DE PIEK KOMT ERAAN 1
Ook al praat niemand over een naderende oliekrapte, de prijs per vat wil maar niet onder de 100 dollar zakken. Kopers van olie hebben kennelijk iets door wat de rest van ons lijkt te missen. Namelijk dat je geen lage olieprijs kunt verwachten als de winning in velden met conventionele olie overal ter wereld snel inzakt. *)
*)
Dit artikel ontleent zijn gegevens o.a. aan de artikelen van Eric Riguly in de Globe and Mail en van Nafeez Ahmed in de Guardian van 23 december 2013. Lees ook: Jeremy Leggett, Uit de olie isbn 978 90 6224 530 7 336 p, 19,95 euro Uitgeverij Jan van Arkel
2
De piek komt eraan Het zijn steeds gepensioneerde oliegeologen die durven te zeggen wat anderen zo krampachtig negeren. Nu is er Richard Miller, geochemicus bij BP van 1985 tot 2008, die zijn zegje deed. De cijfers laten volgens hem duidelijk zien dat goedkope olie snel opraakt. De winning van conventionele olie piekte in 2008 op 70 miljoen vaten per dag en sindsdien gaan er uit de oude velden elk jaar 3,3 miljoen vaten af. Saoedi Arabië pompt dagelijks 10 miljoen vaten op. Dus we hebben ter compensatie elke drie jaar een nieuw Saoedi Arabië nodig. Zo is het te begrijpen dat iedereen zo tuk is op een positie in de Noordelijke IJszee, of het nu Russen, Canadezen of Amerikanen zijn. Het is overal op de wereld hetzelfde verhaal. De Noordzee zat in 1999 op zijn top met 4,5 miljoen vaten per dag. Dit jaar zal het tussen de 1,2 en 1,4 miljoen vaten zijn. Dalingen van 9% per jaar zijn geen uitzondering. De oliewinning in Indonesië daalt al sinds midden jaren ’90. Het land moet nu olie invoeren en is geschrapt als lid van de OPEC. De lijst is lang. De oliewinning is bovendien een star verschijnsel. Miller noemt dit ‘het probleem van het pinnen’: je kunt elke dag pinnen, maar nooit meer dan je dagelijkse limiet. Het is geen kraan die je even flink opendraait. Hoge(re) prijzen moeten voor vraaguitval zorgen. Want ‘piekolie’ en ‘piekvraag’ zijn simpelweg twee kanten van dezelfde medaille. Maar een prijs van 150 dollar per vat is geen wondermiddel dat zomaar nieuwe velden tevoorschijn roept en na een paar jaar ben je bij die prijs terug bij de piek. Daarom komt de tijd van voor 2004 nooit meer terug. ‘De olieprijs van 30 dollar is sinds 2004 eigenlijk alleen maar gestegen. Hij schoot in 2008/2009 omhoog tot 150 dollar, zakte in en klom weer tot 110 dollar en heeft dat niveau vastgehouden. De prijsstijging bracht heel wat exploratie en ontwikkeling, maar deze nieuwe velden hebben de totale winning niet echt opgeschroefd, vanwege het inzakken van oudere velden. Dat ondersteunt het idee dat we vandaag de dag op de top van de haalbare winning zitten. De recessie is daar de uitdrukking van,’ aldus Richard Miller.
3
Jaar 2050 —
2040 —
2030 —
2020 —
2010 —
2000 —
1990 —
1980 —
1970 —
1960 —
1950 —
1940 —
1930 —
Miljard vaten per jaar 60
50
40
30
20
10
0
Ontdekkingen uit het verleden
Toekomstige ontdekkingen
Winning
4
De alternatieve vormen van ‘exotische’ oliewinning (de zogenaamde onconventionele olie) zijn zeer duur, en te mager om de leemte te vullen. Diepzeeoliewinning is gruwelijk duur en riskant. Teerzanden leveren zoveel CO2 dat winning moreel niet te verantwoorden is. Biodiesel bestaat bij de gratie van enorme subsidies opgebracht door belastingbetalers. En dat in Amerika de schalieolie (in één formatie) lekker stroomt wil niet zeggen dat het probleem wereldwijd is opgelost. Miller zegt hierover: ‘We zijn net laboratoriumratten die alle maïs op hebben en nu ontdekken dat we het pakje van de maïs ook kunnen eten. Ja, dat kan, maar… Schalieolie zou in Amerika tot 5 of zelfs 6 miljoen vaten per dag kunnen gaan – heel goed voor de economie – maar elders, bijv. in Engeland, kan dat niet. Het is er te dichtbevolkt. Schalieolie piekt in de VS waarschijnlijk voor 2020. Het gaat nooit de huidige invoer van 9 miljoen vaten leveren.’ David Murphy, een expert in ‘energie-opbrengst uit energie-investeringen (EROI)’, schrijft in het tijdschrift van de Royal Society dat de EROI voor de wereldwijde olie- en gaswinning nu rond de 15 ligt en daalt. (Dus 1 vat investeren om er 15 te winnen.) Voor onconventionele olie en biodiesel is de EROI meestal lager dan 10. Het probleem is dat, als de EROI daalt, de prijzen stijgen.** En de IEA schat dat de vraag in 2014 met 1,2 miljoen vaten zal toenemen tot 92,4 miljoen vaten per dag in totaal. Dat komt vooral door de behoefte van China en andere landen in het Zuiden, want in het Westen wordt de economische productie steeds energiezuiniger. Het aantal motors en auto’s in China is tussen 2000 en 2010 vertwintigvoudigd en de groei is niet gestopt in 2010 getuige de smogproblemen van 2014. We mogen ons dan niet druk maken over een oliepiek, hij is wel degelijk reëel en griezelig. Miller: ‘Hoge olieprijzen gaan samen met recessies (al gaan recessies niet altijd samen met hoge olieprijzen). Oorzaak-gevolg zijn misschien niet gemakkelijk te bewijzen, maar als bijv. Amerika meer dan 4% van zijn nationaal product aan olie uitgeeft, of meer dan 10% aan primaire energie, zakt de economie in, doordat het geld niet besteed wordt aan andere goederen en diensten. Een olietekort zal alles in de economie raken. Ik verwacht meer hongersnood, meer droogte, meer oorlog om grondstoffen, en een voortdurende inflatie in de energiekosten in alle goederen.’
**) Zie hierover het stuk ‘We kukelen in de energie-afgrond’ (dat ook met deze mail zit).
5