat de distributie verzorgd in Noord-Amerika. Daarmee opereerde Balta in de twee grote wereldcentra van vloerbekleding, nl. het Kortrijkse
Wielsbeke en Amerikaanse tegenhanger Dalton. Ergens is hun wederzijdse ontwikkeling te vinden in gelijklopende omstandigheden. Bij ons kwam de overgang na de grote crisis in het vlas en het aanbod van weefgetouwenfabrikant Van De Wiele. Dat zorgde bij de ondernemers voor een nieuwe uitdaging, opportuniteit. In Dalton Amerika kwam dat aanbod van Singer (tufting machine).
In 1990 werden de bedrijven ITC en Ideco ondergebracht in de Balta groep.27 ITC was vooral gespecialiseerd in getuft kamerbreed tapijt voornamelijk op basis van Polyamide poolgarens. Ideco was enkel actief in de productie en commercialisatie van textiel muurbekleding (murale of behangpapier), aanvankelijk textiel muurbehang en later overgeschakeld naar PVC muurbehang waarbij het textiel muurbehang sterk aan belang had ingeboet en praktisch verwaarloosbaar werd. Albert Geeraert zorgde voor de start en uitbouw. Internationalisatie ficatie had verder Princeton Carpets Balta US Dalton,
en diversiplaats met Georgia en Ideco UK,
TIELT SINTBAAFS-VIJVE WAREGEM
SINT-NIKLAAS
10 VESTIGINGEN WERELDWIJD
ZELE OUDENAARDE AVELGEM
DALTON USA
USAK TURKIJE (2)
In december 1990 waren de twee bedrijven in Tielt, namelijk Imperial Tufting Company (ITC) en Ideco NV, nog gevestigd langs de Kanegemstraat 15. Later zou Ideco een eigen bedrijfscomplex krijgen in de Wakkensesteenweg 49 te Tielt. 27
32
33
NIEUWE EIGENAAR DOUGHTY HANSON
Een mogelijke stap naar de kapitaalmarkt werd vooraf in heel beperkte kring in het bedrijf voorbereid. Het was vanaf oktober 2003, dat die piste voor het eerst in beperkte kring intern in overweging werd genomen. Onderliggende reden was dat de manier waarop Filip Balcaen de groep leidde, fysisch moeilijk houdbaar bleef en hij als operationeel manager een stap achteruit wilde zetten, dus maar beter verkopen! Finaal werd de meerderheid van de aandelen verkocht aan Doughty Hanson. Wel had Filip Balcaen weten te bedingen dat IVC buiten de transactie zou gehouden worden.28 Tot op het ogenblik van de verkoop behoorde IVC nog tot de groep Balta Industries. Voordien op 25 april 2002 had een fusie plaats tussen Balta Industries NV, Balta NV, ITC NV en Ideco NV tot de juridische eenheid Balta Industries NV.
Eind 2003 is met dat vooruitzicht een nota ‘Breskens’ opgemaakt met nuttige informatie over de Baltagroep. In de lente 2004 kwam het nieuws voor het eerst naar buiten. “In de sector wordt met argusogen naar Balta gekeken. Een industrieel sprak over een potentiële lokale aardbeving.”, reageert De Standaard. De economische redactie van de krant meldt die dag dat het proces nog in een prille fase zit en dat de bank ABN Amro het mandaat kon versieren, nadat het eerder de aluminiumgroep Aliplast kon koppelen aan Electra Partners. Gedelegeerd bestuurder Filip Balcaen zegt in het bericht dat Balta financiële versterking zoekt met het oog op de consolidatie in de sector. “Balta ziet het proces als ,,offensief’’. We willen ons kapitaal openstellen voor een financiële groep om ons voor te bereiden op de consolidatie in de sector van vloerbekleding’’, zegt Filip Balcaen. Tot slot wordt gemeld dat verwacht wordt dat alle grote financiële investeringsfondsen, zoals Cinven, JP Morgan, PAI, Blackstone, CVC en Candover, het dossier zullen bekijken. 29
IVC met hoofdzetel in Avelgem wordt thans nog geleid door Filip Balcaen en zijn naaste medewerker en CEO Jan Vergote. Intussen is de IVC Group zodanig uitgebreid dat het op dit ogenblik opnieuw kan wedijveren met Balta qua omzet. Op financieel vlak heeft het evenwel Balta reeds voorbij gestoken. 29 De Standaard, 16 maart 2004, Pascal Dendooven, ABN Amro zoekt financiële partner voor tapijtreus Balta.
