281
NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD VAN 17 DECEMBER 2014 OM 20.00 UUR. Aanwezig: Koen Mettepenningen Raadsvoorzitter Herman Vijt Burgemeester Frans Van Gaeveren, Etienne Drieghe, Tom Waterschoot, Luk De Mey, Maria De Keyser, Raoul Huylebroeck, Paul Verschelden Schepenen André Raemdonck, Etienne De Prijcker, Jaak Van den Broeck, Tom Vermeire, Ann Verschelden, An Geerinck, Henri Peelman, Nadine De Clercq, Christel Van Hoyweghen, Jan De Graef, Jeroen Van Goethem, Lotte Peeters, Jan Laceur, François Van den Broeck, Leo Van der Vorst, Fatima Gökce, Agnes Onghena, Marleen Van Goethem Raadsleden André Reuse Gemeentesecretaris Verontschuldigd: / Afwezig: / Aanvankelijk verhinderd: / De heer Raadsvoorzitter Koen Mettepenningen opent de zitting. Bij de aanvang van de zitting, deelt raadsvoorzitter K.Mettepenningen en aantal punten mee: 1) De “Ronde van Vlaanderen”, studiedag van VVSG, die een interessant thema aanbiedt. 2) Het overzicht van de data gemeenteraden 2015 (zou normaliter al bezorgd zijn ), wordt ten spoedigste (opnieuw) doorgegeven door het secretariaat. 3) Punt O.32 wordt van de agenda gehaald. OPENBARE ZITTING
O 1 Proces-verbaal van de vorige zitting – goedkeuring. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Keurt met algemene instemming het proces-verbaal van 26 november 2014 goed.
O 2 Gemeentelijke opcentiemen op de onroerende voorheffing – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2013 betreffende de gemeentelijke opcentiemen op de onroerende voorheffing; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op artikel 351 – 1° van het Wetboek van de Inkomstenbelasting; Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; Akte genomen van de tussenkomsten van raadsleden A.Raemdonck en T.Vermeire, sp.a; van raadslid A.Geerinck, N-VA; van het antwoord van schepen van financiën R.Huylebroeck; van de reacties van raadsleden A.Geerinck en J.Laceur, N-VA, van raadslid A.Raemdonck, sp.a; van het antwoord van burgemeester H.Vijt.
17 december 2014
282 BESLUIT met 16 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); A.Onghena, groen, en 11 “onthoudingen” A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a), J. Van den Broeck, L.Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA). Raadslid A.Geerinck, N-VA, motiveert de onthouding van haar fractie als volgt: De nog steeds hoge opcentiemen maken van Hamme een dure, en dus minder aantrekkelijke gemeente. Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt sp.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. Artikel 1: Voor het aanslagjaar 2015 wordt ten behoeve van de gemeente 1650 opcentiemen op de onroerende voorheffing geheven. Artikel 2: De gemeentelijke opcentiemen op de onroerende voorheffing zullen geïnd worden overeenkomstig de regels bepaald voor de heffing van de belasting waar zij bijkomen. Artikel 3: Afschrift van deze beraadslaging wordt overgemaakt aan de hogere overheid. Artikel 4: Dit reglement wordt definitief en bindend overeenkomstig art. 186 en 187 van het Gemeentedecreet.
O 3 Aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2013 betreffende de aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op de artikelen 465 tot en met 470bis van het Wetboek van de inkomstenbelastingen; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; BESLUIT met 16 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); A.Onghena, groen, en 11 “onthoudingen” A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a), J. Van den Broeck, L.Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA). Raadslid A.Geerinck, N-VA, motiveert de onthouding van haar fractie als volgt: De nog steeds hoge personenbelasting maakt van Hamme een dure, en dus minder aantrekkelijke gemeente. Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt sp.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. Artikel 1: Er wordt voor het aanslagjaar 2015 een aanvullende belasting gevestigd ten laste van de rijksinwoners die belastbaar zijn in de gemeente op 1 januari van het aanslagjaar.
17 december 2014
283
Artikel 2: De belasting wordt vastgesteld op 8,00 % van het volgens artikel 466 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992 berekende gedeelte van de personenbelasting die aan het rijk verschuldigd is voor hetzelfde aanslagjaar. Deze belasting wordt gevestigd op basis van het inkomen dat de belastingplichtige heeft verworven in het aan het aanslagjaar voorafgaande jaar. Artikel 3: De vestiging en de inning van de gemeentelijke belasting zullen door het toedoen van het bestuur der directe belastingen geschieden, overeenkomstig de bepalingen vervat in de artikelen 466 e.v. van het Wetboek van de inkomstenbelastingen. Artikel 4: Deze verordening wordt naar de toezichthoudende overheid gezonden.
O 4 Algemene heffing op gezinnen – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2013 betreffende het belastingreglement algemene heffing op gezinnen; Gelet op het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie-en gemeentebelastingen dd. 3 mei 2008; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; Akte genomen van het voorstel van amendement, met toelichting, ingediend door raadslid A.Raemdonck, namens de sp.a-fractie: “Vanaf 1 januari stijgt de kostprijs voor een huisvuilzak (60l) met een halve euro. De gezinnen zullen dan 1,75 euro betalen i.p.v. 1,25 euro, dat is een stijging van maar liefst 40%. De prijsverhoging maakt dat de gemeente circa 185.000 euro extra inkomsten verwerft. Vorig jaar heeft men ook al gratis huisvuilzakken afgeschaft, wat de gemeente al 150.000 euro extra had opgeleverd. Nieuwe inkomsten voor 335.000 euro geven genoeg mogelijkheden om de onfaire forfaitaire gezinsbelasting te halveren. Voorstel van amendement: n.a.v. de beslissing onder punt 4 waarbij de algemene heffing op gezinnen wordt gestemd, beslist de gemeenteraad om vanaf 2015 de gezinsbelasting te halveren. Het college krijgt de opdracht een en ander voor te bereiden.” Akte genomen van de reactie van burgemeester H.Vijt, die verwijst naar het debat terzake in een vorige raadszitting; van de repliek van raadslid A.Raemdonck, sp.a; van het antwoord van burgemeester H.Vijt; van de bedenking van raadslid T.Vermeire, sp.a; van het antwoord van schepen F.Van Gaeveren; van de tussenkomst van raadslid A.Onghena, Groen; van raadslid A.Raemdonck; van raadslid A.Geerinck, N-VA; van de vraag van raadslid J.Van den Broeck, Vl.Belang; van het antwoord van burgemeester H.Vijt; Na voorlezing van voormeld amendement, legt raadsvoorzitter K.Mettepenningen dit ter stemming voor aan de raad, met volgend resultaat: 6 stemmen “ja” nl. de raadsleden A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a), J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang). 15 stemmen “neen” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD). 6 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Onghena, groen, A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA).
17 december 2014
284
Raadslid A.Onghena, Groen, motiveert haar onthouding als volgt: De belasting zou inkomens afhankelijk moeten worden bepaald. Aldus is het amendement verworpen. Gaat vervolgens over tot een tweede stemming, over het voorstel van belastingsreglement zoals voorgelegd door de bestuursmeerderheid, met volgend resultaat: 15 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD). 12 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Onghena, groen, A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a), J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA). Raadslid A.Onghena, Groen, motiveert haar onthouding als volgt: De belasting zou inkomens afhankelijk moeten worden bepaald. Artikel 1: Met ingang van 1 januari 2015 wordt ten behoeve van de gemeente Hamme een jaarlijkse algemene heffing op gezinnen geheven voor een termijn eindigend op 31 december 2015. Artikel 2: Deze heffing is ten laste van ieder gezin dat op 1 januari van het aanslagjaar is ingeschreven in de bevolkingsbestanden van de gemeente en waarvan geen enkel lid onderworpen is aan de algemene heffing op bedrijven en vrije beroepen. Artikel 3:
§1. Onder gezin wordt verstaan: - hetzij een persoon die gewoonlijk alleen woont; - hetzij een vereniging van twee of meer personen die, al dan niet door familiebanden gebonden, gewoonlijk éénzelfde woning of woongelegenheid betrekken en samen leven. §2. De heffing wordt gevestigd ten laste van een gezinsverantwoordelijke, d.w.z namens één van de gezinsleden ouder dan 18 jaar, dat in het gezin eigen belangen en desgevallend die van de medegezinsleden behartigt en zich tegenover derden als dusdanig kenbaar gemaakt heeft, optreedt of gekend is.
Artikel 4:
§1. De belasting is verschuldigd per woning of woongelegenheid, hoe dan ook genaamd, op het grondgebied van de gemeente Hamme gelegen en door het gezin gebruikt of tot gebruik voorbehouden als hoofdverblijf. §2. Een woning of woongelegenheid wordt beschouwd als gelegen in de gemeente wanneer zij haar adres heeft in de gemeente of de hoofdingang in de gemeente gelegen is.
Artikel 5: De belasting wordt bepaald op 40,00 euro per gezin. Artikel 6: Het begonnen jaar is volledig verschuldigd, met dien verstande dat alleen op de op 1 januari bestaande toestand in aanmerking genomen wordt. Artikel 7: Kunnen ontheffing van deze belasting bekomen: De gezinnen die het bewijs leveren dat de gezinsverantwoordelijke op 1 januari van het aanslagjaar geniet van het recht op maatschappelijke integratie op basis van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie. Artikel 8: Kunnen een vermindering van 20,00 euro bekomen: De gezinnen die het bewijs leveren dat de gezinsverantwoordelijke van het gezin op 1 januari van het aanslagjaar geniet van de voorkeurtarieven inzake de verzekering voor geneeskundige verzorging op basis van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, met latere wijzigingen. Artikel 9: De heffing wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. Artikel 10: De heffing is betaalbaar binnen de twee maand na toezending van het aanslagbiljet.
17 december 2014
285
Artikel 11: De belastingplichtige kan een bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet, op straffe van nietigheid, schriftelijk worden ingediend en worden gemotiveerd. De indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn staat vermeld. Artikel 12: De heffing wordt ingevorderd overeenkomstig de regelen betreffende de invordering inzake rijksbelastingen op de inkomsten en vervat in het W.I.B. – 1992. Verwijl - en moratoriumintresten zijn op deze heffing toepasselijk zoals inzake de rijksbelastingen op de inkomsten eveneens vervat in het W.I.B. – 1992. Artikel 13: Deze verordening wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden.
O 5 Algemene heffing op bedrijven en vrije beroepen – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2013 houdende vaststelling van een algemene heffing op bedrijven en vrije beroepen; Gelet op het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie-en gemeentebelastingen dd. 3 mei 2008; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Akte genomen van de tussenkomst van raadslid A.Geerinck, N-VA; BESLUIT met 18 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); A.Onghena, Groen; J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang), en 9 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a), ); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA). Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt sp.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. Raadslid A.Geerinck, N-VA, motiveert de onthouding van haar fractie als volgt: Deze te hoge belasting, gerelateerd aan de oppervlakte, werkt ontmoedigend Artikel 1:
Met ingang van 1 januari 2015 wordt ten behoeve van de gemeente Hamme, een jaarlijkse algemene heffing op bedrijven en vrije beroepen geheven, voor een termijn eindigend op 31 december 2015.
Artikel 2:
De algemene gemeentebelasting op bedrijven en vrije beroepen is verschuldigd door alle natuurlijke en rechtspersonen die op 1 januari van het belastingjaar, als hoofdactiviteit en/of bijkomende activiteit op het grondgebied van de gemeente: - een nijverheids -, landbouw- of handelsbedrijf exploiteren; - een vrij beroep of een zelfstandige activiteit uitoefenen.
Artikel 3:
§1. De belasting is verschuldigd afzonderlijk per vestiging, hoe dan ook genaamd, gelegen op het grondgebied van de gemeente en door de belastingplichtige
17 december 2014
286
gebruikt of tot zijn gebruik is voorbehouden. §2. De belasting wordt, ongeacht de kadastrale indeling vastgesteld rekening houdend met de totale bebouwde en onbebouwde oppervlakte van het goed waarop de vestiging zich bevindt. Als bebouwde oppervlakte wordt die van de laagste bovengrondse verdieping in aanmerking genomen. Artikel 4:
De basisbelasting wordt als volgt vastgesteld: A. Voor land – en tuinbouwbedrijven:
A.1. Landbouwbedrijven:
Voor de schijf Voor de schijf Voor de schijf Voor de schijf
tot boven boven boven
7,5 ha 7,5 ha tot 12 ha 12 ha tot 25 ha 25 ha
74,00 EUR 105,00 EUR 148,00 EUR 247,00 EUR
Onder ‘landbouw’ wordt verstaan: akkerbouw, bosbouw en (pluim)veeteelt.
A.2. Tuinbouwbedrijven
A.2.1. Uitsluitend in open lucht.
Voor de schijf tot Voor de schijf boven Voor de schijf boven Voor de schijf boven
1 ha 1 ha tot 3 ha 3 ha tot 6 ha 6 ha
74,00 EUR 105,00 EUR 148,00 EUR 247,00 EUR
A.2.2. Uitsluitend onder glas
Voor de schijf tot 999 m² Voor de schijf van 1.000 m² tot 6.999 m² Voor de schijf van 7.000 m² tot 14.999 m² Voor de schijf vanaf 15.000 m²
74,00 EUR 105,00 EUR 148,00 EUR 247,00 EUR
Gemengde tuinbouwbedrijven (exploitaties zowel in open lucht als onder glas) die in beide categorieën vallen, betalen een bedrag dat overeenkomt met de hoogste schijf waarin ze vallen.
B. Voor de andere bedrijven en de vrije beroepen:
Tot van 50 m² tot Van 100 m² tot Van 250 m² tot Van 500 m² tot
49 m² 99 m² 249 m² 499 m² 749 m² 17 december 2014
123,00 EUR 154,00 EUR 185,00 EUR 310,00 EUR 371,00 EUR
287
Van 750 m² tot van 1.000 m² tot van 5.000 m² tot van 10.000 m² tot van 25.000 m² tot meer dan 50.000 m²
Artikel 5:
999 m² 4.999 m² 9.999 m² 24.999 m² 49.999 m²
635,00 EUR 930,00 EUR 1240,00 EUR 1859,00 EUR 2478,00 EUR 3100,00 EUR
Vrijstellingen en verminderingen: §1. Is vrijgesteld van deze belasting:
- de belastingplichtige die de activiteit bedoeld in artikel 2 van dit besluit heeft aangevat in het jaar dat het aanslagjaar voorafgaat EN die vóór de aanvang van de bedoelde activiteit de hoedanigheid van uitkeringsgerechtigde werkloze of schoolverlater had, of die genoot van een bestaansminimum. Deze vrijstelling kan slechts voor 3 opeenvolgende jaren worden toegepast.
§2. Op de overeenkomstig artikel 4 van dit besluit berekende belasting wordt een vermindering toegestaan van: - 25% voor de belastingplichtigen die in gezinsverband leven en elk een in dit reglement afzonderlijk belastbare activiteit uitoefenen. - 50% voor de werkloze belastingplichtigen, die onder de voorwaarden gesteld door de Rijksdienst voor Arbeidsbemiddeling, een bijberoep mogen uitoefenen. Deze vermindering kan slechts voor 3 opeenvolgende jaren worden toegepast.
- 50% voor de belastingplichtige die op 1 januari van het dienstjaar de activiteit bedoeld in artikel 2 van dit besluit heeft aangevat in het jaar dat het aanslagjaar voorafgaat. Deze vermindering kan slechts voor 3 opeenvolgende jaren worden toegepast. §3. De verminderingen waarvan sprake in §2 zijn cumuleerbaar, zonder dat evenwel de belasting minder mag bedragen dan 25,00 EUR. Artikel 6:
Elke belastingplichtige is gehouden per vestiging aangifte te doen bij middel van een door het gemeentebestuur ter beschikking gesteld formulier dat door hem, behoorlijk ingevuld en ondertekend, voor de er in vermelde datum moet worden teruggestuurd. De belastingplichtige die geen aangifteformulier heeft ontvangen, is gehouden aan het gemeentebestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen. De aangifte blijft geldig tot ze wordt opgezegd.
Artikel 7:
Bij gebreke van een aangifte of bij onvolledige aangifte wordt de belastingplichtige van ambtswege belast, conform artikel 6 van de wet van 24 december 1996 betreffende de vestiging en de invordering van de provincie- en gemeentebelastingen.
Artikel 8:Overtredingen op de aangifteverplichting geven aanleiding tot volgende belastingverhogingen: - eerste overtreding - tweede overtreding - derde overtreding
: ambtshalve gevestigde aanslag + 10% : ambtshalve gevestigde aanslag + 50% : ambtshalve gevestigde aanslag + 100% 17 december 2014
288
De overtredingen op de aangifteverplichting worden vastgesteld door de ambtenaren van het gemeentebestuur van Hamme, speciaal daartoe aangesteld door het college van burgemeester en schepenen. De vastgestelde overtredingen worden genoteerd in processen – verbaal die bewijskracht hebben tot het tegendeel bewezen is. De belastingverhoging wordt ingekohierd samen met het recht. Artikel 9:
De heffing wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. De belasting moet worden betaald binnen de twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.
Artikel 10:
De belastingplichtige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet worden gemotiveerd en op straffe van nietigheid schriftelijk worden ingediend. Het moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn vermeld staat of van de kennisgeving van de aanslag.
Artikel 11:
Deze verordening wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden.
O 6 Belasting op drijfkracht en vermogen van motoren – besluit. De Gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2013 houdende het belastingreglement op drijfkracht en vermogen van motoren; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen dd. 30 mei 2008; Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; BESLUIT met 23 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); A.Onghena, Groen; J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA), en 4 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a).
