Cultuur, migratie en religie (2)
De belofte van het nieuwe multiculturalisme lodewijk van oord Toen Hans Janmaat, fractievoorzitter van de Centrum Democraten, in 1996 verklaarde de multiculturele samenleving te willen afschaffen, werd hij door het gerechtshof in Arnhem veroordeeld tot twee maanden voorwaardelijk en een boete van 7500 gulden. De rechter besliste dat Janmaats uitspraak neerkwam op ‘discriminatie van in Nederland aanwezige etnische minderheden’, een vonnis dat door de Hoge Raad werd bekrachtigd.1 Een kleine vier jaar later publiceerde Paul Scheffer in nrc Handelsblad zijn essay over het multiculturele drama. 2 Het debat dat hij hiermee instigeerde zou de publieke opinie over multiculturaliteit in Nederland radicaal veranderen. Als gevolg van deze omwenteling ¬ noem het een revolutie ¬ is de veroordeling van Janmaat haast onvoorstelbaar geworden. De afgelopen jaren tuimelden publicisten van diverse pluimage over elkaar heen om in steeds scherpere bewoordingen de eens zo gekoesterde idee van de multiculturele samenleving naar de prullenbak te verwijzen. Het debat was ongewoon fel en veel deelnemers leken maar wat uit de heup te schieten. Zo stelde Afshin Ellian in alle ernst dat multiculturalisme in Nederland zou leiden tot de ontOver de auteur Lodewijk van Oord doceert Geschiedenis van het Midden-Oosten en Conflictstudies aan het United World College of the Atlantic in Wales Noten zie pagina 29 s & d 10 | 20 0 7
wikkeling van de eerste Europese Gazastrook. 3 Sylvain Ephimenco schreef op hoge toon dat het tijd werd om ‘definitief af te rekenen met een illusoir concept, een schimmig droombeeld’ dat alleen maar geleid had tot ‘slachtofferisme’ bij allochtonen. 4 De gedachte dat de multiculturele samenleving een illusie is, had Ephimenco ontleend aan scp -voorman Paul Schnabel, die al in 1999 in een meer afwogen analyse tot de conclusie kwam dat er in de praktijk nauwelijks sprake is van culturele synthese tussen autochtone en allochtone Nederlanders. Multiculturaliteit ‘is geen realistische optie en het is zelfs geen wenselijke optie’, aldus Schnabel, die vervolgde met een pleidooi voor aanpassing en assimilatie.5 Ook politici roerden zich, maar de debatten in het parlement voegden inhoudelijk weinig toe aan hetgeen elders al te berde was gebracht. De agenda van politiek Den Haag leek vooral een afspiegeling van wat er in de media en aan de borreltafel zoal werd gezegd. Zoals gpv -leider Gert Schutte het in april 2000 in de Tweede Kamer verwoordde: ‘Het is ongetwijfeld goed dat debatten die in de samenleving plaatsvinden ook hier plaatsvinden.’6 De moorden op Pim Fortuyn en Theo van Gogh stelden het debat op scherp. Ook de opkomst, ondergang en transatlantische wederopstanding van Ayaan Hirsi Ali droegen bij aan de discussie, die intussen steeds rommeliger werd. Het multiculturele debat concentreerde zich steeds meer op de islam, religieus extremisme
25
Cultuur, migratie en religie Lodewijk van Oord De belofte van het nieuwe multiculturalisme en terrorisme. Genuanceerde geluiden waren in die discussie niet erg welkom. Gematigde bijdragen zoals die van Geert Mak en Ian Buruma werden frontaal aangevallen door het squadron van publicisten dat het debat in eerste instantie had aangezwengeld. Wie de hele discussie in ogenschouw neemt, moet concluderen dat die buitengewoon verwarrend is. Nu monden debatten over cultuur al snel uit in spraakverwarring, zeker als wordt
