VLAAMSE GEMEENSCHAP
AMV/00022579/1001
BESLUIT VAN DE LEEFMILIEU EN INGEDIEND DOOR EXPLOITANT VAN STREKKENDE TOT 5.33.0.3, §2 EN
De Vlaamse en Natuur,
VLAAMSE MINISTER VAN OPENBARE WERKEN, ENERGIE, NATUUR, HOUDENDE UITSPRAAK OVER EEN AANVRAAG DE NV VITRA, GULKENRODESTRAAT 4, 2160 WOMMELGEM, EEN DRUKKERIJ, GELEGEN OP HETZELFDE ADRES, HET BEKOMEN VAN EEN AFWIJKING VAN ARTIKEL §3 VAN TITEL 11 VAN HET VLAREM.
minister
van
Openbare
Werken,
Energie,
Leefmilieu
Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals gewijzigd bij de decreten van 7 februari 1990, 12 december 1990, 21 december 1990, 22 december 1993, 21 december 1994, 8 juli 1996, 21 oktober 1997, 18 mei 1999, 3 maart 2000, 9 maart 2001, 21 december 2001, 18 december 2002, 16 januari 2004, 6 februari 2004 en 26 maart 2004;
Gelet op het besluit van 6 februari 1991 van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende de Milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd bij beslui ten van de Vlaamse Regering en bij het decreet van 18 mei 1999;
Gelet op het besluit van 1 juni 1995 van de Vlaamse Regering houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne; zoals herhaaldelijk gewijzigd bij besluiten van de Vlaamse Regering;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 27 juli 2004 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering, zoals gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 15 oktober 2004;
2 -
AMV /0225 79/1001
Gelet op de aanvraag op 10 januari 2005 ingediend door de nv Vitra, Gulkenrodestraat 4, 2160 Wommelgem, exploitant van een drukkerij, gelegen op hetzelfde adres, kadastrale percelen, afdeling 1, sectie D, perceelnummer 17/14, strekkende tot het bekomen van een afwij king van de volgende bepalingen van ti tel II van het VLAREM: artikel 5.33.0.3. "Brandvoorkoming en -bestrijding §2. Leidingen met brandbare gassen of ontvlambare vloeistoffen zijn in lokalen waarin papier wordt opgeslagen, alsmede in de muren, de zoldering en de vloer ervan verboden. §3. Het opslaan van andere brandbare, van ontvlambare of ontplofbare stoffen in lokalen waarin papier wordt opgeslagen is verboden.";
Gelet op het feit dat de aanvrager-exploitant de voormelde afwijkingsaanvraag motiveert door de volgende technische redenen: het is een bestaand magaz~Jn dat bestaat uit één grote hal, waarvoor een bouwvergunning werd verleend in 1972 en dat werd overgekocht door de nv Vitra in 2001; de aanpassingswerken die noodzakelijk zouden zijn om aan bovenvermelde bepalingen te voldoen (aparte ruimte bouwen voor het papier, leiding verplaatsen, ... ) zou een grote investering zijn die ons inziens niet in verhouding staat met de verhoging van de brandveiligheid; het verplaatsen van de opslag van het karton naar een productiehal zou niet verstandig zijn, aangezien een aanzienlijke brandlast opgeslagen zou worden in ruimte waar solventen worden gebruikt en waar bijgevolg het brandrisico groter is dan in het magazijn; het is ons niet duidelijk in welke mate het apart stockeren van karton in een apart lokaal, meer bescherming biedt dan het stockeren van karton ruimtelijk gescheiden van de kunststoffen en omgeven door niet-brandbare stoffen; de aanvrager-exploitant stelt in z~Jn voormelde afwijkingsaanvraag volgende maatregelen voor die van aard zouden moeten zijn gelijkwaardige waarborgen te bieden voor de bescherming van de mens en van het leefmilieu als de milieuvoorwaarden waarvan gevraagd wordt te mogen afwijken: in het volledig bedrijf geldt een algemeen rookverbod; de kunststoffen en het karton worden ruimtelij k gescheiden opgeslagen in het magazijn, zoals aangegeven op het plan in bijlage II;
3 -
AMV/022579/l00l
de sn~J - en inpakafdeling werd in een aparte ruimte ondergebracht, evenals de batterij laders voor de heftrucks. Bijgevolg vinden in het betrokken gedeelte van het magazijn enkel logistieke activiteiten plaats; de gasleiding bevindt zich ter hoogte van het dak en is bijgevolg niet blootgesteld bij aanrijding en dergelijke door bijvoorbeeld heftrucks; de gasleiding bestaat uit één leiding zonder aftakkingen. De aansluiting aan de afvoerzijde bevindt zich in het lokaal met centrale verwarming in een apart lokaal binnen de snij- en inpakafdeling; de aansluiting aan de aanvoerzijde bevindt zich in de gascabine buiten de gebouwen; er is geen opslag van solventen, olieproducten of andere brandbare of ontvlambare vloeistoffen in het magazijn; de elektrische installaties worden regelmatig gekeurd