Commissie Sociaal 9 juni 2016 Commissie Sociaal Raadzaal gemeentehuis, Marktstraat 1, Borculo donderdag 09 juni 2016 19:30 uur
Orgaan: Locatie: Datum: Aanvang: 1.
Opening
2.
Spreekgelegenheid voor het publiek *)
3.
Vaststellen agenda
4.
Toezeggingenlijst Stukken Toezeggingen commissie Sociaal tm 01-03-2016
5.
Voorbereiding en rapportage vanuit de gemeenschappelijke regelingen 1.
a. Verslag vergadering Algemeen Bestuur GGD Noord- en Oost Gelderland van 18 mei 2016 Stukken 1. Gemeenschappelijke regelingen - GGD NOG - concept-verslag AB van 18-05-2016 2.
b. 3e Tussenrapportage transitie Hameland en 1e Bestuursrapportage 2016 Stukken 1. BenW-besluit over 3e tussenrapportage transitie Hameland en 1e bestuursrapportage 2016
6.
Mededelingen van het college in het kader van de actieve informatieplicht Stukken 2016-06-09 Commissie Sociaal - Actieve schriftelijke informatievoorziening Commissie Sociaal d.d. 9-6-2016
7.
Transities in het Sociaal Domein (vast agendapunt)
8.
3e Voortgangsrapportage 3D Monitoringsplan gemeente Berkelland Samenvatting 2 minuten spreektijd
Stukken
2016-06-09 - Raadsvoorblad - 3e voortgangsrapportage 3D Monitoringsplan
2016-06-09 - Bijlage 1 - de 3e voortgangsrapportage 3D Monitoringsplan
9.
Berkelvisie 2015 Samenvatting 2 minuten spreektijd
Stukken 2016-06-09 - Raadsvoorblad - Berkelvisie 2015
2016-06-09 - Bijlage 1 - BenW-advies - Berkelvisie 2015
2016-06-09 - Bijlage 2 - De Berkelvisie 2015 met perspectief 2025
2016-06-09 - Bijlage 3 - Memo aan college en presidium over Berkeldalproces - Berkelvisie 2015
-
VOORSTEL BESPREEKSTUKKEN
10.
Economische Agenda 2016-2020 Samenvatting 2 minuten spreektijd
Stukken 2016-06-14 - Voorstel en besluit - Economische agenda 2016-2020
2016-06-14 - Bijlage 1 - De Economische Agenda 2016-2020
2016-06-14 - Bijlage 2 - Concept Persbericht aan de slag met de economische agenda 2016-2020
11.
Verordening Blijverslening gemeente Berkelland Samenvatting 2 minuten spreektijd
Stukken 2016-06-14 - Voorstel en besluit - Verordening Blijverslening gemeente Berkelland
2016-06-14 - Bijlage 1 - Toelichting-op-een-blijverslening-en-algemene-bepalingen-voor-geldlening - Verordening Blijverslening gemeente Berkelland.
2016-06-14 - Bijlage 2 - Checklist-consumptief-blijverslening-svn - Verordening Blijverslening gemeente Berkelland
2016-06-14 - Bijlage 3 - Checklist-hypothecair-blijverslening-svn - Verordening Blijverslening gemeente Berkelland
12.
Rondvraag
13.
Sluiting
Toezeggingen commissie Sociaal tm 01-03-2016 (terug naar agendapunt)
De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####75a1678e-9151-44a9-98ea-af8f93dae634#
Commissie Sociaal Toezeggingen t/m 01-03-2016 Volgnr.
Omschrijving toezegging
Datum toezegging
Afdeling
Streefdatum gereed
Datum gereed
Einde bijlage: Toezeggingen commissie Sociaal tm 01-03-2016
Terug naar het agendapunt
Gemeenschappelijke regelingen - GGD NOG - concept-verslag AB van 18-05-2016 (terug naar agendapunt)
De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####ee9b401a-f0cb-4a9d-9e5c-3c5300134797#
Einde bijlage: Gemeenschappelijke regelingen - GGD NOG - concept-verslag AB van 18-05-2016
Terug naar het agendapunt
a. Verslag vergadering Algemeen Bestuur GGD Noord- en Oost Gelderland van 18 mei 2016 (terug naar agendapunt) Documentsoort: Agendapunt
De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's.
AGENDAPAGE
Einde bijlage: a. Verslag vergadering Algemeen Bestuur GGD Noord- en Oost Gelderland van 18 mei 2016
Terug naar het agendapunt
BenW-besluit over 3e tussenrapportage transitie Hameland en 1e bestuursrapportage 2016 (terug naar agendapunt)
De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####3c6ead4d-6c5c-46bc-8441-bce9c1a35b37#
Einde bijlage: BenW-besluit over 3e tussenrapportage transitie Hameland en 1e bestuursrapportage 2016
Terug naar het agendapunt
b. 3e Tussenrapportage transitie Hameland en 1e Bestuursrapportage 2016 (terug naar agendapunt) Documentsoort: Agendapunt
De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's.
AGENDAPAGE
Einde bijlage: b. 3e Tussenrapportage transitie Hameland en 1e Bestuursrapportage 2016
Terug naar het agendapunt
2016-06-09 Commissie Sociaal - Actieve schriftelijke informatievoorziening Commissie Sociaal d.d. 9-6-2016 (terug naar agendapunt)
De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####f8920f74-7edb-4dc7-8932-1b21d228ab94#
ACTIEVE SCHRIFTELIJKE INFORMATIEVOORZIENING Bestemd voor: Commissie Sociaal d.d. 9 juni 2016 Steller: wethouder M.H.H. van Haaren Datum verzending: 9 juni 2016
Update herindicaties huishoudelijke hulp Graag informeren wij u over de actuele stand van zaken met betrekking tot de herindicaties huishoudelijke hulp en het gebruik van de huishoudelijke hulp toeslag (HHT)-regeling. Deze herindicaties zijn een uitvloeisel van het besluit van college en raad om huishoudelijke hulp 1 als maatwerkvoorziening binnen de Wmo beschikbaar te houden. Tot 24 mei 2016, de datum waarop niet meer in uren wordt beschikt maar in resultaten (want: ingangsdatum Ondersteuning Thuis), zijn er 195 herindicatiegesprekken gevoerd. Vanaf 24 mei 2016 tot 2 juni 2016 zijn er 18 herindicatiegesprekken gevoerd die onder Ondersteuning Thuis vallen. Berkelland
Totaal
Aantal gevoerde herindicatie gesprekken 213
Totaal aantal uren (oude indicaties)
Totaal aantal uren (nieuwe indicaties voor 24 mei 2016)
563,51 (213)
503,62
(195)
Totaal aantal bouwstenen (nieuwe indicaties na 24 mei 2016) 13 x bouwsteen B (18) 4 x bouwsteen C 1 x bouwsteen G
Op basis van bovenstaande gegevens kan de conclusie worden getrokken dat er, tot 24 mei 2016, een stabilisatie zit in het aantal geïndiceerde uren huishoudelijke hulp. Dit terwijl er vergrijzing is binnen de doelgroep. Het gemiddeld aantal uren per inwoner was 2,65 per week en dat is na de herindicaties 2,58. Bouwsteen B: Inwoner heeft gemiddeld 1 / 2 x per week ondersteuning nodig bij huishoudelijke taken. Bouwsteen C: Inwoner heeft >2x per week of juist langere periode ondersteuning nodig bij huishoudelijke taken. Bouwsteen G: Inwoner heeft gemiddeld 1 / 2 x per week ondersteuning nodig bij structureren huishouding en lichaamsverzorging.
Update gebruik HHT-vouchers Vanaf 1 maart 2016 is het digitale aanvraagsysteem in de lucht en kunnen de inwoners die daarvoor in aanmerking komen overgaan tot aanvraag en betaling van de vouchers. 1 uur huishoudelijke hulp (= 1 voucher) kost de aanvrager € 5,-; de bijdrage van de gemeente is € 17,- per uur. De laatste rapportage die wij hebben gekregen is van medio mei. Hieruit blijkt dat zich inmiddels 55 inwoners als klant hebben laten registreren in het
systeem en er inmiddels 768 vouchers huishoudelijke hulp zijn gekocht. Ruim 75 procent van het aantal verkochte vouchers is gekocht door mensen met een Wmo indicatie die de voucher aanvullend willen inzetten. Voor zowel de doelgroep mantelzorgers als mensen die afzien van ondersteuning in verband met een te hoge eigen bijdrage geldt dat zij goed zijn voor 10 procent van de verkochte vouchers. Komend najaar zullen wij met een nadere analyse komen op basis waarvan dan eventueel ook voorstellen/besluiten kunnen worden gedaan of genomen ten aanzien van voortzetting van de regeling in 2017.
Start inspecties in het kader van Wmo-toezicht
Tijdens de Commissie Sociaal van 1 maart jongstleden bent u geïnformeerd over het uitvoeren van toezicht op de onder de Wmo gevoerde taken; dit is een wettelijke taak die de gemeente moet uitvoeren. Op dit moment wordt een door de GGD Noord- en OostGelderland geselecteerd aantal aanbieders geïnspecteerd.
Einde bijlage: 2016-06-09 Commissie Sociaal - Actieve schriftelijke informatievoorziening Commissie Sociaal d.d. 9-6-2016
Terug naar het agendapunt
2016-06-09 - Raadsvoorblad - 3e voortgangsrapportage 3D Monitoringsplan (terug naar agendapunt)
De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####adf79c31-550d-4c2a-a23c-7eec7076241f#
Zaaknummer
: 168866
Cie. Sociaal 09-06-2016 Raadsvergadering
: 14 juni 2016
agendapunt
Onderwerp
: 3D Monitoringsplan gemeente Berkelland, 3e voortgangsrapportage
Collegevergadering Portefeuillehouder Meer informatie bij
: 26 april 2016 agendapunt : M.H.H. van Haaren-Koopman : A. Maathuis Telefoon
: Ingekomen stukken
: 3a : 0545-250 217
Ter kennisname 3D Monitoringsplan gemeente Berkelland, 3e voortgangsrapportage
Waarom deze informatie? In het najaar van 2014 heeft de raad bij de behandeling van het 3D Beleidskader 20152016 ‘Voormekaar in Berkelland’ op 28 oktober 2014 een motie aangenomen die oproept om de uitvoering van de Wmo, Jeugdwet en Participatiewet te monitoren. Inmiddels is de 3e voortgangsrapportage gereed gekomen en ligt deze ter kennisgeving voor. Deze 3e voortgangsrapportage is een vervolg op de 2e voortgangsrapportage die in september 2015 naar de raad is gezonden.
In te vullen door de griffie: Commissievergadering Afhandelingsvoorstel 0 voor kennisgeving aannemen 0 anders, nl.
Raadsvergadering 0 voor kennisgeving aannemen 0 anders, nl.
Einde bijlage: 2016-06-09 - Raadsvoorblad - 3e voortgangsrapportage 3D Monitoringsplan
Terug naar het agendapunt
2016-06-09 - Bijlage 1 - de 3e voortgangsrapportage 3D Monitoringsplan (terug naar agendapunt)
De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####b52ca0d4-b04f-4076-accd-56f3ee482d2b#
26 april 2016
3D Monitoringsplan Gemeente Berkelland 3e Voortgangsrapportage
1
Inhoudsopgave Samenvatting ................................................................................................................. 3 1. Inleiding................................................................................................................... 5 2. Gemeentelijke monitor sociaal domein ................................................................ 6 2.2 Tweede gemeentelijke monitor sociaal domein ........................................................................... 7
3. Berkellandse monitor .......................................................................................... 10 3.1 Nulsituatie / eerste jaar............................................................................................................... 10 3.2 Aansturing Voormekaar .............................................................................................................. 11 3.3 Kwaliteit ....................................................................................................................................... 12 3.3.1 Zorgaanbieders ..................................................................................................................... 12 3.4 Klanttevredenheid ....................................................................................................................... 14 3.5 Klachten en bezwaren ................................................................................................................. 15 3.6 Uitvoering Voormekaar ............................................................................................................... 15 3.7 Mantelzorg .................................................................................................................................. 16 3.8 Huishoudelijke hulp ..................................................................................................................... 18 3.8.1 Faillissement TSN.................................................................................................................. 19 3.8.2 Huishoudelijke Hulp Toelage ................................................................................................ 19 3.8.3 Ondersteuning Thuis ............................................................................................................ 20 3.9 Jeugdzorg..................................................................................................................................... 21 3.10 Participatiewet .......................................................................................................................... 22 3.11 Activiteiten Voormekaar ........................................................................................................... 22 3.12 Dilemma’s .................................................................................................................................. 24 3.13 Resumé ...................................................................................................................................... 25
4.
Financiën ............................................................................................................... 26 4.1 Inleiding ....................................................................................................................................... 26 4.2 Ontwikkeling ten opzichte van de risicoanalyse ......................................................................... 26 4.3 De verdere ontwikkeling van de integratie-uitkeringen ............................................................. 26 4.3 Voortgang begrotingsjaar 2015 ................................................................................................... 27 4.3 Het begrotingsjaar 2015 en de taakstelling ................................................................................ 31 4.4 Begroting 2016 ............................................................................................................................ 32 4.5 Consequentie ontwikkeling van de integratie-uitkeringen. ........................................................ 32
2
Samenvatting Op de goede weg! De 3e voortgangsrapportage in het kader van het 3D monitoringsplan laat zien dat we op koers liggen zowel beleidsinhoudelijk als financieel. Dit betekent niet dat we er al zijn. 2015 heeft zich gekenmerkt als een zoektocht; van te voren is niet gekozen voor een blauwdruk voor de Voormekaar organisatie. Dit betekent dat we gaande weg hebben geleerd wat wel werkt, wat niet en op welke punten te verbeteren valt. Trends In Berkelland neemt de grijze druk (het percentage inwoners 65 jaar en ouder ten opzichte van inwoners in de leeftijd van 20-64 jaar) toe, terwijl de groene druk (het percentage inwoners jonger dan 19 jaar ten opzichte van inwoners in de leeftijd van 20-64 jaar) afneemt. Het percentage inwoners 75 jaar en ouder ten opzichte van de totale bevolking neemt in Berkelland sneller toe dan in de rest van Nederland. De verwachting is dat deze trend zich doorzet en invloed gaat hebben op de mate waarin een beroep gaat worden gedaan op bijvoorbeeld Wmo-voorzieningen. De werkloosheid in Berkelland is lager dan in de rest van Nederland; evenals het percentage huishoudens met bijstandsuitkeringen ten opzichte van het totaal aantal huishoudens. Ook het percentage jongeren met jeugdhulp ten opzichte van het totaal aantal jongeren is in Berkelland lager dan in de rest van Nederland. Huishoudelijke hulp In 2015 heeft als gevolg van het gevoerde beleid een daling in de huishoudelijke hulp plaatsgevonden; de verwachting is dat door bijstelling van het beleid (eind 2015) dit weer gaat stijgen. Er zijn in 2015 334 Wmo-bezwaarschriften ingediend, het gaat om 325 HH-bezwaarschriften en 9 reguliere bezwaarschriften. De huishoudelijke hulp bezwaarschriften zijn allemaal gegrond verklaard als gevolg van de beleidswijziging. Over de vergoeding in de proceskosten loopt een rechtszaak. Door het faillissement van TSN wordt de huishoudelijke hulp vanaf 25 april 2016 verzorgd door de Stichting Familiehulp. Bovendien is de Huishoudelijke Hulp Toelage regeling voor 2016 verruimd, zodat hier meer gebruik van gemaakt kan worden. Ondersteuning Thuis Ondersteuning Thuis is er op gericht om inwoners zolang mogelijk zelfstandig thuis (en in de samenleving) te laten functioneren door een integraal aanbod van huishoudelijke hulp en/of begeleiding te bieden. Daarbij streven we er naar dat er rondom de inwoner zo weinig mogelijk ‘gedoe’ is. Het is in diverse situaties in het belang van de cliënt zo weinig mogelijk professionals over de vloer te hebben. Bovendien is dit efficiënter en kan hiermee aan de financiële doelstelling van de gemeente worden bijgedragen. De bestuurlijke aanbesteding voor Ondersteuning Thuis is inmiddels afgerond; 10 zorgaanbieders kunnen Ondersteuning Thuis gaan leveren. Voormekaar De keukentafelgesprekken worden door de inwoners positief beoordeeld; er ligt nog wel een opgave in de communicatie voorafgaande aan het keukentafelgesprek. In de 2e helft van 2015 is in het internetpanel ‘Berkelland spreekt’ vragen gesteld over onder andere de tevredenheid over de Voormekaarteams. Bijna de helft (48%, N= 602) van alle respondenten is (zeer) positief over het 3
Voormekaarteam. In 2015 is er één officiële klacht binnengekomen over de Voormekaarteams. Over de positionering van de Voormekaar-organisatie in relatie tot de gemeente wordt dit jaar een analyse uitgevoerd. In 2015 heeft Voormekaar vele activiteiten verricht die bijdragen aan onder andere de zichtbaarheid c.q. bekendheid van Voormekaar. Financiën In het 3D Beleidskader 2015-2016 ‘Voormekaar in Berkelland’ is afgesproken dat we de gedecentraliseerde taken uitvoeren binnen het daarvoor door het Rijk beschikbaar gestelde budget. In 2014 was, op basis van onder andere historische ramingen, de verwachting dat we € 23,9 miljoen (inclusief € 2,5 miljoen aan eigen middelen) nodig zouden hebben om de taken op het gebied van Wmo en Jeugd uit te kunnen voeren. In 2015 hebben we voor de uitvoering van de Wmo- en Jeugdtaken van het Rijk € 20,6 miljoen ontvangen en hebben we € 19,6 miljoen uitgegeven. Ten opzichte van de begroting hebben we een positief resultaat gerealiseerd van € 4,3 miljoen (€ 23,9 – € 19,6). Ten opzichte van de ontvangen Rijksmiddelen hebben we een positief resultaat gerealiseerd van € 2,3 miljoen (€ 20,6 - € 19,6 = € 1 miljoen + € 1,3 miljoen correcties in de uitgaven). Het budget dat we van het Rijk hebben ontvangen zal verder dalen, van € 20,6 miljoen in 2015 naar een krappe € 19,0 miljoen in 2018. Op dit moment lijkt het er op dat, als alle (!) condities gelijk blijven, we het uitgangspunt van budgetneutraliteit (voor de Wmo en Jeugd) in 2018 gaan halen. Echter, het is lastig om op basis van het eerste decentralisatie-jaar conclusies te trekken.
4
1. Inleiding Met de Voormekaar teams geeft de gemeente Berkelland invulling aan de maatschappelijke opdracht. Dit gebeurt in opdracht van en in samenwerking met de gemeentelijke organisatie. In deze monitoring vindt u een overzicht van het eerste jaar waarin uitvoering is gegeven aan deze opdracht. We hebben hiermee het doel om de raad en inwoners te voorzien van informatie, zodat we onze omgeving kunnen meenemen bij de overwegingen voor nieuwe keuzes bij de aanpak. Onze ervaringen hebben nieuwe inzichten opgeleverd, die een basis vormen voor het vervolg op de uitvoering van onze opdracht. Voor u ligt nu de 3e voortgangsrapportage van het 3D Monitoringsplan. Deze borduurt voort op de 2e voortgangsrapportage die in september 2015 naar de raad is gezonden. In deze rapportage informeren we u over de resultaten van de uitvoering Wmo 2015 en Jeugdwet in Berkelland. Bij de uitvoering heeft een aantal ontwikkelingen ons nieuwe inzichten gegeven. Om koers te kunnen houden op onze visie voor uitvoering van Wmo 2015 door Voormekaar, gebruiken we deze monitoring. Gemeenten zijn het afgelopen jaar zoekend geweest naar meetinstrumenten die hen kunnen voorzien in de informatie die hen helpt bij sturing. De gemeenten zijn daarbij ondersteund door de VNG, waarbij op www.waarstaatjegemeente.nl informatie is te vinden. Berkelland heeft gezorgd voor het overleggen van deze informatie, KING verwerkt dit tot een landelijk overzicht. We merken op dat de monitor een groeimodel kent; we proberen u steeds meer inzicht te geven in cijfers en trends. Het jaar 2015 kenmerkt zich als een zoektocht; van te voren is niet gekozen voor een blauwdruk voor de Voormekaar organisatie. Dit betekent dat we gaande weg hebben geleerd welke dingen wel werken en wat niet. De gegevens van deze monitor zijn de basis voor onze doelen en acties voor de komende jaren. In hoofdstuk 4 volgt er een overzicht van de budgettaire gegevens van de uitvoering Wmo/Jeugdwet. We hechten er waarde aan dat dit een stand betreft per maart 2016. De definitieve jaarcijfers zullen worden gepresenteerd in de jaarrekening 2015. De afspraak is om het te doen met die middelen die we vanuit het Rijk krijgen overgeheveld. De voorlopige financiële resultaten laten zien dat we beleidsmatig op koers liggen; in hoofdstuk 4 wordt dit verder toegelicht. Bovendien denken wij dat in zijn algemeenheid de volgende factoren ook een rol spelen: Voor de overdracht van de gedecentraliseerde taken, heeft de gemeente al vroegtijdig maatregelen (herindicaties huishoudelijke hulp 2012) genomen om het budget wat we destijds hadden te laten dalen. Het dichter bij de inwoner organiseren van zorg zorgt voor een doelmatige inzet van zorg. Door persoonlijk contact bij de inwoner thuis (keukentafelgesprek) kan een betere inschatting gemaakt worden wat een inwoner echt nodig heeft; dit wordt eveneens tussentijds geëvalueerd. Bovendien wordt in het kader van PGB nu alleen nog zorg vergoed waar ook daadwerkelijk gebruik van gemaakt is (controle door overleggen van facturen). In het verleden werd door de SVB zondermeer het bedrag overgemaakt. De resultaten van een scherpe aanbesteding. Tot slot, zetten we in 2016 in op de transformatie in het sociaal domein door middel van Ondersteuning Thuis. Met Ondersteuning Thuis streven wij naar een integrale oplossing voor de maatschappelijke ondersteuningsvraag van de inwoners, waarbij de aanbieder binnen een bepaald budget er voor zorgt dat de afgesproken resultaten behaald worden.
5
2. Gemeentelijke monitor sociaal domein De gemeentelijke monitor sociaal domein is ontwikkeld als hulpmiddel voor gemeenten om inzicht te krijgen in de effecten die behaald worden in het sociaal domein. Bij de ontwikkeling hiervan waren aanbieders, gemeenten, CBS en KING betrokken. De monitor wordt gepresenteerd op www.waarstaatjegemeente.nl en is twee keer per jaar beschikbaar. De gegevens voor de monitor zijn voor een deel al beschikbaar bij het CBS en daarnaast leveren gemeenten en aanbieders informatie aan. Het CBS vervult een sleutelrol in het verwerken en beheren van gegevens. De gemeentelijke monitor sociaal domein wordt in 2015 en 2016 doorontwikkeld om stapsgewijs inzicht te geven in de stapeling in het sociaal domein, verwijzingen, samenloop met de Wlz en Zvw en de verschuiving en uitstroom van zorg en ondersteuning. Het uitgangspunt is dat de basisset zo stabiel mogelijk blijft. In de 2e voortgangsrapportage van het 3D monitoringsplan zijn gegevens opgenomen uit de eerste gemeentelijke monitor sociaal domein. In deze 3e voortgangsrapportage zijn gegevens opgenomen uit de tweede gemeentelijke monitor sociaal domein die op 28 januari 2016 is uitgekomen. Deze tweede monitor geeft inzicht en gebruik over het eerste half jaar van 2015. Het gaat te ver om in dit hoofdstuk alle gegevens uit de gemeentelijke monitor sociaal domein op te nemen; een aantal onderwerpen lichten wij er voor u uit. Er zijn veel meer cijfers beschikbaar. We nodigen u uit via bovenstaande link zelf op onderzoek uit te gaan. In de loop van 2016 wordt de gemeentelijke monitor sociaal domein verder uitgebreid met onder andere de volgende onderdelen:
6
2.2 Tweede gemeentelijke monitor sociaal domein In de onderstaande tabel treft u het verloop van de grijze druk. Dit is het percentage inwoners 65 jaar en ouder ten opzichte 20-64 jaar. Het aantal inwoners bedroeg per 1 januari 2016 44.443. Als het aantal ouderen binnen een gemeente toeneemt is de verwachting dat de zorgvraag zal stijgen. Uit de onderstaande tabel is op te maken dat de toename van de grijze druk in Berkelland (9,1 %) sneller gaat dan de toename van de grijze druk in Nederland (4,8 %). Grijze druk Berkelland
2010 2011 2012 2013 2014 2015
30,9 32,3 34,4 36,2 38,2 40,0
Nederland
25,1 25,6 26,8 28,0 29,0 29,9
In de onderstaande tabel treft u de groene druk. Dit is het percentage inwoners jonger dan 19 jaar ten opzichte van 20-64 jaar. Ten opzichte van de rest van Nederland is de groen druk in Berkelland iets groter. Echter, de afname van de groene druk in Berkelland (1,2 %) gaat sneller dan de afname van de groene druk in Nederland (0,9 %). Groene druk Berkelland
2010 2011 2012 2013 2014 2015
41,4 41,4 41,6 41,1 40,8 40,2
Nederland
38,9 38,6 38,5 38,4 38,2 38,0
In de onderstaande grafiek treft u het percentage inwoners 75 jaar en ouder ten opzichte van de totale bevolking. In 2015 was dit percentage in Berkelland 9,2 en in Nederland 7,6. Dit percentage groeit, in de periode 2010-2015, in Berkelland (1,6 %) harder dan in Nederland (0,7 %).
7
In de onderstaande tabel en figuur treft u de stapeling van het aantal voorzieningen in het sociaal domein op cliëntniveau. Met een voorziening wordt bedoeld: specialistische ondersteuning die inwoners ontvangen in het kader Jeugdwet, Participatiewet of Wmo2015. De stapeling van het aantal voorzieningen in het sociaal domein in Berkelland ten opzichte van de Achterhoek en Nederland (2015)
Berkelland Achterhoek Nederland
Cliënten met 1 voorziening 1.980 9.460 521.720
Cliënten met 2 voorzieningen 745 4.140 218.130
Cliënten met 3 voorzieningen 185 1.370 77.355
Cliënten met 4 voorzieningen 50 570 35.710
Cliënten met 5 voorzieningen 15 280 16.875
Cliënten met 6 voorzieningen 10 340 19.820
Totaal aantal cliënten met voorzieningen 2.985 16.160 889.635
Het percentage cliënten met een voorziening in het sociaal domein ten opzichte van het totaal aantal inwoners bedraagt in Berkelland 6,7%. In de gehele Achterhoek is dit percentage 4,0%. In Nederland ligt dit percentage op 5,3%. In de onderstaande tabel treft u het percentage jongeren met jeugdhulp ten opzichte van het totaal aantal jongeren. Berkelland
% jongeren met jeugdhulp ten opzichte van het totaal aantal jongeren
7,3
Nederland
7,9
Hieronder treft u het werkloosheidspercentage (lees: het percentage werklozen ten opzichte van de beroepsbevolking) over 2014. In 2014 was dit percentage 6,4% in Berkelland. Dit is een lichte stijging ten opzichte van 2013 (6,0%).
8
In de onderstaande tabel een aantal cijfers met betrekking tot uitvoering van de Participatiewet. Onder een re-integratievoorziening wordt verstaan een voorziening die door een gemeente wordt ingezet, nadat de gemeente heeft vastgesteld dat een cliënt een belemmering heeft die directe arbeidsinschakeling bemoeilijkt (er is een afstand tot de arbeidsmarkt). Personen met bijstandsuitkeringen % huishoudens met bijstandsuitkeringen ten opzichte van het totaal aantal huishoudens Aantal re-integratievoorzieningen Aantal re-integratievoorzieningen per 10.000 inwoners
Berkelland
Achterhoek
Nederland
660 2,7
8.570 3,8
537.110 5,6
860 315
6.720 250
276.400 269
Jeugdzorgtrajecten – 1e helft 2015 Onder jeugdzorg wordt verstaan: het geheel van jeugdhulp, jeugdbescherming en jeugdreclassering dat onder verantwoordelijkheid van de gemeente wordt uitgevoerd volgens de Jeugdwet (2014). Onder een jeugdzorgtraject wordt verstaan: De periode waarin een bepaalde vorm van jeugdzorg wordt verleend. Wanneer een jongere meerdere vormen van jeugdzorg ontvangt heeft deze ook meerdere trajecten.
Jeugdhulp betreft: hulp en zorg aan jongeren en hun ouders bij psychische, psychosociale en of gedragsproblemen, een verstandelijke beperking van de jongere, of opvoedingsproblemen van de ouders. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen jeugdhulp met verblijf en jeugdhulp zonder verblijf. Jeugdbescherming is een maatregel die de rechter dwingend oplegt. Dat gebeurt als een gezonde en veilige ontwikkeling van een kind of jeugdige wordt bedreigd en vrijwillige hulp niet of niet voldoende helpt. Een kind of jongere wordt dan 'onder toezicht gesteld' of 'onder voogdij geplaatst'. Jeugdreclassering is een combinatie van begeleiding en controle voor jongeren vanaf 12 jaar, die voor hun 18e verjaardag met de politie in aanraking zijn geweest en een proces-verbaal hebben gekregen.
Berkelland Jeugdhulp Jeugdbescherming Jeugdreclassering Totaal
650 70 15 735
Jeugdhulp Jeugdhulp zonder verblijf Jeugdhulp met verblijf Totaal
580 70 650
Jeugdbescherming Ondertoezichtstelling Voogdij Totaal
40 30 70
7,3 % 0,9 % 0,4 %
Achterhoek 8,1 % 1,1 % 0,3 %
Nederland 7,6 % 1,1 % 0,5 %
9
3. Berkellandse monitor De gemeentelijke monitor geeft namelijk niet op alle onderdelen inzicht in de situatie in de gemeente Berkelland. Vandaar dat we ook een Berkellandse monitor in het 3D Monitoringsplan hebben verwerkt en deze is tijdens het technisch beraad van 17 juni 2015 gepresenteerd. In dit hoofdstuk komt onder meer aan de orde: aantallen voorzieningen, aansturing en uitvoering van Voormekaar, kwaliteit, klanttevredenheid, stand van zaken huishoudelijke hulp etc.
3.1 Nulsituatie / eerste jaar Tijdens het technisch beraad van 12 maart 2015 is inzicht gegeven in de aantallen waarover wij tot op dat moment beschikten. De tabel hieronder geeft de nulsituatie per 31 december 2014 weer. Daaronder is de situatie per 31 december 2015 weergegeven. Wmo (nieuwe taken) Aantal personen/type indicaties per 31/12/2014: ZIN (zorg in natura) 246 52% PGB (persoonsgebonden budget) 108 23% ZIN + PGB 28 6% Niet verzilverd ZIN 70 15% Niet verzilverd PGB 20 4% Totaal 472 100% Aantal personen/type indicaties per 31/12/2015: ZIN (zorg in natura) 371 75% PGB (persoonsgebonden budget) 101 20% ZIN + PGB 22 5% Niet verzilverd ZIN Niet verzilverd PGB Totaal 494 Als we in bovenstaande tabellen kijken naar het aantal personen per type indicatie op de nieuwe Wmo-taken (taken afkomstig uit de voormalige AWBZ), dan zien we dat er in 2015 een stijging heeft plaatsgevonden van 22 personen ten opzichte van 31/12/2014. Afgegeven indicaties Wmo (nieuwe taken) Begeleiding Begeleiding groep individueel 31/12/’ 31/12’ 31/12/’ 31/12’ 14 15 14 15 ZIN (zorg in 165 257 118 204 natura) PGB 70 81 101 72 (persoonsgebon den budget) Niet verzilverd 58 4 36 2 Totaal 293 343 255 278
Persoonlijke verzorging 31/12/’ 31/12’ 14 15 32 3
Tijdelijk verblijf 31/12/’ 14 1
31/12’ 15 -
14
4
2
4
1 47
0 7
0 3
4
Uit bovenstaande tabel blijkt dat de behoefte aan begeleiding (zowel individueel als groep) toeneemt. De persoonlijke verzorging valt per 1 januari 2015 voor 95% onder de
10
Zorgverzekeringswet; 5% valt onder de Wmo 2015 en is daarmee de verantwoordelijkheid van gemeenten. Dit verklaart de afname van de persoonlijke verzorging die onder de Wmo valt. Afgegeven indicaties jongeren (tot 18 jaar) - 31/12/2014: Aantal cliënten ZIN: 504 Indicaties: 534 Aantal cliënten PGB: 125 Indicaties: 260 Afgegeven indicaties jongeren (tot 18 jaar) – per 31/12/2015 Aantal cliënten ZIN: 498 Indicaties: 630 Aantal cliënten PGB: 129 Indicaties: 233 Voor wat betreft de aantallen cliënten ZIN en PGB en de afgegeven indicaties jongeren (tot 18 jaar) merken we op dat er geen grote verschuivingen hebben plaatsgevonden. Aantal cliënten huishoudelijke hulp per 31-01-2016 Huishoudelijke Huishoudelijke Hulp 1 Hulp 2 753 251
Voor wat betreft het aantal cliënten huishoudelijke hulp merken we op dat dit een stand is per 31 januari 2016. In totaal betreft het ongeveer duizend cliënten; in paragraaf 3.8 treft u meer informatie met betrekking tot de actuele ontwikkelingen rondom de huishoudelijke hulp.
3.2 Aansturing Voormekaar Om te voorkomen dat er een inrichting plaatsvindt op basis van oude structuren, is er in 2014 voor gekozen om Voormekaar op te zetten en te ontwikkelen op afstand van de gemeentelijke organisatie. Vanaf de start van de nieuwe Wmo is er sprake geweest van een context waardoor een ‘standalone’ organisatie nog niet mogelijk was. De beleidswijzigingen met betrekking tot huishoudelijke hulp heeft een remmend effect gehad op de ingezette koers: het arrangeren van afspraken teneinde de inwoner optimaal in de eigen kracht te zetten en een passend aanbod af te spreken. Niet zozeer de inhoud als wel de snelheid waarmee het gepaard ging, heeft gezorgd voor weerstand. Daarmee werd in deze onzekere nieuwe aanpak sneller terug gegrepen op bestaande systemen (beleid, verordening, juridificering, politieke keuze, …). Omdat vertrouwen en respect een basis vormen voor de gekozen dialoog, was deze aanpak lastig toe te passen. Een goed werkend informatiesysteem, de juiste documenten (verslagen, beschikkingen, procesinrichting) was in deze hectiek en onzekere periode belangrijker dan anders. Er was behoefte aan een houvast. Mede om voorgaande reden alsook de wens om ondersteuning en afstemming in het bepalen van de strategie is het opzetten van een eigen entiteit uitgesteld. In de loop van 2016 – 2017 zal er een analyse worden gedaan naar de wijze van organiseren.
11
3.3 Kwaliteit Om te zien of we met onze 3D aanpak de verwachtingen waarmaken is het uiteraard van belang zicht te krijgen op de resultaten. Enerzijds is er behoefte aan zicht op input: inzet van middelen, tijd, personeel, kennis etc. Anderzijds is de outcome het meest van belang; wat zijn de te behalen doelstellingen, de maatschappelijke baten en veranderingen? Voor Berkelland zijn de outcome resultaten ruim geformuleerd, welke jaarlijks aangescherpt kunnen worden op basis van nieuw verworven inzicht. Er zijn input afspraken gemaakt, er is een begroting opgesteld, welke in het laatste hoofdstuk uitvoerig aan de orde komt. Deze begroting is vastgesteld op aannames, zoals ook blijkt uit de toelichting op het overzicht. Er is inzicht nodig om haalbare doelen te kunnen stellen. De belangrijkste outcome doelstellingen voor de uitvoering door Voormekaar in 2015 waren: 1. Zicht op en contact met alle inwoners die een vorm van ondersteuning nodig hebben dan wel die kunnen bieden; 2. Een integrale aanpak van multi-problematiek dicht bij en met de inwoner; 3. Betere zorg en ondersteuning (kwaliteitswinst) én het vergroten van de zelfredzaamheid van de burgers. Onze meetinstrumenten voor bovenstaande doelstelling zijn in ontwikkeling. Er zijn klantervaring onderzoeken uitgevoerd door middel van evaluatieformulieren achter te laten bij inwoners en door middel van een internetpeiling. Er worden gesprekken gevoerd met inwonergroepen, gehandicaptenplatform, huisartsen, scholen enzovoorts om de effecten en ervaringen te toetsen. Op basis van deze monitoring worden er prestatie indicatoren vastgesteld, welke een richting bieden voor de uitvoering en gemeten kunnen worden per periode van een half jaar. En uiteraard is er de landelijke monitor, die ons een beeld geeft hoe Berkelland staat ten op zicht van andere gemeenten. Het meten van de ondersteuning die wordt geleverd door aanbieders waar wij afspraken mee hebben gemaakt, is ondergebracht bij het contractmanagement en vormt daarbij een onderdeel bij de evaluatiegesprekken aan de keukentafel. Door per periode op vaste onderdelen (die terug komen in deze monitoring) de effecten in beeld te brengen wordt afgestemd over gewenste aanpassing van de gekozen aanpak. 3.3.1 Zorgaanbieders In de inkoopdocumenten is een aantal eisen gesteld richting zorgaanbieders wat betreft het waarborgen van de kwaliteit en afleggen van verantwoording. - Gemeenten en aanbieders overleggen periodiek over de kwaliteit van de geboden ondersteuning. - De aanbieder stelt gemeenten in kennis van ieder rapport dat door de Inspectie voor de Gezondheidszorg voor de betreffende aanbieder is uitgebracht. - Aanbieders leveren digitaal gegevens en prestatie-indicatoren aan in een rapportage als gemeenten hier om vragen. In 2015 willen gemeenten voorlopig deze rapportages maandelijks ontvangen. - Periodiek wordt door de aanbieder op cliëntniveau gerapporteerd aan de gemeente. - Aanbieders werken mee aan een jaarlijkse evaluatie. - De aanbieder verantwoordt jaarlijks de juistheid van realisatiecijfers. Deze verantwoording is voorzien van een verklaring door een bevoegd accountant. - Jaarlijks laat de aanbieder een door een onafhankelijke derde afgenomen cliënttevredenheidonderzoek uitvoeren. 12
Tot op heden hebben we als individuele gemeente de aanbieders niet gecontroleerd of ze voldoen aan de in de inkoopdocumenten gestelde kwaliteitseisen. Dit wordt opgepakt in de regionale werkgroep contracten. Bovendien zal in regionaal verband een jaarlijks cliënt-ervaringsonderzoek, op grond van artikel 2.5.1 Wmo, door een externe partij worden uitgevoerd. In dit artikel is bepaald dat het college van B&W jaarlijks onderzoekt hoe de cliënten de kwaliteit van de maatschappelijke ondersteuning ervaren. Het doel is om medio juli hiervan de resultaten beschikbaar te hebben. Uw raad en de minister zullen de uitkomsten hiervan ontvangen. Op casusniveau is er in enkele gevallen wel gebleken van onvoldoende ondersteuning, door een verkeerde match of aanpak. In deze situaties is er sprake van een gesprek met de aanbieder. 3.3.2
Inkoop 2017
Op basis van de bespreking van het memo ‘concept-kaders aanbesteding Jeugd/Wmo 2017’ in de commissie sociaal, heeft het College van B&W onlangs (29 maart 2016) ingestemd met de volgende uitgangspunten die gebruikt worden voor de uitwerking van het programma van eisen ten behoeve van de regionale inkoop 2017 en verder: 1. Het doel is dat we op termijn beter kunnen sturen op kwaliteit en resultaat. De verwachting is dat we dit doel beter kunnen bereiken met minder gecontracteerde partijen. Om een goede selectie te krijgen van partijen willen we gunningscriteria en kwaliteitseisen ontwikkelen. Per ondersteuningsvorm zorgen we er voor dat er voldoende aanbod is om de keuzevrijheid te waarborgen. 2. Op dit moment zijn we als Achterhoekse gemeenten nog niet zover om met andere vormen van financiering aan de slag te gaan. Binnen Ondersteuning Thuis experimenteren we al met budgetfinanciering op basis van prestatieafspraken. Voor de regionale aanbesteding gaat dat op dit moment nog te ver en houden we het bij ‘uurtje factuurtje’. We willen in de nieuwe aanbesteding wel nog ruimte creëren om in de vorm van pilots verder te experimenteren. 3. Van te voren is duidelijk dat aanbieders een vast tarief krijgen en geen opslag kunnen vragen voor bijkomende kosten, zoals bijvoorbeeld reiskosten, indirecte uren, expertise. 4. We willen zoveel mogelijk Individueel maatwerk leveren en daarbij niet beperkt worden door volume of garantieafspraken met aanbieders. 5. Zowel bij gemeenten als aanbieders willen we rust creëren door meerjarige overeenkomsten af te sluiten. Aanbieders zullen pas bereid zijn om te gaan innoveren als ze meer zekerheid hebben. Daarnaast zorgen we hiermee voor administratieve lastenverlichting door niet jaarlijks opnieuw te hoeven aan te besteden. Daarom willen we graag overeenkomsten voor meer dan één jaar. 6. De transformatie is een gefaseerd meerjarig traject. 7. Voor een succesvolle aanpak van inkoop 2017 en verdere jaren is inzet, kennis en expertise van medewerkers nodig. Gelet op de korte doorlooptijd die ons nog rest is het noodzakelijk dat er voldoende tijd en capaciteit beschikbaar wordt gesteld door de gemeenten en dat daarnaast ook ruimte is om kennis en expertise in te huren als dat nodig mocht blijken. Uit de projectopdracht zal moeten blijken wat deze tijd en capaciteit zal zijn. Graag verwijzen wij hierbij naar het collegebesluit over de regionale samenwerking van 1 maart 2016. 8. Voor goede informatievoorziening is het van belang de gemeenteraden en ‘diverse adviesraden’ vroeg in het inkooptraject mee te nemen.
13
In juli 2016 dient de voorbereiding klaar te zijn en zullen de colleges van B&W in de Achterhoek de aanbestedingsdocumenten bekrachtigen.
3.4 Klanttevredenheid Door ons wordt (in regionaal verband) klanttevredenheid van onze inwoners gemeten. We meten of de volgende door ons gestelde doelen behaald worden. Door dit in regionaal verband op te pakken kunnen we onze resultaten onderling in de Achterhoek vergelijken. De meting van klanttevredenheid is een verplichting op grond van art. 2.5.1 van de Wmo 2015. De resultaten zullen medio juli bij de Minister moeten worden aangeleverd; de resultaten zullen ter zijner tijd ook worden verwerkt in deze monitor. Het afgelopen jaar is door middel van een evaluatieformulier een voorzichtig beeld ontstaan hoe de inwoner het keukentafelgesprek heeft ervaren. Inwoners kregen een evaluatieformulier aangeboden, met het verzoek deze anoniem retour te zenden naar een vaste functionaris. De kanttekening die we hier zelf bij plaatsen is dat de ervaring leert dat de inwoner die een hulpvraag heeft minder objectief en kritisch is. Vragen die aan de orde kwamen zijn: - Waarom heeft u zich gemeld bij het Voormekaarteam? - Voelde u zich op uw gemak tijdens het keukentafelgesprek? - Was er voldoende tijd voor het keukentafelgesprek? - Wat vond u van de onderwerpen die aan bod kwamen tijdens het keukentafelgesprek? - Bent u tevreden met het resultaat van het keukentafelgesprek? - Wat vond u van de medewerker van het Voormekaarteam die het keukentafelgesprek met u voerde? - Kunt u een rapportcijfer geven voor uw tevredenheid over uw ervaring met het Voormekaarteam? De medewerkers van de Voormekaarteams hebben na het moment dat er een oplossing is gevonden voor de ondersteuningsvraag van de inwoner na een paar maanden nog een keer contact met de inwoner over hoe het op dat moment met de inwoner gaat. Dit wordt ook beschouwd als een evaluatiemoment. Aan het eind van elk keukentafelgesprek wordt gevraagd of de inwoner een evaluatieformulier wil invullen. Niet iedere inwoner heeft hier behoefte aan. Dat laten we open. De inwoners die het keukentafelgesprek tot nu toe hebben beoordeeld zijn erg positief. De gesprekken worden gemiddeld beoordeeld met ongeveer een 8. De reden van het keukentafelgesprek is vaak de aanvraag van een maatwerkvoorziening of vraag om ondersteuning. Mensen zijn positief over degenen die het keukentafelgesprek voert. Termen die worden gebruikt zijn ‘open, eerlijk, behulpzaam en begripvol’. Bovendien hebben we als gemeente in de 2e helft van 2015 in het internetpanel ‘Berkelland spreekt’ vragen gesteld over onder andere de tevredenheid over de Voormekaarteams. Het resultaat luidde als volgt: bijna de helft van de respondenten (45%) geeft aan bekend te zijn met de Voormekaarteams. Van deze respondenten geeft 33,3 % aan dat ze bekend zijn geraakt via nieuwsberichten in de krant. Daarnaast is ongeveer 26,5 % bekend geraakt via Berkelbericht. Van de respondenten die hebben aangegeven bekend te zijn met de Voormekaar heeft 13% persoonlijke ervaring met Voormekaar, en beoordeelt het gemiddeld met een 6,62. Bijna de helft (48%) van alle respondenten is (zeer) positief over het Voormekaarteam (zie grafiek hieronder).
14
Naast de evaluatieformulieren en deze internetpeiling hebben we ook reacties ontvangen van onder andere de Welzijnsraad, het Gehandicaptenplatform, scholen en van ervaringsdeskundigen. Hieruit zijn aandachtspunten benoemd die worden onderkend en voor nieuwe actiepunten voor 2016 hebben gezorgd. Acties Kwaliteit 2016: - Inbedding klanttevredenheidsonderzoek (in regionaal verband) - Meer strategische personeelsplanning met ontwikkelingsplan en toetsing
3.5 Klachten en bezwaren Bij de klachten en bezwaren kan onderscheid worden gemaakt tussen klachten over de geleverde zorg en klachten over medewerkers van de Voormekaarteams. Voor klachten over de geleverde zorg geldt dat aanbieders deze klachten registeren en afhandelen. De regionale werkgroep uitvoering contracten heeft overleg met de aanbieders; in dit gremium worden deze klachten besproken. De registratie en afhandeling van de klachten over medewerkers van Voormekaar en ingediende bezwaren registeren wij zelf. Hieronder treft u een overzicht: - Aantal klachten medewerkers Voormekaarteams Er is bij de gemeente 1 officiële klacht binnen gekomen. Bovendien heeft de manager Voormekaar meerdere gesprekken gevoerd met inwoners die klachten hadden. - Afhandeling van de klachten medewerkers Voormekaarteams De klacht is op informele wijze afgehandeld (bezoek aan huis, met excuses en bos bloemen) - Aantal ingediende bezwaren Er zijn in 2015 334 Wmo-bezwaarschriften ingediend, het gaat om 325 HH-bezwaarschriften en 9 reguliere bezwaarschriften (zie paragraaf 3.8).
3.6 Uitvoering Voormekaar In de 3D Monitoringsrapportage geven we ook inzicht in de ‘bemensing’ van de Voormekaarteams.
15
De uitvoering van Voormekaar bestaat uit vijf teams, die zijn ingedeeld per kern. Elke team dient zo compleet mogelijk te zijn, zodat kennis en kunde voldoende aanwezig zijn. De medewerker heeft de opdracht om een brede vraagverkenning met de inwoner te houden, waarbij er in een open dialoog zonder gerichte voorbestemming een beeld wordt verkregen van de hele situatie. Alle domeinen komen aan de orde. Daarnaast heeft elke medewerker een specialisme, welke onderhouden dient te worden, of heeft een specifiek aandachtsgebied om zich verder in door te ontwikkelen. De teams worden ondersteund door een teamcoach. Op dit moment zijn de teams nog niet op volle kracht. In de capaciteit schieten we nog tekort. Processen kosten nog tijd omdat er veel afgestemd en uitgezocht moet worden. Onzekerheid in handelen, met de inwoner in dialoog over maatwerk is nog niet voor elke medewerker een natuurlijke vanzelfsprekendheid. Met betrekking tot Jeugdspecialisten lijkt er een goede inschatting te zijn gemaakt. Elk team heeft een specialist die Jeugdzaken kan oppakken of daarin kan consulteren. Met betrekking GGZ specialisme is er onlangs een collega toegetreden. Met name in de backoffice waren er capaciteitsproblemen, die voor een deel zijn opgelost. De ambitie om het gesprek en arrangement als uitgangspunt te kiezen, waarbij we zo veel als mogelijk vaste procedures, protocollen en bezwaren voorkomen is niet gelukt. Daarin waren we te ambitieus. De wetgeving, de verordening, aanpassing beleid en juridificering besloegen een groot deel van de capaciteit, zeker met de toegenomen aanvragen. Er zijn noodverbanden gelegd, extra mensen ingezet en het primaire proces werd opnieuw onder de loep genomen en vervolgens aangepast. Prioriteit is voortdurend de inwoner geweest, de afspraken en het z.s.m. inzetten wanneer ondersteuning nodig was. Achterstand was er bij de backoffice-afhandeling van afgesproken arrangementen en bij de herindicatie-gesprekken. Daarnaast heeft de ambitie van ontwikkeling inwonersactiviteiten en organisatie Welzijn / informele zorg weinig aandacht gekregen, o.a. door de focus op het voeren van de vele gespreken. Naast het in kaart brengen van resultaten en effecten, is het voor Voormekaar ook belangrijk om de kwaliteit van het werk van de teams te waarborgen en aandacht te hebben voor de ontwikkeling. Bij de start is er een algemene keuze gemaakt, waarbij medewerkers van verschillende organisaties een kans is geboden om ontwikkeling en uitvoering van de Wmo vorm te geven. Teams hebben een opdracht met heldere uitgangspunten. Voor het uitvoeren van de opdracht, het leren van hun eigen rol en teamontwikkeling hadden de teams een coach. Er is aandacht voor het teamproces, er is afstemming over inhoudelijke zaken die aandacht verdienen en ondersteuning in de vorm van intervisie met specialisten. Teams hebben al doende moeten leren en ervaren. Een grote mate reflectievermogen is van belang voor de groeimogelijkheden van de teams. Het afgelopen jaar is meerdere malen tijdens de uitvoering gebleken dat er geen sprake was van een goede match tussen inwoner en hulp. Bovendien hebben deskundigheidsbevordering en borging (beroepseisen van de specialisten) extra aandacht gekregen.
3.7 Mantelzorg Gemeenten hebben de taak om invulling te geven aan de jaarlijkse blijk van waardering voor mantelzorgers (mantelzorgcompliment) en mantelzorgondersteuning. De maatschappelijke effecten die we willen behalen met mantelzorgondersteuning en de waardering van mantelzorgers zijn: Mantelzorgers voelen zich gewaardeerd en gesteund. Er zijn minder mantelzorgers overbelast. 16
Cijfers gemeente Berkelland (2014)* Inwonersaantal 01-01-2014 Inwonersaantal 18 jr of ouder Aantal mantelzorgers 18 jr of ouder Mantelzorgers die lang of intensief zorgen** Mantelzorgers die lang én intensief zorgen Zwaar- of overbelaste mantelzorgers Aantal jonge mantelzorgers
44.666 35.733 9.469 7.147 3.002 1.231 2.545
*Cijfers zijn gebaseerd op gegevens van het CBS, SCP en Mezzo ** Lang staat voor meer dan drie maanden en intensief voor meer dan 8 uur per week
In Berkelland hebben we in 2015 een oproep gedaan aan mantelzorgers en ontvangers. Er kon door de mantelzorg ontvanger een aanvraag gedaan worden voor de waardering van € 100,-. De mantelzorg ontvanger kon deze verdelen over de mensen die mantelzorg bieden. Op deze wijze hebben een beeld gekregen van de groep mantelzorg ontvangers en verleners. Daarnaast zijn alle mantelzorgers uitgenodigd voor een verwendag, op 10 november, de dag van de mantelzorg. Een tweede dag wordt in het voorjaar georganiseerd.
Mantelzorg-waardering aantallen 2015 Totaal aantal aanvragen: Online aanvragen: Schriftelijke aanvragen:
724 276 (38%) 448 (62%)
De schriftelijke aanvragen (448) kunnen als volgt worden uitgesplitst: Eibergen: Ruurlo: Neede: Borculo:
164 (36%) 66 (15%) 120 (27%) 98 (22%)
Schriftelijke aanvraag 62%
Borculo 22%
Neede 27%
Online aanvraag 38%
Eibergen 36%
Ruurlo 15%
De Mantelzorg-verwendag: Op 10 november 2015 hebben ongeveer 90 mantelzorgers genoten van een verwendag in Eibergen (een vervolg van 2015 daarop vindt plaats in april 2016 voor nog eens 100 mantelzorgers) . Er was een lunch en er waren workshops waarvoor de mantelzorgers konden inschrijven. De dag is zeer positief beoordeeld. De erkenning was voor de mantelzorgers waardevol. De ervaring dat er veel mantelzorgers zijn met vergelijkbare situaties steunt hen in contact en het delen van hun ervaring. Er zijn contacten uitgewisseld onderling en er is kennis gemaakt met Voormekaar. Deze contacten
17
worden gebruikt om nieuwe afspraken te maken voor 2016, zodat mantelzorgers elkaar kunnen steunen en er een effectief aanbod komt dat hen helpt in hun rol. De onderwerpen die naar voren zijn gekomen uit evaluatie: - Helder communiceren wanneer je een mantelzorger bent - Welke ondersteuning kun je verwachten - De wens om een training te kunnen volgen over je positie en rol als mantelzorger - Definieer mantelzorggroepen zodat ook maatwerk hierin mogelijk - Mensen geven de voorkeur aan een bedrag als mantelzorgwaardering in plaats van een samen gesteld pakker door ondernemers - Bij het organiseren van een mantelzorg verwendag betrekken we de volgende keer meer de omgeving: inwoners, ondernemers, aanbieders, scholen, ….. - Opgave per brief en digitaal heeft voor verwarring gezorgd. Door de laagdrempeligheid van deze dag en de toegevoegde waarde voor de mantelzorgers zal er ook in 2016 een bredere inventarisatie en dag worden georganiseerd. Waarbij de mantelzorgers betrokken worden bij de invulling van deze dag en aanvullende ondersteunende activiteiten.
3.8 Huishoudelijke hulp Op 7 april 2015 is besloten tot aanpassing van het beleid ten aanzien van de inzet van HH1, zoals dat was vastgelegd in het op 28 oktober 2014 vastgestelde 3D Beleidskader. Belangrijkste punt uit het besluit van 7 april 2015 was het verlengen van de overgangsperiode van 1 juli 2015 tot 1 januari 2016. Met alle HH1 cliënten zijn in 2015 keukentafelgesprekken gevoerd. Bij circa 175 inwoners/cliënten is bepaald dat zij een maatwerkvoorziening met huishoudelijke hulp in de vorm van Ondersteuning Thuis hielden. Bij de overige circa 975 cliënten is bepaald dat per 1 januari 2016 de hulp zou stoppen. Door circa 350 cliënten is bezwaar gemaakt tegen beëindiging van de hulp per 1 januari 2016. In november 2015 is door het college besloten de bezwaarschriften gegrond te verklaren en de huishoudelijke hulp, voor alle cliënten die dat wensten, te continueren na 1 januari 2016. In het verlengde van dit besluit is op 17 november 2015 het beleid voor de Huishoudelijke Hulp aangepast. Hierdoor blijft na 1 januari 2016 het eenvoudige schoonmaakwerk/HH1 in Berkelland als maatwerkvoorziening beschikbaar binnen de Wmo. De beleidswijziging van november 2015 heeft tot gevolg dat alle cliënten met een HH1 beschikking in 2016/2017 bezocht zullen worden door Voormekaar. Bij dit bezoek zal worden besproken of en voor hoeveel hulp de cliënten in aanmerking blijven komen op grond van het in november 2015 vastgestelde nieuwe beleid. Toewijzing van een maatwerkvoorziening met huishoudelijke hulp bij de bezochte inwoners/cliënten zal plaatsvinden op basis van arrangementen binnen Ondersteuning Thuis. In maart 2016 is gestart met deze gesprekken. In de loop van het voorjaar kunnen de eerste conclusies worden getrokken ten aanzien van het verloop en de resultaten van deze gesprekken. Naast continuering van de huishoudelijke hulp aan bestaande cliënten is een ander aspect de nieuwe instroom/aanvragen. Op grond van de eerder hierboven benoemde beleidskeuzes was er in 2015 zeer beperkt sprake van nieuwe instroom. De nieuwe instroom vanaf 1 januari 2016 (tot nu toe: enkele tientallen) volgen we nauwlettend, in de loop van 2016 hopen we daar wat meer over te kunnen zeggen. Zoals eerder gemeld is in november 2015 besloten om de circa 350 ingediende bezwaarschriften gegrond te verklaren en de huishoudelijke hulp in 2016 door te leveren aan de inwoners/cliënten. De FNV heeft echter namens 172 verschillende personen beroepschriften ingediend bij de rechtbank Gelderland. Deze beroepschriften hebben betrekking op de hoogte van de toegekende vergoeding 18
van de proceskosten. Het college is van mening dat er sprake is van bijzondere omstandigheden zoals bedoeld in het Besluit proceskosten bestuursrecht en heeft de vergoeding hierop aangepast. De FNV vindt de door haar te ontvangen vergoeding in de proceskosten te laag en heeft om deze reden beroep aangetekend. De zittingsdatum is nog niet bekend. 3.8.1 Faillissement TSN Het vanaf 30 november 2015 in surseance van betaling verkerende TSN, bood in Berkelland huishoudelijke hulp aan circa 400 cliënten. Het ging hierbij om circa 100 HH2 cliënten en 300 HH1 cliënten. Op 8 februari 2016 hebben de bewindvoerders laten weten dat een faillissement onafwendbaar was (inmiddels ook door de rechtbank uitgesproken). Hierbij hebben zij aangegeven dat een overgang van de cliënten met personeel (met behoud van arbeidsvoorwaarden) door Buurtzorg/Stichting Familiehulp i.o. een mogelijkheid was. Een aanbod hiervoor is bij de gemeente Berkelland neergelegd. Op 23 februari 2016 is besloten dat de gemeente Berkelland onder voorwaarden in wilde gaan op dit bod. Buurtzorg/Stichting Familiehulp i.o. heeft laten weten in te stemmen met de gestelde voorwaarden. Inmiddels zijn de benodigde overeenkomsten door Stichting Familiehulp getekend. Dit betekent dat de huishoudelijke hulp bij de 400 cliënten van TSN in Berkelland vanaf 25 april 2016 wordt verzorgd door de Stichting Familiehulp. In de aanloop hier naartoe zullen wij de cliënten hierover persoonlijk informeren. Indien een cliënt wil overstappen naar een andere aanbieder dan kan deze dit aangeven en wordt dit gefaciliteerd. Belangrijke voorwaarde die is gesteld ten aanzien van de afspraken met Buurtzorg/Stichting Familiehulp i.o. is dat de gemeente Berkelland niet bereid was om een transitievergoeding te betalen aan de Stichting Familiehulp. Er is wel voor gekozen om een totaal bedrag van 150.000 euro uit de HHT middelen beschikbaar te stellen voor opleiding, innovatie en transitie in het kader van Ondersteuning Thuis 2016. Dit bedrag is beschikbaar voor alle aanbieders die in het kader van Ondersteuning Thuis huishoudelijke hulp aanbieden. 3.8.2 Huishoudelijke Hulp Toelage Op 17 november 2015 heeft de raad het beleid met betrekking tot de huishoudelijke hulp gewijzigd. Als gevolg hiervan was het op 28 augustus 2015 ingediende HHT plan voor 2016 niet langer toepasbaar. Om deze reden heeft het college op 8 december 2015 een gewijzigd HHT plan voor 2016 vastgesteld. Dit plan is medeondertekend door aanbieder Zorgkompas op 20 december en op 21 december 2015 verzonden aan het ministerie van VWS. Op 4 januari 2016 heeft het ministerie laten weten geen opmerkingen te hebben ten aanzien van het plan. Het gewijzigde HHT plan voor 2016 voorziet erin dat cliënten voor 5 euro (exclusief uitvoerings/transactiekosten) een voucher kunnen kopen waarmee zij een uur huishoudelijk hulp kunnen inkopen met een waarde van 22 euro. Het verschil tussen het voucherbedrag van 5 euro en de prijs van 22 euro is de gemeentelijke bijdrage van 17 euro. Op deze manier wordt de beoogde doelgroep in de gelegenheid gesteld om tegen een gunstig tarief professionele hulp in te huren. De doelgroep van het Berkellandse plan bestaat uit:
Mantelzorgers. Dit ter ontlasting van de betreffende mantelzorger Mensen die zelf afzien van of zich niet melden voor ondersteuning op grond van de Wmo 2015 in verband met de hoogte van de daarvoor verschuldigde eigen bijdrage; Mensen die zich wel gemeld hebben, maar waarbij is vastgesteld dat die ondersteuning op grond van de Wmo 2015 als niet noodzakelijk wordt beoordeeld;
19
Cliënten die een Wmo voorziening toegekend hebben gekregen en graag aanvullend hierop hulp willen inzetten; WLZ cliënten die ter aanvulling op de bij hen ingezette zorg en hulp extra hulp willen inzetten.
