Evangelisatiedienst Zondag 8 februari 2015 om 19.00 uur Hervormde Kerk Den Ham
’ s e i d l O n ‘Golde
Thema: ‘Als de geraniums zwijgen’ Voorganger: Ds. Hans Borst (Sleen) Muzikale begeleiding orgel: Bertus Kuiper Muzikale medewerking: Vrij Evangelisch Gemeentekoor (Nijverdal) Koster: Gerrit Kleinjan
Voor de dienst zingt het koor twee liederen: -‐ Vergeet het niet (piano) -‐ Zum Sanctus (Heilig, heilig, heilig) (piano) Welkom en afkondigingen Samenzang: Gezang 20: 1 & 3: ‘Laat ons nu vrolijk zingen’ 1. Laat ons nu vrolijk zingen! Komt, heft uw liedren aan voor Hem, wie alle dingen altijd ten dienste staan. Ik wil de Heer daarboven lofprijzen hier op aard, ja, Hem van harte loven, die veilig mij bewaart. 3. Hij is de Heer, de sterke, in Hem is alle macht. Dat zeggen ons zijn werken, dat zeggen dag en nacht, de aarde en de hemel, de mensen en het vee, en alles wat er wemelt in ’t water van de zee. Votum en groet
Staande
2
Samenzang: JdH 210: 1 & 2: ‘Kom tot uw Heiland’ 1. Kom tot uw Heiland, toef langer niet, komt nu tot Hem, die redding u biedt, die ook voor u de Hemel verliet, hoor naar Zijn roepstem ‘Kom!’ Heerlijk, heerlijk klinkt de vreugdetoon van de zaal’gen juichend bij Gods Zoon; als zij vergad’ren rondom de troon, daar waar de eng’len staan. 2. ‘Laat kind’ren komen’ zo klonk Zijn stem! Spring op van vreugd, verblijd u in Hem, o luister naar die lieflijke stem: ‘Toef langer niet, maar kom!’ Heerlijk, heerlijk klinkt de vreugdetoon van de zaal’gen juichend bij Gods Zoon; als zij vergad’ren rondom de troon, daar waar de eng’len staan. We belijden ons geloof met het zingen van ‘Ik geloof in God de Vader’ 1. Ik geloof in God de Vader die een bron van vreugde is, louter goedheid en genade, licht in onze duisternis. Hij, de Koning van de kosmos, -‐het gesternte zingt zijn eer -‐ heeft uit liefde mij geschapen en tot liefde keer ik weer. 2. Ik geloof in Jezus Christus die voor ons ter wereld kwam. Zoon van God en Zoon des Mensen goede Herder, Offerlam.
3
Door te lijden en te sterven -‐ groot is het geheimenis -‐ schenkt Hij mij het eeuwig leven, dat uit God en tot God is. 3. Ik geloof dat mijn Verlosser door de dood is heengegaan en op Pasen -‐ God zij glorie -‐ uit het graf is opgestaan. Door het brood – dit is mijn lichaam – door de wijn – dit is mijn bloed -‐ geeft de Vredevorst mij vrede, maakt Hij alle dingen goed. Gebed Het koor zingt twee liederen: -‐ Nader mijn God bij U (piano) -‐ Heer onze God, hoe heerlijk is Uw naam (piano) Samenzang: JdH 33: 1 & 2: ‘Er ruist langs de wolken’ 1. Daar ruist langs de wolken een lief’lijke Naam, die de hemel en aarde verenigt tezaam. Geen naam is er zoeter en beter voor ’t hart, Hij balsemt de wonden en heelt alle smart. Kent gij, kent gij, die Naam nog niet? Die Naam draagt mijn Heiland, mijn lust en mijn lied!
4
2. Die Naam is naar waarheid mijn Jezus ook waard, want Hij kwam om zalig te maken op aard; zo lief had Hij zondaars, dat Hij voor hen stierf, genade bij God door Zijn zoenbloed verwierf. Kent gij, kent gij die Jezus niet, die, om ons te redden, de hemel verliet? Samenzang: ELB 409: 1 & 3: ‘Ik zie een poort wijd open staan’ 1. Ik zie een poort wijd open staan, waardoor het licht komt stromen van ’t kruis, waar ‘k vrolijk heen mag gaan om vrede te bekomen. Refrein: Genade Gods, zo rijk en vrij! Die poort staat open ook voor mij! Voor mij! Voor mij! Staat open, ook voor mij. 3. Die open poort leidt tot Gods troon; gaat door, laat niets u hind’ren; neemt op uw kruis, aanvaardt de kroon, die God biedt aan Zijn kind’ren.
