Gemeenteraadzitting van 23 juni 2015 Aanwezigen:
Verontschuldigd:
Peremans Steven - voorzitter Wynants Ivo - burgemeester Van Dael Paul, Dijckmans Tom, Wouters Leen, Monsieurs Luc - schepenen Wouters Nadine - OCMW-voorzitter Verstrepen Liesbeth, Patteet Guy, Arckens Marleen, Pacquée-Rombouts Maria, Beddegenoodts Guy, Matthys Annemie, Carpentier Inge, Kelders Lieve, Boeckxstaens Roger, Van Mechelen Agnes, Laureyssens Elke, Baelden Carmen raadsleden Sysmans Emiel - gemeentesecretaris Somers Edwin, Verhaert Dirk, Michielsens Philippe - raadsleden
01 Kerkfabriek O.L.V. van de Bloeiende Wijngaard - Jaarrekening 2014 Motivering Aanleiding en context Overeenkomstig de wettelijke bepalingen diende de Kerkfabriek O.L.V. van de Bloeiende Wijngaard uit Wijnegem op 16 februari 2015 een jaarrekening in, goedgekeurd door de kerkraad op 22 februari 2015. Juridische grond Het decreet van 07.05.2004 betreffende de materiële organisatie en de werking van de erkende erediensten, gewijzigd bij decreet van 06.07.2012. Financiële weerslag Het gemeentelijk aandeel bedraagt 32.847,00 euro voor de exploitatietoelage. Het bedrag werd in 2014 voldaan op budgetsleutel 2014 A.R. 64900013 B.I. 079000. Er werden geen investeringen voorzien in 2014. Besluit De Raad beslist eenparig om gunstig advies te verlenen aan de jaarrekening 2014 van de Kerkfabriek O.L.V. van de Bloeiende Wijngaard uit Wijnegem, waarbij de gemeentelijke exploitatietoelage 32.847,00 euro bedraagt.
02 Administratief toezicht op het OCMW - Kennisneming Jaarrekening 2014 Motivering Aanleiding en context Jaarrekening 2014 van het OCMW werd vastgesteld in de OCMW raad van 22 juni 2015 en overgemaakt aan de Gouverneur voor goedkeuring. De gemeenteraad beschikt over een termijn van vijftig dagen om opmerkingen te formuleren en door te geven aan de Gouverneur. Juridische grond De beslissing van de Vlaamse regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De beslissing van de minister bevoegd voor Binnenlandse Aangelegenheden van 1 oktober 2010 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten en de toelichting ervan, en van de rekeningstelsels van de gemeenten, de provincies en de OCMW’s. De artikelen 7 en 8 van het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaams gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten. De bepalingen van het gemeentedecreet. Financiële weerslag De gemeentelijke toelage aan het OCMW bedroeg in 2014 1.800.000 euro. Jaarrekening 2014 sluit af met volgende resultaten:
1.1.
De liquiditeitenrekening RESULTAAT OP KASBASIS
I. Exploitatiebudget (B-A)
Jaarrekening
Eindbudget
Initieel b d t
573.093
61.065
-81.434
A. Uitgaven
6.050.451
6.580.925
6.823.839
B. Ontvangsten
6.623.544
6.641.990
6.742.405
1.a. Belastingen en boetes 1.b. Algemene werkingsbijdrage van andere lokale overheden
1.800.000
1.800.000
1.900.000
4.823.544
4.841.990
4.842.405
64.281
-659.192
-209.192
A. Uitgaven
276.527
1.000.000
750.000
B. Ontvangsten
340.808
340.808
540.808
1.c. Tussenkomst door derden in het tekort van het boekjaar 2. Overige II. Investeringsbudget (B-A)
III. Andere (B-A)
-431.887
A. Uitgaven
431.887
1. Aflossing financiële schulden
431.887
a. Periodieke aflossingen
431.887
b. Niet-periodieke aflossingen 2. Toegestane leningen 3. Overige transacties B. Ontvangsten 1. Op te nemen leningen en leasings 2. Terugvordering van aflossingen van financiële schulden a. Periodieke terugvorderingen b. Niet-periodieke terugvorderingen 3. Overige transacties IV. Budgettaire resultaat boekjaar (I+II+III) V. Gecumuleerde budgettaire resultaat vorig boekjaar VI. Gecumuleerde budgettaire resultaat (IV+V)
637.374
-598.127
-722.513
614.129
630.402
1.125.793
1.251.503
32.275
403.280
1.251.503
32.275
403.280
VII. Bestemde gelden (toestand op 31 december) A. Bestemde gelden voor exploitatie B. Bestemde gelden voor investeringen C. Bestemde gelden voor andere verrichtingen VIII. Resultaat op kasbasis (VI-VII)
Bedrag op 1/1
Bestemde gelden
Mutatie Ja Initieel ar- Eindbudget budget re
Bedrag op 31/12
I. Exploitatie II. Investeringen III. Overige Verrichtingen Totaal bestemde gelden
1.2.
De balans 31.12.2014 en beginbalans 1.1.2014 ACTIVA
I. Vlottende activa A. Liquide middelen en geldbeleggingen B. Vorderingen op korte termijn
Boekjaar
Beginbalans
2.454.215
1.687.930
589.836
309.645
1.523.571
1.037.477
1. Vorderingen uit ruiltransacties
833.253
948.265
2. Vorderingen uit niet-ruiltransacties
690.318
89.212
C. Voorraden en bestellingen in uitvoering D. Overlopende rekeningen van het actief E. Vorderingen op lange termijn die binnen het jaar vervallen II. Vaste activa A. Vorderingen op lange termijn
340.808
340.808
18.776.075
19.347.205
5.112.118
5.452.926
5.112.118
5.452.926
1.032
1.032
1. Vorderingen uit ruiltransacties 2. Vorderingen uit niet-ruiltransacties
B. Financiële vaste activa
1. Extern verzelfstandigde agentschappen 2. Intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en soortgelijke entiteiten
1.032
1.032
3. Publiek-Private samenwerkingsverbanden 4. OCMW-verenigingen 5. Andere financiële vaste activa
C. Materiële vaste activa
13.662.924
13.893.246
1. Gemeenschapsgoederen
13.635.594
13.865.916
a. Terreinen en gebouwen
13.303.874
13.503.471
263.422
286.512
68.298
75.932
27.330
27.330
27.330
27.330
21.230.289
21.035.135
b. Wegen en overige infrastructuur c. Installaties, machines en uitrusting d. Meubilair, kantooruitrusting en rollend materieel e. Leasing en soortgelijke rechten f. Erfgoed 2. Bedrijfsmatige materiële vaste activa a. Terreinen en gebouwen b. Installaties, machines en uitrusting c. Meubilair, kantooruitrusting en rollend materieel d. Leasing en soortgelijke rechten 3. Overige materiële vaste activa a. Terreinen en gebouwen b. Roerende goederen
D. Immateriële vaste activa TOTAAL ACTIVA PASSIVA
I. Schulden A. Schulden op korte termijn 1. Schulden uit ruiltransacties a. Voorzieningen voor risico's en kosten
Boekjaar
Vorigboekjaar
2.146.923
12.808.348
1.125.107
1.483.907
875.563
773.842
263.203
251.458
612.360
522.385
249.544
210.609
b. Financiële schulden c. Diverse schulden op korte termijn uit ruiltransacties 2. Schulden uit niet-ruiltransacties 3. Overlopende rekeningen van het passief 4. Schulden op lange termijn die binnen het jaar vervallen
B. Schulden op lange termijn 1. Schulden uit ruiltransacties a. Voorzieningen voor risico's en kosten 1. Pensioenen en soortgelijke verplichtingen
499.456
1.021.816
11.324.441
837.616
11.140.241
837.616
543.807
837.616
543.807
2. Overige risico's en kosten b. Financiële schulden
10.596.434
c. Diverse schulden op lange termijn uit ruiltransacties 2. Schulden uit niet-ruiltransacties
184.200
184.200
II. Netto actief
19.083.366
8.226.786
TOTAAL PASSIVA
21.230.289
21.035.135
1.3.
Staat van kosten en opbrengsten Boekjaar
I. Kosten
6.862.854
A. Operationele kosten
6.861.960
1. Goederen en diensten
1.325.103
2. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen
4.341.706
3. Afschrijvingen, waardeverminderingen en voorzieningen
812.403
4. Specifieke kosten sociale dienst OCMW
346.021
5. Toegestane werkingssubsidies 6. Andere operationele kosten
36.727
B. Financiële kosten
894
C. Uitzonderlijke kosten 1. Minderwaarden bij de realisatie van vaste activa 2. Toegestane investeringssubsidies
II. Opbrengsten
7.267.520
A. Operationele opbrengsten
6.622.006
1. Opbrengsten uit de werking
3.075.476
2. Fiscale opbrengsten en boetes 3. Werkingssubsidies
3.266.384
a. algemene werkingssubsidies
1.904.906
b. Specifieke werkingssubsidies
1.361.477
4. Recuperatie specifieke kosten sociale dienst OCMW
100.955
5. Andere operationele opbrengsten
179.191
B. Financiële opbrengsten
645.514
C. Uitzonderlijke opbrengsten III. Overschot/Tekort van het boekjaar
404.667
A. Operationeel overschot/tekort
-239.954
B. Financieel overschot/tekort
644.620
C. Uitzonderlijk overschot/tekort IV. Verwerking van het overschot of tekort van het boekjaar
404.667
A. Rechthebbenden uit het overschot van het boekjaar B. Tussenkomst door derden in het tekort van het boekjaar C. Over te dragen overschot of tekort van het boekjaar
1.4.
