Jaarbericht 10/11
N e d e r l a n d s i n s t i t u u t v o o r f o r e n s i s c h e p s y c h i at r i e e n p s y c h o l o g i e
voorwoord
“Wie de mens beschouwt als een op zichzelf staande meterkast, gaat voorbij aan de realiteit” Interview: Erik Heijdelberg
2
De hersenen zijn ‘in’. Moderne hersenonder-
4
zoekers betogen dat toerekeningsvatbaarheid
Commissie Rapportage Pro Justitia Interview Dick Swaab
6
Commissie Zorg en Regie in detentie Interview Max Westerborg
8 10
Meer aandacht voor trans-culturele psychiatrie
11
Interview Theo Doreleijers
12
NIFP onderzoekt schutter Alphen aan den Rijn Interview Roy Zijlstra NIFP Kwaliteit
13
een fictie is, crimineel gedrag valt te voorspellen en straffen uit oogpunt van recidivebestrijding niet altijd effectief is. Wat betekenen deze nieuwe inzichten voor het NIFP? En hoe staat het instituut er in zijn vijfde jaar voor? Erik Heijdelberg geeft een toelichting.
14 15
Sinds Wij zijn ons brein van Dick Swaab in sep-
gaat toch om niets anders dan de aloude
Interview Henk Korvinus
tember 2010 verscheen, is het boek niet meer
kwestie nature versus nurture, die in de
en Linda Dubbelman
16
uit de verkoop top-10 verdwenen. Ook andere
sociale wetenschappen en de geneeskunde
Opdrachtgeversoverleg
17
hersenonderzoekers, zoals Victor Lamme met
al ruim honderd jaar opgeld doet? Dat debat
zijn boek De vrije wil bestaat niet, staan volop
moeten we voeren, en ons steeds reken-
in de aandacht. Met hun claims bewegen de
schap geven van nieuwe inzichten – zowel
18
onderzoekers zich volop op het terrein van
aan de kant van het sociale als aan de kant
Interview Job Knoester
19
de forensische psychiatrie en psychologie.
van de hersenwetenschap. Methodologisch
Interview Thomas Rinne
20
Sommigen lijken de bijl aan de wortel van het
kun je misschien weinig aanmerken op het
NIFP te zetten, want wat is een rapportage
onderzoek van mensen als Swaab en Lamme
pro Justitia waard als de vrije wil toch niet
en de bronnen waarop zij zich baseren,
bestaat? En waarom zou je iemand in detentie
maar in hun boeken geven zij wel een heel
voor een stoornis behandelen als zijn herse-
eendimensionaal beeld van de werkelijkheid.
nen nu eenmaal zijn aangelegd voor crimineel
Wie de mens beschouwt als een op zichzelf
Bureau Opleidingen en Bureau Onderzoek en Ontwikkeling
PBC start neuropsychologisch laboratorium Interview Jessica Wesselius
21 22
Ondernemingsraad
23
gedrag? Erik Heijdelberg, directeur van het
staande meterkast, gaat voorbij aan de reali-
Personeel en organisatie
24
NIFP, glimlacht als hij met deze vragen wordt
teit. Elk mens woont ergens, werkt ergens en
geconfronteerd. “Wij hoeven op grond van deze
gaat een sociale interactie aan, die invloed
inzichten de deuren zeker niet te sluiten. Wat
op zijn ontwikkeling uitoefent. Je kunt ook
mij enorm verbaast aan het debat dat nu is
een crimineel mens met een stoornis niet
opgelaaid, is dat het een aureool heeft van iets
loszingen van zijn omgeving.”
Formatie en Productie
25
Publicatieoverzicht
26
totaal nieuws onder de zon”, verklaart hij. “Het
gie van ouders over hun kinderen overneemt,
een prijs betaald in de vorm van een zware
kun je ook schade aanrichten. De risicovrije
uitvoeringstoets. Voor al deze zaken ontvangen
samenleving is een mythe. En wie zijn my-
wij ook veel waardering uit het veld.”
thologische kennis nog paraat heeft, weet dat
Dat betekent niet dat Heijdelberg nu op alle
wanneer je als mens probeert te ontsnappen
onderdelen tevreden is. “Helaas is bij de ont-
aan je noodlot, dat je de resultaten daarvan
wikkeling van het PBC de vaart er enigszins
dubbel en dwars gepresenteerd krijgt. Je moet
uitgeraakt. Dat heeft alles te maken met de
altijd de mogelijke winst wegen ten opzichte
problemen rond de huisvesting. Het gebouw
van de negatieve aspecten van het ingrijpen.”
is kostbaar en niet optimaal geschikt voor de diensten zoals wij die willen verlenen. Wij ho-
Zo lang de discussie tussen hersenonderzoe-
pen dat DJI snel een besluit neemt over nieuwe
kers, (forensisch) psychiaters, psychologen,
huisvesting. In afwachting hiervan is het lastig
gedragskundigen en andere betrokkenen
de vernieuwing voortvarend voort te zetten en
nog volop woedt, kiest het NIFP geen ‘partij’.
het personeel vast te houden.”
Heijdelberg: “Het geeft geen pas wanneer
Een ding is zeker: Erik Heijdelberg zal deze
Wijd open blik
experts elkaar in de rechtszaal bestrijden
verhuizing niet meer meemaken als directeur
In zijn boek De vrije wil bestaat niet beargu-
op grond van slecht met elkaar verbonden
van het NIFP. Onlangs kondigde hij zijn vertrek
menteert hersenonderzoeker Victor Lamme
nieuwe inzichten.” Dat betekent geenszins
aan. “Bij mijn komst zei ik dat ik voor drie jaar
dat toerekeningsvatbaarheid een fictie is.
dat hersenonderzoek taboe is binnen het
zou blijven – een grapje – dat zijn er ruim zes
Heijdelberg is het hier absoluut mee oneens.
NIFP. Sterker nog: men onderzoekt volop
geworden. In minder tijd kun je een instituut
“Wij kunnen alleen op een effectieve manier
welke rol dit kan spelen bij het onderzoek pro
als het NIFP ook niet ontwikkelen. Al die tijd
samenleven, met al onze verschillen, als we
Justitia en bij de behandeling van gedeti-
heb ik het NIFP een heel prettige werkplek
ervan uitgaan dat mensen verantwoordelijk
neerden met een stoornis. “Daarbij proberen
gevonden, het spanningsveld tussen professio-
zijn voor hun gedrag. Vrije wil, de gedachte
we de blik zo wijd mogelijk open te houden.
nals, maatschappij en overheid is heel dyna-
dat je ervoor kiest om een bepaalde daad
In het Pieter Baan Centrum gebruiken we
misch. Maar nu is het grote werk gedaan en is
wel of niet te verrichten, is in die zin dus
al hersenscans om verborgen schade aan
het moment gekomen om verder te trekken.”
een sociale afspraak. We hebben daarbij een
het brein op te sporen, dat kan leiden tot
Daarbij zal hij het werkveld van het NIFP
effectief strafrechtsysteem ingericht – met
gedragsstoornissen. Ook zijn er plannen voor
overigens niet achter zich laten. “Ik word be-
al zijn onbeholpenheden – voor mensen die
een neuropsychologisch- en gedragsneuro-
stuurder bij de Van der Hoeven Stichting. Drie
zich daar niet aan houden. Als dat komt
logisch laboratorium. Zo willen we nog beter
forensische klinieken en negen poliklinieken
omdat iemand een hersenstoornis heeft, kan
vaststellen hoe een eventuele hersenafwij-
met een heel interessante aanpak en potenti-
een onderdeel van de straf kan zijn dat we
king kan worden aangewezen als oorzaak
eel. Daar heb ik veel zin in, ik houd van werk
iemand behandelen. Daarmee boeken we ook
voor crimineel gedrag. Ook onderzoeken we
met een maatschappelijke en inhoudelijke
successen, dat blijkt uit de recidivecijfers.
hoe mensen met een dergelijke stoornis het
betrokkenheid.”
Dus het sombere beeld van onderzoekers als
beste kunnen worden behandeld.”
Swaab, deel ik evenmin. Sommige jongeren die een PIJ-maatregel kregen opgelegd, kun-
Meerwaarde
nen na behandeling heel goed functioneren.
Inmiddels bestaat het NIFP vijf jaar. De
Er zit veel rek in de mens.”
meerwaarde van de samenvoeging van de
Sommige hersenonderzoekers menen dat zij
Forensisch Psychiatrische Diensten en het
(op termijn) op basis van biologische criteria
Pieter Baan Centrum (PBC) tot een landelijke
onderzoek voor het werkveld van het
crimineel gedrag kunnen voorspellen. Im-
kennisorganisatie heeft zich bewezen, meent
NIFP? Kunnen we wel zonder het begrip
mers, de risicofactoren zijn bekend. Kinder-
Heijdelberg. “Het PBC stond een aantal jaar
vrije wil? En in hoeverre valt crimineel
en jeugdpsychiater Theo Doreleijers (p. 12)
geleden nog regelmatig ter discussie, maar
gedrag te voorspellen? We vroegen het
pleit voor het inzetten van dergelijke kennis
dat is nu voorbij. Sterker nog, tegenwoordig
hersenonderzoeker Dick Swaab, psychiater
om een criminele loopbaan te voorkomen.
spreekt men er schande van als observandi
Jessica Wesselius (PPC Amsterdam),
Heijdelberg is hierover positief, met een
niet willen meewerken aan een onderzoek.
kanttekening. “Natuurlijk, wat je weet moet
Ook hebben we grote stappen gezet met het
je gebruiken. Maar een dergelijk beleid kun
verlenen van zorg in de gevangenissen, onder
je niet breed en generalistisch uitvoeren. Een
meer in de penitentiaire psychiatrische cen-
hoge risicofactor biedt nog altijd geen garan-
tra (PPC’s). De indicatiestelling is eveneens
hoofdofficier van justitie Henk Korvinus,
ties voor wat iemand in het echte leven zal
van de grond gekomen zoals wij dat willen.
landelijk jeugdofficier Linda Dubbelman
doen en laten. Bovendien, hoe ver achter de
Wij verzorgen nu ook de toegeleiding naar
voordeur wil je ingrijpen? Wanneer je de re-
forensische zorg, al hebben wij daarvoor wel
Zijn wij ons brein? Wat betekent moderne neurobiologische
kinder- en jeugdpsychiater Theo Doreleijers, forensisch milieuonderzoeker Roy Zijlstra, directeur PBC Thomas Rinne, strafrechtadvocaat Job Knoester,
en psychiater Max Westerborg. Hun reacties leest u elders in dit jaarbericht.
3
NIFP inhoudelijk
Commissie Rapportage Productdifferentiatie
de indicatiestelling betrekt men daarbij.
Eenduidige indicatiestelling PJ Rapportage
Ontwikkelingen in de maatschappij
Na een succesvolle evaluatie van de
Om de ambulante en klinische
leidden ertoe dat het accent in de
afzonderlijk te indiceren modules worden
rapportagebemiddeling geschikt te maken
strafrechtpleging sinds tien jaar steeds
deze als product opgenomen in het aanbod
voor een gedifferentieerd aanbod, passend
meer ligt op preventie van delictherhaling.
van onderzoeksmodaliteiten.
bij de individuele casus, voert het NIFP
Voor het onderzoek naar verdachten met
in samenspraak met de betreffende
een stoornis betekende deze ontwikkeling
Best practices klinische rapportage en
ketenpartners een samenhangend
dat behalve het onderzoek naar het
civielrechtelijk onderzoek
systeem in. Dit bestaat uit de onderdelen
verband tussen stoornis en delictgedrag
Het NIFP beschrijft zijn gedifferentieerde
casefinding door het OM; indicatiestelling;
ook de vragen naar risicoprognose en
producten steeds systematischer. Zo maakt
consultatie door het NIFP; en benoeming
werkzame interventiemogelijkheden
het inzichtelijk hoe en volgens welke
voor onderzoek en rapportage pro Justitia
steeds belangrijker werden.
criteria deze tot stand komen.
door officier of rechter-commissaris. Hierbij komen de volgende aspecten aan bod:
De systematiek die voortkwam uit het programma Vernieuwing Forensische Zorg
Klinische rapportage
(VFZ) leidde tot verbreding en verdieping
Bij wijze van nulmeting zijn in 2010 de
Casefinding
van het gedragsdeskundig onderzoek
werkprocessen behorende bij de klinische
Met het oog op een goede casefinding
pro Justitia. De standaardvraagstelling
rapportage in beeld gebracht. In 2011 zal
wordt het BooG-systeem geïntegreerd
en de gebruikelijke onderzoeksvarianten
een werkgroep, mede in het kader van de
in het GPS-systeem (maatwerkzaken)
(enkel, dubbel, triple en klinisch)
hierboven beschreven productdifferentiatie
dat momenteel wordt ontwikkeld voor
blijken steeds minder geëigend om de
en de modulaire aanpak, een best practice
de parketten. De officier van justitie
voorliggende vragen binnen de beschikbare
ontwikkelen voor het klinisch onderzoek.
krijgt automatisch een signaal als een
middelen goed te beantwoorden. Om
Hierbij worden aspecten als efficiency,
zaak voldoet aan de criteria om BooG
meer mogelijk te maken, ontwikkelt het
flexibiliteit en kwaliteit meegenomen. Met
in te vullen. Met één muisklik schakelt
NIFP een modulaire aanpak van daartoe
de nieuw ontwikkelde best practice wordt
hij vervolgens door naar BooG. In
geschikte onderzoeksonderdelen. Zo kan
in de hierboven genoemde ‘werkplaats’
2010 zijn hiervoor de voorbereidende
bij een specifieke vraag bijvoorbeeld een
ervaring opgedaan, alvorens deze breed
werkzaamheden gestart. Na realisatie
enkelvoudig psychiatrisch onderzoek
wordt geïmplementeerd.
kan casefinding door de parketten meer
worden uitgebreid met een module
4
geobjectiveerd plaatsvinden dan nu. Ook
psychologisch testonderzoek, zonder dat
Civielrechtelijk onderzoek
zal helder zijn in welke zaken nadere
een volledig psychologisch onderzoek
Het NIFP bemiddelt niet alle
consultatie door het NIFP wenselijk is.
nodig is. Deze modules kunnen zowel
civielrechtelijke onderzoeken. Mede
bij ambulante als klinische onderzoeken
daarom zoekt het bij de ontwikkeling van
Consultatie
worden ingezet. Zo ontstaat meer
een best practice voor dit type onderzoeken
Waar dat is geëigend, verzorgt het
maatwerk, met meer gerichte vragen en
samenwerking met ketenpartners. In
NIFP een consultatie. Dit is een ‘face
specifieker onderzoeksarrangementen,
een interne werkgroep beschrijft het
to face’-contact tussen psychiater en
zonder onnodige groei van kosten en
NIFP zijn eigen werkprocessen. Twee
verdachte, resulterend in een advies
doorlooptijden.
juristen brachten in het afgelopen jaar de
aan de rechtspleger. Bij jeugdigen
Het NIFP doet vanaf 2011 ervaring op
juridische kaders van het civielrechtelijk
zullen de meeste beslissingen worden
met de ontwikkeling van deze modulaire
rapporteren in kaart. Hierbij kwamen
genomen in het indicatieoverleg met
onderzoeksarrangementen in het
enkele dilemma’s naar voren, die in een
de Raad voor de Kinderbescherming.