De beslissing dat er een wederzijds akkoord was tussen Balta en de investeringsmaatschappij Doughty Hanson werd bekendgemaakt op 15 juni 2004. De akte van overdracht werd ondertekend in Brussel op 10 augustus 2004. In de media konden we een paar weken voordien al vernemen dat er voor de overname twee kandidaten waren overgebleven en dat de Britse investeringsgroep Doughty Hanson & Co op dat ogenblik de exclusiviteit kreeg in de onderhandelingen ten nadele van de Franse durfkapitaalgroep Paribas Affaires Industrielles (PAI).30
OVERNAME-OVEREENKOMST Het Britse durfkapitaalfonds Doughty Hanson neemt een meerderheidsbelang van 70 procent in de vloerbedekkingsgroep Balta uit het West-Vlaamse SintBaafs-Vijve. Dat werd op 15 juni 2004 bekend gemaakt in een persbericht. De transactie wordt gewaardeerd op 600 miljoen euro. De familie Balcaen blijft de grootste privé-aandeelhouder met een belang van 20 procent. Het managementteam van Balta bezit de resterende 10 procent. IVC, de vinylafdeling van de Balta
Group, zal geen deel uitmaken van de overname en zal doorgaan als een afzonderlijke onderneming buiten de Balta Group, met Filip Balcaen als Afgevaardigd Bestuurder. Het bestuur van Balta zal worden gevormd door respectievelijk vijf en twee vertegenwoordigers van Doughty Hanson en het managementteam. De huidige aandeelhouder Filip Balcaen (zoon van de oprichter) is het resterende lid van het bestuur. De vijf vertegenwoordigers van Doughty Hanson en Filip Balcaen zullen een nietuitvoerende positie innemen in het bestuur. Het dagelijkse beheer zal in handen zijn van de twee uitvoerende bestuurders die het managementteam vertegenwoordigen: Herman Paridaens (CEO) en Didier Ysenbaert (CFO). In zijn functie als bestuurslid zal Filip Balcaen een adviserende rol blijven spelen in het managementteam. Filip Balcaen zegt in een commentaar: “De nieuwe structuur is een logische stap in de ontwikkeling van een familiebedrijf van deze afmeting, en met deze financiële partner kan Balta een leidersrol spelen in het nakende fusioneringsproces binnen de sector van de tapijtenindustrie.”
28
34
30
De Tijd en De Standaard van 27 mei 2004.
35
Yann Duchesne, Doughty Hanson’s Managing Director voor Frankrijk: “Wij waren meteen onder de indruk van het managementteam van Balta en de resultaten van de afgelopen jaren. Balta is een leidinggevend bedrijf op de markt met belangrijke competitieve voordelen en een uitstekend groeipotentieel. Wij kijken ernaar uit om samen met Balta’s managementteam te werken aan de verdere ontwikkeling van het bedrijf met dezelfde ‘no-nonsense’-aanpak die tot hiertoe werd gehanteerd.” Doughty Hanson meldt van plan te zijn om “enkele overnames” van concurrenten te doen. Vanzelfsprekend worden daarbij geen namen genoemd.31
2004-2014 Op voorstel van Filip Balcaen werd Herman Paridaens32 na de verkoop in 2004 Chief Executive Officer (CEO) en algemeen bestuurder in opdracht van de nieuwe eigenaar. Hij bleef de Balta-group in moeilijke om-
standigheden33 leiden tot in februari 2006 en dit grotendeels nog met dezelfde Baltezermentaliteit en industriële visie als voordien. Herman Paridaens, die zowel actief was onder Filip Balcaen als onder de investeringsgroep, was na zijn gecontesteerd ontslag enigszins ontgoocheld over de ommezwaai in aanpak.34 “In een familiebedrijf is veel meer entrepreneurshap aanwezig, men denkt er veel meer op lange termijn en heeft minder last van de korte termijndruk.35 Filip Balcaen heeft altijd zwaar geïnvesteerd. Toen de flat weave (plat weefsel) eraan kwam, kocht Filip Balcaen als eerste tien getouwen waardoor weefgetouwenproducent Vandewiele vol zat, de nieuwe technologie buiten bereik van de concurrentie was en Balta voorsprong had gecreëerd. Bij financiers zie je een dergelijk staaltje ondernemerschap niet. Ze moeten elke drie maanden resultaten kunnen voorleggen,