17 december 2014
289
Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt SP.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. Artikel 1: Er wordt voor een periode ingaand op 1 januari 2015 en eindigend op 31 december 2015 een gemeentebelasting van 9 EUR per eenheid en per breuk van PK of KW gevestigd op de motoren gebruikt voor nijverheids-, landbouw- en handelsdoeleinden, evenals op deze gebruikt door de beoefenaars van vrije beroepen, ongeacht de krachtbron welke deze in beweging brengt, vanaf een globale capaciteit van 25 PK of 18,38 KW. De belasting is verschuldigd voor de motoren die de belastingplichtige voor de exploitatie van zijn inrichting of van haar bijgebouwen gebruikt. Dienen als bijgebouw van een inrichting beschouwd te worden, iedere instelling of onderneming, iedere werf van om het even welke aard, die gedurende een ononderbroken tijdvak van minstens drie maanden op het grondgebied van de gemeente gevestigd is. Voor de motoren, gebruikt voor een zoals in vorig lid bedoeld en op het grondgebied van een andere gemeente overgebracht bijgebouw, is geen gemeentebelasting verschuldigd voor het tijdvak van het gebruik in de andere gemeente. Wanneer, hetzij een inrichting, hetzij een zoals hierboven bedoeld bijgebouw, geregeld en duurzaam een verplaatsbare motor gebruikt voor de verbinding met één of meer bijgebouwen, of met een verkeersweg, is daarvoor de belasting enkel verschuldigd, indien hetzij de inrichting zelf, hetzij het voornaamste bijgebouw in de gemeente gevestigd is. Artikel 2: De kracht van de hydraulische toestellen wordt berekend door omzetting van de kracht uitgedrukt in PK, naar KWh. Hierbij wordt rekening gehouden met het feit dat 1 PK = 735,5 W. Artikel 3: De belasting wordt niet geheven op: 1. de (reserve) motor die gans het jaar dat onmiddellijk aan het belastingjaar voorafgaat niet werd gebruikt; deze non-activiteit moet blijken uit desbetreffende, om de drie maanden te hernieuwen, schriftelijke berichten aan het gemeentebestuur, zoals voorzien bij art. 6. van dit reglement. Wat het eerste jaar van de belastingheffing aangaat, is het bewijs van non-activiteit evenwel met alle mogelijke rechtsmiddelen te leveren; 2. de motor gebruikt voor het aandrijven van een voertuig dat onder de verkeersbelasting valt of speciaal van deze belasting is vrijgesteld; 3. de motor van een draagbaar toestel; 4. de motor die een elektrische generator drijft, voor het gedeelte van zijn vermogen dat overeenstemt met dat benodigd voor het drijven van een generator; 5. de door de perslucht aangedreven motor; 6. de motorkracht welke uitsluitend gebruikt wordt voor toestellen tot bemaling; 7. de motoren van vaartuigen dienende voor het transport van goederen, alsmede deze aan boord van bedoelde vaartuigen gebruikt. Artikel 4: Iedere belastingplichtige, houder van in of buiten werking zijnde motoren, waarvan hij al dan niet eigenaar is, moet er aangifte van doen door middel van het formulier dat hem ten huize zal besteld worden door het gemeentebestuur. De belastingplichtige die het formulier niet zou ontvangen hebben moet deze aangifte spontaan doen binnen dezelfde termijn(en). Ook de kracht van de volgens artikel 3 van dit reglement, onbelastbare motoren dient te worden aangegeven. Artikel 5: §1) De verdwijning of het definitief buiten gebruik stellen in de loop van het jaar voorafgaand aan het aanslagjaar van een belastbare motor, brengt een belastingsvermindering mee. Deze vermindering gaat in vanaf de maand volgend op het bericht, gezonden aan het gemeentebestuur, betreffende de verdwijning of het buiten gebruik stellen. §2) Het stilleggen van een ononderbroken tijdvak gelijk aan of groter dan een maand, met uitzondering van de jaarlijks verplichte vakantieperiode, geeft aanleiding tot een belastingvermindering in verhouding tot het aantal maanden dat het toestel gedurende het jaar voorafgaand aan het aanslagjaar ononderbroken buiten werking is geweest. Met een inactiviteit voor een duur van één maand wordt gelijkgesteld de activiteit die beperkt is tot één dag op vier weken of één week werk na vier weken inactiviteit in de bedrijven die met de Rijksdienst voor
17 december 2014
290
Arbeidsvoorziening een akkoord hebben aangegaan inzake de activiteitsvermindering om een massaal ontslag van personeel te voorkomen. §3) Om deze evenredige vermindering te kunnen genieten moet de belanghebbende aan het gemeentebestuur schriftelijk bericht gegeven hebben van de dag waarop de motor stilligt en na de dag waarop hij terug in werking wordt gesteld. Een ontvangstbewijs zal aan de belanghebbende worden afgeleverd. Dit bericht moet om de drie maanden hernieuwd worden. De vermindering van belasting geldt van de maand af volgende op de datum van ontvangst van het bericht van stillegging tot de maand volgend op deze van wederinwerkingstelling. De berichtgeving is van substantiële aard en op straffe van verval voorgeschreven. §4) Wat het eerste jaar van belastingheffing aangaat, is het bewijs van tijdelijke non-activiteit of van de definitieve buiten gebruikstelling nochtans met alle mogelijke rechtsmiddelen te leveren. Indien vastgesteld wordt dat de motor werkt voor het geven van het bericht van wederinwerkingstelling, zal geen vermindering toegestaan worden, hoelang de stillegging ook heeft geduurd. Artikel 6: De belasting wordt gevestigd op grond van belastbare motorenkracht tijdens het jaar voorafgaand aan het aanslagjaar. Ze wordt berekend per maand en elk gedeelte ervan wordt voor een volledige maand geteld. Indien een motor evenwel tijdens dezelfde maand belastbaar is in verschillende gemeenten, is de belasting verschuldigd aan de gemeente met het grootste aantal dagen gebruik. Is dit aantal gelijk dan wordt de belasting evenredig per halve maand verdeeld. Een motor die voor de eerste maal in werking wordt gesteld, is belastbaar vanaf de volgende maand. Artikel 7: Bij staking van bedrijfsactiviteiten op het grondgebied van de gemeente in de loop van het belastingjaar om welke reden ook, wordt bij afwijking van bepaalde in voorafgaand artikel, een bijzondere, eventueel bijkomende, aanslag gevestigd, berekend op basis van de motoren tijdens voren bedoeld jaargedeelte of jaar gebruikt en verbonden aan het jaar waarin de staking van de bedrijfsactiviteiten plaats heeft. De belastingplichtigen die onder de toepassing van deze bepaling vallen zijn verplicht, uiterlijk acht dagen na de staking van de bedrijfsactiviteiten, hiervan aangifte te doen bij het gemeentebestuur. Artikel 8: De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. Artikel 9: De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet. De kennisgeving van aanslagbiljet aan de belastingplichtige gebeurt onverwijld na de uitvoerbaarverklaring van het kohier. Artikel 10: De belastingplichtige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet worden gemotiveerd en op straffe van nietigheid schriftelijk worden ingediend. Het moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn vermeld staat of van de kennisgeving van de aanslag. Artikel 11: Afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan de hogere overheid. Artikel 12: Dit reglement wordt definitief en bindend overeenkomstig artikel 186 en artikel 187 van het Gemeentedecreet.
17 december 2014
291
O 7 Belasting op tweede verblijven – besluit. De gemeenteraad In openbare zitting vergaderd Gelet op de omzendbrief BA-G-90/11, dd. 16/08/19990, met ref. FB. 218/AD van de Vlaamse Gemeenschapsminister van Binnenlandse Aangelegenheden en Openbaar Ambt; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2013 betreffende de gemeentebelasting op tweede verblijven; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen dd. 30 mei 2008; Gelet op de ministeriële omzendbrief van 12/06/1997; Gelet op de ministeriële omzendbrief BA-97/05 van 18/02/1997; Akte genomen van de tussenkomst van raadslid A.Onghena, Groen; van het antwoord van burgemeester H.Vijt; van de repliek van raadslid A.Onghena; van het antwoord van burgemeester H.Vijt; van schepen F.Van Gaeveren; BESLUIT met 22 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA), en 5 “onthoudingen”, nl. de raadsleden A.Onghena, Groen, A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a). Raadslid A.Onghena, Groen, motiveert haar onthouding als volgt: Het verschil tussen de belastingen op 2° verblijven en op leegstand is te hoog, wat tot gesjoemel kan leiden. Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt sp.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. Artikel 1: Er wordt voor een termijn ingaand op 1 januari 2015 en eindigend op 31 december 2015 een gemeentebelasting geheven op tweede verblijven, gelegen op het grondgebied van de gemeente Hamme, ongeacht het feit of ze al dan niet ingeschreven zijn in de kadastrale legger. Artikel 2: 1.Als tweede verblijf wordt beschouwd, elke constructie met woon- of verblijfgelegenheid – hoe primitief ook - en waarvoor op het adres van het tweede verblijf niemand is ingeschreven in de bevolkingsregisters voor het hoofdverblijf. 2.Worden niet beschouwd als tweede verblijf: 1. het lokaal uitsluitend bestemd voor het uitoefenen van een beroepsactiviteit; 2. de tenten, verplaatsbare caravans en woonaanhangwagens, tenzij zij minstens zes maanden opgesteld blijven om als woongelegenheid te kunnen dienen; 3. de leegstaande woongelegenheid waarvan het bewijs wordt voorgelegd dat zij gedurende het aan het belastingjaar voorafgaand kalenderjaar niet als tweede verblijf werd aangewend; Artikel 3: De belasting is verschuldigd door diegene die op 1 januari van het aanslagjaar eigenaar of vruchtgebruiker is van het tweede verblijf, de hoedanigheid van tweede verblijf wordt op diezelfde datum beoordeeld. Artikel 4: Het jaarlijks bedrag van de belasting wordt vastgesteld als volgt:
17 december 2014
292
De belasting wordt vastgesteld op 500 EUR voor een tweede verblijf gelegen in een zone met bestemming “woongebied in de ruime zin”. De belasting wordt vastgesteld op 180 EUR voor een tweede verblijf gelegen in een zone met bestemming “natuur- of bosgebied”. De belasting wordt vastgesteld op 125 EUR voor een tweede verblijf gelegen in een zone met bestemming “recreatiegebied” of met bestemming “agrarisch gebied in de ruime zin”. Artikel 5: De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier. Artikel 6: Het belastingkohier wordt vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen. Artikel 7: De belasting is eisbaar na ontvangst, door de financieel beheerder, van het uitvoerbaar kohier. Zij is betaalbaar binnen de twee maand volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Artikel 8: De belastingplichtige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet worden gemotiveerd en op straffe van nietigheid schriftelijk worden ingediend. Het moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn vermeld staat of vanaf de kennisgeving van de aanslag. Artikel 9: Deze verordening wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden. Artikel 10: Dit reglement wordt definitief en bindend overeenkomstig de artikelen 186 en 187 van het Gemeentedecreet.
O 8 Belasting op het openen van straten , verbreden, verlengen of rechttrekken van straten – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 18 december 2013 houdende de gemeentebelasting op het openen, verbreden, verlengen of rechttrekken van straten; Overwegende dat het noodzakelijk is deze belasting te hernieuwen om het begrotingsevenwicht te verzekeren; Gelet op het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen dd. 30 mei 2008; Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; Akte genomen van de tussenkomst van raadslid A.Onghena, Groen; van het antwoord van burgemeester H.Vijt; BESLUIT met 23 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); A.Onghena, Groen; J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA), en 4 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a).
17 december 2014
293
Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt sp.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. Het taksreglement op het openen van straten en het uitvoeren van rioleringswerken wordt als volgt vastgesteld: Artikel 1: Er wordt voor een termijn ingaand op 1 januari 2015 en eindigend op 31 december 2015, een belasting geheven overeenkomstig de beschikkingen van de onderhavige verordening op het openen, verbreden, verlengen of rechttrekken van straten. Artikel 2: Deze belasting is verschuldigd door alle eigenaars of gelijkgestelde wier onroerende goederen palen aan verkeerswegen welke tijdens de heffingstermijn van deze verordening en op kosten van de gemeente zullen geopend, verbreed, verlengd of rechtgetrokken worden. Artikel 3: §1) De belasting bezwaart de eigendom. Zij is verschuldigd door de bezitter, zoals inzake onroerende voorheffing. Zij is voor het ganse jaar verschuldigd door de persoon die op 1 januari van het belastingjaar eigenaar is van het aangeslagen goed. §2) Wat het eerste belastingjaar aangaat zal de taks nochtans verschuldigd zijn door de bezitter van het betrokken onroerend goed op het ogenblik van de volledige verwerving der nodige gronden of van de voltooiing der werken. Deze voltooiing wordt bepaald door het proces – verbaal en vastgesteld bij besluit van het college van burgemeester en schepenen. §3) Het eerste dienstjaar van de belasting stemt overeen met het kalenderjaar, tijdens hetwelk het werk zal voltooid zijn (in voorkomend geval voorlopige aanvaarding) of de grondverwervingen volledig doorgevoerd. §4) Wanneer het werk echter slechts voltooid wordt (voorlopige aanvaarding) of de grondverwervingen volledig doorgevoerd worden tijdens het laatste kwartaal van een kalenderjaar, zal het eerste dienstjaar van de belasting overeenstemmen met het eerste daaropvolgend kalenderjaar. §5) In geval van eigendomsoverdracht is de nieuwe eigenaar de taks verschuldigd, te rekenen van 1 januari die volgt op de datum van de akte die hem de eigendom toekent. §6) Ingeval de eigendom nochtans belast is met recht van erfpacht of opstal, zal de belasting eisbaar zijn van de bezitter, ten titel van erfpacht of opstal. Artikel 4: De opbrengst van de belasting zal in principe gelijk zijn aan de intrest en de aflossing van het gebruikte kapitaal. Aflossingstermijn en intrestvoet zijn in principe dezelfde als voor de lening door de gemeente aangegaan tot financiering van de grondverwervingen en (of) de werken. Ingeval de gemeente de uitgaven met eigen middelen financiert zal het verschuldigde kapitaal met tien jaarlijkse afkortingen worden afbetaald. In dit geval zal de intrest aan marktwaarde worden aangerekend voor de leningen met terugbetalingstermijn van 10 jaar. De schuldenaar van de belasting kan zich nochtans ontmaken van de betaling van jaarlijkse belasting: 1. Hetzij door zijn globaal aandeel ineens te vereffenen. In dit geval dient hij daartoe een schriftelijk ter post aangetekende aanvraag te richten tot het gemeentebestuur binnen de maand volgend op het hem tegen ontvangstbewijs afgeleverd bericht waarbij hem het beëindigen van de grondverwervingen en / of de werken, alsmede het door hem verschuldigd aandeel wordt bekend gemaakt. 2. Hetzij na één of meerdere jaarlijkse afkortingen betaald te hebben het saldo van de overblijvende belastingschuld ineens af te betalen. In dit geval moet hij daartoe een schriftelijk ter post aangetekende aanvraag richten tot het gemeentebestuur vóór 1 januari van het dienstjaar, waarin hij de betaling van de jaarlijkse afkortingen zou willen staken. Belastingbedragen van 50 EUR in min moeten steeds in éénmaal worden afbetaald Artikel 5: De globale waarde van de aangeworven percelen grond voor het openen, verbreden, verlengen of rechttrekken van straten door de gemeente, of voor haar rekening uitgevoerd, zal aan de gemeente terugbetaald worden door de aanpalende eigenaars door middel van een belasting, genaamd ‘openingstaks’.
17 december 2014
294
Artikel 6: De eenheid van deze belasting zal vastgesteld worden door de globale prijs van de verworven percelen grond, afgezien van de waarde van de gebouwen, die er zich gebeurlijk op bevonden, te delen door de totale lengte van de boordeigendommen aan weerszijden van de weg op de rooilijn. De belasting, door de aanpalende eigenaars verschuldigd, wordt verrekend pro-rata van het aantal strekkende meter eigendom op de rooilijn gemeten. Nochtans, zo de weg gemeen is met een andere gemeente, zal de deling geschieden door de totale lengte der eigendommen, uitsluitend aan de zijde van Hamme. De belasting mag niet meer dan 6 m² per strekkende meter van het goed aan de rooilijn treffen. Artikel 7: De belasting wordt uitgesteld voor: 1. Wanneer de huidige belastingplichtige vrijgesteld is ingevolge de wetten en besluiten. 2. Voor de terreinen waarop het niet mogelijk is, of ingevolge overheidsbeslissing, niet toegelaten is te bouwen. Het bouwverbod moet een algemeen en absoluut karakter hebben. Het uitstel wordt niet toegepast of wordt opgeheven: a. zo er gelijk welk bouwwerk, al ware het slechts een afsluitingsmuur, opgericht wordt. b. zo de toestand, die aanleiding heeft gegeven tot het uitstel, gewijzigd wordt en zo de voorschriften van onderhavig taksreglement er op toepasselijk worden. 3. de niet-bebouwde eigendommen in de landelijke zone. Bij de voorziene opheffing van uitstel, beginnen de afbetalingen te lopen van 1 januari af van het jaar, volgend op de opheffing. De verjaring mag niet ingeroepen worden. Artikel 8: Voor de eigendommen, gelegen op de hoeken van straten en pleinen wordt de belastbare lengte enkel gerekend langs de grootste zijde, vermeerderd met de lengte van de afgeronde of afgeknotte hoek. Indien de grondverwervingen of de werken, vermeld onder artikel 1 alleen uitgevoerd worden langs de kleinst ontwikkelde kant, dan zal de aanslag hierop gevestigd worden. Worden de werken uitgevoerd langs de grootst ontwikkelde kant, nadat zij uitgevoerd werden langs de kleinste, dan zal de belastbare lengte, alvorens tot de grondslag te dienen voor de aanslag, eerst verminderd worden met het aantal strekkende meter eigendom aan de kleinste kant. In geen geval zal de ontlasting meer dan 30 lopende meter mogen bedragen. Artikel 9: De eigendommen, welke op twee straten uitgeven, zonder nochtans een hoek te vormen, zijn belastbaar voor de twee zijden. Artikel 10: De bepalingen van het vroeger van kracht zijnde belastingreglement, toegepast bij het vaststellen van het eerste kohier op vroeger uitgevoerde werken, blijven op deze werken van toepassing. Artikel 11: De belasting wordt ingevorderd bij middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. Artikel 12: De belasting is betaalbaar binnen de twee maanden na verzending van het aanslagbiljet. De kennisgeving van het aanslagbiljet aan de belastingplichtige gebeurt onverwijld na de uitvoerbaarverklaring van het kohier. Artikel 13: De belastingplichtige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet worden gemotiveerd en op straffe van nietigheid schriftelijk worden ingediend. Het moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde werkdag volgend op de datum van de verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn vermeld staat of van de kennisgeving van de aanslag. Artikel 14: De regels betreffende de invordering, de verwijlintresten en moratoire intresten, de vervolgingen, de voorrechten, de wettelijke hypotheek en de verjaring inzake rijksbelasting op de inkomsten zijn toepasselijk op deze gemeentebelastingen.