404.667
Autofinancieringsmarge AUTOFINANCIERINGSMARGE
I. Financieel draagvlak (A-B)
Jaarrekening
Eindbudget
Initieel b d t
573.093
61.065
A. Exploitatieontvangsten
6.623.544
6.641.990
6.742.405
B. Exploitatie-uitgaven exclusief de nettokosten van schulden (1-2)
6.050.451
6.580.925
6.541.925
6.050.451
6.580.925
6.823.839
-340.808
-340.808
-340.808
-340.808
1. Exploitatie-uitgaven 2. Nettokosten van de schulden II. Netto periodieke leningsuitgaven (A+B) A. Netto-aflossingen van schulden
281.914
B. Nettokosten van schulden Autofinancieringsmarge (I-II)
200.480
372.993 91.079 281.914
913.901
401.873
-172.513
Bespreking Schepen N. Wouters geeft een toelichting over het jaarverslag en over de jaarrekening 2014. Een belangrijk aspect inzake het woningenaanbod is de doelstelling om woningen ter beschikking te stellen op korte termijn. Natuurlijk ook de aankoop van het appartementsgebouw op het marktplein zodat de slechte woningen Krijgsbaan 28 en 60 uit het aanbod kunnen worden verwijderd. Verder overloopt de schepen de verschillende wachtlijsten en haalt de verhoging van de mantelzorgpremie aan tot 35 euro per maand. Vervolgens de belangrijkste cijfers rond de thuisdienst, poetsdienst en dienstencheques en de vaststelling dat de thuisbezorgde maaltijden duidelijk afnemen. De minder mobiele centrale blijft op hetzelfde peil. Het aantal leefloondossiers en dossiers inzake budgetbeheer stijgen fors en de gebruikers van de groentenpakketten steeg ook tegen einde 2014. Het aantal contacten voor opvoedingsondersteuning blijft beperkt en er waren 52 cliënten voor juridisch advies. De verhuis van de Welzijnsschakels naar de Wommelgemsteenweg 18a zorgde voor meer bezoekers.In het woonzorgcentrum is er een nieuwe externe cateraar ISS en wordt de tuin onderhouden door Werminval in samenwerking met de gemeentelijke groendienst. Het technisch onderhoud van de gebouwen is zoals bij de gemeente uitgegeven aan Cofely. Het WZC beschikt nog over vele vrijwilligers die samen 7.659 uren presteerden. Er werd vooropgesteld om te streven naar 44 RVT bewoners in het WZC en in 2014 werd dit doel verhoogd naar 56.
De huidige BBC boekhouden laat eigenlijk geen vergelijking meer mogelijk met vroeger, dus moeten we 2014 als een soort van “nulmeting” beschouwen. Het OCMW beschikt balansmatig over een netto actief van 19 miljoen euro, met een gemeentelijke toelage van 1,8 miljoen euro. Het budgettaire resultaat is 637.374 euro. Als belangrijkste zaken kunnen we de lagere loonkosten aanhalen, de besparing van 94.000 euro door de heraanbesteding van het keukendossier en de daling van de energiekosten met 66.000 euro. We verwachten dat de gemeentelijke tussenkomst zal dalen in de volgende jaren. Besluit De Raad beslist eenparig om kennis te nemen van de jaarrekening 2014 van het OCMW.
03 Brandweerbijdrage Afrekening 2012 - Werking 2011 - Advies Motivering Aanleiding en context Per brief van 11.05.2015 vraagt de provinciegouverneur om een formeel advies te geven over de bijdrage aan het brandweerkorps dat de bescherming van Wijnegem op zich heeft genomen. Dit advies handelt over de afrekening 2012 - werking 2011. Voor de gemeente Wijnegem komt dit neer op saldo van - 65.377,75 euro. Dit betekent dat dit bedrag volgende maal zal worden verrekend. Juridische grond Het gemeentedecreet van 15 juli 2005 na wijzigingen, artikel 42 en 43. De wet van 31.12.1963 betreffende de civiele bescherming, gewijzigd door de Wet van 14.01.2013, artikel 10 §4, 3°. Besluit De Raad beslist eenparig: Artikel 1 De bijdrage vastgesteld op - 65.377,75 euro gunstig te adviseren.
04 Huurovereenkomst Turnhoutsebaan 197a Motivering Aanleiding en context Het gebouw op de Turnhoutsebaan 197a werd vanaf de nieuwbouw gehuurd door de VDAB. Het gebouw staat leeg sinds de opzeg van de huurovereenkomst (01.12.2014). VB Partners Immobiliën werd aangesteld om voor het gebouw een nieuwe huurder te vinden. Er is momenteel een mogelijke nieuwe privé-huurder gevonden. Hier werd een huurovereenkomst opgesteld. Juridische grond Het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen, artikel 42 en 43. Financiële weerslag Het overeengekomen huurbedrag bedraagt 2.500 euro per maand. Besluit De Raad beslist eenparig: Artikel 1 De volgende huurovereenkomst goed te keuren: A. Verhuurder: Gemeente Wijnegem met zetel te Turnhoutsebaan 422 te 2110 Wijnegem met ondernemingsnummer 0207.533.775 hier vertegenwoordigd door de heer I. Wynants en E. Sysmans adres: Turnhoutsebaan 422 te 2110 Wijnegem in hun hoedanigheid van burgemeester en gemeentesecretaris Tel.: 03 288 21 26 03 288 21 28 B. Huurder: de naamloze vennootschap Letec, met zetel te Nieuwe Gentweg 53 te 8000 Brugge, met ondernemingsnummer 0863.730.857 hier vertegenwoordigd door de heer VANDEMOORTELE Philippe Felix Emile, geboren te Izegem
op één en twintig oktober negentienhonderd vijf en veertig (rijksregister nummer 451021 171-20) wonende te Kortrijk, Bellegem, Leuzestraat 91 in zijn hoedanigheid van gedelegeerd bestuurder. Tel.: +32 50 61 51 61 of +32 492 72 63 63 Mail:
[email protected] C. Omschrijving verhuurd goed: Aard: Handelspand adres: Turnhoutsebaan 197a – 2110 Wijnegem samenstelling (ruimtes en gedeelten): kelderniveau: meterlokaal en toegang tot de kruipruimte Gelijkvloers niveau: inkomhal ; kantoorruimte, toilet en bergruimte Niveau 1: kantoorruimte, sanitaire ruimte, stooklokaal Niveau 2: keukenruimte, kantoorruimte niet geïndexeerd kadastraal inkomen: € 3.671 D. Huurtermijn: in voege tredend op 01 juli 2015 en eindigend op 30 juni 2024 E. Basishuurprijs: 2.500,00 euro per maand De huurprijs wordt als volgt opgedeeld: 100 % voor beroepsdoeleinden. Vooruitbetaalbaar uiterlijk de 5de van de maand en tot nader bericht op BE51 0910 0011 9762 rekeningnummer van Gemeente Wijnegem Aanvangsindexcijfer: gezondheidsindex van de maand: mei 2015 = 101,16 (jaar 2013=100) F. Waarborg: bedrag: 3 maanden G. Belastingen: Alle mogelijke belastingen en taksen die het onroerend goed bezwaren en opgelegd worden door ieder mogelijk bestuur, zullen ten laste vallen van de huurder. H. Bestemming van het goed: handelspand Opgemaakt te Wijnegem op 24.06.2015 In evenveel exemplaren als partijen, vermeerderd met één, dit laatste bestemd zijnde voor de registratie van huurovereenkomsten. Elke partij verklaart een exemplaar te hebben ontvangen. De verhuurder De huurder
05 Vernieuwd uniform politiereglement Motivering Aanleiding en context De gemeente Wijnegem vormt samen met de gemeentes Wommelgem, Borsbeek, Boechout en de stad Mortsel de politiezone MINOS. Het laatste algemene, uniforme politiereglement van deze politiezone dateert van 2008. Door veranderde wetgeving en evoluties in de samenleving is het aangewezen het reglement aan te passen. Belangrijk is onder meer om het politiereglement in overeenstemming te brengen met de gewijzigde GAS-wetgeving. Igean milieu en veiligheid heeft de coördinatierol op zich genomen. Juridische grond Het gemeentedecreet van 15 juli 2015 na wijzingen, artikel 42, 43, 186 en187. De Nieuwe Gemeentewet, artikel 119 en 119bis,134 en 135. De wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties, verder nieuwe GASwet genoemd. De wet van 19 juli 2013 tot wijziging van de Wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming, het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd en het herstel van de door dit feit veroorzaakte schade. Het decreet van 21 december 2007 tot aanvulling van het Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid met een titel XVI "toezicht, handhaving en veiligheidsmaatregelen". De wet van 15 mei 2007 tot instelling van de functie van gemeenschapswacht, tot instelling van de dienst gemeenschapswachten en tot wijziging van artikel 119bis van de Nieuwe Gemeentewet. Het KB. van 21 december 2013 tot vaststelling van de kwalificatie- en onafhankelijkheidsvoorwaarden van de ambtenaar belast met de oplegging van de administratieve geldboete en tot inning van de boetes in uitvoering van de wet betreffende de GAS. De verschillende uitvoeringsbesluiten van de nieuwe GAS-wet. De Ministeriële omzendbrief van 22 juli 2014, waarbij uitleg verschaft wordt bij de nieuwe regelgeving aangaande de GAS, ter vervanging van de omzendbrief OOP30bis.