Jarenlang was in het Nederlandse overheidsbeleid diversiteit een doel op zich
26
nagelaten dit problematische containerbegrip eerst goed af te bakenen. Cultuur, tenslotte, ‘means whatever we use it to mean’. 7 Het gevolg is dat velen de neiging hebben om zodra de term valt op zoek te gaan naar hun woordenboek. 8 Zonder een helder kader en een systematische aanpak ontstaat al snel een conceptuele chaos, waarin het mogelijk wordt dat iemand de Randstad met de Gazastrook verwart. De meest inzichtelijke bijdrage aan het debat kwam, in dit verband, van de filosoof Jos de Mul, die betoogde dat de multiculti’s en de monoculti’s dezelfde fundamentele analysefout maken: ze beschouwen cultuur als ‘een homogeen, in zichzelf besloten en onveranderlijk geheel van tradities, normen en waarden’. 9 In welke cultuur we geboren worden is volstrekt toeval, maar culturele tradities zijn geen gevangenissen waarin we levenslang opgesloten zitten, aldus De Mul. Bovendien lenen en kopiëren culturen voordurend van elkaar, wat elke ‘authentieke’ cultuur per definitie al multicultureel maakt. Volgens het ‘liberaal nationalisme’, de normatieve politieke filosofie die het Nederlandse debat domineert, kan een liberale democratie alleen succesvol worden ingericht als de burgers in een samenleving een gemeenschappelijke culturele identiteit delen.10 Hoewel veel liberaal s & d 10 | 20 0 7
nationalisten met Benedict Anderson zeggen dat nationale identiteiten constructies zijn, vinden ze deze imaginaire constructies wel van groot belang voor het garanderen van sociale cohesie binnen een staat. Het is dan ook noodzakelijk dat de grenzen van politieke eenheid samenvallen met die van nationale eenheid. De staat moet zich actief inzetten om de nationale identiteit te beschermen en binnen de samenleving te verspreiden. Kwesties als de angst voor een Europese superstaat en initiatieven om te komen tot een historische canon en een Nationaal Historisch Museum zijn aan de hand van het liberaal nationalisme goed te duiden. Opvallend is dat het liberaal nationalisme in toenemende mate van repliek wordt gediend. Er lijkt sprake te zijn van een trendbreuk. Met name de agressieve toon van sommige islam critici wordt steeds meer als een probleem gezien.11 Misschien maakt deze omslag in het debat het mogelijk om te komen tot een herwaardering van het multiculturele vraagstuk. Dit is nodig, want zoals ik in dit artikel zal betogen is de multiculturele samenleving een vanzelfsprekend gevolg van de keuzevrijheid van burgers in een volwassen democratie. twee perspectieven Het ideaal van de multiculturele samenleving kan twee verschillende vormen aannemen. De eerste variant beschouwt culturele diversiteit als iets waardevols in zichzelf. Dit is de vorm van multiculturaliteit die in Nederland jarenlang populair was. Verscheidenheid werd een doel op zich, hoewel die diversiteit zich in de praktijk voornamelijk uitte in randverschijnselen als het culinaire aanbod en de wereld van de kunsten. Binnen deze invulling van multiculturaliteit worden ‘verschil’ en ‘behoud van eigen identiteit’ waardevolle principes. De diversiteit in de samenleving wordt gekoesterd en iedereen die kan aantonen anders te zijn dan de anderen kan om die reden overheidssubsidie krijgen. Dit beleid ter discussie stellen was jarenlang taboe: kritische meningen werden al snel als discriminerend beschouwd.