Pieter Baan Centrum. In nauw overleg
breder gezelschap worden besproken. De
Hiertoe stelde de directieraad van het
met opdrachtgevers en ambulante
juridische kaders worden in de tweede
NIFP in 2010 het beleid ‘consultatie
collega’s ontwikkelt het NIFP modulaire
helft van 2011 in boekvorm uitgegeven en
rechtspleging’ vast. Dit voorziet in een
onderzoeksvarianten in een ‘werkplaats’
onder de rapporteurs verspreid.
landelijk meer uniforme aanpak van de
waar medewerkers met de nieuwe
advisering door het NIFP. Het uitvoeren
werkwijze kunnen experimenteren. Ook
van dit beleid wordt gekoppeld aan de
Pro Justitia cohortsgewijze deskundigenregistratie van
de rapporteurs naar wie het bemiddelt.
jeugdstrafrecht de PJ-rapporteur meer
het NRGD. Een implementatieteam zal op
Als basis daarvoor is met de Vereniging
ruimte geeft om een pedagogisch advies
arrondissementsniveau de implementatie
voor Rapporteurs een raamovereenkomst
te geven bij jeugdigen, ook als zij het
van de nieuwe werkwijze begeleiden.
opgesteld. In de overeenkomst worden
tenlastegelegde ontkennen of weigeren.
afspraken vastgelegd over de wijze
Dit resulteerde in een bijdrage over
Advisering
waarop men samenwerkt, de aantallen
jeugdigen aan de dit jaar te verschijnen
Om de advisering aan de opdrachtgevers
rapportages, de locatie(s) van waaruit de
best practice bij het ambulante
te optimaliseren, brengt het NIFP in 2011
rapporteur werkt en eventuele voorkeuren
onderzoek van de (groeiende) groep
de indicatieschema’s in kaart. Ook worden
of uitsluitingen. Met de rapporteurs zal
weigerende of ontkennende verdachten.
deze geactualiseerd. Vervolgens wordt
het NIFP jaarlijks voortgangsgesprekken
In 2011 neemt het NIFP deel aan een
een werkwijze ingevoerd die voorziet in
voeren.
expertmeeting over de verplichte nazorg
het actueel houden van de schema’s. Uit
Met koepels van de ketenpartners
na de maatregel PIJ.
vertegenwoordigers van PBC en ambulante
is eveneens een raamovereenkomst
diensten wordt een feedbackgroep
afgesloten. Deze vormt de basis voor
Nederlands Register Gerechtelijke
klinische rapportages samengesteld. Zij
convenanten op lokaal niveau over de
Deskundigen
zijn elkaars aanspreekpunt met betrekking
te leveren diensten en de manier van
De Wet deskundigen in strafzaken is in
tot klinische onderzoeken. Periodiek
samenwerken. Hierin worden ook de
januari 2010 van kracht geworden met een
overleggen zij over de juistheid van de
te maken afspraken verwerkt met 3RO,
op dat moment nog leeg register. In 2010
indicatie, uitkomsten van het PJ-onderzoek,
zoals die voortkomen uit de praktijkproef
zijn benoemingen van deskundigen tot
de ontwikkeling van vraag en aanbod en
samenwerking 3RO/NIFP.
stand gekomen conform een door het LOVS
benodigde bijstellingen in procedures en communicatie.
ontwikkelde handreiking. In 2011 wordt Jeugd
het register cohortsgewijs gevuld. Het
Aan verschillende jeugdzaken leverde het
NIFP streeft naar benoemingsprocedures
Bijscholing
NIFP in 2010 en 2011 een bijdrage, mede
conform de eerder genoemde koepel- en
Om de NIFP-consulenten adequaat
op verzoek van het ministerie van Justitie
arrondissementale overeenkomsten.
uit te rusten voor de nieuwe wijze van
en/of de (landelijke) ketenpartners.
indicatiestelling (aansluitend bij de
• NIFP-medewerkers bleven betrokken
Professioneel statuut
differentiatie) wordt een nascholingstraject
bij de twee pilots en de projectgroep
Door de verankering van de deskundige als
opgezet.
van het Landelijk Instrumentarium
zelfstandig verantwoordelijke figuur in het
Jeugdstrafrechtketen.
straf- en gezondheidsrecht is het, gezien
Monitor doorlooptijden
• Ook binnen het samenwerkingsverband
de strafvorderlijke en tuchtrechtelijke
In 2010 is de monitor doorlooptijden
ForCA leverde het NIFP opnieuw zijn
persoonlijke aansprakelijkheid,
ontwikkeld en geïmplementeerd.
bijdrage. Eveneens werd, in overleg met
wenselijk dat de juridische posities van
Momenteel wordt deze gevuld, waardoor
de ketenpartners, een notitie opgesteld
gerechtelijke deskundigen, de (overige)
het steeds inzichtelijker wordt te zien
over de juridische advieskaders in het
NIFP-professionals, de leidinggevenden en
in welke fase van het proces en onder
strafrecht voor klinische plaatsing
directieleden eenduidig zijn uitgewerkt.
de verantwoordelijkheid van welke
van jeugdigen, ten behoeve van de
Een werkgroep zal in 2011 voor de
ketenpartner eventuele vertragingen
eenduidigheid in gedragskundige
uitwerking hiervan op professionals
optreden. De monitor wordt in 2011 verder
advisering.
en andere betrokkenen toegesneden
verfijnd. De resultaten vormen de input voor verdere verbeteringen.
• Het NIFP nam deel aan een
gedragscodes ontwikkelen. Dit zal gevolgen
vervolgwerkgroep rond de PIJ-
hebben voor de manier waarop het NIFP
verlengingsrapportages. Eind 2010 was
zijn diensten levert en de kwaliteit daarvan
Samenwerking met rapporteurs en
een expertmeeting georganiseerd rond
bewaakt.
ketenpartners
het thema ‘moeilijk onderzoekbare
Het NIFP start in 2011 met het afsluiten
jongeren’. Hierbij stond de vraag centraal
van samenwerkingsovereenkomsten met
of het pedagogische karakter van het
5
Interview Hersenonderzoeker
Dick Swaab: “Met straffen kun je enorme schade toebrengen” Met Wij zijn ons brein ontsloot Dick Swaab de resultaten van het moderne hersenonderzoek voor een groot publiek. Zijn boek is een verkoopsucces, maar vormt ook aanleiding tot veel discussie. Swaab: “Als het brein niet goed is ontwikkeld, heb je pech gehad.”
beging of dat willens en wetens plande, interesseert mij niet. Waarschijnlijk speelt in beide gevallen een stoornis. Ik heb wel eens betoogd dat iedereen ontoerekeningsvatbaar is.” De onderzoeker onderscheidt karakter en gedrag. “Ons karakter ontwikkelt zich tot het vierde jaar. Daarbij zijn onder meer van belang de genetische achtergrond van de ouders, of de moeder tijdens de zwangerschap rookte of alcohol dronk, of de placenta goed functioneerde en of er in de levensjaren voldoende warmte en veiligheid was.” Dat karakter leidt tot een bepaald gedrag. “Als in vroege ontwikkeling iets is misgegaan, waardoor bijvoorbeeld de prefrontale cortex (het gebied dat het impulsieve gedrag afremt en de morele kaders handhaaft) niet goed functioneert, heb je pech gehad. Je zit dan met problemen voor de rest van je leven. Hooguit kun je proberen het ongewenste gedrag een beetje bij te slijpen.” Kunnen we op basis van die kennis ook voorspellen of een kind op latere leeftijd met justitie in aanraking zal komen? Swaab: “Dat lijkt
Hij was zelf ook verbaasd over het verkoopsucces. Dick Swaab:
mij in principe mogelijk. We kennen de genetische factoren die
“Toen ik 45 jaar geleden begon met hersenonderzoek, maakte
in belangrijke mate risico’s met zich meebrengen. Ik pleit ervoor
dat mij verdacht. Nu is het brein ‘in’. De wetenschapsbijlagen
die kinderen en hun ouders vroeg te begeleiden. Onderzoek laat
van de kwaliteitskranten staan vol artikelen over
zien: hoe vroeger je gedrag beïnvloedt, des te effectiever het is.”
hersenonderzoek. De jaren zeventig zijn definitief voorbij.”
6
Toch klinken er ook kritische geluiden. Zo zou Swaabs
MacNaughton
wereldbeeld wel heel deterministisch zijn. En in hoeverre
Een deel van de mensen met ‘slecht ontwikkelde’ hersenen
maken de inzichten van modern hersenonderzoek niet elke
komt in aanraking met justitie. En dan doet zich een interessant
dader tot een slachtoffer van zijn brein? Swaab blijft laconiek
vraagstuk voor. In 1843 kwam de MacNaughtonregel tot
onder deze kritiek. “Of iemand in een impuls een moord
stand, genoemd naar de geesteszieke man die dat jaar een
foto: Geert van Tol
moordaanslag deed op de Britse minister-president. Deze zaak
grote tekortkoming.” Swaab maakt zich daarbij zorgen over
legde de basis voor de gedachte dat het strafrecht niet van
de negatieve effecten van straffen. “Je moet erop beducht zijn
toepassing is op mensen met een hersenziekte. Swaab: “Toch
dat je niet een opleiding verstoort. Ook moet je pubers niet
zitten ook Nederlandse gevangenissen vol met mensen met
opsluiten met beroepscriminelen, die ze het vak leren. Zo kun je
een psychiatrische of neurologische ziekte. Met het woord
enorme schade toebrengen.”
volgen we de MacNaughton-regel, maar in de uitvoering komt
Hij meent dat sommige personen absoluut onbehandelbaar zijn.
daar niets van terecht.” Maar valt per definitie niet iedereen die
Bij andere groepen ligt dat complexer. Hij wijst bijvoorbeeld op
met justitie in aanraking komt onder die regel, als we Swaabs
de piek die je ziet bij jonge mannen die met justitie in aanraking
boek mogen geloven? “Elk normafwijkend gedrag zetelt in de
komen. “Onderzoek laat zien dat testosteron in de puberteit
hersenen, natuurlijk. Waar zou het anders moeten zitten? Net
enorm veel invloed heeft op de hersenen. Daardoor gaat
als het normconforme gedrag, trouwens.”
ongeveer een derde van de jongeren over de schreef, ze moeten
Toch begrijpt Swaab wel waarom deze mensen in de gevangenis
met de nieuwe chemische samenstelling van hun brein leren
terecht komen. “Straffen is om drie redenen noodzakelijk voor
omgaan. Pas tussen het 20e en 24e levensjaar rijpt de frontale
de maatschappij. In de eerste willen we dat iemand die de
cortex, dan zie je ook dat conflictueuze gedrag afnemen. Als ze
regels overtreedt een tik op de vingers krijgt. In de tweede plaats
nu door justitie zijn gestraft, zorgde die tik op de vingers dan
moeten we onszelf beschermen tegen gevaren. En in de derde
voor een aanpassing in hun gedrag, of het natuurlijk beloop van
plaats hopen we dat straf de kans op recidive vermindert. Zeker
dit gedrag? Laat me het onderzoek maar eens zien waarin men
in de eerste twee gevallen kun je je afvragen of het er werkelijk
het eerste aantoont.”
toe doet dat iemand een gestoord brein heeft.”
Met zijn pleidooi om daders (ook) te zien als product van hun
Geschreeuw
schreeuwt om meer, zwaarder en erger straffen. De politiek
Maar heeft dat derde aspect – de kans op recidivevermindering
laat zich door dat geschreeuw leiden, in plaats van het in goede
– wel zin als iemands hersenen op een bepaalde manier zijn
banen te leiden. Dat ik nu iets zeg dat politiek niet goed ligt,
aangelegd? Swaab lacht. “Die eenvoudige vraag kan niemand
weet ik. Maar daar heb ik wel meer last van gehad, en dat zal
beantwoorden, want de effectiviteit van straffen wordt niet
mij niet tegenhouden.”
aanleg, gaat Swaab recht tegen de tijdgeest in. “De maatschappij
op een gecontroleerde manier onderzocht, zoals we dat bijvoorbeeld voor geneesmiddelen wel doen. Ik vind dat een
7
NIFP inhoudelijk
Commissie Zorg en Jaarlijks behandelen ongeveer vijftig psychiaters van het NIFP zo’n vierduizend gedetineerden. Deze patiëntenpopulatie kenmerkt zich door complexe sociaalpsychiatrische problematiek, met veelal een combinatie van ziektebeelden, persoonlijkheidstoornissen, verslaving en maatschappelijke onthechting. Een groot deel van deze patiënten verblijft kortdurend in detentie en vervalt zonder adequate behandeling en begeleiding veelvuldig in recidive. Het NIFP biedt een zorgpakket gericht op stabilisatie, diagnostiek, medicamenteuze behandeling, psycho-educatie en motivatie. Zo wordt de patiënt voorbereid op begeleide terugkeer in de samenleving en zonodig vervolgbehandeling door de (forensische) ggz.
