HANDBOEK PASSEND ONDERWIJS Versie 01-03-2015
1
Inhoudsopgave
1. De basisschool -Aanmelding en zorgplicht
3
2. -
Het OnderwijsZorgLoket (OZL) Taken Aanvraag Toelaatbaarheidsverklaring (TLV) Plaatsing vanuit voorschoolse (zorg)voorzieningen Overgang naar het VO, SVO, VSO Hoe bepaal je welk samenwerkingsverband verantwoordelijk is voor een leerling? Deskundigenadvies Samenstelling en werkwijze OZL Stroomschema Procedure aanvraag Toelaatbaarheidsverklaring Bezwarenprocedure
4 4 4 4 4 5 5 5 8 9
3. -
De arrangementen Definiëring Instroommomenten In plaats van doorplaatsing en terugplaatsing: overstappen Tijdelijke plaatsing in het SBO/SO Herindicering van de huidige SBO en SO leerlingen Ontwikkelingsperspectief (Groeps-)Handelingsplan, eigen leerlijn Beschrijving van de arrangementen o SBO o Cluster 3 o Cluster 4
11 11 12 12 12 13 13 13 14 14 16 19
4. Handelingsgerichte toewijzing van de arrangementen - Inleiding - Richtlijnen voor de arrangementen 4.1 Arrangement Speciaal Basisonderwijs 4.2 Arrangementen Speciaal onderwijs (cluster 3) 4.3 Arrangement Speciaal onderwijs (cluster 4)
20 20 20 20 21 22
5. Overige -Leerlingenvervoer
22
Bijlagen: A. het HGW-formulier B. toestemmingsformulier voor ouders t.b.v. bespreking in het Ondersteuningsteam C. de vervolgformulieren voor het aanvragen van advies, een arrangement SBO/SO bij het OZL D. de toelaatbaarheidsverklaring. E. format document eigen leerlijn 2
F. Stappenplan herindicatie SO cluster 3 en 4 G. Stappenplan herindicatie SBO H. Document aanvraag herindicatie
3
1. De Basisschool Aanmelding en zorgplicht Op het moment dat een leerling schriftelijk wordt aangemeld bij een basisschool met het verzoek om toelating, en deze leerling heeft extra ondersteuning nodig, gaat voor deze school de zorgplicht in. Binnen 6 weken na deze aanmelding dient het bevoegd gezag van de school te beslissen over de toelating en moet er een passende onderwijsplek voor de leerling gevonden zijn. Dit geldt ook voor SBO- en SO-scholen als de leerling nog niet op een andere (basis)school staat ingeschreven. De aanmelding moet dus altijd schriftelijk en kan worden gedaan vanaf de dag waarop het kind 3 jaar is maar zo mogelijk uiterlijk 10 weken vóór de datum waarop de toelating tot de school wordt gevraagd. Ouders dienen bij de aanmelding aan te geven of zij hun kind ook bij een andere school en zo ja welke school hebben aangemeld en welke school hun voorkeur heeft. Deze school heeft dan de zorgplicht. Dit betekent dat de (basis)school van aanmelding verantwoordelijk is voor de zorg voor deze leerling. Mocht de (basis)school niet in staat zijn de leerling op de eigen school voldoende te begeleiden dan is het de plicht van de school om samen met ouders een andere (reguliere) basisschool te zoeken die wel aan de onderwijsbehoefte van de leerling voldoet, aan de hand van de ondersteuningsprofielen. De termijn hiervoor is 6 weken vanaf het moment van schriftelijke aanmelding . Dit kan in sommige gevallen één maal verlengd worden met 4 weken. Voor een plaatsing op het SBO of SO is het aan het bevoegd gezag van de school om bij het Samenwerkingsverband een toelaatbaarheidsverklaring aan te vragen. Met deze verklaring heeft de leerling recht op plaatsing op het SBO van het SWV of SO in heel Nederland. Een leerling mag pas geweigerd worden als de school aan de zorgplicht (zie hierboven) heeft voldaan. Een andere reden kan zijn dat er op de school van aanmelding geen plaatsruimte is of als de ouders weigeren te verklaren de grondslag van het onderwijs van de school te respecteren. Voorschoolse instelling Aan voorschoolse instellingen wordt de mogelijkheid geboden om bij het onderwijszorgloket een advies aan te vragen voor de best passende onderwijsplek van een leerling. Het OZL zal dan wanneer wenselijk een observatie uit laten voeren door een vertegenwoordiger van het SBO of het SO op de voorschoolse instelling. De voorschoolse instellingen kunnen ouders ook adviseren om direct aan te melden bij een reguliere basisschool of SBO of SO school. Wanneer er sprake is van specifieke ondersteuningsbehoeften bij een kind verdient het indienen van een adviesvraag voor een passende onderwijsplek bij het OZL de voorkeur boven een directe aanmelding op een school voor speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs.
Uit de Wijziging wet op het primair onderwijs, Hoofdstuk T, Artikel 40 lid 2 t/m 6 en artikel 8 (SBO) 4
2. Het onderwijszorgloket (OZL) Taken Het onderwijszorgloket vormt een centraal uitvoerend orgaan binnen de organisatie van het SWV. Het onderwijszorgloket richt zich op: • het plaatsen van leerlingen in bovenschoolse voorzieningen voor extra ondersteuning (arrangementen): SBO en SO door het afgeven van toelaatbaarheidsverklaringen. In de toelaatbaarheidsverklaring staan de doelen van de inzet van het arrangement op hoofdlijnen beschreven. Het is aan het SBO en SO om deze na plaatsing verder uit te werken. • Het handelingsgericht meedenken over een passende onderwijsplek voor een leerling (adviesvraag).
Deze vraag kan zowel door een voorschoolse instelling als door het bevoegd gezag van een school worden aangevraagd. Het bevoegd gezag van de scholen legt de vragen aan het OZL voor. Aanvraag toelaatbaarheidsverklaring Het OZL bepaalt de toelaatbaarheid van een leerling tot het speciaal basisonderwijs (SBO) voor de SBOschool van het eigen SWV of het speciaal onderwijs (SO) en brengt hierover advies uit aan de directeur van het SWV. Het bevoegd gezag van de school waar de leerling voor het eerst wordt aangemeld of waar de leerling reeds ingeschreven staat, vraagt een toelaatbaarheidsverklaring voor een arrangement aan bij het SWV. Het SWV vraagt over de eventuele toelaatbaarheid tot en de bepaling van de doelen van plaatsing van een leerling op het SBO of het SO advies aan deskundigen. De toelaatbaarheidsbepaling voor het SO is geldig in heel Nederland voor de duur waarvoor deze is afgegeven. Daarna moet hetzelfde SWV bepalen of er opnieuw een toelaatbaarheidsverklaring moet worden opgesteld. Plaatsing vanuit voorschoolse (zorg)voorzieningen In SWV Doetinchem gaat het om De Trein, ’t Kempske, De Notendop, De Winde en diverse kinderopvangorganisaties en peuterspeelzalen. Het SWV heeft in samenwerking met een aantal voorschoolse zorgvoorzieningen vooruitlopend op de invoering van passend onderwijs enkele jaren geleden al afspraken gemaakt over de werkwijze. De werkwijze laat zich als volgt naar de situatie per 1-8-2014 vertalen: - indien plaatsing in het regulier basisonderwijs enigszins een optie is, wordt een basisschool betrokken bij het zoeken naar een passende onderwijssetting. Het is aan de voorschoolse voorziening om in overleg met ouders in een vroegtijdig stadium een basisschool te betrekken. - als ouders en de voorschoolse zorgvoorziening van mening zijn dat plaatsing in het SBO/SO noodzakelijk is, melden ouders hun kind aan bij de betreffende school - als de invulling van de passende onderwijssetting niet duidelijk is kunnen ouders en de voorschoolse (zorg)voorziening advies vragen bij het OZL. Hierbij wordt ook de basisschool betrokken.
5
Overgang naar het VO, SVO, VSO Voor leerlingen in de eindgroepen basisonderwijs, SBO en SO moeten over de overgang naar het VO, SVO en VSO met betrokkenen nadere afspraken worden gemaakt. Insteek: Indien het voor de school van de leerling (basisschool, SBO, SO) én voor ouders vanuit een bespreking in het Ondersteuningsteam duidelijk is dat een reguliere VO-school onvoldoende tegemoet kan komen aan de onderwijsbehoeften, vraagt het schoolbestuur in de loop van het schooljaar alvast een TLV aan voor het nieuwe schooljaar bij het SWV VO. Indien de basisschool, het SBO/SO, en/of ouders onvoldoende zicht hebben op de mogelijkheden van het VO om deze leerling te gaan begeleiden, wordt de leerling door het bevoegd gezag van de po-school aangemeld voor een bespreking bij de toewijzingscommissie van het SWV VO Doetinchem. (www.samenwerkingsverbandvoDoetinchem.nl)
Bovenstaande wordt in overleg met het SWV VO nader uit uitgewerkt waarbij belangrijke uitgangspunten zijn: samenwerking tussen de ‘loketten’, warme overdracht en het zorgdragen voor een doorgaande lijn. Hoe bepaal je welk samenwerkingsverband verantwoordelijk is voor een leerling? Als een reguliere school concludeert dat een leerling beter op zijn plek is in het SBO/SO, dan vraagt het bestuur van deze school een toelaatbaarheidsverklaring aan bij het samenwerkingsverband. Daarmee kan de leerling worden ingeschreven op een school voor SBO/SO. Het samenwerkingsverband dat de verklaring heeft afgegeven, betaalt de kosten voor de plaatsing in het SBO/SO. Dit kan een ander samenwerkingsverband zijn dan het samenwerkingsverband dat actief is in het gebied waar de leerling woont. Soms is er geen ‘verwijzende reguliere school’, bijvoorbeeld bij kinderen van wie al op jonge leeftijd duidelijk is dat plaatsing in het speciaal (basis)onderwijs de enige optie is. Meestal melden ouders hun kind dan direct aan bij het speciaal (basis)onderwijs. In zo’n situatie ligt de verantwoordelijkheid bij het samenwerkingsverband dat actief is in het gebied waar de leerling woont voor plaatsing op het SO en voor plaatsing op het SBO bij het samenwerkingsverband waar de SBO-school deel van uit maakt. Dat samenwerkingsverband betaalt de bijbehorende ondersteuningskosten, als het inderdaad vindt dat plaatsing in het SBO/SO noodzakelijk is. Sommige leerlingen stromen direct vanuit het SBO/SO door naar het VSO, waardoor er geen tussentijdse aanmelding bij een reguliere VO-school is. Ook dan is het samenwerkingsverband dat actief is in het gebied waar de leerling woont verantwoordelijk. Ten slotte zijn er de leerlingen die in het SBO/SO zitten als we overgaan van de huidige naar de nieuwe situatie. Van deze groep is niet bekend óf er sprake is van een reguliere school waar ze eerst opzaten en zo ja, welke. Daarom worden al deze leerlingen toegerekend aan het samenwerkingsverband dat actief is in het gebied van hun woonplaats. Deskundigenadvies Bepaald is dat het SWV zich moet laten adviseren door een orthopedagoog en door een tweede deskundige, afhankelijk van de ondersteuningsvraag van de leerling (zoals blijkt uit de gegevens van de ouders of de school), door een kinder- of jeugdpsycholoog, een pedagoog, een maatschappelijk werker, een arts of een kinderpsychiater. De toelaatbaarheidsverklaring wordt door het SWV afgegeven met start- en einddatum en het overeengekomen bekostigingsniveau van de ondersteuning. Daarnaast formuleert de commissie de doelen van de plaatsing. 6