Persbericht Parketplein/Doughty Hanson, 16 juni 2004 Herman Paridaens was al sedert 1988 actief bij Balta en kende als rechterhand van Filip Balcaen het bedrijf en zijn aanpak dus zeer goed. Voordat Paridaens de fakkel overnam van Filip Balcaen, stond hij aan het hoofd van de divisie kamerbreed tapijt en vinyl. 33 Tapijt is een cyclische sector en 2004 was het laatste jaar van een periode van relatief goede conjunctuur. 2005 was een heel moeilijk jaar. 34 We verwijzen hier ondermeer naar interviews in de media zoals in De Standaard. In Spraakmakers van 18 november 2006 zegt hij ondermeer: ,,Mijn grootste teleurstelling is dat de consolidatie die Doughty Hanson beloofde bij de overname van Balta, er niet is gekomen’’. Paridaens werd in maart 2006 verrassend gevraagd om op te stappen ondanks een sterke staat van dienst. 35 De Standaard, 22 april 2008, ‘Een buy-out lijkt wel financiële euthanasie’, interview naar aanleiding van het verschijnen van zijn boek “It’s all in the Family”. 31 32
36
een goednieuwsshow presenteren. Dat zorgt voor druk en belet langetermijndenken. Neem bijvoorbeeld de shaggy (langharig tapijt), dat is nu een succes. Filip Balcaen kocht 10 getouwen, maar dat durven de financiers dus niet. Het gevolg is dat iedereen er op kon springen en de concurrentie nu keihard is. “Ik stel vast dat private equity-bedrijen net als beursgenoteerde bedrijven de nadruk leggen op het financiële en op de korte termijn.” Op voorstel van de investeringsgroep kwam in maart 2006 de Zweed Marcus Billman aan het roer. Marcus Billman was duidelijk niet gekozen voor zijn tapijtkennis maar om zijn capaciteit als saneerder en optimaliseerder. Hij had de reputatie om harde beslissingen er via een zalvende communicatie door te krijgen. Maar dit bleek niet nodig. Bij Balta was er echter geen mens te veel voor de taken.36 Balta boekte in 2006 een omzetgroei van bijna 14%, van 639 miljoen tot 728 miljoen euro en dit was een fors herstel tegenover het zeer zwakke 2005. In rentabiliteit zit Balta nog een stuk onder het goede 2004. Het nieuwe businessplan gaat ervan uit dat
36
Balta Orient (Turkije)
Balta twee keer zo snel groeit als de markt en dat kan volgens Billman zonder overnames. In 2007 werd ook opnieuw 36 miljoen euro geïnvesteerd, onder meer in een uitbreiding van de polypropyleen extrusie garencapaciteit in Sint-BaafsVijve. Balta investeert in de nieuwe gepatenteerde ,,softline-garens’’, die de klassieke nadelen van BCF (dat aanvoelt als plastic) wegnemen zonder door het dure heatset-procedé te moeten gaan. In kamerbreed tapijt is Balta (inclusief ITC) Europees marktleider. In Turkije komt er een nieuwe fabriek voor acrylkarpetten onder de naam Balta Floorcovering in Uşak. Acrylkarpetten
Herman Paridaens in DS, 22 april 2008.
37
25 ha zonnepanelen zijn afgepast tapijt bestemd voor de West-Europese markt, maar die hier niet concurrentieel kan vervaardigd worden. Balta wil niet dat dit tapijt een middel werd voor de Chinezen en Turken om de West-Europese tapijtmarkt binnen te dringen.37 Nog in 2007 werd Ideco en Grantil verkocht aan de GIMV. In 2008 volgde een uitbreiding van Balta Floorcovering met een PP extrusie en heatsetting. Begin 2009 werd Marcus Billman opgevolgd door Jules Noten. Oorspronkelijk was het de bedoeling van de investeerder om Balta binnen de drie jaar opnieuw van de hand te doen, maar de verkoopplannen werden door de kredietcrisis van 2005 in de war gestuurd. In 2009 kwam Balta als duurzaam bedrijf in de schijnwerpers door de plaatsing van zonnepanelen. De realisatie bij Balta te Sint-BaafsVijve is met 115.000 m² het grootste project van zonnepanelen op één dak in de Benelux.