De voor Berkelland beschikbare HHT bijdrage in 2016 is 452.570 euro. Als gevolg van de keuze om een bedrag van 150.000 euro van de beschikbare HHT middelen in te zetten voor opleiding, innovatie en transitie in het kader van Ondersteuning Thuis 2016, is er een bedrag van 300.000 euro beschikbaar voor de HHT vouchers. Dit betekent dat er circa 17.500 uur huishoudelijke hulp via de HHT regeling kan worden ingezet. De verkoop van de vouchers verloopt via een digitaal platform dat via de Voormekaar- en de gemeentesite te bereiken is. Vanaf 1 maart 2016 is het mogelijk om via dit systeem de vouchers aan te kopen. Bij de gesprekken die Voormekaar in 2016 en 2017 heeft met de bestaande cliënten wordt op de mogelijkheden van de HHT regeling gewezen. 3.8.3 Ondersteuning Thuis De evaluatie Ondersteuning Thuis 2015 is inmiddels gereed en heeft u reeds ontvangen. Ondersteuning Thuis is efficiënter en kan aan de financiële doelstelling bijdragen. Wel is er nog werk aan de winkel om er voor te zorgen dat naast de zorgverzekeraar ook de gemeente geld bespaart. Met realisering van de eerste aanbeveling (ga door met de pilot OT en experimenteer daarbij verder met criteria (niveaus) voor arrangementen om tot maatwerk te komen) zijn wij inmiddels zo ver dat de bestuurlijke aanbesteding met de aanbieders is afgerond (lees: overeenkomsten zijn ondertekend) en dat we vanaf 1 april kunnen beginnen. Wat is Ondersteuning Thuis (OT)? Ondersteuning Thuis is er op gericht om inwoners zolang mogelijk zelfstandig thuis (en in de samenleving) te laten functioneren. Daarbij streven we er naar dat er rondom de inwoner zo weinig mogelijk ‘gedoe’ is. Het is in diverse situaties in het belang van de cliënt zo weinig mogelijk professionals over de vloer te hebben. Bovendien is dit efficiënter en kan hiermee aan de financiële doelstelling van de gemeente worden bijgedragen. Bij Ondersteuning Thuis ligt het accent op ‘het weer in eigen kracht zetten’ van de inwoners. Er kan in eerste instantie sprake zijn van extra professionele inzet. De bedoeling blijft dat de inwoner liefst weer geheel, dan wel in belangrijke mate ‘op eigen benen kan staan’. En boven alles: er is sprake van MAATWERK, zoals bedoeld in de Wmo 2015. We gaan dus uit van bepaalde niveaus binnen Ondersteuning Thuis. Daarbij kijken we vooral naar competenties van de medewerkers. Zodat maatwerk geleverd kan worden in plaats van een standaardpakket aan handelingen. Hoe werkt het? Voor Ondersteuning Thuis maken we gebruik van arrangementen. Deze arrangementen beschrijven op hoofdlijnen wat voor ondersteuning de inwoner nodig heeft. De Berkellandse arrangementen worden gebaseerd op vier niveaus:
‘schoon huis’: het overnemen van zware taken van het huishouden (denk aan keuken, sanitair, vloeren) waarbij hygiëne en het voorkomen van vervuiling uitgangspunt is. Daarnaast: het opmerken van veranderingen bij de inwoner die vervolgens aan de (nog nader te omschrijven) regisseur worden gemeld ‘huishouding op orde’: ondersteunen bij het aanbrengen van structuur in de huishouding en hulp bij persoonlijke hygiëne. Onvoldoende zelfredzaamheid, wel aanwijsbare verandercapaciteit. Op meerdere vlakken ‘op weg helpen’.
20
‘toezicht en stimuleren’: weinig of onvoldoende zelfredzaamheid, voldoende verandercapaciteit en mogelijkheden om vaardigheden te ontwikkelen, kan zelf om hulp vragen. Ondersteuning bij het dagelijks functioneren gericht op maatschappelijke deelname. Kan ook mede worden geboden door vrijwilligers met professionals op afstand via korte contactmomenten. ‘helpen bij’: onvoldoende zelfredzaamheid, beperkte verandercapaciteit, weinig mogelijkheden tot het ontwikkelen van vaardigheden en het vergroten van eigen kracht. Het niet inzetten van ondersteuning kan leiden tot verwaarlozing of opname.
Omdat niet elke inwoner dezelfde ondersteuning nodig heeft, is ook een mix van arrangementen mogelijk, bijvoorbeeld 60% ‘Schoon huis’ en 40% ‘toezicht en stimuleren’. Voor elke inwoner wordt een ondersteuningsplan opgesteld waarin inwoner en aanbieder vastleggen wat de doelen zijn en welke activiteiten worden ondernomen. Het ondersteuningsplan wordt door inwoner en aanbieder/medewerker getekend. Met de arrangementen willen we de aanbieder uitdagen het optimale aan innovatiekracht te ontwikkelen. Het is de uitdaging voor de aanbieder om binnen de vastgestelde beschikking samen met de inwoner te komen tot een optimale ondersteuning. Voor elk individueel geval wordt per periode een vast bedrag beschikbaar gesteld, op basis van het arrangement en het volume. Wanneer de aanbieder door specifieke omstandigheden op enig moment tot 10% meer aan de ondersteuning besteedt, dan is dat zijn eigen risico. Maar wanneer hij het goedkoper kan, dan is dit in zijn voordeel. Wanneer hij bij bijvoorbeeld ziekenhuisbezoek of vakantie, maar ook in andere gevallen minder inzet dan het budget, dan vertrouwt de gemeente erop dat dan ook daadwerkelijk minder wordt gefactureerd. Maar ook anderszins kan de aanbieder door ‘slimme oplossingen’ binnen het budget leveren. Bij de monitoring zal in dat geval de prijskwaliteitverhouding positief worden beoordeeld. Voor het bepalen van de prijs per arrangement baseren we ons op de tarieven 2016 van de oude producten. Al met al is het effect dat optimaal maatwerk wordt geleverd en dat efficiencywinst wordt behaald door meerdere taken bij zo weinig mogelijk medewerkers neer te leggen.
3.9 Jeugdzorg In hoofdstuk 2.2 zijn cijfers opgenomen met betrekking tot het gebruik van jeugdzorg in het eerste half jaar van 2015. Thema Jeugdzorg bij de uitvoering: - Complexe casuïstiek wordt opgepakt met ervaren Jeugdspecialisten. Dit heeft meerdere malen geresulteerd in een adequate aanpak waarbij erger kon worden voorkomen. - Per team is er een Jeugdspecialist die binnen het team consulteert. Binnen Berkelland is er een multidisciplinair Jeugdteam, dat analyseert, inventariseert en samenwerkt. Daarmee krijgt preventie en doelmatigheid meer aandacht. - Door de aanpak van gesprekken bij de mensen thuis komen de ondersteuningsvragen in een vroeger stadium in beeld. Door de multidisciplinaire samenwerking en regisseur (proceseigenaar) is inzet sneller te realiseren. - Middelbare scholen gaven aan meer contact te wensen en dit is in de tweede helft van 2015 sterk verbeterd. Scholen hebben kennis gemaakt en hun eigen aanspreekpunt binnen Voormekaar. Ook helpt wanneer een samenwerking effect heeft gehad. Scholen worden geholpen met handelingsverlegenheid, zeker wanneer zij een goede samenwerking met een ouder niet willen schaden. 21
-
Er wordt op dit moment een actieplan voor de middellange termijn geformuleerd. Inwoners, specialisten, aanbieders (ook buiten de gemeente) geven samen input voor dit actieplan. Er is in februari 2016 een opdrachtgever Jeugd aangesteld die regie heeft in dit proces.
3.10 Participatiewet In de visienota Meedoen naar vermogen heeft de gemeenteraad op het gebied van de Participatiewet het resultaat gesteld: Zoveel mogelijk (sociaal kwetsbare) mensen zijn werkzaam op de arbeidsmarkt. Ook zijn er in het gedeelte over de Participatiewet in het 3D Beleidskader ‘Voormekaar in Berkelland een aantal doelen gesteld die we willen bereiken. Een samenhangend lokaal en regionaal arbeidsmarktbeleid. Effectieve en efficiënte organisatie van de dienstverlening aan werkgevers. Een regionaal afgestemd instrumentarium rondom werkgeversdienstverlening. Een op de lokale ondernemers afgestemde marktbewerking. Gemeente als werkgever en opdrachtgever. De Sociale Diens Oost Achterhoek voert de Participatiewet voor ons uit en monitort al verschillende onderdelen op het gebied van de Participatiewet. Deze gegevens worden al verwerkt in rapportages die de raad ontvangt. Tijdens het overleg van 2 juni 2015 bleek dat de wijze waarop de SDOA op dit moment rapporteert aan de raad voldoende is.
3.11 Activiteiten Voormekaar Primair wil Voormekaar er zijn voor inwoners die een ondersteuningsvraag hebben of daar iets in wil of kan bieden. Voormekaar is bereikbaar via de Voormekaar telefoon, website en op een aantal locaties. Bij een eerste melding wordt er inschatting gemaakt over de urgentie. Soms kan er direct doorverwezen worden of is er behoefte aan een luisterend oor. Bij het eerste contact wordt een aantal basisvragen gesteld en informatie gegeven, waarbij de melding wordt overgedragen aan een team voor verdere afspraken. Daarnaast heeft Voormekaar als doel om een beeld te hebben van het welzijn, gezondheid en veiligheid van onze inwoners, om zo doelmatig activiteiten in te zetten. Deze informatie halen wij uit de omgeving, door in gesprek te gaan met vertegenwoordigersgroepen, huisartsen, scholen, aanbieders, vrijwilligers en bijvoorbeeld de toezichthouders. In dit scala van netwerken heeft Voormekaar in 2015 activiteiten verricht. Hieronder ziet u daarvan een overzicht. Werkgroep Ondersteuning Thuis 2015 en 2016 Teamleden van Voormekaar hebben samen met de gemeente en aanbieders in diverse werkgroepen Ondersteuning Thuis uitgewerkt en opgezet. Voormekaar is samen met de inwoners en aanbieders gaan kijken naar de best mogelijke inzet van zorg binnen budget en met behoud van kwaliteit. Wat kwaliteit betekent voor de inwoner, wordt samen met de aanbieder en inwoner besproken en geëvalueerd. Het mogelijk maken van maatwerk door resultaten af te speken, het voorkomen van onnodige administratie door te focussen op outcome en het versterken van samenwerking door niet uitsluitend een aanbesteding te gunnen op prijs maar vooral op gemeenschappelijke verantwoordelijkheden om beschikbare middelen zo doelmatig mogelijk in te zetten. Promoten / voorstellen van VMK bij diverse buurtorganisaties
22
Voormekaar heeft zich voorgesteld op diverse open dagen en bij buurtorganisaties om de laagdrempeligheid van Voormekaar te bevorderen. Het doel is laagdrempelig zijn, zichtbaar zijn en in beeld hebben of de inwoner ons weet te vinden wanneer het nodig is. Daarmee kan er tijdig ondersteuning worden ingezet en willen we doublures voorkomen. Aanwezigheid op scholen Er zijn diverse ouderavonden geweest op scholen om kennis te maken met de personeelsleden ter bevordering van de samenwerking en voor ouders/inwoners van Berkelland uit te leggen wat Voormekaar kan doen en doet. Er zijn afspraken gemaakt met scholen voor vaste aanspreekpunten, zodat bezorgde docenten bij twijfel eenvoudig aan de bel kunnen trekken. Er zijn op aanvraag weerbaarheidstrainingen gegeven voor kinderen die (tijdelijk) wat kwetsbaar zijn, op verzoek van ouders of docenten. Er zijn trajecten georganiseerd voor begeleiding van kinderen in de ouderschapsregeling, wanneer dit moeizaam verloopt. Ontwikkeling van een Website Er is een website ontwikkeld, zodat we inwoners beter en sneller kunnen informeren. De contactgegevens zijn daar te vinden, als ook algemene informatie en tips en een overzicht van de veel gestelde vragen. De website heeft ook een netwerkoptie, zodat er een sociale kaart doorontwikkeld wordt, die mede inhoudelijk wordt aangevuld met informatie door de omgeving. (Onder beheer van Voormekaar). De website heeft ook een optie voor vraag- en aanbod voor vrijwilligers. Er worden inwoners gematcht, waarbij er diensten voor elkaar geleverd worden. Eenzaamheid Het thema eenzaamheid heeft extra aandacht gekregen. Tijdens gesprekken is dit een aandachtspunt. Er zijn meerdere individuele en groepsactiviteiten gekoppeld om dit bespreekbaar te maken en op te pakken. Nieuwe meldingen en her-indicaties Voormekaar heeft alle meldingen van inwoners opgepakt. Hieruit komen soms maatwerkvoorzieningen of inwonersinitiatieven en er wordt gekeken naar de wederkerigheid van inwoners. Zo zijn er inwoners gekoppeld aan elkaar die iets voor elkaar kunnen betekenen. De herindicaties WMO zijn uitgevoerd, met alle inwoners die een WMO indicatie hadden vanuit de AWBZ is contact geweest en indien nodig is er een maatwerkvoorziening afgegeven of is er gekeken naar andere oplossingen. De jeugdigen worden nu door de teams bezocht en er wordt opnieuw gekeken welke ondersteuning nodig is. Met het sociaal domein (huisartsen, organisaties etc.) samenwerkingsafspraken maken. Met het deskundigen in het sociaal domein zijn bijeenkomsten geweest om samenwerkingsafspraken te maken; vaak op kernniveau. NL doet Het Voormekaarteam Borculo heeft zich tijdens NL Doet vrijwillig ingezet bij een zorgboerderij in Berkelland. 23
Zorgmaatjesproject Er is vanuit de Nederlands Hervormde Kerk uit Borculo een klein project opgezet in samenwerking met Voormekaar. Samen is het vertrekpunt bepaald. Men heeft zelf de maatjes opgeleid. Deskundigheidsbevordering De specialisten jeugd hebben de training ‘signs of safety’ afgerond. Daarnaast zijn diverse trainingen en bijeenkomsten georganiseerd om de kennis te bevorderen en uit te breiden. Er is geïnvesteerd in huisbezoeken in duo’s om van elkaars specialisme te leren. Preventie Voormekaar biedt in de kernen in samenwerking met scholen een programma aan voor jeugdigen om uitval in het onderwijs te voorkomen. Jongeren krijgen training in het assertief zijn, het opkomen voor zichzelf bij leeftijdsgenootjes. Voormekaar bundelt signalen van inwoners en organisaties met dezelfde ondersteuningsvraag en probeert hier op een slimme en voorliggende manier gehoor aan te geven. Bijeenkomsten Netwerk Voormekaar 2016 In mei 2015 en januari 2016 heeft Voormekaar bijeenkomst georganiseerd. De eerste keer was bedoeld voor kennismaking en informatievoorziening over de organisatie van Voormekaar, toelichting op onze aanpak en doel. Daarbij zijn we ook in gesprek gegaan met gasten, om te horen welke visie en kennis zij hebben. Het doel van de bijeenkomst in januari was meervoudig; elkaar ontmoeten en netwerken, waarin kunnen we elkaar het komende jaar (jaren) versterken en prikkelen tot vernieuwing en wat is daarvoor nodig? De lancering van de nieuwe website en de uitnodiging aan aanbieders om zich tot ons te wenden om samen vervolgbijeenkomsten op te zetten ten behoeve van de samenwerking. Website VMK In januari 2016 is de nieuwe website van Voormekaar gelanceerd. Een digitaal platform waar de burger zijn informatie kan halen en waar de aanbieders, organisaties zijn of haar diensten kunnen aanbieden. Noabercontact en het vrijwilligerspunt zijn hierin geïntegreerd.
3.12 Dilemma’s Bij de uitvoering van de Wmo2015 zijn er aanloopproblemen geweest, waarmee inwoners soms op een vervelende wijze zijn geconfronteerd. Hieronder een overzicht van de dilemma’s bij de uitvoering van de Wmo 2015: -
-
-
Uitvoering keukentafelgesprekken met inwoners; de transitie opdracht enerzijds en waar heb ik recht op anderzijds. Inwoners hebben het idee dat het doel enkel de bezuiniging is. Er moest en moet nog steeds gewerkt worden aan eigenaarschap bij de inwoner en het door ontwikkelen van partnerschap. Zelfregie en eigenkracht; dit blijken geen termen die je als voorbeeld kunt stellen voor alle inwoners; uiteraard hebben we te maken met een groeimodel en zijn inwoners er nu nog niet aan toe. Echter er zijn ook inwoners die zorg-mijdend. Medewerkers thuishulpen die ‘strijden’ voor behoud van werkgelegenheid, gesteund door de vakbond met haar eigen belangen; Hierdoor zijn inwoners geframed over de aanpak, waarmee ruimte voor de dialoog aanvankelijk beperkt was.
24
-
-
-
Juridificering in tegenstelling tot de dialoog en afspraken maken; Een goed kloppend volledig proces is van belang en kan niet op voorhand worden ingekort. Door gebrek aan capaciteit en onvoldoende voorbereid zijn hier op laten bevestigingen op zich wachten. Toename behoefte aan samenwerking en integraal oppakken, gehinderd door marktwerking. IT-systemen die niet toegerust zijn op integrale hulpverlening en verwerking van bijhorende facturaties. Aanbieders die met veel inspanning de systemen op orde hebben zodat ze aan de eisen voldoen van de zorgverzekeraar maar daarmee niet aansluiten bij de nieuwe opdracht die de gemeente heeft. Medewerkers die nog onvoldoende zijn toegerust voor de kanteling en de opdracht. Onvoldoende zicht op de competenties, kennis en kunde.
3.13 Resumé We zijn begonnen met de transitie; er is inzicht verkregen in wat nodig en doelmatig is voor het maatschappelijk welbevinden van de inwoner. Na een lastige start begin 2015 en veel onrust is er rond de zomer meer rust gekomen. Ondanks de lastige start is er veel contact met inwoners, de is de inwoner opnieuw centraal gesteld en staan we open voor advies. Het gemeentebestuur heeft getoond te willen werken aan kwaliteit en heeft het voorbeeld gegeven door met inwoners in gesprek te gaan en te luisteren. Inwoners voelen zich gehoord, ook al krijgen ze niet dat wat ze aanvankelijk vroegen. We staan open voor klachten en suggesties van onze omgeving. We tonen ons transparant en gaan de dialoog aan. De bedrijfsvoering is nog niet volledig op orde, de systemen en het proces vragen nog extra aandacht. De keuze eerst te starten, en vervolgens op basis van de werkpraktijk de organisatie in te richten, heeft voor ongewenste situaties gezorgd. Zoals het uitblijven van tijdige beschikkingen voor de inwoner. Met betrekking tot de financiële taakstelling liggen we op koers; zie volgende hoofdstuk. Innovatie informele zorg, preventie, kwaliteitsbevordering bij de uitvoering en ontwikkeling inwonersinitiatieven behoeven in 2016 en verder onze aandacht en budgetruimte. Het vertrouwen in de aanpak en de juiste bedoelingen van de transitie is bij inwoners en partijen toegenomen. De samenwerking met inwoners, doelgroep vertegenwoordigers en aanbieders is verbeterd. Dit geniet prioriteit om op koers te blijven richting onze doelen. Aandacht voor monitoring en kwaliteit zijn daarbij belangrijke hulpmiddelen.
25
4. Financiën 4.1 Inleiding In de Visienota Meedoen naar vermogen zijn de onderstaande resultaten benoemd die betrekking hebben op de financiën van Voormekaar.
We kunnen de ondersteuning financieren uit de budgetten die we van het rijk ontvangen. We benutten de beschikbare middelen uit de zorg optimaal.
In dit hoofdstuk wordt de financiële voortgang van Voormekaar, op basis van de definitieve cijfers van 2015 gegeven. Er wordt eerst een verklaring gegeven voor het saldo dat 2015 oplevert. Vervolgens wordt een doorkijkje gegeven naar 2016 en uiteindelijk 2018. In paragraaf 2 komt de risicoanalyse aan de orde die voorafgaand aan de begroting van Voormekaar is opgesteld. In paragraaf 3wordt toegelicht hoe de begroting van 2015 voor Voormekaar is opgebouwd.
4.2 Ontwikkeling ten opzichte van de risicoanalyse Voorafgaand aan de begroting 2015 voor de uitvoering van de Wmo en Jeugdwet door Voormekaar is een risicoanalyse opgesteld. Daarin is becijferd dat er een risico op tekorten bestaat, door de bezuiniging van het Rijk op de nieuwe taken; begeleiding, jeugdzorg en participatie. De hoogte van het risico is becijferd op € 6,6 mln.in 2018. Voor begeleiding en jeugdzorg is het risico bepaald op € 5 mln.. In de najaarsnota is het risico aangepast tot € 3,7 mln. Deze aanpassing was gebaseerd op: -
-
Nieuwe cijfers over de integratie-uitkeringen die worden ontvangen voor de nieuwe taken. De cumulatieve korting kwam volgens de septembercirculaire uit op € 1,65 mln. In plaats van € 2,88 mln. Verder is er geconstateerd dat er taken worden uitgevoerd door Voormekaar die niet bekostigd worden uit de integratie-uitkering maar door de uitkering uit het gemeentefonds. De bekostiging van voorzieningen op het gebied van Vervoer, rolstoelen en woningaanpassingen zijn eerder al overgeheveld naar de algemene uitkering uit het gemeentefonds. Het zou daarmee ook niet terecht zijn deze kosten mee te nemen in de taakstelling om de nieuwe taken te bekostigen uit de integratie-uitkeringen die daarvoor beschikbaar komen.
Over het voorgaande is een aparte notitie opgesteld die ter kennisname naar de raad is gestuurd en op 8 december 2015 als ingekomen stuk op de raadsagenda heeft gestaan. Met deze aanpassingen uit de najaarsnota 2015, wordt het risico dat we niet uitkomen met de middelen van het Rijk becijferd op € 3,7 miljoen. Het gaat daarbij om de onderdelen WMO, begeleiding en Jeugdzorg.
4.3 De verdere ontwikkeling van de integratie-uitkeringen Op dit moment is de decembercirculaire 2015 de meest recente informatiebron voor de ontwikkeling van de integratie-uitkering sociaal domein. Op basis van de septembercirculaire mocht Berkelland
26
een uitkering verwachten van € 20.322.890. Met de decembercirculaire is dit bedrag aangepast naar € 20.646.117. Daarmee is € 323.227 extra beschikbaar. In de decembercirculaire 2015 is ook de ontwikkeling van de integratie-uitkeringen opgenomen voor de jaren na 2016. Achtereenvolgens is het totaal van de onderdelen begeleiding, Jeugdzorg en wmo “oud” als volgt: 2015 opmaak begroting
€ 21.169.000
2015 septembercirculaire
€ 20.322.890
2015 decembercirculaire
€ 20.646.117
2016
€ 19.381.685
2017
€ 19.195.207
2018
€ 18.965.077
In de vorige paragraaf is gesteld dat de meerjarige ontwikkeling van de integratie-uitkeringen een voordelig effect heeft gehad op het risico op tekorten. De ontwikkeling van de integratie-uitkering van het begin van 2015 naar de stand eind 2015 bij de opmaak van de jaarrekening, lijkt daarmee in tegenspraak. De verlaging in de loop van 2015 is echter vooral het gevolg van de overheveling van de Wet Langdurige zorg (WLz) naar de zorgkantoren. Tegenover een lagere integratie-uitkering staan lagere kosten voor jeugdzorg. Dit komt ook terug bij de behandeling van het uiteindelijke resultaat op jeugdzorg over 2015.
4.3 Voortgang begrotingsjaar 2015 Voormekaar voert de nieuwe taken op het gebied van begeleiding en jeugdzorg uit. Het zou dan ook een logische constatering zijn dat de begroting bij aanvang van 2015 zowel voor de baten als de lasten een omvang zou hebben van € 21.169.000. Een deel van de taken van Voormekaar bestaat echter uit het leveren van voorzieningen die ook voor 2015 al de verantwoordelijkheid van de gemeente waren. Het gaat daarbij om woningaanpassingen, vervoersvoorzieningen, rolstoelen en Huishoudelijke Hulp. Voor het bieden van deze voorzieningen ontvangt de gemeente een aparte integratie-uitkering. Deze uitkering is met de transitie gekort van € 5,2 mln. naar € 3,7 mln. De korting op deze integratie-uitkering maakt onderdeel uit van de bezuiniging die door het Rijk op het gebied van zorg zijn doorgevoerd. Deze bezuiniging is daarom opgenomen in de afspraak uit het coalitieakkoord dat in 2018 de nieuwe taken bekostigd moeten worden uit de middelen die daarvoor door het Rijk beschikbaar worden gesteld. Van de “oude” taken hebben we historische informatie wat betreft het lastenniveau. De begroting 2015 van Voormekaar is daarom deels gebaseerd op deze historische gegevens. Voor de nieuwe taken op het gebied van begeleiding en jeugdzorg zijn de beschikbaar gestelde middelen door het Rijk als uitgangspunt gehanteerd. De middelen die door het Rijk beschikbaar zijn gesteld voor de “oude” taken waren, zeker na de eerdergenoemde korting, niet meer afdoende om de lasten te dekken. In de begroting voor de uitvoering van de Wmo en Jeugdwet door Voormekaar zijn daarmee, naast de beschikbaar gestelde integratie-uitkeringen, ook algemene middelen (afkomstig uit het gemeentefonds) van Berkelland opgenomen als dekking. In grote lijnen is de dekking van voor de uitvoering van de Wmo en Jeugdwet door Voormekaar als volgt opgebouwd:
27
-
Integratie-uitkering sociaal domein (op basis van de destijds geldende circulaire)
€ 21.169.000
-
Inbreng gemeente Berkelland uit algemene middelen (afkomstig uit het gemeentefonds) Inbreng maatschappelijk werk Overige posten
€ 2.477.000
-
Begrotingstotaal
€ €
250.000 19.000
€ 23.915.000
Op basis van het voorgaande zou de conclusie kunnen zijn dat de taakstelling om de taken met de beschikbare middelen moet worden uitgevoerd, in ieder geval bestaan uit de gemeentelijke inbreng van € 2.477.000. In een aparte notitie is deze taakstelling teruggebracht tot € 882.000. Dit omdat de dekking van de kosten voor woningaanpassingen, rolstoelen en vervoer, in eerdere instantie al zijn overgeheveld naar de algemene uitkering. De constatering dat deze lasten uit de integratie-uitkering gedekt moeten worden is dan niet juist en zou leiden tot een bezuiniging naast de taakstelling genoemd in het coalitieakkoord. De realisatiecijfers 2015 Het hele begrotingsjaar 2015 heeft zich gekenmerkt door achterstand in de realisatie. Het heeft erg lang geduurd voordat we facturen binnenkregen. Daarna heeft de verwerking van de facturen ook de nodige voeten in aarde gehad. In de afgelopen maanden hebben we een inhaalslag gemaakt.
Totaal financieel overzicht Wmo, Begeleiding en Jeugdzorg Begroting A
Uitvoeringskosten Voormekaar
B
WTCG en CER
C
realisatie 31-12-2015 Saldo
3.226.000
3.511.000,00
-285.000
675.000
0
675.000
Vervoer en rolstoelvoorzieningen
1.170.000
859.000
311.000
D
Huishoudelijke Hulp
3.325.000
3.223.000
102.000
E
Mantelzorgcompliment
211.000
67.000
144.000
F
Zorg in natura Begeleiding
1.947.000
2.198.000
-251.000
G
Bureau jeugdzorg
525.000
549.000
-24.000
H
Stelpost Jeugd
426.000
0
426.000
I
Zorg in Natura Jeugd
7.800.000
6.960.000
840.000
J
Persoonsgebonden budget
4.000.000
3.138.000
862.000
K
Eigen bijdrage
-820.000
-861.000
41.000
L
Resultaat najaarsnota
Totaal
1
1
1.430.000
0 1.430.000
23.915.000
19.644.000 4.271.000
Het college is voornemens uw raad voor te stellen dit budget (deels) over te hevelen naar de SDOA; zie toelichting.
28
Het resultaat voor de uitvoering van de Wmo en Jeugdwet door Voormekaar is verrassend positief met een saldo van bijna € 4,3 mln. Een deel daarvan is al aangekondigd in de najaarsnota 2015 (€ 1.43 mln). In de periode daarna is meer zekerheid gekregen over de andere begrotingsonderdelen. Hieronder volgt een toelichting op de resultaten per onderdeel: A
Uitvoeringskosten
De uitvoeringskosten voor de nieuwe taken worden in principe gedekt door de integratie-uitkering van het Rijk. Er is echter geen richtlijn meegegeven welk deel van de uitkering voor uitvoering gereserveerd is. Met het oog op de risico’s van tekorten is er voor gekozen een beperkt bedrag te reserveren voor uitvoering, te weten 2% van het budget voor begeleiding en 3,75% van het budget voor jeugdzorg. Daarnaast zijn de lasten van de bestaande WMO organisatie (voor 1 januari 2015) als raming voor uitvoeringskosten opgenomen. Dit bedrag is te becijferen op € 1.6 mln.; het gaat daarbij om directe loonkosten en toegerekende overhead. In de najaarsnota 2015 is aanvullend € 250.000 beschikbaar gesteld voor kosten van de bezwaarschriftenprocedures door het stoppen van de Huishoudelijke Hulp. Uiteindelijke is er een overschrijding ontstaan op het gebied van de uitvoering van € 285.000. Deze overschrijding bestaat vooral uit inhuur van personeel van derden B
WTCG en CER
Het voormalige budget voor de uitvoering van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten zijn ontschot toegevoegd aan de integratie-uitkering sociaal domein. In het 3D beleidskader 2015-2016 is bepaald om dit budget aan te wenden voor maatwerk en de collectieve zorgverzekering van Menzis. De collectieve zorgverzekering van Menzis was ook vóór de decentralisaties al een voorziening in het kader van het minimabeleid. Kosten per jaar: € 27.000,-. Eind 2014 is er voor gekozen om de polis van Menzis uit te breiden en de inkomensgrens voor deelname te verhogen van 110% naar 130%. Bekostiging zou plaatsvinden vanuit de Wtcg en CER gelden (in 2015: € 55.000,-). In 2015 is er in totaal € 82.000,- uitgegeven aan de collectieve zorgverzekering van Menzis. Deze kosten zijn betaald door de SDOA uit de participatie middelen. Dit verklaart waarom er in de in bovenstaande tabel geen uitgaven zijn gerealiseerd met betrekking tot de Wtcg en CER. Het college zal zich inspannen, in de geest van de voormalige Wtcg en CER, het budget beter bij de doelgroep te laten landen; een voorstel daarvoor is in voorbereiding. In samenhang met dit voorstel overweegt het college uw raad voor te stellen het budget Wtcg en CER per 1 januari 2017 (deels) overhevelen van Wmo/Jeugd naar Participatie/SDOA. C
Voorzieningen WMO: Vervoer en rolstoelvoorzieningen
De uitgaven kennen een grillig verloop door de jaren heen, en zijn dit jaar uitzonderlijk laag. In het verleden zijn er beperkende maatregelen geweest, zoals het instellen van een vervoerspas. Daarnaast is de inkoop van rolstoelen opnieuw aanbesteed. E
Mantelzorgwaardering
De verstrekking van waarderingen heeft de nodige aanloopproblemen gekend. Dit heeft wellicht een beperkt gebruik opgeleverd. De verwachting is dat in 2016 het gebruik hoger zal zijn.
29
H
Stelpost jeugd
Deze post is aangehouden om eventuele overschrijdingen op het budget jeugdzorg te dekken. Tot nu toe is deze stelpost niet aangewend. I
Zorg in Natura Jeugd
Het grootste deel van het voordelige resultaat op jeugdzorg wordt verklaard door de overheveling van de WLz naar de zorgkantoren. De korting die voor deze overheveling op de integratie-uitkering is toegepast, bedraagt € 400.000. Toch is het opmerkelijk dat ondanks de bezuiniging door het Rijk er op de jeugdzorg sprake is van een positief saldo. K
Eigen bijdrage
De verwachting is dat de eigen bijdrage die de gemeente via het CAK ontvangt in de toekomst hoger ligt. Een en ander is afhankelijk van het correct en tijdig doorgeven van de geleverde zorg door zorgaanbieders aan het CAK. In de praktijk blijkt dit niet altijd goed te gaan met als gevolg dat inwoners (te laat) een stapelfactuur krijgen en de gemeente te weinig eigen bijdrage ontvangt. Deze problematiek heeft onze aandacht. In regionaal verband zijn aanbieders aangeschreven om correct en tijdig bij het CAK aan te leveren. J
PGB
Het meest opmerkelijke resultaat zien we op het budget Persoonsgebonden Budget. In eerste aanleg is rekening gehouden met uitgaven tot € 5,3 mln op basis van gegevens van het Rijk. In de loop van het jaar bleek, dat de daadwerkelijke toekenning van PGB aanzienlijk lager is. Het budget is daarna aangepast op € 4 mln. De voorlopige opgaaf van daadwerkelijke claims op PGB van de Sociale Verzekeringsbank komt uit op lasten tot € 3,14 mln. Mogelijke verklaringen voor deze daling in lasten zijn: -
L
Voorheen werd een PGB zonder meer overgemaakt. Nu moet een declaratie met bewijs van kosten ingediend worden voordat betaald wordt door de SVB. De eigen bijdrage is aanzienlijk gestegen. Het vermoeden is dat inwoners, die voorheen een PGB ontvingen, daar nu, door de eigen bijdrage, van afzien. Bij nieuwe aanvragen wordt in eerste instantie gekozen voor Zorg in natura. Wanneer dit geen oplossing biedt, wordt in tweede instantie pas naar een PGB als oplossing gekeken. Resultaat najaarsnota 2015
Zoals eerder aangehaald is een deel van het resultaat al benoemd in d e najaarsnota 2016. Het deel van de PGB (€ 1.23) is daarbij structureel en zal terugkomen in het onderdeel over het begrotingsjaar 2016. De aanpassingen door het effect van het stoppen met huishoudelijke Hulp en de kosten voor bezwaarschiften zijn incidenteel. In 2016 zal door het volledig beschikbaar stellen van Huishoudelijke Hulp weer opnieuw budget nodig blijken. In de bovenstaande cijfers is nog geen rekening gehouden met de effecten van de (boven-)regionale verevening voor jeugdzorg. Bij de vaststelling van het transitiearrangement voor de jeugdzorg is ook de afspraak gemaakt dat gemeenten met voordelen de nadeelgemeenten in de Achterhoek compenseren. Naar verwachting zal pas in het najaar van 2016 duidelijk worden of dit financieel gevolgen voor Berkelland heeft. Conclusies Ondanks de aangekondigde risico’s door de bezuinigingen is er sprake van een voordelig resultaat. 30
Op het gebied van begeleiding en Jeugdzorg zijn de middelen die beschikbaar zijn gekomen van het Rijk als basis gebruikt voor de raming van de uitgaven. Mochten de uitgaven ook in de toekomst op dit niveau blijven, dan is het risico op tekorten voor een groot deel afgewend. Ook landelijk is het beeld dat de gemeenten overhouden op begeleiding en jeugdzorg. In een artikel van de VNG van 8 april 2016 staat beschreven dat het merendeel van de gemeenten die op dit moment de cijfers presenteren, positieve financiële resultaten laten zien. Kanttekening is daarbij dat dit overwegend voorkomt op het gebied van begeleiding en in mindere mate op het gebied van jeugdzorg.
4.3 Het begrotingsjaar 2015 en de taakstelling In het coalitieakkoord is de afspraak opgenomen dat de nieuwe taken uitgevoerd worden in 2018 tegen de middelen die onze gemeente van het rijk ontvangt. Met de bovenstaande cijfers en de informatie uit de decembercirculaire 2015 kan de volgende opstelling gemaakt worden:
Totale lasten Voormekaar 2015
19.644.000
Baten Integratie-uitkering sociaal domein - begeleiding - jeugdzorg Integratie uitkering WMO "oud" Totaal Baten Saldo
6.413.000 10.460.000 3.773.000 20.646.000 -1.002.000
Correctie voor WMO oud Voorzieningen
- 665.000
Uitvoeringskosten
- 425.000
Correctie voor Maatschappelijk werk
- 196.000
Saldo na diverse correcties
-2.288.000
De opstelling laat zien dat de taakstelling die beoogd wordt voor 2018, ook in 2015 al is bereikt. In de voorjaarsnota 2016 zullen de structurele effecten van 2015 vertaald worden in wijzigingen van de ramingen. Met name de ramingen voor de PGB, WMO en Jeugdzorg zullen daarbij aan de orde komen.
31
4.4 Begroting 2016 Wanneer alle baten en lasten gelijk zouden blijven aan het begrotingsjaar 2015, zou blijvend voldaan zijn aan de afspraak in het coalitieakkoord. Er doen zich echter met zekerheid twee wijzigingen voor: 1 2
De integratie-uitkering sociaal domein en de integratie-uitkering WMO oud worden verder gekort. Ten opzichte van 2015 bedraagt de korting € 1.264.000 In 2015 is de Huishoudelijke Hulp gestopt. Later is dit besluit teruggedraaid. Dit heeft tot gevolg dat het voordeel van € 450.000 ook wordt teruggedraaid. Het financieel effect is naar verwachting € 450.000,-.
De taakstelling voor 2016 komt daarmee uit op: Resultaat 2015
€ 2.288.000 -/- (afgerond)
Effect korting Integratie-uitkeringen
€ 1.264.000
Doorzetten Huishoudelijke Hulp
€ 450.000
Taakstelling
€ 574.000 -/-
4.5 Consequentie ontwikkeling van de integratie-uitkeringen. Zoals ook in paragraaf 4.3 opgenomen volgt hieronder de ontwikkeling van de integratie-uitkeringen opgenomen voor de jaren na 2016: 2015 2016 2017 2018
€ 20.646.117 € 19.381.685 € 19.195.207 € 18.965.077
De cumulatieve korting 2018 ten opzichte van 2016 komt daarmee op bijna € 417.000. Het lijkt daarmee dat een groot deel van de kortingen door het rijk voor het onderdeel Voormekaar zijn opgevangen. Kanttekening is wel dat we behoedzaam moeten zijn met het trekken van conclusies op basis van één begrotingsjaar. Ook de manier waarop de realisatie van de cijfers van 2015 tot stand zijn gekomen geeft geen comfortabele situatie. Het zal ook in de komende jaren nodig zijn om de ontwikkelingen van de WMO, begeleiding en jeugdzorg nauwlettend te volgen, voordat definitieve conclusies over de haalbaarheid van de afspraak uit het coalitieakkoord vastgesteld kunnen worden.
32
Einde bijlage: 2016-06-09 - Bijlage 1 - de 3e voortgangsrapportage 3D Monitoringsplan
Terug naar het agendapunt
2016-06-09 - Raadsvoorblad - Berkelvisie 2015 (terug naar agendapunt)
De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####518764ab-f229-4b49-85d7-6db0d4f42f01#
Zaaknummer
: xx
Cie. Sociaal 09-06-2016 Raadsvergadering
agendapunt
Onderwerp
: Berkelvisie 2015
Collegevergadering Portefeuillehouder Meer informatie bij
: 10 mei 2016 agendapunt : M.H.H. van Haaren-Koopman : H.B. Scheeringa Telefoon
: Ingekomen stukken
: 7 : 0545-250 239
Ter kennisname
Waarom deze informatie? De Berkelvisie uit 2004 van de 3e Berkelcompagnie is geactualiseerd in 2015 en opgeleverd en gepresenteerd tijdens de Berkelconferentie in april 2015. U kunt kennis nemen van de inhoud
In te vullen door de griffie: Commissievergadering Afhandelingsvoorstel 0 voor kennisgeving aannemen 0 anders, nl.
Raadsvergadering 0 voor kennisgeving aannemen 0 anders, nl.
Einde bijlage: 2016-06-09 - Raadsvoorblad - Berkelvisie 2015
Terug naar het agendapunt
2016-06-09 - Bijlage 1 - BenW-advies - Berkelvisie 2015 (terug naar agendapunt)
De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####d97ca651-b0e6-4a93-ba17-101e4a0e598f#
Zaaknummer
:
Collegevergaderin g
:
Onderwerp
:
Berkelvisie 2015
Portefeuillehouder Meer informatie bij
: :
M.H.H. van Haaren-Koopman W. Scheeringa
Openbaar Raadsvergadering Afgestemd met
: : :
ja
Afd.hfd. agendapunt
:
tel:
:
0545-250 239
T.k.n.
M. Mellink
Te nemen besluit: Kennis nemen van de berkelvisie april 2015 van de stichting 3e berkelcompagnie
Waarom dit voorstel? In april vorig jaar is de berkelvisie geactualiseerd en gepresenteerd tijdens de berkelconferentie in april 2015. Het college heeft nog niet kennis genomen van de inhoud. Wat is het effect? Er is een verband tussen het berkeldalproces en de berkelvisie van de 3 e berkelcompagnie. Dat verband wordt duidelijk.
Gezien Secretaris J. Harmsen
Burgemeester drs. J.H.A. van Oostrum
Wethouder J.B. Boer
Wethouder J.A. Pot-Klumper
Wethouder R.P. HoytinkRoubos
Wethouder M.H.H. van HaarenKoopman
Akkoord Bespreken
Besluit ___________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________
Argumentatie/onderbouwing: De berkelvisie bouwt voort op de resultaten van de Berkelvisie uit 2004, en geeft een nieuwe richting aan de gezamenlijke ontwikkeling van het Berkelgebied. Uit de visie blijkt dat de Berkel ontwikkelpotentieel heeft op verschillende thema’s. Dat zijn: 1. de kracht van de Berkel De aanwezige en te ontwikkelen kwaliteiten van de Berkel dienen als basis voor de ontwikkeling van het Berkelgebied. Die kwaliteiten zijn verbinden, ontspannen en inspireren. 2. Toekomstige mogelijkheden Berkelgebied a. Cultuur en identiteitsgebied b. Vrijetijds- en ontspanningsgebied c. Handels- en energiegebied De Derde Berkelcompagnie is de opsteller van de Berkelvisie 2015. Maar de Berkelvisie is van iedereen die de Berkel een warm hart toedraagt. Samen met gebiedspartijen gaat de Derde Berkelcompagnie aan de slag om de visie in de praktijk te brengen. Haar taken hierbij zijn: • Opzetten grensoverschrijdende projecten met derden • Ondersteuning geven aan lokale partijen in het verwerven van subsidiegelden. • Monitoren voorgang • Betrokken partijen in het Berkelgebied samen brengen en contact met deze onderhouden • Opmerkzaam zijn voor goede projecten en deze verbreden • Projecten initiëren, begeleiden en ondersteunen • Uitschrijven van wedstrijden • Focus op presentatie Berkelgebied Het berkeldalproces is aan te merken als een volgende stap om ontwikkelingen langs de Berkel aan te zwengelen. Samen met stakeholders gaan we aan de slag om te bezien op welke thema’s energie zit, en welke projectideeën in en uit het gebied gezamenlijk opgepakt en uitgevoerd kunnen worden.
Kanttekeningen/risicoparagraaf geen Financiële paragraaf geen Informatie en communicatie (in-en extern) De raad is geïnformeerd over het berkeldalproces en we nemen de raad mee in het vervolgproces. Initiatief, participatie en rol gemeente Stakeholders in het gebied zijn op persoonlijke titel uitgenodigd om deel te nemen aan de werkconferentie. Planning en evaluatie Dit voorjaar vindt de conferentie plaats. Over de uitkomsten van het gezamenlijke proces zullen wij het college en raad nader informeren. Afhankelijk van de uitkomsten zal besluitvorming plaatsvinden.
2
2
Toelichting collegevoorstel Onderwerp
:
Berkelvisie 2015
In de eerste hoofdstukken is de visie uit 2004 geëvalueerd. Hieronder is beknopt hoofdstuk 4 van de berkelvisie weergegeven. 4.1 De visie voor de Berkel voor de komende tien jaar. Deze visie bouwt voort op de resultaten van de Berkelvisie uit 2004, en geeft een nieuwe richting aan de gezamenlijke ontwikkeling van het Berkelgebied. 4.2 Doelstelling De Berkelvisie 2015 met perspectief 2025 is een samenhangende, grensoverschrijdende ontwikkelingsvisie voor de Berkel en omgeving, met als doel om de identiteit van de Berkel en haar kwaliteiten te benutten. Het is een inspiratiekader voor inwoners, verenigingen, ondernemers, stichtingen, overheden en andere partijen om samen te werken aan de ontwikkeling van het Berkelgebied, waarbij de Berkel zelf een bron van inspiratie is. De Berkel – Het blauwe lint in het westelijke Münsterland / Achterhoek 4.3 De kracht van de Berkel De aanwezige en te ontwikkelen kwaliteiten van de Berkel dienen als basis voor de ontwikkeling van het Berkelgebied. 4.3.1 De Berkel verbindt De Berkel is het meanderende blauwe lint dat de mensen aan de Berkel van Billerbeck tot Zutphen verbindt. Zij is van oudsher de levensader van het gebied. Natuurontwikkeling is de afgelopen decennia meer centraal komen te staan. Deze ecologische en landschappelijke opwaardering leidt tot een verbetering van de toeristisch-recreatieve aantrekkelijkheid van het gehele Berkelgebied. 4.3.2 De Berkel ontspant De Berkel biedt de inwoners en bezoekers de mogelijkheid om te ontspannen. Aanvullend op het agrarische landschap heeft de natuurontwikkeling er aan bijgedragen dat een parklandschap is ontstaan, dat aantrekkelijk is voor een bezoek.. In de kernen is de Berkel deels al te beleven, en wordt met plannen in Zutphen, Eibergen, Stadtlohn en Coesfeld deze beleefbaarheid in de toekomst nog versterkt. 4.3.3 De Berkel inspireert De afgelopen tien jaar hebben bewezen dat de Berkel inspireert. Vele projecten op of langs de Berkel zijn uitgevoerd, ter versterking van de natuur-, cultuur- en recreatieve waarden. 4.4 Toekomst Berkelgebied De Berkel is een veelzijdige rivier. Bij de verdere ontwikkeling van de Berkel en het Berkelgebied biedt zij veel thematische kansen. 4.4.1 Cultuur en identiteitsgebied De Berkel heeft een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van het gebied. Cultuurhistorische elementen langs de Berkel herinneren aan deze rijke geschiedenis, van oude Berkelarmen, sluizen en watermolens tot verdedigingswerken, kastelen en herenhuizen. En wat niet meer te zien is, kan worden verteld. Er zijn verhalen genoeg. 4.4.2 Vrijetijds- en ontspanningsgebied De afwisseling van stad en land is een bijzondere kwaliteit van het Berkelgebied. Het toeristisch-recreatief aanbod is uitgebreid. Voor elke doelgroep is er wat te doen en beleven in het Berkelgebied. Elke kern langs de Berkel heeft een eigen karakter..
3
3
Naast de historische bezienswaardigheden wordt het toeristisch potentieel van het Berkelgebied voor een groot deel door de natuurwaarden bepaald. De natuur is een belevenis, waarvan het belangrijk is dat deze beleefbaar is, rust en onthaasten mogelijk maakt, avontuur biedt en nieuwe inzichten geeft. Kunst is een aanvulling op het natuurlijke en historische aanbod, waarbij ze dit aanbod versterkt, benadrukt of op zichzelf staand een belevenis biedt. Veelal zijn de aanbieders van toeristische activiteiten en verblijfsaccommodaties op zichzelf gericht. Er is bereidheid om samen te werken, maar dit komt in de praktijk niet of nauwelijks uit de verf. Om het Berkelgebied als toeristisch-recreatief product op de kaart te zetten, is meer samenwerking noodzakelijk. 4.4.3 Handels- en energiegebied De Berkel speelt een belangrijke rol bij de economische ontwikkeling van het gebied. De landbouwsector en voedselindustrie zijn belangrijke economische dragers van het gebied. Ook het aanbod van de culturele sector is deels direct met de thematiek van de Berkel verbonden. Het Berkelgebied heeft een eigen karakter. Deze waarden kunnen ingezet worden om de regio te promoten als woongebied. Energie is één van de nieuwe economische pijlers van het Berkelgebied. De Berkel kan ook een identiteit geven aan de producten en diensten van lokale ondernemers. Door de term ‘Berkel’ te voeren worden producten aan de streek gebonden en krijgen een eigen karakter. Belangrijk hierbij is dat het merk ‘Berkel’ een positief imago krijgt. Leidraad cultuur en identiteitsgebied: Lessen / ervaringen uit het verleden helpen om de toekomst aan de Berkel vorm te geven. Doelgroep Inwoners Eerste uitwerking Het verhaal maken Cultuurhistorische locaties beleefbaar maken Persoonlijke verhalen verzamelen en vertellen Oudheidkundige verenigingen betrekken Samenwerking schrijvers Het verhaal vertellen Centraal museum over de Berkel in Nederland en/of Duitsland Historie aanbieden langs routes GPS en QR-routes Informatieborden Het verhaal vertellen tijdens een tocht met de Berkelzomp en fluisterboot Culturele evenementen Historische markten Kostuumfeesten Educatie Excursie langs Berkel en zijn landschap Internationale uitwisseling en lessen Berkelverbondenheid uitdragen Streekgebonden ‘Berkel’-evenementen (bijvoorbeeld sportevenementen en markten)
4
4
Leidraad vrijetijds- en ontspanningsgebied Het vermarkten van de Berkel is integraal en internationaal op te pakken. De Berkel is een regionaal merk, dat binnen de Achterhoek en het westelijke Münsterland uitgedragen moet worden. Doelgroepen Toeristische ondernemers Toeristen Eerste uitwerking: Ontwikkeling toeristisch-recreatief product Het aanbod is al omvangrijk, maar het kan uiteraard versterkt worden Versterken huidige parels Nieuwe initiatieven de ruimte geven Ontwikkelen van een Berkel beeldmerk Voorbeeld ‘Die Badende’ Verbinden, van lokaal naar regionaal Verbinden rondom regionale thema’s Arrangementen ontwikkelen Digitaal platform opzetten waar De gast gebundeld het aanbod van het Berkelgebied kan vinden De ondernemers met elkaar in contact komen Jaarlijkse regiobijeenkomst Actuele thema’s bespreken en een jaarlijks regionaal thema kiezen en uitwerken Internationaal Verbinden rondom internationale thema’s Leren van elkaar Ontwikkelen nieuwe internationale producten en evenementen Leidraad handels- en energiegebied De Berkel bevordert door haar positieve imago de detailhandel en werkt het gebrek aan gekwalificeerd personeel tegen. Het Berkelgebied blijft, net zoals vroeger, een rol spelen bij energiewinning. Doelgroepen Ondernemers Inwoners Eerste uitwerking Ontwikkelen merknaam ‘Berkel’ Eén herkenbaar logo Samenwerkingsverband onder ondernemers Gebruik merknaam monitoren Merk in de markt zetten Alternatieve financiering van het landschap Invoeren Berkelmunt (complementaire munt) Bezoekers uitnodigen een bijdrage te leveren aan het behoud van bezienswaardigheden en landschap (visitor payback) Zakelijke Berkel-evenementen Ontwerpwedstrijden rondom het thema “openen van de binnenstad naar de Berkel”, waarbij de Berkel meer zichtbaar wordt in de kernen. Modeshow Het gezicht van de Berkel schoonheidswedstrijd Berkel inzetten voor verfraaiing winkelcentra 5
5
Versterken van de verblijfskwaliteit in de kernen door de Berkel zichtbaar/beleefbaar te maken. Bevorderen winkelaanbod Berkel als indirecte vestigingsfactor Bedrijven Behoud jongere generatie Gekwalificeerd personeel 4.5 Taken van de Derde Berkelcompagnie De Derde Berkelcompagnie is de opstellen van de Berkelvisie 2015. Maar de Berkelvisie is van iedereen die de Berkel een warm hart toedraagt. Samen met gebiedspartijen gaat de Derde Berkelcompagnie aan de slag om de visie in de praktijk te brengen. Haar taken hierbij zijn: Opzetten grensoverschrijdende projecten met derden Ondersteuning geven aan lokale partijen in het verwerven van subsidiegelden. Monitoren voorgang Betrokken partijen in het Berkelgebied samen brengen en contact met deze onderhouden Opmerkzaam zijn voor goede projecten en deze verbreden Projecten initiëren, begeleiden en ondersteunen Uitschrijven van wedstrijden Focus op presentatie Berkelgebied
6
6
Einde bijlage: 2016-06-09 - Bijlage 1 - BenW-advies - Berkelvisie 2015
Terug naar het agendapunt
2016-06-09 - Bijlage 2 - De Berkelvisie 2015 met perspectief 2025 (terug naar agendapunt)
De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####7f0e3b82-3dc7-4c8c-8cbc-eb51156ebfb4#
Berkelvisie 2015 met perspectief 2025 De Berkel – Het blauwe lint in het westelijke Münsterland / Achterhoek
Colofon Opdrachtgever Derde Berkelcompagnie Opdrachtnemers
Nederland B.V.
Auteurs Sjoerd Zegers Torben Schulte Datum: 16 april 2015 Kenmerk: 333995 / 24183
Inhoudsopgave Voorwoord Dankbetuiging Sponsoring 1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6
Inleiding Aanleiding Doelstelling Het Berkelgebied Ontwikkelingsperspectief voor de komende tien jaar Doelgroepen Leeswijzer
1 1 1 1 3 3 4
2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
De Berkel De rivier Het landschap Historie, cultuur en educatie Toerisme en ontspanning Berkelcompagnie
5 5 7 7 8 9
3 3.1 3.2 3.3 3.4
Berkelvisie sinds 2004 Beleef de contrasten van de Berkel – De Berkelvisie 2004 Berkelprojecten Ervaringen met de Berkelvisie 10 jaar Berkelvisie – een samenvatting
13 13 17 24 25
4 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 Bijlage
Berkelvisie 2015 met perspectief 2025 Inleiding Doelstelling De kracht van de Berkel Toekomst Berkelgebied Taken van de Derde Berkelcompagnie
27 27 27 27 28 34
Voorwoord De 3e Berkelcompagnie presenteerde in 2004 - in gedrukte vorm - voor het stroomgebied van de Berkel de eerste grensoverschrijdende ontwikkelingsvisie op het gebied van recreatie en toerisme. Ruim tien jaar later neemt U op digitale wijze kennis van de Berkelvisie 2025. Deze beide publicaties bestrijken een periode van meer dan twintig jaar waarin in het Berkelgebied, zowel in Duitsland als in Nederland, talrijke plannen zijn ontworpen en gerealiseerd. En nog meer plannen kunnen tot ontwikkeling en uitvoering komen als op het traject tussen Billerbeck en Zutphen de mouwen worden opgestroopt en de toekomst van de Berkel en zijn omgeving door overheidsinstanties, particuliere organisaties en burgers als een uitdaging wordt beschouwd. In deze eigentijdse visie wordt even achterom gekeken om te oogsten en wordt vervolgens een visie op de toekomst ontvouwd. Mensen hebben meer dan ooit behoefte zich ergens thuis te voelen en zich door hun omgeving te laten inspireren. Het stroomgebied van de Berkel biedt hiervoor een scala aan mogelijkheden en kansen. We handelen in de geest van Jan Ribbers, die over de Berkel naar zijn laatste rustplaats voer, als de Berkelvisie wordt gerealiseerd door middel van een jaarlijkse Berkelagenda. We zijn onze partners erkentelijk voor de financiële ondersteuning van dit project.
Met een visie voor de toekomst letterlijk en figuurlijk voor ogen leg ik na dertien jaar met vertrouwen het voorzitterschap van de 3e Berkelcompagnie neer. Het was een voorrecht om dit werk te mogen doen. De voorzitter van de 3e Berkelcompagnie, Nico Meerburg.
Dankbetuiging De Derde Berkelcompagnie en de betrokken bureaus willen bij deze graag de betrokken partijen in het Berkelgebied die hebben meegewerkt aan de Berkelvisie 2025 bedanken. Zonder de tijd en informatie van deze Nederlandse en Duitse partijen was het niet mogelijk geweest om deze visie op te stellen. Met name willen wij onderstaande partijen bedanken. Nederland Derde Berkelcompagnie Gemeente Zutphen Gemeente Lochem Gemeente Berkelland Provincie Gelderland Waterschap Rijn en IJssel Achterhoek Toerisme Deelnemers aan de ondernemersbijeenkomst
Duitsland Bezirksregierung Münster. Dez. 33 – ländliche Entwicklung/Bodenordnung Derde Berkelcompagnie Kreis Borken Kreis Coesfeld Stadt Billerbeck Stadt Coesfeld Stadt Gescher Stadt Stadtlohn Stadt Vreden Regionale 2016 Agentur GmbH, Velen Teilnehmergemeinschaft der Flurbereinigung Berkelaue I und II
Sponsoring Zonder de financiële ondersteuning van de volgende sponsoren was het niet mogelijk geweest om deze visie op te stellen. Hartelijk bedankt!
Derde Berkelcompagnie EUREGIO Gronau Rabobank Noord Oost Achterhoek Gemeente Zutphen Gemeente Lochem Gemeente Berkelland Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Rural Alliances Teilnehmergemeinschaft der Flurbereinigung Berkelaue I und II
1
Inleiding
1.1 Aanleiding De Derde Berkelcompagnie heeft ongeveer tien jaar geleden het initiatief genomen om de grensoverschrijdende Berkelvisie “Beleef de contrasten van de Berkel” op te stellen. Sindsdien zijn er diverse projecten dankzij deze visie opgestart en gerealiseerd. Nu is het tijd om de balans op te maken en te bekijken welk resultaten de visie heeft behaald.
1.2 Doelstelling De Berkelvisie 2015 met perspectief 2025 is een samenhangende, grensoverschrijdende ontwikkelingsvisie voor de Berkel en omgeving, met als doel om de identiteit van de Berkel en haar kwaliteiten te benutten. Het is een inspiratiekader voor inwoners, verenigingen, ondernemers, stichtingen, overheden en andere partijen om samen te werken aan de ontwikkeling van het Berkelgebied, waarbij de Berkel zelf een bron van inspiratie is.
Met het behaalde resultaat is het vervolgens niet de bedoeling van de Derde Berkelcompagnie om te stoppen, maar om de oude Berkelvisie te actualiseren voor de komende tien jaar, met de nieuwe Berkelvisie 2015 met perspectief 2025 als resultaat. Hiervoor is het van belang te bepalen waar de vorige visie heeft gefunctioneerd en waar deze heeft gefaald. Door de lessen uit het verleden mee te nemen in de nieuwe visie hoeft het wiel niet opnieuw uitgevonden te worden, en kan met geringe middelen een hoge meerwaarde gecreëerd worden.
