BELEIDSBEGROTING 2010
BELEIDSBEGROTING 2010
1
Beleidsbegroting 2010 Hulpverleningsdienst Fryslân Leeuwarden, april 2009
BELEIDSBEGROTING 2010
2
Inhoudsopgave Inleiding
5
PROGRAMMABEGROTING
7
Programma openbare gezondheid
8
1.
Algemene gezondheidszorg 1.1. Collectieve preventie 1.2. Acute zorg en vangnet 1.3. Beleidsadvisering/kenniscentrum OGZ
10 10 11 14
2.
Jeugdgezondheidszorg
15
3.
Beleid en Onderzoek Collectieve preventie Beleidsadvisering/kenniscentrum OGZ
17 17 19
3.1 3.2
Programma veiligheid
22
4.
GHOR
23
5.
Regionale Brandweer
26
6.
Rampenbestrijding en crisisbeheersing
28
RECAPITULATIE BATEN EN LASTEN EN RESELTAATBESTEMMING 7.
Recapitulatie Baten en Lasten en resultaatbestemming
31
PARAGRAFEN 8.
Paragrafen
33
8.1 Hulpverleningsdienst Fryslân bedrijfsvoering 8.1.1 Informatisering en Automatisering 8.1.2 Facilitaire bedrijfsvoering en huisvesting 8.1.3 Personeel en Organisatie 8.1.4 Kwaliteitsbeleid en Documentaire Informatie voorziening
33 33 34 35 35
8.2 Financiering
36
8.2.1
Kasgeldlimiet en renterisiconorm
BELEIDSBEGROTING 2010
36
3
8.2.2 8.2.3 8.2.4
Intern liquiditeitsbeheer Financiële structuur Organisatie en informatievoorziening
8.3 Weerstandsvermogen 8.3.1 Risico’s 8.3.2
Beleid weerstandsvermogen
8.4 Onderhoud kapitaalgoederen 8.4.1 Kantoorgebouw Harlingertrekweg 8.4.2 8.4.3
38 39 39 41 42 42 45 45
Financiële consequenties Onderhoudsvoorziening
45 46
Verdeling algemene bijdrage
49
BIJLAGE I.
BELEIDSBEGROTING 2010
4
Inleiding Het algemeen bestuur heeft in 2008 vergaande besluiten genomen voor de ontwikkeling van de Hulpverleningsdienst Fryslân (HVD). In de vergadering van 2 juli is ingestemd met het afsluiten van een convenant met BZK, eindigend op 31 december 2009. Hierin is vastgelegd dat de HVD, vooruitlopend op de ontwerpwet Veiligheidsregio’s, aan de slag gaat met het voldoen aan de eisen van genoemde wet met betrekking tot de rampenbestrijding en crisisbeheersing. Tevens wordt onderzoek gedaan naar de versterking van de brandweer. Op 18 december is ingestemd met het onderbrengen van de jeugdgezondheidszorg van 0 – 4 jaar bij de HVD. Het betekent dat met ingang van 1 januari 2009 de HVD verantwoordelijk is voor de uitvoering van de jeugdgezondheidszorg van 0 – 19 jaar. Als gevolg daarvan is het personeelsbestand nagenoeg verdubbeld. De voorbereiding van voorstellen voor een geïntegreerde werkwijze, inclusief het werken met het EKD, is in 2009 voortvarend ter hand genomen. Om als organisatie goed te kunnen inspelen op genoemde ontwikkelingen is in 2008 eveneens besloten een project Organisatievernieuwing te starten. Naar verwachting zal dit project eind 2009 duidelijkheid geven over de structuur, de hoofdprocessen, de besturing- en beheersingsprocessen en de cultuur van de vernieuwde HVD. Tevens wordt daarbij gestreefd naar het tot stand brengen van een transparant basispakket bestaande uit de wettelijke taken met daarnaast zoveel mogelijk maatwerk in contractvorm voor individuele gemeenten. De voorliggende beleidsbegroting voor het dienstjaar 2010 draagt nadrukkelijk de kenmerken van een overgangsbegroting in het licht van de ontwikkelingen. De begroting bestaat evenals 2009 uit twee programma’s, namelijk het programma “Gezondheid” en het programma “Veiligheid". Het eerste programma omvat de uitvoering van taken door de GGD. Nadrukkelijk is vervolgens de organisatorische indeling (Algemene Gezondheidszorg, Jeugdgezondheidszorg en Beleid en Ondersteuning) uitgangspunt voor de toelichting op het programma. In afwachting van de besluitvorming over de implementatie van de integrale jeugdgezondheid en de formulering van een basis- en maatwerktaken is de verdere uitsplitsing voorshands beperkt. Het tweede programma betreft de taakuitvoering door de afdelingen Risicobeheersing en Operationele Voorbereiding van de (regionale) Brandweer en de afdeling Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen. Vooruitlopend op de uitvoering van de multidisciplinaire taken binnen een nog te formeren Veiligheidsbureau is een hoofdstuk Rampenbestrijding en crisisbeheersing opgenomen. Landelijk loopt een project “Aristoteles” voor het ontwikkelen van een begrotingsmodel voor veiligheidsregio’s teneinde benchmark mogelijk te maken. Het is de bedoeling in de tweede helft van 2009, in samenhang met de uitkomsten van de diverse projecten, te komen tot een transparant begrotingsmodel (en een daarop toegesneden financieel pakket). Alsdan zal de begroting 2010 worden omgezet naar het nieuwe model, zodat de ontwerpbegroting 2011 daarmee in samenhang kan worden beoordeeld.
Hoofdlijnen beleidsbegroting 2010 De jaarschijf 2010 uit het meerjarenbeleidsplan 2010 – 2013, vastgesteld in de vergadering van het algemeen bestuur van 25 maart 2009, is de basis voor de opstelling van de begroting 2010. Besluitvorming over de onderbrenging van de JGZ 0 – 4 jaar bij de HVD, de economische ontwikkelingen na de opstelling van het ontwerpmeerjarenbeleidsplan (november 2008) en een niet voorziene meevaller bij de inkomsten van het openbaar brandweermeldsysteem (OMS) zijn aanleiding tot een aanpassing. De onderbrenging van de JGZ 0 – 4 jaar heeft tot gevolg dat ook de kosten van deze taken onderdeel uitmaken van deze begroting, inclusief aanpassing van het loon- en prijsniveau. Als gevolg van de economische ontwikkelingen zijn de verwachtingen met betrekking tot de ontwikkeling van lonen en prijzen fors bijgesteld. De salarissen zijn berekend op basis van februari
BELEIDSBEGROTING 2010
5
2009 met een verwachte stijging tot en met 2010 van 2% met daarnaast een verwachte prijsstijging van 1,5% ten opzichte van 2009. De verwachting was dat de inkomsten van het OMS binnen de noordelijke meldkamer zouden teruglopen. Op basis van de huidige inzichten zal daarvan geen sprake zijn, zodat de werkelijke inkomsten thans uitgangspunt zijn voor de raming en de in het meerjarenbeleidsplan verwachte vermindering is komen te vervallen. Beleidsmatig betekent het vastgestelde meerjarenbeleidsplan 2010 - 2013 de navolgende wijzigingen per programma ten opzichte van de primaire begroting 2009: Programma Gezondheid • Beheer website HVD; • Kostendekkende inspecties peuterspeelzalen; • De versterking van de infectieziektebestrijding; de kosten worden opgevangen binnen de bestaande begroting (reeds opgenomen in het beleidsplan 2009 – 2012); • Beëindiging werkzaamheden SMA (sociaal medische advisering); de inkomstenderving wordt opgevangen binnen de bestaande begroting); • Beëindiging begeleiding honger/dorststaking asielzoekers; de inkomstenderving wordt opgevangen binnen de bestaande begroting); • Beëindiging dienstverlening stichting Baarmoederhalskanker; de inkomstenderving wordt opgevangen binnen de bestaande begroting); • Afbouw van de dienstverlening aan de Stichting MOA Noord Nederland; de inkomstenderving wordt opgevangen door de deelnemende gemeenten (reeds opgenomen in het beleidsplan 2009 – 2012); Programma Veiligheid • Beheer website HVD;. • Verlagen van de gemeentelijke bijdragen voor de specifieke GHOR-kosten (reeds opgenomen in het beleidsplan 2009 – 2012); • Aandeel GHOR in de kosten RCC (reeds opgenomen in het beleidsplan 2009 – 2012); • Kosten audits gemeentelijke brandweerkorpsen en regionale brandweer (reeds opgenomen in het beleidsplan 2009 – 2012); • Extra kosten Meldkamer Noord Nederland (reeds opgenomen in het beleidsplan 2009 – 2012); • Kostendekkende advisering infrastructuur; • Uitvoering taken op grond van de (ontwerp)wet op de veiligheidsregio’s welke thans de verantwoordelijkheid zijn van de gemeenten (risicoprofiel, risicocommunicatie en planvorming); • Versterkte uitvoering van taken op grond van de (ontwerp)wet op de veiligheidsregio’s ten laste van de verwachte verhoging van de rijksbijdrage (BDUR); • Inkomstenvermindering OMS in verband met Meldkamer Noord Nederland (vermindering komt te vervallen, zie hiervoor). Actuele ontwikkelingen In december 2008 is de Wet Ambulancezorg (WAZ) in de Eerste Kamer aangenomen. Als gevolg hiervan is het in stand houden van de Meldkamer Ambulancezorg (CPA) per 1 januari 2011 de verantwoordelijkheid van de (nog door WVS aan te wijzen) vergunninghouder. Hiermee komt de taak voor de HVD te vervallen. Op korte termijn zal de HVD zich moeten beraden over de procedure voor de vergunningverlening; enerzijds in het kader van de advisering van VWS over de te stellen eisen aan de vergunninghouder, anderzijds als mogelijke aspirant-vergunninghouder.
BELEIDSBEGROTING 2010
6
PROGRAMMABEGROTING
BELEIDSBEGROTING 2010
7
PROGRAMMA OPENBARE GEZONDHEID Inleiding GGD Fryslân: de geneeskundige gezondheidsdienst De GGD Fryslân is de gemeenschappelijke gezondheidsdienst, werkzaam ten dienste van de 31 gemeenten in Fryslân én de inwoners van deze provincie. Een dienst die de collectieve preventie uitvoert, met extra aandacht voor gezondheidsrisico’s voor de mens en in diens fysieke en sociale omgeving. Een dienst die voor de burger acute zorg en een vangnetfunctie biedt. De GGD staat dicht bij de Friese burger. Het is een dienst die herkenbare zorg biedt waar dat nodig is en lokaal maatwerk levert. Die er alles aan doet om de gezondheid van mens en omgeving zo goed mogelijk te beschermen en te faciliteren en die zo nodig ook proactief handelt. Een dienst die samenwerkt met vele andere zorgpartijen in Fryslân. Die gevraagd en ongevraagd gemeenten adviseert. De GGD levert zodoende een stevige infrastructuur voor een optimale gezondheid en veiligheid van de burgers in Fryslân. De algemene beleidsdoelstelling van het programma Openbare Gezondheidszorg is: Het bevorderen en beschermen van de gezondheid van de burgers in de Friese samenleving. Het programma Openbare Gezondheidszorg bestaat uit drie deelprogramma’s die gekoppeld zijn aan de drie functies (of rollen) van de GGD Fryslân. 1. Collectieve Preventie 2. Acute Zorg en Vangnet 3. Advisering Gemeenten / Kenniscentrum Openbare Gezondheidszorg Deelprogramma “Collectieve Preventie” De GGD is de uitvoerder van collectieve preventie, zoals dit is vastgelegd in de Wet collectieve preventie volksgezondheid (Wcpv). Deze wet wordt overigens, naar verwachting medio 2008, vervangen door de Wet Publieke Gezondheid (samen met de Infectieziektewet en de Quarantainewet). Op basis van de gemeentelijke gezondheidssituatie en hiervan afgeleide gemeentelijke beleidskeuzes en wettelijke taken worden activiteiten uitgevoerd die gericht zijn op de verschillende doelgroepen. Strategische doelen De strategische doelen van dit deelprogramma zijn: • Verbeteren van de gezondheidssituatie van de Friese bevolking in het algemeen • Bevorderen van het aantal gezonde levensjaren van de burgers in Fryslân • Terugdringen van sociaal economische gezondheidsverschillen in Fryslân • Integrale jeugdgezondheidszorg als basisvoorziening met extra aandacht voor risicojeugd • Terugdringen en voorkomen van infectieziekten Deelprogramma “Acute Zorg en Vangnet” De GGD biedt acute zorg en een vangnet voor burgers die door de mazen van bestaande zorgvoorzieningen dreigen te glippen. Via dit deelprogramma komt de inhoudelijke samenhang tussen volksgezondheid en veiligheid tot uitdrukking.
BELEIDSBEGROTING 2010
8
Te denken valt aan calamiteiten binnen de jeugdgezondheidszorg (incidenten op scholen), de openbare geestelijke gezondheidszorg (opsporen en behandelen van personen die een gevaar vormen voor anderen), een uitbraak van tuberculose, een milieuongeval maar ook rampen en crises (een grootschalige uitbraak van een infectieziekte). Om voor Fryslân dé gemeenschappelijke gezondheidsdienst te zijn, levert de GGD 24 uur per dag en 7 dagen per week de acute zorg waar om wordt gevraagd. Met partners uit de keten van openbare orde en veiligheid en de gezondheidszorgketen vindt daartoe intensieve samenwerking plaats. Strategische doelen De strategische doelen van dit deelprogramma zijn: Verbeteren van de veiligheidssituatie in Fryslân Terugdringen van gezondheidsbedreigingen door infectieziektebestrijding, medisch milieukundige zorg, openbare geestelijke gezondheidszorg, forensische geneeskunde en GHOR Voorzien in een vangnet voor de openbare geestelijke gezondheidszorg Bewaken en beschermen van de gezondheid van specifieke risicogroepen (kansarmen, illegalen, zorgmijders) Deelprogramma “Advisering gemeenten / Kenniscentrum OGZ” De Friese gemeenten zijn op grond van de Wet collectieve preventie volksgezondheid verantwoordelijk voor het formuleren en vaststellen van het lokale volksgezondheidsbeleid. De GGD adviseert de Adviescommissie Openbare Gezondheidszorg over de hoofdlijnen van het te voeren openbare gezondheidszorgbeleid; daarnaast adviseert de GGD – gevraagd en ongevraagd – de 31 gemeenten omtrent het te voeren gemeentelijke gezondheidsbeleid. Strategische doelen De strategische doelen van dit deelprogramma zijn: • Adviseren over gemeentelijke nota’s volksgezondheid • Adviseren over gezondheidsaspecten van bestuurlijke beslissingen • Bevorderen van de afstemming tussen preventie en curatie om samen met de gemeenten te komen tot een krachtig public health beleid, waarmee een gezonde omgeving en leefstijl worden bevorderd. • Voorzien in bruikbare (regionale en gemeentelijke) gezondheidsinformatie over de gezondheidssituatie, gezondheidsrisico’s, effecten van de collectieve preventie en acute zorg.
