Bestuursrapportage januari – april 2015
Inhoud Bestuursrapportage op hoofdijnen................................................................................................................. 3 Onderdeel 1 A3 jaarplan (Concern A3) ........................................................................................................... 8 1.2 Klanten en partners ............................................................................................................................. 16 1.3 Medewerkers....................................................................................................................................... 18 1.4 Maatschappij....................................................................................................................................... 19 Onderdeel 2 Overzicht van baten en lasten VRZ .......................................................................................... 20 2.1 Programma Veiligheid......................................................................................................................... 23 2.2 Programma Bevolkingszorg ................................................................................................................ 28 2.3 Programma GMZ................................................................................................................................. 29 2.4 Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien ....................................................................................... 32 2.5 Taakstelling ......................................................................................................................................... 34 2.6 Investeringsplan 2015 ......................................................................................................................... 36 2.7 Begrote onttrekkingen reserves in 2015 ............................................................................................. 38 2.8 Verloop van de reserves 2015-2019 .................................................................................................... 39 Bijlage 1 Overzicht van baten en lasten ........................................................................................................ 40 Bijlage 2 GRIP incidenten .............................................................................................................................. 43 Bijlage 3 Operationele gegevens brandweer ................................................................................................ 44 Opkomsttijden....................................................................................................................................... 44 Aantal uitrukken met TS per gemeente ................................................................................................ 46 Aantal uitrukken met TS per meldingsclassificatie ............................................................................... 47 Bijlage 4: Bestuurlijke oefeningen................................................................................................................. 48
Bestuursrapportage op hoofdijnen Inleiding Deze bestuursrapportage heeft betrekking op de periode januari tot en met april van 2015. De bestuursrapportage geeft inzicht in de bestuurlijke, operationele en financiële stand van zaken van VRZ. In het verkeerslichtenmodel op pagina 9 is in één oogopslag de stand van zaken met betrekking tot de gerealiseerde resultaten tot en met april 2015 te zien. Hieronder wordt ingegaan op de hoofdlijnen van de ontwikkelingen in de afgelopen maanden. Voor details wordt verwezen naar de onderdeel 1 voor verantwoording van de te behalen resultaten en voor onderdeel 2 voor verantwoording van de financiële stand van zaken. In de bijlagen 1 tot en met 3 zijn de operationele cijfers (GRIP-incidenten, uitrukken brandweer en aantal bestuurlijke workshops/oefeningen) opgenomen.
Resultaten Concern A3 Meerjarenbeleidsplan In de eerste 4 maanden van 2015 is gestart met het opstellen van een meerjarenbeleidsplan voor de periode 2016-2019. Hierbij s is gekozen voor een interactief proces waarbij netwerkpartners, bedrijven, burgers en bestuur intensief worden betrokken om de gewenste situatie van de staat van fysieke veiligheid in Zeeland op 1 januari 2020 te beschrijven evenals de rol die VRZ daarin vervult. VRZ is een netwerkorganisatie en samen met onze netwerkpartners zal gewerkt moeten worden aan de visie van VRZ ‘Samen sterk voor Veilig Zeeland’. In het meerjarenbeleidsplan worden daarnaast ook de uitkomsten uit het visitatierapport VRZ, de doorontwikkeling en het MTO (MedewerkersTevredenheids Onderzoek) meegenomen. Bovendien worden de koers, identiteit en strategie van VRZ in dit meerjarenbeleidsplan opgenomen. Verder wordt ook de visie op grensoverschrijdende samenwerking in dit plan verwerkt. Momenteel wordt bij incidenten in het grensgebied goed samengewerkt, maar de wens is om deze samenwerking te intensiveren. Bestuur De eerste maanden van 2015 hebben in het teken gestaan van herstructurering van de bestuurlijke bevoegdheden door het vaststellen van de mandaatregeling. Tevens zijn de financiële verordening en de budgethoudersregeling aangepast op de gemeenschappelijke Regeling VRZ 2013. De belangrijkste aanpassingen hierin zijn dat op grond van de gemeenschappelijke regeling bevoegdheden, met uitzondering van die op het terrein van financiën, wet- en regelgeving, gemeenschappelijke regeling en samenwerkingsvormen, door het Algemeen Bestuur zijn overgedragen aan het Dagelijks Bestuur. Eind 2015 zal de Gemeenschappelijk regeling worden afgestemd op de aangepaste Wet gemeenschappelijke regelingen. Maatwerk in Brandweerzorg Een belangrijk dossier in 2015, evenals in voorgaande jaren, is Maatwerk in Brandweerzorg. Binnen dit project wordt onderzocht hoe de brandweerzorg binnen Zeeland op een robuuste, toekomstbestendige wijze kan worden georganiseerd. Vanuit het project zijn Zeeuwse uitgangspunten geformuleerd waaraan de brandweerzorg dient te voldoen. Momenteel ligt het rapport voor zienswijze bij de gemeenteraden, Belgische brandweerzones en aangrenzende veiligheidsregio’s. De verwachting is dat bestuurlijke besluitvorming plaatsvindt in het Algemeen Bestuur van juli 2015. Mede naar aanleiding van vragen over huisvesting van brandweermaterieel op de brandweerposten binnen Maatwerk in Brandweerzorg is een commissie Huisvesting ingesteld. Deze commissie onderzoekt de consequenties van mogelijk overdracht van eigendom en beheer van brandweerposten van gemeenten naar VRZ. Daarbij wordt ook meegenomen de financiële verdeelsleutel bij nieuw- en verbouw, afstoten en herhuisvesting van brandweerposten als gevolg van de uitwerkingen van Maatwerk in Brandweerzorg.
3
Evaluatie van de hoofdstructuur Aandachtpunt voor 2015 is de evaluatie van de hoofdstructuur. VRZ is bij wet verantwoordelijk voor het organiseren van de rampenbestrijding en crisisbeheersing. Voorgaande jaren is aandacht besteed aan de invulling van piketfuncties vanuit VRZ. In 2015 wordt de invulling van de hoofdstructuur (CoPI, ROT en BT) geëvalueerd. Daarbij worden ook functies vanuit andere netwerkpartners zoals politie en Bevolkingszorg betrokken. Inmiddels is een plan van aanpak opgesteld. Dit plan van aanpak wordt binnenkort ter besluitvorming aangeboden. In de tussentijd worden de opkomsttijden bij incidenten in het verleden in beeld gebracht en worden de uitkomsten van evaluaties van die incidenten geïnventariseerd en gecategoriseerd. Publiek Private Samenwerking Vanaf 2014 wordt ingezet op verbetering van de samenwerking tussen VRZ en de Zeeuwse bedrijven (onder andere vertegenwoordigd door Portiz, de belangenbehartiger van de havengebonden Zeeuwse partijen). In de eerste maanden van 2015 heeft diverse malen overleg plaatsgevonden met Zeeuwse bedrijven over de mogelijkheden tot samenwerking. In de komende periode worden deze overleggen vervolgd met als doel om de samenwerking tussen VRZ en de Zeeuwse bedrijven te intensiveren. Programma’s Binnen VRZ lopen drie programma’s : Maritieme Veiligheid, Nucleaire Veiligheid en Veerkrachtig Zeeland. Deze programma’s passen binnen de Strategische agenda van het Veiligheidsberaad. Binnen het programma Maritieme Veiligheid wordt gewerkt aan een programmaplan tot 2020. Momenteel worden vier deelprojecten uitgewerkt: Planvorming en Procedures; Incidentbestrijdingsmaterieel; Multidisciplinair Opleiden, Trainen en Oefenen en Europese projecten (waar de projecten MIRG-EU, MIRG-EX en BERISUAS onder vallen). Binnen Planvorming en Procedures heeft in het eerste kwartaal van 2015 implementatie van de Water Incident Scenario’s (WIS) op de meldkamer plaatsgevonden. Daarnaast heeft in maart 2015 een meldingen alarmeringstraining plaatsgevonden om de gezamenlijk opgestelde melding- en alarmeringsprotocollen te trainen en testen. Aan deze training hebben Kustwacht, Gemeenschappelijke Meldkamer Zeeland, het Schelde Coördinatiecentrum, de Verkeerspost Wemeldinge en het Haven Coördinatiecentrum van Zeeland Seaports deelgenomen. Binnen het deelproject Incidentbestrijdingsmaterieel is in het eerste kwartaal van 2015 de MIRG-container met COBRA-systeem afgeleverd en het tweede COBRA-systeem ingebouwd in het Mobiel Ondersteunend Voertuig (MOV). Binnen het deelproject Opleiden, Trainen en Oefenen heeft in 2015 onder andere een COT-W training plaatsgevonden en zijn een vijftal SAR thema-avonden georganiseerd. Daarbij waren vertegenwoordigers van de Koninklijke Nederlandse Reddingsmaatschappij (KNRM) en het Kustwachtcentrum aanwezig. Binnen MIRG-EX wordt toegewerkt naar een meerdaagse grootschalige oefening met een scheepsincident voor de kust van België. Voor het programma Nucleaire Veiligheid is eind 2014 een programmaplan vastgesteld. In dit programma worden de thema’s planvorming, multidisciplinair opleiden, trainen en oefenen, informatiemanagement, risico- en crisiscommunicatie, jodiumprofylaxe, psychosociale nazorg, evacuatie en nafase integraal uitgewerkt. Inmiddels is een update van het rampbestrijdingsplan Nucleair opgeleverd en heeft nadere afstemming met het Rijk plaatsgevonden over de concrete invulling van de harmonisering maatregelzonering met de buurlanden. Op dit moment vindt een landelijk traject plaats t.a.v. de zones voor distributie jodiumprofylaxe en wordt bezien op welke wijze (landelijk of regionaal) communicatie hierover dient plaats te vinden. Vanuit programmaplan Veerkrachtig Zeeland is aangesloten op de in Zeeland bestaande overleggen rond klimaatverandering en waterveiligheid. Hierbij wordt met name gekeken welke maatregelen in de tweede laag van meerlaagsveiligheid (ruimtelijke inrichting en gebruik) kunnen worden getroffen. Doelstelling is
4
om de zelf- en samenredzaamheid te ondersteunen, zodat de beschikbare hulpverleningscapaciteit zich kan richten op locaties waar de mogelijkheden hiertoe beperkt zijn. Momenteel wordt gewerkt aan een programmaplan tot 2020. Daarnaast wordt op dit moment door de provincies Zuid-Holland en Zeeland onderzocht of een Europees project kan worden gestart. VRZ zal hier ook in participeren. Doelstelling van dit project (met partners uit Engeland, Zweden, Duitsland, Denemarken en België) is het herkennen van dreiging van overstroming, het toepassen van effectieve maatregelen en de communicatie hierover met de samenleving. Strategische agenda Versterking Veiligheidsregio’s Op 16 mei 2014 heeft het Veiligheidsberaad ingestemd met de Strategische Agenda Versterking Veiligheidsregio’s 2014 – 2016 en met zes prioritaire thema’s. Op basis hiervan zijn projectplannen opgesteld waarlangs binnen de thema’s de doelstellingen gerealiseerd moeten gaan worden. Deze projectplannen zijn Water en evacuatie, Continuïteit van de samenleving, Voorkomen van maatschappelijke ontwrichting door grootschalige uitval, Stralingsincidenten, Bovenregionale operationele besluitvorming, Versterking bevolkingszorg en Kwaliteit en vergelijkbaarheid. De drie eerste projecten zijn gezamenlijk met de minister van Veiligheid en Justitie opgepakt. De Strategische Agenda is erop gericht maatschappelijke ontwrichting te voorkomen door het versterken van de risico- en crisisbeheersing en het verstevigen van de samenwerking tussen alle betrokken partijen. In de eerste maanden van 2015 heeft consultatie van de besturen van alle veiligheidsregio’s plaatsgevonden om de landelijke projecten te onderschrijven. Het bestuur heeft op 16 april hiertoe besloten en de thema’s worden verder uitgewerkt in het meerjarenbeleidsplan 2016-2019. VRZ is zeer actief betrokken binnen de thema’s Stralingsincidenten (vanuit het programma Nucleaire Veiligheid), Continuïteit samenleving, Water en evacuatie (vanuit het programma Veerkrachtig Zeeland) en Kwaliteit en vergelijkbaarheid (VRZ als pilotregio voor visitatie). De directeur VRZ is landelijk projectleider van de landelijke thema’s Stralingincidenten en Kwaliteit en vergelijkbaarheid. Medewerkers De te behalen resultaten van de A3 zijn verwerkt in A3’en per afdeling en in teamjaarplannen. Deze zijn weer vertaald in individuele jaarplannen voor de medewerkers. In doelstellingsgesprekken met medewerkers worden de persoonlijke jaarplannen afgestemd op het afdelingsplan. De gesprekken (doelstellings-, voortgangs- en resultaatgesprekken) conform de personele jaarcyclus verlopen volgens planning. Maatschappij In het najaar van 2015 zal een innovatiedenktank worden geformeerd. Daarnaast wordt momenteel gewerkt aan de visie op de jeugdbrandweer. Deze visie wordt afgestemd op de landelijke visie op jeugdbrandweren.