Vernieuwing In 2010 is de eerste fase afgerond van vernieuwing van de psychiatrische zorgverlening in detentie. Deze vernieuwing werd ingezet op basis van de zorgvisie die het NIFP in 2007 presenteerde. Deze visie stelt het patiëntenperspectief centraal en zet actief in op continuïteit van zorg. Uitgangspunt is dat de psychiatrische behandeling in detentie aansluit bij al lopende behandeling (door ggz of anderszins) dan wel een behandeltraject voorbereidt dat na detentie kan worden voortgezet. Vernieuwend in deze zorgvisie was de uitgangspositie dat de detentiefase vanwege de duidelijke (dag)structuur en het gesloten verblijf goede aanknopingspunten biedt voor diagnostiek, motivatie en het opstarten van behandeling. Voorheen werd juist benadrukt dat de detentiesetting vanwege het repressieve karakter vooral beperkingen oplegde in behandelmogelijkheden. Met de zorgvisie uit 2007 werd ook het oude concept van de psychiater als consulent voor de huisarts en inrichtingspsycholoog vervangen door een multidisciplinair zorgaanbod, waarbinnen de psychiater als medebehandelaar een eigen behandelverantwoordelijkheid draagt. Naast deze meer uitgesproken behandelintenties blijft een veilige detentie voor patiënt en personeel een centraal uitgangspunt voor de psychiatrische zorg. De vrijheidsbeneming en de cellulaire opsluiting zijn stressvolle gebeurtenissen, die een grote impact hebben op de gedetineerde, diens omgeving en mogelijk ook op een eventueel aanwezige psychiatrische stoornis. Van het psychomedisch team vraagt dit goede preventie ten aanzien van suïcidaliteit en crises, en adequaat optreden in voorkomende situaties.
8
Regie in detentie Sinds 2008 werkt het NIFP met een
geactualiseerd. Hierin krijgen bijzondere
een duidelijk werkkader bieden voor de
zorgportfolio, waarin de bovenstaande
overwegingen rond psychofarmacagebruik
samenwerkingspartijen in de regio’s en
uitgangspunten tot uitdrukking komen.
in de detentiesetting (veiligheid,
moeten bijdragen aan een herkenbaar
De samenwerking in een multidisciplinair
therapietrouw, continuïteit) een plaats
zorgaanbod voor alle PI’s en detentiecentra.
verband (het PMO, psychomedisch overleg)
in het voorschrijfbeleid. Dit formularium
De directies van de PI’s/detentiecentra en
vormt de basis en de best practice ‘PMO
wordt op zijn vroegst herzien in 2014/2015.
de hoofden van de NIFP-locaties zullen de
van Gevangeniswezen’ (GW) het kader.
concrete afspraken in het convenant in de
Het psychiatrische zorgaanbod bestaat
Versterking en formalisering
onder meer uit een intakeconsult,
samenwerking GW en DBV
psychofarmacotherapie, gesprekstherapie
De komende periode zal het NIFP de
ISD
en crisisinterventies (onder meer RM/
ingeslagen weg voortzetten en in overleg
Sinds 2009 investeert het NIFP in de
IBS). In 2010 is dit aanbod uitgebreid met
met de zorgpartners binnen DJI (GW, DBV,
samenwerking met de ISD-inrichtingen
tweede helft van 2011 in uitvoering nemen.
een landelijke telefonische ANW-dienst.
DiForzo) inhoudelijk versterken en formeel
(Inrichting Stelselmatige Daders). Zoals
Hierdoor kunnen inrichtingshuisartsen
bestendigen.
bekend zijn veel ISD’ers psychiatrische
en de ggz-crisisdiensten een forensisch
In 2011 wordt een dienstverlenings-
patiënten die in principe baat hebben
psychiater raadplegen.
overeenkomst getekend tussen het
bij een langdurige behandeltraject.
NIFP en GW, die het zorgaanbod van het
Het NIFP levert sinds 2009 ten aanzien
Kennis
NIFP en de positie van de psychiater in
van alle nieuwe ISD’ers een forensisch
Om nieuwe penitentiair psychiaters
detentie formaliseert. Ook wordt in 2011
psychiatrisch behandeladvies, dat de
een goede inleiding te bieden in de
de financiering van de psychiatrische
basis vormt voor het ISD-trajectplan dat
penitentiaire psychiatrie, is in 2010 de
zorg overgeheveld naar GW, zodat een
medewerkers van GW en Reclassering
introductieopleiding hernomen. Een tiental
duidelijke financiële relatie ontstaat tussen
opstellen. In 2011 wordt de samenwerking
nieuwe psychiaters werd geschoold in de
zorgafnemer (GW) en zorgverlener (NIFP).
met de ISD-inrichtingen strakker
juridische kaders (PBW), de forensische
Als grondslag van de financiering wordt
aangehaald. Ook wordt een tweede
sociale kaart, doelgroepspecifieke
een verrichtingensystematiek gekozen. Het
groep psychiaters bijgeschoold in de
kennis (bijvoorbeeld rond verslaving)
NIFP ontvangt zijn financiering daarmee
verslavingspsychiatrie.
en de procedures rond forensische
op basis van geleverde patiëntenzorg.
indicatiestelling (vanuit het PMO). Deze
Deze formaliseringsslag biedt tevens de
PPC’s
meerdaagse introductiecursus wordt
gelegenheid om de NIFP-zorgportfolio
Buiten het kader van de reguliere basiszorg
jaarlijks herhaald.
in overleg met GW verder te versterken
is het NIFP nadrukkelijk betrokken bij
In 2010 organiseerde het NIFP een vierde
ten aanzien van vervolgzorg (onder
de psychiatrische zorg in de Penitentiair
editie van de Prison Mental Health-dag, een
meer ontslagbrief bij einde detentie) en
Psychiatrische Centra (PPC’s). Met drie
brede studiedag voor de zorgprofessionals
forensische diagnostiek ten behoeve van de
ervan heeft het NIFP contracten gesloten
werkzaam in de psychomedische zorg in
forensische indicatiestelling.
voor meerjarige samenwerking. Zo levert
detentie. Een volgende editie vindt plaats
De samenwerking met de detentiecentra
het NIFP een beleidspsychiater/directeur
in 2012.
voor de vreemdelingenbewaring
zorg aan de PPC’s Amsterdam, Den Haag
De komende jaren wordt een
(DBV) wordt in 2011 op dezelfde wijze
en Zwolle. Het NIFP hoopt de integrale
bijscholingsprogramma opgezet voor
geformaliseerd. Sinds 2007 leveren
inhoudelijke ontwikkeling van de PPC’s
penitentiair psychiaters, zodat zij
psychiaters van het NIFP psychiatrische
komende jaren stevig door te zetten,
gericht de kennis, vaardigheden en
zorg in detentiecentra. Ook hier wordt
zodat de PPC’s een maximale meerwaarde
attitudeaspecten kunnen ontwikkelen
een nieuw convenant gesloten voor
krijgen voor de psychiatrische zorg in het
die in de penitentiaire context worden
psychiatrische zorgverlening op basis
gevangeniswezen.
gevraagd.
van multidisciplinaire samenwerking,
In het kader van kennisbeheer
met een verrichtingensystematiek als
is in 2010 het formularium voor
financieringsgrondslag.
psychofarmacotherapie in detentie
De convenanten met GW en de DBV zullen
9
Interview psychiater
Max Westerborg : “De vrije wil is in de forensische psychiatrie niet relevant” Forensisch psychiater Max
De werkelijkheid is echter weerbarstiger, vertelt Westerborg. “Je
Westerborg hoopt in december te
ziet dat bijvoorbeeld bij het syndroom van Down: één genetische
promoveren op een proefschrift over
afwijking leidt tot een spectrum van aandoeningen: je ziet het
de communicatie tussen de rechter
aan de handen en ogen, en mensen met een Downsyndroom
en de gedragsdeskundige, waarbij
hebben vaak problemen met hart en longen. Bovendien kan de
ook het concept vrije wil ter sprake
werking van genen ook nog eens veranderen onder invloed van
komt. Hij heeft een aantal bezwaren
de omgeving. Lang niet alle genetische informatie komt 100%
tegen het genetisch determinisme van
tot expressie. Daardoor kan de ene drager van een ziekte er veel
onderzoekers als Swaab en Lamme. “Lang niet alle genetische
meer onder lijden dan een familielid met diezelfde erfelijke
informatie komt 100% tot expressie.”
kwaal. De schrijver James Joyce was schizofreen, maar ook een begaafd schrijver. Hij kreeg een emotioneel adequate opvoeding,
“Ik vind het een vorm van onzindelijk denken om technische,
maar zijn eigen huishouding kreeg hij niet op orde. Het gevolg
biologische en genetische kennis te koppelen aan een filosofisch
was dat zijn dochter, bij wie ook de diagnose schizofrenie werd
begrip als ‘vrije wil’”, zegt Max Westerborg stellig. “Het is
gesteld, het er veel minder goed van heeft afgebracht.”
bovendien onzinnig. De vrije wil is een filosofisch concept en theoretisch van aard, gebaseerd op het feit dat wij weten dat
Uitnodiging
verschillende mensen op dezelfde situatie anders reageren. Dat
Heeft modern hersenonderzoek echter ook niet veel opgeleverd?
betekent dat er bij de mens altijd sprake is van een of andere
Westerborg: “Jazeker, maar kijk ook naar de schade die is
vorm van keuze. We kunnen dat niet zomaar terzijde schuiven.”
aangericht door vanuit een te simpel, mechanistisch of
Een discussie over het vrije wilsconcept staat bovendien in zijn
reductionistisch wereldbeeld te denken. In het verleden werden
ogen los van een discussie over crimineel gedrag. “Het is niet
onder meer delen van de hersenen weggesneden, omdat daar de
relevant. De forensische psychiatrie en psychologie buigen zich
kwaal zou schuilen. Die ‘behandelingen’ grensden aan marteling.
over problemen die betrekking hebben op verantwoordelijkheid,
Inmiddels zijn er tal van voorbeelden bekend van mensen
waaronder bewustzijn, het ontstaan van mentale
met ernstige hersenschade die geen afwijkend gedrag tonen.
toestandsbeelden zoals intentie en kennis, het vermogen
De hersenen zijn veel complexer en plastischer dan sommige
tot rationaliseren en impulsiviteit. Maar nooit de aan- of
wetenschappers vanuit reductionistische theorieën betogen.”
afwezigheid van de vrije wil. Wanneer men het begrip ‘vrije wil’
Vanwaar dan de huidige opmars van de hersenwetenschappen?
zo losjes gebruikt en daarbij refereert aan verantwoordelijkheid,
“Er komt natuurlijk steeds meer kennis, maar ik vermoed
leidt dit slechts tot verwarring.”
ook dat het met cultuurpessimisme heeft te maken. Deze
Westerborg haalt scherp uit naar hersenonderzoekers die
onderzoekers betogen uiteindelijk dat beschaving maar een dun
menen dat de genetische opbouw afwijkend of crimineel
laagje is. Daaronder is de mens niet meer dan een beest.”
gedrag volledig zou verklaren. “Zij gaan uit van de postulaten
Toch vindt Westerborg de discussie die is ontstaan door de
van de moleculaire genetica, waarbij één agens leidt tot één
publicaties van schrijvers als Swaab en Lamme absoluut
resultaat. Het klassieke voorbeeld: pneumococcen leiden
waardevol. “We zijn steeds meer op weg naar een integrale
tot een longontsteking. Het prettige is dat je die vervolgens
beschouwing van aanleg- en omgevingsfactoren. Hoe
eenvoudig met antibiotica kunt bestrijden.” Hij noemt het
beïnvloeden die elkaar? Welke effecten levert dat op? Het is
een jaloersmakend simpel gegeven. “Lange tijd dacht men
continu zoeken naar de juiste balans. Swaab en Lamme houden
dat dit één-op-één-principe ook opging voor criminaliteit. Een
het debat scherp, ook over de vrije wil. Als je ervan uitgaat dat
onderzoeker als Lombroso was daar eind negentiende eeuw al
dat een collectieve afspraak is, dan is het goed dat mensen daar
op zijn manier naar op zoek.”
soms hun vraagtekens bij plaatsen. Ik zie hun publicaties als een uitnodiging om te blijven nadenken.”
10
NIFP inhoudelijk
Meer aandacht voor transculturele psychiatrie bij NIFP Onlangs startte binnen het NIFP een werkgroep Transculturele Forensische Psychiatrie, onder voorzitterschap van Max Westerborg. Deze werkgroep ontwikkelt een cursus voor gedragsdeskundigen om de gevoeligheid voor transculturele onderwerpen te bevorderen. Tegelijkertijd verschaft de cursus de nodige middelen om deze kwesties accuraat op te pakken.