Samenstelling OZL In de startfase van Passend Onderwijs waar betrokkenen gezamenlijk vorm moeten geven aan een nieuwe werkwijze is gekozen voor een mix van het maximaal benutten van de expertise en het al werkend zoeken naar een efficiënte en effectieve werkwijze. a) Bemensing vanuit het basisonderwijs, SBO, cluster 3 en cluster 4 • Vanuit het basisonderwijs: directeur of (bovenschools) intern begeleider (2 tot 3 functionarissen die kunnen rouleren) • Vanuit SBO: (beleids)medewerker SAM • Vanuit cluster 3 neemt de orthopedagoog van Mariëndael deel, deze functionaris beschikt over LG/MG, LZK en ZML expertise. De orthopedagoog kan gebruik maken van bijvoorbeeld de expertise van de revalidatiearts • Vanuit cluster 4 neemt de directeur SO De Isselborgh / SO Klein Borculo deel, bij verhindering kan een beroep worden gedaan op de adjunct directeur of de orthopedagoog van SO De Isselborgh. b) Competenties en expertise De leden van het OZL - onderschrijven de uitgangspunten: • bij het zoeken naar een passende onderwijssetting staan de onderwijsbehoeften van de leerling centraal • gezocht wordt naar een zo thuisnabij en regulier mogelijke setting - richten hun focus op (het verder in kaart brengen van) de onderwijsbehoeften van het kind, de ondersteuningsbehoeften van de leerkracht / school en eventueel het gezin / de ouders - zijn in staat om handelingsadviezen voor school en ouders te formuleren - hebben zicht op de ondersteuningsstructuur op het niveau van de school, het bestuur en SWV Doetinchem - hebben kennis van het onderwijsaanbod op de verschillende scholen en schoolsoorten binnen het SWV: het basisonderwijs en/of speciaal basisonderwijs en/of speciaal onderwijs cluster 3 en/of speciaal onderwijs cluster 4 - hebben kennis van de sociale kaart - een attitude om te leren van elkaar - zijn bekend met handelings- en oplossingsgericht werken en communiceren op deze wijze communiceren - kunnen analytisch denken. c) Werkwijze Het vaste team bestaat uit: de voorzitter, onafhankelijk orthopedagoog en een vertegenwoordiger vanuit het basisonderwijs. Afhankelijk van de vraagstelling sluiten aan: SBO, SO cluster 3, SO cluster 4. De voorzitter en onafhankelijk orthopedagoog doen aan alle leden van het OZL-team een gemotiveerd voorstel over: • De wijze van afhandeling: hamerstuk of bespreking • Wie er aan vanuit het OZL-team aan een bespreking deelnemen. Hiertoe is een beslisboom opgesteld (zie onderstaand). • Welke eventuele externen van buiten het SWV uitgenodigd worden (bijv. cluster 2, jeugdarts, leerplicht, maatschappelijk werk, jeugdzorg, gemeente). 7
d) Beslisboom om deelname vanuit het basisonderwijs, SBO, SO cluster 3 en SO cluster 4 te bepalen Afweging op grond van: 1. Aanvraag: welke schoolsoorten worden in de aanvraag door ouders genoemd? En welke door school? -> genoemde schoolsoorten uitnodigen 2. Combinatie van kindfactoren en afstemming school 2.a.Kindfactoren: op welke terreinen en in welke mate (t.o.v. de protectieve factoren) zijn er belemmeringen (bao en zie richtlijnen SBO, so3, so4)? -> schoolsoorten uitnodigen 2.b.Afstemming aanvragende school: - zijn de onderwijsbehoeften duidelijk? - in hoeverre sluit het onderwijsaanbod aan op de onderwijsbehoeften? Is dit 2 x beperkt het geval (onderwijsbehoeften en passend onderwijsaanbod) -> basisonderwijs en/of SBO uitnodigen. Is de afstemming maximaal en blijven er zorgen bestaan of blijkt dit onvoldoende specifiek te zijn voor de leerling dan wordt SBO en/of so3 en/of so4 uitgenodigd.
8
Procedure aanvraag Toelaatbaarheidsverklaring In onderstaand stroomschema staan de verschillende stappen en mogelijkheden schematisch weergegeven. Stroomschema aanmelding OZL Aanmelding OZL door BG *) I II
Advies Arrangement/TLV Verzoek om Aanvulling Vraagverheldering Check OZL (VZ/Secr) Dossier compleet? Vraagstelling helder?
Nee
Ja
Terugkoppeling aan Ouders BG
Bespreking? Welke expertise aanwezig?
Hamerstuk TLV nee
Ja II TLV-bespreking
I Adviesbespreking 2)
II TLV Toestemming BG/Ouders Advies aan directeur SWV
Zorgplicht school van aanmelding: onderwijs op eigen school of andere basisschool.
nee
TLV
9
Ja
Inschrijving door ouders SBO/SO3/SO4
*Aanmelding bij het OnderwijsZorgLoket door het bevoegd gezag van de school van aanmelding of school van inschrijving van de leerling. De verplichting ligt bij het schoolbestuur van de school waar het kind is aangemeld. In de Wet passend onderwijs wordt een aanmeldingsprocedure geïntroduceerd. Hierin is nieuw dat een leerling voortaan schriftelijk aangemeld moet worden. De school die het aanmeldformulier ontvangt, moet een zo passend mogelijk aanbod doen. Dat moet een plek op een school zijn waar de leerling ook daadwerkelijk geplaatst kan worden. Bij een rechtstreekse aanmelding bij het SBO/SO moet het SBO/SO bij het samenwerkingsverband verzoeken om een toelaatbaarheidsverklaring (tlv). Wordt die afgegeven, dan kan het kind worden ingeschreven bij het SBO/SO. Wordt geen TLV afgegeven, dan moet het SBO/SO een andere school zoeken.
e) Bezwaarprocedure Scholen hebben sinds de invoering van passend onderwijs (1 augustus 2014) zorgplicht. Dat betekent dat de school waar ouders hun zoon of dochter schriftelijk hebben aangemeld verplicht is om een passende plek te vinden als hun kind extra ondersteuning nodig heeft. De school kan ouders meer informatie geven over passend onderwijs en de ondersteuning en begeleiding die de school biedt. Hieronder leest u welke stappen ouders samen met de school doorlopen om een passende plek voor een kind te vinden. Een passende plek vinden in 4 stappen: Stap 1: Ouders melden hun zoon of dochter schriftelijk aan op de school van hun keuze. Denken ze dat hun kind extra ondersteuning nodig heeft, dan geven ze dat bij de aanmelding aan de school door. Het is ook mogelijk dat een kind al op school zit als wordt geconstateerd dat het extra ondersteuning nodig heeft. Meer informatie: www.passendonderwijs.nl Meer informatie en advies: www.steunpuntpassendonderwijs.nl Stap 2: Als de school een kind niet de benodigde ondersteuning en begeleiding kan bieden, gaat de school met ouders in gesprek over een passende plek op een andere reguliere of speciale school. Ook het schoolbestuur of samenwerkingsverband kan hierover meedenken. De adresgegevens van het bestuur staan in de schoolgids of op de website van de school. Meer informatie over samenwerkingsverbanden: swv.passendonderwijs.nl: Stap 3: Komen ouders er samen met de school en het samenwerkingsverband niet uit, dan kunnen ze kosteloos een onderwijsconsulent inschakelen. Onderwijsconsulenten zijn onafhankelijke deskundigen met veel kennis en ervaring op het gebied van onderwijs aan kinderen met een handicap, ziekte of stoornis. Zij kunnen advies geven over een passend aanbod voor het kind. Meer informatie: www.onderwijsconsulenten.nl Het Samenwerkingsverband Primair Passend Onderwijs Doetinchem heeft zich aangesloten bij de Landelijke bezwaaradviescommissie toelaatbaarheidsverklaring sbo/vso en bij de Landelijke Klachtencommissie onderwijs. Daarnaast zijn alle samenwerkingsverbanden van rechtswege aangesloten bij de Landelijke Commissie voor Geschillen WMS.
10
Stap 4 Is er na het advies van de onderwijsconsulent nog geen oplossing, dan kunnen ouders een oordeel vragen aan de geschillencommissie toelating en verwijdering passend onderwijs, bij het College voor de Rechten van de Mens (CVRM) of kunnen ze het geschil voorleggen aan de rechter. Meer informatie: www.mensenrechten.nl Meer informatie: www.onderwijsgeschillen.nl/passendonderwijs/geschillencommissie-passendonderwijs Kijk voor meer informatie over het voorkomen en oplossen van geschillen tussen ouders en school op www.geschillenpassendonderwijs.nl.
11
3. Arrangementen Definiëring Voor alle vormen van onderwijszorg die de basisondersteuning op de reguliere basisscholen (niveau 1 t/m 4) overstijgen, wordt het begrip “arrangementen” gehanteerd. Binnen het SWV wordt een dekkende infrastructuur van arrangementen ingericht om aan alle leerlingen met een extra ondersteuningsaanvraag een passend aanbod te bieden. Deze kunnen variëren van licht en tijdelijk van aard tot intensief en langdurend. Als uitgangspunt geldt – waar mogelijk – dat de leerling terugkeert naar de reguliere school of een lichtere vorm van ondersteuning. De arrangementen worden tijdelijk of permanent gegeven in de scholen voor SBO en SO. Extra ondersteuning kan slechts worden geboden na een besluit hiertoe van de directeur van het SWV op advies van het OZL. Het besluit is vastgelegd in een toelaatbaarheidsverklaring. Deze TLV heeft een looptijd van tenminste 1 volledig schooljaar. (vb. Wanneer de TLV afgegeven wordt in febr 2014 dan loopt de TLV in ieder geval tot 31 juli 2016)
De volgende arrangementen vormen onderdeel van de ondersteuningsstructuur: •
speciaal basisonderwijs: De Stichting voor Speciaal Basisonderwijs heeft het bevoegd gezag over de school voor SBO SAM. SAM staat voor Structuur, Aandacht en Motivatie. De school heeft 3 locaties met leerlingen voor de leerjaren 1 t/m 8: locatie Boddens Hosang, Vonderstraat en Van Limburg Stirum.
•
speciaal onderwijs cluster 3: Mariëndael verzorgt speciaal onderwijs aan leerlingen met een lichamelijke of meervoudige beperking en aan langdurig zieke leerlingen in de leeftijd van 4 tot 13 jaar. De school maakt deel uit van stichting De Onderwijsspecialisten en verzorgt speciaal onderwijs, cluster 3.
•
speciaal onderwijs cluster 4: SO De Isselborgh is een school voor (zeer) speciaal onderwijs (cluster 4). SO De Isselborgh wordt bezocht door kinderen van 4 - 12 jaar, die problemen hebben op diverse gebieden: stoornissen binnen het autistisch spectrum (ASS), ADHD, hechtingsproblemen, diffuse ontwikkelingsproblematiek en/of gedragsproblemen.
Daarnaast zijn er scholen die niet gevestigd zijn in onze regio, maar wel een aantal leerlingen uit ons SWV onderwijs biedt. Dan gaat het met name om de Christoffelschool in Didam en de Hamalandschool in Lichtenvoorde (cl.3 mg/zml) en SO Klein Borculo (cl 4). Tot slot zijn er voorzieningen die één of een paar leerlingen opvangen. Met de toevoeging van deze scholen dragen de besturen van het samenwerkingsverband zorg voor een dekkend netwerk.