BELEIDSBEGROTING 2010
9
1. Algemene Gezondheidszorg Algemeen Een aantal taken vervallen per 2010: - bevolkingsonderzoeken: de activiteiten worden overgenomen door een Noordelijke screeningsorganisatie; - medische zorg asielzoekers: de begeleiding bij honger- en dorststaking is door de COA uitbesteed aan zorgverzekeraar Menzis. GGD Groningen voert de preventief geneeskundige activiteiten uit voor asielzoekers. Dit betekent dat GGD Fryslân geen formele rol heeft in de medische opvang asielzoekers; - sociaal medische advisering: door een sterke daling van het aantal adviesaanvragen is het voor de GGD niet mogelijk om de benodigde deskundigheid op peil te houden. De gevolgen hiervan worden binnen de begroting opgevangen. 1.1. Beleidsveld collectieve preventie Infectieziektebestrijding De nieuwe wet Publieke Gezondheid (01-12-2008) vormt de wettelijke basis voor de algemene infectieziektebestrijding. In deze wet worden het aantal infectieziekten waarvoor een meldingsplicht geldt en het aantal maatregelen op het gebied van preventie en bestrijding van infectieziekten uitgebreid. De burgemeester heeft nadrukkelijk een centrale rol gekregen binnen de infectieziektebestrijding vanwege zijn verantwoordelijkheid op het gebied van openbare orde en veiligheid. De GGD voert taken uit op het terrein van de algemene infectieziektebestrijding, TBCbestrijding en de SOA/HIV-preventie. Wat willen we bereiken? Het zoveel mogelijk voorkómen van infectieziekten, vroegtijdige opsporing en behandeling van infectieziekten om verdere verspreiding onder de bevolking te voorkomen. Wat doen we ervoor? In het meerjarenbeleidsplan staat in 2010 uitbreiding van de formatie met een arts gepland. Hiermee wordt tegemoet gekomen aan de eisen van de Inspectie voor de Gezondheidszorg en de (uitbreiding van) taken vanuit de Wet Publieke Gezondheid wordt beter opgevangen. De uitbreiding leidt niet tot een uitzetting van de begroting. Algemene taken in het kader van de infectieziektebestrijding: De GGD registreert en verwerkt meldingen van infectieziekten en voert zonodig bron- en contactonderzoek uit. Medewerkers geven voorlichting, zowel individueel als collectief. De GGD adviseert over maatregelen n.a.v. (dreigende) epidemieën van infectieziekten op regionaal/landelijk niveau. Daarnaast neemt de GGD deel aan projecten op het terrein van infectieziektebestrijding en geeft op basis van haar deelname beleidsadviezen. De GGD spoort TBC o door eenmalig of periodiek onderzoek van personen uit de risicogroep en contactgroep. Zonodig vindt behandeling plaats. De GGD vaccineert personen met een hoog risico en geeft voorlichting aan risicogroepen, patiënten en hun sociale omgeving. De SOA/HIV-verpleegkundigen verzorgen spreekuren voor Friese burgers die zich anoniem willen laten onderzoeken. Daarnaast zijn er spreekuren voor seksuele gezondheid (SENSE, waarin de voormalige hulpverlening van de Rutgerhuizen wordt gecontinueerd). De spreekuren vinden plaats in het kader van Noord Nederlandse samenwerkingsprojecten rondom SOA/HIV en SENSE. Daarnaast vindt vaccinatie plaats voor Hepatitis B bij risicogroepen. Er zijn specifieke voorlichtingsactiviteiten voor mannen met homoseksuele contacten en voor jongeren. De Noordelijke samenwerking, met de GGD’en van Groningen en Drenthe, op het gebied van de verdere versterking van de infectieziektebestrijding wordt verder uitgebouwd. Deze samenwerking vindt plaats op het gebied van diagnostiek, beleidsontwikkeling en vervanging.
BELEIDSBEGROTING 2010
10
Toezicht hygiëne en veiligheid Op basis van de Wet Publieke Gezondheid draagt de gemeente zorg voor het bevorderen van de hygiëne. Ook op grond van de gemeentewet heeft de gemeente een taak in de zorg voor hygiëne en veiligheid. In het kader van de Wet op de Kinderopvang voert GGD Fryslân technische hygiënezorg uit. In 2010 wordt dit uitgebreid met technische hygiënezorg voor peuterspeelzalen. Het Rijk stelt hiervoor extra middelen beschikbaar aan gemeenten. In het kader van het prostitutiebeleid van de gemeente Leeuwarden voert GGD Fryslân jaarlijks een hygiëne-inspectie uit in de seksinrichtingen. Na invoering van de wetgeving omtrent de tattooshops en bedrijven die onderhuids permanente make-up aanbrengen verricht GGD Fryslân hygiëne-inspecties en verleent vergunningen. Wat willen we bereiken? Preventie van besmettelijke ziekten, voorkomen van ongevallen en begeleiding van intermediairs om tot goede preventie te komen. Wat doen we ervoor? GGD Fryslân voert jaarlijks inspecties uit van de kinderopvang volgens landelijke richtlijnen. Hierover wordt gerapporteerd aan de gemeente en de desbetreffende instelling voor kinderopvang. Bij nieuw aangemelde kindercentra vindt binnen acht weken een eerste inspectie plaats en na drie maanden de jaarlijkse controle. Inspectie van peuterspeelzalen vindt tot nu toe alleen plaats in gemeenten die dit met de GGD zijn overeengekomen. Vanaf 2010 zijn deze inspecties wettelijk verplicht. GGD Fryslân voert jaarlijks hygiëne-inspecties bij seksinrichtingen in de gemeente Leeuwarden uit. Hygiëne-inspecties van tattooshops en bedrijven die onderhuids permanente make-up aanbrengen vinden tweejaarlijks plaats. Ook vindt vergunningverlening plaats aan deze bedrijven. De GGD verricht hygiëne-inspecties van vrachtboten in de haven van Harlingen op basis van nieuwe Europese regelgeving. Deze regelgeving maakt deel uit van de Wet Publieke Gezondheid. Reizigersadvisering en –vaccinatie Reizigersadvisering en –vaccinatie is geen wettelijke taak, maar draagt wel bij aan de voorkoming van de verspreiding van importziekten. Wat willen we bereiken? Door het geven van informatie, profylactische medicatie en vaccinatie beperkt GGD Fryslân het voorkomen van reisgerelateerde ziekten bij reizigers uit Friesland. Hiermee wordt ook voorkomen dat reizigers ziekten naar Friesland importeren. Wat doen we ervoor? - Informatie en voorlichting bij burgers - Telefonische afsprakenlijn - Onderhouden contacten met reisorganisaties - Advies- en vaccinatiespreekuren - Informatie en voorlichting aan intermediairen en eerstelijns gezondheidszorg - Noordelijke samenwerking rondom de gezamenlijke inkoop van vaccins en onderzoek naar uitbreiding van de samenwerking. 1.2. Acute zorg en vangnet Uitbraak van infectieziekten De acute zorg bij een uitbraak van infectieziekten is moeilijk los te koppelen van de preventieve taken op het gebied van infectieziektebestrijding. Zie daarom ook het onderdeel preventie van infectieziekten dat is beschreven in 1.1. collectieve preventie.
BELEIDSBEGROTING 2010
11
Wat willen we bereiken? Vroegtijdige opsporing en behandeling van infectieziekten om verdere verspreiding in de bevolking te voorkomen. Wat doen we ervoor? Naast de algemene taken op het gebied van de infectieziektebestrijding zin hier specifiek te noemen: - outbreakmanagement: cluster van infectieziekten die door aard en omvang bijzondere maatregelen behoeven (bv. een schurftuitbraak in een verpleeghuis); - individuele voorlichting naar aanleiding van outbreak of epidemie; - grootschalig onderzoek naar tbc-besmetting. Medisch milieukundige zorg Op grond van de Wet Publieke Gezondheid is de gemeente verantwoordelijk voor bestuurlijke beslissingen die gevolgen kunnen hebben voor het leefmilieu. Wat willen we bereiken? Bewaking van schadelijke effecten voor het leefmilieu leidt tot bescherming van de volksgezondheid. Wat doen we ervoor? Algemene taken op het terrein van medisch milieukundige zorg zijn de behandeling van meldingen, vragen en klachten. Naar aanleiding van signalen en ontwikkelingen wordt de relevantie voor de gezondheid onderzocht. Zonodig wordt medisch milieukundig onderzoek verricht. De GGD maakt gezondheidseffecten inzichtelijk t.b.v. beleidsadvisering en risicocommunicatie. Tevens geeft de GGD voorlichting aan gemeenten, groepen/instellingen en burgers. Er vindt Noordelijke samenwerking plaats rondom complexere onderwerpen. Openbare geestelijke gezondheidszorg Per 1 januari 2007 zijn de gemeenten verantwoordelijk voor de uitvoering van de Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGZ) in het kader van de Wet op de Maatschappelijke Ondersteuning (WMO). De OGGZ is als basistaak geschrapt uit de huidige Wet Publieke Gezondheid, met uitzondering van het “bieden van psychosociale hulp bij rampen”. De taken die de GGD uitvoert op dit terrein zijn de vangnet- en bemoeizorg, casemanagement in het kader van het Scenario “Maatschappelijke onrust bij ernstige geweldsdelicten” en de ondersteuning van de sociale teams in Friesland. Wat willen we bereiken? Vangnet- en bemoeizorg: vroegtijdige signalering van en bemoeizorg bij hygiënische probleemgevallen leidt tot beperking van de overlast voor de omgeving en de cliënt zelf en tot inperking van de risico’s voor de volksgezondheid. Casemanagement Scenarioteams “Maatschappelijke onrust bij ernstige geweldsdelicten” Effectieve aanpak van maatschappelijke onrust bij ernstige geweldsdelicten door intersectorale en multidisciplinaire samenwerking. Ondersteuning van de sociale teams: verbeteren van de kwaliteit van de sociale teams. Wat doen we ervoor? Vangnet- en bemoeizorg: een sociaal team schakelt een sociaal verpleegkundige in bij situaties waarbij sprake is van hygiëne probleemgevallen, persoonlijke verwaarlozing en/of vervuiling. De verpleegkundige zet de zorg voor hygiëne en psychohygiëne in gang en stemt het zorgtraject af met het betreffende sociale team.
BELEIDSBEGROTING 2010
12
Het aantal cliënten waarmee de GGD contact heeft stijgt ieder jaar. Op basis van wijzigingen van de AWBZ verwacht de GGD dat burgers een groter beroep gaan doen op gemeenten voor maatschappelijke begeleiding en ondersteuning. Casemanagement Scenarioteams “Maatschappelijke onrust bij ernstige geweldsdelicten”: de GGD heeft een coördinator en casemanagers benoemd. Als zich in een gemeente een ernstig zeden- of geweldsdelict voordoet, waarbij sprake is van (dreiging van) maatschappelijke onrust kan een scenarioteam worden ingezet. De GGD levert de casemanager voor dit team. Gemiddeld wordt vijf tot zes keer per jaar een scenarioteam ingezet in Friesland. Voor de beschikbaarheid en bereikbaarheid brengt GGD Fryslân een basisbedrag per inwoner in rekening. Voor de uitvoering van het casemanagement geldt een uurtarief per gemeente. Ondersteuning sociale teams: de gemeente Leeuwarden is centrumgemeente voor de OGGZ in Friesland. Daarmee heeft Leeuwarden een extra verantwoordelijkheid voor de OGGZ in de provincie. In haar beleidsnota OGGZ heeft de gemeente Leeuwarden gekozen voor het faciliteren van de bestaande sociale teams. Leeuwarden heeft aangegeven de ondersteuningsstructuur structureel onder te brengen bij GGD Fryslân. Ondersteuning van de sociale teams vindt plaats door: - het coachen van de teamleider(s) - groepsgewijs begeleiden van een sociaal team - implementeren, verder ontwikkelen en beschikbaar stellen van het registratie volgsysteem - bieden van een provinciale structuur voor uitwisseling, afstemming en professionalisering - eventueel: het laten inkopen van zorg in acute zorg door de teamleider. Forensische geneeskunde Forensische geneeskunde staat in dienst van het zorgvuldig verloop van de rechtsgang en kan worden omschreven als het gebruik van de medische wetenschap bij het beantwoorden van vragen en oplossen van problemen die rijzen bij het toepassen van het strafrecht. De forensisch geneeskundige adviseert politie en justitie op dit gebied, verricht in dit kader medisch onderzoek en beantwoordt vragen. Wat willen we bereiken? Bijdragen aan goede medische zorg voor arrestanten en ondersteuning/advisering van politie en justitie. Wat doen we ervoor? Uitvoering van: - lijkschouwingen - arrestantenzorg - medisch technisch onderzoek Preparatie op (dreiging van) rampen en crises De Wet Publieke Gezondheid is mede tot stand gekomen om beter voorbereid te zijn op en te kunnen handelen bij (dreigende/grootschalige) uitbraken van infectieziekten. Dit betekent dat de GGD, als belangrijke uitvoeringsdienst, snel moet kunnen inspringen op kleinschalige incidenten/crises op het gebied van de volksgezondheid door personeel in te zetten en een actiecentrum GGD/GHOR in te richten. Bij een grootschalig incident of ramp ligt de procesverantwoordelijkheid bij de GHOR. Wat willen we bereiken? Een integrale aanpak van rampen en epidemieën om de effecten hiervan te beperken en de gezondheid van de Friese bevolking te beschermen.