door AIB-Vinçotte; de verwarming van het magaz~Jn gebeurt door middel van toestellen die geen vlam of gloeiend oppervlak vertonen (warm watercircuit) . De brander hiervoor staat apart in een stooklokaal; onderhoudswerkzaamheden in het magazijn z~Jn zeldzaam en er wordt steeds met vuurvergunning gewerkt. Aannemers worden op voorhand ingelicht over milieu- en veiligheidsrichtlijnen; jaarlijks is er minimum 1 evacuatie-oefening, waarvan verslag wordt opgesteld en op basis van dewelke corrigerende acties kunnen volgen; blusapparaten zijn voorzien in overleg met de brandweer en de verzekeraar. Deze blustoestellen worden tenminste jaarlij ks op hun goede werking gecontroleerd door de leverancier of een bevoegd deskundige. De attesten met datum en uitslag van deze controle worden ter inzage gehouden van de toezichthoudende ambtenaar; het volledige magazijn is voorzien van een sprinklerinstallatie. Op dit ogenblik wordt hiervoor een ondergrondse sprinklertank aangelegd. De sprinklerinstallatie is gekoppeld aan een brandmeldingssysteem. Wekelijks wordt de sprinklerinstallatie getest; het stooklokaal is voorzien van een gasdetectiesysteem dat indien nodig - de gastoevoer automatisch afsluit; het bedrijf beschikt over een l"to interventieploeg. De leden van de l"to interventieploeg worden op regelmatige basis getraind op onder andere de werking sprinkler (intern) en praktisch blussen (firma Ansul NV); samen met de brandweer werd een interventiedossier opgesteld; bijkomend maakt de aanvrager-exploitant volgende overwegingen: de hoeveelheden papier en karton in het magazijn (60 ton aangevraagd) is beperkt ten overstaan van de hoeveelheid ton aangevraagd) . De supplementaire kunststof (900
4 -
AMV /022579/1001
brandrisico' s door het gezamenlij k stockeren van het papier en karton met de kunststoffen zijn bijgevolg beperkt; een niet onaanzienlij k deel van de opgeslagen rollen kunststof bestaat reeds uit een kartonnen kern (als verpakkingsmateriaal). Deze kartonnen kernen maken deel uit van de geleverde grondstof of het te leveren eindproduct, en kunnen dus niet apart worden gestockeerd. In het licht hiervan lijkt een aparte opslag van de relatief kleine kartonhoeveelheid zeer relatief als maatregel om brandgevaar te beperken;
Gelet op de volgende lopende vergunningen van toepassing op de hoger vermelde inrichting: Overheid 11 )
Referentie
Datum besluit
Vervaldatum
Voorwerp
MB BD BD
11.581/c 2152.983 f2 MLAVl/00-217
1210211978 12/10/2000
20.01.2006 20.01.2006
Grondwaterwinning Basisvergunning Wijziging en uitbreiding
(1)
ED
MB
-
Bestend~ge Deputat~e
van de
prov~nc~eraad
: besluit bevoegde Vlaamse minister
Gelet op het voorwaardelijk deels gunstige en deels ongunstige advies van 17 februari 2005 en het aanvullend voorwaardelij k gunstige advies van 7 april 2005 van de afdeling Milieuvergunningen van de administratie Milieu-, Natuur-, Land- en Waterbeheer van het departement Leefmilieu en Infrastructuur;
Gelet op het voorwaardelijk gunstige advies van 11 april 2005 van de Gewestelijke Milieuvergunningscommissie;
Overwegende dat de hoofdactiviteit van de nv Vitra bestaat uit het bedrukken van flexibele folies; dat het productieproces van de drukkerij van de nv Vitra is onder te verdelen in 4 fasen: de prepress, de drukvoorbereiding, het drukproces en de afwerking;
Overwegende dat de exploitant in de loop van 2005 een hervergunningsaanvraag zal indienen; dat, aangezien er een gasleiding loopt in het magazijn waar papier en karton en andere brandbare producten worden opgeslagen, de exploitant nu reeds
5 AMV /02257911 00 1
een afwij king van arti keI 5.33.0.3, het Vlarem aanvraagt;
§2 en §3 van titel
Ir
van
Overwegende dat de gasleiding zich ter hoogte van het dak bevindt en bijgevolg niet is blootgesteld aan een aanrijding door bijvoorbeeld heftrucks; dat het stooklokaal is voorzien van een gasdetectiesysteem met een automatisch werkende gas klep dat indien nodig de gastoevoer automatisch afsluit; dat in bijlage bij de aanvraag een advies van de brandweer werd toegevoegd; dat dit advies gunstig is voor de gevraagde afwij king, mits bovenvermelde automatische gasklep eveneens wordt aangesloten op het alarm en ook gesloten wordt telkens wanneer er een sprinkleralarm optreedt voor het magazijn; dat de brandweer ook stelt dat de gasklep dient geplaatst te worden in een naar buiten goed verluchte kast die een weerstand heeft tegen brand van 2 uur; dat de exploitant stelt dat aan de bijkomende eisen gesteld in dit brandweeradvies zal tegemoet gekomen worden;