17 december 2014
295
O 9 Belasting op de afgifte van administratieve stukken en het afsluiten van huwelijken – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 18 december 2013 betreffende de belasting op de afgifte van administratieve stukken en het afsluiten van huwelijken, en latere wijzigingen; Gelet op het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen dd. 30 mei 2008; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; BESLUIT met 23 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); A.Onghena, Groen; J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA), en 4 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a). Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt sp.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. Artikel 1: Voor een termijn ingaand op 1 januari 2015 en eindigend op 31 december 2015 wordt een belasting geheven op de afgifte van administratieve stukken, identiteitsbewijzen voor kinderen van minder dan 12 jaar, identiteitskaarten en afgifte van verblijfsbewijzen voor vreemdelingen door het gemeentebestuur. De belasting is verschuldigd door natuurlijke of rechtspersonen aan wie het stuk wordt afgeleverd. Artikel 2: Het bedrag van de gemeentebelasting voor de afgifte van administratieve stukken en afsluiten van huwelijken wordt vastgesteld als volgt: 1.Elektronische identiteitskaarten afgeleverd aan personen vanaf de leeftijd van 12 jaar: Op de aflevering van de eerste of elke andere elektronische identiteitskaart aan Belgen vanaf 12 jaar wordt een gemeentebelasting geheven van 1,80 euro. Op de aflevering van de eerste of elke andere elektronische identiteitskaart aan vreemdelingen vanaf 12 jaar wordt een gemeentebelasting geheven van 1,80 euro. Voor de dringende procedure bedraagt de gemeentebelasting, zowel voor Belgen als voor vreemdelingen, 3,10 euro. Voor de zeer dringende procedure bedraagt de gemeentebelasting, zowel voor Belgen als voor vreemdelingen, 2,70 euro. Deze belastingen komen bovenop de bedragen die door de FOD Binnenlandse Zaken van de gemeente worden geïnd. Voor de herdruk van pin- of pukcodes wordt een retributie aangerekend van 5€. 2.Elektronische identiteitskaarten, identiteitsstukken en identiteitsbewijzen afgeleverd voor personen minder dan 12 jaar: Op het afleveren van de kids-ID aan Belgen, bedraagt de gemeentebelasting 0,90 €. Op het afleveren van de identiteitsbewijzen aan vreemdelingen van minder dan 12 jaar wordt een gemeentebelasting geheven van 7,00 euro. Voor de dringende procedure voor het afleveren van de kids-ID aan Belgen, bedraagt de gemeentebelasting 3,20 euro.
17 december 2014
296
Voor de zeer dringende procedure voor het afleveren van de kids-ID aan Belgen, bedraagt de gemeentebelasting 2,80 euro. Deze belastingen komen bovenop de bedragen die door de FOD Binnenlandse Zaken van de gemeente worden geïnd. Voor de herdruk van pin- of pukcodes wordt een retributie aangerekend van 5€. 3.Verblijfsbewijzen voor vreemdelingen: Attest van immatriculatie (model A en B): -Eerste afgifte: 1,50 euro -Verlenging: gratis Alle bijlagen behalve de bijlage 22, bijlage 3ter en de bevelen om het grondgebied te verlaten. Eerste afgifte en verlengingen: 1,50 euro. 4.Afgifte van paspoorten: Het bedrag van de gemeentebelasting voor de afgifte van paspoorten in uitvoering van de Wet van 14 augustus 1974 en gelet op het KB van 1 oktober 2001 en gelet op de Omzendbrief dd. 2 augustus 2004 wordt als volgt vastgesteld: Voor de gewone procedure: -Paspoort voor 5 jaar: 12 euro -Paspoort voor minderjarigen: 12 euro Voor de uitzonderingsprocedure: -Paspoort voor 5 jaar: 18 euro -Paspoort voor minderjarigen: 18 euro 5.Slachtbewijzen -Per slachtbewijs 3 EUR 6.Stedenbouwkundige vergunningen Voor de stedenbouwkundige vergunningen: -
voor de werken van geringe omvang (kleiner dan 100 m³): forfaitair 12,50 EUR;
-
voor eengezinswoningen: forfaitair 62 EUR;
Voor de aanvragen tot bouwen, verbouwen of herbouwen van meergezinswoningen en gebouwen, installaties, infrastructuren met commerciële, socio-culturele, pedagogische e.a. functies, zoals industriële bedrijven, ambachtelijke bedrijven, garages, autoherstelplaatsen, winkels, warenhuizen, horeca, kantoren, ziekenhuizen, rustoorden, sportcomplexen, logement-huizen, enz.: een forfaitair bedrag van 125 EUR. De aanvrager betaalt de kosten van de aangetekende zendingen, opgestuurd volgens artikel 7 van het besluit van 5 mei 2000 van de Vlaamse Regering, gewijzigd bij besluit van 30 maart 2001, 8 maart 2002 en 5 juni 2009, betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning en verkavelingsaanvragen. De aanvrager betaalt de kosten van de aangetekende zendingen opgestuurd volgens artikel 4.7.14 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening betreffende het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek. De aanvrager betaal de kosten van de aangetekende zendingen opgestuurd volgens artikel 4.17.19 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening betreffende het meedelen van de beslissing.
17 december 2014
297
7.Verlenen stedenbouwkundige inlichtingen en stedenbouwkundige uittreksels 7.1 Verlenen van stedenbouwkundige inlichtingen betreffende onroerende goederen: 62 EUR per onroerend goed. 7.2 Verlenen van een uittreksel uit het plannenregister: 25 EUR per onroerend goed. 7.3 Verlenen van een uittreksel uit het vergunningenregister: 25 EUR per onroerend goed. 8.Adresaanvragen of inlichtingen uit het bevolkingsregister: Voor de toepassing van adresaanvragen of inlichtingen uit het bevolkingsregister wordt rekening gehouden met het KB van 16 juli 1992 betreffende het verkrijgen van informatie uit de bevolkingsregisters en uit het vreemdelingenregister art. 3 en art 6. 8.1. adresaanvragen per adres: 2,50 EUR 8.2. jaarabonnement: 75 EUR 8.3. verstrekken van lijsten: 0,50 EUR per blad met een minimum van 5 EUR 8.4. Opzoekingen naar erfgenamen of genealogische opzoekingen per opzoeking: 20 EUR Zijn van belasting vrijgesteld: -de stukken die krachtens een wet, KB of een andere overheidsverordening kosteloos moeten worden afgegeven; -de stukken die afgeleverd worden aan behoeftige personen, de behoeftigheid wordt door ieder overtuigend bewijsstuk gestaafd; -de machtiging betreffende godsdienstige of politieke manifestaties -de machtigingen betreffende activiteiten die als dusdanig reeds het voorwerp uitmaken van een belasting of retributie ten voordele van de gemeente; -de stukken die afgeleverd worden aan de rechterlijke of administratieve overheden; -de stukken die afgeleverd worden aan eenieder die verklaart dat deze moeten voorgelegd worden om een tewerkstelling te bekomen, te kunnen solliciteren of aan examens of proeven deel te nemen met het oog op een eventuele aanwerving; -de stukken (uittreksels en voor eensluidend verklaarde afschriften) die afgeleverd worden ten behoeve van sociale doeleinden (sociale huisvesting, sociaal telefoontarief en provinciale tegemoetkoming in het telefoontarief, studiebeurs, kinderbijslag, OCMW, ziekenfonds, vakbonden) De particulier of rechtspersoon die om een verzending van de administratieve stukken verzoekt, is eveneens de verzendingskosten verschuldigd aan het bestuur, zelfs als de afgifte kosteloos is. 9.Afsluiten huwelijk: 9.1. Trouwboekje: Voor trouwboekjes, exclusief de taks voor het huwelijksgetuigschrift in het boekje aangebracht: 15 EUR. 9.2. Ceremonietaks: 50 EUR 10. Aanvraag van een rijbewijs, een voorlopig rijbewijs en een internationaal rijbewijs. Er wordt voor de aflevering van een papieren rijbewijs een vergoeding gevorderd zoals voorzien in het Koninklijk Besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs, gewijzigd bij koninklijk besluit van 28 april 2011. Er wordt 4 € gevoegd bij de kostende prijs die de gemeente aan de FOD Mobiliteit en Vervoer moet betalen (16€). Er wordt voor aflevering van het rijbewijs in bankkaartmodel een vergoeding gevorderd zoals voorzien in het koninlijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs, gewijzigd bij koninklijk besluit van 28 april 2011. Er wordt 4 € gevoegd bij de kostende prijs die de gemeente aan de FOD Mobiliteit en Vervoer moet betalen (20 €), zowel voor de eerste aflevering als voor de duplicaten.
17 december 2014
298
Bij eventuele wijzigingen in de kostprijs die door de FOD Mobiliteit en Vervoer aangerekend wordt, zal het vermeld tarief aangepast worden, op die wijze dat het bedrag van de gemeentebelasting onveranderd blijft. 11.Jaarabonnement agenda gemeenteraadsvergaderingen Het afleveren van een per post toegestuurd jaarabonnement op de agenda van de gemeenteraadsvergaderingen inclusief verzendings- en materiaalkosten: 50,00 € per abonnement. Artikel 3: De belasting wordt contant betaald tegen afgifte van een betalingswijs. Bij gebreke van betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting. Artikel 4: De belasting is niet van toepassing op de afgifte van stukken welke krachtens een wet, een koninklijk besluit of een overheidsverordening reeds aan betaling van een recht ten behoeve van de gemeente onderworpen is. Uitzondering wordt gemaakt voor de rechten welke de met het afgeven van reispassen belaste gemeenten ambtshalve toekomen en waarvan in het besluit van de regent dd. 26 juli 1948 sprake is. Artikel 5: Zijn van belasting vrijgesteld: de rechterlijke overheden; de openbare besturen en de daarmee gelijkgestelde instellingen; de instellingen van openbaar nut. Artikel 6: De belastingplichtige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moeten worden gemotiveerd en op straffe van nietigheid schriftelijk worden ingediend. Het moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden rekenend vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van contante inning. Artikel 7: Afschrift van deze belasting wordt aan de hogere overheid toegezonden. Artikel 8: Dit reglement wordt definitief en bindend overeenkomstig artikel 186 en 187 van het Gemeentedecreet.
O 10 Activeringsheffing op onbebouwde gronden in woongebied en onbebouwde kavels – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het gemeenteraadsbesluit d.d. 18 december 2013 houdende vestiging voor 2014 van de activeringsheffing op onbebouwde bouwgronden in woongebied en onbebouwde kavels; Overwegende dat het noodzakelijk is deze belasting te heffen om het begrotingsevenwicht te verzekeren; Overwegende dat het wenselijk is de aanslag te berekenen per vierkante meter in plaats van per meter straatbreedte; Gelet op het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen dd. 30 mei 2008; Gelet op artikel 3.2.5 en volgende van het decreet grond-en pandenbeleid;
17 december 2014
299
Gelet op artikel 3 uit de statuten van het autonoom gemeentebedrijf waaruit blijkt dat de Hamse Investeringsmaatschappij als doel heeft: ‘het verwerven van gronden, verwerven en renoveren van panden, sites, handelsgebouwen ter verfraaiing van de gemeente en ter versterking van het economisch draagvlak’ en ‘het ter beschikking stellen van onroerende goederen aan sociaal aanvaardbare prijzen ter stimulering van de woonfunctie in de gemeente’. Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; BESLUIT met 23 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); A.Onghena, Groen; J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA), en 4 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a). Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt sp.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. Artikel 1: Er wordt vanaf 1 januari 2015 tot en met 31 december 2015 een activeringsheffing geheven op onbebouwde bouwgronden in woongebied en onbebouwde kavels. Artikel 2: Het bedrag wordt vastgesteld op 0,25 EUR per vierkante meter oppervlakte van de bouwgrond of kavel, evenwel met een minimum aanslag van 125 EUR per bouwgrond of kavel. Artikel 3: De activeringsheffing is verschuldigd door de persoon die op 1 januari van het heffingsjaar eigenaar is van de bouwgrond of kavel. In geval van overdracht onder levenden, wordt de hoedanigheid van eigenaar beoordeeld op de datum van de authentieke akte tot vaststelling van de overdracht. Indien er een erfpacht of opstalrecht bestaat, is de heffing verschuldigd door de erfpachter of opstalhouder. In geval van mede-eigendom, zijn de niet-vrijgestelde mede-eigenaars hoofdelijk gehouden tot betaling van de verschuldigde activeringsheffing. Artikel 4: Als niet bebouwde bouwgrond wordt beschouwd elke grond waarop de oprichting van een voor bewoning bestemd gebouw niet is aangevat op 1 januari van het belastingsjaar. Als niet bebouwde kavels worden beschouwd: alle kavels, als zodanig vermeld in een niet vervallen verkavelingsvergunning, met uitzondering van deze waarop, op 1 januari van het dienstjaar waarop de belasting betrekking heeft, de oprichting van een voor bewoning of industrie bestemd gebouw reeds werd aangevat overeenkomstig de stedenbouwkundige hoofdbestemming van de kavel en overeenkomstig een uitvoerbare en niet vervallen stedenbouwkundige vergunning. Artikel 5: Van de activeringsheffing zijn vrijgesteld: 1. de eigenaars van één enkele onbebouwde bouwgrond in woongebied of onbebouwde kavel, bij uitsluiting van enig ander onroerend goed gelegen in België of het buitenland. Deze vrijstelling geldt slechts gedurende de 5 dienstjaren die volgen op de verwerving van het goed. 2. de sociale woonorganisaties als vermeld in artikel 2§1, eerste lid, 26°, van de Vlaamse Wooncode; 3. de bouwheren of verkavelaars die optreden in uitvoering van een realisatieovereenkomst Sociaal Woonaanbod als vermeld in artikel 4.1.11, op voorwaarde dat het in artikel 4.1.13 vermelde attest wordt verkregen; 4. de ouders met kinderen ten laste, beperkt tot één onbebouwde grond of kavel per kind ten laste. Deze vrijstelling geldt slechts gedurende de 5 dienstjaren die volgen op de verwerving van het goed. 5. de autonome gemeentebedrijven. Artikel 6: De activeringsheffing wordt niet geheven op bouwgronden en kavels die tijdens het heffingsjaar niet voor bebouwing kunnen worden bestemd:
17 december 2014
300
1° ingevolge hun inrichting als collectieve voorzieningen, met inbegrip van hun aanhorigheden; 2° ingevolge de Pachtwet van 4 november 1969, waarbij het bewijs van de pacht door alle middelen rechtens mag worden geleverd; 3° ingevolge hun werkelijke en volledige aanwending voor land-of tuinbouw, gedurende het hele jaar; 4° ingevolge een bouwverbod of enige andere erfdienstbaarheid tot openbaar nut die woningbouw onmogelijk maakt; 5° ingevolge een vreemde oorzaak die de heffingsplichtige niet kan worden toegerekend, zoals de beperkte omvang van bouwgronden of kavels, of hun ligging, vorm of fysieke toestand. Artikel 7: De activeringsheffing wordt opgeschort in hoofde van de houders van een in laatste administratieve aanleg verleende verkavelingsvergunning, en dit gedurende één jaar te rekenen vanaf 1 januari van het jaar dat volgt op de afgifte van de vergunning in laatste administratieve aanleg, respectievelijk, wanneer de verkaveling werken omvat, vanaf 1 januari van het jaar dat volgt op het jaar van afgifte van het in artikel 94.1 §2 van het decreet ruimtelijke ordening vermelde attest, desgevallend voor die fase van de verkavelingsvergunning waarvoor het attest wordt verleend. Artikel 8: Enkel de vrijstellingen zoals bepaald in artikels 5, 6 en 7 van dit reglement worden toegepast. Artikel 9: De opname van de belastbare kavel of grond zal door de zorgen van het college van burgemeester en schepenen gebeuren, ingevolge aangifte te doen bij middel van een door het gemeentebestuur ter beschikking gesteld formulier dat door de belastingplichtige, behoorlijk ingevuld en ondertekend, voor de erin vermelde datum moet worden ingestuurd. De belastingplichtige die geen aangifteformulier heeft ontvangen, is gehouden aan het gemeentebestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen voor 31 november van het aanslagjaar. Artikel 10: Bij gebrek aan aangifte binnen de gestelde termijn, of in geval van onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte vanwege de belastingplichtige, wordt de belasting ambtshalve ingekohierd. Overtredingen op de aangifteverplichting geven aanleiding tot volgende belastingverhogingen: - eerste overtreding: ambtshalve gevestigde aanslag + 10% - tweede overtreding binnen een periode van 3 jaar ambtshalve gevestigde aanslag + 50% - vanaf de derde overtreding binnen een periode van 5 jaar: ambtshalve gevestigde aanslag + 100% De overtredingen op de aangifteverplichting worden vastgesteld door de ambtenaren van het gemeentebestuur van Hamme, speciaal daartoe aangesteld door het college van burgemeester en schepenen. De vastgestelde overtredingen worden genoteerd in processen-verbaal die bewijskracht hebben tot het tegendeel. De belastingverhoging wordt ingekohierd, samen met het recht. Artikel 11: De heffing wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. De belasting moet worden betaald binnen de twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet. Artikel 12: De belastingplichtige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet worden gemotiveerd en op straffe van nietigheid schriftelijk worden ingediend. Het moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn vermeld staat of van de kennisgeving van de aanslag. Artikel 13: De aan deze belasting onderworpen kavels kunnen niet aangeslagen worden in de belasting op de niet-bebouwde gronden, gelegen in het woongebied en palende aan een openbare uitgeruste weg. Artikel 14: Dit reglement wordt definitief en bindend overeenkomstig artikel 186 en 187 van het Gemeentedecreet. Artikel 15: Afschrift van deze verordening wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden.
17 december 2014
301
O 11 Belasting op sommige tussenkomsten van de lokale politie – besluit. De Gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2013 betreffende het belastingreglement op sommige tussenkomsten van de lokale politie; Gelet op het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen dd. 30 mei 2008; Overwegende dat het weghalen, bewaren en stallen van autovoertuigen en het nodeloos alarmeren van de politie heel wat bijkomende kosten veroorzaakt voor het gemeentebestuur; Overwegende dat een gemeentelijk belastingreglement kan helpen het beroep op het gemeentebestuur en meer in het bijzonder op de politie voor bovengenoemde prestaties tot een minimum te herleiden; Overwegende dat het in het kader van de Politiezone Hamme-Waasmunster wenselijk is in beide gemeenten een zelfde tarifering toe te passen voor gelijkaardige prestaties; Overwegende dat uit de praktijk blijkt dat het billijk is om het nodeloos alarmeren van de politie pas vanaf de derde nodeloze oproep aan te rekenen; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op de het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; BESLUIT EENPARIG Artikel 1: Er wordt voor een termijn ingaand op 1 januari 2015 en eindigend op 31 december 2015 een gemeentebelasting geheven op sommige tussenkomsten van de lokale politie. Artikel 2: De belasting is verschuldigd door degenen die de interventie noodzakelijk maken. Degene die hen opdracht of toelating gaf en de eigenaar, voor zover aangenomen en bewezen kan worden dat de eigenaar effectief schuldig of medeplichtig is, zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting. Artikel 3: Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld als volgt: §1. Het weghalen van autovoertuigen: terugvorderen van de door de gemeente betaalde takelkosten. Het gemeentebestuur zal de door haar te betalen factuur van de takelkosten ter staving van de aanslag voorleggen aan de belastingplichtige. §2. Het bewaren en stallen van autovoertuigen: 6,25 euro/dag. Elke begonnen dag wordt als een volledige dag geteld. §3. Nodeloos alarmeren van de politie zoals bepaald in het K.B. dd. 28/05/1991 en het M.B. dd. 08/10/1993: 150 euro per oproep vanaf het derde nodeloos alarm. §4. Vervoer van dronken personen of van personen die zich in soortgelijke toestand bevinden ten gevolge van het gebruik van verdovende of hallucinatieverwekkende middelen naar huis, naar een verpleeginstelling of naar een politiekantoor: 150,00 €. §5. Vervoer van bestuurlijk aangehouden personen naar een politiekantoor of naar een andere eindbestemming die naargelang het geval meer aangewezen zou kunnen zijn (thuis, verpleeginstelling, bij de meerderjarige die het ouderlijk gezag of feitelijk toezicht uitoefent, enz.): 150,00 €. Artikel 4: De belasting wordt contant betaald tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke van betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting.