12
Schematisch overzicht van de arrangementen: Plaatsing SBO
Kortdurend
Langdurend
(minimaal
(heroverweging
T/m groep 8
1 jaar)
binnen 2 jaar)
Plaatsing SO
Kortdurend
Langdurend
cluster 3
(minimaal
(heroverweging
1 jaar)
binnen 2 jaar)
Plaatsing SO
Kortdurend
Langdurend
cluster 4
(minimaal
(heroverweging
1 jaar)
binnen 2 jaar)
T/m groep 8
T/m groep 8
Binnen de arrangementen kan aanvullende ondersteuning worden ingezet (SMW, Jeugdzorg e.d.) Instroommomenten Met ingang van 1-8-2014 kunnen leerlingen gedurende het schooljaar op het SBO, SO cluster 3 en SO cluster 4 instromen. In plaats van doorplaatsing en terugplaatsing: overstappen De wet spreekt over terugplaatsing (een leerling heeft op het regulier onderwijs gezeten, is vervolgens naar het SBO/SO verwezen en maakt nu weer de overstap naar het regulier onderwijs). Doorplaatsing wordt gedefinieerd als: een leerling heeft vanaf het begin van zijn schooltijd in het SBO/SO gezeten en maakt de overstap naar regulier onderwijs). Om begripsverwarring te voorkomen spreken we over ‘overstappen’ in situaties wanneer een leerling van een voorschoolse zorgvoorziening instroomt in het onderwijs, wisselt van basisschool, wisselt van vorm van onderwijs (regulier, SBO, SO) of uitstroomt naar vormen van voortgezet onderwijs. Uitgangspunten: • Bij het zoeken naar een passende onderwijssetting staan de onderwijsbehoeften van de leerling centraal • Gezocht wordt naar een zo thuisnabij en regulier mogelijke setting • Het OZL kan door het bevoegd bezag van de scholen om advies over overstappen worden gevraagd. • De toelaatbaarheidsverklaring voor SBO/SO die per 1-8-2014 wordt afgegeven betreft o Een kortdurende tijdelijke plaatsing (minimaal 1 volledig schooljaar) o Langdurende plaatsing óf o Plaatsing voor 6 jaar c.q. t/m het schooljaar waarin de leerling 14 jaar wordt. Tijdelijke plaatsing in het SBO/SO Een tijdelijke plaatsing betreft een plaatsing van minimaal één volledig schooljaar. • Bij een tijdelijke plaatsing in het SBO/SO staan in de toelaatbaarheidsverklaring naast de doelen de afspraken beschreven: o Rol van ouders o Rol van de school die het arrangement aanvraagt o Rol van de school waar de leerling tijdelijk wordt geplaatst • Indien er geen reguliere basisschool bekend is (onderinstroom of verstoorde relatie ouders – school), wordt ouders gevraagd welke reguliere basisschool de contacten met het SBO/SO gaat onderhouden.
13
•
Over het volgen van een leerling worden in de TLV afspraken gemaakt. Uitgangspunt is dat de school die het arrangement aanvraagt samen met het SBO/SO tenminste één keer per jaar evalueert met de leerling en de ouders. Het ontwikkelingsperspectief van de leerling en de mogelijkheid van overstappen worden tijdens deze evaluatie besproken. De maand waarin het eerste evaluatiegesprek plaatsvindt / gesprekken plaatsvinden, wordt vastgelegd in de TLV.
Herindicering van de huidige SO leerlingen Ook vanuit de huidige wet- en regelgeving hebben het SO de opdracht om te bezien of een leerling aangewezen blijft op speciaal onderwijs of over kan stappen naar een lichtere vorm van ondersteuning. In de schooljaren 2014-2016 legt het SO aan de ouders van alle huidige leerlingen de vraag voor of terugplaatsing naar een lichtere setting of het regulier onderwijs een wens van ouders is en aan welke school ouders dan denken. Dit wordt aan de orde gesteld tijdens een bespreking waarbij ouders aanwezig zijn. Indien dit een keuze van school én ouders is, wordt de reguliere procedure gevolgd. Indien het een wens van alleen ouders is, volgt een bespreking in het OZL waarbij de school waar ouders bij het overstappen aan denken ook wordt uitgenodigd. Er is door het OZL een format opgesteld dat voor de aanvraag van een herindicatie ingevuld moet worden door het SO. Ontwikkelingsperspectief Het specifieke arrangement voor de leerling moet beschreven worden in termen van een ontwikkelingsperspectief (OPP). Het opstellen van een OPP is verplicht voor alle leerlingen die extra ondersteuning op het niveau van het SWV nodig hebben. Dit geldt niet voor leerlingen die ondersteuning ontvangen vanuit de basisondersteuning die door de school wordt geboden. In het OPP wordt inzichtelijk gemaakt voor de school zelf, voor ouders, leerlingen en inspectie, welke leerdoelen voor deze leerlingen worden nagestreefd. Dit biedt de school handvatten om het onderwijs af te stemmen op de onderwijs- en ondersteuningsbehoefte van de leerling. In het OPP staan de uitstroombestemming en - niveau vermeld en worden deze onderbouwd met in elk geval de belemmerende en bevorderende factoren die van invloed zijn op het onderwijsproces. Daarnaast staan de ondersteuning en bijgestelde doelen beschreven. Ten minste jaarlijks evalueert het bevoegd gezag met de ouders het OPP. Op basis van deze evaluatie treft het bevoegd gezag, indien nodig, extra maatregelen om de leerling op de koers richting uitstroombestemming te houden of stelt het OPP bij. Bijstelling kan ook aan de orde zijn wanneer het eerder een lastige afweging was om de uitstroombestemming vast te stellen. Scholen hebben de ruimte om de uitstroombestemming in de loop van de schoolperiode van de leerling verder te verfijnen. (Groeps-)Handelingsplan, eigen leerlijn Voor de leerlingen in het regulier basisonderwijs die binnen de basisondersteuning specifieke begeleiding nodig hebben, wordt aanvullend op het aanbod in het groepsplan deze begeleiding beschreven in het HGW-formulier en/of een (groeps-)handelingsplan en/of het document ‘eigen leerlijn’. Een eigen leerlijn wordt opgesteld voor kinderen die de einddoelen van groep 6 voor één of meerdere vakgebieden niet halen. In bijlage E is een format ‘document eigen leerlijn’ terug te vinden. Van dit format kan gebruik worden gemaakt. De meeste schoolbesturen hebben een eigen format ‘eigen leerlijn’ ontwikkeld. De onderdelen die in bijlage E zijn opgenomen moeten hier in ieder geval onderdeel van uit maken.
14
Beschrijving van de arrangementen (plaatsing) [Opmerking: de wijze waarop de arrangementen worden beschreven moet nog nader op elkaar worden afgestemd] SBO Langdurige /permanente plaatsing binnen SAM. Op basis van de aangegeven criteria is het betreffende kind aangewezen op een langdurige of permanente plek en begeleiding binnen SBO SAM, waarbij hij/zij gebruik maakt van het binnen school geldende basisarrangement. Voor leerlingen die niet genoeg hebben aan dit basisarrangement, biedt de school een intensiever arrangement aan. Tijdelijke plaatsing In de TLV staat het doel van de plaatsing beschreven, gedacht kan worden aan: - Er is sprake van specifieke onderwijsbehoeften die vragen om in omvang / tijdsduur beperkte intensieve ondersteuning - Verheldering van de onderwijsbehoeften van de leerling om te komen tot het bepalen van een passende onderwijssetting - het bieden van een aangepast onderwijsaanbod om zicht te krijgen op de effecten op het gedrag / de sociaal-emotionele ontwikkeling / leerontwikkeling van de leerling met het oog op de voorbereiding op de overgang naar (aangepast) voortgezet onderwijs. De vijf velden 1. Extra handen en tijd De groepen zijn met gemiddeld 15 kinderen kleiner dan in een reguliere basisschool. De jongste groepen zijn daarbij wat kleiner dan de oudste groepen. Met name in de jongste groepen wordt enkele dagdelen per week een onderwijsassistent ingezet. Bij een aantal vakken / leermomenten worden kleinere groepen geformeerd, waarbij extra mensen worden ingezet. Buiten de extra hulp in de groepen zijn er uren beschikbaar voor een vakleerkracht bewegingsonderwijs, een logopedist en op enkele terreinen speciale zorg. Voor kinderen die fysiotherapie nodig hebben werken we samen met enkele fysiotherapeuten, waarbij die kinderen onder schooltijd fysiotherapie krijgen in de praktijkruimte van de betreffende therapeut. 2.
Onderwijsmaterialen SBO SAM maakt gebruik van reguliere leermethodes, waarbij boeiend onderwijs uitgangspunt is. Daarbij wordt telkens gekeken of het niveau aansluit bij het kind. Wanneer de materialen van de reguliere methodes niet toereikend blijken te zijn wordt gebruik gemaakt van diverse hulpmiddelen op didactisch gebied. In de praktijk betekent dit dat er per kind verschillende hulpmiddelen op het gebied van taal, lezen, rekenen etc. ingezet kunnen worden.
3.
Ruimtelijke omgeving De gebouwen van SAM zijn redelijk rustig ingericht. Er is meer ruimte per kind, omdat de lokalen wel de reguliere afmetingen hebben, maar de groepen kleiner zijn. De ruimte rond de school is voorzien van speelmogelijkheden, in verband met de veiligheid duidelijk afgescheiden van de openbare ruimte. Om daarvoor ook voldoende ruimtelijk te profiteren zijn er gescheiden pauzes. 15
Er zijn meerdere nevenruimtes om met kinderen een rustige plek te kunnen kiezen voor extra hulp en ondersteuning. Twee locaties beschikken over een eigen gymzaal. De andere locatie heeft een speellokaal. Er zijn extra lokalen voor handvaardigheid en computer-/ICT-lessen. 4.
Expertise SAM kan een kort of langdurig speciaal aanbod verzorgen voor kinderen met problematiek(en) op het gebied van: Taal / lezen Rekenen Sociaal-emotionele ontwikkeling Gedrag (ADHD, ADD, PDD-nos/ASS etc.) Binnen SAM zijn hiervoor gespecialiseerde leerkrachten (onderwijsspecialisten) beschikbaar. Tevens is er een orthopedagoog, een logopedist, vakleerkracht gymnastiek en een maatschappelijk werkende in dienst.
5.
Samenwerking met externen Er is samenwerking met het regulier en speciaal onderwijs in de regio. De samenwerking met externen is afhankelijk van de hulpvraag van een kind. Vanuit het totale belang de goede zorg aan een kind te geven, zowel binnen als buiten de school, wordt het contact met betrokken externen gezocht en vorm gegeven. In het vorm geven van de zorg, zowel intern als extern, speelt de commissie van begeleiding een centrale rol.