Het jaar daarop kwam nog een tweede fase zonnepanelen bij ITC Tielt en Balta Waregem, zodat Balta nu in totaal 250.000 m² dak heeft bedekt met 50.000 zonnepanelen. Op 1 november 2009 ontving Balta Industries het ‘D&B rating 1’-certificaat als bedrijf in de hoogste kredietwaardigheidsklasse met minimaal risico op faling. Deze erkenning betekent voor Balta een wereldwijde bevestiging als betrouwbare handelspartner.38
Op 13 augustus 2010 werd de overname van Domo Floorcoverings, de vloerbekledingsactiviteiten van Domo inclusief de tapijttegels van Modulyss, gerealiseerd. De omzet van Balta Group steeg opnieuw boven de 700 miljoen
De Standaard, 17 januari 2007, Marcus Billman (Balta): “Ik ben geen saneerder”. De overhandiging van het D&B-certificaat aan Balta Industries had plaats op 23 november. Dun & Bradstreet is ’s werelds grootste bron van zakelijke informatie en inzicht in bedrijven. 37 38
38
euro en het aantal werknemers kwam tot boven de 4000. In tegenstelling tot bij andere textielbedrijven heeft het bij Balta lang geduurd voor de eerste herstructurering eraan kwam. Midden juni 2012 kondigde Balta een ontslagronde aan met verlies van 84 arbeidsbanen. Kort na de aankondiging van de sanering maakte Jules Noten overgang bekend naar Vandemoortele.
tiviteit, om eind 2012 terug te keren. Hij focuste de strategie opnieuw op zachte vloerbedekking en herstructureerde de groep in 2013. In deze context werd op 25 januari 2013 Balterio & Spanolux (100%) verkocht aan de IVC Group van Filip Balcaen.40 Op 05 september 2013 werd Exelto nv verkocht aan International Fibres Group.
Na het vertrek van Jules Noten werd financieel directeur Carl Verstraelen vanaf juli 2012 ook interim CEO tot we met Hendrik Deruyck op 1 oktober 2012 terug een CEO kregen die het bedrijf en de sector goed kent.39 Op aanraden van Filip Balcaen keert Doughty Hanson met de huidige CEO terug naar een figuur die werkt met de echte Balta mentaliteit en KMO spirit. Hendrik Deruyck startte in 1976 in ITC en was medeoprichter van Ideco in 1977. Hij startte ook, samen met productiedirecteur Willy Lievens, IVC in 1997 en verliet Balta eind 2000 voor een zelfstandige ac-
De Standaard 26 september 2012. Deruyck was vertrouwd met Balta, want hij was tot 2000 Business Unit manager van ITC en werkte mee aan de opstart van IVC in Avelgem. Met de aanstelling van Deruyck komt volgens de krant De Standaard niet alleen weer een echte kenner van de sector aan het roer te staan, maar ook een vertrouweling van vroegere eigenaar Filip Balcaen. Minderheidsaandeelhouder Balcaen zal op verzoek van private equity-bedrijf Dougthy Hanson (sinds 2004 eigenaar) vanuit de raad van bestuur een actievere rol gaan spelen bij Balta en de nieuwe CEO met raad en daad bijstaan. 40 Filip Balcaen biedt daarmee een oplossing voor de blokkade rond de overname van de houtgroep Spano door Unilin. Balterio was een joint venture, die voor de helft in handen was van Spano en voor de andere helft in handen van Balta. Het meest logische was dat Balta zijn belang in de laminaattak zou optrekken tot 100 procent. Maar de hoofdaandeelhouder van Balta, het Britse financieel fonds Doughty Hanson, was niet bereid om de gevraagde prijs te betalen. 39
39
BALTA GROUP ANNO 2014 1 GROEP
4 DIVISIES
De Balta bedrijvengroep is uitgegroeid van kleinschalige KMO tot één van de wereldleiders in vloerbekleding. Het aanbod omvat momenteel geweven karpetten (Balta Rugs), kamerbreed tapijt voor de residentiële markt en naaldvilt (Balta Broadloom en ITC), kamerbreed tapijt voor de contractmarkt (Arc Edition®), residentiële tapijttegels (Balta) en tapijttegels voor contractmarkt (Modulyss®), naaldvilt en technische non-wovens voor industriële toepassingen(Captiqs®).
