INHOUDSOPGAVE
1. INLEIDING 1.1 Voomf 1.2 Projectstructuur 1.3 Leeswijzer
:
3 3 3 4
2. LOCATIEKEUZETRAJECT 2.1 Uitgangspunten 2.2 Zoektraject
5 5 6
3. PROGRAMMA VAN EISEN HOSTEL
8
4. ONTWIKKELING ZORGAANBOD
10
5. OMGEVINGSBEHEER
11
6. COMMUNICATIE 6.1 Maatschappelijk draagvlak 6.2 Doelgroepen communicatie : 6.3 Uitgangspunten 6.4 Communicatiestrategie 6.5 Doelgroepen 6.6 In te zetten communicatiemiddelen en kanalen
12 12 12 12 13 14 15
7. FINANCIEN
16
8. PLANNING
16
1. INLEIDING 1.1 Vooraf De gemeenteraad van Dordrecht heeft in december 2007 besloten verder te gaan met de ontwikkeling van een hostel voor chronisch verslaafden, met een capaciteit van 24 plaatsen. Het betreft een zogenaamde "care"-voorziening, waarbij de nadruk ligt op zorg en begeleiding, in plaats van behandeling ("cure"). Het doel van de voorziening is: Primair het bieden van een thuisbasis aan mensen met meervoudige problemen, in combinatie met passende zorg en begeleiding, waardoor perspectief geboden wordt op verbetering van de kwaliteit van leven. Voor elke bewoner wordt een individueel zorgplan opgesteld met doelen die passend en haalbaar zijn. De begeleiding en zorg richten zich onder andere op medische en verslavingszorg, hulp bij schulden en budgettering, herstel van (familie)relaties, dagbesteding, persoonlijke verzorging en woonvaardigheden. Secundair het terugdringen van de overlast op straat, door het verbeteren van de zorg aan de bewoners en de uitvoering van omgevingsbeheer in de naaste omgeving van de woonvoorziening. De exploiterende instelling wordt het Leger des Heils; aanvullende zorg wordt geleverd door De Grote Rivieren en BoumanGGZ. Er is voor een periode van een halfjaar (tot juni 2008) een externe projectleider aangetrokken. In haar opdracht zijn de volgende aspecten benoemd: • Nadere uitwerking van de posities, verwachtingen en inbreng van de bij dit project betrokken organisaties, uitmondend in een samenwerkingsovereenkomst. • Nadere verdieping van omvang, samenstelling en profielen van de doelgroep. • Nadere uitwerking en uitvoering van de projectstructuur, inclusief projectplan, communicatieplan, bedrijfsplan en aanpak omgevingsbeheer. • Voorstel voor een aanpak van de locatiekeuze • Nadere uitwerking van het inhoudelijk bestek (begeleidings- en zorgaanbod) • Ontwikkeling plan voor monitoring en evaluatie • Voorbereiding aanvraag en behandeling van de bouw- en eventuele andere vergunningen. Op 18 december 2007 hebben de partners van het project (gemeente Dordrecht, Leger des Heils, BoumanGGZ, De Grote Rivieren en Zorgkantoor Waardenland de samenwerkingsovereenkomst ondertekend. 1.2 Projectstructuur In de samenwerkingsovereenkomst zijn de projectstructuur en deelnemers aan de diverse groepen vastgelegd: • regiegroep onder voorzitterschap van de portefeuillehouder; • projectteam onder voorzitterschap van de externe projectleider; • ambtelijke werkgroep onder voorzitterschap van de externe projectleider. De projectleider kan in overleg met het projectteam nadere werkgroepen instellen. De projectleider formuleert de opdracht voor alle werkgroepen. Alle werkgroepen rapporteren aan het projectteam. Het projectteam en de ambtelijke werkgroep kennen een vast vergaderschema. De regiegroep komt op afroep van de voorzitter bijeen. De overige werkgroepen kennen een tijdelijk karakter en stellen hun eigen vergaderfrequentie vast.