Cultuur, migratie en religie Lodewijk van Oord De belofte van het nieuwe multiculturalisme Waarom juist deze vorm van multiculturaliteit werd omarmd kan wellicht worden verklaard vanuit de Nederlandse verzuilingstraditie waarin mensen uit verschillende zuilen grotendeels langs elkaar heen leefden. Echter, op een situatie waarin culturele groepen een naar binnen gekeerd karakter tonen en betrekkelijk geïsoleerd ten opzichte van elkaar staan, is het begrip multiculturalisme eigenlijk niet van toepassing. Zo’n samenleving is ‘pluraal monocultureel’. Een voorbeeld. In mijn studietijd werkte ik als suppoost in Stedelijk Museum De Lakenhal in Leiden. Onder aanmoediging van staatssecretaris Rick van der Ploeg (PvdA) probeerden culturele instellingen meer allochtone bezoekers te trekken. De Lakenhal wilde niet achterblijven en organiseerde op een zondag een intercultureel festival waarbij het Iraanse levenslied centraal stond. Er was Iraans eten en Kader Abdolah kwam voorlezen. Honderden Iraniërs togen die dag naar Leiden. Ons, de suppoosten, viel het op dat niemand belangstelling had voor de schilderijen van Rembrandt, Jan van Goyen en
Er is niets benoembaar fundamenteels dat in geen enkele beschrijving van de Nederlandse cultuur mag ontbreken Lucas van Leyden. De bezoekers kwamen niet voor het museum, ze kwamen voor elkaar. Een ouder echtpaar met Leidse tongval verscheen aan de kassa en wilden weten wat er precies aan de hand was. De caissière legde uit dat er een dag voor Iraniërs georganiseerd was, maar dat ze gewoon de collectie konden bezichtigen. Niet gecharmeerd van luide Perzische muziek besloot het echtpaar een andere keer terug te komen. Critici van het pluraal monoculturalisme zoals dat in Nederland jarenlang in het overheidsbeleid tot uitdrukking kwam, hebben op s & d 10 | 20 0 7
hoofdlijnen gelijk. Bepaalde groepen zullen in dit model minder kansen hebben dan anderen om zich te ontplooien en een solide plaats in de samenleving te verwerven. Cultureel conservatisme en een gebrek aan culturele mobiliteit hangen ermee samen. Veel meer potentie heeft een alternatieve visie op multiculturalisme. Aanhangers van die tweede variant zijn niet geïnteresseerd in het cultiveren van verschil. Eerder leggen zij de nadruk op de mogelijkheden voor individuele burgers om in vrijheid redelijke keuzes te maken.12 Het begrip culturele vrijheid werd gepopulariseerd in het Human Development Report 2004 van de Verenigde Naties. Het wordt hierin gedefinieerd als de ruimte die mensen hebben om hun eigen identiteit te bepalen en hun leven waardevol in te richten, zonder te worden uitgesloten van belangrijke zaken zoals onderwijs, gezondheidszorg en de arbeidsmarkt.13 In dit perspectief wordt culturele diversiteit gewaardeerd voorzover ze gekoppeld is aan ontwikkeling en emancipatie, vooral van individuele leden van minderheidsgroepen. Mensen moeten kunnen kiezen of zij de cultuur van de groep waarin zij geboren zijn omarmen of verwerpen. Een moslima die door haar familie gedwongen wordt om een hoofddoek te dragen wordt in haar culturele vrijheid geschonden. Voor de moslima die gedwongen wordt haar hoofddoek af te leggen, bijvoorbeeld omdat ze als griffier bij een rechtbank werkt of omdat de openbare school waar ze leerling is het dragen ervan niet toestaat, geldt hetzelfde. In de praktijk zullen velen ervoor kiezen om een deel van de cultuur waarin ze geboren worden te behouden, een ander deel aan te passen en weer een ander deel te verwerpen. Deze constellatie van keuzes leidt tot wat Jos de Mul interculturele vibraties noemt. Hieruit volgt dat elke culturele constructie, ook de Nederlandse, een samensmelting van verschillende tradities en invloeden is. Een cultuur is geen solide ding op zich, maar een mentaal bouwwerk. Voor de een bestaat de Nederlandse cultuur uit dijken, polders en
27
Cultuur, migratie en religie Lodewijk van Oord De belofte van het nieuwe multiculturalisme deltawerken, voor een ander uit Sinterklaas, Koninginnedag en hema -worst, en voor weer een ander uit euthanasie, homohuwelijk en coffeeshops. Een grote gemene deler is er niet, overlap wel. De Nederlandse cultuur volgens persoon A lijkt een beetje op die van persoon B en die van B lijkt weer wat op die van C. Maar het verband tussen A en C hoeft niet per se duidelijk te zijn. Voor essentialisme is hier geen plaats, er is niets benoembaar fundamenteels dat in geen enkele beschrijving van de Nederlandse cultuur mag ontbreken.