6 MERKEN
BALTA RUGS
Geweven karpetten
CENTRALE DIENSTEN HR Finance ICT Procurement Operational excellence HSE
RESIDENTIAL BROADLOOM
Getuft en geweven kamerbreed tapijt (PP – Wol) Residentiële taptijttegels Naaldvilt
CONTRACT BROADLOOM &TILES
®
Contract Kamerbreed tapijt
TECHNICAL NON WOVENS
Technische non-wovens
40
Getuft kamerbreed tapijt (PA-PES)
Contract tapijttegels
De Balta Group heeft wereldwijd 10 productievestigingen, waarvan 2 in Uşak Turkije en 1 distributiecentrum voor NoordAmerika in Dalton, USA. De hoofdzetel is nog altijd gevestigd in de Wakkensteenweg 2 te Sint-Baafs-Vijve. Balta Oudenaarde en Captiqs zijn gevestigd in het Industriepark De Bruwaan 4. Balta Oudenaarde produceert kamerbreed tapijt voor de merken ITC en Balta Broadloom. Magazijn non-woven te Sint-Niklaas is gelegen Industriepark West 43. Balta Rugs Avelgem is gelegen in de Nijverheidslaan 15. Balta Weaving is gelegen in de Roterijstraat 205 te Sint-Eloois-Vijve (Waregem). ITC is gevestigd in
de Kanegemstraat 15 te Tielt en modulyss in de Zevensterrestraat 21 te Zele. Balta Rugs is één van de wereldspelers in machinegeweven tapijten. De productie gebeurt in de afdelingen in Sint-BaafsVijve, Waregem, Avelgem en in Uşak Turkije (Balta Floorcovering yer dösemeleri AS) en met een distributiecentrum voor NoordAmerika, Balta US Inc. in Dalton. Met zijn twee merken Line A en Berclon, biedt Balta Rugs een breed gamma van product families aan die alle prijsklassen dekken, van instap-producten tot luxueuze producten. Dankzij een uitgebreide productiecapaciteit, verticale integratie van grondstof tot afgewerkt product, een strikt kwaliteits controlesysteem, een flexibele dienstverlening en een continue focus op productontwikkeling en innovatie, voldoet Balta Rugs aan de klantenbehoeften. Balta Broadloom is marktleider voor kamerbreed tapijt, getuft of geweven uit wol en synthetische garens. Het bedrijf is gelegen in de Wakkensteenweg 2 te Sint-Baafs-Vijve en bij Balta Oudenaarde. Met originele en marktgerichte collecties spelen ze continu in op de allernieuwste
41
trends voor de residentiële markt. Dankzij een flexibele klantenservice lost Balta de verwachtingen in van zelfs de meest veeleisende klant. Een verticale integratie van grondstof tot afgewerkt product, een technologisch hoogstaand en hypermodern machinepark, een gedreven management en een team van dynamische, gemotiveerde professionals zijn uw garantie voor de hoogste kwaliteit aan de meest competitieve prijs. ITC, Imperial Tufting Company, is één van ’s werelds grootste producenten van getuft vasttapijt uit polyamide (nylon). Het bedrijf is gevestigd langs de Kanegemstraat te Tielt. Het dankt zijn snelle groei aan een daadkrachtig beleid en een toekomstgerichte visie. In zijn streven naar een leidinggevende positie in de voornaamste marktsegmenten, volgt ITC een duidelijke strategie van marktgerichte creativiteit en vlekkeloze klantenservice: ITC is een betrouwbare partner en een “master in comfort” voor zijn klanten wereldwijd. Dankzij een verticale integratie controleert ITC zijn complete productieproces, en heeft
42
daarbij bijzondere aandacht voor integrale kwaliteitszorg. Arc edition® staat voor innovatieve, hoog kwalitatief kamerbreed tapijt voor commercieel gebruik uit Balta’s kamerbreed-divisie. Het is onderdeel van de vestiging ITC langs de Kanegemstraat in Tielt.