Een belangrijke vraag bij transculturele
Uit het onderzoek bleek:
Bovendien wil de cursus vooral praktische
kwesties is of je je eigenlijk wel voldoende
• De medewerkers denken voldoende in de
handvatten aanreiken.
bewust bent van eventuele verschillen en dilemma’s. Bij aanvang van de werkgroep werd onder de medewerkers een enquête
gaten te hebben wanneer er sprake is van transculturele problematiek; • Zij hebben geen speciale training of op-
uitgevoerd. Het resultaat was divers. Veel
leiding gevolgd in transculturele forensi-
medewerkers vinden dat zij voldoende
sche psychiatrie;
besef hebben van transculturele problematiek, maar bij doorvragen blijkt dit niet het geval te zijn. Deze zelfoverschatting heeft gevolgen voor
• Het inschakelen van een tolk wordt vaak beschouwd als teken van culturele competentie; • Rekening houden met transculturele as-
Algemeen • Cultuur en persoonlijkheidsstoornissen, angststoornissen, depressies en/of psychosen • Hoe bouw je een werkrelatie op, en waarin verschilt dit van de gebruikelijke manier? • Van welke technieken maak je gebruik? • De noodzaak van intervisie: van be-
de werkwijze. Medewerkers gaven aan dat
pecten wordt als tijdrovend beschouwd,
zij bij problemen deskundigen zouden
doordat er geen zicht is op integratie met
staande intervisie naar interculturele
inschakelen, maar feitelijk vindt dat niet of
de andere werkzaamheden (“het is iets
intervisie.
nauwelijks plaats. Een uitzondering is het
dat wij naast ons reguliere werk moeten
Pieter Baan Centrum, maar ook daar is niet
doen, en wij hebben het al druk genoeg”).
helder via welke criteria forensische ex-
Psychodiagnostiek • Welke diagnostische instrumenten zijn
perts worden ingeschakeld. Ook antwoord-
Er bestaat kortom een groot verschil tus-
den veel medewerkers dat zij een cultureel
sen vermeend en werkelijk begrip van
(nog) niet gevalideerd?
interview te tijdrovend vinden. Bovendien
de transculturele psychiatrie. Om deze
factoren bij zulke onderzoeken (denk aan
zien zij hiervan niet altijd de meerwaarde
kloof te overbruggen ontwikkelt het NIFP
intelligentie)? Je moet (de resultaten van)
in (zonder een dergelijk interview ooit
een cursus Transculturele Psychiatrie in
je onderzoek dus wegen!
daadwerkelijk te hebben gedaan).
Forensisch Kader. De planning is dat de
• Wat zijn de mogelijke relativerende
eerste cursisten in oktober 2011 kunnen
Bij de cursus wordt een helpdesk (ex-
beginnen.
pertsysteem) ingericht, waar cursisten lesmateriaal en artikelen kunnen inzien.
De cursus in vogelvlucht
Ook biedt de helpdesk ruimte voor een
Het programma van de cursus geeft een
forumdiscussie. De mogelijkheden voor e-
state of the art introductie in de transcul-
learning worden nog onderzocht.
turele psychiatrie. Doel is bewustwording en het opsporen van blinde vlekken.
11
Interview jeugdpsychiater, onderzoeker
Theo Doreleijers: “Volg alle twaalfminners die met de politie in aanraking komen” Met zijn onderzoek naar biologische oorzaken voor crimineel gedrag bij kinderen trad hoogleraar Theo Doreleijers in de voetsporen van Wouter Buikhuisen. De weerstand van toen is inmiddels veel kleiner. Maar wanneer het gaat om jongeren met een Marokkaanse afkomst zijn er nog steeds taboes. “Je kunt wetenschappelijk onderzoek niet verbieden uit vrees voor de uitkomsten.”
koude moeders en afwezige vaders, maar betrokken ouders.” Hij richtte zich op jongeren die met HALT in contact kwamen. Bij hen wilde hij factoren als cortisolhuishouding, hartslag en huidgeleiding meten. Het kostte, ook 25 jaar na Buikhuisen, flinke moeite dat voor elkaar te krijgen. “Men was bang voor de uitkomsten, waarmee gruwelijk beleid gevoerd zou kunnen worden. Maar dat is geen basis om wetenschappelijk onderzoek te verbieden. Job Cohen, die toen net burgemeester van Amsterdam was en in die hoedanigheid verantwoordelijk voor HALT, vond dat ook en gaf mij en mijn promovendus Arne Popma toestemming.” De negatieve reactie die Doreleijers aanvankelijk op zijn onderzoek kreeg, is tegenwoordig omgeslagen in een brede, maatschappelijke fascinatie. Hoe verklaart hij dat? “We zijn geholpen door de ontwikkeling van de geneeskunde en de medische biologie. De genetica heeft een gigantische sprong gemaakt. Goede, empirische onderzoeken hebben ons laten inzien dat heel veel neurobiologisch is bepaald waarbij we nu weten dat de omgevingsinvloeden op de genetische bepaaldheid alles domineert. Daarvoor hoeven we niet bang te zijn. Het opent juist mogelijkheden.” Ontzettend gevoelig In de afgelopen jaren heeft Doreleijers veel kennis opgebouwd omtrent de risicofactoren van crimineel gedrag bij jongeren. Naar eigen zeggen voldoende om te voorspellen welke jongeren groot risico lopen op termijn met de politie in aanraking te komen. Wordt met die kennis voldoende gedaan? “Nee, zelfs niet bij kinderen onder de twaalf die al met de politie in aanraking
12
Vijftien jaar geleden werd Theo Doreleijers hoogleraar kinder-
komen. Ons onderzoek laat zien dat een derde van deze groep
en jeugdpsychiatrie aan de VU Amsterdam. Hij wilde graag het
recidivegedrag ontwikkelde, maar ook andere predictieve
onderzoek van Buikhuisen nieuw leven inblazen. “Ik had in mijn
psychiatrische symptomen zoals hyperkinesie, autistisch
praktijk honderden jongeren gezien die met justitie in aanraking
gedrag, depressief gedrag, verslavingsgedrag. Ik zeg niet dat
waren gekomen, en hun gezinnen en leefomstandigheden
alle twaalfminners die met justitie in aanraking komen naar de
leren kennen. Net als Buikhuisen, eind jaren zeventig, vond
psychiater moeten, maar je moet ze wel monitoren. Zo kun je
ik dat psychosociale risicofactoren niet alles verklaarden – in
veel aan preventie doen.”
tegenstelling tot wat velen nog steeds dachten. Ik zag geen
Een specifieke groep jongeren die veelvuldig met justitie in
NIFP onderzoekt schutter Alphen aan den Rijn Op verzoek van het Openbaar Ministerie verrichtte het NIFP een retrospectieve gedragsdeskundige analyse naar de geestesgesteldheid van Tristan van der V., dader van het gewelddadige schietincident op 9 april 2011 in een winkelcentrum in Alphen aan den Rijn. Het NIFP stelde de vraagstelling van het onderzoek pro Justitia vast in overleg met het OM. Het onderzoeksteam bestond uit aanraking komt is van allochtone afkomst. Doreleijers
een ervaren psychiater, psycholoog en milieuonderzoeker.
heeft veel onderzoek verricht onder Marokkaanse
Datzelfde gold voor het bemiddelende team. Enkele
jongeren. De hamvraag is dus: hebben zij een ander
leden waren eveneens betrokken bij de retrospectieve
werkend brein of zijn de sociale omstandigheden
analyse van Karst T. (dader aanslag Koninginnedag 2009).
onvergelijkbaar? Doreleijers lacht. “Dat gaan we
Verantwoordelijke namens het NIFP was dr. Nils Duits. Het
onderzoeken, maar dat ligt nog steeds ontzettend gevoelig.
onderzoeksteam heeft het beschikbare materiaal opgevraagd
Ik bereid momenteel een onderzoek voor in Marokko,
en bekeken. Bovendien voerde het gesprekken met familie
om het verschil te onderzoeken tussen Marokkaanse
en bekenden van de dader. Ouders en familie werden in
kinderen die hier en die daar opgroeien. Ik denk dat we
de analyse betrokken en met de eerstgenoemden zijn de
pas over vijf jaar ruimte krijgen om bij deze jongeren ook
bevindingen besproken.
neurobiologisch, FMRI- en gen-omgevingsonderzoek te doen.”
De analyse diende verschillende doelen. Allereerst dieper inzicht geven in de gebeurtenissen van 9 april, door het al of
Scherp formuleren
niet vaststellen of uitsluiten van psychopathologie voor en ten
De gedachte dat criminaliteit op één gen zit, heeft
tijde van het incident.
Doreleijers nooit gehad. Zijn team denkt steeds meer
Verduidelijken van de eventuele psychiatrische problematiek
in endofenotypes (de motor onder het uiterlijke
van de dader en zijn beweegredenen kan bovendien helpen
gedrag, zoals impulsiviteit, stressbestendigheid of
bij de verwerking van gebeurtenissen, zowel op individueel
stemmingswisselingen) en epigenetica (combinaties van
(slachtoffers, nabestaanden en ouders en familie van de dader)
genen, die verantwoordelijk zijn voor bepaalde structuren
als maatschappelijk niveau.
en circuits in de hersenen). “Daartussen blijkt een heel
Ten derde kan de analyse bijdragen aan daderkennis bij
sterk verband, dat is buitengewoon interessant.”
soortgelijke incidenten. Het in de juiste proporties plaatsen
Net als Swaab zal Doreleijers graag de discussie over dit
van de relatie tussen eventuele psychiatrische stoornissen en
onderwerp blijven voeden. “Daarin vinden wij elkaar. Soms
(solistisch) gewelddadig daderschap biedt een kader bij telkens
moet je zaken wat scherper formuleren, omdat je anders
opkomende diagnostische speculaties.
niet door vooropgezette ideeën heen komt. Sommige
Ten slotte biedt het de mogelijkheid verder ervaring op te doen
ouderwetse rechters geloven bijvoorbeeld nog steeds dat
met forensisch psychiatrisch en psychologisch onderzoek bij
mensen uit pure vrije wil de criminaliteit kiezen. Dat is
overleden daders
echt ongelooflijk, daar wil ik graag doorheen breken.” Eind juni is het rapport opgestuurd naar het OM. Met het OM wordt overlegd of en zo ja welke samenvatting van de bevindingen wordt verstrekt.
13
Interview milieuonderzoeker PBC
Roy Zijlstra: “Ik zie binnen een gezin vaak grote verschillen” Objectief Bij het lezen van Wij zijn ons brein van Dick Swaab kwam Zijlstra veel herkenbare zaken tegen. “Ik zie ook in mijn dagelijkse werk voldoende sporen die mij doen denken dat de ontwikkeling van de hersenen een belangrijke rol speelt bij het vertonen van crimineel gedrag. In het Pieter Baan Centrum hoor ik regelmatig psychologen en psychiaters die zich met dit type onderzoek bezig houden. We weten daar nog te weinig van af – wat is bijvoorbeeld de invloed van bepaalde hormonen op het gedrag?” In zijn onderzoek probeert Zijlstra de ontwikkeling en het gedrag van de observandus van jongs af aan heel nauwkeurig in kaart te brengen. Daarbij onderzoekt hij ook zaken waar Swaab op wijst. “At de moeder gezond en voldoende tijdens de zwangerschap? Was zij zelf gezond? Rookte ze in die tijd of gebruikte ze drugs? En was er in de eerste levensjaren een ‘warm nest’ of juist een bedreigende omgeving? In onze vragenlijsten brengen wij dit allemaal zo gedetailleerd mogelijk in kaart.” Daarbij maken Zijlstra en zijn collega’s gebruik van Als wij ons brein zijn, is het werk van een forensisch
verschillende bronnen, om een zo objectief mogelijk beeld te
milieuonderzoeker dan niet zinloos? Immers, een snelle
krijgen. “In welke fase vertoonde iemand een bepaald gedrag en
hersenscan vertelt ons veel sneller waar we aan toe zijn.
wie nam dat waar? De vader, de moeder, de schooljuf?”
Roy Zijlstra, forensisch milieuonderzoeker in het Pieter Baan Centrum: “Uitgebreid milieuonderzoek helpt juist bij het
Discussie
stellen van de goede diagnose.”
Hoewel Zijlstra ervan overtuigd is dat de biologie een rol speelt, wijst hij ook op de rol van de omgeving. “Ik zie soms binnen een
14
Als forensisch milieuonderzoeker is Roy Zijlstra een van de
gezin grote verschillen. Waar het ene kind een ernstig delict
leden van het team dat het klinisch onderzoek pro Justitia in
pleegt, kan een ander volkomen normaal of juist heel succesvol
het Pieter Baan Centrum verricht. Zijn taak is de levensloop en
zijn. Professor Swaab presenteert in zijn boek een theorie. Hij
de familiegeschiedenis van de observandus in kaart te brengen,
denkt in een bepaalde richting en zoekt daar een verklaring.
ten behoeve van de diagnose. Dat betekent dat hij voor iedere
Maar er zijn ook andere theorieën. Ik zag onlangs het televi-
verdachte die in het PBC komt – ook als deze niet meewerkt
sieprogramma Kijken in de ziel, waar verschillende psychiaters
aan de observatie – bronnenonderzoek uitvoert, onder meer bij
verschillende verklaringen presenteerden over de menselijke
jeugdzorg en justitie, en interviews afneemt met familieleden
ontwikkeling. Die discussie zal nog wel even worden gevoerd.”
en andere referenten zoals docenten, werkgevers en (ex-
Wat de uitkomst ook is, Zijlstra meent dat zijn werk als foren-
)relaties. “Daarbij gaan we er in eerste instantie vanuit dat
sisch milieuonderzoeker nooit overbodig zal worden. “Het wordt
iemand een gezond brein heeft. Als je dat niet zou doen, verlaat
juist nog belangrijker: je moet in alle gevallen goed in kaart
je bij voorbaat je neutraliteit.” Zijlstra’s eindrapport vormt
brengen hoe iemand zich heeft ontwikkeld en wanneer een be-
gecombineerd met testgegevens en gedragsobservaties de basis
paald type gedrag zich aandiende. Dat helpt bij het stellen van
van de rapportage pro Justitia.
de juiste diagnose.”
