Stichting het Residentie Orkest
Doelstelling en Missie & Visie Beleidsplan 2013-2016
SAMENVATTING Het Residentie Orkest Voor u ligt het plan van aanpak voor de Kunstenplanperiode 2013-2016 van de Stichting het Residentie Orkest in Den Haag. De internationale VN-stad en politieke hoofdstad Den Haag alsmede de inwoners uit stad en regio hebben een symfonieorkest nodig dat voorziet in een muziekaanbod van hoog niveau. Het Residentie Orkest is in haar nieuwe opzet bescheidener qua omvang maar als professioneel uitvoerende muziekinstelling hét muzikale boegbeeld van Den Haag. Plannen voor de periode 2013-2016 Veranderingen zijn van alle tijden. De periode 2013-2016 is voor het Residentie Orkest een periode van dermate grote veranderingen dat gesproken kan worden van het einde van een tijdperk. Deels als gevolg van ontwikkelingen van buitenaf, deels op initiatief van binnenuit. Zo resulteert het politieke voornemen om de structurele subsidie aan het orkest met bijna 25% te korten in een kleinere orkestbezetting en een aanbod met minder breed repertoire. De grootste verandering is evenwel een verandering van binnenuit, namelijk de wijze van programmeren en de manier waarop de muziek ‘aan de man gebracht wordt’. De programmering zal niet meer, zoals gebruikelijk in de symfonische sector, plaatsvinden op puur musicologische gronden, maar wordt opgehangen aan uiteenlopende thema’s of aan sociaal-maatschappelijke gebeurtenissen. Veel publiek heeft behoefte aan meer dan alleen muziek; een avond uit moet compleet zijn. Het Residentie Orkest geeft invulling aan die behoefte door lezingen, debatten en combinaties met andere kunstdisciplines aan te bieden, dit alles passend bij de muziek van die avond. De programma’s spreken, naast het traditionele concertpubliek, velen aan en zijn complementair aan die van het Rotterdams Philharmonisch Orkest. Door deze manier van programmeren krijgen concerten een duidelijk gezicht, kan (huidig en nieuw) publiek zich erin herkennen en is effectievere marketing mogelijk. In de toekomst speelt het Residentie Orkest in kleine of grote bezetting overal in de regio. Of het nu gaat om voor de stad Den Haag belangrijke evenementen of om nationale feestdagen; het Residentie Orkest is erbij. Ambities Het Residentie Orkest heeft voor de komende jaren de volgende ambities: 1. Versterking van de maatschappelijke verankering in Den Haag e.o. door ‘artistieke heruitvinding’; 2. Breed publieksbereik door het orkest op een eigentijdse manier te presenteren als hét orkest van de stad en de regio; 3. Met een sterk educatie- en talentontwikkelingsprogramma zoveel mogelijk kinderen, jongeren en studenten actief en passief laten deelnemen aan cultuur; 4. Spelen voor volle zalen; 5. Ontwikkelen en deel uitmaken van de Haagse Kunstcampus (‘The Hague International Arts Centre’) met als doel een groot publieksbereik, efficiëntie in samenwerking en continue actualisering van klassieke muziek te waarborgen.
Missie & visie MISSIE “Het Residentie Orkest voorziet als ondernemend symfonieorkest op vernieuwende wijze in de behoefte aan klassieke muziek en klassieke muziekeducatie in Den Haag en de metropoolregio Rotterdam – Den Haag. Het orkest versterkt de maatschappelijke samenhang en verstevigt het economisch profiel en het vestigingsklimaat van de stad Den Haag als internationale stad van vrede en recht. Het Residentie Orkest is hoeder, promotor en vernieuwer van het klassieke muzikale erfgoed.” VISIE Maatschappelijk - Den Haag en de metropoolregio hebben behoefte aan een muzikaal aanbod van hoog niveau. Het Residentie Orkest bedient de lokale en regionale gemeenschap en versterkt het culturele profiel van Den Haag en metropoolregio. Het zorgt voor een optimale verankering in de Haagse samenleving door eigen activiteiten en samenwerking met andere culturele instellingen (zowel organisatorisch als artistiek).
2
Artistiek – Het Residentie Orkest is hoeder, promotor en vernieuwer van het klassieke muzikale erfgoed. Doordat alle concerten thematisch worden geprogrammeerd en aansluiten bij andere kunstdisciplines of sociaal-maatschappelijke thema’s, bewijst het orkest de actuele waarde van symfonische muziek. Hiermee presenteert het orkest zich in diverse verschijningsvormen en op verschillende locaties in Den Haag en regio. Organisatorisch/bedrijfsmatig – In de toekomst is het orkest flexibeler inzetbaar en kan het efficiënt en in verschillende verschijningsvormen de kansen in de markt benutten. Door het nieuwe artistieke profiel wordt de verankering in de omgeving beter gerealiseerd. Dit leidt tot een versterking van de maatschappelijke betrokkenheid bij het orkest, een grotere diversiteit in publieksbereik, structureel goede bezoekersaantallen en tot slot een toename van donaties en mecenaat. Op organisatorisch gebied wordt nauw samengewerkt met diverse andere culturele instellingen waaronder die aan het Spuiplein.