De Berkel – Het blauwe lint in het westelijke Münsterland / Achterhoek De Berkelvisie is een informeel plan. Alleen door een vrijwillig besluit in de politieke gremia en/of door vrijwillige initiatieven zal zij tot uitvoering komen.
Met de nieuwe Berkelvisie bepaalt de Derde Berkelcompagnie haar koers voor de komende tien jaar. Daarbij is het belangrijk om de mogelijkheden voor de ontwikkeling van het Berkelgebied vanuit de Derde Berkelcompagnie te bepalen, waarbij efficiënt om moet worden gegaan met de beschikbare middelen.
1.3 Het Berkelgebied De Berkel ontspringt in Billerbeck. Zij stroomt vervolgens over een lengte van 115 kilometer door het Duitse en Nederlandse landschap, en mondt uiteindelijk uit in de IJssel bij Zutphen. De Berkel verschilt duidelijk qua verval tussen Duitse zijde en Nederlandse zijde. Het verval tussen Coesfeld en de Nederlands-Duitse grens (circa 45 kilometer) is ongeveer 50 meter, terwijl het verval vanaf de Nederlandse grens tot aan Zutphen over ongeveer dezelfde lengte maar 16 meter is.
1
2
De Berkelvisie 2015 is een visie voor de positieve ontwikkeling van de Berkel en omgeving, het zogenaamde Berkelgebied, voor minstens de komende tien jaar. Welk gebied bij de Berkel hoort is afhankelijk van het thema waarvoor het gebied gedefinieerd wordt. Immers, de invloed van de Berkel op zijn omgeving is niet voor alle thema´s hetzelfde. Bekijkt men de Berkel bijvoorbeeld vanuit waterbeheer, dan ligt het voor de hand het gebied af te bakenen op basis van het rivierstelsel. Een marketeer in de toeristische sector zal horecagelegenheden, verblijfsmogelijkheden evenals natuurbeleving en het winkelaanbod meenemen in zijn afbakening. Het Berkelgebied is per thema flexibel vorm te geven.
1.4 Ontwikkelingsperspectief voor de komende tien jaar De vraag is hoe lang een visie bruikbaar is in onze steeds versnellende samenleving. Processen moeten geïnitieerd, aangepast en bijgesteld worden. Ervaring leert dat projecten tijd nodig hebben om tot uitvoering te komen. Tegelijkertijd kan gezegd worden dat de oude Berkelvisie nu, na tien jaar, deels nog steeds actueel is. Een perspectief voor 10 jaar heeft het voordeel dat de periode te overzien is, waarbij trends en ontwikkelingen nog enigszins te voorspellen zijn, en tevens projecten voldoende tijd krijgen om ontwikkeld te worden.
Natuurlijk betekent dit niet dat het Berkelgebied oneindig groot is. Wordt elders in het land over de historische ontwikkeling van de Berkel gesproken, dan hoort die locatie nog niet tot het Berkelgebied. Ook het consumeren van Berkelproducten en het lezen van verhalen over de Berkel houdt niet in dat men zich in het Berkelgebied bevindt. Het gaat eerder om een afbakening van een gebied waar continue wordt ingezet op de ontwikkeling van het Berkel. Naast het uitdragen van het thema Berkel is de ontwikkeling en deelname aan Berkelactiviteiten een voorwaarde om tot het Berkelgebied gerekend te worden.
1.5 Doelgroepen De visie heeft als doel om een meerwaarde te bieden voor het Berkelgebied. Hierbij gaat het niet zozeer om een financiële meerwaarde, maar eerder om een kwalitatieve meerwaarde voor het gebied. Bijvoorbeeld de ervaringen die een recreant tijdens een kanotocht op de Berkel opdoet zijn niet te kwantificeren en zijn subjectief van aard. Tevens is het bijvoorbeeld moeilijk in te schatten in welke mate het aanbod aan vrijetijdsactiviteiten rond de Berkel een bijdrage leveren aan het behoud en verbeteren van het aanbod aan arbeidskrachten in het gebied. Tenslotte kan een aantrekkelijke omgeving mensen aanzetten tot beweging en zo de gezondheid bevorderen. De partijen in het Berkelgebied kunnen vanuit hun eigen perspectief het beste zelf beoordelen of er sprake is van een meerwaarde voor de ontwikkeling van het Berkelgebied.
Voor de Berkelvisie is een perspectief tot minimaal 2025 gepland.
Het Berkelgebied is een uitwerking per thema van het werkgebied, aan, met en over de Berkel.
De meerwaarde van de Berkelvisie wordt bepaald door de subjectieve inschatting van lokale partijen over het totaal aan positieve ontwikkelingen in het Berkelgebied
3
De visie richt zich niet alleen op betrokken partijen, maar op een ieder die wil meewerken aan de ontwikkeling van het Berkelgebied. De visie moet begrijpelijk zijn voor iedereen die er mee aan de slag wil. Ingewikkelde en langdradige teksten zijn niet gewenst. Het aanbieden van de Berkelvisie in twee talen is een voorwaarde. De doelgroep van de Berkelvisie zijn alle mensen die geïnteresseerd zijn in de Berkel of die mensen van wie de passie voor de Berkel nog aangewakkerd moet worden. 1.6 Leeswijzer In het tweede hoofdstuk is een korte beschrijving van de Berkel en omliggend gebied opgenomen. In het derde hoofdstuk komt de oude Berkelvisie aan de orde. Op basis van expertinterviews met sleutelpersonen zijn de resultaten van de oude Berkelvisie bepaald. In Nederland is tevens aanvullend een ondernemersbijeenkomst georganiseerd. Aan de hand van opmerkelijke projecten wordt de huidige situatie in het Berkelgebied beschreven. De succes- en faalfactoren van de oude Berkelvisie komen aan de orde. De redenen van succes worden geanalyseerd. In het vierde hoofdstuk wordt de Berkelvisie 2015 met perspectief 2025 beschreven. Deze bouwt voort op de oude Berkelvisie en de ontwikkelingen in het Berkelgebied in de afgelopen tien jaar. De ontwikkeling van het Berkelgebied wordt beschreven aan de hand van verschillende gebiedsperspectieven en thema’s. Leidraden en eerste uitwerkingen zijn een handreiking voor de realisatie van de visie.
4
2
De Berkel Afbeelding 1: Berkelstadt Coesfeld
2.1 De rivier De Berkel ontspringt in Billerbeck in de Baumbergen, en mondt uiteindelijk na in totaal 115 kilometer uit in de IJssel bij Zutphen. Zij is één van de weinig bewaard gebleven beken in het westelijke Münsterland en de Achterhoek. De beek wordt gaandeweg het stroomgebied tot een rivier, dankzij de watertoevoer van talrijke stromen. De Berkel meandert door het landschap, voor zover deze niet belemmerd wordt door hindernissen. Karakteristiek voor de Berkel aan Duitse zijde is de continue afwisseling tussen een agrarisch landschap en woongebieden. De Berkel volgt grotendeels nog de oorspronkelijke loop, met uitzondering daar waar de bebouwing tot aan de Berkeloever is doorgedrongen. Verder zijn alleen enkele voormalige grachten die deel uitmaakten van een verdedigingswerk nu als oude rivierarm aanwezig. In Nederland is de Berkel genormaliseerd en loopt de Berkel veelal om de kernen heen. Oude Berkelarmen herinneren aan de oorspronkelijke loop van de Berkel. Tussen Almen en Zutphen heeft de Berkel weer zijn oude meanderende karakter terug gekregen.
(Bron: eigen opname 29.03.2015)
5
6
2.2 Het landschap Het Berkelgebied wordt in vergelijking met andere regio’s gekenmerkt door een kleinschalig landschap. De woongebieden zijn veelal van dezelfde orde van grootte en liggen op een constante interval van ongeveer 10 tot 15 kilometer van elkaar langs en aan de Berkel. Buiten de kernen wordt het landschap getypeerd door agrarisch gebruik. Van dit landschap maakt de Berkel onlosmakelijk deel uit. Door de toenemende mechanisering en industrialisatie is de landbouw een uitdaging geworden voor de Berkel.
Tegelijkertijd is er een grote interesse vanuit natuurbescherming en waterbeheer om langs de Berkel een meer natuurlijke, extensieve vorm van agrarisch gebruik te realiseren. Enkele akkers zijn al succesvol als zodanig ontwikkeld. Het Berkelgebied cultuurlandschap.
wordt
gekenmerkt
door
een
kleinschalig
2.3 Historie, cultuur en educatie De Berkel was een belangrijke handelsweg voor het vervoer van kalk, zilverzand, hout, aardewerk, steen, turf, dakpannen, jenever en koloniale waren. In de 18e eeuw tot begin 19e eeuw kende de handelsweg zijn hoogtepunt. Terwijl de bevaarbaarheid aan Nederlandse zijde al redelijk op orde was in die tijd, bleef de uitbreiding aan Duitse zijde grotendeels achterwege. Dankzij de komst van de trein verloor de Berkel uiteindelijk zijn belang als handelsverbinding. Bedrijven hadden de Berkel niet meer nodig, ook niet voor de productie. Zij bleven wel aan de Berkel produceren, maar hadden geen functioneel verband meer met de rivier.
De afwisseling van een open landschap met akkers, weilanden en landschapselementen als hagen enerzijds en het besloten karakter in een deel van de kernen anderzijds is ook een kenmerk van de Berkel. Bossen zijn in het Berkelgebied, in vergelijking met andere regio’s, relatief kleinschalig. Ze zijn veelal beschermd of bestemd voor ontwikkeling. Aan het vergroten van het bosgebied en het met elkaar in verband brengen daarvan wordt hard gewerkt. Weilanden dienen in het gebied als begrazingsgebied, maar ook als uiterwaarde voor de Berkel of worden als zodanig in de komende tijd ontwikkeld.
Aan Duitse zijde werd de Berkel gebruikt voor het genereren van elektriciteit. Hiervoor hebben veel molens aan de Berkel gestaan, waarvan een deel nog steeds aanwezig is. Zij getuigen, naast andere historische gebouwen, van de culturele ontwikkeling van de Berkel. In sommige kernen zijn musea, waar de geschiedenis van de Berkel wordt verteld.
Akkers zijn gelegen in de voor de landbouw interessante gebieden. Zij worden dankzij de toenemende internationale concurrentie intensief gebruikt.
7
De elektriciteitsproductie is dankzij omvangrijke uitdagingen op het vlak van het milieu meer op de achtergrond geraakt. Het gebruik van het water zal waarschijnlijk nog verder terug gebracht worden. Andere vormen van energiewinning, zoals het gebruik van biomassa en windenergie, wint echter aan interesse in het Berkelgebied.
2.4 Toerisme en ontspanning Het educatieaanbod is steeds meer een geïntegreerd deel van het grensoverschrijdende toeristische aanbod. De Berkelfietsroute is hier een voorbeeld van, waar routegebonden recreatie hand in hand gaat met de educatie over de Berkel.
Kastelen, burchten, ruïnes en de stadscentra zijn historische elementen die wellicht niet altijd een directe relatie hebben met de Berkel, maar wel wezenlijk hebben bijgedragen aan de ontwikkeling van de regio en zijn inwoners.
Afbeelding 2: Berkel nabij Stadtlohn
Dankzij de vele natuurthema’s en herkenbare landschapsstructuren heeft de Berkel een aanzienlijk potentieel op het gebied van milieueducatie. De natuurbeschermingsgebieden van Europese betekenis (Natura 2000 gebieden), het cultuurlandschap en de steeds meer ontwikkelde toeristische sector bieden de randvoorwaarden voor het spelenderwijs ontdekken van natuurlijke verbanden in het landschap. De Bildungsberkel aan Duitse zijde biedt kinderen, jongeren en volwassenen de mogelijkheid om ongedwongen contact met de natuur te hebben. Het zelfstandig ontdekken, onderzoeken en experimenteren in de natuur wordt al aangeboden. De beschermingsgebieden aan Duitse zijde zijn echter slechts beperkt hiervoor te gebruiken, zodat men naar andere locaties moet uitwijken, zoals musea en andere bebouwde omgevingen. Hier wordt het thema water en daarmee de Berkel onder de aandacht gebracht. De Berkel wordt gekenmerkt door historische bouwwerken, met een geschiedenis die te ontdekken is. Er zijn voldoende raakvlakken in het gebied voor een aantrekkelijk aanbod op het vlak van milieueducatie.
(Bron: eigen opname 15.04.2015)
8
De Berkel kan het beste op het water beleefd worden. Het aanbod aan vaarroutes biedt aan Nederlandse zijde hiertoe perfect de mogelijkheid. Aan Duitse zijde is het alleen mogelijk om te kanoën in Vreden. Een uitbreiding van watergebonden recreatie in Duitsland stuit op Europese regelgeving op het gebied van natuurbescherming. Het uitbreiden van het recreatief medegebruik staat nog in de kinderschoenen, mede omdat partijen verschillende opvattingen hierover hebben.
Evenementen en festiviteiten met een link naar de Berkel worden in Duitsland steeds meer in samenwerking met de Stadsmarketing georganiseerd. Een gemeentegrensoverschrijdende aanpak wordt hierbij gemist, zodat het kan gebeuren dat Berkelevenementen met elkaar concurreren in plaats van elkaar aanvullen. Aan Nederlandse zijde zijn enkele jaren geleden het Achterhoeks Bureau voor Toerisme en de VVV Achterhoek weggevallen, met de daaraan verbonden VVV’s. Op lokaal gemeentelijk niveau is nieuwe invulling gegeven aan de toeristische informatievoorziening. Achterhoek Toerisme heeft de vermarkting van de Achterhoek als geheel overgenomen.
De Duitse Berkelgemeenten hechten veel waarde aan de uitstraling van de kernen en hebben hiervoor passende bouwvoorschriften. Een mooi straatbeeld is bevorderlijk voor de toeristische ontwikkeling. In een deel van de Duitse kernen verbergt de Berkel zich nog voor de inwoners, omdat zij is ingesloten door bebouwing. Er zijn diverse initiatieven om de Berkel in de kernen weer zichtbaar en beleefbaar te maken.
De Berkelevenementen spreken over het algemeen families of ouderen aan. De jongere doelgroep wordt minder goed bediend, terwijl deze door sportevenementen en concerten zeker meer interesse in de Berkel kan krijgen.
Dit geldt ook voor de Nederlandse kernen. Onder andere in Zutphen en Eibergen zijn er plannen om de Berkel beter te integreren in de kern en haar beter beleefbaar te maken. In Borculo zijn dergelijke plannen al succesvol uitgevoerd.
Het Berkeltoerisme wordt voornamelijk gekenmerkt door individuele initiatieven, die veelal een oudere doelgroep aanspreken.
Het horeca-aanbod is uitgebreid, maar ongelijk verdeeld over het Berkelgebied, zowel qua kwaliteit als doelgroep. Arrangementen zijn deels bestaand of in ontwikkeling, maar er is geen gezamenlijke aanpak ter vermarkting van het gehele Berkelgebied. Een eerste stap hiervoor is wellicht het beeldmerk Die Badende uit Billerbeck.
2.5 Berkelcompagnie De inspanningen om de Berkel te ontwikkelen vinden hun oorsprong in het bevaarbaar maken van de Berkel, destijds opgepakt door een samenwerkingsverband met de naam “Berkelcompagnie”.
9
2.5.1 Eerste Berkelcompagnie De eerste poging om de Berkel ook voor grotere schepen bevaarbaar te maken is uit het jaar 1591. De Berkel kon destijds al bevaren worden, echter de sluizen waren alleen door kleine schepen gemakkelijk te passeren. Uitbreidingsplannen werden in de volgende decennia opgesteld, die echter dankzij oorlogen en door veranderende politieke prioriteiten vastliepen.
In het jaar 1756 verenigde de inwoners van Zutphen zich opnieuw in wat de Tweede Berkelcompagnie werd. Doel was om de Berkel bevaarbaar te maken tot aan de landsgrens. Terwijl de ontwikkeling aan Nederlandse zijde goed verliep, investeerde in het Münsterland niemand in dit project. Bij het maken van de plannen werd contact opgenomen met Münster, om ook de uitbreiding aan Duitse zijde te bespreken. Ondanks financiële problemen is er aan Duitse zijde op dat moment veel interesse in deze uitbreiding. In 1771 besluit Münster om de scheepvaart tot aan Stadtlohn uit te breiden. In 1774 was het voor het eerst mogelijk voor een schip om Stadtlohn te bereiken.
Vanuit Zutphen werd in 1640 opnieuw een initiatief gestart om de Berkel beter bevaarbaar te maken. Plannen werden met Münster besproken. Die gesprekken liepen echter op niets uit, omdat men het niet eens kon worden over de aanpak. Zutphen ging uiteindelijk alleen over tot het oprichten van de Eerste Berkelcompagnie, in samenwerking met zijn inwoners. In 1643 was de compagnie een feit.
De opbrengsten waren opnieuw, mede dankzij oorlogen, onvoldoende, zodat het onderhoud aan de bouwwerken, en in het bijzonder de sluizen, maar mondjesmaat opgepakt werd. Dit had een negatief effect op de scheepvaart op de Berkel, zodat het tweede tijdperk van de Berkelcompagnie in 1786 eindigde.
De scheepvaart bracht echter slechts in beperkte mate een opbrengst, zodat de uitbreiding van de bevaarbaarheid tot Coesfeld ter discussie kwam te staan. In de daarop volgende jaren verminderde de Berkelscheepvaart, mede doordat in het westelijke Münsterland andere waterverbindingen de voorkeur kregen.
2.5.3 Derde Berkelcompagnie Stichting Derde Berkelcompagnie is in 2003 opgericht. Het doel van de compagnie is destijds geformuleerd als “het bevorderen van de toeristisch-economische situatie op en om de hele Berkel”. Zij richt zich op een breed scala aan onderwerpen die dienen ter bevordering van toerisme. Bijzonder noemenswaardig zijn de projecten kanoën, de historische Berkelscheepvaart in Nederland en de Berkel fietsroute.
2.5.2 Tweede Berkelcompagnie Het initiatief voor de Tweede Berkelcompagnie kwam wederom van Nederlandse zijde. In Zutphen werd het besluit genomen in 1752 tot het oprichten van een commissie die de opgave kreeg om de Berkelscheepvaart weer op te pakken. Bouwwerken die nog door de Eerste Berkelcompagnie waren gerealiseerd waren intussen vervallen of moesten aangepast worden. De lage waterstand maakte het onmogelijk om de Berkel te bevaren. Als oplossing werd een sluizensysteem ontwikkeld.
10
De Derde Berkelcompagnie heeft zichzelf de opgave gegeven om activiteiten langs de Berkel te begeleiden. Ze kijkt met een andere blik naar de Berkelontwikkeling en denkt mee over alle thema’s in de context van de Berkel. Zij legt een nadruk op historische en culturele ontwikkeling, alsmede de economische ontwikkeling van het gebied, iets waar ook al haar voorgangers mee bezig waren. Haar centrale opgave is het samen brengen van partijen aan de Berkel. Zij geven dit onder andere vorm door het regelmatig organiseren van evenementen, met de Berkelconferentie als belangrijkste netwerkbijeenkomst. De stichting signaleert ideeën en trends langs de Berkel en beoordeeld deze. Hierbij heeft zij met name een taak om particuliere initiatieven onder de aandacht te brengen bij overheden en te helpen bij het zoeken van financiering, bijvoorbeeld door kennis op het gebied van subsidies te delen. Door middel van de Berkelvisie geeft de Berkelcompagnie richting aan de ontwikkeling van de Berkel en het Berkelgebied. De Berkelcompagnie bevordert al eeuwen lang grensoverschrijdende ontwikkeling van het Berkelgebied.
de
11
12
3
Berkelvisie sinds 2004
3.1
Beleef de contrasten van de Berkel – De Berkelvisie 2004 In deze paragraaf worden de belangrijkste onderdelen van de Berkelvisie 2004 beschreven. Voor een meer uitvoerige beschrijving van die visie, evenals een beschrijving van de sterke en zwakke punten van de Berkel en het omliggend gebied wordt verwezen naar het rapport uit 2004.
Afbeelding 3:Berkelvisie 2004
De kracht van de Berkel en het omliggend gebied zit in de afwisseling tussen stad en land, waarbij de kernen als het ware als een kettingsnoer aan elkaar geregen zijn. De Berkel stroomt door enkele kernen en laat zijn charme in elke stad anders zien. Buiten de kernen meandert de Berkel, ten minste voor een deel, door een gevarieerd landschap en maakt deel uit van een Europees beschermd natuurgebied. Terwijl de rivier op sommige locaties slechts op uitgekozen locaties beleefbaar is, bestaan in deze kernen grote potenties om de rivier en de kern dichter bij elkaar te brengen. De verblijfskwaliteit aan het water dient in deze stedelijke locaties ontwikkeld te worden.
(Bron: Derde Berkelcompagnie)
De visie “Beleef de contrasten van de Berkel” is uitgewerkt in drie thematische streefbeelden: I. IJsvogels terug aan de Berkel II. Het verhaal van de Berkel III. Beleef de Berkel
13
I. IJsvogel terug aan de Berkel De IJsvogel was het symbool voor de natuurontwikkeling en de ontwikkeling van een gevarieerd landschap aan de Berkel. Terwijl de Berkel aan Duitse zijde al in 2004 natuurlijker is dan veel andere rivieren in het Münsterland, dankzij de aanwijzing als natuurbeschermingsgebied en Natura-2000-gebied alsmede het uitblijven van aanpassingen om de scheepvaart mogelijk te maken, is de Berkel aan Nederlandse zijde sterk door mensen vorm gegeven, waardoor zij haar natuurlijke karakter deels verloren heeft.
In beide landen werden in de afgelopen jaren vele initiatieven en projecten opgezet, om de Berkel en haar omgeving natuurlijker in te richten en voor meer activiteiten te gebruiken. Voorbeelden hiervan zijn de hermeandering van de Berkel tussen Zutphen en Almen en het Berkelpark in Zutphen. In het kader van het Gewässerauenprogramm NRW mit der „Berkel“ en de ruilverkaveling Berkelaue I, II en III heeft men aan Duitse zijde maatregelen genomen om beschermingsdoelstellingen te bereiken. Daarbij zijn doelstellingen uit de EU-waterrichtlijn verwerkt en enkele compensatiemaatregelen in relatie tot bouwplannen opgenomen. De Berkel is bijna volledig opgenomen als Natura-2000-gebied en blijft daardoor aan Duitse zijde op plekken verborgen voor de inwoners. In het kader van het project grenzeloze Natuurbeleving werden ook natuurbeschermingsgebieden langs de Berkel ecologisch opgewaardeerd en is het landschapsbeeld verbeterd. De doelstellingen van dit project zijn in twee talen beschreven, om de acceptatie voor het project bij de bevolking te verhogen.
Afbeelding 4: Symbool - IJsvogel
Door de versterking van de natuurwaarden in het gehele stroomgebied van de Berkel is het gebied aantrekkelijker geworden, zeker ook voor toeristen. In het bijzonder profiteert bijvoorbeeld de IJsvogel, die weer meer in de natuurgebieden wordt aangetroffen. De verwildering biedt ook kansen voor een voorzichtige, met de natuurontwikkelingsdoelstellingen af te stemmen, ontwikkeling van mogelijkheden voor vrijetijdsbesteding en toerisme. Zowel de natuurlijke als antropogene diversiteit zorgen voor een afwisselend gebied. Een landschap waar bij elke bocht in de rivier iets nieuws te beleven is, is een goede basis voor de ontwikkeling van een doelgroepgericht vrijetijds- en toeristisch aanbod, alsmede een mooie omgeving voor evenementen.
(Bron: Wikimedia. 2015)
14
Afbeelding 5: Voorbeeld historisch gebouw Egberdings Mühle in Gescher
II. Het verhaal van de Berkel De rijke geschiedenis van het Berkelgebied komt terug in talrijke historische gebouwen. De Mallumse Molen, een oude watermolen met schipperscafé, is een goed voorbeeld van een geslaagde combinatie van toerisme en natuur. Als getuige van diverse ontwikkelingen op en langs de Berkel laat zij de geschiedenis herleven en versterkt de identiteit van de Berkel en het Berkelgebied. Het verleden geeft lessen voor de toekomst. Dit thema binnen de Berkelvisie heeft zijn uitwerking gekregen in enkele ontwikkelingsplannen, die op korte termijn tot uitvoering zullen komen. Voorbeelden hiervan zijn „Rivier in de Stad“ in Zutphen, „Beleef de Berkel“ in Eibergen, het cultuurhistorisch centrum in Vreden en het forum „Bildungsberkel“. Cultuurhistorie blijft ook in de toekomst onverminderd belangrijk voor de ontwikkeling van de Berkel. Het is één van de toonaangevende kwaliteiten van het gebied dat de inwoners verbindt en het gebied bijzonder maakt binnen het grotere verband van de Achterhoek / Münsterland. De thematische visie identificeert talrijke raakvlakken tussen inwoners en de Berkel, die uitgewerkt kunnen worden. Hiervoor is het belangrijk dat diverse cultuurhistorische bezienswaardigheden langs de Berkel verder ontwikkeld worden en voldoen aan de verwachtingen van de bezoeker. Met name bouwwerken met een historische achtergrond zijn interessant voor evenementen, die ook jongeren kunnen aanspreken. (Bron: Wikimedia. 2015)
15
III. Beleef de Berkel De kwaliteit van de Berkel is pas echt een kwaliteit als deze ook beleefbaar is. Het ontwikkelen van een aantrekkelijke en natuurlijke Berkel heeft alleen zin als je hier ook van kan en mag genieten. Met de ontwikkeling van de Berkelfietsroute, de wandelroute rond de bron in Billerbeck, het bieden van cultuurhistorische informatie langs de routes door informatieborden en interactieve middelen en andere ontwikkelingen is de laatste tien jaar invulling gegeven aan het versterken van de beleving.
Afbeelding 6: Zompen in Nederland
Een bijzondere mogelijkheid om de Berkel te beleven zijn de Berkelzompen van Almen tot Eibergen (de historische nagebouwde vrachtschepen) en de fluisterboot in Zutphen. Terwijl je op de Berkel vaart, vertelt de schipper over de geschiedenis van de Berkel. De afgelopen jaren heeft de historische Berkelzomp meer ruimte gekregen, door het realiseren van nieuwe bootshuizen en het verhogen van de bruggen in Borculo. Het toeristisch-recreatieve product moet meer met elkaar in verband gebracht worden. Hier is de afgelopen jaren door middel van promotiemiddelen deels invulling aan gegeven. Echter, ondernemers zoeken elkaar nog te weinig op, waardoor het product geen geheel vormt. Echter, juist het geheel aan activiteiten en voorzieningen heeft de potentie om de bezoeker geïnteresseerd te krijgen in het Berkelgebied. Ondernemers geven aan dat er genoeg te doen is voor toeristen in het Berkelgebied. Het is tijd om het als één product in de markt te zetten. (Bron: Wikimedia. 2015)
16
Activiteiten en evenementen op de Berkel en in het omliggend gebied zijn het lint, waarlangs duurzame contacten ontstaan. De inwoners en bezoekers van de regio moeten op de kwaliteiten van de Berkel geattendeerd worden. Gedeelde ervaringen met de Berkel creëren enthousiasme en laten het contact met de Berkel groeien. De positieve energie na een tocht op de Berkel moet vertaald kunnen worden in initiatieven die passen in een overkoepelende Berkelvisie. Alleen door dit soort positieve belevenissen kunnen passieve inwoners voor de Berkel gewonnen worden. Nieuwe Berkelcontacten ontstaan op die wijze, waarmee de basis aan initiatieven voor de Berkel zal verjongen en verbreden.
Inzet van initiatiefnemers en “anders denkenden” hebben geleid tot diverse unieke projecten. Op de komende pagina’s worden per gemeente aan Duitse en Nederlandse zijde hoogtepunten genoemd van tien jaar Berkelontwikkelingen. 3.2.1 Billerbeck – Berkelwandeling In Billerbeck heeft de vereniging “Berkelspaziergang e.V.” door een eigen initiatief een wandelpad langs de Berkel gerealiseerd. Dit pad werd vervolgens aangekleed met verschillende vormen van informatie en locaties die uitnodigen voor verblijf of activiteit. De vereniging wil naar eigen zeggen de Berkel als natuur- en cultuurgebied bij verschillende generaties onder de aandacht brengen. De rijkdom aan dier- en plantensoorten langs de Berkel en historische bijzonderheden worden hierbij als uitgangspunt genomen, om diverse elementen langs de route realiseren en een Duits-Nederlands informatiesysteem te creëren. (www.berkelspaziergang.de).
Als missende schakel in de parelketting is een gemeenschappelijk vrijetijds- en toeristisch concept noodzakelijk, waarin de cultuurhistorische waarden, aantrekkelijke kernen en de natuurwaarden benut worden en aan de man worden gebracht door middel van moderne communicatiemiddelen. 3.2 Berkelprojecten De Berkel is in de afgelopen jaren meer prominent geworden in de regio en verrast met haar uitgebreide thematiek, die voorheen alleen bekend was bij ingewijden.
Aantrekkelijke paden langs de Berkel worden gecreëerd in de kern, die zowel de ontspanning als ontmoeting als doel hebben en de natuur, geschiedenis en bezienswaardigheden beleefbaar maken en verbinden met elkaar.
Aan Duitse zijde hebben de overheidsopgaven, zoals de waterrichtlijn en compensatieregelingen, de ontwikkeling van de Berkel een impuls gegeven. Aan Nederlandse zijde gaan de initiatieven onder andere uit van het Waterschap Rijn en IJssel en de gemeenten.
Regelmatig georganiseerde Berkelevenementen benadrukken de rivier en de ruimte voor vrijetijd en brengt mensen samen.
17
3.2.2
Coesfeld – BerkelSTADT Coesfeld (Project van de Regionale 2016) Een bijzonder aansprekend Berkelproject vinden we in Coesfeld. Ecologische ontwikkeling, overstromingsgebied, stadsontwikkeling en regionaal verbinden van cultuurgebieden komen samen in het zogenaamde “integrierte Gewässerentwicklung”. Het plan verbetert niet alleen de zichtbaarheid van de Berkel op bepaalde punten in de stad, maar voorziet in een algemene verbetering van het straatbeeld van Coesfeld. De Berkel is hierbij het uithangbord en is een wezenlijk onderdeel van de strategie voor de detailhandel. Zij zorgt niet alleen voor een prettigere belevenis voor het winkelend publiek, doordat de Berkel op sommige plekken zichtbaar wordt, maar komt ook in beeldmerken terug om zo mensen tot een aankoop over te halen.
Afbeelding 7: Alfers Mühle in Gescher
(Bron: Wikimedia. 2015 )
De kunstmatig aangelegde Berkelverbindingen worden één voor één opgepakt voor natuurontwikkeling, om retentie- en natuurgebieden te creëren in het kader van een klimaat bestendige stad. Bij alle ontwikkelingen participeren de inwoners van Coesfeld, want alleen met een breed gedragen proces kunnen de complexe doelstellingen behaald worden. (www.coesfeld.de)
Afbeelding 8: Am Walkenbrückentor met de Berkelumflut
3.2.3 Gescher – Alfersmühle De waterenergiecentrale „Alfers Mühle“ in Gescher is een uitstekend voorbeeld van een compromis tussen de verschillende interesses, van energiewinning, interesses van vissers, vrijetijdsbeleving, bescherming van een monument tot natuurbescherming. Door middel van een vistrap met een gelijk blijvende stroomsnelheid kunnen vissen een hoogteverschil van 3 meter overbruggen. Deze stroom gaat ten koste van de hoeveelheid energie die opgewekt wordt, maar er wordt nog steeds voldoende energie gewonnen voor 50 huishoudens. (Bron: eigen opname 29.03.2015)
18
Afbeelding 9: Berkelmühle in Stadtlohn
3.2.4
Stadtlohn – Die Berkel! Leben mit dem Fluss (Project van de Regionale 2016) Ook in Stadtlohn kwam de bevolking een aantal jaar geleden in actie, met het doel de Berkel in de kern beleefbaar en toegankelijk te maken. De zogenaamde “Arbeitskreis Berkel” heeft samen met “SMSStadtMarketingStadtlohn e.V.” plannen ontworpen, hoe de stad zich open kan stellen voor de Berkel. De nabij gelegen binnenstad sterker te verbinden met het Berkelgebied is het doel van het plan. Verder was de aanpassing van de waterrichtlijn een reden om dit plan op te pakken. Het project „Die Berkel! Leben mit dem Fluss“ heeft als doel moderne en aantrekkelijke bouwwerken samen met de hoogwateropgave integraal op te pakken. Verder moeten goed toegankelijke en afwisselende verbindingen met het water gecreëerd worden, om enerzijds een aantrekkelijk verblijfsomgeving te maken, en anderzijds mensen met de Berkel in contact te brengen, te informeren en het gesprek tussen verschillende partijen op gang te brengen. (Regionale 2016. 2013. S. 5 ff.).
(Bron: Stadt Stadtlohn)
19
3.2.5
Vreden – Cultuurhistorisch centrum Westmünsterland (Project van de Regionale 2016) en omgeving
3.2.6 Berkelland De Gemeente Berkelland zet zich in om de Berkel dichterbij de mensen te brengen. In het kader van het project „Beleef de Berkel“ konden diverse projecten gerealiseerd worden.
De regio Borken en de stad Vreden willen met het Cultuurhistorisch centrum Westmünsterland een voorbeeldproject met regionale uitstraling ontwikkelen, dat ten gunste komt van het culturele totaalprofiel van de regio en de identiteit van de regio bevorderd. Door de locatie op geringe afstand van de Berkel en de verwijzing naar de geschiedenis van de Berkel is dit project als Berkelproject te zien. De omgeving van het cultuurhistorisch centrum wordt opgewaardeerd, waarbij de Berkel deel uitmaakt van het stadspark. Een aantrekkelijk lokaal ontspanningsgebied, met verblijfsfunctie nabij het Cultuurhistorisch centrum en de binnenstad.
In Borculo is het centrum opnieuw ingericht. Door aanpassing van de bestrating en de lantaarnpalen is een aantrekkelijk ogend centrum ontstaan, waarbij de Oude Berkel weer een nadrukkelijker onderdeel is geworden van het stadsbeeld. Door het verhogen van een aantal bruggen is het nu mogelijk om door Borculo te varen met de Berkelzomp. Het bij het gemeentehuis gelegen park is aangepakt en ontwikkeld tot Berkelpark, waar het leuk is voor inwoners en recreanten om te verblijven. Tevens is hier een jachthaven gerealiseerd. Voor de komende jaren staat het opwaarderen van een recreatieve verbinding vanuit de kern met recreatieterrein Hambroek op de planning.
Afbeelding 10: Cultuurhistorisch centrum
Met `Beleef de Berkel fase III‘ gaat de gemeente Berkelland aan de slag met de kern Eibergen. Het gemeentehuis is gesloopt, waardoor op deze locatie nieuwe mogelijkheden ontstaan voor ontwikkeling. De kern krijgt een groenere uitstraling door aanpassingen in het straatbeeld, wordt op natuurlijke wijze verbonden met de Berkel en zal door middel van recreatieve routes verbonden worden met recreatieve uitloopgebieden Park de Maat en de Mallumse Molen. In het plan is ook het herstel van de oorspronkelijke loop van de Berkel opgenomen. Voor Villa Smits wordt de komende tijd gezocht naar een passende maatschappelijke functie. Stichting Marke Mallum heeft een ontwikkelingsplan gemaakt voor het gebied rondom de Mallumse Molen, ter versterking van de natuur-, cultuurhistorische en toeristischrecreatieve waarden. (bron: Vreden. 2013 S. 1)
20
Afbeelding 11: Villa Smits in Eibergen
Met het initiatief Lochem 3.0 is een nieuwe organisatie gestart die onder andere zorgt voor promotie van ondernemerschap, toerisme en kunst en cultuur en een stimulans voor onderlinge samenwerking. Het is een samenwerkingsverband tussen Gemeente Lochem, de VVV en ondernemers. Tussen Zutphen en Almen heeft het Waterschap Rijn en IJssel de Berkel natuurvriendelijker ingericht. Door de rivier te hermeanderen, en tegelijkertijd aandacht te hebben voor onder andere recreatief gebruik, is een meerwaarde ontstaan voor zowel natuur, als inwoner en toerist. Een wandelpad langs de Berkel maakt de rivier hier optimaal beleefbaar. Het Waterschap gaat nu aan de slag met de Berkel tussen Almen en Lochem. Ook hier zal de rivier een natuurlijker karakter krijgen. Afbeelding 12: Projecten Afbeelding 12: Nieuwe stuw bij Lochem (bron: Tubantia)
3.2.7 Lochem De Berkel stroomt aan de noordzijde langs Lochem. Een aantal jaren geleden is de gemeente gestart met het project ‚Etalage naar de Toekomst‘, een project waarbij het gebied tussen de Berkel en Twentekanaal wordt herontwikkeld tot een aantrekkelijk woonwerkgebied. Onderdeel van het plan zijn natuurvriendelijke oevers, een wandelpromenade en een fietspad. Tevens zijn er twee bruggen over de Berkel aangelegd die de binnenstad met de `etalage` verbindt. Hiermee is aan de stadsrand rondom de Berkel een mooi recreatiegebied gecreëerd. De stad ligt weer aan de Berkel.
(bron: Waterschap Rijn en IJssel)
21
3.2.8 Zutphen Zutphen werkt aan het aantrekkelijker maken van de stad voor bewoners, recreanten, toeristen, winkeliers, horeca en andere ondernemers in het kader van het project `Rivier in de Stad`. Binnen dit plan is aandacht voor de Berkel, die als een groene verbinding door de stad stroomt. De IJsselkade wordt aangepakt, waarbij de monding van de Berkel, nu nog onzichtbaar, een prominente plek krijgt.
Afbeelding 13: Fluisterboot in Zutphen
Aan de stadsrand is recentelijk een nieuwe meander van de Berkel gerealiseerd, waar rondom het Berkelpark is aangelegd. Deze groene omgeving aan de stadsrand is aantrekkelijk voor recreanten en brengt een deel van het voormalige natuurlijke karakter van de Berkel terug. De fluisterboot, die vaart door het centrum, is de toeristische topattractie van Zutphen. Met een doorsteek in het Bongerdspad in 2009 zijn de vaarmogelijkheden voor de fluisterboot flink toegenomen. Deze kan hiermee ook over de Grote Gracht varen. (bron: Blogspot)
3.2.9 Grensoverschrijdende projecten De tot nu toe voorgestelde projecten waren verbonden aan een bepaalde gemeente. Deze hadden geen grensoverschreidend karakter. De nu volgende projecten hebben dit karakter wel.
De gemeenschappelijke vermarkting van het rivierenlandschap en de koppeling met de Slinge, Aa en IJssel maken het project tot een uithangbord voor de vermarkting van de Berkel. De actieve beleving en het grensoverschrijdende karakter zijn de basiselementen van de route.
3.2.9.1 Berkelfietspad Het nieuwe Berkelfietspad tussen Billerbeck en Zutphen werd in 2011 geopend. Terwijl de route zeker nog deels dichterbij de Berkel kan gebracht worden, is het zeker een mijlpaal in de toeristische ontwikkeling van het Berkelgebied, dankzij het ononderbroken karakter van de route.
Het Berkelfietspad verbindt alle elementen van de Berkelvisie 2004, namelijk natuurbeleving, cultuurhistorie en activiteiten langs de Berkel. Dit project wordt door vele betrokken partijen als voorbeeldproject genoemd.
22
Het Berkelfietspad is goed ontvangen door de gebruikers. Desalniettemin kan het pad in de toekomst nog dichter bij de Berkel gebracht worden, en met uitkijkpunten, kijkvensters, rustpunten en ontmoetingspunten aan attractiviteit winnen. Verder mist in enkele kernen nog de aansluiting met het water.
De totaalvisie Flusslandschaf heeft het doel om alle betrokken partijen het werk en acties met en om het rivierenlandschap te vergemakkelijken. Ze dient als inspirerende leidraad en zet aan tot nadenken over een vernieuwende aanpak. Ze geeft betrokken partijen daarvoor instrumenten, hulp bij inventariseren en zet aan tot een gezamenlijke discussie.
3.2.9.2 “Gesamtperspektive Flusslandschaften” De Berkel is onderdeel van het Westmünsterland Parklandschap, dat door diverse wateren doorkruist wordt. In het spanningsveld van toenemende conflicterende belangen op het gebied vanuit natuurbescherming, hoogwaterbescherming, agrarische belangen, bouwprojecten, vrijetijd en toerisme, is het van belang om op zoek te gaan naar synergie en deze te benutten. (Regionale 2016 (2012) S. 1 ff.)
3.2.9.3 Forum Bildungsberkel (Project van de Regionale 2016) Visie van de Bildungsberkel is een interdisciplinair, generaties overstijgend en veelzijdige methode voor milieueducatie. Het doel van het Berkelforum is om de milieueducatie in het Berkelgebied te versterken (Regionale 2016. 2014 S. 1ff.). Meer informatie is te vinden op de volgende websites. www.ibp-ev.de www.sirksfelder-schule.de www.vhs-aktuellesforum.de www.bszwillbrock.de
Afbeelding 14: Projecten/Projectpartners van de Bildungsberkel
Onder andere is in een expert-workshop gediscussieerd welke rol de milieueducatie in de toekomst kan hebben en haar bijdrage in de ruimtelijke ontwikkeling en tevens welke processen hiervoor nodig zijn. Daarna moet door middel van samenwerking een synergie-effect ontstaan. Voor de grensoverschrijdende Berkelidentiteit is het van belang een gemeenschappelijk symbool en herkenningsteken te hebben. (Bron: Regionale 2016. 2014 S. 13)
23
Afbeelding 15: Berkelsymbool - Die Badende
3.3 Ervaringen met de Berkelvisie Aan Nederlandse en Duitse zijde zijn expertinterviews gevoerd met betrokken partijen. Tevens is aan Nederlandse zijde een ondernemersbijeenkomst georganiseerd. Doel van de gesprekken was onder andere om het effect van de Berkelvisie in de afgelopen tien jaar de bepalen. De resultaten van deze interviews zijn in deze paragraaf beknopt weergegeven in twee categorieën, namelijk successen en faalfactoren 3.3.1
(Bron: Regionale 2016. 2014 S. 1)
24
Successen De Berkelvisie heeft ertoe bijgedragen dat ideeën succesvol zijn uitgevoerd. De visie is een instrument voor een continue aanpak van de Berkelontwikkeling. De Berkelvisie 2004 wordt in vakkringen gewaardeerd en gebruikt. De redenen hiervoor zijn de competenties van de gesprekspartners en de bureaus die de visie hebben opgesteld. Verschillende projecten (zoals bijvoorbeeld Raumperspektiven Zukunftsland, LOP Zutphen, Visie Buitengebied Berkelland), concepten en programma’s hebben de visie verwerkt in hun eigen aanpak, alhoewel dit niet altijd op het eerste oog zichtbaar is. In de eerste jaren was de Berkelvisie bekend bij de politiek en samenleving. Gaandeweg de tijd is de visie minder gehanteerd. Alleen het bestaan van de Berkelvisie was in sommige gevallen genoeg om particuliere initiatieven van de grond te krijgen en te realiseren. De Berkel is de laatste jaren steeds meer betrokken bij ontwikkelingen in het Berkelgebied en heeft zodoende steeds meer een plaats gekregen in het algemene bewustzijn van de
samenleving. Als successen zijn diverse op zichzelf staande projecten te noemen, alsmede de grensoverschrijdende projecten die vanuit regionale programma’s ondersteund werden. De Berkelvisie heeft zeker bijgedragen aan de ontwikkeling van deze projecten, maar is veelal indirect betrokken geweest. Belangrijk voor het slagen van de Berkelvisie is het aanjagen vanuit de Derde Berkelcompagnie geweest. De Derde Berkelcompagnie brengt partijen (inwoners en overheden) bijeen, om over de Berkel met elkaar van gedachte te wisselen en projecten onder de aandacht te brengen en op te pakken. Het grensoverschrijdende karakter tussen gemeenten en landen enerzijds en tussen generaties anderzijds wordt onderstreept, hoewel voor de doelgroep jeugd zeker nog potentie voor verbetering is. De Derde Berkelcompagnie voert zelf geen projecten uit, maar ondersteunt de realisatie van de Berkelvisie. Hierbij is zij een partij die mogelijkheden creëert voor andere partijen en partijen bij elkaar brengt. Als beste voorbeeld wordt door velen het fietspad langs de Berkel genoemd. Als bijzonder hoogtepunt wordt de twee-jaarlijkse Berkelconferentie genoemd. Hier ontmoeten belangrijke partijen uit het Berkelgebied elkaar, die vanuit verschillende perspectieven bij de Berkel betrokken zijn. Trends en toekomstthema’s worden voorbereid en beslissingen worden genomen voor de ontwikkeling van het Berkelgebied.
3.3.2
Faalfactoren De Berkelvisie 2004 kon in de regio slechts beperkt een rol spelen, mede dankzij het gebrek aan acceptatie van visies in de samenleving, omdat men liever met concrete maatregelen aan de slag gaat. De Derde Berkelcompagnie is nog niet voldoende bekend bij alle partijen in het gebied. Het toetsingskader dat als aanvulling in de Berkelvisie is opgenomen, is in de praktijk niet gebruikt.
3.4 10 jaar Berkelvisie – een samenvatting De Berkelvisie heeft bij veel projecten op de achtergrond een rol gespeeld. Hij stuurt met onzichtbare hand bij, begeleidt de projecten, geeft moed, geeft houvast en geeft oplossingen door het geven van inspiratie. De Berkelvisie 2004 was nog maar bij enkele interviewpartners bekend. Hierbij ging het om mensen die al een langere tijd hun huidige functie uitvoeren. Beter in herinnering dan het Berkelvisiedocument zelf waren de door de Derde Berkelcompagnie georganiseerde Berkelconferenties. Daarbuiten werd het project Berkelfietspad onlosmakelijk verbonden met de Derde Berkelcompagnie. Actuele projecten zijn wellicht niet direct geïnitieerd door of dankzij de Berkelvisie, maar ze dragen wel het gedachtengoed van de visie uit om de beleefbaarheid van de Berkel te verbeteren. Hierbij zijn te noemen:
25
Afbeelding 16: Berkelstadt Coesfeld
De kernen met de Berkel verbinden, ter bevordering van de ruimtelijke kwaliteit, vrijetijds- en sportaanbod. De natuurdiversiteit aan de Berkel vergroten. De Berkelarmen ontwikkelen. De natuurbeleving op en langs de Berkel bevorderen De hoogwaterbescherming verbeteren Het gemeenschappelijk culturele erfgoed als “collectief geheugen” te thematiseren Locaties ontwikkelen voor educatie De identiteit van het Berkeldal versterken Grensoverschrijdende samenwerking bevorderen.
Tien jaar Berkelvisie samenvatting: het hoofdthema van de Berkelvisie is en blijft het vorm geven aan het grensoverschrijdende ontspannings- en vrijetijdsaanbod (toerisme) verbonden met de aantrekelijke natuurwaarden van het gebied.
(Bron: eigen opname 29.03.2015)
26
4
Berkelvisie 2015 met perspectief 2025
4.1 Inleiding In dit hoofdstuk presenteren wij de visie voor de Berkel voor de komende tien jaar. Deze visie bouwt voort op de resultaten van de Berkelvisie uit 2004, en geeft een nieuwe richting aan de gezamenlijke ontwikkeling van het Berkelgebied.
4.3.1 De Berkel verbindt De Berkel is het meanderende blauwe lint dat de mensen aan de Berkel van Billerbeck tot Zutphen verbindt. Zij is van oudsher de levensader van het gebied. Lange tijd heeft zij als handelsroute gediend. Dankzij de opkomst van de trein is het belang van de handel afgenomen, maar de Berkel blijft een bron voor water- en energiewinning. Oude molens tonen de eeuwen oude geschiedenis van het opwekken van waterenergie langs de Berkel. Natuurontwikkeling is de afgelopen decennia meer centraal komen te staan. Deze ecologische en landschappelijke opwaardering leidt tot een verbetering van de toeristisch-recreatieve aantrekkelijkheid van het gehele Berkelgebied. Door de eeuwen heen kenmerkt de Berkel het gebied en zijn gebruik en geeft de inwoners hiermee een eigen identiteit.
4.2 Doelstelling De Berkelvisie 2015 met perspectief 2025 is een samenhangende, grensoverschrijdende ontwikkelingsvisie voor de Berkel en omgeving, met als doel om de identiteit van de Berkel en haar kwaliteiten te benutten. Het is een inspiratiekader voor inwoners, verenigingen, ondernemers, stichtingen, overheden en andere partijen om samen te werken aan de ontwikkeling van het Berkelgebied, waarbij de Berkel zelf een bron van inspiratie is.
4.3.2 De Berkel ontspant De Berkel biedt de inwoners en bezoekers de mogelijkheid om te ontspannen. Aanvullend op het agrarische landschap heeft de natuurontwikkeling er aan bijgedragen dat een parklandschap is ontstaan, dat aantrekkelijk is voor een bezoek. Voor hobby’s in de natuur, zoals bijvoorbeeld vissen, wandelen, fietsen, paardrijden enzovoorts is het Berkelgebied, voor zover het niet gaat om een natuurbeschermingsgebied, ideaal geschikt. In de kernen is de Berkel deels al te beleven, en wordt met plannen in Zutphen, Eibergen, Stadtlohn en Coesfeld deze beleefbaarheid in de toekomst nog versterkt.
De Berkel – Het blauwe lint in het westelijke Münsterland / Achterhoek 4.3 De kracht van de Berkel De aanwezige en te ontwikkelen kwaliteiten van de Berkel dienen als basis voor de ontwikkeling van het Berkelgebied.
27
4.3.3 De Berkel inspireert De afgelopen tien jaar hebben bewezen dat de Berkel inspireert. Vele projecten op of langs de Berkel zijn uitgevoerd, ter versterking van de natuur-, cultuur- en recreatieve waarden. De Berkel is de afgelopen 10 jaar aantrekkelijker geworden, niet alleen voor de eigen inwoners, maar zeker ook voor bezoekers van buitenaf.
Maar de Berkel zelf vertelt zelf ook een verhaal. Het is een rivier met vele gezichten, taken en een boeiend verleden. Van kleine beek naar brede rivier, de rol in de waterberging en natuurontwikkeling en de historie van het aanpassen van de rivier door ing. C. Lely. Er is voldoende te vertellen over de Berkel.
4.4 Toekomst Berkelgebied De Berkel is een veelzijdige rivier. Bij de verdere ontwikkeling van de Berkel en het Berkelgebied biedt zij veel thematische kansen. Welk gebied bij de Berkel hoort is afhankelijk van het thema waarvoor het gebied gedefinieerd wordt. Vanuit de evaluatie zijn de volgende ontwikkelingsgebieden te definiëren.
Religie speelt een belangrijke rol in enkele plaatsen aan de bron van de Berkel. Ludger overleed in 809 in Billerbeck. Hierdoor groeide Billerbeck uit tot bedevaartsoord. Coesfeld is bekend door het Coesfelder Kreuz, dat een splinter van het kruis van Jesus zou bevatten. De Berkel stroomt door een gebied dat gekenmerkt wordt door landbouw. Al van oudsher is landbouw beeldbepalend voor het gebied. Ook tegenwoordig is landbouw en de voedselindustrie belangrijk voor het gebied. Op kleinschalig niveau profileert de regio zich met lokale streekproducten, zoals kaas, zuivel, vlees en streekeigen dranken. Er zijn tevens diverse grootschalige bedrijven in de voedselindustrie in de regio werkzaam, zoals Friesland Campina.
4.4.1 Cultuur en identiteitsgebied De Berkel heeft een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van het gebied. Cultuurhistorische elementen langs de Berkel herinneren aan deze rijke geschiedenis, van oude Berkelarmen, sluizen en watermolens tot verdedigingswerken, kastelen en herenhuizen. En wat niet meer te zien is, kan worden verteld. Er zijn verhalen genoeg. Een voorbeeld van de rijke cultuur is de handelsgeschiedenis van de Berkel. Met de 1e Berkelcompagnie in de 17e eeuw en de 2e Berkelcompagnie in de 18e eeuw is aan de Berkelscheepvaart ontwikkeld. Het vervoer van kalk, zilverzand, hout, aardewerk, steen, turf, dakpannen, jenever en koloniale waren betekende een levendige handel over de Berkel. Een verhaal dat in het kinderboek ‘Berkelboot vermist’ van Evelien van Dort voor de jonge lezers indrukwekkend wordt verteld.
De cultuur van de regio verbindt. Zij geeft de inwoners een eigen identiteit en betrokkenheid. Voor gasten is de identiteit van een regio ook van groot belang. De eigenheid van een regio maakt de regio interessant. Hiervoor is het belangrijk dat ‘het verhaal’ bewaard blijft, verteld wordt en beleefbaar is.
28
Doelgroep Inwoners
Leidraad cultuur en identiteitsgebied: Lessen / ervaringen uit het verleden helpen om de toekomst aan de Berkel vorm te geven.
Eerste uitwerking Het verhaal maken Cultuurhistorische locaties beleefbaar maken Persoonlijke verhalen verzamelen en vertellen Oudheidkundige verenigingen betrekken Samenwerking schrijvers Het verhaal vertellen Centraal museum over de Berkel in Nederland en/of Duitsland Historie aanbieden langs routes GPS en QR-routes Informatieborden Het verhaal vertellen tijdens een tocht met de Berkelzomp en fluisterboot Culturele evenementen Historische markten Kostuumfeesten Educatie Excursie langs Berkel en zijn landschap Internationale uitwisseling en lessen Berkelverbondenheid uitdragen Streekgebonden ‘Berkel’-evenementen (bijvoorbeeld sportevenementen en markten)
29
4.4.2 Vrijetijds- en ontspanningsgebied De afwisseling van stad en land is een bijzondere kwaliteit van het Berkelgebied. Het toeristisch-recreatief aanbod is uitgebreid. Voor elke doelgroep is er wat te doen en beleven in het Berkelgebied.
Veelal zijn de aanbieders van toeristische activiteiten en verblijfsaccommodaties op zichzelf gericht. Er is bereidheid om samen te werken, maar dit komt in de praktijk niet of nauwelijks uit de verf. Om het Berkelgebied als toeristisch-recreatief product op de kaart te zetten, is meer samenwerking noodzakelijk. Ontwikkeling van het toeristisch-recreatieve product zal voornamelijk gericht moeten zijn op het koppelen van het bestaande aanbod en dit op een overzichtelijke en aantrekkelijke manier in de markt te zetten.
Elke kern langs de Berkel heeft een eigen karakter. Enkele kernen, zoals Zutphen en Vreden, hebben een meer stedelijk karakter, waar het leuk is om te winkelen. Kernen als Borculo en Billerbeck zijn kleinschalig en moeten het meer hebben van hun uitstraling. De cultuurhistorie van de streek is terug te vinden in musea en bij dagattracties als de Berkelzompen en fluisterboten.
Afbeelding 17: Berkelaue
Naast de historische bezienswaardigheden wordt het toeristisch potentieel van het Berkelgebied voor een groot deel door de natuurwaarden bepaald. De natuur is een belevenis, waarvan het belangrijk is dat deze beleefbaar is, rust en onthaasten mogelijk maakt, avontuur biedt en nieuwe inzichten geeft. De natuur dient voor toeristisch-recreatief medegebruik waar nodig geschikt te worden gemaakt. Kunst is een aanvulling op het natuurlijke en historische aanbod, waarbij ze dit aanbod versterkt, benadrukt of op zichzelf staand een belevenis biedt. Langs de Berkel zijn verschillende vormen van kunst te vinden. Die Badende staat op dit moment in Billerbeck bij de voormalige badplaats. Het is de bedoeling dat dit jaar ook de overige Duitse Berkelsteden een zelfde beeld krijgen. In Vreden is het “Skulpturenpark Eheleute Erning” als kunstelement in het groengebied aan de Berkel te bezichtigen. Verschillende initiatieven beogen een versterking van het kunstaanbod. (Bron: eigen opname 14.04.2015)
30
Doelgroepen Toeristische ondernemers Toeristen
Leidraad vrijetijds- en ontspanningsgebied Het vermarkten van de Berkel is integraal en internationaal op te pakken. De Berkel is een regionaal merk, dat binnen de Achterhoek en het westelijke Münsterland uitgedragen moet worden.
Eerste uitwerking: Ontwikkeling toeristisch-recreatief product Het aanbod is al omvangrijk, maar het kan uiteraard versterkt worden Versterken huidige parels Nieuwe initiatieven de ruimte geven Ontwikkelen van een Berkel beeldmerk Voorbeeld ‘Die Badende’ Verbinden, van lokaal naar regionaal Verbinden rondom regionale thema’s Arrangementen ontwikkelen Digitaal platform opzetten waar De gast gebundeld het aanbod van het Berkelgebied kan vinden De ondernemers met elkaar in contact komen Jaarlijkse regiobijeenkomst Actuele thema’s bespreken en een jaarlijks regionaal thema kiezen en uitwerken Internationaal Verbinden rondom internationale thema’s Leren van elkaar Ontwikkelen nieuwe internationale producten en evenementen
31
4.4.3 Handels- en energiegebied De Berkel speelt een belangrijke rol bij de economische ontwikkeling van het gebied. De Berkel en het landschap vormen de coulisse die toeristen en recreanten aanspreekt om een bezoek te brengen. De landbouwsector en voedselindustrie zijn belangrijke economische dragers van het gebied. Ook het aanbod van de culturele sector is deels direct met de thematiek van de Berkel verbonden.
Afbeelding 18: Mallumse Molen
De Berkel en zijn landschap spelen een rol bij de beleving van het gebied. De aanwezigheid van de rivier, de gekoppelde natuur, cultuur en recreatieve mogelijkheden, geven het Berkelgebied een eigen karakter. Deze waarden kunnen ingezet worden om de regio te promoten als woongebied. Door het realiseren van woningen aan het water wordt deze link expliciet gemaakt. Energiewinning is al eeuwen een belangrijke functie van de Berkel. De Mallumse Molen herinnert aan het verleden, maar ook vandaag de dag wordt nog steeds energie gewonnen. Energie is ook een belangrijk thema in het omliggend gebied. De productie van biomassa als groene vorm van energie neemt aan belang toe. Energie is één van de nieuwe economische pijlers van het Berkelgebied.
(bron: Stichting De Berkelzomp)
De Berkel kan ook een identiteit geven aan de producten en diensten van lokale ondernemers. Door de term ‘Berkel’ te voeren worden producten aan de streek gebonden en krijgen een eigen karakter. Belangrijk hierbij is dat het merk ‘Berkel’ een positief imago krijgt.
32
Leidraad handels- en energiegebied De Berkel bevordert door haar positieve imago de detailhandel en werkt het gebrek aan gekwalificeerd personeel tegen. Het Berkelgebied blijft, net zoals vroeger, een rol spelen bij energiewinning.
Doelgroepen Ondernemers Inwoners
Zakelijke Berkel-evenementen Ontwerpwedstrijden rondom het thema “openen van de binnenstad naar de Berkel”, waarbij de Berkel meer zichtbaar wordt in de kernen. Modeshow Het gezicht van de Berkel schoonheidswedstrijd
Eerste uitwerking Ontwikkelen merknaam ‘Berkel’ Eén herkenbaar logo Samenwerkingsverband onder ondernemers Gebruik merknaam monitoren Merk in de markt zetten
Berkel inzetten voor verfraaiing winkelcentra Versterken van de verblijfskwaliteit in de kernen door de Berkel zichtbaar/beleefbaar te maken. Bevorderen winkelaanbod
Alternatieve financiering van het landschap Invoeren Berkelmunt (complementaire munt) Bezoekers uitnodigen een bijdrage te leveren aan het behoud van bezienswaardigheden en landschap (visitor payback)
Berkel als indirecte vestigingsfactor Bedrijven Behoud jongere generatie Gekwalificeerd personeel
33
4.5
Taken van de Derde Berkelcompagnie
Leidraad Derde Berkelcompagnie De Derde Berkelcompagnie staat garant voor een gestage ontwikkeling van het Berkelgebied.