NIFP kwaliteit Het organisatiebrede kwaliteitsbeleid van het NIFP ligt op koers. Het is duidelijk wat en hoe bij het NIFP kan worden verbeterd, en dat dit moet gebeuren voor en door de medewerkers, op een zo praktisch mogelijke manier. Dat spreekt aan, vertelt Nils Duits, programmaleider Kwaliteit en Vernieuwing van het NIFP.
Nils Duits: “Elke NIFP’er is in feite kwaliteitsmedewerker” “We leren en verbeteren al doende”,
Iedereen wil zijn werk vandaag toch beter
Duits benadrukt het belang van
vertelt Nils Duits. “We keken in onze
doen dan gisteren?” Maar daar moet de
verbetering voor de organisatie, en voor
eigen keuken met een ‘nulmeting’, zodat
organisatie wel middelen en mensen
de medewerkers. “Zij moeten praktische,
we weten waarop we onze aandacht
voor beschikbaar stellen. “Een middel is
toepasbare resultaten zien van de
moeten richten. Ook keken we bij andere
om onze werkprocessen zo bruikbaar en
verbeteringen. Kwaliteit moet niet alleen
forensische instituten. Daar leerden we
toegankelijk mogelijk te beschrijven. Dat
op papier staan. Uit interviews met nieuwe
wat en hoe je als organisatie goed kunt
doen we in overleg met onze inhoudelijke
medewerkers blijkt dat veel mensen
verbeteren en dat je daarin langdurig
commissies. Medewerkers willen dat
graag bij het NIFP willen werken omdat
moet investeren. Goed kwaliteitsbeleid
directiebesluiten duidelijk zijn en
ze het werk inhoudelijk zo uitdagend
vraagt om kennis en ervaring. Ook vereist
beschikbaar komen. Dat geldt ook voor
vinden en het NIFP over zoveel kennis
het een andere manier van kijken en
de lopende projecten, die beschrijven we
beschikt. Die kennis willen we in kaart
doen. De uitdaging voor het NIFP is de
eveneens. We vroegen en ontvingen ook
brengen en toegankelijk maken voor
verbetering en vernieuwing te laten
verbetervoorstellen van medewerkers,
nieuwe medewerkers. Zo kunnen we
aansluiten bij de kennis, richtlijnen en
waarvan we sommige zo ter hand kunnen
de professionele eisen verduidelijken
praktijk van onze professionals. Het moet
nemen. Die voorstellen en oplossingen
en medewerkers gerichter opleiden en
voor hen aansprekend, toepasbaar en
willen we graag delen in een openbare
scholen.”
uitvoerbaar zijn. En bovenal moet het
verbetermonitor.”
de dienstverlening aan onze klanten verbeteren.”
Het NIFP gaat verder focusgroepen Creatief
organiseren voor de verschillende klanten,
Twintig NIFP-medewerkers van alle
om in kaart te brengen wat zij van de
Kwaliteit van werken kan voor een
locaties zijn inmiddels door TNO getraind
organisatie verlangen. Duits: “Zo kunnen
organisatie ook geld in het laatje brengen,
in ‘waarderend en onderzoekend auditen’.
we beter nagaan of en hoe we die diensten
stelt Duits. “Het NIFP moet geen werk doen
Duits: “Deze vorm van interne auditing
kunnen leveren. Daarbij willen we ook
dat de klant niet wil en dat niks opbrengt.
werkt heel inspirerend en zal naar
creatief zijn. Een voorbeeld daarvan is de
Veel kun je bovendien efficiënter regelen.
verwachting aanzetten tot het delen van
retrospectieve gedragsdeskundige analyse
Dat levert dubbele winst op. Inefficiëntie
kennis en verbetering. We beginnen in
in 2009 van Karst T. en die van de dader
leidt tot ergernis, of medewerkers
de zomer van 2011 met de interne audits
van Alphen in 2011. Voor deze nieuwe
gaan zich ernaar schikken. Je kunt die
op concrete onderwerpen. De getrainde
expertise wil de opdrachtgever betalen. En
inefficiëntie ook samen analyseren en
medewerkers zullen als ambassadeur
voor de betrokken NIFP-professionals is het
verbeteren.”
het kwaliteitsbeleid laten ‘vonken’ op
inspirerend. Zij worden uitgedaagd om hun
Zo kan kwaliteitsbeleid motiverend en
de locaties. We willen zoveel mogelijk
kennis te verdiepen.”
inspirerend zijn. “Elke medewerker bij
medewerkers bij de kwaliteitsverbetering
het NIFP is in feite kwaliteitsmedewerker.
betrekken, zij moeten het doen.”
15
Interview Openbaar Ministerie
Henk Korvinus en Linda Dubbelman: “De vrije wil bestaat nog steeds” Het onderzoek naar het menselijk brein wordt ook vanuit het openbaar ministerie met veel interesse gevolgd. Het helpt bij het beantwoorden van de vraag hoe je straffen zo kunt inzetten, dat zij de kans op recidive verminderen. Henk Korvinus: “Wij zoeken steeds vaker naar evidence based interventies.”
wil’ en ‘toerekeningsvatbaarheid’? Het antwoord laat zich raden. Dubbelman: “Nee. Ik vind het ook een vreemde, abstracte discussie. Vrije wil gaat over het vermogen om te kiezen, afwegingen te maken. De onderzoeken waarop Lamme zich baseert richten zich op motoriek, alsof beweging een teken van vrije wil is.” Korvinus: “Ook bij mensen met een stoornis moet je kijken in hoeverre zij een gevoel hebben voor wat wel en niet toelaatbaar gedrag is. Wanneer zij over de schreef gaan, moet je een interventie plegen.” Belangen afwegen Juist op dat gebied biedt het hersenonderzoek nieuwe kansen, menen beiden. In Wij zijn ons brein verwijt Swaab justitie dat men te weinig onderzoek verricht naar de effectiviteit van straffen. Korvinus bestrijdt dat: “Wij zoeken juist steeds vaker naar evidence based interventies. Een probleem is wel dat dit vaak langdurige trajecten zijn en dat het opleggen hiervan proportioneel moet aansluiten op de zwaarte van het delict.” Soms kan daarbij ook een spanningsveld ontstaan tussen het belang van het slachtoffer of de maatschappij enerzijds en dat van de dader anderzijds. Zo wees Canadees onderzoek uit dat het goed is om pedoseksuelen zo snel mogelijk in de maatschappij op te nemen, onder goede begeleiding. De maatschappij pleit juist voor zware, langdurige straffen. Korvinus: “We moeten die belangen continu afwegen. Wij
Henk Korvinus aarzelde aanvankelijk of hij zou meewerken
moeten ons ook realiseren dat iemand vroegtijdig terugsturen
aan dit interview. “Toen ik vertelde dat ik hiervoor was
in de maatschappij misschien goed is voor zijn resocialisatie,
benaderd, kreeg ik veel reacties. Moest ik mij als hoofdofficier
maar ook nieuwe problemen veroorzaakt. Als slachtoffers en
van justitie wel mengen in een lopende discussie?” Toch
hun naasten dat niet accepteren, loop je het risico dat zij eigen
stemde hij in. “Ik wil graag laten zien dat wij open staan
rechter gaan spelen.”
voor nieuwe ontwikkelingen en aangeven in welke richting
16
wij denken.” Zowel Korvinus als landelijk jeugdofficier Linda
Vanzelf goed
Dubbelman zijn goed op de hoogte van de boeken van Swaab
In het jeugdstrafrecht staat het belang van de dader (de
en Lamme. Korvinus voegt graag ook psychiater René Kahn
jongere) duidelijk meer voorop. Dubbelman: “Wij hopen
aan het rijtje toe: “Hij laat toch meer ruimte voor invloed van
middels een interventie de ontwikkeling van bepaald gedrag
omgevingsfactoren.”
bij jonge daders om te buigen. Het belangrijkste inzicht van
Laten we beginnen met de meest controversiële kwestie:
het hersenonderzoek voor mij is dat het brein zich nog zo lang,
maakte het hersenonderzoek een eind aan de begrippen ‘vrije
tot het 25e levensjaar, doorontwikkelt. Wij wisten al veel over
Foto: Dirk-jan Visser de ontwikkeling van jongeren vanuit de psychologie en de
op rood staan, weten we nagenoeg zeker dat het fout loopt.
pedagogie. De neurobiologie laat nu zien welke mechanismes en
Het probleem is echter dat die situaties zeldzaam zijn, meestal
structuren daaronder liggen. Omdat de prefrontale cortex van
zijn het slechts een of twee seinen. Zelfs de beste risicotaxaties
jongeren nog moet uitrijpen, zijn zij impulsiever, vertonen zij
komen niet veel verder dan zeventig procent, er is nog altijd
risicovol gedrag en missen zij het zicht op langetermijngevolgen.
een grote kans dat je ernaast zit.” Zij wijst erop dat ingrijpen
En dus komen ze sneller met justitie in aanraking. Wanneer
ook negatieve gevolgen kan hebben, zeker wanneer je dat doet
andere risicofactoren ontbreken – ze functioneren goed in hun
via het strafrecht. “We moeten inzien dat jeugdcriminaliteit
gezin, op school, zijn intelligent en hebben geen bijkomende
van alle tijden is en dat slechts een minderheid afglijdt naar
stoornissen – groeien ze waarschijnlijk vanzelf over dat gedrag
de zware criminaliteit. De maatschappij hecht veel geloof aan
heen zodra hun hersenen zijn uitontwikkeld.” Beiden zijn
meer en harder straffen. Maar als jeugdofficier zien we dat dit
daarom voorstander voor een apart adolescentenstrafrecht.
niet werkt. Juist omdat we nu weten dat een groot deel van de
Korvinus: “Ik denk dat dit beter recht doet aan de ontwikkeling
jongeren over zijn problemen ‘heen groeit’, zouden we onze
van jong volwassenen.”
capaciteit moeten richten op de echte risicogroepen.” Krijgt zij die boodschap ook op het ministerie verkocht? “Men
Echte risicogroepen
ziet dat we in de aanpak een onderscheid moeten maken
Biedt hersenonderzoek ten slotte de mogelijkheid om
tussen het grensoverschrijdend gedrag van pubers en zware
crimineel gedrag te voorspellen en daarmee te voorkomen?
criminaliteit. Doen we dat niet, dan raakt de strafrechtketen
Linda Dubbelman is voorzichtig: “We kennen de verschillende
verstopt. De inzichten vanuit het hersenonderzoek laten zien
risicofactoren steeds beter. Wanneer bij een kind alle seinen
dat die aanpak vruchtbaarder is”.
NIFP inhoudelijk
Opdrachtgeversoverleg In 2009 startte het NIFP het Opdrachtgeversoverleg (OGO).
van BooG, de koers van het NIFP aan de hand van het
Doel was het aanbod van producten en diensten beter te laten
Tweejaarsontwikkelplan NIFP 2010-2011, productdifferentiatie
aansluiten op de wensen van de opdrachtgevers. Deelnemers
en bekostigingssystematiek, het kwaliteitsbeleid van het NIFP,
aan het overleg zijn het NIFP, het Openbaar Ministerie, de
Indicatiestelling (IFZ) en de raamovereenkomst tussen het
Rechtspraak en Dienst Justitiële Inrichtingen.
NIFP en Gevangeniswezen. Het OGO blijft voor het NIFP een
Ook in 2010 en 2011 kwam het Opdrachtgeversoverleg bij
belangrijk overleg, dat ook in 2011 wordt voortgezet.
elkaar. Op de agenda stonden onder meer de ontwikkelingen
17
NIFP inhoudelijk
Bureau Opleidingen en Bureau Onderzoek en Ontwikkeling Bureau Opleidingen
Accreditaties Een andere belangrijke taak van het
zijn:
Opleidingen en cursussen
opleidingsbureau was en is het aanvragen
Het bureau Opleidingen organiseert voor
van de accreditaties bij de beroepsvereni-
medewerkers en externen opleidingen en
gingen. Jaarlijks worden binnen het NIFP
cursussen op het gebied van de foren-
vele refereeravonden georganiseerd, naast
• Onderzoek ter ondersteuning van de
sische psychologie en psychiatrie. Zo
de opleidingen en cursussen. Voor al deze
uitvoeringspraktijk op gebied van fo-
volgen jaarlijks ruim zestig psychiaters en
bijeenkomsten vraagt het opleidingsbureau
rensische diagnostiek en risicotaxatie,
psychologen de opleiding tot forensisch
de accreditatie aan.
rapporteur. Het afgelopen jaar volgde voor
• Faciliteren (onderzoeksondersteuning aan schrijvende, promoverende en docerende medewerkers).
indicatiestelling en zorg in detentie. • Database-onderzoek met FRIS, PBC, DOP,
het eerst ook een groep milieurappor-
Bureau Onderzoek en Ontwikkeling
neuropsychologie, MOMO data, valide-
teurs in opleiding deze opleiding, met een
Het afgelopen jaar leed bureau Onderzoek
ringsonderzoek van gestandaardiseerde
deels eigen programma. Ten behoeve van
en Ontwikkeling onder het gelijktijdige ver-
diagnostische instrumenten, weten-
startende rapporteurs is het afgelopen jaar
trek van het hoofd en de senioronderzoe-
schappelijk onderzoek met specifieke
de instructiefilm gemaakt ‘De rapporteur
ker. Desondanks is er stevig doorgewerkt
vraagstellingen (bijvoorbeeld psycholo-
NIFP’. Deze wordt zowel in de opleiding als
op het ontsluiten van de ‘schatkamer‘, het
gische daderprofielen) of bedrijfsonder-
daarbuiten ingezet. Binnen de opleiding
archief van het Pieter Baan Centrum, en
rapporteur werd het afgelopen jaar ook
op promotieonderzoeken en publicaties.
voor het eerst een module aangeboden
Deelname aan verschillende in- en externe
studies op het gebied van de neurobio-
over gedragsneurologie. Deze wordt het
onderzoeksgremia is doorgegaan en voor
logie van agressie en daarmee bijdragen
komende jaar herhaald en tevens aangebo-
de komende periode zal ook het aanbieden
den aan reeds rapporterende psychiaters
van onderzoeksstages weer goed worden
en psychologen, vanwege de urgentie van
ingebed in een helder onderzoekspro-
van NIFP door medewerkers te inspireren
het thema.
gramma.
en te stimuleren binnen de onderzoeks-
Voor psychiaters die (gaan) werken binnen
Onderzocht wordt een duaal management
lijn zelf onderzoek te doen of te promo-
de zorg in detentie is een introductiecursus
van bureau Opleidingen en bureau Onder-
veren.
steunend onderzoek. • Verrichten van empirische experimentele
aan kennisontwikkeling van het veld. • Versterking wetenschappelijk karakter
gestart. Ook ligt er een opleidingsplan voor
zoek en Ontwikkeling, waarbij het hoofd
de coördinatoren IFZ. Voor de professionals
bureau opleidingen het zakelijke manage-
nisforum in nauwe samenwerking met
die al deze nieuwe collega’s begeleiden be-
ment van beide bureaus zal gaan voeren.