17 december 2014
302
Artikel 5: De belastingplichtige kan bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet op straffe van nietigheid, schriftelijk gebeuren. Het bezwaar moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de datum van de inning van de belasting, of in geval van inkohiering, vanaf de derde werkdag volgend op de datum van de verzending van het aanslagbiljet of van de kennisgeving van de aanslag. Artikel 6: Tegen de beslissing van het college van burgemeester en schepenen kan beroep worden ingesteld bij de rechtbank van eerste aanleg te Gent door middel van een verzoekschrift op tegenspraak, waarvan sprake is in de artikelen 1034 bis tot 1034 sexies van het Gerechtelijk Wetboek. Het beroep moet, op straffe van verval, worden ingesteld binnen drie maanden vanaf de kennisgeving van de beslissing aan de bezwaarindiener of zijn vertegenwoordiger. Artikel 7: Verwijl- en moratoriumintresten zijn toepasselijk zoals inzake directe rijksbelastingen. Artikel 8: In het kader van het algemeen administratief toezicht zal een afschrift worden overgemaakt aan de heer gouverneur en zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan de heer gouverneur.
O 12 Belasting op het bewaren van dieren – besluit. De Gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2013, betreffende het belastingreglement op het bewaren van dieren; Gelet op de wet op de dierenbescherming van 14/08/1986 in het bijzonder art.9 §2 in fine; Overwegende dat het wenselijk is de kosten voor de bewaring van loslopende dieren van de eigenaars van deze dieren terug te vorderen; Overwegende dat art.9 §2 van de wet op de dierenbescherming de mogelijkheid van dergelijke terugvordering voorziet; Gelet op het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen dd. 30 mei 2008; Overwegende dat het in het kader van de Politiezone Hamme-Waasmunster wenselijk is in beide gemeenten een zelfde tarifering toe te passen voor gelijkaardige prestaties; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; BESLUIT met 23 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); A.Onghena, Groen; J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA), en 4 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a).
17 december 2014
303
Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt sp.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. Artikel 1: Er wordt voor een termijn ingaand op 1 januari 2015 en eindigend op 31 december 2015 een gemeentebelasting geheven op het bewaren van dieren. Artikel 2: De belasting is verschuldigd door de eigenaar van het dier. Artikel 3: Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld als volgt: een forfaitair bedrag van 90 euro per bewaard dier verhoogd met 8,70 euro verblijfskost per dag met een minimum van 14 dagen. Artikel 4: De belasting wordt contant betaald tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke van betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting. Artikel 5: De belastingplichtige kan bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van Hamme. Het bezwaar moet, op straffe van nietigheid, schriftelijk gebeuren. Het bezwaar moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de datum van de inning van de belasting, of in geval van inkohiering, vanaf de derde werkdag volgend op de datum van de verzending van het aanslagbiljet of van de kennisgeving van de aanslag. Artikel 6: Tegen de beslissing van het college van burgemeester en schepenen kan beroep worden ingesteld bij de rechtbank van eerste aanleg te Gent door middel van een verzoekschrift op tegenspraak, waarvan sprake is in de artikelen 1034 bis tot 1034 sexies van het Gerechtelijk Wetboek. Het beroep moet, op straffe van verval, worden ingesteld binnen drie maanden vanaf de kennisgeving van de beslissing aan de bezwaarindiener of zijn vertegenwoordiger. Artikel 7: Verwijl- en moratoriumintresten zijn toepasselijk zoals inzake directe rijksbelastingen. Artikel 8: In het kader van het algemeen administratief toezicht zal een afschrift worden overgemaakt aan de heer Gouverneur en zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan de heer Gouverneur.
O 13 Belasting op het weghalen en verwijderen van afvalstoffen, gestort of achtergelaten op nietreglementaire plaatsen of tijdstippen of in niet-reglementaire recipiënten – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op de Grondwet, inzonderheid artikel 170, §4; Gelet op het Gemeentedecreet, inzonderheid op artikelen 42 en 43, §2.15°; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen; Gelet op het decreet van 2 juli 1981 betreffende de voorkoming en het beheer van afvalstoffen, inzonderheid op artikel 15; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 5 december 2003 tot vaststelling van het Vlaams reglement inzake afvalvoorkoming en –beheer (VLAREA);
17 december 2014
304
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 7 januari 2008 tot vaststelling van het Uitvoeringsplan Milieuverantwoord beheer van Huishoudelijke Afvalstoffen en van 28 januari 2000 tot vaststelling van het Uitvoeringsplan Gescheiden Inzameling Bedrijfsafval van Kleine Ondernemingen; Gelet op de gemeentelijke politieverordening van 21 november 2001 betreffende de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen en het gebruik van het containerpark, herhaaldelijk gewijzigd; Gelet op het gemeentelijke belastingreglement van 18 december 2013, houdende vestiging van een belasting op het ambtshalve opruimen van sluikstorten door of in opdracht van de gemeente; Overwegende dat de gemeente regelmatig met sluikstorten geconfronteerd wordt; Overwegende dat het opsporen van de sluikstorter supplementaire inspanningen vergt; Overwegende dat het vorderen van een redelijke vergoeding van de overtreder, voor de door de gemeente geleverde diensten, als een maatregel van goed bestuur dient beschouwd te worden; Akte genomen van de tussenkomst van raadslid A. Geerinck, N-VA; van het antwoord van burgemeester H.Vijt: De opmerking van raadslid A.Geerinck, namens N-VA, dat voorliggend reglement dient te worden aangevuld met de concrete tarieven (en zich dus niet enkel mag beperken tot een verwijzing naar een ander belastingsreglement), wordt meegenomen. Het belastingsreglement zal in die zin worden uitgewerkt. BESLUIT EENPARIG: Artikel 1: § 1. De belasting op het ambtshalve opruimen van sluikstorten door of in opdracht van de gemeente is een kohierbelasting ten laste van de in artikel 2 van dit reglement vermelde personen. § 2. Met ingang van 1 januari 2015 en voor een termijn eindigend op 31 december 2015 wordt een belasting gevestigd op het ambtshalve opruimen van sluikstorten door of in opdracht van de gemeente. Artikel 2: De belasting is verschuldigd door iedere persoon die afvalstoffen achterlaat, opslaat of stort op openbare en private wegen, plaatsen en terreinen op een wijze die niet overeenstemt met het decreet van 2 juli 1981 betreffende de voorkoming en het beheer van afvalstoffen, de gemeentelijke politieverordening betreffende het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen en het gebruik van het containerpark en andere wettelijke bepalingen. Artikel 3: § 1. Bij het ambtshalve opruimen van sluikstorten door de gemeente wordt het bedrag van deze belasting als volgt vastgesteld: 1.
2. a.
Voor de inzet van gemeentepersoneel: titularis schaal D/E: 17,53 € per uur titularis schaal C/D: 19,88 € per uur titularis schaal B: 27,17 € per uur titularis schaal A: 34,81 € per uur Ieder begonnen uur telt voor een volledig uur Ingezet materieel/prestaties: Voertuigen (vergoeding per begonnen uur): Personenauto: 6,00 € Bestelwagen (tot 0,75 ton): 12,00 € Lichte vrachtwagen (0,75 tot 3,5 ton): 19,00 € Vrachtwagen (meer dan 3,5 ton): 37,00 € 17 december 2014
305
b.
c.
3.
4. 5.
Veegmachine: 35,00 € Kleine tractor + aanhangwagen: 37,00 € Grote tractor + aanhangwagen: 50,00 € Minigraafmachine: 25,00 € Grote graafmachine: 35,00 € Gereedschappen (vergoeding per begonnen uur): Eigen gereedschap: 10,00 € per ingezette machine werkend op een elektrische of ontploffingsmotor Ontstoppingsmachine: 50,00 € Stroomgenerator: 25,00 € Compressor met breekhamer van 10 kg: 25,00 € Kleine landbouwmachines: 20,00 € Gehuurd materieel: indien het bestuur beroep dient te doen op het huren van materieel om de werken uit te voeren, dan wordt de kostprijs van deze huur doorgerekend aan de belasting plichtige(n). De kostprijs wordt bepaald aan de hand van de factuur voor huur van het materieel. Tijdelijke verkeerssignalisatie: Per bord/baken/hek (inclusief steunen en voeten): -Periodes van minder dan 7 dagen: 1,00 € per stuk per dag -Periodes langer dan 1 week: 15,00 € per begonnen week Verwerkte materialen: Worden aan kostprijs doorgerekend aan de belastingplichtige(n). De kostprijs wordt bepaald aan de hand van een recente factuur van aankoop van het materiaal door ons bestuur. 0,70 EURO per kilometer transport van de afvalstoffen; 0,20 EURO per kg opgeruimde afvalstoffen;
De voormelde bedragen zijn verschuldigd per aangevangen uur en/of ingezamelde kg en/of begonnen km. § 2. In ieder geval wordt een administratieve kost aangerekend van 40,00 EURO. § 3. Bij het ambtshalve opruimen van sluikstorten door derden in opdracht van de gemeente wordt het factuurbedrag van deze derde, vermeerderd met een administratieve kost van 40 EURO, doorgerekend aan de in artikel 2 van dit reglement vermelde belastingplichtige. Artikel 4: De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. Artikel 5: De in artikel 2 van dit reglement vermelde belastingplichtige beschikt voor de betaling van de belasting over een termijn van twee maanden vanaf de verzending van het aanslagbiljet. Artikel 6: Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 zijn de bepalingen van titel VII (vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken 1 (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie), 6 tot en met 9bis (invordering van de belasting waaronder nalatigheids- en moratoriuminteresten; rechten en voorrechten van de schatkist) van het Wetboek van de inkomstenbelasting en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek van toepassing voor zover niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen.
17 december 2014
306
Artikel 7: De belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger kan een bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet schriftelijk ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Artikel 8: Deze beslissing wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden. Ter kennis zal eveneens een afschrift worden toegezonden aan de OVAM.
O 14 Belasting op het verwijderen van onrechtmatige aanplakkingen op gemeentelijke aanplakborden – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2013 betreffende de gemeentebelasting op het verwijderen van onrechtmatige aanplakkingen op gemeentelijke aanplakborden; Gelet op de politieverordening tot regeling van aanplakkingen naar aanleiding van culturele, godsdienstige, liefdadige, politieke, sportieve of recreatieve manifestaties naar aanleiding van verkiezingen; Overwegende dat regelmatig inbreuken worden vastgesteld op dit reglement; Overwegende dat de gemeentelijke overheid de taak heeft de openbare reinheid op het grondgebied maximaal te verzekeren; Overwegende dat het verwijderen van onrechtmatige aanplakkingen op de gemeentelijke aanplakborden voor de gemeentelijke overheid jaarlijks een aanzienlijke uitgave betekent; Overwegende dat een gemeentelijk belastingreglement een middel kan zijn om ten eerste de kosten voor het verwijderen van onrechtmatige aanplakkingen en ten tweede het probleem van het onrechtmatig aanplakken te verhelpen; Gelet op het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen dd. 30 mei 2008; Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; Akte genomen van de tussenkomst van raadslid A.Geerinck, N-VA, van de antwoorden van burgemeester H.Vijt en schepen F.Van Gaeveren; BESLUIT met 18 stemmen “ja”, nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); A.Onghena, Groen, J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang), en 9 “onthoudingen”, nl. de raadsleden A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA). Raadslid A.Geerinck, N-VA, motiveert de onthouding van haar fractie als volgt: Men zou hier beter een tarief toepassen gerelateerd aan de reële kostprijs van het verwijderen, rekening gehouden met de werkuren van het ingezette personeel.
17 december 2014
307
Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt sp.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. Artikel 1: Er wordt voor de periode ingaand op 1 januari 2015 tot 31 december 2015 een gemeentebelasting geheven op het verwijderen van onrechtmatige aanplakkingen door de diensten van het gemeentebestuur, van allerhande aanplakkingen op de gemeentelijke aanplakborden. Artikel 2: De belasting is verschuldigd door diegene die onrechtmatig heeft aangeplakt. Artikel 3: De belasting wordt vastgesteld op 123,95 euro voor het verwijderen van affiches per gemeentelijk aanplakbord. Artikel 4: De belasting wordt contant betaald tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke van betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting. Artikel 5: De belastingplichtige kan een bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet worden gemotiveerd en op straffe van nietigheid schriftelijk worden ingediend. Het moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de datum van de inning van de belasting, of in geval van inkohiering, vanaf de derde werkdag volgend op de datum van de verzending van het aanslagbiljet of van de kennisgeving van de aanslag. Artikel 6: De regels betreffende de invordering, de verwijl- en moratoire intresten, de vervolgingen, de voorrechten, de wettelijke hypotheek en de verjaring inzake rijksbelasting op de inkomsten zijn toepasselijk op deze gemeentebelasting. Artikel 7: Afschrift van dit document zal overgemaakt worden aan de toezichthoudende overheid.
O 15 Belasting op het afleveren van verkavelingsvergunningen – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2013 betreffende de belasting op het afleveren van verkavelingsvergunningen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 5 mei 2000, gewijzigd bij besluit van 30 maart 2001, 8 maart 2002 en 5 juni 2009; Gelet op het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen dd. 30 mei 2008; Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening; Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; BESLUIT met 23 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); A.Onghena, Groen; J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA), en 4 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a).
17 december 2014
308
Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt sp.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. Artikel 1: Vanaf 1 januari 2015 en voor een termijn eindigend op 31 december 2015, zal bij het afleveren van de verkavelingsvergunningen en bij elke wijziging van verkaveling een belasting verschuldigd zijn van 25 EUR per goedgekeurd lot. Artikel 2: De belasting is verschuldigd door de eigenaar. Artikel 3: 1. De aanvrager betaalt de kosten van de aangetekende zendingen, opgestuurd volgens artikel 7 van het besluit van 5 mei 2000 van de Vlaamse Regering, gewijzigd bij besluit van 30 maart 2001, 8 maart 2002 en 5 juni 2009, betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning en verkavelingsaanvragen. 2. De aanvrager betaalt de kosten van de aangetekende zendingen opgestuurd volgend artikel 4.7.14 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening betreffende het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek. 3. De aanvrager betaalt de kosten van de aangetekende zendingen opgestuurd volgens artikel 4.17.19 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening betreffende het meedelen van de beslissing. Artikel 4: De belasting wordt contant betaald tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke van betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting. Artikel 5: De belastingplichtige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet worden gemotiveerd en op straffe van nietigheid schriftelijk worden ingediend. Het moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de datum van de inning van de belasting, of in geval van inkohiering, vanaf de derde werkdag volgend op de datum van de verzending van het aanslagbiljet of van de aanslag. Artikel 6: De regels betreffende de invordering, de verwijl- en moratoire intresten, de vervolgingen, de voorrechten, de wettelijke hypotheek en de verjaring inzake rijksbelasting op de inkomsten zijn toepasselijk op deze belasting. Artikel 7: Deze verordening zal worden bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 186 en 187 van het gemeentedecreet. Artikel 8: Dit besluit zal, in drievoud, aan de toezichthoudende overheid worden toegestuurd.
O 16 Belasting op reclamevoertuigen op de openbare weg – besluit. De Gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2013 betreffende het belastingreglement op reclamevoertuigen op de openbare weg; Gelet op het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen dd. 30 mei 2008; Gelet op de ministeriële omzendbrief BA-97/05 van 18/02/97 (B.S. 13/03/1997); Gelet op de ministeriële omzendbrief van 12/06/1997 (B.S. 09/08/1997);
17 december 2014
309
Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; Akte genomen van de tussenkomst van raadslid A.Onghena, Groen; BESLUIT met 22 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA), en 5 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Onghena, Groen, A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a). Raadslid A.Onghena, Groen, motiveert haar onthouding als volgt: Reclamevoertuigen horen niet op de openbare weg, en moeten gewoon worden verboden. Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt sp.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. Artikel 1: Er wordt voor een termijn aanvang nemend op 01/01/2015 en eindigend op 31/12/2015 een belasting geheven op het gebruik van de openbare weg of het openbaar domein voor publicitaire doeleinden d.m.v. reclamevoertuigen, lastens de natuurlijke of rechtspersoon die de reclame voert. Artikel 2: Onder reclamevoertuigen wordt verstaan: aanhangwagens of voertuigen, al dan niet uitgerust met een motor, dewelke op de openbare weg of het openbaar domein worden geplaatst met het oog op louter publicitaire doeleinden. Artikel 3: Worden niet als reclamevoertuig aanzien: de voertuigen die publiciteit voeren die betrekking heeft op de handel of de nijverheid van de vervoerder en bovendien uitsluitend dienen voor het vervoer van koopwaar; de voertuigen die bijkomstig voorzien zijn van publiciteit en niet met uitsluitend publicitaire doeleinden de openbare weg gebruiken; Artikel 4: De belasting wordt vastgesteld op 25 EUR per dag en per voertuig. Breuken van dagen worden als volledige dagen geteld. Artikel 5: De belastingplichtige is gehouden ten minste 24 uren voor het plaatsen van het reclamevoertuig aangifte te doen aan het gemeentebestuur. Artikel 6: Deze belasting wordt contant geïnd tegen afgifte van een betalingsbewijs. Wanneer de contante inning niet kan worden uitgevoerd wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting. Artikel 7: De belastingplichtige kan bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van Hamme. Het bezwaar moet op straffe van nietigheid, schriftelijk gebeuren. Het bezwaarschrift wordt gedagtekend en ondertekend door de eiser of zijn vertegenwoordiger en vermeldt de identiteit van de belastingplichtige, het voorwerp van het bezwaarschrift en een opgave van de feiten en middelen. Het bezwaar moet op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de datum van de inning van de belasting, of in geval van inkohiering, vanaf de derde werkdag volgend op de datum van de verzending van het aanslagbiljet of van de kennisgeving van de aanslag. Artikel 8: Verwijl- en moratoriumintresten zijn toepasselijk zoals inzake directe rijksbelastingen Artikel 9: Dit reglement wordt definitief en bindend overeenkomstig de artikelen 186 en 187 van het Gemeentedecreet. Artikel 10: In het kader van het algemeen administratief toezicht zal een afschrift worden overgemaakt aan de heer gouverneur en zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan de heer gouverneur.