De Derde Berkelcompagnie is de opstellen van de Berkelvisie 2015. Maar de Berkelvisie is van iedereen die de Berkel een warm hart toedraagt. Samen met gebiedspartijen gaat de Derde Berkelcompagnie aan de slag om de visie in de praktijk te brengen. Haar taken hierbij zijn: Opzetten grensoverschrijdende projecten met derden Ondersteuning geven aan lokale partijen in het verwerven van subsidiegelden. Monitoren voorgang Betrokken partijen in het Berkelgebied samen brengen en contact met deze onderhouden Opmerkzaam zijn voor goede projecten en deze verbreden Projecten initiëren, begeleiden en ondersteunen Uitschrijven van wedstrijden Focus op presentatie Berkelgebied
Afbeelding 19: Ot Oger
(Bron: eigen opname 15.04.2015)
34
Bijlage 1 Bronnen De Berkelvisie 2015 met perspectief 2025 is opgesteld in opdracht van de Derde Berkelcompagnie door adviesbureaus Grontmij en Schemmer – Wülfing- Otte. Gesprekken De adviseurs hebben diverse gesprekken gevoerd met gebiedspartijen zoals de gemeenten, waterschap Rijn en IJssel, Achterhoek Toerisme, Provincie Gelderland, Stadt Vreden, Stadt Stadtlohn, Stadt Gescher, Stadt Coesfeld, Stadt Billerbeck, Kreis Borken. Fachbereich Natur und Umwelt en Kreis Coesfeld, Fachbereich Umwelt. Literatuurstudie Mede op aangeven van de gesprekspartners, zijn beleidsstukken, nieuwsbrieven, rapporten en andere achtergrondinformatie geraadpleegd. Uit het boek “Die Berkelschiffahrt” van Hermannn Terhalle uit het 1990 is de beschrijving van de ontwikkeling van de Berkelcompagnie overgenomen. Ondernemersbijeenkomst Nederland Voor de Nederlandse ondernemers is een ondernemersbijeenkomst georganiseerd, mogelijk gemaakt door de Rabobank. Berkelvisie Samen met de Derde Berkelcompagnie is de Berkelvisie opgesteld.
35
36
Einde bijlage: 2016-06-09 - Bijlage 2 - De Berkelvisie 2015 met perspectief 2025
Terug naar het agendapunt
2016-06-09 - Bijlage 3 - Memo aan college en presidium over Berkeldalproces - Berkelvisie 2015 (terug naar agendapunt)
De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####32d389a9-817c-438c-9325-63dbf5a0b499#
MEMO
Aan
:
College en Presidium
Van
:
H.B. Scheeringa
Datum
:
07 april 2016
Onderwerp
:
Berkeldalproces
Zaaknummer
:
xxx
Graag wil ik u informeren over enkele vervolgstappen over het berkeldalproces. De aanleiding hiervoor is de volgende: Er ligt een toezegging aan de raad om gezamenlijk met de drie Berkelgemeenten een berkelbijeenkomst te houden om de geactualiseerde Berkelvisie van april 2015 van de 3e Berkelcompagnie te presenteren. De gemeente Lochem, Waterschap Rijn en IJssel, Stichting Achterhoek Toerisme, Stichting de 3e Berkelcompagnie, gemeente Zutphen, en gemeente Berkelland hebben de afgelopen tijd verkend op welke manier zij de samenwerking rondom de Berkel het beste gestalte kunnen geven. Daarom organiseren zij op 19 t/m 21 mei 2016 een Werkconferentie. De werkconferentie voor genodigden heeft als onderwerp de “Kracht van de Berkel, Stroom van energie: Berkel 2030”. De werkvorm Future Search is een unieke werkvorm waarbij deelnemers op persoonlijke titel zijn uitgenodigd. Gedurende drie dagen komen deelnemers tot een gezamenlijk gevoelde basis (common ground) over de toekomst van de Berkel. Als er raadsleden zijn die hier aan deel willen nemen, dan kunt u dat aangeven voor 19 april 2016. Waarom deze werkconferentie? We willen de krachten nog steviger bundelen. Daarvoor is het nodig om elkaar en elkaars agenda te kennen. Tijdens de werkconferentie starten we een gezamenlijke zoektocht naar een gedeeld toekomstbeeld voor het Berkeldal. Als resultaat formuleren we concrete acties waar we gezamenlijk de schouders onder kunnen zetten. Wie komen er? Er zullen ongeveer zestig professionele stakeholders uit het stroomgebied van de Berkel meedoen met diverse achtergronden (cultuur, overheden, recreatie en toerisme, bewoners en ondernemers, opleiders en studenten etc.), zodat we de zoektocht zo breed mogelijk kunnen inzetten. Deelnemers uit Berkelland komen onder andere uit Eibergen, Rekken, Borculo. Hoe delen we de belevenissen en resultaten? Het verloop van de conferentie en de opbrengst zijn te volgen op de website www.beleefdeberkel.nl en op de LinkedInpagina Future Search # Berkeldal.
Voorstel een gezamenlijke bijeenkomst met de raden van de gemeenten Zutphen, Lochem en Berkelland en met het Algemeen bestuur van het Waterschap Rijn en IJssel organiseren.
1
Deze bijeenkomst is een vervolg op de werkconferentie berkeldal. De opbrengst van de werkconferentie en het integraal toekomstbeeld voor de Berkel delen we met de totale raad. Wellicht is het een idee om een paar project ideeën te presenteren door de initiatiefnemers of door raadsleden die hebben deelgenomen aan de Future Search. Dit is afhankelijk van de ideeën die er leven in het gebied.
Verzoek Graag verzoek ik het presidium aan te geven of dit voorstel tegemoet komt aan de informatiebehoefte en welke inbreng de gemeenteraad hierin eventueel zou willen hebben.
Bijlage
Blog in ROmagazine, De kracht van de Berkel
2
Blog in ROmagazine, De kracht van de Berkel 7 april 2016 Tussen Zutphen en de Duitse grens stroomt een mooi riviertje: de Berkel. Je kunt er vissen en kanoën en er liggen talloze wandel- en fietspaden. Eeuwenlang kronkelde het water door het landschap, totdat de mens in de jaren zestig van de vorige eeuw dacht: we gaan hem rechttrekken, die stroom. Gelukkig kwamen we daar onlangs van terug en zochten we de oude loop van de rivier weer op. Nu meandert de Berkel weer op veel plaatsen. Ik moet daar vaak aan denken als ik met het waterschap om tafel zit. De heemraad (de bestuurder bij het waterschap) wil een plan maken voor de toekomst van de Berkel en heeft door dat de tijden veranderd zijn. “Ik ga niet zelf dat plan maken, maar ik wil een conferentie”, zegt ze, “waarbij zoveel mogelijk mensen en organisaties aanschuiven die bij de Berkel betrokken zijn. Met hen wil ik doorpraten over wat zij belangrijk vinden en welke bijdrage zij daar zelf aan willen leveren.” Dat was een duidelijke boodschap en hij was niet aan dovemansoren gericht. Eind mei gaan we met zo’n 70 mensen proberen scherp te krijgen wat de kracht van de Berkel is. Welke initiatieven spelen er nu in het gebied en kunnen we die stroomlijnen in een bepaalde, gewenste richting (zodat het bijdraagt aan een hoger doel)? Waar steken partners in de samenleving nu hun energie in? Hoe krijgen we een levendig Berkeldal? Dit soort vragen willen we gaan bespreken. Of we er met z’n allen ook een antwoord op gaan hebben, weet ik niet en dat maakt het eigenlijk wel spannend. Als de overheid niet alles meer zelf doet en als de samenleving steeds meer zelf oppakt, weet je niet altijd waar je uit komt (het is geen project meer met een duidelijk doel, maar vaker een proces waarbij het meer gaat om de actie en het samenwerken met partijen). Deze manier van werken sluit goed aan bij de netwerkbenadering die ooit is uitgevonden door socioloog Manuel Castells. Globaal gezegd gaat het er daarbij om dat een groot aantal partijen betrokken is, met uiteenlopende waarden, visies en belangen, met een fragmentatie van macht en verantwoordelijkheid. Er is daarbij niet één actor die zelfstandig tot een oplossing kan komen. Mede daarom wordt er dan toch veelal van de overheid verwacht dat deze oplossend optreedt. Dat kan door een vorm van sturing die te typeren is als een optreden in betrokken bescheidenheid. Dat wil zeggen: wél betrokken en verantwoordelijk, maar zonder een invulling van die betrokkenheid op een manier die maatschappelijke dynamiek verdringt. Oftewel: wel oplossen, maar niet overnemen van een probleem. Het woord verbindingen komt dan al gauw op tafel. Spelers in de netwerksamenleving moeten verbindingen aangaan, zullen creatief moeten zijn, oog hebben voor de loop van het spel en voor procesmanagement, ze moeten zoeken naar onverwachte ontmoetingen en het productief maken van verbindingen tussen partijen. Mooie woorden allemaal en ik denk dat er veel waarheid in zit. Eind mei ga ik echter vooral luisteren naar wat er leeft bij de mensen in het gebied. Ik wil horen waar zij warm van worden. Zodat we niet over 20 jaar zeggen: wat een gekronkel, trek maar weer recht die Berkel. Hopelijk krijgen wij boven water wat de echte kracht van de Berkel is. Uko Post Adviseur Ruimte en Wonen bij Gemeente Zutphen Klik hier voor http://romagazine.nl/
3
Einde bijlage: 2016-06-09 - Bijlage 3 - Memo aan college en presidium over Berkeldalproces - Berkelvisie 2015
Terug naar het agendapunt
2016-06-14 - Voorstel en besluit - Economische agenda 2016-2020 (terug naar agendapunt)
De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####317f4677-5e19-48a9-8936-099c408c75ff#
Zaaknummer
:
168976
Raadsvergadering Commissie
: :
14 juni 2016 Sociaal
Onderwerp
:
Economische Agenda 2016-2020
Collegevergadering Portefeuillehouder Meer informatie bij
: : :
10 mei 2016 J.B. Boer S. Tankink
agendapunt
:
agendapunt
: 36
tel:
: 0545-250 226
Te nemen besluit: Vaststellen economische agenda 2016-2020
Waarom dit voorstel? In het coalitieakkoord 2014-2018, veranderende samenleving vernieuwd bestuur, wordt onder andere ingezet op versterking van economische ontwikkelingen. Om deze economische ontwikkelingen te stimuleren is de economische agenda 2016-2020 opgesteld. Wat is het effect? Het effect dat bereikt wordt met de economische agenda 2016-2020 is het verder verbeteren van het economische klimaat van de gemeente Berkelland.
Argumentatie/onderbouwing: De afgelopen jaren zijn er veel nieuwe ontwikkelingen geweest die een sterke invloed hebben op de economische positie van Berkelland en haar regio. Te denken valt aan de veranderde bevolkingssamenstelling, de economische verduurzaming en de ontwikkelingen in de verhouding overheid-inwoners. Als antwoord op deze ontwikkelingen zijn eerder een voortgangsrapportage en vooruitblik economie 2012-2013 ontstaan. De nieuwe visie 2020 van de Regio Achterhoek, het raadsakkoord, het coalitieakkoord, Platform BV Berkelland en de vorming van Team Economische Zaken (EZ) zijn de aanleiding geweest om een nieuwe economische agenda voor Berkelland op te stellen. Hierbij is de ambitie: Het verbeteren van het aantrekkelijke economisch klimaat in Berkelland. Aan de hand van de economische situatieschets wordt de doelstelling nader uitgewerkt in een vijftal thema’s die het speelveld van de economische agenda bepalen: Kwetsbare groepen kunnen meedoen Aansluiting onderwijs op arbeidsmarkt is goed Goede samenwerking tussen Organisaties, Ondernemers en Overheden Bedrijventerreinen en winkelgebieden hebben aantrekkingskracht Bereikbaarheid, fysiek en digitaal, is sterk verbeterd
______________________________________________________________________ In te vullen door Griffie: Commissievergadering Afhandelingsvoorstel voor raad: 0 hamerstuk 0 bespreekstuk 0 anders, nl
Raadsvergadering 0 zonder hoofdelijke stemming 0 met algemene stemmen 0 stemmen voor, stemmen tegen 0 aangenomen 0 verworpen 0
Op basis van deze 5 doelstellingen wordt de economische agenda voor 2016-2020 ingevuld. De hoofdambitie van de economische agenda is aan te geven welk economisch beleid een bijdrage kan leveren aan de werkgelegenheid, welvaart en het welzijn van de inwoners. Werk is heel belangrijk. Werk biedt mensen de kans tot ontwikkeling, bevordert de integratie, biedt sociale contacten en structuur, betrekt de inwoners bij de samenleving en is de beste garantie tegen armoede en sociale uitsluiting. Participatie, zelfontplooiing en inkomen staan in nauwe relatie tot gezondheid en welzijn. De economische agenda geeft weer hoe de gemeente Berkelland vanuit een eigen verantwoordelijkheid en samen met partners gaat werken aan een economisch vitaal, toekomstbestendig en duurzaam Berkelland. Hieruit vloeien een aantal acties uit voort die bijdragen aan het versterken van de economische structuur. De gemeentelijke rol ligt in het nemen van verantwoordelijkheid voor het algemene vestigingsklimaat, het faciliteren en stimuleren van ondernemerschap, het organiseren van netwerken en verbindingen in de regio, maar ook in het stellen van regels. Voor een goed economisch beleid moeten belangrijke randvoorwaarden gerealiseerd worden, zoals een stevig onderwijs- en arbeidsmarktbeleid, goede regionale en grensoverschrijdende verbindingen, goede woonvoorzieningen en geschikte werklocaties. Verbondenheid is hierbij het sleutelbegrip. Als gemeente willen we in verbinding blijven met de samenleving. Inspelen op de behoeftes die er zijn bij inwoners, ondernemers en andere betrokken partijen is hierbij van cruciaal belang. Initiatieven worden toegejuicht en er wordt ruimte en vertrouwen geboden. Er zal nog actiever worden deelgenomen aan de samenleving om samen ambities en doelen te behalen. Als verbinder, ondersteuner, partner of aanjager van vernieuwingen. Meer kerngericht werken, meer naar buiten en zorgen voor meer echt contact is waar gemeente Berkelland voor staat. Wij kiezen er dan ook voor om te investeren in de goede relaties die er al zijn en het verbeteren van deze relaties waar dat mogelijk is. Partijen bij elkaar brengen, bestaande en beginnende ondernemers kansen bieden, inwoners een platform bieden voor eigen initiatief en vice versa. Alleen samen kunnen we onze economische ambities waar maken.
Kanttekeningen/risicoparagraaf Het is niet waarschijnlijk dat de economische agenda risico’s met zich mee brengt voor de gemeente of het moet zijn dat gewekte verwachtingen niet waargemaakt kunnen worden. Financiële paragraaf De stimuleringsgelden economie zijn toereikend voor de al lopende zaken die onderdeel zijn van de economisch agenda. Te denken valt aan: ondersteuning Platform BV Berkelland, Keurmerk Veilig Ondernemen (KVO), Innovatiedagen en ondersteuning aan het Technieklokaal. Mochten er in de toekomst nieuwe acties, die voortkomen uit de economische agenda, niet uit dit budget gefinancierd kunnen worden dan zal op dat moment een separate afweging moeten worden gemaakt.
2
Informatie en communicatie (in-en extern) Intern: Bij de samenstelling van de economische agenda zijn alle deelnemers van het team economische zaken betrokken geweest als ook de deelnemers van het voormalige team Ontwikkeling. Extern: De economische agenda is tot stand gekomen in nauwe samenwerking met Platform BV Berkelland. Initiatief, participatie en rol gemeente Het initiatief om te komen tot een economische agenda is afkomstig van de gemeente. Het initiatief is uitvoerig besproken met het Platform BV Berkelland. Het Platform BV Berkelland is een samenwerkingsverband tussen ondernemers, overheid en (maatschappelijke) organisaties zoals LTO en het onderwijs. Het doel is om gezamenlijk de economie te stimuleren. Het Platform heeft dan ook bijgedragen aan de inhoud van de economische agenda. De gemeentelijke rol is initiëren, verbinden, ondersteunen en facilitairen waar mogelijk, de gemeente is dan ook deelnemer in het Platform. Planning en evaluatie De economische agenda is opgesteld voor de jaren 2016-2020. Burgemeester en wethouders van Berkelland, de secretaris, de burgemeester, J. Harmsen.
drs. J.H.A. van Oostrum.
3
Raadsvergadering
:
Agendapunt
:
14 juni 2016
De raad van de gemeente Berkelland; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 mei 2016 ; besluit:
de economische agenda 2016-2020, die onderdeel uitmaakt van dit besluit, vast te stellen.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 14 juni 2016 de griffier,
de voorzitter,
4
Einde bijlage: 2016-06-14 - Voorstel en besluit - Economische agenda 2016-2020
Terug naar het agendapunt
2016-06-14 - Bijlage 1 - De Economische Agenda 2016-2020 (terug naar agendapunt)
De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####da88431b-998d-4d79-a319-39b117ac63e5#
ECONOMISCHE AGENDA Gemeente Berkelland 2016-2020
“Een goed ondernemersklimaat scheppen is belangrijk bij het verbeteren van de lokale economie. Want het zijn de ondernemers die echt iets kunnen betekenen. We hebben ervaren dat door één integrale benadering en door te werken met één aanspreekpunt we meer zicht krijgen op wat er leeft en wat wij kunnen betekenen om zo onze faciliterende rol beter te kunnen vervullen. Persoonlijk en direct contact is enorm belangrijk. Het nieuwe team Economische Zaken (team EZ) is daarbij een belangrijke schakel en gaat helpen de Economische Agenda te realiseren.” Wethouder Economie Han Boer.
Samenvatting Gemeente Berkelland heeft met haar uitgestrekte buitengebied dat doorweven is met beken, houtwallen, singels, kleine en grote bossen en natuurgebieden een zeer herkenbare Achterhoekse ‘identiteit’. De afgelopen jaren zijn er veel nieuwe ontwikkelingen geweest die een sterke invloed hebben op de economische positie van Berkelland en haar regio. Te denken valt aan de veranderde bevolkingssamenstelling, de economische verduurzaming en de ontwikkelingen in de verhouding overheid-inwoners. Als antwoord op deze ontwikkelingen zijn eerder een voortgangsrapportage en vooruitblik economie 2012-2013 ontstaan. De nieuwe visie 2020 van de Regio Achterhoek, het raadsakkoord, het coalitieakkoord, Platform BV Berkelland en de vorming van Team Economische Zaken (EZ) zijn de aanleiding geweest om een nieuwe economische agenda voor Berkelland op te stellen. Hierbij is de ambitie: Het verbeteren van het aantrekkelijke economisch klimaat in Berkelland. Aan de hand van de economische situatieschets wordt de doelstelling nader uitgewerkt in een vijftal thema’s die het speelveld van de economische agenda bepalen:
Kwetsbare groepen kunnen meedoen Aansluiting onderwijs op arbeidsmarkt is goed Goede samenwerking tussen Organisaties, Ondernemers en Overheden Bedrijventerreinen en winkelgebieden hebben aantrekkingskracht Bereikbaarheid, fysiek en digitaal, is sterk verbeterd
Op basis van deze 5 doelstellingen wordt de economische agenda voor 2016-2020 ingevuld. De hoofdambitie van de economische agenda is aan te geven welk economisch beleid een bijdrage kan leveren aan de werkgelegenheid, welvaart en het welzijn van de inwoners. Werk is heel belangrijk. Werk biedt mensen de kans tot ontwikkeling, bevordert de integratie, biedt sociale contacten en structuur, betrekt de inwoners bij de samenleving en is de beste garantie tegen armoede en sociale uitsluiting. Participatie, zelfontplooiing en inkomen staan in nauwe relatie tot gezondheid en welzijn. Deze economische agenda geeft weer hoe de gemeente Berkelland vanuit een eigen verantwoordelijkheid en samen met partners gaat werken aan een economisch vitaal, toekomstbestendig en duurzaam Berkelland. Hieruit vloeien een aantal acties en projecten voort die bijdragen aan het versterken van de economische structuur.
De gemeentelijke rol ligt in het nemen van verantwoordelijkheid voor het algemene vestigingsklimaat, het faciliteren en stimuleren van ondernemerschap, het organiseren van netwerken en verbindingen in de regio, maar ook in het stellen van regels. Voor een goed economisch beleid moeten belangrijke randvoorwaarden gerealiseerd worden, zoals een stevig onderwijs- en arbeidsmarktbeleid, goede regionale en grensoverschrijdende verbindingen, goede woonvoorzieningen en geschikte werklocaties. Verbondenheid is hierbij het sleutelbegrip. Als gemeente willen we in verbinding blijven met de samenleving. Inspelen op de behoeftes die er zijn bij inwoners, ondernemers en andere betrokken partijen is hierbij van cruciaal belang. Initiatieven worden toegejuicht en er wordt ruimte en vertrouwen geboden. Er zal nog actiever worden deelgenomen aan de samenleving om samen ambities en doelen te behalen. Als verbinder, ondersteuner, partner of aanjager van vernieuwingen. Meer kerngericht werken, meer naar buiten en zorgen voor meer echt contact is waar gemeente Berkelland voor staat. Wij kiezen er dan ook voor om te investeren in de goede relaties die er al zijn en het verbeteren van deze relaties waar dat mogelijk is. Partijen bij elkaar brengen, bestaande en beginnende ondernemers kansen bieden, inwoners een platform bieden voor eigen initiatief en vice versa. Alleen samen kunnen we onze economische ambities waar maken.
1
Door de gemeente Berkelland is de volgende ambitie geformuleerd: Het verbeteren van het aantrekkelijke economisch klimaat in Berkelland. Om dit te bereiken bevat deze agenda vijf doelstellingen, die hieronder worden benoemd. Deze doelstellingen kunnen worden opgedeeld in een aantal subdoelstellingen. Per subdoelstelling worden de bijbehorende acties aangegeven die bij moeten dragen aan het doel van de subdoelstelling en daarmee ook aan de hoofddoelstelling.
Doelstellingen
Kwetsbare groepen kunnen meedoen
Aansluiting onderwijs op de arbeidsmarkt is goed
Goede samenwerking tussen Organisaties, Ondernemers en Overheden
Subdoelstellingen - Iedereen doet mee, betaald en onbetaald - Stijgend percentage van betreffende groepen (weer) werkzaam op de reguliere arbeidsmarkt
- Leven lang leren is standaard geworden
- Jonge mensen vinden (lokaal, regionaal) een baan - Belangstelling technische beroepen neemt toe - Onderwijsplein is fysiek gerealiseerd en de samenwerking met het bedrijfsleven krijgt verder vorm
- Berkelland als de meest ondernemende gemeente van de Achterhoek - Goed lokaal netwerk rond onderwijs, ondernemers en arbeidsmarkt - Grensoverschrijdende arbeidsmarkt in beeld en vergroot - Grensoverschrijdende samenwerking is in beeld en vergroot - Team Economische Zaken is opgericht
Acties * Vergroting van mogelijkheden voor kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt * Het koppelen van werkgevers aan werkzoekenden (werkgeversbenadering)
* Anticiperen toekomstige situatie * Goede verbinding Onderwijs-Arbeidsmarkt * Technische beroepen promoten * Realisatie van het Onderwijsplein
* Het instellen van een ondernemersfonds in 2017 * Innovatieve ontwikkeling van de maakindustrie * Onderzoeken van mogelijkheden subsidiefondsen * Onderzoek en ontwikkeling op gebied van duurzame energie * Behoud en doorontwikkeling van bestaande bedrijven * Netwerken * Een goed ondernemersklimaat * Voorzieningen gevarieerd en attractief houden * Grensoverschrijdende projecten * Samenwerking met Duitsland * Structurele interne communicatie vanuit team EZ
2
Bedrijventerreinen en winkelgebieden hebben aantrekkingskracht
- Bestaande lokale bedrijventerreinen en winkelgebieden zijn gevuld - Regionaal Plan Bedrijventerreinen is doorontwikkeld - Regionaal bedrijventerrein de Laarberg is gefaseerd gerealiseerd - Lokale winkelgebieden zijn compact en aantrekkelijk
Bereikbaarheid, fysiek en digitaal is sterk verbeterd
- Breedband kernen, buitengebied en bedrijventerreinen gerealiseerd - Goede wegverbinding tussen Laarberg en A1 in voorbereiding - Bedrijventerreinen en winkelgebieden zijn goed ontsloten
Projecten
* Versterken industrieterreinen * Parkmanagement en Keurmerk Veilig Ondernemen * Het stimuleren van duurzame bedrijvigheid * Duurzame opwekking * Een sterk vestigingsklimaat * Uitnodigingsplanologie * Het Regionaal Plan Bedrijventerreinen (RPB) * Investeren in bedrijventerrein de Laarberg * Keurmerk Veilig Ondernemen (KVO) * Een frictieleegstand van 4-6% in de kernen * Ambitie(s) leegstand kernen (kernversterkend beleid)
* Inzet op snelle uitwisseling van data * Ontsluiting Laarberg * Bereikbaarheid winkelgebieden en bedrijventerreinen
- Arbeidsmarkt & Onderwijs - Smart Industrie - Duurzaam, innovatief en zelfvoorzienend bedrijventerrein - Duurzame energie - Online bedrijvenvestigingskaart - Detailhandelsvisie - Leegstand - Initiatieven uit de samenleving
3
Inhoudsopgave Samenvatting
1
3.
1.
6
Doelstelling 1: Kwetsbare groepen kunnen Meedoen Doelstelling 2: Aansluiting onderwijs op de arbeidsmarkt is goed Doelstelling 3: Goede samenwerking tussen Organisaties, Ondernemers en Overheden Doelstelling 4: Bedrijventerreinen en winkelgebieden hebben aantrekkingskracht Doelstelling 5: Bereikbaarheid, fysiek en digitaal, is sterk verbeterd
1.1 1.2 1.3
2. 2.1 2.2 2.3
Inleiding Samenhang met ander/vorig beleid Het nieuwe Team Economische Zaken Opbouw agenda en leeswijzer
Economische analyse
6 7 7
9
Situatieschets Regionale en landelijke trends Samenwerking tussen de 3 O’s
9 10 12
2.3.1 2.3.2
13
Platform BV Berkelland Overheden, Ondernemers en (maatschappelijke) organisaties
14
4.
Invullen ambities
Communicatie – voortgang
Bijlage I
Cijfers Berkelland
16
17 19 21 25 32
34 36
1. Inleiding Gemeente Berkelland is in beweging. Dit komt door (nieuwe) maatschappelijke veranderingen zoals demografische ontwikkelingen (bevolkingsdaling, vergrijzing, het wegtrekken van jongeren), een daling in werkgelegenheid maar zeker ook door algemene landelijke economische en maatschappelijke ontwikkelingen (crisis/transitie). De gemeente wil zich dan ook samen met inwoners, ondernemers en organisaties intensief inzetten voor het behoud van de leefbaarheid en vitaliteit van Berkelland. De afgelopen jaren is Berkelland al hard bezig geweest met de vernieuwing, versterking en stimulering van de ontwikkeling van het gebied. Met name de werkgelegenheid staat onder druk en vormt nog steeds een van de belangrijkste aspecten in het economisch beleid. Om de veranderingen het hoofd te bieden, en om te komen tot een duurzame transitie, wordt momenteel door vele partijen gezamenlijk nagedacht over ideeën voor de toekomst. Er wordt samengewerkt aan de vitaliteit en leefbaarheid van het gebied. Hiervoor hebben uiteenlopende partijen, zoals Overheden, Ondernemers, maatschappelijke Organisaties en Onderwijs elkaar gevonden (o.a. in de Agenda 2020 van de Regio Achterhoek). Deze samenwerking wordt verder aangepakt en gestimuleerd zodat er samenhang ontstaat in de uit te voeren projecten die bijdragen
aan een economisch aantrekkelijke gemeente met een vitale en gezonde leefomgeving. Het opstellen van deze economische agenda past in de hiervoor beschreven ontwikkelingen. Met de economische agenda worden de ambities 2016- 2020 van de gemeente Berkelland in kaart gebracht, die een koers en richting bepalen voor het versterken van het economisch klimaat in Berkelland. Deze economische agenda is een samenstel van doelstellingen en bijbehorende actiepunten, die staan voor de economische ambitie tot 2020. Dit is een agenda die perspectief biedt voor de toekomst van gemeente Berkelland. Een vernieuwende aanpak, waarbij verbinding met de samenleving centraal staat. Maatschappelijke verantwoordelijkheid door particulier initiatief wordt opgepakt, waarbij de gemeente een meer faciliterende en ondersteunende rol inneemt. Er wordt samen met alle betrokken partijen verantwoording genomen voor de opgaven waar Berkelland voor staat: behoud voor leefbaarheid van kernen, rekening houdend met de afname en veranderende samenstelling van de bevolking.
1.1 Samenhang beleid
met
ander/vorig
De voortgangsrapportage en vooruitblik economie (2012-2013), de nieuwe visie 2020 ‘Slank, Daadkrachtig en Flexibel’ van de gemeente Berkelland, het coalitieakkoord 2014-2018, de Uitvoeringsagenda 2020 van de regio Achterhoek
en de agenda 2016-2020 van Platform BV Berkelland vormen de aanleiding voor deze economische agenda. De gestelde doelen en bijbehorende inspanningen van de voortgangsrapportage en vooruitblik 2012-2013 zijn grotendeels uitgevoerd en er is behoefte aan vernieuwing. Deze agenda is doorontwikkeld aan de hand van deze stukken en er wordt voortborduurt op de resultaten die in de afgelopen jaren zijn behaald. Voorbeelden zijn: de revitalisatie van bedrijventerreinen, het Parkmanagement en Keurmerk Veilig Ondernemen, de realisatie van Regionaal bedrijventerrein de Laarberg, de vernieuwde werkgeversbenadering, de Centrumplannen en de oprichting van het Platform BV Berkelland. Hiermee worden keuzes gemaakt op basis van de ontwikkelingen die nu spelen, waarbij de gemeente samen met inwoners, ondernemers, maatschappelijke organisaties en andere betrokken partijen de uitwerking van deze keuzes oppakt. Uiteraard is de Economische Agenda een niet op zichzelf staand document. Er wordt samengewerkt met andere domeinen zoals de Vrijetijdseconomie (toerisme en recreatie), landbouw en duurzaamheid (Energieneutraal 2030). De acties op het gebied van duurzaamheid sluiten namelijk goed aan op het Energie Uitvoeringsprogramma 20152018.
6
1.2 Het nieuwe Team Economische Zaken De gemeente Berkelland heeft haar organisatie aangepast op grond van de visie ‘ Slank, Daadkrachtig en Flexibel’. In dit kader is een nieuw Team EZ georganiseerd. Team EZ wordt het visitekaartje van de gemeente naar de lokale en regionale ondernemers en vervult een belangrijke rol in het relatiebeheer van de gemeente Berkelland. Team EZ vormt de spil tussen Overheid, Ondernemers en maatschappelijke Organisaties. De deskundigheid over het ambtelijk apparaat en het bedrijfsleven maakt het team uniek. In samenwerking met alle betrokken partijen zullen de gezamenlijke doelstellingen verwezenlijkt worden. Team EZ komt veel buiten en legt verbinding met ondernemers. De uitdaging is om dit goed te doen. Dit betekent dat er zowel binnen als buiten het ambtelijk apparaat goede contacten moeten worden gelegd en onderhouden. Partijen moeten bij elkaar worden gebracht met overtuigingskracht, deskundigheid en ambitie. Team EZ heeft een open en ondernemende instelling. Ruimdenkend, innovatief en creatief in oplossingen, niet afwachtend maar (pro)actief vanuit haar verantwoordelijkheid, gericht op samenwerking en co-creatie met verschillende partners. Kortom, een team dat volledig opereert
vanuit de merkwaarden ondernemend.
open,
levendig en
Team EZ wil de nieuwe kansen die er liggen in het gebied aanpakken, om een bijdrage te leveren aan de lokale economie en daarmee aan de vitaliteit en leefbaarheid van de omgeving. Goede relaties met bestuurders, collegae, ondernemers, bedrijven, verenigingen etc. zijn hierbij van groot belang. Het Team bestaat uit een “vaste “ kern. Daarnaast is er een zogenaamde “flexibele” schil welke bestaat uit collega’s die op basis van bepaalde onderwerpen of vraagstellingen zullen aanschuiven. Het Team “loopt door de gehele organisatie” en is niet een op zich staande afdeling. Het kernteam EZ bestaat uit 3 medewerkers (Harm ten Hoopen, Wouter Verdaasdonk en Sabine Tankink) die zich bezig gaan houden met de volgende hoofdtaken/werkstromen:
de ondersteuning van de wethouder economische zaken het Platform BV Berkelland de bedrijfscontacten projecten die passen binnen de ambities 20162020 (zie bijlage I voor een overzicht van het economisch werkveld).
belang. Hierbij wordt onder andere gedacht aan onze partners Hameland, SDOA en Platform BV Berkelland, Individuele Ondernemersverenigingen / Industriële Kring Berkelland en individuele ondernemers.
1.3
Opbouw Agenda en leeswijzer
Deze agenda is geschreven voor de periode tot 2020. Er is één gezamenlijke ambitie, die wordt gerealiseerd door te werken aan vijf met elkaar samenhangende doelstellingen / thema’s: 1. Kwetsbare groepen kunnen meedoen 2. Aansluiting onderwijs op arbeidsmarkt is goed 3. Goede samenwerking tussen Organisaties, Ondernemers en Overheden 4. Bedrijventerreinen en winkelgebieden hebben aantrekkingskracht 5. Bereikbaarheid, fysiek en digitaal, is sterk verbeterd Deze vijf doelstellingen worden uitgewerkt in hoofdstukdrie. In dit hoofdstuk wordt de doelstelling beschreven en wat de verschillende subdoelstellingen zijn. Vervolgens wordt per subdoelstelling een aantal actiepunten genoemd. Deze actiepunten bepalen de economische agenda. Indien relevant wordt ingegaan op de lopende projecten
Naast de interne verbinding is vooral de verbinding met samenwerkende (externe) partijen van groot
7
In hoofdstuk twee wordt eerst kort geschetst wat de economische situatie is op dit moment. Uiteraard zijn niet alleen gemeentelijke trends van invloed op de economie maar ook de landelijke trends worden hier kort benoemd. De laatste paragraaf gaat over de samenwerking tussen de drie O’s (Ondernemers, Overheid en (maatschappelijke) Organisaties). Een belangrijk onderdeel in deze paragraaf is Platform BV Berkelland, dat dient als overkoepelend orgaan. In hoofdstuk drie worden de doelstellingen, subdoelstellingen en acties besproken en toegelicht. Het laatste hoofdstuk (vier) is gewijd aan zowel de interne als de externe communicatie.
Foto: Roy Nijman
8
wie een gesprek werd gevoerd, steeg met 18%. Het daadwerkelijke aantal starters steeg in 2015 met 25% (Verantwoording Businessplan SDOA, 2016).
2. Economische analyse In deze economische analyse zijn zowel de sterke punten en kansen als de zwaktes en bedreigingen van de gemeente Berkelland kort samengevat. De cijfers kunt u vinden in bijlage II.
2.1
Met een oppervlakte van 26.043 ha, waarvan 83,4 % agrarisch landschap, is Berkelland één van de tien grootste plattelandsgemeenten in Nederland.
Berkelland beschikt over een interessant palet 1 aan maakbedrijven en die zullen in de toekomst nog belangrijker worden voor de bedrijvigheid in gemeente Berkelland. Deze bedrijven gaan in de toekomst een belangrijke rol spelen met het oog op de ontwikkelingen binnen de Smart Industry.
Situatieschets
Sterke punten en kansen in de gemeente Berkelland zijn:
De groot- en detailhandel sector biedt de meeste werkgelegenheid, gevolgd door de industriële sector en de gezondheidszorg.
De werkgelegenheid in de vrijetijdseconomie van de Achterhoek is de afgelopen 10 jaren (2005-2015) met 980 arbeidsplaatsen (37%) toegenomen.
De vestiging van bedrijven in Berkelland is vanaf 2012 weer toegenomen, dat biedt perspectief voor de toekomst.
Het werkeloosheidspercentage in de regio Achterhoek ligt onder het landelijk gemiddelde, en er is een vooruitgang te zien tussen 2014 en 2015.
De dienstverlening aan startende ondernemers zit in de lift in de Oost Achterhoek. Het aantal potentiële starters met
Kansen op werk nemen toe wanneer (eventuele) grensbarrières met Duitsland weg worden genomen. Wanneer deze barrières worden geslecht opent zich een grote banenmarkt. Uitwisseling van arbeidskrachten biedt grote mogelijkheden voor groepen die nu nog buiten het arbeidsproces staan.
Zwaktes en bedreigingen Berkelland zijn:
de
gemeente
De verwachting is dat er in Berkelland in 2040 nog ongeveer 37.000 inwoners zijn. Het aantal 0 tot 14 jarigen en het aantal 15 tot 65 jarigen daalt beiden met respectievelijk 27 en 32 procent. Het aantal 65+ers stijgt sterk naar 37 procent (toename van 15 procent).
De afgelopen jaren (2013 t/m 2015) daalde de werkgelegenheid in Berkelland fors. Van 2013 tot 2014 een verlies van ruim 600 banen en van 2014 tot 2015 een verlies van 800 banen.
In de Achterhoek daalt de beroepsbevolking al sinds 2009 en zal tot 2020 met nog eens 3 procent (7300 personen) verder dalen. Hierdoor kan er op delen van de arbeidsmarkt een structurele krapte ontstaan.
De toekomst van de agrarische sector is erg bepalend voor het toekomstige ruimtegebruik van gemeente Berkelland. Berkelland kent vele agrarische bedrijven en die spelen een belangrijke economische rol. Steeds meer boeren houden het voor gezien en hebben geen kandidaat om het agrarisch bedrijf over te nemen.
Het versterken van de kernen (aanpak winkelleegstand) vormt een serieus
1
geheel van de economische activiteiten waarbij grootschalig en machinaal materialen tot nieuwe producten worden verwerkt (Algemeen Nederlands Woordenboek, 2016)
in
9
aandachtspunt voor het economisch beleid. Berkelland telt vier kernen, tot circa 15.000 inwoners. Op dit moment is 11% (gemiddelde) het aandeel leegstaand oppervlak van de totale voorraad winkelvloeroppervlak in de vier kenen. Door de verwachte demografische ontwikkelingen en het nieuwe winkelen (internet) bestaat de kans dat de leegstand verder toeneemt.
2.2
Als er gekeken wordt naar de periode 20092014, blijkt dat met het huidige besparingstempo van gas in woningen (-2%/jr.) gasonafhankelijkheid pas kan worden bereikt rond het jaar 2080. Met nog 15 jaar in het verschiet moet er iets gedaan worden aan het huidige tempo van besparing en duurzame opwekking om “Energie Neutraal 2030” te halen (Energie Uitvoeringsprogramma 20152018, Berkelland energieneutraal 2030).
Landelijke trends
De ontwikkelingen in de gemeente Berkelland staan niet los van landelijke ontwikkelingen op het gebied van economie. Er is een aantal maatschappelijke trends die bijdragen aan de economische situatie in Berkelland. Ontgroening en vergrijzing Het aandeel jongeren binnen de beroepsbevolking neemt af en het aandeel ouderen neemt toe.
Mensen worden steeds ouder en hebben steeds vaker en langer zorg nodig. Deze demografische ontwikkelingen oefenen een belangrijke invloed uit op de economie. Samenwerking en innovatie Samenwerking met andere actoren (gemeenten, bedrijven, inwoners) wordt steeds belangrijker. Economie gaat verder dan gemeente grenzen, daarom is samenwerking, op bepaalde onderdelen, van cruciaal belang. Innovatie is nodig om een bepaalde positie te kunnen behouden. In het verleden is veel maakindustrie verhuisd naar lagelonenlanden. Omdat de lonen en transportkosten steeds verder stijgen is er weer een verplaatsing van deze industrie naar het westen. De Achterhoek en daarmee ook de gemeente Berkelland beschikt over een interessant palet aan maakbedrijven die in kunnen spelen op deze ontwikkeling.
Aansluiting onderwijs op arbeidsmarkt Het opleiden, aantrekken en vasthouden van talentvolle mensen zal in de toekomst steeds belangrijker worden. Bedrijven zijn op zoek naar mensen met specifieke kennis zoals kennis van de maakindustrie. Omdat er sprake is van een krimpende beroepsbevolking is het belangrijk om mensen goed op te leiden in de sectoren waar vraag is naar kennis en kunde.
Duurzame energie Grondstoffen en energiebronnen worden steeds schaarser. Duurzame energie moet er in de toekomst voor gaan zorgen dat we kunnen blijven voorzien in energie. Kennis en innovatie speelt hierin een belangrijke rol. Nederland kan dan haar positie in de wereldeconomie verstevigen en een bijdrage leveren aan wereldwijde vraagstukken. Biobased economy is een belangrijke pijler voor de toekomst. Veranderende samenleving vernieuwd bestuur (VSVB) Inwoners zijn steeds beter in staat hun eigen
boontjes te doppen. Ze zijn zelfstandiger en mondiger, kennis is toegankelijker. Inwoners werken mee aan een leefbare samenleving (bijvoorbeeld burgerinitiatieven, kansenkaarten, onderhoud openbaar groen). Steeds meer is het besef dat de overheid, wij als gemeente, wel kan meehelpen aan het oplossen van problemen in de samenleving, maar daar niet als enige verantwoordelijk en aansprakelijk voor is. Daarnaast heeft de gemeente ook niet altijd de beste oplossing. Natuurlijk blijft de gemeente eindverantwoordelijk voor de veiligheid, voor voorzieningen als het ophalen van afval, de riolering, handhaving en vergunningverlening. Op andere terreinen kan de
10
gemeente meer terug treden. Daar krijgen gemeente en inwoners samen meer voor elkaar. Dat vraagt van de gemeente dat zij een nieuwe rol ontwikkelt. Niet meer de super-regelaar, de bepaler, de zak met geld. Maar meer de partner, op basis van gelijkwaardigheid. Die nieuwe rol ontstaat niet vanzelf. Daarvoor moeten bestuur en medewerkers van de gemeente zoveel mogelijk uit het gemeentehuis komen. En actief deel nemen in de samenleving. Participatiesamenleving In de publieke sector zijn ook verschillende veranderingen merkbaar. De burger wil meer invloed uitoefenen op publieke zaken. In de toekomst zal er een groter beroep worden gedaan op eigen initiatieven van het bedrijfsleven en belanghebbenden. Overheden spelen hier een verbindende rol. De drie O’s (Organisaties, Ondernemers en Overheid) zullen samen de publieke functie gaan vervullen. De veranderopgave die de gemeente Berkelland als organisatie heeft is om veel meer aan te sluiten bij de dynamiek van de samenleving (Organiseren 3.0). Daarvoor moet de gemeente flexibel zijn en gebruik maken van netwerken binnen en buiten de organisatie. De gemeente wil het eigenaarschap voor een fijne samenleefomgeving terugbrengen naar de inwoners en ondernemers. Door uit te gaan van hun behoefte en inzet, kunnen we samen veel meer bereiken.
11
2.3 Samenwerking tussen de 3 O’s Binnen het economische speelveld van de gemeente Berkelland is samenwerking tussen Overheid, Ondernemers en (maatschappelijke) Organisaties (3 O’s) van groot belang. Het overkoepelende orgaan Platform BV Berkelland werkt samen met de gemeente Berkelland, Ondernemers, Onderwijs, Landbouworganisatie LTO en (maatschappelijke) Organisaties. Platform BV Berkelland bestaat uit de volgende spelers en projectgroepen (figuur 1).
12
2.3.1 Platform BV Berkelland Platform BV Berkelland is een samenwerkingsverband van de Industriële Kring Berkelland (IKB) de Ondernemersverenigingen Berkelland (OPB), Onderwijs Berkelland, de Land en Tuinbouw- Organisatie Berkelland (LTO) en Gemeente Berkelland. Het platform BV Berkelland heeft de ambitie om Berkelland tot de meest ondernemende gemeente te maken van de Achterhoek.
Uitdagingen Platform BV Berkelland vanaf 2016: Verlenging convenant met betrokken partijen; Nieuwe partijen betrekken bij Platform; Financiële onderbouwing Platform BV Berkelland / Ondernemersfonds; Professionaliseringsslag doorvoeren; Bestuurlijke aanvulling / herverkiezing; Agenda 2016– 2020 Platform BV Berkelland doorvoeren
Ondernemers, de industriële kring en de gemeente hadden de behoefte om een situatie te creëren, waarin samen verantwoordelijkheid genomen zou worden voor problemen en tegelijkertijd gekeken zou worden naar mogelijke oplossingen. Dat betekent dat men niet voor eigen belang opkomt, maar voor een gezamenlijk belang. Via het platform kan kennis en kunde worden verbonden, een startpunt van “nieuw besturen en ondernemen”. Doordat de betreffende partijen zich gecommitteerd hebben aan het Platform BV Berkelland wordt een gezamenlijke verantwoordelijkheid uitgesproken en kan er gericht gewerkt worden aan lokale en regionale vraagstukken en de positie daarin. Actiepunten Platform BV Berkelland: Samenstellen overleggroep (ambtelijk en besturen IKB en OPB); Jaarplan en meerjarenplan opstellen. Wat gaan we doen en wat willen we bereiken; Concreet invullen van de activiteiten, werkzaamheden en kerntaken; Verder kijken dan een politieke termijn van vier jaar; Gemeente en bedrijfsleven zijn ambassadeurs voor Berkelland; De vijf Kerntaken/projectgroepen van het Platform BV Berkelland zijn: IKB en Bedrijven parken Centrum 4.0, Evenementen, Toerisme Werkgelegenheid Berkelland School en Bedrijf Berkelland Regio en Euregio
Foto: Platform BV Berkelland (De Dag)
13
Agenda 2016-2020 Platform BV Berkelland Om de doelstellingen van de gemeente Berkelland en Platform BV Berkelland zo goed mogelijk op elkaar aan te laten sluiten wordt er gestreefd naar gezamenlijke doelstellingen voor de jaren 2016-2020. Platform BV Berkelland heeft aan aantal punten geformuleerd waaraan de Agenda 2016-2020 moet voldoen: Het belang van ondernemend Berkelland staat voorop Het accent ligt op het doen van concrete projecten De aandacht is gericht op dat waar energie/toekomst en meerwaarde in zit Het is een niet-vrijblijvende vorm van samenwerking, binnen en tussen de hoofdopgaven Strategische communicatie is onderdeel van de samenleving Er is overeenstemming over financiering van proces- en projectkosten Om duidelijk te krijgen wat de doelstellingen zijn, is er per kern zowel aan de ondernemersvereniging als aan de besturen van de bedrijvenparken gevraagd wat belangrijke doelstellingen zijn voor de jaren 2016-2020. Maar ook het Platform en de Industriële Kring Berkelland (IKB) hebben hun doelstellingen kenbaar gemaakt. Uit de ambities/wensen per kern, het IKB en het Platform is een aantal gemeenschappelijke doelstellingen naar voren gekomen: Goede opleidingsmogelijkheden zodat jonge mensen in de regio kunnen blijven wonen en werken. Het bedrijfsleven zou hier een belangrijke rol in kunnen spelen. Innovatief, duurzaam, zelfvoorzienend bedrijvenpark (pilot in Ruurlo) verder uitrollen naar de andere bedrijventerreinen in Berkelland. Duurzaamheid is een belangrijk aandachtspunt. Attractieve centra waar gezelligheid en beleving belangrijke pijlers zijn. Een goede bereikbaarheid/ontsluiting van zowel de centra als de industrieterreinen. Dit geldt ook voor de Laarberg.
Een goede samenwerking tussen ondernemers (industrie en detailhandel), overheden (gemeente/provincie) en maatschappelijke organisaties (verenigingen enz.). Kennis en innovatie zijn noodzakelijk om in te kunnen spelen op mondiale/nationale/regionale veranderingen. Samenwerkingsverbanden met de Universiteit Twente (UT) moeten daarom worden voortgezet en eventueel uitgebreid worden met andere scholen/universiteiten. Niet alleen fysieke bereikbaarheid is ontzettend belangrijk maar ook de digitale bereikbaarheid staat hoog op de agenda. De aanleg van glasvezel op de bedrijventerreinen heeft grote prioriteit.
Bovenstaande ambities zijn een samenvatting van alle partijen (industrie/kernen/Platform en IKB). De ambities die specifiek zijn voor een kern worden hier verder buiten beschouwing gelaten.
2.3.2 Overheden, Ondernemers en (maatschappelijke) organisaties Bedrijven en startende (jonge) ondernemers in Berkelland zijn belangrijke partijen voor economische groei. Startende ondernemingen brengen innovatie en dynamiek in de lokale economie. Mede door de komst van het Centrum voor Jonge Ondernemers (CvJO) kunnen starters in een professionele werkomgeving een netwerk, kennis en ervaringen opdoen. Het is de kunst om verbinding te leggen tussen jonge ondernemers, bestaande ondernemers en initiatieven in het gebied. Ook op regionaal (Achterhoek) en Euregionaal (Twente) niveau. Voor bestaande bedrijven liggen er veel kansen op het gebied van innovatie en duurzame ontwikkeling. Vooral de maakindustrie biedt veel perspectief voor de toekomst. Het onderwijs is belangrijk zodat de werknemers voor de beschikbare banen worden opgeleid. De connectie tussen onderwijs en de arbeidsmarkt biedt nog veel kansen voor verbetering en stimulering van werkgelegenheid in de gemeente. Platform BV Berkelland en belangenorganisaties zijn essentieel in het
14
creëren van draagvlak en het samenbrengen van alle betrokken partijen. Hierdoor kan er samengewerkt worden aan een leefbare en vitale gemeente.
Samen met deze spelers zal de gemeente Berkelland zich gaan inzetten om innovatie, samenwerking en nieuwe economische dragers te bewerkstelligen.
Daarnaast vormen overheden als de Provincie Gelderland, de regio en buurtgemeenten een belangrijke rol in het creëren van samenwerking en samenhang in de uit te voeren projecten die zich richten op de versterking van de leefbaarheid en vitaliteit van het gebied Ruimtelijk gezien vormt de agrarische sector een van de belangrijkste partijen voor het landelijk gebied. De melk- en rundveehouderij heeft het grootste deel van de oppervlakte cultuurgrond in gebruik. Daarnaast wordt een groot oppervlakte gebruikt voor de teelt van voedergewassen. Ook particulieren hebben een belangrijk deel van het landelijk gebied in eigendom. Bovendien is Berkelland is een echt wandel- en fietsgebied en dat biedt veel mogelijkheden op het gebied van toerisme en recreatie. Deze sector vertoont de afgelopen jaren een stijgende lijn in het aantal bedrijven en de werkgelegenheid. Voor landschap en natuur spelen de landgoederen, natuurbeschermingsorganisaties en particulieren een belangrijke rol. Deze leveren relatief weinig inkomsten en werkgelegenheid, maar zijn wel de dragers van het decor voor recreatie/toerisme en prettig wonen. Maatschappelijke organisaties (MO’s) hebben goede kennis van wat er speelt in de samenleving en vormen daarmee een onmisbare partij in het economisch aantrekkelijker maken van het gebied. MO’s hebben connecties in de samenleving op verschillende niveaus. Samen met MO’s kan er ingespeeld worden op de behoeftes en vragen die spelen in de samenleving. Zo kan er draagvlak gecreëerd worden voor innovatieve initiatieven die de leefbaarheid en vitaliteit van de omgeving bevorderen. Daarbij moet er gebruik gemaakt worden van de kracht in de samenleving. Eigen plannen uit de gemeente meer ruimte geven is waar de focus op komt te liggen.
15
3. Invullen ambities
16
In figuur 2 zijn in één oogopslag de ambitie, de vijf hoofddoelstellingen en de onderliggende subdoelstellingen zichtbaar. Door de gemeente Berkelland is de volgende ambitie geformuleerd: Het verbeteren van het aantrekkelijke economisch klimaat in Berkelland. Om dit te bereiken bevat deze agenda vijf doelstellingen, die in dit hoofdstuk centraal staan. Deze doelstellingen kunnen worden opgedeeld in een aantal subdoelstellingen. Per subdoelstelling worden de bijbehorende acties beschreven die bij moeten dragen aan het doel van de subdoelstelling en daarmee ook aan de hoofddoelstelling. Tot slot is een aantal projecten geformuleerd die bijdragen aan de economie en de bedrijvigheid in Berkelland. Deze projecten vloeien voort uit onze ambities 2016-2020 en uit de (sub)doelstellingen.
Doelstellingen: 1
Kwetsbare groepen kunnen meedoen
WAT
1. Kwetsbare groepen kunnen meedoen
Iedereen levert naar vermogen inbreng. We blijven actief in zowel de samenwerking met de SDOA en het bedrijfsleven als met eigen lokale (proef)projecten en in de directe lokale werkgeversaanpak. Ook zijn er inwoners die door allerlei oorzaken kwetsbaar zijn en zodanig afhankelijk dat men (nog) niet mee kan doen in de samenleving. We zien het als taak om deze inwoners zichtbaar te maken en te ondersteunen bij ontwikkeling van hun deelname in de samenleving.
1.
Iedereen doet mee, betaald en onbetaald
1 2
Aansluiting onderwijs op de arbeidsmarkt is goed
3
Goede samenwerking tussen Organisaties, Ondernemers en Overheden
4
Bedrijventerreinen en winkelgebieden hebben aantrekkingskracht
5
Bereikbaarheid, fysiek en digitaal, is sterk verbeterd
2. Stijgend percentage van betreffende groepen (weer) werkzaam op de arbeidsmarkt arbeidsmarkt
HOE Omdat bovenstaande subdoelstellingen op elkaar aansluiten worden deze niet apart behandeld. 1&2. Vergroting van mogelijkheden voor kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt Samenwerking tussen gemeente en re-integratiebureaus is noodzakelijk om deelname van kwetsbare groepen te bevorderen op de arbeidsmarkt. Kwetsbare groepen waar de gemeente op inkomen ondersteunt zijn:
17
inwoners die niet in een reguliere baan aan het werk kunnen en aangewezen zijn op een regeling als Wsw, Wajong, Ioaw, Ioaz; inwoners met uitsluitend bijstand die incidenteel extra ondersteuning nodig hebben.
De gemeente rekent het tot haar taak dat deze kwetsbare inwoners zichtbaar worden en worden ondersteund bij de ontwikkeling van hun deelname in de samenleving. Maatwerk in zoveel mogelijk de eigen leefomgeving is daarbij het uitgangspunt. Ook geeft de gemeente zelf de ruimte voor maatschappelijke stages binnen de eigen organisatie, zoals wajongers etc. Daarnaast wil de gemeente meer (maatschappelijke) stage mogelijkheden creëren in Berkeland.
1&2. Het koppelen van werkgevers aan werkzoekenden (werkgeversbenadering) Vanaf 2016 geven de Achterhoekse gemeenten en UWV in samenwerking vorm aan de werkgeversdienstverlening. De Achterhoek wordt hierbij opgedeeld in twee subregio’s; Oost en West. In beide regio’s worden de werkgevers benaderd vanuit de insteek van één contactpersoon per werkgever.
kennis en expertise van de samenwerkende partijen te bundelen, ontstaat een zichzelf versterkend geheel, waarmee een uitgebreide dienstverlening kan worden geboden aan werkgevers. Door de werkgevers te ontzorgen, goed te adviseren en te voorzien van geschikte kandidaten voor de beschikbare arbeidsen werkervaringplekken, wil het Werkgeverservicepunt Achterhoek het regionale aanspreekpunt voor werkgevers worden op het gebied van werving en selectie en arbeidsjuridische vraagstukken
‘’Economie, werkgelegenheid en sociale zaken zijn logisch met elkaar verbonden. Meedoen en werk voor iedereen is een van de belangrijkste opgaven waar wij ons voor inzetten. ” Han Boer - wethouder economische zaken
De gemeente is het loket voor werk en inkomen waar inwoners zich in eerste instantie moeten melden. Doelgroepen waarvoor de overheid (gemeente) verantwoordelijk is worden dan vanuit het Werkgeverservicepunt Achterhoek richting de werkgevers geleid. De centrale contactpersoon gaat met de werkgever in gesprek over het geven van een antwoord op zijn capaciteitsvraag. De mogelijkheden worden besproken voor invulling vanuit de doelgroepen van gemeenten en UWV. Naast het meekijken en –denken over het (her-)inrichten van bedrijfs- en werkprocessenkan de werkgever ook bij zijn contactpersoon vanuit het Werkgeverservicepunt Achterhoek terecht met arbeidsjuridische vragen. Door de
18
WAT
2. Aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt is goed
Samenwerking en overleg zorgt voor een betere aansluiting van het onderwijs op de (lokale, regionale) arbeidsmarkt. Er zal sprake zijn van een betere doorstroming naar het bedrijfsleven en dit is een belangrijk wapen tegen de (jeugd) werkloosheid.
die zich specialiseert in smart industrie omdat het om specifieke kennis gaat. Mensen die bij een maakbedrijf werken zullen zich aan moeten passen (leren en kennis op doen) aan de nieuwe technische ontwikkelingen die bij de maakindustrie hun intrede doen. 2.
Goede verbinding Onderwijs-Arbeidsmarkt
3. Belangstelling technische beroepen neemt toe
Tegen de achtergrond van de daling van het aantal leerlingen met 30% in Berkelland is goede samenwerking tussen alle onderwijsinstellingen en tussen alle onderwijsinstellingen en het bedrijfsleven noodzakelijk. Doel is het creëren van een regionaal netwerk om een goede verbinding te krijgen tussen het Onderwijs en de Arbeidsmarkt. Belangrijk is dat jonge mensen op worden geleid (in samenwerking met het bedrijfsleven) in vakgebieden waar daadwerkelijk werk in te vinden is.
4. Onderwijsplein is gerealiseerd
De focus komt hierbij te liggen op:
1.
Leven lang leren is standaard geworden
2.
Jonge mensen vinden regionaal een baan
HOE 1.