16
Cluster 3 Onderstaand een beschrijving van de arrangementen voor: - leerlingen met een verstandelijke of meervoudige beperking (Hamelandschool, Christoffelschool en Mariëndael) - leerlingen die een lichamelijk beperking hebben of langdurig ziek zijn (Mariëndael). Leerlingen met een verstandelijke (Categorie 1) of meervoudige beperking (Categorie III) De Hamelandschool, Christoffelschool en Mariëndael bieden onderwijs aan leerlingen met een verstandelijke beperking en aan leerlingen met een meervoudige beperking in de leeftijd van vier tot ongeveer dertien jaar. De leerlingen op de school hebben beperkte ontwikkelingsmogelijkheden die per leerling sterk kunnen verschillen. Gemeenschappelijk is dat zij allen zijn aangewezen op speciale begeleiding en methodieken. Het niveau van leren is beperkt tot laag, waarbij vooral gekeken wordt naar de mogelijkheden van de leerlingen. Via de principes van handelingsgericht werken wordt het onderwijsaanbod, de onderwijsaanpak en de consequenties voor het klassenmanagement besproken en vastgelegd. Er zijn 4 leerroutes die zijn gebaseerd op uitstroomprofielen en leerlijnen van het CED: • Leerroute 1: IQ <20, uitstroomprofiel ‘belevingsgerichte dagbesteding’; • Leerroute 2: IQ 21-34, uitstroomprofiel ‘activerende dagbesteding’; • Leerroute 3: IQ 35-54, uitstroomprofiel ‘arbeidsmatige dagbesteding’; • Leerroute 4: IQ 55-69, uitstroomprofiel ‘beschermde arbeid (WSW), regulier bedrijf zonder certificaten, regulier bedrijf met landelijk erkende certificaten en/of branchegerichte cursussen’. De leerroutes omvatten de domeinen wonen, werken, vrije tijd en burgerschap. Er wordt veel aandacht besteed aan het aanleren van (basis)vaardigheden. De school werkt met een 3traps aanpak: van sturend, via begeleidend naar zelfsturend. De vijf velden 1. Extra handen en tijd De groepen zijn met gemiddeld 11 en maximaal 12 leerlingen relatief klein. De groepen zijn gemengd en bestaan uit zowel leerlingen met een meervoudige beperking als een verstandelijke beperking. De klassen zijn in de meeste gevallen dubbel bezet dankzij de inzet van onderwijsassistenten. Ten behoeve van het primaire proces zijn er buiten de handen in de klas extra uren beschikbaar in de vorm van vakleerkracht bewegingsonderwijs, combinatiefunctionaris, logopedisten, orthopedagoog, intern begeleider en spelbegeleiding. Er is een Commissie voor de Begeleiding beschikbaar die verantwoordelijk is voor de gehele leerlingenzorg, het opstellen van de ontwikkelingsperspectiefplannen en ter ondersteuning van de leerkrachten. Er zijn mogelijkheden voor spelbegeleiding, speltherapie, ergotherapie en fysiotherapie onder schooltijd bekostigd door de zorgverzekeraar. Deze activiteiten dienen wel gekoppeld te zijn aan de te realiseren onderwijsdoelen en moeten in het OPP verantwoord worden. 2.
Onderwijsmaterialen De scholen hebben veel specifieke onderwijsmaterialen op het ZML-onderwijs. Aandachtsgebieden daarbij zijn: cognitieve vakken, sociaal emotionele ontwikkeling en zelfredzaamheid. Deze materialen worden vaak nog weer aangepast voor de individuele leerlingen of groepen. De teamleden gebruiken veel visualisering en dat is door de hele school te zien. Voor elke leerling is er een dagschema en afhankelijk van de leerling wordt er gebruik gemaakt van picto’s, foto’s of signaalwoorden. Ook maken de teamleden gebruik van de gebaren van de totale communicatie. Er is aangepast meubilair en schrijfmateriaal. 17
3.
Ruimtelijke omgeving De gebouwen zijn rolstoeltoegankelijk en de lokalen, gangen en gymruimte zijn extra groot. Het speelplein heeft extra kwaliteiten, o.a. doordat iedere bouw kan beschikken over een eigen speelplein. Er is een apart ingericht spellokaal. De school beschikt over een verzorgingsruimte en de onderbouw heeft een ruimte voor sensorische beleving. Er is voldoende ruimte om met individuele of kleine groepjes leerlingen te werken.
4.
Expertise De teams beschikken over expertise op het gebied van: handelingsgericht werken, werken met het ontwikkelingsperspectief/leerlijnen, onderwijszorgvoorzieningen rond de school en in de regio en het omgaan met ouders als educatieve partner. Er is sprake van een teamaanpak op gedrag. Het team als geheel beschikt verder over expertise op het gebied van onderwijsbelemmeringen door verstandelijke beperkingen. Het team werkt vanuit totale communicatie en vanuit het Eigen Initiatief Model (EIM). Assistenten zijn bevoegd voor enkele eenvoudige medische verrichtingen in het kader van verzorging / verpleging zoals zondes en prikken. De school beschikt over een combifunctionaris op het gebied van vrijetijdsbesteding, in het bijzonder sport, en werkt samen met het uitbureau van de stichting De Lichtenvoorde.
5.
Samenwerking met externen De scholen hebben verbindingen met basisscholen, het SBO en SO in de regio. Met een aantal scholen wordt nauw samengewerkt. Ook met externe partners zoals met Bureau Jeugdzorg, GGZ, MEE, het KDC, een MKD, Stichting de Lichtenvoorde en een kinderziekenhuis werken de scholen samen. Wanneer nodig en zinvol wordt expertise van het CCE (Centrum voor Consultatie en Expertise voor mensen die langdurige zorg nodig hebben) ingeschakeld. Via de zorgaanbieder ‘Zozijn’ wordt zorg in onderwijs geboden met behulp van het PGB of ZIN (zorg in natura). Zorgondersteuners functioneren in de klas voor individuele begeleiding. Er werkt een vast team zorgondersteuners binnen de school. Zozijn verzorgt ook een aanbod voor voor- en naschoolse opvang op één van de locaties van de school.
Leerlingen die een lichamelijk beperking (categorie II) hebben of langdurig ziek zijn (categorie I). Mariëndael Doetinchem is ook een school voor leerlingen van vier tot dertien jaar die langdurig ziek zijn of een lichamelijke beperking hebben. Leerlingen stromen afhankelijk van de mogelijkheden uit naar het praktijkonderwijs, voortgezet (speciaal) onderwijs. De school heeft te maken met zeer veel diversiteit door de leeftijdsrange, de aard van de beperkingen en eventuele gedragsproblemen. Er wordt leergericht onderwijs geboden voor normaal lerende kinderen waarbij aanpassingen mogelijk zijn. Het onderwijs op Mariëndael is leerkracht gestuurd, niet methode gestuurd. Voor iedere leerling binnen de school is er een eigen leerlijn. De school heeft zowel onderwijs, therapie als zorg binnen haar muren. Dit maakt dat aan leerlingen onder schooltijd therapie geboden kan worden, nadeel is dat dit ten koste gaat van de effectieve leertijd. De vijf velden 1. Extra handen en tijd De gemiddelde groepsgrootte bedraagt 9 leerlingen. Iedere groep wordt bemenst met in ieder geval twee paar handen: een leerkracht en een klassenassistente eventueel aangevuld met de inzet van een extra klassenassistent, speltherapeut en leerkracht bewegingsonderwijs. Via de zorgverzekering is ergotherapie, fysiotherapie en logopedie voor leerlingen beschikbaar. Ter advisering en ondersteuning van leerkrachten is er ib, een orthopedagoog, ergotherapie, schoollogopedie, een ict18
deskundige en een commissie van begeleiding met o.a. schoolmaatschappelijk werk en een revalidatiearts. 2.
Onderwijsmaterialen Mariëndael Doetinchem heeft een ruim gesorteerde orthotheek met naast op het didactisch proces gerichte materialen vooral veel revalidatie-, verzorgings- en verplegingsmaterialen. Er wordt veel gewerkt met dagschema’s, zo nodig door picto’s. Er is veel aangepast meubilair en schrijfmateriaal.
3.
Ruimtelijke omgeving Het gebouw is aangepast ten behoeve van het onderwijs, verpleging en therapieën die op de school geboden worden. Het gebouw is rolstoeltoegankelijk en beschikt o.a. over een invalidentoilet, timeout ruimte, verzorgings- en revalidatieruimtes. De school heeft aangepaste badkamers met tilliften.
4.
Expertise Mariëndael Doetinchem beschikt over teamexpertise op het gebied van handelingsgericht werken, werken met het ontwikkelingsperspectief/leerlijnen, omgaan met ouders als partner als educatieve partner, het omgaan met lichamelijke beperkingen. Door het multidisciplinaire karakter van het team is veel expertise over diverse beperkingen intern beschikbaar.
5.
Samenwerking met externen Er is een intensieve samenwerking met het revalidatiecentrum, waardoor voor kinderen één integraal plan gerealiseerd wordt. De revalidatiearts houdt spreekuur in het schoolgebouw. Bij de planbesprekingen zijn in ieder geval de volgende disciplines betrokken: revalidatiearts, ergotherapeut, fysiotherapeut, leerkracht en de logopediste. Doordat de therapeuten onder hetzelfde dak werken kan er direct in de klas ingegrepen worden. Een ‘Eén Kind, Eén Plan-bespreking wordt gevolgd door een afstemmingsoverleg met de leerkracht en klassenassistente.
Cluster 4 SO De Isselborgh en SO Klein Borculo van de Stichting Speciaal Onderwijs Twente en Oost Gelderland (SOTOG) zijn cluster 4 scholen voor leerlingen met gedragsproblemen en psychiatrische stoornissen (gedrags-,ontwikkelings- en psychiatrische problemen en stoornissen met een IQ ondergrens van 70). SO Klein Borculo heeft geen kleutergroep. Wel zijn er die ‘laag niveau groepen’ gehuisvest voor kinderen die lager presteren dan gemiddeld. SO De Isselborgh huisvest kinderen vanaf groep 1 tot en met groep 8. Het cluster 4 onderwijs onderscheidt zich door een duidelijke programma gericht op kerndoelen, referentieniveaus en, in het vervolg diplomering binnen het voortgezet (speciaal) onderwijs. Er wordt een leerstofjaarklassensysteem gehanteerd, waarbinnen methodes sturend zijn, maar niet leidend. Methoden moeten structuur en duidelijk bieden. De opbouw gedurende de week moet repeterend zijn en er moet niet te veel gevraagd worden aan communicatie met medeleerlingen en eigen oplossingsvaardigheden. De school biedt veel structuur en duidelijkheid o.a. middels het aanbieden van gestructureerd en methodisch onderwijs. Het onderwijs wordt afgestemd op de speciale behoeften van kinderen op het gebied van gedrag: begrenzing van gedrag, stimulering tot activiteit en inzicht in gedrag.
19
De vijf velden 1. Extra handen en tijd - Groepsgrootte 12 lln. Per twee groepen is een onderwijsassistent beschikbaar. - Extra uren handen in de klas: Onderwijsassistenten, stagiaires en leerkracht in opleiding - Fysiotherapie, logopedie en creatieve therapie, vakleerkracht bewegingsonderwijs/MRT 2. Onderwijsmaterialen Er is een orthotheek met extra materiaal, dat gebruikt wordt om tegemoet te komen aan de speciale onderwijsbehoeften van de leerlingen. Er zijn vooral materialen beschikbaar met speciale pedagogisch/psychologische kenmerken, zoals materialen voor begrenzing van het gedrag, klassenorganisatie en beloning. De school gebruikt voor gedrag de methode ‘Kinderen en hun sociale talenten’. Materialen die zorgen voor aanpassing bij kindspecifieke fysieke belemmeringen zijn ook aanwezig. Het gaat daarbij vooral om schrijfmateriaal en materialen van de creatief therapeut, fysiotherapeut en vakleerkracht bewegingsonderwijs/MRT. 3. Ruimtelijke omgeving - Aankleding binnenkant gebouw is functioneel en prikkelarm - Zeer groot buitenterrein - Er heerst veel rust in de school - SO De Isselborgh: nieuw gebouw zowel speelplein als school heeft voorzieningen voor de specifieke doelgroep. Verschillende gedeelten waar kinderen kunnen spelen en per lokaal een nevenruimte. 4. Expertise Over het gedrag van kinderen wordt gedacht vanuit de ijsberg van Cleveland Gedragsaanpak is gericht op rust, veiligheid en structuur Veel expertise over het omgaan met Autisme Spectrum Stoornissen Orthopedagoog en maatschappelijk werker in dienst 5. Samenwerking met externen - Korte lijnen met jeugdzorg, jeugdgezondheidszorg, geestelijke gezondheidszorg en MEE. - Maatschappelijk werk in dienst van de school.