Van alle vergaderingen worden beknopte verslagen en besluiten/ actiepuntenlij sten gemaakt. Op zo kort mogelijk termijn zal de politie gevraagd worden deel te gaan nemen aan het projectteam. Afhankelijk van de inzichten van het Leger des Heils over de beheerstructuur van de toekomstige locatie, zal een zelfde verzoek aan een van de woningcorporaties gedaan worden. Actieve inbreng in het project door toekomstige bewoners van het hostel of belangenbehartigers/cliëntenorganisaties is een waardevolle aanvulling op de planontwikkeling door professionals. Waar mogelijk zullen bewoners/belangenbehartigers gevraagd worden deel te nemen aan werkgroepen. Tevens zullen er afzonderlijke bijeenkomsten gehouden worden om de doelgroep te informeren en reacties te vragen op de werkzaamheden van het projectteam. Het 'Integraalplan van aanpak hostel Dordrecht" dat hier voor u ligt, is op 19 februari 2008 vastgesteld door de regiegroep Hostel. 1.3 Leeswijzer In dit rapport wordt achtereenvolgens nader ingegaan op de planning en werkwijze van de volgende projectonderdelen: het locatiekeuzetraject (hoofdstuk 2) - het programma van eisen voor de locatie (hoofdstuk 3) - het zorgaanbod (hoofdstuk 4) het omgevingsbeheer (hoofdstuk 5) de communicatie (hoofdstuk 6) Het rapport wordt afgesloten met een financiële paragraaf en een samenvattend overzicht van de projectplanning.
2. LOCATIEKEUZETRAJECT Het ontwikkelings- en realisatietraject van het hostel worden in belangrijke mate bepaald door de wijze waarop en de snelheid waarmee een locatie wordt gezocht en gevonden. Op grond van ervaringen in Dordrecht met (maatschappelijk) vergelijkbare projecten en hosteltrajecten elders in het land, worden aan het locatiekeuzetraject de volgende eisen gesteld: • Het College van B en W beslist over de locatiekeuze, met informatie en toelichting aan de raad(scommissie). • De zoekperiode bedraagt maximaal 4 maanden (medio januari tot medio mei) en wordt afgesloten met een rapportage aan de portefeuillehouder, wethouder A. Kamsteeg. • De rapportage bestaat uit een procesverslag van het zoektraject en een inhoudelijke beoordeling van de onderzochte locaties, inclusief een advies over een of meer bruikbare locaties voor de vestiging van het hostel. De rapportages hebben een transparant karakter; ze bieden inzicht in de wijze waarop het zoektraject verlopen is en onderbouwen inhoudelijk het advies over bruikbare locaties. • Een werkgroep draagt zorg voor de uitvoering van locatiekeuzetraject. Deze werkgroep bestaat uit ambtenaren van de gemeente Dordrecht, de projectleider van het Leger des Heils, indien gewenst een vertegenwoordiger van een woningcorporatie en de externe projectleider. De werkgroep rapporteert aan het projectteam. 2.1 Uitgangspunten • Het keuzetraject heeft een transparant karakter, d.w.z. de aanpak is vooraf geaccordeerd door het college; informatie en besluitvorming over alle onderzochte locaties wordt schriftelijk vastgelegd en gearchiveerd; het traject wordt afgerond met een schriftelijk procesverslag en inhoudelijke onderbouwing van de (on)geschikt bevonden locaties. • Er wordt gewerkt met een z.g.n. trechtermodel. Aangedragen locaties worden in een aantal stappen beoordeeld, waarbij locaties die niet aan de gestelde eisen en aandachtspunten (kunnen gaan) voldoen, afvallen en in een volgende fase niet meer nader onderzocht worden. • Er wordt onderscheid gemaakt tussen (harde) eisen en (zachte) aandachtspunten, dwz dat locaties die niet voldoen aan harde eisen afvallen, terwijl bij zachte aandachtspunten reparatie mogelijk is of genoegen wordt genomen met een locatie die niet volledig tegemoet komt aan het programma van eisen. • Het programma van eisen wordt opgesteld door het Leger des Heils, besproken in het projectteam en gefiatteerd door de sectordirecteur van de afdeling Regie en Beleidl. • Er wordt actief gezocht naar locaties die in eigendom of beheer zijn bij de gemeente Dordrecht, bij weizijns- en zorginstellingen en bij corporaties. Ook locaties die door anderen worden aangedragen worden onderzocht. • Alle ingebrachte locaties worden op dezelfde wijze getoetst. • Alle wijken van Dordrecht worden betrokken in het zoekproces, waarbij rekening wordt gehouden met de eerder vastgestelde wens tot spreiding van voorzieningen voor kwetsbare groepen. « Het locatiezoekproces is een ambtelijke uitvoerende taak. Na rapportage van de uitkomsten aan de portefeuillehouder vindt de politieke besluitvorming plaats.