Financieel Verwacht resultaat In onderdeel 2 van deze bestuursrapportage is een overzicht opgenomen van de baten en lasten van VRZ (zie pagina 21 en volgende). Hierin wordt inzicht verschaft in de financiële situatie van VRZ. Op basis van deze bestuursrapportage sluit de begroting 2015 met een batig saldo van € 84.086. Hieronder lichten wij enkele belangrijke wijzigingen c.q. aandachtspunten toe. Taakstelling Maatwerk in brandweerzorg De derde rapportage van Maatwerk in Brandweerzorg wordt op 9 juli 2015 ter besluitvorming aangeboden aan het Algemeen Bestuur. In de begroting 2015 is een taakstelling van € 278.000 voor Maatwerk in Brandweerzorg opgenomen. In de 1e begrotingswijziging 2015 zijn de afschrijvingslasten
5
verlaagd in overeenstemming met de staat van activa per eind 2014. In deze 1e Bestuursrapportage 2015 wordt een incidenteel nadeel van € 203.000 verwerkt op de taakstelling Maatwerk in Brandweerzorg. Deze correctie had eveneens in de 1e begrotingswijziging 2015 moeten plaatsvinden. Deze correctie vindt daarom nu als nog plaats. Formatie en bezetting VRZ had begin 2015 een vastgestelde formatie van 213,86 fte. De formatie 2016 is 205,45 fte. Er is momenteel sprake van een (lagere) bezetting van 200,26 fte, exclusief bovenformatieven. Het voordeel door vacatures, die tot op heden niet zijn ingevuld en in de loop van 2015 al dan niet zullen worden ingevuld, bedraagt naar verwachting € 288.000. Tegenover de lagere bezetting is in 2015 nog op beperkte schaal sprake van incidenteel hogere inhuurlasten voor een bedrag van € 43.000 om de geplande noodzakelijke werkzaamheden te kunnen uitvoeren. Op 30 april 2015 is er sprake van 2,67 fte bovenformatieven (in 2013 was dat aantal nog 9 fte). In 2016 zal 1 fte de pensioengerechtigde leeftijd bereiken en uitstromen. Voor de resterende 1,67 fte (het betreft 2 medewerkers) wordt nog een oplossing gezocht. De verwachting is deze oplossing nog in 2015 wordt gevonden. Invoering individueel keuzebudget De invoering van het individueel keuzebudget is uitgesteld tot 1 januari 2016. Als gevolg hiervan valt een bedrag van € 450.000 vrij. Dit bedrag was opgenomen als verplichting voor de eventuele uitbetaling van vakantiegeld over de periode juni tot en met december 2015. Wij stellen voor om deze middelen hiervoor beschikbaar te houden en daarvoor een tijdelijke reserve te vormen, want er is sprake van uitstel en niet van afstel. Dit voorstel om een reserve te vormen en hieraan te doteren zal te zijner tijd in een nog op te stellen 2e begrotingswijziging 2015 en Nota reserves en voorzieningen worden opgenomen. Vertraging totstandkoming servicecentrum MTL Tholen/Bevelanden Op de onderhoudskosten wordt een incidentele overschrijding verwacht van € 60.000 door vertraging bij de totstandkoming van het servicecentrum Tholen/Bevelanden. Investeringsplan en treasury Het investeringsplan 2015 bedraagt € 7.310.167. De realisatie van de investeringen blijft tot nu toe achter (per 1 april is € 233.757 uitgegeven). Dat lijkt laag, maar er zijn al diverse aanbestedingen c.q. offerteaanvragen in gang gezet en de verwachting is dat alle investeringen dit jaar worden gerealiseerd. Gevolg van het achterblijven tot nu toe is dat er geen aanvullende leningen zijn aangetrokken. Daarnaast staat de rente op een historisch laag peil. Dit resulteert in een incidenteel voordeel van €50.000. Onvoorzien De post onvoorzien bedraagt € 100.000. Uitgangspunt in de 1e Bestuursrapportage 2015 is dat de post onvoorzien nodig zal zijn in 2015. De volgende gebeurtenissen zullen mogelijk in 2015 tot onvoorziene kosten kunnen leiden. Het gaat hier dus feitelijk om risico’s die nog niet in geld zijn uit te drukken. Preventief periodiek Medisch Onderzoek (PPMO) In maart 2015 heeft de Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Inspectie SZW) het PPMO stilgelegd. Hierdoor moet op dit moment op een alternatieve wijze worden gekeurd. Dit leidt tot meerkosten voor de keuringen. Voor PPMO zijn echter ook reguliere fitheidstesten begroot. Deze worden op dit moment niet uitgevoerd. Als gevolg van de stillegging wordt er alleen gekeurd en beperkt vinden testen plaats voorafgaand aan keuringen. Mogelijk dat de extra kosten voor keuringen worden gecompenseerd door het niet testen. Als er medio 2015 wederom wordt gestart zoals oorspronkelijk bedoeld, is uiteindelijk een overschrijding te verwachten. Indien de huidige tijdelijke oplossing gecontinueerd wordt, zal de overschrijding lager zijn.
6
Op dit moment worden de meerkosten door de arbodienstverlener inzichtelijk gemaakt, waarna overleg plaats zal vinden. Naar verwachting zal in de 2e Bestuursrapportage 2015 hierover meer duidelijkheid zijn. Inspectie SZW Begin 2015 heeft de Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) bezoeken gebracht aan de brandweerorganisaties van 19 veiligheidsregio’s. De arbeidsinspectie heeft tijdens deze bezoeken gekeken naar de arbeidsomstandigheden, zoals planvorming op het gebied van risico’s en de voorlichting van medewerkers over risico’s. Risico’s op agressie en geweld tijdens repressief optreden in het bijzonder. De landelijke uitkomsten van de arbeidsinspectie zijn donderdag 4 juni jl. gepubliceerd op de website van de inspectie. De veiligheid van onze hulpverleners moet voorop staan. Veiligheidsregio Zeeland (VRZ) beschouwt het inspectierapport als een leerzaam instrument om verbeteringen te realiseren. Er is voortvarend met de uitkomsten uit het rapport aan de slag gegaan. Daarvoor is onder andere extern expertise ingehuurd. Het risico bestaat dat, ondanks onze inzet om alle opmerkingen hetzij te weerleggen hetzij uit te voeren, dat de Inspectie boetes aan de VRZ zal opleggen. Werkkostenregeling In het kader van de per 2015 ingevoerde werkkostenregeling was in de begroting 2015 een budget van € 300.000 opgenomen ter dekking van de belastingdruk op de vrijwilligersuitkering. Vanuit de landelijke brandweerorganisatie is bij belastinginspecteurs (via het ministerie van Financiën) beargumenteerd dat de vergoedingen onder de gerichte vrijstelling zou moeten vallen. Dit is door de belastinginspecteurs voorlopig goedgekeurd, mits uit een onderzoek onder de vrijwilligers zou blijken dat er voldoende kosten gemaakt worden. Daarom is in de 1e begrotingswijziging 2015 het totale budget van € 300.000 incidenteel verlaagd naar € 26.000. Een vervolgonderzoek dat eind juli afgerond moet zijn, zal meer duidelijkheid moeten scheppen. Het risico bestaat dat een deel van het vrijgevallen budget toch betaald moet worden indien de belastingdienst de resultaten uit het onderzoek niet afdoende vindt.
Operationele gegevens In de eerste vier maanden van 2015 is 6 maal een GRIP afgekondigd. Eenmaal had dit betrekking op een brand (kerk te Hoek) en vijfmaal voor incidenten op het water. Deze incidenten hadden onder andere betrekking op lekkage van styreen uit een schip, het kapseizen van een schip en vervolgens een zoektocht naar opvarenden tot het stranden van schepen. In deze rapportageperiode is de brandweer 681 maal uitgerukt. Dit is een kleine stijging ten opzichte van 2014, waarin het aantal uitrukken van de brandweer 654 was. De verschillen tussen het aantal brandweerinzetten per gemeente in 2014 en 2015 laat geen noemenswaardige verschillen zien. In deze rapportageperiode hebben bovendien 4 bestuurlijke trainingen/workhops plaatsgevonden.
7
Onderdeel 1 A3 jaarplan (Concern A3) Deze bestuursrapportage is opgesteld aan de hand van het A3-jaarplan (de Concern A3) van VRZ. In de Concern1A3 van VRZ zijn de actie- en de resultaatgebieden voor 2015 benoemd. In het onderstaande overzicht van het A3 jaarplan (Concern A3) is in één overzicht de samenhang aangegeven tussen de actie- en de resultaatgebieden van het A3 jaarplan. De acties uit de aandachtsgebieden 1-5 leiden tot de resultaten uit de aandachtsgebieden 6-9. De vraag is of deze acties voldoende zijn geweest om de beoogde resultaten te realiseren. Om inzicht te verschaffen in de realisatie van de beoogde resultaten is voor de resultaatgebieden 6-9 per resultaat in de vorm van stoplichten weergegeven wat de stand van zaken is aan het eind van 2015. De kleuren van het stoplicht corresponderen met de mate van realisatie van het beoogde resultaat uit de aandachtsgebieden 6-9: Symbool
Status Status 0
Omschrijving Actie is nog niet gestart
Status 1
Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning en wordt waarschijnlijk niet (geheel) gehaald Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning, maar wordt waarschijnlijk wel gehaald Actie is gestart en realisatie verloopt conform planning
Status 2
Status 3
Status 4
Status 5
Realisatie wordt (nog) niet gemeten of kan (nog) niet worden gemeten Resultaat is afgerond
Na het overzicht van het A3 jaarplan volgt per resultaatgebied een toelichting.
1
De Concern A3 is vastgesteld in het Dagelijks Bestuur VRZ van 21 november 2013. 8
Veiligheidsregio Zeeland Concern Jaarplan 2015 versie 02032015 / Definitief 1.0 (met vermelding afdelingen) Missie:
Identiteit: Wij zijn één organisatie waarin iedereen weet waar we samen voor staan en waarin iedereen weet welke onmisbare en waardevolle bijdrage hij/zij levert. Wij werken energiek en gemotiveerd samen, ontwikkelen en delen kennis om onze missie uit te voeren en om ambassadeur te zijn voor onze organisatie. Wij zijn een extern gerichte organisatie die minimaal voldoet aan de wettelijke eisen waar intern de zaken op orde zijn.