20
4. Handelingsgerichte toewijzing van de arrangementen Inleiding Het OZL beoordeelt of en voor welke kinderen extra ondersteuning in de vorm van een arrangement noodzakelijk is en adviseert hierover aan de directeur van het SWV. Om tot deze beoordeling te komen toont de school aan: • wat er op niveau 1 t/m 4 (basisondersteuning) is ondernomen en wat hiervan de resultaten zijn. Op basis hiervan brengt school de onderwijsbehoeften van de leerling en de ondersteuningsbehoefte van de leraar / school en eventueel ouders in beeld • daarnaast dienen de onderwijsbehoeften van het kind te worden onderbouwd door diagnostisch onderzoek. De huidige landelijke criteria, gericht op beperkingen/problemen en stoornissen, vormen voorlopig een belangrijk startpunt voor de diagnostiek en in het verlengde daarvan voor het formuleren van de onderwijs- en ondersteuningsbehoeften. Vervolgens wordt vastgesteld wat nodig is op de gebieden hoeveelheid begeleiding/ tijd, onderwijsmaterialen, ruimtelijke omgeving, expertise, samenwerking met andere instanties en dergelijke. Wat maakt de toewijzing handelingsgericht? • het belang van het proces vanaf niveau 1 als basis voor het bepalen van de toelaatbaarheid • de rol van de diagnostiek: gericht op het bepalen van de onderwijsbehoeften • de focus op onderwijsbehoeften van de leerling en ondersteuningsbehoeften van de school en eventueel ouders. Bij het toewijzen van een arrangement speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs gaan we uit van de aangeleverde rapportage van de voorschoolse instelling of de huidige school van de leerling. De school beschrijft de onderwijsbehoeften van de leerling, de wijze waarop hierop is afgestemd en motiveert in hoeverre het niet lukt om een passend onderwijsaanbod te bieden. Diagnostiek is niet leidend bij de indicatiestelling, maar dienend aan de bepaling van de onderwijsbehoefte. Er wordt eerst bepaald wat de leerling nodig heeft, alvorens gezocht wordt naar een passend arrangement.
Richtlijnen voor de arrangementen 4.1
Arrangement Speciaal Basisonderwijs
Hoofdrichtlijnen: • Het kind moet in staat zijn onderwijs te volgen dat in groepen van 12 – 16 kinderen gegeven wordt. •
Er moet bij het kind sprake zijn van een stagnerende ontwikkeling op het gebied van de cognitieve, didactische en/of sociaal-emotionele ontwikkeling.
•
De aangegeven / geconstateerde problematiek is hardnekkig.
•
Op het aangegeven probleemgebied moet er wel sprake zijn van leerbaarheid.
21
Richtlijnen met betrekking tot leer- en ontwikkelingsachterstanden: • Leerproblemen op meerdere vakgebieden of in combinatie met concentratie-, motivatie- en/of sociaal-emotionele problematiek •
Een lage of disharmonische intelligentie die maakt dat het onderwijsaanbod binnen het reguliere onderwijs onvoldoende afgestemd kan worden
•
Bij jonge kinderen is er sprake van belemmering op verschillende functiegebieden en leervoorwaarden, zoals taalachterstanden, beperkte communicatiemogelijkheden door taalspraakproblemen, motoriek, visuele waarneming en/of reken-/leesvoorwaarden e.d.
Richtlijnen met betrekking tot sociaal-emotionele problemen. • Er is sprake van een of meer problemen, zoals: negatief zelfbeeld, faalangst, stress, negatieve succesverwachting, grote afleidbaarheid, weinig kritische taakaanpak, een korte aandachtspanne, “emotionele instabiliteit” in combinatie met een grote behoefte aan intensieve vormen van structurering ten aanzien van leren of omgaan met anderen.
Richtlijnen met betrekking tot werkhouding, motivatie en concentratie. • Er is sprake van een forse ondersteuningsvraag op het gebied van de werkhouding, motivatieen/of concentratie waar binnen het reguliere onderwijs onvoldoende aan tegemoet gekomen kan worden.
4.2 • • • •
Arrangementen Speciaal onderwijs (cluster 3) Zeer moeilijk lerende kinderen (SO categorie I) Langdurig zieke kinderen (SO categorie I) Lichamelijk gehandicapte kinderen (SO categorie II) Meervoudig gehandicapte kinderen (SO categorie III)
Richtlijnen: • De leerling heeft als gevolg van geringe cognitieve mogelijkheden en/of fysieke beperkingen specifieke ondersteuning nodig op het gebied van de sociale redzaamheid en gedrag (op grond van de primaire beperking/belemmering, zie medische diagnose); • De leerling is hierdoor afhankelijk van derden bij het uitvoeren van algemene dagelijkse levensverrichtingen, het deelnemen aan het onderwijsaanbod en/of dit vraagt om aanpassingen van de leeromgeving / school; • Door de geringe cognitieve mogelijkheden en/of fysieke beperkingen heeft de leerling specifieke ondersteuning nodig op het gebied van nabijheidsbegeleiding; • De leerling is hierdoor afhankelijk van derden om het onderwijsaanbod te kunnen volgen of de beperkingen leiden tot ernstige belemmeringen om aan het onderwijsaanbod deel te kunnen nemen; • Er is sprake van >25% verzuim als gevolg van ziekte, (revalidatie)behandeling, lichamelijke of neurologische aandoeningen of somatische onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten waardoor een leerling ernstig belemmerd wordt om aan het onderwijs deel te nemen.
22
4.3 •
Arrangement Speciaal onderwijs (cluster 4) Kinderen met ernstige gedrags- of sociaal emotionele problemen (SO categorie I)
Richtlijnen • Er is sprake van integrale ernstige gedrags- of kinderpsychiatrische problematiek • Er is sprake van een continue ondersteuningsvraag op het gebied van het gedrag en/of sociaal emotioneel gebied. • de gedragsproblemen vormen een belemmering voor de leerontwikkeling van de leerling zoals blijkt uit de opgelopen leerachterstanden’ • Er is sprake van een ernstige structurele beperking in de deelname aan het onderwijs, waardoor de leerling niet voldoet aan de algemene leervoorwaarden met betrekking tot het vereist gedrag voor regulier onderwijs Leerling heeft specifieke ondersteuningsbehoeften op het gebied van het leer- en taakgedrag zoals werkhouding, taakgerichtheid, aandacht en motivatie. Leerling heeft ondersteuning nodig in de interactie met onderwijs gevend personeel; Leerling heeft ondersteuning nodig op het gebied van omgang met medeleerlingen; Leerling toont extreem agressief gedrag of extreem impulsief gedrag; De leerling heeft regulatieproblemen waardoor angsten en/of depressie ontwikkeld worden. o De bovenstaande punten kunnen samengaan met een beneden gemiddelde intelligentie.
De dossier-eisen aanvraag Toelaatbaarheidsverklaring staan in bijlage C uitgewerkt. Naast de algemene vereisten volgt per aanvraag een beschrijving van de aanvullende eisen voor het SBO, cluster 3 en 4.
5. Overige Leerlingenvervoer Op dit moment is leerlingenvervoer naar een (reguliere) basisschool (nog) niet geregeld. In het overleg met de verschillende gemeenten in de regio staat dit wel op de agenda. Mocht een leerling beter passen op een basisschool in een andere woonplaats dan is daarvoor nog geen regeling voor het vervoer.
23
BIJLAGEN A. HGW-formulier B. Toestemmingsformulier voor ouders Ondersteuningsteam C. Vervolgformulieren aanvraag OZL (advies, arrangement sbo, so cluster 3 of 4) D. Toelaatbaarheidsverklaring E. Format document eigen leerlijn
24
Bijlage A
HGW-FORMULIER
Dit formulier bevat vertrouwelijke informatie GEGEVENS KIND Achternaam Voornamen Tussenvoegsel Initialen Roepnaam Geslacht Geboortedatum Straat Huisnummer Postcode Woonplaats Land Telefoonnummer Leerling heeft geen Nederlandse nationaliteit of is niet in Nederland geboren Land van herkomst Taal thuis gesproken Woont in Nederland Nederlands onderwijs sinds sinds SCHOOL en GROEP KIND School Naam IB-er Naam Leerkracht Huidige groep Combinatie Didactische leeftijd Opmerkingen GEZINSITUATIE Achternaam Tussenvoegsel Voorletters Adresgegevens anders Adresgegevens ouder / verzorger 2 anders dan 1 Straat Huisnummer Toevoeging Postcode Woonplaats Land Telefoonnummer / geheim? E-mailadres Relatie tot kind OVERIGE GEGEVENS GEZIN Aantal kinderen Gezinsvorm Levensbeschouwing
Tel.nr. school Emailadres IB-er Schooljaar Aantal leerlingen School Groepsverloop
Ouder/verzorger 1
Ouder/verzorger 2
Ja / nee Ja / nee
Ja / nee Ja / nee
Plaats in de kinderrij Huisarts Overige gezinsfactoren
LOGBOEK OVERZICHT WERKEN MET HGW-TRAJECT; Bij het starten van het HGW-traject onderstaand schema als logboek hanteren. Soort gesprek Datum Groep kind Ingevuld door Functie (aanwezigen) Start:
Handtekening ouders (voor akkoord)
0. AANLEIDING Leerkracht vult dit onderdeel in vóór het HGW-gesprek. Formuleer zo concreet mogelijk. 1 Wat is voor jou de directe aanleiding om te starten met dit HGW--traject?
2 Korte situatieschets
3 Welke vragen heb jij als leerkracht met betrekking tot het handelen in de groep? (wat is voor jou nog onduidelijk, waar wil je nog meer over weten, wat is jouw ondersteuningsvraag?)
4 Delen de ouders deze vragen? (Heb je het al met ouders besproken en hoe kijken zij er tegenaan?)
5 Op welke manier heb je het kind al betrokken? (Welke oorzaken ziet het kind zelf, denkt het kind al mee in oplossingen?)
6 Wat is er tot nu toe ondernomen? Met welk resultaat? Wat werkte wel? Wat enigszins? Wat niet? Welke acties / door wie (leerkracht, school, ouders, externe) – resultaat tevreden?
FASE 1. WAARNEMEN / inventarisatie van informatie Fase 1 Leerkracht schrijft alle beschikbare informatie op vóór het HGW-gesprek. Leerkracht noteert alle relevante informatie (datum, bevorderende en belemmerende factoren). Actiepunten invullen tijdens het HGW-gesprek. Zie bijgevoegd document eigen leerlijn *indien gebruik wordt gemaakt van een eigen format om belemmerende en bevorderende factoren te omschrijven, onderstaand schema overslaan
Risico’s en belemmerende factoren Lichamelijke, motorische, zintuiglijke ontwikkeling: datum datum
Sociaalemotioneel en gedrag: datum
datum
Cognitieve en didactische ontwikkeling: datum
datum
Beschermende en bevorderende factoren
Mogelijke actiepunten
Risico’s en belemmerende factoren Onderwijs: Relevante factoren in school, groep, leerkracht datum datum
Spraak-/taal ontwikkeling: datum
datum
Werkhouding en taakaanpak: Datum
datum
Beschermende en bevorderende factoren
Mogelijke actiepunten
Opvoeding: relevante factoren in gezin, ouders, vrije tijd Datum
Datum
FASE 2. BEGRIJPEN / ANALYSEREN Fase 2 Tijdens het HGW-gesprek noteren of later bijwerken. 7 Beschrijf hieronder de veronderstelde samenhang tussen de belangrijkste factoren (zie fase 1) Wat is hoofdzaak? Wat speelt er naast? Hoe werkt het een op het ander in?