Overwegende dat gesteld kan worden dat de voorgestelde maatregelen tot afwijking van §2 van aard zlJn de vereiste gelijkwaardige waarborgen te bieden voor de bescherming van de mens en van het leefmilieu als de milieuvoorwaarden waarvan gevraagd wordt te mogen afwijken;
Overwegende dat uit de aanvraag blijkt dat de afwijking van § 3 wordt gevraagd voor de opslag van brandbare producten, onder andere verpakkingsmaterialen uit kunststof en rollen met eindproduct (eveneens kunststoffen) in hetzelfde lokaal als kartonnen verpakkingsmateriaal; dat in het magazijn geen ontvlambare of ontplofbare stoffen worden opgeslagen;
Overwegende dat uit de aanvraag blijkt dat het technisch quasi onmogelijk is om een gescheiden opslag te realiseren;
Overwegende dat de verbodsbepaling betrekking heeft op het brandrisico; dat uit de afwij kingsaanvraag blij kt dat inzake brandpreventie en brandbestrijding passende maatregelen worden genomen;
6 AMV/022579/l001
Overwegende dat er bijgevolg aanleiding toe gevraagde toelating tot afwijking te verlenen,
bestaat
de
BES L U I T
Artikel 1. Aan de nv Vitra, exploitant van een drukkerij, gelegen te 2160 Wommelgem, Gulkenrodestraat 4, kadastrale percelen, afdeling 1, sectie 0, perceelnummer 17/14 wordt, onder de voorwaarden bepaald in onderhavig bes lui t, toelat i ng verleend af te wijken van de volgende voorwaarden van titel 11 van het VLAREM :
artikel 5.33.0.3. "Brandvoorkoming en -bestrijding
§2. Leidingen met brandbare gassen of ontvlambare vloeistoffen zijn in lokalen waarin papier wordt opgeslagen, alsmede in de muren, de zoldering en de vloer ervan verboden. §3. Het opslaan van andere brandbare, van ontvlambare of ontplofbare stoffen in lokalen waarin papier wordt opgeslagen is verboden.".
Art. 2. De in artikel 1 bedoelde toelating wordt verleend voor een termijn van maximum 20 jaar die aanvangt op de datum van ondertekening van onderhavig besluit en die eindigt op de einddatum van de nog te bekomen hernieuwing van de milieuvergunning.
Art. 3. De in artikel 1 bedoelde toelating is afhankelijk van de strikte naleving van de volgende voorwaarden
algemeen rookverbod in het volledig bedrijf; in het magazijn dienen de kunststoffen en het karton ruimtelijk gescheiden opgeslagen te worden; de snij- en inpakafdeling moet in een aparte ruimte worden ondergebracht, evenals de batterij laders voor de heftrucks, zodat in het betrokken gedeelte van het magazijn enkel logistieke activiteiten plaatsvinden; in het magazijn mogen geen solventen, olieproducten of andere brandbare of ontvlambare vloeistoffen worden opgeslagen;
7 -
AMV /0225 79/1001
de verwarming van het magazlJn dient te gebeuren door middel van toestellen die geen vlam of gloeiend oppervlak vertonen, maar via een warm watercircuit; de brander hiervoor moet apart staan, in een stooklokaal; voor de onderhoudswerkzaamheden dient er steeds met een vuurvergunning gewerkt te worden; aannemers moeten op voorhand worden ingelicht over milieu- en veiligheidsrichtlijnen; jaarlijks dient er minimum 1 evacuatie-oefening plaats te vinden, waarvan een verslag wordt opgesteld; blusapparaten moeten voorzien zijn in overleg met de brandweer en de verzekeraar; deze blustoestellen dienen tenminste jaarlijks op hun goede werking gecontroleerd te worden door de leverancier of een bevoegd deskundige; de attesten met datum en uitslag van deze controle moeten ter inzage gehouden worden van de toezichthoudende ambtenaar; het volledige magazijn moet voorzien zijn van een sprinklerinstallatie; deze sprinklerinstallatie moet deze gekoppeld zijn aan een brandmeldingssysteem; sprinklerinstallatie dient wekelijks getest te worden; het stooklokaal dient voorzien te zijn van een gasdetectiesysteem dat indien nodig de gastoevoer automatisch afsluit; de gasklep dient te zijn aangesloten op het alarm en moet automatisch kunnen gesloten worden telkens wanneer er een sprinkleralarm optreedt voor het magazijn; de gas klep dient geplaatst te worden in een naar buiten goed verluchte kast die een weerstand heeft tegen brand van 2 uur; het bedrij f dient steeds te beschikken over een 1sLe interventieploeg. De leden van deze lste interventieploeg moeten op regelmatige basis getraind worden op onder andere de werking sprinkler en praktisch blussen. Onderhavige toelating doet geen afbreuk aan de rechten van derden.
Art.
4.
Brussel, de
1 6 JUNI 20 de Vlaams Ener
an 0 enbare Werken, ieu en Natuur,