17 december 2014
310
O 17 Belasting op de huis-aan-huisverspreiding van niet-geadresseerde drukwerken met handelskarakter – besluit. De Gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Overwegende dat de huis-aan-huis verspreiding van reclamebladen een enorm volume papier meebrengt, hetgeen de ophaal ervan aanzienlijk verzwaart; Overwegende dat de huis-aan-huis verspreiding van reclamebladen anderzijds ook de vervuiling van de openbare wegen in de hand werkt door rondslingerend papier; Gelet op het het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2013 betreffende de belasting op de huis-aanhuisverspreiding van niet-geadresseerde drukwerken met handelskarakter; Gelet op het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen dd. 30 mei 2008; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; BESLUIT met 23 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); A.Onghena, Groen; J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA), en 4 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a). Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt sp.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. Artikel 1: Er wordt voor een termijn ingaande op 1 januari 2015 en eindigend op 31 december 2015 een gemeentebelasting gevestigd op de voor de bestemmelingen kosteloze verspreiding aan huis van nietgeadresseerde drukwerken met handelskarakter. Artikel 2: Onder verspreiding aan huis wordt verstaan op het grondgebied van de gemeente (of een deel ervan) achterlaten van drukwerk zonder adressering in de brievenbussen en zonder initiatief van de bestemmeling. Onder drukwerk met handelskarakter wordt verstaan elke publicatie die er toe strekt bekendheid te geven aan commerciële activiteiten, handelszaken en merknamen, en die erop gericht is de potentiële klant er toe te bewegen gebruik te maken van de diensten en/of producten van de adverteerder tegen betaling. Artikel 3: De belasting is verschuldigd door de fysieke persoon of rechtspersoon die de opdracht gaf aan de drukker om te drukken. Wanneer deze persoon geen aangifte heeft gedaan of niet gekend is, wordt de belasting gevestigd lastens de persoon die op het drukwerk als verantwoordelijke uitgever wordt vermeld. De drukker en de fysieke persoon of rechtspersoon onder wiens naam, handelsnaam, logo of embleem het drukwerk wordt verspreid zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting. Artikel 4: De belasting wordt vastgesteld op: - 0,0025 EUR per blad per verspreid exemplaar voor alle drukwerken van 1 tot 4 bladen en tot maximum A4formaat - 0,02 EUR per verspreid exemplaar voor alle drukwerken vanaf 5 bladen en tot maximum A4-formaat
17 december 2014
311
Grotere formaten worden omgerekend naar A4-formaat. Artikel 5: Van de belasting is vrijgesteld de verspreiding van drukwerken waarvan de bedrukte oppervlakte voor 50% of meer ingenomen wordt door tekst en/of afbeelding zonder handelskarakter. Artikel 6: Van de belasting zijn eveneens vrijgesteld: -sportverenigingen zonder winstoogmerk, voor zover ze sociale of culturele doeleinden hebben; -plaatselijke culturele verenigingen voor zover ze folders uitgeven voor eigen organisaties; -publiciteit gevoerd door vormingsinstellingen en plaatselijke onderwijsinstellingen. Artikel 7: De belastingplichtige is gehouden ten minste 24 uren voor de verspreiding van het drukwerk hiervan aangifte te doen aan het gemeentebestuur. Hierbij dient de belastingplichtige een blanco specimen van het te verspreiden drukwerk, een verklaring van het aantal exemplaren en een overzicht van de straten waar de folder zal bedeeld worden, ter beschikking te stellen. Voor de periodieke verspreiding mag de aangifte bij voorbaat gedaan worden voor een periode van hoogstens 12 maanden. Artikel 8: Bij gebreke van een aangifte of bij onvolledige aangifte wordt de belastingplichtige van ambtswege belast volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt onverminderd het recht van bezwaar en beroep. Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het college van burgemeester en schepenen aan de belastingplichtige, per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag gebaseerd is evenals de wijze van bepalingen van deze elementen en het bedrag van de belasting. De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig dagen volgend op de datum van de verzending van de betekening om zijn opmerkingen voor te dragen. Artikel 9: De bij artikel 8 van dit reglement ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met een bedrag gelijk aan de verschuldigde belasting. Het bedrag van deze verhoging wordt ingekohierd. Artikel 10: De belasting wordt ingevorderd bij wijze van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. Artikel 11: De kohieren worden door de financieel beheerder ingevorderd. Artikel 12: De belasting moet betaald worden binnen de twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet. Artikel 13: De belastingplichtige kan bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet, op straffe van nietigheid, schriftelijk worden ingediend en worden gemotiveerd. De indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn vermeld staat. Artikel 14: Dit reglement wordt definitief en bindend overeenkomstig de artikelen 186 en 187 van het Gemeentedecreet. Artikel 15: Afschrift van dit besluit zal gezonden worden aan de heer gouverneur van de Provincie OostVlaanderen.
17 december 2014
312 O 18 Belasting op de foorinrichtingen opgericht op privaat terrein – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 18 december 2013, houdende het taksreglement op de foorinrichtingen opgericht op privaat terrein; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen dd. 30 mei 2008; Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; BESLUIT met 23 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); A.Onghena, Groen; J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA), en 4 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a). Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt sp.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. Artikel 1: Voor een termijn ingaand op 1 januari 2015 en eindigend op 31 december 2015 wordt een belasting geheven op de foorinrichtingen opgericht op privaat terrein. Artikel 2: Deze belasting zal berekend worden in evenredigheid tot de oppervlakte van de inrichting aan 0,50 EUR /m². Artikel 3: De foorkramer zal minstens acht dagen voor dat hij de uitbating van zijn inrichting begint, aan het college van burgemeester en schepenen, een verklaring sturen waarin hij het opstellen van zijn inrichting laat kennen, alsook de aard en de oppervlakte hiervan, alsmede de duur van de opstelling. Artikel 4: Wanneer de foorkramer de verklaring aflegt, vermeld in vorig artikel, zal hij tezelfdertijd op het kantoor van de financieel beheerder een bedrag in consignatie geven, gelijk aan de te betalen belasting. Artikel 5: Het opmeten van de beslagen oppervlakte gebeurt door de zorgen van het gemeentebestuur. Artikel 6: De belasting is éénmalig verschuldigd voor de duur van de bezetting. Artikel 7: De belasting wordt contant betaald tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke van betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting. Artikel 8: De belastingplichtige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet worden gemotiveerd en op straffe van nietigheid schriftelijk worden ingediend. Het moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de datum van de inning van de belastingen, of in geval van inkohiering, vanaf de derde werkdag volgend op de datum van de verzending van het aanslagbiljet of van de kennisgeving van de aanslag. Artikel 9: Afschrift in dubbel van dit besluit zal aan de hogere overheid overgemaakt worden. Artikel 10: Dit reglement wordt definitief en bindend overeenkomstig artikel 186 en 187 van het Gemeentedecreet.
17 december 2014
313
O 19 Belasting op plaatsrechten op markten en foren – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 18 december 2013, houdende het taksreglement op plaatsrechten op markten en foren en op andere plaatsen van de gemeente; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen dd. 30 mei 2008; Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; BESLUIT met 23 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); A.Onghena, Groen; J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA), en 4 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a). Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt sp.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. Artikel 1: Ten behoeve van de gemeente Hamme, zullen volgende plaatsrechten op de markten en op andere plaatsen van de gemeente die tot het openbaar domein behoren, geheven worden voor een termijn ingaand op 1 januari 2015 en eindigend op 31 december 2015; Artikel 2: De tarieven worden als volgt samengesteld: MARKTEN: a) wekelijkse zaterdagmarkt: - vaste standplaatsen (abonnementen voor drie maanden): 0,62 EUR per lopende meter, per marktdag. - standplaatsen op risico: marktkramen tot 4 meter: 6 EUR per kraam marktkramen boven de 4 meter: 10 EUR per kraam
b) wekelijkse zondagmarkt: Wordt in concessie gegeven tegen een opbrengst van 744 euro per kwartaal, te betalen door de concessiehouder(s). c) bloemenverkopers aan begraafplaatsen ter gelegenheid van Allerheiligen: - 31 EUR voor max. 5 dagen. De standplaatsen mogen ten vroegste 4 dagen vóór Allerheiligen ingenomen worden. FOREN: a) Kermissen: Deze tarieven gelden per lopende meter. HAMME carnaval
HAMME kleine kermis
HAMME grote kermis
MOERZEKE carnaval
MOERZEKE MOERZEKE kleine kermis grote kermis
17 december 2014
314
9,78
9,78
9,78
3,83
3,83
3,83
alleen wulken, suikerspin, suikerkraam, snoepkraam
13,18
17,85
22,10
11,05
11,05
11,05
hotdogs, pitta, belegde broodjes, hamburgers
15,30
18,28
21,25
11,05
11,05
11,05
wulken + broodjes
17,85
22,10
26,78
4,68
4,68
4,68
levende paarden, kindervliegtuig, visspel, schietkraam, krachtbal, pottenkraam, derbyrace, muizenspel, bak-pikspel, ballenspel, yellyball, ringenspel, koordjetrek, magnetenspel, rugbyspel, rugbybal, kleine loterij (radio-spel), boksbal, rad, fortuin, basketbalspel, cinéscoop
17,85
22,10
26,78
5,10
5,10
5,10
rattenspel, casino, tombola, stedenspel, kindervliegmolen, spookkasteel, boogschieten, flessenschieten
22,53
26,78
31,03
5,10
5,10
5,10
kindermolen, kinderbuggy, paardenmolen
22,53
26,78
31,03
5,10
5,10
5,10
schuivenspel, bulldozerspel, bumpers, hobbykranen
23,80
28,05
32,73
6,38
6,38
6,38
autoscooter
26,78
31,03
35,70
7,65
7,65
7,65
rupsmolen, automatische spelen, vliegmolen, bidule, polype, lambada, grote molen, cakewalk
31,03
35,70
39,95
11,05
11,05
11,05
frituur
b) Wijkkermissen: vrijstelling c) Winterkermis: vrijstelling De standplaatsen voor kermissen in Hamme-Centrum en Moerzeke- centrum zullen volgens voormelde tarieven contractueel vastgelegd worden. De contracten worden in de loop van de eerste maand volgend op de installatie van de nieuwe gemeenteraad hernieuwd voor een periode van zes jaar. De standplaatsen zullen volgens voormelde tarieven contractueel vastgelegd worden door het schepencollege, rekening houdend met de aard van de inrichting. Voormelde tarieven gelden voor de ganse duur van de kermissen. Artikel 3:1. De foorinrichting mag niet gewijzigd of vervangen worden zonder schriftelijke verwittiging aan het gemeentebestuur en het akkoord van deze laatste. 2. Het gemeentebestuur blijft steeds vrij de plaats op de kermis aan te duiden. 3. Het standgeld per kermis dient in zijn geheel 14 dagen voor de betreffende kermis te worden overgeschreven op bankrekeningnummer 091-0002869-85 van het gemeentebestuur van Hamme. 4. De inname van de toegewezen kermisplaatsen kan gebeuren vanaf de woensdag vóór zondag van de kermis vanaf 12.30u. 5. Het is absoluut verboden om vroeger met het opstellen te beginnen. 6. Bijzondere regeling inzake geluidshinder: Kermismuziek of andere uitbatinggeluiden mogen niet overdreven storend zijn voor de naburige inwoners en moeten ophouden om 22.00u op de zon-, feest,- en weekdagen en om 23.00u op zaterdagen en vooravonden van feestdagen, alsook op de zondag en maandag van carnaval. 7. Indien de foorreiziger zich niet kan aanbieden is hij gehouden het gemeentebestuur te verwittigen, ten laatste één week voor de plaatsen worden ingenomen. 8. De foorreiziger is gehouden zijn standplaats volledig te ontruimen en op te kuisen alvorens de kermisplaats te verlaten. 17 december 2014
315
Artikel 4: De lengte der kramen zal berekend worden op de meest belastbare gebruikte lengte. Het gedeelte van een meter wordt steeds voor een lopende meter aangerekend. In geval van geschil bij de meting zullen de kramers of kooplieden zich gedragen en onderwerpen, zonder beroep, aan de meting door een afgevaardigde van het college van burgemeester en schepenen. Artikel 5: Zijn van betaling vrijgesteld: De voorwerpen welke ter gelegenheid van openbare veilingen op de straat worden gebracht voor huizen, waar de veiling plaats heeft, zo ook voorwerpen welke verkocht worden bij openbare verkoop, alsmede dieren, die op de dagen der jaarmarkten mededingen aan prijskampen door de gemeente uitgeschreven of door haar gesteund. Artikel 6: De belasting is contant te betalen tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke van betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting. Artikel 7: De belastingplichtige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet worden gemotiveerd en op straffe van nietigheid schriftelijk worden ingediend. Het moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de datum van de inning van de belastingen, of in geval van inkohiering , vanaf de derde werkdag volgend op de datum van de verzending van het aanslagbiljet of van de kennisgeving van de aanslag. Artikel 8: Afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de hogere overheid.
O 20 Belasting op opgravingen –besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 18 december 2013, houdende het belastingreglement op de opgravingen; Overwegende dat het noodzakelijk is de gemeentebelasting op de opgravingen te behouden ten einde het begrotingsevenwicht te verzekeren; Gelet op het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen dd. 30 mei 2008; Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; BESLUIT met 23 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); A.Onghena, Groen; J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA), en 4 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a). Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt sp.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. Artikel 1: Er wordt vanaf 1 januari 2015 tot en met 31 december 2015 een belasting geheven op de ontgraving van kisten en de verplaatsing en de ontgraving van asurnen op de gemeentelijke begraafplaatsen. Artikel 2: De aanslagvoet bedraagt:
17 december 2014
316
-600,00 EUR voor de ontgraving van een kist; -150,00 EUR voor de verplaatsing en voor de ontgraving van asurnen; -150,00 EUR voor de ontgraving van een asurne uit een columbariumnis of urnenveld vóór beëindiging van de concessietermijn, met de bedoeling de assen uit te strooien. Artikel 3: De belasting is niet verschuldigd voor: a) De opgravingen die op bevel van de gerechtelijke overheid gedaan worden. b) De opgravingen, genoodzaakt door het overbrengen van een oud op een nieuw kerkhof, van lijken die ter aarde werden besteld in een in concessie gegeven begraafplaats, concessie die op dat ogenblik nog geldend is. c) De opgravingen van voor het Vaderland gestorven militairen en burgers tijdens de wereldoorlogen. Artikel 4: De belasting is verschuldigd door degene die om de opgraving verzoekt. Artikel 5: De belasting wordt contant betaald tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke van betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting. Artikel 6: De belastingplichtige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet worden gemotiveerd en op straffe van nietigheid schriftelijk worden ingediend. Het moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de datum van de inning van de belasting, of in geval van inkohiering , vanaf de derde werkdag volgend op de datum van de verzending van het aanslagbiljet of van de kennisgeving van de aanslag. Artikel 7: Afschrift van deze beraadslaging zal aan de hogere overheid overgemaakt worden. Artikel 8: Dit reglement wordt definitief en bindend overeenkomstig artikel 186 en 187 van het Gemeentedecreet.
O 21 Belasting op de tijdelijke privatisering van het openbaar domein bij het uitvoeren van bouwwerken, onderhouds- en instandhoudingswerken en andere werken die het innemen van het openbaar domein vereisen – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2013 betreffende de belasting op tijdelijke privatisering van het openbaar domein bij het uitvoeren van bouw- en/of afbraakwerken, en latere wijzigingen; Overwegende dat het gebruik van het openbaar domein bij bouw- en/of afbraakwerken een hinder vormt voor het verkeer; Overwegende dat het daarom aangewezen is een belasting op de tijdelijke privatisering van het openbaar domein bij het uitvoeren van bouw- en/of afbraakwerken te behouden; Overwegende dat bij de praktische toepassing van dergelijke belasting bij andere gemeentebesturen is gebleken dat er vaak discussie bestaat over de juiste periode van de inname van het openbaar domein; 17 december 2014
317
Overwegende dat dit praktisch niet te controleren valt; Overwegende dat daarom beter geopteerd wordt voor een tarief per 15 kalenderdagen; Overwegende dat deze belasting best door middel van een kohier wordt ingevorderd; Overwegende dat het aangewezen is deze verhoging vast te stellen op 50 % van de belasting aangezien het belastbare feit éénmalig voorkomt; Gelet op het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen dd. 30 mei 2008; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; BESLUIT met 23 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); A.Onghena, Groen; J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA), en 4 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a). Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt sp.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. Artikel 1: Er wordt voor het aanslagjaar 2015 een gemeentebelasting gevestigd op de tijdelijke privatisering van het openbaar domein bij het uitvoeren van bouw–, verbouw- en /of afbraakwerken. Artikel 2: De belasting is verschuldigd voor: 1° het plaatsen van materiaal, materieel en voertuigen, die nodig zijn voor de uitvoering van de geplande werken. De oppervlakte die in aanmerking wordt genomen, is diegene van de rechthoek die rond het voorwerp of de groep voorwerpen, die de openbare weg innemen, kan getrokken worden. 2° het afsluiten of laten afsluiten van een deel van het openbaar domein. Artikel 3:§ 1. De belasting is verschuldigd door de aanvrager van de machtiging tot inneming van het openbaar domein. §2. De aannemer van de werken, de eigenaar, de huurder, de bewoner, de bouwheer, de architect of alle andere personen die bij de privatisering betrokken partij zijn, zijn hoofdelijk gehouden tot het betalen van de belasting. Artikel 4: De belasting wordt vastgesteld als volgt: * voor de eerste 15 kalenderdagen: vrijstelling; * van de 16e tot de 45e kalenderdag: 3,00 EUR/m²; * vanaf de 46e kalenderdag: 6 EUR/m² per periode van 15 kalenderdagen. Delen van een m² worden als een volledige m² beschouwd; De belasting is ondeelbaar en steeds voor een ganse periode van 15 kalenderdagen verschuldigd. Artikel 5: Van de belasting zijn vrijgesteld de tijdelijke privatiseringen in opdracht van instellingen die ingevolge bijzondere wetten vrijgesteld zijn van alle gemeentelijke belastingen.
17 december 2014
318
Artikel 6: §1.De aanvraag tot inname van het openbaar domein dient gericht te worden aan het college van burgemeester en schepenen binnen de hierna vermelde termijnen:
Enkel inname van parkeerplaatsen of voetpad/berm en plaatsen container: minimum 3 werkdagen voorafgaand aan de inname van de openbare ruimte. Elke andere inname van de openbare ruimte dan enkel inname van parkeerplaatsen of voetpad/berm en plaatsen container, waarvoor geen beslissing van het college van burgemeester en schepenen nodig is: minimum 5 werkdagen voorafgaand aan de inname van de openbare ruimte.