• • • •
Gezien het karakter van de voorziening (wonen met 24-uurs zorg en begeleiding) is een bestemming "bijzondere doeleinden" noodzakelijk. Zowel koop als huurlocaties zijn bruikbaar. Het Leger des Heils geeft zo snel mogelijk het budget aan voor verwerving/ verbouw of nieuwbouw dat op grond van de meest recente regelgeving van de AWBZ beschikbaar is. Het locatiekeuzetraject dient medio mei 2008 afgerond te zijn.
2.2 Zoektraject Het zoektraject is onder te verdelen in 3 stappen: voorbereiding, formulering zoekopdracht, en toetsing. Stap l .Voorbereiding (januari/februari) • Vorming werkgroep locatiekeuze Opstellen Programma van Eisen (zie bijlage vanaf pagina 15) Formuleren harde eisen en zachte aandachtspunten • Ontwikkelen format voor verwerken informatie over locaties • Beschrijven zoek- en besluitvormingsproces Opstellen planning Collegebesluit over harde en zachte criteria, werkwijze en planning (februari) Stap 2. Formuleren zoekopdracht voor werkgroep (januari/maart) Uitzetten zoekopdracht Verwerken data aangemelde locaties (omvang, ligging, bestemmingsplan, huidig gebruik, eigenaar, indeling pand, onderdeel van ontwikkelingstraject?, beschikbaarheid, verwervingskosten). Opstellen groslijst. Stap 3. Toetsing: De toetsing bestaat uit 11 rondes. De informatie die voorkomt uit rondes 7 t/m 10 zijn van belang om te komen tot een politieke afweging. le ronde, in kaart brengen wettelijk kader en lokale regelgeving. Vertalen van het Programma van Eisen naar de stadsplattegrond. Algemeen geldende eisen voor wonen (of meer specifieke voor bijzondere doelgroepen), betekenen dat het in delen van de stad niet mogelijk is om deze voorziening er te vestigen, bijvoorbeeld vanwege externe veiligheid, luchtkwaliteit, fijn stof, geluid, onderdeel herontwikkelingsgebied waarin inpassing niet meer mogelijk is. Vanuit de zones die geschikt lijken worden vervolgens panden en locaties gezocht die beschikbaar zouden kunnen zijn of komen, aan de hand van onderstaande criteria. 2e ronde, formuleren harde criteria m.b.t. Criteria vanuit het Programma van Eisen, zoals niet op een bedrijventerrein, of midden in een "slaapwijk", ofte ver van het openbaar vervoer, maar ook omvang, ligging, beschikbaarheid. Locaties die op l of meer onderdelen negatief scoren, vallen af. 3e ronde, geschiktheid, hard criterium Functionele geschiktheid (te beoordelen door Leger des Heils, Bouman GGZ en De Grote Rivieren). Locaties met een negatieve score vallen af.