BELEIDSBEGROTING 2010
13
Wat doen we ervoor? - ontwikkeling en implementatie van draaiboeken - relatiebeheer, o.a. in de vorm van convenanten met ketenpartners - organisatie van themabijeenkomsten over relevante ontwikkelingen op dit terrein - onderzoek naar de effecten van rampen en epidemieën - beleidsadvisering voor de nazorg, opvang en behandeling bij rampen en epidemieën - instellen van een actiecentrum 1.3. Beleidsveld: advisering gemeenten/kenniscentrum OGZ Kenniscentrum OGZ GGD Fryslân heeft met de uitvoering van haar wettelijke taken uitgebreide kennis, ervaring en deskundigheid opgebouwd op het terrein van de OGZ. Aanvullend op de basistaken voert de GGD ook extra, aanvullende taken uit. Deze taken bestaan uit: • Extra taken op basis van verzoek van derden • Innovatieve projecten • Extra taken aanvullend op het huidige productenpakket van de GGD. Wat willen we bereiken? Doelen van de uitvoering van deze diverse taken zijn: • Verbetering van de gezondheid van de Friese bevolking. • Een versterking van eigen kennis en expertise, waarmee de basistaken nog beter en efficiënter kunnen worden uitgevoerd. Wat doen we ervoor? Hieronder worden voorbeelden van deze extra activiteiten genoemd.
Onderzoek naar gezondheidsproblematiek n.a.v. ATF-brand. Onderzoek voorkomen kanker in Skarsterlân. Epidemiologische analyses of extra gegevensverzameling. Uitvoeren gezondheidseffectscreening. Gedelegeerde uitvoering van de gemeentelijke regierol, bijvoorbeeld coördinatie van een netwerk. Uitvoeren en implementatie pilots.
BELEIDSBEGROTING 2010
14
2. Jeugdgezondheidszorg GGD Fryslân voert de jeugdgezondheidszorg uit voor 0-19 jarigen. Per 1 januari 2009 is de integrale jeugdgezondheidszorg ondergebracht bij de GGD. Medio 2009 vindt nog besluitvorming plaats over het zorgaanbod, de huisvesting en de inrichting van de jeugdgezondheidszorg. Na besluitvorming zal dit onderdeel van deze beleidsbegroting nader worden ingevuld. Deze beleidsbegroting beperkt zich daarom tot een aantal hoofdtaken van de jeugdgezondheidszorg. Zorg voor jeugd De jeugd is een belangrijke doelgroep voor preventie. Tijdens de jeugd wordt de basis gelegd voor het gedrag, de leefstijl en daarmee voor de gezondheid op volwassen leeftijd. Wat willen we bereiken? Een bijdrage leveren aan het gezond en veilig opgroeien van de Friese jeugd. Door monitoring van de ontwikkeling en gezondheid van alle kinderen/jongeren van 0-19 jaar en door extra zorg te bieden aan risicogroepen willen we de kansen op gezondheid en een goede ontwikkeling voor alle jongeren vergroten en een bijdrage leveren aan het verkleinen van sociaal economische gezondheidsverschillen. Door de uitvoering van het rijksvaccinatieprogramma en de vangnetspreekuren voor onvolledig gevaccineerden streven wij naar een hoge vaccinatiegraad en bescherming tegen bepaalde infectieziekten. De jeugdgezondheidszorg levert door de registratie en monitoring een bijdrage aan het gezondheidsprofiel jeugd en de onderbouwing van het gemeentelijk beleid. Wat doen we ervoor? De jeugdgezondheidszorg voert het basistakenpakket uit (Wet Publieke Gezondheid): - neonatale screening - zuigelingenhuisbezoek - twaalf reguliere gezondheidsonderzoeken 0-4 jaar - gezondheidsonderzoeken in groep 2 en 7 van het basisonderwijs - gezondheidsonderzoeken in klas 1 VMBO en klas 2 HAVO/VWO - screening op psychosociale problematiek in klas 3 VMBO - instroomonderzoeken voor het speciaal onderwijs - gezondheidsonderzoeken op 8, 11 en 13 jarige leeftijd voor leerlingen in het speciaal onderwijs - aanvullende zorg: extra gezondheidsonderzoeken op indicatie en/of gesprekken bij specifieke risicogroepen, spreekuren en telefonische bereikbaarheid voor ouders, jeugdigen en leerkrachten. Gezien de vaak specifieke, complexe problematiek bij jongeren zijn er diverse samenwerkingsverbanden of overlegstructuren. De jeugdgezondheidszorg participeert o.a in: - regulier overleg met de vindplaatsen (onderwijs en peuterspeelzalen) - zorgnetwerken onderwijs - jeugdadviesteams en zorgadviesteams - overleg in het kader van een Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) Versterking van de opvoedingsondersteuning: in 2009 is een pilotproject Triple P gestart in vier gemeenten. De jeugdgezondheidszorg is een belangrijke uitvoerder van de preventieve interventies van Triple P, een effectief programma voor opvoedingsondersteuning. Verwacht mag worden dat deze methodiek in 2010 wordt uitgebreid naar meerdere gemeenten. Invoering van het Elektronisch Kinddossier (EKD) en koppeling aan de verwijsindex: in 2010 zullen alle JGZ-teams werken met het EKD, en wordt het EKD gekoppeld aan de Friese en landelijke verwijsindex voor risicojongeren.
BELEIDSBEGROTING 2010
15
Uitvoering van het rijksvaccinatieprogramma. Ondersteuning, advisering en zorgcoördinatie bij calamiteiten, bv. op scholen.
BELEIDSBEGROTING 2010
16
3. Beleid en Onderzoek 3.1. Collectieve preventie Gezondheidsbevordering Volgens de Wet Publieke Gezondheid moeten GGD’en bijdragen aan opzet, uitvoering en afstemming van preventieprogramma’s, inclusief gezondheidsbevordering. Gezondheidsbevordering is een verzameling van interventies, gericht op de eigen inspanningen en leefwijzen van mensen als factoren die bepalend zijn voor ziekte en gezondheid. Wat willen we bereiken? Bij de ontwikkeling van nieuwe preventieprogramma’s wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van effectief gebleken interventies. De speerpunten in het preventiebeleid: roken, overmatig alcoholgebruik, overgewicht en depressie krijgen speciale aandacht. Bij de keuze voor uitvoering van de interventies wordt aangesloten bij het gemeentelijk gezondheidsbeleid. Leidraad voor de keuze van leefstijlinterventies vormt het Friese Masterplan Gezond Leven, één van de speerpunten uit het meerjarenbeleidsplan. Daarnaast is in het meerjarenbeleidsplan aangegeven dat prioriteit ligt bij de thema’s opvoedingsondersteuning en genotmiddelen. Bij de doelgroep ouderen zijn daarnaast specifieke doelen gericht op meer bewegen, minder vallen, vroegsignalering en –diagnostiek. Wat doen we ervoor? Jeugd Activiteiten in het kader van genotmiddelen: GGD Fryslân werkt mee aan de uitvoering van het provinciaal (integraal) project “Alcohol en jeugd”. In samenwerking met Verslavingszorg Noord Nederland (VNN), wordt meegewerkt aan de uitvoering van het programma “De gezonde school en genotmiddelen”, zowel in het voortgezet onderwijs als in het basisonderwijs. Voorts is GGD Fryslân i.s.m. VNN actief op het gebied van Actie Tegengif, voor klas 1 en 2 van het voortgezet onderwijs en de Rookvrije School (basisonderwijs en voortgezet onderwijs). Opvoedingsondersteuning: in 2009 wordt Triple P (effectief progamma voor opvoedingsondersteuning) tot en met niveau 3 in vier koplopergemeenten, te weten Tytsjerksteradiel, Smallingerland, Leeuwarden en Nijefurd, geïmplementeerd. Dit houdt in: • ontwikkelen en uitvoeren van een massamediale campagne • scholing in methodiek van en uitvoering van lezingencyclus over opvoeding • uitvoering van pilotprojecten in drie gemeenten in Fryslân. Voor de vervolgimplementatie vanaf 2010 wordt in 2009 een aanvraag bij de provincie gedaan. Het vervolg betekent: - Triple P uitrollen over de hele provincie - uitbreiden van Triple P naar niveau 4 en 5 (niveau van geïndiceerde jeugdhulpverlening), waarbij samenwerkingspartners betrokken worden. Overige activiteiten in 2010 zijn de verdere invoering van de Gezonde School Methode, uitvoering van het project “Gezonde Start”, gericht op kinderen in achterstandswijken, activiteiten op het gebied van seksualiteit, pesten/weerbaarheid, kindermishandeling en voeding/bewegingsstimulering (preventie overgewicht). Volwassenen Op gebied van genotmiddelen:
BELEIDSBEGROTING 2010
17
Roken: mede organiseren van trainingen “Pakje kans”, het faciliteren van het Stoppunt Fryslân dat individueel advies en begeleiding “op maat” levert, en door de informatieverstrekking o.a. via het Informatiecentrum en op gezondheidsmarkten. GGD Fryslân continueert het voorzitterschap van het Platform Rookpreventie Fryslân (met o.a ook Thuiszorg en VNN), waarin samenwerking en afstemming rookpreventie centraal staat. Alcohol: participatie aan provinciaal project Jeugd en alcohol (t.b.v. doelgroep 19-24 jarigen). Overige activiteiten op het gebied van: • voeding/bewegen/overgewicht • allochtonen (uitrollen van ontwikkelde methodiek ten behoeve project Kleurrijk samenspel, als gemeenten daarvoor belangstelling tonen). Ouderen Activiteiten in 2010 richten zich op het gebied van bewegen, valpreventie, depressiepreventie en voorlichtingsactiviteiten over het gezond ouder worden. De evaluatie van het project Gezondheidsbureau, dat zich richt op vroegsignalering en –diagnostiek, geeft voldoende aanleiding om in 2009 een implementatieplan op te stellen. In 2010 zal zo mogelijk de uitrol plaatsvinden, nadat gemeenten daarvoor belangstelling hebben getoond. Publieksinformatie Het beleid van de overheid is gericht op een mondige burger die zelf bewuste keuzen maakt, ook waar het zijn gezondheid betreft. Goede informatie is daarbij van belang. Publieksinformatie in de zin van algemene informatie over ziekten, gezondheid en gezondheidszorg, is een aanvullende functie op de andere WPG taken van de GGD, zoals infectieziektebestrijding, hygiënebegeleiding en milieu-incidenten. Gemeenten en GGD Fryslân zijn niet de enigen die gezondheidsinformatie aanbieden. Ook andere organisaties spelen daarbij een rol. Vanwege de coördinerende rol die gemeenten vanuit de WPG hebben, is samenwerking en afstemming op het terrein van publieksinformatie van belang. Publieksinformatie heeft raakvlakken met gezondheidsbevordering, met patiëntenvoorlichting en consumentenvoorlichting.