Artistieke doelstelling en activiteitenplan voor de periode 2013 - 2016 Inleiding Dit beleidsplan is geschreven vanuit het idee om de missie van het Residentie Orkest gestalte te geven, met grote aandacht voor de huidige sociaal-economische situatie, voor de bevolkingssamenstelling van de zuidwestelijke Randstad, voor de veranderingen in cultuurconsumptie en voor de gedachte van een complementair symfonisch aanbod met het Rotterdams Philharmonisch Orkest, zonder daarbij de traditie en identiteit van het orkest uit het oog te verliezen. Alleen op die manier is een totale omslag op artistiek en bedrijfsmatig gebied realiseerbaar en is het Residentie Orkest optimaal in staat zijn (nieuwe) publiek te bedienen. Nu en in de toekomst. Het Residentie Orkest onderkent de noodzaak tot omvorming van het orkest in verband met bezuinigingen over de hele breedte van de cultuursector. De commissie Hirsch Ballin constateert dat het artistieke profiel van het Residentie Orkest op dit moment te weinig onderscheidend is. Het aangedragen artistieke advies van de commissie om het orkest om te vormen tot een gespecialiseerd ensemble in twee stijlperiodes is ons inziens echter slechts een gedeeltelijke oplossing. Er is een artistiek profiel nodig dat, behalve complementair aan het Rotterdams Philharmonisch Orkest, ook daadwerkelijk onderscheidend is binnen de sector. De verwachte budgetvermindering zal leiden tot een kleinere orkestformatie die logischerwijs muziek speelt welke geschikt is voor een dergelijke bezetting: muziek uit de klassieke en vroegromantische periode en daarnaast 20e- en 21e–eeuws repertoire. Om dit laatste repertoire op hoog niveau uit te voeren, is het ondenkbaar dat werken uit de periode van de hoog- en laatromantiek nooit gespeeld zullen worden. Een orkest heeft onderhoud nodig en de hoog- en laatromantiek bevat bij uitstek het repertoire waarmee een orkest z'n klank, virtuositeit en diversiteit in kleur, dynamiek en sfeer onderhoudt. Wel zal het Residentie Orkest nieuwe stijl het accent leggen op muziek uit door de commissie Hirsch-Ballin geadviseerde perioden.
Naar een Residentie Orkest nieuwe stijl ‘Gewone’ concerten bestaan bij het RO nieuwe stijl niet meer. Alle concerten zijn thematisch geprogrammeerd en sluiten aan bij sociaal-maatschappelijke thema’s of andere kunstdisciplines . De programma’s spreken, naast het traditionele concertpubliek, velen aan en zijn complementair aan die van het Rotterdams Philharmonisch Orkest. Daarbij speelt het Residentie Orkest in kleine of grote bezetting overal in de regio. Of het nu gaat om voor de stad Den Haag belangrijke evenementen of om nationale feestdagen; het Residentie Orkest is erbij. Centraal blijft in alle gevallen de symfonische muziek, aangezien dat hoe dan ook de kracht is van een symfonieorkest. Echter, dat wat het Residentie Orkest in de nabije toekomst daadwerkelijk onderscheidend maakt, is niet de te spelen stijlperiode op zich, maar de manier waarop er invulling wordt gegeven aan een concert in al z'n facetten. Zo is het orkest aantrekkelijk voor kennerspubliek, maar tegelijkertijd voor de incidentele concertbezoeker en voor publiek dat nooit eerder een klassiek concert bezocht.
3
Het Residentie Orkest is en blijft hoeder, promotor en vernieuwer van het klassieke muzikale erfgoed. Nog steeds speelt het Residentie Orkest symfonische muziek, maar het is tevens een moderne en dynamische ontmoetingsplaats voor jong en oud. De symfonische concerten verrassen en informeren, ze verbinden culturen en kunstvormen en zijn gerelateerd aan actuele ontwikkelingen. Bij het Residentie Orkest krijgt symfonische muziek hernieuwde zeggingskracht door raakvlakken met de maatschappij van nu. Daar waar symfonische muziek op enig moment geen raakvlak meer had met de maatschappij, is het Residentie Orkest een brandpunt van verdieping, diversiteit, divertissement en debat.