4e ronde, bereikbaarheid voor hulpdiensten, hard criterium Eerste beperkte toetsing door politie en brandweer. Locaties met een negatieve score vallen af. 5e ronde, bestemmingsplan, zacht criterium Voorkeur voor passende bestemming (tijdwinst); locaties met niet passende bestemming op reservelijst, die nader onderzocht wordt, indien er geen ofte weinig bruikbare locaties overblijven aan het einde van het selectietraject. 6e ronde, ontwikkelmogelijkheden, hard criterium Bereidheid Leger des Heils of eventuele corporatie om locatie te ontwikkelen en te beheren. Locaties met een negatieve score vallen af 7e ronde, omgevingsfactoren, zachte criteria Toets locaties door politie; toepassen format draagkracht en draagvlak; informatie wijkmanager. Informatie monitor leefbaarheid en veiligheid. Het gaat om subjectieve informatie die politiek gewogen moeten worden- er vallen in deze ronde geen locaties af. 8e ronde, financiële haalbaarheid, hard/zacht criterium Globale kostenraming en duur van (ver)bouw. Op dit moment is niet duidelijk welk budget beschikbaar is en welke partners bereid zijn bij te dragen in de kosten. De informatie is nodig om tot politieke afweging te komen, niet duidelijk is of het op dat moment een argument is om een locatie te laten vallen vanwege te hoge kosten. 9e ronde, vergunningentraject, hard/zacht criterium Benodigde vergunningen, geschatte tijdsduur van vergunningentraject. Er is op dit moment geen einddatum voor de realisatie van het hostel gesteld, zodat nog niet kan worden aangegeven of de duur van het vergunningentraject een argument is om een locatie te laten vallen. 10e ronde, specifieke mogelijkheden van locaties, zacht criterium In kaart brengen van specifïeke"extra's" van de locaties, die mogelijk een rol spelen in de politieke eindafweging. ll e ronde, ambtelijke eindrapportage aan de portefeuillehouder Bestaande uit een procesverslag van de gevolgde werkwijze en onderliggende stukken. En een inhoudelijk verslag met een onderbouwd eindresultaat van de toetsing.
3. PROGRAMMA VAN EISEN HOSTEL Ligging Er zal rekening worden gehouden met de draagkrachtscore van de wijk. Gebieden zoals de omgeving rond Kasperspad e.o. waar cliënten van het Leger des Heils en de Grote Rivieren duurzaam verblijven, zullen niet extra belast worden met nieuwe voorzieningen duurzaam verblijf. Omdat de druk in dergelijke gebieden af moet nemen mogen er ook geen voorzieningen uitgeruild worden. Het zelfde geldt voor de omgeving van de Spuiweg waar De Hoop verschillende panden en voorzieningen heeft. • Vanuit centrum goed bereikbaar (te voet, fiets en / of openbaar vervoer). • In wijk met gemengde functies. • Liefst aan doorgaande weg. • Voorzieningen in de nabijheid en goed bereikbaar. • Geen directe buren i.v.m. mogelijke overlastmomenten. • Niet in de nabijheid van gebruiksruimte en dag/nachtopvang. • Niet in de omgeving van verdachte horeca, drugspanden en/ of dealplaatsen. Bouwkundig • Maximaal 2 bouwlagen. • Mogelijkheid om binnen het pand 3 of 4 units te realiseren. • Overzichtelijk ontwerp en indeling; geen donkere hoeken en nissen; goede zichtlijnen • voor medewerkers/ toezichthouders. • Ruimtelijk en licht. Kamers • Aantal gewenste kamers 24. • De kamers dienen een oppervlakte te hebben van minstens 20m2. • Alle kamers dienen daglichttoetreding te hebben. • Elke kamer heeft bij voorkeur een sanitaire unit met eigen wastafel, douche en toilet. • Eventueel gemeenschappelijke douches en toiletten op de gang. • Tenminste l grote badkamer per unit. • Gemeenschappelijke keukens tb.v. units. • Gemeenschappelijke huiskamers t.b.v. units. Personeelsruimten • Entree/ hal • Kantoor medewerkers. • Spreekkamer. • Vergaderruimte met sanitair voor medewerkers. • Kantoor teamleider. • Kantoor zorgcoördinator. • Rookruimte medewerkers. • Logeerkamer medewerkers. Algemeen • Behandelkamer. • Was/ droogruimte. • Activiteitenruimte.