De Omzendbrief N. COL 1/2006 - versie 30.01.2014 herzien op 02.07.2014 betreffende de GAS, houdende de opmerkingen en richtlijnen inzake de nieuwe GAS-wet van het College van ProcureursGeneraals bij de Hoven van Beroep. Het Uniform politiereglement politiezone Minos, van 30.06.2008. Adviezen Het advies van de jeugdraad van 19.03.2015. De bespreking van het nieuwe uniforme politiereglement in de commissie algemeen beleid, personeel, burgerlijke stand, politie en veiligheid en Vlaamse aangelegenheden van 10.06.2015. Argumentatie Gemeenten moeten, ten behoeve van de inwoners, waken over de openbare orde met name de openbare rust, openbare veiligheid, de openbare gezondheid, de openbare overlast en de zindelijkheid op de openbare wegen, plaatsen en in openbare gebouwen. Het advies van jeugdraad van 19.03.2015 was positief. Enkel over artikel 79 §4 kwam de vraag om de begeleiding van een kind jonger dan 8 jaar door een volwassen te wijzigen. Deze paragraaf is geschrapt. Dit omwille van het feit dat alle jeugdleiders van jeugdverenigingen en vakantiewerkingen van de jeugddienst niet altijd meerderjarig zijn. Toch zijn zij wel geschikt om de begeleiding op te nemen. In 2008 is gekozen om bepaalde overtredingen van bepalingen van het uniform gemeentelijk politiereglement te bestraffen via het GAS instrument. De nieuwe GAS wet biedt een mogelijkheid om het spectrum van het GAS-instrument uit te breiden zoals onder meer de gemengde inbreken en het onderdeel stilstaan en parkeren. Het parket van Antwerpen zal deze inbreuken alleen willen vervolgen bij het onderteken van protocolakkoorden hierover. In 2008 is gekozen om de functie van sanctionerend ambtenaar te laten vervullen door een personeelslid van IGEAN milieu en veiligheid. In de gemeenteraad van 30 juni 2008 werd mevr. H. Boydens, juriste bij IGEAN milieu & veiligheid aangesteld als sanctionerend ambtenaar. Om de continuïteit van de dienstverlening te garanderen heeft de raad van bestuur van IGEAN milieu & veiligheid van 4 maart 2015 beslist om mevr. L. Goormans, juriste bij IGEAN milieu & veiligheid eveneens aan te stellen als sanctionerend ambtenaar. Bespreking De heer R. Boeckxstaens vraagt waar de sanctionerende ambtenaren gehuisvest zijn, waarop wordt geantwoord dat de politie de vaststellingen doet. Het dossier gaat dan naar Igean die de administratieve afwikkeling doen en de boete bepalen. Vervolgens gaat het naar de financieel beheerder die de invordering doet. Besluit De Raad beslist eenparig: Artikel 1 De raad hecht goedkeuring aan het vernieuwde politiereglement. Artikel 2 Er wordt goedkeuring gehecht aan het afsluiten van een protocolakkoord tussen het college van burgemeester en schepen en het parket van het arrondissement Antwerpen over de gemengde inbreuken. Artikel 3 Er wordt goedkeuring gehecht aan het afsluiten van een protocolakkoord tussen het college van burgemeester en schepen en het parket van het arrondissement Antwerpen over het stilstaan en parkeren. Artikel 4 De aanstelling van mevrouw Hilde Boydens (juriste bij IGEAN milieu & veiligheid) als sanctionerend ambtenaar, zoals goedgekeurd bij besluit van de gemeenteraad van 30 juni 2008 wordt herbevestigd. Artikel 5 Mevrouw Lobke Goormans, juriste bij IGEAN milieu & veiligheid, wordt aangesteld als sanctionerend ambtenaar. Artikel 6 Dit reglement treedt in werking op 1 september 2015.
06
Verlenging van de overeenkomst betreffende beheer van de lokalen van het parochiecentrum Motivering Aanleiding en context Sinds 1 januari 2014 is het beheer van de lokalen van het parochiecentrum (ontmoetingsruimte, keuken, cafetaria en klein lokaal) in handen van het gemeentebestuur. De overeenkomst loopt ten einde op 30 juni 2015. Juridische grond Het gemeentedecreet van 15 juli 2005 na wijziging, artikel 42 en 43. Het meerjarenplan 2014-2019, actie 2014/402-101 afsluiten van een overeenkomst met parochie voor het beheer van het parochiecentrum door vzw ’t Gasthuis. De gemeenteraadsbeslissing van 16 december 2013 houdende de overeenkomst betreffende het beheer van de lokalen van het parochiecentrum. Argumentatie De problematiek van huisvesting voor de gemeentelijke muziek- en woordacademie stelt zich nog steeds. Uit de onderhandelingen blijkt dat de verschillende partners de samenwerking wensen verder te zetten. Financiële weerslag In het Meerjarenplan 2014-2019 is voor actie 2014/402-101 een budget voorzien van € 20.000 voor 2015 en € 20.600 voor 2016. Bespreking Schepen T. Dijckmans licht toe dat er nu voor één jaar wordt verlengd maar dat er gesprekken aangeknoopt werden over de fysieke opsplitsing zodat de zalen optimaler kunnen worden gebruikt zonder de activiteiten in de kerk te storen. Dit uitgangspunt werd ook principieel door de kerkfabriek goedgekeurd en zal in de volgende maanden worden uitgewerkt. Besluit De Raad beslist eenparig: Artikel 1 De huidige samenwerkingsovereenkomst met VZW Dekenaat Antwerpen regio Deurne-Merksem en Kerkfabriek O.L.V. van de Bloeiende Wijngaard betreffende het beheer van de lokalen van het parochiecentrum te verlengen tot 31 augustus 2016.
07 Retributiereglement - Tarieven zalen en lokalen ‘t Gasthuis en parochiecentrum Motivering Aanleiding en context Het gemeentebestuur stelt nieuwe tarieven vast voor het gebruik van de zalen en lokalen van gemeenschapscentrum ’t Gasthuis en het parochiecentrum. Argumentatie De voorbije 8 jaar werd ’t Gasthuis, op de theaterzaal na, gratis ter beschikking gesteld van de erkende Wijnegemse verenigingen. Het invoeren van een tarifering heeft niet de bedoeling ervoor te zorgen dat alle kosten gedekt worden. Er was een onevenwicht tussen de sportclubs die wel betalen voor het gebruik van de sportinfrastructuur en de cultuurverenigingen die weinig of niets betaalden voor ’t Gasthuis. Dit onevenwicht wordt met deze tarifering bijgestuurd. Het is billijk een differentieel tarief toe te passen naargelang men inwoner van de gemeente is of niet. De reden hiervoor is dat een inwoner reeds via de aanvullende personenbelasting en de opcentiemen op de onroerende voorheffing bijdraagt tot de instandhouding van de gemeentelijke sportinfrastructuur. Het is billijk een differentieel tarief toe te passen naargelang men een erkende of een niet-erkende Wijnegemse vereniging. De reden hiervoor is dat een erkenning rechten en plichten met zich mee brengt in verband de sportieve en culturele uitstraling van de gemeente. Juridische grond Het gemeentedecreet van 15 juli 2005 na wijzigingen, artikel 42 en 43. Het retributiereglement “Retributiereglement tarieven parochiecentrum” van 15.12.2014. De algemene vergadering van de sportraad gaf op 6 mei 2015 een positief advies mits twee opmerkingen. De jeugdraad gaf op 23 april een positief advies.