Thematische programmering De programmering van het Residentie Orkest nieuwe stijl zal als volgt thematisch worden opgebouwd:
A B C D
Categorie (werktitels) ‘Verrassend Klassiek’ ‘High-Energy’ ‘Cutting Edge!’ ‘Diversity’
Programma aanbod 50% 10% 15% 25%
Gedurende de seizoenen wordt gestreefd naar de volgende repertoireverdeling, verdeeld over genoemde categorieën: Klassiek/ vroeg-romantisch 20e/21e eeuw Laat-romantiek/overig
40% 40% 20%
A. ‘Verrassend Klassiek’: ‘Gewone’ concerten bestaan bij het Residentie Orkest nieuwe stijl niet meer. Toch bedient het orkest met deze programma’s zijn trouwe publiek voor symfonische muziek. De concerten in de categorie ‘Verrassend Klassiek’ worden thematisch geprogrammeerd, bijvoorbeeld aansluitend bij maatschappelijke of wetenschappelijke thema’s of bij feestdagen. Afhankelijk van het thema vindt er rondom het concert een debat of lezing plaats. Regelmatig dragen voordrachten of beeldende kunst bij aan de boodschap die de muziek overbrengt. Verder is er bij deze concerten met grote regelmaat een wereldpremière te beluisteren in de vorm van een ouverture of toegift, geschreven door een compositiestudent van het Koninklijk Conservatorium. Toptalenten uit de directieklas van het conservatorium zullen regelmatig tijdens een deel van het concert te zien zijn op de bok. De sfeer in de concertzaal past bij het thema van het concert en na afloop van het concert kan het publiek ervoor kiezen onder het genot van een drankje een ‘après-concert’ te beluisteren door leden van het Residentie Orkest. Overigens zal ook het publiek dat geen behoefte heeft aan randprogrammering en ervoor kiest om alléén naar het concert te gaan, met deze programma’s worden bediend in zijn behoefte aan symfonische concerten. B. ‘High-Energy’: De langlopende producties in deze categorie zijn sterk theatraal vormgegeven en worden veelal ontwikkeld samenwerking met andere Haagse culturele instellingen. Regionale of zelfs landelijke tournees behoren tot de mogelijkheden. De doelgroep van deze categorie is breed: zowel frequente bezoekers van symfonische concerten als bezoekers die normaal gesproken kiezen voor andere vormen van podiumkunst voelen zich tot deze producties aangetrokken. Voorbeelden uit het verleden zijn ‘Synenergy’ (i.s.m. Nederlands Dans Theater) en ‘L’histoire du soldat’ (i.s.m. Toneelgroep De Appel). C. ‘Cutting Edge!’: In deze categorie komt het accent op hedendaagse muziek tot uiting. Door ook deze concerten te programmeren vanuit een maatschappelijke aanleiding en te kiezen voor een passende vormgeving, komt nieuwe muziek echt tot zijn recht. In deze programma’s zal samenwerking worden gezocht met het Huis van de Nieuwe Muziek, het Korzo Theater, het ASKO/Schönberg ensemble en natuurlijk met studenten van het Koninklijk Conservatorium. Grote componistenportretten in festivalvorm, zoals het recente, succesvolle Saariaho Festival, zullen in de programmering terugkeren. D. ‘Diversity’: Deze laatste categorie bevat onverwachte en spraakmakende programma’s. Ze zijn allesbehalve gericht op een selecte groep van kenners, maar hebben juist de potentie om 4
een zeer divers, nieuw publiek te bereiken. In deze categorie is (de confrontatie met) welke muziekstijl dan ook denkbaar: oude, nieuwe, lichte en wereldmuziek, dit altijd in samenwerking met bijvoorbeeld schrijvers, schilders, politici, cabaretiers en multimedia-kunstenaars. Deze programma’s, met regelmatig een lichtere toets, zullen vaak een sociaal-maatschappelijk of actueel thema hebben dat de culturele diversiteit van de regio tot uiting brengt. In bijlage 1 vindt u voorbeelden van de programmering nieuwe stijl.
Overige producties • Concerten in het buitenland: zoals blijkt uit de missie van het Residentie Orkest richt het orkest zich op de stad Den Haag en de metropoolregio. Buitenlandse tournees zullen in principe alleen worden ondernomen wanneer deze op z’n minst volledig kostendekkend zijn of bijvoorbeeld in het licht van representatie van de gemeente Den Haag. • Media: wat betreft cd- en dvd-opnamen richt het Residentie Orkest zich gezien de beperkte financiële mogelijkheden de komende jaren in principe alleen op commercieel interessante opnamen. Met het nieuwe profiel is de kans daarop zeker groter is dan in de voorbije periode; verslaglegging van bijzondere producties, wereldpremières en opdrachtwerken interessanter. Het Residentie Orkest is met grote regelmaat te zien en horen op radio en TV door nauwe samenwerking met o.m. AVRO, KRO, NTR en Omroep West. Daarnaast is het aantal nieuwe mediakanalen en de verscheidenheid aan beeld- en geluidsdragers de afgelopen jaren sterk toegenomen. Samenwerking met diverse mediabedrijven zal resulteren in nieuwe manieren om onze concertprogramma’s te ontsluiten voor nieuwe publieksgroepen. Recent zijn door het RO proeven gedaan met concertregistratie door webcamera’s, live-uitzending via internet en het breed verspreiden van muziek via apps. Samenwerkingspartners Het Residentie Orkest werkt in zijn activiteitenprogramma reeds samen met een veelheid aan culturele partners. Enkele daarvan zijn in de nabije toekomst structureel in een of in meerdere producties per seizoen betrokken bij de concertprogrammering: •
Rotterdams Philharmonisch Orkest Het Residentie Orkest en het Rotterdams Philharmonisch Orkest gaan binnen de metropoolregio Rotterdam - Den Haag structureel samenwerken. Deze samenwerking richt zich op de volgende onderwerpen: a) Complementariteit in profiel en programmering; b) Talentontwikkeling; c) Educatie; d) Co-productie (o.m. op het gebied van Kinderconcerten); e) HRM (bv. Uitwisseling musici en CAO voorwaarden). Op korte termijn zal deze samenwerking met name efficiencyvoordelen kunnen opleveren wanneer de twee orkesten de eigen concertprogramma’s in elkaars standplaatsen hernemen. Zoals ook geadviseerd door de commissie Hirsch-Ballin en het Ministerie van OCW wil het Residentie Orkest al met ingang van het seizoen 2013/2014 het RPhO in de eigen concertseries in Dr Anton Philipszaal verwelkomen en een gelijk aantal concerten bij het RPhO in Rotterdam verzorgen. Naar verwachting zal het in beginsel gaan om een viertal concerten per seizoen, later toenemend tot acht. De onderscheidende profielen zorgen ervoor dat het publiek in de metropoolregio een complementair symfonisch aanbod krijgt.