Samen Sterk voor veilig Zeeland
1. Leiderschap
a)
Koers, identiteit en kernwaarden actief uitdragen door leidinggevenden (5,6,7) b) Realistisch ambitieniveau en capaciteitsmanagement toepassen (7) c) Coachen op resultaat- en ontwikkelingsgericht werken. (2,6,7) d) Intern Sturen op en voorbeeldgedrag tonen bij het nakomen van afspraken. (2,5,7) e) Verbindend en inspirerend leiderschap (2,5,7)
3. Management van medewerkers
a)
Faciliteren van medewerkers m.b.t. werken conform een realistisch ambitieniveau middels onder meer uitwerken jaarplannen tot op persoonsniveau (2,3,5,6,7) b) Gesprekscyclus voor alle medewerkers toepassen (2,3,6,7) c) Plan van aanpak naar aanleiding van uitkomsten MTO opstellen en uitvoeren * (2,3) d) Vertalen van de landelijke visie op vrijwilligheid naar VRZ (1,2,3,4,6) 2. Strategie & Beleid
a) Optimalisatie van de ‘bedoeling’/essentie van de organisatie door het bepalen van een heldere koers, benoemen van de identiteit, strategie en bijpassend leiderschap (2,5,6,7) b) Opstellen meerjarenbeleidsplan VRZ (1,6,7) c) Huisvestingsmogelijkheden onderzoeken en plan opstellen (2,5,6) d) Opstellen programmaplannen (1,4,5,6,7) e) Opstellen verbeterplan naar aanleiding van uitkomsten visitatie (1,2,3,4,5,7) f) Vertalen landelijke uitkomsten project kwaliteit en vergelijkbaarheid naar visie op kwaliteitsmanagement VRZ *(1,3,4,6,7) g) Aanpassen (actualisatie) van onderliggende regelingen aan de nieuwe gemeenschappelijke regeling 2013 (5,6,7) h) Herziene visie grensoverschrijdende (internationaal & -regionaal) samenwerking België opstellen. (1,6) i) Opstellen4.convenanten publiekprivate samenwerking Management van middelen Kanaalzone, Sloegebied. (1,4,6,7) h) Opstellen van de visie op jeugdbrandweren (1,2,3,4,6)
5. Management van processen
a)
Aanpassen processen brandweerzorg op basis van de resultaten van Maatwerk (1,6) b) Aanpassen processen (indien nodig) in het kader van uitvoeren plan van aanpak doorontwikkeling (5,6,7) c) Invoeren programmatisch werken (1,4,6,7) d) Publiek private samenwerking Kanaalzone, Sloegebied met VRZ uitwerken onder meer voor wat betreft mogelijke aanpassingen in processen. (1,4,6,7)
Succesbepalende factoren (SBF’en): 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Co- creatie en samenwerking intern, met partners, burgers en bestuur Vitale, verantwoordelijke en vakbekwame leidinggevenden en medewerkers Lerend vermogen van de organisatie Betrouwbare en innovatieve partner Integraal werken en managen Duidelijke koers, realistisch en resultaatgericht Realistisch ambitieniveau en capaciteitsmanagement
9. Bestuur & financiers
7. Medewerkers
a. Medewerkers en leidinggevenden werken conform vastgestelde afdelingsplannen en persoonlijke jaarplannen (ALLEN) (6,7) b. Plan van aanpak naar aanleiding van uitkomsten MTO is opgesteld en uitgevoerd * (BV) (2,3) c. Visie op vrijwilligheid is opgesteld (BRW) (1,2,3,4,6) d. Van de gesprekken conform de personele jaarcyclus is 80% gevoerd (ALLEN) (2,3,6,7) e. Plan van aanpak implementatie doorontwikkeling is uitgevoerd (DIR) (5,6,7)*
6. Klanten en partners
a. Visie grensoverschrijdende samenwerking met België is vastgesteld (BV) (1,6) b. Samenwerkingsmogelijkheden met bedrijven in Sloegebied en Kanaalzone zijn ter vaststelling aangeboden aan het bestuur (R&C) (1,4,6,7) c) Programmaplannen: Delta wateren en veerkrachtig Zeeland zijn opgesteld en uitgevoerd * (1,4,5,6,7,) d) Programmaplan nucleaire veiligheid is uitgevoerd * (1,4,5,6,7)
8. Maatschappij
a. Visie op jeugdbrandweer opgesteld (BRW) (1,2,3,4,6) b. Er is een innovatiebijeenkomst georganiseerd (DIR) (2,3,4) c. Organisatiebreed is minimaal 1 maatschappelijke activiteit uitgevoerd (DIR) (1,4)
a) Faciliteren en stimuleren innovatiebijeenkomst (2,3,4) b) Faciliteren deelname aan minimaal 1 maatschappelijke activiteit vanuit de rol die VRZ heeft in de samenleving (1,4)
De vier kleuren staan voor: Rood: Prestaties en verantwoording Groen: Samenwerking Blauw: Medewerkers Oranje: Maatschappelijke bijdrage
a) Vastgesteld is de koers van VRZ, identiteit, strategie (2,5,6,7) (DIR) b) Bezuinigingen 2015 zijn gerealiseerd conform bestuurlijk vastgestelde notitie bezuinigingen februari 2015 * (1,5,6,7) (ALLEN) c) Evaluatie hoofdstructuur uitgevoerd en op basis daarvan plan van aanpak implementatie uitgevoerd.* (R&C) (3,5,6,7) d) De sleutelfunctionarissen van de processen in de hoofdstructuur zijn geïnformeerd over de bijzondere processen bij een incident dat (mogelijk) gevolg is van terrorisme (R&C) (1,2,3,4,5,6) e) Implementatie rapport maatwerk in brandweerzorg uitgevoerd * (BRW) (1,6) f) Actualisatie van de gemeenschappelijke regeling en hierbij behorende regelingen zijn ter vaststelling aan het bestuur aangeboden (BV) (5,6,7) g) Huisvestingplan is eind 2015 vastgesteld (BV) (2,5,6) h) Eind 2015 is het kwaliteitszorgsysteem geïmplementeerd conform de eisen/ planning van het landelijk project kwaliteit en vergelijkbaarheid (landelijk kwaliteitsmanagementsysteem) * (C&A) (1,3,4,6,7) i) Eind 2015 is het meerjarenbeleidsplan VRZ ter vaststelling aangeboden aan het bestuur (DIR) (1,6,7) j) Eind 2015 is het verbeterplan naar aanleiding van de uitkomsten van de visitatie uitgevoerd (DIR) * (1,2,3,4,5,7)
RESULTAAT
ORGANISATIE * = jaarschijf 2015 van de (meerjaren) planning is uitgevoerd Verbeteren en vernieuwen
9
1.1 Bestuur & Financiers Nr PI: 9.a
9.b
Resultaat
Status
Toelichting
Vastgesteld is de koers van VRZ, identiteit en strategie
3
De koers en identiteit zijn in de eerste vier maanden bepaald. Samen met de strategie worden deze koers en identiteit opgenomen in het meerjarenbeleidsplan 2016-2019. De visie ‘Samen sterk voor veilig Zeeland’ wordt in dit meerjarenbeleidsplan verder uitgewerkt. Bij prestatie-indicator 9.i is de huidige stand van zaken van het meerjarenbeleidsplan beschreven.
Bezuinigingen 2015 zijn gerealiseerd conform bestuurlijk vastgestelde notitie bezuinigingen februari 2015
3
De bezuinigingen voor 2015 kunnen naar verwachting worden gerealiseerd. De realisatie is mede afhankelijk van bestuurlijke besluitvorming op Maatwerk in Brandweerzorg. Aandachtspunt is nog wel de taakstelling voor wat betreft de huisvesting vanaf 2016.
9.c
Evaluatie hoofdstructuur uitgevoerd en op basis daarvan plan van aanpak implementatie uitgevoerd
3
Het Plan van aanpak voor evaluatie van de hoofdstructuur bevindt zich in de afrondende fase. De verwachting is dat dit plan van aanpak in juni ter besluitvorming aan het managementteam wordt aangeboden.
9.d
De sleutelfunctionarissen van de processen in de hoofdstructuur zijn geïnformeerd over de bijzondere processen bij een incident dat (mogelijk) gevolg is van terrorisme
3
In samenwerking met Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant (VRMWB) vindt afstemming plaats over de voorbereiding op terreurgevolgbestrijding waarvan de politie trekker is. Voor informatiedeling met de functionarissen in de hoofdstructuur van Zeeland zal een netwerkbijeenkomst worden georganiseerd. Vier nog te houden oefeningen voor het Beleidsteam zullen in het teken staan van terreurgevolgbestrijding.
0: Actie is nog niet gestart 1: Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning en wordt waarschijnlijk niet (geheel) gehaald 2: Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning, maar wordt waarschijnlijk wel gehaald 3: Actie is gestart en realisatie verloopt conform planning 4: Realisatie wordt (nog) niet gemeten of kan (nog) niet worden gemeten 5: Resultaat is afgerond
10
Nr PI: 9.e
Resultaat
Status
Toelichting
Implementatie rapport Maatwerk in Brandweerzorg uitgevoerd
3
In het Algemeen Bestuur van 26 februari 2015 is een voorgenomen besluit genomen op het project Maatwerk in Brandweerzorg. De documenten zijn vervolgens voor zienswijze aangeboden aan de gemeenteraden. Daarnaast zijn de documenten ter advisering aangeboden aan de Ondernemingsraad en voor zienswijze aan de Belgische brandweerzones aan de Zeeuwse landsgrenzen en de veiligheidsregio’s Midden- en West-Brabant, Rotterdam-Rijnmond en Zuid-Holland Zuid. De verwachting is dat bestuurlijke besluitvorming plaats vindt in het Algemeen Bestuur van 9 juli 2015. Momenteel zijn voorbereidingen voor het implementatietraject van Maatwerk in Brandweerzorg gestart.
0: Actie is nog niet gestart 1: Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning en wordt waarschijnlijk niet (geheel) gehaald 2: Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning, maar wordt waarschijnlijk wel gehaald 3: Actie is gestart en realisatie verloopt conform planning 4: Realisatie wordt (nog) niet gemeten of kan (nog) niet worden gemeten 5: Resultaat is afgerond
11
Nr PI: 9.e
Resultaat Implementatie rapport Maatwerk in Brandweerzorg uitgevoerd (vervolg)
Status
Toelichting Mede naar aanleiding van vragen over huisvesting van brandweermaterieel op de brandweerposten binnen het project Maatwerk in Brandweerzorg is een commissie Huisvesting ingesteld. Deze commissie wordt ondersteund door een ambtelijke werkgroep, waarin naast deelnemers vanuit VRZ ook deelnemers vanuit de gemeenten zijn vertegenwoordigd. De opdracht voor de commissie Huisvesting is als volgt: • De commissie adviseert vóór 31 december 2015 over al dan niet overname van alle brandweerkazernes door VRZ met bijbehorend beheer. En indien daarover positief wordt geadviseerd: a. Op welke termijn de brandweerkazernes inclusief beheer onder verantwoordelijkheid van VRZ worden gebracht; b. De vraag of overdracht van grond hier eveneens onderdeel van uit moet maken, is onderdeel van de opdracht; c. Dit geldt eveneens voor een mogelijke wijze van fasering van overgang beheer naar VRZ. • Indien niet positief wordt geadviseerd over de overname van alle brandweerkazernes inclusief beheer, dan adviseert de commissie het Algemeen Bestuur vóór 31 december 2015 over de financiële verdeelsleutel ten aanzien van (mogelijke) nieuw- en verbouw, afstoten en herhuisvesting van kazernes, ontstaan als gevolg van toekomstige afspraken (waaronder de afspraken uit het project Maatwerk in Brandweerzorg).
0: Actie is nog niet gestart 1: Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning en wordt waarschijnlijk niet (geheel) gehaald 2: Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning, maar wordt waarschijnlijk wel gehaald 3: Actie is gestart en realisatie verloopt conform planning 4: Realisatie wordt (nog) niet gemeten of kan (nog) niet worden gemeten 5: Resultaat is afgerond
12
Nr PI: 9.f
9.g
Resultaat
Status
Toelichting
Actualisatie van de gemeenschappelijke regeling en hierbij behorende regelingen zijn ter vaststelling aan het bestuur aangeboden
3
In het Algemeen Bestuur van 18 december 2014 is de organisatieverordening vastgesteld. Met deze verordening en de wens tot herstructurering van de bestuurlijke bevoegdheden (zoals mede opgemerkt in het visitatierapport van VRZ) zijn in het Algemeen Bestuur van 16 april 2015 aangepaste versies van de Mandaatregeling, de Financiële verordening en de Budgethoudersregeling vastgesteld. De belangrijkste aanpassingen hierin zijn dat op grond van de gemeenschappelijke regeling bevoegdheden, met uitzondering van die op het terrein van financiën, wet- en regelgeving (zoals Wet veiligheidsregio’s), gemeenschappelijke regeling en samenwerkingsvormen, door het Algemeen Bestuur zijn overgedragen aan het Dagelijks Bestuur.
Huisvestingplan is eind 2015 vastgesteld
3
In dit huisvestingsplan wordt de toekomstige huisvesting van de hoofdlocatie, momenteel gevestigd in Middelburg (Segeerssingel/Buitenrustlaan), beschreven. In juli wordt een richtinggevend besluit gevraagd aan het Dagelijks Bestuur.
0: Actie is nog niet gestart 1: Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning en wordt waarschijnlijk niet (geheel) gehaald 2: Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning, maar wordt waarschijnlijk wel gehaald 3: Actie is gestart en realisatie verloopt conform planning 4: Realisatie wordt (nog) niet gemeten of kan (nog) niet worden gemeten 5: Resultaat is afgerond
13
Nr PI: 9.h
Resultaat Eind 2015 is het kwaliteitszorgsysteem geïmplementeerd conform de eisen/planning van het landelijk project kwaliteit en vergelijkbaarheid (landelijk kwaliteitsmanagementsysteem)
Status
Toelichting
3
Voor wat betreft de zes landelijke projecten van de strategische agenda, waarvan het project kwaliteit en vergelijkbaarheid er één is, heeft in de verslagperiode consultatie van de besturen van de veiligheidsregio’s plaatsgevonden. In het tweede kwartaal van 2015 zal het project van start gaan. De directeur VRZ is landelijk projectleider van dit project. Er was behoefte ontstaan om vanuit een gezamenlijk beeld van kwaliteit en vergelijkbaarheid een ‘schil’ om de verschillende lopende kwaliteits- en vergelijkbaarheidsinitiatieven te bouwen. Dit brengt samenhang aan tussen instrumenten, methoden en andere aan kwaliteit en vergelijkbaarheid gerelateerde projecten en activiteiten, waarbij aandacht wordt geschonken aan zowel het afleggen van verantwoording als aan leren en samenwerken. Het project werkt toe naar het organiseren van integrale kwaliteitszorg, waarbij recht wordt gedaan aan de ontwikkelingen op het vlak van kwaliteit en vergelijkbaarheid in de regio’s. Einddoel is het opleveren van drie resultaten in 2015/2016: een gezamenlijk kader (één taal), een referentiemodel kwaliteit en verdere vergelijking tussen regio’s. Naar verwachting zal implementatie van deze resultaten in 2016 plaatsvinden. VRZ zal vanaf het tweede kwartaal 2015 bezien in welke mate onze kwaliteitsvisie aanpassing behoeft op de landelijke ontwikkelingen.