Wat willen we bereiken? Eén van de beleidsvoornemens uit het meerjarenbeleidsplan is dat de GGD burgers informeert en adviseert over een gezonde leefstijl en gezondheidszaken vanuit het informatiecentrum Gezondheid. Hiermee willen we bereiken dat er een toegankelijk systeem van publieksinformatie tot stand wordt gebracht voor de bevolking in Friesland. Dit moet bijdragen aan een toename van het gezondheidsbewustzijn. Overigens is het zo dat er een verschuiving plaatsvindt van inzet voor het informatiecentrum naar inzet t.b.v. het Informatie- en Kennispunt Gezondheid (zie ook beleidsveld: advisering gemeenten). Wat doen we ervoor? Het onderhouden en ontwikkelen van het Informatiecentrum Gezondheid van GGD Fryslân. Hier vindt uitleen plaats van en advisering over het gebruik van voorlichtingsmateriaal, aan leerkrachten, leerlingen, studenten en algemeen publiek. Er wordt onderzocht in hoeverre digitalisering tot een efficiëntere informatievoorziening kan leiden waarbij een breder publiek wordt bereikt. Hierbij vindt afstemming plaats met de digitale informatievoorziening IKP Gezondheid. Publieksvragen over gezondheid(szorg) worden beantwoord, zowel persoonlijk, telefonisch als via email en website. Daarnaast wordt medewerking verleend aan campagnes en gezondheidsmarkten, wordt meegewerkt aan artikelen over gezondheidsbevordering aan regionale en lokale media in
BELEIDSBEGROTING 2010
18
Friesland, wordt op de GGD website gepubliceerd over gezondheidsthema’s en wordt de wachtkamervoorlichting in de wachtruimtes van de GGD verzorgd. 3.2. Beleidsveld: advisering gemeenten/kenniscentrum OGZ Inzicht in de gezondheidssituatie Inzicht in de gezondheidssituatie van de bevolking is het vertrekpunt in de ontwikkeling van gezondheidsbeleid en vormt het fundament voor het gemeentelijk (gezondheids)beleid. Om dat inzicht te verkrijgen, hanteert GGD Fryslân diverse vormen van onderzoek, waarmee gezondheidsprofielen worden samengesteld en waarmee trends in de gezondheidssituatie gesignaleerd kunnen worden. Inzicht in de gezondheidssituatie en de factoren die daarop van invloed zijn heeft daardoor een belangrijke plaats in de beleidscyclus en is één van de kerntaken van de GGD Fryslân, die wettelijk is vastgelegd in de WPG. Daarnaast kan GGD Fryslân ook onderzoekscapaciteit leveren om beleid (bijvoorbeeld WMO) en preventieactiviteiten te evalueren. Wat willen we bereiken? Inzicht in de gezondheidssituatie en determinanten van de bevolking van Friesland. Het gaat hier om de algemene bevolking en specifieke doelgroepen. Aandachtspunten zijn daarbij o.a. de thema’s uit het gemeentelijke- en rijksgezondheidsbeleid: leefstijl, psychosociale gezondheid, overgewicht, chronische ziekten. Inzicht in trendmatige ontwikkeling van de gezondheidssituatie en determinanten. Gestructureerde onderbouwing op basis van epidemiologische analyse, van de in te zetten dan wel bij te stellen beleidsmaatregelen ten behoeve van een betere gezondheid van de inwoners van Friesland. Inzicht in de effecten van preventieactiviteiten en interventies. Wat doen we ervoor? Uitvoering van (epidemiologisch) onderzoek. In 2010 wordt de Gezondheidsenquête uitgevoerd, een grootschalig onderzoek onder volwassenen en ouderen. Ontwikkeling en implementatie van een OGGZ registratie systeem ten behoeve van de OGGZ in samenwerking met derden. Eén van de speerpunten uit het meerjarenbeleidsplan 2009-2012 is de vormgeving en onderhoud van het IKP Gezondheid (Informatie en Kennispunt). De gezondheidsinformatie wordt gepubliceerd op dit IKP. Overige speerpunten in 2010 zijn: vervolgen van rapportages gezondheidsonderzoek jeugd (Go Jeugd) 2008 en registraties JGZ 0-19 jaar, Indicatoren OGZ van de inspectie en de ontwikkeling van lokale gezondheidsprofielen. Voor de realisatie van lokale gezondheidsprofielen wordt samenwerking gezocht met andere onderzoeksinstellingen. Dit is noodzakelijk om de gewenste informatie op gemeenteniveau te kunnen leveren. Investeren in deze samenwerking kost echter tijd, waardoor tijdelijk minder onderzoeksruimte beschikbaar is en minder gezondheidsrapportages geleverd kunnen worden. De uitbreiding van de JGZ naar de doelgroep 0-19 jaar en daarmee gepaard gaande uitbreiding van registratiegegevens geeft kansen om de jeugd over de hele linie in kaart te brengen. Beleidsadvisering Beleidsadvisering is een kerntaak van GGD Fryslân. GGD Fryslân heeft deskundigheid op het terrein van de beleidsontwikkeling van de openbare gezondheidszorg en kan gemeenten hierover adviseren. Tevens heeft GGD Fryslân een rol bij de beleidsontwikkeling van collectieve preventie die samen met andere instellingen/partijen plaatsvindt. Een bevorderingstaak van de WPG die van belang is bij preventieprogramma’s is de afstemming tussen de collectieve preventie en curatieve gezondheidszorg. Op die manier wordt gewerkt aan
BELEIDSBEGROTING 2010
19
een integrale benadering door middel van integratie van preventie, bescherming, bevordering, diagnostiek, revalidatie, verzorging en opvang. Wat willen we bereiken? Alle beschikbare informatie over epidemiologie, beleid, interventies en ontwikkelingen op het terrein van gezondheid wordt stapsgewijs via digitale weg toegankelijk via het Informatie en Kennispunt Gezondheid. (IKP). Alle 31 Friese gemeenten kunnen deze informatie gebruiken bij het opstellen, uitvoeren en monitoren van hun gezondheids- en aanpalend lokaal beleid. Integraal beleid ten aanzien van gezondheidsproblemen, met als doel het verbeteren en beschermen van de gezondheid van de Friese bevolking. Tot stand brengen van een samenhangend geheel van activiteiten in de openbare gezondheidszorg. Beleidsadvisering is in ieder geval gericht op de thema’s in het gemeentelijke en rijksgezondheidsbeleid: leefstijl, psychosociale gezondheid, overgewicht, infectieziekten, chronische ziekten. Effectieve samenwerking tussen organisaties die zich bezig houden met preventieactiviteiten. Wat doen we ervoor? Zoals hierboven al vermeld is de vormgeving en ontwikkeling van het Informatie en Kennispunt Gezondheid één van de speerpunten van het meerjarenbeleidsplan. In 2010 worden nieuwe dossiers op het terrein van de openbare gezondheidszorg aan het IKP Gezondheid toegevoegd en worden bestaande dossiers geactualiseerd. Beleidsadvisering en pleitbezorging openbare gezondheidszorg gemeenten. Dit betreft zowel het op maat adviseren van individuele gemeenten, als advisering aan gemeenten als groep. In 2010 zal advisering met name plaatsvinden over het gemeentelijk gezondheidsbeleid en aanpalende beleidsterreinen (bv. CJG, WMO), verdere implementatie van het Masterplan Gezond Leven, integraal gezondheidsbeleid en effectieve aanpak t.a.v. leefstijlthema’s. Aspecten die hierbij van belang zijn, zijn sociaaleconomische gezondheidsverschillen en afstemming tussen de preventieve en curatieve sector. Het preventieplatform Friesland, als netwerk waarin organisaties en personen elkaar gemakkelijk kunnen vinden en ontmoeten, is een belangrijk middel in de beleidsadvisering en pleitbezorging openbare gezondheidszorg gemeenten en andere organisaties. Doel is om vanuit die ontmoetingsplek eventuele knelpunten rondom specifieke thema’s en doelgroepen, zoals genotmiddelen, kindermishandeling, roken en ouderen, maar vooral ook kansen voor de preventie in Friesland te signaleren, om vervolgens nieuwe activiteiten of een betere samenwerking te bewerkstelligen. Het uitwerken in projecten plannen en acties is daarbij geen zaak voor het preventieplatform meer, maar moet plaats vinden in samenwerkingsafspraken tussen organisaties. Kenniscentrum OGZ GGD Fryslân heeft met de uitvoering van haar wettelijke taken uitgebreide kennis, ervaring en deskundigheid opgebouwd op het terrein van de OGZ en volksgezondheid. Aanvullend op deze basistaken voert de GGD ook extra taken uit. Deze taken bestaan uit: • Extra taken op basis van verzoek van derden. • Innovatieve projecten • Extra taken aanvullend op het huidige productenpakket van de GGD Wat willen we bereiken? Doelen van de uitvoering van deze diverse taken zijn: • Verbetering van de gezondheid van de Friese bevolking. • Een versterking van eigen kennis en expertise, waarmee de basistaken nog beter en efficiënter kunnen worden uitgevoerd.
BELEIDSBEGROTING 2010
20
Wat doen we ervoor? Hieronder worden voorbeelden van deze extra activiteiten genoemd. Voor een beschrijving van de werkwijze en methoden wordt verwezen naar producthoofdstukken van epidemiologie, beleidsadvisering, zorg voor jeugd en gezondheidsbevordering. Epidemiologische analyses of extra gegevensverzameling. Evaluatieonderzoek gemeentelijke BOS-projecten Beleidsadvies versterking JGZ in het Grote stedenbeleid. Uitvoeren gezondheidseffectscreening. Gedelegeerde uitvoering van de gemeentelijke regierol, bijvoorbeeld coördinatie van een netwerk. Uitvoeren en implementatie pilots. Project Gezonde start Project Gezondheidsbureau voor volwassenen en ouderen Project Kleurrijk Samenspel Project Triple P
BELEIDSBEGROTING 2010
21
PROGRAMMA VEILIGHEID Inleiding Het programma veiligheid is onderverdeeld in het bureau Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR), de afdelingen risicobeheersing en operationele voorbereiding van de regionale brandweer en de multidisciplinaire voorbereiding op en inzet bij rampen en crises. De belangrijkste ontwikkeling voor de betrokken afdelingen is de invoering van de Wet Veiligheidsregio. Deze wet beoogt een efficiënte en kwalitatief hoogwaardige organisatie van de brandweerzorg, geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen, rampenbestrijding en crisisbeheersing onder één regionale bestuurlijke regie te realiseren. Met de veiligheidsregio wordt uitvoering gegeven aan de in de afgelopen jaren gebleken noodzaak om de bestuurlijke en operationele slagkracht te vergroten. Het wetsvoorstel integreert de Brandweerwet 1985, de Wet geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen en de Wet rampen en zware ongevallen. Ook bevat het de verankering van het beleid over de informatie- en communicatievoorziening bij de rampenbestrijding en crisisbeheersing zoals verwoord in het kabinetsstandpunt Adviescommissie Coördinatie ICT Rampenbestrijding. Vooruitlopend op het van kracht worden van de wet veiligheidsregio’s heeft het Algemeen Bestuur van de Hulpverleningsdienst Fryslân met instemming van het Regionaal College van de Politie Fryslân medio 2008 een convenant met de minister van Binnenlandse Zaken afgesloten. De besluiten die op basis van dit convenant eind 2009 genomen worden en de verwachte inwerkingtreding van de wet veiligheidsregio’s zullen een belangrijke basis vormen voor de uit te voeren taken in 2010. Als prioriteiten kunnen hierbij achtereenvolgens worden gesteld de feitelijke op- en inrichting van de veiligheidsregio Fryslân, de overdracht van taken en verantwoordelijkheden van gemeenten naar de regio en de implementatie van genomen besluiten. De basis voor de begroting 2010 wordt gevormd door het vastgestelde meerjarenbeleidsplan 2010 – 2013. Waar afgeweken wordt van de hierin gestelde lijn, is dit in de tekst aangegeven.
BELEIDSBEGROTING 2010
22
4. Geneeskundige Hulpverlening bij ongevallen en rampen De taken, producten en budgetten van het bureau GHOR zijn verdeeld over 10 beleidsvelden. Per beleidsveld wordt onderstaand aangegeven welke ontwikkelingen en de daaruit voortvloeiende financiële gevolgen zich in 2010 voordoen.
Ketenregie Op grond van de Wet GHOR maakt de Regionaal Geneeskundig Functionaris (RGF) afspraken met organisaties in de gezondheidszorg (Meldkamer ambulancezorg, Regionale Ambulance Voorziening, ziekenhuizen, Rode Kruis, GGD, GGZ, huisartsen etc.) over de GHOR-processen. De RGF stemt deze afspraken af met de partners in de veiligheidsketen (brandweer, politie, gemeente). De kosten voor GHOR Nederland en het overleg met de ketenpartners blijven gelijk. In 2008 is landelijk een nieuw systeem ingevoerd voor het verbeteren van ambulancebijstand en gewondenspreiding; de kosten hiervoor moeten structureel opgenomen worden in de begroting.
Meldkamer ambulancezorg Het GHOR-bestuur is verantwoordelijk voor het instellen en beheren van de meldkamer ambulancezorg. De meldkamer ambulancezorg maakt onderdeel uit van de Gemeenschappelijke Meldkamer Fryslân, welke is ondergebracht bij de Politie Fryslân. De verpleegkundig centralisten zijn derhalve ook “in dienst bij de Politie Fryslân”. De meldkamer ambulancezorg functioneert op de scheidslijn tussen zorg en veiligheid. De meldkamer ambulancezorg is als “zorgaanbieder” aanspreekbaar op het verrichten van verantwoorde zorg. Tegelijkertijd maakt de meldkamer ambulancezorg integraal deel uit van de multidisciplinair functionerende meldkamer bij opschaling. Op het terrein van de meldkamer is met name de ontwikkeling van de meldkamer Noord Nederland van belang. Rekening houdend met de boven-regionale samenwerking dienen alle bestaande afspraken en procedures, inhoudelijk maar ook over organisatie en beheer, tegen het licht gehouden te worden en aangepast aan de uniform voorgestelde werkwijze. De kosten voor stuurgroep en tijdelijke extra inzet blijven in 2010 gelijk tov 2009 en zijn opgenomen onder ‘projecten’.
Advisering gemeenten Vanaf 2009 wordt met één evenementenprotocol gewerkt bij grote evenementen. De nieuwe “Handreiking Geneeskundige Advisering publieksevenementen” maakt integraal onderdeel uitmaken van dit regionaal beleid. Het GHOR-bureau levert een bijdrage aan het opstellen van de multidisciplinaire adviezen aan gemeenten en de evenementenkalender. Daarnaast adviseert de GHOR gemeenten in toenemende mate bij minder grootschalige evenementen meer specifiek op de geneeskundige zorg. De kosten voor de groeiende adviestaak kunnen binnen de huidige begroting worden ingepast.
Plannen en procedures De hulpverlening geschiedt volgens bepaalde, vooraf vastgestelde plannen en procedures. Zowel monodiscplinair als multidisciplinair worden diverse operationele plannen en procedures opgesteld, die ten tijde van een incident een zo doelmatig mogelijke hulpverlening garanderen. In de wet veiligheidsregio wordt bepaald dat het opstellen van het regionaal crisisplan en de rampbestrijdings-plannen een taak is van de veiligheidsregio. Het GHOR bureau zal hier een
BELEIDSBEGROTING 2010
23
bijdrage aan leveren. In de hiervoor begrote financiële middelen treedt vooralsnog geen verandering op.
Opleiden en oefenen De ambities om het opleiden en oefenen te intensiveren leiden tot een aanmerkelijke toename van de kosten op dit terrein. In het landelijk “Project Vakbekwaamheid” zijn functiegerichte opleidingen ontwikkeld en zijn taak- en competentieprofielen voor functies binnen de GHOR vastgesteld. Regionaal heeft dit project extra invloed, omdat de GHOR functies op de Waddeneilanden meer kwaliteit- en competentie-eisen kennen. De gevolgen hiervan zijn neergelegd in een meerjarenbeleidsplan opleiden en oefenen GHOR. Hieruit komt voort dat de kosten door de intensivering van het opleiden en oefenen en uitbreiding van capaciteit toenemen. De dekking voor deze stijging wordt afgewogen in de besteding van de B-DUR gelden. In de begroting is vooralsnog uitgegaan van gelijkblijvende kosten.
Materieel Eind 2008 heeft BZK haar nieuwe visie over de toekomst van de geneeskundige combinaties bekend gemaakt. Op basis van onderzoek en veranderende inzichten heeft BZK de conclusie getrokken dat het concept en de bemoeienis van BZK op dit terrein aanpassing behoeft. Uitgangspunt in de visie is dat de verantwoordelijkheid voor gezondheidszorgprocessen is belegd bij zorginstellingen, inclusief de voorbereiding en extra benodigdheden (ook materieel) bij grootschalige incidenten en crises. In 2009 zullen de gevolgen van de nieuwe visie definitief bekend worden. Ten behoeve van grootschalige hulpverlening beschikt de Hulpverleningsdienst over diverse aanvullende voorzieningen bovenop die van de dagelijkse hulpverlening; zo wordt gebruik gemaakt van geneeskundige combinaties, piketvoertuigen, diverse communicatieen verbindingsmiddelen, een GGD/GHOR-actiecentrum en speciale kleding voor de GHORfunctionarissen. De stijging in kosten worden veroorzaakt door in gebruik name van een nieuwe locatie voor opslag en stalling.
Operationele inzet Specifieke GHOR-functionarissen worden ingezet bij (grootschalige) publieksevenementen, waaronder ook risicowedstrijden voetbal of andere grote sportevenementen, en voor de daadwerkelijke bestrijding van een zwaar ongeval, incident, ramp of crises. De kosten voor inzet van geneeskundige officieren en chauffeurs op de Waddeneilanden zijn geïndexeerd.