• Stiltecentrum. • Dataruimte. « Berg-, magazijn- en poetsruimten. • Inpandige berging voor rollators en/ of scootmobiels. Buitenruimte • Fietsenstallingen voor personeel en bewoners afzonderlijk. • Tuin. • Parkeerplaatsen, min 6. • Opslag afval. Specifiek • Vrijstaand pand ofte bebouwen kavel; oppervlakte minimaal 1200 m2 bvo+, buitenruimte 500-100m2. In bestaande bouw kan dat i.v.m. mogelijk minder efficiënte indeling meer zijn. • Sterke voorkeur voor een binnentuin. • Receptie inclusief toegangscontrole en beveiliging. • Een beveiligd uitgiftepunt voor methadon; eventueel in combinatie met een medicijnkamer. • Camerabewaking tenminste bij de voordeur i.c.m. receptie. • Het gebouw dient rolstoeltoegankelijk te zijn; enkele kamers dienen rolstoeltoegankelijk te zijn. • Overal veiligheidsglas. • Nader te bepalen: lift.
4. ONTWIKKELING ZORGAANBOD Het Leger des Heils is primair verantwoordelijk ( "hoofdaannemer")voor het te ontwikkelen zorgaanbod voor de toekomstige bewoners van het hostel. De Grote Rivieren en BoumanGGZ leveren aanvullende zorg vanuit hun specifieke kennis en expertise op het gebied van verslavings^ c.q. psychiatrische zorg ("onderaannemers"). Bij de ontwikkeling van het zorgaanbod wordt nadrukkelijk rekening gehouden met de wens van de Dordtse gemeenteraad dat naast huisvesting en basiszorg, ook zorg aangeboden wordt gericht op het verbeteren van de kwaliteit van leven van de bewoners, zoals medische zorg, mogelijkheden voor dagbesteding, doorstroommogelijkheden naar woonvoorzieningen met minder intensieve begeleiding en casemanagement. Het aanbod wordt vastgelegd in een zogenaamd "inhoudelijk bestek" en te zijner tijd uitgewerkt in individuele zorgplannen. De werkgroep "ontwikkeling zorgaanbod" draagt zorg voor de ontwikkeling van het zorgaanbod, inclusief: • inhoudelijke visie op het te ontwikkelen zorgaanbod • een nadere beschrijving van het profiel van de doelgroep, • selectiecriteria en selectieprocedure, • de wijze van indicatiestelling, • de verdeling van de verantwoordelijkheden en taken russen de drie zorgaanbieders, • de toekomstige samenwerkingsstructuur • de wenselijkheid om andere zorgaanbieders (bv voor mensen met een verstandelijke handicap) bij het zorgaanbod te betrekken. De werkgroep betrekt de inzichten en wensen van de doelgroep in het te ontwikkelen zorgaanbod. Geplande afronding van de notitie over het zorgaanbod: medio mei 2008, zodat de financieringsaanvraag aansluitend op het locatiebesluit voor de zomer van 2008 bij het Zorgkantoor kan worden ingediend.
10
5. OMGEVINGSBEHEER Uitgangspunt voor omgevingsbeheer is dat de komst van een hostel geen verslechtering van de openbare orde en veiligheid in de omgeving van de voorziening mag veroorzaken. Ervaringen elders leren dat dit zeer goed mogelijk is. Van het hostel mag verwacht worden dat het zich als een goede buur gedraagt. Belangrijke aandachtspunten zijn: • Voorafgaand aan het collegebesluit, zal de portefeuillehouder de gemeenteraad raadplegen over het voorgenomen besluit. Na besluitvorming in B&W worden eerst omwonenden en vervolgens de pers geïnformeerd. De portefeuillehouder treedt vervolgens zo snel mogelijk persoonlijk in contact met omwonenden. • In de onderbouwing van het locatiebesluit vindt een expliciete afweging van omgevingsfactoren plaats, waarbij onder meer gebruik gemaakt wordt van de ontwikkelde instrumenten voor het meten van draagkracht en draaglast. • Direct nadat de locatiekeuze bekend is, wordt op initiatief van de gemeente een omgevingsbeheergroep gevormd, bestaande uit omwonenden, ondernemers, vertegenwoordigers van bijzondere voorzieningen in de omgeving, ambtenaren, politie, Leger des Heils, bij voorkeur met een onafhankelijke voorzitter. • De omgevingsbeheergroep stelt een gezamenlijk plan op waarin de effecten en risico's van de komst van de voorziening beschreven worden. Met de maatregelen die genomen zijn of gaan worden om overlast als gevolg van de komst van het hostel te voorkomen of effectief aan te pakken. Belangrijke instrumenten daarbij zijn een O- en l meting van de objectieve en subjectieve veiligheid; de gemeentelijke leefbaarheidsen veiligheidsmonitor voor het betreffende gebied; een meldpunt en procedure voor klachten, afspraken over de inbreng van de politie, zo nodig maatregelen in de openbare ruimte of bouwkundige maatregelen.