•
Nederlands Dans Theater De afgelopen jaren leverde de samenwerking tussen Residentie Orkest en Nederlands Dans Theater meerdere zeer geslaagde en spraakmakende producties op. In de komende kunstenplanperiode zullen beide buurgezelschappen deze samenwerking dan ook voortzetten. Voor het overnemen van een deel van de begeleidingstaak die tot nu toe Holland Symfonia vervulde, is een aparte subsidievraag ingediend bij het ministerie van OC&W.
•
De Nederlandse Opera 5
De samenwerking met De Nederlandse Opera (DNO) is goed en de orkestbegeleiding door het Residentie Orkest in de voorbije decennia is zeer succesvol geweest. Zowel DNO als Residentie Orkest hechten veel belang aan voortzetting van de samenwerking en hebben afspraken gemaakt over toekomstige producties in de kunstenplanperiode 2013-2016. •
Asko|Schönberg Ensemble, Huis voor de Nieuwe Muziek en Koninklijk Conservatorium In lijn met de wens hedendaagse muziek te accentueren heeft het Residentie Orkest zich aangesloten bij het Haagse initiatief ‘Huis voor de Nieuwe Muziek’. Een nieuwe partner voor het Residentie Orkest in deze is het Asko|Schönberg Ensemble. Het Residentie Orkest vervult straks samen met Asko|Schönberg en het Koninklijk Conservatorium een belangrijke richtinggevende rol binnen het ‘Huis voor de Nieuwe Muziek’. Dit nieuwe initiatief biedt de mogelijkheid de vaak arbeidsintensieve en kostbare hedendaagse muziekproducties op meerdere podia te kunnen presenteren: zowel op podia in Den Haag als in het Amsterdamse Muziekgebouw aan ‘t IJ en het Concertgebouw. Concerten op dit laatste podium vinden plaats in samenwerking met de NTR en worden live geregistreerd door de publieke omroep voor uitzending op radio en/of tv.
•
Festival Classique De succesvolle samenwerking met Festival Classique wordt ieder jaar sterker. Binnen het festival,dat in de periode 2013-2016 het aantal festivaldagen zal gaan uitbreiden, wordt het aantal speelmomenten van het Residentie Orkest vergroot. Daarnaast is het de bedoeling om in de nabije toekomst ook buiten de festivalperiode in juni gezamenlijke producties te brengen. Het 100-jarig bestaan van het Vredespaleis en het 200-jarig jubileum van het Koninkrijk zijn daar uitgelezen aanleidingen voor. Ook voor jeugd en jongeren komt er aanbod van gezamenlijke producties door het jaar heen.
Educatie Activiteiten Het Residentie Orkest bereikt met zijn educatieprogramma reeds veel kinderen, jongeren en amateurmuzikanten (17.000 bezoekers in 2011). De komende jaren zal het orkest zijn educatieactiviteiten op vergelijkbare voet voortzetten en waar mogelijk uitbreiden, e.e.a. afhankelijk van de grootte van het orkest. De activiteiten vinden plaats op drie gebieden: • Onderwijsprogramma’s voor basis-, voortgezet- en beroepsonderwijs • Talentontwikkeling van amateurmuzikanten (in of buiten het onderwijs) • Talentontwikkeling van beroepsmusici in opleiding Onderwijsprogramma’s Basis- en voortgezet onderwijs De activiteiten die het Residentie Orkest biedt aan het basis- en voortgezet onderwijs lopen uiteen van ad hoc activiteiten met als doel deelnemers kennis te laten maken met het orkest en symfonische muziek, tot langlopende trajecten waarin deelnemers structureel en diepgaand muziekonderwijs geboden wordt. In samenwerking met o.a. het Koorenhuis (of de toekomstige vorm daarvan) en het Gemeentemuseum leidt dat tot: • projectmatige activiteiten: schoolconcerten, repetitiebezoeken, lessen en workshops; • meerjarige leerlijnen: Ontdek het Orkest, Ontdek het Orkest voor Speciaal Basisonderwijs, Leve(n)de Muziek. Beroepsonderwijs Den Haag kent een grote hoeveelheid HBO studenten (25.000). Het is onze ambitie is om deze studenten middels sociaal-maatschappelijk gerelateerde concertprogramma’s kennis te laten maken met de actuele waarde van klassieke muziek Daartoe zal samenwerking worden gezocht met hogescholen en ngo’s. Zie ook het voorbeeldprogramma rondom Albert Schweitzer (bijlage 1). Binnen de samenwerking met de hogescholen wordt er tevens gestreefd naar een uitbreiding van het aantal stageplekken. Talentontwikkeling amateurmuzikanten