0: Actie is nog niet gestart 1: Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning en wordt waarschijnlijk niet (geheel) gehaald 2: Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning, maar wordt waarschijnlijk wel gehaald 3: Actie is gestart en realisatie verloopt conform planning 4: Realisatie wordt (nog) niet gemeten of kan (nog) niet worden gemeten 5: Resultaat is afgerond
14
Nr PI: 9.i
Resultaat Eind 2015 is het meerjarenbeleidsplan VRZ ter vaststelling aangeboden aan het bestuur
Status
Toelichting
3
Voor het opstellen van het meerjarenbeleidsplan 2016-2019 is een proces opgestart waarbij alle relevante netwerkpartners en alle medewerkers worden betrokken in het beschrijven van de fysieke veiligheid in Zeeland op 1 januari 2020 en de rol die VRZ daarin vervult. In het meerjarenbeleidsplan worden de uitkomsten uit het visitatierapport VRZ, de doorontwikkeling en het medewerkerstevredenheidsonderzoek (MTO) meegenomen. Er zijn inmiddels drie werksessie gehouden en voor de zomer vinden nog een aantal werksessie plaats met externe netwerkpartners, medewerkers VRZ en burgers en lokale politiek (gemeenteraadsleden). Op 1 juli is een bestuurlijke werksessie gepland, waarin de resultaten van deze werksessies worden besproken en het eindbeeld in concept kan worden opgesteld. Hierna zal het beleidsplan worden geredigeerd en in het besluitvormingsproces richting Algemeen Bestuur worden gebracht.
9.j
Eind 2015 is het verbeterplan naar aanleiding van de uitkomsten van de visitatie uitgevoerd
3
De gewenste verbeteringen vanuit het visitatierapport VRZ worden meegenomen in de uitwerking van het meerjarenbeleidsplan 2016-2019.
0: Actie is nog niet gestart 1: Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning en wordt waarschijnlijk niet (geheel) gehaald 2: Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning, maar wordt waarschijnlijk wel gehaald 3: Actie is gestart en realisatie verloopt conform planning 4: Realisatie wordt (nog) niet gemeten of kan (nog) niet worden gemeten 5: Resultaat is afgerond
15
1.2 Klanten en partners Nr PI: 6.a
6.b
Resultaat
Status
Toelichting
Visie grensoverschrijdende samenwerking met België 3 is vastgesteld
De visie grensoverschrijdende samenwerking wordt meegenomen in de ontwikkeling en vaststelling van het meerjarenbeleidsplan (zie prestatie-indicator 9.i).
Samenwerkingsmogelijkheden met bedrijven in Sloegebied en Kanaalzone zijn ter vaststelling aangeboden aan het bestuur
In maart 2015 heeft een bijeenkomst plaatsgevonden bij de Gezamenlijke Brandweer-Rotterdam Rijnmond met Zeeuwse bedrijven en VRZ. In mei 2015 is een vervolgbijeenkomst gepland met de bedrijfsbrandweren van Zeeuwse bedrijven. In deze bijeenkomst worden de mogelijkheden voor samenwerking verder geïnventariseerd.
3
Daarnaast is een overleg met Portiz (belangenbehartiger voor de Zeeuwse havengebonden bedrijven) gepland om de samenwerkingsmogelijkheden verder te verdiepen. 6.c
Programmaplannen: Deltawateren en Veerkrachtig Zeeland zijn opgesteld en uitgevoerd (voor jaarschijf 2015)
3
De programmaplannen Maritieme Veiligheid en Veerkrachtig Zeeland worden opgesteld conform het programmaplan Nucleaire Veiligheid. In de eerste vier maanden zijn voor beide programmaplannen de programmadoelen geïnventariseerd. Deze programmadoelen worden vervolgens besproken met externe partners en gekoppeld aan het meerjarenbeleidsplan 2016-2019.
6.d
Programmaplan nucleaire veiligheid is uitgevoerd (voor jaarschijf 2015)
2
Voor het programma Nucleaire Veiligheid is eind 2014 een programmaplan vastgesteld. In dit programma worden de thema’s planvorming, multidisciplinair opleiden, trainen en oefenen, informatiemanagement, risico- en crisiscommunicatie, jodiumprofylaxe, psychosociale nazorg, evacuatie en nafase integraal uitgewerkt. Inmiddels is een update van het rampbestrijdingsplan Nucleair opgeleverd en heeft nadere afstemming met het Rijk plaatsgevonden over de concrete invulling van de harmonisering maatregelzonering met de buurlanden.
0: Actie is nog niet gestart 1: Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning en wordt waarschijnlijk niet (geheel) gehaald 2: Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning, maar wordt waarschijnlijk wel gehaald 3: Actie is gestart en realisatie verloopt conform planning 4: Realisatie wordt (nog) niet gemeten of kan (nog) niet worden gemeten 5: Resultaat is afgerond
16
Nr PI:
Resultaat
Status
Toelichting De realisatie van een aantal onderdelen uit het oorspronkelijk programmaplan loopt achter op de planning. Op dit moment vindt er een landelijk traject plaats t.a.v. de zones voor distributie jodiumprofylaxe en wordt bezien op welke wijze (landelijk of regionaal) communicatie hierover dient plaats te vinden. Tevens wordt bezien op welke wijze het mogelijk is om alsnog de (andere) onderdelen uit het programmaplan te realiseren.
0: Actie is nog niet gestart 1: Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning en wordt waarschijnlijk niet (geheel) gehaald 2: Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning, maar wordt waarschijnlijk wel gehaald 3: Actie is gestart en realisatie verloopt conform planning 4: Realisatie wordt (nog) niet gemeten of kan (nog) niet worden gemeten 5: Resultaat is afgerond
17
1.3 Medewerkers Nr PI: 7.a
Resultaat
Status
Toelichting
Medewerkers en leidinggevenden werken conform vastgestelde afdelingsplannen en persoonlijke jaarplannen Plan van aanpak naar aanleiding van uitkomsten MTO is opgesteld en uitgevoerd (voor jaarschijf 2015)
3
De afdelingsplannen zijn gereed. In doelstellingsgesprekken met medewerkers worden de persoonlijke jaarplannen afgestemd op het afdelingsplan.
3
De resultaten van het MTO (medewerkerstevredenheidsonderzoek) zijn in de eerste vier maanden per afdeling besproken. Verbeterpunten worden hierna per afdeling opgepakt. Op concern-niveau worden de verbeterpunten in het meerjarenbeleidsplan 2016-2019 meegenomen (zie prestatie-indicator 9.i).
7.c
Visie op vrijwilligheid is opgesteld
3
De landelijke visie op vrijwilligheid is vastgesteld. De visie van VRZ wordt hierop afgestemd.
7.d
Van de gesprekken conform de personele jaarcyclus is 80% gevoerd Plan van aanpak implementatie doorontwikkeling is uitgevoerd (voor jaarschijf 2015)
3
De gesprekken conform de personele jaarcyclus verlopen volgens planning.
3
Aandachtspunten vanuit de doorontwikkeling worden, indien nodig, in het meerjarenbeleidsplan2016-2019 verwerkt. De implementatie van de Doorontwikkeling wordt voortgezet na vaststelling van het meerjarenbeleidsplan 2016-2019 (zie prestatie-indicator 9.i).
7.b
7.e
0: Actie is nog niet gestart 1: Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning en wordt waarschijnlijk niet (geheel) gehaald 2: Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning, maar wordt waarschijnlijk wel gehaald 3: Actie is gestart en realisatie verloopt conform planning 4: Realisatie wordt (nog) niet gemeten of kan (nog) niet worden gemeten 5: Resultaat is afgerond
18
1.4 Maatschappij Resultaat
Status
Toelichting
Nr PI: 8.a
Visie op jeugdbrandweer opgesteld
3
In mei 2015 wordt gestart met het uitwerken van een visiedocument jeugdbrandweer VRZ. Op 25 juni vindt een landelijke bijeenkomst plaats waarop de (landelijke)visie op de jeugdbrandweer wordt gepresenteerd en toegelicht. Het visiedocument voor jeugdbrandweer VRZ zal hierop aansluiten.
8.b
Er is een innovatiebijeenkomst georganiseerd
0
Deze bijeenkomst is gepland in het najaar van 2015.
8.c
Organisatiebreed is minimaal 1 maatschappelijke activiteit uitgevoerd
0
Invulling van dit resultaat is gepland in het najaar van 2015.
0: Actie is nog niet gestart 1: Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning en wordt waarschijnlijk niet (geheel) gehaald 2: Actie is gestart, realisatie wijkt af van de planning, maar wordt waarschijnlijk wel gehaald 3: Actie is gestart en realisatie verloopt conform planning 4: Realisatie wordt (nog) niet gemeten of kan (nog) niet worden gemeten 5: Resultaat is afgerond
19
Onderdeel 2 Overzicht van baten en lasten VRZ
Saldo van baten en lasten Lasten 000 Niet in te delen lasten 110 Loonbetalingen en sociale premies 120 Sociale uitkeringen personeel 210 Werkelijk betaalde rente 230 Afschrijvingen 300 Personeel van derden 310 Energie 341 Betaalde belastingen 343 Aankopen niet duurzame goederen en diensten Overige inkomensoverdrachten aan overheid (niet424 Rijk) 425 Overige inkomensoverdrachten Baten 300 Vergoeding voor personeel 340 Overige goederen en diensten 411 Inkomensoverdrachten van het Rijk Overige inkomensoverdrachten van overheid (niet422 Rijk) 423 Overige inkomensoverdrachten Overige investeringsbijdragen en overige 432 kapitaaloverdrachten Mutaties Reserves Lasten 600 Reserveringen Baten 600 Reserveringen Eindtotaal
A
B
C (A-B)
Begroting 2015 incl. BW1-2015
Begroting 2015 incl. effecten Burap1
Verschil
V/N
-1.905.044
-1.609.161
295.883
V
-178.000 18.661.120 252.933 158.000 2.398.034 1.184.296 777.000 121.000 10.214.950
25.000 17.891.262 252.933 108.000 2.398.034 1.227.296 777.000 121.000 10.345.650
203.000 -769.858 0 -50.000 0 43.000 0 0 130.700
N V
305.300
349.300
44.000
N
20.000
20.000
0
566.334 822.600 6.432.411
465.559 820.100 6.432.411
-100.775 -2.500 0
23.746.400
23.746.400
0
441.844
441.844
0
0
0
0
2.141.447
1.693.247
448.200
N
333.211
823.411
490.200
N
2.474.658
2.516.658
42.000
V
236.403
84.086
-152.317
N
V N
N
N N
20
Per programma
Prognose resultaat 2015 Op basis van deze bestuursrapportage sluit de begroting 2015 met een batig saldo van € 84.086 (zie totaal kolom B). In de 1e begrotingswijziging 2015 werd nog een batig saldo verwacht van € 236.403 (zie totaal kolom A). Het nadelige verschil tussen de 1e begrotingswijziging en het huidige saldo bedraagt € 152.317 (zie totaal kolom C). Dit bedrag bestaat voor € 138.422 uit incidentele verschillen en voor € 13.895 uit structurele verschillen. Het structurele verschil van € 13.895 zal in de 1e begrotingswijziging 2016 structureel worden afgedekt. Langs de lijn van de programmabegroting 2015 treft u een toelichting aan op hoofdlijnen voor verwachte afwijkingen ten opzichte van de begroting 2015 (oorspronkelijke begroting inclusief 1e begrotingswijziging). Voor een toelichting op de in de begroting 2015 opgenomen taakstelling wordt verwezen naar paragraaf 2.5. Voor een toelichting op het investeringsplan wordt verwezen naar 2.6. Voor een toelichting op de reserves wordt verwezen naar paragraaf 2.7 en 2.8.
21
Formatie en bezetting VRZ had begin 2015 een vastgestelde formatie van 213,86 fte (excl. 2,67 fte bovenformatieven). De formatie 2016 is 205,25 fte. Er is momenteel sprake van een (lagere) bezetting van 200,26 fte, exclusief bovenformatieven. Een klein deel van deze vacatures wordt ingevuld door externe inhuur om de noodzakelijke werkzaamheden te kunnen verrichten. In juni wordt bezien op welke wijze de taakstelling op personeel VRZ-breed in de jaren 2016 tot en met 2019 zal worden gerealiseerd. Te denken valt hierbij onder meer aan het schrappen van vacatures, het niet invullen van vacatures ontstaan door uitstroom (waaronder pensionering) en taken efficiënter of niet uitvoeren, waarbij de uitvoering van wettelijke taken zo veel mogelijk zal worden ontzien.