8 Wat zijn de lange termijn doelen die je met dit kind wil bereiken? Wat wil je dit kind leren? Doel:
9 Noem de bij jou bekende onderwijs- en opvoedingsbehoeften van dit kind, ongeacht of jij denkt of ze haalbaar zijn (brainstormen). Kies hieruit om het doel bij 13 te willen bereiken. Dit kind heeft: ..een instructie nodig.. ...opdrachten nodig.. ..(leer)activiteiten nodig… ..feedback nodig… ..groepsgenoten nodig … ..een leraar nodig… ..overige, zoals… 10 Wat is voor jou concreet haalbaar op de werkvloer?
11 Waar ligt op dit moment je handelingsverlegenheid als leerkracht? (wat is niet haalbaar?)
12 Heb je voldoende informatie om je vragen uit fase 0 te kunnen beantwoorden? Zo nee: Wie / wat heb jij daarbij nodig?
Hoeveelheid begeleiding en begeleidingstijd -
ondersteuning tijdens …
-
‘meer handen in de klas’ in de vorm van …
Onderwijsmaterialen (aangepast lesmateriaal?) -
materialen waarmee …
Expertise (teamexpertise en specialistische expertise) -
kennis van …
-
collega’s die …
-
een ib’er die …
-
een leidinggevende die …
-
ouders die …
-
vaardigheden om
Ruimtelijke omgeving -
een pedagogische omgeving die …
-
aanpassingen in de ruimtelijke omgeving …
Samenwerking externe organisaties (zoals jeugdzorg, revalidatie of geestelijke gezondheidszorg) -
een externe specialist die …
anders, namelijk:
FASEN 3. PLANNEN + 4. AANPAK + 5. EVALUATIE Korte termijn DOELEN 13 Wat zijn de korte termijn doelen (welke concreet onderdeel haal je uit vr 8) voor dit kind? Formuleer concrete haalbare doelen (SMART) voor de komende periode, passend bij de ontwikkeling van dit kind, in deze groep, met deze leerkracht op deze school. Indien concreet uitgewerkt in een plan/document waar naar verwezen wordt, volstaat een korte omschrijving. SMART-doelen: Specifiek – Meetbaar – Acceptabel – Realistisch - Tijdpad Datum evaluatie Doel: Doel: Doel:
Zie bijgevoegd handelingsplan Zie bijgevoegd groepsplan Zie bijgevoegd document eigen leerlijn ACTIES + EVALUATIE 14 ‘Wie’ gaat ‘wat’ doen om de doelen te bereiken? Welke acties (uit fase 1): door wie, hoe worden deze georganiseerd en geëvalueerd? Welke eventuele middelen of voorzieningen worden vanuit de basisondersteuning plus ingezet (verantwoording)? Datum
Wat
Door wie, hoe en wanneer
Evaluatie (datum + resultaten + verloop van het proces)
1 2 3 4
VERVOLGAFSPRAKEN continueren HGW-traject gebruik evt. Vervolgformulier HGW * bespreken in Ondersteuningsteam bespreken in OnderwijsZorgLoket (OZL) (bovenschools niveau) Vervolgformulier OZL** anders, namelijk … ** Zorg bij aanmelding voor actuele informatie.
ONDERTEKENING DOOR DE SCHOOL Hierbij verklaar ik, dat dit document onder mijn verantwoordelijkheid is opgesteld. Naam (directie): Dit formulier is ingevuld door: Datum: Functie:
Bijlage B
Toestemmingsformulier Ondersteuningsteam TOESTEMMING OUDER(S), VERZORGER(S) voor aanmelding bij en bespreking in het Ondersteuningsteam van school
Met dit formulier geeft u toestemming dat deskundigen van buiten de school worden betrokken bij de begeleiding van uw kind. Als ouder wordt u door de school en de externe deskundige(n) betrokken bij dit proces en op de hoogte gesteld van de resultaten. De informatie die aan de externe(n) ter beschikking wordt gesteld kunt u vooraf inzien. Voorafgaand aan de aanmelding bent u door school geïnformeerd over de doelen en werkwijze van het Ondersteuningsteam.
Onderstaande deskundige(n) maakt / maken deel uit van het Ondersteuningsteam: In ieder geval de Orthopedagoog in dienst van of werkzaam voor het schoolbestuur. Mogelijk nemen ook deel: -(School) Maatschappelijk werk -Jeugdverpleegkundige GGD Anders te weten: ……………………………………………………………
Als ouder(s)/ gezaghebbende verzorger(s) *) van -------------------------------------(naam leerling)
op basisschool ------------------------------
geef ik / geven wij toestemming om: -
Beschikbare en nieuwe informatie uit te wisselen tussen medewerkers van genoemde instanties en school
-
Om de schriftelijke gegevens die tijdens en naar aanleiding van de bespreking(en) worden verzameld vast te leggen
Datum:
Naam:
Handtekening: Datum:
Naam:
Handtekening:
*) Ter attentie Beide ouders van het kind behoren wettelijk toestemming te geven voor aanmelding bij/bespreking in het Ondersteuningsteam ongeacht of zij gescheiden zijn, behalve wanneer slechts één ouder het ouderlijk gezag voert. In geval sprake is van een ouder zonder ouderlijk gezag heeft deze wel recht op omgang en op informatie. Daarom moet deze ouder zonder ouderlijk gezag niet alleen door de andere ouder worden geïnformeerd over belangrijke beslissingen, maar deze ouder moet ook worden gehoord. De toestemming voor vastlegging van gegevens houdt tevens in dat de ouders recht hebben op informatie en inzage van de gegevens
Wilt u ter voorbereiding op de bespreking in het Ondersteuningsteam onderstaande vragen beantwoorden?
1. Wat is volgens u de directe aanleiding van deze bespreking?
2. Wat zijn de sterke kanten van uw zoon / dochter?
3. Wat heeft hij / zij nog te leren, wat vindt hij of zij moeilijk?
4. Welke vragen heeft u?
5. Overige
Bijlage C
Vervolgformulieren t.b.v. adviesaanvraag, aanvraag sbo/so arrangement bij OZL
BESPREKEN IN HET ONDERWIJSZORGLOKET Ten behoeve van de bespreking in het OnderwijsZorgLoket (OZL) dient het betreffende vervolgformulier te worden ingevuld (voor een adviesvraag, aanvraag Speciaal Basisonderwijs, aanvraag Speciaal Onderwijs cluster 3, aanvraag Speciaal Onderwijs cluster 4). In het vervolgformulier staat beschreven waaraan de aanvraag / het dossier dien te voldoen. Dit vervolgformulier dient samen met het HGW-formulier en de andere documenten opgestuurd te worden.
Adviesvraag Arrangementen/Toelaatbaarheidsverklaring(TLV) Plaatsing Speciaal basisonderwijs (SBO) Plaatsing Speciaal Onderwijs cluster 3 (Categorie I: ZML, LZK, Epilepsie) Plaatsing Speciaal Onderwijs cluster 3 (Categorie II: lichamelijk gehandicapte kinderen) Plaatsing Speciaal Onderwijs cluster 3 (Categorie III: meervoudig gehandicapte kinderen) Plaatsing Speciaal Onderwijs cluster 4 (Categorie I)
Ondertekening door bevoegd gezag Naam: Functie Datum:
GEGEVENS KIND Achternaam Voornamen Tussenvoegsel Initialen Roepnaam Geslacht Geboortedatum Straat Huisnummer Postcode Woonplaats Land Telefoonnummer Leerling heeft geen Nederlandse nationaliteit of is niet in Nederland geboren Land van herkomst Taal thuis gesproken Woont in Nederland Nederlands onderwijs sinds sinds SCHOOL en GROEP KIND School Naam IB-er Naam Leerkracht Huidige groep Combinatie Didactische leeftijd Opmerkingen GEZINSITUATIE Achternaam Tussenvoegsel Voorletters Adresgegevens anders Adresgegevens ouder / verzorger 2 anders dan 1 Straat Huisnummer Toevoeging Postcode Woonplaats Land Telefoonnummer / geheim? E-mailadres Relatie tot kind
OVERIGE GEGEVENS GEZIN Aantal kinderen Gezinsvorm Levensbeschouwing
Tel.nr. school Emailadres IB-er Schooljaar Aantal leerlingen School Groepsverloop
Ouder/verzorger 1
Ouder/verzorger 2
Ja / nee Ja / nee
Ja / nee Ja / nee
Plaats in de kinderrij Huisarts Overige gezinsfactoren
AANVULLENDE GEGEVENS: INGEVULD DOOR OUDER(S) / VERZORGERS Opgesteld door: Datum: HET AANVRAGEN VAN AANVULLENDE GEGEVENS Het kan nodig zijn om gegevens op te vragen bij andere instanties waarvan u steun ontvangt. Hierbij vragen wij u toestemming om aanvullende informatie op te vragen bij de door u hieronder ingevulde betrokken instanties/personen.
BETROKKEN PERSONEN / INSTANTIES Schoolarts/cons.bureau Kinderarts Specialist Fysiotherapeut Logopedist
Maatschappelijk werk Bureau Jeugdzorg GGNet Leerlingbegeleider Andere(n), namelijk
WAT IS VOLGENS U DE REDEN VOOR AANMELDING BIJ HET ONDERWIJSZORGLOKET(OZL)?
WAT HEEFT UW KIND VOLGENS U NODIG?
OVERIGE OPMERKINGEN
OUDER(S) HEBBEN HET INGEVULDE HGW-FORMULIER EN DE AANVRAAG GELEZEN EN EEN KOPIE ONTVANGEN Handtekening ouder / verzorger * Handtekening ouder / verzorger *
Datum: Indien één handtekening, dan treedt degene die tekent als wettelijk vertegenwoordiger van het kind, tevens op namens de andere ouder / verzorger van het kind. *Belast met ouderlijk gezag
VERVOLGFORMULIER OZL ADVIESVRAAG
Algemene eisen Het HGW-formulier dient zo volledig mogelijk en up-to-date te zijn ingevuld, waarbij duidelijk wordt welke stappen er door de school zijn gezet in de niveaus 1 t/m 4 van de ondersteuningsroute. De (effecten van) ondersteuning voor het kind op het niveau van de basisondersteuning en de interventies op schoolbestuurlijk niveau staan concreet beschreven. Het dossier bevat verder:
• • •
Het verslag van een recent gevoerd ondersteuningsteamoverleg op schoolniveau met daarin opgenomen de expliciete vraagstelling aan het OZL en de onderbouwing hiervan. Een beschrijving van de ervaringen van het kind (vb. uitwerking kind gesprek, resultaten sociaal emotioneel volgsysteem, gedragsvragenlijsten vb. CBSK) LOVS
Eventueel aanvullende documenten die indien beschikbaar meegestuurd kunnen worden:
Recent(-e) handelingsplan(-nen) Verslaglegging intelligentie-, psychodiagnostisch-, medisch onderzoek Verslagen van fysiotherapie, logopedie Document eigen leerlijn Anders, nl.