De algemene vergadering van de cultuurraad gaf op 19 mei 2015 een negatief advies en had een aantal opmerkingen. De seniorenraad gaf op 1 juni 2015 een positief advies. De Raad van Bestuur van ’t Gasthuis gaf op 1 juni 2015 een positief advies. Bespreking Schepen T. Dijckmans licht de totstandkoming van de beslissing toe en benadrukt dat er rekening werd gehouden met de verschillende opmerkingen van de werkgroep en de raden, met uitzondering van de vraag naar gratis gebruik van de eerste verdieping. Het gratis gebruik wordt namelijk altijd door iemand betaald en tenslotte worden de tarieven die acht jaar geleden in voege waren terug gebruikt. Over de regels rond het adopteren van bepaalde activiteiten wordt de volgende maanden verder gewerkt. Dhr. G. Patteet stelt dat hij deze beslissing niet gaat goedkeuren omdat hij vindt dat in plaats van zich te beroepen op de prijs van de sportinfrastructuur om de verhuur van de culturele infrastructuur te verantwoorden, net de omgekeerde beweging zou moeten worden gemaakt. De sportinfrastructuur zou minder moeten kosten of gratis moeten zijn. Het is namelijk een taakstelling van een gemeente om infrastructuur te voorzien en dit wordt best kosteloos ter beschikking gesteld van de verenigingen omdat deze al via belastingsgelden werd betaald. Mevr. M. Rombouts stelt dat de CD&V-fractie zich zal onthouden omdat de cultuurraad blijkbaar niet kon worden overtuigd en omwille van de hiervoor aangehaalde elementen. Besluit De Raad beslist met 12 stemmen voor, tegen 1 (Guy Patteet), bij 5 onthoudingen (Liesbeth Verstrepen, Maria Rombouts, Inge Carpentier, Guy Beddegenoodts, Agnes Van Mechelen): Artikel 1 Het retributiereglement “Retributiereglement tarieven parochiecentrum” van 15.12.2014 wordt verlengd tot en met 31.08.2015. Artikel 2 Volgende tarieven vast te leggen voor het gebruik van ’t Gasthuis en het parochiecentrum Vanaf 1 september 2015: Prijzen per dagdeel (behalve voor kapel: prijs per weekenddag) Kolom A: maximumprijs per jaar voor erkende Wijnegemse verenigingen Kolom B: prijs per dagdeel voor erkende Wijnegemse verenigingen Kolom C: prijs per dagdeel voor niet-erkende verenigingen en inwoners van Wijnegem Kolom D: prijs per dagdeel voor commerciële organisaties, verenigingen en privépersonen van buiten Wijnegem Prijzen zalen en lokalen ’t Gasthuis en parochiecentrum (in euro) Zaal/lokaal
A
B
C
D
Agora
250
25
50
100
+ leeshoek
Theater (+ vestiaire, zijpodium, kleedkamers
1000
100
200
400
+regie-assistentie: € 25
Kapel
250
25
50
100
Inclusief berging Prijs = per weekenddag
Ontmoetingsruimte parochiecentrum
375
37,50
75
/
Cafetaria parochiecentrum
125
12,50
25
/
Foyer
125
12,50
25
50
Buitenpodium
500
50
100
200
250
25
50
100
100
10
20
40
50
5
10
20
25
2,50
5
10
Conferentiezaal* Lazaret Wilg Schuur Stal Beuk Eik Linde Klein lokaal parochie Iep
*Gebruik van conferentiefaciliteiten (tribune, beamer) in conferentiezaal: €25
Opmerkingen
+ keuken
Vrijgesteld: gemeentelijke adviesraden voor hun reguliere activiteiten muziekacademie voor haar reguliere werking gemeentelijke diensten Artikel 3 Activiteiten die worden georganiseerd in het gemeenschapscentrum en/of in het parochiecentrum, die hoofdzakelijk ten goede komen aan de gemeenschap van Wijnegem, worden vrijgesteld van tarifering. Hiervoor zal een gemotiveerde aanvraag ingediend worden bij het College van Burgemeester en Schepenen. Deze activiteiten zullen dan in een vorm van coproductie tussen de vereniging en het gemeenschapscentrum worden uitgewerkt. De criteria worden opgesteld door het gemeenschapscentrum. Artikel 4 Voor activiteiten die langer duren dan drie dagdelen en gespreid zijn over meerdere lokalen, georganiseerd door erkende verenigingen, geldt een evenementenkorting van 50% op de normale factuur. Artikel 5 Voor de opbouw- en afbouwactiviteiten geldt een korting van 50% op de normale factuur. Artikel 6 De ‘Tarieven lokalen gemeenschapscentrum ’t Gasthuis’ gestemd in raadszitting van 25 juni 2007 worden ingetrokken.
08 Retributiereglement - Tarieven gebruik refter door verenigingen in de gemeenteschool Motivering Aanleiding en context Sommige retributiereglementen worden voor één jaar gestemd. Zo kan de raad sneller inspelen op maatschappelijke evoluties die de vraag en aanbod veranderen. Het retributiereglement over de tarieven gebruik refter door verenigingen in de gemeenteschool behoort tot deze categorie. Juridische grond Het gemeentedecreet van 15 juli 2005 na wijzigingen, artikel 42 en 43. De gecoördineerde omzendbrief gemeentefiscaliteit BA-2011 dd. 10 juni 2011 van Vlaams minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand. Argumentatie De financiële toestand van de gemeente. De tarieven moeten een billijke vergoeding voor de kostprijs zijn. De retributie laat toe een deel van de exploitatiekosten te verhalen op de gebruikers. Bij manifestaties in het sportcentrum en het gemeenschapscentrum ‘t Gasthuis is de refter van de gemeenteschool een uitwijkmogelijkheid. Zo wordt de druk op de infrastructuur en personeel van de school niet onnodig verzwaard. Het is de billijkheid zelve om de toegang tot de refter te beperken tot erkende Wijnegemse verenigingen. De reden hiervoor is dat een erkenning rechten en plichten met zich mee brengt in verband de sportieve en culturele uitstraling van de gemeente. Financiële weerslag De opbrengst van de retributie. Besluit De Raad beslist met 17 stemmen voor, bij 1 onthouding (Agnes Van Mechelen): Artikel 1 Vanaf 1 juli 2015 tot 30 juni 2016 wordt ten behoeve van de gemeente Wijnegem een retributie geheven op het gebruik van de refter in de gemeenteschool door het erkende Wijnegemse verenigingsleven. Artikel 2 Het basistarief wordt als volgt vastgesteld: Refter door volwassenen-verenigingen
28,63 euro
De basistarieven dekken alle kosten die aan de vereniging voor het gebruik van de refter kunnen worden aangerekend.
Artikel 3 Seniorenverenigingen, verenigingen voor personen met een handicap en voor jeugdactiviteiten genieten een korting op de basisprijs van 50%.