Kwaliteit, toezicht, beleids- en bestuursondersteuning De GHOR is in 2007 gecertificeerd volgens de eisen van de stichting Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling in de Zorgsector (HKZ). Het certificaat is geldig tot 1 juli 2010; in de 2e helft van 2010 vindt wederom een externe audit plaats door Kiwa. De begroting van de kosten van de audits is aangepast.
Projecten De drie noordelijke regio’s realiseren gezamenlijk één multidisciplinaire meldkamer waar de meldkamertaken voor Noord Nederland worden uitgevoerd. Hieruit vloeit voort dat een aantal werkprocessen binnen de drie regio’s gelijk getrokken moet worden. De kosten voor het project Meldkamer Noord Nederland zijn ongewijzigd.
BELEIDSBEGROTING 2010
24
Een tweede project waarvoor kosten zijn begroot is de aanschaf van en implementatie van de internetapplicatie GHOR4all. Deze internettoepassing is onder andere noodzakelijk voor de informatievoorziening tijdens een incident (met GHOR4all kan de sectie GHOR in het ROT en het Actiecentrum GGD tijdens een incident beschikken over alle verpleeg- en verzorgingshuizen en andere AWBZ-instellingen in de eigen regio).
Bedrijfsvoering De salariskosten van het hoofd van het GHOR bureau worden met ingang van deze begroting toegerekend aan de afdeling GHOR.
BELEIDSBEGROTING 2010
25
5. Regionale brandweer De taken, producten en budgetten van de afdelingen Risicobeheersing en Operationele voorbereiding van de regionale brandweer zijn verdeeld over een aantal beleidsvelden. Per beleidsveld wordt onderstaand aangegeven welke ontwikkelingen en de daaruit voortvloeiende financiële gevolgen zich in 2010 voordoen. De begrotingen van de afdelingen Noord-Oost Fryslân en Noord-West Fryslân worden separaat opgesteld en vastgesteld in de betreffende districtscolleges.
Risico-inventarisatie De in de wet veiligheidsregio opgenomen verplichting tot het realiseren en onderhouden van een regionaal risicoprofiel vraagt om uitbreiding van de formatie met 0,5 fte. Deze uitbreiding in capaciteit is in 2009 bekostigd uit incidentele middelen. Risicocommunicatie De hulpverleningsdienst heeft vooralsnog een adviserende taak richting gemeenten op het gebied van crisis- en risicocommunicatie. Met het van kracht worden van de wet veiligheidsregio’s verschuift de verantwoordelijkheid voor de risicocommunicatie van de gemeenten naar de veiligheidsregio. Om regiobreed aan deze taak invulling te kunnen geven is 1 fte aan extra formatie nodig, die met de vaststelling van het meerjarenbeleidsplan is toegekend. Het plan van aanpak om deze taak uit te voeren is onlangs bestuurlijk vastgesteld; samenwerking met gemeenten is in dit proces onmisbaar. De uitbreiding in capaciteit kan dan ook (deels) worden ingezet om gemeenten hierin te ondersteunen. Advisering gemeenten Door het van kracht worden van twee besluiten op gebied van externe veiligheid, worden gemeenten verplicht om planwijzigingen op gebied van ruimtelijke ontwikkeling en infrastructuur in de invloedsfeer van transportroutes voor gevaarlijke stoffen en buisleidingen met gevaarlijke stoffen ter advisering voor te leggen aan de regionale brandweer. Daarnaast zal de afdeling verantwoordelijk worden voor het controleren en beoordelen op volledigheid en correctheid van informatie die bedrijven in het kader van het opstellen van rampbestrijdingsplannen dienen aan te leveren. In het kader van evenementenbeleid zal bij grootschalige evenementen advies aangaande externe veiligheidsaspecten gevraagd worden. Vanuit provinciale gelden worden jaarlijks inkomsten gegenereerd voor de inzet die de regionale brandweer levert in het provinciaal uitvoeringsprogramma externe veiligheid. De benodigde capaciteitsuitbreiding in het kader van de uitbreiding in adviesaanvragen kan hieruit worden bekostigd. Brandpreventie De opbrengsten uit het Openbaar MeldSysteem (OMS) zullen in 2010 vergelijkbaar zijn met voorgaande jaren. De verwachting dat de inkomsten, zoals gemeld in het meerjarenbeleidsplan, zouden afnemen in het kader van de realisering van de Meldkamer Noord Nederland, blijkt niet gerechtvaardigd. De begrotingspost is in deze lijn aangepast. Meldkamer brandweer Voor het project Meldkamer Noord Nederland en de verplaatsing van het Regionaal CoördinatieCentrum is de afdeling met tijdelijke capaciteit versterkt
BELEIDSBEGROTING 2010
26
Planvorming In de wet veiligheidsregio wordt bepaald dat het opstellen van het regionaal crisisplan en de rampbestrijdingsplannen een taak is van de veiligheidsregio. Voor uitvoering van deze taken, die van gemeenten worden overgenomen, is uitbreiding van de formatie noodzakelijk met 1 fte. Materieel Bij de invoering van de C2000 apparatuur is besloten in 2010 regionaal tot vervanging over te gaan. Tegenover de kosten die hiervoor zijn begroot staat het vervallen van de lasten in de gemeentelijke begrotingen. Op basis van nieuw beleid van het ministerie van Binnenlandse Zaken zal een groot deel van het rampenbestrijdingsmaterieel in eigendom overgaan naar de veiligheidsregio’s. Voor de uitvoering van de brandweerzorg heeft dit in eerste instantie gevolgen voor de voorzieningen voor groot watertransport. De financiële middelen die hiervoor nodig zijn worden meegenomen in de afweging rond de besteding van de B-DUR gelden. Opleiden en oefenen De implementatie van het project kwaliteit brandweerpersoneel, waarmee een nieuw systeem van opleiden en vakbekwaam blijven wordt gestart, zal in 2010 worden gestart. De benodigde capaciteitsuitbreiding is reeds in 2009 in de begroting opgenomen. Repressie Op het gebied van operationele informatievoorziening zal de digitalisering, en daarmee uniformering, van informatie, zoals o.a. aanvalsplannen, verder worden ingevoerd. Tevens wordt gestart met de regionale uitrol van een voertuigautomatisering, waardoor op de voertuigen tijdens incidenten de benodigde gegevens beschikbaar zijn. De kosten voor de benodigde verbindingen tussen de meldkamer en de betreffende voertuigen komen ten laste van de regionale brandweer. De uitvoering van de specialistische taken voor ongevallen met gevaarlijke stoffen en waterongevallen leidt in 2010 niet tot financiële wijzigingen. Bedrijfsvoering Vanuit de salariskosten van de afdeling operationele voorbereiding is 0,5 fte overgezet naar de concernstaf en 0,5 fte naar de afdeling facilitair.
BELEIDSBEGROTING 2010
27
6. Rampenbestrijding en crisisbeheersing Bij grote incidenten, rampen of crises wordt vanuit de disciplines opgeschaald. De voorbereiding op en bestrijding van deze calamiteiten gebeurt multidisciplinair. De coördinatie en regie in de preparatiefase is tot nu toe beperkt ingevuld; de taken worden verspreid over de disciplines uitgevoerd met daaraan gekoppelde budgetten. De afgelopen jaren is steeds duidelijker geworden dat voor versterking van de kwaliteit van rampenbestrijding en crisisbeheersing meer multidisciplinaire samenwerking nodig is. Factoren die hierin een essentiële rol spelen zijn allereerst de toename in het aantal -mogelijke- rampen en crises en in de tweede plaats de kwaliteitseisen die landelijk worden gesteld. De wet en het convenant veiligheidsregio hebben geleid tot het starten van een aantal ontwikkelingen, waarvan nog niet voldoende beargumenteerd is in te schatten welke kosten de implementatie daarvan met zich meebrengt. Op basis van het bestuursakkoord “Samen aan de slag” tussen het Rijk en de gemeenten wordt de BDUR in 2010 en 2011 substantieel verhoogd. Een deel van die verhoging zal moeten worden aangewend voor het financieren van activiteiten die thans door het Rijk worden bekostigd. Dit betreft in ieder geval de kosten, die verband houden met grootschalige chemische, biologische, radiologische of nucleaire ongevallen. Op dit moment is onzeker of de aangekondigde verhoging daadwerkelijk zal worden toegekend; in de novembercirculaire zal hierover duidelijkheid ontstaan. In aanvulling op de door het Rijk aangegeven kostendekking is voor onderstaande regionale aspecten helder dat voor de verdere ontwikkeling en uitvoering financiële middelen nodig zijn. Vooralsnog zal voor deze kosten in onderlinge samenhang een afweging worden gemaakt, waarvoor dekking kan worden gevonden in de B-DUR gelden. Informatiemanagement Het ministerie van BZK heeft besloten om een landelijk systeem van netcentrisch werken voor te bereiden. Door de toepassing van deze systemen wordt informatie tijdens de bestrijding van een ramp zo uitgebreid mogelijk gelijktijdig bij alle betrokkenen neergelegd. Versnelling en uniformering in de beeldvorming draagt bij aan een betere oordeel- en besluitvorming. De ontwikkeling die in de regio Fryslân in 2006 zijn ingezet hebben al kenmerken van deze netcentrische werkwijze; in de huidige context vraagt dit om verdere professionalisering. In 2010 zullen financiële middelen nodig zijn voor deelname aan de landelijke voorziening, opleiding van sleutelfunctionarissen en piketten. Multidisciplinair opleiden en oefenen De ontwikkeling van het multidisciplinair opleiden, trainen en oefenen is in 2010 gebaseerd op een vastgesteld meerjarenbeleidsplan. In de uitwerking hiervan wordt bepaald hoe in een vierjarige cyclus de sleutelfunctionarissen zullen voldoen aan de opleidings- en oefeneisen. Voor de uitvoering van het beleidsplan, de versterking in de bezetting van het bureau en het voldoen aan de gestelde kwaliteitseisen zal in 2010 budget nodig zijn. GHOR opleiden en oefenen In het landelijk “Project Vakbekwaamheid” zijn functiegerichte opleidingen ontwikkeld en zijn taaken competentieprofielen voor functies binnen de GHOR vastgesteld. Regionaal heeft dit project extra invloed, omdat de GHOR functies op de Waddeneilanden verlangen meer kwaliteit- en competentie-eisen kennen. De gevolgen hiervan zijn neergelegd in een meerjarenbeleidsplan opleiden en oefenen GHOR. Hieruit komt voort dat de kosten door de intensivering van het opleiden en oefenen en uitbreiding van capaciteit toenemen. De dekking voor deze stijging wordt afgewogen in de besteding van de B-DUR gelden.
BELEIDSBEGROTING 2010
28
Crisisteams De wet en het convenant veiligheidsregio hebben scherpere opkomsttijden gesteld dan voorheen in Fryslân bestuurlijk is vastgesteld. Daarnaast wordt in 2009 de invulling van het Regionaal BeleidsTeam geformaliseerd. Met name de instelling van piketten om de (tijdige) opkomst van sleutelfunctionarissen te kunnen waarborgen, zal een toename van kosten betekenen.
Planvorming Het regionale crisisplan, dat de huidige gemeentelijke rampenplannen vervangt, en de rampbestrijdingsplannen op het gebied van overstromingen, hoofdvaarwegen en grieppandemie, worden in 2009 opgesteld. Voor de implementatie van deze plannen zal enig budget nodig zijn. Veiligheidsbureau De uitbreiding van de regie- en coördinatietaak zal wellicht leiden tot de vorming van een fysiek veiligheidsbureau. In afstemming met het daaraan toe te bedelen takenpakket zal een begrotingspost voor structurele leiding en ondersteuning van dit bureau opgenomen moeten worden.
BELEIDSBEGROTING 2010
29
RECAPITULATIE BATEN EN LASTEN EN RESULTAATREKENING
BELEIDSBEGROTING 2010
30
7. RECAPITULATIE BATEN EN LASTEN EN RESULTAATBESTEMMING Programma Gezondheid Lasten
Begroting 2009 Baten
Saldo
Lasten
Begroting 2010 Baten
Saldo
Collectieve preventie - Zorg voor jeugd - Preventie van infectieziekten - Gezondheidsbevordering - Toezicht hygiëne en veiligheid - Bevolkingsonderzoeken - Reizigersadvisering en vaccinatie - Publieksinformatie - Afdeling AGZ - Afdeling B en O
5.037.870 1.654.289 602.342 404.314 230.423 892.815 178.363
254.790 145.440 280.770 155.470 717.480 -
- 4.783.080 - 1.508.849 - 602.342 - 123.544 - 74.953 - 175.335 - 178.363 3.485.486 498.197
1.430.949
-2.054.521 -498.197
828.302
352.907
-476.395
435.293 1.016.506
151.609 50.000
-283.684 -966.506
18.366.434
1.988.086
-16.378.193
-9.014.997
24.631.218
3.973.722
-20.657.496
Saldo
Lasten
Begroting 2010 Baten
Saldo
Acute zorg en vangnet - Acute zorg voor jeugd - Uitbraak van infectieziekten - Medisch milieukundige zorg - Openbare geestelijke gezondheidszorg / bemoeizorg - Forensische geneeskunde - Medische zorg asielzoekers - Afdeling AGZ
93.977 pm 330.086
pm 10.000
- 93.977 pm - 320.086
357.129 295.170 75.009
177.740 295.170 73.000
- 179.389 - 2.009
Advisering gemeenten / kenniscentrum OGZ - Inzicht in de gezondheidssituatie - Beleidsadvisering - Advisering gemeentelijke vergunningen - Kenniscentrum OGZ - Afdeling AGZ - Afdeling B en O
306.326 495.914
-
- 306.326 - 495.914
200.911 215.249
139.320 106.010
-61.591 - 109.239
Afdeling JGZ
TOTAAL PROGRAMMA
11.370.187
2.355.190
Programma Veiligheid Lasten Pro-actie Preventie Preparatie Repressie Nazorg
Begroting 2009 Baten
612.448 343.502 6.516.792 5.018.461 3.000
238.541 120.568 4.457.881 3.262.930 -
- 373.907 - 222.934 - 1.953.911 - 1.460.531 - 3.000
TOTAAL PROGRAMMA
12.494.203
8.054.920
- 4.014.283
13.299.459
10.208.199
-3.091.260
TOTAAL GENERAAL
23.864.390
10.410.110
- 13.029.280
37.930.677
14.181.921
-23.748.756
Gemeentelijke bijdrage Algemene bezuinigingstaakstelling Rente liquiditeiten Totaal algemene dekkingsmiddelen
12.735.680 40.000 160.600 12.936.280
23.446.156 80.000 160.600 23.686.756
Resultaat voor resultaatbestemming
- 93.000
-62.000
Begrote mutatie algemene reserve
- 93.000
- 62.000
Resultaat na resultaatbestemming
-
-
BELEIDSBEGROTING 2010
31
PARAGRAFEN
BELEIDSBEGROTING 2010
32
8.