Anticiperen toekomstige situatie
Het is taak om te anticiperen op de toekomstige situatie van structurele krapte op de arbeidsmarkt. Tussen 2016 en 2020 is er behoefte aan kennis die door werkloosheid verloren dreigt te gaan of (sterk) veroudert. Daarom zal er geïnvesteerd moeten worden in het vasthouden van kennis en kunde door in te zetten op het onbenutte arbeidspotentieel dat nu vaak thuis zit door de crisis. In Berkelland biedt de smart industrie veel kansen. Dit is echter wel een redelijk nieuwe industrie waarbij nog veel kennis en kunde op moet worden gedaan. Regionale scholen (o.a. Graafschap college) hebben al een leerweg ontwikkeld
a. Samenwerking tussen opleidingsinstituten, werkgevers, sociale dienst, jeugdhulpverlening en arbeidsbemiddeling wordt versterkt en aangepakt. Per jaar moet er een aantal contactmomenten zijn met onderwijsinstellingen. MKB en onderwijsinstellingen moeten bij elkaar gebracht worden en er is structurele samenwerking met het Platform Onderwijs Arbeidsmarkt Achterhoek (POA). b. Het faciliteren en stimuleren van arbeidsmarktbijeenkomsten om een bijdrage te leveren aan de netwerkvorming op lokaal niveau rondom het thema onderwijs en arbeidsmarktbeleid. Gezamenlijk met POA, SDOA, Kamer van Koophandel (KvK), Regionale Organisatie Zelfstandigen (ROZ), Bedrijfsleven en gemeente Berkelland. Doel is om minimaal 1 keer per jaar een bijeenkomst te laten plaatsvinden in Berkelland. c. De kansen op werk vergroten door de samenwerking met Duitsland te verbeteren en grensbarrières weg proberen te nemen. Berkelland ligt dicht bij de
19
Duitse grens, echter wordt er met dit gegeven nog niet zoveel gedaan. Eventuele grensbarrières moeten weg worden genomen zodat dit niet meer van invloed is op een eventuele samenwerking. Aangezien de werkloosheid op dit moment behoorlijk hoog is in de gemeente Berkelland zou de Duitse banenmarkt oplossingen kunnen bieden. De ligging aan de grens biedt vele voordelen maar hier moet dan wel actie op worden gezet zodat er ook van de mogelijkheid gebruik kan worden gemaakt. d. De verbinding met Twente. Goede contacten moeten worden gelegd zowel vanuit de gemeente als het Platform BV Berkelland met zowel netwerkstad Twente, MBO, HBO en UT als netwerkorganisaties. Dit vergroot de samenwerking en het wederzijdse leereffect. Project: Arbeidsmarkt & Onderwijs Door de veranderende samenleving is extra aandacht voor onderwijs en werk noodzakelijk. In het primair en voortgezet onderwijs is bijvoorbeeld sprake van een sterke daling van het leerlingaantal. Deze ontwikkeling vraagt om een toekomstbestendig onderwijsaanbod, gekenmerkt door goede kwaliteit, toegankelijkheid en diversiteit. Afstudeerders en schoolverlaters vinden het moeilijk om werk te vinden in de regio. De aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt vraagt om een goede samenwerking tussen de drie o’s: overheid, ondernemers en onderwijs. De aanpak van de mismatch op de arbeidsmarkt wordt door werkgevers gezien als één van de prioriteiten om aan te pakken om economische groei in de regio te stimuleren. Samenwerking met de ”Duitse buren” is van cruciaal belang. Onder andere voor verbetering van het onderwijs, voor het vullen van moeilijk vervulbare vacatures, maar ook voor het uitwisselen van goede praktijken.
3.
Technische beroepen promoten
Sinds een aantal jaren is er een stijgende vraag naar het aantal mensen met een technische opleiding. Zeker met de opkomst van de maakindustrie (geheel van de economische activiteiten waarbij grootschalig en machinaal materialen tot nieuwe producten worden verwerkt) kan deze vraag alleen maar groter worden. Daarom is het belangrijk dat technische opleidingen en beroepen gepromoot worden. Belangstelling wekken voor technische beroepen op het basis- en middelbaaronderwijs zou ervoor kunnen zorgen dat meer jongeren kiezen voor een technische opleiding. Het technieklokaal zorgt ervoor dat er aandacht blijft voor techniek. Op jonge leeftijd maken kinderen daar kennis met techniek en weten ze wat techniek precies inhoud. In dit opzicht is het wenselijk om het technieklokaal samen te laten werken met zowel het basisonderwijs (30 basisscholen maken hier al gebruik van) als met het onderwijsplein. Maar niet alleen jongeren moeten geïnteresseerd worden voor techniek. Daarom wordt er elk jaar een techniekdag in de regio georganiseerd, samen met VNO— NCW en Platform BV Berkelland. F
4. Realisatie van het onderwijsplein Het onderwijsplein zal gerealiseerd worden in 2016 om nieuwe leergangen in te voeren en nieuwe onderwijslocaties te ontwikkelen in overleg met het Regionaal Platform Onderwijs. Het onderwijsplein bestaat uit twee onderwijsvormen, namelijk praktijkonderwijs en het vmbo. Verwacht wordt dat het onderwijsplein in de zomer van 2016 fysiek klaar is. De samenwerking met het bedrijfsleven zal na de opening verder vorm krijgen.
20
WAT
3. Goede samenwerking tussen Organisaties, Ondernemers en Overheden
Neede, Borculo en Eibergen, waardoor er een multiplier effect ontstaat. Hiermee kan dan tevens het KVO bedrijventerreinen, het KVO winkelgebied en het parkmanagement gefinancierd worden. 1. Innovatieve ontwikkeling van de maakindustrie
De samenwerking die de afgelopen jaren heeft plaatsgevonden dient verder te worden uitgebouwd. Zowel op lokaal als (eu)regionaal niveau. We hebben elkaar nodig om de juiste prioriteiten te stellen en doelen te bereiken.
1.
Berkelland blijft meest ondernemende gemeente van de Achterhoek
2. Goed lokaal netwerk rond onderwijs, ondernemers en arbeidsmarkt 3. Grensoverschrijdende arbeidsmarkt in beeld en vergroot 4. Grensoverschrijdende samenwerking is in beeld en vergroot 5. Oprichten team Economische Zaken
HOE 1. Het instellen van een ondernemersfonds in 2017 Met het instellen van een ondernemersfonds wordt getracht de free-riders problematiek tegen te gaan. Door middel van reclamebelasting wordt het overgrote deel van de ondernemers verplicht mee te betalen aan het ondernemersfonds. Zo wordt met eigen geld de slagkracht van ondernemers vergroot: ondernemers kunnen zelf dingen mogelijk maken, zonder aan te hoeven kloppen bij gemeente. Daarnaast stimuleert een ondernemersfonds samenwerking tussen de verschillende ondernemers en organisaties in Ruurlo,
In samenwerking met Regio Achterhoek, Platform BV Berkelland en externe partijen wordt de innovatieve ontwikkeling van de maakindustrie (bedrijven die zich kunnen richten op Smart Industrie) gestimuleerd. Om op internationaal niveau te kunnen blijven concurreren, zal de maakindustrie zich anders moeten gaan organiseren. Zeker om tegemoet te kunnen komen aan de vraag van de industrie anno 2016, voor wat betreft snelheid en accuraatheid van informatie, zeer korte doorlooptijden, on demand leveren met gegarandeerde kwaliteit en levertijden, tegen concurrerende prijzen. Allereerst is het zaak om de kansen die Smart Industry biedt verder te onderzoeken en waar mogelijk verder te stimuleren. Hierbij zijn de uitgangspunten: a. Best practices: Het implementeren van smart industrie per bedrijf is vooral een leerproces. Ieder bedrijf zal eigen keuzes moeten maken passend bij eigen sterkten en markten. Toch zal leren van anderen, best practices, een van de belangrijkste mechanismen blijken te zijn. Het gaat hierbij om het delen van ervaringen. b. Ambitie: Innovatie voor de maakindustrie is een van de ambities van Economische zaken. c. Samenwerkingsverbanden: Berkelland heeft een sterke concentratie van maakbedrijven. Er moet samenwerking worden georganiseerd op lokaal niveau, maar ook contact worden gelegd met andere innovatieve regio’s als Twente en Eindhoven.
21
d. Doen: De maakindustrie is een ‘doen-industrie’. Samenwerken met platforms en verenigingen die er nu al zijn, is van belang voor het creëren van concrete acties.
Project: Smart Industry De maakindustrie is en blijft met afstand de grootste werkgever in Regio Achterhoek waar bovendien alle scholingsniveaus (van MBO tot WO) emplooi vinden. Smart industry is een uitgelezen kans om werk terug te halen en te voorkomen dat bestaand werk naar lage-lonen regio’s wegvloeit. Berkelland heeft nog een echte maakindustrie, die weliswaar onder druk staat, maar nog voldoende body heeft om te profiteren van de herwaardering van de maakindustrie. Zie bijlage III voor een aantal maakbedrijven uit Berkelland. Smart Industry in zijn oorspronkelijke betekenis gaat over bedrijven, die in hun productieprocessen zeer flexibel zijn en waarin de aspecten vraaggerichtheid, tijdigheid, efficiëntie, duurzaamheid en kostenreductie zeer bepalend zijn. Waar gaat het team economische zaken zich voor inzetten: Het facilitairen van Smart Industry bij het bedrijfsleven Projecten uit de Uitvoeringsagenda 2020 van de regio Achterhoek bespreken met ondernemers. Er zijn verschillende partijen die zich inzetten voor Smart Industry zoals: Regio Achterhoek, PPM-Oost, Platform BV Berkelland, Act-civon en vno-ncw. 1. Onderzoeken van mogelijkheden van subsidiefondsen Het is belangrijk voor de economische ontwikkeling van Berkelland om onderzoek te doen naar de mogelijkheden van subsidiefondsen. Dit wordt gedaan door:
a. Op Nationaal en Europees niveau fondsen te werven. In 2016 wordt bepaald hoe dit op wordt gepakt. b. Lokale, duurzame innovatieve ideeën en initiatieven te facilitairen. Doel is om hiermee bedrijven, verenigingen, instellingen en particulieren te stimuleren en op weg te helpen in het realiseren van duurzame en innovatieve initiatieven en de hieruit voortvloeiende investeringen. Dat is belangrijk voor de economische ontwikkeling van Berkelland op de lange termijn. c. Digitaal loket voor ondernemers te verbeteren om zelf mogelijkheden voor subsidies te onderzoeken. 2. Onderzoek en ontwikkeling op het gebied van duurzame economie Gemeente Berkelland wil bestaande kennis verzilveren en innovatiestimulering toepassen. Hierbij hoort tevens het in kaart brengen van de nieuwe vaardigheden die nodig zijn om duurzame economie in onze regio uit te gaan zetten. Hiervoor zullen samenwerkingsverbanden met kennisinstellingen, universiteiten, hogescholen, bedrijven en andere duurzame regio’s gestimuleerd worden. Het doel is een langdurige vertrouwensrelatie met het bedrijfsleven en kennisinstellingen. Een dergelijke relatie is noodzakelijk voor onderzoek en ontwikkeling op het gebied van duurzame economie. 2. Behoud en doorontwikkeling van bestaande bedrijven De gemeente wil ontwikkelingskansen creëren voor ondernemers. Hiervoor zal ingezet worden op een structurele samenwerking tussen en met ondernemers. Het doel is dat de bestaande ondernemers (in alle sectoren) samen een (duurzame) bijdrage gaan leveren aan de economische ontwikkeling van
22
gemeente Berkelland, door zelf projecten op te zetten, waarbij de gemeente stimuleert en faciliteert. Het stimuleren van bestaande en nieuwe bedrijven op het gebied van slim produceren, slimme producten en diensten zal gedaan worden door het verbinden van initiatieven, het stimuleren van kennissessies, het toepassen van kennis, bouwen aan business cases en het versnellen van start-ups. Daarom wordt er, in samenwerking met universiteiten, een innovatiedag voor bedrijven in Berkelland gestimuleerd en gefaciliteerd. De Universiteit Twente, het IKB en het platform B.V. Berkelland spelen hierbij een grote rol. Het is onze taak om dit verder te bevorderen.
2. Een goed ondernemersklimaat
Door te investeren in een goed ondernemersklimaat in Berkelland, zullen nieuwe ondernemers aangetrokken worden om zich te vestigen in Berkelland. Hiervoor zal: a. b.
c. 2. Netwerken Het is onze taak om te participeren in allerlei netwerken zoals Platform BV Berkelland, Ondernemersverenigingen, Industriële kring, VNO NCW, P10 gemeenten, ROZ, Platform onderwijs en arbeidsmarkt (POA) en het LTO. Doel is: a.
Actief deel blijven nemen in Platform BV Berkelland en dragen mede bij aan het opstellen van doelgerichte jaarplannen van de werkgroepen b. In 2020 alle kernen een taskforce waarin ondernemers en gemeenten plaatsnemen om de centrumgebieden aan te pakken. c. Deelnemen in de werkgroep Platform 2015—2020 voor een doelgerichte koers; d. Blijvende inzet voor Achterhoek Agenda 2020 en deelname netwerkorganisaties
d.
Het Centrum voor Jong Ondernemerschap op worden gericht in 2016. Samenwerking worden gezocht met de Kamer van Koophandel, Ondernemersverenigingen, Onderwijs, maatschappelijke Organisaties en Overheden om meer startende ondernemers te trekken naar Berkelland. Op reguliere basis een startersavond worden opgezet, georganiseerd door ondernemers zelf in Berkelland. Doel is kennisuitwisseling voor en door (startende) ondernemers, duidelijkheid in de rol van de gemeente en informatie inwinnen over de behoeftes/problemen en van (startende) ondernemers. Het ‘Ik Start Smart traject’ gestimuleerd worden. ‘Ik start Smart’ helpt startende en pas gestarte ondernemers bij het maken van een succesvolle start. Het biedt nuttige informatie, contactpersonen, ervaren coaches, trainingen en breng starters in contact met beginnende ondernemers. In Berkelland is nog een aantal plekken beschikbaar (ingekocht) die gevuld kunnen worden in de periode 2016-2020.
2. Voorzieningen gevarieerd en attractief houden Het coalitieakkoord 2014-2018 geeft duidelijk aan dat het behoud van leefbaarheid van de kernen is waar Berkelland voor staat. Uitgangspunt hierbij is oplossingsgericht meedenken en gebruik maken van lokale kracht. De gemeente wil meehelpen aan het oplossen van problemen, maar is daar niet als enige verantwoordelijk voor. Leefbaarheid is de subjectieve waardering van bewoners voor hun leefsituatie. Voorzieningen geven een positieve impuls aan deze
23
waardering. Voor de versterking van de economische positie van Berkelland is een compacte en vitale kern van groot belang. Om de kernen compact en vitaal te houden, is de aanwezigheid van goede zorg, sport, cultuur, welzijn en onderwijs erg belangrijk. De gemeente wil draagvlak creëren voor deze voorzieningen en ervoor zorgen dat deze voorzieningen niet verdwijnen of verplaatsen, zodat de vitaliteit van de kleinere leefgemeenschappen niet in gevaar komt. Fundamenteel hierbij is de samenwerking met overheden, ondernemers, maatschappelijke organisaties, onderwijs en inwoners. 3. Grensoverschrijdende projecten Er moet niet alleen gekeken worden naar ontwikkelingen op de arbeidsmarkt binnen de gemeente Berkelland, maar ook naar de ontwikkelingen in Duitsland. Aangezien Berkelland dicht bij de Duitse grens ligt is het relatief gemakkelijk om samen projecten op te zetten ten behoeve van de arbeidsmarkt. Te denken valt dan aan leerervarings-, stage- en orientatieprojecten maar ook fulltime/parttime banen. 4. Samenwerking met Duitsland De contacten met Stadt Vreden en Kreis Borken worden geïntensiveerd zodat er op verschillende gebieden een samenwerking kan ontstaan. Het gaat dan vooral om samenwerking op het gebied van ondernemerschap. Ondernemers kunnen van elkaar wat betreft innovatie, aangezien Smart Industry niet alleen in de gemeente Berkelland als een innovatieve branche wordt gezien. Het is een grensoverschrijdend onderwerp en er kan dan ook geleerd worden van ervaringen die elders opgedaan worden. Grensoverschrijdend samenwerken is dan ook enorm belangrijk. Hiervoor kunnen gemeenten en provincie de creatie van shared facilities stimuleren om kennisuitwisseling en innovatie binnen verschillende branches te vergroten o.a. in de maakindustrie.
5. Structurele interne communicatie vanuit Team EZ Zoals hierboven al is benoemd is team Economische Zaken inmiddels opgericht. Van belang is dat team EZ in samenwerking met de wethouder economische zaken goed blijft communiceren met de raad over de onderwerpen die op dat moment relevant zijn. Om de werkgelegenheid, en daarmee de economische structuur, van Berkelland krachtig te stimuleren is het noodzakelijk om structureel intern te communiceren over ontwikkelingen op het gebied van economische zaken. Om dit te bereiken worden er: a. Inloopspreekuren met de raad. Om binding te houden met de raad wil team EZ op reguliere basis een inloopspreekuur houden voor de raad zodat zij op de hoogte zijn van alle ontwikkelingen en zelf initiatieven of ideeën kunnen inbrengen. b. Kwartaalcijfers delen. Team EZ wil kwartaalcijfers over de arbeidsmarkt van o.a. het UWV (het Platform Arbeidsmarkt) en de regionale barometer communiceren naar de raad. Op deze manier wordt er informatie van buiten naar binnen gehaald. c. Structurele ontmoeting tussen ondernemers en de raad. Om de werkgelegenheid te stimuleren is het noodzakelijk dat de raad structureel ondernemers ontmoet van gemeente Berkelland.
24
WAT
4. Bedrijventerreinen en winkelgebieden zijn gevuld
We willen aantrekkelijke bedrijventerreinen en winkelgebieden, compact en zonder/weinig leegstand, waarbij de fysieke en digitale bereikbaarheid optimaal moet zijn. 1. Bestaande lokale bedrijventerreinen en winkelgebieden zijn gevuld 2. Regionaal Plan Bedrijventerreinen is doorontwikkeld 3. Regionaal bedrijventerrein Laarberg is gefaseerd gerealiseerd 4. Lokale winkelgebieden zijn compact en aantrekkelijk
HOE 1. Versterken van Industrieterreinen Er zal verdere invulling worden gegeven aan industrieterreinen. De gemeente Berkelland zal zich in samenspraak met partners dan ook actief gaan inzetten om de bedrijventerreinen in de gemeente te versterken en waar mogelijk te zorgen voor nieuwe bedrijvigheid. Hierbij is het onze taak aan de slag gaan met actiepunten uit het Regionaal Plan Bedrijventerreinen (subdoelstelling 2). Doel is zo veel mogelijk (nieuwe) bedrijven naar Berkelland te krijgen. Verschillende aspecten spelen een rol bij de aantrekkelijkheid van bedrijventerreinen zoals: een goede ontsluiting, regelgeving en duurzaamheid.
1. Parkmanagent en Keurmerk Veilig Ondernemen (KVO) Dit punt sluit aan op het vorige aangezien het Keurmerk Veilig Ondernemen ervoor zorgt dat bedrijventerreinen aantrekkelijker worden op het gebied van veiligheid en leefbaarheid. Deze aspecten kunnen van invloed zijn op de vestiging van bedrijven in Berkelland. Om de economische kwaliteit van de bedrijventerreinen en winkelgebieden te verbeteren zal de gemeente zich blijven inzetten voor het KVO en parkmanagement. Door te investeren in parkmanagement en KVO krijgt het gebied een goede eerste indruk, wordt de veiligheid en leefbaarheid van de (werk)omgeving vergoot en wordt verrommeling van landschap tegengegaan. Doel is om er in 2017 voor te zorgen dat dit volledig gefinancierd wordt door de ondernemers zelf.
1. Het stimuleren van duurzame bedrijvigheid Er moet een sterk duurzaam cluster gecreëerd worden dat bijdraagt aan een energie neutraal 2030. Verduurzaming van bedrijventerreinen is hierbij een belangrijk aandachtspunt, waarbij publieke en private investeringen elkaar versterken. Kwaliteitsverbetering en behoud op bestaande bedrijvenparken staat hier centraal. De pilot duurzaam, innovatief en zelfvoorzienend bedrijventerrein is eind 2015 van start gegaan in Ruurlo.
25
Project: Duurzaam, innovatief en zelfvoorzienend bedrijventerrein Zoals hiervoor is beschreven wordt er In samenwerking met onze partners / bedrijven meer aandacht geschonken aan verduurzaming van bedrijventerreinen. Deze zijn immers faciliterend voor de economische ontwikkeling van onze bedrijven, met name in de (maak)industrie en logistiek. Het pilotproject (Ruurlo) past dan ook uitstekend binnen de ambitie (coalitieakkoord) van de gemeente Berkelland om als gemeente in 2030 energieneutraal te zijn en draagt daar als project ook direct aan bij. Door deze aanpak wordt de publieke en private opgave aan elkaar verbonden en komen we zo tot een intensieve samenwerking. Dit sluit ook naadloos aan op het ontwikkelprogramma “Veranderende Samenleving, Vernieuwd Bestuur” (VSVB) waarin de gemeente een andere rol kiest. Het project wordt gefinancierd door de gemeente Berkelland en de provincie Gelderland. Het doel is om alle bedrijvenparken in Berkelland duurzaam, innovatief en zelfvoorzienend te maken. 1. Duurzame opwekking Tot eind 2018 wil de gemeente 1/3 van de ambitie energie neutraal (2030) realiseren. De opgave is het duurzaam opwekken van 85 miljoen kWh/jr en een gasbesparing van 12 miljoen m3/jr. De maatregelen hiervoor zijn opgenomen in het uitvoeringsprogramma. Deze maatregelen richten zich op woningen, bedrijven en de gemeente als voorbeeld- en aanjaagrol. Team EZ wil lokale projecten stimuleren op het gebied van energiebesparing en het opwekken van duurzame energie. Project: Duurzame energie Gemeente Berkelland wil gaan voor een Energie Neutraal 2030 door het stimuleren van inspirerende, rendabele en zichtbare initiatieven, duurzame lokale bedrijvigheid en door het bij elkaar brengen van partijen. Om een
duurzaam cluster te kunnen creëren is onderzoek en ontwikkeling op het gebied van duurzame energie van essentieel belang. Hiervoor kunnen samenwerkingsverbanden met universiteiten, hogescholen, bedrijven en andere regio’s worden ontwikkeld. Duurzaamheid en samenwerking in duurzame economische ontwikkeling tussen agrariërs, ondernemers, inwoners, en onderwijsinstellingen wordt gestimuleerd. Ondernemers (en daarmee ook agrariërs) in de omgeving kennen elkaar goed en hebben vaak veel mogelijkheden (veel grond). Ondernemers kunnen bijvoorbeeld gezamenlijk investeren in windmolens en zonnepanelen. Maar voor agrariërs kan het bijvoorbeeld ook interessant zijn om zich te richten op het stoken op streekhout en mestvergisting. Om hierin echt iets te kunnen betekenen voor de samenleving worden inwoners en ondernemers gestimuleerd in het opzetten van coöperaties. Zo kan er namelijk voor gezorgd worden dat Berkelland industrialiseert, er nieuwe werkgelegenheid komt, boeren meer inkomen hebben, de regio groener wordt en dat Berkelland meer zelfvoorzienend wordt Een van de mogelijk inspirerende, rendabele en zichtbare initiatieven is Deepwater energy. Op dit moment wordt slechts 0,2% van de elektrische energie uit water gewonnen. In Berkelland zijn er ook mogelijkheden om gebruik te maken van Deepwater energy en deze zullen verder onderzocht moeten worden.
1. Een sterk vestigingsklimaat Om nieuwe banen te creëren zal er intensief gewerkt worden aan een gunstig vestigingsklimaat voor (nieuwe) ondernemers. De gemeente wil dan ook zorgen dat er (tijdelijke) bedrijfsruimte beschikbaar wordt gesteld voor starters in 2016. Met de komst van het Centrum voor Jong Ondernemerschap (CvJO) in Eibergen is al een grote stap gezet. In het kader van Vernieuwde samenleving Veranderend Bestuur (VSVB) heeft de gemeente Berkelland in samenwerking met de KvK en het ROZ een startersavond
26
georganiseerd om bij startende ondernemers op te halen waar ze tegenaan zijn gelopen bij het starten van een nieuw bedrijf. De belangrijkste leerpunten van deze avond zijn:
Starters kunnen bij de gemeente Berkelland (team EZ) terecht voor een intake/kennismakingsgesprek. Van hier uit kunnen ze doorverwezen worden naar instanties als de KvK of het ROZ. De rol van de gemeente in het economisch domein moet duidelijker worden. Ondernemers kunnen met vragen terecht bij de gemeente.
Daarbij is het zaak dat nieuwe ondernemers zich snel kunnen vestigen in Berkelland. Op dit moment duurt het voor bedrijven minimaal 6 maanden, voordat ze zich kunnen vestigen. De gemeente wil zich gaan inzetten om dit proces te versnellen en bestemmingsplannen zo in te richten dat er een aantrekkelijk vestigingsklimaat (zie hieronder onder actie ambitie leegstand kernen, het gedeelte over de detailhandelsvisie) ontstaat in de gemeente Berkelland. Hierdoor kan het gebied een nieuwe impuls krijgen. 1. Uitnodigingsplanologie De gemeente wil een inventarisatie van broedplaatsen waar nieuwe (jonge) ondernemers de kans krijgen om hun talenten te ontwikkelen. Dit is van groot belang voor economische groei. Ontwikkelingsgebieden aanwijzen stimuleert ondernemers tot investeringen en/ of eigen initiatieven (uitnodigingsplanologie). De gemeente moet hierbij overlaten zonder in de steek te laten. Minder dichtregelen en vooral anderen verleiden om ruimtelijke ontwikkelingen in te vullen. Dit betekent dan ook meer uitnodigen, verbinden, faciliteren en activeren van lokale belanghebbenden (burgers, ondernemers, scholen e.d.). Het aanwakkeren van (en uitnodigen tot) eigenaarschap bij deze belanghebbenden moet hierbij het doel zijn.
Project: Online bedrijvenvestigingskaart Het idee is om via een online bedrijvenvestigingskaart inzichtelijk te maken waar de mogelijkheid voor ondernemers ligt om een bedrijf te vestigen in gemeente Berkelland. Dit zal gedaan worden via een kaart van gemeente Berkelland, waarop met kleuren wordt aangegeven waar bedrijven zich kunnen vestigen. Elke kleur staat voor een categorie waaronder het bedrijf kan vallen. Via een index zal inzichtelijk worden gemaakt welke kleur valt onder welke categorie. Wanneer er geklikt wordt op een bepaalde kleur zal ook worden aangegeven hoe lang de vestiging zal duren en met wie er contact kan worden opgenomen. De gemeente zal dit project samen met makelaars, vastgoedeigenaren en ondernemers gaan realiseren. Zo wordt er een dialoog gecreëerd en wordt er goed in de gaten houden wat de status is van de leegstand.
2. Het Regionaal Plan Bedrijventerreinen (RPB) De provincie Gelderland wil dat gemeenten samenwerken bij het plannen en programmeren van bedrijventerreinen. Dit is in het belang van de economische ontwikkelingsmogelijkheden, het bevordert de ruimtelijke kwaliteit en het zorgvuldig omgaan met de schaarse ruimte. Er worden afspraken gemaakt over o.a. de confrontatie vraag-aanbod, regulering aanbod, segmentering, herstructurering, grondprijsmethodiek, toepassing van de ladder van duurzaam 2 ruimtegebruik en monitoring . De gemeente Berkelland neemt deel aan het RPB en in samenwerking met bovengenoemde partijen wordt er gewerkt aan de economische ontwikkelmogelijkheden van de bedrijventerreinen in Berkelland.
2
http://www.gelderland.nl/4/economie/bedrijventerreinen-agenda/RegionaleProgrammas-Bedrijventerreinen.html
27
3. Investeren in bedrijventerrein de Laarberg Dit bedrijventerrein is in totaal 65ha groot. 20ha is beschikbaar gesteld voor biobased economy en 45 ha is voor de zwaardere industrie. Er is nog veel ruimte vrij op de Laarberg en biedt veel kansen voor de gemeente. Daarbij ligt dit terrein langs de N18, dat maakt het een zeer belangrijk terrein, wat nu en in de toekomst voor veel werkgelegenheid kan zorgen. Project: Detailhandelsvisie Een aantrekkelijk leef-, woon- en vestigingsklimaat is een van de belangrijkste pijlers in deze economische agenda. De detailhandelsstructuur is hiermee onlosmakelijk verbonden. Een gezonde en vitale detailhandel is van groot belang voor de ruimtelijke kwaliteit en leefbaarheid van onze kernen. Gezien de ontwikkelingen op het gebied van detailhandel hebben de portefeuillehouders Economie van de acht gemeenten in de regio Achterhoek een regionaal afsprakenkader voorbereid. Met dit kader wordt beoogd een basis te scheppen voor lokaal maatwerk om te komen tot compacte vitale centra. Doel is het behoud van een zo aantrekkelijk mogelijke winkelstructuur waarbij de focus ligt op behoud van vitale centra.
Een plaatselijke detailhandelsvisie als aanvulling op het regionale kader uit zich in de volgende actiepunten (4A t/m 4C). 4A. Keurmerk Veilig Ondernemen (KVO) Winkelgebieden Ook voor de winkelgebieden in de vier kernen wordt het Keurmerk Veilig Ondernemen opgestart. Winkelcentra zijn ontmoetingsplaatsen waar veel mensen dagelijks samenkomen. Onveiligheid heeft een negatief effect op het imago van het winkelgebied. Een aantrekkelijk en veilig winkelgebied, met weinig leegstand, is goed voor de lokale economie en indirect ook voor de individuele ondernemer. Onveiligheid is daarmee een gemeenschappelijk probleem, dat door samen te werken aangepakt kan worden. Juist die samenwerking is het centrale thema van dit plan van aanpak en de Keurmerk Veilig Ondernemen (KVO) methodiek. Met deze aanpak worden de dorpskernen aantrekkelijker. 4B & 1. Een frictieleegstand van 4-6% in de kernen Leegstand is een hinderlijk element voor een vitaal straatbeeld en aantrekkelijk winkelcentrum. Daarom wordt er gewerkt naar een frictieleegstand die nodig is om de detailhandel goed te laten functioneren.
De regionale strategie is: compacte centrumgebieden, sterke terughoudendheid ten aanzien van overige locaties en toetsing en handhaving. In het afsprakenkader worden op vier punten afspraken gemaakt: gewenste winkelstructuur, nieuwe ontwikkelingen, transformatie en bestrijden van leegstand, regionale toetsing en handhaving.
Kern*
Het is dan ook belangrijk om dit afsprakenkader te vertalen in lokaal beleid (bijvoorbeeld via structuurvisies, centrumvisie of bestemmingsplannen). Daarbij is het wenselijk marktparktijen actief te betrekken en potenties te bundelen om stap voor stap tot uitvoering te komen.
Borculo Eibergen
% leegstaand vloeroppervlakte t.o.v. totaal aantal m2 8.9%
% leegstand t.o.v. totaal aantal winkels 9.4%
11%
12.7%
Neede
19.6%
20%
Ruurlo
4.4%
9.4%
* Er is alleen gekeken naar het kernwinkelgebied met de bestemming centrum
28
b.
Het winkelaanbod versterken (meer retail & detailhandel in het centrum). De winkelstructuur wordt versterkt door de concentratie van detailhandel in het kernwinkelgebied te houden. Hierdoor kunnen de kernwinkelgebieden aantrekkelijk gehouden worden voor de winkelier en de consument (eigen inwoner en de consument van buiten de gemeente). Dit betekent dat detailhandelsvoorzieningen zich kunnen blijven vestigen in de kernen, om een positieve bijdrage te leveren aan de leefbaarheid in de kernen.
c.
Een actief leegstandsbeleid, gevoerd door een persoonlijke benadering en waar nodig aanvullende instrumenten inzetten (zie bijlage IV). Doel is om met de eigenaren in een constructief gesprek te komen. Daarnaast worden eigenaren gemotiveerd om energie te steken in het verhuurd raken van de panden of in het tijdelijk verlagen van zowel de huur, als de duur van het huurcontract. Dit trekt jonge startende ondernemers aan. Onderdeel van een actief leegstandsbeleid is dan ook faciliteren in het aantrekkelijker maken van het gebied door mooie bestrating, bebording, beplanting, verlichting, veiligheid en goede parkeermogelijkheden. Het zoeken naar nieuwe mogelijkheden voor het verkopen of verhuren van vastgoed wordt hierbij enorm gestimuleerd. Ondernemers informeren over de ontwikkelingen op de markt. Het toenemend internetgebruik zorgt ervoor dat ondernemers op een andere manier moeten inspelen op de ontwikkelingen in de markt. De gemeente kan hierin ondersteunen, door ondernemers te informeren en te stimuleren om nieuwe strategieën toe te passen. Ondernemers kunnen op de huidige voet verdergaan en de verkoop vooral via de fysieke winkel voortzetten. De ondernemers die zich gevestigd hebben in een van de vier kernen moeten zich dan op een bepaalde manier onderscheiden (van webwinkels) door de beleving, unieke producten en/of het juiste advies. Gemeente wil ondernemers ondersteunen hierin en informeren over de ontwikkelingen op de markt.
Project: Leegstand
Berkelland heeft te maken met negatieve demografische ontwikkelingen (vergrijzing, ontgroening). Behalve woningen en schoolgebouwen staan ook winkelpanden leeg. Het is zaak om door middel van lokale actieplannen aan de slag te gaan met maatwerkoplossingen voor dit probleem. Er wordt een situatie gecreëerd waarin winkeliers, eigenaren en de gemeente een positieve stap nemen naar een gezamenlijke verantwoordelijkheid in de problematiek van de leegstand. Om dit te bereiken wordt er een actief leegstandsbeleid met een persoonlijke benadering gehanteerd.
Leegstand actief bijhouden in kernen
Meedenken in eventuele oplossingen
Gebruikers voordragen aan de eigenaar
4C. Ambitie leegstand kernen Hiervoor is een kernversterkend beleid nodig en dat houdt in: a.
Een plan van aanpak op alle domeinen. Dit is noodzakelijk om de winkelstructuur te versterken. Het moet onderdeel worden van een duidelijke detailhandel visie. In de praktijk blijkt namelijk dat marktpartijen sneller investeren op het moment dat lokale overheden duidelijke keuzes maken. Een duidelijke strategische visie is nodig om daarmee de ontwikkelingen in het centrum te sturen. Ondernemers weten dan wat ze aan de gemeente hebben en durven daardoor ook te investeren.
d.
29
e.
f.
g.
Stimuleren van wonen boven winkels. Na sluitingstijd wordt het vaak stil in winkelgebieden. Daarnaast staan veel etages boven winkels leeg (KvK, november 2012). Wonen boven winkels bevordert de veiligheid en levendigheid in een winkelgebied, waardoor de stedelijke kwaliteit in een centrum wordt verbeterd. Om die reden creëren verschillende gemeenten woningen boven winkels. Hierbij is het van belang om de (historische) panden in de binnenstad te onderhouden. Het opknappen en goed beheren van panden heeft een positief effect op het winkelklimaat (Purmerend, 2012). Meer evenementen in de dorpskernen. Die kunnen op een strategische manier worden ingericht, waardoor bezoekers geld uitgeven in winkels en horeca. Door evenementen bijvoorbeeld voor sluitingstijd te laten beginnen komen mensen direct naar de stad vanaf hun werk, gaan ze uit eten en daarna gaan ze deelnemen aan het evenement. Doel is om evenementen de stimuleren en te faciliteren, waarbij de ondernemers zelf organiseren. Goede bereikbaarheid in kernen voor 65 plussers. 65 plussers worden een steeds belangrijkere doelgroep waar rekening mee gehouden moet worden. Om tegemoet te komen aan de wensen van deze doelgroep verdient het aanbeveling te investeren in gemak, comfort en veiligheid. Een goede bereikbaarheid en toegankelijkheid (drempelloos) is daarom, evenals voldoende ruimte voor zitgelegenheid, van groot belang.
lokale economie (winkels) maar ook werkgelegenheid en mogelijkheden voor verschillende verenigingen in Berkelland. Daarom ondersteunen we nieuwe attracties (passend in het landschap) in de nabijheid van bestaande verblijfs- en dagrecreatie zodat deze elkaar versterken. Er is ook ruimte voor een grootschalige dagattractie met verblijfsrecreatie. De gemeente faciliteert de vestiging daarvan. Bovendien zoeken we actief naar passende ondernemersactiviteiten op het gebied van dagattractie/ leisure die ons eigen aanbod en onze eigen identiteit versterken en die leiden tot meer bezoekers in Berkelland en omstreken.
Project: Initiatieven uit de samenleving Een aantal ondernemers in Eibergen hebben samen een project bedacht waarbij gebruik wordt gemaakt van de karakteristieken van de omgeving. Tevens wordt er ingespeeld op het duurzaamheidsaspect, landschapsverbetering en uiteraard de economie. Het project is een initiatief van een groep Eibergse ondernemers die actief bezig zijn met het creëren van nieuwe economische dragers voor Eibergen gecombineerd met duurzaamheid, landschap verbetering, versterking van de recreatief toeristische positie van Eibergen, versterking van de functies in de dorpskernen en alternatieven voor het gebruik van grond van agrariërs.
In bovenstaande is al een aantal keer het woord toerisme genoemd. De gemeente maar zeker ook Platform BV Berkelland zijn van mening dat toerisme en recreatie een belangrijke rol kunnen gaan spelen in economisch opzicht. Gemeente Berkelland heeft met haar uitgestrekte buitengebied dat doorweven is met beken, houtwallen, singels, kleine en grote bossen en natuurgebieden een zeer herkenbare Achterhoekse ‘identiteit’. Rust en natuur zijn steekwoorden die op Berkelland van toepassing zijn. Toerisme levert niet alleen geld op voor de
30
Foto: Tijs de Groot
31
5. Bereikbaarheid, fysiek en digitaal, is sterk verbeterd
a.
Breedbandvoorzieningen zijn noodzakelijk voor inwoners, bedrijven en buitengebied en dienen gestalte te krijgen. Fysieke bereikbaarheid is ook van groot belang en een goede, veilige wegverbinding van de Laarberg naar de A1 versterkt dit. Bovendien zorgt het voor de ontwikkeling van de Laarberg, voor een verbetering van het ondernemersklimaat en groei van de werkgelegenheid.
b.
WAT
1. Breedband kernen, buitengebied en bedrijventerreinen gerealiseerd 2. Goede wegverbinding tussen Laarberg en A1 in voorbereiding 3. Bedrijventerreinen en winkelgebieden zijn goed ontsloten
HOE 1. Inzet op snelle uitwisseling van data Naast fysieke bereikbaarheid is er ook behoefte aan snelle uitwisseling van data (datacommunicatie). Hiervoor zal ingezet worden op de verspreiding van glasvezel in woonwijken, bedrijventerreinen en het buitengebied. Dit staat tevens direct in verband met de bestrijding van de leegstand op bedrijventerreinen, omdat het terrein zo interessanter wordt voor (startende) ondernemers. Een snelle verbinding is in deze tijd namelijk onmisbaar. De Rabobank, Oost NV, de HAN en andere gemeenten zullen hierin samen de kar trekken. Wat gaan we hiervoor doen:
Deelname aan project Breedband Regio Achterhoek in het buitengebied. Samen met de provincie zorgen voor een zo snel mogelijke uitrol. Eerst zullen de woongebieden aan worden gesloten en daar op volgend de bedrijventerreinen. Vanuit Platform B.V. Berkelland en in samenwerking met (lokale) ondernemersorganisaties witte vlekken op bedrijventerreinen zichtbaar maken en voorzien van breedband. 2. Ontsluiting Laarberg
Onderzoek met regionale partners naar de oost-west ontsluiting van Laarberg. Het regionale bedrijventerrein de Laarberg moet goed ontsloten zijn i.v.m. de vestiging van (nieuw) bedrijven. Die zijn afhankelijk van transport en dus een goede ontsluiting. Omdat het economisch gezien belangrijk is dat de Laarberg een goede bereikbaarheid heeft zal de wegverbinding tussen de Laarberg en A1 op de agenda komen van het Portefeuillehouders Overleg Duurzame Economie. 3. Bereikbaarheid winkelgebieden en bedrijventerreinen Dit punt sluit aan op het vorige aangezien het ook voor gemeentelijke bedrijventerreinen en winkelgebieden belangrijk is om goed bereikbaar te zijn. Voldoende parkeerplaatsen, bewegwijzering en wegen (aanrijroutes) zorgen voor een goede bereikbaarheid voor zowel bewoners als voor bestemmingsverkeer en toeristen. Ook digitale bereikbaarheid wordt steeds belangrijker in kernwinkelgebieden. Er wordt gekeken of er vraag/behoefte is aan openbare WIFI in de kernen. In samenwerking met de regio Achterhoek wordt er gekeken of openbare WIFI in kernwinkelgebieden en tijdelijkeof permanente recreatieen evenemententerreinen realiseerbaar is.
32
33
4. Communicatie Communicatie is interactie tussen mensen en daarmee heel belangrijk voor de gemeente Berkelland. Uit meerdere bijeenkomsten is gebleken dat er beter gecommuniceerd kan worden op het gebied van Economische zaken. Met name in het platform B.V. Berkelland is hier behoefte aan. Goede en consequente communicatie met de betrokken partijen is noodzakelijk in het economisch aantrekkelijker maken van de gemeente Berkelland. Daarom is er de behoefte om nieuwe communicatiekanalen te gaan inzetten, communicatiekanalen van deze tijd. Er wordt steeds meer online gecommuniceerd en voor de gemeente Berkelland is het noodzakelijk om hierin mee te gaan. Uiteraard heeft dit ook een impact op hoe er wordt gecommuniceerd, hoe daar als organisatie mee om te gaan en wat de rol van medewerkers hierin wordt. Hoe belangrijk zijn sociale media, hoe en wanneer wordt sociale media ingezet en waar ligt de focus op? Dit zijn vraagstukken die vragen om visie en vaardigheden. Om de communicatie te verbeteren zal er meer gebruik gemaakt moeten worden van nieuwe media. Dit gaat het volgende in houden: 1.
Inzetten Social Media
Social Media is een van de meest effectieve manieren om Berkelland op de kaart te zetten (en daarmee ook economische zaken). Door Social Media in te zetten wordt een beter inzicht verkregen in de markt en de behoeftes die er zijn in de samenleving. Hierbij wordt de focus gelegd op de Social Media die voor ons een toegevoegde waarde kan hebben. Dit zijn Facebook, Twitter en LinkedIn. Social Media kan niet alleen extern ingezet worden, het kan ook van grote waarde zijn voor de interne communicatie. Bijvoorbeeld via Facebook en LinkedIn kunnen berichten snel gestuurd worden, die veel sneller gelezen en beantwoord kunnen worden dan bijvoorbeeld met email of briefjes. Nog een voordeel is dat een groep op LinkedIn of een pagina of Facebook afgeschermd kan worden
waardoor privé zaken en opdrachten die nog even niet bekend gemaakt mogen worden veilig zijn op de pagina en alleen leesbaar zijn voor de mensen die zijn toegevoegd. Bovendien zorgt het gebruik van Social Media voor meer verbondenheid, intern en extern. Niemand staat beneden een ander en dit gevoel van verbonden- en gelijkheid is een groot voordeel in de onderlinge samenwerking binnen een bedrijf. Niet alleen binnen één afdeling maar ook tussen de afdelingen onderling en naar buiten toe. De mogelijkheden van Social Media zijn oneindig: Branding: het bereik van de gemeente en Team EZ vergroten, zichtbaarder worden voor de samenleving, imago Marktonderzoek: scannen van conversaties en ideeën toetsen op het gebied van economie en werk Marktontwikkeling: bereiken van nieuwe groepen (ondernemers, studenten, afgestudeerde, starters etc.) Acquisitie: aantrekken van nieuwe ondernemers en bedrijven Verbinding: verbeteren verbinding door nauwere interactie Innovatie: verkrijgen van nieuwe ideeën door feedback Reputatiemanagement: volgen en beïnvloeden van economische zaken PR: via bijvoorbeeld weblogs LinkedIn (vorming online communities) Net als de werkgroepen van het platform B.V. Berkelland kunnen er online communities opgezet worden via LinkedIn om gemeenschappelijk het gesprek aan te gaan over een bepaald onderwerp, project of evenement. Online communities hebben een gemeenschappelijk doel. Bij online communities staan activiteiten centraal die op hun beurt dan ook weer gedeeld kunnen worden. Dit laatste is in principe een framework voor – collectieve – activiteiten. Daarbij is LinkedIn ideaal om op Europees niveau contacten te leggen en te houden. Vooral met onze ‘Duitse buren’ kan er op een laagdrempelige manier gecommuniceerd worden via LinkedIn.
34
Twitter (waar is team EZ mee bezig) Op Twitter wil de gemeente / Team EZ bespreken wat ons bezig houdt en wat er speelt op dat moment. Dit is een krachtige context om onze boodschap in realtime te verbinden aan zaken die van belang zijn voor inwoners, ondernemers, onderwijs en maatschappelijke organisaties. Door interacties aan te gaan met realtime tweets, is het mogelijk om in gesprek te komen. Via Twitter is het mogelijk om interessante content te delen en onze expertise te tonen. Interactie is hierbij een must. Daarbij is Twitter een ideaal medium om partners, ondernemers, inwoners en andere partijen te bedanken en hun inzet waarderen.
de mensen die hier aan deelnemen te laten zien wat de resultaten zijn. 4.
Website gemeente
Er moet consequent informatie op de website van de gemeente geplaatst worden over alles wat er speelt op het gebied van Economische Zaken. Dit betekent dat er maandelijks een nieuw bericht geplaatst moet worden op de ondernemerspagina.
Facebook (dialoog) Facebook biedt ook een enorm platform om met starters, ondernemers, studenten, bedrijven, MO’s etc. in contact te komen. De informatie die gedeeld wordt, bereikt een groot netwerk. Zo kan er specifiek, in één klap een grote groep ondernemers, onderwijsinstellingen of maatschappelijke organisaties bereikt worden. Door het regelmatig actief zijn blijven de naam en de activiteiten van team EZ beter hangen. Facebook is dan ook een goed kanaal voor feedback en dialoog. Het is belangrijk om hier openheid en transparantie te tonen en inwoners, ondernemers en andere organisaties laten meedenken in oplossingen. Hier kan een platform voor discussie geboden worden. 2.
Versturen persberichten over EZ
Ook het versturen van persberichten is enorm belangrijk om de mensen intern en extern op de hoogte te houden van wat er speelt op het gebied van Economische Zaken. 3.
Versturen nieuwsbrieven EZ
Het is belangrijk om de mensen die deelnemen aan de verschillende werkgroepen van platform BV Berkelland. een keer per maand een nieuwsbrief te sturen met ontwikkelingen op het gebied van economie en werk. Het is goed om
35
Bijlage I
Cijfers Berkelland
36
Banen - Achterhoek
R Vrije tijd sector [aantal (afgerond op 10-tallen)]
2005
2005
2015
2015
Achterhoek
Nederland
Achterhoek
Nederland
2.630
143.220
3.610
190.160 Bron LISA 2015 - bewerking ABF Research
37
Bron: Sociale Dienst Oost Achterhoek (2015) – Verantwoording Businessplan SDOA
Prognose bevolking totaal 2015
44.359
2020
43.380
2025
41.955
2030
40.518
2035
39.165
2040
37.856
Bron: LISA 2015 – bewerking ABF Research 2015 Bevolking [aantal per 1 januari] Prognose bevolking -14 jaar [aantal] Prognose bevolking 15-64 jaar [aantal] Prognose bevolking 65+ jaar [aantal]
44.364 7.237
2020
2040
43.380 37.856 6.361
5.288
27.321
26.082 18.523
9.801
10.937 14.045
Bron: USA 2015- bewerking ABF Research
38
39
Banen totaal - Berkelland 2011 Banen totaal
18.190
2012 18.060
2013 17.940
2014 17.290
2015 16.490
Bron LISA 2015 - bewerking ABF Research
Bevolking [aantal per 1 januari] 2015 2020
Prognose bevolking 15-64 jaar [aantal] 398.772
249.739 242.395
Bron LISA 2015 - bewerking ABF Research
40
41
42
Einde bijlage: 2016-06-14 - Bijlage 1 - De Economische Agenda 2016-2020
Terug naar het agendapunt
2016-06-14 - Bijlage 2 - Concept Persbericht aan de slag met de economische agenda 2016-2020 (terug naar agendapunt)
De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####df29b4dc-6ae7-4f88-b4c1-61b12a9b2948#
Persbericht 11 mei 2016
Aan de slag met de Economische Agenda 2016-2020 Met partners werken aan een economisch vitaal, toekomstbestendig en duurzaam Berkelland Het college van burgemeester en wethouders stelt de gemeenteraad voor om de Economische Agenda 2016-2020 vast te stellen. De afgelopen jaren zijn er veel nieuwe ontwikkelingen geweest die een sterke invloed hebben op de economische positie van Berkelland en haar regio. Te denken valt aan de veranderde bevolkingssamenstelling, de economische verduurzaming en de ontwikkelingen in de verhouding overheid-inwoners. Deze economische agenda geeft weer hoe de gemeente Berkelland vanuit een eigen verantwoordelijkheid en samen met partners gaat werken aan een economisch vitaal, toekomstbestendig en duurzaam Berkelland. Wethouder Han Boer: “Samen met onder andere Platform BV Berkelland gaat de gemeente zich inzetten om het aantrekkelijke economisch klimaat in Berkelland te verbeteren. Deze economische agenda bepaalt de richting waar de gemeente in samenwerking met ondernemers en maatschappelijke organisaties naar toe wil. Een goed ondernemersklimaat scheppen is belangrijk bij het verbeteren van de lokale economie. Want het zijn de ondernemers die echt iets kunnen betekenen. We hebben ervaren dat door één integrale benadering en door te werken met één aanspreekpunt we meer zicht krijgen op wat er leeft en wat wij kunnen betekenen om zo onze faciliterende rol beter te kunnen vervullen.” Waarom een Economische Agenda? De hoofdambitie van de economische agenda is aan te geven welk economisch beleid een bijdrage kan leveren aan de werkgelegenheid, welvaart en het welzijn van de inwoners. Werk is heel belangrijk. Werk biedt mensen de kans tot ontwikkeling, bevordert de integratie, biedt sociale contacten en structuur, betrekt de inwoners bij de samenleving en is de beste garantie tegen armoede en sociale uitsluiting. Participatie, zelfontplooiing en inkomen staan in nauwe relatie tot gezondheid en welzijn. De gemeentelijke rol ligt in het nemen van verantwoordelijkheid voor het algemene vestigingsklimaat, het faciliteren en stimuleren van ondernemerschap, het organiseren van netwerken en verbindingen in de regio, maar ook in het stellen van regels. Voor een goed economisch beleid moeten belangrijke randvoorwaarden gerealiseerd worden, zoals een stevig onderwijs- en arbeidsmarktbeleid, goede regionale en grensoverschrijdende verbindingen, goede woonvoorzieningen en geschikte werklocaties. Wat zijn de doelstellingen? Centraal staat in de Economische Agenda: Het verbeteren van het aantrekkelijke economisch klimaat in Berkelland.
Deze ambitie wordt verder uitgewerkt aan de hand van vijf doelstellingen die samen het speelveld van de economische agenda bepalen:
Kwetsbare groepen kunnen meedoen Hier wordt onder andere invulling aan gegeven via de werkgeversbenadering.
Aansluiting onderwijs op arbeidsmarkt is goed De bouw en oprichting van het Onderwijsplein in Neede maar ook de jaarlijkse techniekdag spelen een rol in de realisatie van deze doelstelling.
Goede samenwerking tussen Organisaties, Ondernemers en Overheden In samenwerking met Platform BV Berkelland, een overkoepelend orgaan waar ondernemers, onderwijs, landbouw en gemeente in vertegenwoordigd zijn, worden veel vraagstukken opgepakt. Hierbij moet men denken aan het opzetten van een ondernemersfonds, de ontwikkeling van de maakindustrie en het behouden van een goed ondernemersklimaat. Rinus Smet: “Belangrijk bij de nieuwe aanpak is niet alleen duurzame en technologische innovatie, maar vooral het maken van nieuwe (netwerk-)verbindingen, het vormen van een nieuw soort perspectief, een gezamenlijke strategie en het met elkaar ontwikkelen van een nieuwe manier van werken en besturen.”
Bedrijventerreinen en winkelgebieden hebben aantrekkingskracht Naast alle bedrijventerreinen die een keurmerk veilig ondernemen hebben worden nu ook de winkelgebieden voorzien van een keurmerk. Ruurlo is het eerste winkelgebied dat het keurmerk heeft behaald, de andere kernen zullen de komende jaren volgen.
Bereikbaarheid, fysiek en digitaal, is sterk verbeterd Een goede ontsluiting van de winkelgebieden en bedrijventerreinen is niet alleen belangrijk voor de bedrijven die zich nu al gevestigd hebben maar ook voor bedrijven die zich hier eventueel willen gaan vestigen. Daarnaast is het ook belangrijk dat de digitale bereikbaarheid voldoet aan de tegenwoordig gestelde normen.
Noot voor de redactie: Nadere informatie bij: Communicatie gemeente Berkelland, telefoon: 0545-250 587.
Gemeente Berkelland, Postbus 200, 7270 HA BORCULO T: 0545-250 250 E:
[email protected], www.gemeenteberkelland.nl
Einde bijlage: 2016-06-14 - Bijlage 2 - Concept Persbericht aan de slag met de economische agenda 2016-2020
Terug naar het agendapunt
2016-06-14 - Voorstel en besluit - Verordening Blijverslening gemeente Berkelland (terug naar agendapunt)
De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####c575889a-7c7c-46f6-bf48-96ea15ce541e#
Gewijzigde versie (in rood), (artikel 8 lid 8 van de verordening, verwijzing naar lid 6 gewijzigd in lid 7) Zaaknummer
:
169548
Raadsvergaderin g Commissie
:
14 juni 2016
:
Sociaal
Onderwerp
:
Verordening Blijverslening gemeente Berkelland
Collegevergadering Portefeuillehouder Meer informatie bij
: : :
17 mei 2016 R.P. Hoytink-Roubos H.B. Scheeringa
agendapunt
:
agendapunt
: 9
tel:
: 0545-250 239
Te nemen besluit: 1. In te stemmen met de invoering van de Blijverslening. 2. De 'Verordening Blijverslening gemeente Berkelland’ vast te stellen. 3. Het beschikbaar stellen van € 2.000.000, - voor het verstrekken van Blijversleningen via de stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten; . Waarom dit voorstel? Een van de kernboodschappen in de regionale woonagenda voor de komende jaren luidt: Om de bestaande woningen toekomstbestendig te maken (kwalitatief) is een integrale aanpak nodig, waarbij de eigenaar een persoonlijke mix kiest van onderhoud, isoleren, energieopwekking en levensloopbestendig maken. Het doel van de regionale woonagenda is helder: “Zorgen voor voldoende woningen van een door bewoners en woningzoekenden gewenste kwaliteit”. Er liggen volop kansen om samen aan de slag te gaan met de realisatie hiervan. Een van die kansen is: Zorgen voor een voor eigenaar-bewoners aantrekkelijke vorm van revolverende financiering, die tevens werkt als procesversneller. Hierbij de samenwerking zoeken van gemeenten, woningcorporaties, banken en het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting (SVn). Onder andere door het scheiden van wonen en zorg zullen mensen langer thuis moeten blijven wonen. Om het zelfstandig thuis wonen langer mogelijk te maken zijn er dikwijls aanpassingen aan de woning nodig. Dit kan om zowel kleine als grote ingrepen gaan. Banken bieden hiervoor vaak geen financiering aan als iemand ouder is. Aan SVn is gevraagd om een instrument te ontwikkelen voor de financiering van woningaanpassing ten behoeve van met name ouderen. De Blijverslening kan zowel consumptief als hypothecair worden verstrekt en is geschikt voor eigenaar-bewoner. De gemeente bepaalt in de Verordening de voorwaarden en de werkzaamheden waarvoor de lening mag worden ingezet. Het is wenselijk een mogelijkheid te creëren een lening te verstrekken voor het aanpassen van een woning om het makkelijker te maken voor eigenaar-bewoners om maatregelen te nemen om (langer) in hun woning te kunnen blijven wonen. De Blijverslening biedt voldoende financiële garantie voor de gemeente en komt tegemoet aan de veranderende behoefte in de samenleving.
______________________________________________________________________ In te vullen door Griffie: Commissievergadering Afhandelingsvoorstel voor raad: 0 hamerstuk 0 bespreekstuk 0 anders, nl
Raadsvergadering 0 zonder hoofdelijke stemming 0 met algemene stemmen 0 stemmen voor, stemmen tegen 0 aangenomen 0 verworpen 0
Wat is het effect? Door het verstrekken van Blijversleningen kunnen inwoners langer in hun eigen woning blijven wonen, ook met een zorgvraag. De gemeente stelt zich hiermee dienstbaar op en biedt de mogelijkheid inwoners in de (toekomstige) woonbehoeften te faciliteren om langer comfortabel, veilig en levensloopbestendig te wonen.
Argumentatie/onderbouwing: 1.1 Voorziet in de wens van inwoners Veel inwoners willen het liefst zo lang mogelijk in hun eigen woning blijven wonen. Door met woningaanpassingen in te spelen op de huidige of toekomstige zorgvraag wordt dit mogelijk. 1.2 Sluit aan op het scheiden van wonen en zorg Het scheiden van wonen en zorg maakt dat inwoners (ook met een lichte zorgvraag) langer in hun eigen woning blijven. Met woningaanpassingen kan dit comfortabeler, veiliger en dus ook langer. 2.1 Duidelijkheid over toepassing van de regeling Het is wenselijk dat er duidelijke criteria zijn op grond waarvan de Blijverslening verstrekt kan worden. In de verordening bepaalt de gemeente deze voorwaarden. Daarvoor gebruiken we de modelverordening van de SVn, aangevuld met de lokale voorwaarden die we als gemeente willen hanteren. De belangrijkste zijn: De aanvrager is eigenaar-bewoner van de woning; De aanvrager is een in Berkelland woonachtige verblijfsgerechtigde persoon; De aanvrager dient op moment van aanvraag minimaal twee jaar in de woning te wonen. Voor consumptieve leningen van minimaal € 2.500,= en maximaal € 10.000,=; Voor hypothecaire Blijversleningen van minimaal € 10.001,= en maximaal € 50.000,=; Alleen voor woningen met een hypothecaire restschuld (inclusief Blijverslening) van maximaal 80% van de WOZ-waarde; De woning betreft een bestaande woning met een woonbestemming voor permanente bewoning. De woning wordt bij een hypothecaire lening blijvend levensloopbestendig Een Voormekaarregisseur kan de aanvrager adviseren op het gebied van de te nemen maatregelen die de woning minimaal levensloopbestendig maken.
3.1 Financiering Gelden inzetten om naast financieel rendement ook maatschappelijk rendement voor inwoners te realiseren vinden wij van belang. Investeringen doen wij zoveel mogelijk in de vorm van een revolving fund, zodat we de basis van ons financiële bezit niet aantasten.
Kanttekeningen/risicoparagraaf Een concept van de verordening is vooraf aan de relatiemanager van SVn voorgelegd. De zekerheden voor de gemeente bestaan uit de toetsing op de facturen. Mensen krijgen namelijk niet de beschikking over het gehele leningsbedrag om er bijvoorbeeld een auto van te kopen. Leners dienen facturen in bij de gemeente.
2
Na akkoord wordt uit het bouwkrediet de aannemer of leverancier rechtstreeks betaald. Voor extra zekerheid geldt voor leningen boven € 10.000,= het recht van hypotheek. Bovendien moet dan de som van de bestaande hypotheek en de blijverslening onder de 80% van de WOZ waarde blijven. Bij verkoop van de woning moet de hypothecaire lening worden afgelost. Het is niet mogelijk dat de koper van de woning de hypothecaire Blijverslening overneemt. Bij de consumptieve lening is er geen zekerheid. Bij verkoop van de woning mag de consumptieve Blijverslening worden afgelost, maar de lening mag ook door blijven lopen. Het is niet mogelijk dat de koper van de woning de consumptieve Blijverslening overneemt. De SVn toetst op voorhand de kredietwaardigheid. Maandelijks worden de verschuldigde termijn voor rente en aflossing via automatische incasso geïnd. Ingeval sprake zou zijn van wanbetaling signaleert de SVn vroegtijdig. Indien nodig kan een regeling getroffen worden. Het is aan de gemeente om de Blijversregeling goed te communiceren zodat er gebruik van gemaakt gaat worden.