Het beknotten van culturele vrijheid is immoreel en ineffectief
28
Culturele vrijheid is om verschillende redenen van belang. Het vn -rapport stelt dat gedwongen aanpassing immoreel is, een mens moet vrij zijn om binnen de grenzen van de wet te zijn wie hij of zij wil zijn. Het beknotten van culturele vrijheid is bovendien ineffectief: uiteindelijk neemt de spanning in de samenleving er alleen maar door toe, niet af. Een ander argument benadrukt dat culturele vrijheid essentieel is voor de sociale en economische emancipatie en ontwikkeling van burgers uit met name minderheidsgroepen. Het vn -rapport sluit wat dit betreft nadrukkelijk aan bij het denken van de met de Nobelprijs gelauwerde econoom Amartya Sen, die deze gedachte uitwerkte in zijn boek Development as Freedom. 14 Hierin beargumenteert hij overtuigend dat culturele onvrijheid in wezen een vorm van armoede is. de vrijheid centraal Keuzevrijheid is in een democratische samenleving een groot goed ¬ daarover is bijna iedereen, links en rechts op het politieke spectrum, het eens. Vooral waar het gaat over de inrichting van het eigen leven en de vormgeving van de individuele identiteit, is persoonlijke autonomie s & d 10 | 20 0 7
van het grootste belang. In een plurale, multietnische staat zal dit keuzebeginsel automatisch leiden tot een multiculturele samenleving. Deze samenleving is geen doel op zich, maar een logisch gevolg van de verschillende keuzes die burgers maken. Je zou dus kunnen spreken van ‘geïndividualiseerd multiculturalisme’.15 Als burgers in een samenleving vrij zijn en in staat om persoonlijke afwegingen te maken, is dat een goed teken: de mate van culturele vrijheid zegt iets over het ontwikkelingsniveau van een land. Cultureel conservatisme krijgt geen kans, aangezien de keuzes die mensen maken voortdurend zullen leiden tot culturele interactie en ontwikkeling. Cultuurverschillen hoeven niet met allerlei kunstgrepen van overheidswege bevorderd te worden. De overheid heeft evengoed een actieve rol te spelen. Kritisch onderwijs kan jongeren laten kennismaken met de diversiteit van de samenleving en hen leren hoe ze hun persoonlijke culturele vrijheid kunnen uiten. Elke vorm van segregatie in het onderwijs moet hard worden bestreden. Degenen die in hun vrijheid beknot worden door hun familie of culturele groep dienen door de samenleving gesteund en zonodig beschermd te worden. Dit geldt zowel voor de autochtone gereformeerde jongen die niet kan uitkomen voor zijn homoseksuele geaardheid als voor de allochtone moslima die een relatie met een niet-moslim wil aangaan. Culturele vrijheid is niet alleen een zaak voor minderheden, maar noodzaak voor elke persoon die het eigen leven vorm wil geven en coauteur wil zijn van de eigen identiteit. Dit is een zinvoller richtsnoer dan het oude adagium ‘behoud van eigen identiteit’. Het culturele vrijheidsprincipe kan van pas komen bij het innemen van een standpunt in actuele politieke kwesties. Geloofsafval is een belangrijk individueel recht. Een comité dat exgelovigen wil steunen is in principe lovenswaardig, zeker als het individuen helpt die een religie verlaten die in de praktijk weinig ruimte laat voor apostasie. Aan de andere kant verdienen al diegenen die de keuze maken om religieus te blijven of te worden dezelfde respectvolle be-
Cultuur, migratie en religie Lodewijk van Oord De belofte van het nieuwe multiculturalisme handeling. Elke individuele keuze die in vrijheid gemaakt wordt en die de vrijheid van anderen niet schendt, dient door de overheid gerespecteerd en waar nodig gesteund en beschermd te worden. Liberaal nationalisten zijn bang dat een gebrek aan consensus over de kernwaarden van een samenleving uiteindelijk tot desintegratie zal leiden. Het voortbestaan van plurale, tegenstrijdige opvattingen over het goede leven zien zij als een probleem. Om het tij te keren pleiten zij voor het stimuleren van een sterke, collectieve identiteit. Het blijft onduidelijk waar die nationale identiteit precies uit moet bestaan en hoe een moderne democratie haar precies moet uitdragen. In een tijd waarin steeds meer burgers sceptisch zijn over de overheid zal elke vorm van nationale uitdragerij al snel als staatspropaganda worden opgevat. Om samen te kunnen leven is bovendien geen harde collectieve identiteit nodig. Van burgers hoeft niet verlangd te worden dat ze een zwart-witte, eenduidige loyaliteit uitspreken. De samenleving is niet in gevaar als er tijdens een interland Nederland-Marokko enkele Nederlandse allochtonen voor Marokko juichen. Een volwaardige democratie ontleent haar kracht juist aan de manier waarop zij omgaat met het ontbreken van een uniforme identiteit. We zullen moeten leren samenleven met