PARAGRAFEN 8.1 Hulpverleningsdienst Fryslân bedrijfsvoering
Inleiding De Hulpverleningsdienst Fryslân gaat uit van het begrip integraal management. Dit betekent dat het management naast verantwoordelijkheid voor de inhoud van het beleid ook verantwoordelijkheid draagt voor de inzet van middelen (Personeel, Informatisering, Organisatie, Financiën, Automatisering en Huisvesting (PIOFAH)). Het management wordt daarin ondersteund door de afdeling bedrijfsvoering en door de concernstaf. In 2009 is besloten tot het aantrekken van een hoofd bedrijfsvoering. Het hoofd bedrijfsvoering stuurt de clusters P&O, Financiën, I&A en Facilitair aan. In het kader van het organisatieontwikkelingtraject van de Hulpverleningsdienst wordt in 2009 een plan opgesteld ter versterking van de bedrijfsvoering en van het integraal management. De uitgangspunten verwoord in de visie en missie van Hulpverleningsdienst Fryslân zijn leidend bij de inrichting van de bedrijfsvoering en worden gehanteerd bij het periodiek toetsen van de producten op het resultaat, de kwaliteit, doelmatigheid en het beoogd maatschappelijk effect.
8.1.1
Informatisering en Automatisering
De Hulpverleningsdienst Fryslân heeft te maken met een groot aantal ontwikkelingen op automatiseringsgebied, zoals participeren in de veiligheidsregio Fryslân, het implementeren van het Elektronisch Kinddossier (EKD), het op het HVD-netwerk aansluiten van de decentrale vestigingen jeugdgezondheidszorg (consultatiebureaus) en het verder ontwikkelen van de informatiemanagementfunctie ten behoeve van de bedrijfsvoering van Hulpverleningsdienst Fryslân. Door de integratie van JGZ in 2009 is het aantal locaties waarop de Hulpverleningsdienst haar werkzaamheden uitvoert exponentieel toegenomen. In 2009 zijn deze locaties nog aangesloten op de oude thuiszorgorganisaties. In 2009 is een begin gemaakt met het aansluiten van deze locaties op infrastructuur van de Hulpverleningsdienst. Het aan te leggen netwerk zal toekomstbestendig moeten zijn, mede gericht op het proces van regionalisering van de brandweer. In beginsel zal worden uitgegaan van zowel spraak als data over hetzelfde netwerk (Voice over IP). Als vervolg op het door Capgemini uitgevoerde onderzoek naar het functioneren van I&A zijn projecten gestart op het gebied van: De vormgeving van functioneel beheer Het implementeren van informatiemanagement Het opstellen van een beveiligingsplan Deze projecten worden in 2009 en 2010 geïmplementeerd.
Beleidsvoornemens: 1. 2. 3. 4.
Aansluiten van decentrale locaties op netwerk HVD Implementatie van het beveiligingsbeleid. Beleid informatiemanagement. Versterking functioneel beheer.
BELEIDSBEGROTING 2010
33
Beleidseffecten: • • • • •
Beleidskaders voor hard-, software, applicaties, beveiliging en beheer Een stabiele automatiseringsomgeving, Voldoen aan de beveiligingseisen ten aanzien van exclusiviteit, continuïteit, integriteit en betrouwbaarheid. Kaders voor informatiebeleid ten behoeve van het management, gemeenten en de ketenpartners Een automatiseringsinfrastructuur passend op de gestelde eisen ten aanzien van het BSN, EKD en AORTA-netwerk voor de zorg.
8.1.2
Facilitaire bedrijfsvoering en huisvesting
De Hulpverleningsdienst Fryslân is de afgelopen jaren snel gegroeid. Naast groei van het aantal medewerkers is er ook sprake van een flinke groei van het aantal locaties waar vanuit de Hulpverleningsdienst haar werkzaamheden uitvoert. Dit stelt andere eisen aan de facilitaire dienstverlening. Een servicebureau, ondersteund door een facilitair managementinformatiesysteem zal vanaf 2010 zorgen voor een adequate dienstverlening naar de diverse locaties. In 2008 is inkoopbeleid voor de Hulpverleningsdienst vastgesteld. Daarin zijn de uitgangspunten betreffende centraal en decentraal inkopen vastgelegd. Tevens is er geïnvesteerd in een inkoopapplicatie die de uitvoering van het vastgestelde inkoopbeleid moet ondersteunen. In 2009 is het inkoopbeleid geïmplementeerd. Het aantal productgroepen waarop het inkoopbeleid betrekking heeft zal in 2010 verder worden uitgebreid. Tevens zal in 2010 gewerkt worden aan het implementeren van een contractbeheersysteem voor het bewaken van de looptijden van contracten. Met betrekking tot huisvesting heeft de Hulpverleningsdienst te maken met de volgende ontwikkelingen: De groei van de organisatie sinds de oplevering van de nieuwbouw aan de Harlingertrekweg in 2003. De opzegging van de huur voor de regionale brandweer op de locatie van de Brandweer Leeuwarden aan de Aldlânsdyk. De toegenomen huisvestingsbehoefte in verband met de integrale JGZ en regionalisering van de Brandweer. Eind 2008 is na een verkennend onderzoek naar de mogelijkheden van nieuwbouw op de locatie van de Brandweer Leeuwarden gezamenlijk gebleken dat dit geen haalbare optie is. Gelet op de ontwikkelingen blijft de noodzaak om te komen tot een adequate huisvesting actueel. In 2009 is onderzoek gedaan naar de lange termijn huisvestingsbehoefte. Op korte termijn is behoefte aan extra ruimte, waarin wordt voorzien door een verbouwing van de vierde verdieping en het bijhuren van extra kantoorruimte. In 2010 zal de inrichting van het gebouw verder worden geoptimaliseerd.
Beleidsvoornemens: 5. Implementatie inkoopbeleid en procedures HVD-breed. 6. Facilitaire ondersteuning van nieuwe locaties. 7. Herinrichting huisvesting Hulpverleningsdienst Fryslân op de HTW (inclusief vestigingen integrale JGZ).
BELEIDSBEGROTING 2010
34
Beleidseffecten: Het beoogd effect is: heldere procedures, verantwoordelijkheden en bevoegdheden ten aanzien van centrale, decentrale inkoop, contractbeheer. Voor de huisvesting is het beoogde effect een (arbo-technisch) verantwoorde huisvesting voor de medewerkers van de Hulpverleningsdienst, berekend op de groei van de organisatie.
8.1.3
Personeel en Organisatie
In overleg met het management worden er jaarlijks thema’s vastgesteld voor het verder ontwikkelen van het strategisch personeelsbeleid. In onze organisatie is behoefte aan moderne managementinstrumenten die aansluiten op onze visie, missie en de personeelsmanagementtaak van de leidinggevende. In 2008 is de Hulpverleningsdienst Fryslân gestart met het project organisatievernieuwing (Bouwen op draagvlak). De motieven voor het starten van het project organisatievernieuwing liggen in het: Voldoen aan de veranderde wensen van opdrachtgevers en burgers, zoals de behoefte van opdrachtgevers aan lokaal maatwerk en dienstverlening dicht bij huis voor burgers. “huis” HVD op orde maken voor de inhuizing van integrale JGZ en eventueel de totale brandweer. Optimaliseren van de HVD-brede besturings- en beheersingsprocessen. In 2009 is de derde fase van het project afgerond. Deze fase resulteert in een een ontwerp van de vernieuwde Hulpverleningsdienst. Het jaar 2010 zal in het teken staan van het implementeren van de nieuwe organisatie en de hoofdprocessen van de Hulpverleningsdienst volgens het programma van eisen.
Beleidseffecten: Het beoogd effect is beleid en heldere procedures voor managers en medewerkers op het gebied van personeelsmanagement, arbeidsvoorwaarden, arbeidsmarktontwikkelingen en ARBO. Het project organisatie vernieuwing heeft als doel het realiseren van een organisatiestructuur voor de HVD die toekomstbestendig is.
8.1.4
Kwaliteitsbeleid en Documentaire Informatie voorziening
In 2004 zijn er in het kader van de kwaliteitsontwikkeling binnen de gezondheidszorg trajecten ingezet voor het (uniform) beschrijven van de (bedrijfs-) processen en het tot stand komen van de producten. De gehanteerde werkwijze wordt uitgevoerd aan de hand van de HKZ-methode van de GGD Nederland. De verschillende (GGD-)processen binnen de Hulpverleningsdienst zijn in 2008 HKZ-gecertificeerd. Bij de externe audits zijn aandachtspunten geconstateerd, welke door middel van verbetertrajecten moeten worden opgelost. Een voorwaarde voor het behouden van het HKZcertificaat is dat de Hulpverleningsdienst een zichtbaar proces van verbetering kent. Ten aanzien van de DIV-processen streeft de Hulpverleningsdienst naar uniformering van het documentbeheer. Hierbij zullen ook de mogelijkheden van digitale opslag van documenten voor de Hulpverleningsdienst Fryslân beoordeeld worden.
Beleidsvoornemens: 8.
Het inzetten van verbetermaatregelen om de bij de externe audits geconstateerde aandachtspunten op te lossen.
BELEIDSBEGROTING 2010
35
9.
Beleid ontwikkelen op het gebied van (digitaal) documentenbeheer.
Beleidseffecten: Het beoogd effect is dat in de in 2008 behaalde HKZ certificaten voor de verschillende onderdelen van de GGD behouden blijven. Op het gebied van documentbeheer is het beoogd beleidseffect dat de documentenstroom binnen de Hulpverleningsdienst transparant, traceerbaar en sturingsinformatie op afdelings- en organisatieniveau kan genereren.
8.2 Financiering
Inleiding Het BBV stelt een financieringsparagraaf in de begroting verplicht. Deze financieringsparagraaf vervangt de treasuryparagraaf die op grond van de Wet Financiering Decentrale Overheden (Wet FIDO) verplicht was. De Wet FIDO verplichte organisaties als de Hulpverleningsdienst Fryslân om in de begroting aandacht te besteden aan treasuryactiviteiten. De financieringsparagraaf is bedoeld om aandacht te besteden aan het risicobeheer van de financieringsportefeuille.
8.2.1
Kasgeldlimiet en renterisiconorm
Door de provincie wordt toezicht uitgeoefend op de naleving van de wettelijke eisen die voortvloeien uit de Wet FIDO. Dit toezicht richt zich met name op de naleving van artikel 4 en 6 van de wet. Kort gezegd houden deze artikelen het volgende in: • de gemiddelde netto-vlottende schuld per kwartaal overschrijdt de kasgeldlimiet niet. • het renterisico op de vaste schuld overschrijdt de renterisiconorm niet. In het treasurybesluit van de Hulpverleningsdienst Fryslân zijn bovenstaande eisen opgenomen als limieten waarbinnen de activiteiten in het kader van risicobeheer dienen plaats te vinden. Om de toezichthoudende taak te kunnen uitoefenen zijn voor de kasgeldlimiet en voor de renterisiconorm standaardoverzichten ontwikkeld (opgenomen in de Handreiking Treasury van het Ministerie van Binnenlandse Zaken). Voor de kasgeldlimiet kan het volgende overzicht worden opgesteld. Kasgeldlimiet
Begroting 2010 (Bedragen x EUR 1.000)
kw 1 Omvang begroting per 1 januari 2010 (grondslag) Toegestane kasgeldlimiet - in procenten van de grondslag - in bedrag
BELEIDSBEGROTING 2010
kw 2
kw 3
kw 4
38.236
38.236
38.236
38.236
8,2
8,2
8,2
8,2
3.135
3.135
3.135
3.135
36
Vlottende schuld Opgenomen gelden < 1 jaar Schuld in rekening-courant Gestorte gelden door derden < 1 jaar Overige geldleningen niet zijnde vaste schuld
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
0 0 0 0
Totaal vlottende schuld
0
0
0
0
Vlottende middelen Uitgeleende gelden < 1 jaar Contante gelden in kas Tegoeden in rekening-courant Overige uitstaande gelden < 1 jaar
0 1 15.180 0
0 1 15.713 0
0 1 15.613 0
0 1 16.356 0
Totaal vlottende middelen
15.181
15.714
15.614
16.357
-15.181 3.135
-15.714 3.135
-15.614 3.135
-16.357 3.135
18.316
18.849
18.749
19.492
Toets kasgeldlimiet Totaal netto vlottende schuld Toegestane kasgeldlimiet Ruimte (+) / Overschrijding (-)
Voor de renterisiconorm kan het volgende standaardoverzicht worden opgesteld. Renterisiconorm en renterisico’s van de vaste schuld (Bedragen x EUR 1.000)
2010 Budget
2011 budget
2012 budget
2013 Budget
Renterisico op vaste schuld 1a. Renteherziening op vaste schuld o/g 1b. Renteherziening op vaste schuld u/g 2. Netto renteherziening op vaste schuld (1a – 1b) 3a. Nieuw aangetrokken vaste schuld (o/g) 3b. Nieuw verstrekte lange leningen (u/g) 4. Netto nieuw aangetrokken vaste schuld (3a - 3b) 5. Betaalde aflossingen 6. Herfinanciering (laagste van 4 en 5) 7. Renterisico op vaste schuld (2 + 6)
0 0 0 2.200 0 2.200 477 477 477
0 0 0 0 0 0 489 0 0
0 0 0 0 0 0 502 0 0
0 0 0 0 0 0 515 0 0
Renterisiconorm 8. Stand van de vaste schuld per 1 januari 9. Het bij ministeriële regeling vastgestelde percentage 10. Renterisiconorm
7.521 20% 2.500
9.044 20% 2.500
8.555 20% 2.500
9.066 20% 2.500
Toets Renterisiconorm 10. Renterisiconorm 7. Renterisico op vaste schuld 11. Ruimte(+) / Overschrijding(-) (10 - 7)
2.500 0 2.023
2.500 0 2.500
2.500 0 2.500
2.500 0 2.500
BELEIDSBEGROTING 2010
37
8.2.2
Intern liquiditeitsbeheer
De Hulpverleningsdienst Fryslân is ontstaan uit een fusie tussen de GGD Fryslân en de Regionale Brandweer Fryslân. Deze beide organisaties hebben in het verleden altijd te maken gehad met liquiditeitsoverschotten. In haar eerste bestaansjaren heeft de Hulpverleningsdienst Fryslân ook te maken gehad met liquiditeitsoverschotten. Aangezien er geen activiteiten, die een groot beslag op liquide middelen zullen leggen, zijn gepland in 2010, is het de verwachting dat er ook in 2010 sprake zal zijn van liquiditeitsoverschotten. De verwachting dat er in 2010 sprake zal zijn van liquiditeitsoverschotten komt ook tot uitdrukking in de ruimte ten opzichte van de kasgeldlimiet. Deze ruimte bedraagt naar verwachting ruim € 18 miljoen gemiddeld voor het jaar 2010. Het liquiditeitsbeheer in 2010 zal dan ook gericht zijn op het genereren van renteopbrengsten met de liquiditeitsoverschotten.