Financiële paragraaf Voor alle duidelijkheid. Er is geen sprake van kosten voor subsidie. De gemeente stelt haar liquiditeitsoverschot beschikbaar als lening. De middelen die als lening beschikbaar worden gesteld zijn niet meer direct beschikbaar voor andere doelen. We verstrekken volgens dit voorstel blijversleningen via stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten (SVn). Het totaalbedrag aan leningen is maximaal € 2.000.000,=. Op de leningen ontvangen wij aflossing en rente. De gemeente heeft verschillende mogelijkheden om € 2.000.000,= beschikbaar te krijgen voor het verstrekken van leningen. De mogelijkheden zijn achtereenvolgens: a. Het beschikbaar stellen uit het saldo liquide middelen Sinds de Wet Houdbare Overheidsfinanciën zijn gemeenten verplicht overtollige liquide middelen te stallen bij het Rijk. Dit levert momenteel geen rendement op. Het geld blijft wel direct beschikbaar. Bij het opstellen van dit voorstel bedraagt het saldo ongeveer €33,5 mln. Daarnaast heeft de gemeente enkele kortlopende kasgeld leningen verstrekt. De rente hierop varieert van 0.135% tot 0.045%. Tot slot beschikt de gemeente over een beperkt saldo op de lopende rekeningencourant waarover geen rente wordt ontvangen. b. Financiering aantrekken Dit is in onze financiële situatie, waarbij er ruim voldoende middelen beschikbaar zijn, een zeer onwaarschijnlijke situatie. Toch wordt deze mogelijkheid voor de zorgvuldigheid genoemd. Op dit moment zouden we voor een annuïtaire lening van € 2.000.000,= met een looptijd van 20 jaar een rentepercentage van 1,44% betalen. Terzijde: het aantrekken van financiering met als enkele doel om deze gelden vervolgens tegen een hoger rendement uit te zetten is niet toegestaan op grond van de Regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden. Hoewel het verstrekken van leningen op zich geen gevolgen heeft is er toch een effect op de begroting. Uitgaande van de informatie van SVn zou het rentepercentage voor een consumptief krediet 3,0% bedragen, voor een hypothecaire lening met een looptijd van 10 jaar 1,2% en een hypothecaire lening met een looptijd tot 20 jaar 1,9 % bedragen. In het geval van de eerder beschreven situatie A (voldoende liquide middelen) zouden we beperkt hogere renteopbrengsten hebben dan we nu via het Rijk ontvangen. Het
3
rendement bedraagt jaarlijks € 38.000 als het volledige bedrag van € 2 miljoen hypothecair uitgeleend wordt tegen 1,9 % rente. Het rendement wordt hoger naarmate meer consumptief verstrekt wordt. De rente opbrengsten bedragen op basis van de huidige tarieven maximaal € 60.000. In het geval van situatie B (zelf leningen aantrekken) zou er theoretisch een jaarlijks voordeel kunnen ontstaan van € 9.200 tot € 31.200 ( 1,90% respectievelijk 3,00% bate minus 1,44% rentelasten over een bedrag van € 2.000.000,=). Algemene conclusie: Het rendement zal op grond van de huidige rentetarieven variëren tussen 1,90% en 3,00%. De verwachte opbrengsten zijn relatief beperkt en mede afhankelijk van het totaal uitgeleende bedrag. We verwachten geen grote financiële effecten. Het creëren van renteopbrengsten is geen doel op zich. Het doel is om voor inwoners de mogelijkheid te creëren langer in hun woning te blijven wonen. Daarmee wordt vooral maatschappelijk rendement beoogd.
Informatie en communicatie (in-en extern) In overleg met de afdeling Communicatie wordt een plan opgesteld om de Blijverslening onder de aandacht van de inwoners te brengen. Initiatief, participatie en rol gemeente Uitvoering gebeurt door de medewerkers die ook de Starterslening uitvoeren. De Voormekaarregisseur kan adviseren over de te treffen maatregelen. Het SVn verstrekt en beheert een toegewezen Blijverslening, hier valt ook de krediettoets onder. Planning en evaluatie Nadat de regeling door de raad is vastgesteld kan de regeling direct ingezet worden. Na 1 jaar uitvoering zal de regeling worden geëvalueerd. Hierbij zal worden bekeken of de regeling goed werkt of dat deze moet worden aangepast. Uiteraard onder voorbehoud dat er op dat moment nog voldoende budget is om de regeling voort te zetten.
Burgemeester en wethouders van Berkelland, de secretaris, de burgemeester, J. Harmsen.
drs. J.H.A. van Oostrum.
4
Raadsvergadering
:
14 juni 2016
Agendanummer
:
A
De raad van de gemeente Berkelland; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 17 mei 2016; besluit: 1.
in te stemmen met de invoering van de Blijverslening;
2.
de 'Verordening Blijverslening gemeente Berkelland’ vast te stellen;
3.
tot het beschikbaar stellen van € 2.000.000 voor het verstrekken van Blijversleningen via de stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 14 juni 2016 de griffier,
de voorzitter,
5
Raadsvergadering
:
Agendanummer
:
14 juni 2016 B
De raad van de gemeente Berkelland; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 17 mei 2016; overwegende dat het wenselijk is een mogelijkheid te creëren een lening te verstrekken voor het aanpassen van een woning opdat eigenaar-bewoners (langer) in hun woning kunnen blijven wonen; gelet op de artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet; besluit: vast te stellen de : VERORDENING BLIJVERSLENING GEMEENTE BERKELLAND Artikel 1 Begrippen Deze verordening verstaat onder:
a) Aanvrager: een eigenaar-bewoner, die een aanvraag voor een Blijverslening doet. Bij b) c) d) e) f)
g) h)
twee of meer eigenaren gelden deze gezamenlijk als aanvrager. Blijvend levensloopbestendig woning: een woning die door bouwkundige aanpassingen geschikt is voor levensloopbestendig wonen. Blijverslening: een lening die, na toewijzing door het college, door SVn kan worden verstrekt aan een aanvrager ten behoeve van de financiering van de door het college aanvaarde werkelijke kosten van de maatregelen, die worden getroffen in de woning. College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Berkelland. Maatregelen: maatregelen en voorzieningen zoals bedoeld in artikel 3. Werkelijke kosten: de kosten van materialen en werkzaamheden voor zover noodzakelijk voor het treffen van maatregelen, eventueel vermeerderd met de bijkomende kosten voor het verkrijgen van de Blijverslening en de kosten van door een deskundig vakbedrijf terzake van deze maatregelen in rekening gebrachte arbeidsuren en verminderd met de van derden ontvangen of nog te ontvangen tegemoetkomingen (subsidies) in deze kosten. SVn: stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten, gevestigd te Hoevelaken. Voormekaarregisseur: een door de gemeente aangewezen adviseur die de woning beoordeelt op de te nemen maatregelen op het gebied van comfortabel, veilig en zorgbestendig wonen.
Artikel 2 Toepassingsbereik 1. De gemeente Berkelland heeft een gemeenterekening Blijverslening ingericht waaruit aan aanvrager, die blijkens zijn aanvraag voldoet aan de hierna in lid 2 gestelde voorwaarden, een Blijverslening kan worden toegekend. De gemeenterekening Blijverslening is ondergebracht bij SVn.
6
2. Deze verordening is uitsluitend van toepassing op leningaanvragen: Soort lening
a.
Voor een Blijverslening die consumptief wordt verstrekt. De lening wordt consumptief verstrekt indien het aan te vragen leningsbedrag minimaal € 2.500,= en maximaal € 10.000,= is.
Voor een Blijverslening die hypothecair wordt verstrekt. De lening wordt hypothecair verstrekt indien het aan te vragen leningsbedrag minimaal € 10.001,= en maximaal € 50.000,= is. Doelgroep Blijverslening die consumptief wordt verstrekt.
b.
Eigenaren-bewoners met een ondersteuningsvraag die aanpassing van de woning vereist. Doelgroep Blijverslening die hypothecair wordt verstrekt.
c.
Eigenaren-bewoners die hun woning blijvend levensloopbestendig willen maken Markt-/woning en prijssegment
d.
Voor het treffen van maatregelen in bestaande woningen in de gemeente Berkelland met een woonbestemming die geschikt zijn voor permanente bewoning.
3. De aanvrager is een in Berkelland woonachtige verblijfsgerechtigde persoon; 4. De aanvrager moet de woning waarvoor een Blijverslening wordt verstrekt zelf bewonen. 5. De aanvrager dient op moment van aanvraag minimaal twee jaar in de woning te wonen. Artikel 3 Maatregelen
1. Tot de maatregelen worden gerekend: a. maatregelen die ondersteunen in het voorzien in behoeften die ontstaan als gevolg van het ouder worden;
b. maatregelen om de woning blijvend levensloopbestendig te maken; c. maatregelen die het veilig wonen bevorderen. 2. De eigenaar bewoner stelt een plan op van de gewenste maatregelen. Ingeval er sprake is van een gewenste maatwerkvoorziening adviseert de Voormekaarregisseur aan de hand van de mogelijkheden over de minimale maatregelen die nodig zijn om de woning levensloopbestendig te maken. Dit gebeurt in samenspraak met de eigenaar bewoner. 3. Het college kan de in het eerste lid vermelde maatregelen uitbreiden of inkorten. Artikel 4 Beleidsdoelen Het college besluit aanvrager een Blijverslening toe te kennen, indien uit de aanvraag blijkt dat met het treffen van de maatregelen aantoonbaar wordt bijgedragen aan een of meer van de hiernavolgende beleidsdoelen: a. Mensen langer zelfstandig thuis laten wonen;
7
b. Een toename van de woningvoorraad van blijvend levensloopbestendige woningen; c. Het verbeteren van de toegankelijkheid en of de gebruikskwaliteit van een woning, woongebouw of woonomgeving.
Artikel 5 Budget
1. De raad van de gemeente Berkelland stelt het budget vast dat beschikbaar is voor het toewijzen van Blijversleningen.
2. Uit het revolverend fonds kunnen slechts Blijversleningen worden verstrekt tot maximaal het vastgesteld budget op de betreffende fondsrekening bij SVn. 3. Aanvragen, die in verband met het tweede lid niet kunnen worden toegekend, worden door het college afgewezen. Artikel 6 Deelnemingsovereenkomst Op deze verordening is van toepassing de Deelnemingsovereenkomst (overeenkomst van 19 juni 2013) tussen gemeente Berkelland en SVn. Artikel 7 Bevoegdheid college 1. Het college is bevoegd om, met inachtneming van het bepaalde in deze verordening, een Blijverslening toe te wijzen. 2. Het college kan bij haar beslissing op grond van het eerste lid rekening houden met financiële steun die op grond van enige andere regeling is of kan worden toegekend. 3. Het college stelt de hoogte van de Blijverslening consumptief vast, met een minimum van € 2.500,= en een maximum van € 10.000,=. 4. Het college stelt de hoogte van de Blijverslening hypothecair vast, met een minimum van € 10.001,= en een maximum van € 50.000,=. Artikel 8 Procedure aanvraag en toewijzing 1. Een aanvraag voor een Blijverslening wordt schriftelijk bij het college ingediend op een door de gemeente digitaal beschikbaar gesteld formulier en gaat onder opgave van: a. De te treffen maatregelen. b. De werkelijke kosten van de te treffen maatregelen, evenals een financiële onderbouwing van de te treffen maatregelen, bijvoorbeeld offertes. c. Een planning van de uitvoering van de werkzaamheden. 2. Het college bevestigt de ontvangst van de aanvraag binnen twee weken. 3. Indien de aanvraag niet alle gegevens bevat die het college voor het nemen van een beslissing noodzakelijk acht, stelt het college de aanvrager in de gelegenheid de aanvraag binnen een termijn van vier weken te completeren. 4. Indien de aanvraag niet binnen de aangegeven termijn is gecompleteerd, verklaart het college de aanvraag niet ontvankelijk. 5. De toetser neemt de aanvraag in behandeling en vraagt desgewenst de Voormekaarregisseur om advies over de ingediende aanvraag. 6. Het college handelt aanvragen in volgorde van binnenkomst af. 7. Het college neemt binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag, dan wel na het compleet worden daarvan, een beslissing en deelt die middels een toewijzings- of afwijzingsbesluit mee aan de aanvrager. 8. Uit overschrijding van de in het zevende lid bedoelde termijn kan de aanvrager niet afleiden dat zijn aanvraag is of wordt gehonoreerd.
8
Artikel 9 Afwijzen aanvraag/intrekken toewijzing 1.Het college wijst een aanvraag af als het budget niet toereikend is om de aanvraag te honoreren. 2.Het college trekt een toewijzingsbesluit Blijverslening in, indien: a. er niet is voldaan aan de bij of krachtens deze verordening gestelde voorschriften en/of bepalingen. b. de Blijverslening is toegekend of vastgesteld op grond van onjuiste gegevens. c. de te treffen maatregelen minder bedragen dan € 2.500,-. d. SVn een negatieve krediettoets uitbrengt. e. De aanvraag bij hem wordt ingediend ná het treffen van de maatregelen. Artikel 10 Krediettoets, verstrekken en beheer Blijverslening 1. 2. 3.
De toewijzing door het college betreft een reservering voor een Blijverslening onder voorbehoud van een positieve krediettoets van SVn. Bij een positieve krediettoets brengt SVn een offerte uit. SVn kan alleen een offerte uitbrengen als de aanvraag volledig is. SVn verstrekt en beheert een toegewezen Blijverslening.
Artikel 11 Voorwaarden SVn Op een Blijverslening zijn van toepassing: ‘Algemene bepalingen voor geldleningen’, de ‘Productspecificaties Blijverslening’, ‘Procedures Blijverslening’, ‘Uitvoeringsregels Blijverslening’ en ‘Toelichting op een Blijverslening’, zoals die op het moment van offreren zijn opgenomen in de dan geldende SVn Informatiemap, die deel uitmaakt van de Deelnemingsovereenkomst tussen gemeente Berkelland en SVn, danwel door SVn worden uitgereikt aan de aanvrager voor het sluiten van de overeenkomst van geldlening. Artikel 12 Kenmerken Blijverslening Hoofdsom
Verstrekking Looptijd
Consumptief De hoofdsom van de door het college toegekende Blijverslening is in beginsel gelijk aan het bedrag van de door het college aanvaarde werkelijke kosten. SVn verstrekt de lening na toewijzing door de gemeente. De looptijd bedraagt 10 jaar.
Rentepercentage
De rente wordt vastgesteld op het moment van aanvragen bij SVn en is gebaseerd op een door SVn vastgestelde rente voor 10 jaar. De rente is gedurende de gehele looptijd vast.
Betaling van rente en
-
De lening moet op basis van maandannuïteiten worden afgelost
9
Hypothecair De hoofdsom van de door het college toegekende Blijverslening is in beginsel gelijk aan het bedrag van de door het college aanvaarde werkelijke kosten. SVn verstrekt de lening na toewijzing door de gemeente. - Tot en met € 10.000,- bedraagt de looptijd 10 jaar. - Vanaf € 10.001,- bedraagt de looptijd 20 jaar. De rente wordt vastgesteld op het moment van aanvragen bij SVn en is gebaseerd op een door SVn vastgestelde rente voor 10 jaar bij een hoofdsom tot en met € 10.000,- en een rente voor 20 jaar bij hogere bedragen. De rente is gedurende de gehele looptijd vast. - De lening moet op basis van maandannuïteiten worden afgelost
aflossing
Vervroegde aflossing Kosten
Akte Zekerheden Overige voorwaarden
Uitbetaling van de lening
in maandelijkse termijnen, steeds te voldoen per het einde van elke maand. - De maandelijkse betalingen worden valutair per de laatste dag van iedere maand met de restschuld verrekend. - Automatische incasso is verplicht. Vervroegde aflossing is te allen tijde boetevrij toegestaan met een minimum bedrag van € 250,-. Indien van toepassing komen de kosten van een advies door een erkend financieel adviseur voor rekening van de klant. SVn geeft geen advies.
Van de lening wordt een onderhandse akte opgemaakt. Geen. De lening wordt uitsluitend onderhands verstrekt. - Indien van toepassing kunnen eventuele subsidies ten gunste van het bouwkrediet geboekt worden. - Op het moment van aanvragen van de lening bij de gemeente/provincie mogen de werkzaamheden nog niet zijn begonnen.
De lening wordt via een bouwkrediet verstrekt.
in maandelijkse termijnen, steeds te voldoen per het einde van elke maand. - De maandelijkse betalingen worden valutair per de laatste dag van iedere maand met de restschuld verrekend. - Automatische incasso is verplicht. Vervroegde aflossing is te allen tijde boetevrij toegestaan met een minimum bedrag van € 250,-. - Vast bedrag voor afsluitkosten. - Notariskosten zijn voor rekening van de klant. - Indien van toepassing komen de kosten van een advies door een erkend financieel adviseur voor rekening van de klant. SVn geeft geen advies. Van de lening wordt een hypothecaire akte opgemaakt. Hypothecaire zekerheid.
-
Indien van toepassing kunnen eventuele subsidies (bijvoorbeeld energiesubsidies) ten gunste van het bouwkrediet geboekt worden. - Indien van toepassing kan eigen geld in het bouwkrediet gestort worden. - Op het moment van aanvragen van de lening bij de gemeente/provincie mogen de werkzaamheden nog niet zijn begonnen. - De totale financiering van de woning (de bestaande hypotheek + de Blijverslening) mag maximaal 80% van de WOZ-waarde van de woning bedragen. De lening wordt via een bouwkrediet verstrekt.
Artikel 13 Bouwkrediet
1. De Blijverslening wordt door middel van een bouwkrediet beschikbaar gesteld. Betaling van rente en aflossing start na het passeren van de hypotheekakte of het ondertekenen van de onderhandse akte. 2. Facturen van de aannemer of installateur die het project uitvoeren dient de aanvrager, samen met het SVn declaratieformulier, bij de gemeente in. Na akkoord van de gemeente zorgt SVn voor de betaling van de facturen. Artikel 14 Nadere regels Het college kan voor de uitvoering van deze verordening nadere regels vaststellen.
10
Artikel 15 Hardheidsclausule
1. Indien vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van deze verordening naar het oordeel van het college zou leiden tot een onredelijke beslissing, kan het college afwijken van het bepaalde in deze verordening. 2. Het college wijkt niet af van het bepaalde in deze verordening voor zover dit strijd oplevert met de Gedragscode Hypothecaire Financieringen en/of de Tijdelijke regeling hypothecair krediet en/of de Gedragscode consumptief krediet. Artikel 16 Inwerkingtreding 1.
Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking.
Artikel 17 Citeertitel Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening Blijverslening gemeente Berkelland”.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 14 juni 2016 de griffier,
de voorzitter,
11
Einde bijlage: 2016-06-14 - Voorstel en besluit - Verordening Blijverslening gemeente Berkelland
Terug naar het agendapunt
2016-06-14 - Bijlage 1 - Toelichting-op-een-blijverslening-en-algemene-bepalingen-voor-geldlening Verordening Blijverslening gemeente Berkelland. (terug naar agendapunt)
De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####5d6e2229-8218-4b60-80f2-1920cbed5297#
d.d. 1 januari 2016
SVN0333
Toelichting op een Blijverslening en Algemene bepalingen voor geldleningen
Inhoudsopgave Algemeen 4 De lening 4 1. Wat is een Blijverslening?
4
2. De consumptieve en hypothecaire Blijverslening voor eigenaren-bewoners
4
3. Bouwkrediet
4
4. Wie is SVn?
5
DEEL A:
6
Toelichting op een consumptieve Blijverslening (conform Europese Standaardinformatie inzake Consumentenkrediet )
6
1. Kredietgever
6
2. Belangrijkste kenmerken van de Blijverslening
6
3. Kosten van de lening
7
4. Overige (juridische) aspecten
8
5. Verkoop op afstand van financiële diensten
9
6. Illustratieve aflossingstabel
10
7. Voorbehouden en benodigde bescheiden
10
8. Geldigheid
10
DEEL A:
11
Algemene bepalingen voor onderhandse leningen
11
Begripsbepalingen 11 Algemeen 11 Het bedrag van de lening
11
De looptijd van de lening
11
Rentepercentage en rente
11
De aflossing; betaling van de schuld
12
Betaling van rente, aflossing, kosten en andere bedragen
12
Extra en algehele aflossing
12
Verrekening 12 Saldo-opgave 13 Kosten voor rekening van de schuldenaar
13
Voorschotten, financiering van achterstanden
13
Adreswijziging 13 Opeisbaarheid 13 In gebreke zijn
13
Ontslag hoofdelijk schuldenaarschap
14
Eenzijdig wijzigingen
14
Gevolgen nietigheid
14
2
DEEL B:
15
Toelichting op een hypothecaire Blijverslening (Conform Europees Gestandaardiseerd Informatieblad)
15
1. Kredietgever
15
2. Omschrijving van de lening
15
3. Rentevoet en rentevaste periode
16
4. Jaarlijks kostenpercentage
16
5. Hoogte van de lening en munteenheid
16
6. Looptijd van de lening
16
7. Aantal en periodiciteit van de betalingen
16
8. Het bedrag van iedere aflossing
16
9. De hoogte van het rentebedrag en het totale termijnbedrag
17
10. Bijkomende éénmalige kosten
17
11. Bijkomende terugkerende kosten (niet punt 8) en verzekeringen
17
12. Vervroegde terugbetaling
17
13. Interne klachtenregeling
17
14. Illustratieve aflossingstabel
17
15. Geen verplichting tot het aanhouden van een IBAN bij SVn
waarop tevens het salaris wordt gestort
18
16. Zekerheden
18
17. Bouwkrediet en eigen geld
19
18. Subsidie(s)
19
19. Voorbehouden en benodigde bescheiden
20
20. Verkoop op afstand van financiële diensten
20
21. Geldigheid
21
22. Acceptatieverklaring en notaris
21
DEEL B:
22
Algemene bepalingen voor hypothecaire leningen
22
Inleiding 22 Begripsbepalingen 22 Hoofdelijke aansprakelijkheid
23
Het bedrag en de looptijd van de lening
24
Rentepercentage en rente
24
De aflossing; betaling van de schuld
24
Betaling van rente, aflossing, kosten en andere bedragen
24
Rente extra stortingen
25
Verrekening 25 Te late betaling
25
Hypotheek; positieve/negatieve hypotheekverklaring
25
Derdenhypotheek 25 Aanvullende zekerheden
26
Kosten voor rekening van de schuldenaar
26
In stand houden van het onderpand
26
3
Verzekeringen 27 Tussentijdse waardebepaling
28
Verhuur en/of verpachting
28
Verpanding van rechten
28
Kennisgeven en toezending van bescheiden
28
Opeisbaarheid 29 In gebreke zijn
31
Openbare verkoop
31
Voortzetten van het hypotheekrecht
32
Doorhalen van het hypotheekrecht
32
Opzegging 32 Zorgplicht SVn en schuldenaar
32
Specifieke bepalingen voor rechtspersonen en zakelijke relaties
32
Saldo-opgave en renseignering
32
Bijzondere overheidsvoorschriften
33
Eenzijdig wijzigingen
33
Gevolgen nietigheid
33
Bijlage 1
34
Dienstverleningsdocument 35
4
Algemeen Bij onze offerte voor een Blijverslening treft u dit boekje aan. Dit boekje bestaat uit twee delen: deel A en deel B.
Deel A is van toepassing op Blijversleningen die consumptief aan woningeigenaren verstrekt worden.
Deel B is van toepassing op Blijversleningen die hypothecair aan woningeigenaren verstrekt worden. In uw offerte staat duidelijk vermeld welk deel op uw Blijverslening van toepassing is. Beide delen bevatten een toelichting op uw offerte en Algemene bepalingen voor geldleningen. De toelichting is bedoeld als een handleiding bij onze offerte en bevat alle specifieke regels en uitgebreide informatie over uw Blijverslening. De Algemene bepalingen bevatten alle algemene en overige voorwaarden die van toepassing zijn op uw Blijverslening.
De lening 1. WAT IS EEN BLIJVERSLENING? De Blijverslening is een lening waarmee de gemeente en/of provincie willen stimuleren dat woningen levensloopbestendig worden gemaakt en burgers langer zelfstandig kunnen blijven wonen. De Blijverslening is gebaseerd op een gemeentelijke of provinciale regeling waarin wordt aangegeven voor wie, voor welke maatregelen en onder welke voorwaarden de Blijverslening beschikbaar is. Met de Blijverslening kunt u tegen een gunstige rente en voorwaarden een lening afsluiten voor het doen van aanpassingen in uw woning. Op het moment dat u de lening bij de gemeente/provincie aanvraagt, mogen de werkzaamheden nog niet zijn aangevangen. Indien u een toewijzingsbrief van uw gemeente of provincie of een offerte van SVn hebt ontvangen maar het door u ingediende plan voor aanpassing van de woning wijzigt, dan dient u dit direct te melden bij uw gemeente of provincie en bij SVn.
2. DE CONSUMPTIEVE EN HYPOTHECAIRE BLIJVERSLENING VOOR EIGENAREN-BEWONERS Er zijn twee varianten voor de Blijverslening: een consumptieve Blijverslening en een hypothecaire Blijverslening. Voor beide leningen geldt dat de hoogte van het door u te lenen bedrag afhangt van de te nemen maatregelen en of u voldoet aan de toetsingscriteria van uw gemeente of provincie. Daarnaast is het noodzakelijk dat uw draagkracht voldoende is om de Blijverslening te kunnen betalen en kan de waarde van uw woning van belang zijn. Kijk voor de actuele voorwaarden op www.svn.nl/producten/ blijverslening of op de website van uw gemeente of provincie. De rente van uw consumptieve of hypothecaire Blijverslening wordt door SVn bepaald op de datum van binnenkomst van het aanvraagformulier. De actuele rente is te vinden op www.svn.nl/rente.
Het bedrag van de consumptieve Blijverslening bedraagt minimaal € 2.500,- en is nooit hoger dan het maximum volgens de gemeentelijke of provinciale verordening of toewijzing met een absoluut maximum van € 10.000,-. De lening is een maandannuïteitenlening waarbij u tijdens de gehele looptijd van de lening hetzelfde maandbedrag betaalt en een vast rentepercentage geldt. Het maandbedrag bestaat uit een rente en een aflossingsdeel. Aan het einde van de looptijd is de lening geheel afgelost. U weet dus vooraf waar u gedurende de gehele looptijd van de lening aan toe bent. Bij verkoop van uw woning mag u de consumptieve Blijverslening aflossen, maar de lening mag ook door blijven lopen. Het is niet mogelijk dat de koper van uw woning uw Blijverslening overneemt. Het bedrag van de hypothecaire Blijverslening bedraagt minimaal € 2.500,- en is nooit hoger dan het maximum volgens de gemeentelijke of provinciale verordening of toewijzing met een absoluut maximum van € 50.000,-. De lening is een maandannuïteitenlening waarbij u tijdens de gehele looptijd van de lening hetzelfde maandbedrag betaalt en een vast rentepercentage geldt. Het maandbedrag bestaat uit een rente en een aflossingsdeel. Aan het einde van de looptijd is de lening geheel afgelost. U weet dus vooraf waar u gedurende de gehele looptijd van de lening aan toe bent. Bij verkoop van uw woning bent u verplicht de lening af te lossen. Het is niet mogelijk dat de koper van uw woning uw hypothecaire Blijverslening overneemt. In sommige gevallen kan de gemeente/provincie bepalen of een deel van de hypothecaire Blijverslening aflossingsvrij wordt verstrekt. Het eventuele aflossingsvrijedeel lost u in dat geval pas aan het eind van de looptijd van de lening ineens af. In deze toelichting kunt u hier meer over lezen. Zowel de consumptieve als de hypothecaire Blijverslening kan te allen tijde geheel of gedeeltelijk boetevrij afgelost worden, met een minimum van € 250,-. Voor zowel de consumptieve als hypothecaire Blijverslening geldt dat SVn u niet kan adviseren of dit product geschikt voor u is. Heeft u behoefte aan advies over het effect van de lening op uw financiële positie? Win dan advies in bij een erkend financieel adviseur.
3. BOUWKREDIET Het bedrag dat u wilt lenen wordt niet rechtstreeks aan u uitbetaald. Om te waarborgen dat de te treffen maatregelen ook daadwerkelijk worden uitgevoerd, wordt het geleende bedrag onder inhouding van de eventuele kosten van SVn in een bouwkrediet gestort. Facturen van de aannemer of installateur die het project voor u uitvoeren dient u, samen met het SVn declaratieformulier, bij uw gemeente of provincie (of daartoe aangestelde instantie) in. Na akkoord van de gemeente of provincie betalen wij de gemaakte kosten rechtstreeks aan deze bedrijven uit. De gemeente/provincie zal alleen declaraties honoreren van werkzaamheden die, op het moment van aanvragen van de lening bij de gemeente/provincie, nog niet zijn aangevangen.
5
Zodra voor u een bouwkrediet is geopend gaat u rente en aflossing betalen. Over een tegoed op uw bouwkrediet ontvangt u van ons een rentevergoeding. Deze is even hoog als de rente die u betaalt voor uw lening. Het bouwkrediet is standaard 12 maanden beschikbaar of eindigt eerder zodra het leningsbedrag volledig is opgenomen of alle maatregelen zijn uitgevoerd. Bij afsluiting van het bouwkrediet verrekenen wij de eventuele tegoeden of tekorten. Een tekort in uw bouwkrediet is niet toegestaan. Mocht er onverhoopt een tekort in uw bouwkrediet ontstaan dan bent u over het tekort debetrente verschuldigd. U kunt geen eigen geld op uw bouwkrediet storten (tenzij expliciet overeengekomen).
4. WIE IS SVN? De Blijverslening wordt mogelijk gemaakt door uw gemeente of provincie. Voor uw gemeente of provincie verstrekt stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn) de Blijverslening en verzorgt daarnaast ook het beheer en de administratie van uw lening. Blijversleningen worden verstrekt uit een revolverend fonds dat uw gemeente of provincie hiervoor in het leven heeft geroepen. Rente en aflossing stromen terug in dit fonds, zodat opnieuw Blijversleningen kunnen worden verstrekt. SVn is sinds 1996 financiële partner van gemeenten, provincies, corporaties en het Rijk op het terrein van wijken en wonen. Dit doet SVn onder meer door het aanbieden van financierings producten tegen gunstige voorwaarden. Voor haar partners beheert SVn fondsen waaruit de leningen worden verstrekt aan onder meer particulieren. Daarmee wil SVn een bijdrage leveren aan de betaalbaarheid en kwaliteit van de stedelijke vernieuwing en het wonen. SVn heeft geen winstoogmerk. SVn verricht werkzaamheden op het gebied van kredietverlening met een maatschappelijke doelstelling aan (vooral) consumenten alleen voor fondsen die SVn beheert en voor deelnemende gemeenten en provincies van SVn. SVn ontvangt voor haar werkzaamheden voor de gemeenten en provincies een vergoeding van deze gemeenten en provincies. SVn heeft een AFM vergunning voor het aanbieden van hypothecair en consumptief krediet. SVn heeft een klachtenregeling en is aangesloten bij het klachteninstituut Kifid voor beslechting van eventuele geschillen.
6
Deel A: Toelichting op een consumptieve Blijverslening, 1 januari 2016
Deel A: Toelichting op een consumptieve Blijverslening (conform Europese Standaardinformatie inzake Consumentenkrediet)
De consumptieve Blijverslening in het kort Fonds: Doelgroep: Leeftijdsgrens:
gemeentelijk of provinciaal eigenaren-bewoners Een van beide aanvragers is jonger dan 76 jaar. Uw gemeente of provincie kan in de regeling een lagere leeftijdsgrens vaststellen. Leenbedrag: minimaal € 2.500,- en maximaal € 10.000,- maar niet meer dan het maximum conform verordening/ toewijzing van gemeente of provincie. Er mogen meerdere Blijversleningen aangevraagd worden onder voorwaarde dat het totale leenbedrag van alle leningen samen niet boven het gestelde maximum van uw gemeente of provincie uitkomt. Looptijd: 120 maanden Storting: in bouwkrediet Leningsvorm: maandannuïteit Rente: vast % gedurende looptijd Aflossing: altijd boetevrij (minimaal € 250,-). Bij tussentijdse verkoop mag de lening blijven doorlopen. Bedenktijd: tot 14 dagen na ondertekening van de offerte met overeenkomst van geldlening Verstrekker lening: SVn verstrekt Blijversleningen voor uw gemeente of provincie Voorwaarden: kijk voor de actuele voorwaarden op www.svn.nl/producten/blijverslening of op de website van uw gemeente of provincie Zekerheid: onderhandse overeenkomst van geldlening De Blijverslening is uitsluitend aan te vragen via uw gemeente of provincie (of een speciaal daartoe aangestelde instantie).
1. KREDIETGEVER
Website
Bezoekadres
www.svn.nl/producten/blijverslening
De kredietgever is stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn).
KvK-nummer 41042610
SVn Westerdorpsstraat 66 3871 AZ Hoevelaken
Postadres
Algemeen
SVn Postbus 9 3870 CA Hoevelaken
Uw offerte met overeenkomst van geldlening heeft een kenmerk van 9 cijfers, op alle correspondentie (nu en in de toekomst) vermelden wij het kenmerk. Uw offerte met overeenkomst van geldlening bestaat uit delen. De laatste drie cijfers van uw kenmerk duiden de verschillende delen aan.
Telefoonnummer
2. BELANGRIJKSTE KENMERKEN VAN DE BLIJVERSLENING
088 253 9400
E-mailadres
[email protected]
Uw kenmerk eindigend op: • .000 betreft de algemene aanduiding van uw financiering • .010 betreft uw bouwkrediet • .020 betreft uw lening
7
Soort lening De Blijverslening betreft een maandannuïteitenlening en wordt annuïtair afgelost. Het te betalen bedrag op basis van maandannuïteiten moet steeds worden voldaan voor de laatste dag van de maand. De maandtermijn bestaat uit een rentecomponent en een aflossingscomponent. Het aflossingscomponent wordt per de laatste dag van de maand met de restschuld verrekend. De aflossingscomponent zal gedurende de looptijd van de lening maandelijks groter worden, terwijl de rentecomponent maandelijks kleiner wordt. Uw maandtermijn blijft gedurende de looptijd van de lening gelijk.
Wanneer u een factuur van een aannemer of installateur heeft voorgeschoten dan dient u een betaalbewijs te overleggen. Na akkoord betalen wij de gemaakte kosten aan u uit. Eventuele bancaire kosten voor het betalingsverkeer zullen wij aan u doorberekenen. Denk hierbij aan buitenlandse of spoedbetalingen.
Aangezien uw lening onderhands wordt verstrekt zijn er geen aanvullende zekerheden vereist.
U kunt nota’s declareren zolang u voldoende saldo heeft op uw bouwkrediet. Eventueel nog door u aan de aannemer of installateur verschuldigde bedragen dient u dan uit eigen middelen te betalen; het bouwkrediet mag niet worden overschreden. U kunt geen eigen geld op het bouwkrediet storten, tenzij dit expliciet overeengekomen is. Als er sprake is van een verplichte eigen geldstorting, treft u dit aan in uw offerte met overeenkomst van geldlening.
Totaal leenbedrag
Looptijd van de lening
Dit is de totale hoofdsom van uw Blijverslening.
Dit is de totale looptijd van uw Blijverslening uitgedrukt in maanden.
Zekerheden
Bouwkrediet De Blijverslening wordt niet ineens uitbetaald maar wordt beschikbaar gesteld door middel van een bouwkrediet. Uw bouwkrediet gaat in op de dag (datum poststempel SVn) dat wij de door u ondertekende offerte met overeenkomst van geldlening ontvangen en loopt standaard 12 maanden. Op uw verzoek kan de looptijd van het bouwkrediet éénmalig met maximaal 12 maanden worden verlengd tot in totaal maximaal 24 maanden. Het bouwkrediet wordt beëindigd zodra het leningsbedrag volledig is opgenomen of zodra mocht blijken dat het treffen van de maatregel(en) aan uw pand/object gereed is. Na uiterlijk 24 maanden wordt uw bouwkrediet afgesloten. Is er bij afsluiting nog een eventueel tegoed in uw bouwkrediet aanwezig, dan wordt dit aangewend als extra aflossing op uw lening.
Geschatte ingangsdatum lening Dit is de geschatte datum waarop uw Blijverslening ingaat. Een Blijverslening gaat altijd in op de eerste dag van de maand volgend op de datum van ontvangst door SVn van de door u geaccepteerde offerte met overeenkomst van geldlening. Voorbeeld: de door u getekende overeenkomst wordt ontvangen op 18 mei van een bepaald jaar; uw lening gaat dan in op 1 juni van dat jaar. Heeft u meer leningsdelen? Dit betreft de ingangsdatum per leningsdeel.
Aantal en periode van betalingen Dit is het totaal aantal termijnbetalingen uitgedrukt in maanden.
Termijnbedrag SVn behoudt zich het recht voor om, indien er gedurende 6 maanden geen transacties op uw bouwkrediet plaatsvinden, uw bouwkrediet af te sluiten en het tegoed op uw lening af te lossen. Uw bouwkrediet wordt gevoed door middel van de hoofdsom van uw Blijverslening. Het leningsbedrag wordt op de eerste dag van de maand volgend op de datum van ontvangst door SVn van de door u geaccepteerde offerte met overeenkomst van geldlening in uw bouwkrediet gestort. Gedurende de looptijd van het bouwkrediet brengen wij u debetrente in rekening of vergoeden wij u creditrente, volgens het rentepercentage zoals dit in uw offerte met overeenkomst van geldlening voor de Blijverslening is overeengekomen. Er wordt rente berekend over het saldo van het bouwkrediet.
Dit is het maandelijks verschuldigde bedrag. Deze termijn bestaat uit rente en aflossing.
Totale kosten van de lening Dit is de som van alle termijnbetalingen en toont de totale kosten van uw Blijverslening.
3. KOSTEN VAN DE LENING De debetrentevoet Dit is de debetrente die u per leningsdeel verschuldigd bent over de Blijverslening. Deze debetrente is vast gedurende de gehele looptijd van de lening. Er vinden geen renteherzieningen plaats.
Jaarlijks kostenpercentage (JKP) Voor het declareren van bedragen, die ten laste van het bouwkrediet komen, dient u gebruik te maken van de declaratieformulieren. Deze zullen wij u met een nadere schriftelijke toelichting ter beschikking stellen. Facturen van de aannemers of installateurs die het project voor u uitvoeren dient u, samen met het SVn declaratieformulier, bij uw gemeente of provincie (of daartoe aangestelde instantie) in. Na akkoord van uw gemeente of provincie (of daartoe aangestelde instantie) betalen wij de gemaakte kosten rechtstreeks aan deze bedrijven uit.
Dit zijn de totale kosten, uitgedrukt als jaarlijks percentage per leningsdeel. Dit percentage houdt rekening met de frequentie van uw termijnbetalingen. Aan de hand van het JKP kunt u verschillende aanbiedingen onderling beter vergelijken. Voor de berekening van dit percentage zijn wij uitgegaan van het volgende: • het totale leenbedrag wordt in één keer helemaal opgenomen; • u betaalt gedurende de looptijd van de lening gelijke
8
Deel A: Toelichting op een consumptieve Blijverslening, 1 januari 2016
•
• •
maandelijkse termijnbedragen die deels bestaan uit aflossing en deels bestaan uit rente over het openstaande leenbedrag; de maandelijkse termijnbetalingen worden bepaald op basis van een maandannuïteit, waarbij de aflossing iedere maand wordt betaald en de restschuld op de laatste dag van iedere maand wordt aangepast; de debetrente is vast gedurende de looptijd en/of rentevaste periode; afgeloste bedragen kunnen niet opnieuw worden opgenomen.
Verzekeringen Er zijn geen verplichte verzekeringen vereist. Indien u nadenkt over het verzekeren van uw lening of het verzekeren van de aanpassingen aan uw woning dan raden wij u aan hierover advies in te winnen bij een erkend financieel adviseur.
uitbetaalde bedragen. Bij het afsluiten van het bouwkrediet vindt de definitieve berekening plaats van het door u verschuldigde debetrente of door u te ontvangen creditrente.
Kosten bij betalingsachterstand Wanbetaling kan ernstige gevolgen voor u hebben, SVn zal uw betalingsachterstanden melden bij BKR. Dit zal overige krediet aanvragen bemoeilijken. SVn behoudt zich het recht voor om boeterente over de achterstallige termijnen in rekening te brengen. De boeterente bedraagt de wettelijke rente over het niet betaalde (opeisbare) bedrag. Bij wanbetaling brengt SVn eventuele gerechtelijke of buitengerechtelijke (incasso) kosten bij u in rekening.
4. OVERIGE ( JURIDISCHE) ASPECTEN
Betaling van termijnbedragen
Ontbindingsrecht
Betaling is alleen mogelijk door middel van automatische incasso van een Nederlands IBAN (International Bank Account Number). In de offerte met overeenkomst van geldlening is een machtigingsformulier opgenomen, waarmee u SVn doorlopend machtigt om de in verband met uw Blijverslening verschuldigde (maand)bedragen automatisch af te schrijven van de opgegeven IBAN. In het machtigingsformulier staan uw unieke machtigingskenmerk en het incassant ID van SVn. Beide worden te zijner tijd vermeld in de omschrijving van het te incasseren bedrag. Een wijziging van uw machtiging stuurt u naar SVn en niet naar uw bank. Bij een wijziging van uw IBAN ontvangen wij graag: • een kopie van een recent bankafschrift of afschrift internet bankieren (niet ouder dan een maand) waaruit uw nieuwe IBAN en uw adresgegevens blijken; • een kopie van een geldig paspoort, Europese identiteitskaart of rijbewijs van de IBAN-houder(s).
U heeft het recht om de overeenkomst van geldlening binnen 14 dagen te ontbinden.
Wij incasseren uw maandbedrag aan het einde van elke maand. De incassodata zijn vermeld op onze website: www.svn.nl/incasso. Bent u het niet eens met de incasso van uw IBAN door SVn? U heeft de mogelijkheid om deze betaling binnen 56 dagen ongedaan te maken (storneren). Neem hiervoor contact op met uw bank. Heeft u meer leningsdelen? Alle termijnbedragen betreffende de leningsdelen worden van één IBAN afgeschreven.
Vervroegde aflossing Vervroegde (algehele of gedeeltelijke) aflossing is altijd boetevrij toegestaan met een minimum van € 250,-. Er kan ongelimiteerd extra afgelost worden. Is de restschuld van uw Blijverslening kleiner dan € 250,- dan kan deze restschuld uiteraard wel ter algehele aflossing worden overgemaakt. U kunt een extra aflossing overmaken op IBAN NL32 RABO 0265 866 294 van SVn, onder vermelding van uw leningsnummer en de mededeling “extra aflossing”. Voor een algehele aflossing vraagt u eerst een aflosnota op, neem hiervoor contact op met SVn. Bij een extra aflossing blijft de looptijd van uw lening gelijk en zal uw maandtermijn dalen. SVn behoudt zich het recht voor een minimum maandtermijn van € 35,- te hanteren. In geval uw maandtermijn door een extra aflossing tot onder de € 35,- daalt, kan SVn de looptijd van uw lening verkorten. Op uw verzoek is het ook mogelijk om bij een extra aflossing de maandtermijn gelijk te houden en de looptijd van uw Blijverslening te verkorten. Neem hiervoor contact op met SVn.
Rentevoeten voor het bouwkrediet Over het tegoed in uw bouwkrediet ontvangt u een creditrente die gelijk is aan de debetrentevoet van uw Blijverslening. Een tekort in uw bouwkrediet is niet toegestaan. Indien er een declaratie of betaling gedaan is ten laste van uw bouwkrediet vóór de ingangsdatum van uw Blijverslening (en over een eventueel tekort in uw bouwkrediet) bent u debetrente verschuldigd. Deze debetrente voor het bouwkrediet is genoemd in uw offerte met overeenkomst van geldlening. De rente wordt berekend met ingang van de datum, waarop de door u ondertekende offerte met overeenkomst van geldlening door SVn is ontvangen (datum poststempel SVn). Uiteraard wordt alleen debetrente berekend over de door u opgebouwde schuld en
Subsidie(s) Mogelijk ontvangt u één of meer subsidies van de gemeente en/of provincie. Deze subsidies worden beschikbaar gesteld via uw bouwkrediet. U cedeert de subsidie(s) aan SVn, dat wil zeggen dat SVn in uw rechten treedt om de subsidie namens u te ontvangen van de gemeente en/of provincie. SVn stort de ontvangen subsidiebedragen vervolgens in uw bouwkrediet, zodat u er over kunt beschikken. Een subsidie is een gift, u bent geen rente verschuldigd over een subsidie en hoeft een subsidie ook niet af te lossen. Aan de subsidie kan de gemeente en/of provincie bepaalde
9
eisen of voorwaarden stellen. Als uw gerealiseerde investering uiteindelijk afwijkt van uw oorspronkelijke, goedgekeurde plannen kan het zijn dat de gemeente en/of de provincie de subsidie niet of niet volledig meer wil uitkeren. Als u deze subsidie al wel geheel of gedeeltelijk heeft aangesproken via uw bouwkrediet dient u de onterecht ontvangen subsidiebedragen direct terug te betalen aan SVn. U leest meer (juridische) informatie over cessie van subsidie in uw offerte met overeenkomst van geldlening.
Fiscaliteit Bent u particulier en eigenaar van de woning? Dan kwalificeert uw Blijverslening mogelijk voor fiscale aftrek in box 1, wendt u tot de Belastingdienst of uw belastingadviseur. Meer informatie over fiscale aftrek vindt u op: www.belastingdienst.nl. Sinds 1 januari 2013 geldt een minimaal jaarlijks aflossingsschema voor leningen met fiscale aftrek in box 1.
5. VERKOOP OP AFSTAND VAN FINANCIËLE DIENSTEN Geen advies SVn is ‘execution only’ geldgever. SVn biedt ook andere financiële producten aan. SVn kan u niet adviseren welke lening het meest geschikt is. Twijfelt u of dit product geschikt voor u is? Of heeft u behoefte aan advies over het effect van de lening op uw financiële positie? Win dan advies in bij een erkend financieel adviseur.
Toezicht SVn staat onder toezicht van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en De Nederlandsche Bank (DNB). Bezoekadres AFM: Vijzelgracht 50 1017 HS Amsterdam Postadres AFM: Postbus 11723 1001 GS Amsterdam Telefoonnummer AFM 020 797 2000 Website www.afm.nl E-mailadres
[email protected] Bezoekadres DNB: Westeinde 1 1017 ZN Amsterdam Postadres DNB: Postbus 98 1000 AB Amsterdam Telefoonnummer DNB 020 524 9111
Website www.dnb.nl E-mailadres
[email protected]
Ontbinden van de overeenkomst Als u gebruik wilt maken van uw ontbindingsrecht, dan meldt u dit schriftelijk binnen 14 dagen na datum ondertekening van de offerte met de overeenkomst van geldlening. De overeenkomst van geldlening kan zonder kosten worden ontbonden. Zijn er vóór het ontbinden van de overeenkomst van geldlening al facturen uitbetaald ten laste van uw bouwkrediet aan u of uw aannemer of installateur? Bij ontbinding bent u deze uitbetaalde bedragen, verhoogd met de overeengekomen debetrente van uw Blijverslening aan SVn verschuldigd. U dient deze bedragen binnen 30 dagen na kennisgeving van de ontbinding aan SVn te voldoen.
Toepasselijk recht Op de offerte met overeenkomst van geldlening is Nederlands Recht van toepassing.
Klachten en beroep Bij klachten of beroep over uw Blijverslening richt u zich in eerste instantie tot SVn voor een interne klachtenprocedure. Uw klacht of beroep kunt u online of schriftelijk zenden aan SVn, ter attentie van de directie. Onze gegevens vindt u onder punt 1. Kijk voor meer informatie of het online klachtenformulier op www.svn.nl/klachtenprocedure. SVn is aangesloten bij Kifid, het onafhankelijk Klachteninstituut voor Financiële Dienstverleners. Indien u niet tevreden bent met de afhandeling van uw klacht, kunt u contact opnemen met Kifid. Hoe deze procedure in zijn werk gaat en binnen welke termijn u dient te reageren, kunt u nalezen op www.kifid.nl. Het Kifid doet uiteindelijk een bindende uitspraak. Indien u Kifid niet wilt inschakelen, kunt u uw klacht ook voorleggen aan een bevoegde rechter. Bezoekadres KIFID: Koningin Julianaplein 10 2595 AA Den Haag Postadres KIFID: Postbus 93257 2509 AG Den Haag Telefoonnummer KIFID 070 333 8999 Website www.kifid.nl KIFID registratienummer 300.009360
10
Deel A: Toelichting op een consumptieve Blijverslening, 1 januari 2016
Bureau Krediet Registratie (BKR) SVn is aangesloten bij BKR. De Blijverslening zal als aflopend krediet positief worden gemeld bij BKR. SVn heeft de verplichting een achterstand in de nakoming van de betalingsverplichtingen uit hoofde van deze overeenkomst van meer dan twee maanden negatief te melden bij BKR, hetgeen gevolgen kan hebben voor iedere eventuele volgende financieringsaanvraag. Nadere informatie over BKR vindt u op de website van BKR: www.bkr.nl.
genoemde partijen en/of instellingen persoonsgegevens verwerken. Voor verdere informatie daarover verwijzen wij u naar de betreffende partij of instelling. U kunt een schriftelijk verzoek indienen voor algemene of specifieke inzage in de verwerkte persoonsgegevens bij SVn.
6. ILLUSTRATIEVE AFLOSSINGSTABEL Illustratieve aflossingstabel
Toetsing Stichting Bureau Krediet Registratie (BKR) SVn toetst of u geregistreerd staat bij BKR. BKR verwerkt uw gegevens in het centrale kredietinformatiesysteem ten behoeve van het voorkomen en beperken van krediet- en betaalrisico’s voor kredietgevers en het voorkomen en beperken van overkreditering van kredietnemers, alsmede ten behoeve van het leveren van een bijdrage aan het voorkomen van problematische schuldsituaties. Stichting Fraudebestrijding Hypotheken (SFH) SVn kan bij de SFH toetsen of de aanvrager geregistreerd staat in verband met hypotheekfraude. Bij deze stichting wordt in geval van fraude gemeld welke (rechts)personen hebben gefraudeerd of daar pogingen toe hebben ondernomen. Verificatie Informatie Systeem (VIS) Door het uitvoeren van een VIS toetsing controleert SVn of een door u ter beschikking gesteld identiteitsdocument is vermist, gestolen of om andere redenen ongeldig verklaard. Externe Verwijzings Applicatie (EVA) EVA is een gezamenlijk fraudepreventiesysteem van (onder meer) de Nederlandse Vereniging van Banken. Dit register wordt door ons bij elke aanvraag voor een lening geraadpleegd om de bij de aanvraag betrokken personen te toetsen. SVn kan gebruik maken van overige registers om uw integriteit te toetsen.
Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) De door u in verband met uw leningsaanvraag verstrekte en eventueel nog te verstrekken gegevens worden opgenomen in de door SVn gevoerde administratie. Op deze administratie is de Wet bescherming persoonsgegevens van toepassing. Deze gegevens worden in overeenstemming met de Wbp verwerkt ten behoeve van: • de voorbereiding en uitvoering van overeenkomsten met SVn; • het informeren over relevante producten en diensten van SVn waaronder communicatie in het kader van loyaliteitsacties; • productontwikkeling en het verkrijgen van managementinformatie; • de bepaling van algemeen beleid van SVn; • de voorkoming, bestrijding en afhandeling van fraude. Persoonsgegevens worden verstrekt aan SVn en de in het aanvraagformulier, de offerte met overeenkomst van geldlening, de Algemene bepalingen voor geldleningen en deze toelichting op een Blijverslening met name genoemde partijen en/of instellingen ten behoeve van de te sluiten of gesloten overeen komst(en) ofwel ter voldoening aan een wettelijke verplichting. SVn aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de wijze waarop
Deze tabel geeft u inzicht in de looptijd, het schuldrestverloop van uw lening en de verschuldigde maandtermijnen. Deze tabel gaat uit van een normaal betalingsverloop. U kunt gedurende de looptijd van de lening, of na mutaties zoals een extra aflossing, kosteloos een aflossingstabel opvragen.
7. VOORBEHOUDEN EN BENODIGDE BESCHEIDEN Voorbehouden en bescheiden Hier staan de voorbehouden en documenten die u eventueel nog in dient te zenden. Indien de gevraagde documenten niet (tijdig) worden ingezonden of niet akkoord zijn naar het oordeel van SVn, komt er geen rechtsgeldige overeenkomst tot stand.
8. GELDIGHEID Geldigheid offerte met overeenkomst van geldlening Onze offerte is tot 21 dagen na dagtekening geldig. De door u ondertekende offerte met overeenkomst van geldlening dient binnen 21 dagen na dagtekening door SVn te zijn ontvangen. Het is mogelijk om de acceptatietermijn in overleg met SVn te verlengen. Neem hiervoor contact op met SVn. Indien u accepteert nà 21 dagen (datum poststempel SVn) zonder voorafgaand overleg komt er geen rechtsgeldige overeenkomst tot stand.
11
Deel A: Algemene bepalingen
voor onderhandse leningen Begripsbepalingen ARTIKEL 1 In deze algemene bepalingen wordt verstaan onder:
bevrijding zou kunnen ontlenen aan artikel 6:9 BW of enige andere wettelijke bepaling, zodat bijvoorbeeld ingeval van kwijtschelding of een bij overeenkomst te verlenen ontslag aan een schuldenaar de hoofdelijke medeschuldenaar voor de gehele schuld aansprakelijk blijft. Voor de verplichtingen van een schuldenaar zijn de rechtsopvolgers hoofdelijk aansprakelijk.
SVn Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten kantoorhoudende te Hoevelaken; SVn is de geldgever, de contractspartij met betrekking tot de lening; bij de totstandkoming en het beheer van de lening heeft u met SVn te maken.
De Algemene bepalingen De hierna vermelde algemene bepalingen voor door SVn verstrekte leningen.
De lening De overeenkomst van geldlening, de kredietovereenkomst en alle uit hoofde van de lening en het krediet uitbetaalde bedragen.
Iedere schuldenaar heeft aan iedere medeschuldenaar de bevoegdheid verleend om namens hem alle mededelingen en aanzeggingen die SVn met betrekking tot de lening doet, te ontvangen en daarvan kennis te nemen. Ieder schuldenaar is bevoegd om namens iedere medeschuldenaar aan SVn mededelingen te doen, bij gebreke waarvan de mededelingen geacht worden niet te zijn gedaan.
Het bedrag van de lening ARTIKEL 3 Het bedrag van de lening wordt in de leningdocumentatie vermeld en door de schuldenaar schuldig erkend.
De leningdocumentatie De aanvaarde offerte met overeenkomst van geldlening, de toelichting op en algemene bepalingen, de in deze stukken van toepassing verklaarde bepalingen, waaronder deze algemene bepalingen, alsmede elk stuk waarin aanvullingen en/of wijzigingen en/of uitwerkingen op/of in deze stukken worden aangebracht voor zover daarmee uitdrukkelijk of stilzwijgend door de schuldenaar is ingestemd.
De schuld De hoofdsom van de lening met de renten en kosten, boeten en vergoedingen waartoe de geldlening aanleiding mocht geven, de door de schuldeiser voor de schuldenaar gedane betalingen en verder al hetgeen de schuldeiser van de schuldenaar uit hoofde van de lening te vorderen heeft of te eniger tijd te vorderen zal hebben.
De schuldenaar Degene die van SVn een lening heeft ontvangen, diens medeschuldenaar, alsmede - voor zover de algemene bepalingen op hem van toepassing kunnen zijn - de borg en de rechtsopvolger van alle hier genoemden.
Algemeen ARTIKEL 2 Indien twee of meer personen zich tezamen als schuldenaar hebben gesteld, zijn zij tegenover het SVn steeds hoofdelijk aansprakelijk. De verbintenissen jegens SVn zijn ondeelbaar. De schuldenaar kan geen beroep doen op de rechten die hij te zijner
De looptijd van de lening ARTIKEL 4 De looptijd van de lening wordt in de leningdocumentatie vermeld.
Rentepercentage en rente ARTIKEL 5 1.
Het rentepercentage waartegen de lening is verstrekt, wordt in de leningdocumentatie vermeld. De rente wordt door de schuldenaar schuldig erkend door ondertekening van de offerte met overeenkomst van geldlening. 2. De rente wordt voor het eerst vanaf de datum omschreven in de leningdocumentatie tot het einde van het desbetreffende maand naar het overeengekomen percentage berekend over de schuld. Voor iedere volgende maand wordt de rente naar het overeengekomen percentage berekend over de dan uitbetaalde bedragen alsmede de schuld per het einde van het daaraan voorafgaande maand. Voor de berekening van de rente wordt de maand op 30 dagen en het jaar op 360 dagen gesteld. 3. Het voor de lening geldende rentepercentage is vast gedurende de looptijd van de lening.
12
Deel A: Algemene bepalingen voor onderhandse leningen, 1 januari 2016
De aflossing; betaling van de schuld ARTIKEL 6 De wijze van aflossing van de lening wordt in de leningdocumentatie vermeld. 2. Bij het einde van de looptijd van de lening, dan wel in het geval de schuld in zijn geheel opeisbaar is voor het einde van de looptijd, dient, ongeacht de overeengekomen wijze van aflossing, de schuld aan SVn te worden voldaan.
SVn is bevoegd vervallen vergoedingsbedragen telkens per het einde van een maand bij het saldo van de lening te tellen. 5. Voor de berekening van de vergoeding wordt een maand gesteld op 30 dagen en een jaar op 360 dagen.
1.
Betaling van rente, aflossing, kosten en andere bedragen ARTIKEL 7 1.
Het volgens artikel 5 berekende bedrag aan rente wordt verhoogd met het overeengekomen bedrag aan aflossing en met verdere kosten en bedragen welke op grond van de lening periodiek door de schuldenaar aan SVn zijn verschuldigd. Het op deze manier vastgestelde bedrag moet bij vooruitbetaling worden voldaan in twaalf gelijke maandelijkse termijnen. Alle termijnen moeten worden voldaan voor de laatste dag van de maand waarop de betaling betrekking heeft (de vervaldag) en moeten dan op het hoofdkantoor van SVn zijn ontvangen. De berekening en vaststelling van het maandelijks verschuldigde bedrag geschiedt door SVn. 2. Het door de schuldenaar maandelijks te betalen bedrag wordt herzien na een extra aflossing op de lening; de herziening van het maandelijks te betalen bedrag vindt plaats op de wijze en met ingang van de datum zoals in de leningdocumentatie is omschreven. 3. De maandelijks te betalen bedragen zijn op de vervaldag opeisbaar. Alle door de schuldenaar te verrichten betalingen moeten zonder korting of schuldvergelijking geschieden in een op de dag van betaling gangbaar wettig Nederlands betaalmiddel op de door SVn aangegeven wijze en zonder kosten voor SVn. Alle betalingen, waaronder die per (automatische) incasso worden eerst geacht te zijn voldaan indien zij door SVn zijn ontvangen.
ARTIKEL 8 1.
Indien aan een verplichting tot betaling aan SVn niet of niet volledig binnen de daarvoor geldende termijn of tegen de overeengekomen vervaldag is voldaan, is de schuldenaar in verzuim door het enkele feit daarvan. 2. Indien enig opeisbaar bedrag niet of niet volledig binnen de daarvoor geldende termijn of tegen de vervaldag is voldaan, is de schuldenaar een vergoeding verschuldigd. Voor zover nodig in afwijking van het bepaalde in artikel 6:92 BW laat deze vergoeding onverlet de bevoegdheid van SVn om nakoming en/of schadevergoeding te vorderen. 3. De vergoeding bedraagt de wettelijke rente over het niet betaalde (opeisbare) bedrag. 4. De vergoeding is, zonder nadere ingebrekestelling, verschuldigd vanaf de vervaldag van het opeisbare bedrag tot de datum van betaling daarvan. De vergoeding is onmiddellijk opeisbaar.
ARTIKEL 9 1.