VERVOLGFORMULIER OZL ARRANGEMENT SBO Algemene eisen Het HGW-formulier dient zo volledig mogelijk en up-to-date te zijn ingevuld, waarbij duidelijk wordt welke stappen er door de school zijn gezet in de niveaus 1 t/m 4 van de ondersteuningsroute. De (effecten van) ondersteuning voor het kind op het niveau van de basisondersteuning en de interventies op school bestuurlijk niveau staan concreet beschreven. De onderwijsbehoeften zijn vertaald naar: • hoeveelheid begeleiding en begeleidingstijd • onderwijsmaterialen • ruimtelijke omgeving • expertise • samenwerking met externe organisaties. Er is sprake van hardnekkigheid van de problematiek aangetoond door (groeps)handelingsplannen voorzien van een evaluatie, die gedurende een periode van minimaal een half jaar zijn uitgevoerd. Het dossier bevat verder: • Een verslag van een recent gevoerd ondersteuningsteamoverleg op schoolniveau met daarin opgenomen de onderbouwing voor de vraagstelling aan het OZL. • Een beschrijving van de ervaringen van het kind (vb. uitwerking kind gesprek, resultaten sociaal emotioneel volgsysteem, gedragsvragenlijsten vb. CBSK) • Recente handelingsplannen voorzien van SMART geformuleerde doelen en evaluaties • LOVS gegevens • Indien aanwezig het document eigen leerlijn of een beschrijving van het uitstroomniveau en de – bestemming (zie onder) • Overige beschikbare informatie (bijv. verslagen logopedie/fysiotherapie) Aanvullend voor het SBO In het HGW-formulier worden de onderwijsbehoeften van het kind beschreven op het gebied van leren, gedrag- en de sociaal emotionele ontwikkeling. Deze onderwijsbehoeften worden ondersteund en onderbouwd door een orthopedagoog of andere gekwalificeerde diagnosticus. Het overwegen van de meerwaarde van een (actueel) IQonderzoek maakt hier onderdeel vanuit. Het OZL zal dit opnieuw overwegen bij de toelaatbaarheidsaanvraag en kan hier alsnog om vragen. Uitstroomniveau per vakgebied Geplande uitstroombestemming V(S)O o Rekenen en wiskunde o VWO Uitstroomniveau: o HAVO o VMBO theoretische leerweg o Spelling Uitstroomniveau o VMBO gemengde leerweg met LWOO o Technisch lezen. Lezen o VMBO kaderberoepsgerichte leerweg met Uitstroomniveau: LWOO Begrijpend lezen o VMBO basisberoepsgerichte leerweg met LWOO o Uitstroomniveau: o Praktijkonderwijs o VSO cluster 2 o Leergebied overstijgend (sociale competentie, gedrag, werkhouding) o VSO cluster 3 o VSO cluster 4
Onderbouwing / opmerkingen: Bijvoorbeeld disharmonisch uitstroomprofiel met grote verschillen in uitstroomniveau per leergebied VERVOLGFORMULIER OZL ARRANGEMENT SO cluster 3 (categorie I, II of III) Algemene eisen Het HGW-formulier dient zo volledig mogelijk en up-to-date te zijn ingevuld, waarbij duidelijk wordt welke stappen er door de school zijn gezet in de niveaus 1 t/m 4 van de ondersteuningsroute. De (effecten van) ondersteuning voor het kind op het niveau van de basisondersteuning en de interventies op school bestuurlijk niveau staan concreet beschreven. De onderwijsbehoeften zijn vertaald naar: • hoeveelheid begeleiding en begeleidingstijd • onderwijsmaterialen • ruimtelijke omgeving • expertise • samenwerking met externe organisaties. Er is sprake van hardnekkigheid van de problematiek aangetoond door (groeps)handelingsplannen voorzien van een evaluatie, die gedurende een periode van minimaal een half jaar zijn uitgevoerd. Het dossier bevat verder:
• • • • • •
Een verslag van een recent gevoerd ondersteuningsteamoverleg op schoolniveau met daarin opgenomen de onderbouwing voor de vraagstelling aan het OZL. Een beschrijving van de ervaringen van het kind (vb. uitwerking kind gesprek, resultaten sociaal emotioneel volgsysteem, gedragsvragenlijsten vb. CBSK) Recente handelingsplannen voorzien van SMART geformuleerde doelen en evaluaties LOVS gegevens Document eigen leerlijn of een beschrijving van het uitstroomniveau en de –bestemming (zie onder) Overige beschikbare informatie (bijv. verslagen logopedie/fysiotherapie)
Aanvullend voor SO CLUSTER 3 -
-
De aard van de beperking/belemmering van het kind wordt beschreven in een medisch- of psychodiagnostisch* of intelligentieonderzoek**, waarbij bij voorkeur de onderwijs- en begeleidingsbehoeften worden beschreven. Het onderzoek mag niet ouder zijn dan twee jaar en is uitgevoerd door een daarvoor bevoegd persoon. Door bovenstaande problemen is het deelnemen aan regulier onderwijs niet mogelijk of heel moeilijk omdat: - Er sprake is van een zeer geringe zelfredzaamheid waarbij de leerling ook met gebruikmaking van technische hulpmiddelen afhankelijk is van anderen voor het uitvoeren van dagelijkse levensverrichtingen of (fijn)motorische activiteiten en handelingen;
-
-
Er sprake is van een ontwikkelingsachterstand op het gebied van de sociale redzaamheid en het kind daardoor niet op een reguliere school kan functioneren; (geïnterpreteerde SRZ door een gedragsdeskundige medische verklaring) Er sprake is van ontbrekende voorwaarden wat betreft het leer-of werkgedrag:
Voorschools/kleuters: beschrijving van belemmeringen op leer- en taakgedrag, werkhouding, taakgerichtheid, motivatie en aandacht; en de hardnekkigheid van de problematiek (geringe vooruitgang ondanks specifieke ondersteuning, welke zichtbaar wordt in behandelplannen en ontwikkelingsvolgdocument). Basisschoolleeftijd: beschrijving van de belemmeringen op de gebieden aanvankelijk lezen, spellen, rekenen en/ of werkhouding, taakgerichtheid, aandacht en motivatie.
* Psychodiagnostisch onderzoek uitgevoerd door een kinderpsychiater, klinisch psycholoog, NIP geregistreerd Kinder- en jeugdpsycholoog gz-psycholoog of orthopedagoog-generalist. ** Intelligentieonderzoek door een orthopedagoog / psycholoog of andere gekwalificeerde diagnosticus Geplande uitstroombestemming V(S)O o VWO o HAVO o VMBO theoretische leerweg o VMBO gemengde leerweg met LWOO o VMBO kaderberoepsgerichte leerweg met LWOO o VMBO basisberoepsgerichte leerweg met LWOO o Praktijkonderwijs o VSO cluster 2 o VSO cluster 3 o VSO cluster 4 Onderbouwing / opmerkingen: Bijvoorbeeld disharmonisch uitstroomprofiel met grote verschillen in uitstroomniveau per leergebied
Uitstroomniveau per vakgebied o Rekenen en wiskunde Uitstroomniveau: o Spelling Uitstroomniveau o Technisch lezen. Lezen Uitstroomniveau: o Begrijpend lezen Uitstroomniveau: o Leergebied overstijgend (sociale competentie, gedrag, werkhouding)
VERVOLGFORMULIER OZL ARRANGEMENT SO cluster 4 (Categorie I) Algemene eisen Het HGW-formulier dient zo volledig mogelijk en up-to-date te zijn ingevuld, waarbij duidelijk wordt welke stappen er door de school zijn gezet in de niveaus 1 t/m 4 van de ondersteuningsroute. De (effecten van) ondersteuning voor het kind op het niveau van de basisondersteuning en de interventies op school bestuurlijk niveau staan concreet beschreven. De onderwijsbehoeften zijn vertaald naar: • hoeveelheid begeleiding en begeleidingstijd • onderwijsmaterialen • ruimtelijke omgeving • expertise • samenwerking met externe organisaties. Er is sprake van hardnekkigheid van de problematiek aangetoond door (groeps)handelingsplannen voorzien van een evaluatie, die gedurende een periode van minimaal een half jaar zijn uitgevoerd. Het dossier bevat verder: •
Een verslag van een recent gevoerd ondersteuningsteamoverleg op schoolniveau met daarin opgenomen de onderbouwing voor de vraagstelling aan het OZL. Een beschrijving van de ervaringen van het kind (vb. uitwerking kind gesprek, resultaten sociaal emotioneel volgsysteem, gedragsvragenlijsten vb. CBSK) Recente handelingsplannen voorzien van SMART geformuleerde doelen en evaluaties LOVS gegevens Document eigen leerlijn of een beschrijving van het uitstroomniveau en de –bestemming (zie onder) Overige beschikbare informatie (bijv. verslagen logopedie/fysiotherapie)
• • • • •
Aanvullend voor SO CLUSTER 4 -
-
-
De gedragsproblemen worden beschreven in een psychodiagnostisch onderzoek* (niet alleen op basis van een gesprek en observatie). Het onderzoek geeft naast een actuele gedragsbeschrijving inzicht in de onderwijsbehoeften van de leerling. Het onderzoek mag niet ouder zijn dan één jaar. Onderzoeksinstrumenten onderbouwen de ernst van de problematiek (scores in het klinisch gebied). De gedragsproblemen manifesteren zich op school en thuis of tijdens vrijetijdsbesteding. De mate waarin het kind als gevolg van de gedragsproblemen wordt beperkt bij het volgen van onderwijs wordt beschreven in het dossier. Door deze problemen is het deelnemen aan regulier basisonderwijs niet mogelijk of heel moeilijk. Ouders/verzorgers herkennen/ervaren deze problemen ook thuis en/of in de vrije tijd. Hierover is informatie in het HGW-formulier opgenomen.
* Psychodiagnostisch onderzoek uitgevoerd door een kinderpsychiater, klinisch psycholoog, NIP geregistreerd Kinder- en jeugdpsycholoog gz-psycholoog of orthopedagoog-generalist.
Geplande uitstroombestemming V(S)O o VWO o HAVO o VMBO theoretische leerweg o VMBO gemengde leerweg met LWOO o VMBO kaderberoepsgerichte leerweg met LWOO o VMBO basisberoepsgerichte leerweg met LWOO o Praktijkonderwijs o VSO cluster 2 o VSO cluster 3 o VSO cluster 4 Onderbouwing / opmerkingen: Bijvoorbeeld disharmonisch uitstroomprofiel met grote verschillen in uitstroomniveau per leergebied
Uitstroomniveau per vakgebied o Rekenen en wiskunde Uitstroomniveau: o Spelling Uitstroomniveau o Technisch lezen. Lezen Uitstroomniveau: o Begrijpend lezen Uitstroomniveau: o Leergebied overstijgend (sociale competentie, gedrag, werkhouding)
Bijlage D
Toelaatbaarheidsverklaring
Beschikkingsnummer: PO2503-2014-000 Termijn toelaatbaarheidsverklaring: Gegevens van de leerling:
Type Toelaatbaarheidsverklaring: Overeengekomen bekostiging: School van herkomst: Bevoegd gezag: Onderbouwing toelaatbaarheidsverklaring
Wat vraagt XXX van het onderwijs: Doelen school voor s(b)o voor de periode van de overeenkomst Wordt gedacht aan overstap naar een lichtere vorm van onderwijs? Ja/nee
Geformuleerde doelen voor de leerling Uitstroomprofiel van de leerling Geformuleerde doelen/afspraken voor de ouders -
Bijlage E
Format document Eigen leerlijn
Eigen leerlijn Het document Eigen leerlijn bevat de volgende basiselementen: 1. Het ontwikkelingsdeel De beginsituatie / instroomprofiel De leerontwikkeling op basis van de behaalde toetsresultaten 2. Het planningsdeel De uitstroombestemming van de leerling De geplande vaardigheidsgroei en inhoudelijke doelen Gepland uitstroomniveau per leergebied Het aanbod om de gestelde doelen te bereiken 3. Het evaluatiedeel De school evalueert periodiek, onder andere in overleg met de ouders. De uitkomsten van deze evaluatie staan in dit deel beschreven. Zijn de gestelde doelen bereikt en is het geplande aanbod gerealiseerd? Is de geplande vaardigheidsgroei daadwerkelijk behaald? Indien nodig worden extra maatregelen getroffen om toch de uitstroombestemming te realiseren. Als besloten wordt om de geplande uitstroombestemming bij te stellen, wordt dit onderbouwd. *Voorgeschreven wordt dat school minimaal één keer per jaar de voortgang en aanpak van de leerling met ouders bespreekt. Het is niet verplicht dat ouders een handtekening zetten onder de eigen leerlijn maar wel raadzaam om op deze manier met ouders tot overeenstemming te komen.