• Als onderdeel van het op te richten kenbureai Opleidingen wetenschappelijke
staat er een opleiding tot supervisor. Voor
inzichten te vertalen voor de uitvoerings-
reeds geschoolde supervisoren werd dit
praktijk.
jaar een bijscholing georganiseerd. Om alle opleidingen zowel inhoudelijk als didactisch goed vorm te geven organiseerde het opleidingsbureau ook een nascholing voor docenten. Een dergelijke scholing wordt ook het komende jaar weer georganiseerd, met als thema de inzet van beeldmateriaal en e-learning.
18
Doelstellingen voor de komende periode
Interview advocaat
Job Knoester: “Onderzoek doorbreekt te makkelijk denken”
meestal niet voorop. Dat blijkt ook in de praktijk: zodra er één incident is, wordt de minister naar de kamer geroepen en komt er een strengere regel die geldt voor alle tbs’ers. Men voert een hijgerige incidentenpolitiek, waarbij beveiligen de bovenhand voert. De komst van een onafhankelijke verloftoetsingscommis-
Strafrechtadvocaat Job Knoester heeft Wij zijn ons brein wel
sie heeft dit probleem niet opgelost.”
in de kast staan, maar nog niet helemaal gelezen. De jurist vindt dat Swaab in zijn boek interessante kwesties aansnijdt.
George Orwell
Maar in zijn dagelijkse praktijk zijn ze weinig toepasbaar. “Ik
Knoester weet waarover hij spreekt. Het kantoor waaraan hij is
probeer de vraag naar de toerekeningsvatbaarheid zo veel
verbonden, Nolet Advocaten in Den Haag, behartigt de belangen
mogelijk te vermijden.”
van een groot aantal tbs’ers. De strafrechtadvocaat noemt zich-
“We hebben op kantoor uitgebreid over het boek gediscussieerd
praktijk weigeren zijn cliënten regelmatig om mee te werken
zelf ‘verliefd’ op het tbs-systeem, maar dan wel in theorie. In de en de meningen liepen nogal uiteen”, vertelt Job Knoester. “Als
aan een psychiatrisch onderzoek. “Ik adviseer hen altijd over
jurist ben ik geneigd te zeggen dat ik de mening van Swaab
de risico’s van de tbs. De gemiddelde duur is de laatste jaren
niet geheel onderschrijf.” Je zou wellicht verwachten dat hij als
meer dan verdubbeld. De behandeling schiet vaak tekort. En het
strafrechtadvocaat blij is met de conclusies uit het boek: zijn
politieke klimaat staat een snelle terugkeer in de maatschap-
cliënten zijn immers zelf ook slachtoffer, maar dan van hun
pij in de weg. Velen kiezen dan liever voor de zekerheid van een
eigen brein. Zij konden niet anders handelen dan zij deden. “Ik
gevangenisstraf, ook als die wellicht langer uitpakt.”
heb daar mijn twijfels bij. Als Swaab gelijk heeft, verklaart dat
Deze kwestie gaat hem aan het hart. “Als het systeem beter
onvoldoende waarom iemand in de tbs belandt, maar zijn broer
functioneerde, zou ik als eerste pleiten voor veel meer mensen
of zus niet. Ik vind het moeilijk om te aanvaarden dat de omge-
in de tbs. Dat kan op termijn gigantisch baten, zowel voor de
ving een marginale rol speelt.”
individuele persoon als voor de maatschappij in zijn geheel.”
Toch moet het voor een advocaat interessant zijn dat onderzoe-
In zijn ideaal is de tbs een systeem op maat, met een meer
kers als Swaab en Victor Lamme grote vraagtekens plaatsen bij
gedifferentieerde behandeling. “De groep tbs’ers is veel hetero-
het begrip toerekeningsvatbaarheid. Zijn cliënten zouden daar-
gener dan men aanneemt. Je ziet nu bijvoorbeeld dat de politiek
door immers vaker voor strafvermindering in aanmerking ko-
pleit voor ‘chemische castratie’ bij zedendelicten. Maar dat
men. Het antwoord wekt echter enige verbazing: “Eerlijk gezegd
soort delicten wordt lang niet altijd gepleegd vanuit een lust-
probeer ik de vraag naar de toerekeningsvatbaarheid voor mijn
motief, het kan ook gaan om een wraakmotief. Ik vind het soort
cliënten in eerste instantie zo veel mogelijk te vermijden. Dat
onderzoek dat Swaab pleegt belangrijk om het te makkelijke
heeft alles te maken met mijn bezwaren tegen het tbs-systeem.”
denken te doorbreken.” Hij vindt het bovendien interessant om
Die bezwaren richten zich enerzijds op soms gebrekkige behan-
de kennis van hersenonderzoek te gebruiken om in een vroeg
deling, maar anderzijds en vooral op het politieke karakter van
stadium te detecteren of iemand verhoogd risico loopt. “Wellicht
het systeem. “Ik vind het niet goed dat de minister eindverant-
kun je zo iemand helpen. Als je hem leert niet te handelen naar
woordelijk is voor de behandeling. Wanneer een politicus moet
zijn geaardheid, voorkom je een hoop ellende. Natuurlijk loop je
beslissen over verlof en longstay, alwaar men levenslang kan
daarbij ook risico’s, je moet geen George Orwell-achtige situaties
worden opgesloten, staan de behandelbelangen van mijn cliënt
krijgen, maar dat debat wil ik wel voeren.”
19
Interview directeur PBC
Thomas Rinne: “Hormoonspiegels verklaren geen gedrag” Ook in het Pieter Baan Centrum wordt het brein steeds vaker door middel van scans en andere onderzoeken onderzocht. Toch kan de biologie volgens medisch directeur Thomas Rinne niet alles verklaren. “Het is onvoldoende om alleen een stoornis aan te tonen.”
onderzoek verrichte en dus goed thuis is op dit terrein, volgt de ontwikkelingen met interesse. Hij verzet zich echter tegen de absolute posities die sommige publicisten innemen. “Je spreekt altijd over glijdende schalen en Gauss-curves. Iemand neigt in meerdere of mindere mate naar de ene of de andere kant van het spectrum, de extremen zijn zeldzaam. Als wij honderd procent biologisch gedetermineerd zouden zijn, kon je gedrag voor honderd procent voorspellen. Maar dat is niet zo. Afhankelijk van de genetische make-up en daardoor bepaalde persoonlijkheid, intelligentie, geestelijk handicaps, stoornissen en dergelijke hebben wij min of meer mogelijkheden om onze wil vrij te bepalen. Maar ook de omgeving heeft een sterk bepalende invloed of en in hoeverre een bepaalde genetische aanleg tot expressie komt. Kijk naar pedoseksualiteit. Onderzoekers van het Berliner Männer Projekt toonden aan dat 1 procent van alle mannen pedofiele neigingen heeft – dat is dezelfde prevalentie als Parkinson of schizofrenie. Maar lang niet al deze mannen komen in aanraking met justitie. Kennelijk kiezen sommigen ervoor hun neigingen te onderdrukken. Die mate van keuzevrijheid is voor ons in het PBC forensisch belangrijk, De discussie over het brein, toerekeningsvatbaarheid en
daarop focust ons onderzoek zich.”
de vrije wil is dan misschien wel actueel in de media, in
20
wetenschappelijke kringen wordt er al veel langer over
Gewetensfunctie
gepubliceerd, vertelt Thomas Rinne. “De onderzoeken waarop
In het Pieter Baan Centrum wordt elke observandus in een
populaire auteurs als Swaab en Lamme zich baseren, kennen
multidisciplinaire aanpak onderzocht. “Het is onvoldoende
wij al jaren.” Rinne, die ooit zelf neuro-endocrinologisch
om alleen een psychiatrische of neurologische stoornis aan
te tonen. Het gaat erom dat wij zo objectief mogelijk een oorzakelijke relatie aantonen tussen de stoornis en het delict. Daarvoor werken wij op basis van evidence based gestandaardiseerde onderzoeken en tests.” Rinne is ervan overtuigd dat het merendeel van de mensen die uiteindelijk in de tbs belanden (iets minder dan de helft van de observandi in het PBC) daar ook kan worden behandeld. “Een kleine groep heeft een ernstige antisociale persoonlijkheidsstoornis, is narcistisch en toont weinig empathie. Dan wordt behandelen heel lastig. Toch kunnen wij deze mensen niet opgeven. Uit oogpunt van humaniteit moeten wij iedereen de mogelijkheid op een behandeling blijven bieden, zodat hij of zij op een verantwoorde wijze terug kan komen in de maatschappij.” Wat valt er dan te behandelen? “De stoornis kunnen wij vaak niet wegnemen, maar cognitieve training blijkt bij veel patiënten effectief. Zo denken pedoseksuelen bijvoorbeeld dat kinderen hen uitnodigden. Wanneer hun gewetensfunctie niet is verstoord en zij empathie voelen voor hun slachtoffers, kun je onder meer die cognitieve distorties goed behandelen en recidieven voorkomen.” Automatische piloot Niet alleen onderzoekt het PBC de toerekeningsvatbaarheid, ook geeft het aan de rechter een indicatie van het recidiverisico en de eventuele behandeling. In hoeverre onderschrijft Rinne in de voorspellende waarde van de hersenwetenschappen zonder dat er al een delict is gepleegd, die bijvoorbeeld Swaab en Doreleijers elders in dit blad betogen? “We moeten daarmee uitkijken. Afwijkende hersenscans of hormoonspiegels zijn niet dwingende voorspellers van afwijkend gedrag. Wat moet je behandelen als iemand nog niet over de schreef is gegaan of geen afwijkend gedrag of pathologische symptomen vertoont, zonder diegene te stigmatiseren of schade toe te brengen? Wij weten bijvoorbeeld dat mensen met een behoorlijke beschadiging van de prefrontale hersenkwab antisociaal-
Pieter Baan Centrum start neuropsychologisch laboratorium
psychopathisch gedrag kunnen ontwikkelen, maar dat gebeurt lang niet altijd.” Voor Rinne blijft het klinische oordeel van de forensische expert voorop staan. “Je moet
Nog dit jaar wil het PBC een neuropsychologisch laboratorium
alle aspecten van de individuele casus wegen, je kunt niet
starten, waar een serie heel gerichte tests kan worden uitge-
alleen op laboratoriumuitslagen afgaan.” De situatie valt te
voerd of worden gevalideerd voor de forensische psychiatrie.
vergelijken met vliegen op de automatische piloot. “Vaak
In dit laboratorium worden computerondersteunde tests (neu-
gaat dat prima, maar uiteindelijk draagt toch de piloot aan
ropsychologisch, neurocognitief en emotioneel) gecombineerd
de stuurknuppel de eindverantwoordelijkheid. Ik denk niet
met het meten van fysiologische reacties zoals polsslag, adem-
dat iemand die situatie graag zou omdraaien.”
frequentie, huidweerstand, oogspierbewegingen en EEG-metin-
Welke rol is er dan voor het hersenonderzoek binnen
gen. De bedoeling is dat het laboratorium zowel voor klinische
het PBC? “Wij moeten ons klinisch oordeel zo ver
als ambulante PJ-rapportages kan worden ingezet. Verdachten
mogelijk objectiveren. Daarbij speelt dit onderzoek een
kunnen binnenkort voor korte periode worden opgenomen in
belangrijke aanvullende rol. Als uitbreiding van onze
het PBC voor een gericht onderzoek op basis van een specifieke
onderzoeksmogelijkheden starten wij daarom binnenkort
onderzoeksvraag. Voor dit project werkt het NIFP samen met
een neuropsychologisch- en gedragsneurologisch
de Pompekliniek, de vakgroep neuropsychologie van de Uni-
onderzoekslaboratorium.”
versiteit Utrecht en het UMC Utrecht.