In bovenstaande gevallen is enkel een beslissing van de gemachtigd ambtenaar nodig.
Elke andere inname van de openbare ruimte dan enkel inname van parkeerplaatsen of voetpad/berm en plaatsen container, waarvoor een beslissing van het college van burgemeester en schepenen nodig is: minimum 20 werkdagen voorafgaand aan de inname van de openbare ruimte.
Een beslissing van het college van burgemeester en schepenen is nodig wanneer bij de inname van de openbare ruimte minstens aan één van de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Inname van het fietspad of gedeelte ervan Gehele of gedeeltelijke straatafsluiting Een omleiding is noodzakelijk Inname over de rand van de weg Eenrichtingsverkeer wordt ingesteld of opgeheven De rijrichting van de straat verandert
Een aanvraagformulier kan afgehaald worden op de dienst gemeentewerken. Dit vermeldt alle elementen die noodzakelijk zijn voor het berekenen van de belasting. Hetzelfde geldt voor iedere aanvraag tot wijziging van de machtiging. De belasting is verschuldigd zolang het ophouden van het gebruik van het openbaar domein aan het gemeentebestuur niet betekend werd. § 2. Naar aanleiding van deze aangifte wordt aan de belastingplichtige een vergunning afgeleverd voor de privatisering van het openbaar domein. Deze vergunning dient verplicht geafficheerd op de plaats waar de inname van het openbaar domein gebeurt. § 3. Deze aangifte geldt tevens als fiscale aangifte. § 4. De belastingplichtige die: 1° de termijn van de privatisering wenst te verlengen is gehouden uiterlijk de dag, vóór het verstrijken van de termijn vermeld in de vergunning, hiervan aangifte te doen bij het gemeentebestuur. 2° de ingenomen oppervlakte wil uitbreiden is gehouden uiterlijk de dag vóór de uitbreiding van de oppervlakte hiervan aangifte te doen bij het gemeentebestuur. 3° de termijn van de privatisering wenst in te korten is gehouden uiterlijk de dag na het ophouden van de privatisering hiervan aangifte te doen bij het gemeentebestuur. Het vroegtijdig beëindigen van de privatisering kan pas aanvaard worden vanaf het moment dat dit aan het gemeentebestuur wordt medegedeeld. In het andere geval zal de belasting verschuldigd zijn voor de periode waarvan aangifte werd gedaan zoals vermeld in artikel 6, § 1. Artikel 7: §1. Bij gebrek aan aangifte binnen de in artikel 6 vastgestelde termijn of bij onvolledige, onjuiste of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingplichtige ambtshalve belast volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt, vervalt de vrijstelling van de eerste 15 kalenderdagen en wordt deze vrijstelling vervangen door een belasting van 6 € per m²,onverminderd het recht van bezwaar en beroep. § 2. Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het college aan de belastingplichtige, per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de 17 december 2014
319
aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting. § 3. De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig dagen volgend op de datum van verzending van de betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen. Artikel 8: De overeenkomstig artikel 7 ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met 50 %. Het bedrag van deze verhoging wordt eveneens ingekohierd. Artikel 9: De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. Artikel 10: De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet. Artikel 11: De belastingplichtige kan bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van Hamme. Het bezwaar moet, op straffe van nietigheid, schriftelijk worden ingediend en worden gemotiveerd. De indiening moet op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn vermeld staat of vanaf de kennisgeving van de aanslag. Artikel 12: In het kader van het algemeen administratief toezicht zal een afschrift worden overgemaakt aan de heer Gouverneur en zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan de heer Gouverneur.
O 22 Belasting op aanvragen tot of melding voor het exploiteren van hinderlijke inrichtingen – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2013 houdende de gemeentebelasting op de meldingen en de vergunningsaanvragen, met inbegrip van de hernieuwingen, tot het exploiteren of veranderen van hinderlijke inrichtingen waarvan de lijst en de indeling het voorwerp uitmaken van bijlage I bij het Besluit van de Vlaamse Executieve houdende vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende de milieuvergunning, gewijzigd bij gemeenteraadsbesluit van 27 maart 2002; Overwegende dat het noodzakelijk is deze belasting te verlengen teneinde het begrotingsevenwicht te verzekeren; Gelet op het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen dd. 30 mei 2008; Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; BESLUIT met 23 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); A.Onghena, Groen; J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA), en 4 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a). Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt sp.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. 17 december 2014
320
Artikel 1: Vanaf 1 januari 2015 tot en met 31 december 2015 wordt een gemeentebelasting geheven op de meldingen en de vergunningsaanvragen, met inbegrip van de hernieuwingen, tot het exploiteren of veranderen van hinderlijke inrichtingen waarvan de lijst en de indeling het voorwerp uitmaken van bijlage I van de Vlaamse Executieve houdende vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende de milieuvergunning. Artikel 2: De belasting is verschuldigd door de exploitant van de inrichting die gehouden is tot het indienen van de aanvraag tot of het melden van het exploiteren of veranderen ervan. Artikel 3: De belasting bedraagt: - 125 EUR voor de meldingen van inrichtingen van derde klasse en voor de melding van de overname van een bestaande inrichting van klasse 2 of 3; - 250 EUR voor de aanvragen voor inrichtingen van tweede klasse; - 500 EUR voor de aanvragen voor inrichtingen van eerste klasse zonder MER-verplichting; - 1000 EUR voor de aanvragen voor inrichtingen van eerste klasse met MER-verplichting. Het belastingbedrag van 500 EUR voor de aanvragen voor de inrichtingen van klasse 1 en het belastingbedrag van 1000 EUR voor aanvragen voor MER-plichtige inrichtingen, zal worden verhoogd met een belasting gelijk aan de publicatiekosten voor het openbaar onderzoek zoals dit blijkt uit de facturen van de desbetreffende krantengroepen. Dit belastingbedrag zal ook verhoogd worden met alle portkosten met betrekking tot de organisatie van het openbaar onderzoek. Voor tijdelijke inrichtingen gelden volgende belastingbedragen: - 250 EUR voor de aanvragen voor inrichtingen van tweede klasse; - 500 EUR voor de aanvragen voor inrichtingen van eerste klasse. Voor de veranderingen van bestaande, vergunde inrichtingen gelden volgende belastingbedragen: - 125 EUR indien niet wordt overgegaan naar een hogere klasse; - 250 EUR indien een inrichting van klasse 3 door de verandering overgaat naar klasse 2. Artikel 4: Vrijstelling van belasting wordt verleend aan: - de staat, het gewest, de provincies en de gemeenten voor de hinderlijke inrichtingen bestemd voor een dienst van openbaar nut; - de Intercommunales; - het O.C.M.W. en de kerkfabrieken; - instellingen die zich inlaten met onderwijs, zieken- en bejaardenzorg; - inrichtingen geëxploiteerd door beschutte werkplaatsen; - autonome gemeentebedrijven. Artikel 5: De belasting is contant te betalen en wordt geïnd tegen afgifte van een betalingsbewijs. Als de contante inning niet kan worden uitgevoerd, wordt de belasting een kohierbelasting. Wat de inrichtingen van eerste klasse en de MER-plichtige inrichtingen betreft, dient bovenop de basisbelasting een bedrag van 1000 EUR in bewaring te worden gegeven dat zal gelden als voorschot op de belasting ten belope van de publicatiekosten m.b.t. het openbaar onderzoek. Artikel 6: De belastingplichtige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet worden gemotiveerd en op straffe van nietigheid schriftelijk worden ingediend. Het moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de datum van de inning van de belastingen, of in geval van inkohiering, vanaf de derde werkdag volgend op de datum van de verzending van het aanslagbiljet of van de kennisgeving van de aanslag.
17 december 2014
321
Artikel 7: De regels betreffende de invordering, de verwijlintresten en moratoire intresten, de vervolgingen, de voorrechten, de wettelijke hypotheek en de verjaring inzake rijksbelasting op de inkomsten zijn toepasselijk op deze gemeentebelasting. Artikel 8: Dit reglement wordt definitief en bindend overeenkomstig de artikelen 186 en 187 van het Gemeentedecreet. Artikel 9: Afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan de hogere overheid.
O 23 Belasting op leegstand gebouwen, woningen, kamers, studentenkamers en overige woongelegenheden – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd.18 december 2013 betreffende de belasting op de leegstand van gebouwen, woningen, kamers en overige woongelegenheden; Gelet op het decreet van 4 februari 1997 houdende de kwaliteitsnormen en veiligheidsnormen voor kamers en studentenkamers, hierna het kamerdecreet; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, met latere wijzigingen; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen; Gelet op het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid, hierna decreet grond- en pandenbeleid genoemd; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2009 houdende nadere regels betreffende het leegstandsregister en houdende wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 2 april 1996 betreffende de heffing ter bestrijding van leegstand en verkrotting van gebouwen en/of woningen; Gelet op het gemeentelijk heffingsreglement op tweede verblijven; Gelet op het gemeentelijk leegstandsreglement; Overwegende dat het decreet grond- en pandenbeleid de gemeenten verplicht een leegstandsinventaris op te maken; Overwegende dat het decreet grond- en pandenbeleid de gemeenten de mogelijkheid biedt een leegstandsbelasting te innen; Overwegende dat het gemeentebestuur tot en met het aanslagjaar 2009, 75 opcentiemen heeft geheven op de gewestheffing inzake leegstand en verkrotting van gebouwen en woningen; Overwegende dat de langdurige leegstand van woningen en gebouwen in de gemeente moet voorkomen en bestreden worden; BESLUIT met 22 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur,
17 december 2014
322 F.Van den Broeck (N-VA), en 5 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Onghena, Groen, A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a). Raadslid A.Onghena, Groen, motiveert haar onthouding als volgt: Het verschil tussen de belastingen op leegstand en op 2° verblijven is te hoog, wat tot gesjoemel kan leiden. Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt sp.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. Artikel 1: Algemene bepalingen Er wordt voor het aanslagjaar 2015 een jaarlijkse gemeentebelasting gevestigd op de woningen, kamers, gebouwen en overige woongelegenheden die gedurende minstens twaalf opeenvolgende maanden zijn opgenomen in het gemeentelijk leegstandsregister, te rekenen vanaf datum van eerste registratie. Het leegstandsregister wordt opgemaakt en bijgehouden overeenkomstig artikel 2.2.6 van het decreet grond- en pandenbeleid en het gemeentelijk reglement inzake leegstaande gebouwen, woningen, kamers en overige woongelegenheden. Artikel 2: Definities 2.1 De definities uit het gemeentelijk leegstandsreglement zijn van toepassing voor dit reglement. 2.2 De definities van woningen en gebouwen uit artikel 1.2 van het decreet grond- en pandenbeleid zijn toepasselijk, evenals de andere definities van artikel 1.2 van het decreet grond- en pandenbeleid. 2.3 Leegstaande gebouwen zijn gebouwen zoals omschreven in artikel 2.2.6 van het decreet grond- en pandenbeleid. 2.4 Leegstaande woningen zijn woningen zoals omschreven in artikel 2.2.6 van het decreet grond- en pandenbeleid. 2.5 Een ramp is een gebeurtenis die zich voordoet buiten de wil van de houder van het zakelijk recht en die het onroerend goed dermate beschadigt dat het gebruik onmogelijk is. Voorbeelden zijn ernstige brand, gasontploffing, overstroming, hevige storm,… 2.6 Een renovatienota is een gedetailleerde, gedateerde en ondertekende nota die door het college van burgemeester en schepenen wordt goedgekeurd en waarin minstens volgende elementen zijn opgenomen: a)een overzicht van de voorgenomen werken; b)een gedetailleerd tijdschema waaruit blijkt dat binnen een periode van maximaal 24 maanden de woning bewoonbaar wordt gemaakt; c)bestekken en/of facturen met betrekking tot de voorgenomen werken; d)fotoreportage met weergave van de bestaande toestand van de te renoveren onderdelen; e)indien van toepassing het akkoord van alle mede-eigenaars. 2.7 Een sociale woonorganisatie is een organisatie, vermeld in artikel 2 § 1, eerste lid, 26° van de Vlaamse Wooncode; een sociale huisvestingsmaatschappij, het Vlaams Woningfonds van de Grote Gezinnen, een sociaal verhuurkantoor of een huurdersorganisatie. Artikel 3: 3.1 De belasting voor een leegstaande woning, kamer, overige woongelegenheid of een leegstaand gebouw is voor het eerst verschuldigd vanaf het ogenblik dat die woning, kamer, overige woongelegenheid of dat gebouw gedurende twaalf opeenvolgende maanden vanaf de initiële inventarisatiedatum is opgenomen in het gemeentelijk leegstandsregister. 3.2 Zolang het leegstaand gebouw of de leegstaande woning, kamer of overige woongelegenheid niet uit het leegstandsregister is geschrapt, is de belasting verschuldigd op het ogenblik dat een nieuwe termijn van twaalf maanden verstrijkt. Artikel 4: 4.1 De belasting is verschuldigd door de houder van het zakelijk recht betreffende het leegstaande gebouw of leegstaande woning, kamer of overige woongelegenheid op het ogenblik dat de belasting van het aanslagjaar verschuldigd wordt. Ingeval er een recht van opstal, erfpacht of vruchtgebruik bestaat, is de belasting verschuldigd door de houder van dat zakelijk recht van opstal, van erfpacht of van vruchtgebruik op het ogenblik dat de belasting van het aanslagjaar verschuldigd wordt. 4.2 Ingeval van mede-eigendom zijn de mede-eigenaars hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de totale belastingschuld.
17 december 2014
323
Ingeval er meerdere andere houders zijn van het zakelijk recht zijn deze eveneens hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de totale belastingschuld. 4.3 De overdrager van het zakelijk recht moet de verkrijger ervan in kennis stellen dat het goed is opgenomen in het leegstandsregister. Artikel 5: 5.1 De belasting bedraagt: -1.250,00 € voor een volledig gebouw of woonhuis; -100,00 € voor individuele kamer of studentenkamer zoals gedefinieerd in het Kamerdecreet; -650,00 € voor elk overig gebouw of woning. 5.2 Het aantal termijnen van twaalf maanden dat een gebouw of woning op de inventaris staat, wordt herberekend bij overdracht van het zakelijk recht betreffende het gebouw of de woning. Artikel 6: Vrijstellingen 6.1 Aanvraag vrijstelling: De zakelijk gerechtigde die gebruik wenst te maken van een vrijstelling van de belasting moet hiervoor zelf schriftelijk het aanvraagformulier en de nodige bewijsstukken indienen bij het college van burgemeester en schepenen. 6.2 Van de leegstandsheffing zijn vrijgesteld: a)De belastingplichtige die eigenaar is van één enkele woning, bij uitsluiting van enige overige woongelegenheid. De vrijstelling geldt voor een periode van maximum drie jaar, volgend op de datum van opname in het leegstandsregister. b)De belastingplichtige die in een erkende ouderenvoorziening verblijft, of voor een langdurig verblijf werd opgenomen in een psychiatrische instelling of in een ziekenhuis. Het bewijs van het langdurig verblijf wordt geleverd door de erkende ouderenvoorziening, de instelling of het ziekenhuis waar de belastingplichtige verblijft. De vrijstelling geldt voor een periode van maximum drie jaar, volgend op de datum van opname van de belastingplichtige. De vrijstelling geldt uitsluitend voor de woning, kamer of overige woongelegenheid die laatst bewoond werd door de belastingplichtige voor de opname in de erkende ouderenvoorziening, de psychiatrische instelling of het ziekenhuis. c)De belastingplichtige die sinds minder dan één jaar zakelijk gerechtigde is van het gebouw of de woning, kamer of overige woongelegenheid, met dien verstande dat deze vrijstelling slechts geldt voor het heffingsjaar volgend op het verkrijgen van het zakelijk recht. Deze vrijstelling geldt niet indien het zakelijk recht werd verkregen ingevolge: -Overdracht aan vennootschappen die door de overdrager rechtstreeks of onrechtstreeks in rechten of in feiten gecontroleerd; -Overdracht ingevolge fusie, splitsing of andere overgang ten algemene titel; -Overdracht aan bloed- en/of aanverwanten tot en met de derde graad, tenzij ingeval van overdracht bij erfopvolging of testament d)De belastingplichtige, houder van zakelijk recht, die behoort tot één van volgende categorieën: sociale huisvestingsmaatschappijen erkend door VMSW, andere sociale woonorganisaties, autonome gemeentebedrijven, de gemeente of het OCMW van Hamme of een intergemeentelijke samenwerkingsverband waarin de gemeente Hamme participeert, voor zover het panden betreft die voorwerp uitmaken van een intentieverklaring en/of project met het oog op het realiseren van een meer kwalitatieve woonomgeving. 6.3 Een vrijstelling wordt verleend indien het gebouw of de woning: a)gelegen is binnen de grenzen van een door de bevoegde overheid goedgekeurd onteigeningsplan; b)een voorwerp meer kan uitmaken van een stedenbouwkundige vergunning omdat een voorlopig of definitief onteigeningsplan is vastgesteld; c)krachtens decreet beschermd is als monument, of opgenomen is op een bij besluit vastgesteld ontwerp van lijst tot bescherming als monument; d)vernield of beschadigd werd ten gevolge van een plotse ramp, met dien verstande dat deze vrijstelling slechts geldt gedurende een periode van drie jaar, volgend op de datum van de vernieling of beschadiging; e)onmogelijk daadwerkelijk gebruikt kan worden omwille van een verzegeling in het kader van een gerechtelijke procedure, met dien verstande dat deze vrijstelling slechts geldt gedurende een periode van twee jaar, volgend op de aanvang van de onmogelijkheid tot daadwerkelijk gebruik; f)gerenoveerd wordt. Een woning of gebouw wordt gerenoveerd als een niet vervallen stedenbouwkundige vergunning voor stabiliteitswerken of sloopwerkzaamheden, een schriftelijke bevestiging van de volledig bevonden aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning opgemaakt door de gemeentelijke
17 december 2014
324
stedenbouwkundige ambtenaar of een gedetailleerde renovatienota voorgelegd wordt waaruit blijkt dat de nodige renovatiewerken zullen worden uitgevoerd. De renovatie moet betrekking hebben op de woonfunctie van het desbetreffende gebouw of woning. Deze vrijstelling geldt slechts gedurende een termijn van drie jaar, volgend op het uitvoerbaar worden van de stedenbouwkundige vergunning of gedurende een termijn van twee jaar, volgend op de goedkeuring van de renovatienota. Deze vrijstelling kan slechts één keer worden verleend per woning of gebouw. g)het voorwerp uitmaakt van een overeenkomst met het oog op renovatie- , verbeterings- of aanpassingswerkzaamheden in de zin van artikel 18, § 2 van de Vlaamse Wooncode. h)het voorwerp uitmaakt van een door de gemeente, het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn of een sociale woonorganisatie verkregen sociaal beheersrecht, overeenkomstig artikel 90 van de Vlaamse Wooncode. 6.4 In het verleden toegestane schorsingen door Wonen Vlaanderen worden omgezet in een vrijstelling voor de termijn van de schorsing toegestaan door Wonen Vlaanderen. Artikel 7: De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. Artikel 8: De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet. Artikel 9: De belastingplichtige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaarschrift moet, op straffe van nietigheid, schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn. Deze indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden, te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstmelding afgegeven, binnen vijftien dagen na de indiening ervan. De belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger die wenst gehoord te worden dient dit uitdrukkelijk in zijn bezwaarschrift te vragen. Artikel 10: Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn de bepalingen van titel VII (vestiging en invordering van belastingen), hoofdstukken 1, 3, 4, 6 tot en met 9 van het wetboek de inkomstenbelastingen en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek van toepassing voor zover niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen. Artikel 11: Verwijl- en moratoriumintresten zijn op deze belasting van toepassing zoals inzake de rijksbelastingen op de inkomsten. Artikel 12: In het kader van het algemeen administratief toezicht zal een afschrift van dit besluit worden overgemaakt aan de heer Gouverneur en zal een beknopte omschrijving van dit besluit worden opgenomen in de meldingslijst aan de heer Gouverneur. Een afschrift van dit besluit wordt eveneens overgemaakt aan Wonen Vlaanderen, Gebroeders Van Eyckstraat 46 te 9000 Gent.