09 Retributiereglement - Tarieven zwembad Motivering Aanleiding en context Sommige retributiereglementen worden voor één jaar gestemd. Zo kan de raad sneller inspelen op maatschappelijke evoluties die de vraag en aanbod veranderen. Het retributiereglement over de tarieven van het zwembad behoort tot deze categorie. Juridische grond Het gemeentedecreet van 15 juli 2005 na wijzigingen, artikel 42 en 43. De gecoördineerde omzendbrief gemeentefiscaliteit BA-2011 dd. 10 juni 2011 van Vlaams minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand. Adviezen Het gunstig advies van de sportraad op 10 juni 2015. Argumentatie De financiële toestand van de gemeente. De tarieven moeten een billijke vergoeding voor de kostprijs zijn. De retributie laat toe een deel van de exploitatiekosten te verhalen op de gebruikers. Het is billijk een differentieel tarief toe te passen naargelang men inwoner van de gemeente is of niet. De reden hiervoor is dat een inwoner reeds via de aanvullende personenbelasting en de opcentiemen op de onroerende voorheffing bijdraagt tot de instandhouding van de gemeentelijke sportinfrastructuur. Het is billijk een differentieel tarief toe te passen naargelang men een erkende of een niet-erkende Wijnegemse vereniging. De reden hiervoor is dat een erkenning rechten en plichten met zich mee brengt in verband de sportieve en culturele uitstraling van de gemeente. Financiële weerslag De opbrengsten van de retributie. Bespreking Mevr. L. Verstrepen herhaalt de vraag naar de jaarabonnementen, waarom deze werd afgeschaft en wat de consequenties hiervan zijn naar kostprijs/opbrengst. Schepen P. Van Dael verwijst naar de tussenkomst bij de OCMW-rekening dat het momenteel met de BBC-boekhouding moeilijk te vergelijken is met het verleden. Besluit De Raad beslist met 13 stemmen voor, tegen 1 (Guy Beddegenoodts), bij 4 onthoudingen (Liesbeth Verstrepen, Maria Rombouts, Inge Carpentier, Agnes Van Mechelen): Artikel 1 Met ingang van 1 juli 2015 en eindigend op 30 juni 2016 worden de tarieven voor het publiek zwemmen als volgt vastgesteld: Niet Wat Categorie Inwoners inwoners Individuele zwembeurt 3 tot 17 jaar € 3,90 € 2,40 Individuele zwembeurt
18 tot 59
€ 4,90
€ 3,10
Individuele zwembeurt
60+
€ 3,90
€ 2,40
Individuele zwembeurt
Personen met handicap
€ 3,90
€ 2,40
12-beurtenkaart
3 tot 17 jaar
€ 39,00
€ 24,00
12-beurtenkaart
18 tot 59
€ 49,00
€ 31,00
12-beurtenkaart
60+
€ 39,00
€ 24,00
12-beurtenkaart Erkende zwemlesgevers per leerling per beurt (excl. inkom)
Personen met handicap
€ 39,00
€ 24,00
Erkende lesgevers
€ 1,00
€ 1,00
Schoolzwemmen Per leerling per zwembeurt van 30 minuten € 2,00 met een opleg van € 0,50 per extra 15 minuten, mits de onderwijsinstelling zelf de toezichter(s) lever(en)t voor scholen buiten Wijnegem. Voor scholen binnen Wijnegem zijn er volgende tarieven: € 1,00 voor 30 minuten met een opleg van € 0,25 per extra 15 minuten voor de lagere scholen en kleuters per leerling. Voor de middelbare scholen wordt een tarief van € 1,50 per les per leerling gevraagd. Artikel 2 Met ingang van 1 juli 2015 en eindigend op 30 juni 2016 worden de prijzen voor de verhuring van het zwembad als volgt vastgesteld: 1. De door de raden erkende verenigingen van Wijnegem: 1,72 euro per zwemmer met een minimum aan 70 zwemmers en een maximum aan 140 zwemmers, voor de totale duurtijd van één uur, gebruik van kleedhokjes, sanitair, douches inbegrepen. Redders door de gebruiker zelf te voorzien. 2. Voor anderen: 2,13 euro per zwemmer met een minimum 70 zwemmers en een maximum aan 140 zwemmers, voor de totale duurtijd van één uur, gebruik van kleedhokjes, sanitair, douches inbegrepen. Redders door de gebruiker zelf te voorzien. Artikel 3 Met ingang van 1 juli 2015 en eindigend op 30 juni 2016 worden de prijzen voor geleverde materialen als volgt vastgesteld: - tussenkomst in het afleveren van zwembrevetten: € 1 per brevet - zwempampers: € 1,60 per stuk - zwembandjes: € 10,40 per paar. Artikel 4 Alle voorgaande tariefregelingen over dit onderwerp worden ingetrokken.
10 Retributiereglement - Tarieven sportzalen Motivering Aanleiding en context Sommige retributiereglementen worden voor één jaar gestemd. Zo kan de raad sneller inspelen op maatschappelijke evoluties die de vraag en aanbod veranderen. Het retributiereglement over de tarieven de sportzalen behoort tot deze categorie. Juridische grond Het gemeentedecreet van 15 juli 2005 na wijzigingen, artikel 42 en 43. De gecoördineerde omzendbrief gemeentefiscaliteit BA-2011 dd. 10 juni 2011 van Vlaams minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand. Adviezen Het gunstig advies van de sportraad op 10 juni 2015. Argumentatie De financiële toestand van de gemeente. De tarieven moeten een billijke vergoeding voor de kostprijs zijn. De retributie laat toe een deel van de exploitatiekosten te verhalen op de gebruikers. Het is billijk een differentieel tarief toe te passen naargelang men inwoner van de gemeente is of niet. De reden hiervoor is dat een inwoner reeds via de aanvullende personenbelasting en de opcentiemen op de onroerende voorheffing bijdraagt tot de instandhouding van de gemeentelijke sportinfrastructuur. Het is billijk een differentieel tarief toe te passen naargelang men een erkende of een niet-erkende Wijnegemse vereniging. De reden hiervoor is dat een erkenning rechten en plichten met zich mee brengt in verband de sportieve en culturele uitstraling van de gemeente. Financiële weerslag De opbrengst van de retributie. Besluit De Raad beslist met 17 stemmen voor, bij 1 onthouding (Agnes Van Mechelen):
Artikel 1 Met ingang van 1 juli 2015 tot 30 juni 2016 wordt ten behoeve van het gemeentebestuur een retributie geheven op het gebruik van de sporthal en turnzaal van de gemeentelijke lagere school. Artikel 2 De tarieven zijn als volgt per uur gebruik. Categorie gebruiker
A
B
C
- volledige zaal
€ 13,40
€ 26,76
€ 40,16
- halve zaal
€ 6,70
€ 13,38
€ 20,08
- parketzaal
€ 6,70
€ 13,38
€ 20,08
- mattenzaal
€ 6,70
€ 13,38
€ 20,08
turnzaal gemeentelijke lagere school
€ 6,70
€ 13,38
€ 20,08
zaal Annuntia
€ 13,40
€ 26,76
€ 40,16
sporthal gelijkvloers
sporthal 1ste verdieping
waarbij de categorieën als volgt worden omschreven: A erkende Wijnegemse verenigingen B niet-erkende Wijnegemse verenigingen en particulieren van Wijnegem die geen winst nastreven C andere verenigingen, bedrijven en/of particulieren van buiten Wijnegem of die winst nastreven. Kortingen: Indien het een activiteit betreft voor personen met een handicap, voor jongeren tot en met 18 jaar of voor 60-plussers behorende tot de gebruikerscategorie A of B, geldt een korting van 50%. Wordt in dit reglement aanzien als personen met een handicap: personen met een erkende invaliditeit van 66%.
11 Retributiereglement - Tarieven gemeentelijk sportaanbod Motivering Aanleiding en context Sommige retributiereglementen worden voor één jaar gestemd. Zo kan de raad sneller inspelen op maatschappelijke evoluties die de vraag en aanbod veranderen. Het retributiereglement over de tarieven van het zwembad behoort tot deze categorie. Juridische grond Het gemeentedecreet van 15 juli 2005 na wijzigingen, artikel 42 en 43. De gecoördineerde omzendbrief gemeentefiscaliteit BA-2011 dd. 10 juni 2011 van Vlaams minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand. Adviezen Het gunstig advies van de sportraad op 10 juni 2015. Argumentatie Het is billijk een deel van volgende kosten voor een deel op de gebruiker te verhalen: - de kostprijs voor het inschakelen van begeleiders voor het gemeentelijk sportaanbod. - de kostprijs voor het ter beschikking stellen van accommodatie. Financiële weerslag De opbrengst van de retributie. Besluit De Raad beslist met 17 stemmen voor, bij 1 onthouding (Agnes Van Mechelen): Artikel 1 Met ingang van 1 juli 2015 tot 30 juni 2016 worden de tarieven voor het gemeentelijk sportaanbod als volgt vastgesteld: Aanbod
prijs
Zwemlessen (10 lessen en incl. inkom zwembad)
€ 63,00
Start to swim ( incl. inkom zwembad)
€ 63,00
Loop je Fit Wijnegem
€ 13,80
Boks initiatie (10 lessen)
€ 23,10
Aerobic (10 lessen)
€ 23,10
Seizoen seniorensport (sportuur, badminton+, carpet bowls)
€ 13,80
Sportdag
€ 5,00
Splash run
€ 5,00
12 Gemeentelijke Lagere School De Notelaar - Aanpassing Arbeidsreglement Motivering Aanleiding en context Het gemeentebestuur volgt het OVSG – model van arbeidsreglement voor de Gemeentelijke lagere school De Notelaar, Bergenstraat 2 in 2110 Wijnegem. Door aanpassingen in de regelgeving is er een nieuwe versie beschikbaar. Juridische grond Wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen. Het gemeentedecreet van 15 juli 2005 na wijzigingen, artikel 42 en 43. Adviezen Het ABOC van 13.05.2015 geeft gunstig advies. Argumentatie Een goede schoolorganisatie steunt op duidelijke afspraken tussen het personeel en het schoolbestuur. Alle personen die onder gezag arbeid verrichten in het gemeentelijk onderwijs moeten worden geïnformeerd over de voorwaarden die op hun arbeidsverhouding van toepassing zijn. Het decreet rechtspositie en het decreet basisonderwijs laat voldoende ruimte om lokaal en autonoom concrete afspraken te maken rond rechten en plichten van het personeel en het schoolbestuur. Het bestaande arbeidsreglement van 25.06.2012 wordt geactualiseerd. Het gemeentebestuur neemt als leidraad het OVSG-arbeidsmodel. Dit model is terug vernieuwd. Besluit De Raad beslist met 17 stemmen voor, bij 1 onthouding (Agnes Van Mechelen): Artikel 1 Het nieuwe arbeidsreglement voor de personen die onder gezag arbeid verrichten in de gemeentelijke instelling ‘Gemeentelijke lagere school De Notelaar, Bergenstraat 2, 2110 Wijnegem’ goed te keuren en te laten ingaan vanaf 01.09.2015. Artikel 2 Een afschrift van dit besluit en van het gewijzigde arbeidsreglement ter kennisgeving te bezorgen aan de personen die onder gezag arbeid verrichten in de gemeentelijke instelling. Artikel 3 Een afschrift van dit besluit ter kennisgeving te bezorgen aan de Directie Toezicht op de Sociale Wetten.