6
Als muzikaal boegbeeld van Den Haag ziet het Residentie Orkest het als zijn taak om een voorbeeld en stimulans te zijn voor amateurmuzikanten. De activiteiten die het orkest ontplooit op dit gebied lopen uiteen van actieve stimulering van kinderen om een instrument te gaan bespelen tot activiteiten die erop gericht zijn het niveau van volwassen amateurmuzikanten te verbeteren. • Schoolorkestenprogramma ‘The Residents’ is erop gericht kinderen in zwakke wijken samen muziek te laten maken. Daarnaast verzorgt het Residentie Orkest muziekworkshops en -lessen in de naschoolse opvang. • Amateurmuzikanten die al enige jaren spelen, kunnen bij het Residentie Orkest terecht voor masterclasses, workshops en orkestweekenden. Talentontwikkeling beroepsmusici in opleiding In 2010 startten Residentie Orkest en Koninklijk Conservatorium de gezamenlijke masteropleiding tot orkestmusicus. In deze ‘Orkest Master’ begeleiden musici uit het Residentie Orkest masterstudenten in hun ontwikkeling tot orkestmusicus. Deze masteropleiding geeft jonge talenten de kans om ervaring op te doen in de beroepspraktijk Daarnaast beschikt het orkest in de toekomst over potentiële aanwas van hoge kwaliteit uit ‘eigen kweek’. Als gevolg van het succes van deze Orkest Master wordt de samenwerking met het Koninklijk Conservatorium de komende jaren verder uitgebreid: • Uitbreiding van de bestaande Orkest Master in kwantitatieve zin; • Studenten compositie biedt het Residentie Orkest in z’n programmering nieuwe stijl een continu podium aan. Waar het normaal gesproken voor componisten in spé moeilijk is om hun ontwikkeling te toetsen aan de praktijk, krijgen studenten van het Koninklijk Conservatorium de kans om met grote regelmaat hun werk uitgevoerd te horen door het Residentie Orkest; • Studenten orkestdirectie krijgen de mogelijkheid om al tijdens hun studie praktijkervaring op te doen met een professioneel orkest door participatie van het Residentie Orkest in de landelijke masteropleiding orkestdirectie. Toptalent uit de directieklas van het Koninklijk Conservatorium krijgt daarnaast met enige regelmaat de gelegenheid om tijdens een klein gedeelte van een concert op de bok te staan. The Hague Festival Orchestra The Hague Festival Orchestra is een logisch uitvloeisel van de succesvolle Orkest Master van Residentie Orkest en Koninklijk Conservatorium en behelst een internationaal opleidingsorkest bestaande uit Nederlandse en buitenlandse masterstudenten en leden van het Residentie Orkest. Dit orkest is de spil van een jaarlijks zomerfestival dat het internationale imago van Den Haag als pleisterplaats voor opleiding en uitvoering van klassieke muziek op het hoogste niveau zal versterken en daarnaast de stad aantrekkelijker zal maken in de toeristische zomertijd, waarin normaal gesproken het aanbod van Nederlandse podiumgezelschappen gering is. Op dit moment zijn gesprekken gaande met het Festival Classique om een eerste pilot van dit festivalorkest als een summer academy te starten in juni 2013. Het zal afhankelijk zijn van de beschikbare middelen en personele capaciteit of dit initiatief op korte termijn werkelijkheid zal kunnen worden. Dutch National Opera Academy (DNOA) Tijdens coproducties van het Residentie Orkest en deze gezamenlijk operaopleiding van de conservatoria in Den Haag en Amsterdam wordt de opleiding van jong operatalent ondersteund. De samenwerking resulteerde de afgelopen jaren in enkele zeer geslaagde semi-scènische operaproducties en zal de komende jaren met een frequentie van een productie per seizoen worden voortgezet.
7
Bijlage 1: Voorbeelden programmering nieuwe stijl 1. VERRASSEND KLASSIEK A. Albert Schweitzer en Bach
De voorbeeldprogramma’s in deze bijlage dienen louter ter illustratie. Genoemde samenwerkingsverbanden verkeren in diverse stadia van ontwikkeling.