*) In de bezetting GMZ is conform de formatie 0,5 fte opgenomen voor directeur meldkamer. De andere 0,5 fte is doorberekend aan politie Zeeland en West-Brabant.
Bovenformatieven Op 30 april 2015 is er sprake van 2,67 fte bovenformatieven. In 2016 zal nog 1 fte de pensioengerechtigde leeftijd bereiken en uitstromen. Voor de resterende 1,67 fte (het betreft 2 medewerkers) wordt nog een oplossing gezocht. De verwachting is dat in 2015 een oplossing wordt gevonden.
22
2.1 Programma Veiligheid Overzicht van baten en lasten
Binnen het programma Veiligheid worden in deze bestuursrapportage diverse mutaties verwerkt. Deze worden in het onderstaande overzicht weergegeven, waarbij een onderscheid is gemaakt in incidenteel (I) en structureel (S). Mutaties zijn als incidenteel aangemerkt als er geen doorwerking naar de begroting 2016 wordt verondersteld. Ook zijn mutaties als incidenteel aangemerkt als bijvoorbeeld een mutatie wel structureel van aard is, maar er al rekening mee is gehouden bij het opstellen van de primitieve begroting 2016.
Het structurele nadeel van € 13.895 zal in de 1e begrotingswijziging 2016 structureel worden afgedekt.
23
Toelichting per economische categorie op hoofdlijnen 000 Niet in te delen lasten € 203.000 N In 2015 staat op de post ‘000 Niet in te delen lasten’ een taakstelling van € 278.000 voor Maatwerk in brandweerzorg opgenomen. De derde rapportage van Maatwerk in Brandweerzorg wordt op 9 juli 2015 ter besluitvorming aangeboden aan het Algemeen Bestuur. In de begroting 2015 is een taakstelling van € 278.000 voor Maatwerk in Brandweerzorg opgenomen. In de 1e begrotingswijziging 2015 zijn de afschrijvingslasten verlaagd in overeenstemming met de staat van activa per eind 2014. In deze 1e Bestuursrapportage 2015 wordt een incidenteel nadeel van € 203.000 verwerkt op de taakstelling Maatwerk in Brandweerzorg. Deze correctie had eveneens in de 1e begrotingswijziging 2015 moeten plaatsvinden. Deze correctie vindt daarom nu als nog plaats. 110 Loonbetalingen en sociale premies (lasten)
€ 729.658 V
Invoering individueel keuzebudget € 450.000 V De invoering van het individueel keuzebudget is uitgesteld tot 1 januari 2016. Als gevolg hiervan valt een bedrag van € 450.000 vrij. Dit bedrag was opgenomen als verplichting voor de eventuele uitbetaling van vakantiegeld over de periode juni tot en met december 2015. Wij stellen voor om deze middelen hiervoor beschikbaar te houden en daarvoor een tijdelijke reserve te vormen, want er is sprake van uitstel en niet van afstel (neutrale mutatie met Algemene dekkingsmiddelen, 600 Reserveringen). Vacatureruimte € 287.978 V Het bedrag dat vrijvalt als gevolg van bestaande vacatures die tot op heden nog niet zijn ingevuld en in de loop van 2015 al dan niet zullen worden ingevuld bedraagt incidenteel € 287.978. Meer verkoop verlofuren dan aankoop verlofuren € 33.500 N Bij de opstelling van de begroting is er vanuit gegaan dat de kosten die gepaard zouden gaan met het verkopen van verlof gecompenseerd zou worden door aankoop van verlof. Tot nu toe wordt meer verlof verkocht dan gekocht. Er wordt daarom een incidenteel nadeel verwacht in 2015 van € 33.500. Vervallen detachering medewerkers VRZ aan Trainingscentrum Vlissingen € 127.580 V Een tweetal medewerkers heeft functioneel leeftijdsontslag (FLO) gekregen en voert geen werkzaamheden meer uit voor het Trainingscentrum Vlissingen. Deze structurele kosten konden voor ongeveer 90% in rekening worden gebracht bij het TRC. Er is daardoor sprake van een meevaller van € 9.804. (zie post ‘300 Vergoeding voor personeel’). Nabetaling dagdienstbezetting SGB en afbouwtoelage € 67.000 N Voor de nabetaling van de bestuurlijk vastgestelde dagbezettingen VRZ was een incidenteel budget opgenomen van € 36.000 voor compensatie over de periode 1 januari 2013 tot 1 mei 2014. Voor dit bedrag is een onttrekking uit de reserve transitie en vernieuwing geraamd. Nu heeft nog geen definitieve besluitvorming plaatsgevonden over de hoogte van deze nabetaling. Het risico bestaat dat deze vergoeding hoger is dan hetgeen momenteel is opgenomen. In deze post is eveneens nog geen rekening gehouden met de nabetaling dagdienstbezetting SGB (voorlopige schatting € 42.000). Ook deze incidentele post zal ten laste worden gebracht van de reserves transitie en vernieuwing, waardoor het effect op de exploitatie budgettair neutraal zal zijn.
24
Voor medewerkers, voorheen in dienst van SGB, zal een afbouwtoelage moeten worden betaald wegens het wegvallen van de vergoeding dagdienstbezetting. Deze incidentele afbouwtoelagen gaan lopen vanaf het moment van toekenning en dat zal in 2015 of 2016 zijn voor de komende 4 jaar (100%, 75%, 50%, 25%). In deze Burap is op basis hiervan het bedrag van € 36.000 verhoogd met € 67.000 (€ 42.000 + € 25.000) tot € 103.000. De onttrekking aan de reserves is verhoogd met € 42.000. De afbouwtoelage van € 25.000 wordt gedekt uit de lopende begroting 2015. In 2016, 2017 en 2018 komt respectievelijk € 18.600, € 12.400 en € 6.200 ten laste van de betreffende begrotingen. Piketvergoedingen € 25.000 N De realisatie 2014 laat een overschrijding van de piketkosten zien. Deze overschrijding wordt nader onderzocht. Voorlopig wordt een incidentele kostenoverschrijding van € 25.000 voorzien. Overig € 10.400 N Dit betreft kleine overschrijdingen van verschillende kostensoorten, zowel incidenteel als structureel. 210 Werkelijk betaalde rente (lasten)
€ 50.000 V
Het investeringsplan 2015 bedraagt € 7.310.167. De realisatie van de investeringen blijft tot nu toe achter (per 1 april is € 233.757 uitgegeven). Dat lijkt laag, maar er zijn al diverse aanbestedingen c.q. offerte-aanvragen in gang gezet en de verwachting is dat alle investeringen dit jaar worden gerealiseerd Gevolg van het achterblijven tot nu toe is dat er geen aanvullende leningen zijn aangetrokken. Daarnaast staat de rente op een historisch laag peil. Dit resulteert in een incidenteel voordeel van €50.000. 300 Personeel van derden (lasten)
€ 43.000 N
Inhuur ten laste van vacatureruimte € 43.000 N Tegenover de lagere bezetting komen in 2015 incidenteel nog inhuurlasten en advieskosten voor om de geplande werkzaamheden te kunnen uitvoeren (neutrale mutatie met de post ‘110 loonbetalingen en sociale premies’). 343 Aankopen niet duurzame goederen en diensten (lasten)
€ 130.700 N
Vertraging totstandkoming servicecentrum MTL Tholen/Bevelanden € 60.000 N Op de onderhoudskosten wordt een incidentele overschrijding verwacht van € 60.000 door vertraging bij de totstandkoming van het servicecentrum MTL Tholen/Bevelanden. Extra leergang brandweervrijwilligers € 18.600 N VRZ is gestart met wervingscampagnes voor vrijwilligers. Er wordt rekening gehouden met één extra leergang manschappen voor nieuwe vrijwilligers, die start in de 2e helft van 2015. Met deze post is de in de begroting geen rekening gehouden. Een leergang duurt 2 jaar. Ontwikkelfonds brandweeronderwijs € 41.500 V In het kader van het landelijk project versterking brandweeronderwijs (IFV) is onlangs een ontwikkelfonds voor lesstof voor de brandweer ingesteld. De bijdrage aan het fonds van de VRZ is structureel € 41.500. Hiermee is geen rekening gehouden in de begroting. Dit betekent wel dat VRZ geen cursusboeken meer betaalt. Het budget hiervoor is bij de opleidingen verlaagd (neutrale mutatie met post ‘424 Inkomensoverdrachten aan overheid (niet-Rijk)’.
25
Licentiekosten € 35.000 N Op licentiekosten in het algemeen is in de afgelopen jaren al een flinke besparing gerealiseerd. Naast de licentiekosten van DBK en Falck Safetymaps, heeft VRZ dit jaar echter nog aanzienlijke kosten van Citygis en MSA. Het betreft oude software-pakketten van de voormalige gemeentelijke brandweerkorpsen. In verband met de harmonisering van brandweerprocessen worden contracten in 2015 opgezegd en afhankelijk van termijnen wordt hierdoor een incidentele overschrijding van € 35.000 verwacht in 2015. Reis- en verblijfkosten € 25.000 N Gezien het verloop van de post “reis- en verblijfkosten personeel” wordt verwacht dat per ultimo 2015 de uitgaven structureel rond de € 175.000 zullen liggen. Begroot is een bedrag van € 150.000. De realisatie in de jaarrekening 2014 bedroeg € 176.000. Overig € 33.600 N Dit betreft kleine overschrijdingen van verschillende kostensoorten, zowel incidenteel als structureel. 424 Inkomensoverdrachten aan overheid (niet-Rijk)(lasten)
€ 44.000 N
Ontwikkelfonds brandweeronderwijs € 41.500 N In het kader van het landelijk project versterking brandweeronderwijs (IFV) is er een ontwikkelfonds voor lesstof voor de brandweer ingesteld. De bijdrage aan het fonds door VRZ is structureel € 41.500. Hiermee is geen rekening gehouden in de begroting. Dit betekent wel dat VRZ geen cursusboeken meer betaalt (neutrale mutatie met de post ‘343 Aankopen niet duurzame goederen en diensten’ verlaagd). 300 Vergoeding voor personeel (baten)
€ 100.775 N
Vervallen detachering medewerkers VRZ aan trainingscentrum € 117.775 N Een tweetal medewerkers heeft functioneel leeftijdsontslag (FLO) gekregen en genereert derhalve geen structurele detacheringsopbrengst meer ( zie post ‘110 Loonbetalingen en sociale premies’). Vergoedingen UWV € 17.000 V Dit betreft uitkeringen van het UWV inzake zwangerschap van medewerkers. Deze incidentele baten zijn niet begroot. 340 Overige goederen en diensten (baten)
€ 2.500 N
Opbrengst (brandweer)materieel en –materiaal € 60.000 V De verkoop van (brandweer)materieel en –materiaal heeft geleid tot een extra opbrengst van € 30.000. Deze structurele opbrengst was niet begroot. In de loop van 2015 zal nog een aantal voertuigen worden afgestoten. Ultimo 2015 wordt een totale opbrengst van € 60.000 verwacht, die als structureel is aangemerkt. Vervallen dienstverlening aan derden € 40.000 N In de begroting 2015 is rekening gehouden met € 73.000 aan baten voor de doorberekening van kosten van dienstverlening door de VRZ aan derden (niet-wettelijke taken). In de begroting 2016 zijn deze baten structureel bijgesteld tot € 33.000. Deze bijstelling geldt ook voor 2015. De begroting is op dit onderdeel incidenteel bijgesteld van € 100.000 naar € 60.000.
26
Vervallen doorberekening aan gemeenten € 27.000 N Naar nu blijkt heeft de doorbelasting van de verzekeringspremie 2014/2015 voor de opstallen aan een gemeente onterecht plaatsgevonden. De helft van het bedrag is structureel. Overig Het betreft een incidentele balanscorrectie.
€ 4.500 V
600 Reserveringen (baten)
€ 42.000 V
Nabetaling dagdienstbezetting SGB en afbouwtoelage € 42.000 V Zie tevens onder de categorie “110 Loonbetalingen en sociale premies”. De incidentele nabetalingen worden onttrokken aan de reserves vernieuwing en transitie.