Kosten als bedoeld in artikel 13, welke door SVn zijn betaald maar voor rekening van de schuldenaar zijn, alsmede alle andere niet periodiek verschuldigde bedragen kunnen afzonderlijk in rekening worden gebracht. Eén en ander laat onverlet het bepaalde in artikel 16. 2. Alle op basis van het eerste lid verschuldigde bedragen zijn opeisbaar per de in artikel 14 genoemde datum. 3. De toerekening van alle door de schuldenaar betaalde bedragen ter zake van de lening geschiedt door SVn in de volgorde: 1. terugbetaling van door SVn voor de schuldenaar betaalde bedragen of gemaakte kosten; 2. vergoedingen of andere op grond van de leningdocumentatie verschuldigde bedragen; 3. rente; 4. aflossing. SVn zal over hetgeen uit hoofde van de lening wordt ontvangen nimmer rente verschuldigd zijn.
Extra en algehele aflossing ARTIKEL 10 1.
Met inachtneming van het hierna bepaalde kan de schuldenaar altijd extra aflossen of de lening voor het einde van de looptijd algeheel aflossen. 2. Extra aflossingen leiden steeds tot herziening van het door de schuldenaar maandelijks te betalen bedrag, één en ander als nader omschreven in de leningdocumentatie. 3. Indien de schuldenaar de lening voor het einde van de looptijd ervan algeheel wenst af te lossen, zal hij SVn tenminste veertien dagen voor de datum waarop hij de betaling wenst te verrichten schriftelijk om een schuldrestopgave verzoeken. SVn zal op dat verzoek een schuldrestopgave opstellen waarin de schuld is berekend tot en met de door de schuldenaar opgegeven betalingsdatum. Wordt het bedrag van de schuld door SVn op een latere datum ontvangen dan zal SVn alsnog rente in rekening brengen over de periode vanaf de opgegeven datum waarop het bedrag moest worden ontvangen. 4. De schuldenaar is geen vergoeding verschuldigd over een extra of algehele aflossing.
Verrekening
ARTIKEL 11 SVn is bevoegd om bedragen, ter zake waarvan de schuldenaar of diens rechtsopvolger op enig moment -uit welken hoofde dan ookvorderingen (al of niet opeisbaar) jegens SVn mocht verkrijgen, te allen tijde te verrekenen met de schuld.
13
Saldo-opgave
Opeisbaarheid
ARTIKEL 12
ARTIKEL 16
1.
1.
SVn zendt de schuldenaar jaarlijks een saldo-opgave van de lening per 31 december van het voorafgaande jaar. Bij de saldobepaling van de schuld zullen eventueel verschuldigde maar niet betaalde rente, kosten en andere bedragen bij de schuld worden geteld. De jaarlijkse opgave omvat tevens een verantwoording van de in het desbetreffende jaar verschuldigde en ontvangen bedragen. 2. De saldo-opgave dient als bewijs van de schuld gedurende de gehele looptijd van de lening, behoudens tegenbewijs. Indien de schuldenaar binnen 13 maanden na verzending van de opgave hiertegen geen bezwaar aantekent bij SVn, stemt de schuldenaar in met de opgave. 3. SVn informeert de Belastingdienst elk jaar over het saldo van de lening, de door de schuldenaar verschuldigde rente en de gegevens van een eventueel bouwkrediet.
Kosten voor rekening van de schuldenaar ARTIKEL 13 1.
Onverminderd hetgeen in de leningdocumentatie is bepaald, komen voor rekening van de schuldenaar, ongeacht het tijdstip waarop de kosten zijn gemaakt of verschuldigd zijn geworden alle kosten waartoe de leningdocumentatie aanleiding geeft, waaronder in elk geval de incassokosten, alsmede de voor toewijzing in aanmerking komende kosten van rechtsbijstand en kosten voor bijzondere maatregelen tot behoud van recht en verder alle kosten die SVn, zowel in als buiten rechte, naar zijn oordeel tot behoud of ter uitoefening van zijn rechten moet maken en de kosten van opeising van de schuld; de incassokosten worden in rekening gebracht bij de schuldenaar volgens de hiervoor geldende wettelijke bepalingen. 2. Bij gebreke van enige betaling als in dit artikel bedoeld, is SVn bevoegd het verschuldigde namens en voor rekening van de schuldenaar te voldoen en het betaalde met de eventueel door hem gemaakte kosten op een door hem te bepalen wijze terug te vorderen.
Voorschotten, financiering van achterstanden ARTIKEL 14 Indien SVn enige betaling voor rekening van de schuldenaar verricht, is de schuldenaar verplicht het door SVn betaalde bedrag terug te betalen per de datum waarop het bedrag door SVn wordt overgemaakt. Deze datum wordt als vervaldag aangemerkt in de zin van artikel 6:83 BW.
Adreswijziging ARTIKEL 15 De schuldenaar is verplicht SVn binnen veertien dagen schriftelijk in kennis te stellen van elke wijziging in zijn adres.
Onverminderd het bepaalde in de leningdocumentatie is de lening van de zijde van SVn niet opzegbaar. 2. De schuld is echter onmiddellijk opeisbaar indien: a)_ de schuldenaar, die gedurende ten minste twee maanden achterstallig is in de betaling van een vervallen termijnbedrag, na in gebreke te zijn gesteld nalatig blijft in de nakoming van zijn verplichtingen; b)_ de schuldenaar Nederland metterwoon heeft verlaten, dan wel redelijkerwijs kan worden aangenomen dat de schuldenaar binnen enkele maanden Nederland metterwoon zal verlaten; c)_ de schuldenaar is overleden en SVn gegronde reden heeft om aan te nemen dat diens verplichtingen uit hoofde van de overeenkomst niet zullen worden nagekomen; d)_ de schuldenaar in staat van faillissement is komen te verkeren of ten aanzien van de schuldenaar de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen van toepassing is verklaard; e)_ de schuldenaar aan SVn, met het oog op het aangaan van de overeenkomst, bewust onjuiste inlichtingen heeft verstrekt van dien aard, dat SVn de overeenkomst niet of niet onder dezelfde voorwaarden zou hebben aangegaan indien SVn de juiste stand van zaken bekend zou zijn geweest, zoals wanneer de schuldenaar de lening niet (volledig) heeft gebruikt voor verwezenlijking van de vooraf omschreven maatregelen.
In gebreke zijn ARTIKEL 17 1.
Het enkele feit dat een omstandigheid als omschreven in artikel 16 van deze algemene bepalingen zich voordoet, wordt aangemerkt als een tekortkoming in de nakoming aan de zijde van de schuldenaar. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 6:82 BW treedt het verzuim eerst na ingebrekestelling in, tenzij sprake is van één van de situaties als bedoeld in artikel 6:83 BW, dan wel de nakoming blijvend of tijdelijk onmogelijk is als bedoeld in artikel 6:265 BW. Indien SVn na constatering van de tekortkoming in de nakoming alsnog een termijn stelt, zal de schuldenaar bij niet voldoen aan hetgeen waarvoor hem deze termijn is gegeven, zonder nadere ingebrekestelling onmiddellijk in verzuim zijn. 2. Het verzuim kan slechts schriftelijk door SVn worden opgeheven. 3. Het bedoelde in dit artikel is niet van toepassing op de bepalingen als bedoeld in artikel 8 en 9.
14
Deel A: Algemene bepalingen voor onderhandse leningen, 1 januari 2016
Ontslag hoofdelijk schuldenaarschap ARTIKEL 18 In geval van echtscheiding, beëindiging van een geregistreerd partnerschap, beëindiging van een relatie, of een andere omstandigheid kan de schuldenaar een verzoek indienen bij SVn voor ontslag uit de hoofdelijke aansprakelijkheid van één of meer schuldenaren. Hiervoor moet een kredietbeoordeling plaatsvinden. Voor de beoordeling zal SVn kosten in rekening brengen.
Eenzijdig wijzigen ARTIKEL 19 SVn heeft het recht de Algemene bepalingen en/of de leningdocumentatie eenzijdig te wijzigen wanneer dit noodzakelijk is in verband met wijzigingen in wet- en regelgeving of wanneer de gevolgen van de wijziging in het voordeel van de Schuldenaar zijn. SVn zal deze wijzigingen tenminste twee weken voor de datum van inwerkingtreding aan de Schuldenaar meedelen.
Gevolgen nietigheid ARTIKEL 20 Indien één of meerdere van de Algemene bepalingen nietig zijn of vernietigd mochten worden, blijven de overige bepalingen van de Algemene bepalingen volledig van toepassing. SVn en de Schuldenaar zullen dan in overleg treden teneinde nieuwe bepalingen ter vervanging van de nietige c.q. vernietigde bepalingen overeen te komen, waarbij het doel en de strekking van de oorspronkelijke bepaling in acht worden genomen.
15
Deel B: Toelichting op een hypothecaire Blijverslening (Conform Europees Gestandaardiseerd Informatieblad)
De hypothecaire Blijverslening in het kort Fonds: Doelgroep: Leeftijdsgrens: Leenbedrag:
gemeentelijk of provinciaal eigenaren-bewoners afhankelijk van uw gemeente of provincie minimaal € 2.500,- en maximaal € 50.000,- maar niet meer dan het maximum conform verordening/ toewijzing van gemeente of provincie. Er mogen meerdere Blijversleningen aangevraagd worden onder voorwaarde dat het totale leenbedrag van alle leningen samen niet boven het gestelde maximum uitkomt. Looptijd: 120 maanden voor leningen tot en met € 10.000, 240 maanden voor leningen vanaf € 10.001,Storting: in bouwkrediet Leningsvorm: maandannuïteit al dan niet in combinatie met aflossingsvrij Rente: vast % gedurende looptijd Aflossing: altijd boetevrij (minimaal € 250,-). Bij tussentijdse verkoop dient de lening te worden afgelost Afsluitkosten lening: éénmalige afsluitkosten, deze kosten worden meegefinancierd. Totale financiering: de totale financiering van de woning (de bestaande hypotheek + de Blijverslening) mag maximaal 80% van de WOZ-waarde van de woning bedragen Verstrekker lening: SVn verstrekt Blijversleningen voor gemeente of provincie Voorwaarden: kijk voor de actuele voorwaarden op www.svn.nl/producten/blijverslening of op de website van uw gemeente of provincie Zekerheid: hypotheekrecht De Blijverslening is uitsluitend aan te vragen via uw gemeente of provincie (of een speciaal daartoe aangestelde instantie).
1. KREDIETGEVER
Website
Bezoekadres
www.svn.nl/producten/blijverslening
De kredietgever is stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn).
KvK-nummer
SVn Westerdorpsstraat 66 3871 AZ Hoevelaken
Postadres SVn Postbus 9 3870 CA Hoevelaken
Telefoonnummer 088 253 9400
E-mailadres
[email protected]
41042610
2. OMSCHRIJVING VAN DE LENING Algemeen Uw offerte heeft een kenmerk van 9 cijfers, op alle correspondentie (nu en in de toekomst) vermelden wij het kenmerk. Uw offerte bestaat uit meer delen. De laatste drie cijfers van uw kenmerk duiden de verschillende delen aan. Uw kenmerk eindigend op: • .000 betreft de algemene aanduiding van uw financiering • .010 betreft uw bouwkrediet • .020 betreft het eerste leningsdeel • .030 betreft het (eventuele) tweede leningsdeel
16
Deel B: Toelichting op een hypothecaire Blijverslening, 1 januari 2016
Omschrijving van de lening In uw offerte staat duidelijk aangegeven welk type Blijverslening u aangeboden krijgt. Meestal krijgt u de annuïtaire Blijverslening aangeboden, maar uw gemeente of provincie kan ook bepalen dat uw een deel van de lening aflossingsvrij krijgt aangeboden. De gemeente of provincie heeft dit vooraf vastgesteld d.m.v. de toewijzingsbrief. Hieronder volgen de omschrijvingen van de verschillende leningen: Blijverslening De Blijverslening betreft een maandannuïteitenlening en wordt annuïtair afgelost. Het te betalen bedrag op basis van maand annuïteiten moet steeds voor de laatste dag van de maand voldaan worden. De maandtermijn bestaat uit een rentecomponent en een aflossingscomponent. Het aflossingscomponent wordt per de laatste dag van de maand met de restschuld verrekend. De aflossingscomponent zal gedurende de looptijd van de lening maandelijks groter worden, terwijl de rentecomponent maandelijks kleiner wordt. Uw maandtermijn blijft gedurende de looptijd van de lening gelijk. Blijverslening aflossingsvrij De Blijverslening aflossingsvrij, betreft een aflossingsvrij leningsdeel. U lost dit deel van uw lening gedurende de looptijd van de lening niet af maar u betaalt uitsluitend rente. Aan het einde van de looptijd dient u evenwel dit aflossingsvrije deel alsnog (ineens) in zijn geheel af te lossen. Het te betalen rentebedrag op basis van het overeengekomen rentepercentage op jaarbasis moet steeds voor 1/12 deel worden voldaan voor de laatste dag van de maand. Dit leningsdeel is (omdat u niet aflost) in principe niet fiscaal aftrekbaar.
3. RENTEVOET EN RENTEVASTE PERIODE De debetrentevoet Dit is de debetrente die u per leningsdeel verschuldigd bent over de Blijverslening.
Voor de berekening van dit percentage zijn wij uitgegaan van het volgende: • het totale leenbedrag wordt in één keer helemaal opgenomen; • u betaalt gedurende de looptijd van de lening gelijke maandelijkse termijnbedragen die deels bestaan uit aflossing* en deels bestaan uit rente over het openstaande leenbedrag; • de maandelijkse termijnbetalingen worden bepaald op basis van een maandannuïteit*, waarbij de aflossing* iedere maand wordt betaald en de restschuld op de laatste dag van iedere maand wordt aangepast; • de debetrente is vast gedurende de looptijd en/of rentevaste periode; • afgeloste bedragen kunnen niet opnieuw worden opgenomen.
* bij Blijverslening aflossingsvrij geldt dit uiteraard niet.
5. HOOGTE VAN DE LENING EN MUNTEENHEID Hoogte van de lening Hier treft u de totale hoogte van de lening aan (per leningsdeel).
Munteenheid Alle leningen worden aangeboden in Euro’s.
6. LOOPTIJD VAN DE LENING Looptijd van de lening Dit is de totale looptijd van uw Blijverslening uitgedrukt in maanden. Heeft u meer leningsdelen? Dit betreft de looptijd per leningsdeel.
Geschatte ingangsdatum lening Dit is de geschatte datum waarop uw Blijverslening ingaat. Een Blijverslening gaat altijd in op de eerste dag van de maand volgend op de datum van hypotheekvestiging (of datum passeren van de notariële akte). Voorbeeld: u tekent de hypotheekakte bij uw notaris op 18 mei van een bepaald jaar; uw lening gaat dan in op 1 juni van dat jaar. Heeft u meer leningsdelen? Dit betreft de ingangsdatum per leningsdeel.
Rentevaste periode De debetrente is vast gedurende de gehele looptijd van de lening. Er vinden geen renteherzieningen plaats.
7. AANTAL EN PERIODICITEIT VAN DE BETALINGEN
De debetrente wordt vastgesteld door SVn op de datum van binnenkomst van het aanvraagformulier. Rentedalingen of rentestijgingen na het moment van aanvragen hebben geen invloed op de aan u aangeboden debetrente.
Aantal en periode van betalingen
4. JAARLIJKS KOSTENPERCENTAGE
8. HET BEDRAG VAN IEDERE AFLOSSING
Jaarlijks kostenpercentage (JKP)
Het bedrag van iedere aflossing
Dit zijn de totale kosten, uitgedrukt als jaarlijks percentage per leningsdeel. Dit percentage houdt rekening met de afsluitkosten van de lening en de frequentie van uw termijnbetalingen. Aan de hand van het JKP kunt u verschillende aanbiedingen onderling beter vergelijken.
Niet bij alle leningen is sprake van aflossing. Het bedrag van iedere aflossing wordt niet separaat gespecificeerd. Uw totale termijnbedrag treft u aan onder punt 9 in uw offerte. De samenstelling (rente en eventueel aflossing) van het termijnbedrag treft u aan onder punt 14 in uw offerte.
Dit is het totaal aantal termijnbetalingen uitgedrukt in maanden. Heeft u meer leningsdelen? Dit is het totaal aantal termijnbetalingen per leningsdeel.
17
9. DE HOOGTE VAN HET RENTEBEDRAG EN HET TOTALE TERMIJNBEDRAG
vraagt eerst een aflosnota op, uw notaris neemt hiervoor contact op met SVn. Bij een extra aflossing blijft de looptijd van uw lening gelijk en zal uw maandtermijn dalen.
Totale termijnbedrag Dit is het maandelijks verschuldigde bedrag. Deze termijn bestaat uit rente en (indien van toepassing) aflossing. Heeft u meer leningsdelen? Dit betreft het totale termijnbedrag per leningsdeel. Het rentebedrag wordt niet separaat gespecificeerd. De samenstelling van het termijnbedrag treft u aan onder punt 14 in uw offerte.
SVn hanteert een minimum maandtermijn van € 35,-. In uw maandtermijn door een extra aflossing tot onder de € 35,zal dalen, zal SVn de looptijd van uw lening verkorten. Op uw speciaal verzoek is het ook mogelijk om bij een extra aflossing de maandtermijn gelijk te houden en de looptijd van uw Blijverslening te verkorten. Neem hiervoor contact op met SVn.
10. BIJKOMENDE ÉÉNMALIGE KOSTEN
13. INTERNE KLACHTENREGELING
Bijkomende éénmalige kosten
Klachten en beroep
Indien er sprake is van bijkomende éénmalige kosten worden deze duidelijk genoemd in uw offerte. Komen onderstaande kosten niet voor in uw offerte? Dan is er ook geen sprake van deze kosten, ook eventuele afwijkingen staan vermeld in uw offerte.
Bij klachten of beroep over uw Blijverslening richt u zich in eerste instantie tot SVn voor een interne klachtenprocedure. Uw klacht of beroep kunt u online of schriftelijk zenden aan SVn, ter attentie van de directie. Onze gegevens vindt u onder punt 1. Kijk voor meer informatie of het online klachtenformulier op www.svn.nl/klachtenprocedure.
Afsluitkosten Dit zijn éénmalige afsluitkosten voor de afhandeling van uw leningsaanvraag en verstrekking. Deze kosten zijn door u aan SVn verschuldigd. Heeft u meer leningsdelen? De afsluitkosten gelden voor alle leningsdelen te samen. Deze kosten komen voor uw rekening en worden ingehouden op uw lening(en). Eventuele afwijkingen staan vermeld in uw offerte.
SVn is aangesloten bij Kifid, het onafhankelijk Klachteninstituut voor Financiële Dienstverleners. Indien u niet tevreden bent met de afhandeling van uw klacht, kunt u contact opnemen met Kifid. Hoe deze procedure in zijn werk gaat en binnen welke termijn u dient te reageren, kunt u nalezen op www.kifid.nl. Het Kifid doet uiteindelijk een bindende uitspraak.
Kosten hypotheekakte De kosten voor het vestigen van een hypotheekrecht en het opmaken van een hypotheekakte of een positief/negatief verklaring zijn afhankelijk van de notaris van uw keuze. Deze kosten komen voor uw rekening en zijn niet inbegrepen.
11. BIJKOMENDE TERUGKERENDE KOSTEN (NIET PUNT 8) EN VERZEKERINGEN Bijkomende terugkerende kosten Er is geen sprake van bijkomende terugkerende kosten.
Verzekeringen Er zijn geen verplichte verzekeringen vereist. Indien u nadenkt over het verzekeren van uw lening of het verzekeren van de aanpassingen aan uw woning dan raden wij u aan hierover advies in te winnen bij een erkend financieel adviseur.
12. VERVROEGDE TERUGBETALING
Indien u Kifid niet wilt inschakelen, kunt u uw klacht ook voorleggen aan een bevoegde rechter. Bezoekadres KIFID: Koningin Julianaplein 10 2595 AA Den Haag Postadres KIFID: Postbus 93257 2509 AG Den Haag Telefoonnummer KIFID 070 333 8999 Website www.kifid.nl KIFID registratienummer 300.009360
Vervroegde terugbetaling Vervroegde (algehele of gedeeltelijke) aflossing is altijd boetevrij toegestaan met een minimum van € 250,-. Er kan ongelimiteerd extra afgelost worden. Is de restschuld van uw Blijverslening kleiner dan € 250,- dan kan deze restschuld uiteraard wel ter algehele aflossing worden overgemaakt. U kunt een extra aflossing overmaken op IBAN NL32 RABO 0265 866 294 van SVn, onder vermelding van uw leningsnummer (kenmerk) en de mededeling “extra aflossing”. Voor een algehele aflossing neemt u eerst contact op met uw notaris. Uw notaris
14. ILLUSTRATIEVE AFLOSSINGSTABEL Illustratieve aflossingstabel Deze tabel geeft u per leningsdeel een overzicht van looptijd, schuldrestverloop en termijnbedragen van uw lening(en). Tevens treft u hier de samenstelling van uw termijnbedrag(en) aan; rente en eventuele aflossing zijn hier voor u gespecificeerd. Uiteraard gaat deze tabel uit van een reguliere afwikkeling van uw lening en een normaal betalingsverloop. Eén en ander conform de door u geaccepteerde offerte.
18
Deel B: Toelichting op een hypothecaire Blijverslening, 1 januari 2016
U kunt gedurende de looptijd van de lening, of na mutaties zoals een extra aflossing, kosteloos een aflossingstabel opvragen. Totale kosten van de lening Per leningsdeel treft u in de illustratieve aflossingstabel een optelling aan (som) van alle termijnbetalingen, dit zijn de totale kosten van uw Blijverslening. Heeft u meer leningsdelen? Dan dient u de sommen van alle termijnbetalingen bij elkaar op te tellen om de totale kosten van uw leningen te berekenen.
15. G EEN VERPLICHTING TOT HET AANHOUDEN VAN EEN IBAN BIJ SVN WAAROP TEVENS HET SALARIS WORDT GESTORT Verplichte IBAN Het is niet verplicht en tevens niet mogelijk om een IBAN bij SVn aan te houden.
Betaling van termijnbedragen Betaling is alleen mogelijk door middel van automatische incasso van een Nederlands IBAN (International Bank Account Number). In de offerte met overeenkomst van geldlening is een machtigingsformulier opgenomen, waarmee u SVn doorlopend machtigt om de in verband met uw Blijverslening verschuldigde (maand)bedragen automatisch af te schrijven van de opgegeven IBAN. In het machtigingsformulier staan uw unieke machtigingskenmerk en het incassant ID van SVn. Beide worden te zijner tijd vermeld in de omschrijving van het te incasseren bedrag. Een wijziging van uw machtiging stuurt u naar SVn en niet naar uw bank. Bij een wijziging van uw IBAN ontvangen wij graag: • een kopie van een recent bankafschrift of afschrift internet bankieren (niet ouder dan een maand) waaruit uw nieuwe IBAN en uw adresgegevens blijken; • een kopie van een geldig paspoort, Europese identiteitskaart of rijbewijs van de IBAN-houder(s). Wij incasseren uw maandbedrag aan het einde van elke maand. De incassodata zijn vermeld op onze website: www.svn.nl/incasso. Bent u het niet eens met de incasso van uw IBAN door SVn? U heeft de mogelijkheid om deze betaling binnen 56 dagen ongedaan te maken (storneren). Neem hiervoor contact op met uw bank. Heeft u meer leningsdelen? Alle termijnbedragen betreffende de leningsdelen worden van één IBAN afgeschreven.
16. ZEKERHEDEN
de verstrekte lening of als SVn haar risico wil spreiden over meer panden. SVn heeft namelijk voldoende dekking nodig voor haar leningen; de panden waarop de zekerheid gevestigd wordt moeten voldoende waard zijn om in geval van gedwongen openbare verkoop de lening te kunnen verhalen uit de verkoopopbrengst.
Recht van hypotheek U verleent SVn het recht van hypotheek. Het recht van hypotheek wordt door een notaris gevestigd en vervolgens ingeschreven in het Kadaster. Het Kadaster is een openbaar register. In dit register is voor iedereen te zien dat er hypotheek op uw pand rust. In uw offerte wordt omschreven voor welk bedrag het hypotheekrecht gevestigd wordt, wat de rangorde van dit hypotheekrecht is, op welk pand of panden dit recht gevestigd wordt en welke eventuele andere kredietgevers al een hypotheekrecht op het pand of de panden hebben. Door middel van het hypotheekrecht verleent u SVn het recht van parate executie; bij wanbetaling mag SVn het onderpand openbaar verkopen zonder tussenkomst van een rechter. Het recht van hypotheek heeft een rangorde, bijvoorbeeld eerste, tweede, derde, enz. SVn raadpleegt het Kadaster op reeds bestaande hypothecaire inschrijvingen van andere kredietgevers op uw pand(en) en vermeldt deze bestaande hypotheekrechten in de offerte. Controleert u goed of deze inschrijvingen ook kloppen. De rangorde is voor SVn heel belangrijk; een recht van eerste hypo theek is namelijk sterker dan het recht van tweede hypotheek, enz. SVn kan u daarom vragen om een oude nog bestaande inschrijving van een lening, die u inmiddels al afgelost heeft, via uw notaris te laten verwijderen. SVn kan op die manier een betere rangorde van haar hypotheekrecht verkrijgen. Een dergelijk verzoek wordt duidelijk in uw offerte omschreven. Als bij het passeren van de hypotheekakte blijkt dat de rangorde van SVn verslechterd is, bijvoorbeeld omdat u in de tussentijd nog een recht van hypotheek heeft verleend aan een andere kredietgever, kan SVn de offerte niet gestand doen. Uw notaris kan u nadere (juridische) toelichting geven.
Garanties Aangezien uw lening hypothecair wordt verstrekt zijn er normaliter geen aanvullende zekerheden vereist. Om verschillende redenen kunt u gevraagd worden om aanvullende zekerheden te stellen zoals garanties. Indien er sprake is van aanvullende zekerheden is dit vermeld in uw offerte.
Zekerheden
Bankgarantie
Uw lening wordt verstrekt met een zekerheid, op deze plek in uw offerte staat het soort zekerheid omschreven en op welk pand deze zekerheid via de notaris gevestigd wordt. SVn vraagt u meestal om zekerheid te laten vestigen op het pand waarvoor de lening is aangevraagd, maar soms ook op één of meer andere panden. Dit kan het geval zijn als u al zekerheid heeft laten vestigen ten gunste van een andere kredietgever en er te weinig overwaarde op het pand aanwezig is ter dekking van
Uw bank stelt zich garant voor een juiste terugbetaling van uw lening. De bankgarantie wordt afgegeven voor de gehele looptijd van de lening en kan jaarlijks aangepast worden aan de schuldrest van uw lening, e.e.a. na expliciete toestemming van SVn. Aan een bankgarantie zijn terugkerende kosten verbonden, deze kosten worden in rekening gebracht door uw bank en zijn niet inbegrepen.
19
17. BOUWKREDIET EN EIGEN GELD Bouwkrediet De Blijverslening wordt niet ineens uitbetaald maar wordt beschikbaar gesteld door middel van een bouwkrediet. Uw bouwkrediet gaat in op de dag dat u de hypotheekakte laat passeren en loopt standaard 12 maanden. Op uw verzoek kan de looptijd van het bouwkrediet éénmalig met maximaal 12 maanden worden verlengd tot in totaal maximaal 24 maanden. Het bouwkrediet wordt beëindigd zodra het leningsbedrag volledig is opgenomen of zodra mocht blijken dat het treffen van de maatregel(en) aan uw pand/object gereed is. Na uiterlijk 24 maanden wordt uw bouwkrediet afgesloten. Is er bij afsluiting nog een eventueel tegoed in uw bouwkrediet aanwezig, dan wordt dit aangewend als extra aflossing op uw lening.
Rentevoeten voor het bouwkrediet Over het tegoed in uw bouwkrediet ontvangt u een creditrente die gelijk is aan de debetrentevoet van uw Blijverslening. Een tekort in uw bouwkrediet is niet toegestaan. Indien er een declaratie of betaling gedaan is ten laste van uw bouwkrediet vóór de ingangsdatum van uw Blijverslening (en over een eventueel tekort in uw bouwkrediet) bent u debetrente verschuldigd. Deze debetrente voor het bouwkrediet is genoemd in uw offerte. De rente wordt berekend met ingang van de datum, waarop u de hypotheekakte heeft laten passeren. Uiteraard wordt alleen debetrente berekend over de door u opgebouwde schuld en uitbetaalde bedragen. Bij het afsluiten van het bouwkrediet vindt de definitieve berekening plaats van het door u verschuldigde debetrente of door u te ontvangen creditrente.
Eigen geld SVn behoudt zich het recht voor om, indien er gedurende 6 maanden geen transacties op uw bouwkrediet plaatsvinden, uw bouwkrediet af te sluiten en het tegoed op uw lening af te lossen. Uw bouwkrediet wordt gevoed door middel van de hoofdsom van uw Blijverslening onder inhouding van de afsluitkosten. De afsluitkosten worden na ontvangst van de ingeschreven hypotheekakte (per valutadatum passeren hypotheekakte) in mindering gebracht op uw bouwkrediet. Het leningsbedrag wordt op de eerste dag van de maand volgend op de datum van passeren hypotheekakte in uw bouwkrediet gestort. Gedurende de looptijd van het bouwkrediet brengen wij u debetrente in rekening of vergoeden wij u creditrente, volgens het rentepercentage zoals dit in uw offerte voor de Blijverslening is overeengekomen. Er wordt rente berekend over het saldo van het bouwkrediet. Voor het declareren van bedragen, die ten laste van het bouw krediet komen, dient u gebruik te maken van de declaratie formulieren. Deze zullen wij u met een nadere schriftelijke toelichting ter beschikking stellen. Facturen van de aannemers of installateurs die het project voor u uitvoeren dient u, samen met het SVn declaratieformulier, bij uw gemeente of provincie (of daartoe aangestelde instantie) in. Na akkoord van uw gemeente of provincie (of daartoe aangestelde instantie) betalen wij de gemaakte kosten rechtstreeks aan deze bedrijven uit.
In sommige gevallen is het noodzakelijk dat u eigen geld inbrengt om de maatregelen die u wilt financieren uit te kunnen voeren. Als u eigen geld moet inbrengen staat hier vermeld welk bedrag. U dient het bedrag zo spoedig mogelijk nà het passeren van de hypotheekakte aan ons over te maken. U kunt het bedrag overmaken op IBAN NL32 RABO 0265 866 294 van SVn, onder vermelding van uw leningsnummer (kenmerk) en de mededeling “storting eigen geld”. Zolang u de verplichte eigen geld storting niet heeft gemaakt, behoudt SVn zich het recht voor om uw bouwkrediet te blokkeren en door u ingediende declaraties niet uit te voeren.
Totaal beschikbaar in uw bouwkrediet Dit is het bedrag wat er in totaal beschikbaar gesteld wordt in uw bouwkrediet. Dit bedrag is opgebouwd uit één of meer leningsdelen, eventuele subsidie(s) en eventueel eigen geld. Alle in deze offerte genoemde en door u verschuldigde kosten zullen automatisch ten laste worden gebracht van uw bouwkrediet. Het restant is d.m.v. declaratieformulieren beschikbaar. Zodra u aanvangt met declareren zal uw bouwkrediet als volgt worden aangewend: als eerste wordt eventueel eigen geld aangesproken, daarna leningsdelen en tot slot eventuele subsidie(s).
18. SUBSIDIE(S) Subsidie(s)
Wanneer u een factuur van een aannemer of installateur heeft voorgeschoten dan dient u een betaalbewijs te overleggen. Na akkoord betalen wij de gemaakte kosten aan u uit. Eventuele bancaire kosten voor het betalingsverkeer zullen wij aan u doorberekenen. Denk hierbij aan buitenlandse of spoedbetalingen. U kunt nota’s declareren zolang u voldoende saldo heeft op uw bouwkrediet. Eventueel nog door u aan de aannemer of installateur verschuldigde bedragen dient u dan uit eigen middelen te betalen; het bouwkrediet mag niet worden overschreden. U kunt geen eigen geld op het bouwkrediet storten, tenzij dit expliciet overeengekomen is. Als er sprake is van een verplichte eigen geldstorting, treft u dit aan in uw offerte.
Mogelijk ontvangt u één of meer subsidies van de gemeente en/of provincie. Deze subsidies worden beschikbaar gesteld via uw bouwkrediet. U cedeert de subsidie(s) aan SVn, dat wil zeggen dat SVn in uw rechten treedt om de subsidie namens u te ontvangen van de gemeente en/of provincie. SVn stort de ontvangen subsidiebedragen vervolgens in uw bouwkrediet, zodat u er over kunt beschikken. Een subsidie is een gift, u bent geen rente verschuldigd over een subsidie en hoeft een subsidie ook niet af te lossen. Aan de subsidie kan de gemeente en/of provincie bepaalde eisen of voorwaarden stellen. Als uw gerealiseerde investering
20
Deel B: Toelichting op een hypothecaire Blijverslening, 1 januari 2016
uiteindelijk afwijkt van uw oorspronkelijke, goedgekeurde plannen kan het zijn dat de gemeente en/of de provincie de subsidie niet of niet volledig meer wil uitkeren. Als u deze subsidie al wel geheel of gedeeltelijk heeft aangesproken via u bouwkrediet dient u de onterecht ontvangen subsidiebedragen direct terug te betalen aan SVn. U leest meer (juridische) informatie over cessie van subsidie in uw offerte en/of hypotheekakte.
19. V OORBEHOUDEN EN BENODIGDE BESCHEIDEN Voorbehouden en bescheiden Hier staan de voorbehouden en documenten die u eventueel nog in dient te zenden. Indien de gevraagde documenten niet (tijdig) worden ingezonden of niet akkoord zijn naar het oordeel van SVn, komt er geen rechtsgeldige overeenkomst tot stand.
20. V ERKOOP OP AFSTAND VAN FINANCIËLE DIENSTEN
Bezoekadres DNB: Westeinde 1 1017 ZN Amsterdam Postadres DNB: Postbus 98 1000 AB Amsterdam Telefoonnummer DNB 020 524 9111 Website www.dnb.nl E-mailadres
[email protected]
Toepasselijk recht Op de offerte en de hypotheekakte is Nederlands Recht van toepassing.
Geen advies SVn is ‘execution only’ geldgever. SVn biedt ook andere financiële producten aan. SVn kan u niet adviseren welke lening het meest geschikt is. Twijfelt u of dit product geschikt voor u is? Of heeft u behoefte aan advies over het effect van de lening op uw financiële positie? Win dan advies in bij een erkend financieel adviseur. Bent u particulier? Dan kwalificeert uw Blijverslening mogelijk voor fiscale aftrek in box 1, wendt u tot de Belastingdienst of uw belastingadviseur. Meer informatie over fiscale aftrek vindt u op: www.belastingdienst.nl. Sinds 1 januari 2013 geldt een minimaal jaarlijks aflossingsschema voor leningen welke kwalificeren voor fiscale aftrek in box 1. Omdat een Blijverslening aflossingsvrij niet voldoet aan dit minimale jaarlijkse aflossingsschema is deze lening in principe niet fiscaal aftrekbaar. Dit kan zeer nadelig voor u zijn, ga voor meer informatie naar een erkend financieel adviseur, de Belastingdienst of uw belastingadviseur.
Toezicht SVn staat onder toezicht van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en De Nederlandsche Bank (DNB). Bezoekadres AFM: Vijzelgracht 50 1017 HS Amsterdam Postadres AFM: Postbus 11723 1001 GS Amsterdam Telefoonnummer AFM 020 797 2000 Website www.afm.nl E-mailadres
[email protected]
Toetsing Stichting Bureau Krediet Registratie (BKR) SVn toetst of u geregistreerd staat bij BKR. BKR verwerkt uw gegevens in het centrale kredietinformatiesysteem ten behoeve van het voorkomen en beperken van krediet- en betaalrisico’s voor kredietgevers en het voorkomen en beperken van overkreditering van kredietnemers, alsmede ten behoeve van het leveren van een bijdrage aan het voorkomen van problematische schuldsituaties. Stichting Fraudebestrijding Hypotheken (SFH) SVn kan bij de SFH toetsen of de aanvrager geregistreerd staat in verband met hypotheekfraude. Bij deze stichting wordt in geval van fraude gemeld welke (rechts)personen hebben gefraudeerd of daar pogingen toe hebben ondernomen. Verificatie Informatie Systeem (VIS) Door het uitvoeren van een VIS toetsing controleert SVn of een door u ter beschikking gesteld identiteitsdocument is vermist, gestolen of om andere redenen ongeldig verklaard. Externe Verwijzings Applicatie (EVA) EVA is een gezamenlijk fraudepreventiesysteem van (onder meer) de Nederlandse Vereniging van Banken. Dit register wordt door ons bij elke aanvraag voor een lening geraadpleegd om de bij de aanvraag betrokken personen te toetsen. SVn kan gebruik maken van overige registers om uw integriteit de toetsen. Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) De door u in verband met uw leningaanvraag verstrekte en even tueel nog te verstrekken gegevens worden opgenomen in de door SVn gevoerde administratie. Op deze administratie is de Wet bescherming persoonsgegevens van toepassing. Deze gegevens worden in overeenstemming met de Wbp verwerkt ten behoeve van: • de voorbereiding en uitvoering van overeenkomsten met SVn; • het informeren over relevante producten en diensten van SVn
21
• • •
waaronder communicatie in het kader van loyaliteitsacties; productontwikkeling en het verkrijgen van managementinformatie; de bepaling van algemeen beleid van SVn; de voorkoming, bestrijding en afhandeling van fraude.
Persoonsgegevens worden verstrekt aan SVn en de in het aanvraagformulier, de offerte met overeenkomst van geldlening, de Algemene bepalingen voor geldleningen en deze toelichting op een Blijverslening met name genoemde partijen en/of instellingen ten behoeve van de te sluiten of gesloten overeenkomst(en) ofwel ter voldoening aan een wettelijke verplichting. SVn aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de wijze waarop genoemde partijen en/of instellingen persoonsgegevens verwerken. Voor verdere informatie daarover verwijzen wij u naar de betreffende partij of instelling. U kunt een schriftelijk verzoek indienen voor algemene of specifieke inzage in de verwerkte persoonsgegevens bij SVn.
21. GELDIGHEID Geldigheid offerte en uiterste passeerdatum Onze offerte is tot 21 dagen na dagtekening geldig. De door u ondertekende offerte dient binnen 21 dagen na dagtekening door SVn te zijn ontvangen. Het is mogelijk om de acceptatietermijn in overleg met SVn te verlengen. Neem hiervoor contact op met SVn. Indien u accepteert nà 21 dagen (datum poststempel SVn) zonder voorafgaand overleg komt er geen rechtsgeldige overeenkomst tot stand. Zodra u de offerte heeft geaccepteerd en aan alle voorbehouden is voldaan en alle ontbrekende stukken door SVn zijn ontvangen en akkoord bevonden, zenden wij de stukken voor het passeren van de hypotheekakte aan de notaris van uw keuze. De akte dient voor de genoemde uiterste passeerdatum te worden gepasseerd bij de notaris. Het is mogelijk om de passeertermijn in overleg met SVn te verlengen. Neem hiervoor contact op met SVn.
22. ACCEPTATIEVERKLARING EN NOTARIS Acceptatieverklaring en notaris Op deze plaats ondertekent u de offerte voor akkoord, naast alle benodigde handtekeningen en/of functies dient u ook plaats en datum van ondertekening in te vullen. Als u op uw aanvraagformulier al een keuze voor een notaris kantoor heeft gemaakt staan de gegevens van die notaris hier vermeld. Wilt u toch liever naar een andere notaris? Streep de afgedrukte gegevens door en vervang ze door de juiste, parafeer de wijzigingen wel even bij. Als u op het aanvraagformulier nog geen keuze voor een notariskantoor heeft gemaakt, kunt u op deze plaats de gegevens van uw notaris invullen. Weet u nog niet van welk notariskantoor u gebruik wenst te maken? U kunt de offerte al wel voor akkoord retourneren, maar geef de notaris van uw keuze zo spoedig mogelijk door aan SVn.
22
Deel B: Algemene bepalingen voor hypothecaire leningen, 1 januari 2016
Deel B: Algemene bepalingen voor hypothecaire leningen Inleiding ARTIKEL 1 Deze Algemene bepalingen voor hypothecaire leningen van SVn zijn van toepassing op leningen die door SVn worden verstrekt waarbij: • een recht van hypotheek wordt gevestigd; • sprake is van een notariële akte van lening; • een positieve-/negatieve hypotheekverklaring wordt overeengekomen; • een lening wordt verstrekt aan een Vereniging van Eigenaren. Veel van deze Algemene bepalingen zijn gebaseerd op de wet en sluiten daarom in (juridische) terminologie hierop aan. Waar – voor de leesbaarheid – ’hij’ vermeld staat, wordt vanzelfsprekend ook ’zij’ bedoeld. Waar in de Algemene bepalingen het enkelvoud voorkomt, moet ook het meervoud worden gelezen en omgekeerd. Dit geldt niet wanneer uit de strekking duidelijk anders blijkt. Voor zover er onderlinge strijdigheid is, heeft de inhoud van de hypotheekakte voorrang, gevolgd door de specifiek voor de lening omschreven voorwaarden (waaronder mede verstaan de Toelichting) , gevolgd door achtereenvolgens de overige bepalingen van de leningdocumentatie en de Algemene bepalingen.
Begripsbepalingen ARTIKEL 2 In deze Algemene bepalingen wordt verstaan onder: Bouwkrediet Rekening bij SVn die aangeboden wordt aan een schuldenaar, eventueel samen met één of meerdere leningen, en waaruit het uitbetalen van de facturen op declaratiebasis plaatsvindt. Bankgarantie Een bank komt met SVn overeen (in een zogenoemde overeenkomst van borgtocht) dat de bank de betalings verplichtingen van de schuldenaar nakomt (garandeert) tot een genoemd maximum bedrag indien en zodra de schuldenaar zijn verplichtingen niet meer nakomt. De partij als garanderende partij die een dergelijke overeenkomst van borgtocht afsluit noemen we borg. Cessie De overdracht van een recht. Bijvoorbeeld het recht op subsidiegelden; na cessie worden deze subsidiegelden rechtstreeks uitbetaald aan SVn.
Eigenaar Natuurlijke persoon of rechtspersoon die het recht van eigendom of een ander zakelijk recht (zoals het recht van erfpacht of het recht van opstal) heeft op een object. Huurders, pachters en beheerders worden niet als eigenaar aangemerkt. Hypotheek Wordt ook hypothecaire lening genoemd. Een lening met als zekerheid het recht van hypotheek op een onderpand (vrijwel altijd een woning of appartementsrecht). Hypotheekakte De notariële akte waarbij het recht van hypotheek wordt gevestigd. Hypotheekgever De eigenaar van of rechthebbende (bijvoorbeeld erfpachter) ten aanzien van het onderpand die een recht van hypotheek verleent als zekerheid aan de kredietgever. Vrijwel altijd is de hypotheekgever ook de schuldenaar en vrijwel altijd is het onderpand een woning of appartementsrecht. Het hypotheekrecht houdt in dat SVn het onderpand mag verkopen als de schuldenaar zijn verplichtingen niet nakomt. Lening De overeenkomst van lening, de kredietovereenkomst en alle uit hoofde van de lening en het krediet uitbetaalde bedragen. Leningdocumentatie Alle schriftelijke stukken die op de overeenkomst van lening met hypotheekstelling van toepassing zijn: de aanvaarde offerte, de overeenkomst van lening of kredietovereenkomst, de onderhandse overeenkomst en/of notariële hypotheekakte, de in deze stukken van toepassing verklaarde voorwaarden en bepalingen, waaronder deze Algemene bepalingen, alsmede elk stuk waarin aanvullingen en/of wijzigingen en/of uitwerkingen op of in de hiervoor genoemde stukken worden aangebracht voor zover daarmee uitdrukkelijk of stilzwijgend door de schuldenaar is ingestemd Notariële akte van lening Een notariële akte waarbij de overeenkomst van lening wordt aangegaan. Onderpand Alle onroerende en roerende zaken en rechten waarop SVn volgens de leningdocumentatie een hypotheekrecht of een pandrecht krijgt of behoort te krijgen.
23
Onderzetter Degene die zijn onroerende zaak beschikbaar stelt als onderpand. De onderzetter is (mede) hypotheekgever. De onderzetter hoeft niet de schuldenaar te zijn. Opstalverzekering Een verzekering die dekking biedt tegen schade aan het onderpand (niet de inboedel) door bijvoorbeeld brand en blikseminslag. Positieve/negatieve hypotheekverklaring Onderhandse akte waarin de schuldenaar zich ten opzichte van de kredietgever verbindt het onderpand niet (verder) te bezwaren met een hypotheekrecht (de negatieve verklaring) en zich daarnaast verbindt op eerste verzoek van de kredietgever mee te werken aan het vestigen van een hypotheekrecht op het onderpand (positieve verklaring). Rangwisseling Bij notariële akte kan worden bepaald dat een hypotheekrecht een hogere rang zal hebben dan haar op basis van het tijdstip van haar inschrijving toekomt. Zo kan een hypotheek die later is gevestigd toch eerste in rang worden (en dus voorrang krijgen boven het oudere recht). Rangwisseling vereist de medewerking van de hypotheekhouder(s) met hogere rang. Rechtspersonen en zakelijke relaties Onder rechtspersonen en zakelijke relaties worden verstaan een bepaald type schuldenaren waarbij de volgende situatie(s) van toepassing is (zijn) of worden: • de schuldenaar is of wordt: - een rechtspersoon (bijvoorbeeld een Besloten Vennootschap, een Naamloze Vennootschap, een Stichting, Vereniging of Kerkgenootschap); - een deelnemer aan een maatschap, een vennootschap onder firma, een commanditaire vennootschap. • de schuldenaar handelt of gaat handelen in de uitoefening van een beroep of bedrijf; • de schuldenaar gebruikt het onderpand niet voor zelf bewoning, maar als verhuurd (beleggings)object. Rentevastheidsperiode Bij het aangaan van de lening wordt het rentepercentage voor een bepaalde periode afgesproken en vastgezet: de rentevastheids periode. Na afloop van deze periode zal de rente worden aangepast (herzien) aan de dan geldende actuele rentestand en voor een nieuwe rentevastheidsperiode worden vastgezet. Renteherzieningsdatum Na afloop van een rentevastheidsperiode of telkens per een overeengekomen datum, wordt het voor de lening geldende rentepercentage opnieuw door SVn voor een nieuwe periode vastgesteld. Zo’n renteherziening gaat in op de eerste van de maand waarin de ingangsdatum van de renteberekening is gelegen (de renteherzieningsdatum). Royement Het (gedeeltelijk) doorhalen (verwijderen) van de inschrijving van een hypotheek in de registers van het Kadaster.
Schuld De schuld bestaat uit: • de hoofdsom van de lening met rente en kosten, boete en vergoedingen waartoe de lening aanleiding mocht geven; • de door SVn voor de schuldenaar gedane betalingen; • al hetgeen SVn van de schuldenaar uit hoofde van de lening te vorderen heeft of op enig moment te vorderen zal hebben. Schuldenaar Degene die van SVn een lening heeft ontvangen, diens medeschuldenaar, alsmede – voor zover de Algemene bepalingen op hem van toepassing kunnen zijn – de hypotheekgever/ onderzetter, de borg en de rechtsopvolgers van alle hier genoemden. SVn Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten, statutair gevestigd en kantoorhoudende te Hoevelaken. Verpanding Een zakelijk zekerheidsrecht waarmee een zaak of vordering bezwaard kan worden. Het pandrecht wordt door SVn gevestigd om SVn de mogelijkheid te geven zich met voorrang te verhalen op de met het pandrecht bezwaarde goederen of vorderingen. Een pandrecht kan worden gevestigd op bijvoorbeeld (rechten op) verzekeringen, rekeningen, subsidies. Als de schuldenaar zich niet aan de gemaakte afspraken houdt (zoals terugbetaling van de lening), mag SVn het geld dat op bijvoorbeeld een rekening staat of dat als subsidie wordt uitbetaald, gebruiken om de lening terug te betalen.
Hoofdelijke aansprakelijkheid ARTIKEL 3 Indien twee of meer (rechts-)personen als schuldenaar samen een lening hebben gesloten met SVn, zijn zij ieder voor zich tegenover SVn steeds hoofdelijk voor de gehele schuld aansprakelijk. De verbintenissen met SVn zijn ondeelbaar. De schuldenaar kan geen beroep doen op de rechten die hij te zijner bevrijding zou kunnen ontlenen aan artikel 6:9 BW of enige andere wettelijke bepaling, zodat bijvoorbeeld ingeval van kwijtschelding of een bij overeenkomst te verlenen ontslag uit hoofdelijke aansprakelijkheid aan een schuldenaar de hoofdelijke medeschuldenaar voor de gehele schuld aansprakelijk blijft. Mededelingen van SVn aan de in de akte eerstgenoemde schuldenaar zullen gelden als mededelingen aan álle hoofdelijk verbonden schuldenaren, tenzij anders aangegeven.
24
Deel B: Algemene bepalingen voor hypothecaire leningen, 1 januari 2016
Het bedrag en de looptijd van de lening
De aflossing; betaling van de schuld
ARTIKEL 4
ARTIKEL 6
1.
1.
Het bedrag van de lening wordt in de leningdocumentatie vermeld en door de schuldenaar schuldig erkend. 2. De looptijd van de lening wordt in de leningdocumentatie vermeld. SVn kan, indien SVn daar redenen voor heeft, de looptijd op verzoek van de schuldenaar verlengen. Als bij het einde van de looptijd de schuld niet geheel wordt voldaan en er geen schriftelijk overeengekomen verlenging is, wordt de looptijd stilzwijgend van maand tot maand verlengd onder de laatst overeengekomen voorwaarden.
Rentepercentage en rente ARTIKEL 5 1.
2.
3.
4.
5.
Het rentepercentage waarvoor de lening is verstrekt, en de periode waarvoor een rentepercentage geldt (de rentevastheidsperiode), worden in de leningdocumentatie vermeld. De rente wordt door de schuldenaar schuldig erkend door ondertekening van de notariële akte. De rente wordt voor het eerst vanaf de datum omschreven in de leningdocumentatie tot het einde van het desbetreffende maand naar het overeengekomen percentage berekend over de schuld. Voor iedere volgende maand wordt de rente naar het overeengekomen percentage berekend over de dan uitbetaalde bedragen alsmede schuld per het einde van de daaraan voorafgaande maand. Voor de berekening van de rente wordt de maand op 30 dagen en het jaar op 360 dagen gesteld. Het voor de lening geldende rentepercentage wordt na afloop van een rentevastheidsperiode of telkens per een overeengekomen datum, opnieuw door SVn voor eenzelfde periode vastgesteld aan de hand van de dan bij SVn geldende rente voor nieuwe soortgelijke leningen (met hetzelfde rentetype). Een renteherziening geschiedt en gaat in op de eerste van de maand waarin de ingangsdatum van de renteberekening is gelegen (de renteherzieningsdatum). Indien op een renteherzieningsdatum de alsdan resterende looptijd van de lening korter is dan de alsdan geldende rentevastheidsperiode, wordt de rente voor de resterende looptijd van de lening vastgesteld aan de hand van de dan geldende rente voor door SVn te verstrekken nieuwe soortgelijke leningen met een - in tijdsduur gezien - ten opzichte van de resterende looptijd van de lening eerstvolgende (naastbij gelegen) langere rentevastheidsperiode, mits het daarvoor van toepassing zijnde rentepercentage lager is dan bij handhaving van de alsdan geldende rentevastheidsperiode. Indien het bericht over de renteherziening na de renteherzieningsdatum wordt verzonden, geldt een verhoging van het rentepercentage vanaf de datum van aankondiging en voor de resterende tijd van de nieuwe periode. Een verlaging van het rentepercentage wordt in zo’n geval geacht te zijn ingegaan op de renteherzieningsdatum. Ook indien het rentepercentage voor een volgende periode niet wordt gewijzigd, zal SVn dat schriftelijk aan de schuldenaar berichten.
De wijze van aflossing van de lening wordt in de leningdocumentatie vermeld. 2. Bij het einde van de looptijd van de lening, dan wel in het geval de schuld in zijn geheel opeisbaar is voor het einde van de looptijd, moet, ongeacht de overeengekomen wijze van aflos sing, de schuld door de schuldenaar aan SVn worden voldaan.
Betaling van rente, aflossing, kosten en andere bedragen ARTIKEL 7 Wanneer in de leningdocumentatie is overeengekomen dat de schuldenaar verplicht is periodiek schuldenaar een bedrag aan SVn te betalen, geldt het volgende: 1. het periodiek berekende bedrag aan rente wordt verhoogd met het overeengekomen bedrag aan aflossing en met verdere kosten en bedragen welke op grond van de lening periodiek door de schuldenaar aan SVn zijn verschuldigd. Het op deze manier vastgestelde bedrag moet worden voldaan in de overeengekomen periodieke termijnen. Het bedrag moet steeds op tijd worden voldaan, dat betekent vóór de laatste dag van de periode waarop de betaling betrekking heeft (de vervaldag) en moet dan bij SVn zijn ontvangen. SVn berekent en stelt periodiek het verschuldigde bedrag vast; 2. het door de schuldenaar periodiek te betalen bedrag wordt herzien: a. bij wijziging van het rentepercentage; b. na een extra aflossing op de lening; c. indien periodieke aflossing is overeengekomen en tijdens de looptijd van de lening blijkt dat de schuld niet binnen de daarvoor overeengekomen looptijd kan worden afgelost. 3. de periodiek te betalen bedragen zijn op de vervaldag opeisbaar. Alle door de schuldenaar te verrichten betalingen moeten zonder korting of schuldvergelijking worden voldaan in een op de dag van betaling gangbaar wettig Nederlands betaalmiddel op de door SVn aangegeven wijze en zonder kosten voor SVn. Alle betalingen, waaronder die per (automatische) incasso, worden eerst geacht te zijn voldaan indien zij door SVn zijn ontvangen; 4. indien SVn enige betaling voor rekening van de schuldenaar verricht, is de schuldenaar verplicht het door SVn betaalde bedrag terug te betalen per de datum waarop het bedrag door SVn wordt overgemaakt. Deze datum wordt als vervaldag aangemerkt in de zin van artikel 6:83 BW; 5. voorschotten en kosten als bedoeld in de artikelen 14 t/m 18, die door SVn zijn betaald maar voor rekening van de schuldenaar zijn, alsmede alle andere niet periodiek verschuldigde bedragen kunnen afzonderlijk in rekening worden gebracht en zijn verschuldigd. Een en ander doet niets af aan het bepaalde in artikel 21; 6. alle op basis van het vorige lid verschuldigde bedragen zijn opeisbaar per de in lid 4 genoemde datum; 7. SVn rekent in onderstaande volgorde alle door de schuldenaar
25
betaalde bedragen in verband met de lening toe: a. terugbetaling van door SVn voor de schuldenaar betaalde bedragen of gemaakte kosten; b. vergoedingen of andere op grond van de leningdocumentatie verschuldigde bedragen; c. rente; d. aflossing. 8. SVn zal over hetgeen dat op basis van de lening wordt ontvangen nooit rente verschuldigd zijn, uitgezonderd het bepaalde in artikel 8.
Rente extra stortingen ARTIKEL 8 Over stortingen door de schuldenaar die in enig jaar uitgaan boven het totaal van de in dat jaar verschuldigde maandbedragen, wordt vanaf de datum van ontvangst rente vergoed naar hetzelfde rentepercentage als voor de lening geldt. Dit geldt niet als er sprake is van een algehele en/of extra aflossing. Het voldoen van een achterstand of betalingen die door SVn overeenkomstig artikel 7 lid 5 niet als aflossing worden toegerekend, worden niet als een extra storting aangemerkt. Het bedrag van de rentevergoeding wordt per het einde van het jaar van ontvangst van de extra storting met de lening verrekend.
Verrekening ARTIKEL 9 In het geval de schuldenaar of diens rechtsopvolger op enig moment vorderingen (al of niet opeisbaar) tegen SVn mocht krijgen, ongeacht waar deze op gebaseerd zouden zijn, is SVn altijd bevoegd om deze vorderingen te verrekenen met de schuld.
Te late betaling ARTIKEL 10 1.
Indien en zodra aan een verplichting tot betaling aan SVn niet of niet volledig binnen de daarvoor geldende termijn of tegen de overeengekomen vervaldag is voldaan, is de schuldenaar in verzuim. 2. Als een opeisbaar bedrag niet of niet volledig binnen de daarvoor geldende termijn of tegen de vervaldag is voldaan, is de schuldenaar een vergoeding verschuldigd. Voor zover nodig in afwijking van het bepaalde in artikel 6:92 BW doet deze vergoeding geen afbreuk aan de bevoegdheid van SVn om nakoming en/of schadevergoeding te vorderen. 3. De vergoeding wordt berekend als een rentepercentage over het opeisbare bedrag. Dit rentepercentage is gelijk aan de wettelijke rente over het opeisbare bedrag. Tevens kunnen administratie en/of incassokosten in rekening worden gebracht bij te late betaling. 4. De vergoeding is, zonder nadere ingebrekestelling, verschuldigd vanaf de vervaldag van het opeisbare bedrag tot de datum van betaling daarvan. De vergoeding is onmiddellijk opeisbaar, ook in gedeelten, met dien verstande dat geen
vergoeding over de vergoeding zal worden berekend. SVn is bevoegd vervallen vergoedingsbedragen en/of administratiekosten en/of incassokosten telkens per het einde van een maand aan het saldo van de lening toe te voegen. 5. Voor de berekening van de vergoeding wordt een maand gesteld op 30 dagen en een jaar op 360 dagen.
Hypotheek; positieve/negatieve hypotheekverklaring ARTIKEL 11 1.
Indien in de offerte is aangegeven dat in verband met de lening vestiging van een recht van hypotheek wordt verlangd, geeft de schuldenaar tot zekerheid voor de nakoming van zijn verplichtingen in onderpand de registergoederen en/of andere goederen als omschreven in de leningdocumentatie, onder de voorwaarden zoals in de leningdocumentatie bepaald en verder roerende zaken en andere goederen die bestemd zijn om de (register-)goederen duurzaam te dienen. 2. Indien in de offerte is overeengekomen dat tot meerdere zekerheid voor de terugbetaling van de lening het afgeven van een positieve/negatieve hypotheekverklaring wordt verlangd, wordt deze verklaring zo nodig samen met een onherroepelijke volmacht tot hypotheekvestiging aan SVn opgenomen in de hypotheekakte. 3. Waar in deze Algemene bepalingen wordt gesproken over ‘het onderpand’ gelden deze bepalingen ook – met uitzondering van het bepaalde in artikel 23 – indien en zolang niet een recht van hypotheek is gevestigd maar uitsluitend sprake is van een positieve en negatieve hypotheekverklaring.
Derdenhypotheek ARTIKEL 12 Onder een derdenhypotheek wordt een hypotheekrecht verstaan dat gegeven wordt door een ander persoon of rechtspersoon dan de schuldenaar zelf. Deze hypotheekgever wordt ook wel onderzetter genoemd. De onderzetter (hypotheekgever bij een derdenhypotheek) doet door ondertekening van de hypotheekakte zoveel mogelijk afstand van het recht op vergoeding als bepaald in artikel 3:233 lid 2 BW. De Onderzetter heeft verder de volgende verplichtingen: • hij verbindt zich voor de tijd waarvoor en voor de voorwaarden waaronder de lening met de schuldenaar mocht worden verlengd; • hij keurt goed dat SVn met de schuldenaar regelingen treft over vrijstelling, vermindering of uitstel van betaling van het aan SVn verschuldigde; • hij gaat ermee akkoord dat SVn, al dan niet tegen aflossing op de schuld, zodanige gedeelten van het onderpand uit het hypothecair verband ontslaat als het zal goedvinden; • hij verbindt zich zonder uitzondering de bepalingen in de akte na te komen voor zover de bepalingen op hem van toepassing kunnen zijn.