17 december 2014
325 O 24 Belasting op het overwelven van grachten – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 18 december 2013 betreffende de belasting op het overwelven van grachten langs percelen langs gemeentelijke openbare wegen; Overwegende dat het noodzakelijk is deze belasting te verlengen om het begrotingsevenwicht te verzekeren; Gelet op het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen dd. 30 mei 2008; Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005; BESLUIT met 23 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); A.Onghena, Groen; J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA), en 4 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a). Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt sp.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. Artikel 1: §1) Vanaf 1 januari 2015 tot en met 31 december 2015 wordt een belasting geheven op het overwelven van grachten langs percelen langs de gemeentelijke openbare wegen. §2) Deze belasting wordt vastgesteld op 125 EUR per strekkende meter. Zij is verschuldigd door de aanvrager. Artikel 2: De belasting wordt contant betaald tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke van betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting. Artikel 3: De belastingplichtige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet worden gemotiveerd en op straffe van nietigheid schriftelijk worden ingediend. Het moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de datum van de inning van de belastingen, of in geval van inkohiering, vanaf de derde werkdag volgend op de datum van de verzending van het aanslagbiljet of van de kennisgeving van de aanslag. Artikel 4: De regels betreffende de invordering, de verwijlintresten en moratoire intresten, de vervolgingen, de voorrechten, de wettelijke hypotheek en de verjaring inzake rijksbelasting op de inkomsten zijn toepasselijk op deze gemeentebelasting. Artikel 5: Dit reglement wordt definitief en bindend overeenkomstig de artikelen 186 en 187 van het Gemeentedecreet. Artikel 6: Afschrift van dit besluit zal worden overgemaakt aan de hogere overheid.
17 december 2014
326
O 25 Belastingreglement op ambtshalve door de gemeente of door derden in opdracht van de gemeente uitgevoerde werken – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 18 december 2013 betreffende de belasting op ambtshalve door de gemeente of door derden in opdracht van de gemeente uitgevoerde werken; Overwegende dat het billijk is om de kosten gemaakt door de gemeente of door derden in opdracht van de gemeente, voor derden uitvoerde werken terug te vorderen; Gelet op het Gemeentedecreet; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; BESLUIT met 23 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); A.Onghena, Groen; J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA), en 4 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a). Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals vorige jaren, onthoudt sp.a zich bij bijna alle stemmingen over de belastingen, wegens de globale mix aan belastingen, die onevenwichtig voorkomt. Artikel 1: Er wordt voor een periode ingaand op 1 januari 2015 en eindigend op 31 december 2015 een kohierbelasting geheven om de kosten op ambtshalve door de gemeente of door derden in opdracht van de gemeente, voor derden uitgevoerde werken, terug te vorderen. Artikel 2: De belasting is verschuldigd door de perso(o)n(en): natuurlijke of rechtspersonen die – na ingebrekestelling – nalaten te voldoen aan de hen opgelegde verplichtingen opgenomen in een wet, decreet, reglementaire bepaling of zelfs gemeentelijke vergunning of gemeentelijke verordening. Een ingebrekestelling is niet vereist indien er sprake is van onmiddellijk gevaar. In geval twee of meer natuurlijke of rechtspersonen nalatig zijn, zijn zij hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting. Artikel 3: De belasting wordt vastgesteld als volgt: 6. Voor de inzet van gemeentepersoneel: titularis schaal D/E: 17,53 € per uur titularis schaal C/D: 19,88 € per uur titularis schaal B: 27,17 € per uur titularis schaal A: 34,81 € per uur Ieder begonnen uur telt voor een volledig uur 7. Ingezet materieel/prestaties: d. Voertuigen (vergoeding per begonnen uur): Personenauto: 6,00 € Bestelwagen (tot 0,75 ton): 12,00 € Lichte vrachtwagen (0,75 tot 3,5 ton): 19,00 € Vrachtwagen (meer dan 3,5 ton): 37,00 € Veegmachine: 35,00 € Kleine tractor + aanhangwagen: 37,00 € Grote tractor + aanhangwagen: 50,00 € Minigraafmachine: 25,00 € 17 december 2014
327
e.
f.
8.
9.
Grote graafmachine: 35,00 € Gereedschappen (vergoeding per begonnen uur): Eigen gereedschap: 10,00 € per ingezette machine werkend op een elektrische of ontploffingsmotor Ontstoppingsmachine: 50,00 € Stroomgenerator: 25,00 € Compressor met breekhamer van 10 kg: 25,00 € Kleine landbouwmachines: 20,00 € Gehuurd materieel: indien het bestuur beroep dient te doen op het huren van materieel om de werken uit te voeren, dan wordt de kostprijs van deze huur doorgerekend aan de belasting plichtige(n). De kostprijs wordt bepaald aan de hand van de factuur voor huur van het materieel. Tijdelijke verkeerssignalisatie: Per bord/baken/hek (inclusief steunen en voeten): -Periodes van minder dan 7 dagen: 1,00 € per stuk per dag -Periodes langer dan 1 week: 15,00 € per begonnen week Verwerkte materialen: Worden aan kostprijs doorgerekend aan de belastingplichtige(n). De kostprijs wordt bepaald aan de hand van een recente factuur van aankoop van het materiaal door ons bestuur. Inzet van derden bij de uitvoering van de gevraagde prestatie(s): Worden aan kostprijs doorgerekend aan de belastingplichtige(n). De uiteindelijke kostprijs van de prestatie(s) wordt bepaald aan de hand van de factuur die ons bestuur ontvangt van de derdeondernemer.
Artikel 4: De kohieren inzake gemeentebelastingen worden vastgesteld en uitvoerbaar verklaard ten laatste op 30 juni van het jaar dat volgt op het aanslagjaar, door het college van burgemeester en schepenen. Artikel 5: De belasting is betaalbaar binnen de twee maanden na verzending van het aanslagbiljet. Artikel 6: De belastingplichtige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet worden gemotiveerd en op straffe van nietigheid schriftelijk worden ingediend. Het moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn vermeld staat of van de kennisgeving van de aanslag.
O 26 Brandweer – retributiereglement voor diensten van technische aard – opheffing – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 27/11/2013 betreffende de retributie brandweer – diensten van technische aard; Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op de oprichting van de brandweerzone Oost;
17 december 2014
328
BESLUIT EENPARIG Artikel 1:
Het retributiereglement brandweer – diensten van technische aard dd. 27 november 2013 wordt opgeheven met ingang van 1 januari 2015, met uitzondering van artikel 13.
Artikel 2:
Dit besluit wordt overgemaakt aan de toezichthoudende overheid.
O 27 Bestuurscommissie Gemeentelijke Academies – wijziging afvaardiging – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op de vernieuwing van de gemeenteraad op 2 januari 2013; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 27 maart 2013, waarbij het organiek reglement van de adviesraad van de gemeentelijke academies wordt goedgekeurd; Gezien in het organiek reglement wordt vastgesteld dat in de adviesraad onder andere elf politieke mandatarissen zetelen, aangeduid door de gemeenteraad; Gelet op samenstelling van de adviesraad van de gemeentelijke academies in gemeenteraadszitting van 27 maart 2013 waarbij de heer Jean Van de Vondel werd aangeduid als effectief lid in de bestuurscommissie; Gelet op de mededeling van raadslid Geerinck d.d. 3 december 2014 dat de heer Jean Van de Vondel, afgevaardigde namens N-VA, niet meer woonachtig is in Hamme; Overwegende dat aldus moet voorzien worden in een plaatsvervanger om dit vrijgekomen mandaat op te nemen; Gelet op de voordracht van mevrouw Mireille Lanotte d.d. 3 december 2014; Gelet op het Gemeentedecreet; BESLIST met algemene instemming: Artikel 1: Mevrouw Mireille Lanotte wordt namens N-VA aangeduid als effectief lid van de Bestuurscommissie Gemeentelijke Academies. Artikel 2: Afschrift van deze beslissing zal meegedeeld worden aan de schooldirecties van de gemeentelijke academie voor muziek, woord en dans Hamme en aan de gemeentelijke academie voor beeldende kunsten Hamme.
O 28 Organisatiebeheersing en het intern controlesysteem (ICS) – jaarlijks rapport aan de gemeenteraad – goedkeuring – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het Kaderdecreet Bestuurlijk Beleid van 18 juli 2003;
17 december 2014
329
Gelet op artikel 43, §2, 8° van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de bevoegdheid van de gemeenteraad met betrekking tot het goedkeuren van het algemene kader van het interne controlesysteem; Gelet op artikel 87 van het Gemeentedecreet betreffende de bevoegdheid van de gemeentesecretaris met betrekking tot de activiteiten in verband met interne controle; Gelet op artikel 99 van het Gemeentedecreet waarbij de gemeenten instaan voor de interne controle van hun activiteiten; Gelet op artikel 100 van het Gemeentedecreet dat bepaalt dat het interne controlesysteem wordt vastgesteld door de gemeentesecretaris, na overleg met het managementteam en dat het algemene kader van het interne controlesysteem is onderworpen aan de goedkeuring van de gemeenteraad; Gelet op het feit dat overeenkomstig artikel 101 van het Gemeentedecreet de gemeentesecretaris jaarlijks over de organisatie en de werking van het interne controlesysteem rapporteert aan het college van burgemeester en schepenen en aan de gemeenteraad; Gelet op het decreet van 5 juli 2013 houdende de organisatie van audittaken bij de Vlaamse administratie en de lokale besturen en tot wijziging van het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli 2003, het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, het Provinciedecreet van 9 december 2005, het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, het decreet van 27 maart 2009 betreffende radio-omroep en televisie, het decreet van 8 juli 2011 houdende regeling van de begroting, de boekhouding, de toekenning van subsidies en de controle op de aanwending ervan, en de controle door het Rekenhof en het decreet van 13 juli 2012 houdende bepalingen tot begeleiding van de tweede aanpassing van de begroting 2012 (Auditdecreet); Overwegende dat in de toekomst de gemeente Hamme voorwerp zal uitmaken van een externe audit, die uitgevoerd zal worden door Audit Vlaanderen; Overwegende dat Audit Vlaanderen gebruik zal maken van de “Leidraad organisatiebeheersing voor lokale besturen”, aangeboden door de Vlaamse Overheid en waarvan de definitieve versie gepubliceerd werd op 28 februari 2014; Overwegende dat het aldus nuttig is om binnen het kader van organisatiebeheersing en interne controle ook zelf gebruik te maken van deze leidraad als algemeen kader ten einde een goede voorbereiding voor de externe audit te kunnen aanvatten; Gelet op het rapport Organisatiebeheersing en het interne controlesysteem 2014: jaarlijks rapport aan de gemeenteraad en het college van burgemeester en schepenen; Gelet op de bespreking en de vaststelling van dit rapport in het managementteam van 17 november 2014 en het positief advies van het managementteam; Gelet op de bespreking van dit rapport in het college van burgemeester en schepenen in zitting van 25 november 2013 en het positief advies van het college; Gelet op de bespreking van dit rapport in de gezamenlijke raadscommissie van 10 december 2014; BESLUIT met algemene instemming: Artikel 1: Neemt akte van het rapport Organisatiebeheersing en het interne controlesysteem 2014: jaarlijks rapport aan de gemeenteraad en het college van burgemeester en schepenen. Artikel 2: Keurt goed het gebruik van de “Leidraad organisatiebeheersing voor lokale besturen” als algemeen kader van organisatiebeheersing en interne controle. Artikel 3: Keurt goed het rapport Organisatiebeheersing en het interne controlesysteem 2014: jaarlijks rapport aan de gemeenteraad en het college van burgemeester en schepenen en bevestigt het voorstel van werkwijze zoals aangegeven.
17 december 2014
330 O 29 Gemeenteboekhouding – bestemde gelden artikel 1, 8° Besluit van de Vlaamse Regering van 25/10/2010 – pensioenfonds - besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het Gemeentedecreet van 15.07.2005, artikels 42-43 (bevoegdheden van de gemeenteraad), artikels 5758 (bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen); Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, O.C.M.W.’s en provincies; Gelet op de wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen; Gelet op de wet van 11.04.1994 betreffende de openbaarheid van bestuur; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18.12.2013 betreffende de reservatie van 1.000.000,- euro voor een pensioenfonds voor de statutaire ambtenaren; Overwegende dat de gemeenteraad moet vaststellen welke geldmiddelen in het meerjarenplan en in het budget dienen gereserveerd voor een specifieke bestemming in de volgende financiële boekjaren (art 1, 8° en 24, 5° BVR 25 juni 2010); Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen; Akte genomen van de toelichting van schepen van financiën, R. Huylebroeck, van de tussenkomst van raadslid A.Raemdonck, sp.a; BESLUIT EENPARIG: Artikel 1: In het meerjarenplan 2014-2019 vanaf het dienstjaar 2015 het pensioenfonds voor de statutaire ambtenaren aan te vullen met de som van 765.000,- euro onder BP2014_2019-3/BG-1/0090-00/0901000 in de exploitatie. Artikel 2: Afschrift van deze beslissing over te maken aan de financieel beheerder voor uitvoering.
O 30 Gemeenteboekhouding – begrotingsrekening en jaarrekening 2013 – goedkeuring door de Provinciegouverneur – aktename. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Neemt akte van de goedkeuring van de begrotingsrekening en jaarrekening over het financiële boekjaar 2013 door de heer Gouverneur van de provincie Oost-Vlaanderen overgemaakt door het Agentschap Binnenlands Bestuur op 17/11/2014. De rekening 2013 werd goedgekeurd met: - een positief begrotingsresultaat op de gewone dienst van 16 035 950,60 euro - een negatief begrotingsresultaat op de buitengewone dienst van 1 125 203,30 euro - een positief boekhoudkundig resultaat op de gewone dienst van 16 217 558,04 euro - een positief boekhoudkundig resultaat op de buitengewone dienst van 1 235 785,27 euro - de balans op 31 december 2013 met een balanstotaal in activa en passiva van 102 077 714,11 euro - de resultatenrekening over 2013 met een positief resultaat van de algemene boekhouding van 1 351 145,93 euro.
17 december 2014
331 O 31 Aanpassing reglement buurtsubsidies – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Overwegende dat het gemeentebestuur een beleid voert betreffende het harmonieus samenleven; Gelet op het feit dat in het budget middelen zijn voorzien om initiatieven betreffende buurtinitiatieven te ondersteunen; Gelet op het gemeenteraadbesluit van 16 december 2009 betreffende het lokaal reglement voor toekenning van de ‘subsidiebuurtfeesten/acties’ met ingang op 1/1/2010; Gelet op het feit dat de voorbije vier jaar bleek dat een oplossing diende te worden gezocht voor specifieke situaties (vb. zoals grote straten); Overwegende dat de subsidie bedoeld is voor eenmalige activiteiten die mensen dichterbij elkaar brengen, georganiseerd door buurtbewoners. Bijvoorbeeld een buurtbarbecue of een buurtsporttoernooi, maar geen blijvende zaken (dus wel voor een petanque-buurttoernooi, maar niet voor aanleg van een petanquebaan). Gelet op de besprekingen in het college van burgemeester en schepenen; Gelet op de bepalingen van het Gemeentedecreet; Akte genomen van de tussenkomst van raadslid A.Onghena, Groen; van het antwoord van schepen van welzijn P.Verschelden; Besluit met 26 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang); A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a)., A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA). 1 “onthouding” nl. raadslid A.Onghena, Groen. Raadslid A.Onghena, Groen, motiveert haar onthouding als volgt: Akkoord met de ondersteuning van buurtinitiatieven, maar dit reglement zou veel eenvoudiger mogen zijn. Artikel 1: Beslist goedkeuring te hechten aan het gewijzigde reglement van 16 december 2009 betreffende de aanvraagen toekenningsprocedure voor het verkrijgen van een subsidie voor de organisatie van een buurtfeest/actie. In dit reglement worden de modaliteiten beschreven tot het verkrijgen van een eenmalige subsidie door bewoners die in hun buurt het initiatief nemen om bewoners op een positieve, recreatieve manier bijeen te brengen. Artikel 2: Deze subsidie wordt uitbetaald aan een vertegenwoordiger van het organiserend buurtcomité. Een buurtcomité bestaat uit minimum drie personen van minimum 18 jaar die op drie verschillende adressen, in deze buurt, zijn gedomicilieerd. Artikel 3: Deze subsidie wordt uitbetaald voor de organisatie van recreatieve activiteiten tijdens een buurtfeest/actie. Een buurtfeest is enkel toegankelijk voor bewoners van een buurt en duurt minimum 1 dag. Iedereen van de omschreven buurt krijgt toegang tot de activiteiten. Artikel 4: - Een buurt kan bestaan uit meerdere straten met een organische eenheid, bijvoorbeeld gegroepeerd rond een pleintje, op voorwaarde dat er minstens 20 gezinnen bereikt worden. - Een buurt kan zich beperken tot één straat, maar dan moeten er in die straat minstens 20 gezinnen gedomicilieerd zijn en moeten deze ook bereikt worden bij de activiteit. - Bij zeer grote straten (meer dan 75 bewoonde woningen) kan men de activiteit beperken tot een deel van de straat, maar dan moeten er in dat deel van de straat minstens 20 gezinnen bereikt worden.