Captiqs, onderdeel van de Balta Residential Broadloom divisie, legt zich toe op technische nonwovens. Het bedrijf is gevestigd in het industriepark De Bruwaan in Oudenaarde. Naast een uitgebreid en innovatief standaard gamma producten, beschikt Captiqs over de technische knowhow om specifieke producten te ontwikkelen gebruik makende
van vernadelde, luchtdoorlatende bonded en gekalanderde non-wovens. De toepassingsmogelijkheden zijn talrijk, gaande van liners voor zwembaden, naaldviltruggen voor tapijt, verpakkingen, geotextiel, auto motive en toepassingen in de medische sector Captiqs is een betrouwbare partner voor alle creatieve ondernemers.
Modulyss® ontwerpt en produceert modulaire tapijttegels voor de Europese contractmarkt en wil zich kenmerken door de hoogst mogelijke kwaliteit. Het bedrijf is gevestigd in de Zevensterrestraat 21 te Zele. Het gamma van modulyss® wil zowel ruimte geven aan innovatieve ontwikkelingen als aan meer traditionele oplossingen. Daarvoor maakt men enkel gebruik van kwalitatieve grondstoffen die de bijzondere duurzaamheid en het ecologisch karakter van de producten verzekeren. Het bedrijf profileert zich door haar klantgerichte dienstverlening, die zich vertaalt in een snelle levering en flexibele oplossingen, waarbij het zijn ecologische en maatschappelijke verantwoordelijkheid met volle overtuiging opneemt.
43
DIRECTIECOMITÉ Balta wordt geleid door een directieteam onder leiding van Hendrik Deruyck, CEO. CFO is Carl Verstraelen, Marc Dessein leidt de Rugs (karpetten) divisie en Philippe Hamers de Residentiële en commerciële divisies (tuft, tegels, non woven). Balta wordt gedragen door de inzet en de werkkracht van zijn 3.300 medewerkers waarvan zo’n 2.750 tewerkgesteld zijn in West -en Oost-Vlaanderen, wat Balta één van de grootste werkgevers maakt in onze regio. Alles is gericht op een professionele, klantvriendelijke aanpak waardoor we ons kunnen profileren als de betrouwbaarste partner.
41
44
Een unieke marktgerichte creativiteit, een sterk doorgedreven verticale integratie en ‘operationele uitmuntendheid’ op elk niveau, vormen de voornaamste krachtlijnen van de strategie. Een duurzame ontwikkeling van alle activiteiten is belangrijk voor Balta. De installatie van zonnepanelen, een van de grootste projecten in de Benelux, voor de productie van groene elektriciteit is een voorbeeld van deze ambitie. De Balta Group streeft ernaar om verder te blijven groeien en mogelijke overnames te doen. Ze werken hard als een team om te garanderen dat we een sterk en winstgevend bedrijf blijven.41
EVENT 50 JAAR BALTA OP DE HIPPODROOM IN WAREGEM Om dit jubileum te vieren werden op 21 juni alle Belgische werknemers en hun partners uitgenodigd op een event op de hippodroom in Waregem. Het event voor zo’n 3.000 mensen, was opgezet als een gezellig festival met veel muziek en entertainment. Het was een manier om alle Balta medewerkers te bedanken voor de jaren-
lange inzet en hun bijdrage in het succes van Balta. Ter gelegenheid van dit 50 jarig jubileum werd door Balta een belangrijke som geschonken aan een goed doel, met name aan de speciale campus voor autistische kinderen ‘Ten Bunderen’ StIdesbald in Moorslede.
De bijdrage van Bernard Delange verschijnt dit jaar in het jaarboek Leiesprokkels van de Geschied- en Heemkundige kring Juliaan Claerhout te Wielsbeke. www.juliaanclaerhoutkring.be www.facebook.com/juliaanclaerhoutkring
[email protected].