26
Deel B: Algemene bepalingen voor hypothecaire leningen, 1 januari 2016
Aanvullende zekerheden ARTIKEL 13 1.
Op alle eventuele cessies en alle eventuele inpandgevingen, die plaatsvinden in verband met deze schuld zijn steeds de bepalingen van de leningdocumentatie, waaronder onder meer begrepen de offerte, de voorwaarden en de bijkomende voorwaarden, voor zover mogelijk, van toepassing. 2. Tot meerdere zekerheid voor de betaling van hetgeen de schuldenaar op basis van de leningdocumentatie aan SVn schuldig is of zal zijn, kan worden overeengekomen dat de schuldenaar alle rechten die hij heeft op derden (bijvoorbeeld rechten op een subsidie of een levensverzekering) aan SVn verpandt. Als er sprake is van een verpanding door de schuldenaar van een door hem bij een derde partij afgesloten of af te sluiten (levens-)verzekeringen/of (beleggings) rekening, wijst de schuldenaar zo nodig SVn onherroepelijk als eerste begunstigde aan. Het pandrecht omvat mede het recht op afkoop, belenen, premievrij maken, het aanwijzen van een begunstigde en mededeling van verpanden. Als er sprake is van de in dit artikel bedoelde verpanding geldt het volgende: • de schuldenaar is niet bevoegd de hierboven genoemde aan SVn in pand gegeven rechten aan een derde te vervreemden of te verpanden, tenzij SVn daartoe schriftelijke toestemming heeft gegeven; • het is niet toegestaan om zonder schriftelijke toestemming van SVn de opgebouwde waarde tussentijds geheel of gedeeltelijk op te nemen of de (levens) verzekering of de beleggingsrekening op te zeggen; • in zijn algemeenheid geldt dat geen handelingen kunnen worden verricht met betrekking tot de verpande rechten, waaronder (levens-)verzekering of beleggingsrekening, zonder de uitdrukkelijke voorafgaande toestemming van SVn; • het is niet toegestaan om zonder schriftelijke toestemming van SVn (tijdelijk) te stoppen met overeengekomen (periodieke) stortingen op de beleggingsrekening of te stoppen met de premiebetalingen van de (levens-) verzekering of deze (tijdelijk) te verminderen of op te schorten. 3. Indien en zodra er sprake is van één of meerdere van de in artikel 21 lid 2 vermelde opeisingsgronden, is SVn gerechtigd van de schuldenaar aanvullende zekerheden als onder meer pand- of hypotheekrecht te eisen. De schuldenaar zal aan een verzoek hiertoe van SVn meteen voldoen.
Kosten voor rekening van de schuldenaar ARTIKEL 14 1.
Naast hetgeen verder in de leningdocumentatie is bepaald, komen de volgende kosten voor rekening van de schuldenaar, ongeacht het tijdstip waarop deze kosten zijn gemaakt of verschuldigd zijn geworden:
a. de kosten voor het verstrekken van de lening, van de hypotheekakte, van het inschrijven, wijzigen, vernieuwen, verbeteren en aanvullen van het recht van hypotheek, van de grosse, en ook de kosten van royement en rangwisseling van de hypotheek; b. de kosten van bewijsstukken van de inschrijving van de hypotheek en van andere stukken, waarvan de overlegging door SVn wordt verlangd; c. alle kosten waartoe de leningdocumentatie aanleiding geeft, waaronder in elk geval: • incassokosten; • administratiekosten; • afhandelingskosten, waaronder kosten voor ontslag hoofdelijke aansprakelijkheid en kosten voor het op verzoek van de schuldenaar omzetten van een leningsvorm; • de voor toewijzing in aanmerking komende kosten van rechtsbijstand; • de kosten voor bijzondere maatregelen tot behoud van recht; • alle kosten die SVn, zowel in als buiten rechte, naar zijn oordeel tot behoud of ter uitoefening van zijn rechten moet maken; • de kosten van opeising van de schuld of ontruiming van het onderpand, waaronder begrepen de kosten die gepaard gaan met het niet naleven door de schuldenaar, respectievelijk het effectueren door SVn van het bepaalde in de artikelen 15, 16 en 17 van deze Algemene bepalingen. d. alle belastingen, lasten en kosten, premies, grondrenten, beklemhuren, erfpachtcanons, opstalretributies en andere lasten of verplichtingen die verband houden met de schuld of op het onderpand drukken of daarop verhaalbaar zijn, uiterlijk op de vervaldag, ook indien zij van SVn worden geheven. Door ondertekening van de leningdocumentatie worden de in dit artikel bedoelde kosten door de schuldenaar, zowel reeds nu als voor alsdan schuldig erkend. 2. De schuldenaar is verplicht de bewijzen of kwitanties van de kosten die hij in verband met het in lid 1 bedoelde heeft betaald aan SVn te geven, zodra SVn dit verlangt. 3. Als de schuldenaar de kosten zoals in dit artikel bedoeld niet (volledig) betaalt, is het SVn bevoegd het verschuldigde namens en voor rekening van de schuldenaar te voldoen en het betaalde met de eventueel door hem gemaakte kosten op een door hem te bepalen wijze terug te vorderen.
In stand houden van het onderpand ARTIKEL 15 1.
Het onderpand moet in elk opzicht goed worden onderhouden en in goede staat worden gehouden. Daarbij dient de schuldenaar zich te houden aan de desbetreffende overheidsvoorschriften en vergunningen. Het mag niet, noch door toedoen noch door louter gedogen van de schuldenaar, geheel of gedeeltelijk worden afgebroken of op andere wijze in waarde worden verminderd, noch – voor zover ook ongebouwd – worden ondergraven of afgegraven.
27
2. Het onderpand mag op geen enkele wijze worden misbruikt. Zonder schriftelijke toestemming van SVn mag het onderpand niet: • worden verdeeld; • met enig recht of enige last worden bezwaard; • van heersende erfdienstbaarheden of van andere rechten worden ontdaan; • van aard, inrichting, gedaante of bestemming worden veranderd; • worden verbouwd; • met een ander perceel verenigd in appartementsrechten worden gesplitst. Zonder schriftelijke toestemming van SVn is het niet toegestaan: • de aard van het gebruik of van de exploitatie van het onderpand te wijzigen; • het onderpand al of niet tegen vergoeding in (mede) gebruik of (mede) genot af te staan anders dan voor korte duur; • een bestaande of toekomstige schade of andere claims of vorderingen vast te stellen, overeen te komen, te ontvangen of af te kopen. 3. Bestanddelen van de onroerende zaak die tot onderpand dienen, en zaken die duurzaam met de onroerende zaak zijn verenigd, mogen niet zonder schriftelijke toestemming van het SVn door afscheiding roerend worden gemaakt, onverschillig of deze bestanddeelvorming of vereniging voor of na de hypotheekverlening heeft plaatsgevonden. 4. Alle veranderingen en toevoegingen aan het onderpand na vestiging van het hypotheekrecht vallen onder de zekerheid voor de schuld en kunnen niet worden weggenomen. Dit geldt ook voor de roerende veranderingen en toevoegingen die, als eigendom van de schuldenaar, bestemd zijn om tot blijvend gebruik van de onroerende zaak te dienen. 5. SVn heeft het recht voor rekening van de schuldenaar al datgene te verrichten, ongedaan te maken of te doen vernietigen wat in strijd met het hiervoor bepaalde is nagelaten of gedaan. 6. Indien de schuldenaar in ernstige mate tekortschiet in zijn verplichtingen tegenover het SVn, is SVn bevoegd om het onderpand in beheer te nemen en dit beheer voort te zetten, mits de ter zake bevoegde President van de Rechtbank daartoe machtiging heeft verleend. Indien dit met het oog op een executie vereist of dringend gewenst is, is SVn bevoegd het onderpand onder zich te nemen en te verlangen dat ontruiming plaatsvindt. 7. SVn heeft het recht altijd het onderpand door een door SVn aan te wijzen persoon te doen opnemen en zich te overtuigen of iets in strijd met dit artikel is gedaan of nagelaten. De schuldenaar is verplicht aan SVn en/of zijn gevolmachtigde vrije toegang tot het onderpand te verlenen en/of te doen verlenen en er zorg voor te dragen dat al hetgeen waarop SVn op grond van het bepaalde in dit artikel recht heeft, wordt uitgevoerd. Bij onbeheerd zijn van het onderpand is SVn bevoegd zichzelf de toegang te verschaffen. 8. De schuldenaar is verplicht te voldoen aan alle met betrekking tot de lening en het onderpand toepasselijke wettelijke bepalingen en overheidsvoorschriften om zo de aan SVn verleende rechten en acties op geen enkele wijze te korten.
Verzekeringen ARTIKEL 16 1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
De schuldenaar is verplicht op zijn kosten het onderpand met een uitgebreide (opstal-) verzekering naar herbouwwaarde te verzekeren en verzekerd te houden, zowel tijdens als na de bouwperiode, tenminste tegen alle schade ten gevolge van brand, blikseminslag en/of ontploffing, tegen storm- en vliegtuigschade en tegen alle mogelijke andere schade en risico’s die gangbaar worden verzekerd. De verzekering moet plaatshebben bij een solide maatschappij en onder in de markt gangbare voorwaarden. De polis van de verzekering, het certificaat of het bewijs van aandeel of inschrijving in een onderlinge waarborgmaatschap pij moet - zo SVn dit wenst - aan SVn ter beschikking worden gesteld. Dit moet dan gebeuren binnen acht dagen na het passeren van de hypotheekakte dan wel de datum waarop het risico van het onderpand op de schuldenaar is overgegaan of, indien de verzekering later wordt hernieuwd, tijdig voor de datum waarop de nieuwe verzekering ingaat. Wordt aan één of meer van de in lid 1 vermelde bepalingen niet of niet binnen een eventueel door SVn gestelde termijn voldaan, dan heeft SVn het recht: • hetzij namens en voor rekening van de schuldenaar het verschuldigde te betalen; • hetzij zelf een verzekering af te sluiten, desgewenst op eigen naam doch voor rekening van de schuldenaar. De schuldenaar is verplicht bij elke schade SVn hiervan in kennis te stellen binnen dezelfde termijn als de schade bij de verzekeringsmaatschappij moet worden gemeld. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 3:229 BW treden bij schade aan het onderpand alle vorderingen tot vergoeding, waaronder de verzekeringspenningen tot het bedrag van de schuld aan SVn als onderpand in de plaats van de verbonden goederen, onverminderd het recht van hypotheek op het overgebleven onderpand. De schuldenaar is verplicht de schaderegeling met verzekeraars vooraf te laten goedkeuren door SVn. Door ondertekening van de akte machtigt de schuldenaar SVn, indien SVn na een schade kenbaar heeft gemaakt dit te wensen: • de schaderegeling met de verzekeraars af te wikkelen; • geschillen te onderwerpen aan arbitrage of bindend advies; • deskundigen te benoemen; • dadingen aan te gaan en andere rechtshandelingen te verrichten; • verzekeringspenningen te innen en daarvoor kwijting te geven en over deze penningen te procederen. Na inning van de verzekeringspenningen door SVn besluit deze of deze penningen zullen strekken tot betaling van het aan SVn verschuldigde of tot herbouw, c.q. herstel van het onderpand op de door hem te bepalen wijze. SVn behoudt het pandrecht op deze verzekeringspenningen, conform het bepaalde in artikel 3:229 BW. Zodra het onderpand naar tevredenheid van SVn is herbouwd of een ontstane schade is hersteld, dan wel naar het oordeel van SVn voldoende ander onderpand of aanvullende
28
Deel B: Algemene bepalingen voor hypothecaire leningen, 1 januari 2016
zekerheid is gegeven, zal SVn het bedrag van de verpande verzekeringspenningen of het restant daarvan uitkeren aan de rechthebbende. Wanneer het onderpand bestaat uit een appartementsrecht in de zin van het Burgerlijk Wetboek geldt het volgende: hetgeen in de akte is bepaald ten aanzien van de verzekering van het onderpand zal niet van toepassing zijn voor zover de naleving daarvan in strijd is met of onmogelijk is door dwingende bepalingen in de wet of in het op het appartementsrecht betrekking hebbende reglement. 8. Onverminderd het bepaalde in dit artikel blijft de schuldenaar aansprakelijk voor de gevolgen van eventuele onvoldoende verzekering van het onderpand. 9. Als er sprake is van rechtspersonen en zakelijke relaties geldt het volgende: de schuldenaar zal er steeds voor zorgen op voldoende en verantwoorde wijze tegen de voor zijn branche en zijn bedrijf algemene en specifieke risico’s verzekerd te zijn.
Tussentijdse waardebepaling ARTIKEL 17 1.
In de offerte of anderszins kan zijn afgesproken dat periodiek een vergelijking (toetsing) tussen de schuld en de executie waarde en of marktwaarde van het onderpand zal plaats vinden. De executiewaarde en/of marktwaarde zal in dat geval worden bepaald door middel van taxatie door een door SVn te benoemen, respectievelijk aan te wijze beëdigde taxateur. 2. De schuldenaar is verplicht zijn volledige medewerking aan deze taxatie te verlenen en aan de met de taxatie belaste taxateur vrije toegang tot het onderpand te verlenen en/of te doen verlenen en er voor zorg te dragen, dat al datgene kan worden verricht wat door de taxateur noodzakelijk wordt geacht. 3. De kosten van de taxatie komen voor rekening van de schuldenaar. 4. Op grond van de vergelijking tussen de schuld en de getaxeerde executiewaarde en/marktwaardewaarde van het onderpand is SVn gerechtigd om het voor de lening geldende rentepercentage aan te passen en vervroegde aflossing van (een deel van) de schuld te verlangen, overeenkomstig het in de offerte bepaalde.
Verhuur en/of verpachting
worden afgesproken of ontvangen over een periode die langer is dan een maand. Vervreemding en verpanding van huur- of pachtpenningen aan anderen dan SVn is niet toegestaan. Bij uitwinning van het onderpand zal door SVn, de veilingkoper of de koper een beroep op dat beding worden gedaan.
Verpanding van rechten ARTIKEL 19 Reeds bij het aangaan van de overeenkomst van lening wordt tot meerdere zekerheid van de betaling van het verschuldigde met de schuldenaar overeengekomen dat laatstgenoemde aan SVn stil pandrecht verleent op alle rechten en acties die de schuldenaar, als rechthebbende op het onderpand, heeft. 1. De schuldenaar verplicht zich om desgevraagd aan SVn te zullen verpanden alle rechten die hij na het passeren van de notariële akte met betrekking tot het onderpand zou mogen krijgen. 2. SVn heeft altijd het recht de in dit artikel genoemde stille pandrechten, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3:239 lid 3 BW, aan de debiteuren mee te delen. 3. In de akte zal door de schuldenaar aan SVn volmacht worden verleend de in dit artikel genoemde inpandgeving namens de schuldenaar te verrichten. 4. De gelden die SVn op basis van de in dit artikel bedoelde verpanding ontvangt, worden door SVn, na aftrek van de gemaakte kosten, in mindering gebracht op de schuld. Dit geldt niet voor gelden die zijn ontvangen in verband met tenietgaan of beschadiging van het onderpand. Van de in dit artikellid bedoelde mindering op de schuld wordt uitgesloten elke compensatie welke ten voordele van de schuldenaar zou kunnen strekken en met uitsluiting van de gevolgen van een gerechtelijk akkoord. 5. SVn zal met de op basis van tenietgaan of beschadiging ontvangen gelden handelen op de wijze als bepaald in artikel 16 lid 7, met dien verstande, dat gelden, ontvangen in verband met de schade van aan hem tot meerdere zekerheid in pand gegeven roerende zaken, door hem ook kunnen worden aangewend tot aankoop van soortgelijke zaken.
Kennisgeven en toezending van bescheiden
ARTIKEL 18 1.
De schuldenaar mag het onderpand zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het SVn niet geheel of gedeeltelijk verhuren of verpachten. Zonder toestemming van SVn mogen huur- of pachtovereenkomsten niet tegen voor SVn meer bezwarende voorwaarden worden vernieuwd, gewijzigd of verlengd. Een zonder toestemming aangegane, vernieuwde, gewijzigde of verlengde huurovereenkomst zal bij uitwinning (executoriale verkoop) van het onderpand door SVn, de veilingkoper of de koper, zonodig na verkregen toestemming van de President van de bevoegde Arrondissementsrechtbank, worden vernietigd. 2. Vooruitbetaling van huur- of pachtpenningen mag zonder schriftelijke toestemming van SVn niet door de schuldenaar
ARTIKEL 20 1.
De schuldenaar is verplicht zijn adreswijziging binnen veertien dagen na verhuizing schriftelijk aan SVn door te geven. 2. Indien en zodra de schuldenaar zijn e-mailadres heeft opgegeven als adres waarnaar correspondentie over de lening toegezonden kan worden, mag en kan SVn correspondentie over de lening per e-mail aan het opgegeven e-mailadres sturen. De schuldenaar is verplicht een gewijzigd e-mailadres zelf aan SVn door te geven. 3. De schuldenaar is verplicht direct aan SVn toe te zenden: alle bescheiden, stukken, gegevens, (overheids-)beschikkingen en vergunningen betreffende de schuldenaar of het onderpand die in het kader van de lening van belang kunnen
29
zijn. Deze verplichting betreft in elk geval de bescheiden, stukken of gegevens die betrekking hebben op situaties of omstandigheden die overeenkomstig het bepaalde in artikel 21 van deze Algemene bepalingen tot opeisbaarheid van de schuld kunnen leiden of het onderhoud en de instandhouding van het onderpand betreffen. 4. De schuldenaar is verplicht om alle vorderingen tot vergoeding, die hij op derden heeft en die in de plaats van (een deel van) het onderpand treden, schriftelijk binnen acht dagen na het ontstaan daarvan door te geven aan SVn. 5. In afwijking van artikel 6:48 BW is SVn bij voldoening van een schuld niet verplicht tot afgifte van het aan die schuld ten grondslag liggende bewijsstuk. 6. Iedere schuldenaar heeft aan iedere medeschuldenaar de bevoegdheid verleend om namens hem alle mededelingen en aanzeggingen die SVn met betrekking tot de lening doet, te ontvangen en daarvan kennis te nemen. Ieder schuldenaar is bevoegd om namens iedere medeschuldenaar SVn mededelingen te doen.
Opeisbaarheid ARTIKEL 21 1.
Naast hetgeen is vastgelegd in de akte en in deze Algemene bepalingen is de lening van de kant van SVn niet opzegbaar. 2. De schuld is echter onmiddellijk opeisbaar: a. bij het einde van de looptijd van de lening of bij opeising of verval van een andere aan de schuldenaar door SVn verstrekte lening en/of bij opeising, verval of verlaging van enige tot zekerheid in pand gegeven, dan wel gecedeerde vordering en/of subsidie; b. indien de schuldenaar: i. zijn verplichtingen voortvloeiende uit de hypotheekakte en/of de voorwaarden en/of deze Algemene bepalingen en/of de leningdocumentatie tegenover SVn niet nakomt, daaronder begrepen het verrichten van met de akte en/of de voorwaarden en/ of deze Algemene bepalingen strijdige handelingen zonder voorafgaande toestemming van SVn; ii. surseance van betaling aanvraagt, in staat van faillissement wordt verklaard, (van rechtswege) het beheer, de beschikking of het bestuur over zijn vermogen verliest, afwezig is zonder orde op zaken te hebben gesteld of overlijdt; iii. een borgstelling of andere aanvullende zekerheid niet stelt of verstrekt (heeft) voor een kortere duur, onder andere voorwaarden of met een andere rangorde dan in de akte is bepaald; iv. bij de aanvraag van de lening onvoldoende of onjuiste gegevens heeft verstrekt, zodanig dat SVn bij kennis daarvan de lening niet of niet op de overeengekomen voorwaarden zou hebben verstrekt; v. in gemeenschap van goederen gehuwd zijnde van de echtgeno(o)t(e) gaat scheiden dan wel staande het huwelijk huwelijkse voorwaarden maakt of wijzigt; vi. een geregistreerd partnerschap wijzigt en/of beëindigt;
vii. handelt in strijd met of niet voldoet aan de verplichtingen voortvloeiende uit de wet, de betrokken overeenkomst of het betrokken reglement met betrekking tot het onderpand; c. indien het onderpand: i. door schuld, nalatigheid of verwaarlozing van de schuldenaar aanzienlijk in waarde vermindert; ii. geheel of gedeeltelijk tenietgaat, ernstig wordt beschadigd of wordt afgebroken; onbewoonbaar wordt verklaard, niet mag worden bebouwd, verbouwd of hersteld, in een ruilverkaveling wordt begrepen, voor onteigening wordt aangewezen, of op aanschrijving van de overheid moet worden vernieuwd of hersteld; iii. of een gedeelte van het onderpand wordt verkocht en/of overgedragen in de zin van artikel 3:84 BW en/of artikel 3:89 BW c.q. artikel 3:99 BW of artikel 3:105 BW, of wordt verzwaard met een kwalitatieve verplichting als bedoeld in artikel 6:252 BW, de schuldenaar zich niet met succes blijkt te kunnen beroepen op de bescherming van artikel 3:88 BW of enige andere derdenbeschermingsbepaling van het BW ter bescherming van zijn eigendom of beperkt recht op het onderpand, of indien op enige andere wijze verandering komt in de rechtstoestand van het onderpand, daaronder begrepen een aankondiging tot publieke verkoop en een economische overdracht; d. indien het onderpand: i. bestaat uit een recht van erfpacht en/of opstalrecht: a. bij niet tijdige voldoening van de verschuldigde canon of retributie of bij enige andere handeling van de erfpachter of opstaller in strijd met de erfpachtsvoorwaarden of opstal voorwaarden; b. bij opzegging van het erfpachtsrecht of opstalrecht; c. bij wijziging van de erfpachts- of opstalvoorwaar den, canon- of retributiewijziging daar onder begrepen; I. bij wijziging of opheffing van het erfpachtsrecht of opstalrecht door de rechter; II. bij tenietgaan van het recht om welke reden ook; ii. bestaat uit een appartementsrecht: a. bij elke wijziging of aanvulling van de akte van splitsing of het reglement, bij opheffing van de splitsing en bij geheel of gedeeltelijk slopen van het gesplitste gebouw; b. bij overtreding of niet nakoming door de onderzetter van enige verplichting voor hem als appartementseigenaar voortvloeiende uit de wet of reglement; iii. is verhuurd of verpacht: a. indien door de rechter of grondkamer machtiging tot verandering van de inrichting of het gedaante van het onderpand is verleend; b. indien door de rechter machtiging wordt verleend aan de huurder een ander in zijn plaats te stellen; c. indien de huurprijs of pachtprijs wordt verlaagd;
30
Deel B: Algemene bepalingen voor hypothecaire leningen, 1 januari 2016
e. indien: i. er in de titels van eigendom of ander verbonden zakelijk recht gebreken bestaan; ii. blijkt dat met betrekking tot het onderpand sprake is van dusdanig vervuilde grond dat – zou SVn dit bij het beoordelen van de aanvraag van de lening bekend zijn geweest – SVn de lening niet of niet onder dezelfde condities zou hebben afgesloten; iii. een verbonden zakelijk recht of gebruiksrecht vervalt, wordt gewijzigd of wordt beëindigd, dan wel wanneer de schuldenaar uit een lidmaatschap van een coöperatie wordt ontzet; iv. op het geheel of op een, naar het oordeel van SVn, belangrijk gedeelte van het onderpand en/of ander vermogensbestanddeel van de schuldenaar; a. executoriaal beslag wordt gelegd; b. een daarop gelegd conservatoir beslag niet is vernietigd of opgeheven binnen dertig dagen na de dag van beslaglegging; v. de goederen van de schuldenaar geheel of voor een, naar het oordeel van SVn, belangrijk deel worden vervreemd of bezwaard, onteigend of geconfisqueerd, zijn teniet gegaan of beschadigd; vi. de lening niet wordt aangewend voor het doel waartoe zij is verstrekt of indien, naar het oordeel van SVn, vaststaat dat het doel waarvoor de lening is verstrekt niet is of zal worden gerealiseerd dan wel in belangrijke mate niet is of zal worden gerealiseerd; vii. wetgeving of de interpretatie daarvan is gewijzigd, dan wel indien een overheidsmaatregel is genomen, die betrekking of invloed heeft of kan hebben op de offerte en/of de verstrekte zekerheden en/of de waarde daarvan, en de schuldenaar en SVn binnen een redelijke door SVn te stellen termijn geen schriftelijke overeenstemming hebben bereikt over de aanpassing van de desbetreffende bepalingen en/of zekerheden, waarbij als uitgangspunt dient dat de positie van SVn niet in een naar het oordeel van SVn negatieve zin verandert; viii. SVn het voortzetten van de relatie met de schuldenaar en/of de borg uit maatschappelijk oogpunt als schadelijk voor SVn ervaart of naar zijn oordeel reputatieschade kan ontstaan; ix. enig onderdeel van de leningdocumentatie nietig, vernietigbaar of ontbonden wordt; x. er anderszins omstandigheden optreden, waardoor redelijkerwijs van SVn niet kan worden verlangd dat de lening op de overeengekomen voorwaarden wordt gecontinueerd. 3. Naast de opeisingsgronden zoals opgenomen in lid 2 van dit artikel, geldt bij rechtspersonen en zakelijke relaties het volgende. De lening is onmiddellijk opeisbaar: a. indien de schuldenaar enigerlei verplichting uit hoofde van enige andere lenings- of financieringsovereenkomst, dan wel uit hoofde van enige garantie tegenover derden niet tijdig of niet behoorlijk nakomt;
b. in één van de volgende situaties: • indien de schuldenaar besluit tot beëindiging van zijn beroep of bedrijf; • bij gehele of gedeeltelijke staking, verkoop, verhuur of vervreemding van zijn onderneming of praktijk; • indien de schuldenaar geschorst wordt in de uitoefening van zijn beroep, ambt of functie of daaruit wordt ontzet of ontslagen; • indien een voor de uitoefening van het beroep of bedrijf van de schuldenaar noodzakelijke bevoegdheid, vergunning of inschrijving vervalt of aan de schuldenaar wordt ontzegd of ontnomen; • indien de aard van het door de schuldenaar uitgeoefende beroep of bedrijf naar het oordeel van SVn ingrijpend wordt gewijzigd; • indien de schuldenaar besluit tot verplaatsing van de uitoefening van zijn beroep of bedrijf naar een ander land; • indien de schuldenaar handelt in strijd met enig op de uitoefening van zijn beroep of bedrijf betrekking hebbend wettelijk voorschrift; • indien de schuldenaar ophoudt zijn huidige statutaire doel na te streven of zijn rechtspersoonlijkheid verliest; c. bij ontbinding van het maatschaps- of vennootschapscontract, toe- of uittreding van één of meer maten of vennoten, ontbinding, liquidatie dan wel besluit of kennelijk voornemen tot ontbinding of liquidatie; d. indien de schuldenaar of één van zijn vennoten surseance van betaling aanvraagt, een verzoek tot faillietverklaring doet, in staat van faillissement wordt verklaard, een akkoord buiten faillissement aanbiedt, boedelafstand doet of een schuldsaneringsregeling aanvraagt; e. in één van de volgende situaties: • de juridische structuur van de schuldenaar wordt gewijzigd; • de schuldenaar gaat een fusie of belangengemeenschap aan met één of meer derden; • er doet zich – al dan niet als gevolg van een aandelenoverdracht – een, naar het oordeel van SVn, ingrijpende wijziging voor in de zeggenschap over de activiteiten van de onderneming, en/of de praktijk van de schuldenaar; • er komt een, naar het oordeel van SVn, ingrijpende wijziging in de statuten of reglementen van de schuldenaar; f. indien de schuldenaar zijn aandeelhouders ontheft van een verplichting tot storting op niet-volgestorte aandelen, overgaat tot inkoop van eigen aandelen, terugbetaling op aandelen of tot een uitkering ten laste van zijn reserves, dan wel een besluit daartoe neemt of het kennelijke voornemen daartoe heeft, één en ander zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van SVn;
31
g.
in één van de volgende situaties: • indien één in dit artikellid onder b. tot en met f. genoemde omstandigheden zich voordoet ten aanzien van een borg, garant, hoofdelijk medeschuldenaar of degene die voor de lening in enige andere vorm zekerheid aan SVn heeft gegeven; • indien een voor SVn ten behoeve van de schuldenaar gestelde borgtocht of garantie door de borg of garant wordt opgezegd of ingetrokken; • indien een derde die voor de lening zekerheid aan SVn heeft gegeven of toegezegd in gebreke blijft met de nakoming van enige verplichting uit hoofde van de (toegezegde) zekerheidstelling; h. indien één in dit artikellid onder b. tot en met f. genoemde omstandigheden zich voordoet ten aanzien van één of meer van de ondernemingen of vennootschappen die in de geconsolideerde balans van de schuldenaar zijn opgenomen of ten aanzien van één of meer ondernemingen of (personen)vennootschappen die een controlerend belang in de schuldenaar hebben of indien zodanige onderneming(en) of vennootschap(pen) in gebreke blijft (blijven) met de nakoming van enige verplichting tegenover SVn verband houdende met door SVn verstrekte kredieten of garantiefaciliteiten; i. de schuldenaar verbindt zich SVn meteen op de hoogte te stellen van het zich voordoen van één of meer van de omstandigheden, genoemd in dit artikellid onder 1a tot en met h.
In gebreke zijn ARTIKEL 22 1. Het enkele feit dat een omstandigheid als omschreven in artikel 21 van deze Algemene bepalingen zich voordoet, wordt aangemerkt als een tekortkoming in de nakoming aan de zijde van de schuldenaar. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 6:82 BW treedt het verzuim eerst na ingebrekestelling in, tenzij sprake is van één van de situaties als bedoeld in artikel 6:83 BW, dan wel de nakoming blijvend of tijdelijk onmogelijk is als bedoeld in artikel 6:265 BW. Indien SVn na constatering van de tekortkoming in de nakoming alsnog een termijn stelt, zal de schuldenaar bij niet voldoen aan hetgeen waarvoor hem deze termijn is gegeven, zonder nadere ingebrekestelling onmiddellijk in verzuim zijn. 2. Het verzuim kan slechts schriftelijk door SVn worden opgeheven. 3. Het bedoelde in dit artikel is niet van toepassing op de bepalingen als bedoeld in artikel 7 en 10.
Openbare verkoop ARTIKEL 23 1.
Als de schuldenaar de opeisbare schuld niet aan SVn voldoet, is SVn gerechtigd naast de overige wettelijke rechten en met het recht een derde in zijn plaats te stellen: a. om het onderpand conform het bepaalde in artikel 3:268 lid 1 BW, respectievelijk artikel 3:248 lid 1 BW, alsmede de roerende zaken conform het bepaalde in artikel 3:254 BW, geheel of gedeeltelijk in het openbaar door een notaris te doen verkopen; b. de tijd, plaats, wijze en voorwaarden van de veiling te regelen; c. het bedrag van de door de koper te betalen veilingkosten vast te stellen; d. de veiling op te houden en later weer te (doen) hervatten; e. erfdienstbaarheden en/of kwalitatieve verplichtingen te vestigen; f. de datum van aanvaarding vast te stellen, het verkochte te leveren en de koper het recht te verlenen het per die datum te doen ontruimen dan wel in bezit te nemen, desnoods met behulp van de politie, dit uitsluitend op grond van de grosse van de veiling; g. uit de op basis van artikel 3:270 BW in handen van de notaris voldane koopprijs betaling te ontvangen, onder af legging van rekening en verantwoording als bedoeld in artikel 3:272 BW.
2. Alvorens van zijn recht tot openbare verkoop gebruik te maken, is SVn bevoegd het onderpand in appartementsrechten te splitsen of anderszins te verkavelen op de wijze als hem in verband met zijn belangen verstandig lijkt. 3. De schuldenaar draagt er zorg voor, dat gegadigden het onderpand kunnen bezichtigen gedurende de tijd dat het ter verkoop is aangeboden. Voor de bezichtiging geldt het plaatselijk gebruik en, als daarover verschil van mening is of als dat niet bekend is, zal die plaatsvinden gedurende een aaneengesloten periode van drie weken op tenminste twee dagen per week gedurende telkens vier uren. Als het onderpand onbeheerd is, zal SVn zich de toegang daartoe mogen verschaffen. 4. Verkoop van een gedeelte van het onderpand sluit de bevoegdheid tot verkoop van het overige gedeelte niet uit. De schuldenaar zal het verkochte uiterlijk op de dag van de feitelijke levering moeten hebben ontruimd, tenzij het met toestemming van SVn in gebruik is bij derden. 5. De schuldenaar zal uiterlijk drie dagen voor de veiling van het onderpand daartegen gerechtelijke stappen ondernemen, indien hij dat nodig acht. Daarna zal hij geen eis tot vernietiging van de koop om welke reden ook of tot schadeloosstelling kunnen indienen. 6. De schuldenaar doet – voor zover rechtens mogelijk – afstand van zijn bevoegdheid ingevolge het bepaalde in de artikelen 3:251 lid 1 BW en 3:268 lid 2 tot en met lid 4 BW. 7. Onverminderd het hiervoor bepaalde, is SVn na opeising van de lening gerechtigd een eerder tijdstip vast te stellen,
32
Deel B: Algemene bepalingen voor hypothecaire leningen, 1 januari 2016
waarop een ontruiming moet hebben plaatsgehad, bij gebreke waarvan SVn gerechtigd is die ontruiming op kosten van de schuldenaar te laten plaats vinden zonder tussenkomst van de rechter uitsluitend op basis van de grosse van de akte.
Voortzetten van het hypotheekrecht ARTIKEL 24 Indien en zodra het hypotheekrecht teniet gaat of indien en zodra het de schuldenaar en/of de geldgever bekend is dat het hypotheekrecht teniet zal gaan, is de schuldenaar verplicht op zijn kosten het hypotheekrecht onverkort en ononderbroken voort te doen zetten. De schuldenaar zal daartoe op zijn kosten tot zekerheid voor de schuld (de oorspronkelijke hoofdsom) ten behoeve van de geldgever opnieuw een recht van (eerste) hypotheek vestigen op het onderpand. De onderzetter/ hypotheekgever staat ervoor in dat de zekerheden nooit op grond van het bepaalde in de artikelen 2:94c en 2:204c BW kunnen worden aangetast. Mocht enige verkrijging van het onderpand op grond van het bepaalde in de artikelen 2:94c en 2:204c BW door de hypotheekgever/onderzetter worden vernietigd, waardoor de aan SVn verleende zekerheden worden aangetast, dan is de schuldenaar aan SVn een direct opeisbare boete verschuldigd die gelijk is aan de desbetreffende lening.
Doorhalen van het hypotheekrecht ARTIKEL 25 Indien en zodra de lening geheel is afgelost, zal het hypotheekrecht – indien de schuldenaar de wens daartoe kenbaar maakt – op verzoek van de geldgever en voor rekening van de schuldenaar door de notaris worden doorgehaald (geroyeerd). De doorhaling gebeurt niet automatisch.
Opzegging ARTIKEL 26 SVn kan door opzegging het aan hem verleende hypotheekrecht geheel of gedeeltelijk beëindigen.
Zorgplicht SVn en schuldenaar ARTIKEL 27 1. SVn neemt bij haar dienstverlening de nodige zorgvuldigheid in acht en houdt daarbij naar beste vermogen rekening met de belangen van de schuldenaar. Geen van deze Algemene bepalingen, noch andere op de lening van toepassing verklaarde voorwaarden kan aan dit principe afbreuk doen. 2. De schuldenaar neemt jegens SVn de nodige zorgvuldigheid in acht en houdt daarbij naar beste vermogen rekening met de belangen van SVn. De schuldenaar stelt SVn in staat haar wettelijk en
contractuele verplichtingen na te kunnen komen en haar dienstverlening correct te kunnen uitvoeren. De schuldenaar mag van de diensten en/of producten van SVn geen oneigenlijk of onrechtmatig gebruik (laten) maken, waaronder mede begrepen gebruik dat strijdig is met wet- en regelgeving, dienstbaar is aan strafbare feiten of schadelijk is voor SVn of haar reputatie of voor de integriteit van het financiële stelsel.
Specifieke bepalingen voor rechtspersonen en zakelijke relaties ARTIKEL 28 Als er sprake is van rechtspersonen en zakelijke relaties geldt het volgende: 1. De schuldenaar zal SVn onmiddellijk in kennis stellen van wijzigingen in zijn vennootschappelijke structuur en in die van zijn eventuele dochtervennootschappen en groepsmaatschappijen, daaronder begrepen wijzigingen in de persoon of de personen van de aandeelhouder(s) van de schuldenaar en zijn eventuele dochtervennootschappen en groepsmaatschappijen. 2. De schuldenaar zal telkens onmiddellijk na het gereedkomen, doch uiterlijk binnen zes maanden na af loop van zijn boekjaar, aan SVn één exemplaar zenden van de op dat boekjaar betrekking hebbende balans en winst- en verliesrekening en bijbehorende toelichting. De schuldenaar zal SVn zowel op eerste verzoek als ongevraagd alle inlichtingen verschaffen over zijn financiële positie en ontwikkelingen in zijn bedrijfsvoering die daarop een belangrijke invloed kunnen hebben.
Saldo-opgave en renseignering ARTIKEL 29 1. SVn zendt de schuldenaar jaarlijks een saldo-opgave van de lening per 31 december van het voorafgaande jaar. Bij de saldobepaling van de schuld zullen eventueel verschuldigde maar niet betaalde rente, kosten en andere bedragen bij de schuld worden geteld. De jaarlijkse opgave omvat tevens een verantwoording van de in het desbetreffende jaar verschuldigde en ontvangen bedragen. 2. De saldo-opgave dient als bewijs van de schuld gedurende de gehele looptijd van de lening, behoudens tegenbewijs. Indien de schuldenaar binnen 13 maanden na verzending van de opgave hiertegen geen bezwaar aantekent bij SVn, stemt de schuldenaar in met de opgave. 3. SVn informeert de Belastingdienst elk jaar over het saldo van de lening, de door de schuldenaar verschuldigde rente en de gegevens van een eventueel bouwkrediet.
33
Bijzondere overheidsvoorschriften ARTIKEL 30 In de leningdocumentatie wordt aangegeven of en in hoeverre rekening is of zal worden gehouden met bijzondere overheidsvoorschriften.
Eenzijdig wijzigen ARTIKEL 31 SVn heeft het recht de Algemene bepalingen en/of de lening documentatie eenzijdig te wijzigen wanneer dit noodzakelijk is in verband met wijzigingen in wet- en regelgeving of wanneer de gevolgen van de wijziging in het voordeel van de Schuldenaar zijn. SVn zal deze wijzigingen tenminste twee weken voor de datum van inwerkingtreding aan de Schuldenaar meedelen.
Gevolgen nietigheid ARTIKEL 32 Indien één of meerdere van de Algemene bepalingen nietig zijn of vernietigd mochten worden, blijven de overige bepalingen van de Algemene bepalingen volledig van toepassing. SVn en de Schuldenaar zullen dan in overleg treden teneinde nieuwe bepalingen ter vervanging van de nietige c.q. vernietigde bepalingen overeen te komen, waarbij het doel en de strekking van de oorspronkelijke bepaling in acht worden genomen.
34
Bijlage 1 Dienstverleningsdocument, 1 januari 2016
Bijlage 1 Dienstverleningsdocument Bijlage bij dit boekje is het Dienstverleningsdocument, dat wij op voorschrift van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) hebben opgesteld. Het Dienstverleningsdocument is alleen op hypothecaire leningen van toepassing.
35
Dienstverleningsdocument Hypotheekvraag In dit document staat wat wij voor u kunnen doen. En hoeveel dat kost. Andere financiële dienstverleners hebben ook zo’n document. Zo kunt u ons vergelijken met anderen. En kunt u ook onze kosten vergelijken.
Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten Westerdorpsstraat 66 3871AZ HOEVELAKEN 088 2539401
[email protected]
Let op! In dit document beschrijven we wat we normaal gesproken doen en wat de gemiddelde prijs is van deze diensten. Deze informatie is dus niet specifiek afgestemd op uw persoonlijke situatie. Maak daarom altijd goede afspraken met uw financiële dienstverlener.
U heeft een hypotheekvraag Wilt u een lening voor uw woning? Bijvoorbeeld omdat u een woning wilt kopen en daarvoor een lening nodig heeft, of omdat u nadenkt over een nieuwe lening omdat de rentevastperiode van uw lening, is afgelopen. Dan kunt u in dit document lezen wat wij voor u kunnen doen. En hoeveel onze dienstverlening kost. In deze situaties heeft u een hypotheek vraag en moet u over een aantal dingen nadenken. Bijvoorbeeld over: • De hoogte van het bedrag dat u wilt lenen. • Voor uw lening betaalt u iedere maand. De rente is niet bij iedere bank en verzekeraar hetzelfde. • Ook moet u de lening terugbetalen. Dat kan op verschillende manieren. Ook daar moet u goed over nadenken. • Soms is het verstandig om een verzekering te nemen bij uw lening. In dit document kunt u lezen of wij u bij het beantwoorden van deze vragen kunnen helpen, hoe we dat doen en welke kosten daar ongeveer tegenover staan.
Samenvatting: wat kunnen wij voor u doen? Wij zijn een financiële dienstverlener en hieronder staat wat wij voor u kunnen doen. Wat financiële dienstverleners voor u kunnen doen kan verdeeld worden in vijf verschillende soorten activiteiten. Niet iedere financiële dienstverlener doet ze alle vijf. Wij doen de donkergekleurde activiteiten. De lichtgekleurde doen we niet.
De hypotheek
1 Onderzoek Hoe is uw persoonlijke situatie?
2 Advies Welke financiële oplossing past bij u en uw situatie?
3 Zoeken 4 Contract Welke aanbieder heeft Heeft u gekozen? Dan de financiële oplossing kunnen wij ervoor die bij u past? zorgen dat u de contracten krijgt.
5 Onderhoud U heeft het contract. Daarna houden wij in de gaten of het goed gaat.
Gemiddelde kosten Advies
Gericht op afsluiten
Combinatie
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
HYPOTHEEKVRAAG 1 van 4
36
Bijlage 1 Dienstverleningsdocument, 1 januari 2016
Dienstverleningsdocument Hypotheekvraag
Toelichting: Wat kunnen wij voor u doen? 1
Onderzoek
Hoe is uw persoonlijke situatie?
2
Advies
Welke financiële oplossing past bij u en uw situatie?
3
Zoeken
Welke aanbieder heeft de financiële oplossing
De hypotheek Geen vergelijking van producten
Vergelijking van beperkt aantal producten
die bij u past?
Dit biedt deze dienstverlener
Dit biedt deze dienstverlener niet
HYPOTHEEKVRAAG 2 van 4
Vergelijking van groot aantal producten
37
Dienstverleningsdocument Hypotheekvraag
Toelichting: Wat kunnen wij voor u doen? 4
Contract
Heeft u gekozen? Dan kunnen wij ervoor zorgen dat u de contracten krijgt
5
Onderhoud
U heeft een contract. Daarna houden wij in de
Het contract loopt vaak lang door. Nadat u het contract heeft getekend, kan uw persoonlijke situatie veranderen. Mogelijk past het product in de toekomst niet meer bij uw persoonlijke situatie. Het is belangrijk dat u weet dat u tijdens de looptijd van het contract recht hebt op informatie over onder andere belangrijke wijzigingen in het product.
gaten of het goed gaat
Let op! Wat financiële dienstverleners voor u kunnen doen nadat u het contract heeft, kan heel erg verschillen. Spreek daarom goed af wat hij doet en wat hij niet doet. En hoeveel dat kost.
Wij kunnen, naast de wettelijke verplichtingen die wij al hebben, de donkergedrukte activiteiten verrichten voor het onderhoud van uw contract. • Regelmatig controleren of het product nog steeds past bij uw persoonlijke (financiële) situatie en wensen. • Regelmatig vergelijken of er nieuwe of vernieuwde producten zijn die mogelijk beter bij uw (persoonlijke) situatie passen. • Uw belangen behartigen wanneer het tussen u en de bank of verzekeraar misgaat. • Gedurende de contractperiode kunnen er conform offerte en toelichting hertoetsingen plaatsvinden. De kosten worden apart in rekening gebracht via een vast tarief.
HYPOTHEEKVRAAG 3 van 4
38
Bijlage 1 Dienstverleningsdocument, 1 januari 2016
Dienstverleningsdocument Hypotheekvraag Kosten: Hoeveel betaalt u? Kosten voor de dienstverlening Gemiddelde kosten Advieskosten Kosten gericht op afsluiten product Combinatie
n.v.t. n.v.t. n.v.t.
De kosten worden apart in rekening gebracht via een vast tarief. Per 1 januari 2016 brengt SVn voor hypothecaire leningen een vast bedrag aan afsluitkosten in rekening. Voor een Starterslening € 750,-, een Blijverslening € 850,-, een Maatwerklening € 950,-, een Restschuldlening € 750,-, een Stimuleringslening € 850,-. De kosten van een hertoets Starterslening en Maatwerklening zijn € 155,-. De kosten voor hoofdelijk ontslag zijn € 250,- (prijspeil kosten: 2016) Afhankelijk van de diensten die u kiest kunnen de kosten die in rekening gebracht worden verschillen. Dit document kunt u gebruiken bij het maken van concrete afspraken over de dienstverlening.
HYPOTHEEKVRAAG 4 van 4
39
40
SVn Postbus 9 3870 CA Hoevelaken
T 088 253 9400
[email protected] www.svn.nl/producten/blijverslening
Einde bijlage: 2016-06-14 - Bijlage 1 - Toelichting-op-een-blijverslening-en-algemene-bepalingen-voor-geldlening - Verordening Blijverslening gemeente Berkelland.
Terug naar het agendapunt
2016-06-14 - Bijlage 2 - Checklist-consumptief-blijverslening-svn - Verordening Blijverslening gemeente Berkelland (terug naar agendapunt)
De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####a84d1f84-ab0e-43ed-8799-788e0915ddef#
Checklist Blijverslening consumptief Om uw aanvraag te beoordelen ontvangen wij graag de gevraagde stukken van deze checklist. U kunt de gevraagde stukken en het ondertekende aanvraagformulier per e-mail aanleveren op
[email protected], of per post opsturen naar SVn. Tenzij anders is vermeld, kunt u volstaan met het insturen van een kopie (ingezonden stukken worden niet geretourneerd). Alleen compleet ingevulde aanvraagformulieren met alle benodigde bijlagen worden in behandeling genomen. Vraagt u gezamenlijk de lening aan? Stuur dan de gevraagde stukken mee van u beiden. Op deze checklist staat vermeld welke stukken wij minimaal nodig hebben om uw dossier te beoordelen. Wij behouden ons het recht voor om aanvullende stukken op te vragen als daar aanleiding toe is.
Algemeen Identiteit
■■Geldig identiteitsbewijs: paspoort (inclusief het geperforeerde documentnummer en Burgerservicenummer), identiteitskaart, verblijfsdocument of rijbewijs (voor- én achterzijde). Het gedeelte met de handtekening moet altijd duidelijk zichtbaar zijn.
■■Indien van toepassing: het echtscheidingsconvenant of de notariële akte van verdeling of Bent u binnen de afgelopen 12 jaar ■■Indien van toepassing: de overeenkomst beëindiging geregistreerd partnerschap. gescheiden (geweest) of heeft u een geregistreerd partnerschap ontbonden?
Bankafschrift IBAN
■■Recent bankafschrift (niet ouder dan twee maanden) over een periode van één maand, of wanneer u elektronisch bankiert,
een afdruk van uw rekeningoverzicht. Het bankafschrift is zonder doorhalingen en bevat in ieder geval: - Naam en adresgegevens. - IBAN.
- De bijschrijving van het inkomen.
- Afschrijving van de hypotheeklasten of huursom.
- Indien van toepassing: de afschrijvingen die voortvloeien uit leningen, kredieten of aankoop op afbetaling.
■■Indien u op het aanvraagformulier een ander IBAN heeft opgegeven, dient u van dat IBAN ook een recent bankafschrift, of wanneer u elektronisch bankiert, een afdruk van uw rekeningoverzicht met uw naam en adresgegevens aan te leveren.
Gegevens inkomen uit loondienst Ontvangt u inkomen uit loondienst (vast of tijdelijk)?
■■Twee recente salarisstroken (niet ouder dan drie maanden).
Indien van toepassing: 13e maand of eindejaarsuitkering.
■■De meest recente salarisstrook waarop deze staat vermeld.
Heeft u een tijdelijk dienstverband of ontvangt u inkomen uit een flexibele arbeidsrelatie, zoals seizoenswerk, uitzendwerk, werk als oproep- of invalkracht?
■■Jaaropgaven van inkomen en/of uitkeringen van de afgelopen drie kalenderjaren of ■■Inkomensverklaring van de Belastingdienst (voorheen IB-60), van de laatste drie jaar of ■■Aangifte Inkomstenbelasting (IB) van de laatste drie jaar, inclusief de bijlagen.
Gegevens inkomen uit onderneming Bent u zelfstandig ondernemer en/of directeur-grootaandeelhouder van een vennootschap?
■■Volledige jaarrapporten (balans en verlies- en winstrekening en toelichtingen) van de laatste drie jaar, opgemaakt door een erkend bureau.
■■ Aangifte Inkomstenbelasting (IB) van de laatste drie jaar, inclusief de bijlagen
Z.O.Z.
Checklist Blijverslening consumptief Gegevens inkomen uit pensioen of uitkering Duurt het minder dan vijf jaar tot u uw AOW-leeftijd bereikt?
■■Een uitdraai van mijnpensioenoverzicht.nl waaruit uw te bereiken pensioen blijkt of ■■Een kopie van het uniform pensioenoverzicht van uw pensioenuitvoerder(s).
Heeft u een sociale uitkering?
■■Het laatste toekenningsbesluit van de uitkering. ■■De meest recente betalingsspecificatie van de uitkering of de meest recente jaaropgave.
Heeft u pensioen/AOW/lijfrente?
■■Het laatste toekenningsbesluit van de pensioen-, AOW en/of lijfrente-uitkering. ■■De meest recente betalingsspecificatie of de meest recente jaaropgave van het pensioen/de AOW. ■■Indien van toepassing: de polis van de lijfrente of een afschrift van uw bankspaarrekening ten behoeve van de lijfrente.
Gegevens overig inkomen Heeft u inkomsten op andere wijze? (bijvoorbeeld als freelancer of gastouder)
■■Aangifte Inkomstenbelasting (IB) van de laatste drie jaar, inclusief de bijlagen.
Heeft u inkomsten uit een verhuurd pand?
■■Volledige huurovereenkomst én opgave actuele huursom.
Financiële verplichtingen Is er sprake van te betalen partneralimentatie?
■■Een recent bankafschrift (niet ouder dan twee maanden) waarop de afschrijving van de partneralimentatie staat vermeld.
Heeft u een lening bij een nietfinanciële instelling, bijvoorbeeld bij familie of vrienden?
■■Een kopie van de leningovereenkomst. ■■Een opgave van het te betalen bedrag aan rente en/of aflossing, d.m.v. een bankafschrift.
■■De offerte voor de af te sluiten (hypothecaire) lening of het krediet. Heeft u recent een (hypothecaire) financiering aangevraagd of aangepast? Of gaat u dat binnenkort doen?
SVN0330
Heeft u onlangs een financiering afgelost?
SVn Postbus 9 3870 CA Hoevelaken
■■Het aflossings-en opheffingsbewijs.
T 088 253 9400
[email protected] www.svn.nl/producten/blijverslening
Einde bijlage: 2016-06-14 - Bijlage 2 - Checklist-consumptief-blijverslening-svn - Verordening Blijverslening gemeente Berkelland
Terug naar het agendapunt
2016-06-14 - Bijlage 3 - Checklist-hypothecair-blijverslening-svn - Verordening Blijverslening gemeente Berkelland (terug naar agendapunt)
De inhoud van deze bijlage is te vinden vanaf de hierna volgende pagina's. #####PDFINCLUDE#####5ad2b54d-e66e-4cad-86c1-4e3d8343c52a#
Checklist Blijverslening hypothecair Om uw aanvraag te beoordelen ontvangen wij graag de gevraagde stukken van deze checklist. U kunt de gevraagde stukken en het ondertekende aanvraagformulier per e-mail aanleveren op
[email protected], of per post opsturen naar SVn. Tenzij anders is vermeld, kunt u volstaan met het insturen van een kopie (ingezonden stukken worden niet geretourneerd). Van sommige documenten hebben wij een origineel per post nodig. Alleen compleet ingevulde aanvraagformulieren met alle benodigde bijlagen worden in behandeling genomen. Vraagt u gezamenlijk de lening aan? Stuur dan de gevraagde stukken mee van u beiden. Op deze checklist staat vermeld welke stukken wij minimaal nodig hebben om uw dossier te beoordelen. Wij behouden ons het recht voor om aanvullende stukken op te vragen als daar aanleiding toe is.
Algemeen Identiteit
■■Geldig identiteitsbewijs: paspoort (inclusief het geperforeerde documentnummer en Burgerservicenummer), identiteitskaart (voor- én achterzijde) of verblijfsdocument, geen rijbewijs. Het gedeelte met de handtekening moet altijd duidelijk zichtbaar zijn.
IBAN
■■Recent bankafschrift of, wanneer u elektronisch bankiert, een afdruk van uw rekeningoverzicht met uw naam en adresgegevens van de op het aanvraagformulier opgegeven IBAN voor de automatische incasso.
Financieel rijbewijs
■■Bijgevoegd in de aanvraagset getekend insturen.
Aangifte Inkomstenbelasting
■■De meest recente aangifte Inkomstenbelasting (IB).
WOZ-beschikking
■■De meest recente WOZ-beschikking.
Bent u binnen de afgelopen 12 jaar gescheiden (geweest)?
■■Het echtscheidingsvonnis of de echtscheidingsbeschikking van de rechtbank. ■■Het bewijs van inschrijving in het register van huwelijken en echtscheidingen. ■■Indien van toepassing: het echtscheidingsconvenant of de notariële akte van verdeling.
Heeft u binnen de afgelopen 12 jaar een ■■De overeenkomst beëindiging geregistreerd partnerschap. geregistreerd partnerschap ontbonden? Bent u gehuwd op huwelijkse voorwaarden?
■■Een afschrift van de huwelijkse voorwaarden.
Heeft u advies ingewonnen bij een financieel adviseur?
■■Het adviesrapport van uw financieel adviseur.
Gegevens inkomen uit loondienst Bent u in loondienst?
■■Een originele werkgeversverklaring volgens het NHG-model (niet ouder dan drie maanden). ■■Een recente salarisstrook (niet ouder dan drie maanden). ■■Bent u korter dan twee maanden in dienst, heeft u een tijdelijke aanstelling of bent u nog in uw proeftijd: een aanstellingsbrief/ arbeidscontract van uw werkgever.
■■Ontvangt u inkomen uit een flexibele arbeidsrelatie, zoals seizoenswerk, uitzendwerk, werk als oproep-of invalkracht of werk op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd waarbij geen verklaring voortzetting dienstverband wordt afgegeven: jaaropgaven van inkomen en/of uitkeringen van de afgelopen drie kalenderjaren en een werkgeversverklaring waaruit blijkt dat inkomen wordt genoten uit een (flexibele) arbeidsrelatie.
■■Als er sprake is van een inkomensverhoging: een originele verklaring inkomensverhoging, opgesteld door de werkgever.
Gegevens inkomen uit onderneming Bent u zelfstandig ondernemer?
■■Volledige jaarrapporten (balans en verlies- en winstrekening en toelichtingen) van de laatste drie jaar, opgemaakt door een erkend bureau.
■■Aangifte + aanslag Inkomstenbelasting (IB) van de laatste drie jaar, inclusief de bijlagen.
Bent u directeur-grootaandeelhouder van een vennootschap?
■■Volledige jaarrapporten (balans en verlies- en winstrekening en toelichtingen) van de laatste drie jaar, opgemaakt door een erkend bureau.
■■Aangifte + aanslag Inkomstenbelasting (IB) van de laatste drie jaar, inclusief de bijlagen. ■■Dezelfde gegevens als iemand in loondienst.
Z.O.Z.
Checklist Blijverslening hypothecair Gegevens inkomen uit pensioen of uitkering Heeft u de leeftijd van 57 jaar bereikt?
■■Wanneer u of uw partner de leeftijd van 57 jaar heeft bereikt, dan ontvangen wij graag van u beiden een opgave van het te bereiken pensioeninkomen (Uniform Pensioenoverzicht).
Heeft u een sociale uitkering?
■■Het laatste toekenningsbesluit van de sociale uitkering. ■■De meest recente betalingsspecificatie van de uitkering of de meest recente jaaropgave.
Heeft u AOW/pensioen/lijfrente?
■■Het laatste toekenningsbesluit pensioen-, AOW en/of VUT-uitkering. ■■De meest recente afrekening van de uitkering of het pensioen of jaaropgaven. ■■De polis van de lijfrente of een afschrift van uw bankspaarrekening ten behoeve van de lijfrente.
Gegevens overig inkomen Heeft u bijverdiensten/inkomsten op andere wijze? (bijvoorbeeld als freelancer of gastouder)
■■Aangifte + aanslag Inkomstenbelasting (IB) van de laatste drie jaar, inclusief de bijlagen.
Heeft u inkomsten uit een verhuurd pand?
■■Volledige huurovereenkomst én opgave actuele huursom, d.m.v. een bankafschrift met de huurbijschrijving
Financiële verplichtingen Gegevens van alle lopende hypotheken
■■Een opgave van het te betalen bedrag aan rente en/of aflossing, d.m.v. een kopie offerte of bankafschrift. ■■Bij een spaar-, leven- of beleggingshypotheek: opgave van de maandelijks te betalen spaar- en risicopremie, d.m.v. een offerte of bankafschrift.
■■Het laatste saldobiljet of de laatste jaaropgave van de lopende hypotheek/hypotheken. ■■Een opgave van de huidige rentevaste periode van uw lopende hypotheken. ■■Als er sprake is van eerder gedane extra aflossingen/premiestortingen: een opgave van de extra aflossing/premiestorting. ■■Indien van toepassing: de erfpachtovereenkomst met eventueel verschuldigde erfpachtcanon.
Andere financieringen
■■Het laatste saldobiljet of de laatste jaaropgave van de lening(en) of krediet(en). ■■Een opgave van het te betalen bedrag aan rente en/of aflossing per maand, d.m.v. een leningovereenkomst of bankafschrift.
Heeft u een lening bij een nietfinanciële instelling, bijvoorbeeld bij familie of vrienden?
■■Een kopie van de leningovereenkomst. ■■Een opgave van het te betalen bedrag aan rente en/of aflossing, d.m.v. een bankafschrift.
Is er sprake van te betalen partner alimentatie?
■■Een recent bankafschrift (niet ouder dan twee maanden) waarop de afschrijving van de partneralimentatie staat vermeld.
■■De offerte voor de af te sluiten (hypothecaire) lening of het krediet. Heeft u recent een (hypothecaire) financiering aangevraagd of aangepast? Of gaat u dat binnenkort doen?
Heeft u onlangs een financiering afgelost?
■■Het aflossings- en opheffingsbewijs.
SVN0330
Heeft u bij punt 2 ‘Eigenwoningreserve’ ■■Een verklaring eigenwoningreserve. U kunt deze verklaring opvragen bij de Belastingdienst. op het aanvraagformulier één of meer van de vragen met ja beantwoord? (Let op: dit geldt per aanvrager.)
SVn Postbus 9 3870 CA Hoevelaken
T 088 253 9400
[email protected] www.svn.nl/producten/blijverslening
Einde bijlage: 2016-06-14 - Bijlage 3 - Checklist-hypothecair-blijverslening-svn - Verordening Blijverslening gemeente Berkelland
Terug naar het agendapunt