BELEIDSBEGROTING 2010
38
8.2.3
Financiële structuur
De wijze van financieren van investeringen vindt in belangrijke mate plaats door langlopende leningen. Dit hangt met name samen met de financiering van het kantoorgebouw aan de Harlingertrekweg. De omvang van de leningen en de looptijd is afgestemd op het gemiddeld geïnvesteerde vermogen dat samenhangt met de bouw van het kantoorgebouw. Voor de overige investeringen geldt dat deze hoofdzakelijk met eigen middelen (kortlopend) worden gefinancierd. De omvang van de investeringen waarmee in de begroting 2010 rekening is gehouden, is dusdanig dat hiervoor waarschijnlijk geen nieuwe langlopende leningen behoeven te worden aangetrokken. Voor de investeringen die in 2010 zullen worden gepleegd zal dan ook zoveel mogelijk gelden dat deze met eigen middelen worden gefinancierd. De financiële structuur van de Hulpverleningsdienst Fryslân zal dan ook geen belangrijke wijzigingen ondergaan in 2010 ten opzichte van 2009. Afgezien van het kantoorgebouw aan de Harlingertrekweg heeft de Hulpverleningsdienst Fryslân het merendeel van de overige investeringen met eigen middelen (kortlopend) gefinancierd. Op termijn kan deze wijze van financieren nadelige gevolgen hebben voor de liquiditeitspositie van de Hulpverleningsdienst Fryslân. In verband hiermee is in de begroting 2010 toch een nog aan te trekken lening opgenomen. De Hulpverleningsdienst Fryslân houdt hierdoor rekening met een eventuele herfinanciering van de in het verleden met eigen middelen gefinancierde investeringen.
8.2.4
Organisatie en informatievoorziening
Ten aanzien van de organisatie van de treasuryfunctie zijn in 2010 geen belangrijke ontwikkelingen te onderkennen. Het treasurybesluit van de Hulpverleningsdienst Fryslân is vastgesteld begin 2007. De nadere uitwerking van dit besluit voor zover noodzakelijk in richtlijnen, procedures en te verstrekken informatie heeft reeds plaatsgevonden. Voor 2010 zal dus sprake zijn van een bestendiging van de bestaande organisatie ten aanzien van treasuryactiviteiten.
Leningenportefeuille De leningenportefeuille van de Hulpverleningsdienst Fryslân bestaat uit een drietal vaste geldleningen. Daarnaast is in de begroting 2010 rekening gehouden met een nog aan te trekken lening. Het verloop van deze opgenomen vaste geldleningen en de nog aan te trekken lening in 2010 kan als volgt worden weergegeven (prognose).
(bedragen in hele euro’s)
BNG I
Saldo per 1 januari 2010
Lening BNG II BNG III
Totaal Nog aan te trekken lening
4.712.245
2.355.361
453.780
-
7.721.386
Opgenomen leningen in 2010 Aflossingen in 2010
-56.512
- 220.205
-
2.200.000 - 220.000
2.200.000 - 496.717
Saldo per 31 december 2010
4.655.733
2.135.156
453.780
1.980.000
9.224.669
BELEIDSBEGROTING 2010
39
De leningen bij de BNG I en BNG II zijn door de GGD afgesloten ten behoeve van de financiering van het kantoorgebouw aan de Harlingertrekweg. De looptijd en de omvang van deze leningen zijn afgestemd op het geïnvesteerd vermogen, dat samenhangt met de investeringen in het nieuwe kantoorgebouw. De derde lening bij de BNG is door de Regionale Brandweer aangetrokken ter financiering van het langdurig vastgelegde vermogen in het wagenpark van de brandweer. De nog aan te trekken lening betreft de eventueel benodigde herfinanciering van in het verleden met kortlopende middelen gefinancierde investeringen. De algemene gegevens met betrekking tot de leningen zijn: Lening BNG I
Hoofdsom lening Looptijd lening Rentevast periode Jaar laatste aflossing Rentepercentage Soort lening Gestelde zekerheden
€
5.000.000 40 jaar 30 jaar 2043 4,9 % Annuïtair geen
BNG II
€
3.500.000 15 jaar 15 jaar 2018 4,26 % Annuïtair geen
BNG III
€
453.780 10 jaar 10 jaar 2010 6,10 % Aflossingsvrij Geen
Nog aan te trekken €
2.200.000 10 jaar 2019 5,00 % Lineair -
Gezien de rentevast periode van de beide leningen loopt de Hulpverleningsdienst Fryslân geen renterisico over deze leningen.
BELEIDSBEGROTING 2010
40
8.3 Weerstandsvermogen
In het BBV wordt het weerstandsvermogen omschreven als de relatie tussen de weerstandscapaciteit van de organisatie en de risico’s waarvoor geen voorzieningen zijn getroffen. Het weerstandsvermogen kan ook worden omschreven als de mate waarin de organisatie in staat is om omvangrijke tegenvallers op te vangen, zonder dat het beleid behoeft te worden aangepast. De weerstandscapaciteit dient dus om de continuïteit van de organisatie te waarborgen. Bij de Hulpverleningsdienst Fryslân wordt de weerstandscapaciteit gevormd door de “Algemene reserve”, de “Voorziening BDUR” en de “Voorzieningen CPA”. Het verloop van deze reserve en voorzieningen kan als volgt worden weergegeven (prognose op basis van begroting 2009 en 2010):
Algemene reserve Voorziening BDUR Voorzieningen CPA Totaal
01-01-2009 1.192.274 1.657.034 598.370
Stand per 01-01-2010 1.589.470 1.533.454 598.370
31-12-2010 1.030.274 1.463.454 598.730
3.447.678
3.721.294
3.092.458
Algemene reserve De algemene reserve is bedoeld voor het opvangen van fluctuaties in de exploitatie van de Hulpverleningsdienst Fryslân.
Voorziening BDUR De voorziening BDUR is opgebouwd uit niet bestede rijksbijdragen die de Hulpverleningsdienst Fryslân ontvangt op grond van het Besluit Doeluitkering Bestrijding van Rampen en Zware Ongevallen (BDUR). Indien in een bepaald jaar de kosten van de activiteiten in het kader van rampen- en crisisbeheersing hoger zijn dan de toegekende bijdrage, dan dient het verschil aan de voorziening te worden onttrokken.
Voorziening CPA De component “Voorzieningen CPA” betreft in hoofdzaak de zogenoemde Reserve Aanvaardbare Kosten van de CPA Friesland. Voor het uitvoeren van de taken van de meldkamer ambulancezorg wordt door de zorgverzekeraars op basis van beleidsregels van de Nederlandse Zorgautoriteit een budget beschikbaar gesteld: het wettelijk budget aanvaardbare kosten. De werkelijke kosten voor het uitvoeren van de taken van de meldkamer moeten uit dit budget worden gedekt. Als de werkelijke kosten lager zijn dan het toegestane wettelijke budget aanvaardbare kosten, dan dient het verschil te worden toegevoegd aan de voorziening. Eventuele tekorten dienen aan deze voorziening te worden onttrokken. Tot op heden geldt dat er nog geen sprake is van vermogensnormering voor centrale posten ambulancevervoer. De RAK is derhalve nog niet gebonden aan een maximale omvang.
BELEIDSBEGROTING 2010
41
8.3.1
Risico’s
Begin 2007 heeft het management van de Hulpverleningsdienst Fryslân onder externe begeleiding een risico workshop gehouden. Tijdens deze workshop zijn de belangrijkste risico’s waarmee de Hulpverleningsdienst te maken heeft in kaart gebracht. De geïdentificeerde risico’s kunnen worden ondergebracht in de volgende categorieën: • normale bedrijfsvoeringsrisico’s; • risico’s die gedekt behoren te worden vanuit het weerstandsvermogen; • beleidswijzigingen die tot structurele aanpassingen in de financiering kunnen leiden. Een nadere beschouwing van de geïdentificeerde risico’s heeft geleid tot een inschatting van het noodzakelijk weerstandsvermogen om deze risico’s te kunnen opvangen. De risico’s die gekwantificeerd zijn hebben betrekking op de ontwikkelingen in de markt (met name de uitvoering van plustaken), de competenties van medewerkers en de rechtspositie van de medewerkers. Een belangrijk gegeven bij de kwantificering van deze risico’s is het feit dat de Hulpverleningsdienst Fryslân voor de WW eigen risicodrager is. Dit betekent dat de ww-uitkeringen van ontslagen personeel uiteindelijk door de Hulpverleningsdienst Fryslân worden betaald. Voor de uitvoering van plustaken geldt dat de GGD te maken heeft met toenemende concurrentie. Deze concurrentie speelt met name op het gebied van de sociaal medische advisering. Op grond van de marktontwikkelingen en het ontbreken van een duidelijk verband tussen de sociaal medische advisering en de wettelijke taken van de GGD, heeft de GGD besloten om de sociaal medische advisering af te bouwen. Voor de afbouw van dit taakgebied en de daarmee samenhangende personele frictie is een bedrag gemoeid van naar schatting € 470.000. De verwachting is dat toekomstige marktontwikkelingen steeds vaker aanpassingen van de competenties van personeel zullen vereisen. In hoeverre de competenties van het huidige personeel steeds aangepast kunnen worden aan de nieuwe vereisten is de vraag. Naar aanleiding van de risico workshop is gesteld dat mogelijk 10 % van het personeelsbestand zich de nieuwe competenties niet eigen zal kunnen maken. Hierdoor kan de situatie ontstaan dat personeel noodgedwongen dient af te vloeien. De hiermee samenhangende kosten van personele frictie worden geschat op € 1.160.000. Op basis van de tijdens de risico workshop geïdentificeerde risico’s is de omvang van het noodzakelijke weerstandsvermogen bepaald op € 1.630.000.
8.3.2
Beleid weerstandsvermogen
Algemene reserve De uitkomsten van de risico workshop, de kwantificering van de geïdentificeerde risico’s en de noodzakelijke omvang van het weerstandsvermogen zijn vastgelegd in de notitie weerstandsvermogen. De notitie weerstandsvermogen is besproken in het Dagelijks Bestuur van de Hulpverleningsdienst Fryslân. Het Dagelijks Bestuur heeft besloten om het weerstandsvermogen vast te stellen op maximaal € 1.630.000 met een minimum van € 1.218.000. Op basis van positieve exploitatieresultaten in de toekomst zal het noodzakelijk weerstandsvermogen moeten worden opgebouwd. De begrote onttrekkingen in 2009 en 2010 aan de algemene reserve hebben betrekking op: Het opvangen van de teruggang van de sociaal medische advisering, hetgeen een daling van de opbrengsten betekent (€ 93.000 in 2009 en € 62.000,-- in 2010).
BELEIDSBEGROTING 2010
42
Naast deze begrote onttrekkingen is er ook sprake van een begrote toevoeging (van € 75.000) aan de algemene reserve. Het bestuur heeft besloten om de kosten van het digitaliseren van de papieren dossiers te dekken uit deze begrote toevoeging aan de algemene reserve. Bij de harmonisatie van de afschrijvingssystemen heeft het bestuur besloten dat dit niet mag leiden tot een verhoging van de gemeentelijke bijdrage. Voor 2008 worden de financiële gevolgen opgevangen door een onttrekking aan de algemene reserve. Vanaf 2009 is de dekking voor de gestegen kosten gevonden door het verlagen van de investeringsbegroting. De dekking van het vervallen van de opbrengsten sociaal medische advisering is opgenomen in het meerjarenplan van de Hulpverleningsdienst Fryslân. In het meerjarenplan is een geleidelijke verhoging van de algemene bijdrage opgenomen om deze daling van de opbrengsten te dekken. Zoals blijkt uit het overzicht van het weerstandsvermogen daalt de omvang van de algemene reserve in 2010 onder het door het bestuur vastgestelde minimumniveau. In verband hiermee en gelet op de risico’s waarvoor het weerstandsvermogen is gevormd, is het niet de verwachting dat de daling van de algemene reserve tot problemen zal leiden. Een extra storting in de algemene reserve ten behoeve van het opbouwen van het weerstandsvermogen is dan ook niet noodzakelijk. Wel is er sprake van een toegenomen kans op het zich voordoen van personele risico’s. De overgang van de jeugdgezondheidszorg 0-4 jarigen van de thuiszorg naar de Hulpverleningsdienst is hiervan de belangrijkste oorzaak. De door het bestuur in 2007 vastgestelde omvang van het weerstandsvermogen zal in dit kader dan ook moeten worden heroverwogen. Bovendien geldt dat voor de te verwachten incidentele kosten van de implementatie van integrale JGZ een bestemmingsreserve is gevormd. Om in de toekomst tot opbouw van het weerstandsvermogen te komen is het noodzakelijk dat de begrote toevoeging aan de algemene reserve in stand blijft..