Albert Schweitzer (Kaysersberg 1875), ontving in 1951 de prestigieuze Vredesprijs van de Duitse Boekhandel en in 1952 de Nobelprijs voor de Vrede. Hij is, behalve door zijn medisch werk in Afrika, vooral bekend geworden door zijn filosofie over cultuur en ethiek, en als musicus door zijn studies en interpretatie op orgel en piano van de muziek van Johann Sebastian Bach. Albert Schweitzer was in zijn tijd een beroemd organist. Hij was bijzonder geïnteresseerd in de muziek van Johann Sebastian Bach en bestudeerde onder andere de religieuze elementen in diens muziek. Daaruit voortvloeiend ontwikkelde en publiceerde hij een eenvoudige, onopgesmukte stijl van uitvoeren, waarvan hij vond dat dat meer paste bij Bach en zijn tijd. Dit werkte hij uit in het boek Johann Sebastian Bach, dat hij in 1905 schreef op verzoek van de Parijse organist en componist Charles–Marie Widor. Schweitzers boek zette een trend in die tot op heden de stijl van uitvoeren van Bachs muziek beïnvloedt. Hij stond ook bekend om zijn actieve belangstelling voor de constructie van het orgel. In 1923 voltooide hij het boek "Cultuur en Ethiek". Reeds in 1919 werd hij door Nathan Söderblom uitgenodigd om na Pasen in 1920 op de Universiteit van Uppsala te komen spreken over cultuur en ethiek. Hij had er groot succes mee en vele spreekbeurten in heel Europa volgden. Zijn spreekbeurten en ook orgelconcerten dienden overigens niet alleen voor het verbreiden van zijn gedachtegoed, maar ook om de nodige geldelijke middelen bijeen te brengen voor zijn medisch werk in Lambaréné (Afrika). Albert Schweitzer liet in 1952 zijn handtekening achter in de lessenaar van het Van Hagerbeer orgel in de Pieterskerk in Leiden. Programma in de Pieterskerk te Leiden J.S. Bach - Toccata en Fuga in d-kl BMV 565 bewerkt voor orkest (Stokowski) J.S. Bach - Partita voor viool nr.2, BWV.1004 in d kl.t. ; Chaconne; bewerkt voor orkest (Stokowski) C.M. Widor - Symfonie voor orgel en orkest opus 42 Paneldebat over de zin en onzin van ontwikkelingssamenwerking met o.a. Frits Bolkestein. Middagconcert in museum Boerhave, Rijksmuseum voor de Geschiedenis van de Natuurwetenschappen en de Geneeskunde te Leiden in samenwerking met Artsen zonder Grenzen en de medische faculteit van de universiteit Leiden. B. De ballade De ballade, een verhalend lied in de vorm van een gedicht, vindt zijn oorsprong in de Middeleeuwen, en kent een lange geschiedenis. De naam van de 15e-eeuwse dichter en vagebond François Villon is er onlosmakelijk mee verbonden. Raakte de ballade in de Renaissance uit de gratie, in de Romantiek ontdekte men haar opnieuw, zij het in een heel andere vorm. Goethes beroemde gedicht Erlkönig is een echte romantische ballade. In de symfonische muziek wordt de term gebruikt voor werken met een verhalend karakter; maar componisten lieten zich ook door balladen van beroemde schrijvers inspireren. Programma Gabriël Fauré – Ballade voor piano en orkest Franz Schubert (orkestratie Hector Berlioz) – Erlkönig, voor sopraan en orkest Claude Debussy - Trois Ballades de François Villon, voor sopraan en orkest Frank Martin – Ballade voor saxofoon en orkest Julius Röntgen - Ballade voor viool en orkest • In samenwerking met de Universiteit Leiden: lezing over de middeleeuwse ballade en de dichter François Villon
8
• In samenwerking met het Filmhuis: vertoning van de artistieke film ‘Ballade van den hoogen hoed’ (1936) van Max de Haas • In samenwerking met het Koninklijk Conservatorium: masterclass Balladen voor zangstem en piano van Johann Carl Gottfried Loewe (1796-1869) • Aansluiting mogelijk voor Openbare Bibliotheek: bijv. ballade-schrijfwedstrijd voor kinderen C. Concerto Grosso Een concerto grosso is een musiceer- en componeervorm die zijn ontstaan vond in de barokmuziek. Het gaat om composities voor orkest, waarin een groep van solo-instrumenten een prominent aandeel heeft. Uit het concerto grosso ontwikkelde zich later het soloconcert. Met name de concerti grossi van Arcangelo Corelli en Georg Friedrich Händel zijn klassieke voorbeelden van deze muziekvorm. In de twintigste eeuw zijn componisten als Max Reger, Ernst Bloch en Alfred Schnittke zich opnieuw voor het concerto grosso gaan interesseren. In dit programma plaatsen we de twintigste-eeuwse concerti grossi tegenover hun barokke voorbeelden. Programma Arcangelo Corelli – Concerto Grosso nr. 8 in g Georg Friedrich Händel – Concerto Grosso in Bes op. 3 nr. 1 Antonio Vivaldi – Concerto Grosso in c ‘La notte’, voor fluit, fagot en orkest Max Reger – Konzert im alten Stil Ernest Bloch – Concerto Grosso nr. 1 voor strijkorkest en obligaat piano Alfred Schnittke - Concerto Grosso nr. 2 voor viool, cello en orkest • In samenwerking met het Koninklijk Conservatorium: compositiewedstrijd Concerto Grosso. Het beste werk zal door het Residentie Orkest worden uitgevoerd. • Lezing door dirigent en violist Jan Willem de Vriend over het ontstaan van orkestmuziek, het concerto grosso en het soloconcert in de baroktijd. • In samenwerking met het Filmhuis: vertoning van de animatiefilm Concerto Grosso Modo (1985) van François Aubry.