13 Gemeentelijke Lagere School - Schoolreglement 2015-2016 Motivering Aanleiding en context Een schoolbestuur moet voor elk van zijn basisscholen een schoolreglement opstellen dat de betrekkingen tussen het schoolbestuur en de ouders en de leerlingen regelt. De onderwijsregelgeving verandert ieder jaar meerdere malen. Dit heeft gevolgen voor het schoolreglement. Een andere reden is dat vanaf het schooljaar 2015-2016 het middag- en avondtoezicht betalend wordt. Dit wordt ook in het schoolreglement opgenomen. Deze zaken zorgen dat het schoolreglement aangepast moet worden. Gekozen wordt voor het model van schoolreglement van het Onderwijssecretariaat van de Steden en Gemeenten van de Vlaamse Gemeenschap. Juridische grond Het gemeentedecreet van 15 juli 2005 na wijzigingen, artikel 42 en 43.
Het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997,afdeling 3bis, artikelen 3-24°+25°, 8, 11ter, 12, 13 §12°, 14, 17, 18 § 1, 19, 20 §2, 21, 27bis, 31, 32, 33, 34 §1-§2-§3-§4, 37 §2 5°-6°-7°-8°,§3 1°-2°-11°-12°, 37/1, 37/2 §1, 37/3 §1-§2-§3, 37/4 §1-§2-§3, 37/5 §1-§2, 37/6 §1-§2, 53, 55, 57 quater, 37bis §4 3°, §7. Het decreet betreffende participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad van 2 april 2004 zoals gewijzigd door het decreet van 4 april 2014 houdende de diverse maatregelen betreffende de rechtspositie van de leerlingen in het basis en secundair onderwijs en betreffende participatie op school. De aanpassingen aan de ministeriële omzendbrief van 17 juni 1997 betreffende schoolveranderen in de loop van het schooljaar. De aanpassingen aan de ministeriële omzendbrief van 21 december 1998 betreffende het uitreiken van het getuigschrift basisonderwijs. De aanpassingen aan de ministeriële omzendbrief van 10 augustus 2001 betreffende toelatingsvoorwaarden leerlingen in het gewoon basisonderwijs. De aanpassingen aan de ministeriële omzendbrief van 8 februari 2002 betreffende informatie bij eerste inschrijving en schoolreglement. De aanpassingen aan de ministeriële omzendbrief van 16 augustus 2002 betreffende afwezigheden van leerlingen in het basisonderwijs. De aanpassingen aan de ministeriële omzendbrief van 13 juli 2004 betreffende lokale participatieregeling in het basis-en secundair onderwijs. De aanpassingen aan de ministeriële omzendbrief van 22 juni 2007 betreffende kostenbeheersing in het basisonderwijs. De aanpassingen aan de ministeriële omzendbrief 27 april 2009 betreffende de engagementsverklaring in het basisonderwijs. De ministeriële omzendbrief van 15 mei 2014 betreffende screening niveau onderwijstaal, taaltraject en taalbad in het gewoon lager onderwijs. De ministeriële omzendbrief van 15 mei 2014 betreffende preventieve schorsing, tijdelijke en definitieve uitsluiting van leerlingen in het lager onderwijs vanaf 1 september 2014. De ministeriële omzendbrief van 15 mei 2014 betreffende zittenblijven in het basisonderwijs De ministeriële omzendbrief van 15 mei 2014 betreffende overdracht van leerlingengegevens bij schoolverandering. Adviezen Het advies van de schoolraad van 18 juni 2015. Bespreking Schepen T. Dijckmans licht de belangrijkste aanpassingen toe, namelijk rond tuchtmaatregelen/ schorsing en rond het middag en avondtoezicht. Hij komt ook terug op de vraag die vorige keer gesteld werd bij de goedkeuring van het schoolreglement rond het verbod op religieuse symbolen. Er werd toen geantwoord dat er een arrest van de Raad van State komende was rond dit onderwerp. Dit arrest is ondertussen geveld en in grote lijnen komt het erop neer dat je de noodzaak moet aantonen van een reglement rond het verbod. Om geen risico op vernietiging te hebben moet je dus aantonen dat er problemen zijn en die zijn er in de lagere school op dit moment zeker niet. Besluit De Raad beslist met 17 stemmen voor, bij 1 onthouding (Agnes Van Mechelen): Artikel 1 Het schoolreglement 2015-2016 goed te keuren.
14 Retributiereglement - Middag- en avond/natoezicht - Sociale voordelen Motivering Aanleiding en context Gemeenten die sociale voordelen verlenen aan scholen van het eigen schoolbestuur, zijn verplicht dezelfde voordelen toe te kennen aan de scholen van de andere schoolbesturen, gelegen op hun grondgebied als die erom verzoeken. Zij mogen geen enkel onderscheid maken tussen de leerlingen, welke scholen die ook bezoeken. Met sociale voordelen wordt bedoeld: - het ochtend- en avond/natoezicht buiten de periode van normale aanwezigheid van de leerlingen - het middagtoezicht voor de tijdsduur van maximaal één uur - het ter beschikking stellen van de voor het publiek toegankelijke gemeentelijke infrastructuur, met uitzondering van de roerende en onroerende goederen die uitsluitend bestemd zijn voor de organisatie van het gemeentelijk onderwijs
-
de kosten van de toegang tot het zwembad voor de leerlingen lager onderwijs, indien het zwembad niet behoort tot de gemeentelijke sportinfrastructuur zoals hoger vermeld. De kosten verbonden aan het verstrekken van één schooljaar gratis zwemmen, waar elke leerling lager onderwijs recht op heeft, worden niet als sociaal voordeel beschouwd - het leerlingenvervoer in het basisonderwijs. Naast verplichtingen voor het gemeentebestuur legt de regelgeving ook verplichtingen op aan de scholen die gebruik willen maken van het sociaal voordeel. Het huidige reglement van het middag- en avond/natoezicht dateert van 16 november 1992. Het gemeentebestuur vraagt momenteel geen bijdrage voor het middag- en avond/natoezicht. De andere scholen die lager onderwijs aanbieden doen dit wel. Dit kan aanleiding geven tot een concurrentie voor- of nadeel, wat door de regelgeving niet toegestaan is. Verder kan het niet vragen van remgeld voor het middag- en avond/natoezicht een criterium vormen voor het kiezen van de Gemeentelijke Lagere School De Notelaar. Juridische grond Het gemeentedecreet van 15 juli 2005 na wijzigingen, artikel 42 en 43. Decreet van 30.11.2007 betreffende het flankerend onderwijsbeleid op lokaal niveau. Besluit van de Vlaamse Regering van 24.07.1991 dat handelt over bepaling van de begrippen gezondheidstoezicht en sociale voordelen. De omzendbrief jur1/11/avw. Het raadsbesluit van 16.11.1992 houdende vaststelling van de vergoeding voor middag- en avond/natoezicht aan het onderwijzend personeel van de scholen in de gemeente. Adviezen Het advies van de schoolraad van 18.06.2015. De bespreking van het onderwerp in de scholenoverleg. Argumentatie Het feit dat het gemeentebestuur geen bijdrage voor het middag- en avond/natoezicht vraagt, heeft een vreemd effect. De andere scholen krijgen inkomsten via bijdragen van de ouders en krijgen inkomsten uit de toegekende sociale voordelen van het gemeentebestuur. Ze krijgen dus twee maal inkomsten. Wanneer het gemeentebestuur een bijdrage vraagt voor het middag- en avond/natoezicht kan dit remgeld afgetrokken worden van het te betalen bedrag als sociaal voordeel. Met de invoering van het remgeld wordt het bedrag tot normale proporties terug gebracht. Dit zorgt dat het speelveld tussen de verschillende scholen terug gelijk wordt getrokken. Het effect dat ouders vooral voor een goedkopere school zouden kiezen in plaats van het pedagogisch project, wordt door de invoering van remgeld gemilderd. Tot slot is het huidige reglement aan actualisatie toe. Financiële weerslag De inkomsten uit het middag- en avond/natoezicht. Het gedeeltelijke wegvallen van de te betalen sociale voordelen aan de andere scholen. Bespreking Mevr. L. Verstrepen stelt dat de middagpauze al mee in de vergoeding van de leerkrachten zit, wat schepen T. Dijckmans bevestigt, namelijk een aantal eenheden toezicht zitten vervat in heet loon. Dit is echter ruim onvoldoende en daarom zijn er ook PWA-ers ingeschakeld. Mevr. L. Verstrepen kan de redenering gedeeltelijk volgen maar leest toch een zekere besparing tussen de regels. Daarnaast kunnen we wel rond armoede werken maar hier wordt de schoolrekening verhoogd en dit is niet correct. Zij benadrukt wel dat ze akkoord is met de vergoeding van de leerkrachten. Schepen T. Dijckmans stelt dat de andere scholen ook een vergoeding vragen en dat via de sociale voordelen nog eens meer wordt betaald aan deze scholen. Wij willen ook verhinderen dat de schoolkeuze wordt bepaald door het gratis toezicht en niet meer door het pedagogisch project. Wij zullen de mensen ondersteunen die het echt nodig hebben, maar de openstaande schoolrekeningen zijn in onze school geen groter probleem dan elders. Tot slot bestaat de retributie ook in het Notendopje waarmee we samenwerken en is deze ook fiscaal aftrekbaar. Besluit De Raad beslist met 15 stemmen voor, bij 3 onthoudingen (Liesbeth Verstrepen, Maria Rombouts, Inge Carpentier): Artikel 1 Met ingang van 1 september 2015 wordt het middag- en avond/natoezicht betalend. Per beurt wordt er 0,5 euro aangerekend. De eerste 10 schooldagen van het middagtoezicht van de maand september