Voorziening BDUR Mede naar aanleiding van de uitkomsten van de Algemene Doorlichting Rampenbestrijding zijn een aantal aandachtspunten geconstateerd. Het bestuur van de GGD Fryslân heeft destijds besloten om de volgende aandachtspunten aan te pakken: • 2e Officier van Dienst Geneeskundig; • invulling werkzaamheden risicocommunicatie. Het Algemeen Bestuur van de GGD heeft toen eveneens besloten dat de met deze punten samenhangende kosten vooralsnog niet structureel in de begroting van de GGD/GHOR worden opgenomen. De dekking voor deze kosten diende plaats te vinden door middel van een onttrekking aan de voorziening BDUR. De structurele dekking voor deze kosten dient binnen de begroting van de Hulpverleningsdienst gevonden te worden. In het meerjarenplan is de structurele dekking van deze kosten verwerkt. Naast deze twee punten is in de begroting 2008 rekening gehouden met een onttrekking aan de voorziening in verband met de verlaging van de BDUR uitkering. Het bestuur heeft besloten om deze verlaging uit de voorziening te dekken. Reden hiervoor was het feit dat de verdeling van BDUR middelen over de verschillende regio’s zou worden herzien. Inmiddels zijn de uitkomsten van deze herverdeling bekend. Voor de Hulpverleningsdienst Fryslân heeft de herverdeling van de BDUR middelen een positief effect. In het meerjarenplan is met ingang van 2009 rekening gehouden met dit positieve effect. In 2006 hebben de regionaal colleges van Politie, de regionale besturen van de Brandweer en van de GGD/GHOR en de RAV-directies in Drenthe, Fryslân en Groningen besloten om toe te werken naar de realisatie van een Meldkamer Noord Nederland (MkNN). Vervolgens hebben de
BELEIDSBEGROTING 2010
43
verschillende besturen in 2007 het project MkNN formeel in werking gesteld. Doelstelling van het project MkNN is de ontwikkeling en realisatie van de Meldkamer Noord Nederland te Drachten. Voor het project MkNN geldt dat alle deelnemers voor deelname aan de verschillende projectgroepen personeel beschikbaar moeten stellen. De beschikbaarheid van voldoende personeel voor deelname aan de projectgroepen is een kritische succesfactor voor de realisatie van de MkNN. Teneinde de benodigde ondersteuning aan het project MkNN te kunnen leveren, is het noodzakelijk dat de Brandweer Fryslân en de GHOR tijdelijk beschikt over extra formatie. De onttrekking in 2010 aan de voorziening BDUR heeft betrekking op de tijdelijke inzet voor het project MkNN. Het bestuur van de Hulpverleningsdienst Fryslân heeft nog geen besluit genomen over de minimale omvang van de voorziening BDUR.
Voorziening CPA De voorziening CPA, zoals opgenomen in de jaarrekening van de Hulpverleningsdienst Fryslân, is opgebouwd uit de volgende specifieke componenten (stand per 1-1-2009): Reserve Aanvaardbare Kosten Bestemmingsreserve kwaliteit MKF Egalisatierekening afschrijvingen
186.589 12.169 399.612
Totaal (voorzieningen CPA)
598.370
Alleen de component “Reserve Aanvaarbare Kosten” is daadwerkelijk bedoeld voor het opvangen van fluctuaties in de reguliere exploitatie van de CPA Friesland. De overige twee componenten moeten worden aangewend voor specifieke doeleinden. Voor de CPA Friesland geldt als belangrijkste financiële risico de realisatie van de Meldkamer Noord Nederland. De Meldkamer Noord Nederland is een meldkamer voor politie, brandweer en ambulancezorg voor Noord Nederland. De realisatie van deze meldkamer leidt tot incidentele projectkosten en frictiekosten in verband met het opheffen van de bestaande meldkamers. De projectkosten in het kader van het project bedragen ongeveer € 200.000 voor de CPA Friesland. In 2007 en 2008 heeft de Hulpverleningsdienst Fryslân reeds een bedrag van ongeveer € 110.0 000 aan projectkosten betaald. De frictiekosten zijn voorlopig berekend op ongeveer € 2,1 miljoen. Voor de CPA Friesland komt dit neer op een kostencomponent van €125.000 aan frictiekosten. Zowel de projectkosten als de frictiekosten zullen gedekt dienen te worden binnen het CPA budget en de reserve aanvaardbare kosten. Binnen het reguliere CPA budget is geen ruimte aanwezig voor het dekken van deze incidentele kosten. Dit betekent dat de incidentele kosten uit de reserve aanvaardbare kosten gedekt moeten worden. Het gevolg hiervan zal zijn dat de reserve aanvaardbare kosten nagenoeg volledig uitgeput zal zijn. De Hulpverleningsdienst Fryslân voert momenteel overleg met de zorgverzekeraars voor het verkrijgen van aanvullende financiering voor de incidentele kosten.
BELEIDSBEGROTING 2010
44
8.4 Onderhoud kapitaalgoederen
Inleiding Bij de fusie van de drie GGD-organisaties in juni 1999 is Leeuwarden gekozen als vestigingsplaats voor de nieuwe GGD Fryslân met daarnaast steunpunten in Drachten en Sneek. Nagenoeg gelijk vanaf het moment van fusie moest er in Leeuwarden gewerkt worden vanuit twee locaties. De locatie aan de Lange Marktstraat bleek namelijk niet groot genoeg om al het personeel van de GGD Fryslân te huisvesten. Na de fusie bleek dat het werken vanuit twee locaties in Leeuwarden een efficiënte uitvoering van de taken belemmerde. De GGD Fryslân is dan ook kort na de fusie gestart met het onderzoeken van de mogelijkheden om te komen tot een passende huisvesting voor de GGD. Uit het uitgevoerde onderzoek is gebleken dat nieuwbouw in Leeuwarden het beste alternatief was, welke op termijn zou leiden tot een lagere huisvestingslast voor de GGD. Op grond van het onderzoek heeft het bestuur van de GGD Fryslân in 2002 besloten tot realisatie van een nieuw kantoorgebouw aan de Harlingertrekweg te Leeuwarden. De nieuwbouw is in september 2003 door de projectontwikkelaar opgeleverd aan de GGD. Bij de fusie van de GGD Fryslân en de Regionale Brandweer Fryslân is het kantoorgebouw aan de Harlingertrekweg overgedragen aan de nieuwe organisatie de Hulpverleningsdienst Fryslân. Het kantoorgebouw aan de Harlingertrekweg is tegenwoordig de hoofdlocatie van de Hulpverleningsdienst Fryslân. Op deze locatie zijn naast de afdelingen van de voormalige GGD Fryslân ook de directie en de ondersteunende afdelingen gevestigd.
8.4.1
Kantoorgebouw Harlingertrekweg
De Hulpverleningsdienst Fryslân heeft het kantoorgebouw aan de Harlingertrekweg te Leeuwarden in eigendom. Het feit dat de Hulpverleningsdienst Fryslân eigenaar is betekent tevens dat de HVD verantwoordelijk is voor het onderhoud van het gebouw. Door het externe bureau dat de nieuwbouw heeft begeleid is destijds in samenspraak met de GGD een meerjarenonderhoudsplan opgesteld voor het kantoorgebouw. Voor de verschillende installaties in het kantoorgebouw aan de Harlingertrekweg zijn onderhoudsovereenkomsten afgesloten. Bij de in 2003 opgestelde meerjarenonderhoudsplanning is nog geen rekening gehouden met het afsluiten van deze onderhoudsovereenkomsten. In de loop van 2009 zal het meerjarenonderhoudsplan geactualiseerd worden. Hierbij zal onder meer rekening gehouden worden met de effecten van de afgesloten onderhoudscontracten op het uit te voeren onderhoud en de uitbreiding van de hulpverleningsdienst
8.4.2
Financiële consequenties
De financiële consequenties van het in eigen beheer hebben van het gebouw betreffen enerzijds afschrijvingskosten en anderzijds onderhoudskosten. Tussen beiden bestaat een relatie: naarmate de afschrijvingstermijn wordt verlengd dalen de afschrijvingskosten, maar zullen de onderhoudskosten toenemen.
BELEIDSBEGROTING 2010
45
In de begroting van de Hulpverleningsdienst Fryslân zijn de afschrijvingen opgenomen op basis van lineaire en annuïtaire afschrijving. De afschrijvingstermijnen zijn hierbij gebaseerd op de verwachte economische levensduur. De afschrijvingskosten maken het op termijn mogelijk om de installaties en dergelijk te vervangen. Zoals gezegd is voor het kantoorgebouw een meerjarenonderhoudsplan opgesteld. In dit plan zijn tevens de onderhoudskosten samenhangend met het instandhouden van het gebouw in kaart gebracht. Volgens het meerjarenonderhoudsplan bedragen de onderhoudskosten in de eerste twintig jaren gemiddeld € 41.000 per jaar. In de daarop volgende jaren zullen de onderhoudskosten stijgen naar gemiddeld € 48.000 per jaar. Bij de berekening van de gemiddelde onderhoudskosten per jaar is geen rekening gehouden met de gevolgen van inflatie.
8.4.3
Onderhoudsvoorziening
De Hulpverleningsdienst Fryslân vormt voor groot onderhoud aan het kantoorgebouw een onderhoudsvoorziening. Aan de vorming van de onderhoudsvoorziening ligt het meerjarenonderhoudsplan ten grondslag. De dotatie aan de voorziening is gesteld op € 55.000 per jaar. Deze dotatie is gebaseerd op de gemiddelde jaarlijkse onderhoudskosten volgens het meerjarenonderhoudsplan, waarbij in beperkte mate rekening is gehouden met inflatie. De afgelopen jaren zijn de kosten in de bouw aanzienlijk gestegen. De in de begroting van de Hulpverleningsdienst Fryslân opgenomen dotatie aan de voorziening houdt slechts in beperkte mate rekening met indexering van bouwkosten. Bij de actualisatie van het meerjarenonderhoudsplan zal rekening gehouden worden met de gestegen bouwkosten. Dit kan er toe leiden dat de dotatie aan de onderhoudsvoorziening moet worden verhoogd. Het verloop van de onderhoudsvoorziening kan als volgt worden weergegeven. Stand per 01-01-2009 Onttrekking 2009 Dotatie 2009 Stand per 01-01-2009 Onttrekking 2010 Dotatie 2010 Stand per 31-12-2010
275.000 -48.800 55.000 281.200 - 40.800 55.000 295.400
De onderhoudswerkzaamheden in 2009 en 2010 hebben in hoofdlijnen betrekking op: - schilderwerk: De fietsenstalling op het parkeerterrein dient volgens de planning in 2009 opnieuw geschilderd te worden. - vaste inrichting: In 2009 en 2010 zijn in ieder jaar herstelwerkzaamheden aan de afwerking van de binnenwanden van kantoorgebouw gepland. - installaties: Voor de verschillende elektrotechnische installaties, zoals de klimaatregeling, de luchtbehandeling, etc. zijn in 2009 en 2010 herstelwerkzaamheden gepland. De in tabel vermelde kosten wijken af van de kosten die in het meerjarenonderhoudsplan van Draaijer & Partners zijn vermeld. Oorzaak hiervan is het feit dat in het plan van Draaijer & Partners geen rekening gehouden is met indexering van de onderhoudskosten. Gelet op de sterke stijging van de bouwkosten in de afgelopen jaren zijn de in het plan vermelde kosten niet meer realistisch. In bovenstaande opstelling van de kosten is rekening gehouden met een indexering van 7%.
BELEIDSBEGROTING 2010
46
Gelet op de kosten van het geplande onderhoud de komende jaren wordt de omvang van de voorziening voldoende geacht. Een aanpassing van de dotatie aan de voorziening is vooralsnog dan ook niet nodig.
BELEIDSBEGROTING 2010
47
BIJLAGE
BELEIDSBEGROTING 2010
48
Bijlage I Verdeling Algemene bijdrage In onderstaande tabel is de verdeling van de algemene bijdrage per gemeente en over de onderdelen Gezondheid en Veiligheid weergegeven. Gemeenten
Inwoners 1-1-2009
Bijdrage Gezondheid
Bijdrage Veiligheid
Achtkarspelen Ameland Het Bildt Boarnsterhim Bolsward Dantumadeel Dongeradeel Ferwerderadeel Franekeradeel Gaasterlân-Sleat Harlingen Heerenveen Kollumerland c.a Leeuwarden Leeuwarderadeel Lemsterland Littenseradiel Menaldumadeel Nijefurd Ooststellingwerf Opsterland Schiermonnikoog Skarsterlân Smallingerland Sneek Terschelling Tytsjerksteradiel Vlieland Weststellingwerf Wûnseradiel
28.132 3.466 10.902 19.310 9.820 19.369 24.710 8.828 20.590 10.274 15.694 43.318 13.053 93.601 10.362 13.608 10.936 13.708 10.955 26.284 29.796 944 27.168 55.213 33.257 4.739 32.257 1.146 25.784 11.838
€ 898.142 110.656 348.057 616.491 313.513 618.375 788.892 281.843 657.356 328.008 501.047 1.382.971 416.730 2.988.306 330.817 434.449 349.143 437.642 349.749 839.143 951.267 30.138 867.366 1.762.730 1.061.763 151.297 1.029.837 36.587 823.180 377.940
€ 124.313 15.316 48.175 85.330 43.394 85.590 109.192 39.010 90.986 45.400 69.351 191.419 57.680 413.617 45.789 60.133 48.325 60.575 48.409 116.147 131.667 4.171 120.054 243.983 146.961 20.941 142.542 5.064 113.938 52.311
Totaal bijdrage 2010 € 1.022.456 125.972 396.233 701.821 356.907 703.965 898.083 320.853 748.342 373.408 570.397 1.574.390 474.410 3.401.923 376.606 494.582 397.468 498.216 398.159 955.290 1.082.934 34.310 987.419 2.006.713 1.208.724 172.239 1.172.379 41.651 937.118 430.251
Totaal bijdrage 2009 € 995.580 122.458 387.542 683.533 345.222 688.070 875.429 314.315 728.298 361.845 551.647 1.522.239 463.640 3.290.882 368.048 476.116 385.876 485.863 391.441 935.361 1.053.778 33.707 960.987 1.948.060 1.177.903 166.373 1.142.742 40.016 909.948 420.363
Wymbritseradiel
16.039
512.061
70.875
582.936
569.758
645.101
20.595.496
2.850.659
23.446.156
22.797.038
De inwonertallen per 1 januari 2009 zijn verstrekt door de Provincie Fryslân. De bijdrage “Gezondheid” betreft de bijdrage aan de GGD taken. Voor de bijdrage "Veiligheid" geldt dat deze betrekking heeft op de taken van de regionale brandweer en van de GHOR.
BELEIDSBEGROTING 2010
49