2. HIGH-ENERGY A. Parade 100 jaar later In samenwerking met het Nederlands Dans Theater en het Gemeentemuseum Op 18 mei 1917 werd door de Ballets Russes in het Théâtre du Chatelet in Parijs de balletvoorstelling Parade opgevoerd. Muziek, straatgeluiden, knallende pistolen, ratelende typemachines, sirenes en claxons... Het Parijse publiek, tot dan toe gewend aan een Russisch folkloristische of andere exotische stijl, hief luid boegeroep aan. De avant-garde waardeerde de voorstelling echter wel. Het idee voor Parade was van Jean Cocteau. In een parade lopen circusartiesten door het dorp om reclame te maken voor hun circus. Bij ‘Parade’ moesten dat verschillende typen directeuren zijn die door megafoons riepen. De voorstelling zou een mooie inventarisatie worden van wat toen artistiek, controversieel en verbluffend werd gevonden. Erik Satie schreef de muziek: flarden van melodieën met een jazzachtig ritme, waar Cocteau achtergrondgeluiden van sirenes, typemachines en vliegtuigen aan toevoegde. Picasso maakte het decor en de kostuums. Cocteau handelde geheel in de geest van Diaghilev, de leider van de Ballet Russes: nieuwe inspiratiebronnen en kunstenaars moesten het publiek (blijven) verrassen. Het ballet kan worden gecombineerd met het ballet ‘Les biches’ van Francis Poulenc. Poulenc was, als achttienjarige, op die bewuste 18e mei 1917 aanwezig. Hij zou sterk worden beïnvloed door wat hij die middag had gezien. ‘Ik was veroverd. Hoewel ik een fan was van Debussy, stond ik mezelf toe, met de kortzichtigheid van mijn jeugd, hem een beetje af te zweren. Ik verlangde naar de nieuwe geest die Satie en Picasso ons brachten.’ B. ‘If music be the food of love – Hommage aan Shakespeare’ OF ‘Shakespeare in love’ In samenwerking met (hopelijk) Toneelgroep De Appel Op 23 april 2016 is het vierhonderd jaar geleden dat Willam Shakespeare stierf.
9
‘If music be the food of love, play on’ is één van de vele onsterfelijke citaten uit het al even onsterfelijke werk van deze dichter en toneelschrijver William Shakespeare. Áls het tenminste Shakespeare was die al dat moois schreef, want er zijn nog altijd mensen die niet kunnen geloven dat iemand van zijn eenvoudige komaf zulke meesterwerken kon schrijven. In 2011 verscheen de film Anonymous, een politieke thriller en pseudo-historische dramafilm, die suggereert dat Edward de Vere, de 17e Graaf van Oxford, de werkelijke schrijver van het oeuvre is. Hoe dan ook, de toneelstukken vormden en vormen nog altijd voor veel componisten een bron van inspiratie. In deze hommage aan Shakespeare worden hoogtepunten uit zijn toneelwerken opgevoerd, en klinkt muziek van onder anderen: Programma Felix Mendelssohn-Bartholdy - A Midsummer Night’s Dream Pjotr Iljitsj Tschaikowsky - Ouverture Romeo and Juliet Dmitri Shostakovich - Hamlet Suite Micha Hamel - Romeo en Julia
3. CUTTING EDGE! A. Haagse versus Rotterdamse school De Haagse School is een muzikale stroming die begon in de tweede helft van de 20e eeuw. De eerste vertegenwoordigers waren als docent aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag verbonden. In het bijzonder worden de volgende componisten gezien als de stichters: Kees van Baaren en zijn studenten Jan van Vlijmen, Louis Andriessen, Gilius van Bergeijk en Dick Raaijmakers. Ook de studenten van laatstgenoemden, onder wie Richard Ayres, Diderik Wagenaar, Ron Ford, Martijn Padding en Peter Adriaansz maken deel uit van de Haagse School. Een belangrijk kenmerk van de muziek van de Haagse School is de stuwende ritmische kracht. Tegenover de Haagse School staat de Rotterdamse School rond Otto Ketting, die van 1967 tot 1971 hoofdvakdocent compositie was aan het Rotterdams Conservatorium. De Rotterdamse School is voortgezet door zijn opvolgers Klaas de Vries en Peter-Jan Wagemans. Kenmerkend voor de Rotterdamse School is nadruk op expressie met behulp van een breed scala aan gecomponeerde muziekstijlen. Maar hoe staat het nu met die twee componeerscholen? Zijn ze eigenlijk nog als zodanig herkenbaar? In dit programma combineren we twee recente werken van ‘oude rotten’ uit beide scholen - Ketting en Andriessen - met nieuw werk van twee jonge studenten uit beide scholen. Programma Otto Ketting – Kammersymphonie (2010) Louis Andriessen – La Gíro (2010/2011) Nieuw werk student ‘Haagse School’ Nieuw werk student ‘Rotterdamse School’ In samenwerking met het Koninklijk Conservatorium: lezing & debat B. Du Sprache wo Sprachen enden – Ode aan Rainer Maria Rilke In zijn gedicht An die Musik beschrijft de dichter Rilke (1875-1926) het grootse en tegelijk ongrijpbare van muziek: ‘Du Sprache wo Sprachen enden.’ Eerde Rilke de muziek, de muziek eerde ook hem: verschillende twintigste-eeuwse componisten hebben zijn gedichten getoonzet. Hoog tijd om ook een Nederlands componist te vragen zich door Rilkes poëzie te laten inspireren. Programma Wolfgang Rihm - Rilke: 4 Gedichte für Singstimme und Orchester (2000/2004) Einojuhani Rautavaara - Rilke: Five Sonnets to Orpheus (1955–56/1960) Frank Martin - Die Weise von Liebe und Tod des Cornets Christoph Rilke, voor alt en klein orkest (1942) Opdrachtwerk Nederlands componist 10
4. ‘DIVERSITY’ A. Arabische lente - Programma met zangeres Ghalia Benali Orkestratie van authentieke liederen van Arabische grootheid Oum Kalthoum • In samenwerking met Theater Culturalis (dansworkshop) Oum Kalthoum (1904-1975) is de beroemdste en meest geliefde zangeres in de Arabische wereld. Maar ook daarbuiten, zo wordt de zangeres door kenners in één adem genoemd met legenden als Elvis Presley, Maria Callas en Bob Marley.Oum Kalthoum stond bekend als ‘de stem van de Arabische wereld’ vanwege haar reusachtige bereik en innemende persoonlijkheid. Haar grootste kracht was echter het verbinden van de massa met haar universele teksten. Tegenwoordig wordt Oum Kalthoum nog altijd gezien als een icoon, voor jong en oud. Ghalia Benali werd geboren in Brussel, maar groeide op in Tunesië. Op jonge leeftijd kwam zij al in contact met muziek en poëzie. Met een basis van Franse chansons, Egyptische en Indische theatermuziek, melodieën uit Syrië en Irak en de ‘tarti’, de gezongen lezingen uit de Koran, groeit Ghalia Benali uit tot een zangeres van wereldformaat. Tegenwoordig zingt ze niet alleen, ze is ook beeldend kunstenaar, ze schrijft, ze componeert, zingt, danst én acteert! De muziek van Ghalia Benali wordt bestempeld als ‘tijdloos’.