17 december 2014
332
Artikel 5: De activiteit moet aan volgende voorwaarde voldoen om voor deze subsidie in aanmerking te komen: een recreatieve activiteit waarbij de buurtbewoners worden samengebracht op één plaats, voor iedere buurtbewoner toegankelijk. Artikel 6: De subsidie bedraagt 100 € voor de omschreven buurt. Eenzelfde buurt/aanvrager kan slechts eenmaal per jaar een toelage krijgen. De kosten voor de organisatie van de buurtactiviteit moeten hoger zijn dan het toegekende subsidiebedrag. Artikel 7: Initiatieven die financiële steun kunnen krijgen via andere organisaties/overheden hebben geen recht op deze gemeentelijke subsidie. Artikel 8: Procedure voor het bekomen van een gemeentelijke subsidie: ten minste 4 weken vooraf het aanvraagformulier ‘Buurtsubsidie’ bezorgen aan de Dienst Welzijn:
a)
met een overzicht van het programma, op basis waarvan het college van burgemeester en schepenen kan nagaan of voldaan wordt aan de bepalingen van artikel 4. aantonen van de samenstelling van het buurtcomité, zoals beschreven in artikel 2. b) Het comité dient van alle gedrukte publiciteit (uitnodiging/ …) een voorbeeld in. In elke publicatie wordt vermeld dat het initiatief financiële ondersteuning krijgt van het gemeentebestuur HAMME. c) Er wordt een vrijwilligersverzekering burgerlijke aansprakelijkheid (bijv. via het Provinciebestuur OostVlaanderen) afgesloten door het comité. Een kopie hiervan wordt ingediend. d) Betalingsbewijzen (kastickets of factuur), waaruit de gemaakte onkosten voor de buurtactiviteit duidelijk zijn, worden na de activiteit ingediend. Hiervoor gebruikt de aanvrager blad 2 van het aanvraagformulier. e) De organisator bezorgt een overzicht van de gezinnen die bereikt werden met de activiteit. Hiervoor gebruikt de aanvrager blad 3 van het aanvraagformulier. Aanvragen worden door het college van burgemeester en schepenen al dan niet goedgekeurd. De organisatie zal hierover schriftelijk geïnformeerd worden minstens 2 weken voor de activiteit plaats vindt. De subsidie wordt na het plaatsvinden van de activiteit en het indienen van alle noodzakelijke documenten uitbetaald. Artikel 9: Het college van burgemeester en schepenen is gemachtigd om alle onderzoek in te stellen of te laten instellen om controle uit te oefenen op de activiteiten waarvoor een subsidie is toegekend. Het verstrekken van onvolledige of onjuiste gegevens kan aanleiding geven tot terugvordering door het college van burgemeester en schepenen van de gehele of een deel van de toegekende subsidie van de betrokken organisatie en/of tot uitsluiting van verdere subsidiëring. Artikel 10: De subsidie wordt uitbetaald -voor zover er voldoende kredieten beschikbaar zijn- op een door het organiserende comité bepaald rekeningnummer, na goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen. Het rekeningnummer wordt schriftelijke medegedeeld aan het college van burgemeester en schepenen, ondertekend door ten minste drie leden van het buurtcomité. Artikel 11: Het college zal op basis van de ingediende aanvragen (en bijhorende stukken) beslissen of een aanvraag al dan niet ontvankelijk is. Artikel 12: Het college zal op basis van de budgettaire mogelijkheden de subsidie al dan niet toewijzen.
17 december 2014
333
Artikel 13: Afschrift van dit besluit over te maken aan de financiële dienst. Artikel 14: Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2015.
O 32 Horecareglement – goedkeuring – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Neemt akte van het voorstel van raadsvoorzitter K.Mettepenningen om dit agendapunt uit te stellen voor verder onderzoek. De gemeenteraad gaat hiermee akkoord, met algemene instemming. Het punt wordt van de agenda gehaald.
O 33 Autonoom Gemeentebedrijf “Hamse Investeringsmaatschappij” – meerjarenplan - aanpassing 1, 2014-2019 - goedkeuring – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen; inzonderheid artikels 232 tot 244 die betrekking hebben op het autonoom gemeentebedrijf; Gelet inzonderheid op artikel 243 van het Gemeentedecreet; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de OCMW’s en latere wijzigingen; Gelet op het recente decreet van 29 juni 2012 tot wijziging van het Gemeentedecreet waarin aan de autonome gemeentebedrijven de verplichting wordt opgelegd om beleidsrapporten op te maken en de boekhouding te voeren volgens de regels van de beleids- en beheerscyclus; Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 19 december 2012 tot instap in de beleids-en beheerscyclus (BBC) van het autonoom gemeentebedrijf “HIM”; Overwegende dat de Raad van Bestuur van het AGB HIM in zitting van 2 december 2014 de meerjarenplanaanpassing 1 2014-2019 vastgesteld heeft; Akte genomen van de tussenkomst van raadslid T.Vermeire, sp.a; van raadslid A.Geerinck, N-VA; van de tussenkomst van raadslid A.Onghena, Groen; van het antwoord van schepen R.Huylebroeck; van burgemeester H.Vijt; van schepen F.Van Gaeveren; van de repliek van raadslid A.Onghena; Groen, van de tussenkomst van raadslid J.De Graef, N-VA; van raadslid A.Geerinck, N-VA; van schepen T.Waterschoot; van de tussenkomst van raadslid T.Vermeire, sp.a;
17 december 2014
334
Gaat over tot de stemming met volgende uitslag: 15 stemmen “ja”, nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); 12 “onthoudingen”, nl. de raadsleden A.Onghena, Groen, J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang), A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA). Raadslid A.Onghena, Groen, motiveert haar onthouding als volgt: Er zou meer aandacht moeten zijn voor opwaardering van het bestaande woonbestand. Daarnaast worden foute keuzes gemaakt inzake de aanleg van parkings. Raadslid A.Geerinck, N-VA, motiveert de onthouding van haar fractie als volgt: Het beleid van de HIM is te weinig doordacht, en niet op maat van Hamme. Raadslid T.Vermeire, sp.a, motiveert de onthouding van zijn fractie als volgt: Zoals eerder reeds gesteld, geeft de HIM de laatste jaren te weinig blijk van ambitie. Enig artikel: De meerjarenplanaanpassing 1 2014-2019 van het autonoom gemeentebedrijf Hamse Investeringsmaatschappij (AGB) wordt goedgekeurd.
O 34 Autonoom Gemeentebedrijf “Hamse Investeringsmaatschappij” – budget 2015 - goedkeuring – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen; inzonderheid artikels 232 tot 244 die betrekking hebben op het autonoom gemeentebedrijf; Gelet inzonderheid op artikel 243 van het Gemeentedecreet; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de OCMW’s en latere wijzigingen; Gelet op het recente decreet van 29 juni 2012 tot wijziging van het Gemeentedecreet waarin aan de autonome gemeentebedrijven de verplichting wordt opgelegd om beleidsrapporten op te maken en de boekhouding te voeren volgens de regels van de beleids- en beheerscyclus; Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 19 december 2012 tot instap in de beleids-en beheerscyclus (BBC) van het autonoom gemeentebedrijf “HIM”; Overwegende dat de Raad van Bestuur van het AGB HIM in zitting van 2 december 2014 het budget 2015 vastgesteld heeft; Akte genomen van de toelichting van schepen Raoul Huylebroeck; Gaat over tot de stemming met volgende uitslag: 15 stemmen “ja”, nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); 12 “onthoudingen”, nl. de raadsleden A.Onghena, Groen, J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang), A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a); A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA). 17 december 2014
335
Raadslid A.Geerinck, N-VA, motiveert de onthouding van haar fractie als volgt: Het beleid van de HIM is te weinig doordacht en niet op maat van Hamme. Het budget 2015 van het autonoom gemeentebedrijf Hamse Investeringsmaatschappij (AGB) wordt goedgekeurd.
O 35 Gemeenteboekhouding – meerjarenplan 2014-2019 – aanpassing – besluit. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en later wijzigingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op het ministerieel besluit van 1 oktober 2010 tot vaststelling van de modellen en nadere voorschriften van de beleidsrapporten en de rekeningstelsels van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2013 houdende vaststelling van het meerjarenplan 2014-2019; Gelet op de brief van 25/03/2014 met ref.V03/2014/2014/2627-2628 van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur waarbij kennis genomen wordt van het meerjarenplan 2014-2019 en budget 2014; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 juni 2014 houdende vaststelling van aanpassing 1 van het meerjarenplan 2014-2019; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 22 oktober 2014 houdende vaststelling van aanpassing 2 van het meerjarenplan 2014-2019; Overwegende dat de gemeenteraad het meerjarenplan moet aanpassen waar nodig; Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen; Akte genomen van de toelichting ter zitting van schepen van Financiën R.Huylebroeck; van de tussenkomst van raadslid J.Van den Broeck, Vl.Belang; van het antwoord van schepen R.Huylebroeck; van het antwoord van schepen F.Van Gaeveren; van de tussenkomst van raadslid A.Onghena, Groen; van het antwoord van schepen R.Huylebroeck; van de repliek van raadslid A.Onghena; van het antwoord van schepen F.Van Gaeveren; van de tussenkomst van raadslid van raadslid A.Geerinck, N-VA; van het antwoord van burgemeester H.Vijt; van de tussenkomst van raadslid J.De Graef, N-VA; van raadslid T.Vermeire, sp.a; van de antwoorden van schepen R.Huylebroeck; van het antwoord van schepen van openbare werken E.Drieghe; van schepen F.Van Gaeveren; van de repliek van raadslid J.De Graef; van raadslid T.Vermeire; van het antwoord van burgemeester H.Vijt; van de repliek van raadslid T.Vermeire; van het antwoord van schepen F.Van Gaeveren; van de tussenkomst van raadslid E.De Prijcker, CD&V Hamme Moerzeke; van de repliek van raadslid J.De Graef, N-VA; Neemt akte van de tussenkomst van raadsvoorzitter K.Mettepenningen die besluit dat schepen F.Van Gaeveren de gestelde vragen i.v.m. bestek, gunning en reeds gegeven engagementen in het project Nieuwstraat, zal doorspelen aan de begeleidende studiebureaus, die de vragen zullen beantwoorden; Neemt akte van de vraag van raadslid A.Geerinck, N-VA; van het antwoord van burgemeester H.Vijt; van de tussenkomst van raadslid T.Vermeire, sp.a; van het antwoord van burgemeester H.Vijt, van schepen F.Van Gaeveren; van de tussenkomst van raadslid J.Van den Broeck, Vl.Belang; van raadslid A.Geerinck; van raadslid A.Onghena, Groen; van het antwoord van schepen R.Huylebroeck;
17 december 2014
336
BESLUIT met 15 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); 4 stemmen “neen” nl. de raadsleden A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a); 8 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Onghena, Groen, J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang), A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA). Raadslid A.Onghena, Groen, motiveert haar onthouding als volgt: Groen meent dat het bestuur andere prioriteiten zou moeten leggen, en stelt i.h.b. ernstige vragen bij het project Nieuwstraat. Raadslid A.Geerinck, N-VA, motiveert de onthouding van haar fractie als volgt: N-VA blijft gekant tegen het project Nieuwstraat, dat de financiële reserves van de gemeente grotendeels dreigt uit te putten, met negatieve gevolgen voor andere projecten Artikel 1: De gemeenteraad stelt aanpassing 3 van het meerjarenplan 2014-2019 vast; Artikel 2: Aanpassing 3 van het meerjarenplan maakt integraal deel uit van dit besluit.
O 36 Gemeenteboekhouding – budget 2015 – vaststelling – besluit. De gemeenteraad In openbare zitting vergaderd Gelet op de omzendbrief BB 2014/4 van 5/9/2014 van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur: de aanpassing van de meerjarenplannen 2014-2019 en de budgetten 2015; Gelet op de omzendbrief BB 2013/8 – de veralgemeende invoering van de beleids-en beheerscyclus; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en later wijzigingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op het ministerieel besluit van 1 oktober 2010 tot vaststelling van de modellen en nadere voorschriften van de beleidsrapporten en de rekeningstelsels van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van heden houdende goedkeuring van aanpassing 3 meerjarenplan 2014-2019 (BP2014_2019-3); Gelet op het ontwerp van budget 2015, bestaande uit de beleidsnota en de financiële nota, zoals het binnen de wettelijk voorziene termijn vóór de gemeenteraadszitting werd bezorgd aan ieder lid van de gemeenteraad; Overwegende dat het budget 2015 dient te worden vastgesteld overeenkomstig de nieuwe beleids- en beheerscyclus; Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen; Akte genomen van de toelichting van de heer Raoul Huylebroeck, schepen van Financiën; BESLUIT met 15 stemmen “ja” nl. de raadsleden H. Vijt, E. Drieghe, L. De Mey, M. De Keyser, R. Huylebroeck, K. Mettepenningen, E. De Prijcker, A.Verschelden, , N. De Clercq, C. Vanhoyweghen(CD&V Hamme Moerzeke); F.Van Gaeveren, T. Waterschoot, P. Verschelden, H. Peelman, M.Van Goethem (Open VLD); 4 stemmen “neen” nl. de raadsleden A.Raemdonck, T. Vermeire, J. Van Goethem, F. Gökce (SP.a);
17 december 2014
337 8 “onthoudingen” nl. de raadsleden A.Onghena, Groen, J. Van den Broeck, L. Van der Vorst (Vlaams Belang), A.Geerinck, J. De Graef, L. Peeters, J. Laceur, F. Van den Broeck (N-VA). Raadslid A.Onghena, Groen, motiveert haar onthouding als volgt: Groen meent dat het bestuur andere prioriteiten zou moeten leggen, en stelt i.h.b. ernstige vragen bij het project Nieuwstraat. Raadslid A.Geerinck, N-VA, motiveert de onthouding van haar fractie als volgt: N-VA blijft gekant tegen het project Nieuwstraat, dat de financiële reserves van de gemeente grotendeels dreigt uit te putten, met negatieve gevolgen voor andere projecten. Artikel 1 De gemeenteraad keurt het budget 2015, bestaande uit de beleidsnota en de financiële nota, overeenkomstig de bepalingen van de beleids- en beheerscyclus goed. Artikel 2 Het budget 2015 maakt integraal deel uit van dit besluit.
O 37 Containerklas academie Meulenbroekstraat – vraag van raadslid Jan De Graef, N-VA.
De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Neemt akte van de vraag geagendeerd door raadslid J. De Graef, N-VA en diens toelichting daarbij: “Containerklas academie Meulenbroekstraat Op verzoek van (o.a.) ouders van leerlingen die les krijgen in de klascontainer van de academie in de Meulenbroekstraat, aan het politiekantoor, heb ik de volgende vragen: 1. Voor hoeveel lesvolgende leerlingen tegelijk is het klaslokaal voorzien? 2. Door plaatsgebrek dienen de gebruikers van het lokaal hun persoonlijk materiaal (boekentassen, jassen enz.) op te bergen in de inkom. Gelet op het verslag van de brandweer is dit niet toegelaten. Wat zijn de concrete voorstellen om hieraan te verhelpen? 3. Door plaatsgebrek kunnen de lessen niet in optimale omstandigheden verlopen. Wat zijn de concrete oplossingen die hieraan op korte termijn kunnen verhelpen? 4. Er werd een afrastering achteraan het gebouw aangebracht. De gracht die zich in de onmiddellijke nabijheid van het gebouw bevindt is echter vrij toegankelijk. Omwille van de veiligheid wordt er verzocht om hieraan te verhelpen, wat zijn uw concrete voorstellen hiervoor? 5. Het bord “verzamelpunt evacuatie” staat op enkele meters van het gebouw, dit is m.i. niet correct in geval van een evacuatie. Wat zijn de concrete voorstellen om hieraan te verhelpen?” Schepen F. Van Gaeveren meent dat betrokken ouders zich in eerste instantie konden wenden tot leerkrachten, ouders of adviesraad. Hij schetst de ingebruikname van bedoelde lokalen, nadat de ouders werden ingelicht. Volgens het brandweerverslag mogen 49 kinderen aanwezig zijn. Volgens de doorlichting kunnen 22 leerlingen in goede omstandigheden les volgen. Daarom werd de leerlingengroep reeds opgesplitst. Dit wordt verder opgevolgd. De boekentassen aan de inkom was een tijdelijk probleem, ondertussen verholpen (plaatsing kapstokken). Wat betreft de afrastering: er werd inderdaad een veilige speelzone gecreëerd. Het gras werd pas ingezaaid, en zal dus volgend jaar voldoen. Plaatsing van bord ‘verzamelpunt evacuatie’ wordt ondertussen opgevolgd door de dienst preventie. Wat betreft de gracht: tijdens de speeltijd ziet de leerkracht toe dat men daar niet te dicht zou spelen.
17 december 2014
338 O 38 Trajectbegeleiding omgeving Marktplein – vraag van raadslid A.Geerinck, N-VA. De gemeenteraad, In openbare zitting vergaderd, Neemt akte van de vraag geagendeerd door raadslid A. Geerinck, N-VA, en van haar toelichting daarbij: “Trajectbegeleiding omgeving Marktplein Op de Gemeenteraad van 27 november 2013 werd besloten een trajectbegeleider voor de ontwikkeling van de omgeving Marktplein aan te stellen die belast werd met de actualisatie van de behoeftestudie, het onderzoek naar de opportuniteit van een PPS-constructie, juridische ondersteuning en begeleiding. Ondertussen zijn we een jaar verder en kregen wij graag antwoord op volgende vraag: Wat is de stand van zaken in dit dossier ?” Schepen F. Van Gaeveren geeft een overzicht van de gemaakte stappen. Het dossier werd gepubliceerd, offertes werden ingediend. Na nazicht van de offertes werd studiebureau Grontmij voorgedragen. Het college heeft dit bureau dan ook aangesteld. Ondertussen werd de opdracht verder besproken met het bureau. Er zijn ondertussen werkvergaderingen geweest. Het bureau is thans bezig met een marktbevraging. Te gepasten tijde zullen de resultaten hiervan worden voorgelegd en verder besproken.
De heer gemeenteraadsvoorzitter K.Mettepenningen verklaart de zitting gesloten.
N.B.: Volgende stukken werden ter beschikking gesteld van de raadsleden: -planning data gemeenteraad 2015; -Farys – verslag van de zitting van het regionaal directiecomité domeindiensten Oost van 20 oktober 2014; -Farys – RDD Oost – goedgekeurde werken 20.10.2014; -Farys – presentatie; -Intergem – RBC Zuid – notulen van de zitting van 23/09/2014; -Intergem – RBC Noord – notulen van de zitting van 23/09/2014. Gedaan te Hamme in zitting als ten hoofde. Namens de gemeenteraad: De gemeentesecretaris.
De raadsvoorzitter.
17 december 2014