n
6. COMMUNICATIE 6.1 Maatschappelijk draagvlak Het feit dat er door de bank genomen maatschappelijk draagvlak is voor het huisvesten van dak- en thuislozen, is nog geen garantie voor draagvlak bij omwonenden. Dit draagvlak zal mede afhangen van: Zorgvuldigheid: men moet niet uit de media vernemen dat de voorziening in de buurt komt. Procedures worden zorgvuldig doorlopen en gemaakte afspraken worden nagekomen Speelruimte: Een duidelijke boodschap over wat er vast staat (de locatie) en wat beïnvloedbaar is (eventueel de bestemming van de locatie, vergunningen, beheer). Argumentatie: deugdelijke onderbouwing van de locatiekeuze; het gebruik maken van ervaringen elders met dit type voorziening; inzet van gekwalificeerde professionals in de voorziening. Beheerafspraken: Zorg en aandacht voor de effecten van het hostel op de buurt door middel van structureel omgevingsbeheer, het houden van O- en l-metingen van de objectieve en subjectieve leefbaarheid en veiligheid; treffen van (bouw)kundige maatregelen om overlast te voorkomen; toezicht in de naaste omgeving van de voorziening Noodzaak: de verantwoordelijkheid van de gemeente en zorginstellingen om de leefomstandigheden van de doelgroep te verbeteren. 6.2 Doelgroepen communicatie - Raadsleden Omwonenden, ondernemers, bijzondere voorzieningen in de naaste omgeving van de voorziening - Medewerkers betroken gemeentelijke diensten Medewerkers betrokken (zorg)instellingen Toekomstige bewoners/belangenorganisaties van dak- en thuislozen en verslaafden Lokale pers - Centrumgemeenten binnen Zuid-Holland Zuid 6.3 Uitgangspunten De uitgangspunten die we hanteren voor de communicatie in dit project zijn: Pro-actief Communicatie speelt een cruciale rol in de realisatie van de voorziening. Communicatieaspecten worden meegewogen in het besluitvormingsproces. De gemeente en betrokken partners nemen gedurende het gehele realisatietraject het initiatief om bovengenoemde betrokkenen te informeren over de voortgang en hen uit te nodigen in het project te participeren Regie/ woordvoering De regie op de communicatie en de woordvoering hierover ligt tot het moment waarop het Leger des Heus de deuren kan openen, bij de gemeente Dordrecht/de projectleider. De betrokken communicatieadviseur, adviseert de projectleider en de portefeuillehouder en zorgt voor uitvoering van de voorkomende werkzaamheden. Zij informeert /betrekt de communicatieadviseurs van de partners over/bij communicatiestappen die worden
12
ondernomen. Deskundigen treden desgevraagd (door gemeente of projectleider) op als woordvoerder. Kernboodschap Tot aan locatiekeuze Dordrecht realiseert een woonvoorziening, zodat chronisch verslaafde dak- en thuislozen een dak boven hun hoofd hebben en passende zorg ontvangen. In het hostel vinden zij rust en structuur. Dit heeft een positieve invloed op hun kwaliteit van leven en op hun mogelijkheden om hulp en zorg te willen accepteren. We geven ze een plek in de maatschappij. Het hostel zal onderdak bieden aan 24 mensen. Het locatieonderzoek wordt stadsbreed uitgevoerd. Vanaf locatiekeuze De locatiekeuze is volgens vooraf opgestelde spelregels tot stand gekomen en wordt gedragen door college en raad. Omwonenden worden vanaf het moment van locatiekeuze actief betrokken bij het omgevingsbeheer. Objectieve en subjectieve overlast in de naaste omgeving mogen