21
Interview psychiater PPC Amsterdam
Jessica Wesselius: “Genetische aanleg kan nooit een vrijbrief zijn” Als directeur Zorg en Behandeling van de PI OverAmstel werkt Jessica Wesselius dagelijks op het Penitentiair Psychiatrisch Centrum met gedetineerden met zeer ernstige psychiatrische stoornissen. Hopeloze gevallen en slachtoffers van hun brein? Zeker niet, meent Wesselius. “Wie de toerekeningsvatbaarheid afschaft, geeft een vrijbrief voor ontoelaatbaar gedrag.”
met het badwater weggooien. Hersenscans en genetisch onderzoek vertellen slechts een deel van het verhaal. Hoewel ik erken dat bij volwassenen een groot deel van het karakter vastligt, toont wetenschappelijk onderzoek ook aan dat hersenen plastisch zijn. Ervaringen en leerprocessen – zoals psychotherapie – veranderen de neurologische pathways. Die ‘leerbaarheid’ van de mens zie ik ook in de klinische praktijk.” In het PPC Amsterdam werkt Wesselius met ernstig gestoorde patiënten. “Het zijn mensen die volledig onder invloed staan van hun psychiatrische ziektebeeld. Ze zien demonen uit de muren kruipen en denken dat ze door de CIA in de gaten worden gehouden.” Maar ook bij deze groep weet Wesselius successen te boeken. “In feite zijn ze gehandicapt. Via medicatie kun je dat deels behandelen en je kunt gedragstherapie geven om hen te leren omgaan met hun handicap. Slechts een heel klein percentage is echt onbehandelbaar. Maar je moet je doelen realistisch stellen: een manke hond kun je ook niet op vier benen laten lopen.” Oppassen Het is juist deze klinische ervaring die ervoor zorgt dat Wesselius blijft vasthouden aan het begrip toerekeningsvatbaarheid, zelfs bij de ernstig zieke mensen in de PPC. “Ook deze groep kun je op bepaalde gebieden nog aanspreken op hun gedrag. Zij weten vaak heel goed dat ze de regels overtreden.” Ze kan dan ook niet meegaan met hersenonderzoekers als Victor Lamme, die stellen dat de vrije wil niet bestaat. “Je kunt daarover bij een fles wijn een interessante academische discussie voeren, maar deze blijft
22
“Ik vind het positief dat er de laatste jaren in de psychiatrie
arbitrair. Wie de vrije wil en toerekeningsvatbaarheid afschaft,
meer aandacht is gekomen voor hersenonderzoek en andere
geeft een vrijbrief voor ontoelaatbaar gedrag. Dat is onmogelijk
wetenschappelijke ontwikkelingen”, aldus Jessica Wesselius.
en onuitvoerbaar. Bovendien strookt het niet met de praktijk.”
“De tijd dat een leek meende te kunnen bepalen wie ‘gek’
Ook iemand die bijvoorbeeld een verstoring heeft van de
was, ligt achter ons. Psychiatrie is een volwaardig medisch
prefrontale cortex en daardoor zijn impulsen slecht kan
specialisme. Maar we moeten oppassen dat we niet het kind
remmen, kun je op zijn daden aanspreken, meent Wesselius.
NIFP inhoudelijk
Ondernemingsraad In 2010 besloot de OR een andere koers te varen. Speerpunten waren visieontwikkeling, frequenter gebruik van het initiatiefrecht, zichtbaarheid en herkenbaarheid binnen alle geledingen van het NIFP, werving van nieuwe leden of vaste contactpersonen, en verbetering van de interne werkprocessen. Visieontwikkeling Tijdens een tweedaagse cursus onder leiding van een extern deskundige heeft de OR een visie ontwikkeld. Zichtbaarheid Ten behoeve van de zichtbaarheid binnen de organisatie bezocht een delegatie van de OR alle NIFP-locaties. Hier gaven zij presentaties gegeven over de nieuwe koers van de OR. De “Genetische aanleg of zwakte kan nooit een vrijbrief zijn.
rondgang resulteerde in drie nieuwe leden en negen vaste
Het is juist een factor om extra rekening mee te houden.
contactpersonen, zodat de OR op nagenoeg alle locaties een
Net zoals iemand met suikerziekte zijn dieet moet
aanspreekpunt heeft. Bovendien versterkte de OR de commu-
aanpassen, moet zo iemand erop letten dat hij stressvolle
nicatie naar de achterban, onder meer via intranet.
situaties vermijdt en oppast met alcohol en drugs, die nog meer ontremmend werken.”
Verbetering interne werkprocessen Ter verbetering van de interne werkprocessen werd een effi-
Focus op effect
ciëntere vergaderstructuur geïmplementeerd en een inwerk-
Wesselius wijst er bovendien op dat een verstoord brein
programma voor nieuwe leden gemaakt. Ten aanzien van het
niet altijd een verklaring vormt voor crimineel gedrag.
overleg met de bestuurder is gewerkt aan een efficiëntere en
“Ook andere factoren spelen een rol. Er zijn intelligente
meer proactieve werkwijze.
psychopaten die zeer succesvol zijn in de top van het bedrijfsleven en de politiek. Juist hun zwaktes weten zij
Advies- en instemmingsaanvragen
als kwaliteiten in te zetten: ze worden niet geremd door
In 2010 en 2011 behandelde de OR diverse advies- en instem-
empathisch vermogen, ze handelen sterk uit eigenbelang
mingsaanvragen. De Raad bracht advies uit over de vereen-
en kunnen instrumenteel met hun omgeving omgaan.”
voudiging van de topstructuur, sluiting van drie locaties
Kortom: een psychopaat die de wet overtreedt, had ook
(Alkmaar, Lelystad en Zutphen) en de herpositionering van
andere keuzes kunnen maken.
de planners in het PBC. Instemming werd verleend aangaan-
Wel ziet Wesselius een rol voor de resultaten van
de een nieuwe bereikbaarheidsregeling voor psychiaters, het
wetenschappelijk onderzoek in het effectiever maken
opleidingsbeleid en de Risico Inventarisatie & Evaluatie in
van straffen. “Ik erger me aan de roep in de maatschappij
het PBC. Begin 2011 adviseerde de OR over de formatiekrimp
om steeds zwaardere straffen. We weten dat straf tot
ten gevolge van de opgelegde financiële taakstelling en de
zes maanden afschrikwekkend werkt, daarna werkt het
reorganisatie van IFZ. Ingestemd werd met een roosteraan-
afstompend. Voor sommige groepen werkt straf zelfs
passing in het PBC. Verder hield de Ondernemingsraad zich
averechts. Ik vind dat we ons zouden moeten focussen
bezig met zaken als het vaccinatieprogramma, het beleid
op het effect: hoe helpen we iemand zodanig dat hij
voor bewust belonen en de plaatsgebondenheid bij consig-
zich na afloop beter gedraagt dan voorheen? Als het
natiediensten. De OR is ten slotte nauw betrokken bij de
probleemgedrag en delictgedrag omlaag gaan, wint
(voorgenomen) ontwikkelingen rond het PBC.
iedereen daarbij. Bovendien is het op termijn een stuk goedkoper. Daarmee ga ik tegen de tijdgeest in, maar vergelding kost de maatschappij veel geld, dat relatief weinig oplevert. Die boodschap zou meer uitgedragen moeten worden.”
23
NIFP inhoudelijk
Personeel en organisatie Cultuurbrief
Organisatorische wijzigingen
Inbedding Indicatiestelling Forensische Zorg (IFZ)
Begin 2011 is een vervolgbrief verstuurd aan alle medewerkers met
Samenvoeging van diensten
IFZ heeft haar positie binnen het NIFP het
als titel ‘Cultuur, Personele zorg en
In 2010 zijn enkele diensten
afgelopen jaar verder geformaliseerd. Het
Personeelsbeleid in het NIFP 2011-2012.’
samengevoegd. Zo is NIFP Alkmaar
organisatieplan van IFZ is goedgekeurd
De eerste brief dateerde uit 2007. De
ingetrokken bij NIFP Haarlem en zijn
door de Directieraad en er zijn nu
nieuwe brief vormt het raamwerk voor
deze diensten verder samengegaan
coördinatoren IFZ die officieel seniortaken
het beantwoorden van de vraag hoe we
onder de naam NIFP Haarlem/Alkmaar.
uitvoeren. Zo ondersteunen zij het hoofd
als organisatie op het gebied van cultuur,
NIFP Roermond en NIFP Maastricht zijn
IFZ. Bovendien zijn zij het aanspreekpunt
personele zorg en personeelsbeleid betere
samen verder gegaan onder de naam
voor ketenpartners in de regio.
resultaten kunnen behalen. Het NIFP
NIFP Limburg; wel ieder met behoud van
Ook is in 2010 verder geïnvesteerd in de
wil blijven groeien naar een organisatie
het eigen kantoor. NIFP Zutphen heeft
contacten tussen IFZ en de commissies
waarin mensen zich veilig voelen en
zijn deuren gesloten. De werkzaamheden
Rapportage en Zorg. Het belang van
kunnen groeien en waar ruimte is voor
voor Zutphen worden voortgezet vanuit
afstemming tussen rapportage, zorg
ontwikkeling en onafhankelijkheid.
NIFP Arnhem. Naar verwachting gaan
en IFZ is hierin nog sterker duidelijk
Aandacht vragen voor deze onderwerpen is
de diensten NIFP Arnhem, Zutphen en
geworden. Daarnaast wordt de inbedding
nodig, maar ook spannend, zeker in tijden
Almelo in het najaar verder onder de naam
van IFZ binnen het NIFP versterkt door de
van financiële krapte en onzekerheid over
NIFP Oost. NIFP Almelo behoudt wel zijn
ophanging van de beleidsmedewerker IFZ
het behoud van functies.
kantoor.
onder het Bestuursbureau en de deelname
Commissie Integriteit en Seksuele
Verhuizing PBC
Intimidatie
In het Jaarbericht 2009-2010 heeft u
Financiën
Op het gebied van integriteit en
kunnen lezen over een op handen zijnde
In het NIFP is in 2010 hard gewerkt om
omgangsvormen liep het aantal klachten
verhuizing van het Pieter Baan Centrum.
de door het hoofdkantoor DJI opgelegde
ook het afgelopen jaar terug. Wel komt
Het afgelopen jaar zijn diverse scenario’s
financiële taakstelling te kunnen
het nog regelmatig voor dat medewerkers
voor een verhuizing uitgewerkt. Een
realiseren. Het NIFP moest een korting
hinder die zij van anderen ondervinden
definitieve beslissing is echter nog niet
van 15% doorvoeren op de formatie, een
signaleren, zonder dat zij hiervan
genomen. Naar verwachting zal de
aanzienlijke bezuiniging. In 2010 en deels
een formele klacht willen maken. De
hoofddirectie DJI in de zomer van 2011 de
doorlopend in 2011 is in overleg met de
commissie inventariseert dit soort zaken
knoop definitief doorhakken.
Ondernemingsraad gewerkt aan de meest
van het hoofd IFZ aan het hoofdenoverleg.
en adviseert de bestuurder over beleid
optimale manier om de korting door te
op het gebied van integriteit en (het
Verkleining directieraad
voeren. Uiteindelijk resulteert dit in een
voorkomen van) seksuele intimidatie.
In 2010 is gestart met de vereenvoudiging
plaatsingsprocedure. Voor een deel van
Eerder dit jaar hebben de commissie
van de topstructuur. Hierbij is de
de medewerkers brengt dit de nodige
en de Algemeen Directeur gezamenlijk
directieraad teruggebracht van zes naar
onzekerheid met zich mee. Helaas was het
geconcludeerd dat het begrip ‘hoffelijkheid’
vier leden. Ook het aantal inhoudelijke
onvermijdelijk dat enkelen uiteindelijk
in de organisatie een mooie kapstok kan
commissies is teruggebracht van vijf naar
herplaatsingskandidaat zullen worden. Het
bieden voor het beleid op het terrein
twee: de commissie Rapportage Pro Justitia
Sociaal Flankerend Beleid wordt toegepast.
van de integriteit. Hoffelijkheid betekent
en de commissie Zorg en Regie in detentie.
immers een manier van met elkaar
De commissies zijn ieder verantwoordelijk
omgaan waarin respect, vriendelijkheid
voor het formuleren en ontwikkelen van de
maar ook zakelijkheid centraal staan.
‘best practices’ op hun terrein, advisering van de directieraad en belangenbehartiging en kennisuitwisseling in de keten.
24
Formatie NIFP (in fte) Psychologen
23
Psychologen in opleiding
3
Jurist
19
Bedrijfsvoering
10
Beveiliging
39
Bestuursbureau
8
43
Bureau Onderzoek en Ontwikkeling
2 4
Indicatiestelling Forensische Zorg
31
Medische administratie
Forensisch psychiater
72
Secretariaat
2
Bureau Opleidingen
Forensisch milieuonderzoeker
11
Sport
2
Functioneel beheer/ICT
Arbeid
2
Overig
Psychodiagnostisch medewerker
1
Groepsleider niveau 1
25
Gedragsdeskundige administratie
5
Groepsleider niveau 2
23
Huisvesting en facilitaire zaken
8
2 14
TOTAAL
349
Productie NIFP Pro Justitia Rapportage
2009
2010
Klinische Rapportage Pro-Justitia
personen
190
215
Trajectconsulten PJ volwassenen
personen
2.911
3.023
PJ Enkel
personen
2.777
2.793
PJ Dubbel
personen
1.220
1.140
PJ Triple
personen
57
70
TBS zesjaarsverlenging
personen
377
386
TBS longstay Enkel
personen
-
3
TBS longstay Dubbel
personen
26
17
TBS verlofaanvraag Enkel
personen
8
3
TBS verlofaanvraag Dubbel
personen
5
5
TBS verlofaanvraag Triple
personen
1
0
Indicatieoverleg Strafrechtelijk Jeugd
overleggen
3.003
2.794
Trajectconsult Strafrechtelijk Jeugd
consulten
330
351
Strafrechtelijk Jeugd Enkel
personen
851
793
Strafrechtelijk Jeugd Dubbel
personen
345
349
Strafrechtelijk Jeugd Triple
personen
9
7
Indicatieoverleg Civielrechtelijk Jeugd
overleggen
483
747
Civielrechtelijk Jeugd
767
642
Forensische Zorg
2009
2010
Personen in Zorg
personen
4.291
4.747
Medische verklaringen TBS passanten
personen
-
3
Diagnostisch beeld Psychotisch beeld
30%
Persoonlijkheidsstoornis
50%
Verslavingsproblematiek
50%
Depressie en overige stemmingsstoornissen
20%
Psychofarmacotherapie Antipsychotica
40%
Antidepressiva
20%
Benzodiapinen
20%
Overige medicatie
20%
25
NIFP inhoudelijk
Publicatieoverzicht Artikelen
adrenal axis functioning in mentally
Timmerman, L. & Ploeger, R. (2010). Coping
healthy Dutch peacekeeping veterans, 10-25
strategies in depression and strategies
Barendregt, M. (2010). Onderzoek toenemend
years after deployment. Journal of Traumatic
in depression and/or panic disorder
aantal weigeraars pro Justitia Rapportage
Stress, 23, 1, 124-131.
compared to healthy control. European
en afnemend aantal tbs-opleggingen. Onderzoeksrapport i.o.v. Directie Forensische Zorg DJI. Utrecht: NIFP.