B. Vorm of vent? Zo heette de discussie die rond 1930 in literair Nederland woedde. Gaat het bij een kunstwerk nou om de vorm waarin je het giet, of om de persoonlijkheid van de dichter die er uit spreekt? Zijn vorm en karakter überhaupt van elkaar te scheiden? Het is een vraag die ook bij andere ‘takken van sport’ een rol speelt: muziek, beeldende kunst, cabaret, zelfs de politiek. Wat spreekt de mensen het meeste aan? • In samenwerking met o.a. het Gemeentemuseum (Mondriaan versus Karel Appel), het Theater aan het Spui (optreden van cabaretiers die beide uitersten vertegenwoordigen), en Dudok (politiek debat). Het muzikale programma omvat werken van componisten als Steve Reich voor wie de vorm het belangrijkst is, en composities waarin juist de expressie de overhand heeft (Skrjabin?) C. Peter and the Commissar Peter and the Commissar is een in 1964 op plaat uitgebrachte muzikale van Allan Sherman met het Boston Pops Orchestra onder leiding van Arthur Fiedler. De komedie rondom Sergei Prokofievs Peter en de Wolf steekt de draak met het Sovjet Communisme. Peter componeert een nieuwe melodie die moet worden goedgekeurd door het commissariaat voor muziek. Uit het verhaal blijkt al snel dat dit commissariaat geen smaak of talent heeft. Het dwingt Peter om steeds meer noten te veranderen, daarmee de melodie veranderend in tal van stijlen, waaronder een Bossa Nova. Andere klassieke stukken die moeten geloven aan de ‘verbeteringen’ van het commissariaat zijn Beethovens Vijfde Symfonie die wordt omgevormd tot een Cha-cha-cha, Brahms Lullaby dat in Rock en Roll stijl wordt herschreven en Verdi’s Aida dat in Dixielandstijl, volgens de commissie, beter tot zijn recht komt. Het Residentie Orkest heeft Micha Wertheim benaderd om deze komedie te vertalen en te bewerken naar de actualiteit. De vraag in hoeverre politiek zich dient te verhouden tot (scheppende) kunst, lijkt actueler dan ooit. Daarnaast programmeert het RO werk van Dimitri Shostakovich. Een van de componisten die zijn hele werkzame leven heeft geworsteld met de invloed van het Sovjetregime op zijn composities. Programma Prokovief/Diverse componisten Dimitri Shostakovich • •
-
Peter and the Commissar (1964) Verteller/bewerker: Micha Wertheim Symfonie no. 9
In samenwerking met (jazz-) musici van het koninklijk Conservatorium Lezing en paneldebat rondom het thema kunst en politiek met bv. oudstaatssecretaris Rick van der Ploeg, Ruslanddeskundige Victoria Koblenko
11
D. The Adult Guide to the Orchestra 16+ Wat velen niet weten is dat de o.a. van TV bekende cabaretier Mike Boddé een begenadigd jazzpianist en componist is. Aan de hand van de muziek van Benjamin Brittens ‘The Young Persons Guide To The Orchestra’ leert hij het publiek het symfonieorkest kennen met behulp van komische anekdotes over de instrumenten en hun bespelers. Daarnaast zal hij de muziekgeschiedenis behandelen in een korte cursus. Daarbij aantonende dat grote componisten uit het verleden en heden elkaar voornamelijk hebben gekopieerd en dat coaching van componisten in de voorbije eeuwen te weinig heeft plaatsgevonden. Programma Benjamin Britten - The Young Persons Guide To The Orchestra
E. Halloween – Scary Music De bekendheid van het in Europa en Nederland steeds populairder wordend Halloweenfeest hangt nauw samen met de horrorfilms rond dit thema. Films met altijd herkenbare en symfonische muziek. Reden genoeg voor het Residentie Orkest om de highlights uit dit genre op het podium te brengen. In een programma van ruim een uur komt samen met een videoartist alle bekende griezelfilmmuziek aan bod. Van A Nightmare on Elm Street tot Sleepy Hollow en van Hitchcocks Birds tot American Psycho. • •
Lezing: ontstaan van Halloween in relatie tot aller-heiligen met Antoine Bodar Afterparty in samenwerking met het Paard van Troje: musici van het RO spelen samen met een DJ bekende filmmuziek.
12