Noten 1
Hoge Raad (strafkamer) 18 mei 1999, nr. 108 960. In: Nederlandse Jurisprudentie 1999/634 (Janmaat). 2 Paul Scheffer, ‘Het multiculturele drama’. In: nrc Handelsblad, 25 januari 2000. 3 Afshin Ellian, ‘Leve de monoculturele rechtsstaat’. In: nrc Handelsblad, 30 november 2002. 4 Sylvain Ephimenco (2004), Het land van Theo van Gogh. De multiculturele desintegratie. Amsters & d 10 | 20 0 7
5
6
7
8
mensen met wie we het over essentiële waarden wezenlijk oneens zijn. Zolang deze andersdenkenden geen inbreuk maken op de autonomie en de culturele vrijheid van anderen ¬ hun eigen jongvolwassen kinderen niet uitgezonderd ¬ moeten we deze andersdenkenden vooral anders laten denken. Wij kunnen niet verwachten dat onze persoonlijke visie op het goede leven door elke medeburger gedeeld wordt. Essentiële meningsverschillen zijn misschien hinderlijk, maar niet ontoelaatbaar. Het enige forum van eenheid dat door de overheid actief bevorderd moet worden is het publieke debat zelf.16 Dat debat moet meer zijn dan een afspiegeling van de stand van de samenleving. Idealiter werkt het andersom: door het gesprek groeit de sociale cohesie. Communicatie leidt tot communio. 17 Dat lukt alleen als het debat niet gestoeld wordt op verankerde waarheden en essentialistische grondbeginselen. Een loopgravenstrijd zoals die zich in Nederland de laatste jaren afspeelt, waarin het naar elkaar luisteren en van elkaar leren taboe is, brengt ons geen stap verder. Wie het publieke debat bovendien met geweld wil ontregelen ¬ fysiek of verbaal ¬ diskwalificeert zichzelf. Er is maar een uitweg: het debat voeren op basis van de veronderstelling dat we niet precies weten wat de politieke waarheid is, maar wel waar die meestal te vinden is: ergens in het midden.
dam/Antwerpen: Houtekiet, p. 37 en 47. Paul Schnabel (1999), De multiculturele illusie. Een pleidooi voor aanpassing en assimilatie. Utrecht: Forum, p. 8. Regeling der Werkzaamheden Tweede Kamer over fractievoorzittersdebat integratie minderheden, dinsdag 4 april 2000. R. Keesing (1974), ‘Theories of culture’. In: Annual Review of Anthropology 3: 73-97, aldaar 73. Aldus Kwame Anthony Appiah (2005), The Ethics of Identity.
Princeton: Princeton University Press, p. 114. 9 Jos de Mul, ‘Het vlietend “thuis.” Interculturele vibraties’. In: nrc Handelsblad, 27 februari 2004. 10 Het standaardwerk hierover is nog steeds Yael Tamir (1993), Liberal Nationalism. Princeton: Princeton University Press. Zie ook Helder de Schutter (2007), ‘Eén volk? Deliberatieve democratie, nationalisme en multiculturalisme’. In: Raf Geenens & Ronald Tinnevelt (red.), De stem
29
Cultuur, migratie en religie Lodewijk van Oord De belofte van het nieuwe multiculturalisme van het volk. Democratie als gesprek. Leuven: Lannoo Campus, p. 139-163. 11 Margreet Fogteloo, ‘Drama? Welk drama? De gunstige ontwikkeling van het multicultureel debat’. In: De Groene Amsterdammer, 8 juni 2007. Sjoerd de Jong, ‘Wie de westerse cultuur wil verdedigen, matigt
30
s & d 10 | 20 0 7
zijn toon’. In: nrc Handelsblad, 8 september 2007. 12 Amartya Sen (2006), Identity and violence. The illusion of destiny. London: Allen Lane, p. 150. 13 Human Development Report 2004. Cultural liberty in today’s diverse world. New York: United Nations Development Programme. 14 Amartya Sen (1999), Develop-
ment as freedom. New York: Anchor Books. 15 Dick Pels (2005), Een zwak voor Nederland. Ideeën voor een Nieuwe Politiek. Amsterdam: Anthos. 16 Helder De Schutter (2007), p. 143. 17 Zie Stefan Paas (2007), Vrede stichten. Politieke meditaties. Zoetermeer: Boekencentrum, p. 23.