Neuropsychopharmacology, Suppl. 3, S535. Koenraadt, F. (2010). Sexual Homicide – The offender or the offence? Forensische
Vinkers, D.J., De Beurs, E., Barendregt, M.,
Psychiatrie und Pychotherapie, 17, S1, 49.
Rinne, T., & Hoek, H.W. (2010). Pre-trial
De Beurs, E. & Barendregt, M. (2010). De
psychiatric evaluations and ethnicity in the
evidence base van zorgprogramma’s in de
Koenraadt, F. & Liem, M. (2010). Fataal
Netherlands. International Journal of Law and
tbs: een visie op therapie-effectonderzoek.
huiselijk geweld. Justitiële Verkenningen, 36, 8,
Psychiatry, 33, 3, 192-196.
PROCES, 89, 331-343.
100-114. Vinkers, D.J., Heytel, F.G., Matroos,
Blok, G.T., De Beurs, E., De Ranitz, A.G.S., &
Koenraadt, F. & Raes, B.C.M. (2010). Rubriek
G.M., Hermans, K.M., & Hoek, H.W.
Rinne, T. (2010). Psychometrische stand van
Forensische psychiatrie en psychologie.
(2010). Rapportages pro Justitia van
zaken van risicotaxatie-instrumenten voor
Delikt & Delinkwent, 40, 5, 656-661.
Antilliaanse verdachten in Nederland en
volwassenen in Nederland. Tijdschrift voor psychiatrie, 52, 5, 331-343.
op de Nederlandse Antillen. Tijdschrift voor Koenraadt, F. & Raes, B.C.M. (2010). Rubriek
Psychiatrie, 52, 11, 745-752.
Forensische psychiatrie en psychologie. Buisman J., Uyterlinde, A.W., & Van
Delikt & Delinkwent, 40, 8, 1073-1075.
Kordelaar W.F. (2010). Sneller vinden,
Vinkers, D.J., De Vries, S.C., Van Baars, A.W., & Mulder, C.L. (2010). Ethnicity and
erger voorkomen. De ontwikkeling van een
Van Kordelaar, W.F. (2010). Van
dangerousness criteria for court ordered
BooGmodule voor de reclassering. Sancties,
Redactiewege: TBS-crisis? Sancties, 2, 49-55.
admission to a psychiatric hospital. Social
4, 183-200.
Psychiatry and Psychiatric Epidemiology, 45, 2, Liem, M., De Veth, R., & Koenraadt F.
221-224.
Van Dijck, G., Van Gulijk, S., & Prinsen, M.
(2010). Filicide followed by Parasuicide: A
(2010). Wat doen juridische onderzoekers?
Comparison of Suicidal and Non-Suicidal
Vinkers, D., De Beurs, E., Barendregt, M.,
Een empirische blik. Recht der Werkelijkheid,
Child Homicide. Child Abuse & Neglect, 34,
Rinne, T., & Hoek, H.W. (2010). Pre-trial
31, 1, 44-64.
558–562.
psychiatric evaluations and ethnicity in the
Ingenhoven T., Lafay P., Rinne T., Passchier
Nielssen, O., Bourget, D., Laajasalo, T.,
J., & Duivenvoorden H. (2010). Effectiveness
Liem, M., Labelle, A., Häkkänen-Nyholm,
of pharmacotherapy for severe personality
H., Koenraadt, F., & Large, M.M. (2010).
disorders: Meta-analyses of randomized
Homicide of Strangers by People with a
Netherlands. International Journal of Law and Psychiatry, 33, 3, 192-196. Presentaties
controlled trials. Journal of Clinical Psychiatry,
Psychotic Illness. Schizophrenia Bulletin
A. van Bakel & H. de Haan
71, 1, 14-25.
(doi:10.1093/schbul/sbp112).
ISD. Ideaaltypisch versus praktijk Prison Mental Health dag NIFP, Amsterdam,
Klaassens, E.R., Van Veen, T., Giltay, E.J.,
Van Steenbergen-Weijenburg, K.M.,
Rinne, T., Van Pelt, J., & Zitman, F.G. (2010).
De Vroege, L., Ploeger, R.R., Brals, J.W.,
PTSD symptoms, hazardous drinking, and
Vloedbeld, M.G., Veneman, T.F., Hakkaart-
G.B. van de Kraats
health functioning among U.S.OEF and OIF
Van Roijen, L., Rutten, F.H., Beekman, A.T., &
Het Zelf als centraal concept in de
veterans presenting to primary care. Journal
Van de Feltz-Cornelis, C.M. (2010). Validation
psychiatrie: de actualiteit van de
of Traumatic Stress, 23, 1, 108-112.
of the PHQ-9 as a screening instrument
fenomenologie
for depression in diabetes patients in
NVvP WetenSAP-dag, Utrecht, 9 november
Klaassens E.R., Van Veen T., Giltay E.J., Rinne
specialized outpatient clincis. BMC Health
2010
T., Van Pelt J., & Zitman F.G. (2010). Trauma
Services Research, 10, 235.
exposure and hypothalamic-pituitary-
26
11 november 2010
Publicaties 2010-2011 Dit najaar verschijnt de nieuwe editie van NIFP Verspreid, een overzicht van publicaties door NIFP-medewerkers. U kunt deze aanvragen bij het bureau Onderzoek en Ontwikkeling van het NIFP of downloaden via www.nifpnet.nl.
E.P.K. Sikkens, W. Kuyck, C. Jonker, &
J.C. Zwemstra
Koenraadt, F. (2010). Subjectiviteit in
W.M.C. van der Berg
Psychiatrisch zorg in detentie
strafrecht en psychiatrie. Pompe Reeks, deel 63.
Neurobiologie in de rechtszaal
Refereercyclus vrijgevestigde psychiaters
Den Haag: Boom Juridische Uitgevers.
Voorjaarscongres Nederlandse Vereniging
regio Amsterdam, 19 april 2010 Koenraadt, F., Langbroek, Ph., Tigchelaar,
voor Psychiatrie, Maastricht, 14 april 2010 J.C. Zwemstra
J., & Van der Velde, M. (2010). Het verlof van
E.P.K. Sikkens, J.C. Zwemstra, H. de Haan,
Justitiële zorgketens, hoofdwegen, zijwegen
de ter beschikking gestelde. Het Adviescollege
& J. A. Segeren
en doodlopende wegen
Verloftoetsing TBS in de route van aanvraag tot
Recente ontwikkelingen in de zorg in
Congres Forensische Zorg, Altrecht, Zeist, 14
beslissing. Pompe Reeks, deel 64. Den Haag:
detentie
oktober 2010
Boom Juridische Uitgevers.
J.C. Zwemstra
Veerman, Ph.E., Schuijlenburg, C.M.M., &
Nederlands perspectief op het Britse model,
Visser, R.B. (2010). Autonomie bij jongeren
Veldman, C.A.J.
kanttekeningen en leerpunten
met een verstandelijke beperking. In J.H. de
PPC Zwolle De ontwikkeling
Prison Mental Health dag NIFP, Amsterdam,
Graaf, F.K. van Wijk, C. Mak, & L.A. Mulders
Prison Mental Health dag NIFP, Amsterdam,
11 november 2010
(Red.), Rechten van het kind en autonomie (pp.
Voorjaarscongres Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie, Maastricht, 15 april 2010
11 november 2010
205-218). Nijmegen: Ars Aequi Libri. (Hoofdstuk in) boek
Veldman, C.A.J.
Prinsen, M. & Custers, B. (2010).
Westers mediteren met HartFocus
Van Kordelaar, W.F. & Slijkhuis, A.
Introduction to Forensics. In M. Herzog-
Festival Forensische Zorg, Leiden, 25 januari
(2011). Vernieuwing en Indicatiestelling
Evans (Ed.), Transnational Crimonology Manual
2011
Forensische Zorg. In H. Groen, M. Drost & H.
Volume 3 (pp. 15-34). Nijmegen: Wolf Legal
Nijman (Red.), Handboek forensische geestelijke
Publishers.
J.C. Zwemstra
gezondheidszorg, tweede druk. Utrecht: De
GGZ goes forensic, slecht aansluitende
Tijdstroom.
velden NVvP Symposium GGZ goes forensic, Amsterdam, 21 januari 2010
Koenraadt, F. (2010). Patterns of Arson. In M. Herzog-Evans (Ed.), Transnational Criminology Manual, Volume 2 (pp. 91-100).
J.C. Zwemstra
Nijmegen: Wolf Legal Publishers.
Psychiatrische zorg in- en aansluitend aan detentie
Koenraadt, F. (2010). Sexual Homicide. In M.
Refereercyclus Deltaziekenhuis/
Herzog-Evans (Ed.), Transnational Criminology
Kijvelanden, Portugaal, 1 februari 2010
Manual, Volume 2 (pp. 115-128). Nijmegen: Wolf Legal Publishers.
J.C. Zwemstra Psychiatrische zorg in detentie
Koenraadt, F. (2010). Pre-trial forensic
Gastcollege forensische psychiatrie,
mental health assessment in The
Universiteit van Tilburg, 5 februari 2010
Netherlands. In M. Herzog-Evans (Ed.), Transnational Criminology Manual Volume
J.C. Zwemstra
3 (pp. 527-544). Nijmegen: Wolf Legal
Afgrenzingen en grensovergangen reguliere
Publishers.
GGZ en forensische psychiatrie Voorjaarscongres NVvP, Maastricht, 15 april
Koenraadt, F. (2010). The Relative Position
2010
of Crime. In M. Herzog-Evans (Ed.), Transnational Criminology Manual (pp. 99-107). Nijmegen: Wolf Legal Publishers.
27
Nederlands i n s t i t u u t vo o r forensische p s y c h i at r i e e n psychologie
Adressen NIFP locaties Bestuur, Bestuursbureau
NIFP, Locatie Maastricht
NIFP
en Bedrijfsvoering
Tel. (088) 07 10480
Graadt van Roggenweg 348-350
Tel: 088-07 10140 NIFP, Locatie Almelo
3507 LJ Utrecht
NIFP, Locatie Roermond
www.nifpnet.nl
Tel. (088) 07 10500
[email protected]
NIFP, Locatie Rotterdam/Dordrecht
Redactie: Marije Noorbergen en Bas de Koning
Tel. (088) 07 10520
Interviews en eindredactie: Remco van Rijn, De Brigade
NIFP, Locatie Utrecht
Fotografie: Ton Karstermans Fotografie
Tel. (088) 07 10550
Druk: Drukkerij SSP, Amsterdam
NIFP, Locatie Pieter Baan Centrum
Jaarbericht 2010-2011 is een uitgave van
Tel. (088) 07 10700
het Nederlands Instituut voor Forensische
Tel. (088) 07 10180 NIFP, Locatie Amsterdam Emmalaan Tel. (088) 07 10200 NIFP, Locatie Amsterdam WG-plein
Ontwerp: Wietske Lute, De Brigade
Tel. (088) 07 10240 NIFP, Locatie Arnhem Tel. (088) 07 10260
Psychiatrie en Psychologie (NIFP)
NIFP, Locatie Zutphen NIFP, Locatie Noord
Tel. (088) 07 10580
(Assen, Leeuwarden, Groningen) Tel. (088) 07 10420
NIFP, Locatie Zwolle/Lelystad Tel. (088) 07 10600
NIFP, Locatie Breda/Middelburg Tel. (088) 07 10300 NIFP, Locatie Den Haag Tel. (088) 07 10360 NIFP, Locatie Haarlem/Alkmaar Tel. (088) 07 10460 NIFP, Locatie ’s-Hertogenbosch Tel. (088) 07 10320
Op de omslag van dit jaarbericht beelden
Ieder jaar in de lente verruilt de koning
geplaatst. Bovenop staat een grote houten
van roeiers. Het is een verwijzing naar
van de Lozi zijn zomerpaleis op de vlaktes
olifant. Al roeiend zingen de jonge man-
het Kuomboka-ritueel van het Lozi-volk
van Zambia voor zijn hoger gelegen win-
nen een lied: “We gaan op weg, maar er is
uit Zambia.
terpaleis. Hij doet dat, omdat hij weet dat
geen plek voor incompetente roeiers.” Want
het water van de Zambezi-rivier de vlaktes
als alle roeiers meegaan, wordt de boot te
zal overspoelen. Het is een spectaculair
zwaar en blijven ze vastliggen. Het ritueel
ritueel, de Kuomboka (letterlijk: ‘uit het
laat zien dat om vooruit te komen, soms
water komen’). Op een enorme roeiboot, de
harde keuzes moeten worden gemaakt.
Nalikwanda, worden de sterke jongelingen