27
2.2 Programma Bevolkingszorg Binnen het programma Bevolkingszorg zijn in deze bestuursrapportage geen mutaties te melden. Hieronder treft u wel een tweetal aandachtspunten aan. Toelichting per economische categorie 300 Personeel van derden (lasten) Vanwege de ziekte van een medewerker Bevolkingszorg is het naar alle waarschijnlijkheid noodzakelijk externe ondersteuning in te huren. Over de dekking van deze personeelskosten zal in een overleg met de Kring van gemeentesecretarissen nog een besluit moeten worden genomen. In afwachting van besluitvorming zijn nog geen overschrijdingen geprognosticeerd. 343 Aankopen niet duurzame goederen en diensten (lasten) Vanaf 1 januari 2015 hebben alle bevolkingszorgfunctionarissen toegang tot het vakbekwaamheidssysteem AG5. Over de licentiekosten zal in een overleg met de Kring van gemeentesecretarissen een besluit moeten worden genomen. In afwachting van besluitvorming zijn nog geen overschrijdingen geprognosticeerd.
28
2.3 Programma GMZ Algemeen Alle meldkamers komen onder landelijke sturing binnen één Landelijke Meldkamer Organisatie (LMO). Vooruitlopend op deze ontwikkeling is, mede vanwege de herindeling van de politieregio’s, gekeken naar een gezamenlijke meldkamer voor Zeeland en Midden en West Brabant. Tijdens de gecombineerde bestuursvergadering / Veiligheidscollege van Zeeland en Midden West Brabant op 25 september 2013 heeft het bestuur ingestemd met dit voornemen waarbij Bergen op Zoom als nieuwe huisvestingslocatie is bepaald. De realisatie van deze nieuwbouw is een verantwoordelijkheid van de Politie met inbreng van de LMO. Begin 2013 werd door het Rijk uitgegaan van een start van deze organisatie in oktober 2013. Deze planning is niet gehaald en de LMO-organisatie is begin 2014 gestart met een kennismakingsronde. Rekening houdend met een verwachte bouwtijd en inmiddels vertraagde besluitvorming in relatie tot de start van de LMO, wordt nu uitgegaan van het tot en met juni 2018 - of zoveel langer als noodzakelijk- in stand houden van de huidige Gemeenschappelijke Meldkamer Zeeland. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt nu nog bij VRZ maar zal op enig moment overgaan naar de LMO. Hierbij zal een set afspraken rond ontvlechting en financiering gemaakt worden. Een due diligence onderzoek maakt onderdeel uit van het overname proces. De ontvlechting van de GMZ uit VRZ brengt (financiële) risico’s met zich mee op achterblijvende kosten. Overzicht van lasten en baten Binnenhet programma GMZ is in deze bestuursrapportage alleen sprake van een incidentele mutatie. Som van Bedrag Kolomlabels Rijlabels I S Eindtotaal 1.Lasten 40.200 40.200 110 Loonbetalingen en sociale premies 40.200 40.200 1. Vacatureruimte 40.200 40.200 3. Mutaties reserves -40.200 -40.200 600 Reserveringen -40.200 -40.200 1. Toevoeging reserve GMZ -40.200 -40.200 Eindtotaal Reserve Meldkamer Het saldo van de reserve Meldkamer bedroeg ultimo 2014 € 1.180.619. Hiervan is € 911.750 gereserveerd voor het in stand houden van de Meldkamer. Omdat de verwachting is dat de GMZ tot en met juni 2018 in Middelburg blijft, is deze reservering nodig om een periode van 3,5 jaar te overbruggen (2015 t/m juni 2018). Per jaar is dan € 260.500 beschikbaar. Hiervoor is een projectbegroting (PvA Meldkamer) opgesteld waarin de noodzakelijke vervangingsinvesteringen (o.a. vanwege uitgestelde vervangingen) en personele kosten zijn opgenomen. De verwachting is dat het saldo van de reserve Meldkamer voldoende is om de periode tot en met juni 2018 te overbruggen en dat in principe geen beroep gedaan hoeft te worden gedaan op een extra gemeentelijke bijdrage in deze jaren. Hierbij is het uitgangspunt dat de Politie Zeeland-WestBrabant in ieder geval tot die tijd blijft bijdragen in de exploitatie van de GMZ. Hierover zijn nieuwe afspraken gemaakt met de Politie Zeeland-West-Brabant. Verder uitstel van het moment van
29
overdracht kan mogelijk tot financiële tekorten leiden, omdat het saldo van de reserve dan ontoereikend wordt. Projectbegroting PvA Meldkamer en verloop reserve Meldkamer 2015 t/m juni 2018
Toelichting per economische categorie op hoofdlijnen Lasten 110 Loonbetalingen en sociale premies € 40.200 V Er is een vacature bij het team ICT-beheer GMZ. Het budget dat hiermee is gemoeid bedraagt over heel 2015 € 62.500. De verwachting is dat na de zomer de vacature (tijdelijk) zal worden ingevuld. Er wordt daarom een incidenteel voordeel verwacht van € 40.200. 300 Personeel van derden Voor de inhuur voor het beheer GMS is structureel rekening gehouden met € 165.000 en voor de aanpassing van de polygonen GMS is incidenteel rekening gehouden met € 20.000. Voor ICT-ondersteuning kan tot een bedrag van € 138.223 inhuur plaatsvinden. Daarnaast is er € 65.000 beschikbaar voor de inhuur van (brandweer)centralisten. Dekking van deze kosten vindt plaats uit het budget van het Plan van Aanpak meldkamer ( reserve Meldkamer). De ICTinvesteringen in 2015 zullen naar verwachting beperkt van omvang en zijn. Daarom is hiervoor naar verwachting ook een beperkte inzet van personeel van derden benodigd. Omdat deze kosten worden verrekend met de reserve Meldkamer en de Politie Zeeland-West-Brabant is er geen financieel effect op het programma GMZ opgenomen.
30
Baten 300 Vergoedingen voor personeel en 340 Overige goederen en diensten De financiering van de GMZ is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de Politie Zeeland-WestBrabant, RAV Zeeland en VRZ. Het betreft hier de bijdrage van de Politie Zeeland-West-Brabant en RAV Zeeland conform de geldende (dienstverlenings)overeenkomsten. Hierover zijn nieuwe afspraken gemaakt met de Politie Zeeland-West-Brabant. Over de bijdrage van de Politie ZeelandWest-Brabant aan de inhuurkosten voor de implementatie van ICT-investeringen zal nacalculatie plaatsvinden. Mutatie reserves 600 Reserveringen(lasten)
€ 40.200 N
ICT-investeringen GMZ In de begroting 2015 wordt in het kader van het in stand houden van de Meldkamer rekening gehouden met noodzakelijke investeringen in ICT voor een bedrag van € 238.028 per jaar. De Politie Zeeland-West-Brabant draagt 60% bij aan deze kosten. Per saldo komt € 95.211 voor rekening van VRZ. Over dit onderdeel van de bijdrage van de Politie Zeeland-West-Brabant zal nacalculatie plaatsvinden. Hierover zijn nieuwe afspraken gemaakt met de Politie Zeeland-West-Brabant. De netto-Investeringen in ICT worden conform de financiële verordening in 3 jaar afgeschreven. Dekking van de afschrijvingslasten vindt plaats uit de reserve afschrijving. De reserve afschrijving wordt op het moment van investeren gevoed uit de reserve Meldkamer. Als gevolg van de investeringen in 2013 en 2014 is een groot deel van de ICT-infrastructuur weer op orde. De investeringen in 2015 zullen van beperkte omvang zijn. Afhankelijk van de ontwikkelingen binnen de Landelijke Meldkamerorganisatie (LMO) wordt mogelijk nog een vervanging van de ARBI en het GMS cluster voorzien afhankelijk van het moment van verhuizing naar Bergen op Zoom. Met deze projecten zijn forse investeringen gemoeid die naar verwachting gedekt kunnen worden uit het budget van het Plan van Aanpak meldkamer (reserve meldkamer). Het is echter de ambitie van de LMO en de Meldkamers Zeeland en Midden-WestBrabant om zo snel mogelijk over te gaan op één gezamenlijk GMS- en Geografisch Informatie Systeem (GIS)-systeem. Dit zal dan tot besparingen kunnen leiden. Verwacht exploitatiesaldo GMZ Het verwachte saldo van € 40.200 wordt toegevoegd aan de reserve Meldkamer. Uitgangspunt is dat een eventueel exploitatiesaldo op het programma GMZ in de jaarrekening 2015 zal worden verrekend met de reserve GMZ. 600 Reserveringen(baten) De begrote onttrekking aan de reserve afschrijving van € 55.587 heeft plaatsgevonden. De onttrekking aan de reserve Meldkamer van € 260.500 heeft nog niet plaatsgevonden en is afhankelijk van de werkelijke kosten die in 2015 gemaakt zullen worden voor de inhuur van centralisten, ICT-ondersteuning en de omvang van de noodzakelijke ICT-investeringen.
31
2.4 Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Overzicht van baten en lasten
Binnen het programma Algemene dekkingsmiddelen is sprake van één incidentele mutatie. Som van Bedrag Rijlabels 3. Mutaties reserves 600 Reserveringen 1. Toevoeging reserve Individueel keuzebudget Eindtotaal
Kolomlabels I -450.000 -450.000 -450.000 -450.000
S
Eindtotaal -450.000 -450.000 -450.000 -450.000
Toelichting per economische categorie op hoofdlijnen 600 Reserveringen(lasten) Individueel keuzebudget De overgang naar het individueel keuzebudget is uitgesteld naar 1-1-2017. VRZ had in de 1e begrotingswijziging 2015 al € 450.000(voor eventuele uitbetaling van het vakantiegeld over de maanden juni-december) afgezonderd. Door het uitstel van de overgang van het individueel keuzebudget is de grond onder deze verplichting in 2015 weggevallen. Voorgesteld wordt om de hiervoor afgezonderde middelen hiervoor beschikbaar te houden, omdat er sprake is van uitstel en geen afstel, en € 450.000 te doteren aan een nieuw te vormen reserve (neutrale mutatie met programma Veiligheid, 110 Loonbetalingen en sociale premies). Dit voorstel om een reserve te vormen en hieraan te doteren zal te zijner tijd in een nog op te stellen 2e begrotingswijziging 2015 en Nota reserves en voorzieningen worden opgenomen. Onvoorziene uitgaven In het programma alegemene dekkingsmiddelen en onvoorzien is een bedrag van € 100.000 opgenomen als post onvoorzien. Uitgangspunt in de 1e Bestuursrapportage 2015 is dat de post onvoorzien nodig zal zijn in 2015. De volgende gebeurtenissen zullen mogelijk in 2015 tot onvoorziene kosten kunnen leiden. Preventief periodiek Medisch Onderzoek (PPMO) In maart 2015 heeft de Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid het PPMO stilgelegd. Hierdoor moet op dit moment op een alternatieve wijze worden gekeurd. Dit leidt tot meerkosten voor de keuringen. Voor PPMO zijn echter ook reguliere fitheidstesten begroot. Deze worden op dit moment niet uitgevoerd. Als gevolg van de stillegging wordt er alleen gekeurd en beperkt vinden testen plaats voorafgaand aan keuringen. Mogelijk dat de extra kosten voor keuringen worden gecompenseerd door het niet testen. Als er medio 2015 wederom wordt gestart zoals oorspronkelijk bedoeld, is uiteindelijk een overschrijding te verwachten. Indien de huidige tijdelijke oplossing gecontinueerd wordt, zal de overschrijding lager zijn. Op dit moment worden de meerkosten door de arbodienstverlener inzichtelijk gemaakt, waarna overleg plaats zal vinden. Naar verwachting zal in de 2e Bestuursrapportage 2015 hierover meer duidelijkheid zijn. Inspectie SZW Begin 2015 heeft de Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) bezoeken gebracht aan de brandweerorganisaties van 19 veiligheidsregio’s. De arbeidsinspectie heeft tijdens deze bezoeken gekeken naar de arbeidsomstandigheden, zoals planvorming op het gebied van risico’s en de 32
voorlichting van medewerkers over risico’s. Risico’s op agressie en geweld tijdens repressief optreden in het bijzonder. De landelijke uitkomsten van de arbeidsinspectie zijn donderdag 4 juni jl. gepubliceerd op de website van de inspectie. De veiligheid van onze hulpverleners moet voorop staan. Veiligheidsregio Zeeland (VRZ) beschouwt het inspectierapport als een leerzaam instrument om verbeteringen te realiseren. Er is voortvarend met de uitkomsten uit het rapport aan de slag gegaan. Daarvoor is onder andere extern expertise ingehuurd. Het risico bestaat dat, ondanks onze inzet om alle opmerkingen hetzij te weerleggen hetzij uit te voeren, dat de Inspectie boetes aan de VRZ zal opleggen. Werkkostenregeling In het kader van de per 2015 ingevoerde werkkostenregeling was in de begroting 2015 een budget ad € 300.000 opgenomen ter dekking van de belastingdruk op de vrijwilligersuitkering. Vanuit de landelijke brandweerorganisatie is bij belastinginspecteurs (via ministerie van Financiën) beargumenteerd dat de vergoedingen onder de gerichte vrijstelling zou moeten vallen. Dit is door de belastinginspecteurs voorlopig goedgekeurd, mits uit een onderzoek onder de vrijwilligers zou blijken dat er voldoende kosten gemaakt worden. Daarom is in de 1e begrotingswijziging 2015 het totale budget van € 300.000 incidenteel verlaagd naar € 26.000. Een vervolgonderzoek dat eind juli afgerond moet zijn, zal meer duidelijkheid moeten scheppen. Het risico bestaat dat een deel van het vrijgevallen budget toch betaald moet worden indien de belastingdienst de resultaten uit het onderzoek niet afdoende vindt.