5
Schriftlezing: Marcus 12: 41-‐44 Het penningske der weduwe 41 En Hij ging tegenover de offerkist zitten en zag met aandacht, hoe de schare kopergeld wierp in de offerkist. En vele rijken wierpen er veel in. 42 En er kwam een arme weduwe, die er twee koperstukjes in wierp, dat is een duit. 43 En Hij riep zijn discipelen en zeide tot hen: Voorwaar, Ik zeg u, deze arme weduwe heeft het meeste in de offerkist geworpen van allen, die er iets in geworpen hebben. 44 Want allen hebben erin geworpen van hun overvloed, maar zij heeft van haar armoede erin geworpen, al wat zij had, haar ganse levensonderhoud. Samenzang: JdH 232: 1 & 4: ‘Waarheen Pelgrims gaat gij?’ 1. “Waarheen, pelgrims, waarheen gaat gij, ’t oog omhoog en hand in hand?” Wij gaan op des Konings roepstem naar ons huis en Vaderland. Over bergen en door dalen gaan wij naar die blijde zalen, gaan wij naar die blijde zalen van Gods huis in ’t Vaderland. Gaan wij naar die blijde zalen van Gods huis in ’t Vaderland. 4. “Pelgrims, zegt ons, mogen wij ook met u trekken naar dat land?” Komt, weest welkom, volgt ons allen, ’t oog omhoog en hand aan hand. Bij der eng’len vreugdezangen zal ons Jezus Zelf ontvangen, zal ons Jezus Zelf ontvangen, in Gods huis in ’t Vaderland. zal ons Jezus Zelf ontvangen, in Gods huis in ’t Vaderland.
6
Overdenking: “Als de geraniums zwijgen”. Samenzang: ELB 327a: ‘Tel uw zegeningen’ Tel uw zegeningen één voor één. Tel ze alle en vergeet er geen. Tel ze alle noem ze één voor één en ge ziet Gods liefde dan door alles heen. Het koor zingt een lied: -‐ Gedicht van het Licht (voorgelezen door een koorlid) -‐ Vol van Uw Licht (orgel) Tijdens de inzameling van de gaven zingen we twee liederen. Samenzang: ELB 170: ‘Groot is uw trouw o Heer’ 1. Groot is uw trouw, o Heer, mijn God en Vader. Er is geen schaduw van omkeer bij U. Ben ik ontrouw, Gij blijft immer dezelfde die Gij steeds waart: dat bewijst Gij ook nu. Refrein: Groot is uw trouw, o Heer, groot is uw trouw, o Heer, iedere morgen aan mij weer betoond. Al wat ik nodig had, hebt Gij gegeven. Groot is uw trouw, o Heer, aan mij betoond. 2. Gij geeft ons vrede, vergeving van zonden, en uw nabijheid, die sterkt en die leidt: kracht voor vandaag, blijde hoop voor de toekomst. Gij geeft het leven tot in eeuwigheid. Refrein. Samenzang: ElB 413: 1 & 4: ‘Lichtstad met uw paarlen poorten’ 1. Lichtstad met uw paarlen poorten, Wond’re stad zo hoog gebouwd
7
Nimmer heeft men op deez’ aarde, Ooit uw heerlijkheid aanschouwd. Refrein: Daar zal ik mijn Heer ontmoeten, Luist’ren naar zijn liefdestem. Daar geen rouw meer en geen tranen in het nieuw Jeruzalem. 4. Wat een vreugde zal dat wezen Straks vereend te zijn met Hem In die stad met paarlen poorten in het nieuw Jeruzalem. Refrein. Het koor zingt: -‐ Zie ik de bergen (orgel) Dankgebed en voorbede Samenzang: Gezang: 393: 1 & 2: ‘De dag door uwe gunst ontvangen’ 1. De dag, door uwe gunst ontvangen, Staande is weer voorbij, de nacht genaakt; en dankbaar klinken onze zangen tot U, die ’t licht en ’t duister maakt. 2. Die dan, als onze beden zwijgen, als hier het daglicht onderduikt, weer nieuwe zangen op doet stijgen, ginds weer de nieuwe dag ontluikt. Het koor zingt ‘ Het zegenlied’
Staande
Zegen
Staande
8
9