zijn vrijgesteld van betaling. Artikel 2 Met ingang van 1 september 2015 wordt aan het personeel van de gemeentelijke lagere school een vergoeding toegekend voor het middag- en het avond/natoezicht van 15 euro per uur. Artikel 3 Het middagtoezicht op schooldagen wordt georganiseerd op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag over een periode van maximum 1 uur per dag. Artikel 4 Het avond/natoezicht op schooldagen van de leerlingen, buiten hun normale aanwezigheid in de school bedraagt, bedraagt 40 minuten. Op woensdag is dit beperkt tot 35 minuten. Artikel 6 Met ingang van 1 september 2015 worden volgende indelingen gebruikt om het aantal personeelsleden van de gemeentelijke lagere school te berekenen: Bedrag/uu Wat Toezichter/Leerlingen r Middagtoezicht 1 per 75 € 15,00 Avond/natoezicht 1,2,3
1 per 25
€ 15,00
Avond/natoezicht 4,5,6
1 per leerjaar
€ 15,00
Aan het begrip "volle schijf" wordt dezelfde betekenis gegeven als die uit de ministeriële omzendbrief terzake van 25 juli 1991. Artikel 7 De vergoedingen van de leerkrachten worden geïndexeerd. Artikel 8 De aanvraag tot het bekomen van sociale voordelen voor het middagtoezicht wordt ingediend ten laatste op 10 december van het lopende schooljaar. De aanvraag omvat volgende documenten: - Het door het departement onderwijs geverifieerde formulier ter staving van het aantal leerlingen op 1 februari van het betreffende schooljaar van de afdeling lagere school - Het rekeningnummer van de financiële instelling waar de toelage kan gestort worden - Het gemiddelde aantal leerlingen dat tijdens de maanden september, oktober en november van het schooljaar dat tijdens de middag in school blijft eten - Voor het 1ste, 2de en 3de leerjaar, het aantal leerlingen samengenomen die in het avond/natoezicht blijven - Het aantal leerlingen van het 4de, 5de en 6de leerjaar die in het avond/natoezicht blijven - Prestaties of verklaringen door de betrokken toezichters betreffende hun middag- en avondprestaties - Afschriften van inschrijvingsregisters of aanwezigheidslijsten die het aantal rechthebbende leerlingen aantonen - Of en welk bedrag er wordt gevraagd aan de ouders voor het middag- en/of avond/natoezicht
15 Mobiliteitsplan Wijnegem en Wommelgem - Voorlopige vaststelling van het ontwerp Motivering Aanleiding en context Naar aanleiding van de bijeenkomst van de Intergemeentelijke Begeleidingscommissie (IGBC) op 24 maart 2015 is het ontwerp van het intergemeentelijk mobiliteitsplan Wijnegem-Wommelgem aangepast aan de opmerkingen. Op 18 mei 2015 werd het ontwerp van het mobiliteitsplan Wijnegem – Wommelgem, opgemaakt door Igean, ontvangen. Juridische grond Het gemeentedecreet van 5 juli 2005 en latere wijzigingen, artikel 42 en 43. Het decreet van 20 maart 2009 betreffende het mobiliteitsbeleid, artikel 18, waarbij het college van burgemeester en schepenen besluit tot het opmaken van een gemeentelijk mobiliteitsplan en daartoe de nodige maatregelen treft. Het besluit van de Vlaamse Regering van 25 januari 2013 tot bepaling van de nadere regels betreffende de organisatorische omkadering, de financiering en de samenwerking voor het
mobiliteitsbeleid, artikel 2 tot en met 12. Adviezen Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 15 mei 2014 ter oprichting van een iGBC voor het vernieuwde mobiliteitsplan. Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 12 juni 2014 dat het participatietraject voor het vernieuwde mobiliteitsplan zal bestaan uit een raadscommissie bestaande uit leden van de verschillende partijen eventueel aangevuld met deskundigen. Argumentatie De voorlopige vaststelling van het ontwerp van gemeentelijk mobiliteitsplan met referentie Wij525Wom519, versie mei 2015, ligt ter goedkeuring voor, alsook het participatieproject voor het intergemeentelijk mobiliteitsplan Wijnegem-Wommelgem voor de gemeente Wijnegem. Financiële weerslag In het geactualiseerde mobiliteitsplan Wijnegem-Wommelgem met referentie Wij525-Wom519, versie mei 2015, is een actietabel voorzien, waarbij voor de acties op korte termijn een raming is opgenomen. Bespreking Mevr. L. Verstrepen vraagt zich af waarom we nog samenwerken met Wommelgem, waarop schepen L. Monsieurs laat weten dat we hier juist de hogere overheid volgen die pleit voor een schaalvergroting. Mobiliteit kent namelijk geen gemeentegrenzen. Met nog meer gemeenten samenwerken is mogelijk later ook nog aan de orde, maar de eigen gemeentelijke belangen moeten nog steeds voorop staan. Besluit De Raad beslist eenparig: Artikel 1 De voorlopige vaststelling van het ontwerp van gemeentelijk mobiliteitsplan met referentie Wij525Wom519, versie mei 2015, opgemaakt door Igean Dienstverlening te Wommelgem, goed te keuren. Artikel 2 Het participatietraject, voor het intergemeentelijk mobiliteitsplan Wijnegem-Wommelgem voor de gemeente Wijnegem goed te keuren.
16
Pidpa-HidroRio - Investeringsfonds ten behoeve van gemeentelijke rioleringswerken Goedkeuring addendum aan de HidroRio-overeenkomst tussen de gemeente en Pidpa Motivering Aanleiding en context Het uitgangspunt is dat men tracht om voor elk rioleringsproject subsidies te verkrijgen, maar dat niet voor elk project een subsidie kan bekomen worden op het ogenblik dat de uitvoering ervan van belang is voor de gemeente. Daardoor moeten sommige werken met een gemeentelijke tussenkomst gebeuren, wat voor de gemeente niet altijd haalbaar is. Enkele HidroRio-gemeenten hebben de vraag gesteld aan Pidpa-HidroRio om een systematiek uit te werken waarbij de uitvoering van rioleringswerken met een gemeentelijke tussenkomst kan gestimuleerd en gefaciliteerd worden. Pidpa-HidroRio vraagt dd 13 mei 2015 om wat betreft het investeringsfonds het addendum aan de HidroRio-overeenkomst in de gemeenteraad te bekrachtigen. Juridische grond Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid artikel 2, 42 en 43 betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad, en latere wijzigingen. De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen. Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur. Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, meer bepaald de artikelen 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht. Het Decreet Intergemeentelijke Samenwerking van 6 juli 2001. De gemeente is deelnemer van Pidpa o.v.. Het gemeenteraadsbesluit van 5 december 2005 betreffende de toetreding van de gemeente tot Pidpa Hidrorio. De beslissing dd 27 april 2015 van de raad van bestuur van Pidpa tot goedkeuring van de oprichting van een investeringsfonds en de vastlegging van de modaliteiten ervan, zoals deze door de
gemeentelijke leden van het adviescomité B (HidroRio) van Pidpa op 24 februari 2015 gunstig werden geadviseerd. Argumentatie De prijs voor de inbreng van haar rioolinfrastructuur in Pidpa-HidroRio bestaat onder andere uit een achtergestelde lening met een duurtijd gelijk aan de duur van de HidroRio-overeenkomst en de gemeente krijgt jaarlijks een bedrag ter aflossing van deze achtergestelde lening. Pidpa-HidroRio kan aan de vraag van de HidroRio-gemeenten tegemoet komen door jaarlijks eenzelfde bedrag als dat van de kapitaalaflossing op de achtergestelde lening individueel per gemeente om te zetten naar een investeringsfonds, zodat de gemeente deze middelen kan aanwenden voor de financiering van investeringsprojecten binnen HidroRio. De duur van de achtergestelde lening zal bijgevolg ingekort worden en de bestaansduur van het investeringsfonds wordt bepaald door de resterende periode van de kapitaalaflossing. Het totaalbedrag per legislatuur, zijnde zes keer het bedrag gelijk aan dat van de jaarlijkse kapitaalaflossing, wordt aan de gemeente ter beschikking gesteld bij het begin van elke legislatuur en dat voor deze legislatuur vanaf 2015, vier keer het bedrag gelijk aan dat van de jaarlijkse kapitaalaflossing ter beschikking gesteld zal worden. Financiële weerslag Voor deze legislatuur betekent dit 45.201 euro. De financieel beheerder verleent zijn visum. Besluit De Raad beslist eenparig: Artikel 1 De gemeenteraad verleent zijn goedkeuring aan het addendum bij de HidroRio-overeenkomst. Burgemeester en secretaris worden gemachtigd om dit addendum te ondertekenen. Artikel 2 Het college van burgemeester en schepenen staat in voor de uitvoering van dit besluit en zal onverwijld een afschrift van deze beslissing bezorgen aan Pidpa, Desguinlei 246, 2018 Antwerpen.