Gegevens leerling : Naam : Geboortedatum : Groep : Geplande uitstroombestemming V(S)O o VWO o HAVO o VMBO theoretische leerweg o VMBO gemengde leerweg met lwoo o VMBO kaderberoepsgerichte leerweg met lwoo o VMBO basisberoepsgerichte leerweg met lwoo o Praktijkonderwijs o VSO cluster 2 o VSO cluster 3 o VSO cluster 4 Onderbouwing / opmerkingen: Bijvoorbeeld disharmonisch uitstroomprofiel met grote verschillen in uitstroomniveau per leergebied
Leerlijn voor de vakgebieden :
o o o o o
Rekenen en wiskunde Uitstroomniveau: Spelling Uitstroomniveau Technisch lezen. Lezen Uitstroomniveau: Begrijpend lezen Uitstroomniveau: Leergebied overstijgend (sociale competentie, gedrag, werkhouding)
Reden voor het opstellen van de eigen leerlijn :
o o
De cognitieve ontwikkeling Gedragsmatige belemmeringen
Datum opstellen: Opgesteld door: Laatste evaluatie:
Relevante gegevens over het leer-en ontwikkelingsperspectief. Gegevens zijn verkregen door : o Intelligentieonderzoek en/of o Psychologisch-didactisch onderzoek en/of o Geschiedenis van handelingsplannen, groepsplannen, groepsbesprekingen waaruit blijkt dat het regulier aanbod mét maatregelen en intensivering niet tot de gewenste leerontwikkeling leiden Uitgewerkt :
Factoren die de ontwikkeling en het leren van de leerling bevorderen en belemmeren (alleen invullen indien nog niet beschreven in het HGW-formulier)
Factoren Cognitieve en didactische ontwikkeling
Sociaalemotioneel en gedrag
Spraaktaalontwikkeling
Werkhouding en taakaanpak
Lichamelijke, motorische, zintuiglijke ontwikkeling Onderwijs: Relevante factoren in school, groep en leerkracht Opvoeding: Relevante factoren in gezin, ouders, vrije tijd
Bevorderend
Belemmerend
Planningsdeel Doelen en aanbod 1. Tussendoelen dit schooljaar, in vaardigheidsscores (marge) en leerrendement (LR) Geplande Huidige Geplande Evaluatie= vaardigheidsgroei in vaardigheidsscores en vaardigheidsscores Geplande vaardigheidsscore en schooljaar LR (marge) en gepland LR LR behaald? 20..-20.. o Midden groep .. o Midden groep .. o Midden groep .. o Eind groep .. o Eind groep.. o Eind groep.. Technisch lezen Begrijpend lezen Spelling Rekenen en wiskunde 2. Leergebied specifieke tussendoelen en aanbod (komend half jaar) In geval van afwijkingen van het reguliere programma beknopt en de beredeneerde keuzes in doelen en aanbod vermelden. Zie bijvoorbeeld leerlijnen CED Groep en Passende perspectieven (SLO). Uitvoering in groepsplan en/of additioneel. In relatie tot de specifieke onderwijsbehoeften van de leerling. Leergebied Technisch lezen
Tussendoelen +aanbod
Begrijpend lezen Spelling Rekenen en wiskunde 3. Tussendoelen sociaal – emotioneel functioneren, gedrag en werkhouding (komend half jaar) Doelen voor werkhouding, taakaanpak, gedrag en Aanbod / Aanpak / of sociaal – emotioneel functioneren Onderwijsbehoeften
Afspraken met de ouders en de leerling Opmerking van de ouders en de leerling, bijvoorbeeld de verwachtingen van de ouders m.b.t. uitstroomperspectief. Afspraken van school met de ouders over samenwerking en over de datum volgend overleg.
Evaluatiedeel Evaluatie (vermeld datum en naam) Zijn de geplande vaardigheidsscores behaald? Analyse + hoe verder? Zijn de leergebied specifieke tussendoelen bereikt? Analyse + hoe verder? Zijn de leergebied overstijgende doelen behaald? Analyse + hoe verder? Ontwikkelt de leerling zich conform de verwachtingen?
Bijstelling Eigen leerlijn (vermeld datum en naam) Bijstellen van de geplande uitstroombestemming+ de reden en onderbouwing van dit besluit
Besproken met de leerling door: …...............................................................................................................
Voor akkoord Handtekening school:
……………………………………………………………………………………..
Handtekening ouders:
…………………………………………………………………………………….
Bijlage F
Stappenplan herindicatie SO cluster 3 en 4
Stappenplan herindicatie SO cluster 3 en 4
Voor het aanvragen van een toelaatbaarheidsverklaring (herindicatie) is een route opgesteld. Deze route wordt hieronder uitgewerkt. Route voor herindicatie Stap 1: De SO school bepaalt in overleg met ouders of - De lln de overstap kan maken naar een lichtere vorm van onderwijs o Wanneer dit het reguliere onderwijs betreft wordt contact gelegd met een reguliere basisschool o Wanneer dit het SBO betreft wordt door het bevoegd gezag een aanvraag voor een TLV SBO aangevraagd - Het noodzakelijk is dat de lln op de huidige SO school blijft. Stap 2: Aanvraag TLV en/of advies bij het OZL - De school maakt gebruik van het document Herindicatie (te vinden op www.swvdoetinchem.nl) - Het bevoegd gezag van de SO school ondertekent de aanvraag - Ouders vullen het ouderformulier in Stap 3: Behandeling van de aanvraag door het OZL - Hamerstuk (ouders en school worden niet uitgenodigd voor een bespreking): o De ondersteuningsvraag van de lln is zeer intensief waardoor hij/zij automatisch op het SO is aangewezen. o Het dossier is volledig aangeleverd, de ondersteuningsvraag van de leerling is duidelijk, ouders en school zitten op één lijn wat betreft de aanvraag. Het OZL kan dan besluiten de aanvraag als hamerstuk te behandelen - Bespreking in het OZL (ouders en school worden uitgenodigd) o Er wordt advies aangevraagd door het bevoegd gezag van het SO o Ouders en school zitten niet op één lijn wat betreft de aanvraag o Vanuit de dossiervorming worden de ondersteuningsbehoeften en de noodzaak voor een onderwijsplek binnen het SO niet volledig duidelijk. Stap 4: Vervolg behandeling aanvraag - Afgifte TLV o De leden van het OZL adviseren de directeur van het SWV voor de afgifte van een TLV tot het einde van de basisschoolperiode. - Adviesvraag o Het OZL adviseert het bevoegd gezag van de SO school over de aanvraag van een TLV SO of SBO of een plaatsing binnen het reguliere onderwijs. - Bespreking aanvraag TLV o Het OZL stelt verhelderingsvragen aan SO school en ouders ten einde de aanvraag van de TLV goed te kunnen beoordelen.
Bijlage G
Stappenplan herindicatie SO cluster 3 en 4 Herindicaties SO cluster 3 en cluster 4 en SBO
Ten behoeve van de aanvraag van een toelaatbaarheidsverklaring aan het OnderwijsZorgLoket (OZL) dient onderstaand document zo volledig mogelijk te worden ingevuld. In het vervolgformulier staat beschreven welke aanvullende documenten aangeleverd dienen te worden om het dossier compleet te maken. Het volledige dossier dient opgestuurd te worden naar het OZL.
Adviesvraag Arrangementen/Toelaatbaarheidsverklaring(TLV) Plaatsing Speciaal basisonderwijs (SBO SAM) Plaatsing Speciaal Onderwijs cluster 3 (Categorie I: ZML, LZK, Epilepsie) Plaatsing Speciaal Onderwijs cluster 3 (Categorie II: lichamelijk gehandicapte kinderen) Plaatsing Speciaal Onderwijs cluster 3 (Categorie III: meervoudig gehandicapte kinderen) Plaatsing Speciaal Onderwijs cluster 4 (Categorie I)
Ondertekening door bevoegd gezag Naam: Functie Datum:
GEGEVENS KIND Achternaam Voornamen Tussenvoegsel Initialen Roepnaam Geslacht Geboortedatum Straat Huisnummer Postcode Woonplaats Land Telefoonnummer Leerling heeft geen Nederlandse nationaliteit of is niet in Nederland geboren Land van herkomst Taal thuis gesproken Woont in Nederland Nederlands onderwijs sinds sinds SCHOOL en GROEP KIND School Naam IB-er Naam Leerkracht Huidige groep Combinatie Didactische leeftijd Opmerkingen GEZINSITUATIE Achternaam Tussenvoegsel Voorletters Adresgegevens anders Adresgegevens ouder / verzorger 2 anders dan 1 Straat Huisnummer Toevoeging Postcode Woonplaats Land Telefoonnummer / geheim? E-mailadres Relatie tot kind
OVERIGE GEGEVENS GEZIN Aantal kinderen Gezinsvorm Levensbeschouwing
Tel.nr. school Emailadres IB-er Schooljaar Aantal leerlingen School Groepsverloop
Ouder/verzorger 1
Ouder/verzorger 2
Ja / nee Ja / nee
Ja / nee Ja / nee
Plaats in de kinderrij Huisarts Overige gezinsfactoren
AANVULLENDE GEGEVENS: INGEVULD DOOR OUDER(S) / VERZORGERS Opgesteld door: Datum: HET AANVRAGEN VAN AANVULLENDE GEGEVENS Het kan nodig zijn om gegevens op te vragen bij andere instanties waarvan u steun ontvangt. Hierbij vragen wij u toestemming om aanvullende informatie op te vragen bij de door u hieronder ingevulde betrokken instanties/personen. BETROKKEN PERSONEN / INSTANTIES Schoolarts/cons.bureau Kinderarts Specialist Fysiotherapeut Logopedist
Maatschappelijk werk Bureau Jeugdzorg GGNet Leerlingbegeleider Andere(n), namelijk
STAAT U ACHTER DE AANVRAAG VAN PLAATSING IN HET SPECIAAL ONDERWIJS? □ Ja □ Nee, omdat
WAAROM HEEFT UW KIND VOLGENS U EEN ONDERWIJSPLEK BINNEN HET SO NODIG?
OVERIGE OPMERKINGEN
OUDER(S) HEBBEN HET OPP EN DE AANVRAAG GELEZEN EN EEN KOPIE ONTVANGEN Handtekening ouder / verzorger * Handtekening ouder / verzorger *
Datum: Indien één handtekening, dan treedt degene die tekent als wettelijk vertegenwoordiger van het kind, tevens op namens de andere ouder / verzorger van het kind. *Belast met ouderlijk gezag
VERVOLGFORMULIER AANVRAAG HERINDICATIE Het dossier bevat: • Een verslag van een recent gevoerd gesprek tussen school en ouders waarin de vraagstelling voor de aanvraag van een TLV is besproken. Tijdens dit gesprek is gesproken over de mogelijkheid om door te stromen naar een lichtere vorm van onderwijs. • Een beschrijving waaruit te lezen is dat de onderwijsplek op het speciaal (basis)onderwijs de absoluut noodzakelijke onderwijsplek voor deze leerling is. • Een beschrijving van de onderwijsbehoeften van de leerling en de doelen waaraan gewerkt gaat worden. • LOVS gegevens • Het opgestelde ontwikkelingsperspectief van de leerling