http://www.baltagroup.com
45
MILESTONES IN DE 50 JAAR GESCHIEDENIS VAN BALTA 1964 1969 1970 1974 1974 1977 1978 1982 1983 1984 1984 1986 1988 1990 1991 1992 1993 1994
46
29-04-1964 oprichting Balta nv door Dhr. Paul Balcaen, productie van geweven karpetten te Sint-Baafs-Vijve. Start halfkam garenspinnerij in Sint-Baafs-Vijve Start strengververij. Start tuft in Sint-Baafs-Vijve en oprichting I.T.C. (Imperial Tufting Company) te Tielt. Start stukververij. Oprichting Ideco nv (Imperial Decoration Company) te Tielt. Start latexeerlijn (SBV) Start extrusie van polypropyleengarens (SBV) Start berberspinnerij (SBV) Mr. Filip Balcaen start bij Balta (SBV). Start open-end spinnerij. Start Balta Contract divisie. Nieuwe weverij in Waregem, Balta Weaving: dubbelstuk en axminster. Oprichting Balta Industries nv. Balta nv wordt de holding van de bedrijven Balta Industries, ITC and Ideco. Filip Balcaen neemt over van zijn vader Paul Balcaen. Verhuis Ideco naar Industriepark Zuid in Tielt, start productie vinyl muurbekleding. Uitbreiding van ITC op de vroegere Ideco site. Nieuwe productievestiging te Avelgem: productie van PP garen, dubbelstuk weven en magazijn. ITC start met in de massa geverfde polyamide, uitbreiding van de garenveredeling. Oprichting van C.C.B., Coordination Centre Balta. ITC: start van een tweede verf- en druklijn. Ideco, uitbreiding tot 30.000m2, tweede vinyl productielijn. ITC, tweede Magazijn voor 25.000 rollen kamerbreed tapijt. Balta Far-East, verkoopkantoor in Hongkong. Balta Sint-Baafs-Vijve, tweede latexeerlijn voor Kamerbreed tapijt, extra capaciteit in tufting, spinnen en magazijn. Balta Weaving: uitbreiding van de weefcapaciteit.
Avelgem: uitbreiding van extrusie en afwerkingsafdeling karpetten, meer capaciteit in cablage en heatsetting. 1997 Start nieuw bedrijf IVC (International Vinyl Company) in Avelgem, productie van vinyl vloerbekleding. 1999 Acquisitie van Grantil sa in Châlons-en-Champagne, Frankrijk, productie van muurbekleding. Oprichting van Balta Orient in Uşak, Turkije. Halfkam wolspinnerij. 2001 Oprichting van Trinterio, holding van Balterio en Spanolux, een 50/50 joint venture met Triax, nu Spanogroup. Productie van laminaat vloerbekleding en MDF-HDF. 2002 Oprichting Balta US, een distributiecentrum in Dalton, USA voor Noord-Amerika. Uitbreiding van Balta Orient in Turkije. Juridische integratie van ITC nv en Ideco nv met Balta Industries nv tot 1 juridische entiteit Balta Industries nv. 2004 Balta Group verkocht aan Doughty Hanson. IVC maakt geen deel meer uit van de Group. 70% van de aandelen in handen DH, 20% Filip Balcaen, 10% het management. 2007 Uitbreiding van de PP extrusie capaciteit in Sint-Baafs-Vijve. Nieuwe productiesite onder de naam Balta Floorcovering in Uşak, Turkije. Productie van Acryl karpetten. Ideco en Grantil verkocht aan de GIMV. 2008 PP extrusie en heatsetting in Balta Floorcovering. 2009 Grootste project van zonnepanelen op 1 dak in de Benelux te Balta Sint-Baafs-Vijve, 115.000m2. 2010 Tweede fase zonnepanelen ITC Tielt en Balta Waregem, Balta heeft nu in totaal 250.000m2 dak bedekt met 50.000 zonnepanelen. 13/08: Balta Group koopt de vloer bedekkingsactiviteiten van de Domo Group. Balta Group omzet >700 Mio€; aantal werknemers > 4.000. 2012 Verdere expansie Balta Floorcoverings in Uşak. 2013 25/01: Balterio & Spanolux (100%) verkocht aan IVC Group, Filip Balcaen. 05/09: Exelto nv verkocht aan International Fibres Group. 2014 29/04: 50 Jaar Balta, event op 21 juni, Hippodroom Waregem
47
Balta Industries nv Wakkensteenweg 2, 8710 Sint-Baafs-Vijve - België T +32 (0)56 62 22 11 - F +32 (0)56 62 22 46 -
[email protected]
www.baltagroup.com