17
Pidpa-HidroRio - goedkeuring reglement ‘aanleg van rioleringsinfrastructuur in ontwikkelingen’ Motivering Aanleiding en context Een gemeentelijke HidroRio-opdrachtverlening aan Pidpa inzake de beheersing van afvalwater en hemelwater is gepaard gegaan met de overdracht in volle eigendom (inclusief accessoire rechten) van de gemeentelijke rioleringsinfrastructuur. Hieruit volgt dat, bij ontwikkelingen waarin rioleringsinfrastructuur wordt aangelegd die later deel zal uitmaken van het openbaar saneringsnetwerk, deze rioleringsinfrastructuur moet worden overgedragen aan Pidpa HidroRio, en dat Pidpa HidroRio verder instaat voor het beheer en het onderhoud van deze infrastructuur. Het is noodzakelijk, gelet op het voorgaande, Pidpa HidroRio zo snel mogelijk en minstens reeds van bij de conceptfase, te betrekken bij het ontwerp en de realisatie van de rioleringsinfrastructur. Dat het verder noodzakelijk is dat, met het oog op de overname door Pidpa van het onderhoud en het beheer, de overdrachtsprocedure van de rioleringsinfrastructuur wordt vastgelegd. Juridische grond Het gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid de artikelen 2, 42 en 43 betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad, en latere wijzigingen. De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen. Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur. Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, meer bepaald de artikelen 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht. Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, meer bepaald de artikelen 186 en 187 betreffende de bekendmaking en de inwerkingtreding van gemeentelijke reglementen. Het Decreet Intergemeentelijke Samenwerking van 6 juli 2001. Het Decreet van 24 mei 2002 betreffende Water voor Menselijke Aanwending. Het Decreet betreffende het Integraal Waterbeleid van 18 juli 2003. De Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening van 5 juli 2013.
De ‘Vlaamse Codex ruimtelijke Ordening’ dd. 15 mei 2009, en latere wijzigingen. De gemeente is deelnemer van Pidpa o.v.. Het gemeenteraadsbesluit van 5 december 2005 betreffende de toetreding van de gemeente tot Pidpa HidroRio. Adviezen De beslissing dd. 27 april 2015 van de raad van bestuur van Pidpa tot goedkeuring van de tekst van het gemeentelijk reglement betreffende ‘de aanleg van de rioleringsinfrastructuur in ontwikkelingen’, zoals die door de gemeentelijke leden van het adviescomité B (HidroRio) van Pidpa op 24 februari 2015 gunstig werd geadviseerd. Argumentatie De werking van Pidpa HidroRio is gebaseerd op het solidariteitsprincipe tussen de deelnemende steden en gemeenten, waardoor het aangewezen is dat in de deelnemende steden en gemeenten vergunningsaanvragen, waarbij in de aanleg wordt voorzien van rioleringsinfrastructuur die later deel zal uitmaken van het openbaar saneringsnetwerk, op een gelijke wijze kunnen worden behandeld en dat het meest aangewezen instrument hiervoor een door alle HidroRio-gemeenten en -steden goedgekeurd gelijkluidend reglement is. Pidpa-HidroRio stelt dd. 13 mei 2015 de vraag om dit reglement in de gemeenteraad van de verschillende deelnemende gemeenten te bekrachtigen. Besluit De Raad beslist eenparig: Artikel 1 De gemeenteraad verleent zijn goedkeuring aan het reglement betreffende ‘de aanleg van rioleringsinfrastructuur in ontwikkelingen’. Artikel 2 Het college van burgemeester en schepenen staat in voor de uitvoering van dit besluit en zal onverwijld een afschrift van deze beslissing bezorgen aan Pidpa, Desguinlei 246, 2018 Antwerpen. Artikel 3 De bekendmaking van dit reglement zal gebeuren overeenkomstig de artikelen 186 en 187 van het Gemeentedecreet.
18 Gemeentelijke Holding - Algemene vergadering 24 juni 2015 Motivering Aanleiding en context Het gemeentebestuur van Wijnegem is lid van de Gemeentelijke Holding N.V. - in vereffening. Op 24.06.2015 om 14u00 zal een algemene vergadering samenkomen in het Diamant Brussels Conference & Business Centre, A. Reyerslaan 80 in 1030 Brussel. Dit is de agenda: 1. Bespreking van de werkzaamheden van de vereffenaars over de periode 01.01.2014 tot en met 31.12.2014 2. Bespreking van de jaarrekening over de periode 01.01.2014 - 31.12.2014 door de vereffenaars 3. Bespreking van het jaarverslag van de vereffenaars over de periode 01.01.2014 tot en met 31.12.2014 inclusief beschrijving van de vooruitgang van de vereffening en redenen waarom de vereffening nog niet kon worden afgesloten. 4. Bespreking van het verslag van de commissaris over de jaarrekening over de periode 01.01.2014 tot en met 31.12.2014 5. Vraagstelling Juridische grond Het gemeentedecreet van 15 juli 2005 na wijzigingen, artikel 42 en 43. Het raadsbesluit van 24.06.2014 dat mevr. Leen Wouters afvaardigt voor de gehele legislatuur. Besluit De Raad beslist eenparig: Artikel 1 De agenda goed te keuren. Artikel 2 Mevr. Leen Wouters af te vaardigen voor de vergadering van 24.06.2015.
19 Goedkeuring van het verslag van de vorige zitting In navolging van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, na wijzigingen, artikel 108, beslist de raad eenparig om het verslag van 18 mei 2015 goed te keuren.
20 Rondvraag Mevr. M. Rombouts vraagt uitleg over het artikel in de krant rond de loktieners. Met name hoe we de jongeren begeleiden die eigenlijk als verklikkers worden beschouwd. Schepen T. Dijckmans stelt eerst dat journalisten alles nogal eens sexy willen verpakken. Zo ook in dit artikel. Het gaat hier zeker niet over uitlokking en het project loopt in samenwerking met de VAD die het initiatief nam. Zij wilden naast de grootsteden ook graag een kleine gemeente erbij. De jongeren worden opgeleid door de VAD en zien er uit volgens hun leeftijd, dus geen jonger of ouder uitzicht. Zij gaan ook niet midden in de nacht of als het uitermate druk is in de cafés. Zij gaan niet in discussie en geven een folder aan de uitbater. In de onmiddellijke nabijheid is er trouwens een medewerker van de VAD om bij te springen moesten er zich abnormaliteiten voordoen. De uitbater worden trouwens op voorhand gebriefd over het project en de verwerking gebeurt anoniem. Er is trouwens ondertussen afgesproken dat er een uitbreiding komt naar de detailhandel zoals benzinestations, grootwarenhuizen en nachtwinkels. Mevr. A. Van Mechelen stelt dat je de leeftijd niet altijd juist kan inschatten en dat de jongeren anders toch naar de nachtwinkel gaan. Een controle op drugs in het jeugdhuis zou beter op zijn plaats zijn. De schepen antwoordt dat hij hoopt dat de vaststelling van het project van de VAD zal zijn dat het beter is dan verwacht in Wijnegem. En nu is het project uitgebreid naar onder meer de nachtwinkel. Mevr. A. Van Mechelen vindt ook dat de jongeren zullen worden beschouwd als klikspanen, wat bevestigd wordt door mevr. M. Rombouts die wil weten of de scholen zijn betrokken in het project. Zij vindt het verder ondermaats dat jongeren worden gebruikt voor iets dergelijks. De heer R. Boeckxstaens komt nog even terug op het arrest van de Raad van State rond het schoolreglement. In dit arrest stelt de Raad van State dat het tekenen door de ouders van een schoolreglement niet kan worden beschouwd als het zich ermee akkoord verklaren. De heer R. Boeckxstaens kan zich niet akkoord verklaren met deze redenering van de Raad van State.