na de opening van de voorziening niet toenemen. De gemeente informeert omwonenden actief en tijdig over de mogelijkheden om hun zienswijze over de locatiekeuze kenbaar te maken en gebruik te maken van eventuele wettelijke mogelijkheden voor bezwaar en beroep Persoonlijke communicatie De communicatie tussen alle betrokken partijen, vindt primair plaats binnen de hiervoor ingerichte projectorganisatie. Deze bestaat uit een regiegroep (neemt beslissingen), een projectgroep (besluitvoorbereiding) en werkgroepen (werkt plannen uit). Nadat de locatiekeuze bekend is wordt een werkgroep omgevingsbeheer gestart, waarin naast de projectpartners ook omwonenden en ondernemers participeren. Besluiten rondom het hostel worden bij voorkeur door de portefeuillehouder gecommuniceerd. Deze heeft ook aangegeven, hierin zijn verantwoordelijkheid te willen oppakken. De projectleider ondersteunt met inhoudelijke deskundigheid, indien wenselijk. Communicatie met omwonenden is bij voorkeur mondeling. Deze communicatie -tijdens een informatiebijeenkomst of beheeroverleg- wordt met het oog op transparantie begeleid door schriftelijke media (bijvoorbeeld: een uitnodiging, een verslag, website....). Beschikbaarheid van informatie Informatie is beschikbaar en toegankelijk, na besluitvorming. Denk aan: doelstellingen hostelvoorziening, doelgroep, veelgestelde vragen en antwoorden, te doorlopen procedures, een aanspreekpunt, feiten en cijfers, beeldmateriaal (bijvoorbeeld Documentaire gemeente Den Haag) 6.4 Communicatiestrategie De communicatie over het hostel begint smal (intern en nog vertrouwelijk) en wordt verbreed na besluitvorming (openbaar en zorgvuldig). De communicatie wordt aangestuurd vanuit een centraal punt (gemeente), er wordt zoveel mogelijk gewerkt aan de hand van gedeelde kernboodshappen.
13
Bij voorkeur wordt l locatie gepresenteerd, om eventuele publiekelijke strijd tussen buurten te voorkomen. De perscommunicatie is primair lokaal/ regionaal gericht. Landelijke pers wordt uiteraard bediend als er vragen zijn. De communicatie is gericht op: Het peilen van draagvlak voorafgaand aan besluitvorming (doelgroep gemeenteraad). - Het informeren over de rol van de gemeente en besluitvorming rondom het hostel. - Het betrekken van partners (rol gemeente) en de doelgroep (Leger des Heils). - Het informeren van omwonenden, ondernemers en inwoners, toekomstige bewoners van de voorziening, medewerkers van gemeente en instellingen, raadsleden. Het bieden van inspraak, bijvoorbeeld ten aanzien van omgevingsbeheer. Er wordt gebruik gemaakt van bestaande voorbeelden, zoals bestaande hostels (excursie), documentaire gemeente Den Haag, website Utrecht, zodat mensen kunnen delen in ervaringen. Rond de officiële opening zal een open/huis worden gehouden voor omwonenden en andere belangstellenden. 6.5 Doelgroepen Uitwerkingsfase (tot aan zomer 2008) Gemeente (gemeenteraad, college, projectgroep en werkgroep, de wijkmanager van de betreffende wijk) - Partnerorganisaties: Politie, OM,Leger des Heils, Bouman GGZ, Stichting De Grote Rivieren, een verhuurder als sprake is van huur Zorgkantoor Waardenland/Midden Holland, politie Zuid-Holland Zuid. - Belangenorgansaties dak-en thuislozen en verslaafden. - Cliëntenraden zorginstellingen. Besluitvormingsfase (na besluit over locatie; in vermelde volgorde) Gemeenteraad. - Omwonenden (bewoners, ondernemers, organisaties en instellingen in de naaste omgeving van de beoogde locatie). Voorlichters partnerorganisaties. Lokale pers (pro-actief). - Medewerkers gemeente en betrokken partners. Belangenorganisaties en cliëntenraden. Deelnemers overleg Maatschappelijke Zorg - Convenantpartners 'Spreiding wonen en voorzieningen bijzondere doelgroepen' - Bestaande inloopvoorzieningen, zoals het Diaconaal Aandachts Centrum - Lokale pers (pro-actief) Inwoners van Dordrecht Landelijke pers (op verzoek) - Drechtstedenbestuur, bestuurders Alblasserwaard/Vijfheerenlanden (Zij vallen onder Dordrecht als centrumgemeente , verantwoordelijk voor het regionale en lokale beleid voor zorg, opvang en huisvesting van chronisch verslaafden) Realisatiefase De bovengenoemde groepen, uit te breiden met - Relevante ambtenaren en bestuurders van Drechtstedengemeenten Overige, nieuwe partners, bijvoorbeeld, overige zorgaanbieders, bijvoorbeeld GGD. - Ministerie VWS
14
-
Provincie (afhankelijk van benodigde procedures)
6.6 In te zetten communicatiemiddelen en kanalen - Overleg Bewonersbrief Bijeenkomst omwonenden - Bijeenkomst met de doelgroep - Persconferentie - Persgesprek Informatie op www.dordrecht.nl/wmo met een link naar de website van het Leger des Heils - Weblog wethouder (indien dit handig is) Beschikbaar beeldmateriaal (documentaire Den Haag, Utrecht) Excursie - Buurtbeheeroverleg Nieuwsbrief omwonenden Open huis Openingsfeest (hier ook de buurt en de initiatiefnemers uit de gemeenteraad bij betrekken) Vrijwilligerswerk, indien mogelijk in overleg met instellingen Gedurende de looptijd van het traject, worden formats voor bovenstaande middelen en kanalen uitgewerkt en voorgelegd aan de projectleider.
15
7. FINANCIEN Het college heeft in september 2007 voor voorbereidings- en ontwikkelkosten (projectleiding, locatiekeuzetraject, communicatie, omgevingsbeheer) en een eventuele onrendabele top in totaal € 300:000 beschikbaar gesteld. Het Drechtstedenproject Spreiding Huisvesting Bijzondere Groepen draagt daarvan € 140.000 bij. Dit bedrag komt beschikbaar ten tijde van de daadwerkelijke opening van het hostel. De overige € 160.000 betreft een reservering van gelden die Dordrecht als centrumgemeente ontvangt. Deze gelden zijn al gedurende het voorbereidings- en ontwikkeltraject beschikbaar. 8. PLANNING Januari 2008: Start ambtelijke werkgroep - Start projectteam; uitbreiden met politie en eventueel woningcorporatie - Start werkgroepen locatiekeuze en zorgaanbod Opstellen concept "Integraal plan van aanpak hostel Dordrecht" Februari 2008: Vaststellen plan van aanpak, inclusief locatiekeuzetraject en communicatieplan in regiegroep en College van Burgemeester & Wethouders. Vaststellen hoogte beschikbaar budget voor verwerving en aanpassing locatie. - Planning bijeenkomsten met doelgroep en belangenbehartigers. Informeren raadscommissie over de stand van zaken. Mei 2008: Vaststellen rapportage uitkomst locatiekeuzetraject in regiegroep en voorleggen aan college. Vaststellen rapportage zorgaanbod in regiegroep en voorleggen aan college. Juni 2008: Besluitvorming in college van Burgemeester & Wethouders. Informeren omwonenden en raadscommissie. - Instellen omgevingsbeheergroep. Indienen fïnancieringsaanvraag (Leger des Heils). Opstellen planning bouw/verbouw locatie en opening hostel.
16