33
2.5 Taakstelling In de 1e begrotingswijziging 2015 heeft VRZ de kosten structureel gereduceerd met een bedrag van € 1.103.500.
Bron: 1e begrotingswijziging 2015 VRZ
De bestuurlijk vastgestelde notitie bezuinigingen is verwerkt in de 1e begrotingswijziging 2015. Deze wijziging is door het Algemeen Bestuur vastgesteld op 16 april 2015. De realisatie van de voorgestelde bezuinigingsmaatregelen loopt nagenoeg in de pas. Alleen software en licenties laat enkele tegenvallers zien. Overigens wordt op dit moment eind 2015 een totaaloverschot VRZ geprognosticeerd van € 84.086. In onderstaand overzicht wordt de nog te realiseren taakstelling 2015 weergegeven. Daarnaast is er nog sprake van enkele bovenformatieve medewerkers.
Brandweer
Totaal besparingen
Besparing maatwerk brandweerzorg Besparing door herzien alarmering- en uitrukprocedures
2015
2016
2017
2018
-75.000 -54.000
-121.000 -54.000
-219.000 -54.000
-263.000 -54.000
-129.000
-175.000
-273.000
-317.000
34
Besparing Maatwerk in brandweerzorg € 75.000 De implementatie van maatwerk brandweerzorg betekent een hervorming van de repressieve organisatie van de brandweer in Zeeland. Vanuit deze benadering van de brandweerzorg zijn besparingen te realiseren die kunnen bijdragen aan het realiseren van de gehele taakstelling VRZ. In de primitieve begroting 2015 was een taakstelling van € 569.500 opgenomen. Door scopeuitbreiding van het project is dit bedrag verhoogd tot € 662.500, oplopend naar € 981.250 in 2016. De besparingen in 2015 als gevolg van het project Maatwerk in brandweerzorg zijn in de Derde tussenrapportage Maatwerk berekend op € 278.000. Dat wil zeggen dat in 2015 voor een bedrag van € 384.500 andere besparingen moest worden gevonden. Deze correctie heeft plaatsgevonden in de 1e begrotingswijziging 2015.
Na het voorgenomen besluit door het Algemeen Bestuur in februari 2015 vindt momenteel consultatie van de gemeenteraden plaats. Alle zienswijzen van gemeenten samen met het advies van de OR worden 9 juli 2015 ter besluitvorming aangeboden aan het Algemeen Bestuur VRZ. Na besluitvorming wordt een volgende projectfase gestart met als doel implementatie. Naar verwachting zal deze 3 tot 5 jaar in beslag nemen. In de 1e begrotingswijziging 2015 zijn de afschrijvingslasten verlaagd in overeenstemming met de staat van activa per eind 2014. In deze 1e Bestuursrapportage 2015 wordt een incidenteel nadeel van € 203.000 verwerkt op de taakstelling Maatwerk in Brandweerzorg. Deze correctie had in de 1e begrotingswijziging 2015 eveneens moeten plaatsvinden . Deze correctie vindt daarom nu als nog plaats. Er resteert een taakstelling van € 75.000 in 2015. Besparing door herziening alarmering- en uitrukprocedures € 54.000 Aanpassing en vereenvoudiging van de alarmering- en uitrukprocedures kan leiden tot besparingen. Met name door middel van een reductie in de P2-uitrukken, nu ca. 240 per jaar, kan een besparing worden gerealiseerd. De P2-uitrukken betreffen assistentie van ambulance en politie, nacontrole, ventilatie, onderzoeken van klachten, wegdekreiniging en kat uit boom-incidenten. Ook de alarmering- en uitrukprocedures binnen kantooruren rondom de hoofdlocaties kunnen geoptimaliseerd worden. De besparing die gerealiseerd kan worden, wordt geschat op € 54.000 structureel. De voorbereidingen zijn in 2015 gestart. De eerste stappen zijn gezet door aanpassing van alarmeringsprocedure in dekkingsplan. Daarmee is de taakstelling nog niet volledig behaald.
35
2.6 Investeringsplan 2015 Budget: 2015 7.0 Investeringen 7004 C2000 Portofoons en mobilofoons (816x) 7005 ICT 7006 Holmen, bluskleding, laarzen en handschoenen 7013 Bepakking tankautospuit 6-p 7017 Ademluchtcilinders 7018 Ademluchttoestellen 7019 Redgereedschap hydraulisch 7023 Chemiepakken Splash 2000 7024 Gaspakken (16x) 7025 Warmtebeeldcamera's 7026 Pagers (1400x) 7027 Explosie- en CO-meters 7029 Ademluchtmaskers 7030 Paxtas/AED's 7033 Energiebesparende maatregelen 7036 Plan van aanpak Meldkamer 7039 Revisie en midlife update hoogwerker Terneuzen 7040 Revisie en midlife update hoogwerker Hulst 7049 Midlife vervanging banden 7052 Ontsmettingsunit (Deco) incl bepakking (2x) 7053 Redvesten 7054 Handlampen oplaadbaar 7055 Midlife vervanging straalpijpen 7056 Service-auto's MTL (3x) 7057 Valbeveiliging 7058 Hefkussens stapelbaar 7059 Kazerne info displays 7060 Ademluchtreinigings- en testapparatuur 7062 Vervanging VW Transporter Yerseke (4708) 7063 Vervanging VW Transporter Borsele (4705) 7064 Vervanging Ford Transit Oosterland (4813) 7065 Vervanging Ford Transit Souburg (4502) 7066 Vervanging Ford Transit Torenweg (4503) 7068 Vervanging VW Transporter GHOR (817) 7070 Werkplaatsinrichting MTL 7072 Vervanging VW Polo (4390) 7073 Ademluchtcompressoren 7074 Ademluchttestbanken 7076 Bijzonder materiaal HV's 7078 Audiovisuele middelen kazernes 7080 Duikmaterialen 7087 Volkswagen Caddy Breskens (5511) 7088 Dienstbus Citroen Jumper Zoutelande (4604) 7093 Noodstroomaggregaten 7094 Voertuigen gaspakkenteams 7096 Vluchtmaskers 7097 Airbaghoezen 7098 Dienstbus Tholen 4210 7099 Reddingsvaartuig 7113 Natuurbrand Monitoring Systeem 7114 Haakarmbakken (Deltawateren) * Eindtotaal
Werkelijk
Restant budget
Eindejaars prognose
Budget Prognose
V/N
1.437.921 200.000 1.216.000 0 82.800 250.000 128.000 129.000 64.000 140.400 322.000 172.700 50.000 78.000 146.410 95.211
76.995 53.813 13.428 23.416 0 0 0 0 0 0 10.755 0 0 0 0 -131.328
1.360.926 146.187 1.202.572 -23.416 82.800 250.000 128.000 129.000 64.000 140.400 311.245 172.700 50.000 78.000 146.410 226.539
1.437.921 200.000 1.216.000 25.000 82.800 250.000 128.000 129.000 64.000 140.400 322.000 172.700 50.000 78.000 146.410 95.211
0 0 0 25.000 N 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 170.000 58.100 285.000 117.850 45.625 70.200 60.000 55.000 24.000 85.000 75.000 36.300 36.300 36.300 36.300 36.300 36.300 195.000 0 90.000 120.000 34.000 27.200 265.650 36.300 36.300 13.000 485.000 45.000 41.400 36.300 100.000 9.000 0 7.310.167
10.943 0 3.741 0 63.451 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 18.296 16.917 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 67.256 227.683
-10.943 170.000 54.359 285.000 54.399 45.625 70.200 60.000 55.000 24.000 85.000 75.000 36.300 36.300 36.300 36.300 36.300 36.300 176.704 -16.917 90.000 120.000 34.000 27.200 265.650 36.300 36.300 13.000 485.000 45.000 41.400 36.300 100.000 9.000 -67.256 7.082.484
15.000 170.000 58.100 285.000 130.000 45.625 70.200 60.000 55.000 24.000 85.000 75.000 39.500 39.500 39.500 39.500 39.500 39.500 195.000 17.000 90.000 120.000 34.000 27.200 265.650 39.500 39.500 13.000 485.000 45.000 41.400 39.500 100.000 9.000 0 7.408.117
15.000 0 0 0 12.150 0 0 0 0 0 0 0 3.200 3.200 3.200 3.200 3.200 3.200 0 17.000 0 0 0 0 0 3.200 3.200 0 0 0 0 3.200 0 0 0 97.950
N
N
N N N N N N N
N N
N
N
*) Deze investering wordt bekostigd uit externe subsidiegelden. Te zijner tijd zal deze investering worden meengenomen in een nog op te stellen 2e begrotingswijziging 2015.
36
Het investeringsplan 2015 bedraagt netto (= gecorrigeerd voor bijdragen van derden) € 7.310.167. De realisatie van de investeringen blijft in de 1e 4 maanden van dit jaar achter. Er is tot en met april netto € 227.683 (3%) uitgegeven. Dat lijkt laag, maar er zijn al diverse aanbestedingen c.q. offerteaanvragen in gang gezet en de verwachting is dat alle investeringen dit jaar worden gerealiseerd. Op een aantal investeringen wordt op dit moment een overschrijding voorzien. Deze overschrijding zal worden opgevangen door op andere investeringen te schrappen. Bij de 2e bestuursrapportage 2015 zal een en ander inzichtelijk worden gemaakt, aangezien dan meer duidelijk is over de resultaten van verschillende aanbestedingen. In totaal wordt binnen de kaders van de investeringsbegroting gebleven in 2015. Toelichting op de geprognosticeerde afwijkingen per investering Bepakking tankautospuit 6-p € 25.000 N Het betreft voornamelijk nog bepakking voor de TS6 Bruinisse die in 2014 is aangeschaft. Revisie en midlife update hoogwerker Terneuzen € 15.000 N De revisie van de hoogwerker Terneuzen heeft in 2014 plaatsgevonden. Voor meerwerk is € 15.000 extra in rekening gebracht. De discussie met de leverancier over het uitgevoerde meerwerk is nog niet afgerond. Redvesten € 12.150 N Voor de reorganisatie bestond er geen duidelijk inzicht in het aantal redvesten. Tevens bestond er geen eenduidigheid over het aantal redvesten per post. Er is een strategie toegepast om per werkgebied de redvesten op eenzelfde datum te krijgen door voor de regio Bevelanden/Tholen en de regio Walcheren/Schouwen-Duiveland in en nu in één keer te vervangen. De totale aanbesteding in 2015 komt nu op € 130.000. Vervanging dienstbussen € 28.800 N VRZ participeert in een landelijke aanbesteding van de Politie. Het gaat om 9 voertuigen die zullen worden vervangen in 2015. De prijs die uit de aanbesteding komt, ligt € 3.200 hoger dan het bedrag dat in de begroting 2015 is opgenomen. Vervanging VW Polo € 17.000 N Het betreft de vervanging van een auto die total loss is verklaard na een ongeluk. Van de verzekering is € 10.000 ontvangen. Deze opbrengst is evenals de afboeking van de restwaarde van het oude voertuig in de exploitatie verantwoord. Met de vervanging was in de investeringsbegroting 2015 geen rekening gehouden. In de exploitatie kunnen met de begrote kapitaallasten van het oude voertuig de kapitaallasten van het nieuwe voertuig worden afgedekt.
37
2.7 Begrote onttrekkingen reserves in 2015
De onttrekkingen aan de reserves zullen in de 2e Bestuursrapportage worden toegelicht. De besteding van de posten die gedekt worden met onttrekkingen aan de reserves loopt achter. Er is reeds een aantal plannen gemaakt waaraan de komende maanden uitvoering zal worden gegeven. Het is echter nog te vroeg om complete duidelijkheid te geven over de onttrekking van de reserves in 2015. In deze 1e Bestuursrapportage zijn de prognoses nog conform de begroting opgenomen. De onttrekkingen aan de reserves transitie en vernieuwing zijn naar verwachting € 42.000 hoger dan begroot.
38
De toevoeging aan de reserve GMZ is verhoogd met € 40.200. Het betreft het verwachte saldo op het programma GMZ. Voorgesteld zal worden een reserve Individueel keuzebudget in te stellen en aan deze reserve in 2015 € 450.000 te doteren. Deze mutaties zullen in een 2e begrotingswijziging 2015 te zijner tijd worden voorgesteld. 2.8 Verloop van de reserves 2015-2019
39
Bijlage 1 Overzicht van baten en lasten
Totaal overzicht van baten en lasten
Budget: 2015
Programma Veiligheid Programma Bevolkingszorg Programma GMZ Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Eindtotaal
Restant budget
Eindejaars prognose
-28.217.323 -10.513.124 -17.704.199 -27.919.640 -282.300 -105.087 -177.213 -282.300 -933.974 -78.118 -855.856 -933.974 29.670.000 26.592.974 3.077.026 29.220.000 236.403 15.896.645 -15.660.242 84.086
Budget: 2015
Saldo van baten en lasten Lasten 000 Niet in te delen lasten 110 Loonbetalingen en sociale premies 120 Sociale uitkeringen personeel 210 Werkelijk betaalde rente 230 Afschrijvingen 300 Personeel van derden 310 Energie 341 Betaalde belastingen 343 Aankopen niet duurzame goederen en diensten 424 Overige inkomensoverdrachten aan overheid (niet-Rijk) 425 Overige inkomensoverdrachten Baten 300 Vergoeding voor personeel 340 Overige goederen en diensten 411 Inkomensoverdrachten van het Rijk 422 Overige inkomensoverdrachten van overheid (niet-Rijk) 423 Overige inkomensoverdrachten 432 Overige investeringsbijdragen en overige kapitaaloverdrachten Mutaties Reserves Lasten 600 Reserveringen Baten 600 Reserveringen Eindtotaal
Werkelijk
Werkelijk
Restant budget
Eindejaars prognose
Budget Prognose
V/N
297.683 V 0 0 -450.000 N -152.317 N
Budget Prognose
V/N
-1.905.044 16.018.558 -17.923.602 -1.609.161
295.883 V
-178.000 18.661.120 252.933 158.000 2.398.034 1.184.296 777.000 121.000 10.214.950
203.000 -769.858 0 -50.000 0 43.000 0 0 130.700
0 -178.000 25.000 5.149.455 13.511.665 17.891.262 116 252.817 252.933 27.437 130.563 108.000 2.398.034 0 2.398.034 427.543 756.753 1.227.296 247.832 529.168 777.000 60.863 60.137 121.000 3.280.736 6.934.214 10.345.650
N V V N
N
305.300 20.000
323.421 0
-18.121 20.000
349.300 20.000
44.000 N 0
566.334 822.600 6.432.411
466.944 601.220 3.185.413
99.390 221.380 3.246.998
465.559 820.100 6.432.411
-100.775 N -2.500 N 0
23.746.400 23.653.972 441.844 23.174
92.428 23.746.400 418.670 441.844
0 0
0 2.141.447
3.272 -121.913
-3.272 2.263.360
0 1.693.247
0 -448.200 N
333.211
238.000
95.211
823.411
490.200 N
2.474.658 116.087 2.358.571 236.403 15.896.645 -15.660.242
2.516.658 84.086
42.000 V -152.317 N
40
Programma Veiligheid Budget: 2015
Werkelijk
Restant budget
Eindejaars prognose
1 Veiligheid Saldo van baten en lasten -30.375.894 -10.573.624 -19.802.270 -30.120.211 Lasten 000 Niet in te delen lasten -278.000 0 -278.000 -75.000 110 Loonbetalingen en sociale premies 17.445.046 4.771.646 12.673.400 16.715.388 120 Sociale uitkeringen personeel 252.933 116 252.817 252.933 210 Werkelijk betaalde rente 158.000 27.437 130.563 108.000 230 Afschrijvingen 2.305.347 2.305.346 1 2.305.347 300 Personeel van derden 766.273 352.480 413.793 809.273 310 Energie 777.000 247.832 529.168 777.000 341 Betaalde belastingen 121.000 60.863 60.137 121.000 343 Aankopen niet duurzame goederen en diensten 9.732.039 3.009.685 6.722.354 9.862.739 424 Overige inkomensoverdrachten aan overheid (niet-Rijk) 233.400 253.703 -20.303 277.400 425 Overige inkomensoverdrachten 20.000 0 20.000 20.000 Baten 300 Vergoeding voor personeel 119.900 20.445 99.455 19.125 340 Overige goederen en diensten 433.000 408.594 24.406 430.500 70.000 0 70.000 70.000 411 Inkomensoverdrachten van het Rijk 422 Overige inkomensoverdrachten van overheid (niet-Rijk) 92.400 0 92.400 92.400 423 Overige inkomensoverdrachten 441.844 23.174 418.670 441.844 432 Overige investeringsbijdragen en overige kapitaaloverdrachten 0 3.272 -3.272 0 Mutaties Reserves 2.158.571 60.500 2.098.071 2.200.571 Baten 600 Reserveringen 2.158.571 60.500 2.098.071 2.200.571 Eindtotaal -28.217.323 -10.513.124 -17.704.199 -27.919.640
Budget Prognose
V/N
255.683 V 203.000 -729.658 0 -50.000 0 43.000 0 0 130.700
N V V N
N
44.000 N 0 -100.775 N -2.500 N 0 0 0 0 42.000 V 42.000 V 297.683 V
Dekking van het negatieve saldo van het programma Veiligheid vindt plaats uit de ‘Algemene dekkingsmiddelen’.
Programma Bevolkingszorg Budget: 2015 2 Bevolkingszorg Saldo van baten en lasten Lasten 110 Loonbetalingen en sociale premies 300 Personeel van derden 343 Aankopen niet duurzame goederen en diensten 424 Overige inkomensoverdrachten aan overheid (niet-Rijk) Baten 411 Inkomensoverdrachten van het Rijk Eindtotaal
Werkelijk
Restant budget
Eindejaars prognose
Budget Prognose
V/N
-282.300
-105.087
-177.213
-282.300
0
145.300 30.000 85.411
43.523 0 42.175
101.777 30.000 43.236
145.300 30.000 85.411
0 0 0
30.000
27.800
2.200
30.000
0
8.411 -282.300
8.411 -105.087
0 -177.213
8.411 -282.300
0 0
Dekking van het negatieve saldo van het programma Bevolkingszorg vindt plaats uit de ‘Algemene dekkingsmiddelen’.
41
Programma GMZ Budget: 2015 3 GMZ Saldo van baten en lasten -1.154.850 Lasten 110 Loonbetalingen en sociale premies 1.070.774 230 Afschrijvingen 92.687 300 Personeel van derden 388.023 343 Aankopen niet duurzame goederen en diensten 397.500 424 Overige inkomensoverdrachten aan overheid (niet-Rijk) 41.900 Baten 300 Vergoeding voor personeel 446.434 340 Overige goederen en diensten 389.600 Mutaties Reserves 220.876 Lasten 600 Reserveringen 95.211 Baten 600 Reserveringen 316.087 Eindtotaal -933.974
Werkelijk
Restant budget
Eindejaars prognose
Budget Prognose
-133.705 -1.021.145 -1.114.650
V/N
40.200 V
334.286 92.687 75.062 228.876
736.488 0 312.961 168.624
1.030.574 92.687 388.023 397.500
-40.200 V 0 0 0
41.918
-18
41.900
446.499 192.626 55.587
-65 196.974 165.289
446.434 389.600 180.676
0 0 -40.200 N
0
95.211
135.411
40.200 N
55.587 -78.118
260.500 -855.856
316.087 -933.974
0
0 0
Dekking van het negatieve saldo van het programma GMZ vindt plaats uit de ‘Algemene dekkingsmiddelen’.
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Budget: 2015 99 Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Saldo van baten en lasten Lasten 000 Niet in te delen lasten Baten 411 Inkomensoverdrachten van het Rijk 422 Overige inkomensoverdrachten van overheid (niet-Rijk) Mutaties Reserves Lasten 600 Reserveringen Eindtotaal
Werkelijk
Restant budget
29.908.000 26.830.974
Eindejaars prognose
3.077.026 29.908.000
Budget Prognose
V/N
0
100.000
0
100.000
100.000
0
6.354.000
3.177.002
3.176.998
6.354.000
0
23.654.000 23.653.972 -238.000 -238.000
28 23.654.000 0 -688.000
0 -450.000 N
238.000 238.000 29.670.000 26.592.974
0 688.000 3.077.026 29.220.000
450.000 N -450.000 N
42
Bijlage 2 GRIP incidenten Datum 1-1-2015 17-1-2015
GRIP Lokatie 1 Hoek 2 Westerschelde (Nauw van Bath)
6-2-2015 20-2-2015
2 1
Westerschelde (Hoofdplaat) Kanaal door Zuid-Beveland
31-3-2015
2
Westerschelde (Vlissingen)
8-4-2015
2
Westerschelde (Hansweert)
Omschrijving Grote brand kerk Lekkage styreen uit aangevaren tanker Almira Beunschip Rick gekapseisd Motorvrachtschip Alsvin vast onder spoorbrug Hansweert Containerschip Sea Land Meteore gestrand Motortankschip Eternity op havendam Hansweert
43
Bijlage 3 Operationele gegevens brandweer De cijfers hebben alleen betrekking op incidenten waarbij tenminste een basisbrandweereenheid (tankautospuit (TS)) betrokken is geweest. De cijfers zijn geautomatiseerd tot stand gekomen met het Business Intelligence systeem. Dit betekent dat er geen handmatige correcties zijn uitgevoerd. De operationele prestaties van de eerste vier maanden van het jaar 2015 worden waar relevant vergeleken met dezelfde periode in 2014, zodat een trendbeeld kan worden gevormd. Opkomsttijden In onderstaande figuur is de opbouw van de opkomsttijd als een keten weergegeven. Deze keten start bij het moment van melding, waarna de meldkamer de melding aanneemt en verwerkt (verwerkingstijd). De daaropvolgende alarmering activeert het brandweerproces (uitruktijd en rijtijd). Deze samen vormen de opkomsttijd voor de brandweerzorg.
Figuur 1: keten opkomsttijd
Uitruk- /opkomsttijd Gemiddelde uitruktijd Gemiddelde opkomsttijd
Prio Prio 1 Prio 2 Prio 1 Prio 2
2014 4:33 4:40 10:14 16:02
1-1 tm 30-4 (2015) 4:26 5:19* 9:54 17:14*
* de toename van de gemiddelde opkomst- en uitruktijd bij prio 2 incidenten in de rapportage periode ten opzichte van 2014 wordt veroorzaakt door vele gelijktijdige meldingen ten gevolge van weersomstandigheden. Hierdoor ontstaan soms wachttijden voor afhandeling van incidenten bij storm- en wateroverlast. Tabel 2: gemiddelde opkomst- en uitruktijd bij prio 1 en 2
44
% Opkomsten binnen de normtijd 56% 54% 52% 50% % Opkomsten binnen de normtijd
48% 46% 44% 42% 2010
2011
2012
2013
2014
2015 t/m april
Figuur 2: Rapportage opkomsttijden conform art. 3.2.1 van het Besluit veiligheidsregio’s
45
Aantal uitrukken met TS per gemeente 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0
aantal incidenten per gemeente
t/m april 2014 t/m april 2015
Figuur 3: aantal uitrukken met TS per gemeente
t/m april 2014 t/m april 2015 Borsele
36
45
Goes
91
81
Hulst
25
31
Kapelle
23
16
Middelburg
76
81
Noord-Beveland
14
9
Reimerswaal
44
35
Schouwen-Duiveland
56
72
Sluis
40
47
Terneuzen
89
95
Tholen
32
31
Veere
45
46
Vlissingen
79
91
Bijstand buurregio's
4
1
654
681
Zeeland Tabel 3: aantal uitrukken per gemeente
2
2
Het aantal incidenten voor de periode januari tot en met april in 2014 is in deze rapportage hoger dan vermeld in de rapportage van 2014. In de rapportage van 2014 is een totaal van 610 incidenten opgenomen. In deze rapportage is voor dezelfde periode het totaal van 654 incidenten opgenomen. Dit verschil wordt veroorzaakt door het feit dat voorheen data werd weggelaten bij het ontbreken van statussen of bij incorrect statussen. Binnen het Business Intelligence systeem worden alle incidenten en daarmee ook de incidenten waarbij zaken niet goed worden gelogd weergegeven. Vanaf heden wordt voor het genereren van het aantal incidenten het Business Intelligence systeem benut. 46
Aantal uitrukken met TS per meldingsclassificatie 600, 500, 400, t/m april 2014
300,
t/m april 2015 200, 100, 0, Brand - Alarm Gezondheid
Ongeval
Overige
Figuur 5: aantal uitrukken met TS per meldingsclassificatie
47
Bijlage 4: Bestuurlijke oefeningen Categorie
Omschrijving
Bestuurlijke oefeningen
Bestuurlijke oefeningen (Grip3 & Grip4) Bestuurlijke workshops/trainingen
Totaal 2014 13 + 1 0
e
1 Burap 2014 0 4
48